10~ Agendapuntnummer Documentnummer Raadsvergadering d. d. Raadscommissie Commissie d. d. Programma Onderwerp Portefeuillehouder Bijlagen m o C 13 december 2018 Commissie Begroting & Rekening 29 november 2018 Herziening belastingverordeningen 2019 Wethouder G.J.M. Wienhoven 9 Samenvatting De gemeenteraad is op grond van artikel 216 van de Gemeentewet bevoegd tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van gemeentelijke belastingen door het vaststellen van een belastingverordening. Op grond van artikel 217 van de Gemeentewet is vermeld welke onderdelen minimaal in de belastingverordening vermeld moeten worden. De verordeningen voor de onroerende zaakbelastingen, forensenbelasting, land- en watertoeristenbelasting, hondenbelasting, rioolheffing, reinigingsheffing (afvalstoffenheffing en reinigingsrecht) en leges treft u bij het voorstel aan. De bijgevoegde verordeningen zijn primair gebaseerd op de modelverordeningen van de VNG. Noodzakelijke afwijkingen (bijvoorbeeld naar aanleiding van lokaal beleid) zijn per verordening in dit voorstel toegelicht. Voorstel om te besluiten 1. Vaststellen van de verordening onroerende-zaakbelastingen 2019; 2. Vaststellen van de verordening forensenbelasting 2019; 3. Vaststellen van de verordening landtoeristenbelasting 2019; 4. Vaststellen van de verordening watertoeristenbelasting 2019; 5. Vaststellen van de verordening hondenbelasting 2019; 6. Vaststellen van de verordening rioolheffing 2019; 7. Vaststellen van de verordening reinigingsheffingen 2019; 8. Vaststellen van de legesverordening 2019. RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 1 van 9
Geachte leden van de raad, Inleiding I Aanleiding De gemeenteraad is op grond van artikel 216 van de Gemeentewet bevoegd tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting door het vaststellen van een belastingverordening. Op grond van artikel 217 van de Gemeentewet vermeldt een belastingverordening wie de belastingplichtige is, het voorwerp van de belasting, het belastbaar feit, de heffingsmaatstaf, het tarief, het tijdstip van ingang van de heffing en van de beëindiging van de heffing en verder wat voor de heffing en invordering van belang is. De verordeningen voor de onroerende zaakbelastingen, forensenbelasting, land- en watertoeristenbelasting, hondenbelasting, rioolheffing, reinigingsheffingen (afvalstoffenheffing en reinigingsrecht) en leges treft u bij het voorstel aan. De bijgevoegde verordeningen zijn primair gebaseerd op de modelverordeningen van de VNG. Noodzakelijke afwijkingen (bijvoorbeeld naar aanleiding van lokaal beleid) zijn per verordening in dit voorstel toegelicht. In de bijgevoegde belastingverordeningen zijn de voor 2019 voorgestelde tarieven vermeld. Daarbij is rekening gehouden met de uitgangspunten overeenkomstig de Kaderbrief 2019 en de Programmabegroting 2019. Dit houdt in dat er rekening wordt gehouden met een indexering van 2,55% voor de forensenbelasting, de land- en watertoeristenbelasting, de hondenbelasting en de leges (wettelijke tarieven uitgezonderd). De tarieven voor rioolheffing zijn conform het herziene verbreed gemeentelijk rioleringsplan (vgrp). De tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn gerelateerd aan de geraamde kosten. Onroerende zaakbelastingen De tarieven voor de ozb zijn, naast een indexering van 2,55%, gerelateerd aan de waardeontwikkeling van woningen en niet-woningen. De werkzaamheden met betrekking tot de uitvoering van de Wet waardering onroerende zaken is uitbesteed aan de gemeente Nijmegen. Op dit moment zijn deze werkzaamheden nog bezig en is de waardeontwikkeling nog niet bekend. De tariefberekening voor de ozb ontvangt u op een later moment (maar wel voor de behandeling van de raadsvergadering van 13 december 2018). Toeristenbelasting Bij de (land-)toeristenbelasting wordt deels uitgegaan van forfaitaire aannames voor wat betreft het aantal overnachtingen. Eens in de zoveel jaar moeten deze aannames getoetst worden aan de praktijk. Momenteel loopt zon dergelijk onderzoek