Verkavelingsvoorschriften

Vergelijkbare documenten
GEMEENTE MEEUWEN-GRUITRODE. Verkavelingsvoorschriften half-open bebouwing

1.1.A. HOOFDBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN Dossier nr : 1810 aantal kavels : 1 Gemeente : Hasselt Aanvrager : Bart Cleuren i.o.v. Jaqueline Rerren

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING 1. ALGEMENE BEPALINGEN 2. BIJZONDERE BEPALINGEN

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN 1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUW(EN) 1.1. ZONE VOOR HOOFDGEBOUW(EN) BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

1. Algemene bepalingen 1.1. RUIMTELIJKE UITGANGSPUNTEN

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1 ALGEMENE BEPALINGEN

1. Algemene bepalingen 1.1. RUIMTELIJKE UITGANGSPUNTEN

3. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Verkoop bouwpercelen. Lookstraat en Slechtenveldstraat. 2 bouwpercelen voor open bebouwing

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

AANVRAAG VERKAVELINGSVERGUNNING: Stad MECHELEN Geerdegemdries 3 e afdeling Sectie E - Nr. 768 T 3

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN HORENDE BIJ DE AANVRAAG VOOR DE VERKAVELINGSVERGUNNING

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING HASSELT 16 e AFDELING SECTIE B nr. 162V

~ 1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN

12 exclusieve villagronden in de mombeekdreef STEDENBOUWKUNDIGE VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN

Gemeente Oud-Heverlee Reigersstraat ZN 5e afdeling - Sectie A Nummer 243G/deel & 237L/deel

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.VOORSCHRIFTEN EN BESTEMMING HOOFDGEBOUW. 1.1 Bestemming hoofdgebouw

Gemeente Westerlo Verkaveling Zoerle Parwijs

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING 1.1. BESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN) 1.1.A. HOOFDBESTEMMING HOOFDGEBOUW(EN)

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

Verkavelingsvoorschriften in tabeivorm

Gemeente TURNHOUT VERKAVELING VOOR WONINGBOUW. van grond gelegen: Tramstraat z/n. Sectie P - Nummer 245 B5. Stedenbouwkundige Voorschriften

9. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

BESTEMMING HOOFDGEBOUW, BIJGEBOUW, NIET-BEBOUWD GEDEELTE. eengezinswoningen, met inbegrip van zorgwoningen worden toegelaten.

Gemeente Houthalen - Helchteren 3de Afdeling - Sectie F

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

-1_. ff" ming van. 1 groene parkeerplaats naast de oprit.

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE KAVELS 1 TOT EN MET 14

Kolmen Tessenderlo. Kerkstraat Bree

Addendum B28b Specifieke verkavelingsvoorschriften

Steden bouwkundis voorschrift Enkel ééngezinswoningen zijn toegelaten.

GOEDGEKEURDE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Volgens vergunning nr. V/LE38/1 dd. 09/11/2016 Inclusief opmerkingen technische dienst

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VAN EEN' VERKAVELING voor kavels 1 en 2

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

BESTEMMING HOOFDGEBOUW, BIJGEBOUW, NIET-BEBOUWD GEDEELTE GEBOUWTYPE HOOFDGEBOUW. Geen toelichting noodzakelijk.

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING OF VERKAVELINGSWIJZIGING (TYPEVOORSCHRIFTEN).

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING :

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

1. VOORSCHRIFTEN HOOFDGEBOUWEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VERKAVELING EZAARTVELD. Dos nr. 2011_ januari 2013

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING 1 / 7

1.1. TERMINOLOGIE 1.2. INTERPRETATIE VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 1.3. AFWIJKING VAN DE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VERKAVELING AKKERSTRAAT. Dos nr _04 22 juni 2011

VERKAVELING WERKEN (KORTEMARK) Hogestraat 17. Verkavelaar: Rommel Paul & Rommel Lieve. Motivatienota Stedenbouwkundige voorschriften

GOEDGEKEURDE VERKAVELINGVERGUNNING: NR. V 2013/05 VAN 03/09/2013

Projectzones Leemhoek. Zone P2

VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN WOONWAGENTERREIN EIKAART

VERKAVELING ADEGEM, VELDEKENS +17

BIJLAGE AANVRAAG VERKAVELINGVERGUNNING: Vergunning Dossier nr ; intern nr. 871

VERKAVELINGSVERGUNNING - STEDELIJK WOONGEBIED DREEF

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

Stedenbouwkundige voorschriften

1. Algemene bepalingen 1.1. RUIMTELIJKE UITGANGSPUNTEN 1.2. ARCHITECTURALE UITGANGSPUNTEN. Bindend gedeelte. Toelichting

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN:

Stedenbouwkundige VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN:

stedenbouwkundige voorschriften

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

1 BIJZONDERE BEPALINGEN

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN BIJ DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING GEMEENTE VOSSELAAR BEERSEBAAN Artikel Typologie Bladzijde

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING Ter plaatse : afdeling, sectie, percelen nrs.

STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN + kavelpaspoorten VERKAVELING MANHEUVELS V 2088

verkavelingsvoorschriften verkaveling elleboogstraat, helkijn

BIJLAGE AANVRAAG VERKAVELINGVERGUNNING:

VERKAVELING BIERKENSVELD

DEEL I: ART.0 ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VOOR DE BOUWGEBIEDEN

l J*teiH e _ H G r Ê s A e Ë9_ gemeenteweg in asfalt Opgemaakt te Genk op door Gemeente Houthalen-Helchteren

Verkavelingsdossier kop Akkerstraat. Gemeente Overpelt

1 VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

=OE. [1. Algemene bepalingen VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN 1.1. RUIMTELIJICE UITGANGSPUNTEN 1.2. ARCHITECTURALE UITGANGSPUNTEN

GEMEENTE HOUTHALEN ~ HELCHTEREN SECT/E E, ~~ DE HEIDE

BREE Meeuwerkiezel - verkavelingsvoorschriften INHOUDSTAFEL

1. VOORSCHRIFTEN BESTEMMING

GEMEENTE NEVELE (Landegem) VERKAVELING VOOR WONINGBOUW. voor gronden gelegen tussen de Poeldendries en de Dennendreef.

BIJLAGE AANVRAAG VERKAVELINGVERGUNNING:

STAD ANTWERPEN DISTRICT BERENDRECHT Provincie Antwerpen Arrondissement Antwerpen

GOEDGEKEURDE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN volgens vergunning nr. V/W036/1 goedgekeurd op 22/05/2017

Ontwikkeling site Denaeyer Gemeente Willebroek Provincie Antwerpen

MOTIVATIENOTA BETREFFENDE DE AANVRAAG VOOR EEN VERKAVELINGSVERGUNNING

7 VERORDENEND DEEL. 7.1 Grafisch plan Kaart: grafisch plan. 7.2 Stedenbouwkundige voorschriften: algemene bepalingen

ART.0 ALGEMENE STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN VOOR DE BOUWGEBIEDEN

Stedenbouwkundige voorschriften

Artikel 0. Begrippen, algemene en specifieke bepalingen TOELICHTEND. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. 1. Begrippen. 1.1.

voorschriften bpa nr. 132 Witte Molenstraat

Transcriptie:

Provincie Limburg Gemeente Dilsen-Stokkem Bijstelling Verkaveling Modelstad (versie 15 juni 2017) Loten 16 tem 19, 21, 22, 28, 30 tem 39 GS-160750-72 Te Dilsen-Stokkem, 5 e afdeling, Sectie B, nrs. 9D, 9E/deel, 11E/deel, 11K/deel, 12M/deel, 12Y/deel, 12S, 12V, 19E/deel, 19F, 19H, 19K, 19L, 19M, 19N, 19P, 19R, 19S, 19T, 19V en 19W/deel. Verkavelingsvoorschriften INHOUD VERKAVELINGSVOORSCHRIFTEN... 1 1. OPEN BEBOUWING... 2 LOTEN 16-19, 21 EN 22... 2 1.1 VOORSCHRIFTEN BESTEMMING... 2 1.2 VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN... 3 1.3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE... 6 2. BEBOUWING AAN HET WATERFRONT... 8 LOTEN 28 EN 30-39... 8 2.2 VOORSCHRIFTEN BESTEMMING... 8 2.2 VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN... 9 2.3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE... 12 GEOSTED bvba 1

