Beroepenwerkstuk 3 MAVO

Transcriptie

1 Beroepenwerkstuk 3 MAVO

2 INLEIDING Het beroepenwerkstuk: Een van de onderdelen van het programma beroepenoriëntatie in 3 mavo is het maken van een beroepenwerkstuk en het presenteren hiervan aan de klas en je mentor door middel van een presentatie. Dit werkstuk is in de eerste plaats bedoeld ter voorbereiding op het kiezen van een vervolgopleiding. Het proces (logboek): Je gaat dit werkstuk samen met een klasgenoot maken. Deze klasgenoot is geïnteresseerd in dezelfde sector of hetzelfde beroep als jij (Blok1). Je beroepenwerkstuk gaat dus over een van de vier sectoren, of over een specifiek beroep. Kies een onderwerp en bedenk een concrete hoofdvraag (Blok 2). Zonder een goede hoofdvraag is het onmogelijk om een goed product te maken. Zorg er dus voor dat je vraagstelling niet te algemeen is. Bedenk een aantal deelvragen (Blok 3) die het onderwerp verder uitdiepen. Deze vragen kunnen prima dienen als indeling van je presentatie. Blok 4 en Blok 5 gaan over het verzamelen (bronnen) en verwerken van informatie. Ook is het hierbij van belang dat je een goede taakverdeling maakt. Blok 6 doe je ter voorbereiding op je presentatie. Begeleiding: Het maken van een beroepenwerkstuk is niet per definitie eenvoudig. Je mentor helpt je en begeleidt je. In het logboek vind je zogenaamde STOP/GO momenten. Je laat dan aan je mentor zien waar je mee bezig bent. De mentor beoordeelt de stappen die je hebt gezet. De beoordeling moet minimaal voldoende zijn om door te kunnen gaan met de volgende stap. Zo weet je steeds of je op de goede weg bent. In het logboek kun je ook zien wat je wanneer af moet hebben. Beoordeling: Bij de beoordeling wordt gekeken naar het proces (zie logboek blok 1 tot en met 6), het product* (inhoud en verzorging van het werkstuk) en de presentatie* (inhoud, vormgeving en verzorging). Het beroepenwerkstuk moet afgesloten worden met een voldoende om over te kunnen gaan naar 4 mavo. *product en presentatie: het product bestaat uit twee delen. Ten eerste bestaat het uit het beroepenwerkstuk zelf en ten tweede bestaat het uit de presentatie, dus de prezi, powerpoint of film. De presentaties vinden plaats nadat het werkstuk is afgerond, dus in de week startend vanaf 18 januari. De presentatie bestaat bijvoorbeeld uit een aantal sheets met steekwoorden/ korte zinnen die je gebruikt als geheugensteun bij je presentatie. De inhoud/ verzorging van het product is niet hetzelfde als de inhoud/ verzorging/ vormgeving van de presentatie. De presentatie is breder met o.a. een introductie, toelichting, voorbeelden, de taakverdeling, jullie houding, het contact met publiek en stemgebruik. 2

3 Het stappenplan voor het beroepenwerkstuk Stap 1: samenwerken en onderwerp Keuze van het onderwerp Waar gaat in het bijzonder je belangstelling naar uit? Denk hierbij aan je vervolgstudie en beroepskeuze. Denk aan actuele onderwerpen die aansluiten bij je sector. Als je twijfelt bij welke sector jouw onderwerp hoort, kun je dat altijd navragen bij de mentor of de decaan. Hieronder staan de sectoren en vakken die bij de sector horen: o Economie: economie, wiskunde, frans, duits o Zorg en Welzijn: biologie, geschiedenis, aardrijkskunde o Techniek: wiskunde, NaSk 1 o Landbouw: wiskunde, NaSk 1, biologie Vul nu blok 1 in van het Beroepenwerkstuk en laat aftekenen. Stap 2: hoofdvraag Keuze hoofdvraag Zonder een goede vraagstelling is het onmogelijk een goed product te maken. Zorg ervoor dat je vraagstelling niet te algemeen is. Kies de hoofdvraag: over welk onderwerp gaat je beroepenwerkstuk? Je moet ook vanaf het begin weten wat je bedoeling van de presentatie is. Dat bepaalt het soort beroepenwerkstuk dat je gaat maken: o beschrijvend: op basis van onderzoek beschrijf je een situatie. o vergelijkend: je presenteert overeenkomsten en verschillen binnen een onderwerp. wat zijn de verschillen en overeenkomsten tussen. en..? o verklarend: je zoekt antwoord op de vraag: Hoe komt het dat...? ; Hoe verklaar ik het verband tussen en.? o waardebepalend: je geeft een oordeel over, of een waarde van een onderwerp. o voorspellend: je onderzoekt hoe iets in de toekomst zou kunnen zijn: Wat gaat er gebeuren als..? o probleemoplossend; je probeert op basis van onderzoek een probleem op te lossen, of hier een bijdrage aan te leveren: Wat zouden wij moeten doen als.? Vul nu blok 2 in van het Beroepenwerkstuk en laat aftekenen. Stap 3: de deelvragen Bedenk een aantal deelvragen die het onderwerp verder uitdiepen. Deze vragen kunnen prima dienen als (hoofdstuk) indeling van je beroepenwerkstuk. Over deze stap kun je nadere informatie vinden in het lesboek Nederlands. De bedoeling is dat je verschillende manieren van informatieverzameling gaat gebruiken. Denk goed na welke manier het best bij je deelvragen past. Je krijgt tijdens de les tijd om hieraan te werken. Vul nu blok 3 van het Beroepenwerkstuk in en laat aftekenen. 3

