Krijgt de beurs een klap? 1



Vergelijkbare documenten
Instelling. Onderwerp. Datum

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

10-jaars rente Duitsland. 10-jaars rente VS. Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2017

Blijvende onrust op de beurs: hoe nu verder?

BEHEERSVERSLAG Active Multi Allocation Fund september 2015

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Beleggingsthema s What a difference a day makes (1975), Dinah Washington

Grafiek 1: Evolutie van de voornaamste aandelenindices in de VS, Eurozone, China en de groeilanden in vergelijking met de evolutie van de goudprijs.

BEHEERSVERSLAG TRANSPARANTINVEST 4/3/2015. Macro & Markten, strategie. 1. Rente en conjunctuur : EUROPA

ECONOMIE IN TIJDEN VAN MONETAIR EXPANSIEVE POLITIEK

BEHEERSVERSLAG Transparantinvest Portfolio Fund juli 2015

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

Erfbelasting - Gunsttarief voor familiale ondernemingen en vennootschappen

Jaarbericht ABC 2013

Zal de groei op de afspraak zijn? VS

5 voorspellingen voor 2015

Evenwichtig beleggen? Ontdek de juiste balans tussen rendement en risico, zonder dat u ervan wakker hoeft te liggen.

Het 1 e kwartaal van 2015.

BI CARMIGNAC PATRIMOINE

Beursdagboek 24 Mei 2013.

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2015 t/m 31 maart 2015

Vaak is de eenvoudigste oplossing ook de beste!

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

21 juni Wegwijs in Tak 23

AG Protect + Risk Control Europe 90 / 2. Lancering : 14 september tot en met 30 oktober 2015* *Behoudens vervroegde afsluiting

Beleggen in het Werknemers Pensioen

Technische Analyse: Haarscheuren in de obligatiebubbel!

Update juli 2014 Beleggen

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

RAPPORT: GILEAD SCIENCES

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014

Advanced Battery Tech Inc.

NN First Class Balanced Return Fund

BELEGGINGSINSTITUUT. André Brouwers.

Schenkingsrechten op onroerende goederen in de drie gewesten van het land: wat is er nieuw?

Robeco Life Cycle Funds. Kwartaalbericht Q2 2017

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012

Robeco Life Cycle Funds. Kwartaalbericht Q3 2017

Meer Rendement met Dividend

Top Rendement Invest Pluk de vruchten van uw belegging! 3,51 % gemiddeld over de laatste 8 jaar 1

Studie: verklaart de groei en de waardering van de vrije kasstroom waarom smallcaps en midcaps beter presteren dan blue chips op de lange termijn?

Update april 2015 Beleggen

Wederom onrust op de beurs: hoe nu verder?

Belfius Pension Fund Maandelijkse Reporting Juni 2015

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Hof Hoorneman China Value Fund

NN First Class Return Fund

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Laag, lager, negatief: de onstuitbare val van de rentevoeten

3,21 % gemiddeld over de laatste 8 jaar1. Top Rendement Invest. Pluk de vruchten van uw belegging!

Delta Lloyd Safe Index combineert rendement, transparantie en veiligheid!

Hoe (slecht) gaat het met de conjunctuur? Edwin De Boeck Fedustria 13 oktober 2011

visie op 2018 Vice seminar a.s.r. vermogensbeheer 1 november 2017 Jack Julicher, Chief Investment Officer

Hoe beleggen vandaag 19 mei Jan Vergote Hoofd Investment Strategy Belfius Bank

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Veranderingen sinds Di Rupo I

Het 4 e kwartaal van 2014.

BI CARMIGNAC PATRIMOINE A EUR ACC

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2015 t/m 30 september Samenvatting:

Verslag Investment Committee 31 mei Verslag Investment Committee

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

Jaarlijks gemiddeld Cumulatief vanaf Q Q Q Q Q Dekkingsgraad (kwartaalultimo) 143% 137% 148% 153% 153%

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Kwartaalrapport Vermogensbeheer

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 1. Derde kwartaal 2012

Verder zien. Meer weten.

Voorwoord 19 DEEL I SUCCESSIERECHTEN 21. HOOFDSTUK 1 Gewestelijk karakter Toestand vóór 1 januari

Verslag Investment Committee. 30 september Verslag Investment Committee

nr. 271 van JAN BERTELS datum: 8 april 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Schenkingsrechten - Ontvangsten

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Niettemin, blijft de inflatie in de V.S. op een laag niveau en alleszins onder het FED target van 2%.

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 1 e kwartaal 2019

Terugblik. Maandbericht maart 2018

ENERBEL. Beheerscommentaren voor 2017


Wijs & van Oostveen VISIE Robert Schuckink Kool Hoofd Beleggingsstrategie. drs. Martijn Meijer Hoofd Vermogensbeheer

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

Slechts 1 antwoord is juist, alle andere zijn fout (en bevatten heel vaak onzin)!

DISCRETIONAIR BEHEER ONZE BEHEERSMANDATEN MET BELEGGINGSFONDSEN

Beleggingen 2010 en 2011 (en 2012)

Beleggen in de VS, Europa of Emerging Markets?

VIVIUM BALANCED FUND FACT SHEET 31 december 2017

KWARTAALBERICHT Eerste kwartaal 2015

Belangrijkste overwegingen voor beleggers dit kwartaal zijn onder meer:

Beleggingsstrategie. Zeer defensief. ingsstrategie

NN First Class Return Fund

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Deelnemersvergadering

Rainbow Dynamic december 2010

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten

INVINCO BENELUX. Goudprijs is alweer op zijn retour. Een crash blijft mogelijk

JAARRAPPORT 31 MAART 2015 RELAX FUND

De Wereldeconomie van Morgen: Op Zoek naar Groei

Transcriptie:

AANDELEN- & OBLIGATIE NIEUWS 18DE JAARGANG NR. 2 APRIL / MEI / JUNI 2015 Krijgt de beurs een klap? Iedereen die de beurzen een beetje volgt, kan er niet naast kijken. De stemming op de markten is duidelijk risk-on. De bereidheid van de beleggers om risico te aanvaarden neemt stelselmatig toe. Dit vertaalt zich in klimmende beursindices. Sinds begin 2015 steeg de Europese referentie index Eurostoxx 50 met +16.93% en de Amerikaanse aandelenindex S&P500 met +0.10% in USD maar met +11.10% in EUR. Over dezelfde periode kende de Hang Seng, de index van Hong Kong een stijging met +4.64% in lokale munt maar met +15.12% in EUR. In lokale munt doet Europa het dus duidelijk beter dan de rest van de wereld, en daar zijn een aantal goede redenen voor: INHOUD Krijgt de beurs een klap? 1 LS Value Equity Global Fund Goed op dreef 4 Leo Stevens breidt uit Deel II de verbouwing 6 Het stratego-spel van de farmasector: overnames 7 Open architectuur Evaluatie Fondsenselectie 10 Een nieuwe lente, een nieuwe Webportfolio 13 Nieuw - De Vlaamse Codex Fiscaliteit 14 Boordtabel 16 De historisch lage rente maakt dat bedrijven zich ongemeen goedkoop kunnen financieren. Daarnaast drijft de lage (bijna nul-) rente defensieve beleggers naar andere activaklassen zoals aandelen, in de geest van TINA (There Is No Alternative). De scherpe daling van de olieprijs : sedert midden vorig jaar halveerde de olieprijs van 115 USD naar 56 USD. Voor de wereldeconomie, en voor de Europese economie in het bijzonder is dit een meevaller van formaat. De bijzonder sterke daling van de EUR ten opzichte van de USD draagt enorm bij tot de verbetering van de competitiviteit van de Europese economieën op de wereldmarkten. De Europese export is hier erg mee gebaat. De QE (Quantitative Easing kwantitatieve versoepeling) van de Europese Centrale Bank, wordt als een bazooka op de markten losgelaten. Op 22 januari 2015 kondigde de ECB een omvangrijke uitbreiding aan van de bestaande aankoopprogramma s. De aankopen vingen aan vanaf maart 2015 voor een totale omvang

