Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland



Vergelijkbare documenten
Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland 2011

MONITOR CAPACITEIT KINDEROPVANG Capaciteitsgegevens in het jaar 2008

Kinderopvang tot 2015: krimp en yuppificatie zet door

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Ontwikkeling aantal leerlingen (index: 2009 = 100) (index: 2014 = 100)

Diversiteit in de Provinciale Staten

Ontwikkeling leerlingaantallen

Persoonlijke gegevens van Wethouders

Utrecht, december 2002 VFA172/LH/MvG CIJFERS OVER FYSIOTHERAPEUTEN IN DE EERSTE LIJN

pagina 1 18 aan Sectorcommissie Paddenstoelen onderwerp Factsheet Paddenstoelen 2010 Documentnummer N datum 21 februari 2012

Monitor capaciteit kinderopvang

Ontwikkeling werkdruk in het onderwijs

Basisscholen in krimpgebieden in schooljaar 2017/2018

Figuur 1: Ontwikkeling aantal leerlingen Figuur 2: Prognose aantal leerlingen (index: 2011 = 100) (index: 2016 = 100)

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

In gemeenten met minste huurwoningen worden de meeste huurwoningen geliberaliseerd

Analyse resultaten CVO 2014

Kinderopvangmonitor 2013: back to basics... and beyond (update)

Diversiteit in Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en Eerste Kamer in 2011

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Resultaten enquête gemeenten en openbare oplaadpunten

ICT IN HET BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS SCHOOLJAAR 2007/2008 TECHNISCH RAPPORT

Stand van zaken gemeentelijke woonvisies

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN Peiling 2003

Opvallend in deze figuur is het grote aantal bedrijven met een vergunning voor exact 340 stuks melkvee (200 melkkoeien en 140 stuks jongvee).

ijs arbeid data zorg onderwijs zekerheid tenschap rg welzijn mobiliteit n beleids- evaluatie, monitoring, tev effectonderzoek en datave

Persoonlijke achtergrondgegevens burgemeesters

Samen de paardensport laten groeien

Inleiding. De belangrijkste conclusies uit de BijBanen Monitor september 2007 zijn:

Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007

Als eerste is gevraagd in hoeverre de Cito Eindtoets Basisonderwijs een reëel beeld oplevert van

Gemeentelijke Duurzaamheidsindex GDI-2014 Data voor alle 12 provincies

Verkiezing en methode

Over verschillen, overeenkomsten en samenwerking. Schipluiden, 5 oktober 2016

Bijlage 1 Spreiding en fluctuaties leerplichtige asielzoekers

pagina 1 18 onderwerp Factsheet Loonwerk 2010 aan Sectorcommissie Loonwerk Documentnummer N datum 29 november 2011 van Daniella van der Veen

Monitor uitbreiding kinderopvang 2003

Onderzoeksrapport: Vrouwen in de gemeenteraden

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Arbeidsmarkt: verschil tussen Utrecht en Noorden van het land blijft groot

[ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het tweede kwartaal van 2012.

StudentenBureau Stagemonitor

Persoonlijke gegevens raadsleden

Basiscijfers gemeenten. Arbeidsmarktregio Midden-Utrecht

Vrouwen in. de Provinciale Staten. Onderzoeksrapport

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Rapportage Vergelijkend Onderzoek naar Ziekteverzuim SW-sector 2003

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Kengetallen Mobiliteitsbranche

Inventarisatie shisha lounges 2015

[ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het vierde kwartaal van 2011.

Stemrapport Kern met Pit finale /3/2016. Uitslag. 1 e prijs Groningen Zorgproject Wedde dat 't lukt. 2 e prijs Noord-Holland Kickmee!

Cijfers uit de registratie van ergotherapeuten peiling 2002

*Inkomende post 3368 %PAGE%

Persbericht. Werkloosheid in alle provincies gedaald

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Mei 2007

Nationaal Leenonderzoek Analyse van tienduizenden leningaanvragen uit 2016

socio-demografie jongeren geslacht leeftijd woonplaats 4 grote steden en per provincie afkomst opleiding religie

Noord-Holland heeft hoogste startersquote

Werkloosheid nauwelijks veranderd

Factsheet 24 november 2010 LO

Werkloosheid in oktober vrijwel onveranderd

Joost Meijer, Amsterdam, 2015

Graydon Kwartaalmonitor

Feiten NVM Open Huizen Dag 5 oktober 2013

Mystery call en -traject

Financiering in het MKB

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Analyse Megastallen en Megabedrijven 2005, 2010 en 2013

