Alle Hens Maandblad. Hoog en droog in Californië. Logistiek puzzelen op zee. Koninklijke Marine november 2008



Vergelijkbare documenten
Voorwoord. Daarna ging ik praten met Chitra, een Tamilvrouw uit Sri Lanka. Zij zette zich in voor de Tamilstrijd.

Incidentele inzet Europese buitengrenzen

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Een week varen met de morgenster. Suzanne van Tilborg.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2018

Netje is een meid! Vrolijke meid, uit een vissersdorp!

van de TFU, Welkom thuis! Eindhoven.

LES 4. Handelingen 12:1-19; Van Jeruzalem tot Rome: Verlost uit de gevangenis blz

Growth & Reflection. Opleverdatum: 18 juni 2014

EFFECTIEF LEIDINGGEVEN. Een gave of een vak?

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum Betreft Inzetbaarheidsrapportage eerste helft 2018

Wat is PDD-nos? VOORBEELDPAGINA S. Wat heb je dan? PDD-nos is net als Tourette een neurologische stoornis. Een stoornis in je hersenen.

Zaken voor mannen. Verhalen van mannen met epilepsie

Wees duidelijk tegen je klanten

ASSERTIVITEIT. beter communiceren vanuit jezelf

POP. Persoonlijk ontwikkelingsplan. Robin van Heijningen

Boventallig? Pech. Of toch niet?

Medewerkerbetrokkenheid. 1. Werk aan medewerkertevredenheid. Betrokkenheid uit jezelf. Waarom zou iemand het maximale inzetten voor een werkgever?

Opvang na uw uitzending. Dienstencentrum Bedrijfsmaatschappelijk Werk

Verslag van een ervaringsdeskundige. Nu GAP-deskundige.

Uittreksel uit het verslag door de eskaderstaf van eskaderreis 1/04. Eskaderreis 1: European Adventure van 17 februari tot 6 juli.

Luisteren naar de Heilige Geest


MINISTERIE VAN DEFENSIE WERKGROEP STAAL EERSTE DRUK, NOVEMBER 2007 VISIE LEIDINGGEVEN

Lees Zoek op Om over na te denken

De onderofficier maakt hét verschil. Beleidsvisie onderofficieren Koninklijke Marine

Hoe gaat het in groep 1/2 b

Gefeliciteerd. De allerbelangrijkste regel als we het hebben over kinderen en honden is:

Meer succes met je website

De workshop Coachend leidinggeven wordt incompany gegeven en op maat aangeboden.

Nederlanders aan het woord

Soms ben ik eens boos, en soms wel eens verdrietig, af en toe eens bang, en heel vaak ook wel blij.

Test over resultaatgericht managen en coachend leidinggevenden

Meer plezier door slimmer werken

Psychisch verzuim voorkomen kán! Zo werk je prettiger!

rust zetten. rust gezet) Commandant der Strijdkrachten.

Hoofdstuk 2. Contact maken, inlichtingen verstrekken en onderhandelen

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

Medic Special Forces: de hogere kunst van het pleisterplakken

Evaluatie project webshop 2.0

Ik ben de Klomp. Europees landbouwbeleid groep 5-6. De Klomp is een boer. Wel een hele aardige boer. Maar wel met een boer n accent.

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

Spreekpunten staatssecretaris ter gelegenheid van 65 jaar vrouwen in de Krijgsmacht op 2 december te Utrecht.

Bonus: Hoe goed ben jij momenteel?

Checklist Ervaringsgerichte vragen per competentie

hoe we onszelf zien, hoe we dingen doen, hoe we tegen de toekomst aankijken. Mijn vader en moeder luisteren nooit naar wat ik te zeggen heb

FOUT VRIENDJE? PAS OP! Hulp. Internet. Heb je vragen? Bel dan naar Meldpunt Jeugdprostitutie, tel.:

Beeld Hoofdstuk 5. Uitgeschreven tekst. NL test

Rapportage Competenties. Bea het Voorbeeld. Naam: Datum:

Vervoer gevaarlijke stoffen

Teamleidersmap. FC Blauw-Wit Amsterdam

DAGORDER. Twee mensen die de afgelopen jaren zo hebben gevochten voor Defensie, voor onze krijgsmacht.

Gratis Rapport : Wat Te Doen Voor, Tijdens En Na Je Eerste Marathon. - Eelco de Boer -

E-PAPER. Drie praktische tips om je werk als apothekersassistent(e) leuker te maken!

Presentatie Tekst Top plan (talentontwikkelingsplan) Amy Kouwenberg OABCE1A

De jongen weet dat hij niet in slaap moet vallen. Want dan zullen dieven zijn spullen stelen. Ook al is het nog zo weinig wat hij heeft.

SDWNIEUWS. > En nog meer! Informatie voor cliënten, ouders en cliëntvertegenwoordigers september 2011

Training Leiderschap, inspireren, motiveren en coachen

Een wat strenge stem, hij wil graag officiëler klinken dan hij in wezen is.

10 tips voor begrijpelijke AWBZ-formulieren

PSO. Bekijk het VeVa-introductiefilmpje. Houd dit werkblad erbij en beantwoord na het kijken de vragen.

ROFFELTJE. Hij ziet het niet

Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen gekregen. Wilt u meer weten over dit keurmerk kijk dan op de website:

Mariëtte Middelbeek REDDERS LANGS DE KUST VERHALEN UIT DE REDDINGBOOT. Muitgeverij. marmer

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Kernkwaliteiten zoals ontwikkeld en beschreven door D. Ofman. 1. Inleiding. 2. Kernkwaliteiten. 3. Kernkwaliteit en valkuil. 4.

OVER VITALITEIT; WAAROM PAMPEREN FIJN LIJKT MAAR MACHTELOOS MAAKT

Een land waar. mensen goed geïnformeerd zijn over handicaps

Leergang Talentontwikkeling Groeien in persoonlijk leiderschap

Groot in kleinschalig werken

Je motivatie vormt de basis om dingen te veranderen.

Spreektekst staatssecretaris Jack de Vries voor de werkconferentie van de Management Development training van het ministerie van Defensie.

De Bekwame Bestuurder. Humphry Peter 30 Oktober 2010

Een meneer heeft veel ballonnen. Hij roept: Kinderen, kom erbij! Mijn ballonnen die zijn gratis. Wie wil een ballon van mij?

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Het geheim van de Kolibriwerf

Training Teamleiderschap

Sindbad. De Vier Windstreken

KOERSEN OP SUCCES Workshops strategische teamontwikkeling

Zoveel verschillende. mensen,. zoveel verschillende. uitvaarten...

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

HET VERHAAL VAN KATRIN


Meer aandacht geven is ook een vorm van verwennen

Gaat u elke ochtend fluitend aan de slag?

Situationele Tools in de context van Maatwerkbedrijven

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

STICKY STORY DE NIEUWE MANIER OM EEN ELEVATOR PITCH TE MAKEN DIE BLIJFT HANGEN

Bij. research. Gemaakt door: Flore Wassenberg A3c Stage gelopen bij Ron en Janne.

Elke dag wisselen vele collega s in het hart van de operatie van functie.

Leiderschap is van iedereen

Les 3 Samenvatten Leestekst: Verhuizen. 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen welke vraag we onszelf moesten stellen om te kunnen samenvatten?

Sport en jeugdhulp gaan heel goed samen

2 15 kilometerwedstrijden, maar toch niet helemaal...

Een mysterieuze uitnodiging

eflectietool Reflectietool Reflectietool Reflectietool Test jezelf op professioneel ondersteunen

Peter van den Bijllaardt

Transcriptie:

Alle Hens Maandblad van de Koninklijke Marine november 2008 Hoog en droog in Californië Logistiek puzzelen op zee

Colofon: Alle Hens Maandblad van de Koninklijke Marine Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Hoofdredacteur: LTZSD 2OC KV V.J.G. Strijbosch Redacteurs: LTZSD 2 KV B. Wijnandts LTZ 2OC M. F. van der Maas Aan dit nummer werkten verder mee: LTZSD 2 OC A.C. Gelijs LKOLMARNS KMR E. Kronenberg Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag Adreswijzigingen KM-personeel: Doorgeven aan Bureau Administratie of via DCHR Telnr.: 0800 225 57 33 DSN *06-733 Adreswijzigingen veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150 Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (s 0,10 per minuut) www.aboland.nl Opzegtermijn zes weken Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Het Nieuwe Diep 5 Het Paleis, kamer 213 MPC 10A / Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0223 657 620 / 657 660 DSN 209 57620 / 57660 E-mail: allehens@mindef.nl E-mail redactieraad: redactieraad.allehens@mindef.nl Internet: www.marine.nl Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 17 november 2008. Abonnementsprijs: 17,02 (buitenland 21,55 per jaar) Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding. ISSN 0024-0389 Cover Hr.Ms. Rotterdam vereeuwigd vanuit het dok van haar zusterschip tijdens de oefening Joint Warrior. (Foto: Rob Gieling) 4 8 12 16 4 8 10 12 16 28 22 26 32 39 Inhoud Gepuzzel Grenzen bewaken, guerilla s bestrijden en voor diplomatieke stabiliteit zorgen. En dat terwijl 1200 mensen aan boord moeten eten, drinken en slapen. Het was een uitdagende puzzel voor NLMARFOR tijdens Joint Warrior 08 om de status van operationeel inzetbaar te verkrijgen. Korte lijntjes Herkenbaarheid en bestuurbaarheid binnen het CZSK moet beter, meent schout-bij-nacht Nagtegaal. Daarom voert hij in het bestuur enkele veranderingen door die het CZSK een impuls moeten geven. Van d tjes en i tjes De eerste modules over de sociale aspecten van leidinggeven zijn gegeven in het PMT De Duif in Den Helder. Hoe ziet deze cursus er uit en wat vinden de eerste deelnemers ervan? Werf in de West Poko poko kent de afdeling Materieel Logistiek op Curacao niet. Van landrovers, RHIB s tot 60 mm mortieren en kustwachtercutters: MATLOG zorgt voor de instandhouding van al het materieel in de West. De grote verbouwing in Bujumbura Overste Kronenberg werkt in Burundi aan de vrede nadat het land na de genocide van 2004 langzaam weer overeind komt. Zijn grootste project is de renovatie van zeventien kazernes. Bergtraining USA Een keertje geen regen voor de mariniers die dit jaar hun bergtraining afwerkten. Drassige gronden en modder werden ingeruild voor de hoge bergtoppen en felle zon van Californië, USA. En verder: Langszij bij Sport Logboek Mensen & Mutaties

