HES Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd. Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?



Vergelijkbare documenten
HES Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd. Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?

HvA Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd. Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?

HvA Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd. Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?

Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?

HvA Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd. Professioneel zakelijk communiceren als beleggingsadviseur?

ONDERZOEK/RAPPORT EN PLAN VAN AANPAK

ONDERZOEK/RAPPORT EN PLAN VAN AANPAK

SECTORWERKSTUK

Beoordeling paper SAMENVATTING/CONCLUSIE/AANBEVELING

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Het profielwerkstuk. 2. Eisen en voorwaarden Het profielwerkstuk moet aan een aantal eisen en voorwaarden voldoen:

Deel 1 Structuur. Handleiding scripties

Pre-Academisch Onderwijs. Ontwikkelingslijnen en leerdoelen

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

Persoonlijke ontwikkeling Bedrijfskunde MER Akin Dogan

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Ingevuld door: BARBARA DE WILDT Functie: PLANNING & USAGE MANAGER

LES 5 (ADVIES)RAPPORT

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4

Dienstenbeschrijving communicatieve vaardigheden

Het Sectorwerkstuk

Informatiebrochure. Profielwerkstuk HAVO Colegio Arubano

Handleiding Assessment Startbekwaamheid

2.9 Lesplan opzet workshop 8 Lesformulier

Het schrijven van stukken. Een introductie

onvoldoende voldoende goed uitstekend Er is een onderzoeksplan, maar de deelvragen kunnen niet leiden tot een goed antwoord op de hoofdvraag.

Sectorwerkstuk. Kandinsky College. locatie Sint Jorisschool

Voorwoord. Veel succes met de schrijftraining! Amsterdam, februari Freek Bakker Joke Olie. 6 Voorwoord

Media Outlook 2 HOGESCHOOL ROTTERDAM / CMI CDMMOU02-2. Aantal studiepunten:2 Modulebeheerder: Ayman van Bregt. Goedgekeurd door:

Het profielwerkstuk

Samenvatting Zorg en welzijn SPW handboek vaardigheden

Modulebeschrijving FINSLC0108

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

MODEL B: Beoordelingsmodel PWS Binasvakken ( vernieuwde Tweede Fase ) De voorbereidingsfase: Zijn de leerlingen op zelfstandige wijze gekomen tot:

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Beoordelingscriteria scriptie Nemas HRM

Deel 5 Introductie. Handleiding scripties

Onderzoeksvaardigheden (Creatieve Actie Methodologie)

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

BEOORDELINGSFORMULIER

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Media en creativiteit. Herfst jaar vier Werkcollege 3

BEOORDELING PROFIELWERKSTUK VMBO-T Piter Jelles!mpulse

Werkstuk of verslag. de vormvoorschriften

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo havo/vwo

De Haagse Hogeschool Faculteit voor gezondheid, voeding en sport. HBO-Verpleegkunde Voltijd/Deeltijd/Duaal Studiejaar: Jaar: 4

informatie profielwerkstuk havo avondlyceum CAL handleiding H

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Bijlage 2-9. Richtlijnen voor de prestatie

ALGEMEEN. Doel & inhoud. Evaluatie

PROFIELWERKSTUKBOEKJE

Reflectiegesprekken met kinderen

Toetsbekwaamheid BKE november 2016

Richtlijnen verslaglegging

Profielwerkstuk. Kandinsky College. locatie Jorismavo

Bijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan

GESPREKKEN VOEREN NEDERLANDS AAN HET EINDE VAN DEZE UITLEG:

Het Sectorwerkstuk. Naam leerling

Trainingen die je in beweging brengen!

MODEL A: TOETSMOMENT VOORBEREIDINGSFASE I: Zijn de leerlingen op zelfstandige wijze gekomen tot:

Handleiding profielwerkstuk. Mavo 4

Beroepenwerkstuk 3 MAVO

Handleiding scripties

Na invulling en ondertekening door bedrijfsbegeleider dient student het formulier bij de navigator in te leveren.

SECTORPROJECT 4 VMBO - T

Bijlage 3. Beoordelingscriteria onderzoeksplan

Marketing met Interactieve Media

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Titelpagina ONDERZOEKSVERSLAG. Namen: Klas/groep: Cursusjaar: Begeleider: Beoordelaar:

Je oefent deze vaardigheid in het praktijklokaal aan de hand van het handelingsformulier Voorlichting geven.

Checklist Sollicitatiebrief schrijven 2F - handleiding

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

WERKSTUK Taalexpert PRIMO

LES 5 (ADVIES)RAPPORT

Studiehandleiding Onderzoeksmethoden

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Beoordelingsformulier Proeve van Bekwaamheid 2 (Rol Ontwerper) 3.12

Handleiding whitepaper schrijven. Handig stappenplan en tips om zelf aan de slag te gaan

Amsterdam, november Aan de ouders/verzorgers van de vierde klas-leerlingen. Geachte ouders/verzorgers,

Samenvatting Nederlands Hoofdstuk 2

Sectorwerkstuk

Aanpak van een cursus

STARTDOCUMENT TBV TOELATING PRAKTISCHE INFORMATIE PRAKTISCH

Toetsing Let op! Belangrijke data:

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media

ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT?

Schrijven van studiemateriaal

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Modulebeschrijving FINSLC0106

Handleiding (voor student) beroepsproducten en toetsing Periode 1 en 2 Communicatie Deeltijd

Rubrics ten behoeve van de afstudeerrapportage specifiek voor een onderzoeksscriptie, kritische reflectie

Effectief Communiceren (1- Daags)

Feedback- en beoordelingsformulier Eindverslag = 8

Opdracht Weg met seksuele uitbuiting van kinderen in toerisme

FACULTEIT DER GEESTESWETENSCHAPPEN

Schrijven van studiemateriaal

CONCEPT. Domein A 1: Lezen van zakelijke teksten. Tussendoelen Nederlands onderbouw vo, vmbo

Formulieren bij opdrachten

6 7 NORM= het niveau waarop het vak volgens de doelstelling van het onderwijsprogramma wordt afgesloten 8 9 Excellent

Transcriptie:

HES Hogeschool voor Economische Studies Afdeling Voltijd Communicatieve vaardigheden in een zakelijke context Minor Beleggen Advies en Beheer Vaardigheden (AEBV) Studiehandleiding hoofdfase Code : AEBV 2 Studiepunten : 3 ECTS Datum van uitgave : 28 augustus 2015 Cursusjaar : 2015-2016 Studierichtingen : ACC, AHT, BE, BI, BK, CE, FIS, FSM, IM, MER : Bedrijfswiskunde, Bouwkunde, Logistiek, Technische Bedrijfskunde, Vastgoedkunde Studiejaar : hoofdfase 1 e of 2 e semester HES Hogeschool voor Economische studies - Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige manier, zonder voorafgaande toestemming van de afdeling Duaal van de HES Hogeschool voor Economische Studies.

