A. Invasieve aspergillosis en overige schimmelinfecties

Vergelijkbare documenten
5 Antimicrobieel beleid

Een doodgewone schimmelinfectie? Géke Kamphof Senior verpleegkundige Hematologie Beenmergtransplantatie LUMC

Evaluatie van surveillance hemoculturen bij hematologische patiënten onder immunosuppressiva

Azool resistentie in Aspergillus fumigatus in Nederland

Vroeg-detectie van Invasieve Aspergillose door middel van analyse van uitademingslucht. M.G. Gerritsen, arts-onderzoeker

Ivm (recidiverende) langdurige neutropenie de gehele behandeling blijven

4 Infectie preventie 4.1. Isolatie kinderen met een oncologische aandoening binnen een zorgunit

Klinische Dag. 3 oktober 2013 Disclosure belangen spreker. (potentiële) belangenverstrengeling

4 Infectie preventie Antibacteriële Selectieve Darm Decontaminatie (SDD)

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

Commentaarronde Conceptrichtlijn Invasieve Mycosen 2017 versie

VSV Achterhoek Oost Protocol Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties

Uw brief van Uw kenmerk Datum mei Ons kenmerk Behandeld door Doorkiesnummer ZA/ mw. J.E. de Boer (020)

Antibiotic stewardship in Tergooi. Dr. P.D van der Linden, ziekenhuisapotheker-klinisch epidemioloog

Preventie van groep B-streptokokken infectie

Van sepsis tot orgaanfalen

Koorts bij zuigelingen

Richtlijn Q koorts. versie Jeroen Bosch Ziekenhuis. Richtlijn Q koorts

Aandacht voor behandeling van bloedstroominfecties met Staphyloccoccus aureus en Candida sp binnen een antimicrobial stewardship programma

Assortiment laboratorium apotheek

Overzicht aanbevelingen richtlijn Urineweginfecties bij kwetsbare ouderen (2018)

Pharmacokinetics and optimal exposure of antifungal drugs in critically ill patients van der Elst, Kimberly Corina Maria

Richtlijn voor diagnostiek en behandeling van een onbekende primaire tumor in het hoofd-halsgebied: Unknown Primary

Uw brief van Uw kenmerk Datum 6 april 2007 Farmatec/P mei 2007

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)

Samenvatting richtlijn medicamenteuze behandeling van tuberculose NVALT

Antifungale combinatietherapie

CASE REPORT FORM. (1) Bronovo (2) MCH (3) Haga Ziekenhuis (4) LUMC (5) Maasstad zks (6) Lucas Andreas (7) St. Antonius Nieuwegein.

De klinisch apotheker op een chirurgische dienst

Pegfilgrastim. Het afbeeldingonderdeel met relatie-id rid12

Maligne pleura exsudaat

Splenomegaliebij een Eritrese vluchteling. Isaie Reuling 17 Januari 2017

Oesophaguscarcinoom Chirurgische Behandeling. Sylvia van der Horst, PA chirurgie Maart 2019

PET-CT. Moderator Rosa Veldhoen. 1st author / speaker Judit A. Adam Nucleair geneeskundige

Resistentieproblematiek. Resistentieproblematiek. Sprekers. Medisch perspectief

Centraal zenuwstelsel betrokkenheid in cutaan T-cel lymfoom. MDO-praatje

Pneumocystis jirovecii pneumonie Behandeling met corticosteroïden. Teske Schoffelen, arts-assistent IC

Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie, met uitsluiting van de gehospitaliseerde neonaat.

Tuberculose Hyperinflammatie. Elgin Gülpinar

Azoolresistente invasieve aspergillose

9 e Post-O.N.S. Meeting

SWAB richtlijn Community Acquired Pneumonie (CAP)

Overzicht van de belangrijkste wijzigingen in het concept van de MRSA richtlijn na verwerking van het landelijk commentaar.

NB. Op klinische indicatie kan een hogere grens gehanteerd worden. *Bij zuigeling valt te overwegen om grens hoger te houden nl > 5.

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen M. Roeven

2. KOSTENEFFECTIVITEIT PET/CT IN STADIUM III/IV PATIËNTEN (met behulp van scenario analyses)

Onderstaande vragen zijn van toepassing op de periode 6-12 maanden postoperatief

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 april 2006 Farmatec/P juli 2006

Voriconazol en ritmestoornissen

PJP profylaxe bij prednison. Amelieke Cremers, AIOS MMB

Aan de minister voor Medische Zorg en Sport Postbus EJ DEN HAAG. Datum 31 juli 2018 Betreft Beoordeling isavuconazol (Cresemba )

Apotheek Ziekenhuis Rijnstate

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)

