Samenvatting Projectplan CHEMIE 2005 A 710



Vergelijkbare documenten
VERSLAG INSPECTIEPROJECT ASBEST OP STORTPLAATSEN

Resultaat Atex 137 toezicht in 2007

EUROPEAN CONSTRUCTION CAMPAIGN 2004

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID ARBEIDSINSPECTIE EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT GROENTE, FRUIT, ZUIVEL EN DRANKEN (A430)

Rapportage inspectieproject A634

ARBEIDSINSPECTIE MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Eindverslag Opslag Ammoniumnitraat

Voorlichting, onderricht & Toezicht

VERSLAG INSPECTIEPROJECT TECHNISCHE GROOTHANDEL (A501) ARBEIDSINSPECTIE. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

PROJECTVERSLAG. Project Schilders - OPS

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en.

Arbo-inspecties in actieplanbedrijven Inspectierapportage bij bedrijven met een verhoogd risico op ongevallen

VERSLAG INSPECTIEPROJECT DE FYSIEKE BELASTING BIJ METSELAARS

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Arbeidsinspectie Den Haag Januari 2006 Inspectieproject glas en keramiek. Looptijd: 1 februari 2006 t/m 30 april 2006

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, en.

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES

LANDELIJK PROJECTVERSLAG HOUT EN MEUBEL 1999

projectverslag Textiel 2002 A523

Toolbox-meeting Arbeidsinspectie en handhaving

In het project zijn verder de volgende inspectiepunten meegenomen: -verdrinkingsgevaar, -instructie, -persoonlijke beschermingsmiddelen en -werkdruk

Atex. ATmosphères EXplosives

EXPLOSIEVEILIGHEIDSDOCUMENT Beoordeling van explosiegevaren door gas en damp van binnen arbeidsplaatsen

Inspectie naar de actualiteit van de KEW vergunningen

Thema Nieuwsbrief. In dit plan presenteert de Inspectie SZW de aandachtspunten voor controles op de werkvloer. Dit zijn:

Wijziging Beleidsregels arbeidsomstandighedenwetgeving

Blootstelling aan gevaarlijke stoffen

Projectverslag Metaal 1999-A208 BIK 27 t/m 30, 34 en 352 t/m 355

Projectverslag. Vakkenvullen jeugdigen supermarkten 2004

Arbeidsomstandighedenbeleid

Naar een veiliger (proces) industrie. Inspecties naar het onderhoudsmanagement en de veilige en juiste uitvoering van onderhoud bij BRZO-bedrijven

Op donderdag 18 september 2014 hebben wij, de heer 10.2.E. Er is tijdens dat bezoek gesproken met de heer 10.2.E

Heeft u een klacht? Meld het bij de Arbeidsinspectie

BEVOEGD GEZAG WET MILIEUBEHEER Eindrapport Inspectieproject Onderhoudsstops Brzo/ARIE

PROJECTNUMMER: A439 EINDVERSLAG INSPECTIEPROJECT BROODBAKKERIJEN

Bijeenkomst Platform voor ondernemingsraden in de Zorg

FNV Bondgenoten. Checklist Beleid chemische stoffen, zwangerschap en voortplanting in bedrijven

Eindverslag inspectieproject OPS 2001 A491

Gezond & veilig werken in kleinschalige zorgvoorzieningen dát maakt zorg beter

Projectverslag Leerindustrie

Directie Arbo Datum Basisteam Alkmaar Onze referentie > > > >

Basisinspectiemodule Arbozorg: VOeT (Voorlichting, Onderricht en Toezicht)

Wat doet de Arbeidsinspectie? Alles over de taken en werkwijze van de Arbeidsinspectie

Risico-inventarisatie & evaluatie

Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker

Vakantiewerk Colofon:

De Nationale Politie Arbeidstijden en Agressie en Geweld geïnspecteerd

Vakantiewerk (en bijbaantjes) 2005 van 1 juli 2005 t/m 28 februari 2006 A715

ATEX voor beginners ; explosiegevaar in vogelvlucht

Meta(al)morfose Inspecties op het gebied van machineveiligheid, geluid en arbobeleid in de metaalindustrie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Versterking van de betrokkenheid van de werkgevers en werknemers bij de arbodienstverlening

Geachte., Deze overtredingen worden hieronder nader toegelicht: Psychosociale arbeidsbelasting: Werkdruk:

Stappenplan PGS 15: Richtlijn voor opslag verpakte gevaarlijke stoffen

Eindverslag project aardolie, chemie, kunststof en rubber (ACKR) 2001 Projectnummer A465

DIRECTIE MAJOR HAZARD CONTROL. Toelichting op het toezichtsbeleid MHC Atex 137

Vervoer en opslag van gevaarlijke stoffen in de zorgsector

ARBOCATALOGUS PKGV- INDUSTRIE De arbocatalogus PKGV- industrie is een in fasen ontwikkelde catalogus die beheerd wordt door het Verbond Papier- en

Beleidsregels Arbo betreden besloten ruimte. Artikel 4.6 Gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie

EVALUATIERAPPORTAGE STOFKAMACTIE BOUW

ARIE-Regeling (Arbeidsomstandighedenbesluit) (Geldende wettekst op 1/2/2008; actuele tekst te raadplegen op

De doelstellingen van de Arbowet zijn: het verbeteren van de veiligheid en gezondheid van medewerkers

REACH en ARBO Hoe implementeer ik REACH in arbeidsomstandigheden? Diana Martens Projectleider Renske Beetstra Specialist Diana Martens, Inspectie SZW

Veilig en gezond werken in de diervoederindustrie

Inspectierapport A624

RISICO-INVENTARISATIE EN EVALUATIE (RI&E) MET BETREKKING TOT DE BLOOTSTELLING

Inspecties op arbeidsomstandigheden aan boord van tankschepen

WAAR ROOK IS, IS VUUR. Eindverslag van het project VEILIG & GEZOND WERKEN IN AAN - OP TANKSCHEPEN A628

Kamervraag/vragen van de leden Ulenbelt en Van Huijm

De inspectie is uitgevoerd samen met de heer bevoegd gezag Wabo.

Basisinspectiemodule Ongewenste Omgangsvormen

Inspectie gevaarlijke stoffen

3 Vragen van de adviesaanvraag

Voorlichting & Training. Gevaarlijke Stoffen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Basisinspectiemodule Agressie & Geweld

Toetsingsrapportage RI&E

EVALUATIEVERSLAG. LANDELIJK INSPECTIEPROJECT THUISWERK IN DE GRAFISCHE INDUSTRIE TEXTIEL INDUSTRIE METAALPRODUKTEN INDUSTRIE

Colofon: Arbeidsinspectie, Den Haag Projectnummer Status projectrapportage Inspectieonderwerpen AI-bedrijfstakdirectie Landelijk Projectleider

Procedure. P023-Omgaan met gevaarlijke stoffen

Ethanol? Welke wettelijke verplichtingen zijn van toepassing?

Projectverslag. Garagebedrijven Project A660

Inspectie SZW Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

REACH: Nieuwe regels voor chemische stoffen. Informatie voor professionele gebruikers van stoffen

HANDHAVING DOOR INSPECTIE SZW. Jan Vermeiren Inspectie SZW

Arbeidsomstandigheden

Inspectierapport Project A590. Tillen in de industrie

Inspectieverslag project lichamelijke belasting en geluid in de voeding- en genotmiddelensector

Gevaarlijke Stoffen en Inspectie SZW

Hollen & stilstaan bij werkdruk

ANALYSE VAN ONGEVALLEN IN DE SECTOR TRANSPORT EN LOGISTIEK

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Inspectierapport. Autowas- en autopoetsbedrijven

Basisinspectiemodule

Datum 15 februari 2016 Betreft Antwoord kamervragen 2016ZO1969 over de toename van het aantal beroepsziekten