Inhoud moet nog aangepast worden 1 Inleiding... 3 2 Doelstellingen... 2 2.1 Competenties... 4 2.2 Beroepshandelingen en beroepsproducten... 4 2.3 Leerdoelen... 3 2.4 Plaats van de module in het studieprogramma... 4 3 Programma en opdrachten... 6 3.1 Blok 1: Opstellen professionele rapportage in de vorm van een paper... 3.2 Blok 2: Klantdossier opbouwen en financieel adviesgesprek voeren... 4 4 Werkwijze 7 4.1 Werkvormen en studielast... 7 4.2 Opzet en aanpak... 6 4.3 Begeleidende docenten... 8 4.4 Planning... 8 4.5 Literatuur... 12 5 Toetsing, beoordeling en feedback... 13 Bijlagen Bijlage 1: Competenties en indicatoren Bijlage 3: VIA-formulier Bijlage 6: Beoordelingsformulier financieel adviesgesprek Bijlage 7: Feedbackformulier GO/NO GO paper Bijlage 7a: Go Tekstopzet / Plan van Aanpak Paper Bijlage 8: Bijlage 9: Bijlage 10: Bijlage 11: Bijlage 12: Checklist voor professionele rapportages 1 Inleiding... 3 2 Doelstellingen... 3 2.1 Competenties... 3 2.2 Beroepshandelingen en beroepsproducten... 3 2.3 Leerdoelen... 3 1

2.4 Plaats van de module in het studieprogramma... 4 3 Programma en opdrachten... 5 3.1 Blok 1: Opstellen professionele rapportage in de vorm van een paper.....5 3.2 Blok 2: Financieel adviesgesprek voeren...5 4 Werkwijze 6 4.1 Werkvormen en studielast... 6 4.2 Opzet en aanpak... 6 4.3 Begeleidende docenten... 8 4.4 Planning... 8 4.5 Vakliteratuur... 11 5 Toetsing, beoordeling en feedback... 12 Bijlagen Bijlage 1: Competenties en indicatoren Bijlage 2: QUICK-SCAN INTAKEGESPREK Bijlage 3: VIA-formulier Bijlage 4: Beoordelingsformulier financieel adviesgesprek Bijlage 5: Feedbackformulier GO/NO GO paper Bijlage 6: Go Tekstopzet / Plan van Aanpak Paper 2

Inleiding Minor Beleggen De minor Beleggen bestaat uit verschillende onderdelen. Eén van die onderdelen is Advies en Beheer, wat is opgedeeld in een inhoudelijk deel (AEBT, Theorie) en een vaardigheidsonderdeel (AEBV, Vaardigheden). In deze handleiding staat alle informatie die je nodig hebt bij het vaardigheidsonderdeel van de minor beleggen: AEBV. Vaardigheden De module AEBV bestaat uit twee blokken. Tijdens beide blokken oriënteer je jezelf op het brede vakgebied van zakelijk communicatief handelen. Dat houdt in dat je de vaardigheden ontwikkelt die je nodig hebt als toekomstig (beleggings)adviseur: ben jij in staat om een potentiële klant te interesseren voor jouw beleggingsproduct? Kun je achterhalen wat de koopmotieven zijn van verschillende klanten, en kun je daar vervolgens je advies op afstemmen? Mondeling, schriftelijk, telefonisch, digitaal, live? Kortom, je scherpt al je communicatieve vaardigheden aan bij de module AEBV, evenals je adviesvaardigheden en je eigen ontwikkelingsgericht vermogen. Communicatieve (advies)vaardigheden: mondeling Je leert tijdens de twee blokken AEBV ten eerste om een goede gesprekspartner te zijn, voor een adviesgesprek (face-to-face-communicatie). Het gaat bij de communicatieve vaardigheden vooral om het aanscherpen van je eigen vaardigheden. Je oefent met cases en rollenspelen, in duo s en soms in kleinere subgroepen. Daarnaast leer je elkaar constructief feedback geven op de communicatieve opbrengsten van de verschillende oefeningen, en het beleggingsfonds dat jij voor jouw klant hebt uitgekozen en de vertaling naar jouw klant, in deze. en schriftelijk! Naast het mondelinge gedeelte is er uiteraard ruim aandacht voor jouw schriftelijke communicatieve vaardigheden. Je verdiept je tijdens het college (en daarbuiten) via Morningstar inhoudelijk in een beleggingsfonds. Bij AEBV leer je welk fonds het beste past bij de klant die jij kiest en je leert te denken vanuit het perspectief en in het belang van de klant. Hoe vertaal je jouw beleggingsproduct op een aantrekkelijke en begrijpelijke manier? Daarnaast schrijf je een paper over een beleggingsonderwerp. Dit onderwerp kies je al in week 2 van het eerste blok en ter inspiratie krijg je een aantal voorbeelden aangereikt van je docent AEBV. Tijdens het tweede college AEBV van blok 1 komt er bovendien een vakinhoudelijke docent langs om jullie extra te informeren over een te maken keuze en je bewust te maken over hetgeen je gaat onderzoeken. De keuze van jouw onderwerp lever je echter in bij de docent van het theoretische vak: Dhr. Landman, die jou een go of no go gaat geven met betrekking tot de keuze van het onderwerp. Tijdens de colleges AEBV krijg je handvatten aangereikt, zodat jouw paper straks voldoet aan de eisen van aantrekkelijkheid, begrijpelijkheid en toegankelijkheid en aan de eis van afstemming van de informatiebehoefte op jouw publiek. Daarnaast wordt je ingeleid in het doen van onderzoek via de digitale weg. Na de GO op je plan van aanpak (die je krijgt van je docent AEBV), mag je al afspraken maken met je inhoudelijke begeleider, die je wordt aangewezen door dhr. Landman. De voltooide paper lever je in bij je inhoudelijke begeleider. Hoe je die inlevert (hardcopy of digitaal) spreek je met hem af. Voor studenten die starten in september (eerste semester) is dat week 8 van het tweede blok en voor studenten die starten in het tweede semester is dat in week 7 van het tweede blok. 3

1 Doelstellingen 2.1 Competenties Je werkt gedurende de hele hoofdfase aan de ontwikkeling van alle algemene hbo-competenties. In het bijzonder scherp je bij de AEBV-werkcolleges je zakelijk communicatieve competenties aan, aangevuld met het ontwikkelingsgericht vermogen. Dat houdt in: - mondeling en schriftelijk communiceren: toegankelijkheid, sensitiviteit en overtuigingskracht - klantgerichtheid: klant- en servicegericht, relatiegericht - ontwikkelingsgericht vermogen: reflecterend en zelfsturend vermogen De mate waarin je al deze competenties ontwikkelt, beoordeelt je docent, en tijdens de werkcolleges krijg je ook al indicaties van je medestudenten. De uitwerking van deze competenties vind je terug in bijlage 1. 2.2 Beroepshandelingen en beroepsproducten De AEBV-werkcolleges zijn zodanig opgesteld dat je de verschillende sociaal-communicatieve beroepscompetenties kunt verwerven. De geformuleerde competenties zijn vertaald naar de verschillende cases, simulaties en rollenspelen waarmee je gedurende het semester te maken gaat krijgen. Op die manier scherp je je zakelijk communicatieve vaardigheden aan. Twee beroepsproducten 1. Paper schrijven (onderzoeksrapport) (De inhoudelijke docent beoordeelt zowel de inhoud als de vorm en het cijfer is een cijfer dat meetelt voor het onderdeel Paper) 2. Adviesgesprek voeren met klant (De eindopdracht: het adviseren van een klant tijdens een tentamen, geeft een cijfer dat meetelt voor het vak AEBV) 3. Presentatie: behelst een workshop, die wordt afgesloten met presentaties. Het cijfer dat je daarvoor krijgt, telt ook mee voor het vak AEBV, De cijfers genoemd onder punt 2 en punt 3, vormen je eindcijfer voor het vak AEBV. Zie hoofdstuk 3 (programma en opdrachten) voor een uitgebreidere toelichting op deze beroepsproducten. 2.3 Leerdoelen Een zevental leerdoelen staat centraal bij AEBV LEERDOELEN ADVIES EN BEHEER VAARDIGHEDEN Leerdoel Uitleg Eisen professionele rapportages 1. Je kent de methodologische manier om vanuit een plan van aanpak te komen tot een logische fasering in de rapportage. Eveneens pas je de verschillende eisen toe die gelden voor de specifieke rapportagesoorten (onderzoekverslag, voortgangsrapportage, marketingstrategie, adviesrapport). Strategie 2. Voor je beleggingsadvieskantoor stel je een communicatiestrategie voor: je 4

