Gebruikershandleiding

Vergelijkbare documenten
Gebruikershandleiding

Bedieningshandleiding

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Bedieningshandleiding

Gebruikershandleiding

Gebruikershandleiding

Bedieningshandleiding

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-Basisuitrusting met contactdoos achteraan (zonder Tractor-ECU) Stand: V

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-basisuitrusting met ISOBUS-cabinecontactdoos en relais

Aanbouwhandleiding. ISOBUS-basisuitrusting met ISOBUS-cabinecontactdoos en relais

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Aanbouwhandleiding. Complete set basisuitrusting vooraan en achteraan. Stand: V

Bedieningshandleiding

INSTALLATIEHANDLEIDING. SBG SmartSwitch. Müller ISOBUS

INSTALLATIEHANDLEIDING. SBG SmartSwitch. Delvano CommanderUnit

Elbo Technology BV Versie 1.1 Juni Gebruikershandleiding PassanSoft

Aanbouwhandleiding. Complete set basisuitrusting vooraan en achteraan. Stand: V Lees en volg deze bedieningshandleiding op.

GEBRUIKERSHANDLEIDING (NEDERLANDS) SBGuidance Teeltregistratie

Mach3Framework 5.0 / Website

Mapsource. handleiding Mapsource vs

Gebruikers Toevoegen. EasySecure International B.V. +31(0) Support.EasySecure.nl. v

Montage- en bedieningshandleiding

TT-organiser GEBRUIKERSHANDLEIDING

Versie 1.0. Gebruikshandleiding. van de Stereo Controle (art. L4561N) TiStereoControl. Software voor de configuratie 06/08-01 PC

INTERNETBOEKHOUDEN HANDLEIDING BANKING MODULE

Montagehandleiding. Dubbele antenne. Stand: V

Tanken op of nabij de route. 3 opties om een tankstation te selecteren

Aanbouwhandleiding. Uitbreiding - ISOBUS-contactdoos vooraan

Montagehandleiding. DUAL-Antenna. Stand: V

HANDLEIDING Q3600 Webshop

SBGuidance Machine Manager. SBGuidance Machine Manager. Versie 2.0. Handleiding. 24 november 2009

Handleiding. Visual Planning BHV

PTV MAP&GUIDE INTERNET V2 EENVOUDIG OVERSTAPPEN

AirKey. Korte handleiding

Handleiding van de Bibliotheek: e-books lezen op je e-reader - versie voor OS X (Mac)

H A N D L E I D I N G D A Z A T O O L S - O N T V A N G E R

Met deze module heeft u de mogelijkheid om gemakkelijk, snel en efficiënt uw documenten als naslag in Unit 4 Multivers te koppelen.

H A N D L E I D I N G E L V 1 5

WORKFORCE PLANNER - HANDLEIDING

HTA Software - Klachten Registratie Manager Gebruikershandleiding

Starten met PFS 9.0: exporteren & importeren van data. Marjolein Sebille Geographic Information Systems PLM Customer Support

Groepen aanmaken/wijzigen - Leerlingen verwijderen Categorieën aanmaken - Nieuw schooljaar opstarten Producten - Instellingen

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Gebruikershandleiding MJK Link 2.15 Index

Handleiding Zermelo. roosterwijzigingen gaat importeren. Allereerst wordt u gevraagd of u de wijzigingen wilt importeren. U kiest hier voor Ja.

PARTIJOPGAVE NAKTUINBOUW

Aanbouw- en bedieningshandleiding

Formulieren o.b.v. Vrije Overzichten

NACSPORT TAG&GO HANDLEIDING Eigenschappen knop

v.1.48 Genkgo Handleiding Genkgo Events Professioneel evenement management in Genkgo

W2105 Import Externe Bestanden

Handleiding 103: Collecte Database (CDB) voor Wijkhoofden

Upgrade Accowin van versie 1 naar versie 2

Gebruikers Toevoegen. EasySecure International B.V. +31(0) Support.EasySecure.nl. v

Quick Guide VivianCMS

Korte Gebruikshandleiding. SMS Basic/ Advanced

Auteur: Niels Bons. Handleiding Koepeldatabase Zakelijk toerisme: aanmelden organisatie. 2014, Provincie Fryslân. Uitgegeven in eigen beheer

Bijlage Inlezen nieuwe tarieven per verzekeraar

Installatie SoftN - MyCareNet

SBGuidance Perceel Manager. SBGuidance Perceel Manager. Versie 2.6. Handleiding. 19 augustus 2010

Systeemontwikkeling, Hoofdstuk 4, Tabellen maken in MS Access 2010

s. Een aanmaken

Factuur2King Multi User release notes

AirKey. Korte handleiding

Mach3Framework 5.0 / Website

How To Do Gebruikersbeheer mbconnect24 V2

USB-software-update. 48 Kwaliteit voor professionals. 1. Zip-map uitpakken en openen. 2. Passende software-update voor de besturingsmodule kiezen.