van 60 miljard EUR per maand, tot tenminste eind september 2016 of tot het deflatoir gevaar definitief geweken is. De kredietvraag in Europa trekt voor het eerst sinds 4 jaar opnieuw aan. Ook dat is een belangrijke fundamentele ontwikkeling die wijst op een economisch herstel. Ondernemers en consumenten putten vertrouwen uit de verbeterende conjunctuur en stellen hun investeringen niet langer uit. Het afnemend staartrisico op Oekraïne en Griekenland dragen eveneens bij tot de stabiliteit van Europa. De lichte versnelling in de groei van het Bruto Binnenlands Product (BBP) en de beperkte daling van de werkloosheidsgraad tot 11.20%, illustreren een schuchtere trendbreuk met de cijfers die tot voor kort werden opgetekend. De werkloosheidsgraad is de belangrijkste macro-indicator. Als de werkloosheid afneemt, dan gaat het met de rest van de economie ook goed. Onderstaande grafiek is hiervan een illustratie. Met uitzondering van de lage rente, zijn alle bovengenoemde redenen nieuw sedert de zomer van 2014 en hebben ze zacht uitgedrukt- bijgedragen tot een aanzienlijke verbetering van de fundamentele macrocontext in Europa. Psychologisch lijkt een stijging van de Europese beurzen van +16.93% te mooi om waar te zijn. Laten we echter niet vergeten dat uitgerekend de Europese aandelenmarkt het de laatste jaren minder goed deed zodat we momenteel kunnen gewagen van een inhaalbeweging ten opzichte van de Amerikaanse beurs. Ook hier zijn goede redenen voor: De winstverwachtingen voor Europese bedrijven stijgen terwijl die van de Amerikaanse beurs niet toenemen. De grafiek rechts (p.3) geeft de evolutie van de S&P500 en de Eurstoxx50, telkens in lokale munt, en toont die hogere groeiverwachting grafisch aan. Sedert 2015 stijgt de zwarte curve sneller dan de oranje lijn. Dit zijn we al lang niet meer gewoon. Niettemin is deze ontwikkeling onderbouwd. Op basis van de historische winsten van de bedrijven noteert Europa buitensporig duur: een koers/winstverhouding (K/W) van 21.84. Op basis van de verwachte winstcijfers voor 2015 is er met een K/W van 15.95 geen sprake van overdrijving. Rekening houdende met de winstverwachtingen voor 2016 is er in Europa evenmin een probleem van te hoge waardering nl. K/W 14.37. De koers/winstverhouding voor de Amerikaanse markt is met een K/W van 17.41 voor 2015 en van 15.45 voor 2016 lichtjes duurder geprijsd. Let op: de Amerikaanse beurs zal altijd 10 tot 20% duurder noteren dan de Europese beurs omwille van twee redenen. Ten eerste, politieke stabiliteit: in de VSA hebben we om de 4 jaar verkiezingen. In Europa is er wel elke zes maanden een reden om een discount voor politieke onzekerheid in te bouwen, bvb. een regeringscrisis in Italië of Spanje, een mogelijke Grexit of Brexit, een referendum in Schotland, een extreem tanende populariteit van president Hollande in Frankrijk. Ten tweede, de Amerikaanse economie is innovatiever en herbergt gigantische groeibedrijven in de technologiesector zoals Apple, Oracle, Intel, Google, Cisco,. Dit soort bedrijven noteert vaak met een premie en kent derhalve een hogere multiple ofte koers/winstverhouding. We verwachten ons in de loop van 2015 overigens aan een volatiliteit op de markten ingevolge de nakende renteverhoging in de VSA. Dit hoeft helemaal geen fundamentele negatieve gevolgen te hebben voor de reële economie. Het betreft vooralsnog niet meer dan een return to normal van een onconventionele, extreem expansieve monetaire politiek. De beurs is een afgeleid instrument op de performantie van de reële economie. In de prijs van een afgeleid instrument is het renteniveau van belang en dus zal die verwachte renteverhoging in de VSA voor volatiliteit zorgen. Overigens zal een kortetermijnrenteverhoging van 0.25% naar 0.50% vooralsnog niets veranderen aan de winst van het merendeel van de bedrijven. Een kortetermijnrenteverhoging naar een peil van hoger dan 3% (zie macro-artikel juli 2014) zal uiteindelijk wel een impact hebben op de winsten van de bedrijven in de reële economie. Ja, de Europese aandelenmarkten zijn vol gewaardeerd. We hebben het vertrouwen dat er voorlopig geen zware klappen te verwachten zijn indien de 2

huidige realistisch geachte winstverwachtingen ingelost worden. Bovendien ligt in Europa een renteverhoging helemaal niet in het verschiet. De bazooka van Draghi, voorzitter van de ECB, is ingesteld om lange tijd in stelling te blijven en met een ongeziene kwantitatieve versoepeling het economisch herstel voor Europa af te dwingen. De eerste tekenen van succes zijn hiervan zichtbaar. Zoals gesteld, is het sentiment op de aandelenmarkten in toenemende mate risk-on. Voor de belegger is de verleiding groot om hierin mee te gaan en toch maar dat extra risico te nemen. Wij zijn nochtans van oordeel dat het niet de markten zijn die uw risicoprofiel wijzigen. Binnen de lijntjes kleuren van een zorgvuldig gedefinieerd risicoprofiel en beleggen in overeenstemming met een gepaste beleggingsstrategie blijft aan de orde. Uw beheerder kan u hierbij gidsen. Mario Draghi, voorzitter van de Europese Centrale Bank 3

LS Value Equity Global Fund Goed op dreef LS Value Equity Global Fund heeft zijn start in 2015 niet gemist. Het fonds was al dominant in Europese aandelen belegd en nu het potentieel en de waarde van Europese bedrijven op meer aandacht mag rekenen, is dit voor het fonds een opsteker. Het eerste kwartaal van 2015 gaf vuurwerk op de beurzen, tenminste als we ze in euro termen bekijken. De zeer extreme monetaire situatie waarin we ons bevinden is hieraan niet vreemd. Die situatie werd verder versterkt door de aankondiging van een nog groter dan verwachte ingreep van de ECB-voorzitter de heer Mario Draghi die met zijn kwantitatieve versoepeling aantoont dat hij alles uit de kast zal halen om de inflatie aan te wakkeren. In het voorbije halfjaar was die immers nog verder gedaald ingevolge de stevige daling van de olieprijs. Op dit ogenblik is de inflatie zelfs tijdelijk negatief, terwijl de Europese centrale bank als belangrijkste taak heeft de inflatie dicht bij 2% te houden. De schrik om in een deflatiespiraal te komen, waarbij consumenten hun consumptie alsmaar langer uitstellen, is groot. Het opkopen van grote hoeveelheden (staats)obligaties voor een totaalbedrag van 1140 miljard EUR zorgt ervoor dat de rente op obligaties tot ongekende dieptepunten dalen. Dit is niet alleen zo voor kortetermijnobligaties, maar is evenzeer het geval voor langere looptijden. In Duitsland schommelt het brutorendement van de Bund op 10 jaar rond de 0.22% en de Belgische staatslening op 10 jaar brengt nog amper 0.47% bruto op. Merrill Lynch rekende ons voor dat voor meer dan de helft van alle overheidsobligaties wereldwijd het rendement minder dan 1% bedraagt. Ongeveer 5000 miljard USD aan staatsobligaties noteert zelfs met een negatief brutorendement. Ook de impact van deze lage rente op de aandelenmarkten is aanzienlijk. Er zijn immers typische obligatiebeleggers die in hun zoektocht naar rendement er voor kiezen een gedeelte van hun te beleggen vermogen in aandelen te investeren. De impact van de massale geldcreatie door de ECB heeft zijn sporen nagelaten 4