communicatie bepalen: - comm. doelen - overall B - comm. middelen formuleert SMART welke communicatiedoelstellingen op het gebied van kennis, houding en gedrag (mondeling, schriftelijk) je wilt bereiken bij je klant (huidig / potentieel). Ook bepaal je de overall-boodschap en de bijbehorende combinatie aan communicatiemiddelen. Klanttypes herkennen 3. Je herkent verschillen en overeenkomsten tussen verschillende klanttypes en kan je communicatiestrategie daarop aanpassen (ervaren beginnende beleggers, weinig of veel vermogen, behoudend of gewend om risico s te nemen). Eisen face-to-facegesprekken toepassen 4. Je weet aan welke eisen de verschillende face-to-face-gesprekken voldoen en je kunt die eisen dusdanig toepassen, dat de potentiële klant bereid is om een adviesgesprek met je te voeren. Communicatie vastleggen Klantrelatie opbouwen 5. Je kunt de communicatie rondom het beleggingsproduct organiseren, waarbij je de ingezette (mondelinge / schriftelijk / digitale) communicatiemiddelen hebt aangepast aan de informatiebehoefte van de klant. Deze informatie leg je vast in een professioneel klantdossier (intakeformulier, klantprofiel, beleggingsstrategie, informatie over bijpassende beleggingsproducten, etc.). 6. Je kunt aan de hand van je ontworpen communicatiestrategie een herkenbare relatie leggen met de klant, en je bent bekend met de verschillende fases van het adviesproces: - in de verschillende gesprekssoorten - tijdens de verschillende fases van elk gesprek - in de ondersteunende, mondeling en schriftelijke communicatie-uitingen. Feedback geven & ontvangen 7. Je kunt op constructieve wijze feedback geven en ontvangen, en op basis van de ontvangen feedback je eigen leerdoelen bijstellen voor sociaal communicatief handelen en voor de persoonlijke ontwikkelingsgerichtheid. 2.4 Plaats van AEBV in het studieprogramma Minor Beleggen De module Advies en Beheer Vaardigheden wordt aangeboden in het tweede jaar van de hoofdfase, als onderdeel van de interdisciplinaire minor Beleggen. De module AEBV biedt een integratie met het theoretische en vakinhoudelijke onderdelen van de minor Beleggen, en voornamelijk met de module AEBT (Theorie). Interdisciplinaire aanpak Voor de AEBV-werkcolleges betekent een interdisciplinaire aanpak dat je als beleggingsstudent(e) in aanraking komt met verschillende theorieën en modellen uit een breed scala aan aanverwante vakgebieden: psychologie, sociologie, economie, ethiek, organisatiekunde, bedrijfskunde, consumentenrecht, trendwatching wereldwijd & in Nederland, (interculturele) communicatie. Vanuit meerdere invalshoeken verken je de adviespraktijk van een beleggingsadviseur en zijn/haar klanten. Klantgerichtheid & professionaliteit 5

Deze aanpak biedt je voldoende mogelijkheden om optimaal te scoren op de twee overall hbo-beroepscompetenties: 1) klantgerichtheid als overall-indicator voor effectief sociaal communicatief handelen (communiceren en klantgerichtheid); 2) professionaliteit als overall-indicator voor reflecterend en zelfsturend vermogen. 2 Programma en opdrachten 3.1 Blok 1: Opstellen professionele rapportage (paper) n.a.v. onderzoek Het eerste onderwerp van AEBV is het in duo s opstellen van een professionele rapportage (paper) naar aanleiding van jullie onderzoek, waartoe je in collegeweek 2 een beleggingsonderwerp uitkiest die je ter goedkeuring aanbiedt bij het vak AEBT (Willem Landman). Ongeveer 3 á 4 studenten kunnen zich opgeven voor een specifieke onderzoeksopdracht. Bij elk van de onderdelen hoort dat je op systematische wijze leert hoe je een goede, professionele rapportage in de vorm van een paper opstelt. Wat maakt, dat de ene paper gortdroog is en niet om doorheen te komen, en dat een andere paper leest als een zonnetje? De paper wordt qua vorm, inhoud en spelling/stijl beoordeeld door je inhoudelijke begeleider (die wordt aangewezen door dhr. Landman). In de laatste bijlage vind je een checklist, zodat je zeker weet dat je aan in ieder geval de vaardigheidseisen (vorm & spelling/stijl) kunt voldoen. Daarnaast mag je via het gratis Taalspreekuur van ons domein en bereikbaar via het e-mailadres: Taalspreekuur.dem@hva.nl een deel van je paper laten beoordelen op vorm en spelling/stijl/formuleringen, zodat je (na verbetering) een goede paper, die ook taalkundig in orde is, kunt inleveren bij je inhoudelijke begeleider. Deze dien je bij hem in de laatste collegeweek van het tweede blok, of (voor het tweede semester) de laatste collegeweek van het vierde blok in te leveren. 1. Paper schrijven of een onderzoeksrapport In duo s Plan van Aanpak voor paper: Go / No go Afbakening van de schrijfopdracht Inhoudsopgave Inleiding Rapportagetechnieken: structuur, stijl, formulering, adequate bronvermelding, spelling en grammatica Aantrekkelijkheid, Begrijpelijkheid, Correctheid, Toegankelijkheid 3.2 Blok 2: Financieel adviesgesprek voeren Professionele gespreksvoering (en klantdossier opbouwen) In het tweede blok van AEBV staan de vaardigheden centraal die te maken hebben met het voeren van een professioneel, financieel adviesgesprek. Wat je tegelijkertijd leert, is hoe je die gesprekken en de hele communicatie met je klant eromheen op systematische wijze vastlegt in een klantdossier. Adviesvaardigheden Voor het aanscherpen van de adviesvaardigheden voer je een aantal klantgesprekken, waarbij de klant steeds een andere klantwens heeft, of zich in een (totaal) andere culturele context bevindt. Met behulp van 6

rollenspellen en cases leer je de situationele context van je klant kennen en pas je de richtlijnen toe die voorgeschreven zijn in de financiële wereld (MIFID): Richtlijnen MIFID - ken je klant - doe wat je zegt, en zeg wat je doet (duidelijke afspraken maken) - wees transparant - leg vast wat je doet (klantdossier) Informatie voor je klant: beleggingsfondsen, portfolio (medium Morningstar), et cetera 2. Adviesgesprek voeren met klant Gesprek voeren van 15 minuten (feedback = 5 minuten, totaal = 20 minuten); Social Talk - Inleiding Middenstuk Slot Welke afspraken zijn er gemaakt? Wat is de indruk die je achterlaat? Deal or no deal met je klant; waarom wel / niet? Het cijfer dat je krijgt n.a.v. je tentamen adviesgesprek voeren, telt mee voor het vak AEBV (het eindcijfer AEBV bestaat uit dit cijfer plus het cijfer Presenteren, zie 3.) 3. Presentatie houden Je krijgt een workshop Presenteren (verzorgd door een vaardigheidstrainer) en geeft een presentatie met betrekking tot een inhoudelijk vak van de minor Beleggen. Deze presentatie wordt beoordeeld door een inhoudelijke docent en de trainer. Het vaardighedencijfer dat je krijgt, telt mee voor het vak AEBV. 4 Werkwijze 4.1 Werkvormen en studielast Tijdens de AEBV-werkcolleges krijg je veel informatie en aanwijzingen met betrekking tot de vastlegging van jouw/jullie onderzoek in een paper. Daarnaast word je voorbereid op je mondelinge tentamen adviesgesprek. Via rollenspelen, cases en bedrijfssimulaties word je getraind in het inleven in de klant en het afstemmen van jouw advies op de behoefte van de klant. Je oefent veelal in duo s of in kleine subgroepen. Bovendien krijg je regelmatig feedback van medestudenten (peerreview) en van je docent, zodat je tussentijds nog je mondelinge en schriftelijke vaardigheden kunt verbeteren, waardoor je onder andere jouw individuele ontwikkelingsgericht vermogen kunt uitdiepen. Studielast Per week krijg je twee colleges (aaneensluitend). Deze werkcolleges zijn verplicht en bedoeld voor het intrainen van schrijfvaardigheden die noodzakelijk zijn voor de tot standkoming van een goede onderzoekspaper plus van de mondelinge adviesvaardigheden. Gemiddeld zul je tenminste één dagdeel moeten besteden aan de activiteiten die horen bij AEBV (een paper opstellen en adviesgesprekken voorbereiden). Heb je een voldoende (minimaal een 5,5) gehaald voor de eindproducten (adviesgesprek en presentatie), dan ontvang je daarvoor aan het einde van het semester één gemiddeld cijfer, dat jou drie studiepunten oplevert. 7