4 Stap 4: de presentatievorm Als presentatievorm ben je vrij om te kiezen tussen een powerpointpresentatie, een Prezi of het maken van een video. Dit wordt eveneens tijdens de les gedaan. Vul nu blok 4 in van het Beroepenwerkstuk en laat aftekenen. Stap 5: bronnenblad Noteer steeds per deelvraag welke bronnen je gaat gebruiken. Vul nu blok 5 in van het Beroepenwerkstuk en laat aftekenen. Stap 6: het verwerken van de deelvragen, conclusies Bij elke deelvraag laat je aan je mentor zien wat je van plan bent en hoever je gekomen bent. Vul steeds Het beroepenwerkstuk in en laat telkens aftekenen. Laat ook de door jou uitgezochte informatie, die je wilt gaan gebruiken, aan je mentor zien. Door de deelvragen te beantwoorden kun je controleren of je nu een (voorlopig) antwoord op de hoofdvraag kunt geven. Als dat niet lukt, moet je bedenken wat je gaat doen om het antwoord alsnog te krijgen. Zorg dat het proces niet stokt, zodat je mogelijk in tijdnood komt. Zorg ervoor dat Het beroepenwerkstuk voor de meivakantie is afgerond! Vul nu blok 6 in van Het beroepenwerkstuk voor de verschillende deelvragen en laat aftekenen. Stap 7: het voorbereiden van de presentatie Je hebt alles onderzocht en je kunt je beroepenwerkstuk presenteren. Vul nu blok 7 in van het beroepenwerkstuk en laat aftekenen. Stap 8: beschrijven van de presentatie Controleer alles. Zorg ervoor dat alles, de dag voordat je de presentatie gaat houden, klaar is. Op het allerlaatste moment nog dingen moeten doen is meestal niet zo goed voor de zenuwen. De presentaties vinden in de week vanaf 18 januari plaats. Vul nu blok 8 in van het Beroepenwerkstuk en laat aftekenen. 4