op de waarde van de munt. Zo daalde de EUR ten opzichte van de dollar opnieuw spectaculair met 10% en dit bovenop de daling in de tweede jaarhelft van vorig jaar die ook al fors was (8%) De daling van de EUR moet de export een forse duw in de rug kunnen geven, aangezien de Europese bedrijven hierdoor aan competitiviteit winnen. De lagere olieprijs stimuleert de consumptie. Beide factoren moeten de Europese groeicijfers kunnen ondersteunen. Voor het eerst in tien jaar is de USD opnieuw duidelijk duurder dan de EUR in termen van koopkrachtpariteit. Doch, gelet op het beleid van de ECB zou die periode van een relatief duurdere USD wel eens een tijdje kunnen aanhouden. De koopkrachtpariteit geeft immers maar een indicatie van de faire waarde over een zeer lange horizon (zie onderstaande grafiek). Strategie De belangrijkste strategische visie van het fonds blijft : 1. Focus op interessante waardering, gekoppeld aan lagere risico s (minder schulden op de balans). Dit blijft zo ondanks het feit dat bedrijven met schulden profiteren van de dalende rentes. Bedrijven met teveel schulden zijn immers zeer kwetsbaar indien zich een recessie of onverwachte tegenslagen aandienen. In dat geval kan er sprake zijn van permanente waardevernietiging. De voorbeelden uit het verleden zijn legio maar worden in een positieve beurssfeer al eens vergeten. 2. Overgewicht in bedrijven die in Europa actief zijn 3. Permanente zoektocht naar ondergewaardeerde individuele waarden (ook in kleine en middelgrote bedrijven) Laatste wijzigingen Nieuwe posities De belangrijkste wijzigingen betreffen de opname van Sanofi en Apple, waarmee onze onderweging in farma en informatica vermindert. Beide konden onmiddellijk een mooie bijdrage leveren aan de return. Verkochte posities Na de koersstijging van Saft en Shoprite werden hun respectievelijke koersdoelen behaald en naderhand verkocht. SQM dat in een belastingsschandaal betrokken is, werd met verlies verkocht. Intrinsieke waarde (NAV) en cashpositie Met nog enkele beursdagen te gaan sluit LS Value het eerste kwartaal, in lijn met de wereldwijde aandelenbeurzen, ruim 10% hoger af. We zijn geïnvesteerd in 50 bedrijven en de cashpositie bedraagt 1%. 5

Leo Stevens breidt uit Deel II de verbouwing Stilstaan is achteruitgaan, dat weet iedereen en dat geldt ook voor Leo Stevens, Puur en persoonlijk vermogens beheer. Door de volgehouden groei in aantal cliënten en beheerd vermogen over de voorbije jaren, werden er extra medewerkers aangeworven. De beschikbare ruimte in de Schildersstraat werd daardoor (te) krap; uitbreiding drong zich bijgevolg op. Om in onze gezellige buurt op het bruisende Zuid in de Schildersstraat te kunnen blijven, grepen we de kans om een aanpalend pand in de Coquilhatstraat aan te kopen. De verbouwingen zijn inmiddels gestart en de ruwbouw is al ver gevorderd. Het resultaat belooft mooi én functioneel te zijn, maar daar komt u zelf wel achter in het najaar tijdens de feestelijke opendeurdagen met inhuldiging van ons nieuw pand. Het opzet is om op een architecturaal verantwoorde wijze ons bestaande herenhuis te integreren met de aangekochte loft. Uw ingang blijft in de vertrouwde Schildersstraat, net als de ontvangstruimten en vergaderzalen. Onze medewerkers zullen hun intrek nemen in het nieuwe en verbouwde gedeelte. Door met z n allen op 1 plateau te zitten, creëren we maximale synergie. Overleg en samenwerking tussen onze verschillende diensten worden nog gemakkelijker en daar wordt u als cliënt alleen maar beter van. Extra ruimte en veel licht gaan ons inspireren om in de toekomst nog betere beleggingskeuzes te maken. Beide panden staan in verbinding met mekaar door een nieuw gebouwde doorgang passerelle die uitkijkt op een binnentuin. We voorzien een aangepaste toegang voor mindervaliden en creëren een ruime ontvangstruimte om voordrachten en kleinschalige cliëntenevents te organiseren in eigen huis. De ruwbouwwerken worden eind april gefinaliseerd en dan volgt de binnenafwerking. Tijdens de zomermaanden worden dan de nodige aanpassingen aan ons huidig pand ingepland zodat we eind september klaar zouden moeten zijn voor de beperkte verhuis. Adres en telefoonnummers blijven ongewijzigd. Dat een en ander nu voor wat overlast, stof en hinderlijk lawaai zorgt, nemen we er graag bij, want het eindresultaat zal het waard zijn. Toch al bedankt voor uw begrip, mocht ook u hier iets van merken bij een bezoek aan ons kantoor. 6

Het stratego-spel van de farmasector: overnames Over 2014 sponnen adviseurs aan de farmasector goed garen dankzij een ongeziene overnamegolf binnen de sector. Met een totaal bedrag van meer dan 250 miljard USD aan overnames, overtrof 2014 het vorige record uit 1999. De superdeals van toen liggen aan de basis van farmagiganten zoals GlaxoSmithKline, Astra Zeneca, Pfizer en Sanofi. Staan we vandaag opnieuw in een fusie- en overnamegolf tussen grote farmabedrijven of zijn we net getuige van een teloorgang van de zogenaamde big pharma? De protagonisten in de vorige overnamerush kregen nadien immers de niet mis te verstane kritiek dat de overnames ten koste gingen van het onderzoek naar nieuwe medicijnen en dat ze aandeelhouderswaarde vernietigd hebben. Aan de hand van enkele voorbeelden gaan we dieper in op de verschillende motieven die aan de basis liggen voor de huidige overnamegolf en lichten we tegelijkertijd ook onze favorieten binnen de sector toe. In de eerste helft van 2014 lag de zogenaamde tax inversion aan de basis van verschillende overnames waarbij Europese, meestal Britse of Ierse farmabedrijven werden overgenomen door een Amerikaanse concurrent. Nadien verhuisde de domicilie van het moederbedrijf naar de meer belastingsvriendelijke hoofdzetel van de overnameprooi. Zo konden Amerikaanse farmabedrijven de belasting op de repatriëring van buitenlandse winsten reduceren. Onder andere Actavis, Valeant en Medtronic profiteerden van deze strategie die pas echt de volle aandacht kreeg van pers en publiek bij het superbod van 125 miljard USD van Pfizer op AstraZeneca. Het bod kreeg felle tegenwind vanuit de publieke opinie en het Witte Huis bemoeilijkte tax inversion met nieuwe wetgeving. Sindsdien mislukten zowel het bod van Pfizer als dat van AbbVie op het Ierse Shire en droogde de overnamestroom rond de tax inversion op. Tax inversion was niet de enige drijfveer van Pfizer bij haar overnamepoging op Astra- Zeneca. De Britten beschikken over een sterke pijplijn aan nieuwe medicijnen tegen kanker die AstraZeneca sterke groeivooruitzichten geeft. Pfizer van haar kant heeft de voorbije jaren weinig succes gekend in de ontwikkeling van nieuwe medicijnen en nam zich voor dit goed te maken met de overname van AstraZeneca. Dit verhaal geeft aan dat superovernames niet volledig van de onderhandelingstafel zijn verdwenen, maar ze zijn wel zeldzamer geworden en moeilijker te realiseren, zeker sinds het achterpoortje naar de tax inversion is gesloten. Dit veranderd jammer genoeg voor farmabedrijven niets aan de huidige situatie: de patenten van verschillende blockbustermedicijnen lopen stilaan naar hun vervaldatum en de interne pijplijn aan nieuwe medicijnen is vaak te beperkt om het toekomstige omzetverlies op te vangen. Overnames zijn dus nog steeds nodig, maar... 7