4.2 Opzet & aanpak werkcolleges Op www.minorbeleggen.nl heb je kunnen lezen in welke groep je bent ingedeeld voor de werkcolleges. Het werkcollege vindt plaats tijdens twee aaneengesloten college-uren. Hieronder lees je wat de opzet is van de werkcolleges en hoe de aanpak eruit ziet. Aanpak Wat kun je verwachten tijdens de werkcolleges? - 1 e blok 6 x werkcolleges van een blokuur (2 college-uren) & beschikbaarheid vaardigheidstrainer in week 7 voor vragen m.b.t. schrijven van je paper; - 2 e blok 4 x werkcolleges van een blokuur (2 college-uren) & beschikbaarheid vaardigheidstrainer in week 6 & 7 via Skype voor vragen m.b.t. het schrijven van je paper; - verplichte aanwezigheid (in verband met het intrainen van vaardigheden); - tentaminering (adviesgesprek voeren): collegeweek 5 van blok 2; - (cijfer Presenteren na workshop en tentamen Presenteren, telt ook mee voor AEBV). Beroepsvaardigheden: adviseren (mondeling en schriftelijk) Bij elk werkcollege zullen schriftelijke of mondelinge communicatie en adviesvaardigheden aan bod komen, gecombineerd met de verschillende adviesvaardigheden. De systematische aanpak Per college komt er steeds een onderdeel bij in de reeks van zakelijk communicatief handelen, mondeling en schriftelijk. - Bij het schriftelijke gedeelte (paper/onderzoeksrapport) de systematische aanpak van Het formuleren van de hoofdvraag en deelvragen Het gebruik van digitale wegen bij onderzoek de werelden (van opdracht naar boodschap) De ideale schrijfaanpak (in fases, gestructureerd) Het proces van opdrachtaanvaarding Informatieselectie & structuur Toegankelijkheid & begrijpelijkheid Toon & formulering Vastleggen van de communicatie Creatief schrijven Zakelijk schrijven - Bij het mondelinge gedeelte de systematische aanpak van Contact leggen (telefonisch, live ) Verbaal non verbaal Opening - Middenstuk - Slot LSD (luisteren, samenvatten, doorvragen) Voorbereiding Uitvoering Evaluatie Inhoud & Relatie Vervolgafspraken maken - Bij het adviesgedeelte de systematische aanpak van Het adviesproces Gebruik maken van digitale omgeving (Morningstar) Fases in het adviestraject Verschillende stijlen Vaardigheden en eigenschappen NB: Verplichte aanwezigheid & tussentijdse go / no go-momenten 8

Je zult bij elk werkcollege aanwezig moeten zijn, omdat het immers gaat om het intrainen van specifieke vaardigheden. Om tussentijds te bepalen of je de vaardigheden bezit die je nodig hebt voor het succesvol voeren van een financieel adviesgesprek, of voor het opstellen van een lezersgerichte rapportage, hebben we een aantal checkmomenten tijdens de colleges ingelast. Dat zijn de zogenaamde go / no go-momenten. Die momenten komen voor tijdens de werkcolleges, verspreid over beide blokken. Zie verder bij hoofdstuk 5 wat er gebeurt als je tijdens een go / no go-moment : - er niet in slaagt die vaardigheden te laten zien die je nodig hebt als (beleggings)adviseur; - er op excellente wijze in slaagt om de gevraagde vaardigheden toe te passen. Interdisciplinaire aanpak De ene klant is de andere niet. Het is aan jou, als (beleggings)adviseur, om zoveel sensitiviteit te ontwikkelen, dat jij je communicatieve insteek kan kiezen op basis van de informatiewensen van je klant. Dat betekent dat je de klantvraag vanuit de verschillende invalshoeken moet kunnen benaderen wil je succes boeken bij die klant; Uiteraard kun je ook kiezen voor een combinatie: - bedrijfskunde - communicatie - economie - ethiek - filosofie - financiën - interculturele / internationale communicatie - organisatiekunde - psychologie - sociologie - trendwatching (internationaal / gericht op Nederland) - wettelijke regelgeving 4.3 Begeleidende docenten Het docententeam AEBV bestaat uit 2 vaardigheidstrainers: - Mw. Susan Swaan (AEBV breed) - Dhr. Arno Walter (AEBV diep) Verantwoordelijk voor de workshop Presenteren en de beoordeling daarvan voor het vak AEBV, is mw. C. Vogelenzang. 4.4 Planning Hieronder vind je de informatie terug over de opbouw van de werkcolleges, de beroepsproducten, beroepshandelingen, de bijbehorende go/no go-momenten en wat je thuis moet voorbereiden. Thema s werkcollege 1 e Blok College 1 Introductie - Introductie werkcolleges AEBV In te leveren product / ontwikkelde vaardigheid Wijzigingen onder voorbehoud algemene introductie inclusief Taalspreekuur/studiehandleiding etc. & lijst paper onderzoeken. algemene introductie inclusief Taalspreekuur/studiehandleiding etc. & lijst Thuis voorbereiden Nodig voor 2e werkcollege: Lezen: studiehandleiding AEBV 9

College 2 Onderzoek en paper & schrijven plan van aanpak College 3 Plan van aanpak vervolg voorbeelden van paperonderzoeken. Volgende week keuze maken (hierover krijg je tevens informatie bij dhr. Landman van het vak AEBT. Het onderzoek doe je, en de paper schrijf je zoveel mogelijk in tweetallen. De vaardigheidstrainers wijzen de peerreview buddy s aan. Uitkiezen onderwerp paper Introductie keuze onderwerp onderzoek: Feijen of Pouw Uitleg plan van aanpak Voorbeeld van een goede inhoudsopgave Start schrijven plan van aanpak & Start formuleren centrale vraag (hoofdvraag) en deelvragen. Plan van aanpak afschrijven tijdens college. Na het college inleveren via de e-mail: plan van aanpak. Trainer kijkt eerste versie na en voor volgend college moet deze feedback verwerkt zijn in de tweede versie van je plan van aanpak. In college 4 krijg je peerreview feedback. Deze moet verwerkt worden in hetzelfde college & digitaal inleveren. Volgend college plannen van aanpak dus meenemen ivm peerreview Neem voor de volgende les het plan van aanpak, waarmee je in college 2 gestart bent, weer mee. Plan van aanpak herschrijven vóór het college (na feedback docent). Plan van aanpak (versie 2) meenemen naar college 4. College 4 Paper Peerreview op hardcopy tweede versie. GO/NO GO hardcopy. Hoofdstukindeling, alinea s (kort) & voorbeeld. hoofdstuk 1: Inleiding. Huiswerk afschrijven hoofdstuk 1 van de paper: hoofdstuk INLEIDING. Digitaal inleveren voor les 5. Vóór je inlevert: spellingcontrole! College 5 Paper Go / No Go! Let op! Bijhouden logboekje van geraadpleegde bronnen. Bronvermelding dient in APA formaat te zijn. Introductie onderzoeksvaardigheden: hoe zoek je naar digitale informatie. Hoofdstuk Inleiding HARDCOPY MEENEMEN IN OPLAGE VAN 3 Hoofdstuk Inleiding: HARDCOPY MEENEMEN Collegeweek 6 IN OPLAGE VAN 3. Trainers leiden de peerreview tijdens de les en zijn beschikbaar Paper voor vragen. Wanneer taal wordt beoordeeld met onder de maat afspraak maken met Taalspreekuurtrainer: taalspreekuur.dem@hva.nl Collegeweek 7 Geen les: zelfstandig in duo s bezig met Voor aanvang van het 10