1. OPEN BEBOUWING Loten 16-19, 21 en 22 1.1 VOORSCHRIFTEN BESTEMMING 1.1.A. HOOFDBESTEMMING Er zijn meer dan voldoende voorzieningen in de onmiddellijke omgeving. Verkeersgenererende activiteiten zijn hier ongewenst en de percelen zijn te klein om meergezinswoningen mogelijk te maken. Daarom wordt geopteerd voor eengezinswoningen. Voorzieningen voor een inwonende hulpbehoevende zijn toegelaten voor zover ze niet afsplitsbaar zijn van de woning. Voor de definitief van zorgwoningen wordt verwezen naar de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. 1.1.B. NEVENBESTEMMING Woningsplitsing is niet toegelaten, evenals nevenbestemmingen vreemd aan de woonfunctie zelf. Slechts een beperkt gedeelte van de woning kan ingericht worden als nevenbestemming. Het accent van de verkaveling ligt immers op wonen. Enkel eengezinswoningen (residentieel gebruik) worden toegelaten. Indien de ruimtelijke context en de bouwkavel het toelaten kan om sociale redenen een zogenaamde zorgwoning toegestaan worden. Dit moet dan ook ondubbelzinnig blijken uit de opbouw van de woning. Nevenbestemmingen zoals vrije beroepen en diensten zijn toegelaten, voor zover ze deel uitmaken van de normale uitrusting van de woonomgeving en voor zover ze geen hinder vormen voor de normale woonkwaliteit en mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden: 1 de woonfunctie blijft behouden als hoofdfunctie. 2 de complementaire functie beslaat een geringere oppervlakte dan de woonfunctie met een totale maximale vloeroppervlakte van 100 m². Handel, horeca en ambacht zijn niet toegelaten. GEOSTED bvba 2

1.2 VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN 1.2.1. VOORSCHRIFTEN ZONE VOOR HOOFDGEBOUW 1.2.1. A. TYPOLOGIE De voorgestelde werken moeten optimaal geïntegreerd worden in hun ruimtelijke omgeving. Dit houdt in dat zij inzake dichtheid, terreinbezetting, inplanting, terreinaanleg, vormgeving en materiaalkeuze een harmonisch geheel moeten vormen met de karakteristieke landschappelijke en ruimtelijke context. Om het woonvolume zo groot mogelijk te kunnen benutten is geopteerd voor de typologie van open bebouwing. 1.2.1.B. INPLANTING Bij de inplanting van de gebouwen moet zoveel mogelijk rekening gehouden worden met de kwaliteit van de bestaande ruimtelijke structuur. Er moet tevens gestreefd worden naar het behoud en de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van het openbaar domein, van de omliggende percelen en van het eigen perceel. Om een zo groot mogelijke oppervlakte ruimtelijk te laten aansluiten bij de open ruimte of om ze vrij te houden van efficiënt grondbeleid, moeten de diverse constructies zoveel mogelijk aan de straatzijde worden ingeplant. Hierdoor kan ook de eigen kavel maximaal benut worden als tuin. Door de inplanting van het hoofdvolume zo te positioneren tov het openbaar domein aan de noordzijde wordt de kwaliteit van het straatbeeld verhoogd en vormt het hoofdvolume een scharnierpunt tussen de bebouwing. Bijkomend wordt door deze inplanting de achtertuin op het zuiden gemaximaliseerd. Open bebouwing, zoals weergegeven op het verkavelingsplan als zone voor hoofdgebouw type 1 Open bebouwing van het hoofdgebouw waarbij de hoofdvolumes op de loten 21 en 22 door een bijgebouw binnen de zone voor bijgebouwen kunnen worden geschakeld zoals weergegeven op het verkavelingsplan thv de zone voor hoofdgebouw type 6. VOORBOUWLIJN De voorbouwlijn is zoals aangegeven op het verkavelingsplan. De voorbouwlijn dient voor minstens 2/3 de bebouwd te worden. INPLANTING Op het verkavelingsplan wordt de bebouwingszone aangegeven in de vorm van een bouwkader. De zones voor hoofdgebouwen kunnen zowel op het gelijkvloers als op de verdieping volledig bebouwd worden. De zones voor bijgebouwen kunnen slechts over één bouwlaag bebouwd worden. Voor volgende lot geldt het volgende bijzondere voorschrift: - Het hoofdvolume van lot 19 wordt zo ingeplant binnen het bouwkader dat er geen achtertuinsituaties worden gecreëerd aan de noordzijde van het lot. GEOSTED bvba 3

