Samenvatting door een scholier 3914 woorden 8 november keer beoordeeld. Geschiedenis. De weg naar welvaart

Vergelijkbare documenten
H1 Nederland Industrialisatie: Proces waarbij de productie met behulp van machines tot stand komt.

Samenvatting Geschiedenis Module 5

Samenvatting Geschiedenis Module 3, Welvaart in Amerika en Nederland

Sommige vrouwen uit de gegoede kringen deden werk in de armste wijken en werden geconfronteerd met

Samenvatting door een scholier 4507 woorden 29 mei keer beoordeeld. Geschiedenis

Industrialisatie à proces waarbij de productie in toenemende mate met behulp van machines tot standkomt

Armen waren er slecht aan toe» kindersterfte was enorm hoog, 218/1000» huizen klein, eenzijdig voedsel

5,8. Paragraaf 1.1 Economische ontwikkelingen in Nederland. Paragraaf 1.2 Arm en Rijk. Paragraaf 1.3 Reacties op industrialisatie en Schaalvergroting

Samenvatting Geschiedenis Module 5

Praktische opdracht Geschiedenis New Deal (Roaring Twenties, Roosevelt)

De economische wereldcrisis

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3 paragraaf 1 t/m 5

Samenvatting Geschiedenis De weg naar de welvaart

Alle begrippen en personen op een rijtje: Uitleg van de begrippen. Praktische-opdracht door een scholier 1651 woorden 19 januari 2002

Samenvatting Geschiedenis Module 5: De weg naar Welvaart. Hoofdstuk 1, 2 en 3

5,2. Profielwerkstuk door een scholier 1959 woorden 2 april keer beoordeeld

Burgers en Stoommachines. Tot 1:20

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1 de industri?le samenleving

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 6

heel veel was er nodig.

7.2 Terugblik. Een slechte gezondheidszorg in de negentiende eeuw zorgde voor een hoge kindersterfte. Willem-Jan van der Zanden

Deelvraag: Wanneer brak de industrialisatie in Nederland en de VS door en wat veranderde er daardoor in de samenleving?

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3 De Industri?le Revolutie

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5, par. 2 t/m 9

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4

Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90

Samenvatting Geschiedenis Module 5

Goede tijden, slechte tijden. Soms zit het mee, soms zit het tegen

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3

Het overheidsbeleid in de periode van de economische opbouw na WO II. - Welke rol heeft de overheid in het sturen van de economie?

Werkstuk Geschiedenis Nederland in de 19e eeuw

6,7. Praktische-opdracht door een scholier 4059 woorden 9 juni keer beoordeeld. Geschiedenis. Inleiding:

Examenopgaven VMBO-KB 2004

De kloof wordt breder. Boekverslag door H woorden 15 februari keer beoordeeld. Aardrijkskunde

Samenvatting Aardrijkskunde Paragraaf 1.1 t/m , 1.8

Sectorwerkstuk Economie Economische crisis

UIT de arbeidsmarkt

6,4. Samenvatting door Anna 961 woorden 23 november keer beoordeeld. Geschiedenis GESCHIEDENIS 3 VWO HOOFDSTUK 1: OORLOG EN CRISIS

2,1: Nederlands-Indië, 19 e eeuw

GESCHIEDENIS LES 2 STAP VOOR STAP VOORUIT

Arm en Rijk. Hoofdstuk 2: Arm en rijk in de Verenigde Staten

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 9: Paragraaf 1 t/m 4

H1: Economie gaat over..

Samenvatting Geschiedenis H3

Profielwerkstuk Geschiedenis De economische crisis van 1929

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Toetsvragen geschiedenis toelating Pabo. Tijdvak 8 Toetsvragen

Lees deze tekst in maximaal 8 minuten. Geef daarna antwoord op de vragen.

UIT loonruimte en AIQ v1.1

Na de WOI vluchtte de keizer naar Nederland

Samenvatting Economie H 6

Samenvatting Geschiedenis Staatsinrichting van Nederland

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)

Tijd van burgers en stoommachines De sociale kwestie.

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2

Welke wapens worden voor het eerst gebruikt in de Eerste Wereldoorlog? 1. Geweren en gifgas. 2. Machinegeweren en gifgas. 3. Gifgas en pistolen.

Tijd van burgers en stoommachines Emancipatie en democratisering. Onderzoeksvraag: Hoe werd de politiek gedemocratiseerd?