Paper onderzoek. Docenten zijn beschikbaar voor vragen. volgende college in blok 2 je paper digitaal inleveren (ook als die nog niet af is) & hardcopy meenemen naar college 1, blok 2. 2 e blok In te leveren product / ontwikkelde vaardigheid Collegeweek 1 Eerste concept paper peerreview: hoe komt Paper jouw paper over op de lezer, is het verhaal consistent etc. & in les theorie: hoe bouw je een alinea s & alinea. Ook de structuur van de paper wordt in deze les behandeld. Thuis voorbereiden Neem laptop mee voor collegeweek 2. Collegeweek 2 Adviesgesprek Collegeweek 3 Adviesgesprek Collegeweek 4 Adviesgesprek Collegeweek 5 Adviesgesprek Collegeweek 6 en 7 Tijdens de les kies je één van de aangeboden casussen van je klant: DEFENSIEF/ OFFENSIEF OF NEUTRAAL. Zoek samen (je werkt in duo s) één beleggingsfonds bij jouw (type) klant. Digitaal aanleveren: ga naar morningstar.nl Dit is een rating bureau voor beleggingsfondsen hier vind je ook de profielen (en zoek naar een geschikt beleggingsfonds wat past bij jouw klant). RISICOPROFIEL MANDJE (FONDS) & OPBRENGST groepjes van 2 met dezelfde klant, maar andere fondsen. ADVIESGESPREK N.A.V. KEUZE BELEGGINGSFONDS. Inschrijving tentamen (in collegeweek 5) deze week geopend. Inschrijven via de link die je krijgt. Inschrijven verplicht je tot deelname. Oefenen met groepsgenoot: adviesgesprek & feedback Oefenen adviesgesprek & Wisselen van groepje. Mondelinge tentamens: adviesgesprek beleggingsfonds. Deze collegeweken is jouw trainer bereikbaar tijdens het lesuur via Skype of na het maken van een afspraak op de HvA. Bestudeer je fonds goed, zodat je volgend college (ter oefening) het adviesgesprek kan doen. Schrijf je in voor het tentamen in collegeweek 5 Feedback verwerken in voorbereiding adviesgesprek college 4. Neem laatste feedback mee ter voorbereiding op het mondelinge tentamen van volgende week. Zorg dat je paper volgende week af is, voor een check bij het Taalspreekuur. Let op: Studenten gestart in september: inleveren paper bij inhoudelijk begeleider in week 8. Studenten gestart in februari: inleveren paper bij inhoudelijke begeleider in week 7. 11

4.5 Vakliteratuur De werkcolleges van AEBV zijn gebaseerd op de inhoud van drie boeken. Het zijn basisboeken over de vaardigheden waar je als hbo-professional over zou moeten beschikken. Waarschijnlijk heb je deze boeken al gebruikt bij andere onderdelen van je studie. Niet verplicht, wel warm aanbevolen Boek 1: Gesprekken in organisaties ; Yvonne Gramsbergen-Hoogland e.a.; 2008, Wolters Noordhoff, 4 e druk. ISBN: 978-90-01-70625-8 Boek 2: Adviseren moet je doen! ; Guus Rameckers en Foekje Oosterwegel; 2008, HB Uitgevers, 1 e druk, 4 e oplage. ISBN: 978-90-5574-452-7 Boek 3: Succesvol afstuderen: praktijkgericht onderzoek in het hbo ; Jan van Wijk, 2007, Wolters-Noordhoff, 1 e druk. ISBN: 978-90-01-57703-2 12

5 Toetsing, beoordeling en feedback Beroepsproducten, beroepshandelingen & de go / no go-momenten Tijdens de AEBV-werkcolleges laat je de vaardigheden zien die je nodig hebt bij de ontwikkeling van de beroepsproducten. Dat betekent dat we een aantal zogenaamde go / no go-momenten ingelast hebben. Deze go/ no go-momenten zijn bedoeld voor jezelf als oriëntatiepunt van hoe ver je de zakelijk communicatieve vaardigheden al onder de knie hebt, of dat je je ontwikkelingsgericht vermogen mag inzetten om tot verbetering van de vaardigheden te komen. Voor de docent zijn de go no go-momenten bedoeld voor de volgende 3 situaties: - Mocht je er niet in slagen om de betreffende (deel)vaardigheden te laten zien waar je over moet beschikken als toekomstig (beleggings)adviseur, dan krijg je een ½ punt in mindering op het eindcijfer van de eindbeoordeling; - Mocht je er op excellente wijze in slagen om de gevraagde (deel)vaardigheden toe te passen in de situationele context, dan krijg je een ½ punt extra voor het eindcijfer; - Mocht je er in voldoende mate in slagen om de betreffende (deel)vaardigheden toe te passen (dus niet bijzonder briljant, maar wel voldoende), dan is dat voor jezelf een checkmoment dat je al wel de gevraagde (deel)vaardigheid in voldoende mate kunt toepassen. Wil je echter nog doorgroeien van de voldoende beoordeling naar een excellente beoordeling, dan zet je je ontwikkelingsgerichte vaardigheden in om door te groeien naar dat gewenste niveau. Verplichte aanwezigheid Omdat alles bij AEBV draait om het aanscherpen van je vaardigheden, zul je alle werkcolleges aanwezig moeten zijn, en een actieve inbreng moeten hebben. De sociaal-communicatieve vaardigheden moeten immers ingetraind kunnen worden tijdens de werkcolleges. Alleen als je een geldige reden hebt (ziekte, bijzondere omstandigheden) mag je één keer afwezig zijn, maar dan moet je dat wel van te voren gemeld hebben bij je docent. Ben je één keer ongeoorloofd afwezig, dan krijg je een ½ punt in mindering op het eindcijfer van de eindbeoordeling. Ben je vaker ongeoorloofd afwezig, dan behoudt de docent zich het recht voor om je de toegang tot de werkcolleges te ontzeggen, en zul je de AEBV-werkcolleges pas weer kunnen volgen in het eerstvolgende semester, hetgeen je een half jaar studievertraging oplevert. Actieve studiehouding Daarnaast verwachten de vaardigheidstrainers van je dat je ook je werkcolleges goed voorbereidt. Immers, alleen met een goede voorbereiding ben je in staat om de oefeningen tijdens het werkcollege goed in te trainen. In de planning staat precies wat de voorbereidende werkzaamheden zijn, dus daar houden we je aan. Eindbeoordeling Twee beroepsproducten In blok 2 krijg je één eindcijfer voor het zakelijke tweegesprek. Na de workshop Presenteren en het tentamen zelf krijg je in ieder geval een cijfer voor de vaardigheid naar aanleiding van de presentatie. Elk onderdeel moet ten minste een voldoende zijn (minimaal een 5,5). Uiteindelijk krijg je 3 studiepunten toegekend voor de module AEBV aan het einde van het semester. Beoordelingscriteria klantgesprek Tijdens de les krijg je feedback op je klantgesprek via een feedbackformulier. Je kunt dan precies zien welke onderdelen van die vaardigheid je nog moet aanscherpen voor het mondelinge tentamen. Tijdens het mondeling wordt via hetzelfde formulier feedback genoteerd en je cijfer bepaald. Inhoudelijk word je beoordeeld door de examinator (klant)tezamen met jouw docent. Let op! Go! voor tekstopzet professionele rapportage 13

Bij het plan van aanpak voor het opstellen van een professionele rapportage zit er in dit traject een harde go/no go moment. Alleen met die Go kun je een afspraak maken met jouw inhoudelijke begeleider, anders niet. Hetzelfde geldt voor de mogelijkheid je paper in te leveren. Deze Go is dus uitermate belangrijk voor je, wil je deze minor succesvol kunnen doorlopen en je studiepunten behalen! Eindbeoordeling & feedback Onmiddellijk na het mondeling, Krijg je feedback van je AEBV-trainer en de examinator. Tot slot Onze ervaring met deze vaardighedenlijn bij de minor Beleggen is tot dusver dat het een leuk onderdeel is naast de meer theoretisch inhoudelijke modules. Met een actieve studiehouding ben je al een heel eind op weg als het gaat om de zakelijk professionele adviesvaardigheden. We wensen je vooral veel plezier toe bij deze minor! 14