Woningbouw in VINEX-bouwgemeenten: aantallen en bouwkosten

pagina 1 20 aan Sectorcommissie Bedrijfsverzorgingsdiensten onderwerp Factsheet Bedrijfsverzorgingsdiensten 2011 Documentnummer N

Ruimte voor groei in de kinderopvang. Sociaal en Cultureel Planbureau in opdracht van het

Tabellenrapportage Quickscan leerlingendaling VO. schoolbesturen, gemeenten en provincies

40% Figuur 1 Stelt uw onderneming flexmigranten ter beschikking in Nederland? (N=118)

Werkloosheid opnieuw gestegen

Het aanbod van kinderopvang per eind 2004

Kinderopvang in Helmond

KENGETALLEN MOBILITEITSBRANCHE

pagina 1 25 aan Sectorcommissie Loonwerk onderwerp Factsheet Loonwerk 2011 Documentnummer Na datum 29 oktober 2012 van Judith Terwijn

Woningtransacties per kwartaal Nederland

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Indicator 5 Gezondheid

Graydon Kwartaalmonitor. Kwartaal

Uitstroommonitor praktijkonderwijs Samenvatting van de monitor en de volgmodules najaar 2013

Bijlagen hoofdstuk 2 Demografie en ruimtegebruik Carola Simon

Onderzoek aanbod vrouwen- en meidenvoetbal vanuit de landelijke competities

Rapportage. Jaarpeiling de Bibliotheek op School 1-meting In opdracht van: Utrecht, maart 2014

[ARBEIDSMARKTRAPPORTAGE] Trends en inzichten in de vraagzijde van de arbeidsmarkt over het eerste kwartaal van 2012.

Graydon Kwartaalmonitor Q3 2018

Persoonlijke gegevens van wethouders

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. In 2025 fors meer huishoudens in de Randstad

CIJFERS UIT DE REGISTRATIE VAN FYSIOTHERAPEUTEN (in de eerste lijn)

Graydon Kwartaal Monitor. Kwartaal

Woningtransacties per maand, Nederland

Q1 Loopt uw indicatie voor een Wmovoorziening. huishoudelijke hulp) binnenkort af? (dit staat in het indicatiebesluit dat u ontvangen heeft)

*Inkomende post 3368 %PAGE%

StemWijzer in de provincie

Resultaten enquête vakbekwaamheid

ICT in het basis- en voortgezet onderwijs. Schooljaar

Tabellenrapportage quickscan leerlingendaling. schoolbesturen en gemeenten

Kinderopvang in Nederland 2011: vraag en aanbod in evenwicht

Bedrijfsprofiel. 1 & 2 sterrenhotels in beeld. Anders denken, anders doen. In dit profiel: Van Spronsen & Partners horeca-advies December 2006

Transcriptie:

Stand van zaken huisvesting kinderopvang in Nederland Utrecht, januari 2010 Buitenhek Management & Consult Winthontlaan 200 Postbus 85183 3508 AD Utrecht T +030 287 59 59 F +030 287 59 60 info@buitenhek.nl www.buitenhek.nl