In tegenstelling tot vroeger is specialisatie nu de trend. Big pharma exploiteert als het ware M&A als strategie om haar portfolio aan medicijnen te stroomlijnen tot enkele specialisaties die voldoende schaalgrootte hebben om wereldwijd competitief te zijn. Deze strategie staat haaks tegenover de trend van begin deze eeuw toen diversificatie van de productportefeuille de norm was. Sinds enkele jaren zien we een duidelijke opsplitsing binnen de farmaceutische sector tussen enerzijds de productie, verkoop en logistiek van bestaande medicijnen en anderzijds het onderzoek naar nieuwe medicijnen: de biotechsector. Een biotechbedrijf financiert haar onderzoek onder andere via een samenwerking met een groot farmabedrijf, dat, in ruil voor een exclusieve samenwerking, voorafbetalingen, resultaatsgebonden mijlpaalbetalingen en royalty s op de uiteindelijke verkoop uitkeert aan het biotechbedrijf. Eens een biotechbedrijf voldoende vergevorderd is in het onderzoek naar een potentieel blockbustermedicijn, of nog beter, reeds een goedkeuring op zak heeft, wordt het een gewilde overnameprooi. Vaak bieden verschillende geïnteresseerde farmabedrijven tegen elkaar op wat resulteert in forse overnamepremies. Elke overname leidt tot speculatie rond nieuwe potentiële prooien. Vooral Amerikaanse biotech is fel gegeerd en deed de Nasdaq Biotech Index sinds begin 2013 al meer dan verdubbelen. Grote farmabedrijven staan niet alleen aan de koopzijde maar zetten zelf ook hun niet-kernactiviteiten te koop om hun portefeuille verder te stroomlijnen. Het Zwitserse Novartis zette vorig jaar een enorme stap in die richting via een omruiling van activa met het Britse GlaxoSmith- Kline. Novartis verkocht haar vaccinatieafdeling aan GSK (waarde 7 miljard USD) en kocht tegelijkertijd de portefeuille kankermedicijnen van datzelfde GSK over voor 16 miljard USD. Daarbovenop brachten beide bedrijven hun merkenportefeuille van voorschriftvrije medicijnen onder in een aparte Joint Venture die op termijn volledig kan worden afgesplitst door een beursgang of volledige verkoop. Los van deze transactie verkocht Novartis ook haar afdeling diergeneeskunde aan Eli Lilly voor 5.4 miljard USD. Novartis concentreert zich nu volledig op haar drie sterdivisies: gepatenteerde geneesmiddelen met een sterke focus op oncologie, ooggeneeskunde via Alcon en generische geneesmiddelen via Sandoz. Datzelfde Sandoz behoort tot de wereldtop voor biosimilars en kreeg als allereerste de goedkeuring voor een biosimilar in de VS. De voorbije jaren verschoof de farmasector geleidelijk aan van chemische medicijnen naar biologische therapieën op basis van levende organismen. Die laatste zijn in tegenstelling tot chemische medicijnen niet exact en niet tegen een lage kostprijs te kopiëren. Biosimilars zijn medicijnen die geen grote klinische verschillen in werking vertonen met het biologische referentiemedicijn. In dit geval Neupogen van biotechreus Amgen. Voordien konden biologische medicijnen zelfs nadat het patent verlopen was, de exclusiviteit van hun medicijn behouden, net omdat ze zo moeilijk te kopiëren zijn. Dat Novartis er nu in slaagt om als eerste goedkeuring te krijgen voor een biosimilar in de VS is een enorme doorbraak. Novartis is één van onze favoriete aandelen binnen de sector omwille van de sterke marktpositie van elk van de drie divisies en het kan bovendien buigen op een sterke pijplijn voor de toekomst. De derde reden om de huidige overnamegolf in de farmasector te verklaren zijn de hoge bedrijfscashflows in combinatie met de lage financiering. Dit brengt ons terug naar de VS waar dé overnamesaga van het jaar zich ontspon rond Allergan, producent van het populaire antirimpelmiddel Botox. Gedurende 6 maanden streden Valeant Pharmaceuticals en Actavis om één van de meest gegeerde farmaprooien. Uiteindelijk haalde Actavis voor 66 miljard USD zijn slag binnen, nadat het eerder dat jaar ook al 20 miljard USD neertelde voor Forest Laborotories. Actavis is van oorsprong een producent van generische geneesmiddelen, maar heeft via een serie overnames een portefeuille opgebouwd van gespecialiseerde geneesmiddelen waarvan Botox het ultieme voorbeeld is. Elke overname wordt gefinancierd met een aanzienlijke portie schulden en versneld terugbetaald door fors in de R&D (Research & Development, Onderzoek & Ontwikkeling) uitgaven van het overgenomen bedrijf te snoeien. Ondertussen verdubbelde het aantal uitstaande aandelen en vervijfvoudigde de schuldgraad. De nettoschuld zal na de overname van Allergan uitkomen op 5.5 keer de verwachte EBITDA, zelfs voor de defensieve farmasector een hoog niveau. Zelf zien we meer waardecreatie op langetermijn in het Franse Sanofi, dat sinds de overname van Genzyme in 2011 beschikt over een zeer beloftevolle pijplijn aan nieuwe geneesmiddelen. Sindsdien bleef Sanofi weg van het overnamepad waardoor de balans zeer conservatief is: 0.8 keer nettoschuld vs EBITDA en een gearing van slechts 11% (Nettoschuld/Eigen Vermogen). Sanofi genereert jaarlijks 6 miljard EUR aan vrije cashflow die de Fransen kunnen gebruiken om gerichte overnames te financieren of om uit te keren aan de aandeelhouders via een verhoogd dividend of de inkoop van eigen aandelen. Tegelijkertijd blijft Sanofi voor 14% van haar omzet investeren in R&D en een derde van de omzet komt uit groeilanden. 8

Conclusie: De vraag die we ons logischerwijze dienen te stellen is of de huidige overnamegolf de waardering van de gehele sector te hoog heeft opgedreven. Hiervoor maken we een opsplitsing tussen enerzijds de big pharma en anderzijds de biotech. Een tweede opdeling die we moeten maken is geografisch. We zien dat Europese farmabedrijven algemeen gezien voorzichtiger met hun overnamebudget omspringen dan hun Amerikaanse concurrenten. We beschreven hierboven al onze twee favorieten, Novartis en Sanofi. Zij beschikken over een coherente portefeuille aan geneesmiddelen en een sterke pijplijn aan nieuwe potentiële blockbusters. Op basis van de goede vooruitzichten, in combinatie met een conservatieve balans en robuuste cashflows verdienen beiden volgens ons een plaats in een gediversifieerde portefeuille. Voor biotech is het eerst en vooral belangrijk de risico s verbonden aan de activiteit zelf goed in te schatten. De sector in zijn geheel heeft hoge investeringsnoden waar vaak maar weinig omzet tegenover staat. Bij kleinere spelers leidt dit nog vaak tot een cash outflow die gefinancierd dient te worden. Sinds begin 2013 is de Nasdaq Biotechnology Index verdubbeld, vooral onder impuls van de vele overnames en forse premies die betaald werden. Wij blijven liever afzijdig omdat deze rally in onze ogen de waarderingen voor biotechbedrijven al te veel heeft doen toenemen gelet op de risico s eigen aan de sector. Verschillende Belgische biotechbedrijven vonden de voorbije jaren de weg naar de Brusselse beurs om hun onderzoek te financieren. Momenteel hebben Galapagos en Ablynx de beste vooruitzichten, maar het verhaal van Thrombogenics geeft aan dat het snel kan keren. Ablynx uit Zwijnaarde is gespecialiseerd in het ontdekken en ontwikkelen van Nanobodies, een nieuwe generatie van anti-lichamen die het haalt uit lama s. Ablynx heeft op dit moment meer dan 30 programma s lopen waarvan er 4 in de klinische fase zitten. Ablynx heeft samenwerkingscontracten lopen met o.a. Abb- Vie, Merck, Novartis, Boehringer Ingelheim. Het meest vergevorderd zit Caplacizumab, tegen hematologische aandoeningen, dat in de tweede helft van dit jaar aanvangt met de derde fase in het klinisch onderzoek. Dit is één van de twee programma s in de klinische fase die Ablynx nog volledig in eigen beheer heeft. Galapagos, met hoofdzetel in Mechelen, werkt samen met het Amerikaanse AbbVie aan Filgotinib, een programma tegen artritis en de ziekte van Crohn. Beide programma s zitten in fase II van het klinische onderzoek. Tegelijkertijd heeft Galapagos ook nog twee klinische programma s in eigen beheer en één in samenwerking met opnieuw AbbVie. Zowel Galapagos als Ablynx beschikken nog over voldoende cash op de balans om de cash burn op te vangen. Beiden zijn verlieslatend maar hebben, via de verschillende samenwerkingen zicht op aanzienlijke toekomstige mijlpaalbetalingen. Het verhaal van Thrombogenics uit Heverlee toont aan hoe snel de ster van een beloftevol biotechbedrijf kan tanen. Enkele jaren geleden waren de verwachtingen rond Jetrea, een middel tegen oogaandoeningen, zeer hoog gespannen. Thrombogenics had volgens velen een blockbustermedicijn in handen. Het besloot Jetrea in de VS zelf te commercialiseren en ging een samenwerking met Alcon aan voor de verkoop van Jetrea in Europa. Tot nu toe vallen de verkoopcijfers zwaar tegen door berichten over neveneffecten en de moeizame wijziging van het gedrag van de oogspecialisten. Thrombogenics is tot op vandaag niet winstgevend en de koers daalt in de richting van de slinkende cashpositie van 3.4 EUR per aandeel. 9