Wat zijn de oorzaken en gevolgen van het afschaffen van de kinderarbeid in Nederland?

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 3 1 t/m 9

Samenvatting Aardrijkskunde H1 paragraaf 2 t/m 8

Turken in Kreuzberg. Bram Vrielink en Jens Barendsen (2de)

GESCHIEDENIS VOOR VMBO BOVENBOUW 3 VMBO KGT-EDITIE WERKBOEK

Hoofdstuk 2: Het Taylor-Romer model

Eindexamen economie 1 havo 2000-I

14.1. De dolle jaren 20 en de Grote Depressie. p

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Internationale varkensvleesmarkt

Aantekening Geschiedenis Industrialisering

Samenvatting Maatschappijleer Hoofdstuk 1

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 De Romeinen

Samenvatting Geschiedenis 51 een nieuw koninkrijk - 52 liberale revolutie gelijkheid voor iedereen

Groei of krimp? bij Pincode 5e ed. 4GT Hoofdstuk 7 en 4K Hoofdstuk 5 aanvullend lesmateriaal n.a.v. vernieuwde syllabus EC/K/5A: 2

5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1

PUZZEL OMSCHRIJVING. Lestips & werkvormen over de Amerikaanse

Coöperatieve Burgerbank

Praktische opdracht Economie Kredietcrisis in Nederland

UIT arbeidsdeling

Spreekbeurt Aardrijkskunde De Verenigde Staten: land van migranten

Eindexamen maatschappijleer vwo 2003-II

5.4. Boekverslag door B woorden 2 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer. Inhoudsopgave

Eindexamen economie 1 vwo 2001-I

Samenvatting Economie H8

Belangen: Democraten versus Republikeinen

De economische wereldcrisis

Eindexamen economie havo I

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4, Zorg, sociale zekerheid en overheid in Nederland vanaf 1850

Werkstuk Geschiedenis Verzorgingsstaat in Nederland

7,3. De functies van werk: Maatschappelijke positie: de betekenis van werk: Samenvatting door een scholier 1283 woorden 8 juni 2008

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Examenkatern :Sociale zekerheid en verzorgingsstaat in Nederland

17 oktober Onderzoek: Zeven jaar premier Rutte

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Werken of vrije tijd?

De industriële samenleving in Nederland. Hoofdstuk 3. Van stoommachine tot robot. indus_samenleving_2007_2009_vragen.doc

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

Examenopgaven VMBO-BB 2003

Praktische opdracht Economie Derde Wereld schuld

Repetitie Hoofdstuk 11. Punten delen door 60 x

Transcriptie:

Samenvatting door een scholier 3914 woorden 8 november 2004 6 8 keer beoordeeld Vak Geschiedenis De weg naar welvaart De opkomst van de industriële samenleving 1.1 Nl-> 1870->ruim 3 miljoen inwoners. Werkzaam in de landbouw en de dienstensector. Er waren al een aantal echte fabrieken> suiker en aardappelmeel fabrieken. In Twente en Leiden kwamen textielfabrieken met stoommachines. De kindersterfte was in deze periode er behoorlijk slecht aan toe. De uizen in de steden waren klein en bedompt, het voedsel eenzijdig. Alleen maar aardappelen. De gegoedere burgerij begon zich het lot van de armen meer aan te trekken, deels uit eigenbelang, deels door veranderende inzichten. 1890> Doorbraak industrialisatie. De textielindustrie was daarbij de eerste industrie die op grote schaal moderniseerde. Nl is klein, met een kleine afzetmarkt, grote moderne industrien kunnen alleen ontwikkelen als er goede exportmogelijkheden zijn. Kolonie Nl-Indie kwam dus goed uit. De textielindustrie en later de chemische industrie ontwikkelden zich in Twente en Brabant en niet in het westen. Dat kwam omdat de arbeid in het zuiden en oosten veel goedkoper was. Na 1890> Duitsland ging zich stormachtig ontwikkelen, Nl profiteerde daarmee aan hun gunstige ligging. Rtterdam werd de grootste transitohaven= een haven waar allerlei goederen van overzee worden overgeslagen en doorgevoerd naar andere landen. Na1895> stijging van de welvaart. Er kwamen steeds meer consumptieartikelen in de middenklasse. Rijken staken geld in aandelen van Nlse bedrijven. Dankzij grote ollievoorraden in Nl-Indie kreeg Nl een oliemaatschappij, Koninklijke Olie, later Shell. De mensen trokken naar de steden waar steeds meer werk te vinden was. 1.2 De toenemende welvaart kwam voor een groot deel bij de rijkere, die daarvan flink wat spaarden. De armen hadden ook iets meer te besteden, omdat de prijzen van vooral landbouwproducten lager waren geworden. Goedkoop graan uit de Vs bijv Er ontstond dus ook meer vraag naar luxe producten zoals suiker en tabak. Nl was van oudsher een land waar veel mensen konden lezen en schrijven. Onderwijs was de manier om hogerop te komen. De meeste rijken hadden kapitaal geërfd, ze konden beschikken over driekwart van het nationaal inkomen. 1.3 1887> Overheid hield een enquête om een beeld te krijgen van de arbeidstoestanden in fabrieken en werkplaatsen. Steeds bleek dat het werken in fabrieken werd afgekeurd. Veel bazen vonden fabriekswerk vooral voor vrouwen onfatsoenlijk, het was bovendien ook ongezond. Veel mensen wouden iets doen aan de ellende van de arbeiders. Er werden vakbonden en later ook socialistische politieke partijen opgericht. De geschoolde arbeiders, de werklieden waren de eersten die zich gingen organiseren in vakbonden. Zoals https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 1 van 8