Gedreven professionals De Koninklijke Marine is het maritieme deel van de Nederlandse krijgsmacht, dat zich met vloot en mariniers wereldwijd inzet voor veiligheid op en vanuit zee. Deze visie geeft de wereldwijde inzet van onze marine weer, die veel van ons personeel en hun thuisfront vraagt. In de dagelijkse praktijk laten onze mensen in Nederland en ver daarbuiten keer op keer zien dat zij goed opgeleide en gemotiveerde professionals zijn die, naast dat ze hun vak goed verstaan, ook met enthousiasme, gedrevenheid en bezieling invulling geven aan hun werk. Dat blijft zeker niet onopgemerkt. Niet alleen bij mij, maar ook bij velen buiten het Commando Zeestrijdkrachten. Zo bezocht onze minister van Defensie onlangs de mariniersverkenningseenheid in Tsjaad. Hij was onder de indruk van de Nederlandse bijdrage en de goede Iers-Nederlandse samenwerking in het gebied. Het is goed om van de Ierse bataljonscommandant te horen en met eigen ogen te zien dat onze mariniers hier goed werk leveren, zei hij. Dat onze mensen hun vak verstaan bleek recent ook weer tijdens de oefening Joint Warrior ten westen van Schotland. De amfibische taakgroep, die door NLMARFOR werd geleid, bestond uit Hr.Ms. Johan de Witt, Rotterdam, Maassluis en Makkum, Very Shallow Water (VSW) duikteams en EOD-teams uit Nederland en Noorwegen, een hydrografisch team, elementen van het Amfibisch Gevechtsteun Bataljon en een Lynx helikopter van het Defensie Helikopter Commando. De daarbij ingescheepte Landing Force bestond uit elementen van het versterkte Tweede Mariniersbataljon, een ISTAR eenheid van het Commando Landstrijdkrachten en de Maritieme Speciale Operaties Compagnie van het Korps Mariniers. Het betrof dus een echte joint en combined taakeenheid. Gedurende deze oefening moest NLMARFOR het hoofd bieden aan vele operationele uitdagingen in diverse scenario s. Daarmee werd NLMARFOR getest op haar capaciteiten om in de toekomst als een maritiem expeditionaire staf in de Nato Response Force (NRF) leiding te geven in de hoedanigheid van Commander Amphibious Task Force (CATF) en Commander Landing Force (CLF). Op 10 oktober verklaarde de vertegenwoordiger van de Maritime Component Commander Striking Force NATO Maritime Force het geheel van staf, schepen en marinierseenheden inzetbaar voor NRF 12 in het eerste halfjaar van 2009. Hiermee werd zowel COMNLMARFOR (commandeur Bindt) in zijn rol als Commandant van de Amfibische Taakgroep als DCOMNLMARFOR (kolonel der mariniers Hekkens) in zijn rol als commandant van de Landing Force bevoegd verklaard voor de taken die NLMARFOR in het kader van de NRF 12 zal moeten gaan uitvoeren. Een resultaat om met recht trots op te zijn, en dat goed smoel gaf aan ons Navy- Marine Corps team. Datzelfde professionalisme en die gedrevenheid en bezieling worden ook getoond in de missies die zelden of nooit de krant halen en die in sommige gevallen zelfs uit niet meer dan één persoon bestaan. Ik heb het dan onder andere over missies in Congo, Burundi, Libanon en Bosnië. Ook daar wordt goed en belangrijk werk geleverd. Dat zal ongetwijfeld ook weer het geval zijn in de wateren bij Somalië. Medio oktober heeft het kabinet haar voornemen bekend gesteld om een fregat naar Somalië te sturen ter bescherming van humanitaire hulptransporten in het kader van het World Food Program tegen piraterij. In de eerste zes maanden van dit jaar is het aantal mensen dat afhankelijk is van humanitaire hulp in Somalië gestegen tot bijna 3,25 miljoen. Daaruit blijkt de noodzaak van deze missie. Terwijl ik deze column schrijf, ligt dit besluit ter goedkeuring voor de Tweede Kamer. Gezien het belang van de missie zal die goedkeuring er ongetwijfeld komen. Hr.Ms. De Ruyter is inmiddels al in het operatiegebied aangekomen en zal deze taak op 23 oktober overnemen van het Canadese fregat Ville de Quebec. Het schip zal deze missie tot medio december uit blijven voeren Het is mijn absolute overtuiging dat, zowel in dit soort missies als bij ons andere werk, het personeel binnen de Koninklijke Marine de belangrijkste factor is voor het leveren van goede prestaties. De grootste uitdaging daarbij voor onze leidinggevenden is om de mensen waarmee zij werken te (blijven) motiveren en inspireren. De kracht en het belang van onze organisatie ligt voor een groot deel in het snel en doeltreffend uitvoeren van onze taken. Daarvoor is het essentieel dat we de menselijke maat in ons werk voldoende aandacht geven. Het is van belang een goede balans te zoeken tussen taakgericht en mensgericht leiderschap. Om onze leidinggevenden hierin te ondersteunen en verder te bekwamen is sinds 1 september het bureau Leiderschap CZSK operationeel. Dit bureau verzorgt onder andere teambuilding sessies voor het top- en hoger management en de module APK voor alle leidinggevenden vanaf de rang van korporaal en burgers met gelijkwaardige schaal. Ook richt het bureau zich op het begeleiden van individuele leidinggevenden waarbij het accent ligt op coaching en mentoring. Afgelopen week heb ik met de andere leden van de Admiraliteitsraad de APK training met veel plezier en voldoening doorlopen. Het heeft me gesterkt in de overtuiging dat wij als leidinggevenden onszelf kunnen verrijken door deel te nemen aan deze activiteiten en ik wil dat dan ook van harte aanbevelen. Ten slotte wil ik nog iets zeggen over de personele sterkte. Die blijft voorlopig nog lager dan we graag zouden willen. Het voor functievervulling beschikbare personeel is, met uitzondering van de belangrijkste schaarstecategorieën, voldoende om de functieplaatsen voor iets meer dan tachtig procent te vullen. Maar dat zal in de praktijk niet altijd als zodanig worden ervaren vanwege onder andere individuele uitzendingen vanaf de werkplek, zwangerschaps- of ouderschapsverlof, korte opleidingen of kortstondig ziekteverzuim. Dat vraagt om extra aandacht. Daarom is de planmatige vulling van de verschillende organisatiedelen vastgelegd in het recent door de Admiraliteitsraad goedgekeurde vullingsplan-czsk. Hierin heb ik aangegeven om de pijn zoveel mogelijk te verdelen, maar daar waar dat enigszins mogelijk is, de vulling van de operationele eenheden en vulling van opleidings- en wervingsfuncties voorrang te geven. Daarmee beoog ik dat we als Koninklijke Marine ook in de toekomst een geloofwaardige bijdrage kunnen blijven leveren aan veiligheid op en vanuit zee. R.L. Zuiderwijk, luitenant-generaal der mariniers 3

NLMARFOR operationeel inzetbaar na Joint Warrior 08 Een enorme logistieke puzzel Eigen brood eerst is een kreet die de korporaal bakkers Jan Oosten en Peter van Aartsen aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt hoog in het vaandel hebben. Tijdens de grote amfibische oefening Joint Warrior bakken zij op hoogtijdagen maar liefst zeshonderd broden om alle monden te voeden. Om ervoor te zorgen dat de operatie op het land vanuit zee continu voortgezet kan worden, moeten de logistiekelingen alle puzzelstukjes in elkaar passen. Dat NLMARFOR operationeel inzetbaar verklaard moet worden en de reikwijdte van de Nederlands-Noorse amfibische taakgroep voor de NATO Response Force 12 bepaald wordt, maakt deze oefening een extra grote uitdaging. Tekst: Maartje van der Maas/Foto s: Rob Gieling/Wim Salis (AVDD) Het scenario voor Joint Warrior is uit de realiteit gegrepen. Toen Dragonia en Caledonia in 1960 opgesplitst werden, zijn de grenzen tussen de landen ongelukkig bepaald. Hierdoor verloor Dragonia zijn visrijke gronden en een belangrijk stuk industrielandschap. Vijftig jaar later willen de ontevreden inwoners van Dragonia hun oorspronkelijke land terug. Om dit voor elkaar te krijgen, is de krijgsmacht van Dragonia in actie gekomen en is er een guerrillagroepering opgestaan die gewelddadige speldenprikken uitdeelt in Caledonia. Nadat de NAVO dit een tijd heeft aangekeken en de veiligheidssituatie in Caledonia langzaam verloren zag gaan, werd besloten een amfibische taakgroep uit te zenden. De opdracht? Bewaak de grenzen van Caledonia, zorg dat het daar veilig wordt en druk de guerrilla s de kop in zodat een normaal, vreedzaam diplomatiek proces mogelijk wordt. de wateren rond Caledonia te vertrekken. De mijnenjagers Hr.Ms. Makkum en Hr.Ms. Maassluis gaan voorop om de kust mijnenvrij te maken voor de beide amfibische transportschepen Hr.Ms. Johan de Witt en Hr.Ms. Rotterdam, die de rest van de amfibische taakgroep herbergen. De met augmentees versterkte NLMARFORstaf, een Nederlands-Noors Very Shallow Water duikteam, een hydrografisch en militair geografisch team, een Lynx-helikopter, Een indrukwekkende taakgroep De opdracht is duidelijk. Om deze escalerende situatie op land vanuit zee te controleren, is een Nederlands-Noorse amfibische taakgroep onder leiding van de NLMARFOR-staf aangewezen. Een indrukwekkend aantal eenheden maakt zich gereed om naar 4