Inspecties in de Metaalproductenindustrie 2014

Kinder- en Jeugdarbeid 2006 Vakantiewerk & bijbaantjes. (tussenrapportage)

Transcriptie:

Samenvatting Projectplan CHEMIE 2005 A 710 Arbeidsinspectie, Den Haag 24-10-2005 Projectnummer Inspectie-onderwerpen Bedrijfstakdirectie A710 Chemische veiligheid, blootstelling aan gevaarlijke stoffen, voorlichting & instructie m.b.t. het veilig werken met chemicaliën Industrie Uitvoeringsperiode 1 oktober 2005 t/m 31 januari 2006 Correspondentieadres Arbeidsinspectie Kantoor Roermond Postbus 940 6040 AX Roermond Aanleiding De Arbeidsinspectie voert in de periode 1 oktober 2005 1 februari 2006 landelijk ongeveer 440 inspecties uit in de Chemie. In het kader van het meerjarenplan 2005-2008 is een inspectieproject chemie opgenomen. In de afgelopen 5 jaar heeft de aardolie, chemie, kunststof- en rubber (ACKR) industrie herhaaldelijk op het inspectieprogramma van de directie Industrie gestaan. Op basis van de nalevingservaringen is voor 2005 opnieuw een inspectieproject in de chemie in 2005 geprogrammeerd. De bedrijfstak Binnen de chemie wordt onderscheid gemaakt tussen basischemie (grondstoffen zoals etheen en propeen waaruit allerlei plastics gemaakt worden en halffabrikaten zoals kunstharsen) en fijnchemie (pigmenten, bestrijdingsmiddelen, zeep, wasmiddelen, parfum, reuk- en smaakstoffen, geneesmiddelen en verven). De chemische industrie is, na de voeding- en genotmiddelen industrie, wat betreft de productiewaarde de grootste industriële bedrijfstak in Nederland en neemt 15 procent van de industriële productie voor haar rekening. Het aandeel in de industriële export en investeringen, is respectievelijk 20 en 25 procent. Het inspectieproject zal zich richten op een aantal subsectoren van BIK 24 Vervaardiging van chemische producten namelijk: BIK 241 Vervaardiging van basischemicaliën BIK 242 Vervaardiging van landbouwchemicaliën BIK 244 Vervaardiging van farmaceutische producten BIK 245 Vervaardiging van zeep-, was-. reinigings- en onderhoudsmiddelen, parfums en cosmetica BIK 246 Vervaardiging van overige chemische producten BIK 5155 Groothandel in chemische producten. Tijdens de inspectie zal met name gekeken worden naar de onderstaande activiteiten in het bedrijf: opslag in bulk, opslag in emballage, handling of productie. Doelstellingen De inspecties vinden plaats in het kader van de algemene doelstelling van SZW om door middel van handhaving de naleving van de wetgeving op het gebied van de veiligheid en gezondheid op het werk te bevorderen. Externe projectbeschrijving Pagina 1 van 5