het ANWV (Algemeen Nederlands Werklieden Verbond). Socialistische vakbonden kwamen later op onder invloed van de wereldwijde crisis. NVV (Nederlands Verbond voor Vakverenigingen. Ook werden er Confessionele Vakbonden opgericht, kerken waren bang dat zij arbeiders onder hun leden zouden verliezen door het Socialisme. Zij organiseerden hun eigen vakbonden waardoor er een verzuilde vakbeweging ontstond. De SDAP (Sociaal-Democratische Arbeiderspartij, werd in 1894 opgericht onder leiding van Jelle Troelstra. Vrouwen hadden andere hulpprogramma s opgezet. Zij streden tegen prostitutie en drankmisbruik. Ze richtten opvanghuizen voor ongehuwde moeders op en volkshuizen waarin arbeiders cursussen konden volgen. 1.4 Sommige Liberalen in Nl begonnen te twijfelen of de afzijdigheid van de overheid wel zo verstandig was. De problemen die de industrialisatie en daarmee gepaard gaande urbanisatie opriepen, werden steeds erger. Deze Liberalen zorgden er daarom bijv. voor dat er vanaf 1874 wetten kwamen die eerst de kinderen en later ook de vrouwen in de fabrieken beschermden. De confessionelen partijen vonden het toch meer de verantwoordelijkheid van de mensen zelf(familie, kerk) om in tijden van nood bij te springen. Tot 1917 lagen de confessionelen, liberalen en socialisten nog met elkaar in de clinch over het onderwijs, het algemeen kiesrecht en de sociale kwestie. 1.5 In 1865 had de Vs een vreselijke burgeroorlog achter de rug. In 1869 was de verbinding per spoor van de oostkust naar westkust klaar en kon in 1 maand van kust tot kust gereisd worden. Tarwe mais en katoen waren de belangrijkste landbouwproducten. In het noordoosten bevonden zich de grote industrieën. Vooral textielindustrie maar ook staal en machinefabrieken. Veel mensen uit de oude wereld stonden te popelen om te vertrekken naar de nieuwe wereld. Om een eigen boerderijtje en een eigen stukje land te verwerven. John D. Rockefellers motto was to pay nobody a profit. Deze boekhouder werd 1 van de rijkste mannen van Amerika. Hij begon met het kopen van olieraffinaderijen en kocht beetje bij beetje alle bedrijfstakken die daar iets mee te maken hadden. Zodat hij alles in eigen hand kon houden en geen winsten aan anderen hoefde uit te betalen. De variatie in uitvinden was enorm, het raffineren van olie, koelwagons, de typmachine, de telefoon en gloeilampen. 1.6 Andrew Carnagie, begon op 13 jarige leeftijd als hulpje in een textielfabriek en eindigde als eigenaar van het grootste staalbedrijf ter wereld. Zijn rijkdommen wou hij niet allemaal naar zijn kinderen nalaten maar ook aan goede doelen besteden. Met als gevolg dat de mensen die er van profiteerden zich verder konden ontwikkelen. 1.7 De VS was het land van zelfstandige boeren. De mensen die erheen gingen wilden een eigen stukje grond, dat zelf bewerken en geen gezeur van andere landheren. Amerikanen zagen hun armoede en uitbuiting als iets tijdelijks, iets dat bij het immigrantenbestaan hoorde. Intussen waren de werkdagen lang, het aantal ongelukken in de fabrieken erg hoog. Daarvoor kwam de vakbond AFL American Federation of Labor. Geleid door een Nlse man Samuel Gompers. Streef voor hogere lonen en betere arbeidsomstandigheden. Jane Adams startte een beweging van volkshuizen. In die huizen werden immigranten opgevangen en ook crèches voor kinderen georganiseerd. https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 2 van 8