Taxis Pitane Link. (gebruikershandleiding) Censys BV - Eindhoven

Nederlandse Culturele Sportbond Afdeling Wedstrijdzwemmen

VIVA2.0. Agenda. VIVA2.0 Agenda

(Toegangsbeheer) Gebruiker toevoegen

Opzetten van een evenement

Aan- en Afwezigheid. Binnen Trajectplanner is het mogelijk om Aan- en Afwezigheid te registreren. Met deze handleiding

SNEL AAN DE SLAG MET TecLocal

Nieuw toegevoegd: Uitleg driver (her) installeren nadat Windows 8 en Windows 8.1 automatisch de driver heeft geüpdatet.

Handleiding. Gemeentelijk DVS beheerder

Met deze module heeft u de mogelijkheid om gemakkelijk, snel en efficiënt uw documenten als naslag in Unit 4 Multivers te koppelen.

OPTAC / DigiSave+ Systeem voor het archiveren en behandelen van de gegevens uit tachografen en chauffeurskaarten BEPERKTE HANDLEIDING

Inrichting Systeem: Locaties & Toegang

Snelle start handleiding Boom testcentrum ggz

Handleiding. Measure App. Versienummer:1.4

Handleiding voor het maken van XML-bestanden ten behoeve van DiginBFT (Excel 2007)

HOE EEN COMMISSIEFICHE AANMAKEN

Gebruikers en groepen configureren

GEBRUIKERSHANDLEIDING

Table of contents 2 / 15

1 School aanmaken. 1.1 Directeur aanmelden

SBGuidance 4.x.x Update Manager

Gebruikershandleiding MySTEK. Voor bedrijven

CR7. Gebruikershandleiding SNELSTART HANDLEIDING NL REV. B. (Nederlands) (Origineel)

Gebruikershandleiding. Quick Smart Dimona NEW

HANDLEIDING GEBRUIKERSBEHEER. Onderwijs en Vorming

POI s Laden in je Zumo

Vraag en antwoord. Naam voorzitter Functie voorzitter, bestuurslid. Naam secretaris Functie secretaris, bestuurslid

Transcriptie:

Gebruikershandleiding MULTI-Control Stand: V1.20190731 3030248965a-02-NL Lees en volg deze handleiding. Bewaar deze handleiding voor gebruik in de toekomst. Merk op dat er eventueel een recentere versie van deze handleiding op de homepage te vinden is.

Impressum Document Copyright Gebruikershandleiding Product: MULTI-Control Documentennummer: 3030248965a-02-NL Vanaf softwareversie: 02.20.17 Oorspronkelijke gebruiksaanwijzing Originele taal: Duits Müller-Elektronik GmbH & Co.KG Franz-Kleine-Straße 18 33154 Salzkotten Duitsland Tel: ++49 (0) 5258 / 9834-0 Telefax: ++49 (0) 5258 / 9834-90 E-mail: info@mueller-elektronik.de Webpagina: http://www.mueller-elektronik.de

Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Over MULTI-Control 4 2 Basisbegrippen 5 2.1 Doseerapparaten 5 2.2 Doseerkaarten 5 3 Mogelijke functies van MULTI-Control 6 3.1 MULTI-Rate 6 3.2 MULTI-Product 6 3.3 MULTI-Device 7 3.4 MULTI-Boom 8 3.5 MULTI SECTION-Control 8 4 De regeling van de strooihoeveelheid configureren 10 4.1 Werken met Shape-doseerkaarten 10 4.1.1 ISOBUS-TC configureren en gegevens overdragen 10 4.1.2 Akker aanmaken 11 4.1.3 Een doseerkaart importeren 11 4.1.4 Taak aanmaken 11 4.1.5 Taak starten 12 4.1.6 Streefwaarden toekennen 12 4.2 Werken met ISO-XML-doseerkaarten 13 4.3 Constante streefwaarde toewijzen 15 5 Sectieschakeling configureren 16 3030248965a-02-NL V1.20190731 3

