Over verschillen, overeenkomsten en samenwerking. Schipluiden, 5 oktober 2016

Transcriptie

1 Over verschillen, overeenkomsten en samenwerking Schipluiden, 5 oktober 2016

2 Opdracht - maak een analyse van de enquêteresultaten onder onze leden; - onderzoek de feitelijke verschillen en overeenkomsten tussen publieke en private aanbieders: - presenteer de resultaten daarvan op 5 oktober op de ALV en lever een bijdrage aan de visie vorming over onze inzet als BK o.a. over de samenwerking met onderwijs.

3 Meningen versus feiten over verschillen en overeenkomsten

4 Facts & Figures kinderopvang branche Not for profit: stichting en vereniging For profit: besloten vennootschap, maatschap, vennootschap onder firma, en commanditaire vennootschap tenzij er sprake is van een concernverband waarbij onder een moederstichting de kinderopvangactiviteiten zijn ondergebracht in bijvoorbeeld besloten vennootschappen (dan not for profit).

5 Hoe zijn de houders in NL verdeeld op basis van vertegenwoordiging?

6 Hoe zijn de houders in NL verdeeld op basis van LRKP en KvK?

7 en hoe is het aanbod verdeeld?

8 Profits: marktleider in KDV en GOB

9 Not for profits: marktleiders BSO en PSZ

10 Verschil in schaalgrootte tussen profits en not for profits Profit = klein Non profit = groot

11 Verschil in schaalgrootte verschil in standpunten BK op dossiers?

12 Verschil in tariefstelling?

13 Verschil in contracturen? Per saldo (uren/uurtarief) is het tarief onderscheid tussen profit en not for profit niet significant!

14 Verschil in kwaliteit profits en not for profits? CPB (Kinderopvang in Kaart, 2011): Bij kinderdagverblijven zijn er geen systematische verschillen te zien naar rechtsvorm of leeftijd van de onderneming als er rekening wordt gehouden met de omzetklasse. Bij buitenschoolse opvanginstellingen is dit.. anders. Daar wordt het beeld bevestigd dat for profit instellingen niet een slechtere, maar eerder een betere kwaliteit bieden.

15 Feitelijke overeenkomsten en onderscheid profits en not for profits Veel meer profit dan not for profit houders Not for profit en profit aanbod gelijk verdeeld Profits hebben vergelijkbare tarieven als not for profits Not for profits scoren even goed op kwaliteit als profits For profits hebben een kleinere schaalgrootte Geen feitenbasis voor substantiële winstonttrekkingen Groter faillissementsrisico voor profits door leeftijd

16 Samenwerking met onderwijs

17 Feiten over het basisonderwijs totaal PO vestigingen % <100 ll % ll % ll % ll % 400 en meer ll % Gemiddelde schaalgrootte: 219 ll per school ca. 60% is kleiner dan 219, ca. 40% is groter.

18 Feiten over het basisonderwijs: krimp PO: -/ leerlingen tot 2021 = ca BSO klanten Zie o.a.

19 Combinatie aanbod basisschool en kinderopvang... september 2015 (LRKP/DUO): Aandeel locaties met zelfde postcode (6 digit) als school: - Peuterspeelzaal: 63% - BSO: 49% - Kinderdagverblijf: 35%

20 Wie is betrokken bij de voor- en schoolse voorzieningen in de gemiddelde gemeente De gemiddelde gemeente in NL omvat (2015): - 3 verschillende PO aanbieders met in totaal 17 scholen - 6 verschillende dagopvang aanbieders met in totaal 17 crèches - 5 verschillende BSO aanbieders met in totaal 16 BSO s - 1 peuterspeelzaal aanbieder met in totaal 7 peuterspeelzalen

21 Herkomst basisschoolleerlingen... Peuterspeelzaal: 26% Dagopvang: 42% Non-bereik: 32% De gemiddelde groep 1: instroom PSZ = 5 instroom KDV = 10 instroom overig = gem. schoolgrootte: 219 ll gem. groepsgrootte: 22 ll (PO Raad, 2015)

22 Bereik BSO onder bassischool leerlingen per eind 2014 BSO: 19% Non-bereik: 81% De gemiddelde school: uitstroom naar BSO = 42 uitstroom overig = gem. schoolgrootte: 219 ll gem. groepsgrootte: 22 ll (PO Raad, 2015) De gemiddelde school in een gemiddelde gemeente heeft : 42 BSO klanten = 1 groep met 20 kindplaatsen De gemiddelde BSO nu = 2 groepen met 39 kindplaatsen

23 Iedere school zijn eigen opvangvoorziening leidt tot versnippering Wat zijn effecten voor ondernemers, voor kinderen en voor ouders?

24 Wat is effect van versnippering op leeftijdsopbouw? (zie bereik BSO per leeftijd)

25 Vergroten kansen voor brede school en IKC s moet van meer kanten komen Minder versnippering basisonderwijs: meer leerlingen per school biedt betere uitgangspositie Hoger bereik voorschoolse en naschoolse voorzieningen: betere toegankelijkheid, basisvoorziening Hoger gemiddelde arbeidsduur van vrouwen: einde aan part-time cultuur in Nederland

26 Enquête over samenwerking met onderwijs De meeste kinderopvangaanbieders zoeken inhoudelijke pedagogische samenwerking met basisonderwijs Een minderheid van de kinderopvangaanbieders geeft voorkeur aan één integrale voorziening voor opvang, ontwikkeling en onderwijs. Een overgrote meerderheid ziet gastouderopvang aparte opvangvorm en niet als onderdeel van een integrale voorziening. Iets meer dan de helft van de aanbieders houdt in de lange termijn strategie rekening met de vorming van integrale voorzieningen. De BK moet zich sterk maken voor de toegankelijkheid van alle kinderopvang - dus ook gastouderopvang - en voor alle kinderen!

27 Enquête over samenwerking met onderwijs De BK moet zich niet sterk maken voor compensatieregelingen om de samenwerking met onderwijs te ondersteunen. De BK moet proactieve en initiërende rol spelen om belemmeringen (o.a. wet- en regelgeving) in de samenwerking met onderwijs weg te nemen. Over inzet kabinetsformatie Steun voor verbreden van toegankelijkheid via kinderopvangtoeslag naar niet-werkende ouders met kinderen van 2 tot 4 jaar.

28 Overwegingen voor Kamers Not for profit en For profit: wat betekent het verschil in schaalgrootte voor de samenwerking met onderwijs en de belangenbehartiging van de BK? moet de BK qua standpunten een onderscheid maken tussen profit en not for profit? Gastouderopvang: er zijn organisatorische beperkingen in de samenwerking gastouderopvang en onderwijs. Hoe waarborg je de komende jaren doorgaande ontwikkelingslijn en hoe draag je dat uit?