5,7. Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari keer beoordeeld 4.1

Vergelijkbare documenten
Economie Pincode klas 3 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 5: Aan de slag! Exameneenheid: Arbeid en productie

Samenvatting Economie Hoofdstuk 5+6

ECONOMIE. Begrippenlijst H4 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

Startkwalificatie Het minimale onderwijsniveau dat volgens de overheid nodig is om en baan te vinden. Het gaat dan om een diploma, havo, vwo of mbo.

Economie Pincode klas 4 vmbo-gt 6 e editie Samenvatting Hoofdstuk 4: Aan het werk! Exameneenheid: Arbeid en productie

7,2. Samenvatting door een scholier 1510 woorden 30 maart keer beoordeeld

ECONOMIE. Begrippenlijst H5 VMBO-T2. PINCODE 5 e editie vmbo-kgt onderbouw. Bewerkt door D.R. Hendriks. Sint Ursula Scholengemeenschap, Horn

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2, Werken

Samenvatting door een scholier 1905 woorden 16 maart keer beoordeeld. Economie Hoofdstuk 4

Geboorteoverschot: Bij een geboorteoverschot worden er per jaar meer mensen geboren dan er sterven.

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Beroepsbevolking: het aantal mensen tussen de 15 en 65 jaar, dat meer dan 12 uur per week wil en kan werken.

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en arbeidsmarkt? (openstaande)vacatures. 2)Noem een ander woord voor Werkenden werkgelegenheid.

Werken of vrije tijd?

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

7,5. Samenvatting door een scholier 1363 woorden 7 februari keer beoordeeld. Lesbrief: Arbeidsmarkt. Hoofdstuk 1: De arbeidsmarkt op

Samenvatting Economie Module 4, hoofdstuk 9-12

5.1 Wie is er werkloos?

Samenvatting Economie Lesbrief werk H1 t/m 6

6,9. Samenvatting door een scholier 1762 woorden 21 februari keer beoordeeld. Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

Samenvatting Economie Werk hoofstuk 1 t/m 3

5,7. Samenvatting door een scholier 1259 woorden 5 april keer beoordeeld. Economie hoofdstuk 1 van module 1

6,7. Begrippenlijst door een scholier 1879 woorden 29 oktober keer beoordeeld

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5, Arbeidsmarkt

5.2 Wie is er werkloos?

4,8. Samenvatting door een scholier 1776 woorden 6 december keer beoordeeld

4,3. Samenvatting door een scholier 2003 woorden 31 oktober keer beoordeeld

Indexcijfer productie= indexcijfer werkgelegenheid x indexcijfer arbeidsproductiviteit 100

Thema: Arbeidsmarkt vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

7.6. Boekverslag door S woorden 18 januari keer beoordeeld. Vak Maatschappijleer 1. Maatschappijleer Werk. Paragraaf 1.

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt

> betaald > formele sector: wit > informele sector: zwart > onbetaald > informele sector

UIT de arbeidsmarkt

Bij produceren gaat echt om alle activiteiten die gericht zijn op het maken van producten of het verrichten van diensten.

Opnamekosten Boeterente, indien je je geld eerder opneemt dan de afgesproken looptijd dan moet je een boete rente betalen.

4.1 Klaar met de opleiding

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt H1 t/m H4

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:

Arbeidsmarkt Vraag naar arbeid Werkgelegenheid Aanbod van arbeid: b Marktmechanisme Loonkosten per product

Samenvatting Economie Werk

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt

aanbod van arbeid: alle mensen tussen de 15 en de 65 die willen, kunnen en mogen werken. (werknemers, zelfstandigen en werklozen)

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

1)Waaruit bestaat de vraag op de Werkenden en (openstaande)vacatures. arbeidsmarkt? Werkenden 2)Noem een ander woord voor

8,2. Samenvatting door een scholier 1686 woorden 10 februari keer beoordeeld

arbeid inspanning van lichamelijke en/of geestelijke krachten om iets tot stand te brengen => werk

7,3. De functies van werk: Maatschappelijke positie: de betekenis van werk: Samenvatting door een scholier 1283 woorden 8 juni 2008

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

7,9. Samenvatting door een scholier 1248 woorden 29 september keer beoordeeld. Economie Samenvatting; de arbeidsmarkt

Samenvatting Werk & Werkloosheid

Dé arbeidsmarkt bestaat niet. Het bestaat uit een groot aantal deelmarkten die min of meer met elkaar in verbinding staan.