INDEX VOORWOORD... 3 1. OPDRACHT... 4 2. ONDERZOEKSVRAGEN... 4 3. ONDERZOEKSMETHODE... 4 4. RESPONS EN REPRESENTATIVITEIT... 4 5. ONDERZOEKSRESULTATEN HUISVESTING KINDEROPVANG... 6 5.1 ONDERZOEKSRESULTATEN DAGOPVANGLOCATIES (KDV)... 6 5.2 ONDERZOEKSRESULTATEN BUITENSCHOOLSE OPVANGLOCATIES (BSO)... 7 5.3 ONDERZOEKSRESULTATEN COMBINATIEFUNCTIES... 8 6. ONDERZOEKSRESULTATEN SCHAALGROOTTE HUISVESTING... 8 6.1 ONDERZOEKSRESULTATEN SCHAALGROOTTE DAGOPVANG PER LOCATIE... 8 6.2 ONDERZOEKSRESULTATEN SCHAALGROOTTE BUITENSCHOOLSE OPVANG PER LOCATIE... 9 6.3 ONDERZOEKSRESULTATEN SPREIDING GROOTTE DAGOPVANGLOCATIES... 9 6.4 ONDERZOEKSRESULTATEN SPREIDING GROOTTE BSO LOCATIES... 10 6.5 ONDERZOEKSRESULTATEN BSO LOCATIES OP SCHOLEN PER REGIO: G4... 12 6.6 ONDERZOEKSRESULTATEN BSO LOCATIES OP SCHOLEN PER REGIO: PROVINCIES... 13 6.7 WAAR ZIJN DE GROTERE BSO LOCATIES GEHUISVEST?... 14 7. CONCLUSIES... 15 7.1 INLEIDING... 15 7.2 DAGOPVANG MAAKT NAUWELIJKS GEBRUIK VAN COMBINATIEHUISVESTING... 15 7.3 BUITENSCHOOLSE OPVANG MAAKT RUIMSCHOOTS GEBRUIK VAN COMBINATIEHUISVESTING... 15 7.4 KLEINSCHALIGE OPVANG OP BOERDERIJEN... 15 7.5 GEEN VERSNIPPERING DOOR MEER BSO AANBOD OP SCHOOLACCOMMODATIES... 15 7.6 REGIONALE VERSCHILLEN BSO AANBOD OP SCHOOLACCOMMODATIES... 15 7.7 COMBINATIEFUNCTIES IN DE KINDEROPVANG WEINIG POPULAIR... 15 8. TOEKOMSTPERSPECTIEF... 16 Buitenhek Management & Consult BV, 2009 2

Voorwoord In opdracht van het Netwerkbureau Kinderopvang is door Buitenhek Management & Consult in het najaar van 2009 onderzoek verricht naar de huisvesting van kinderopvanglocaties in Nederland. Aanvullend is eveneens onderzoek gedaan naar het gebruik van combinatiefuncties door kinderopvangaanbieders. Zoals blijkt uit de onderzoeksresultaten heeft het merendeel van de kinderopvangaanbieders een bijdrage geleverd. Dankzij de welwillende medewerking van zowel landelijke, regionale als stedelijke aanbieders geeft deze rapportage een representatief beeld van de huisvestingsituatie van de kinderopvang in Nederland. Nogmaals dank aan alle aanbieders die deze rapportage mogelijk gemaakt hebben. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 3

1. Opdracht De opdracht aan het Netwerkbureau Kinderopvang is om kinderopvangorganisaties, scholen en gemeenten te ondersteunen en te stimuleren bij het realiseren van meer capaciteit in de kinderopvang. Onderdeel van die opdracht is het initiëren, faciliteren en stimuleren van kennis- en informatie-uitwisseling tussen alle betrokken partijen. In dat kader heeft het Netwerkbureau Kinderopvang een onderzoek uitgezet naar de huisvesting van kinderopvang in school-, sport- en/of agrarische accommodaties. 2. Onderzoeksvragen Het onderzoek geeft onder andere antwoord geven op de volgende onderzoeksvragen: - welk aandeel van de kinderopvangcapaciteit in Nederland is gehuisvest in schoolaccommodaties, bij sportaccommodaties en bij agrarische bedrijven? - hoe verschilt de huisvestingssituatie per regio? - wat is de gemiddelde capaciteit in kindplaatsen van opvanglocaties op scholen en hoe verhoudt zich dat tot de gemiddelde capaciteit in kindplaatsen van alle locaties in Nederland? - hoeveel aanbieders maken gebruik van combinatiefuncties, wat is de omvang daarvan en welke combinaties worden er gemaakt (onderwijs, sport en overige)? Aanvullend is een vergelijking gemaakt tussen de huidige schaalgrootte van opvanglocaties en die van drie jaar geleden. 3. Onderzoeksmethode Voor dit onderzoek zijn de houder- en locatiegegevens gebruikt die eind 2008 opgenomen waren in de gemeentelijke registers kinderopvang en die zijn gebruikt voor de rapportage Monitor capaciteit kinderopvang 2008 (Regioplan, 2009). Op basis van dit databestand is aan alle houders met 1 of meer kinderopvang of buitenschoolse opvang locaties een enquête verzonden met alle geregistreerde locaties. De houders hebben hierop aangegeven welke locaties gevestigd zijn in een school- of sportaccommodatie danwel op een agrarisch bedrijf (boerderij). Aanvullend is gevraagd hoeveel medewerkers van deze houders een combinatiefunctie hebben en met welke andere voorziening die combinatiefunctie werd gedeeld. De structuur van het enquêteformulier is opgenomen in de bijlage. 4. Respons en representativiteit Op basis van het beschikbare databestand zijn in totaal 1.804 enquêtes verzonden naar alle geregistreerde houders met 1 of meer geregistreerde opvanglocaties voor dagopvang of buitenschoolse opvang. In onderstaande tabel is de respons weergegeven gemeten in houders, locaties en kindplaatsen: Buitenhek Management & Consult BV, 2009 4