Binnen het bouwkader streeft men naar een optimale benutting van de ruimte, waarbij een minimale oppervlakte wordt ingenomen voor de bebouwing en voor de verhardingen en waarbij uitgegaan wordt van het bestaande reliëf, de aanwezige plantengroei, de oriëntatie, enz Op de eventuele meerdiepte van het gelijkvloers t.o.v. de verdieping mag een dakterras ingericht worden; terrassen zijn op de verdieping enkel inpandig toegestaan. 1.2.1.C. BOUWVOLUME De architecturale uitwerking moet op een eigentijdse, kwaliteitsvolle manier de ruimtelijke integratie realiseren. Zo moeten inplanting, vormgeving, maatvoering, materiaalkeuze, enz niet alleen bepaald worden rekening houdend met de eigen bouwkavel, maar moet er in de eerste plaats ook gezorgd worden voor een kwaliteitsvolle relatie met : - Het openbaar domein door inplanting, buitenaanleg, enz - De omliggende kavels door het garanderen van normale lichtinval, bezonning, privacy, enz., (vooral dan wat betreft de inplanting van de tweede bouwlaag, het voorzien van terrassen op de verdieping, enz.):; - De andere woningen van het bouwblok in geval van geschakelde bouwvormen; - De hoogte van de achtergebouwen worden beperkt zodat ze niet storend zijn voor de naburige percelen. BOUWHOOGTE EN DAKVORM Maximaal 2 bouwlagen onder de kroonlijst/dakrand. - Voor platte daken geldt een maximale dakrandhoogte van 7,65m. - Hellende daken hebben een maximale kroonlijsthoogte van 6,65m en nokhoogte van 11,00m boven het niveau van de voorliggende straat. De dakvorm is plat voor de loten 21 en 22. De dakvorm is vrij voor de loten 16 tem 19 Indien gekozen wordt voor een (deels) lessenaarsdak, dan bedraagt de hoogste kroonlijst maximaal 9m en de laatste kroonlijst maximaal 7m. In de zone voor bijgebouwen bedraagt de maximale hoogte van de kroonlijst max. 4,00 m. Ter hoogte van de laterale perceelsgrens sluiten de bijgebouwen naar hoogte en dakvorm op elkaar aan. UITSPRONGEN Uitsprongen (max.0,80m) buiten het maximale bouwvolume zijn aanvaardbaar indien ze kleinschalig zijn, in functie van architecturale accenten, dakkapellen en/of vensters. Uitsprongen uit het voorgevelvlak zijn enkel vanaf de tweede bouwlaag vergunbaar en kunnen de rooilijn niet overschrijden. VLOERPEIL Maximaal 0,80m boven het straatniveau. GEOSTED bvba 4

GARAGES In het bouwvolume kan een garage of carport voorzien worden. Ondergrondse garages worden niet toegelaten. 1.2.1.D. VERSCHIJNINGSVORM Er wordt een architecturale vrijheid ingebouwd voor zover deze kadert binnen het omliggend woonweefsel. GEVELMATERIALEN Alle constructies, zowel hoofd- als bijgebouwen, moeten opgetrokken worden uit materialen die qua duurzaamheid en uitzicht verantwoord zijn. Ze moeten harmonisch passen in de omgevingen bovendien moeten ze binnen de eigen kavel een onderling samenhangend geheel vormen. Alle zichtbaar blijvende gevels, ook die op of tegen de perceelsgrenzen, moeten in dezelfde volwaardige gevelmaterialen afgewerkt worden als de overige gevels. 1.2.2. VRIJSTAANDE BIJGEBOUWEN/ GARAGES/ CARPORTS Het groene karakter dient optimaal gevrijwaard te worden. BIJGEBOUWEN in de achtertuinzone Binnen de achtertuinzone kunnen vrijstaande bijgebouwen (tuinhuisje/ berging/ dierenhok/ garage, ) worden ingeplant (achter de bouwlijn). De totale oppervlakte van de vrijstaande gebouwen bedraagt maximaal 40 m². Ze mogen slechts uit één bouwlaag bestaan met een maximale kroonlijst-/dakrandhoogte van 4m en een nokhoogte van maximaal 4,5m. Bijgebouwen die op minder dan 2 m afstand van de perceelsgrens worden ingeplant, dienen te worden afgewerkt met een plat dak (maximale dakrandhoogte 3,00m) indien er geen akkoord is van de aanpalende eigenaar. GEOSTED bvba 5