5 Stap 9: de beoordeling Hoe ging het? Wat vond je mentor ervan? Wat vond de klas ervan? Welke reacties heb je gekregen? Was de beoordeling GOED of VOLDOENDE? Denk erom dat het Beroepenwerkstuk in hardcopy ingeleverd moet worden na afloop van de presentatie. Laat nu blok 9 van het Beroepenwerkstuk invullen. Beoordeling stap 1 t/m 8 Voor stap 1 tot en met 8 kun je maximaal 24 halen (0, 1, 2 of 3 per stap). slecht 0 Je zult het werk opnieuw moeten doen onvoldoende De stap is zo summier uitgewerkt dat het niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd. voldoende 2 De stap is redelijk uitgewerkt. goed 3 De stap is goed uitgewerkt. Bij het beoordelen omcirkelt de begeleider het aantal. Soms moet de begeleider akkoord zijn dat je de volgende stappen gaat uitwerken. Je krijgt dan toestemming om door te gaan (GO) of niet (Stop). Als je geen akkoord krijgt om de volgende stap te zetten moet je de onvoldoende onderdelen herstellen. Na een herstelpoging kun je nog 1 of 2 verdienen voor de herstelde onderdelen. Het product De presentatie Voor het werkstuk kun je 10 halen: o 7 voor de inhoud o 3 voor de verzorging Voor de presentatie kun je 12 halen: o 5 voor de inhoud o 5 voor de vorm o 2 voor de verzorging Stap 10: evaluatie Na de beoordeling vul je stap 10 in. Daar kun je nog 4 voor halen. Je kunt in totaal 50 halen. Hieronder kun je zien hoeveel je nodig hebt om een onvoldoende, voldoende of goed te krijgen. 1 tot en met 29 onvoldoende 30 tot en met 34 voldoende 35 tot en met 50 goed Als het beroepenwerkstuk onvoldoende wordt beoordeeld, moet je een vervolgopdracht doen. Je beroepenwerkstuk moet uiteindelijk met een voldoende worden afgesloten. Zonder voldoende kun je niet over naar 4 mavo. Je mentor bepaalt welke werkzaamheden je moet verrichten om het beroepenwerkstuk te verbeteren. En. heb je een beter idee gekregen van de vervolgopleidingen na de mavo? Vul nu blok 10 in van Het Beroepenwerkstuk 5

6 LOGBOEK Zie: Stap 1 A Blok 1 Met wie ga je samenwerken? Beoordeling/advies mentor B Waarom ga je met hem/haar samenwerken? C Over welk onderwerp gaat je beroepenwerkstuk? D Bij welke sector hoort het beroepenwerkstuk? O Techniek O Zorg en welzijn O Economie O Landbouw Welk(e) sectorvak(ken) kun je er bij betrekken? E Waarom heb je dit onderwerp gekozen? 6

7 F Wat wil je met dit werkstuk bereiken bij je publiek? mensen informeren mensen overtuigen mensen tot handelen aanzetten G Waarom kies je hiervoor? Beoordeling van blok 1 door mentor. Start: 16 november. Deadline: 20 november Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 1 7

8 Zie: Stap 2 A Blok 2 Wat wordt de hoofdvraag die je in jouw beroepenwerkstuk gaat beantwoorden? Beoordeling/advies begeleider/mentor Beoordeling van blok 2 door mentor. Start: 16 november. Deadline: 27 november Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 2 8

9 Zie: Stap 3 A Blok 3 In welke kleinere onderdelen (deelvragen) kun je jullie onderwerp verdelen? 1. Beoordeling/advies mentor B Kruis voor elke deelvraag een andere manier om informatie te verzamelen aan. Zet erbij welke deelvraag je op deze manier wilt onderzoeken en geef aan wie wat gaat doen. Boeken Artikelen (krant of tijdschrift) Internet Interview Documentaire Bezoek aan museum, bedrijf enz. Enquête Observaties Tellingen Onderzoekje/proefje Anders, nl. Nummer deelvraag Wie doet wat? Beoordeling blok 3 door mentor. Start: 16 november. Deadline: 27 november opmerkingen Onvoldoende: Voldoende: 2 Goed: 3 Na herstel: Onvoldoende: 1 punt Voldoende: 2 blok 2 9

10 Zie: Stap 4 A Blok 4 Hoe wil je het beroepenwerkstuk presenteren? Power-Point Prezi Video Beoordeling/advies mentor B Waarom hebben jullie voor deze presentatie gekozen? NB. Denk er aan dat je hetgeen dat je presenteert na afloop van de presentatie in moet leveren! Beoordeling van blok 4 door mentor. Start: 16 november. Deadline: 27 november Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 4 Stop / GO Totaal aantal blok 1 tot en met 4: 10

11 Zie: Stap 5 Blok 5: Bronnenblad Bron(nen) deelvraag 1 Beoordeling/advies mentor Bron(nen) deelvraag 2 Bron(nen) deelvraag 3 Beoordeling van blok 5 door mentor. Start: 27 november. Deadline: 11 december Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 5 Stop / GO Totaal aantal blok 1 t/m 5: 11

12 Zie: Stap 6 A Blok 6.1: Verwerken van deelvraag 1 Wanneer ben je begonnen en hoe lang heb je erover gedaan? Beoordeling/advies mentor B Welke vormen van informatie verwerven heb je gebruikt? (zie stap 3) C Welke problemen ben je tegen gekomen? D Hoe heb je die problemen opgelost? 12

