Wat doen we in groep 6 Korte beschrijving van de lesstof in groep 6.
Groep 6 Rekenen Getallen en Getalrelaties Voorbeeld Inzicht in getalstructuur tot 100.000 Wat zit er in het midden tussen 750 en 800 Kunnen tellen met sprongen van 10, 100, 1000 en 10000 Tel met sprongen van 30 verder vanaf 645 Inzicht in getallen toegepast. Hoofdrekenen optellen en aftrekken vermenigvuldigen en delen Wat ligt het dichts bij 1 kg: 0,800 kg - 0,997 kg - 1,012 kg - 1,100 kg 425 + 300 + 475 = / 850-75 - 125 = / Verschil tussen 3015 en 2985 = / kassabon afronden en optellen / 4,25 + 25,75 = 4 x 24 = / 60,- met 5 kinderen delen = / 15 x 25 = / 463 kinderen in bussen van 50. hoeveel bussen? 5 pennen voor 2,49. 1 pen is ca / 210,95-189 is ca Schattend rekenen. Cijferend rekenen optellen en aftrekken 478 + 364 = / 8000-2625 = vermenigvuldigen en delen 9 dozen met 24 potten =.. 4 x 9,95 = Meten en meetkunde Lengte 1 m en 95cm is cm / 30 x 10 cm = m Schaal 2cm is in werkelijkheid 1m. Hoe lang is. Namen van lengte maten en inzicht in gebruik mm, cm, dm, m, km Oppervlakte = lengte x breedte Inhoud liters Inhoud - aantallen Gewicht aantal tegels in een rechthoek. Samengestelde oppervlakten hoeveel glazen van 20cl in 1 l. / aflezen maatbeker / 6 flessen van 500 ml = l aantallen van producten in een stapel kg en g Meetkunde 3D inzicht Grafieken en tabellen Geld en Tijd Aflezen op weegschaal. / inzicht in gebruik van kg en g. welk bovenaanzicht hoort bij een plaatje inzicht in bouwplaten van figuren aflezen waarden in lijngrafiek en tabel Geld Datum en tijd Verhoudingen en breuken verhoudingstabellen 650,- zijn.. briefjes van 50. / 850,- is 3 x 200,- en. Briefjes van 50,- / totaalbedrag van aantal munten / gepast betalen / hoeveel munten van 20c in 10,- 14-4-2014 is welke maand? / Dagen van de week in een kalender. / ovefr hoeveel minuten vertrekt een trein. / Digitale klok omzetten anar analoog. met 1,5 l 6 bekers vullen. Met 3 l bekers. 500gr = 2,15. hoeveel kost 2 kg? breuken een kwart plank van 240 cm is getallenlijn. Het grote rekenboek (o.a. bol.com) legt de manier van leren goed uit. cm / 1/4 op de
Spelling groep 6 Spellingscategorie voorbeeld Cito SIB Woorden met ng/nk Lengte anker M6 Verkleinwoorden met je, etje, pje Vriendje, rolletje M6 Woorden met ei of ij Paleis, vijver M6, E6 W1a en W2a Samengestelde woorden Fietstocht, valstrik M6, E6 Woorden met au(w) of ou(w) Kabouter M6, E6 W3a / W4a Woorden met ch, cht Opdracht M6 K14 / W9 Woorden met -d Brandweer M6 Woorden met open lettergrepen Soldaten M6, E6 R8 / R11 Woorden met gesloten lettergrepen Oppasser M6, E6 R8 / R11 Letterverandering: -f wordt v en s wordt z Brave, muizen M6 Woorden met stomme e; em, elen, enen, Stiekem, kinderen M6 R12 eren. Woorden met- lijk Eerlijk M6 K22 Woorden met -ig Stevig M6 K22 Woorden met -ie geschreven als i Titel, olifant M6, E6 W10 -c klinkt als -s Cel, precies M6, E6 W11a -c klinkt als -k Tact, contact M6, E6 W12a -ge klinkt als zju Garage, gelei E6 s aan begin s middags E6 R20 s aan eind Leo s E6 Woorden met -tie Actie, notitie E6 K25 Woorden met -teit Kwaliteit E6 Woorden met -heid Eenheid E6 K24 Kleefletters Twaalf, slurf K21 woorden met vaste stukjes ~ing, ~sel en ~te K23 Woorden die beginnen met een f Fraai, folder W5 Woorden die beginnen met een s Sirene, sigaar W7 bijvoeglijke naamwoorden R17 meervoud van woorden op ~a, ~i, ~o of ~u R18 vaste stukjes: ~heid, ~baar, ~zaam K24 woorden met th W13a woorden met ea, ia, io en ioe K26 woorden op ~b W14a woorden op ~y W15a woorden met x W16 Werkwoorden herkennen WW1 Werkwoord hebben Ik heb jij bent, wij zijn WW2 Werkwoorden met v en z WW3 Werkwoorden met een d WW4 Persoonsvorm vinden WW5 werkwoorden met ik-vorm op ~a, ~ij, ~ou WW6 werkwoorden: zijn, hebben, kunnen, willen, mogen en zullen WW 8