Bijlage 1: Competenties en indicatoren Zakelijk Communicatief handelen COMMUNICEREN Indicator Toegankelijkheid Criteria Mondeling & schriftelijk communiceren 1) hanteert een duidelijke en logische structuur (opbouw is logisch, hoofdlijn is steeds goed te volgen, de kernboodschap is duidelijk, steeds is duidelijk hoe een onderdeel past in het grotere geheel) 2) gebruik vaktaal is correct en afgestemd op de doelgroep 3) is to the point, wijdt niet onnodig veel uit 4) gebruikt (voor)beelden die makkelijk te onthouden zijn 5) gebruikt hulpmiddelen effectief 6) straalt professionaliteit uit Specifiek: mondeling communiceren 7) spreekt vlot, zonder al te veel aarzelingen 8) is makkelijk verstaanbaar, hanteert en goed tempo,heeft energieke/enthousiaste verteltoon Specifiek: schriftelijk communiceren 9) tekst nodigt uit om te lezen (aantrekkelijk, toegankelijk) 10) tekst is in één keer te lezen (begrijpelijk, toegankelijk) 11) informatie is afgestemd op de lezer (effectieve informatieselectie) 12) volgorde van de informatie is afgestemd op de lezer (effectief structureren) 13) spelling en grammatica zijn correct (eisen aan professionaliteit) 14) lay-out is verzorgd (eisen aan professionele bedrijfscommunicatie) Sensitiviteit 15) bezit inlevingsvermogen: vormt zich een betrouwbaar beeld van wat anderen bedoelen 16) regeert adequaat op non verbale signalen 17) doet moeite een ander te begrijpen: luistert actief (stelt open vragen, vraagt door, checkt eigen interpretaties, vat samen) 18) reageert op anderen met begrip voor hun positie en motieven, ook als hij/zij het er niet mee eens is (oordeelt niet te snel) 19) controleert of de boodschap is overgekomen: vast samen, stelt vragen, nodigt uit tot reactie 20) houdt rekening met de (bedrijfs)cultuur van de ander: (interculturele) normen en waarden bij klanten, ook als die niet stroken met die van hem/haar zelf 21) praat met respect over klanten, collega s, de organisatie (praat niet achter hun rug om 22) behandelt anderen met respect; valt niet aan en beledigt niet; wil niet scoren ten koste van de ander. Overtuigingskracht 23) onderbouwt standpunten/keuzes met argumenten 24) licht argumenten toe en geeft verduidelijking 25) argumentatie is consistent en volledig: geen tegenspraken of hiaten 26) gebruikt gezaghebbende bronnen om argumenten toe te lichten Specifiek voor mondeling communiceren 27) brengt lichaamstaal is in overeenstemming met wat hij/zij zegt 15

28) toont persoonlijke betrokkenheid bij zijn/haar verhaal 29) gaat in op bezwaren, reageert niet defensief, vraagt naar argumenten en weerlegt deze eventueel. 16

Zakelijk Communicatief handelen KLANTGERICHTHEID Indicator Criteria Klant- en servicegericht Relatiegericht 30) Neemt wensen van klanten als uitgangspunt van activiteiten; denkt activiteiten door op consequenties voor klanten 31) Reageert tijdig op verzoeken of vragen van klanten en collega s 32) Vraagt door op wensen van collega s en klanten 33) Checkt of aan de verwachting is voldaan 34) Maakt duidelijke afspraken met klanten en houdt zich daaraan 35) Reageert direct en oplossingsgericht op klachten; schuift klachten niet af 36) Maakt gemakkelijk contact (verbaal / non verbaal) met klanten (stelt hen op hun gemak, laat een positieve indruk achter) 37) Is tactvol en diplomatiek 38) Praat met respect over klanten, collega s, de organisatie 39) bezit inlevingsvermogen: vormt zich een betrouwbaar beeld van wat anderen Persoonlijke ontwikkeling ONTWIKKELINGSGERICHT VERMOGEN Indicator Criteria Reflecterend vermogen Zelfsturend vermogen 40) Staat open voor andere visies en methoden: kan eigen opvatting loslaten, denkt mee, stelt vragen 41) Vraagt feedback over eigen aanpak en resultaten 42) Brengt sterke en zwakke kanten van het eigen functioneren in kaart; beschikt over zelfkennis 43) Formuleert op basis van reflectie ontwikkeldoelen 44) Past gedrag aan, indien gewenst, op basis van feedback 17

Bijlage 2: QUICK-SCAN INTAKEGESPREK Zakelijk communicatief handelen: Klantgerichtheid: Mondeling communiceren: Speciale aandachtspunten bij intakegesprek Klant- & Servicegerichtheid; Relatiegerichtheid; Toegankelijkheid, Sensitiviteit, Overtuigingskracht Criteria Prima Gaat Aandachtspunt! 1 e contact -Oogcontact -Handen schudden -Naam zeggen (Duidelijk? Organisatie? Functie? Visitekaartje?) -Uitnodigen om gesprek te beginnen Opening gesprek Begin gesprek Verbaal / non verbaal Uitstraling - Social talk (to start with)? - Met de deur in huis vallen? - Aangeven welke onderwerpen aan bod komen? - Aangeven wat doel van gesprek is? - Aangeven hoeveel tijd het gesprek gaat duren? - Vragen of klant nog wensen / vragen heeft? - Korte inleiding over de intake? - Klant vraag stellen n.a.v. IMAformulier middenstuk - Luisteren / Samenvatten / Doorvragen? - Houding - Beweging(en) - Oogcontact - Stemgebruik - - Aardig - Betrouwbaar - Correct - Deskundig - Drammerig - Onzeker - Persoonlijk - Onpersoonlijk - Overtuigend - Conclusie 18

Bijlage 3: VIA-formulier Zakelijk communicatief handelen: Klantgerichtheid: Mondeling communiceren: Klant- & Servicegerichtheid; Relatiegerichtheid; Toegankelijkheid, Sensitiviteit, Overtuigingskracht Klantgesprek Checkvragen Prima Aandachtspunt! Voorbereiding 1. Doel van het gesprek 2. Aanpak (strategie) 3. Hindernissen 4. Gesprekspartner 5. Rol 6.Organisatie van het gesprek 1. Welk doel wil je bereiken? 2. Hoe ga je je doel bereiken? 3. Welke hobbels verwacht je? Hoe te ondervangen? 4. Hoe ziet de ander je gesprek? 5. Wat is jouw rol in het gesprek (adviseur, opdrachtgever, klant?) En de ander? 6. Alles geregeld? (uitnodiging, datum, tijd, locatie, koffie / thee, ) Inleiding 1. Contact maken 2. Aanleiding 3. Doel 4. Tijd 5. Belang van de ander 6. Aanpak 7. Check commitment 8. Vervolg Afsluiting 1. Samenvatting 2. Vragen 3. Nieuwe afspraak? 4. Evaluatie 5. Bedanken 1. Social talk (to start with)? 2. Welke communicatie ging hieraan vooraf? (advertentie, brief, telefoongesprek? Wat was kort!- de inhoud van die communicatie?) 3. Waarom vindt dit gesprek plaats? 4. Hoe lang duurt dit gesprek? 5. What s in it for me / you? 6. Hoe verloopt het gesprek? Agendapunten? 7. Is de andere het eens met je aanpak? Heeft de ander nog gesprekspunten toegevoegd? 8. Aangeven wat er gebeurt met de info na afloop van dit gesprek. 1. Belangrijkste punten? 2.Heeft de ander nog vragen? Aanvullingen? 3. Nieuwe afspraak? 4. Hoe hebben jullie het gesprek ervaren? 5. Bedank de ander 19