1.8 Vanaf het moment dat de eerste 13 staten zich uitriepen tot de VS hebben de Amerikanen moeite met het idee van een overheid die mensen in hun vrijheden kan beperken. Op lokaal niveau was alles (schoolbesturen, politie, enz) zeer democratisch georganiseerd en een centrale overheid, die ergens in een verre plaats wetten en regels bedacht, was een beetje verdacht. De ondernemers hadden de meeste invloed op de centrale overheid. Grote industrieën werden dan ook gesteund met hoge importtarieven en grote bedrijven, die concurrentie en dus de vrije markt probeerden te ondermijnen, kregen alle steun. Voor arbeiders en boeren was geen aandacht. Die aandacht kwam wel vanuit de progressive movement. Een hervormings beweging die zich o.a. inzette voor meer democratie, een betere overheid en het uitbannen van de corruptie. De president Theodore Roosevelt (1901-1909) en Woodrow Wilson (1913-1921) waren de eerste presidenten die dat begrepen en de grote bedrijven durfden aan te pakken. Beschermende wetgeving voor vrouwen en kinderen kwam zeer langzaam op gang, omdat dat iets was dat per staat geregeld moest worden. Van roaring twenties naar crisis 2.1 In de jaren 20 was in Amerika vooral de industrie die zich met de productie van duurzame consumptieartikelen bezighield, de auto industrie en de daarvan afhankelijke bedrijfstakken. Het bedrijfsleven veranderde enorm. Rationalisatie en efficiency waren de sleutelwoorden. Er werd van alles bedacht om de productie zo snel en goedkoop mogelijk te maken. In andere industrietakken ging het helemaal niet zo goed. In de textielindustrie, spoorwegen en kolenmijnbouw was een grote structurele werkloosheid ontstaan. Met de landbouw ging het nog slechter. Tijdens de eerste WO hadden de Amerikaanse boeren een deel van de Europese productie overgenomen. De boeren hadden dus geld geleend en flink uitgebreid. Toen de Europeanen weer zelf hun voedsel gingen verbouwen, zaten de Amerik.. boeren met een geweldige overproductie en enorme schulden. Velen konden die niet betalen en gingen failliet. Voor de plattelandsbanken was dat ook nadelig. Die raakten alle reserves kwijt die ze opgebouwd hadden. Toen de crisis uitbrak, konden de banken de klap niet meer opvangen. Het toezicht van de overheid op het bankwezen van dik onvoldoende. Geld lenen om mee te speculeren was door het beleid van de centrale bank gemakkelijk en goedkoop. Er ontstond een situatie waardoor de Arb. Prod. Hoger werd maar de inkomens van de mensen groeiden niet mee. Dit leidde tot overproductie. 2.2 Het optimisme en het geloof in het vrije marktmechanisme was door de economische vooruitgang tot ongekende hoogte gestegen. Harding en Coolidge, de presidenten van de jaren 20, waren Republikeinen die er vooral op uit waren de omstandigheden voor het bedrijfsleven optimaal mogelijk te maken. Het enige punt van de Progressive Movement dat in de jaren 20 overeind bleef, was de afkeer van de alcohol. Dat leidde tot een alcoholverbod dat vanaf 1 jan 1920 van kracht werd in Am.. Iedereen dronk gewoon door en de georganiseerde misdaad werd bijna slapend rijk. De landbouw en de financiele sector stonden er erg slecht voor, de inkomens waren zeer scheef verdeeld en de beurskoersen waren totaal niet meer gebaseerd op de werkelijke winstverwachtingen van bedrijven. 2.3 Op 29 oktober 1929 spoedden de grote aandeelhouders zich naar Wallstreet. Zij konden niet geloven wat er gebeurde: de beurskoersen stortten volledig in. Meer dan 16 miljoen aandelen werden verkocht voor bodemprijzen. Mensen konden hun leningen niet meer betalen. Banken gingen op grote schaal failliet https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 3 van 8