1 Over MULTI-Control 1 Voorwaarden Over MULTI-Control MULTI-Control dient ertoe om de werkvereisten tegelijk aan meerdere aparte componenten van een landbouwapparaat over te dragen. Om MULTI-Control te kunnen gebruiken, hebt u het volgende nodig: Een met ISOBUS werkende machine die minstens aan een van de volgenden vereisten voldoet: Ze beschikt over meer dan één doseerapparaat. Ze wordt gebruikt om meerdere verschillende producten tegelijk te strooien. Bijvoorbeeld: Zaaimachine met doseerapparaat voor mest en zaad. Ze beschikt over meerdere werkbreedtes die in secties kunnen worden onderverdeeld. Bijvoorbeeld: Zaaimachine met mest- en zaaibalk. De licentie MULTI-Control. De licentie ISOBUS-TC. MULTI-Control breidt de toepassing ISOBUS-TC uit. Lees ook de handleiding ISOBUS-TC. Maximaal 200 secties voor SECTION-Control. 4 V1.20190731 3030248965a-02-NL

Basisbegrippen Doseerapparaten 2 2 2.1 Basisbegrippen Doseerapparaten Een doseerapparaat is de component van de machine die voor de regeling van de strooihoeveelheid zorgt. Bijvoorbeeld: Veldspuit het regelventiel. Zaaimachine Doseermotor of een mechanische of hydraulische doseeraandrijving. Meststrooimachine - Doseerschuiven, doseerschroeven, transportbanden of andere doseermechanismen die regelen hoeveel mest op de strooischijven valt. Elk doseerapparaat regelt de strooihoeveelheid die door een of meerdere secties wordt gestrooid. De gps-positie van deze secties bepaalt uit welk bereik van de doseerkaart de streefwaarde overgenomen wordt. 2.2 Doseerkaarten Doseerkaarten zijn kaarten die informatie bevatten over hoeveel van een product (mest, zaad, gewasbeschermingsmiddel) in elke zone van de akker moet worden gestrooid. MULTI-Control maakt een onderscheid tussen de volgende types doseerkaarten: Doseerkaarten in het Shape-formaat Shape-doseerkaarten worden met de USB-stick naar de terminal overgedragen. Ze worden in de akkergegevens in ISOBUS-TC opgeslagen. Doseerkaarten in het ISO-XML-formaat XML-doseerkaarten worden in veldkaartsystemen beheerd en daarin aan de taken toegevoegd. Elke toepassingskaart bevat: De indeling van de akker in zones met een streefwaarde. Streefwaarden. De eenheid waarin de streefwaarden gemeten worden. Voorbeelden: l/ha, stuk/ha, kg/ha. Aan de hand van de eenheid herkent het systeem of de doseerkaart voor vloeibare of voor vaste producten werd aangemaakt. De eenheid geeft ook aan of een ISOBUS-jobcomputer met een doseerkaart kan werken. Een doseerkaart kan een of meer producten omvatten die uit verschillende stoffen kunnen bestaan. 3030248965a-02-NL V1.20190731 5

3 Mogelijke functies van MULTI-Control MULTI-Rate 3 3.1 Mogelijke functies van MULTI-Control MULTI-Rate De machine beschikt weliswaar over meerdere doseerapparaten, maar toch bevindt er zich slechts een product in de tank. Er wordt dus altijd maar één product via alle doseerapparaten gestrooid. Voorbeeld meststrooimachine: Links en rechts wordt dezelfde mest gestrooid. De hoeveelheid hangt af van de doseerkaart. In dit geval moeten meerdere doseerapparaten dezelfde doseerkaart gebruiken: Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] 3.2 MULTI-Product De machine dient ertoe verschillende producten tegelijk te strooien. Voor elk product moet dus positiegerelateerd een streefwaarde voor elk doseerapparaat worden overgedragen. Bijvoorbeeld: Zaaimachine Mest en zaad tegelijk. Veldspuit Twee spuitmiddelen tegelijk. Meststrooimachine Twee mestsoorten tegelijk. De producten worden tijdens het strooien gemengd. Voorbeeld zaaimachine: Mest en zaad aan de hand van verschillende doseerkaarten. Mogelijke methodes naargelang het type doseerkaart: Methode 1: Er worden meerdere doseerkaarten tegelijk gebruikt. Elke doseerkaart omvat vooraf bepaalde hoeveelheden voor een bepaald doseerapparaat. Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] 6 V1.20190731 3030248965a-02-NL