K.B In werking B.S

De hematologie patiënt op de IC. Mirelle Koeman, internist-intensivist

7.13. Koorts bij neutropene patiënt

Q & VRAAG- EN ANTWOORDBROCHURE VOOR BEROEPSBEOEFENAREN IN DE GEZONDHEIDSZORG. VFEND (voriconazol) oraal/intraveneus

Laarbeeklaan Brussel. Oncologisch Handboek. Richtlijnen Urologie. Testis

Assortiment laboratorium apotheek

Acute graft-versus-host ziekte na een levertransplantatie: wat te doen? T.J.F. Snijders

J. Mamma aandoeningen

Oncologie - Nielander

Sinds maanden hoestklachten Geel/groen sputum Dyspnoe Snel moe 12 kg afgevallen Roken: kort geleden gestopt. Anamnese

Ernstige inflammatie tijdens herstel van neutropenie

Optimaliseren van het antibioticabeleid in Nederland XII. SWAB-richtlijnen voor de behandeling van invasieve schimmelinfecties

Verdeling Borrelia species

Interpretatie labo-resultaten

Protocol HIV neurologie. Datum: Revisie: momenteel onder revisie

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Verpleegkundige aspecten bij Hematologische aandoeningen en Stamceltransplantaties

Het CAPiTA-onderzoek in Nederland. SWAB-richtlijn voor de behandeling van invasieve schimmelinfecties

Maligne hematologie. Asia Ropela, internist-oncoloog St.Jansdal ziekenhuis 22 maart 2014

Wat kan het zijn in het brein? Klinische Werkgroep Parasitologie 20 januari 2014 Martijn den Reijer Jaap van Hellemond

J. Mamma aandoeningen. Inhoudsopgave 01 J 02 J 03 J 04 J 05 J 06 J 07 J 08 J 09 J 10 J 11 J 12 J 13 J 14 J 15 J 16 J 17 J 18 J 19 J

BIJLAGE 2: DEFINITIES ZIEKENHUISINFECTIES Lijnsepsis PREZIES versie: Documentversie: 1.0

Toegevoegde waarde van FDG-PET-CT bij de diagnostiek van invasieve schimmelinfecties bij patienten met neutropenie

longcarcinoom: stadiëring en behandeling

Antibiotica profylaxis in de orthopedie. Apr. Eva Van de Putte

Chemotherapie geïnduceerde neutropenie: wat betekent dit voor de patiënt? Hans Gelderblom 18 november 2014

Klinische Dag NVvH 2 oktober 2014 Disclosure belangen S. Boerman. Geen (potentiële) belangenverstrengeling

Palpabele lymfeklieren bij kinderen. Kinderarts-infectioloog

Assortiment laboratorium apotheek

GENETISCHE ONDERZOEKEN Art. 33bis pag. 1 officieuze coördinatie

Echinocandines in IC patiënten alle 3 gelijkwaardig?

URINEWEGINFECTIE BIJ KINDEREN

Multidisciplinaire behandeling van patient met een renaalcelcarcinoom

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Hersenmetastasen. Jeroen van Eijk Neuroloog JBZ 2 oktober 2014 Symposium Palliatieve Zorg

Chapter 8. Nederlandse samenvatting

Verpleegkundig protocol plerixafor

K.B In werking B.S

VADEMECUM HEMATOLOGIE. Afdeling Hematologie Erasmus MC

Betreft: Risico minimalisatie materiaal betreffend Voriconazol B-Medical (voriconazol) voor voorschrijvers

Zika virus en zwangerschap

ALGEMENE INFO HUIDIG PROBLEEM VRAAG 1 1/02/2018 ANTIMYCOTICA EN LABOPARAMETERS. Sepsis met MOF Stenotrofomonas-sepsis

Hairy cell leukemie. Mariëlle Wondergem hematoloog VUmc

Een zuigeling met een infectie

VSV-Samen protocol GBS, Preventie en behandeling van early-onset neonatale infecties.

Wat is primair hyperaldosteronisme? water- en zouthuishouding verhoogde bloeddruk en een laag gehalte aan kalium.