Respons gemeten in houders in aantal in % Verstuurde enquetes naar houders van bso en kdv locaties 1.804 Verwerkte enquetes van houders van bso en kdv locaties 1.039 58% non respons 765 42% Respons gemeten in locaties* KDV BSO Totaal aantal locaties in Nederland (per eind 2008) 3.908 4.779 Verwerkte enquetes omvat aantal locaties 2.579 3.287 respons in % 66% 69% Respons gemeten in kindplaatsen KDV BSO Totaal in Nederland (per eind 2008) 149.304 159.211 Verwerkte enquetes omvat 103.261 111.887 respons in % 69% 70% Gemiddelde grootte locaties respons vs. landelijk KDV BSO Gemiddeld per locatie landelijk (2008) 38 33 Gemiddeld per locatie responsgroep 40 34 * KDV = locaties dagopvang, BSO = locaties buitenschoolse opvang Uit het bovenstaande blijkt dat de respons circa 60% van het totaal aantal kinderopvangaanbieders (houders) omvat en ca. 70% van de locaties en kindplaatsen in Nederland. De non respons betreft met name de kleinere aanbieders met 1 of 2 locaties. Met deze respons is er voldoende basis voor een representatief beeld van de huisvesting van kinderopvanglocaties in Nederland. Bij het extrapoleren van de onderzoeksresultaten is rekening gehouden met de lagere respons van de kleinere organisaties. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 5

5. Onderzoeksresultaten huisvesting kinderopvang 5.1 Onderzoeksresultaten dagopvanglocaties (KDV) In onderstaande tabel zijn de onderzoeksresultaten voor de dagopvanglocaties samengevat: KDV locaties KDV locaties Huisvesting in: in aantal in % overige locaties 2.199 85,3% schoolaccommodatie 310 12,0% sportaccommodatie 32 1,2% agrarisch bedrijf/boerderij 38 1,5% totale responsgroep 2.579 100,0% Daaruit blijkt dat het overgrote merendeel van de dagopvanglocaties (meer dan 85%) niet gehuisvest is in scholen, sportaccommodaties of op agrarische bedrijven. Ongeveer 1 op de 8 (12%) dagopvanglocaties is gevestigd in een schoolaccommodatie en minder dan 3% van de dagopvang locaties is gevestigd in een sportaccommodatie danwel op een boerderij. Huisvesting KDV locaties 90,0% 85,3% 80,0% 70,0% 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 12,0% 1,2% 1,5% overige locaties schoolaccommodatie sportaccommodatie agrarisch bedrijf/boerderij Buitenhek Management & Consult BV, 2009 6

5.2 Onderzoeksresultaten buitenschoolse opvanglocaties (BSO) In onderstaande tabel zijn de onderzoeksresultaten voor de buitenschoolse opvanglocaties samengevat: BSO locaties BSO locaties Huisvesting in: in aantal in % overige locaties 1.903 57,9% schoolaccommodatie 1.211 36,8% sportaccommodatie 145 4,4% agrarisch bedrijf/boerderij 28 0,9% totale responsgroep 3.287 100,0% Daaruit blijkt dat meer dan eenderde (36,8%) van de buitenschoolse opvanglocaties is gehuisvest in scholen. Sportaccommodaties nemen meer dan 4% van de huisvesting voor hun rekening en minder dan 1% van de BSO locaties is gevestigd op een boerderij. Huisvesting BSO locaties 70,0% 60,0% 57,9% 50,0% 40,0% 36,8% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% overige locaties schoolaccommodatie sportaccommodatie agrarisch bedrijf/boerderij 4,4% 0,9% Buitenhek Management & Consult BV, 2009 7