omdat zij door de al eerder opgetreden crisis in de landbouw geen reserves meer hadden. Mensen kochten niets meer, fabrieken en andere bedrijven moesten daardoor sluiten. Zwarten, Amerikanen van Mexicaanse afkomst, getrouwde vrouwen en ongeschoolde arbeiders waren de eersten die ontslag kregen. Wanhopige boeren lieten hun melk demonstratief weglopen en verbranden hun graan omdat het toch niets waard was en je er nog tenminste warm van werd. De nerveus geworden regering gaf het leger en de politie de opdracht er flink op los te slaan. Wanhopig, uitgeblust, moe en lamlendig. Zo voelden de Amerikanen zich eind 1932. De mensen zochten de schuld bij henzelf, Amerika was tenslotte het land van de Selfmade Man. Veel mensen die alles waren kwijtgeraakt, zwierven in hun auto rond op zoek naar werk. Op sommige plaatsen ontstonden hele dorpen met hutjes vol werklozen: Hoovervilles genoemd. 2.4 President Hoover was een principieel man. De federale overheid mocht wat hem betrof hooguit een beetje adviseren. Zijn opvolger, president Roosevelt, had een heel andere uitstraling. Hij zei in zijn radiopraatje tegen de mensen om niet hun geld onder hun matrassen te bewaren, maar weer naar de banken te brengen, deden de mensen dat ook. Het bankwezen moest men enorme overheidssteun weer op de been geholpen worden. De New Deal, het pakket maatregelen wat Roosevelt presenteerde, was niet bedoeld als een revolutionair afscheid van het verleden. Voor het eerst nam de overheid op grote schaal verantwoording op zich voor het lot van haar burgers. Wetten(acts) Uitvoeringen (administrations). De boeren kregen te maken met de invoering van de Agricultural Adjustment Acht. Ze moesten hun productie beperken, zodat de overproductie afnam en de prijzen weer zouden gaan stijgen. Eerst werden de werklozen aan geld geholpen door de Federal Emergency Relief Act. De Works Progress Administration werd in 1935 opgericht om al die projecten op te zetten en uit te voeren. Een groot project dat veel werkgelegenheid opleverde, was de bouw van stuwdammen in Tenessee met een tweeledig doel: elektrificatie van het platteland en modernisering van de landbouw in de achterlijke gebied. De National Industrial Recovery Act riep de meeste politieke weerstand op, de meeste van de kant van het bedrijfsleven. De bedoeling was dat het bedrijfsleven met hulp van de overheid, afspraken zouden maken over lonen prijzen en arbeidsvoorwaarden. Minimumlonen maximumwerktijden en een verbod op kinderarbeid maakten er deel van uit. Doordat de grote bedrijven niet bereid waren de gedetailleerde voorschriften die zij van de NRA ontvingen uit te voeren werd die door het Supreme Court onwettig verklaard. In Roosevelt s nieuwjaarstoespraak van 1935 zag hij zich genoodzaakt om een beroep te doen op het gelijkheidsideel van de Amerika.. Er kwam in 1935 ook nog een Social Security Act, zodat er ook in Amerika een nog zeer eenvoudig systeem van sociale verzekeringen ontstond. Tot 1936 had de New Deal succes. Er werd bezuinigd. Noch de mensen noch het bedrijfsleven had voldoende vertrouwen om zelf meer te gaan besteden. Pas tijden de 2e WO verdween die werkloosheid. Roosevelts bereikte niet iedereen met zijn programma s. Zwarte pachters, landarbeiders en vrouwen werden niet of nauwelijks door de regering gezien en geholpen. 2.5 De programma s waren verzuild, net als de rest van het maatschappelijk leven. Daardoor waren de opkomende massamedia vanaf het begin in Nl veel minder commercieel dan de Amerikaansen. De Nlse economie ontwikkelde zich op grote afstand van de Amerikaanse. De concentratietendens die in Amerika al veel eerder was opgetreden, kwam in Nl pas na de 1e Wo op gang. De kapitaalindustrie (staal https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 4 van 8