Taal Woordenschat Woordenschat Nieuwe woorden leren en leer strategieën: met plaatje, vooruit lezen, voorbeelden, woordparaplu en woordkast, mindmap, in stukjes verdelen, woordenboek en internet Spreken en luisteren Verschillende tekstvormen, actief luisteren, samenvatten, vragen en doorvragen, ordenen, Taalbeschouwing Tegenwoordige tijd, verleden tijd, (in)formeel, mondeling - schriftelijk, voegwoorden, enkelvoud, meervoud, vinden van persoonsvorm, onderwerp en gezegde, voorzetsels, lidwoorden, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord Schrijven Verschillende tekstsoorten, inleiding maken, verhaal opbouw, gebruik van een mindmap Engels De kinderen leren de Engelse taal mondeling en schriftelijk toe te passen. Onderwerpen die aan bod komen zijn: 1. describing people; beschrijf jezelf 2. schopping; 3. just in time; alles over de tijd 4. traveling around; transport 5. school; wat heb je nodig op school 6. outdoors Er zijn geen toetsen in groep 6. Wel doen we diverse opdrachten waarin we Engels gaan toepassen. Begrijpend lezen Voor begrijpend lezen maken we gebruik van de methode nieuwsbegrip. Elke week is er een nieuwe actuele tekst. De kinderen leren: samenvatten: hoofdgedachte, mindmap etc voorspellen: waar gaat de tekst over a.d.h.v. plaatjes en koppen ophelderen; woordbetekenis en zinnen vragen stellen; door goede vragen te stellen meer over het onderwerp te weten komen relaties en verwijswoorden; Lastig maar belangrijk onderwerp Deze les is 1 x per week. de tekst gebruiken we ook om tempolezen te oefenen (2 x per week). Daarnaast is er een zelfstandig werken les op de ipad over o.a. woordenschat. Aardrijkskunde De kinderen stellen zelf de lesstof samen. Dit bevordert de motivatie, het kritisch kijken, samenvatten en schrijven. Dit zijn essentiele basisvaardigheden voor het leren leren. Elke 4 a 5 weken moet er één onderwerp klaar zijn. Dit gebeurt in de klas en/of thuis. Elke onderwerp begint met het maken van een mindmap met vragen over: wat wil ik weten.
Topo Op de website van www.topomania.net is veel oefenstof te vinden. Ik pas soms bestaande kaarten aan om de goede te laten aansluiten voor groep 6. Ik zal dan de link doormailen van de aangepaste oefenstof. Ook krijgen de kinderen de Topo oefening op papier mee naar huis om te leren. De eerste oefening op Topomania is hier te vinden: http://www.topomania.net/mapinfo/provincies%20van%20nederland%20en%20hoofdsteden?cl=08 6954c4aba54a247f7bc1867e2cca69 Geschiedenis Geschiedenis gaat in groep 6 in vogelvlucht van de oertijd tot en met de middeleeuwen. Geschiedenis doen we klassikaal. De kinderen lezen zelfstandig of in kleine groep de tekst en maken daarvan een samenvatting. Ze vertellen / presenteren wat ze hebben geleerd. Ook worden ze gestimuleerd om verder te zoeken naar informatie die ze willen weten.