13 Zie: Stap 6 A Blok 6.2: Verwerken van deelvraag 2 Wanneer ben je begonnen en hoe lang heb je erover gedaan? Beoordeling/advies mentor B Welke vormen van informatie verwerven heb je gebruikt? (zie stap 3) C Welke problemen ben je tegen gekomen? D Hoe heb je deze problemen opgelost? 13

14 Zie: Stap 6 A Blok 6.3: Verwerken van deelvraag 3 Wanneer ben je begonnen en hoe lang heb je erover gedaan? Beoordeling/advies mentor B Welke vormen van informatie verwerven heb je gebruikt (zie stap 3) C Welke problemen ben je tegen gekomen? D Hoe heb je deze problemen opgelost? Beoordeling van blok 6.1, 6.2, 6.3 door mentor. Start: 27 november. Deadline: 18 december Na herstel: november in orde zijn!!!! opmerkingen Onvoldoende: Onvoldoende: Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 6.1 t/m

15 Zie: Stap 6 A Blok 6.4: conclusies Noteer hier de hoofdvraag nog een keer. Beoordeling/advies mentor B Wat is deelvraag 1? Wat is je antwoord op deze deelvraag? C Wat is deelvraag 2? Wat is je antwoord op deze deelvraag? D Wat is deelvraag 3? Wat is je antwoord op deze deelvraag? 15

16 E Wat is nu het antwoord op de hoofdvraag? (Als je de hoofdvraag niet kunt beantwoorden schrijf je op wat je gaat doen om het antwoord alsnog te krijgen.) Beoordeling van blok 6.4 door mentor. Start: 11 december. Deadline: 8 januari Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 6.4 Stop / GO Totaal aantal blok 6.1 t/m 6.4: 16

17 Zie: Stap 7 A Blok 7: Presentatie voorbereiden Voor welke presentatievorm hebben jullie gekozen? Power-Point Prezi Video Beoordeling/advies mentor B Wanneer is jullie presentatie en waar? C Wat heb je daarvoor nodig? D Wie regelt wat en wanneer? Stop / GO Paraaf: 17

18 Zie: Stap 8 A Blok 8: presentatie Geef een korte beschrijving van de inhoud van je presentatie; Beoordeling/advies mentor B Welk(e) onderdeel (onderdelen) verzorg jij? Beoordeling van blok 7 en 8 door mentor. Start: 8 januari. Deadline: 15 januari Na herstel: Onvoldoende: Onvoldoende: opmerkingen Voldoende: 2 Voldoende: 2 Goed: 3 blok 7 en 8 Stop / GO Totaal aantal blok 7 en 8 18

19 Zie: Stap 9 Blok 9: Beoordeling beroepenwerkstuk door begeleider(s) A PROCES Aantal Stap 1: samenwerken en onderwerp Stap 2: hoofdvraag Stap 3: de deelvragen Stap 4: de presentatievorm Stap 5: plan van aanpak Stap 6: het verwerken van de deelvragen Stap 6.4: conclusies Stap 7 en 8: het voorbereiden en beschrijven van de presentatie Totaal aantal proces B PRODUCT Aantal Inhoud Verzorging Totaal aantal product C PRESENTATIE Aantal Presentatie: inhoud Presentatie: vorm Presentatie: verzorging 1 2 Totaal aantal presentatie D EVALUATIE Aantal Totaal aantal proces, product, presentatie, evaluatie voldoende / goed Datum: Paraaf docent: inlever Totaal te behalen: 50 Onvoldoende: 1 tot en met 29 Cijfer: (< 5,5) Voldoende: 30 tot en met 39 Cijfer: (>= 5,5 en <= 7,5) Goed: 40 tot en met 50 Cijfer: (> 7,5) 19

20 Zie: Stap 10 Blok 10: Evaluatie door de leerling A Keuze onderwerp (hoofdvraag en deelvraag) Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? B Was je presentatievorm geschikt voor je publiek Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? C Heb je je doel bereikt Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? 20

21 D Was je presentatie goed verzorgd Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? E Hoe verliep de samenwerking Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? F Hoe verliep de begeleiding Wat vond je er zelf van? Wat zou je de volgende keer ook weer doen en waarom? Wat zou je de volgende keer anders doen? Waarom denk je dat dat beter is? voldoende / goed Datum: Paraaf leerling: 21