Mogelijke functies van MULTI-Control MULTI-Device 3 Methode 2: Een doseerkaart omvat verschillende vooraf bepaalde waarden voor meerdere doseerapparaten tegelijk. In Shape niet mogelijk Instructies voor ISO-XML [ 13] De selectie van de methode hangt in eerste instantie ervan af met welke pc-software de doseerkaarten aangemaakt werden. De terminal biedt voor beide methodes een oplossing. 3.3 MULTI-Device De machine beschikt over meerdere landbouwapparaten en meerdere jobcomputers. Elk van deze jobcomputers stuurt hierbij minstens één doseerapparaat. Voorbeeld gierwagen en zaaimachine: Bewerking aan de hand van verschillende doseerkaarten. Mogelijke methodes naargelang de manier van strooien: Methode 1: Er worden meerdere doseerkaarten tegelijk gebruikt. Elke doseerkaart omvat vooraf bepaalde hoeveelheden voor een bepaald landbouwapparaat en zijn doseerapparaten. Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] Methode 2: Er wordt één doseerkaart voor een landbouwapparaat gebruikt. Het andere landbouwapparaat heeft al in de jobcomputertoepassing een vaste streefwaarde toegekend gekregen of krijgt deze vaste streefwaarde van de toepassing ISOBUS-TC. Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] Bij dit machinetype moet u erop letten dat in de apparaatindeling in de toepassing ISOBUS-TC de juiste volgorde ingesteld werd. Hoe u de apparaatindeling verandert, leest u in de handleiding over ISOBUS-TC. Voorbeeld voor een apparaatindeling in ISOBUS-TC met gierwagen en precisiezaaimachine 3030248965a-02-NL V1.20190731 7

3 Mogelijke functies van MULTI-Control MULTI-Boom Voertuig Koppeling tussen voertuig en gierwagen Koppeling tussen gierwagen en precisiezaaimachine Precisiezaaimachine Gierwagen 3.4 MULTI-Boom De machine bestuurt meerdere doseerapparaten en heeft hierbij verschillende spuitbomen. Hierbij kunnen ook meerdere producten gestrooid worden. Voorbeeld: Zaaimachine met verschillende spuitbomen In dit geval moeten meerdere doseerapparaten dezelfde doseerkaart gebruiken: Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] 3.5 MULTI SECTION-Control De machine ondersteunt MULTI-Device of MULTI-Boom en maakt bij elk werkpunt de automatische sectieschakeling mogelijk. Voor elk werkpunt wordt hierbij een eigen rijspoor opgeslagen. 8 V1.20190731 3030248965a-02-NL

Mogelijke functies van MULTI-Control MULTI SECTION-Control 3 Voorbeeld: Zaaimachine met automatische sectieschakeling In dit geval gebruikt een doseerapparaat een doseerkaart: Instructies voor Shape [ 10] Instructies voor ISO-XML [ 13] 3030248965a-02-NL V1.20190731 9