Rekening houdend met de belangrijkste risico s in de sector chemie (waaronder brandbare- en explosieve stoffen en gevaarlijke stoffen), zijn de volgende doelstellingen voor dit inspectieproject geformuleerd: o Het opheffen van situaties waarbij de opslag in bulk of emballage, de handling en/of productie van chemicaliën, die niet voldoen aan de eisen zoals deze gesteld worden in de wetgeving. o Het opheffen van situaties die dusdanig ernstig gevaar opleveren, de ernstig beboetbare feiten, dat directe maatregelen noodzakelijk zijn. o Niet geïnspecteerde bedrijven stimuleren de problematiek op de werkvloer wat betreft het veilig omgaan met chemicaliën aan te pakken via overleg met de branche organisaties en aandacht in de media. o Informatie verspreiden over explosieveiligheid en gevarenzone-indeling in het kader van de nieuwe Europese Richtlijn voor Veilig werken in een explosieve atmosfeer (ATEX 137) die in de Nederlandse wetgeving is opgenomen. Arborisico s De Arbeidsinspectie concentreert zich in de inspectieactiviteiten op onderwerpen die de grootste risico s meebrengen voor veiligheid en gezondheid op de werkplek. Uit het risicomodel voor arbeidsomstandigheden van de Arbeidsinspectie (d.d. april 2005) blijkt dat de top 5 van risico s in de chemie bestaat uit brandbare- en explosieve stoffen, fysieke belasting, gevaarlijke stoffen (excl. kankerverwekkende stoffen), werkdruk en kankerverwekkende stoffen. In de chemische industrie wordt gewerkt met een breed scala aan chemische stoffen. Het werken met dergelijke stoffen brengt bepaalde risico s met zich mee. Wanneer niet op de juiste manier met dergelijke stoffen wordt omgegaan of wanneer bepaalde voorzieningen ontbreken, kan dit ernstige gevolgen hebben. Deze gevolgen kunnen worden onderscheiden in acute en lange termijn effecten. Zo kan bijvoorbeeld een niet explosieveilig uitgevoerde verlichting in een opslagruimte voor licht ontvlambare stoffen de vonk leveren die een explosief damplucht mengsel doet ontsteken. Zo zal het lossen van een zuur in een tank met een base tot heftige reacties leiden. Zo kan de blootstelling aan een te hoge concentratie van een kankerverwekkende stof tot kanker leiden. Om risico s met deze stoffen te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken, dienen er maatregelen te worden getroffen. In de Arbeidsomstandighedenwet en het Arbeidsomstandighedenbesluit zijn daarom bepalingen opgenomen die er op zijn gericht om de risico s bij het werken met gevaarlijke stoffen zoveel mogelijk te voorkomen en mocht zich toch nog een calamiteit voordoen de gevolgen hiervan zoveel mogelijk beperken. In dit inspectieproject komen de wettelijke verplichtingen aan de orde met betrekking tot de volgende onderwerpen: opslag van gevaarlijke stoffen in bulk en emballage; etikettering en signalering; veilig laden en lossen; beoordelen van de blootstelling (nemen van maatregelen); voorlichting en onderricht persoonlijke beschermingsmiddelen (gebruik en toezicht); Opslag van gevaarlijke stoffen in bulk en emballage Een opslag in bulk van vloeibare gevaarlijke stoffen wordt beoordeeld op: Signalering op tanks, silo s en leidingen Noodplan of noodinstructie bij opslag Is er een nooddouche en oogspoelvoorziening in de directe omgeving aanwezig? Aanwezigheid van een overvulbeveiliging van de tanks of silo s Aanwezigheid van een ontluchtingsleiding of druk-/vacuümventielen. Noodstop in directe omgeving van tanks en/of silo s Bij (zeer) licht ontvlambare stoffen: Aarding van tanks of silo s Explosieveilige uitvoering van de elektrische installatie bij de tank of silo. (Pompen, besturingseenheden, kleppen etc.) Rook- en open vuur verbod Een opslag in emballage moet voldoen aan de CPR 15 richtlijnen. Van deze opslagen wordt een aantal onderwerpen beoordeeld, te weten: Externe projectbeschrijving Pagina 2 van 5