1.3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE Voor de materialen zijn toegelaten deze van het hoofdgebouw, hout of metaal (geen industrieplaten). De constructie moet steeds een duurzaam en afgewerkt geheel vormen. Alle zichtbaar blijvende gevels, ook die op of tegen de perceelsgrenzen, moeten in dezelfde volwaardige gevelmaterialen afgewerkt worden als de overige gevels. 1.3.1. RELIËFWIJZIGINGEN EN TERREINAANLEG Het gaat om een zeer vlak terrein, waar reliëfwijzigingen niet wenselijk zijn. De bestaande hoogstammige bomen en houtwallen moeten bewaard worden. Bij bebouwing en terreininrichting moeten deze elementen dan ook maximaal geïntegreerd worden. Bij de inplanting van de gebouwen en bij de tuinaanleg moet het bestaande reliëf maximaal gerespecteerd worden. Eventuele reliëfwijzigingen kunnen toegestaan worden, voor zover ze in hun ruimtelijke omgeving verantwoord zijn en mits het grondverzet en wateroverlast op eigen terrein worden opgevangen. 1.3.2. VERHARDINGEN Het is de bedoeling het groene karakter van de verkaveling te bewaren. Gezien de beperkte perceelsoppervlakte is dit enkel mogelijk door alle verhardingen buiten de bouwzones te beperken. Al de groenelementen moeten gesitueerd worden op het inplantingsplan en bij eventuele kapping uitdrukkelijk op het inplantingsplan worden opgegeven bij de aanvraag stedenbouwkundige vergunning. Buiten de bouwzone dient de tuin aangelegd te worden met groenaanplantingen. Inritten voor garages of parkeerterreinen moeten tot een minimum beperkt worden, zowel in de lengte (door de inplanting van de garages zover mogelijk vooraan op het terrein), als in de breedte (zeker ter hoogte van de aansluiting op het openbaar domein, waar een breedte van maximaal 3 meter toelaatbaar is voor de toegang tot een garage of carport voor één GEOSTED bvba 6

wagen of maximaal 5,5 m bij de toegang tot een garage of carport voor 2 wagens). Noodzakelijke voorzieningen voor tuinpaden en oprit mogen voorzien worden, omrand door groenaanleg. Voor elke woning moet op het eigen terrein na de hemelwaterput een infiltratievoorziening (een zinkput of verlaging in de groenzone: ondiepe greppel, zouw) aangelegd worden met een minimaal volume van 4000 l. Voor de loten 17 en 18 geldt de volgende bijzondere voorschrift: - De twee aanwezige eiken dienen maximaal behouden te blijven. - Bij het afsterven van één van beide bomen dient er binnen het jaar na het kappen van de bomen een nieuwe eikenboom met een stamdiameter van min. 28-32 te worden aangeplant. 1.3.3. AFSLUITINGEN Gezien de beperkte breedte van de tuintjes zijn voldoende hoge afsluitingen nodig om voldoende privacy te garanderen. AARD Afsluitingen moeten in principe uitgevoerd worden met groenaanplantingen (hagen, draad met klimop en dergelijke). Bij specifieke ruimtelijke situaties of omwille van de verkeersveiligheid kunnen steeds beperkingen in hoogte opgelegd worden. Afsluitingen die zich voor de voorbouwlijn bevinden hebben een maximale hoogte van 1,00 m. Andere materialen (metselwerk, houten panelen, enz. ) kunnen over beperkte lengte toegestaan worden om de privacy te garanderen. Betonplaten zijn niet toegelaten. Door de sterke aanplant van een uniforme haag wordt de beeldwaarde van de verkaveling versterkt en ontstaat er een diffuse overgang tussen het private tuinen onderling. Binnen de zone voor hagen zijn enkel streekeigen hagen toegelaten die over een breedte van max. 5,5 m mogen worden doorbroken voor het toegang nemen tot het lot voor gemotoriseerd verkeer op voorwaarde dat GEOSTED bvba 7