Bijzonderheden verbaal / non verbaal? (Houding, Beweging(en), Oogcontact, Stemgebruik,?) (Luisteren, Samenvatten, Doorvragen?) (Aanvullende communicatiemiddelen gebruikt? Met welk effect?) Bijzonderheden uitstraling? (Aardig, Betrouwbaar, Correct, Deskundig, Drammerig, Onzeker, Persoonlijk, Onpersoonlijk, Vriendelijk, Overtuigend, ) 20

Bijlage 4: Beoordelingsformulier financieel adviesgesprek Zakelijk Communicatief handelen Onvoldoende = 1 5,4; Matig = 5,5 5,9; Voldoende = 6 7.9; Goed = 8 8,9; Uitstekend = 9 of hoger Student: Beoordelingsformulier Adviesgesprek Beoordeling Onvoldoende/Matig/Voldoende/ Goed/Uitstekend Vorm O M V G U Structurering gesprek: Duidelijke Inleiding, middenstuk, afsluiting. o o o o o Luisteren, samenvatten, doorvragen. o o o o o Non verbaal gedrag. (Oogcontact, houding, handgebaren, etc.) o o o o o Gedrag en houding past bij de klant en het type gesprek. o o o o o Meegebrachte stukken zijn netjes en professioneel. o o o o o Adviseur heeft de lead in het gesprek. o o o o o Goede afronding van het gesprek met samenvatting. o o o o o Duidelijke scheiding tussen de verschillende gespreksonderdelen. o o o o o Duidelijke afspraken met de klant gemaakt. o o o o o Overig o o o o o Studentnummer: Toelichting Inhoud Inleiding en social talk. o o o o o Duidelijkheid. o o o o o Kennis van zaken. o o o o o Risico en rendement past bij de klant/situatie. o o o o o Fonds past bij de klant. (Groen, tech, vastgoed, etc. Past bij interesse o o o o o klant) Klant begrijpt advies. o o o o o Fonds correct uitgelegd. (Risico, Rendement, portefeuille, verwachtingen (fonds en macroeconomisch, o o o o o volatiliteit, etc.). Klant is tevreden. o o o o o Overig:. o o o o o Totaal Docent: Beoordeling: Examinator: 21

Bijlage 5: Feedbackformulier t.b.v. GO/NO GO paper Feedbackformulier GO/NO GO paper Naam student Wolkje info Publiek Onderwerp Doel informeren/adviseren/aanzetten tot actie & 2 e deel: Kennis/houding/gedrag Centrale vraag Open vraag(!) 2 e deel van de vraag: What s in it for me question vanuit de klant bezien... en wat betekent dat voor mijn... o.i.d. SMART geformuleerd Deelvragen Onderzoeksmethode Uitstraling/gewenste indruk Ad 4. Uitstraling a) Vorm en inhoud stralen professionaliteit uit b) Taalgebruik is afgestemd op publiek c) Hoe wil je overkomen in je rapportage? Als nerd, whizzkid, professor, adviseur, samenwerkingspartner, Popi Jopie In orde (x) Aanvullen (x) (ronde 1) Aanvullen (x) (ronde 2) Inhoudsopgave Indeling in hoofdstukken a) In één oogopslag overzicht b) Duidelijke indeling in Hst & paragrafen & subparagrafen In orde (x) Aanvullen (x) (ronde 1) Aanvullen (x) (ronde 2) Logische opbouw Eisen aan lay-out a) Tekstuele en visuele hiërarchie zijn in overeenstemming b) Hoofdstuktitel: afwijkende lettergrootte (kapitalen, groot, vet, kleur; na Hst. titel tenminste 2 x witregel)) c) Paragraaftitel: iets kleiner dan hst. titel, 22

kan in kapitaal, wel met vet of met afwijkende kleur; eventueel inspringend) d) Titel subparagraaf: iets kleiner dan titel paragraaf, kan in kapitaal, vaak geen vet, vaak Italic, altijd inspringend) Spelling/woordgebruik/zinsbouw Geel gemarkeerd (Opmerking docent: dit is vluchtig bekeken). Let op: het kan zijn dat bepaalde fouten vaker gemaakt worden. Studenten die in deze fase van hun studie zijn aangekomen, dienen hierin zelf hun document te checken en te verbeteren.) Overige opmerkingen 23

Bijlage 6 Go Tekstopzet / Plan van Aanpak Paper Zakelijk Communicatief handelen Student (e) heeft een Go voor de tekstopzet van de paper, als onderdeel van de minor beleggen Begeleidende docent vaardigheden : Datum: Beoordelingscriteria: Afbakening van de opdracht: - Aanleiding - Publiek - Doel rapportage - Boodschap - Centrale Vraag - Uitstraling Inhoudsopgave - Overzicht - Eisen aan rapportagetechnieken - Eisen aan logische ordening: correcte indeling - Boodschap - Centrale Vraag Bijzonderheden? BIJLAGE 7 Checklist voor professionele rapportages Toelichting Hieronder staan de verschillende onderdelen die horen bij een professionele rapportage. Elk nieuw rapportageonderdeel begint met een nieuwe pagina. 24

De volgorde van deze onderdelen is veelal ook de volgorde van wat je als lezer als eerste ziet als je een rapport openslaat: dus vanaf voorkant rapport voorwoord inhoudsopgave etc., tot en met de laatste pagina van het rapport. Let op! De managementsamenvatting wordt vaak als eerste gelezen! Die moet dus goed zijn! De rechterkolom met uitleg is bedoeld als check, voor jezelf en voor je beoordelaar: in hoeverre scoort het betreffende rapportonderdeel goed, of welke opvallende zaken tref je daarbij aan? Code Voorkant a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden A 1 Prikkelende titel A2 Inhoudelijke ondertitel A3 Illustratie (keuze uit:) Foto Plaatje Cartoon Figuur / schema A4 Naam opleiding Hogeschool van Amsterdam Domein Economie en Management Opleiding (Deeltijd / Duaal / Voltijd) A5 Naam auteur Voornaam, Achternaam Eventueel: titel A6 Datum A7 Aantrekkelijk / Uitnodigend om te lezen Prikkelende (onder)titel Combinatie van tekst beeld Code Titelpagina a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden B 1 Naam van studieonderdeel B 2 Namen van alle projectleden B3 Actuele datum B 4 Is visitekaartje voor je opdrachtgever Code Voorwoord a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden C 1 Voorwoord hoeft niet, mag wel C 2 Kort en krachtig (max. ¾ A-4) C 3 Beginnend met citaat, anekdote? C 4 Inhoud: combinatie Persoonlijke info (aanleiding, keuze voor dit thema, motivatie) Relationele info (dank aan die-en-die) C 5 Stimuleert tot verder lezen Code Managementsamenvatting a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden E 1 Doel: Opdrachtgevers die geen tijd hebben om het hele rapport door te lezen moeten de essentie uit de MTsamenvatting halen 25

E 2 Essentie van MT-samenvatting (Inhoud): Verkorte Inleiding Conclusie Aanbevelingen E 3 Kort en krachtig Richtlijn: Max 1 A-4 Nodigt uit tot hele rapport te lezen Code Inhoudsopgave a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden D 1 In één oogopslag overzicht Visueel Elke hoofdstuktitel is in 1oogopslag te lezen Elk hoofdstuk vormt 1 visueel cluster : (samenhangend geheel van hst - - sub- ) Minimaal 2 witregels tussen elk hfstcluster D2 D3 D4 D 5 Duidelijke indeling in: Hoofdstukken en Paragrafen Eventueel: sub-paragrafen Paginanummering Effectieve informatieselectie In 1 oogopslag zichtbaar wat de hoofdlijn van het advies is; Geen uitputtende opsomming ( t is geen studieboek) Aanvullende (detail)informatie als bijlage Volgorde van de informatie Klantvolgorde: argumentatieve strategie. samenvattend advies uitwerking van de inhoudelijke hoofdstukken met onderliggende onderbouwing Onderzoeksvolgorde: inleiding onderzoeksmethode gegevens resultaten analyse conclusie & aanbeveling Tekstuele en visuele hiërarchie zijn in overeenstemming Hoofdstukken zijn vet / kapitaal / kleur / > lettertype springt in, in iets kleiner lettertype / mag vet Sub- nog iets kleiner lettertype dan 26

