Fiscale aspecten van samenwerken binnen een coöperatie Martijn Hoedemakers martijn.hoedemakers@ondernemerscooperatie.nl 06-33681789
Drie onderwerpen 1. De ondernemerscoöperatie 2009-2013 2. Fiscale aspecten van de ondernemerscoöperatie 3. Aandachtspunten 2
De ondernemerscoöperatie 2009-2013 2009: Opzet concept 2010: Vooroverleg belastingdienst over De ondernemerscoöperatie Goedkeuring op alle voorgestelde punten 2010-2013: Verschillende standpunten inspecteurs in den lande Geen eenheid van beleid 2013: Departementaal overleg belastingdienst 2013: Uniformiteit reactie belastingdienst op vooroverleg 2014: Politieke lobby over duidelijkheid door Ministerie 3
Fiscale aspecten van de ondernemerscoöperatie 1. Welke belastingen worden geheven? 2. Bij wie wordt wat geheven? 3. Waarover wordt geheven? 4
Welke belastingen worden geheven? Vennootschapsbelasting BTW Loonbelasting Inkomstenbelasting 5
Bij wie wordt wat geheven? 1. Coöperatie Vennootschapsbelasting BTW Loonbelasting 2. Leden Inkomstenbelasting Vennootschapsbelasting/inkomstenbelasting BTW Loonbelasting 6
Fiscale aspecten van de coöperatie Vennootschapsbelasting 1. Winst wordt berekend door regels van goedkoopmansgebruik. 2. Winstberekening vergelijkbaar met winstberekening van een BV 3. Bijzondere regeling van verlengstukwinst 7
Fiscale aspecten van de coöperatie Verlengstukwinst = extra aftrekpost voor de vennootschapsbelasting Winstuitkeringen die door de coöperatie worden gedaan zijn aftrekbaar van de winst mits: 1. De uitkeringen zijn gedaan aan natuurlijk personen 2. De winst is toe te schrijven aan de activiteiten van de leden 3. Direct na afloop van het jaar waarin ze is gemaakt wordt uitgekeerd 8
Voorbeeld de Ondernemerscoöperatie Een zelfstandig schilder en een zelfstandig stukadoor werken voor grotere projecten samen in een coöperatie. Omzet Schilder 45.000 Omzet Stukadoor 45.000 Totaal omzet 90.000 Kostprijs werkzaamheden schilder 35.000 Kostprijs werkzaamheden Stukadoor 35.000 Totaal inkoop 70.000 Overige kosten coöperatie 10.000 Winst 10.000 Verlengstukwinst: 10.000 * (70.000/80.000) + 2.269 (max.) = 10.000 Belastbare winst voor vennootschapsbelasting Nihil 9
Fiscale aspecten van de leden Belastingheffing winstuitkeringen afhankelijk van fiscale kwalificatie lid. In theorie wel 7 mogelijkheden hoe lid fiscaal wordt gekwalificeerd: 1. Lid geniet winst uit onderneming (IB box 1) 2. Lid is in dienst en geniet loon uit dienstbetrekking (IB box 1) 3. Lid is niet in dienst maar wordt geacht in dienst te zijn (IB box 1) 4. Lid geniet resultaat uit overige werkzaamheden (IB box 1) 5. Lid geniet winst uit aanmerkelijk belang (IB box 2) 6. Lidmaatschap is onderdeel van vermogensrendementsheffing (IB box 3) 7. Lid is BV (gecombineerde IB/Vpb-druk ) De kwalificatie en daarmee de belastingheffing van de winstuitkeringen kan dus voor elk lid anders zijn. Hiermee kan dus ook de belastingdruk per lid verschillend zijn. De oprichting van een coöperatie zegt dus niets over de fiscale behandeling van haar leden. Rangorderegeling bepaald de kwalificatie 10
Aandachtspunten voor de belastingdienst 1. Ondernemerschap volgens inkomstenbelasting 2. Urencriterium, welke uren tellen mee. 3. Winstmarge coöperatie. Hoeveel marge moet de coöperatie achterhouden? 4. Bestuurdersbeloningen. Loonheffing over beloningen? 5. Winstuitkeringen aan gemengde coöperaties (zowel natuurlijke personen als BV s) 6. Kwalificatie gereserveerde winst als eigen vermogen of vreemd vermogen 7. Welke kosten zijn ledenkosten in verband met de hoogte van de verlengstukwinst? 11
Conclusie 1. Coöperatie is voor veel ondernemers een geschikte rechtsvorm 2. Coöperatie zit fiscaal nog in een oud jasje 3. Belastingdienst moet nog wennen aan deze oude rechtsvorm 4. Afstemming met de belastingdienst blijft vooralsnog wel aan te bevelen 5. Persoonlijke fiscale gevolgen laten beoordelen door accountant/fiscalist 12
Heeft u nog vragen? Mr. Martijn (W.A.J.C.) Hoedemakers Fiscaal jurist Postbus 10056-3505 AB Utrecht Telefoon 06-33681789 http://www.ondernemerscooperatie.nl 13