bij een extern bureau. In verband hiermee ontvangt u de verordeningen voor de toeristenbelasting op een later tijdstip. Probleemstelling / centrale vraag (wat willen we bereiken) Voordat belastingen met de nieuwe tarieven opgelegd kunnen worden, dienen voor aanvang van het belastingjaar de herziene belastingverordeningen vastgesteld te worden door de raad. Wilt u de belastingverordeningen over 2019 vaststellen? Oplossingsrichtingen Met het vaststellen van de herziene belastingverordeningen kunnen er in 2019 rechtsgeldige belastingaanslagen met de nieuwe tarieven worden opgelegd dan wel leges worden geheven voor, RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 2 van 9
door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten. Hiermee worden de begrote gemeentelijke inkomsten voor 2019 geborgd, zoals opgenomen in Programmabegroting 2019. Voor wat betreft de leges is dit vraaggedreven. Als een belastingverordening voor 2019 niet wordt vastgesteld, dan geldt het (oude) tarief van de belastingverordening 2018 ook voor kalenderjaar 2019. Afweging en conclusie (wat gaan we daarvoor doen) Hieronder wordt per belastingsoort de stand van zaken en de tarieven vermeld. In zijn algemeenheid zijn de werkzaamheden met betrekking tot de uitvoering van de Wet woz (waardering onroerende zaken) en de heffing en invordering van de belastingen, uitbesteed aan de gemeente Nijmegen. Heffing en invordering met betrekking tot de leges worden in eigen beheer uitgevoerd. Recapitulatie voorgestelde belastingtarieven Belasting Tarief 2019 Tarief 2018 Onroerende-zaakbelastingen: Ozb gebruikers niet-woning voorlopig 0,1753% 0,1715% Ozb eigenaren woning voorlopig 0,1271% 0,1327% Ozb eigenaren niet-woning voorlopig 0,2192% 0,2145% Forensenbelasting: Klasse 141 138 Klasse II 265 259 Klasse 111 531 518 Klasse IV 799 780 Klasse 1.066 1.040 Klasse VI 1.333 1.300 Landtoeristenbelasting 1,05 1,03 Watertoeristenbelasting 1,05 1,03 Hondenbelasting: le hond 54,72 53,40 2e hond e.v. 78,72 76,80 Kennel 381,72 372,24 Rioolheffing 237,07 234,73 Afvalstoffenheffing: Vastrecht per halfjaar 71,50 73,92 Restafval per kg 0,27 0,21 GFT per kg 0,09 0,07 RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 3 van 9
Belasting Tarief 2019 Tarief 2018 Reinigingsrecht: Vastrecht per halfjaar per 35,75 36,96 container Bedrijfsafval per kg 0,27 0,21 Leges Divers Divers Algemene aanpassing belastingverordeningen Mode/verordeningen De verordeningen zijn zo veel als mogelijk afgestemd met de modelverordeningen van de VNG. 1. Onroerende zaakbelastingen (ozb) De grondslag voor het heffen van de ozb ligt in artikel 220 Gemeentewet. De heffing van de onroerende zaakbelastingen (ozb) is gebaseerd op de woz-waarden van onroerend goed. De ozb-tarieven worden beïnvloed door de jaarlijkse hertaxatie van onroerend goed als gevolg van de Wet woz (waardering onroerende zaken). Het is vast beleid dat de waardeontwikkeling van onroerend goed wordt verdisconteerd in de tarieven. Bij een dalende markt worden de tarieven naar boven bijgesteld, bij een stijgende markt worden de tarieven naar beneden bijgesteld. Deze verdiscontering heeft dan geen gevolgen voor de totale lastendruk. Daarnaast wordt rekening gehouden met een indexering van 2,55%. Op dit moment is Nijmegen bezig met het uitvoeren van de waardebepaling. De voorlopige waardeontwikkeling van de woningen bedraagt 6,6% en voor niet-woningen is dit 0,34%. Bij het bepalen van de voorlopige tarieven is hiermee rekening gehouden. Op een later tijdstip (maar vóór de raadsvergadering van 13 december) ontvangen wij de definitieve gegevens en worden de definitieve ozb-tarieven berekend. Deze zullen wij u separaat doen toekomen. Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en een aanpassing van de tarieven worden er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 2. Belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten (rzb) De grondslag voor de rzb ligt in artikel 221 Gemeentewet. Deze belasting kan geheven worden op bijvoorbeeld woonboten. De gemeente Mook en Middelaar heft geen belasting op roerende woon- en bedrijfsruimten. 