/ springt in bij D 6 D7 D 8 Hst- & -indeling zijn strak geordend Elk hoofdstuk heeft ongeveer hetzelfde aantal paragrafen Niet: 1 Hst met 6 paragrafen, en 3 hst zonder paragraafindeling Indeling volgens de logica Chronologisch Thematisch Geen informatie-overlap Titels nodigen uit om verder te lezen (uitnodigend / prikkelend) Code Inleiding a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden F 1 Beginnend met citaat, anekdote? Eye-catcher Prikkelend Valt visueel op: in kader / raster / afwijkende vorm / kleur / lettertype F 2 Stimuleert tot verder lezen Vorm en inhoud zijn op elkaar afgestemd Maakt lezer nieuwsgierig naar vervolg F 3 F 4 F 5 F 6 F 7 Aanleiding (context van de opdracht) Over welk onderwerp gaat het Recente ontwikkeling (trend) Nieuwsfeit Vraag van klant Doel rapportage (wat is de meerwaarde?) Informeren over Adviseren over Aansporen tot Centrale Vraag / deelvragen Is vaak de overkoepelende (klant)vraag Desgewenst: deelvragen erbij Voor wie geschreven Raad van Bestuur? Aandeelhouders? (Financieel) management? Hoe te werk gegaan (methode, aanpak) Deskresearch, fieldresearch Kwalitatief, kwantitatief Representatief, indicatief 27

met welke onderzoeksgegevens werken: interviews, enquêtes, financiële of technische analyses? F 8 F 9 Afbakening Wat valt wel / niet binnen deze opdracht? Leeswijzer In welke hoofdstukken volgt welke info? Zinnen verbonden d.m.v. signaalwoorden? F 10 Overall beeld na lezen van de inleiding Over welk onderwerp gaat het, in welke context (maatschappelijk en voor de organisatie) en waarom is het relevant? Code Inhoudelijke hoofdstukken: algemeen a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden G 1 Elk hst. begint met een inleidend stukje Waarom wordt dit hoofdstuk geschreven? Welke deelvraag van de CV Leeswijzer paragrafen G 2 G 3 G 4 Elk hst. nodigt uit om te lezen Vorm en inhoud is op elkaar afgestemd Kort en krachtig Waar mogelijk: info-graphics (tabellen, grafieken, staafdiagrammen, i.p.v. lappen tekst ) Klantsituatie weergeven Elk hoofdstuk werkt een thema uit Antwoord op één van deelvragen van CV G 5 Elk hst eindigt met een samenvattend / conclusieachtige stukje Wat waren dus de highlights van dit hoofdstuk? Welke deelvraag van de CV is hiermee beantwoord? Wat is het bruggetje naar het volgende hoofdstuk? Code H 1 Inhoudelijk hoofdstuk, specifiek: Opdrachtformulering / probleemstelling Vraag van de klant expliciet weergeven a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden 28

: Aanleiding Bestaand probleem / actueel probleem / nieuwe uitdaging? Wat wil de klant specifiek uitgezocht hebben? H 2 Opbrengsten voor de klant verduidelijken Wat moet het de klant opleveren? (deliverables, voordelen voor de klant) In welke vorm lever je het antwoord op? Plan van Aanpak voor, Checklist om. Top Tien van Do s & Dont s) Code Inhoudelijk hoofdstuk, specifiek: Opzet en aanpak onderzoek I 1 Context van het probleem : Wat is de context waarbinnen het probleem zich afspeelt (organisatie, tijd, geld, afdelingen, besparingen, etc.) a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden I 2 I 3 I 4 Aanleiding om nu het te gaan onderzoeken Wat is de onwerkbare situatie? Wat moeten de resultaten van je onderzoek oplossen? Onderzoeksdoelstellingen Wat is het feitelijke probleem? Wat wil je bereiken met je onderzoek? (SMART!) (in termen van %, tijd, geld, producten, aandelen, omzet, positionering, KHG, bedenk het maar!) Onderzoeksmethode Hoe ga je het onderzoek aanpakken? Kwantitatief, kwalitatief? Deskresearch, fieldresearch? Indicatief, representatief Interviews, enquêtes Mondeling, schriftelijk, digitaal Steekproef? Hoeveel respondenten Kenmerken respondenten 29

Wanneer, hoe lang, binnen welke periode? I 5 Vraagstelling van het onderzoek Wat is de overkoepelende onderzoeksvraag Welke deelthema s wil je achterhalen (hou het overzichtelijk! Vier `a vijf thema s zijn meestal nog acceptabel voor de respondent) Welke clusters van vragen hangen onder die thema s? I 6 Verwerking van de resultaten Hoe ga je de resultaten van je onderzoek verwerken? Op welke manier? Hoe presenteer je je onderzoeksresultaten? Op hoofdlijnen? Per vraag een staafdiagram, taartdiagram met daarbij een korte toelichting / een subconclusie? Code Conclusie & Aanbeveling a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden K 1 Effectieve informatieselectie Alleen hoofdzaken benoemen Beantwoording van de Centrale Vraag Aangeven wat gewenste vervolgactie is K 3 K 4 K 5 Overtuigingskracht: onderbouwing van je boodschap Conclusie wordt kort onderbouwd met voorbeelden / berekeningen (Hoofdlijn) In bijlage: aanvullende berekeningen, details Advies = Conclusie & Aanbeveling Conclusie: antwoord op CV Aanbeveling: gewenste vervolgactie Jouw toegevoegde waarde als adviseur Jouw mening over de casus / klantvraag met onderbouwing waarom wel / niet Is de klantvraag afdoende beantwoord? Weet de klant wat gewenste vervolgactie is? 30

Weet de klant bij wie hij/zij terecht kan voor meer / aanvullende info? K 6 Hoe nu verder? Implementatie Implementatie: wat heeft prioriteit? Welke activiteit gaat wie als eerste uitvoeren, in welk tijdsbestek, wat zijn de kosten en wat moet het opleveren? Stappenplan? Fasenplan? Hoe (tussentijdse) check op de uitvoering?evaluatie? Code - A: Aantrekkelijkheid (lay-out) - B: Begrijpelijkheid - C: Correctheid - T: Toegankelijkheid & Toon L 1 Aantrekkelijk: rapport nodigt uit om te lezen Vorm en inhoud zijn op elkaar afgestemd Geen lappen tekst Elke pagina ziet er uitnodigend uit: alinea s met kopje, witregels, illustraties; grafieken; tabellen a. Check: aanwezig? b. Check: juist toegepast? c. Feedbackmogelijkheden L 2 L 3 L 4 Begrijpelijkheid: lezer snapt de informatie Voorkennis van de lezer is uitgangspunt voor de schrijver Inhoud: overkoepelende CV en Deelvragen worden zo beantwoord dat de lezer snapt wat er bedoeld wordt en welke vervolgactie gewenst is; Woordkeus: jargon wordt goed uitgelegd Formulering: zinnen zijn niet te lang; Formulering: zinnen zijn actief (handelende persoon, werkwoord) Correctheid: grammaticaal juist en goede spelling Taalfouten leiden af van de inhoud (komt de deskundige uitstraling van je rapport niet ten goede ) Denk aan de D / T tjes Toegankelijkheid: in één oogopslag overzicht Lay- out: vorm en inhoud zijn zo op elkaar afgestemd, dat de lezer gemakkelijk de kern van B ziet op elke pagina Structuur: logische volgorde van de inhoud (wat kan de lezer waar verwachten) Presentatie van de inhoud: zichtbaarheid structuur (ziet de lezer je kernboodschap ook meteen?) Effectieve informatieselectie: hoofdzaken in rapport; in bijlage uitwerkingen en meer (detail)informatie Visuele inhoud: maak optimaal gebruik van infographics 31