scheepsbouw, machinebouw, elektrische motoren) ontwikkelde zich verder. Hoogovens Nls enige staalfabriek werd in 1918 opgericht. In Nl was het parool van de overwegend conservatieve regeringen precies hetzelfde als in Amerika. 1918> grote politieke onrust in Europa. De socialisten dachten dat het tijd was om de arbeidersrevolutie ook in Nl te ontketenen. Dat bleek een grote vergissing te zijn van de socialistische voorman Troelstra. De regering was dusdanig erg geschrokken dat er een aantal wetten tot stand kwamen. Een invaliditeitswet en een ouderdomswet. De grootste doorbraak was de arbeidswet die de achturige werkdag mogelijk maakte. 2.6 Een geïmporteerde crisis, zo kun je de crisis die nu ook in Nl uitbrak schetsen. Betekende dat Nl afhankelijk was van andere landen. De export en import werden in korte tijd gehalveerd. Philips verplaatste een deel van de productie naar het buitenland, om de importtarieven te ontlopen. Fabrieken probeerden door de kosten te verlagen de concurrentie af te troeven. De lonen werden keer op keer verlaagd. Negentien doden vielen er toen er een bom werd gegooid op de Zeven provinciën een schip van de marine. Daar was muiterij uitgebroken als protest tegen de verlaging van de ambtenarensalarissen. Als je moest terugvallen op gaarkeukens, klompen en schooluniformen die door de uitkeringsinstanties werden verschaft en ondergoed droeg met het rode stempel van de steun, dan had je vaak je laatste trots moeten inleveren. 2.7 Bijna de helft van de werklozen kreeg geen hulp. In de meeste gevallen ging het dan om vrouwen, jongeren en ongeorganiseerden (mensen die niet bij een vakbond waren aangesloten). Diegenen die geen hulp kregen, hadden in de ogen van de regering geen waarde voor het productieapparaten moesten zich maar tot de armenzorg wenden. De Ruys Beerenbrouck was de katholieke minister-president toen de crisis uitbrak. Hij wist weinig anders te verzinnen dan bezuinigen op ambtenarensalarissen en werkloosheidsuitkeringen. Zijn opvolger Colijn van de Anti Revolutionaire Partij, vond dat Nl zich maar moest instellen op een lager welvaartspeil. Hij hield zich vast aan de Gouden Standaard. Er waren wel mensen die een andere visie op de crisis hadden. Zoals een aantal economen binnen de SDAP. Hun Plan van de Arbeid was gedeeltelijk geïnspireerd op de New Deal. Het verzag in grote openbare werken (wegen, waterleiding op het platteland), waarvoor de overheid flink wat geld voor moest lenen. Ook ordening en meer planning van de economie waren een onderdeel van Het Plan. Van oorlogseconomie naar welvaartsstaat 3.1 Economie werd volledig op zijn kop gezet. Er ontstond een groot tekort aan arbeiders. Vrouwen die eerst niet hoefden te werken moesten dat nu wel. Zwarten trokken naar het zuidwesten, waar de meeste wapenfabrieken en scheepswerven waren gevestigd. Amerika kwam zowel op militair als op economisch terrein het sterkst uit de strijd. President Truman, opvolger van Roosevelt, deed zijn best om ervoor te zorgen dat de veteranen die terugkeerden goed begeleid en geschoold werden, zodat zij weer soepel in het arbeidsproces werden opgenomen. Oorlogsindustrieën schakelden snel over op de productie van duurzame consumptiegoederen, de mensen hadden tijdens de oorlog veel geld verdiend en gespaard. Truman was van plan om de New Deal voort te zetten in de Fair Deal. Hij slaagde erin een hoger minimumloon, uitbreiding van de Social Security Act, een woningbouwprogramma en steun aan de boeren door het Congres te krijgen. Hij kon zijn ideen over de uitbreiding van de sociale wetgeving niet https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 5 van 8