DIS and wiping out central line infections, diffuse intravasale stolling en infecties beter onder controle

Transcriptie:

Anti-schimmelbeleid PMC A. Invasieve aspergillosis en overige schimmelinfecties Profylaxe Indicatie Primaire profylaxe Primaire profylaxe wordt aanbevolen voor patiënten met een hoog risico op schimmelinfecties. Voor de hemato-oncologische patiënt betreft dit de patiënten met een ALL, AML, non-hodgkin lymfoom, aplastische anemie/ MDS, neuroblastoom en Wilms tumor in de intensieve behandelfasen en bij ablatieve chemotherapie (zie SKION site, ziektespecifieke behandelprotocollen). Hoog risico patiënten die een allo-hsct ondergaan zijn gedefinieerd als patiënten die behandeld worden voor een ALL-HR, AML, AML/ MDS, SAA en patiënten in langdurige aplasie t.g.v. chemotherapie (bv. >CR2) voorafgaand aan de HSCT. Eveneens patiënten met agvhd graad II, extensive cgvhd, en patiënten behandeld met immuunsuppressie met dosering prednison > 1 mg/kg/dag, waarbij ingeschat wordt dat de dosering niet binnen 1 week zal worden verlaagd tot een dosering 1 mg/kg/dag, komen voor primaire profylaxe in aanmerking. Daarnaast kunnen patiënten die niet tot deze categorieën behoren gedefinieerd worden als hoog risico op basis van individuele patiëntcriteria (zoals CGD, Kostmann syndroom etc.) (zie iprova). Secundaire profylaxe Voor secundaire profylaxe komen in aanmerking patiënten die eerder een schimmelinfectie hebben doorgemaakt en continuering of nieuwe immuunsuppressieve behandeling ondergaan. Duur profylaxe Hemato-oncologische patiënten: continueer profylaxe totdat patiënt niet meer neutropeen is/ langdurig gaat worden Allo-HSCT patiënt: continueer profylaxe totdat in het perifere bloed > 300 CD3+ cellen /µl worden gemeten.

Keuze profylaxe Hemato-oncologische patiënten: o 1 e keuze primaire profylaxe: itraconazol oraal (dosering zie kinderformularium) o 1 e keuze primaire profylaxe in ALL-11 protocol 1A: micafungin 2x/ week 9 mg/kg Max 300 mg. o Alternatief: micafungin (dosering zie kinderformularium) L-Amfotericine B 2x/ week 2.5 mg/kg. Allo-HSCT patiënten: o 1 e keuze primaire profylaxe: L-Amfotericine B 2x/ week 2.5 mg/kg o Alternatief: voriconazol (dosering zie kinderformularium) posaconazol (dosering zie kinderformularium) micafungin (dosering zie kinderformularium) Secundaire profylaxe is afgestemd op de gevoeligheid van de eerder gevonden schimmel. Voriconazol en posaconazol (dosering zie kinderformularium) komen in aanmerking bij de niet azol resistente schimmel. Diagnostiek A. Screening Indicatie: Kinderen rond allo-hsct en met hematologische maligniteiten in neutropenie Diagnostiek: Screening d.m.v. serum Aspergillus galactomannan (GM) bepaling. De test wordt 2x/week uitgevoerd tijdens de klinische neutropenie fase en wekelijks bij poliklinische controles. Na allo-hsct wordt screening geadviseerd tot >300 CD3+ cellen/µl. Een serum Aspergillus GM van 0.5 wordt als positief beschouwd.

B. Bij verdenking op een schimmelinfectie Indicatie: In geval van herhaalde positieve serum Aspergillus GM óf persisterende koorts (>96 uur) in neutropenie onder breed-spectrum antibiotica zonder verklaring Diagnostiek: HRCT-thorax Serum Aspergillus GM (indien niet recent verricht) Bij afwijkingen op HRCT-thorax verdacht voor schimmel BAL voor Aspergillus GM bepaling, schimmelkweek (microbiologie) en cytologie (pathologie) (bij positieve BAL Aspergillus GM ( 0.5) en nog negatieve schimmelkweek wordt automatisch een Aspergillus resistentie PCR op de BAL gedaan) Overweeg longbiopt MRI cerebrum en sinus (<48 uur na starten antifungale therapie) Bij afwijkingen op CT of MRI cerebrum verdacht voor schimmel Liquor: schimmelkweek en GM o (bij positieve Aspergillus GM 0.5 op liquor: Aspergillus resistentie PCR op liquor) Overweeg hersenbiopt Therapie A. (Verdenking) Aspergillosis Empirische therapie, bij onbekende azol resistentie:

(Verdenking) pulmonale en/of cerebrale aspergillosis voriconazol IV (dosering zie kinderformularium) en L-Amfotericine B (ambisome, 5 mg/kg) (dosering ambisome te verlagen naar 3 mg/kg bij negatieve MRI brein) (Verdenking) aspergillosis in de sinus tevens consultatie KNO voor evt FESS en/of lokale therapie Aanpassing bij bewezen azol gevoeligheid: voriconazol (dosering zie kinderformularium) monotherapie (L-Amfotericine B staken indien voriconazol op spiegel) Aanpassing bij bewezen azol resistente: L-Amfotericine B 3 mg/kg monotherapie (5 mg/kg bij cerebrale betrokkenheid). Voriconazol staken bij bekend worden azolgevoeligheid Aanpassing bij onbekend blijvende azol gevoeligheid: 2 weken na start dubbeltherapie overwegen om over te gaan op voriconazol monotherapie (indien goed op spiegel) waarbij beeldvorming voor en 2 weken na switch naar monotherapie wordt aanbevolen. (Te verwachten) neutropenie duur, evaluatie beeldvorming en galactomannan beloop zullen hierbij een rol spelen. B. (Verdenking) Mucormycosis Indicaties (o.a.): snel progressief beeld (kliniek en HRCT-thorax) progressie onder voriconazol en/of amfotericine B negatieve Aspergillus GM op BAL positieve Mucor PCR op BAL/sputum typische microscopische afwijkingen invasieve groei Empirische therapie:

L-Amfotericine B minimaal 5 mg/kg en sterke indicatie voor chirurgische therapie Duur behandeling De behandelduur is van invasieve schimmelinfecties is 6-12 weken en tenminste tot 2 weken na herstel uit neutropenie. Kliniek, beeldvorming en beloop serum Aspergillus GM (indien positief bij aanvang) zijn hierbij leidend. Voor secundaire profylaxe, zie onder profylaxe Follow-up Bij alle patiënten: Herhaal beeldvorming minimaal 6 weken na start antifungale therapie Op indicatie (b.v. verdenking therapiefalen) frequenter. Bij patiënten met verdenking aspergillose en onbekende azol gevoeligheid: Herhaal beeldvorming vóór en 2 weken na switch naar azol monotherapie. Therapeutic drug monitoring (TDM) TDM is geadviseerd bij gebruik van alle azolen. Specifiek advies per azol wordt gemaakt in samenwerking met de apotheker B. Invasieve candida infecties Profylaxe Indicatie Allo-HSCT patienten die geen anti-schimmel profylaxe krijgen gedurende de neutropene fase

Keuze: fluconazol (dosering zie kinderformularium) Hemato-oncologische patiënten met Candida kolonisatie op 2 plaatsen die neutropeen zijn en geen itraconazol of andere antifungale profylaxe krijgen. Keuze: fluconazol (dosering zie kinderformularium) (fluconazol resistente Candida isolaten worden niet profylactisch behandeld) Duur: 10 dagen. Indien controle kweken (ingezet na 7 dagen) op dag 10 nog positief zijn, fluconazol continueren en controle kweek week nadien herhalen. Diagnostiek Bij verdenking invasieve Candida infectie: reguliere bloedkweken (er is geen standaard indicatie voor speciale mycosis bloedkweekflesjes) op indicatie serummarkers (beta-d-glucan, mannan en anti-mannan) beeldvorming van abdomen bij verdenking invasieve candidiasis van lever, nier en/of milt Inventarisatiekweken overwegen? Bij bewezen infectie: disseminatie onderzoek (consult oogarts, echo abdomen en op indicatie beeldvorming brein/ Pet scan/ LP/ punctie/ biopt) herhaalde bloedkweken elke 48 uur totdat bloedkweken negatief zijn gebleven Therapie Verwijder kunstmateriaal, zoals intravasculaire catheters, perifere infusen en arterielijnen Controleer met welke Candida spp. de patiënt gekoloniseerd is. Gevoeligheid voor azolen en echinocandines is species afhankelijk. Empirische therapie Patiënten met een invasieve Candida infectie 1 e keuze: micafungin (dosering zie kinderformularium)

1 e keuze alternatief: fluconazol (dosering zie kinderformularium) mits patiënt niet ernstig ziek/niet hemodynamisch instabiel, geen bekende kolonisatie met fluconazol ongevoelige Candida spp, geen voorbehandeling met azolen andere alternatieven in overleg Patiënten met Candida meningitis, endophthalmitis of invasieve urineweginfectie: therapie in overleg met kinderarts-infectioloog en/of arts-microbioloog. In aanmerking komen fluconazol, L-amfotericine B, flucytosine en voriconazol. Bij deze ziektebeelden is er geen indicatie voor micafungin ivm slechte penetratie Duur behandeling Stepdown therapie van micafungin naar fluconazol bij klinische verbetering, negatieve controle bloedkweken en infectie met een fluconazol gevoelige Candida spp. In de regel zal dit na 5-7 dagen na start micafungin zijn. Candidemie therapie bij niet-neutropene patiënten voortzetten tot 14 dagen vanaf de eerste negatieve bloedkweek. Bij candidemie in neutropenie therapie tot einde neutropenie. Opmerking: Het UMCU/PMC heeft een keuze gemaakt uit de beschikbare echinocandines voor micafungin. Waar in de behandeling voor Candida infecties micafungin staat genoemd kan ook caspofungin worden gelezen door behandelaren in ziekenhuizen waar preferentieel caspofungin gebruikt wordt.