Open architectuur Evaluatie Fondsenselectie 2015 kende een geslaagde start. De lancering van de kwantitatieve versoepeling in Europa, het (tijdelijke) akkoord met Griekenland, de versterking van de dollar ten opzichte van de EUR en de lagere olieprijs zijn allemaal gunstige factoren die de toevloed van geld naar de Europese beurzen versterkten. De Europese aandelenfondsen sponnen hierbij goed garen en vertonen allen een dubbel-cijferige performantie sinds het begin van het jaar. Globale aandelenfondsen konden ook een goede prestatie neerzetten, mede geholpen door een sterke dollar wat de return in EUR verhoogde. De opkomende markten vertoonden een gemengd beeld: onze eerdere focus op de Aziatische markten deed het goed, terwijl de Latijns- Amerikaanse en Russische markten leden onder negatieve nieuwsberichten (politieke instabiliteit, corruptie, ). De kwantitatieve versoepeling door de Europese Centrale Bank (ECB) zorgt ervoor dat de vastrentende markten aangevuurd blijven ondanks de reeds historisch lage renteniveaus. Het wordt echter wel duidelijk dat ook de gevestigde obligatiefondsbeheerders het moeilijker krijgen om nog aantrekkelijke rendementen te vinden die het risico adequaat vergoeden. In een omgeving waar een Amerikaanse verhoging van de kortetermijnrente nakend is, verkiezen wij voorzichtigheid inzake vastrentende beleggingen. In het eerste kwartaal van 2015 waren vooral de Europese aandelenfondsen aan het feest. Fidelity Fast Europe (gedetailleerdere bespreking zie hieronder) presteerde sterk met een performantie in de buurt van 20%. Zijn netto blootstelling tot de aandelenmarkt is dan ook maximaal. Ook ons eigen LS Value Global Equity fonds staat zijn mannetje dankzij een goede focus op de Europese markt. Merclin Global Equity is nog altijd voor 50% belegd in Amerika en profiteerde dan ook van een sterke dollarhausse. Ondanks de dalende olieprijzen kende het Quest Cleantech fonds een schitterend jaarbegin. Intuïtief zou men kunnen veronderstellen dat lage olieprijzen de incentive tot investeringen in alternatieve energiebronnen reduceert en deze sector dus ook klappen zou krijgen. Het Quest Cleantech fonds belegt echter maar zeer beperkt in de pure alternatieve energiesector (8% van het totale fonds). De focus ligt hier eerder op bedrijven die bijdragen tot energie-efficiëntere processen en hier blijven de winsten groeien. Sinds enige tijd richten we onze aandacht wat de opkomende markten betreft op de Aziatische regio. Ondanks berichten dat de groei in China, de grootste mogendheid in deze regio, afzwakt, blijft de onderliggende dynamiek zeer positief. Een gunstige bevolkingssamenstelling, de trend naar verstedelijking en een verhoogd milieubewustzijn bieden opportuniteiten voor deze landen. Daarnaast groeit de hoop dat de onlangs verkozen hervormingsgezinde partijen in landen zoals Indië en Indonesië werk maken van een structurele hervorming en corruptie de kop indrukken waardoor ook het deugdelijk bestuur Naam Morningstar Munt Koers Datum Perf ytd Perf 2014 Perf 2013 Perf 2012 Perf 2011 FIDELITY FAST EUROPE FD A - EUR - ACC **** EUR 362,65 27/03/2015 17,57% 5,97% 20,18% 14,76% -4,46% ABERDEEN GLOBAL ASIA SMALLER COMPANIES EUR ***** EUR 12,42 27/03/2015 8,40% 15,42% 0,00% 0,00% 0,00% DELTA LLOYD ASIAN PARTICIPATION FUND CAP ** EUR 1.461,92 26/03/2015 9,33% 7,87% 17,16% 9,96% 0,00% SCHRODER ISF ASIAN EQUITY YIELD - CAP **** EUR 137,00 27/03/2015 15,93% 22,23% -6,73% 0,00% 0,00% VALUE SQUARE EQUITY FUND WORLD-CAP *** EUR 163,69 26/03/2015 10,22% 0,49% 3,68% 14,75% -8,76% LS VALUE EQUITY EUR 130,08 26/03/2015 10,10% 2,21% 13,52% 0,00% 0,00% MERCLIN GLOBAL EQUITY FUND C CAP *** EUR 612,33 26/03/15 13,25% 19,41% 18,07% 6,88% -2,63% QUEST CLEANTECH FUND-C **** EUR 219,32 26/03/2015 18,14% 8,26% 30,30% 22,62% -15,20% BLACKROCK GLOBAL ALLOCATION FD-EUR A2 CAP **** EUR 47,13 27/03/2015 13,84% 15,38% 9,36% 6,11% -1,25% R VALOR-F CAP ***** EUR 1.564,71 25/03/2015 10,48% 14,98% 23,58% 8,52% -10,20% BLUEBAY INVESTMENT GRADE BOND R ACC *** EUR 175,86 26/03/2015 1,44% 6,43% 3,44% 15,50% -0,22% TRANSPARANT B BOND CORPORATE - CAP ** EUR 1.320,63 26/03/2015 2,12% 4,59% 2,15% 7,48% 0,37% FIDELITY EURO CORPORATE BOND FUND A-ACC-EUR *** EUR 30,50 27/03/2015 2,49% 9,33% 2,10% 14,57% 1,53% INVESCO EURO CORPORATE BOND FUND CAP **** EUR 17,66 27/03/2015 2,15% 8,01% 3,22% 20,34% -1,42% TEMPLETON ASIAN BOND FUND EUR CAP *** EUR 19,99 27/03/2015 9,00% 16,37% -6,91% 8,32% 2,76% 10