verwezenlijken. Daarvoor zijn 2 redenen te noemen: - hij kreeg te maken met een Republikeins Congres. - hij had zijn handen vol aan de Koude Oorlog die in 1949 in alle hevigheid was uitgebroken. Babyboom: De mensen waren optimistisch. Het geboortecijfer, dat flink was gedaald tijdens de depresse, steeg na 1946 enorm. Deze babyboom leidde op zich al tot een toename van de vraag, bijv. naar huizen, onderwijs en auto s. Van 1945 tot 1970 groeide de economie elk jaar met 3,5%. Dat kwam vooral door de enorme groei van de productiviteit, door toepassing van nieuwe productietechnieken. De grote rol van de overheid zorgde ervoor dat de groei stabiel was. Sociale verzekeringen zorgden ervoor dat in tijden van een recessie het inkomen van de mensen enigszins op peil bleef. De overheid zelf besteedde ook veel meer geld, vooral voor defensiedoeleinden. Degenen die het meest van de nieuwe welvaart profiteerden waren de (blanke) arbeiders en de middenklasse, ook profiteerden zij van de maatregelen in het kader van de New Deal. De president die deze periode van toenemende welvaart en eenvormigheid symboliseert, was de patriarchale, goedgehumeurde Republikein Eisenhower. Hij bleek een handige politicus te zijn die absoluut niet van plan was om de verworvenheden van de New Deal af te schaffen. 3.2 John F. Kennedy won de verkiezingen tegen Eisenhouwer met de kleinst mogelijke marge. Van zijn plannen om de nog resterende armoede te bestrijden kwam niet veel terecht. Hij werd tegen gewerkt door een coalitie van conservatieve Democraten en Republikeinen. Op 22 nov. 1963 werd hij in Dallas vermoord. Een kleine groep jongeren zette de toon met een nieuwe combinatie van muziek, kleding en gebruik van verdovende middelen. De dienstplicht in de oorlog in Vietnam was ook een belangrijke oorzaak voor de onvrede van jongeren. Deze oorlog leidde ertoe dat Johnson van zijn plannen voor een Great Society niet veel terecht zag komen. Begin jaren 70 ging het mis met de wereldeconomie. Het besef dat de voorraad grondstoffen, zoals olie niet oneindig was, leidde tot forse hoge olieprijzen. De economie was te eenzijdig: Teveel afhankelijk van de auto-industrieën en van goedkope grondstoffen. De oplossing van de stagnatie was: belastingen omlaag en de vrije markt zijn werk laten doen. Daarnaast moest er een streng monetair beleid gevoerd worden. De geldhoeveelheid moest in de hand gehouden worden. Met dit beleid begon Nixon die zich liet adviseren door de econoom Milton Friedman. Het congres zorgde ervoor dat de belangrijkste sociale voorzieningen in stand bleven. De Amerikanen bleven ook flink veel besteden, op krediet. Reagans opvolger Bush kreeg de rekening voor het beleid van zijn voorgangers gepresenteerd. Bush trok zich niets van de binnenlandse economie aan. Op het gebied van de buitenlandse politiek viel veel meer eer te halen. It s the economy, stupid!. Was Clinton s uitspraak. Clinton beloofde verandering. In het eerste jaar lukte het hem nog wel om een begin te maken metg het terugdringen van het financieringstekort. De economie begon weer te groeien, maar Clinton kreeg een in meerderheid Republikeins Congres tegenover zich. Weer stond de regering en de president machteloos als het om ingrijpen in de economie gaat. 3.3 Van de wegen en bruggen, de fabrieksinstallaties en de havens van Rotterdam was nagenoeg niets meer over na de oorlog. De landbouwgronden stonden voor een groot deel onder water. Geld om de https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 6 van 8