leden van het ISTAR en een Noorse amfibische verkenningseenheid stappen aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt. De landing force, bestaande uit elementen van het versterkte Tweede Mariniersbataljon, een peloton van de 42 e brigade verkenningseenheid van de landmacht en een explosieven-opruimingsteam van het CZSK embarkeren aan boord van de Rotterdam. De landingsvaartuigen en de amfibische beach-unit van het Amfibisch Gevechtssteunbataljon worden verdeeld over de beide schepen. In totaal varen de transportschepen bijna 1200 mensen naar het operatiegebied. De puzzel wordt uitgelegd Kapitein-luitenant-ter-zee Martin Luttge van de logistieke cel van NLMARFOR vertelt: We spreken over 1200 mensen die allemaal vertrekken, moeten we eerst de antwoorden zoeken op een aantal essentiële vragen. Wat is onze meest waarschijnlijke opdracht? Wat kunnen we verwachten? Is het gebied dichtbevolkt of juist niet? Kunnen we ergens een contract sluiten voor bijvoorbeeld water of brandstof? Winkelen we in de plaatselijke supermarkt of moeten we alle voeding zelf meenemen? Welke eenheden gaan er mee? Hoe groot is het gebied waar we gaan opereren en hoe lang moeten onze mensen aan de wal blijven? Afhankelijk van de antwoorden op deze vragen, weten we wat we mee moeten nemen. Als dit allemaal duidelijk op het netvlies staat, bepalen we tijdens de beladingsvergadering met de verschillende eenheden wie welke goederen en welke mensen meeneemt. Dat is een heel gepuzzel. Je wilt de mensen met het materiaal dat zij gebruiken aan boord van hetzelfde schip houden, maar past dat wel? De Bandvaggons staan klaar om terug gebracht te worden naar Hr.Ms. Johan de Witt. moeten eten, drinken, slapen en kleren wassen. Dat alleen al zorgt voor een behoorlijke uitdaging. Dan hebben we het nog niet eens over al het materieel dat deze mensen nodig hebben om hun taak te kunnen uitvoeren. Dat moet ook allemaal mee aan boord. Om al deze mensen met het benodigde materieel op het juiste moment op de juiste plek te krijgen, wordt een enorme logistieke puzzel uitgelegd. Luttge vervolgt: Voordat we überhaupt kunnen We moeten goed nadenken welke goederen we wanneer aan land zetten Callcenter In het dokoperatiecentrum aan boord van de Johan de Witt is het een gekkenhuis. Om de beurt komen de Landing Craft Units (LCU) en de Landing Crafts Vehicle Personel (LCVP) het dok invaren om voertuigen en materiaal aan boord te brengen. Bootsman Johan Klem staat met een headset op zijn hoofd, een storno in zijn ene hand en een telefoonhoorn in de andere. Als we aan het laden zijn, is het af en toe net een callcenter hier, zoveel mensen willen informatie aan mij kwijt. In het dok zelf staat kwartiermeester Hans Feenstra een lange lijst af te turven. We hebben nu 23 voertuigen aan boord. Nog 52 te gaan. 5

Kapitein der mariniers Roel de Jong houdt nauwgezet bij welke voertuigen waar worden neergezet. We moeten goed in de gaten houden waar de voertuigen terechtkomen. Als de landing uitgevoerd gaat worden, kan het niet zo zijn dat een voertuig dat helemaal achterin staat als eerste aan land moet gaan. Dertig diepgevroren biefstukken Ondertussen zijn het hoofd logistieke dienst, het ondergeschikt hoofd logistieke dienst en de botteliers van de beide schepen ook druk aan het plannen. Luitenant-ter-zee 1 Martijn Reedijk legt uit: We weten ongeveer hoeveel mensen we aan boord krijgen, maar dat is vaak ook niet meer dan een ruwe indicatie. De operatie is erg afhankelijk van de inlichtingen die op het land verkregen wordt. Als daar iets gebeurt, moet er ineens een aantal extra mensen naar het land of moet juist terugkomen. Sommige mariniers zitten al tien dagen in een tent op het eiland, hebben niet kunnen douchen en hebben alleen droogvoermaaltijden gegeten. Die wil je dan een goede maaltijd voorschotelen en hun was laten doen. Eten weggooien is uit den boze dus je kunt niet teveel klaarmaken. Even dertig diepgevroren biefstukken gaan bakken, een half uur voordat de mannen aan boord komen, kan ook niet. Daarbij weten we ook lang niet altijd wat we kunnen inslaan in buitenlandse havens. Dat zorgt ervoor dat de botteliers een enorme uitdaging hebben met de planning. De bakkers voegen hier aan toe: Als die jongens na een week uit het veld komen, eten ze bijna een brood de man, dan moeten wij wel hard aan de slag. Niemand krijgt hier aan boord supermarktbrood te eten. Dat is onze eer te na. Daarom bakken we af en toe wat meer broden en vriezen we ze in. Sonja Bakker Uiteindelijk staan alle goederen en voeding op de juiste plek op het juiste schip en kunnen de mensen embarkeren. De schepen verlaten de haven van Den Helder en zetten koers naar de wateren rond Caledonia. Omdat de situatie daar langzaam escaleert, worden er met chirurgische precisie steeds meer mensen en Als de voertuigen geladen worden, is het net een callcenter in het dokoperatiecentrum van Hr.Ms. Johan de Witt Kwartiermeester Hans Feenstra streept af welke voertuigen aan boord zijn gekomen. s Nachts is het dok van het amfibische transportschip spookachtig verlicht. 6

materiaal op het land gezet. Sergeant-majoor der mariniers Cor Maarseveen, onderofficier bevoorrading van het Tweede Mariniersbataljon vertelt: De mensen op de wal kunnen maar voor een paar dagen voeding en goederen in hun rugzak proppen. Omdat het in deze regionen vaak hard waait en regent, gaan tentjes stuk of waaien haringen weg. Elke dag krijgen we aanvragen om dit soort dingen opnieuw te leveren. Daarbij zetten we onze jongens niet graag op een Sonja Bakker-dieet, dus we brengen ook geregeld extra voeding naar de wal. De vaartuigen gaan continu op en neer tussen het schip en de wal, wat niet altijd gemakkelijk gaat. Het waterlijntje tussen het schip en de wal is fragiel. Als de golven te hoog staan, kunnen ze niet varen. Als de weersvoorspelling slecht is, moeten we voor een paar dagen spullen op de wal neerzetten. Het schip moet dat wel kunnen faciliteren. Ship s Sergeant-Major adjudant der mariniers Engel de Ruyter vult zijn verhaal aan. Reken er maar op dat de mannen, die na een actie terug komen, het zat zijn om in tenten te slapen, niet te kunnen douchen en droogvoer te eten. Hier komt weer uitstekende dienstverlening van het schip om de hoek kijken. Ik ontvang de mannen aan boord, stroop ze uit hun natte kleding en overleg met de logistieke dienst dat er koffie, thee en een warme snack gereed staan. De wassers laten acuut alles vallen en zorgen dat de natte spullen gewassen en gedroogd worden. Dat is een enorme motivatieboost voor de mariniers en als ze de volgende dag weer aan land gaan, hebben ze in ieder geval hun batterij weer kunnen opladen. Top van de piramide Het blijkt dus dat het concept van een logistieke basis op zee om een amfibische taakgroep te ondersteunen, werkt. Dat dit een heel ingewikkeld concept is, staat als een paal boven water. Chef Staf van NLMARFOR, kapitein-ter-zee Peter van den Berg legt uit: NLMARFOR is een uit vloot en mariniers samengestelde, internationale varende staf die, onder andere in het leven geroepen is om leiding te geven aan een amfibische taakgroep. Amfibisch maritiem opereren is eigenlijk de top van de piramide. Als blijkt dat we hiertoe in staat zijn, kunnen we ook leiding geven aan een eskader of een flottielje mijnenjagers. Na het ontstaan van het Commando Zeestrijdkrachten en de vorming van NLMARFOR in 2005, heeft Nederland amfibische capaciteit voor de snelle interventiemacht van de NAVO aangeboden. Omdat we Eigen brood eerst staat hoog in het vaandel bij de bakkers van Hr.Ms. Johan de Witt. op dat moment nog weinig expertise hadden voor het plannen van amfibische operaties, anders dan voor een Landing Platform Dock, hebben we heel hard moeten werken om daar goed in te worden en heeft de laatste drie jaar de nadruk hier op gelegen. Nadat de NLMARFOR-staf al eerder haar interne testfase succesvol had afgerond, verbleef een NAVO-evaluatieteam tijdens Joint Warrior aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt om de staf te beoordelen. Op 10 oktober verklaarde de commandant van de maritieme component van de NRF het geheel van staf, schepen en marinierseenheden inzetbaar voor de NATO Response Force. Door dit positieve resultaat vormt de Nederlands-Noorse taakgroep vanaf begin januari tot eind juni van volgend jaar een belangrijk deel van de maritieme poot van de snel inzetbare interventiemacht van de NAVO. Aan boord van Hr.Ms. Rotterdam klinkt aan het eind van de oefening de stem van de commandant van het Tweede Mariniersbataljon over de scheepsomroep: Na twee weken op de wal, was het net als thuiskomen toen we weer aan boord stapten. Bedankt voor de fantastische ondersteuning. n Om de operatie lang vol te houden, moeten de amfibische transportschepen op zee goederen laden. 7