Werkvoorraad en dagvoorraad. Orde, netheid en zindelijkheid in de opslagruimte. Explosieveilige uitvoering van de elektrische installatie in de opslagruimte. Pictogrammen/signalering bij de opslagruimte. Compartimentering van gevaarlijke stoffen in de opslagruimte. Ventilatie in de opslagruimte. De aanwezigheid van een instructie bij de opslagvoorziening hoe te handelen in noodsituaties. Etikettering van gevaarlijke stoffen Om werknemers en gebruikers te informeren over de gevaarsaspecten van een gevaarlijke stof moet er op een verpakking een etiket aanwezig zijn. In de WMS (Wet Milieugevaarlijke Stoffen) wordt beschreven waaraan etiket moet voldoen. Om aan te duiden wat het risico is van gevaarlijke stoffen is het belangrijk dat op de verpakking van deze stoffen een WMS etiket bevestigd is waarop de het gevarensymbool en gevaarscategorie vermeld staan. Ook vanuit het Arbobesluit bestaat er de verplichting dat verpakkingen van gevaarlijke stoffen voorzien moeten zijn van een goed leesbaar etiket. Er bestaan ook etiketten in het kader van het transport van gevaarlijke goederen (ADR).Bij het transport van gevaarlijke stoffen over de weg moet een ADR-etiket worden toegepast. Dit ADR-etiket is vrijwel altijd verplicht op de omverpakking van iedere gevaarlijke stof. Als met gevaarlijke stoffen gewerkt wordt (dus op de werkplek), dan is of een WMS-etiket of een zogenaamd werkpleketiket verplicht. Dit werkpleketiket is niet zo uitgebreid als het WMS-etiket. Een werkpleketiket is ook verplicht voor de zogenaamde tussenproducten of halffabrikaten die in de productie nog verder verwerkt moeten worden. Hetzelfde geldt voor de leidingen in een procesinstallatie waarin zich gevaarlijke stoffen bevinden. Op deze leidingen moet duidelijk aangegeven worden wat erin zit en welke risico s met deze stof gepaard gaan. Bij signalisatie van leidingen in een procesinstallatie mogen ook ADR-pictogrammen aangebracht worden. Laden en lossen van gevaarlijke stoffen Tijdens het laden en lossen van gevaarlijke stoffen op de te inspecteren bedrijven bestaat het gevaar dat zich daarmee ongewilde gebeurtenissen voordoen. Er kunnen lekkages optreden (bijvoorbeeld door een verkeerde op slechte koppeling) of het is niet duidelijk in welke tank of silo een product gelost moet worden waardoor er een ongewenste reactie plaatsvindt. Ook kunnen er dampen vrijkomen die een explosief mengsel vormen of die een bijtende uitwerking hebben. Om dit te voorkomen moet een aantal voorzieningen zijn getroffen. Dit zijn onder andere: Het nemen van maatregelen om explosie te voorkomen, Zoals gebruik van een aardkabel, het gebruik van vonkarm gereedschap, rook/open vuur-verbod, Het goed aansluiten van de laad- en losslang en de dampretourleiding, Voorzieningen om (ongewenste) menging met verschillende chemicaliën te voorkomen. Signalering van leidingen waarin zich gevaarlijke stoffen bevinden Gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen Daarnaast moet er een duidelijke procedure zijn voor het laden en lossen en moeten werknemers die deze werkzaamheden verrichten voorlichting en onderricht hebben gehad. Beoordelen van de blootstelling In de chemische industrie wordt veelvuldig gewerkt met gevaarlijke stoffen. Om de gezondheid van werknemers op een adequate wijze te kunnen beschermen tegen de gevaren die aan dergelijke stoffen zijn verbonden, is het noodzakelijk over relevante gegevens te kunnen beschikken. Een werkgever moet hiertoe een deugdelijke inventarisatie en evaluatie uitvoeren naar de veiligheids- en gezondheidsrisico s van de gevaarlijke stoffen die in het bedrijf voorkomen. Inzicht in de doeltreffendheid van maatregelen met betrekking tot de gezondheidsrisico s is uiteraard pas mogelijk als de werkgever weet aan welke stoffen blootstelling mogelijk is, op welke wijze en in welke mate er sprake is van blootstelling is, en welke risico s daaraan voor de werknemers zijn verbonden. Afhankelijk van de resultaten van een dergelijke beoordeling moeten er eventueel maatregelen worden getroffen om de blootstelling te voorkomen en/of te beperken. Indien maatregelen noodzakelijk zijn moeten deze worden uitgevoerd conform de Arbeidshygiënische strategie. Externe projectbeschrijving Pagina 3 van 5