5.3 Onderzoeksresultaten combinatiefuncties In onderstaande tabel zijn de onderzoeksresultaten van de inventarisatie van combinatiefuncties opgenomen: Aantal houders met combinatiefuncties in aantal in % Aantal houders in responsgroep 1.039 100% Aantal houders met combinatiefuncties 115 11% Aantal medewerkers met combinatiefuncties totaal 476 100% Aantal medewerkers met combinatiefunctie met school 231 49% Aantal medewerkers met combinatiefunctie met sport 52 11% Aantal medewerkers met combinatiefunctie met overig 193 41% Slechts 11% van de kinderopvangaanbieders maakt gebruik van combinatiefuncties. Houders die gebruik maken van combinatiefuncties hebben gemiddeld 4 medewerkers met een combinatiefunctie. Bijna de helft (49%) van de combinatiefuncties bestaat uit een combinatie tussen kinderopvang- en schoolorganisaties. Slechts 11% van de combinatiemedewerkers werkt naast opvang in de sport. De overige combinatiefuncties (41%) worden hoofdzakelijk gevormd met welzijnsactiviteiten. Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: er wordt slechts zeer beperkt gebruik gemaakt van combinatiefuncties in de kinderopvang. Het aandeel combinatiemedewerkers in de kinderopvangbranche op het totaal aantal medewerkers bedraagt minder dan 1%. In totaal gaat het om ca. 600 medewerkers in heel Nederland. 6. Onderzoeksresultaten schaalgrootte huisvesting 6.1 Onderzoeksresultaten schaalgrootte dagopvang per locatie In onderstaande tabel zijn de onderzoeksresultaten voor de dagopvanglocaties in het totale responsbestand opgenomen: Gemiddelde grootte locaties respons vs. landelijk KDV Gemiddeld per locatie landelijk (2008) 38 Gemiddeld per locatie responsgroep 40 Gemiddeld per locatie responsgroep in scholen 34 Gemiddeld per locatie responsgroep op boerderijen 28 Gemiddeld per locatie responsgroep op sportlocaties 36 Gemiddeld per locatie responsgroep op overige locaties 41 Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: de dagopvanglocaties op boerderijen zijn over het algemeen zeer kleinschalig (ca. 30% kleiner dan gemiddeld). Buitenhek Management & Consult BV, 2009 8

6.2 Onderzoeksresultaten schaalgrootte buitenschoolse opvang per locatie In onderstaande tabel zijn de onderzoeksresultaten voor de buitenschoolse opvanglocaties in het totale responsbestand opgenomen: Gemiddelde grootte locaties respons vs. landelijk BSO Gemiddeld per locatie landelijk (2008) 33 Gemiddeld per locatie responsgroep 34 Gemiddeld per locatie responsgroep in scholen 33 Gemiddeld per locatie responsgroep op boerderijen 24 Gemiddeld per locatie responsgroep op sportlocaties 35 Gemiddeld per locatie responsgroep op overige locaties 35 Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: de BSO-locaties op boerderijen zijn over het algemeen zeer kleinschalig (ca. 30% kleiner dan gemiddeld). De BSO s op andere (dan agrarische) locaties zijn qua gemiddelde schaalgrootte vrijwel gelijk. 6.3 Onderzoeksresultaten spreiding grootte dagopvanglocaties In onderstaande grafiek is de verdeling naar schaalgrootte opgenomen van de dagopvanglocaties. Om de ontwikkeling in beeld te brengen zijn de actuele cijfers per eind 2008 vergeleken met de cijfers over 2006 (capaciteitsonderzoek Buitenhek Management & Consult 2006). Verdeling KDV locaties naar schaalgrootte 2006-2008 40% 35% 37% 35% 30% 25% 20% 23% 21% 23% 25% 2006 2008 15% 12% 13% 10% 5% 5% 7% 0% <20 >=20 <40 >=40 <60 >=60 <80 >= 80 Buitenhek Management & Consult BV, 2009 9