noodzakelijke importen te bekostigen was er niet, en het vroegere afzetgebied van de Nlse bedrijven - Duitsland- lag evenzeer in puin. 1950> oorlogsschade hersteld. De drie belangrijkste factoren die hebben bijgedragen tot het snelle herstel waren: - Het beleid van de overheid - De inzet van de Nlse bevolking - Marshall-Hulp Als er geen drastische maatregelen genomen werden, zou er een grote werkloosheid ontstaan. De werkgelegenheid in de landbouw nam snel af. Er moest een alternatief komen: Nederland werd een industrieland met een grote export door particuliere ondernemingen. De overheid moest daarvoor de voorwaarden creëren zodat de ondernemingen zo min mogelijk risico liepen. Werknemers moesten genoegen nemen met lage lonen. De overheid richtte de herstelbank op, die grote bedragen in de industrie investeerde. Vooral de metaalnijverheid en de chemische industrie profiteerden daarvan. Een goed socialezekerheidsstelsel en een acceptabele inkomensverdeling stonden hoger op de agenda dan looneisen. Rationele bedrijfsvoering, massaproductie, modern personeelsbeleid en zelfbediening werden op den duur normale zaken. 3.4 In de twintig jaar na 1953 zou Nl ingrijpend veranderen. Alles kwam er anders uit te zien, er werd gebouwd, verbouwd, verkaveld en gekocht, enorm veel gekocht. De koopkracht verviervoudigde deze periode. De chemische nijverheid en de metaalsector ontwikkelden zich verder. Er werd in 1959 in Slochteren een aardgasbel gevonden wat goed uit kwam. Hiermee kon aan een groot deel van de toenemende energiebehoefte worden voldaan. De bedrijven werden steeds groter. In 1972 waren de 5 multinationals (Philps,Shell,Akzo,Uniliver,DSM) verantwoordelijk voor 15% van de werkgelegenheid. Deze bedrijven hadden veel geleerd en richtten zich veel op de verhoging van de arbeidsproductiviteit. De arbeidsmarkt was zo overspannen, dat werkgevers zwart hogere lonen gingen uitbetalen of allerlei beloningen in natura bedachten. Als snel na de oorlog was door de rooms-rode coalities (PvdA en KVP) onder leiding van Drees een begin gemaakt met de opbouw van de verzorgingsstaat. Dit betekende dat de overheid zowel op het materiële vlak (uitkeringen voor ouderen,zieken,werklozen)als op het immateriële vlak (begeleiding en voorlichting) uitgebreide voorzieningen creëerde. Na de crisis wilden de meeste Nederlanders maar 1 ding. Een zeker bestaan binnen de geborgenheid van het gezin. De kostwinnerstoeslag en de kinderbijslag zijn voorbeelden van voorzieningen die zo n leven mogelijk maakten. De jongeren waren op het gebied van het consumeren de trendsetters, ouderen volgden later. Koelkasten, wasmachines, tv s en auto s vonden op grote schaal hun weg naar de Nlse gezinnen. 3.5 Ook in Nl sloeg de oliecrisis en de economische crisis hard toe. De minister-president in deze periode, Den Uyl, vond het nodig om een ernstige toespraak te houden voor de tv waarin hij aankondigde dat het nooit meer zou worden als het geweest was. Daarmee bedoelde hij dat er een einde gekomen was aan de snelle toename van de welvaart. Nl zat met een aantal specifieke problemen opgescheept. Ten eerste was de Nlse economie zeer kwetsbaar door de enorme afhankelijkheid van de export. Ten tweede was door de wijze van financiering van de groeiende overheidstekorten de inflatie hoog. Ten slotte had de groeiende collectieve sector via hogere premies en belastingen voor hogere loonkosten gezorgd. De PvdA verdween uit de regering. Minister-president Lubbers van het CDA leidde tussen 1982 en 1994 drie regeringen, de https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 7 van 8

eerste twee samen met de VVD, de laatste samen met de PvdA. In de jaren 70 werd er door de vakbeweging nog wel eens flink geprotesteerd, in de jaren 80 werd er onderhandeld. Loonmatiging, bezuiniging en dereguleren waren woorden die in ieders mond bestorven lagen. Uitkeringen en lonen werden ontkoppeld en het socialezekerheidsstelsel werd voor een deel geprivatiseerd. Overheidsbedrijven zoals de PTT(nu KPN) en NS werden zelfstandig. Dit beleid werd in de jaren 90 weer voortgezet onder leiding van Wim Kok (PvdA). Wel werden de lonen en uitkeringen weer gekoppeld, omdat de groei van de economie dat mogelijk maakte. Clinton kwam z n licht opsteken over het Nederlandse poldermodel, zoals de Nederlandse overlegeconomie genoemd werd. De arbeidsprod. in de industrie behoorde tot de hoogste van de Wereld na Amerika. Er waren allerlei nieuwe bedrijfstakken ontstaan, waarvan de automatisering de belangrijkste branch was. Aan het eind van de jaren 90 stond de economie er in Nl weer goed voor ook al bleef het aantal inactieven hoog. 3.6 Als Amerika en Nederland in hun ontwikkeling na de 2e WO naast elkaar worden gezet, valt op dat het startpunt geheel verschillend was. Maar dat de 2 landen aan het einden van de 20ste eeuw steeds meer op elkaar zijn gaan lijken. De auto, tv een socialezekerheidsstelsel, de opkomst van moderne technologieën als motor van de economie. Het grootste verschil tussen de Vs en Nl zit hem in de rol van de centrale overheid en het vertrouwen dat de mensen in de overheid hebben. De verschillen tussen arm en rijk zijn in Nl veel kleiner, het sociaal vangnet is veel groter, en de achterdocht t.o.v. de overheid en de weerzin tegen belastingen zijn veel minder. https://www.scholieren.com/verslag/19780 Pagina 8 van 8