Voorlichting en onderricht Voorlichting en onderricht maken onderdeel uit van het arbozorgsysteem van een arbeidsorganisatie. Naast voorlichting en onderricht zijn ook werknemersgedrag en toezicht belangrijke elementen. Werknemersgedrag Werknemersgedrag gaat over het juist gebruiken van arbeidsmiddelen, gevaarlijke stoffen en persoonlijke beschermingsmiddelen. Dit gedrag wordt gereguleerd door de werknemer voor te lichten over de risico s en de werknemer te onderrichten in de wijze waarop hier mee om moet worden gegaan. Voorlichting (kennis, weten) Bij voorlichting gaat het om het doeltreffend inlichten c.q. informeren over de risico s die verbonden zijn aan de werkzaamheden en de wijze waarop die risico s moeten worden beheerst. Het inlichten omvat ook de maatregelen die nodig zijn om het risico te beheersen. Als de werknemer adequaat is voorgelicht weet hij welke risico s verbonden zijn aan het werk en welke maatregelen getroffen moeten worden om de risico s te beheersen. Onderricht (vaardigheden, doen) en toezicht Hoewel onderricht vaak in combinatie wordt gebruikt met voorlichting is er toch een verschil. Bij onderricht gaat het in eerste instantie om de vraag of de werknemer voldoende vaardigheden heeft om veilig en gezond te werken. In tweede instantie gaat het om de vraag of degenen die verantwoordelijkheden en bevoegdheden hebben voldoende bekwaam zijn om die verantwoordelijkheden en bevoegdheden waar te maken. Denk hierbij vooral aan de bekwaamheden die een leidinggevende moet hebben in relatie tot de veiligheid op de werkplek (toezicht). Persoonlijke beschermingsmiddelen Bij het werken met gevaarlijke stoffen dienen werknemers dient de werkgever persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM-en) ter beschikking te stellen. In het veiligheidsinformatieblad (VIB) staat vermeld welke PBM-en gebruikt moeten worden bij handling van de desbetreffende gevaarlijke stof. De werkgever verstrekt de PBM-en en zorgt ervoor dat de werknemers op de hoogte zijn van hun doel en werking en de wijze waarop zij deze dienen te gebruiken. De werknemer is verplicht om de hem ter beschikking gestelde persoonlijke beschermingsmiddelen op de juiste wijze te gebruiken en na gebruik op de daartoe bestemde plaats op te bergen. De werkgever zorgt voor adequaat toezicht op het gebruik van de PBM-en. Overige risico s Buiten de genoemde onderwerpen zullen alle overtredingen die een ernstig risico voor personen vormen worden gehandhaafd. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het werken aan valgevaar of onveilig werken met arbeidsmiddelen. Monitor: Tijdens de inspectie zal informatie verzameld worden met als doel inzicht te krijgen in: - Algemene gegevens van de bezochte bedrijven - implementatie ATEX richtlijnen. - het rookbeleid in de bezochte bedrijven Handhavingsbeleid De wijze waarop de tijdens de inspectie geconstateerde overtredingen aan de orde worden gesteld, is afhankelijk van de ernst er van. In de handhaving worden onderscheiden: ernstig beboetbare feiten. Dit zijn overtredingen die een direct ernstig risico voor personen kunnen vormen, zoals knelgevaar, valgevaar, toxiciteit van stoffen etc.; direct beboetbare feiten. In het algemeen betreft het administratieve verplichtingen die in het kader van een systematische aanpak van de arbeidsomstandigheden van wezenlijk belang zijn. overige beboetbare feiten. Hier gaat het om overtredingen van wet- en regelgeving die niet tot de eerder genoemde categorieën behoren. In geval van een ernstig beboetbaar feit is de situatie denkbaar dat de inspecteur ter plekke constateert dat dit feit zich voordoet. Hij/zij ziet bijvoorbeeld een werknemer zonder persoonlijke beschermingsmiddelen werken met gevaarlijke stoffen terwijl blijkt uit het veiligheidsinformatieblad dat dit wel noodzakelijk is. In dat geval legt de inspecteur het werk onmiddellijk stil en zegt tevens aan de werkgever een boete aan. Anderzijds is het denkbaar dat er op het moment van inspectie niet met deze gevaarlijke stof gewerkt wordt. In die situatie wordt volstaan met een zgn. preventieve stillegging, wat wil zeggen dat niet met die gevaarlijke stoffen gewerkt mag worden zonder persoonlijke Externe projectbeschrijving Pagina 4 van 5