3. Baatbelasting De baatbelasting is gebaseerd op artikel 222 Gemeentewet. Onder de naam "baatbelasting Korendal" wordt bij onroerende zaken in het Korendal, die gebaat zijn bij de van gemeentewege aanlegde riolering in het Korendal, een directe belasting geheven ter verkrijging van een billijke bijdrage in de ten laste van de gemeente gebleven kosten van aanleg van deze riolering. De belasting wordt geheven gedurende de belastingjaren 1994 t/m 2023. De belastingverordening hoeft niet jaarlijks herzien te worden, omdat deze in april 1993 is vastgesteld en nadien niet meer wijzigt. Gebate onroerende zaken blijven gebaat tot en met het einde van de looptijd van de baatbelasting t/m 2023. Momenteel wordt jaarlijks 17k aan baatbelasting geïnd. RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 4 van 9
4. Forensenbelasting De forensenbelasting is gebaseerd op artikel 223 Gemeentewet. Belastingplichtig zijn natuurlijke personen die, zonder in de gemeente hoofdverblijf hebben, er meer dan 90 keer nachtverblijf houden of die er op meer dan 90 dagen voor zichzelf of voor hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden. In de praktijk gaat het vooral om het laatste, de "woonforensenbelasting". De gemeente heft de belasting van die mensen die niet in de gemeente wonen, maar hier wel een tweede (recreatie-)woning houden. Daarbij maakt het niet uit of die woning in eigendom is of gehuurd wordt. De belasting wordt geheven van de gebruiker van de woning. Omdat de gebruikers van die woningen (forensen) niet meetellen in het aantal inwoners van de gemeente, krijgt de gemeente voor hen geen uitkering uit het gemeentefonds. Rechtvaardiging voor de belasting is, dat gemeenten kosten maken voor niet-inwoners die bij hen verblijf houden en dat die personen ook gebruik (kunnen) maken van de gemeentelijke voorzieningen. Van belang is ook dat van deze gebruikers geen toeristenbelasting wordt geheven. Als heffingsgrondslag voor deze belasting wordt de woz-waarde gehanteerd, zoals die voor het belastingjaar is vastgesteld. De voorgestelde tarieven zijn met 2,55% geïndexeerd en zijn de bedragen afgerond naar vaste onderlinge verhoudingen. Het voorstel is om de tarieven voor 2018 als volgt vast te stellen: Klasse Van -Tot Tarief 2019 Tarief 2018 Klasse I 0-50.000 141,00 138,00 Klasse II 50.000-150.000 265,00 259,00 Klasse Ill 150.000-250.000 531,00 518,00 Klasse IV 250.000-350.000 799,00 780,00 Klasse 350.000-450.000 1.066,00 1.040,00 Klasse VI Vanaf 450.000 1.333,00 1.300,00 Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van de tarieven zijn er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 5. Land- en Watertoeristenbelasting De toeristenbelasting is gebaseerd op artikel 224 Gemeentewet. Conform de Kaderbrief 2019 en Programmabegroting 2019 is het tarief voor 2019 met 2,55% geïndexeerd. Het tarief voor 2018 bedroeg 1,03 per persoon per overnachting. Het voorgestelde tarief voor 2019 bedraagt 1,05 per persoon per overnachting. De watertoeristenbelasting bedraagt per persoon per etmaal hetzelfde tarief van 1,05. Tarieven toeristenbelasting 2019 2018 2017 Landtoeristenbelasting 1,05 1,03 1,01 Watertoeristenbelasting 1,05 1,03 1,01 Momenteel loopt een extern onderzoek naar de hoogte van de forfaitaire aannames met betrekking tot het aantal overnachtingen en het aantal personen. Na afronding van dit onderzoek is het mogelijk dat de forfaitaire aantallen wijzigen. Op dit moment zien wij hier geen aanleiding toe. RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 5 van 9