de doorbreking ruimtelijk visueel wordt afgeschermd door een uniforme, houten poort of hekwerk van max. 2,00 m hoogte. AFMETINGEN Afsluitingen die zich achter de voorbouwlijn bevinden hebben een maximale hoogte van 2,00 m. 2. BEBOUWING AAN HET WATERFRONT Loten 28 en 30-39 2.2 VOORSCHRIFTEN BESTEMMING 2.1.A. HOOFDBESTEMMING Er zijn meer dan voldoende voorzieningen in de onmiddellijke omgeving. Verkeersgenererende activiteiten zijn hier ongewenst en de percelen zijn te klein om meergezinswoningen mogelijk te maken. Daarom wordt geopteerd voor eengezinswoningen. Voorzieningen voor een inwonende hulpbehoevende zijn toegelaten voor zover ze niet afsplitsbaar zijn van de woning. Voor de definitief van zorgwoningen wordt verwezen naar de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Enkel eengezinswoningen (residentieel gebruik) worden toegelaten. Indien de ruimtelijke context en de bouwkavel het toelaten kan om sociale redenen een zogenaamde zorgwoning toegestaan worden. Dit moet dan ook ondubbelzinnig blijken uit de opbouw van de woning. 2.1.B. NEVENBESTEMMING Woningsplitsing is niet toegelaten, evenals nevenbestemmingen vreemd aan de woonfunctie zelf. Slechts een beperkt gedeelte van de woning kan ingericht worden als nevenbestemming. Het accent van de verkaveling ligt immers op wonen. Nevenbestemmingen zoals vrije beroepen en diensten zijn toegelaten, voor zover ze deel uitmaken van de normale uitrusting van de woonomgeving en voor zover ze geen hinder vormen voor de normale woonkwaliteit en mits voldaan wordt aan volgende voorwaarden: GEOSTED bvba 8

1 de woonfunctie blijft behouden als hoofdfunctie. 2 de complementaire functie beslaat een geringere oppervlakte dan de woonfunctie met een totale maximale vloeroppervlakte van 100 m². Handel, horeca en ambacht zijn niet toegelaten. 2.2 VOORSCHRIFTEN GEBOUWEN 2.2.1. VOORSCHRIFTEN ZONE VOOR HOOFDGEBOUW 2.2.1. A. TYPOLOGIE De voorgestelde werken moeten optimaal geïntegreerd worden in hun ruimtelijke omgeving. Dit houdt in dat zij inzake dichtheid, terreinbezetting, inplanting, terreinaanleg, vormgeving en materiaalkeuze een harmonisch geheel moeten vormen met de karakteristieke landschappelijke en ruimtelijke context. Om het woonvolume zo groot mogelijk te kunnen benutten is geopteerd voor de typologie van open bebouwing. 2.2.1.B. INPLANTING Bij de inplanting van de gebouwen moet zoveel mogelijk rekening gehouden worden met de kwaliteit van de bestaande ruimtelijke structuur. Er moet tevens gestreefd worden naar het behoud en de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit van het openbaar domein, van de omliggende percelen en van het eigen perceel. Om een zo groot mogelijke oppervlakte ruimtelijk te laten aansluiten bij de open ruimte of om ze vrij te houden van efficiënt grondbeleid, moeten de Open bebouwing, zoals weergegeven op het verkavelingsplan als zone voor hoofdgebouw type 3. Met een uitbreiding op gelijkvloers en beperkt op verdiep aan de noordzijde binnen de zone voor bijgebouwen. VOORBOUWLIJN De voorbouwlijn is zoals aangegeven op het verkavelingsplan. De voorbouwlijn dient voor minstens 1/3 de bebouwd te worden. INPLANTING Op het verkavelingsplan wordt de bebouwingszone aangegeven in de vorm van een bouwkader. De zones voor hoofdgebouw kunnen voor elke bouwlaag 80% bebouwd worden over maximaal 2 bouwlagen. GEOSTED bvba 9