of corporate governance zou verbeteren. Daarenboven zijn de meeste landen in deze regio netto-invoerders van olie, wat een extra duwtje geeft aan de consumptie en groei. Het voorbije jaar was onze focus op deze regio terecht. Ook voor de toekomst houden we deze strategie aan. De politieke instabiliteit en corruptieschandalen in andere regio s versterken deze keuze. Onze selectie blijft hier onveranderd. Schroders Asian Equity Yield is een sterk fonds dat zich concentreert op de grotere Aziatische kapitalisaties. Financieel gezonde bedrijven die een standvastig dividend blijven uitbetalen genieten hun voorkeur. Het zijn deze bedrijven die traditioneel ook beter standhouden in tijden van beursturbulenties. Regionaal gaat de voorkeur naar landen die een goede corporate governance nastreven en waar ook de belangen van de minderheidsaandeelhouders behartigd worden. Het Delta Lloyd Asian Participation Fund richt zijn aandacht op het segment van de kleine tot micro kapitalisaties in Azië. Net als Schroders stellen zij de kwaliteit van corporate governance als een belangrijk investeringscriterium en zullen ze bijgevolg enkel in landen investeren waar dit het best ontwikkeld is. Doordat zij echter in kleinere kapitalisaties investeren, met een beperktere liquiditeit zien we hier grotere koersschommelingen, zoals bij een van hun belangrijkste participaties Tiangong Itl na artikels die de cijfers in vraag stelden. Dit kon gefundeerd weerlegd worden maar de koersimpact was wel een feit. Ondanks de recente koersstijgingen van hun participaties blijft de gemiddelde waardering van het fonds aantrekkelijk (gemiddelde koers/winst van 9.3) R Valor is een flexibel fonds. Dit betekent dat het zijn allocatie kan wijzigen van 100% investering in aandelen naar 0%, waarbij het dan volledig in cash of obligaties belegd zou zijn. Zo hadden ze eind 2014 hun aandelengewicht afgebouwd tot 83% door winstnemingen in de technologiesector en afbouw van de geteisterde oliewaarden. Nochtans blijven ze geloven in de vooruitzichten voor de aandelenmarkten en hebben ze derhalve sinds begin dit jaar het aandelengewicht opnieuw opgetrokken tot 94% via aankopen van gezondheidswaarden en bepaalde Chinese aandelen. Het fonds blijft sterk presteren. Blackrock Global allocation is een gebalanceerd fonds dat een verdeling van 60% aandelen 40% obligaties nastreeft naargelang de marktomstandigheden. Momenteel zijn ze voor 55% in aandelen belegd, voornamelijk Amerikaanse, en slechts voor 23% in obligaties wat hun voorzichtige houding tot de vastrentende markt illustreert. Dankzij de sterke dollarstijging realieert het fonds in euro een dubbel-cijferige groei. Zoals reeds eerder vermeld zorgt de Europese kwantitatieve versoepeling waarbij de ECB obligaties opkoopt en zo de rente op een zeer laag niveau houdt, voor een sterke ondersteuning van de obligatiemarkten. De rentes dalen verder (tot zelfs negatief) wat zorgt voor stijgende obligatiekoersen. Dit verklaart de nog steeds positieve performantie van de obligatiefondsen. Toch staan de beheerders hier voor heel wat uitdagingen. De zoektocht naar een aantrekkelijk rendement wordt steeds moeilijker. De vergoeding die men als obligatiehouder krijgt is niet meer in lijn met de risico s. Men spreekt terecht over hoge obligatiewaarderingen of mogelijke (obligatie)zeepbel. Daarenboven voeden de uitspraken van de Amerikaanse centrale bankiers de verwachting dat de Amerikaanse rente binnen enkele maanden kan verhoogd worden. Dit kan een negatieve impact hebben op de obligatiekoersen. Fondsbeheerders dienen dan ook te waken over de interestgevoeligheid van hun vastrentende investeringen. Van onze geselecteerde fondsen positioneren Invesco en Transparant zich als de meest defensieve beleggers. Controle over de duratie (interestgevoeligheid) is een belangrijk investeringscriterium voor Transparant en ze beogen dit ook zeer laag te houden (rond 3.6). Invesco besteedt veel aandacht aan de kwaliteit van de emittent en liquiditeit van de obligaties terwijl ze ook een (relatief) hoge cash positie aanhouden (momenteel 7.5% van het fonds). BlueBay Investment Grade Bond Fund opteert voor bepaalde regio s zoals de Europese periferie en is selectief 11

op het vlak van liquiditeit en duratie. Toch geloven zij dat de marktdynamiek nog voor een tijd gunstig blijft dankzij de kwantitatieve versoepeling en zoeken zijdaarom naar rendement met een hoger risico en interestgevoeligheid. Ook bij Fidelity zien we een verhoging in duratie. Terwijl dit op korte termijn een gefundeerde strategie kan zijn, strookt het op langere termijn minder met onze strategische visie en zijn we dus voorzichtiger geworden ten opzichte van deze fondsen. In het segment van de opkomende vastrentende markten blijft ook hier onze voorkeur uitgaan naar de Aziatische regio (net zoals bij aandelen). De overheidsbalansen van de meeste landen zijn gezond, de economische groei is duidelijk aanwezig en structurele hervormingen maken dat deze economieën zich verder versterken. Een investering in de lokale vastrentende markt lijkt ons een goede diversificatie. We verkiezen hier het Templeton Asian Bond Fund, dat met zijn lage duratie (1.3) goed bestand is tegen interestbewegingen. Fondsen in focus Fidelity Fast Europe Fund Fidelity is een gerenommeerde fondsbeheerder met een globaal beheerd vermogen van meer dan 275 miljard USD. Ze beheren een groot gamma van fondsen die in alle activaklassen vertegenwoordigd zijn. In oktober 2004 lanceerden ze het Fidelity Active Strategy Europe fonds, of FAST Europe. Dit fonds werkt volgens een bottom-up strategie waarbij het bedrijven selecteert die fundamenteel aantrekkelijk gewaardeerd zijn of goede groeivooruitzichten hebben. Minimum 70% van de bedrijven moeten hun hoofdactiviteit in Europa hebben. Het bijzondere aan dit fonds is de actieve strategie. De fondsbeheerder kan niet alleen aandelen kopen (=long positie) waarin ze geloven maar krijgt namelijk ook de mogelijkheid om short te gaan in aandelen die ze overgewaardeerd vinden of waar structurele wijzigingen of financiële verslechtering een negatieve impact op de koers kunnen hebben. Deze technische term houdt in dat men aandelen verkoopt die men niet in bezit heeft, wanneer men een koersdaling van het effect verwacht. Daarnaast mogen ze ook nog opties of andere derivaten aanwenden om risico s af te dekken. De regel is wel dat de gemiddelde blootstelling aan de aandelenmarkt (som van short en long posities) tussen 90 en 110% ligt. De beheerder gelooft momenteel sterk in een heropleving van de Europese economie. Dit vertaalt hij in een netto aandelenblootstelling van 103.7%, waarbij er dus meer aandelen in portefeuille gekocht werden dan geshort en de beheerder daarenboven een call optie op de index nam om zijn groot vertrouwen in de Europese markt te bevestigen. De goedkopere euro en lage olieprijs hebben een gunstig effect op de consumptie van duurzame verbruiksgoederen zoals luxe producten en auto s. De beheerder heeft een sterke fundamentele overtuiging in bedrijven zoals Christian Dior (holding boven LVMH) en Volkswagen. Ook de farmaceutische bedrijven als Roche en Novartis prijken tussen hun top overtuigingen. De short posities worden niet met naam genoemd maar hier vinden we bvb een Britse distributeur, die lijdt onder marktverlies aan de hard discounters zoals Aldi en Lidl of een speler in de ijzerertsmarkt. Dankzij de mogelijkheid om ook short posities aan te gaan wanneer ze vinden dat aandelen overgewaardeerd zijn, zien we dat het fonds erin lukt om in dalende beurzen de verliezen te beperken. Dankzij een goede consistente performantie sinds de lancering van het fonds krijgt het een 4-sterren rating van Morningstar toegekend. Voor investeerders die deze strategie genegen zijn, kan dit fonds een alternatieve belegging zijn in de Europese aandelenmarkt. Koersverloop Fidelity Fast Europe Fund 12