Uit de grafiek blijkt dat er een kleine verschuiving plaatsgevonden heeft naar grotere capaciteit van dagopvanglocaties. Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: er is in de periode 2006-2008 een verschuiving waarneembaar naar grotere KDV locaties. 6.4 Onderzoeksresultaten spreiding grootte BSO locaties In onderstaande grafiek is de verdeling naar schaalgrootte opgenomen van de buitenschoolse opvanglocaties. Om de ontwikkeling in beeld te brengen zijn de actuele cijfers per eind 2008 vergeleken met de cijfers over 2006 (capaciteitsonderzoek Buitenhek Management & Consult 2006). Verdeling BSO locaties naar schaalgrootte 2006-2008 60% 50% 49% 44% 40% 30% 2006 2008 20% 19% 19% 22% 23% 10% 7% 9% 3% 5% 0% <20 >=20 <40 >=40 <60 >=60 <80 >= 80 Uit de grafiek blijkt dat het aandeel kleine BSO locaties is afgenomen en dat het aandeel van BSO s met 60 kindplaatsen of meer sterk is uitgebreid. Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: er is in de periode 2006-2008 een verschuiving waarneembaar naar grotere BSO locaties. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 10

In onderstaande grafiek is de vergelijking gemaakt met de verdeling naar schaalgrootte van de BSO locaties op scholen. Verdeling BSO locaties naar locatie per eind 2008 50% 45% 40% 35% 44% 46% 30% 25% 20% 19% 17% 23% 25% Alle BSO locaties Schoollocaties BSO's 15% 10% 5% 9% 8% 5% 4% 0% <20 >=20 <40 >=40 <60 >=60 <80 >= 80 Daaruit blijkt dat de BSO s op schoollocaties niet substantieel afwijken van de algemene schaalgrootteverdeling van alle BSO locaties. Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: de toename van het aantal BSO s op schoollocaties leidt niet tot versnippering (substantieel lagere gemiddelde schaalgrootte) van het BSO aanbod. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 11

6.5 Onderzoeksresultaten BSO locaties op scholen per regio: G4 In onderstaande grafiek is het percentage BSO op schoollocaties opgenomen van de G4 gemeenten: % BSO op schoollocatie G4 40% 39% 38% 39% 37% 36% 38% 37% 35% 34% 33% 32% 33% 31% 30% Amsterdam 's-gravenhage Rotterdam Utrecht Den Haag, Rotterdam en Utrecht scoren iets boven het landelijk gemiddelde (36,8%), Amsterdam scoort (met 33,3%) iets onder het landelijk gemiddelde. Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: Amsterdam scoort van de G4 het laagst en Utrecht het hoogst als het gaat om de huisvesting van BSO in schoolaccommodaties. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 12

6.6 Onderzoeksresultaten BSO locaties op scholen per regio: provincies Op provincieniveau is de verdeling van de BSO locaties als volgt. Verdeling BSO locatie per soort per provincie 70% 60% 57% 50% 40% 36% 39% 36% 44% 37% 40% 38% 38% school sport agrarisch 30% 20% 21% 18% 12% 10% 0% Noord-Holland Flevoland Zuid-Holland Utrecht Overijssel Gelderland Limburg Noord-Brabant Zeeland Drenthe Friesland Groningen Daaruit blijkt dat BSO op de boerderij relatief het meest frequent voorkomt in de provincies Flevoland, Drenthe, Friesland en Groningen. BSO op sportaccommodaties komt relatief het meest frequent voor in de provincies Flevoland en Utrecht. BSO op schoolaccommodaties is verreweg het meest populair in de provincie Zeeland. De drie noordelijke provincies (Drenthe, Friesland, Groningen) scoren relatief laag als het gaat om het aandeel BSO s dat gevestigd is in schoolaccommodaties. Uit deze onderzoeksresultaten zijn de volgende conclusies op te maken: Combinaties in de huisvesting van school en BSO komt het minste voor in de noordelijke provincies (Drenthe, Friesland, Groningen). In de provincie Zeeland komen huisvestingscombinaties tussen school en BSO het meeste voor. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 13

6.7 Waar zijn de grotere BSO locaties gehuisvest? In onderstaande tabel is vast te stellen voor welke locaties opvangaanbieders kiezen bij het realiseren van grotere BSO locaties: alle BSO locaties grote BSO Huisvesting in: in % in % overige locaties 57,9% 65,1% schoolaccommodatie 36,8% 31,0% sportaccommodatie 4,4% 3,5% agrarisch bedrijf/boerderij 0,9% 0,4% Uit de vergelijking met de huisvesting van alle BSO locaties is op te maken dat grote BSO locaties (meer dan 60 kindplaatsen) minder vaak voorkomen op scholen, boerderijen en sportaccommodaties. Huisvesting grote (+60 kindplaatsen) BSO locaties 70,0% 60,0% 50,0% alle BSO locaties grote BSO locaties 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% overige locaties schoolaccommodatie sportaccommodatie agrarisch bedrijf/boerderij Uit deze onderzoeksresultaten is de volgende conclusie op te maken: Voor grote BSO locaties wordt minder vaak gekozen voor de combinatiehuisvesting met school, sport of boerderij. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 14