diverse constructies zoveel mogelijk aan de straatzijde worden ingeplant. Hierdoor kan ook de eigen kavel maximaal benut worden als tuin. Binnen het bouwkader streeft men naar een optimale benutting van de ruimte, waarbij een minimale oppervlakte wordt ingenomen voor de bebouwing en voor de verhardingen en waarbij uitgegaan wordt van het bestaande reliëf, de aanwezige plantengroei, de oriëntatie, enz Om tegemoet te komen aan de steeds terugkomende vraag om binnen deze loten een groter bouwvolume mogelijk te maken werd op basis van ontwerpend onderzoek de ruimtelijk verantwoorde uitbreiding aan reeds bestaande vergunde constructies onderzocht en werd, mits akkoord van de belendende buur een uitbreiding van het hoofdvolume binnen de zone voor bijgebouwen op verdiep toegelaten onder strikte voorwaarden. Een gesloten wand op 2 m van de laterale perceelsgrens geeft vaak meer privacy dat een opengewerkte wand op 3 m van de laterale perceelsgrens. Daarnaast dient het niet nadelige effect van de uitbreiding mbt de schaduwwerking op het belendende perceel aangetoond te worden. De zones voor bijgebouwen kunnen volledig over één bouwlaag bebouwd worden, zonder rekening te houden met de 80% bebouwing van het hoofdgebouw. Over max. 1/3 van de volledige bouwkader van de zone voor bijgebouwen mag op verdieping aansluitend aan de zone voor hoofdgebouw een volume als geïntegreerd onderdeel van het hoofdgebouw gebouwd worden op voorwaarde dat: de meest noordelijk gesitueerde zijgevel op minstens 2 m van de laterale perceelsgrens is gesitueerd, Deze noordwestelijk georiënteerde zijgevel, gericht naar de belendende buur, maximaal gesloten is en indien van de aangrenzende buur een schriftelijk akkoord is gevoegd bij de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag. Op de resterende meerdiepte van het gelijkvloers t.o.v. de verdieping mag een dakterras ingericht worden. 2.2.1.C. BOUWVOLUME De architecturale uitwerking moet op een eigentijdse, kwaliteitsvolle manier de ruimtelijke integratie realiseren. Zo moeten inplanting, vormgeving, maatvoering, materiaalkeuze, enz niet alleen bepaald worden rekening houdend met de eigen bouwkavel, maar moet er in de eerste plaats ook gezorgd worden voor een kwaliteitsvolle relatie met : - Het openbaar domein door inplanting, buitenaanleg, enz - De omliggende kavels door het garanderen van normale lichtinval, bezonning, privacy, enz., (vooral dan wat betreft de BOUWHOOGTE EN DAKVORM Voor het hoofdvolume: Maximaal 2 bouwlagen onder de kroonlijst/dakrand. Voor platte daken geldt een maximale dakrandhoogte van 7,65m. boven het niveau van de voorliggende straat. De dakvorm is verplicht plat. Voor het bijgebouw: Binnen de zone voor bijgebouwen kan het gelijkvloers slechts volledig bebouwd worden. Op de verdieping is het toegelaten de zone te bebouwen tot maximaal 2m van de zijdelingse perceelsgrens, mits GEOSTED bvba 10

inplanting van de tweede bouwlaag, het voorzien van terrassen op de verdieping, enz.):; - De andere woningen van het bouwblok in geval van geschakelde bouwvormen; - De hoogte van de achtergebouwen worden beperkt zodat ze niet storend zijn voor de naburige percelen. De beperkte uitbreiding op de verdieping binnen de zone voor bijgebouwen werd ingegeven vanuit de aftoetsing bij de architecten en huidige eigenaars van de reeds vergunde bebouwing. Hieruit bleek dat de uitbreiding van de bestaande, reeds vergunde woning niet evident is binnen de uitbreiding van 60% naar 80% en vanuit ruimtelijke overwegingen een beperkte, geïntegreerde uitbouw van het hoofdvolume binnen deze zone voor bijgebouwen vergunbaar is onder strikte voorwaarden en mits akkoord van belendende eigenaar. akkoord van de belendende eigenaar. De noordwestelijke gevel dient maximaal gesloten gehouden te worden. De maximale dakrandhoogte voor het gelijkvloers bedraagt max. 4,00m. Op de verdieping wordt de dakrandhoogte afgestemd op de dakrandhoogte van het hoofdgebouw binnen de zone voor hoofdgebouwtype 3 De dakvorm is verplicht plat. UITSPRONGEN Uitsprongen (max.0,80m) buiten het maximale bouwvolume zijn aanvaardbaar indien ze een architecturaal geïntegreerd onderdeel vormen van de volumeopbouw. Uitsprongen uit het voorgevelvlak zijn enkel vanaf de tweede bouwlaag vergunbaar en kunnen de rooilijn niet overschrijden. VLOERPEIL Maximaal 0,80m boven het straatniveau. GARAGES In het bouwvolume kan een garage of carport voorzien worden. Ondergrondse garages worden niet toegelaten. 2.2.1.D. VERSCHIJNINGSVORM GEOSTED bvba 11