De herkenbaarheid en bestuurbaarheid binnen het CZSK moet beter. De Plaatsvervangend Commandant Zeestrijdkrachten is niet bang het beestje bij de naam te noemen in zijn nota Verbetering besturing CZSK. Schout-bij-nacht Wim Nagtegaal vindt dat de slagvaardigheid en daadkracht van het CZSK een flinke impuls verdienen. Ik weet dat we niet altijd voldoende snel en adequaat op ontwikkelingen hebben ingespeeld en op problemen gereageerd. We hebben daardoor minder uit ons materieel en personeel gehaald dan mogelijk was. Ook hebben we daardoor onbedoeld de afstand tussen bestuur en werkvloer laten groeien. Daarom wil de PC-ZSK vier maatregelen invoeren die de herkenbaarheid van de organisatie moet vergroten, slagvaardigheid verbeteren en de afstand verkleinen. We hebben onze mensen te lang met problemen laten worstelen. Tekst: Vanessa Strijbosch PC-ZSK wil afstand verkleinen en slagvaardiger handelen Het CZSK verdient een impuls Het bestuur verbeteren? Klinkt als weer een reorganisatie, terwijl de generaal na zijn aantreden nadrukkelijk stelde dat het CZSK in rustiger vaarwater zou komen? Het is een beperkte reorganisatie en op geen enkele manier te vergelijken met de reorganisatie uit 2005. Bij het bouwen van de CZSK organisatie in 2005 is achteraf gezien een aantal zaken verkeerd ingeschat, over het hoofd gezien of het belang onvoldoende onderkend. We moeten nu op onderdelen gaan bijpunten en bijregelen. Het huis staat, maar we verplaatsen nu de ramen. We komen er nu achter dat de trap toch niet op de juiste plaats zit. We veranderen de organisatie niet in haar hoofdstructuur veranderen, maar op een aantal onderdelen verleggen en verbeteren. Waarom komt u juist nu met deze maatregelen? Generaal Zuiderwijk en ik zijn nu ruim een jaar onderweg. Als je dan merkt dat er dingen niet goed lopen en verbeterd kunnen worden, dan moet je die veranderen. In oktober heb ik in Tsjaad met eigen ogen wederom kunnen zien hoe professioneel en gedreven onze mensen optreden. Zowel bij de vloot als bij het korps kan ik meerdere recente voorbeelden van prima presteren opnoemen. Er gaat heel veel goed, maar we hebben vanaf de werkvloer diverse signalen gekregen en concludeerden zelf ook dat er zaken veranderd moeten worden. We staan nog steeds achter wat we in 2007 hebben gesteld, maar in de praktijk blijkt het er niet helemaal uit te komen. De afstand tussen de eenheden en de walorganisatie is te groot geworden. We hebben niet in alle situaties snel genoeg ingespeeld op veranderingen. Dit hebben we zelf geconstateerd, maar we zijn ook door de werkvloer met de neus op de feiten gedrukt. Twee van uw maatregelen zijn de directie Planning & Control (P&C) verbeteren en de directie Operationele Ondersteuning (OST) in twee aparte directies opdelen? Hoe kan dit leiden tot verbetering? Planning & Control krijgt nu de rol van regisseur voor wat betreft de agenda van de Admiraliteitsraad (AR) waardoor de AR-agenda vanuit een centraal punt wordt bewaakt en minder zaken ad hoc gebeuren. Neem bijvoorbeeld Hr.Ms. Pelikaan. Daar worden in 2006 knelpunten gesignaleerd, halverwege 2007 wordt daarover uitgebreid gerapporteerd, maar dan duurt het vervolgens meer dan een jaar voordat de evaluatie wordt afgerond. Dat komt omdat het onderwerp op teveel bordjes lag. Er was onvoldoende regie. We hebben de bemanning te lang met problemen laten worstelen. Dat mag en kan niet in deze organisatie. Het op knippen van de directie OST in Personeel en OST is ook een management vraagstuk. Je kunt niet een te breed speelveld aanhouden. Het is verstandiger om het in behapbare brokken op te delen. Er zijn in de afgelopen tijd teveel materiële en personele knelpunten geweest die sneller tot een (doeltreffende) oplossing hadden moeten leiden. In plaats van appels en peren in één mand, clusteren we nu onderwerpen. Veel veranderingen en knelpunten lagen allemaal in dezelfde directie. Het aspect personeel krijgt bovendien nu zijn eigen stem en een zelfstandige directeur in de top van de organisatie. Dat past ook bij het belang van het personele vraagstuk. Een van de voordelen van deze aanpak is dat iedereen beter weet wat op zijn bordje ligt. U oppert in uw stuk om de knip tijdens het opwerken van de schepen bij te stellen? Hoe ziet u dat voor zich? De knip viel voor verschillende typen schepen op verschillende tijden. Met name commandanten, hoofden en chefs van kleine eenheden wisten vaak niet bij welke directie ze moesten aankloppen voor welk probleem. Nu wordt van schepen in hun opwerkcyclus het moment van verantwoordelijkheidswisseling tussen de directeuren OST en OPS bijgesteld. Directeur OST wordt verantwoordelijk voor dat deel van het opwerken dat binnenliggend plaatsvindt. Alle schepen die varende zijn, vallen onder directeur operaties. 8

Uw laatste maatregel gaat over het versterken van de rol van Groepsoudsten voor de onderzeeboten en de mijnenbestrijdingseenheden. Betekent dit dat oude tijden herleven? Met het opheffen van de groepen is er meer verdwenen dan we ons toen hebben gerealiseerd. Er zijn op materieel en personeel gebied relatief veel problemen bij kleine bovenwatereenheden en onderzeeboten. Er was wel een Groepsoudste, maar die deed dat in neventaak. Wat we nu willen is de Groepsoudste fulltime terug laten komen gedurende een pilot van één jaar. Hij wordt boven de commandanten geplaatst en hij verzorgt de vertaling van de producten van de staf richting de commandanten. En andersom is hij de pleitbezorger voor de commandanten. De Groepsoudste bewaakt het front, hij zorgt ervoor dat er geen conflicterende opdrachten meer worden aangenomen en dat er geen verlies aan informatie tussen schepen en walorganisatie is. De Groepsoudste krijgt ook toegang tot de directeuren en kan zo knelpunten, die in organisatie blijven liggen, direct aankaarten. Wat zal de werkvloer zichtbaar merken van deze veranderingen? Direct niet veel. Indirect wel. Het is de bedoeling dat aansprekende zaken die nu op de werkvloer leven sneller worden opgepakt. Denk daarbij ook aan lastige onderwerpen als de centrale walbewaking en de toelagen in de West. De C-ZSK en u spraken vorig jaar over een goede balans tussen wat er gevraagd wordt en wat er aan doctrines, personeel en materieel staat. Hoe is die balans eind 2008? We hebben noodgedwongen maatregelen moeten nemen om de balans te herstellen. We hebben bijvoorbeeld het aantal vaardagen moeten terugbrengen. We zijn voortdurend keuzes aan het maken om de balans tussen de beschikbare middelen en taken in evenwicht te houden. We zijn daarin nog niet geslaagd, daarvoor moet er meer speling komen en hebben we meer schepen nodig. Het is dus belangrijk dat het tempo in de Marinestudie gehandhaafd blijft. We moeten voortdurend keuzes maken om de balans tussen datgene wat we willen en wat we kunnen gezond te houden, ook zodat onze mensen met plezier hun werk blijven doen. n Met het opheffen van de groepen is er meer verdwenen dan we ons hebben gerealiseerd De Groepsoudsten De vierde maatregel uit de nota is al in gang gezet: twee Groepsoudsten zijn per 1 oktober aangesteld. Kapiteinluitenant-ter-zee (te bevorderen tot KTZ) Ric Karis (mijnenbestrijdingseenheden) en kapitein-ter-zee Peter de Harder (onderzeeboten) vertellen over hun nieuwe functie als fulltime Groepsoudste. Karis: Zowel aan boord van de varende eenheden als bij de walondersteuning, worden procedures en bedrijfsvoeringen beter op elkaar afgestemd en spreken we dezelfde taal. Toch is gebleken dat kleine bovenwatereenheden, door hun specifieke taakstelling en kleine bemanningsomvang, in veel gevallen een aangepaste benadering en ondersteuning nodig hebben. Omdat op dat gebied een eenduidig aanspreekpunt onvoldoende beschikbaar was, leidde dat nogal eens tot de nodige frustraties. De Groepsoudste moet er voor zorgen dat de procesgangen soepeler gaan lopen en daarbij goed luisteren naar de signalen van de eenheden. Mijn ervaring is dat de werkvloer vaak uitstekende ideeën heeft over hoe iets beter of makkelijker kan. Bij de uitvoering van deze belangrijke taak word ik geassisteerd door de chef der equipage, stafadjudant Ad Bogert. De Harder: We zagen dat na de reorganisatie veel mensen weg trokken. Dat deed pijn. Met name bij de Onderzeedienst worden op personeelsgebied hogere eisen gesteld. Ik ben Groepsoudste in deeltijd geweest. Door dit nu als hoofdtaak te doen, heb ik meer tijd om met mensen te praten, om af te stemmen en te coördineren. Ik kan nu eerder zaken signaleren. Veel zaken bleven op een lager niveau hangen. Nu kunnen we eerder problemen op een hoger niveau brengen en kan er sneller gehandeld worden. Ook kan ik aan identiteit en saamhorigheid meer invulling geven. We moeten niet denken dat met het herintroduceren van een fulltime Groepsoudste alle problemen zijn opgelost, maar dat het helpt, staat voor mij als een paal boven water. 9