~ 11-, ~l^, Vorig jaar was aangegeven dat in de Kadernota 2019 een beleidswijziging zou worden voorgesteld met betrekking tot een meerjarig tarief. Omdat de Kadernota is vervangen door een Kaderbrief (met alleen financiële uitgangspunten) was deze beleidswijziging nog niet voorgesteld. Als gevolg van het (lopende) onderzoek door Legitiem is er een onderbouwing voor de forfaitaire aantallen met betrekking tot het aantal overnachtingen en het aantal personen. Over deze forfaitaire aantallen zijn of worden meerjarige overeenkomsten gesloten met de belastingplichtigen. Aansluitend hierop is het mogelijk om ook voor de toeristenbelasting de tarieven meerjarig vast te zetten. Hiervoor zullen wij met een afzonderlijk voorstel komen. Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van de tarieven zijn er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 6. Parkeerbelasting De grondslag voor de parkeerbelasting ligt in artikel 225 Gemeentewet. De gemeente Mook en Middelaar heft geen parkeerbelasting. 7. Hondenbelasting De grondslag voor de hondenbelasting ligt in artikel 226 Gemeentewet. Met ingang van 2012 wordt hondenbelasting geheven. De tarieven voor de hondenbelasting worden met 2,55% geïndexeerd. Omdat de hondenbelasting per maand geheven wordt, is het gebruikelijk dat het tarief deelbaar is door 12 maanden. Het tarief voor 2019 komt na indexering en deelbaarheid door 12 maanden uit op 54,72 voor de eerste hond. Bij het houden van meer honden dient vanaf de tweede hond 78,72 per hond te worden betaald. Tarieven hondenbelasting 2019 2018 2017 l' hond 54,72 53,40 52,56 Volgende hond 78,72 76,80 75,56 Kenneihouder 381,72 372,24 366,24 In de meeste gemeenten, evenals in Mook en Middelaar, is voor de hondenbelasting geen kwijtschelding mogelijk omdat dit een zogenaamde subjectbelasting betreft. Bij de gemeente Nijmegen is het wel mogelijk om kwijtschelding aan te vragen op grond van sociale overwegingen. Dit betreft namelijk met name alleenstaande ouderen die als gezelschap een hond hebben. Het staat een gemeente vrij om bij de hondenbelasting wel of geen kwijtscheldingsmogelijkheid te verlenen. Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van de tarieven zijn er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 8. Reclamebelasting De grondslag voor de reclamebelasting ligt in artikel 227 Gemeentewet. De gemeente Mook en Middelaar heft geen reclamebelasting. 9. Precariobelasting De grondslag voor de precariobelasting ligt in artikel 228 Gemeentewet. De gemeente Mook en Middelaar heft geen precariobelasting. RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 6 van 9
0001 10. RioIheffing De rioolheffing is gebaseerd op artikel 228a Gemeentewet. De rioolheffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing. op 8 december 2016 heeft u het Gemeentelijk Rioleringsplan Mook en Middelaar, planperiode 2017 tot en met 2021' vastgesteld. De voorgestelde tarieven voor rioolheffing zijn gebaseerd op dit herziene GRP, waarbij de tarieven de komende 30 jaar met zon 1% stijgen. Voor 2019 komt het tarief dan uit op 237,07 (was in 2018 234,73). Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van het tarief zijn er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 11. Afvalstoffenheffing I reinigingsrecht Afvalstoffenheffing wordt geheven op grond van artikel 15.33 Wet Milieubeheer juncto artikel 219 Gemeentewet. Reinigingsrecht wordt geheven op grond van artikel 229 Gemeentewet. In Mook en Middelaar wordt de afvalstoffenheffing berekend op basis van een vastrecht per jaar en een bedrag per kilo voor het aangeboden gewicht van het afval. Als doelstelling geldt: "Naarmate het afvalgedrag van de burger meer milieuvriendelijk is, wordt dat beloond door lagere kosten voor de burger". Dit leidt tot een splitsing in vastrecht en een prijs per kilo restafval en GET afval. Onder de vaste kosten vallen de kosten die niet van invloed zijn op de hoeveelheden huisvuil en onder de variabele kosten vallen de kosten die wel van invloed zijn op de hoeveelheden afval, zoals de verwerkingskosten van het aangeleverd afval. In verband met stijgende kosten in 2019, stijgen ook de tarieven. Om deze te temperen, wordt voorgesteld om 20k uit de tariefegalisatievoorziening te halen. Hierdoor kan het vastrecht voor 2019 met een paar euro iets dalen. Het saldo van de voorziening wordt dan 53k. Op basis hiervan stijgt het tarief voor gft-afval van 0,07 naar 0,09 en voor restafval van 