7. Conclusies 7.1 Inleiding In dit onderzoek is vastgesteld in hoeverre kinderopvang gebruik maakt van combinatiehuisvesting met scholen, sportaccommodaties en agrarische bedrijven (boerderijen). Aanvullend is onderzoek gedaan naar de mate waarin de kinderopvang gebruik maakt van combinatiefuncties met andere organisaties. De respons van de geënquêteerde kinderopvangaanbieders omvat ca. 70% van alle locaties en kindplaatsen in Nederland. 7.2 Dagopvang maakt nauwelijks gebruik van combinatiehuisvesting Er wordt voor locaties dagopvang slechts zeer beperkt (minder dan 15% van de locaties) gebruik gemaakt van combinatiehuisvesting met scholen, sportaccommodaties of boerderijen. 7.3 Buitenschoolse opvang maakt ruimschoots gebruik van combinatiehuisvesting Meer dan 40% van de locaties voor buitenschoolse opvang maakt gebruik van combinatiehuisvesting met scholen, sportaccommodaties of boerderijen. Het grootste aandeel (36,8%) betreft combinatiehuisvesting met scholen. 7.4 Kleinschalige opvang op boerderijen De opvanglocaties voor zowel KDV als BSO op boerderijen zijn over het algemeen zeer kleinschalig (ca. 30% kleiner dan gemiddeld). De BSO s op andere (dan agrarische) locaties zijn qua gemiddelde schaalgrootte vrijwel gelijk. 7.5 Geen versnippering door meer BSO aanbod op schoolaccommodaties De toename van het aantal BSO s op schoollocaties leidt niet tot versnippering (lagere gemiddelde schaalgrootte) van het BSO aanbod in Nederland. 7.6 Regionale verschillen BSO aanbod op schoolaccommodaties Amsterdam scoort van de G4 het laagst en Utrecht het hoogst als het gaat om de huisvesting van BSO in schoolaccommodaties. Combinaties in de huisvesting school en BSO locaties komt het minste voor in de noordelijke provincies (Drenthe, Friesland, Groningen). In de provincie Zeeland komen huisvestingscombinaties tussen school en BSO verreweg het meeste voor. 7.7 Combinatiefuncties in de kinderopvang weinig populair Er wordt slechts zeer beperkt gebruik gemaakt van combinatiefuncties in de kinderopvang. Het aandeel combinatiemedewerkers in de kinderopvangbranche op het totaal aantal medewerkers bedraagt minder dan 1%. In totaal gaat het om ca. 600 medewerkers in heel Nederland. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 15

8. Toekomstperspectief Nu de wachtlijsten kinderopvangmarkt afnemen en vraag en aanbod meer in evenwicht komen (zie Buitenhek, 2009) zijn er de komende jaren geen grote verschuivingen te verwachten in de huisvestingssituatie van de kinderopvang. Met de vestiging van nieuwe brede scholen zal de huisvestingssituatie van de kinderopvang zeker wat betreft de huisvesting van BSO de komende jaren wel verder verschuiven naar schoolaccommodaties. Het nastreven van een visie waarin de kinderopvang wordt gehuisvest in de basisscholen (zie o.a. staatssecretaris Dijksma, 7 november 2009) zal de grootste impact hebben op de huisvesting van dagopvanglocaties. Zoals blijkt uit dit onderzoek is 88% van de dagopvanglocaties immers nog niet gevestigd in schoolaccommodaties. Ook voor de buitenschoolse opvang is dit toekomstbeeld ingrijpend aangezien meer dan 60% van de BSO locaties nog buiten de scholen gehuisvest is. Uit dit onderzoek wordt duidelijk dat voor het realiseren van deze visie veel expertise kan worden ontleend bij de kinderopvang- en onderwijsorganisaties in de provincie Zeeland. Buitenhek Management & Consult BV, 2009 16