Rapport: Terugkoppeling variatie in gradering mammacarcinoom en DCIS Dr. I.A.G. Deckers, Adviseur PALGA Stichting PALGA Randhoeve 225A, 3995 GA Houten T: 088 0402700 E: aanvraag@palga.nl Versie februari 2018
Samenvatting Doel Deze terugkoppeling van spiegelinformatie op laboratorium niveau maakt het mogelijk uw gegevens met betrekking tot het graderen van mammatumoren binnen uw laboratorium met uw collega s te bespreken en deze resultaten te vergelijken met (het gemiddelde van) andere, geanonimiseerde laboratoria. Methode Wij hebben uit de landelijke databank voor wetenschappelijk onderzoek (PIDB) alle invasieve mammacarcinomen en ductaal carcinoom in situ (DCIS) opgezocht die tussen 01 jan 2013 en 31 dec 2016 protocollair zijn vastgelegd. Van synchrone tumoren (unilateraal, binnen 6 maanden) is uitsluitend de eerste tumor geïncludeerd. Revisies, tumoren waarvan de graad onbekend is en tumoren die neoadjuvant zijn behandeld zijn uitgesloten van analyses. De aantallen kunnen afwijken wanneer u deze gegevens op een andere datum of met een ander systeem raadpleegt. Belangrijkste resultaten De variatie in gradering is op verschillende manieren weergegeven om een zo robuust mogelijk beeld te krijgen. De zogenaamde somscore weerspiegelt de absolute, totale afwijking van de gradering in een laboratorium ten opzicht van het landelijke percentage graad 1, 2 en 3 bij elkaar opgeteld. De scores voor laaggradige en hooggradige tumoren geven aan hoe een laboratorium-specifiek percentage zich verhoudt tot het landelijk gemiddelde na correctie voor case-mix. Hierbij is de histologische graad (1-3) ingedeeld in laaggradig (graad 1 t.o.v. graad 2-3) en hooggradig (graad 1-2 t.o.v. graad 3). Algemene conclusie Er is aanzienlijke variatie in de verdeling van de histologische graad bij mammatumoren tussen pathologie laboratoria. Wanneer u naar aanleiding van dit rapport nog vragen heeft, nodigen wij u uit contact op te nemen via aanvraag@palga.nl o.v.v. terugkoppeling variatie in gradering of via T: 088 0402700. Dr. I.A.G. Deckers Adviseur PALGA 2
Gemiddelden Ten eerste hebben we de gemiddelde gradering van alle geïncludeerde laboratoria voor het invasieve mammacarcinoom en voor DCIS tegen elkaar afgezet (FIGUUR 1). 1 6 17183 2253 2740 10151 8837 731 graad 1 graad 2 graad 3 IBC DCIS FIGUUR 1: Percentage graad 1-3 van het invasieve mammacarcinoom (blauw) en DCIS (rood) voor alle laboratoria met bijbehorende aantallen. Laboratorium-specifieke somscores Om een goed beeld te krijgen van de totale variatie in het graderen van het invasieve mammacarcinomen hebben we per laboratorium een somscore berekend. Deze somscore weerspiegelt de absolute, totale afwijking van de gradering in uw laboratorium ten opzicht van het landelijke percentage graad 1, 2 en 3 bij elkaar opgeteld. Een laboratorium heeft een somscore van, wanneer het precies hetzelfde percentage tumoren met graad 1, 2 en 3 heeft als het gemiddelde van alle laboratoria (dan zijn in figuur 1 alle rode balken gelijk aan de bijbehorende blauwe balk). Een laboratorium dat bijvoorbeeld 5, minder graad 1 en 5, meer graad 3 tumoren heeft (dan het gemiddelde van alle laboratoria) heeft een somscore van 10,. 3
Perncetage totale afwijking Perncetage totale afwijking In FIGUUR 2 hebben we per type tumor voor alle laboratoria de totale afwijking in gradering (somscore) afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium. Laboratoria op of buiten het 95% betrouwbaarheidsinterval (BI) wijken significant af van het gemiddelde en graderen dus afwijkend. 2A 45% 35% 25% 15% 5% 0 500 1000 1500 2000 2500 Totaal aantal tumoren per laboratorium Individueel laboratorium Gemiddelde 95% BI 2B 45% 35% 25% 15% 5% 0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 Totaal aantal tumoren per laboratorium Individueel laboratorium Gemiddelde 95% BI FIGUUR 2: Laboratorium-specifieke somscore voor totale afwijking van de gemiddelde gradering van het invasief mammacarcinoom (2A) en DCIS (2B) afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium. 4
Percentage hooggradig (graad 3) Percentage laaggradig (graad 1) Gecorrigeerde spiegelinformatie Het graderen van tumoren is afhankelijk van verschillende (patiënt- en tumor) karakteristieken. Omdat deze mogelijk niet evenredig zijn verdeeld tussen de verschillende laboratoria, hebben we de geobserveerde variatie gecorrigeerd voor verschillen in case-mix. Hierbij is de histologische graad (1-3) ingedeeld in laaggradig (graad 1 t.o.v. graad 2-3) en hooggradig (graad 1-2 t.o.v. graad 3). Invasief mammacarcinoom In FIGUUR 3 is de variatie in gradering voor het invasieve mammacarcinoom tussen de laboratoria afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium. 3A 0 500 1000 1500 2000 2500 Individueel laboratorium Gemiddelde 95% BI 3B 0 500 1000 1500 2000 2500 Individueel laboratorium Gemiddelde 95%BI FIGUUR 3: Percentage laaggradige (3A) en hooggradige (3B) tumoren per laboratorium afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium na correctie voor case-mix. 5
Percentage hooggradig (graad 3) Percentage laaggradig (graad 1) DCIS In FIGUUR 4 is de variatie in gradering voor DCIS tussen de laboratoria afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium. 4A 8 7 6 0 50 100 150 200 250 300 350 Individueel laboratorium gemiddelde 95%BI 4B 8 7 6 0 50 100 150 200 250 300 350 Individueel laboratorium gemiddelde 95%BI FIGUUR 4: Percentage laaggradige (4A) en hooggradige (4B) tumoren per laboratorium afgezet tegen het aantal tumoren per laboratorium na correctie voor case-mix. 6