4 De regeling van de strooihoeveelheid configureren Werken met Shape-doseerkaarten 4 De regeling van de strooihoeveelheid configureren Opdat een machine de strooihoeveelheid aan de hand van haar gps-positie en een doseerkaart zou kunnen regelen, moet u het doseerapparaat van de machine aan de hiervoor aangemaakte doseerkaart linken. Afhankelijk van het machinetype moet u voor de regeling verschillend te werk gaan. Als een doseerkaart ontbreekt Voor een of meer doseerapparaten hebt u geen doseerkaart. Onafhankelijk ervan hoe een machine opgebouwd is, hebt u altijd de mogelijkheid om ook zonder doseerkaart te werken. U kunt voor elk doseerapparaat van een machine een constante streefwaarde in ISOBUS-TC bepalen. [ 15] Deze streefwaarde kunt u tijdens het werk manueel verhogen of verlagen. U kunt in de jobcomputertoepassing een vaste streefwaarde toekennen. In dit geval mag u in ISOBUS-TC geen streefwaarde invoeren. U kunt een vaste streefwaarde uit een veldkaartsysteem overnemen. 4.1 Werken met Shape-doseerkaarten Als u met Shape-doseerkaarten werkt, kan de bediening in de volgende fazen worden onderverdeeld: 1. ISOBUS-TC configureren en gegevens overdragen 2. Akker aanmaken 3. Een doseerkaart importeren 4. Taak aanmaken 5. Taak starten 6. Streefwaarden toekennen In stap 6 zijn er twee mogelijkheden: Als u maar één product strooit, kunt u de doseerkaart maar aan één doseerapparaat toewijzen. Als u geen doseerapparaat toekent, wordt de streefwaarde van de doseerkaart van alle doseerapparaten gebruikt. Als u meerdere producten strooit, kent u aan het juiste doseerapparaat de betreffende doseerkaart toe. Houd er rekening mee dat u alleen maar doseerapparaten kunt toekennen die de betreffende eenheid ondersteunen (bijv. l/ha, stuk/ha, kg/ha). 4.1.1 Procedure ISOBUS-TC configureren en gegevens overdragen 1. Kopieer een shp-doseerkaart naar de map SHP op de USB-stick. 2. Steek de USB-stick in de terminal. 3. - Open de toepassing ISOBUS-TC. 4. Raak Instellingen aan. 5. Controleer of de parameter op Werkmodus op Uitgebreid werd ingesteld. 6. Als het functiesymbool verschijnt, raak het dan aan. Indien niet, sla dan deze stap over. 10 V1.20190731 3030248965a-02-NL

De regeling van de strooihoeveelheid configureren Werken met Shape-doseerkaarten 4 De map Taskdata wordt op de SD-kaart aangemaakt. 7. - Keer terug naar het startscherm van de toepassing. 4.1.2 Procedure Akker aanmaken 1. Raak Akkers aan. Er verschijnt een lijst met reeds aangemaakte akkers. 2. - Maak een nieuwe akker aan. Het formulier voor de gegevensinvoer verschijnt. 3. Voer de ID (akkernaam) in. 4. - Verlaat het scherm. Er wordt gevraagd of u de wijzigingen wilt opslaan. 5. Bevestig. De lijst met aangemaakte akkers verschijnt. De nieuwe akker verschijnt op het einde onderaan. 4.1.3 Procedure Een doseerkaart importeren 1. Raak de akker aan waarvoor u de doseerkaart wilt laden. De akkereigenschappen verschijnen. U ziet de voordien ingevoerde gegevens en enkele functiesymbolen aan de zijkant. 2. - Open het importscherm. 3. Raak Gegevenstype aan. De lijst met mogelijke gegevenstypes verschijnt. 4. Kies een doseerkaart. 5. Raak Gegevensselectie aan. 6. Selecteer de doseerkaart. 7. Bij de eerste import van een doseerkaart raakt u eerst Kolomselectie aan om de kolom met de streefwaarde te kiezen, dan Eenhedenselectie om de eenheid te kiezen. Bij toekomstige importen worden deze waarden automatisch gekozen. 8. Als u meerdere producten op de akker wilt strooien, kunt u meerdere doseerkaarten laden. 9. - Keer terug naar het startscherm van de toepassing. 4.1.4 Procedure Taak aanmaken 1. Raak Taken aan. 2. - Maak een nieuwe taak aan. 3030248965a-02-NL V1.20190731 11

4 De regeling van de strooihoeveelheid configureren Werken met Shape-doseerkaarten Het scherm Taakgegevens verschijnt: 3. Raak Akker aan. 4. Selecteer de akker die u wilt bewerken. Alleen die akkers verschijnen die u in de stamgegevens hebt aangemaakt. 5. - Verlaat het formulier. 6. Ignoreer in deze stap de categorieën Apparaten en, Streefwaarden. Bij het opstarten van de taak herkent de terminal automatisch welke apparaten aangesloten zijn. Dan kunt u ook de streefwaarden invoeren. 7. - Verlaat het formulier. De volgende melding verschijnt: Wilt u de wijzigingen opslaan? 8. Bevestig. U hebt een taak aangemaakt en de te bewerken akker geselecteerd. 4.1.5 Procedure Taak starten 1. - Start de taak. Het symbool van de taak verandert van kleur. U hebt de taak gestart. In de categorie Apparaten verschijnen nu de aangesloten ISOBUS-jobcomputer en de ME-Tractor-ECU. 4.1.6 Procedure Streefwaarden toekennen Streefwaarden toekennen 1. Raak Streefwaarden aan. Er verschijnt een lijst met de streefwaarden en doseerkaarten. In de lijst ziet u nu de benamingen van de doseerkaarten die in de akkergegevens zijn opgeslagen. Streefwaarden die aan nog geen doseerapparaat werden toegewezen, zijn met het volgende symbool gemarkeerd: 2. U hebt nu twee mogelijkheden: 12 V1.20190731 3030248965a-02-NL