Module over leidinggeven van start Tijd voor de APK Stilstaand water gaat stinken. De toon is gezet in de eerste leiderschapstraining (module-apk) van het CZSK. De trainer, adjudant der mariniers Piet Bakker, schroomt niet om al in zijn openingswoord de confrontatie aan te gaan. En dat is ook precies wat van de twaalf medewerkers op woensdag 1 en donderdag 2 oktober wordt verwacht: de spiegel voorhouden. Hoe taak- (hard) en hoe mensgericht (sociaal) zijn we eigenlijk? Tekst: Vanessa Strijbosch Het nieuwe bureau Leidinggeven, voortgekomen uit het actieprogramma Op Koers, wil het sociale aspect van leidinggeven binnen de organisatie verbeteren. Om dat te bereiken krijgt al het zittende personeel, in de rang van korporaal tot generaal en burgers, een algemene periodieke keuring (APK). De vergelijking met de APK van een auto is zo getrokken, maar klopt niet helemaal volgens trainer Piet Bakker. Je brengt je auto naar de garage als die niet goed rijdt. Bij ons draait het ook niet helemaal goed, dus een controle is nodig. Maar dit is geen keuring of test. Hier wordt men niet getoetst en krijgen cursisten ook geen cijfer. Deze driejaarlijks terugkerende module is volgens bureau Leidinggeven bedoeld om mensen meer inzicht te laten krijgen in hun eigen functioneren en de invloed daarvan op anderen. De sociale aspecten van leidinggeven worden bevorderd door het vergroten van zelfkennis, verbeteren van communicatieve en sociale vaardigheden, inzicht krijgen in eigen communicatiestijl, het eigen functioneren en de invloed op anderen. Daarnaast worden ook teambuildings gegeven. De teambuildings moeten de efficiëntie en effectiviteit van de eenheid of afdeling verhogen. voorbeeldfunctie, loyaliteit. Over de eigenschappen van een goede leider is de groep het wel eens. Maar wat voor leider zijn zij zelf? Het antwoord op die vraag wordt steeds duidelijker na het invullen van een persoonlijk profielsysteem, DISC Classic. Het DISCmodel heeft als doel om mensen te helpen zichzelf en anderen beter te begrijpen. Het laat ze kijken naar menselijk gedrag en vergroot de kennis van het eigen gedragspatroon. Het DISCmodel onderscheidt vier gedragsstijlen: dominantie, invloed, sta- Goed leiderschap Helder zijn en doen wat je zegt. Mensen moeten vertrouwen in je krijgen, is het antwoord van een van de medewerkers als hem gevraagd wordt wat hij verstaat onder goed leiderschap. De bekende kernwoorden passeren de revue: inspireren, motiveren, 10

biliteit en consciëntieus. Onder elke stijl valt een aantal kenmerken dat, als de test goed is ingevuld, herkenbaar moet zijn. Humor in de stijlen Vanaf het moment dat is vastgesteld welke stijl bij wie past, ontstaat er een opvallend open en eerlijke sfeer in de groep die nu is ingedeeld volgens de vier stijlen. Jullie als d-tjes begrijpen ons gewoon niet, is het grappig bedoelde verwijt van het s-groepje. Er brandt een discussie los over de typische eigenschappen van de stijlen: Jij bent gewoon een i in ontkenning, je hoort bij de d te zitten, klinkt er vanuit de ene kant van het lokaal. En dat is nou echt weer zo n typisch dominante opmerking van een d, is het directe antwoord. Het groepsgesprek levert af en toe zelfs hilarische momenten op, helemaal wanneer de groepen elkaar zelf bedachte vragen mogen stellen. Hokjesgeest Opmerkelijk is dat de groep zich gaandeweg wat meer begint te ergeren aan de hokjesgeest en het sterk definiëren van hun beperkingen en angsten. Ik ben heus wel begaan met anderen, klinkt er. En ik ben helemaal niet zo kalm en bedachtzaam, is weer een reactie vanaf de andere kant. De trainer legt uit dat het hier niet gaat om mensen in hokjes plaatsen of een stempel op iemands hoofd drukken. Dit moet uiteindelijk leiden tot zelfbewustwording van je voorkeursgedrag, maar uiteindelijk hebben we van alle stijlen wel iets in ons. Er komen antwoorden op vragen als: waarom reageer ik zo op dat type mensen, hoe kan ik beter samenwerken, waarom vind ik veranderingen niet fijn of houd ik juist van regels en voorschriften? In het tweede gedeelte van de module staat het Situationeel Leiderschap II Model centraal. Een wat taaier gedeelte, noemt de trainer het. Het helpt om het ontwikkelniveau van je collega s goed in te schatten en daarop beter te reageren. Heeft iemand veel competenties of juist weinig? Moet ik iemand sturen of juist ondersteunen? De kop is er af voor de module APK. Nog drie jaar worden, verdeeld over Den Helder en Rotterdam, modules gegeven en is het de bedoeling dat iedereen, die met leidinggeven binnen de marine te maken heeft, deze APK volgt (zie ook MARALG 090/08). En wat na drie jaar? Bakker: Dan beginnen we weer van voor af aan en start er een nieuwe module, ook geënt op het sociale aspect. n Eerste trainerscertificaat uitgereikt (Foto: René Ketting, AVDD) De eerste 24 CZSK-trainers voor de module Sociale aspecten van leidinggegeven: APK zijn opgeleid. De PC-ZSK, SBN Wim Nagtegaal, reikte op dinsdag 7 oktober een van de eerste trainerscertificaten uit aan LTZA1 Carolien Verberne. Het trainerschap geeft mij de mogelijkheid heel direct een bijdrage te leveren aan het stimuleren van gewenst gedrag binnen het CZSK. Hopelijk zal het leiden tot een meer professionele en veiligere werkomgeving, reageert Verberne. De kersverse trainer staat helemaal achter het concept. Afgezien van het feit dat de resultaten lastig te meten zijn, geloof ik zeker dit zal leiden tot verbeterde communicatie tussen leidinggevende en medewerker en tussen medewerkers onderling, omdat het wederzijds inlevingsvermogen en daarmee het vertrouwen zal toenemen. Deze trainers verzorgen vanaf januari 2009, naast hun reguliere werkzaamheden, drie keer per jaar een module APK. De day after Eric den Boer, compagnie sergeant-majoor der mariniers, wilde zichzelf een spiegel voorhouden. Ook wilde hij meer de mens achter het uniform kunnen zien. Is dat gelukt? Ik denk dat iedereen wel iets uit deze module kan halen. Het is goed om die spiegel voor te houden. Het hoort een bevestiging te zijn dat je op de juiste weg bent, maar het kan ook een alarmbel zijn. Ik vond het niet zo confronterend. Ik ben niet anders tegen leidinggeven gaan kijken. Mijn conclusie is dat ik het al aardig deed en vind dat ik mijn stijl niet hoef aan te passen. Wel wil ik dit gebruiken als handige tool in bijvoorbeeld conflictsituaties. Mariniers kunnen nog wel eens impulsief reageren. Dat is ook mijn valkuil. Ik ga proberen om dan terug te grijpen naar enkele handvatten uit de training. Sociaal leidinggeven is goed, maar het moet geen theekransje worden. Elanor Boekholt-de Goede, majoor Koninklijke Luchtmacht, had een dubbele pet op. Als commandant van 132 squadron Didactisch Militair Leiderschap Opleiden (vergelijkbaar met SMVBO) en lid van de Advies Groep Leidinggeven, nam ze een kijkje in een andere keuken. Wat vond ze ervan? Ik voelde mij als vreemde eend in de bijt erg welkom. Er was geen onderscheid in rangen. Misschien kwam dat wel omdat we in burger gekleed waren, maar het was opmerkelijk om te zien hoe open en veilig de omgeving was. Iedereen kon het achterste van zijn of haar tong laten zien. Het blijft lastig om het verschil tussen leidinggeven en leiderschap te definiëren. Bijna iedereen kan leren leiding te geven, een enkeling is een (charismatisch) leider. Charismatische leiders opleiden is veel moeilijker omdat dat ook te maken heeft met je DNA. Het allerbelangrijkste is dat dit nu wordt doorgezet. Nu begint het pas. Deze module mag niet gezien worden als een checklist die we netjes afstrepen omdat het verplicht is en er vervolgens niets mee doen. Er zullen best mensen zijn die denken dat dit weer zo n uitvloeisel is van Staal. Dat mag niet het beeld zijn. Dit moet geborgd worden in de organisatie. 11

Kleine werf op Curaçao We doen alles zelf In en rondom de drie RIMA loodsen op Marinebasis Parera zoemt het van de bedrijvigheid. Heftrucks rijden af en aan met pallets water en materieel om Hr.Ms. Pelikaan te bevoorraden voor orkaannoodhulp. In de polyesterwerkplaats krijgt een super-rhib een tubereparatie en in de garage hijsen monteurs het motorblok uit een viertonner. De tijd van poko poko is bij de Afdeling Materieellogistiek op Curaçao al lang voorbij. Tekst: Karen Gelijns/Foto s: Peter Bijpost (AVDD)