0,21 naar 0,27. Het vastrecht zou hierdoor dalen van 73,92 naar 71,50. De afvalstoffenheffing is een 100% kostendekkend systeem (inclusief compensabele btw). Op basis van eerder genoemde uitgangspunten leidt dit tot de volgende tarieven: Tarief per perceel 2019 2018 2017 Afvalstoffenheffing Vastrecht per perceel per halfjaar 71,50 73,92 79,04 Restafval per kg 0,27 0,21 0,18 GFT-afval per kg 0,09 0,07 0,06 Reinigingsrecht (excl. btw) Vastrecht per container per halfjaar 35,75 36,96 39,52 Bedrijfsafval per kg 0,27 0,21 0,18 BTW op Reinigingsrecht Het inzamelen van huishoudelijk afval is een overheidstaak op grond van de Wet Milieubeheer. Daarom hoeft bij de afvalstoffenheffing geen btw in rekening te worden gebracht bij de burgers. Het inzamelen van bedrijfsafval is echter een taak die wij uitvoeren als 'ondernemer'. Dit betekent dat bij het opleggen van reinigingsrecht er ook btw in rekening gebracht moet worden bij de bedrijven, welke wij vervolgens bij ontvangst weer moeten afdragen aan de fiscus. Omdat afvalstoffenheffing / reinigingsrecht een gesloten systeem is van baten en lasten, wordt hierbij geen winst beoogd RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 7 van 9
waarvoor naar onze mening geen Vennootschapsbelasting verschuldigd is. Eventuele voor- en nadelen worden geëgaliseerd middels een egalisatievoorziening afvalstoffenheffing. Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van het tarief zijn er verder geen wijzigingen doorgevoerd in de verordening. 12. Leges Leges worden geheven op grond van artikel 219 Gemeentewet. De tarieven van de Legesverordening zijn standaard geïndexeerd met 2,55% (behoudens wettelijke en praktische' tarieven, zoals liggeld in de haven). De legestarieven zijn gestaffeld afgerond, waarbij tarieven tot 100 worden afgerond op 0,05; tarieven van 100 tot 500 worden afgerond op 0,10; tarieven van 500 tot 1.000 worden afgerond op 0,50 en tarieven vanaf 1.000 worden afgerond op 1,00. Wettelijke tarieven ronden wij naar beneden af op veelvouden van 0,05. Het college is bevoegd om wettelijke tarieven, die na vaststelling van de verordening alsnog wijzigen, door te voeren in de tarieventabel. Behoudens enkele redactionele wijzigingen (met name data) en de aanpassing van de tarieventabel is er één wijziging doorgevoerd in de verordening. Dit betreft het schrappen van de overdracht van bevoegdheden aan het college met betrekking tot verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens (oude artikel 10, lid 2, letter f). Dit onderdeel is namelijk vervallen in de tarieventabel door de invoering van de AVG (privacywetgeving). De 'oude' letters g t/m i zijn herletterd in ft/rn h. In de tarieventabel zijn (op hoofdlijnen) de volgende onderdelen gewijzigd: Titel 1, art. 1.1.1.3 trouwlocatie Jachtslot de Mookerheide : vervallen Titel 1, art. 1.1.1.5 verwijzing naar kosten gebruik trouwlocaties: vervallen Titel 1, hoofdstuk 15 Telecommunicatie : geheel vervangen Titel 3, artikelen onder 3.5.3 kadegeld : geheel gewijzigd Juridische aspecten De belastingverordeningen treden in werking na publicatie en bekendmaking. Duurzaamheidsaspecten Participatie aspecten Uitvoering I Planning I Communicatie Ter inzage gelegde belastingverordeningen 2019 behorende bij dit raadsvoorstel: 1. Verordening Onroerende zaakbelastingen 2019 (met voorlopige tarieven); 2. Verordening Forensenbelasting 2019; 3. Verordening Landtoeristenbelasting 2019; 4. Verordening Watertoeristenbelasting 2019; RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 8 van 9
0~ 7 I 5. Verordening Hondenbelasting 2019; 6. Verordening Rioolheffing 2019; 7. Verordening Reinigingsheffing 2019, met bijbehorende tarieventabel; 8. Legesverordening 2019, met bijbehorende tarieventabel, 9. Overzicht baten en lasten afvalstoffenheffing. Mook, 20 november 2018, Het college van burmeester en wethouders van Mook en Middelaar, De secretaris, J.M.G. Smits - de Kinkelder De burgemeester, mr. drs. W. Gradisen RV Belastingverordeningen 2019 (versie raad 2018-12-13) Pagina 9 van 9