De regeling van de strooihoeveelheid configureren Werken met ISO-XML-doseerkaarten 4 3. Mogelijkheid a: Als de machine alleen een product strooit, verlaat u het scherm met. In dit geval wordt de doseerkaart aan geen doseerapparaat toegewezen. Alle doseerapparaten gebruiken dan automatisch dezelfde doseerkaart. Hiermee is de configuratie afgerond. 4. Mogelijkheid b: Als de machine verschillende producten strooit en de taak daarom verschillende doseerkaarten omvat, moet u deze aan de doseerapparaten toewijzen. Volg de volgende stappen op. 5. Raak de bovenste regel aan. Een formulier voor de invoer van de streefwaarde verschijnt. Regels Hoeveelheid, Eenheid en Product bevatten waarden uit de doseerkaart. 6. Raak Apparaatelement aan. 7. Kies het doseerapparaat dat met de doseerkaart moet werken. 8. - Verlaat het formulier. U hebt een doseerkaart aan een doseerapparaat toegewezen. 9. Herhaal deze procedure voor elke doseerkaart in de lijst. 10. - Verlaat het formulier. U hebt een taak met een doseerkaart gestart. Wanneer u nu naar de akker rijdt en de machine activeert, wordt de streefwaarde in overeenkomst met de gps-positie aan de ISOBUS-jobcomputer overgedragen. 4.2 Werken met ISO-XML-doseerkaarten Wanneer u de taken in een kaartsysteem plant en als Taskdata.xml naar de terminal overdraagt, moet u nu ervoor zorgen dat elke doseerkaart aan het juiste doseerapparaat wordt toegewezen. Hiervoor bestaan de volgende mogelijkheden: Als u maar één product strooit, mag u de doseerkaart aan geen doseerapparaat toewijzen. Hierdoor wordt ze door alle doseerapparaten gebruikt. Meststrooimachine: Links en rechts wordt dezelfde mest gestrooid. De hoeveelheid hangt af van de doseerkaart. Wanneer u meerdere producten strooit, moet u elke doseerkaart of elke streefwaarde aan het juiste doseerapparaat toewijzen. 3030248965a-02-NL V1.20190731 13

4 De regeling van de strooihoeveelheid configureren Werken met ISO-XML-doseerkaarten Zaaimachine: Vloeibare mest en zaad aan de hand van verschillende doseerkaarten. Procedure U gaat als volgt te werk wanneer u een machine hebt die meer dan een product en meer dan een doseerapparaat heeft: In het veldkaartsysteem hebt u een taak aangemaakt die minstens een doseerkaart omvat. 1. Plaats de USB-stick in de terminal. De gegevens worden door de USB-stick naar de SD-kaart overgedragen. 2. Raak in ISOBUS-TC Taken aan. De takenlijst verschijnt. 3. Raak de taak aan. 4. - Start de taak. 5. Raak Streefwaarden aan. De lijst met streefwaarden uit de taak verschijnt. Streefwaarden die aan nog geen doseerapparaat werden toegewezen, zijn met het volgende symbool gemarkeerd:. Deze streefwaarden moet u aan de doseerapparaten toewijzen. Voor het verloop speelt het geen rol of de streefwaarden uit één of meer doseerkaarten komen. 6. U heeft nu de volgende mogelijkheden: 7. Mogelijkheid a: Als de machine alleen een product strooit en in de lijst maar een product verschijnt, verlaat dan dit scherm met. In dit geval wordt de doseerkaart aan geen doseerapparaat toegewezen. Alle doseerapparaten gebruiken dan automatisch dezelfde doseerkaart. Hiermee is de configuratie afgerond. 8. Mogelijkheid b: Als de machine verschillende producten strooit, maar de taak maar één streefwaarde omvat, moet u deze streefwaarde aan een doseerapparaat toewijzen. Volg de volgende stappen zoals in Mogelijkheid c. De streefwaarde voor het tweede doseerapparaat moet u daarna manueel met de toets toevoegen. 9. Mogelijkheid c: Als de machine verschillende producten strooit en de taak daarom verschillende streefwaarden omvat, moet u deze aan de doseerapparaten toewijzen. Volg de volgende stappen op. 10. Raak de regel met een van de streefwaarden aan: Een formulier voor de invoer van de streefwaarde verschijnt. Regels Hoeveelheid, Eenheid en Product bevatten waarden uit de doseerkaart. 14 V1.20190731 3030248965a-02-NL