Van het reviseren van een motor tot een polyesterreparatie. Van Landrover tot super-rhib, van 60mm mortier tot kustwachtcutter. De Afdeling Materieellogistiek (MATLOG) verzorgt onder andere de instandhouding en het beheer van al het materieel van de marine in het Caraïbisch Gebied én de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba. In een ressort waar zeker de varende eenheden hoofdzakelijk operationeel worden ingezet, een verantwoordelijke taak. Wij ondersteunen 365 dagen per jaar de operaties van de marine en kustwacht, vertelt het hoofd van de afdeling, kapitein-luitenant-ter-zee Mark Simmeren. Met als essentie de inzetgereedheid van de operationele eenheden. Vereende krachten Eerste aanspreekpunt voor de varende eenheden is het bureau Direct Support. Dat geldt voor alle onderhoud gerelateerde zaken aan het stationsschip, de kustwachtcutters, Hr.Ms. Pelikaan, de Boston Whalers en de super-rhib s, vertelt adjudant onderofficier Bert van Rossen met een gehaaste blik in zijn ogen. Ach, het is zo n dag, voegt hij lachend toe. Het stationsschip ondergaat deze week een towed array modificatie, op de kustwachtcutter Panter is een generator uitgebrand en op de Pelikaan is de elektromotor van het ankerspil kapot. Daarnaast gaan de geplande werkzaamheden natuurlijk ook gewoon door. Spoedklussen daargelaten, streeft het bureau ernaar om het materieel van de marine en de kustwacht in het Caraïbisch Gebied zo optimaal mogelijk in stand te houden, de daarvoor benodigde faciliteiten zeker te stellen én dit alles natuurlijk tegen aanvaardbare kosten. Van Rossen: Dit betekent eerst beproevingen voor onderhoud uitvoeren. Dus aan boord controleren of de motoren, navigatieverlichting en de generatoren nog werken, alle leidingen in de machinekamer nalopen en alle koppelingen inspecteren. Heb je een duidelijk beeld van wat moet gebeuren, dan plan en coördineer je het onderhoud. Afspraken met de werkvloer wor- den gemaakt, contractoren in de arm genomen en benodigde onderdelen besteld. Uiteindelijk begeleid je de uitvoering, neem je het werk af en zorg je dat de rekening wordt betaald. Het klinkt allemaal heel simpel en planmatig, maar de praktijk blijkt heel anders. Grootste uitdaging blijft het werk op tijd afkrijgen, verzucht Van Rossen. Zoals ik net aangaf, kampen de eenheden soms met spoedklussen. Dan moet je prioriteiten stellen. Maar zeker als een schip gepland staat om naar zee te gaan, wil je geen nee verkopen. Ook nu zetten alle afdelingen van MATLOG weer de zeilen bij om de spoedklussen te klaren. Met vereende krachten redden we het elke keer weer. Kinderziektes en ouderdomsverschijnselen Het onderhoud van de grootste operationele eenheden, de drie kustwachtcutters Jaguar, Panter en Poema plus het ondersteuningsvaartuig Hr.Ms. Pelikaan, ligt in handen van de werkplaats Kleine Vaartuigen. Een flinke kluif, vindt de chef werkplaats, sergeant-majoor Henne Waaijerink, die met zijn zevenkoppige ploeg ook verantwoordelijk is voor algemene ondersteuning. Wat varieert van de reparatie van een wasmachine, het maken van schietschijven tot het timmeren van een kastje. Waar bij de Pelikaan de nadruk ligt op het wegwerken van kinderziektes, kampen de cutters steeds vaker met ouderdomsverschijnselen. Dat vergroot de druk. Onderhoudsperiodes dreigen uit te lopen, terwijl de inzetgereedheid gewaarborgd moet blijven. Pas als een schip tegen de kant gaat, komen verborgen gebreken aan het licht. De uitdaging is dan de juiste materialen zien te verkrijgen. En die zijn vaak niet voorhanden op het eiland. Dan zoek je een noodoplossing, stelt Waaijerink kordaat. Zo stuurde hij vandaag de Panter terug naar zee, met een onderdeel van de Poema. Dit schip ondergaat de komende weken toch een revisie aan de tandwielkasten. Waar elders laat je onder een boom een slangetje op maat maken? Het domein van MATLOG: de drie RIMA loodsen op Marinebasis Parera. 13

Juist de hoeveelheid aan taken vormt voor menigeen een uitdaging, maar biedt ook ruimte voor ontwikkeling. De jongens leren ongelooflijk veel. Van elektrotechnisch, mechanisch tot machinekamer. Ze kunnen alles. Door hun vakkennis en professionele inzet, houden we de kleine eenheden varende. Soms houtjetouwtje, maar we fiksen het elke keer weer. Het blijft dan ook mooi als je een boot weer naar zee ziet vertrekken. Geen Kwik-Fit Naast de cutters en de Pelikaan zijn ook de lichte vaartuigen voor onderhoud en reparaties toevertrouwd aan het technisch personeel van Simmeren. De gebruikers regelen de Kwik-Fit zaken, maar wij zijn de garage, steekt korporaal Erik Feller enthousiast van wal, terwijl hij het zweet van zijn voorhoofd veegt. In de gloednieuwe werkplaats lichte vaartuigen draagt hij de verantwoordelijkheid over het onderhoud van twintig Boston Whalers, twaalf super-rhib s en enkele inshores. De grootste uitdaging ligt bij deze afdeling in de variëteit van de werkzaamheden. Alles doen we zelf. Van het reviseren van motoren, het uitvoeren van polyesterreparaties tot het oplossen van elektrische en motorische storingen. Je haalt de boot zelf uit het water en legt hem ook weer terug. Waar in Nederland onderhoud conform het boekje plaatsvindt, dwingt een functie in de West tot improviseren en inspelen op de omstandigheden. Problemen oplossen met de middelen die je hebt, waarbij je moet blijven nadenken over de invloed van de hoge temperaturen, luchtvochtigheid en de zoute zee op je materiaal. Zelfstandig werken en houden van aanpakken. Dat zijn volgens Feller de sleutelwoorden bij MATLOG. Pak je dingen niet zelf op, dan hoor je hier niet. Je krijgt een probleem voorgeschoteld en ze verwachten dat je het oplost. Hoe je dat doet, zoek je zelf uit. Ben je uit het juiste hout gesneden, dan leer je volgens Feller ongelooflijk veel. Zo veel zelfs, dat hij met de opgedane kennis zelf een boot heeft gebouwd. En die kennis nemen ze me nooit meer af. Spin in het web Elk boutje, moertje, O-ringetje, slijpmachine en motoronderdeel vindt via korporaal Dennis Brekelmans zijn weg naar de werkvloer. Verantwoordelijk voor de inkoop van onderhoudsonderdelen, is de assistent materieelregelaar kind aan huis bij de kleine machineshopjes, hardwareleveranciers, werkplaatsjes, jachthavens en bootbouwers op Curaçao. Ik struin het eiland af op zoek naar de beste artikelen voor de beste prijs. Weken vóór aanvang van een onderhoudsperiode heeft Brekelmans al de benodigde onderdelen aangevraagd bij de Rijkswerf, Damen De afdeling rollend materieel onderhoudt jeeps, landrovers, vliegtuigtrekkers, trucks. Kortom alles op wielen. Shipyards of lokale ondernemers. Dan weet je dat op de eerste dag van het onderhoud de projectleider vol stress in je kantoor staat met allerlei ad hoc zaken, grinnikt hij. Bijna dagelijks gaat de assistent materieelregelaar dan ook met een map vol aankoopopdrachten op pad. Hierbij kan de makkelijkste opdracht soms voor de grootste problemen zorgen. Op het moment zijn er geen knelringetjes te koop op het eiland. Zo kan iets simpels het onmogelijk maken om een schip weer snel naar zee te krijgen. Toch geeft het eilandleven extra cachet aan de functie van materieelregelaar. Brekelmans: Waar elders laat je onder een boom een slangetje op maat maken? Maar ook de verantwoordelijkheid, de vrijheid van werken en niet op de laatste plaats het vertrouwen van de organisatie maakt MATLOG op Curaçao uniek. Je moet gedreven zijn om hier te werken en je krijgt er ongelooflijk veel voor terug. Als ik zie hoe ik mij nu ontwikkel, heb ik de laatste vijftien jaar stil gestaan. Dat is gelijktijdig geweldig en jammer om te constateren Ondanks de uitdaging, de verantwoordelijkheden en de mooie werkomgeving, heeft Simmeren toch een probleem: een tekort aan techneuten en logistiek personeel. De bedrijfsvoering drijft op de vakbekwaamheid van ervaren specialisten, die in voorkomende gevallen dicht bij de operationele gebruiker ondersteuning kunnen leveren. Mensen moeten geen gespreid bedje met een geregelde vast omlijnde taakomschrijving en werkomgeving verwachten. Veel eigen initiatief en een flexibele opstelling zijn vereist. Als je een pionier bent die van aanpakken houdt, ben je hier op de juiste plaats. n MATLOG zorgt voor de inzetgereedheid van de operationele eenheden. 14