beschermingsmiddelen. Een (preventieve) stillegging wordt pas opgeheven nadat de inspecteur zich er van heeft vergewist dat de overtreding door maatregelen ongedaan is gemaakt. Constateert de inspecteur een direct beboetbaar feit, bijvoorbeeld dat de werknemer de beschikbaar gestelde persoonlijke beschermingsmiddelen niet gebruikt, dan zegt hij/zij onmiddellijk boete aan. De overige overtredingen worden in de regel met een waarschuwing afgedaan. Hierbij wordt de overtreding benoemd en wordt de werkgever de gelegenheid geboden om binnen een gegeven termijn alsnog aan de wettelijke verplichting te voldoen. Die termijn varieert afhankelijk van de aard van de overtreding van enkele dagen tot 8 maanden. Wanneer de wet- en regelgeving geen concrete oplossingsrichtingen aangeeft om een overtreding op te heffen, dan wordt geen waarschuwing gegeven maar een eis gesteld. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij het onderwerp voorlichting. In de eis wordt concreet aangegeven op welke onderdelen aanvulling noodzakelijk is. Ook hieraan wordt een termijn verbonden. Kenmerkend voor de inspecties is dat alle constateringen in schriftelijke correspondentie wordt vastgelegd. Ernstig beboetbare feiten en direct beboetbare feiten in een boeterapport dat aan het ministerie van SZW in Den Haag wordt toegezonden. Stilleggingen en opheffing daarvan, evenals waarschuwingen worden in een brief aan de werkgever, met een afschrift naar de ondernemingsraad vastgelegd. Ook wanneer de geïnspecteerde onderwerpen in orde blijken te zijn volgt hiervan schriftelijk bericht. In het geval dat een waarschuwing is gegeven of een eis gesteld, volgt na afloop van de relevante termijn waarbinnen opheffing dient plaats te vinden, een hercontrole. Wanneer dan blijkt dat de overtreding nog steeds niet (volledig) is opgeheven, wordt alsnog een boete aangezegd. Inspecties worden niet eerder afgerond dan nadat alle overtredingen opgeheven zijn. Inspectieprocedure 1 e fase bezoek In de regel worden inspectiebezoeken onaangekondigd afgelegd. Het eerste bezoek start met een introductie van het project. Tevens wordt door de inspecteur gewezen op de betrokkenheid van de OR/WVT bij het inspectiebezoek. De gesprekspartner van het bedrijf wordt gevraagd een korte introductie van de bedrijfsactiviteiten te geven. De inspecteur maakt vervolgens een selectie van de te bezoeken bedrijfsactiviteiten en start de inspectie op de meest relevante onderwerpen. Het inspectiebezoek wordt afgesloten met een (handhavings)gesprek met de bedrijfsleiding. 2 e fase bezoek Het tweede bezoek vindt na afloop van de waarschuwingstermijn plaats en beperkt zich in beginsel tot het controleren of de eerder gesignaleerde overtredingen inmiddels zijn verdwenen. Follow up De rapportage vindt plaats na de eerste fase van het project en geeft een overzicht van de geconstateerde tekortkomingen en het gebruik van de handhavinginstrumenten. De rapportage zal aan de branche toegestuurd worden. N.a.v. de rapportage zal opnieuw overleg met de branche plaats vinden. Externe projectbeschrijving Pagina 5 van 5