De regeling van de strooihoeveelheid configureren Constante streefwaarde toewijzen 4 Verander niet de waarde in de regel Hoeveelheid. 11. Raak Apparaatelement aan. Nu verschijnen alle doseerapparaten waaraan u een streefwaarde kunt toewijzen en die de gekozen eenheid ondersteunen. 12. Kies het doseerapparaat dat aan de hand van de doseerkaart moet werken. 13. - Verlaat het formulier. U hebt een doseerkaart aan een doseerapparaat toegewezen. 14. Herhaal deze procedure voor elke doseerkaart in de lijst. 15. - Verlaat het formulier. U hebt een taak met een doseerkaart gestart. Wanneer u nu naar de akker rijdt en de machine activeert, wordt de streefwaarde in overeenkomst met de gps-positie aan de ISOBUS-jobcomputer overgedragen. 4.3 Constante streefwaarde toewijzen U wijst aan een doseerapparaat een constante streefwaarde toe, wanneer u zonder doseerkaart werkt. U kunt de streefwaarde op de volgende plaatsen toewijzen: In het veldkaartsysteem. In de jobcomputer. In de toepassing ISOBUS-TC. Deze variant gebruikt u meestal wanneer u nieuwe taken op de terminal aanmaakt. Procedure Zo wijst u aan meerdere doseerapparaten constante streefwaarden toe, wanneer u dit nog niet via de jobcomputer gedaan hebt: U hebt een taak gestart. 1. Raak Streefwaarden aan. 2. - Voeg een nieuwe streefwaarde toe. Een nieuw formulier met de volgende velden verschijnt: Hoeveelheid, Eenheid, Apparaatelement, Product. 3. In de regels Hoeveelheid en Eenheid voert u na elkaar in hoeveel het eerste doseerapparaat moet strooien en met welke eenheid. Bijvoorbeeld: 200 kg/ha. 4. Raak Apparaatelement aan. Er verschijnt een lijst met doseerapparaten van de aangesloten machines waaraan u de streefwaarde kunt toewijzen. 5. Kies een doseerapparaat waaraan de streefwaarde moet worden toegewezen. 6. - Verlaat het formulier. Er wordt gevraagd of u de wijzigingen wilt opslaan. 7. Bevestig. U hebt een constante streefwaarde toegevoegd en een doseerapparaat toegewezen. 3030248965a-02-NL V1.20190731 15

5 Sectieschakeling configureren 5 Sectieschakeling configureren De functie MULTI-Control maakt een sectieschakeling zelfs aan complexe machines mogelijk. Bijvoorbeeld: Veldspuit met meerdere spuitbomen. Zaaimachine met een slakkenkorrelstrooier. Machinecombinaties, zoals gierwagens en zaaimachine. Configuratie Er zijn geen bijkomende configuratiestappen nodig om MULTI-Control voor de sectieschakeling te kunnen gebruiken. Wanneer de jobcomputers het toestaan, kan ISOBUS-TC de secties correct herkennen en gegevens tussen SECTION-Control en de jobcomputer overdragen. Voorbeeld Voorbeeld: Machine met meerdere spuitbomen/doseerapparaten Voertuigsymbool Actueel geselecteerd product Overeenkomstig/e doseerapparaat/spuitboom Actueel geselecteerd doseerapparaat/spuitboom Bediening Bij de bediening van systemen met MULTI-Control staan de volgende mogelijkheden ter beschikking: Raak het voertuigsymbool in het beeldschermmidden aan om te selecteren welk doseerapparaat of welke spuitboom moet worden weergegeven. In de voetregel verandert de spuitboom. Raak het product aan dat onderaan links verschijnt om de weergave tussen meerdere producten (bijv. mestsoorten) te wisselen. De naam van het product verandert. Afhankelijk van de manier waarop de machine geconstrueerd is, werkt de ene of de andere methode. 16 V1.20190731 3030248965a-02-NL