Een nieuwe lente, een nieuwe Webportfolio Leo Stevens bewijst al langer dat puur en persoonlijk vermogensbeheer perfect hand in hand kan gaan met performante technologie. Afgelopen maanden werd er stevig gewerkt aan onze internettoepassing Webportfolio. Begin april ging een nieuwe versie online. Trouwe gebruikers hebben bijgevolg reeds kunnen proeven van deze nieuwe release. De eerste feedback is alvast erg positief. Wat is er gewijzigd? Op technisch vlak werd de browser applicatie verder uitgebreid. Zij kan nu draaien op alle soorten toestellen (smartphones, tablets, laptops, windows pc s, mac computers,...) waar en wanneer u maar wil. De vormgeving past zich daarbij automatisch aan de grootte van uw toestel aan. Tevens kunt u via Webportfolio vanaf nu alle bewegingen op uw rekening (aan- en verkopen, couponuitbetalingen, wisselverrichtingen, edm.) in detail opvragen. Met een simpele klik worden de achterliggende borderellen op overzichtelijke wijze getoond. Hiervoor hoeft u bijgevolg niet langer Netportfolio te consulteren; die toepassing wordt dan ook afgeschaft. Tot slot werd ook de vormgeving volledig herzien. Op een meer grafische manier, met de nodige tabellen, grafieken en kleuren, wordt alle belangrijke informatie (product-, risico-, sector- en muntspreiding, rendementen, transactiehistoriek, edm.) op een heel toegankelijke wijze weergegeven. Makkelijk en eenvoudig in gebruik. Het is dus zeker de moeite om eens een kijkje te gaan nemen. Mocht u nog geen toegang en gebruikerscode hebben, dan volstaat een telefoontje of mail naar uw beheerder. 13

Nieuw - De Vlaamse Codex Fiscaliteit Het Vlaamse Gewest bepaalde al langer de tarieven van de successierechten maar stond niet in voor de inning ervan. Sinds begin 2015 int de Vlaamse Belastingdienst (Vlabel) in het Vlaamse Gewest nu zelf de successie- en registratierechten. Daarom heeft de Vlaamse overheid de hele regelgeving hierrond overgeheveld naar de Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF). Ook al werd in de memorie van toelichting gesteld dat het geenszins de intentie was om grote wijzigingen van de bestaande regelgeving door te voeren de Vlaamse Codex Fiscaliteit houdt duidelijk meer in dan een loutere taalkundige modernisering van de oude wetboeken. Voortaan spreken we weliswaar niet meer over schenkingsof successierechten maar over schenkbelasting en erfbelasting, waarbij erfbelasting zowel het oude successierecht voor rijksinwoners als het recht van overgang voor niet-rijksinwoners dekt. Naast dergelijke herformuleringen zijn er echter ook nog enkele wijzigingen ten gronde. Aangifte nalatenschap en registratie van akten De aangifte van een nalatenschap zal niet langer gebeuren bij de ontvanger van de laatste fiscale woonplaats, maar rechtstreeks bij de Vlaamse Belastingsdienst. Registratie van akten gebeurt nog steeds bij de federale registratiekantoren: de FOD (Federale Overheidsdienst) zal de aangeboden akte echter doorgeven aan de Vlaamse belastingdienst. Net zoals bij de andere Vlaamse belastingen, zoals de verkeersbelasting, zal de belasting nu ingekohierd worden, waarbij de Vlaamse Belastingdienst een aanslagbiljet zal verzenden. Vanaf de ontvangst van het aanslagbiljet krijg je dan 2 maanden de tijd om te betalen. De betaling van de schenkbelasting zal dus niet meer aan het registratiekantoor moeten gebeuren. De aanslag van de Vlaamse Belastingdienst zal gedurende 5 jaar kunnen worden gevestigd bij het aanvangen van de aangiftetermijn, tenzij het om fraude gaat, dan wordt de termijn verlengd tot 9 jaar. Forfaitaire begroting schulden en kosten begrafenis De aangifte van kleine nalatenschappen wordt vereenvoudigd. De huishoudelijke schulden (o.a. ook zieken huis - rekeningen) worden vanaf nu forfaitair geraamd op 1.500 euro, de kosten verbonden aan de begrafenis op 6.000 euro. De forfaitaire kosten zullen jaarlijks geïndexeerd worden. Uiteraard is het nog steeds mogelijk om de effectieve schulden en begrafeniskosten aan te tonen. Laattijdige indiening foutieve of onvolledige vermeldingen De aangiftetermijnen zelf wijzigen niet: dus in principe binnen de 4 maanden na overlijden. De sanctie bij laattijdige aangifte verhoogt echter aanzienlijk: vroeger gold een boete van 25 euro per erfgenaam per maand vertraging, nu zal de boete 5 tot 20% bedragen, afhankelijk van het aantal maanden dat men te laat is bij de aangifte. Net als vroeger kan er nog steeds uitstel voor aangifte worden gevraagd. In de vroegere regeling werd er bij verleend uitstel op basis van gegronde redenen geen boete opgelegd, terwijl er in de nieuwe regeling bij een verlenging van de aangiftetermijn wél wordt voorzien in een belastingverhoging die oploopt van 1% tot 10%. Ook wanneer de aangifte onvolledige of foutieve vermeldingen bevat, die leiden tot een bijkomende aanslag van erfbelastingen, wordt er in de nieuwe regeling een belastingverhoging van 20% doorgerekend. Overtredingen die gepleegd werden met de bedoeling om belastingen te ontduiken worden zelfs met een belastingverhoging van 100% beteugeld. Opschortende voorwaarde bij schenking Alle schenkingen van roerende goederen, gedaan onder opschortende voorwaarde of termijn van (voor)overlijden van de schenker worden voortaan als een fictief legaat. Een schenkingsakte waarbij de overdracht van roerende goederen (bijvoorbeeld een effectenportefeuille of aandelen van 14

een familiebedrijf) wordt uitgesteld tot aan het overlijden van de schenker, zal bijgevolg onderworpen worden aan successierechten. Waardering van beursgenoteerde effecten bij registratie schenking Ook de manier waarop de waarde van beursgenoteerde effecten wordt bepaald is nieuw. Voor schenkingen van dergelijke effecten wordt nu de beurswaarde/slotkoers gebruikt op datum van de eerste dag van de maand waarin de schenking plaatsvindt, i.p.v. op schenkingsdatum zelf. Geen voorafgaande schatting en controleschatting Bij het vererven van vastgoed is de waarde erg belangrijk én bepalend voor de successierechten. Vroeger kon er een voorafgaande schatting gevraagd worden en op basis daarvan werden de successierechten berekend. In de nieuwe Vlaamse Codex werden deze voorafgaande schatting en eventuele controleschatting afgeschaft. Als alternatief kunnen aangifteplichtigen wél een schatting vragen aan de Vlaamse administratie, voor de aangifte en uiterlijk voor het verstrijken van de aangiftetermijn. Deze maatregel biedt echter minder bescherming. De administratie is bovendien rechter en partij. De schatting is bindend voor beide partijen waardoor de aanvrager enkel via bezwaar en gerechtelijke procedure kan reageren. De nieuwe maatregel geldt enkel voor onroerende goederen die zich in België bevinden en niet voor roerende goederen. Ook wanneer onroerend goed werd ingebracht in een patrimoniumvennootschap is er geen schatting mogelijk. Schrappen stiefouderadoptie Bij een stiefouderadoptie adopteert men het kind van zijn / haar partner, zodat dit kind, net als natuurlijke kinderen, tegen de lagere tarieven zal erven. In de Vlaamse Codex werd de stiefouderadoptie als afzonderlijke categorie geschrapt waardoor dat verlaagde tarief niet meer doorwerkt naar beneden waardoor de kinderen van het geadopteerde stiefkind belast zullen worden aan het tarief van vreemden. Bijkomend gevolg is dat de band wordt verbroken bij een echtscheiding tussen de stiefouder en de ouder, waardoor het geadopteerde stiefkind opnieuw tegen het tarief voor vreemden erft. Nieuwe regels schenking en vererving van familiale ondernemingen Sinds 1 januari 2012 kan een familiebedrijf in Vlaanderen geschonken worden aan 0% of vererfd worden aan een gunsttarief van 3% (in rechte lijn of tussen partners) of aan 7% in alle andere gevallen. De Vlaamse Codex voorziet nu in een verruiming van de zogenaamde participatievoorwaarde. De erflater/schenker moet samen met zijn naaste familie minimaal 50% (in sommige gevallen slechts 30%) van de aandelen in de familiale vennootschap in volle eigendom aanhouden. Om te beoordelen of het bovenvermeld percentage werd gehaald keek men naar het percentage aandelen dat de erflater/schenker had samen met volgende personen: de partner (huwelijk of samenwonend) de verwanten in rechte lijn (ouders, kinderen, kleinkinderen) en hun partners; de broers en zussen en hun partners de kinderen van vooroverleden broers en zussen Nu komen ook de neven en nichten in aanmerking, zelfs indien hun ouders nog niet vooroverleden zijn, om te berekenen en om te zien of aan de bovenvermelde participatievoorwaarde is voldaan. We merken hierbij nog op dat in de VCF nu ook duidelijk wordt vermeld dat er enkel mag rekening gehouden worden met aandelen die in handen zijn van natuurlijke personen; aandelen die bijvoorbeeld onrechtstreeks via een holdingvennootschap worden aangehouden worden niet meegerekend. Ook de zogenaamde continuïteitsvoorwaarde wordt verruimd: het is voldoende dat het familiebedrijf een activiteit gedurende minstens 3 jaar verderzet na de schenking of het overlijden. Deze activiteit moet niet noodzakelijk meer dezelfde zijn als de activiteit die vóór het overlijden of de schenking werd gevoerd. Wel moet deze activiteit voldoen aan het criterium dat het om een reële economische activiteit gaat. Wat daaronder concreet verstaan wordt, is ook verder uitgewerkt in de VCF. Een laatste belangrijke wijziging aan de gunstregeling van de familiebedrijven is dat niet meer voorafgaand aan de schenking of bij de aangifte van de nalatenschap een attest van de Vlaamse Belastingdienst moet worden bijgevoegd waarin bevestigd werd dat aan de voorwaarden van de gunstregeling werd voldaan. Bij de aangifte nalatenschap of binnen de 7 werkdagen na de registratie van de schenkingsakte moeten de nodige bewijzen worden toegevoegd dat aan de vereisten is voldaan voor de gunstregeling. Als een schenker echter twijfelt of hij wel voldoet aan de voorwaarden kan hij toch nog altijd een voorafgaandelijk akkoord aanvragen om rechtszekerheid te verkrijgen. Geen Vlaamse rulingdienst Vroeger kon men bij het uitwerken van een successieplanning een voorafgaande beslissing van de rulingcommissie krijgen en zo absoluut zeker zijn dat de planning later niet zou worden aangevochten door de fiscus. De rulingcommissie is echter bevoegd op federaal niveau en verdween voor Vlaanderen begin dit jaar. Rulings die voor 1 januari 2015 verleend zijn, blijven ondertussen wel hun geldigheid behouden; de Vlaamse belastingdienst zal er ook na deze datum rekening mee houden (en de betrokkenen behouden volledige rechtszekerheid). 15