Ter land, ter zee en in de lucht Het REA-team visualiseert de omgeving Op een veilige afstand van de woeste en grillige Schotse kust, laten de amfibische transportschepen de landingsvaartuigen te water. Beladen met trucks, landrovers en mensen varen zij naar het dunbevolkte eiland Benbecula. De landing vindt plaats op een strand in Loch Carnan, waar volgens de grootschalige kaart voor het laatst in 1859 hydrografisch onderzoek is gedaan. Kunnen de landingsvaartuigen er wel aan land komen en wat zullen de mariniers aantreffen? Tekst: Maartje van der Maas/Foto s: REA-team De landmachters presenteren een duidelijk luchtplaatje van een elektriciteitscentrale. Om antwoord te geven op deze vraag, is tijdens de oefening Joint Warrior een aantal extra mensen aan boord van Hr.Ms. Johan de Witt geëmbarkeerd. Zij vormen het Rapid Environmental Assessment (REA)-team. Voor het eerst bundelen specialisten van de marine en de landmacht de krachten om een duidelijk beeld te krijgen van het operatiegebied. Goed voorbereid op pad Voordat de schepen vertrekken, verzamelen wij allerlei data over het operatiegebied waar de mariniers gaan oefenen, begint REAcoördinator luitenant-ter-zee 1 John Loog zijn verhaal. Dit doen we tijdens Joint Warrior voor het eerst ter land, ter zee en in de lucht. Wij analyseren onder andere de begaanbaarheid van het terrein, de bodem voor de kust en de weersomstandigheden. Het REA-team bestaat uit hydrografen, meteo- en oceanografiespecialisten en terreinanalisten van de landmacht. Aan de hand van zeekaarten, luchtfoto s, satellietbeelden en informatie van verkenningseenheden krijgen we een behoorlijk beeld van het terrein. Toch zitten er altijd gaten in de informatie. We beginnen altijd met vage contouren en gaan dan inzoomen tot we de omgeving volledig kunnen visualiseren. Zo kunnen we de mariniers goed voorbereid op pad sturen en weten zij van te voren waar ze aan toe zijn. Het kan natuurlijk niet zo zijn dat ze een observatiepost op een bepaalde berg willen opzetten en er op de top achterkomen dat er een hogere berg voor hun neus staat die het zicht belemmerd. De knaloranje opnemingssloep valt behoorlijk op tegen de grauwe Schotse rotsen. De gekleurde gebieden zijn voor het eerst sinds 150 jaar opgenomen door het REA-team. Mini-hydrograaf Een tactische kleur heeft hij niet echt, lacht Loog als de knaloranje opnemingssloep vanaf de Johan de Witt te water wordt gelaten. Maar hij schrikt in ieder geval wel smokkelaars af. Aan boord zit een uitgeklede versie van de bemanning van een hydrografisch opnemingsvaartuig. Loog vertelt: We hebben iemand die verstand heeft van motoren, van het opnametuig en van het opereren met bootjes op zee. Voeg hier twee hydrografen aan toe en je hebt een aardig compleet team. De sloep is uitgerust met alle apparatuur die ook aan boord van de grote hydrografische schepen zit. Het is eigenlijk een mini-hydrograaf, aldus Loog. Er worden opnames gemaakt die aan alle hydrografische kwaliteitseisen voldoen. Omdat de zeekaarten van het gebied zodanig verouderd zijn, zijn de opnames van essentieel belang om te weten of de landingsvaartuigen wel aan land kunnen komen. We stellen deze gegevens ook beschikbaar aan de Britse hydrografische dienst, zodat zij hun kaarten kunnen bijwerken. Zo vangen we twee vliegen in een klap. Het REA-team blijkt in staat om in korte tijd een duidelijk beeld van de omgeving op te bouwen. Er worden gedetailleerde driedimensionale kaarten van zowel het land als de zeebodem gepresenteerd aan de NLMARFOR-staf. Daarbij doen de meteospecialisten accurate voorspellingen voor de schepen, de mariniers op het land en de vliegtuigen. Hoewel de verschillende teamleden nog nooit eerder hadden samengewerkt, zijn de tandwieltjes toch goed in elkaar gedraaid, concludeert Loog. We gaan dit zeker vaker doen. n 15

06.00 07.00 08.00 09.00 10.00 11.00 12.00 13.00 14.00 15.00 16.00 17.00 18.00 19.00 20.00 21.00 22.00 23.00 24.00 Burundi na La Crise Reservist in Bujumbura Reservist luitenant-kolonel der mariniers Eisso Kronenberg is werkzaam als militair adviseur bij het Bureau Integré des Nations Unies au Burundi ofwel: BINUB. Acht jaar geleden heeft hij zich als zelfstandig interimmanager gevestigd, maar heeft sinds die tijd vrij veel voor defensie gedaan. Hij was bijvoorbeeld projectofficier in het missiegebied in Afghanistan en militair waarnemer voor de Verenigde Naties in Soedan. Zo is hij als reservist ook weer in Burundi terecht gekomen. Kronenberg tussen de Burundese minister van Defensie en Interne Veiligheid. Op de foto staan ook twee andere Nederlandse adviseurs en de staf van het Nederlandse ambassadekantoor. Burundi is een heuvelachtig land dat vrijwel op de evenaar ligt. Het laagste punt is de hoofdstad Bujumbura, op 800 meter hoogte aan het Tanganyika meer gelegen, terwijl de heuvels tot 2800 meter reiken in het binnenland. Hierdoor is er een gematigd tropisch klimaat, dat in de regentijd weliswaar vochtig is, maar geen grote logistieke problemen veroorzaakt. Het land is zeer dichtbevolkt, erg arm, maar ook vastbesloten erbovenop te komen. La Crise De BINUB-missie zal niet iedereen iets zeggen. Na wat men hier La Crise, de crisis noemt, is er in 2004 een echte VN-vredesmissie onder de naam ONUB gekomen. Deze crisis heeft aan 300.000 Hutu s en Tutsi s het leven gekost. In 2005 zijn er voor het eerst democratische verkiezingen geweest. De regering die daaruit is gekomen, is fragiel maar van goede wil. De democratie houdt vooralsnog stand en er komen nieuwe verkiezingen in 2010. In 2006 werd de vredesmissie ONUB opgeheven, maar om het land te behoeden voor een te hevige terugval, is de missie BINUB ervoor in de plaats gekomen. Binnen de groep van militair adviseurs bij BINUB, ben ik gevraagd om projectmanager te worden van drie projecten die uit het Peace Building Fund van de VN gefinancierd 16

De oude en nieuwe keuken na de renovatie van de kazerne. worden. Of preciezer gezegd: mijn voorganger van de landmacht, overste Alwin van den Boogaard heeft de chauffeurszetel van de reeds rijdende trein aan mij overgegeven. Vertrouwen in de regering In de BINUB-missie worden de activiteiten van verschillende VN-organisaties uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld UNICEF of het Wereldvoedselprogramma (WFP). Een van de manieren waarop de VN helpen het land weer op te bouwen, is het Peace Building Fund. Dit fonds wordt door 33 lidstaten gevuld, waaronder Nederland. Vanuit het fonds worden verschillende projecten gefinancierd die de stabiliteit in het land en daarmee in de gehele Grote Meren-regio ten goede moeten komen. De projecten hebben betrekking op verschillende onderwerpen. Het vergroten van de veiligheid in het land door het opleiden en trainen van het leger, maar ook het integreren van de voormalige rebellengroeperingen binnen het overheidsapparaat. Deze projecten worden door het Ontwikkelingsprogramma van de VN (UNDP) opgezet, maar behoeven mankracht voor de uitvoering. Drie van deze projecten worden uitgevoerd door mijn projectteam van vijf Burundese officieren en enkele burgers. Het grootste project dat Probeer zo n fietser maar bij te houden als hij naar beneden komt stuiven. 17 Na de genocide, moet de bevolking weer vertrouwen krijgen in haar regering ik op dit moment behandel, gaat over het renoveren van zeventien kazernes verspreid over het land. Na afloop van de renovatie kunnen de troepen weer terugkeren naar een controleerbare situatie op hun kazerne, waar een bewustwordingsproces over de rol van militairen in een democratie zal plaatsvinden. Men verwacht hierdoor dat de gewelddadige criminele activiteiten zullen gaan afnemen en de bevolking weer vertrouwen zal krijgen in haar regering, in het gezag. Prachtige vergezichten Het mooie van deze uitzending is dat ik hier echt elke dag en elke minuut tussen de Burundezen ben en dat is een feest. De mensen zijn echt geweldig, zeer vriendelijk en respectvol. Het land is absoluut prachtig om door rond te trekken. Mijn werk brengt me regelmatig dagen achter elkaar in het binnenland om de vorderingen van de aannemers op de kazernes te volgen. Dat levert onderweg steeds weer spectaculaire vergezichten op. Tussen al het groen slingeren linten van vrouwen in felgekleurde kleding, kind in een lap op de rug gebonden en bagage mee op het hoofd. De fiets is overigens ook uitermate populair als vervoermiddel, om bijvoorbeeld elf kratten bier, twee oliedrums of vijf zakken van vijftig kilo meel tegelijk op te vervoeren. De overbeladen, gammele fiets wordt dan lopend de heuvel op geduwd. Maar probeer zo n fietser maar eens bij te houden als hij met ware doodsverachting aan de andere kant van de berg naar beneden komt stuiven. Ik woon hier in een gehuurd huis met personeel om te koken, schoon te maken en te bewaken. Het huis is prachtig gesitueerd tegen de berghelling met uitzicht over downtown Bujumbura en het Tanganyika meer. Ik woon daar samen met twee andere Nederlandse collega s, die als adviseur zijn ingezet bij de Burundese ministeries van Defensie en van Binnenlandse Veiligheid. Dat maakt het verblijf ook gezellig, je kunt s avonds de dag nog eens in het Nederlands doornemen. In de toekomst wil Nederland zijn samenwerking met Burundi op het gebied van veiligheid gaan intensiveren en er wordt nagedacht over uitbreiding van de mankracht hier. Het is een missie die ik iedereen kan aanraden! n zondag maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag

OMLT introduceert M16 in het Afghaanse leger We hadden de AK, maar dit is ook een goed wapen Sinds begin augustus is het zesde Nederlandse Operational Mentoring en Liaison team (OMLT) van het Korps Mariniers actief in de Afghaanse provincie Uruzgan. Het afgelopen anderhalf jaar hebben deze kleine en zelfstandige teams het in opbouw zijnde Afghaanse leger in alles begeleid. Van lesgeven, patrouilles lopen tot de beveiliging van het kamp, personeelszaken en logistieke administratie. Een van die dingen was ook opleiden van Afghaanse schietinstructeurs voor de M16. Tekstbewerking: Barry Wijnandts/Foto s: Dave de Vaal (AVDD) De mannen van OMLT 6B zijn toegewezen aan het tweede Kandak (bataljon) in de provincie Uruzgan. Dit Kandak heeft zijn staf op Kamp Holland in de provinciehoofdstad Tarin Kowt. De compagnieën en pelotons van dit Kandak zitten voornamelijk verspreid over een viertal Forward Operating Bases of Patrol Bases in de provincie. Deze posten zijn zelfstandige kampen die onder leiding staan van het Afghaanse Nationale Leger (ANA). Gemiddeld verblijven er zestig ANA-soldaten. Deze Forward Operating Bases brengen de militairen zo nauw mogelijk in contact met de lokale bevolking. Militaire aanwezigheid in het land wordt op deze manier niet alleen beperkt tot de grote steden. De mariniers van het OMLT werken zeer zelfstandig en moeten van alle markten thuis zijn. Zo leren de OMLT ers de Afghaanse militairen omgaan met een nieuw wapen. Op voorspraak van het 205 ANA Corps in Kabul, waar de brigade in Uruzgan deel van uitmaakt, is gekozen voor de M16 A2. Het nieuwe wapen is trefzekerder dan de AK-47, jarenlang het geweer van het Afghaanse leger. Regelmatig onderhoud De ontwikkelingen binnen het tweede Kandak hebben, ondanks de ramadan in september, niet stilgestaan. Er is hard gewerkt om het hele Kandak bewapend en getraind te krijgen met de M16. De M16 is het Amerikaanse equivalent van de Diemaco C7. Voor Sergeant Zarmin stelt de korrel van zijn nieuwe wapen bij. (Foto: Richard Frigge, AVDD) soldaten die gewend zijn aan de onderhoudsvrije Kalashnikov (AK-47), is de M16 een wereld van verschil. Dit wapen heeft regelmatig onderhoud nodig en de Afghanen zijn helemaal niet gewend om een wapen te onderhouden. Ook het kleiner kaliber van de M16 leverde veel scepsis, aldus kapitein der mariniers Tim. Bewapenen en trainen zijn één ding. Het getraind houden van de soldaten vindt hij nog veel moeilijker. Er zijn veel meer 18

handelingen aan het wapen nodig om de M16 te bedienen dan bij de relatief eenvoudige AK. Je ziet dan snel dat iedereen zijn eigen wapendrills gaat ontwikkelen. Nagelschaartje Opperwachtmeester Frank (CLAS) blikt terug naar begin augustus. De luchtmobieler maakt deel uit van het OMLT dat elf Afghaanse militairen van de 4 ANA-brigade in Uruzgan tot schietinstructeurs heeft opgeleid. Nu houdt hij een oogje in het zeil bij de instructielessen die de kersverse instructeurs geven met de M16. We begonnen met twee klasjes en kregen er elke dag een klasje bij. Nu leiden we zeventig militairen per week op. In december willen we alle 2800 militairen van de 4 Afghan National Army Brigade hebben opgeleid. Achter in zijn leslokaal probeert één van de cursisten zelf de richthoogte in te stellen. De groene baret op zijn hoofd beweegt heen en weer als hij aan zijn riem een stukje gereedschap zoekt om het voor elkaar te krijgen. Dan vindt hij zijn nagelschaartje, dat ook dienst doet als multitool. Kan ik het pinnetje hiermee aanpassen?, vraagt hij aan Frank, terwijl hij een spits schroevendraaiertje te voorschijn tovert. Ja hoor, heel goed, zegt Frank en doet het gelijk voor. Om het leermoment te vergroten legt hij direct uit dat de onderkant van de korrel op gelijke hoogte moet komen met de bovenzijde van de loop. Dat wordt begrepen. Ook door buurman Zarmin. Voor de sergeant van de verkenningseenheid binnen het 4e Kandak (bataljon) is het werken met de M16 een enorme verandering, na jarenlang alleen met de AK-47 gewerkt te hebben. Het is allemaal nieuw voor mij. Hiervoor hadden we de AK, maar dit is ook een goed wapen. Leeg potje Een groep van ongeveer vijftig man worden door een team van vier mariniers begeleidt. We leven en werken zij aan zij met deze soldaten. We leren hun talen spreken en hun humor kennen, zegt Tim. Hij merkt op dat er nog een grote cultuuromslag nodig is, voordat de Afghaanse militairen op eigen benen kunnen staan. De militairen op de Forward Operating Bases krijgen geld van de ANA zodat ze tijdens hun periode lokaal voeding kunnen inkopen. In het begin van de maand, wordt er zeer royaal ingekocht, zodat na tien dagen al het potje leeg is. Ook constateert Tim veel problemen met ongeoorloofde afwezigheid doordat de Afghanen ook andere verplichtingen hebben als familie of soms zelfs nog ander werk. Het Nederlandse OMLT startte in juli lessen in Elementaire Instructie Bekwaamheid. Elf Afghaanse onderofficieren behaalden het diploma van deze cursus en maken de rest van hun brigade vertrouwd met het nieuwe wapen. Sinds september werken ze zelfstandig en vervullen de Nederlandse militairen van het OMLT een toezichthoudende rol. Bedoeling is dat in december alle eenheden van het ANA in Uruzgan zijn opgeleid op de M16. Tim: Wij moeten onszelf overbodig maken en de Afghanen stevig in het zadel helpen, pas dan kunnen we onze taken volledig overdragen. n Voor soldaten die gewend zijn aan de onderhoudsvrije Kalashnikov (AK-47), is de M16 een wereld van verschil 19

Opleiding hellinghoekschieten in Amerika Hier leer je het pas Een kaarsrechte lange weg door een desolaat kaal landschap leidt naar het stadje Hawthorne middenin de Nevada high desert. Aan beide zijden een golvend berglandschap met amper begroeiing. Een shaggie draaiende cowboy op zijn paard zou hier prima op zijn plek zijn. Het kadaver langs de weg maakt dat beeld compleet. Geen Lucky Luke maar twaalf Special Forces opereren in dit gebied. De Nederlandse mariniers volgden in oktober voor de eerste keer de high angle course (hellinghoekschieten) in een gebied dat bijna identiek is aan Afghanistan. Tekst: Vanessa Strijbosch/Foto s Cees Baardman tijk omdat ons landschap daar gewoonweg niet geschikt voor is. Het hellinghoekschieten is juist om die reden nooit op grote schaal beoefend. Het bezoek van het Eerste Mariniersbataljon aan Amerika was daarom de perfecte kans om aan te haken en de high angle course voor de eerste keer te volgen. Dit is een hele goede leerschool, die op regelmatige basis beoefend moet worden om operationeel gereed te zijn. Hier worden we met de neus op de feiten gedrukt, evalueert de sergeant-majoor. Het is heel moeilijk om dit thuis in de praktijk toe te passen. Hier komen we erachter dat dingen toch lastiger zijn dan gedacht. Achthonderd meter lijkt hier een stuk verder dan op Harskamp. Terwijl de mariniers van het Eerste Mariniersbataljon zich in het zweet werken in de bergen nabij Bridgeport (Californië) oefenen de snipers en marksmen (snipers in opleiding) drie uur verderop op het terrein van een voormalig munitie depot bestaande uit drieduizend bunkers hun skills op het gebied van hellinghoekschieten. De snipers grepen de gelegenheid gretig aan om, op hoogte in een omgeving en klimaat die sterk lijken op Afghanistan, zich te kwalificeren voor deze vaardigheid. Op een berg (1800 meter) die de typische naam Rocky Mountain heeft, werken de snipers hun programma in tien dagen tijd af. Ik zou hier wel weken kunnen liggen schieten. Hier leer je het pas, vertelt de senior instructeur, sergeant-majoor Ed, enthousiast. Neus op de feiten Aan schieten in bergachtig gebied wordt over het algemeen weinig aandacht besteed door de Special Forces mariniers. In Nederland kunnen we alleen op de vlakke baan trainen, maar in onze uitzendgebieden gebeurt vrijwel alles op hoogte, licht de instructeur toe. We kunnen wel de theorie in Nederland leren, maar nooit de prak- Civiele schiettraining Ook de 22 e Infanteriecompagnie (INFCIE) maakte gretig gebruik van de ideale trainingsomstandigheden in Hawthorne. Maar niet alleen de omgeving maakte deze schiettraining bijzonder, ook de manier waarop de training tot stand kwam en de uitvoering gaven het een speciaal tintje. De Amerikaanse civiele organisatie high desert special operations centre (HDSOC) verkoopt pakketten geënt op specialistische trainingen. Omdat de 22e INFCIE moeite had de eigen schiettraining te ondersteunen, besloten ze deze organisatie te benaderen. Gepensioneerde SF-militairen verzorgden de schiettraining die zich vooral richtte op een doelenaanbod tot honderd meter en het zogeheten gevechtsschieten, beide aspecten die noodzakelijk zijn voor Afghanistan. Majoor der mariniers Patrick de Rooijj is erg te spreken over deze realistische praktijkgerichte manier van trainen. De instructeurs van Niet happy De snipers kunnen nu hun nieuwe wapen, de Accuracy International.338, goed uittesten. Maar juist op dat gebied komt een aantal verbeterpunten naar boven. De senior instructeur is niet helemaal happy met het nieuwe materiaal. De telescoop is niet perfect en de lopen zijn waarschijnlijk niet geheel in orde. Het is een goed wapen op de lange afstand, mits hij voldoet aan de gestelde eisen. We hebben nu redelijk wat punten geconstateerd die volgens ons en de Amerikaanse instructeurs niet goed zijn aan het wapen. Aan de rand van een wel erg steile afgrond ligt een marksman op zijn buik door zijn telescoop naar beneden te turen. De stalen doelen zijn met het blote oog nauwelijks zichtbaar, niet meer dan een minuscuul puntje in de verte. Als het schot wordt gelost is door de ontstane stofwolk in eerste instantie niet te zien of het doel is geraakt. Zijn observer bevestigt dat het doel is gemist. De lange afstandschutter baalt, haalt een paar keer diep adem en doet nog een poging: raak! n HDSOC wisten zelfs de meest gelouterde onderofficier nieuwe dingen te leren. De resultaten gingen zienderogend vooruit, aldus de cc van de 22e INFCIE. 20