Er wordt een architecturale vrijheid ingebouwd voor zover deze kadert binnen het omliggend woonweefsel. GEVELMATERIALEN Alle constructies, zowel hoofd- als bijgebouwen, moeten opgetrokken worden uit materialen die qua duurzaamheid en uitzicht verantwoord zijn. Ze moeten harmonisch passen in de omgeving en bovendien moeten ze binnen de eigen kavel een onderling samenhangend geheel vormen. Alle zichtbaar blijvende gevels, ook die op of tegen de perceelsgrenzen, moeten in dezelfde volwaardige gevelmaterialen afgewerkt worden als de overige gevels. Voor de loten 36 tem 39 dient de westelijke gevel (voorgevel) op de verdieping maximaal gesloten gehouden te worden. 2.2.2. VRIJSTAANDE BIJGEBOUWEN/ GARAGES/ CARPORTS Het groene karakter dient optimaal gevrijwaard te worden. BIJGEBOUWEN in de achtertuinzone Er zijn géén vrijstaande gebouwen toegelaten. 2.3. NIET-BEBOUWD GEDEELTE 2.3.1. RELIËFWIJZIGINGEN EN TERREINAANLEG Het gaat om een zeer vlak terrein, waar reliëfwijzigingen niet wenselijk zijn. Bij bebouwing en terreininrichting moeten de bestaande ruimtelijke en landschappelijke elementen maximaal geïntegreerd worden. Bij de inplanting van de gebouwen en bij de tuinaanleg moet het bestaande reliëf maximaal gerespecteerd worden. Eventuele reliëfwijzigingen kunnen toegestaan worden, voor zover ze in hun ruimtelijke omgeving verantwoord zijn en mits het grondverzet en wateroverlast op eigen terrein worden opgevangen. Al de groenelementen moeten gesitueerd worden op het inplantingsplan en bij eventuele kapping uitdrukkelijk op het inplantingsplan worden opgegeven bij de aanvraag stedenbouwkundige vergunning. GEOSTED bvba 12

2.3.2. VERHARDINGEN Het is de bedoeling het groene karakter van de verkaveling te bewaren. Gezien de beperkte perceelsoppervlakte is dit enkel mogelijk door alle verhardingen buiten de bouwzones te beperken. Buiten de bouwzone dient de tuin aangelegd te worden met groenaanplantingen. Inritten voor garages of parkeerterreinen moeten tot een minimum beperkt worden, zowel in de lengte (door de inplanting van de garages zover mogelijk vooraan op het terrein), als in de breedte (zeker ter hoogte van de aansluiting op het openbaar domein, waar een breedte van maximaal 3 meter toelaatbaar is voor de toegang tot een garage of carport voor één wagen of maximaal 5,50 m bij de toegang tot een garage of carport voor 2 wagens). Noodzakelijke voorzieningen voor tuinpaden en oprit mogen voorzien worden, omrand door groenaanleg. Voor elke woning moet op het eigen terrein na de hemelwaterput een infiltratievoorziening (een zinkput of verlaging in de groenzone: ondiepe greppel, zouw) aangelegd worden met een minimaal volume van 4000 l. 2.3.3. AFSLUITINGEN Gezien de beperkte breedte van de tuintjes zijn voldoende hoge afsluitingen nodig om voldoende privacy te garanderen. AARD Afsluitingen moeten in principe uitgevoerd worden met groenaanplantingen (hagen, draad met klimop en dergelijke). Bij specifieke ruimtelijke situaties of omwille van de verkeersveiligheid kunnen steeds beperkingen in hoogte opgelegd worden. Afsluitingen die zich voor de voorbouwlijn bevinden hebben een maximale hoogte van 1,00 m. GEOSTED bvba 13

Door de sterke aanplant van een uniforme haag wordt de beeldwaarde van de verkaveling versterkt en ontstaat er een diffuse overgang tussen het private tuinen onderling. Andere materialen (metselwerk, houten panelen, enz. ) kunnen over beperkte lengte toegestaan worden om de privacy te garanderen. Betonplaten zijn niet toegelaten. Binnen de zone voor hagen zijn enkel streekeigen hagen toegelaten die over een breedte van max. 5,5 m mogen worden doorbroken voor het toegang nemen tot het lot voor gemotoriseerd verkeer op voorwaarde dat de doorbreking ruimtelijk visueel wordt afgeschermd door een uniforme, houten poort of hekwerk van max. 2,00 m hoogte. AFMETINGEN Afsluitingen die zich achter de voorbouwlijn bevinden hebben een maximale hoogte van 2,00 m. GEOSTED bvba 14