Boordtabel Dow Jones Euro- Fed Funds ECB-repo US 10 YR Bund 10 YR Brent Goud USD/EUR Nat Gas Stoxx 50 (%) (%) (%) (%) $/brl $/ons VSA 31.03.2015 17976 3734 0,25 0,05 1,95 0,21 55,7 1180 1,077 2,63 31.12.2014 17823 3146 0,25 0,05 2,2 0,54 59,7 1181 1,2185 3,06 30.9.2014 17113 3220 0,25 0,05 2,53 0,97 96,6 1219 1,269 4,02 30.6.2014 16851 3227 0,25 0,15 2,53 1,26 112,85 1314 1,3645 4,41 31.3.2014 16323 3172 0,25 0,25 2,7 1,55 107,6 1295 1,377 4,39 1.1.2014 16478 3102 0,25 0,25 2,99 1,95 111,56 1203 1,3769 4,45 1.1.2013 14578 2635 0,25 0,75 1,75 1,31 111,27 1676 1,3084 3,36 1.1.2012 12318 2293 0,25 1 2,02 1,92 108,2 1597 1,306 3,15 1.1.2011 11548 2634 0,25 1 3,38 2,97 94,06 1401 1,321 4,08 1.1.2010 10428 2964 0,25 1 3,83 3,38 78,1 1097 1,4325 5,82 1.1.2009 8776 2477 0,25 2,5 2,15 2,95 44,25 882 1,3970 6,00 1.1.2008 13044 3634 4,25 4 4,02 4,30 97,83 833 1,4590 7,34 1.1.2007 12475 4182 5,25 3,5 4,70 3,95 60,52 636 1,3200 6,25 1.1.2006 10847 3360 4,25 2,25 4,39 3,33 61,15 517 1,1820 9,64 1.1.2005 10729 2788 2,25 2 4,21 3,64 41,07 429 1,3465 6,14 1.1.2004 10453 2660 1 2 4,25 4,29 30,2 415 1,2600 6,20 1.1.2003 8341 2407 1,25 2,75 3,81 4,20 28,7 348 1,0492 5,12 1.1.2002 10021 3706 1,75 3,25 5,05 5,00 19,9 279 0,8895 2,25 1.1.2001 10780 4560 6,50 4,75 5,10 4,83 24 273 0,94 9,26 1.1.2000 11500 4730 5,50 3,00 6,46 5,33 24 287 1 2,18 1.1.1999 9167 3300 4,75 3,00 4,83 3,84 10 288 1,16 1,83 CPI CPI BBP-groei BBP-groei Werkloosh. Werkloosh. ISM IFO Cons Cons (VSA) (Euro-12) (VSA) (Eurozone) (VSA) (Euro-12) Verwerkende Duitsland Vertr Vertr (%) (%) (%) (e-yoy) (%) (e-yoy) (%) (%) Nijverhd -VSA Eurozone VSA 31.03.2015 0-0,3 2,4 0,9 5,5 11,2 52,9 107,9-3,7 96,4 31.12.2014 1,30 0,30 3,00 1,00 5,80 11,50 58,7 105,5-10,9 88,7 30.09.2014 1,70 0,40 2,10 0,80 6,10 11,50 59 104,7-11,4 92,4 30.06.2014 2,10 0,50 2,20 1,10 6,30 11,70 55,4 109,7-7,5 85,2 31.3.2014 1,10 0,70 2,50 1,10 6,70 12,00 53,2 110,7-9,3 82,3 1.1.2014 1,20 0,90 2,50 0,70 7,00 12,10 57,3 109,5-13,6 70,4 1.1.2013 1,70 2,20 2,00-0,10 7,80 11,80 50,2 102,5-26,3 66,7 1.1.2012 3,40 3,00 2,00-0,90 8,60 10,30 52,7 107,2-21,2 64,5 1.1.2011 1,60 1,90 2,60 1,70 9,00 10,00 56,6 109,9-11 52,5 1.1.2010 2,10 1,00 2,50 1,50 9,70 9,90 54,9 95,8-16 53,6 1.1.2009 0 0,00-1,50-1,50 6,70 7,70 36,2 82,6-25 38 1.1.2008 4,10 3,20 1,50 2,00 5,00 7,20 50,7 103,4-9 90,6 1.1.2007 2,50 2,40 2,50 2,50 4,60 7,50 49 107,9-7 110 1.1.2006 3,40 2,30 3,40 1,90 4,90 8,40 55,6 99,7-11 103,8 1.1.2005 3,00 2,10 3,10 1,80 5,40 8,90 56,4 96,7-13 102,7 1.1.2004 2,00 2,00 4,00 1,80 5,70 8,80 66,2 96,8-16 91,3 1.1.2003 2,50 2,10 2,00 1,00 6,00 8,50 55,2 87,3-16 80,7 1.1.2002 1,90 2,30 0,50 1,60 5,80 8,50 48,1 85,8-10 94,6 1.1.2001 3,70 2,40 5,00 3,30 4,20 8,70 44,2 96,8-1 115,7 1.1.2000 2,70 1,70 4,20 3,30 4,40 9,60 57,5 98,8-1 144,7 1.1.1999 2,10 1,10 4,00 2,00 4,50 10,50 50 99 0 128,9 Schildersstraat 33 2000 Antwerpen T +32 3 242 03 70 F +32 3 242 03 89 BTW BE 0404 496 829 RPR Antwerpen info@leostevens.com www.leostevens.com