Samenvatting Economie Module 1 hoofdstuk 1 en 2

De beroepsbevolking bestaat uit werkende (zelfstandigen en werknemers) en werkelozen. aantal inactieven i/a-ratio = - x 100 aantal actieven

H1: Economie gaat over..

Samenvatting door een scholier 1310 woorden 17 februari keer beoordeeld

Arbeidsmarkt: begrippenlijst

keer beoordeeld 12 februari 2015

Samenvatting Economie Lesbrief arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt hoofdstuk 1,2,3,4,5

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen

4.1 De collectieve arbeidsovereenkomst

Economie hoofdstuk 1:

6,6. Samenvatting door een scholier 768 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Hoofdstuk Bruto- en nettoloon

Samenvatting M&O H

H5 - H O E W E R K T D E A R B E I D S M A R K T?

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt

3.2 De omvang van de werkgelegenheid

Examen aantekeningen 2014

Een halve eeuw arbeidsmarkt. 14 december 2018 Paul de Beer, Wieteke Conen

ANTWOORDEN HOOFDSTUK 5

Samenvatting Economie Hoofdstuk 3

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt Hoofdstuk 1 t/m 5

4,7. Samenvatting door een scholier 1766 woorden 29 juni keer beoordeeld. Maatschappijleer Thema's maatschappijleer

2.1 De keuze tussen werk en vrije tijd

Samenvatting Economie Module 1

Samenvatting Economie Levensloop Hst. 2/3/4

indexcijfers geven de verhouding weer tussen de omvang van een grootheid in een bepaalde periode en de op 100 gestelde omvang

Loonstarheid: lonen staan minimaal een jaar vastà vertraging à overschotten of tekorten niet meteen weggewerktà gevolg:

arbeidsparticipatiegraad: de participatiegraad geeft aan welk percentage van de potentiële beroepsbevolking deelneemt aan het

Werkboek Werk Ver 2. Week Opgaven Bijzonderheden 5 Toetsbespreking 1.1 t/m Dit boekje elke les meenemen! t/m t/m 2.

Samenvatting Maatschappijleer Werk

VAK: ECONOMIE METHODE: Pincode 3 VMBO kader 5 e editie KLAS: 3 CONTACTUREN PER WEEK: 3 x 50 minuten per week

Paragraaf 2 De hedendaagse arbeids samenleving 2.1 wat is een arbeids samenleving?

Consumptiemaatschappij: -> arbeiders blijven werken ook al hebben ze hun eerste levensbehoeften bevredigd

Samenvatting Economie Gehele boekje 'Arbeidsmarkt'

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.

Arbeid = arbeiders = mensen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkgelegenheid commerciële sector daalt. Minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening

Praktische opdracht Economie De economische groei in Nederland in jaren-90

Arbeidsethos betekent: de betekenis die mensen aan arbeid toekennen. Hoe mensen tegen het werk aan kijken dus.

Begrippenlijst Maatschappijleer Hoofdstuk 5

Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid en bedrijven

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)

[ Vakman ] Weet je dat? CNV Hout en Bouw

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Samenvatting Maatschappijleer Werk

Transcriptie:

Samenvatting door een scholier 1664 woorden 2 januari 2016 5,7 6 keer beoordeeld Vak Methode Economie Pincode H4 4.1 Mensen hebben verschillende motieven om te werken. Behalve om geld te verdienen, werken mensen ook omdat het nuttig is, vanwege de contacten, de regelmaat en de mogelijkheid om jezelf te ontwikkelen. Betaalde arbeid kan worden verricht in een voltijdbaan of en deeltijdbaan. Je kunt ook onbetaalde arbeid doen, zoals vrijwilligerswerk. Het verdelen van de taken in huis en op het werk wordt taakverdeling genoemd. De arbeidsproductiviteit kan toenemen door mechanisatie, omdat machines arbeid van mensen overnemen, of door automatisering met behulp van computers. Deeltijdbaan: een betaalde baan van minder dan het volledig aantal uren per week; het volledig aantal uren is 35 uur of meer per week (voltijdbaan). Arbeidsproductiviteit: de hoeveelheid geproduceerde producten per arbeider per tijdseenheid. Mechanisatie: het vervangen van menselijke arbeid door machines. Automatisering: het overnemen van menselijke arbeid door computers. 4.2 Iemand die mensen in dienst heeft is een werkgever. Als je werkt voor een bedrijf ben je werknemer. Veel werknemers hebben een uitvoerende functie, maar je kunt als werknemer ook een leidinggevende functie hebben. Net zoals mensen in organisaties allerlei taken hebben, hebben bedrijven hun eigen takken bij het produceren van goederen. De productieweg toont alle bewerkingen die nodig zijn om van grondstoffen een eindproduct te maken. In een bedrijfskolom zie je alle bedrijven die bij de productie van een product betrokken zijn. Elk bedrijf voegt waarde toe aan het product. Bedrijven die grondstoffen uit de bodem, de zee of van dieren betrekken, zitten in de primaire sector. Bedrijven uit de industrie en nijverheid vormen de secundaire sector en de tertiaire sector bestaat uit bedrijven in de commerciële dienstverlening. Werkgever: de werkgever is iemand die (of een bedrijf dat) één of meer personen in dienst heeft. De werkgever geeft het werk aan die mensen. Werknemer: de werknemer is iemand die in dienst van een baas werk doet. https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 1 van 7

Productieweg: de productieweg bestaat uit alle bewerkingen aan het product van grondstof tot eindproduct. Bedrijfskolom: de bedrijfskolom toont alle bedrijven die voorkomen op de productieweg van een product. Primaire, secundaire en tertiaire sector: onderverdeling van bedrijven in producenten van grondstoffen (primaire sector), industrie (secundaire sector), en dienstverlening (tertiaire sector.) 4.3 In een arbeidsovereenkomst staan de afspraken tussen werkgever en werknemer over beloning, werktijden en taken. Als je afspreekt met je werkgever dat je komt werken na een oproep, is dat een vorm van flexibel werken. Je werkplek moet voldoen aan de wetten over arbeidsomstandigheden. Deze gaan over de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemers. Arbeidsvoorwaarden worden besproken tussen vakbonden en werkgeversorganisaties en worden vastgelegd in een Collectieve Arbeidsovereenkomst, de cao. Alle bedrijven in de bedrijfstak moeten zich houden aan de cao van die sector. Sommige bedrijfstakken hebben geen cao. Arbeidsovereenkomst: de arbeidsovereenkomst is het contract tussen werkgever, die arbeid verricht, en werknemer, die loon betaalt. In de arbeidsovereenkomst staan de arbeidsvoorwaarden beschreven. Arbeidsomstandigheden: alles wat op de werkplek te maken heeft met de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemer. Collectieve Arbeidsovereenkomst (cao): een overeenkomst tussen werkgevers en werknemers over de arbeidsvoorwaarden. Een cao geldt voor alle bedrijven in een bedrijfstak. 4.4 Het wettelijk minimumloon is het minimumsalaris dat een werkgever moet betalen. In Nederland moet iedereen van 18 jaar en ouder in zijn eigen levensonderhoud voorzien, maar mensen die buiten hun schuld niet kunnen werken, krijgen door het stelsel van sociale zekerheid een bedrag van de overheid. Werkgevers en werknemers dragen beiden bij aan de kosten van ons sociale zekerheidstelsel. Dat stelsel bestaat uit verplichte werknemersverzekeringen en volksverzekeringen. Van het brutoloon dat iemand verdient, gaan inhoudingen van loonbelastingen en premies voor de verplichte verzekeringen af. Wat overblijft na de inhoudingen van loonbelasting en premies voor de verplichte verzekeringen af. Wat overblijft na de inhoudingen voor belasting en premies, is het nettoloon. Een bedrijf dat iemand wil ontslaan, moet hiervoor een ontslagvergunning aanvragen bij het CWI of de overeenkomst laten ontbinden bij de kantonrechter. Wettelijk minimumloon: het bedrag dat werkgevers minimaal moeten uitbetalen aan werknemers. Stelsel van sociale zekerheid: de regels die ervoor zorgen dat iemand die buiten zijn schuld niet kan werken, een bedrag voor het levensonderhoud van de overheid kan krijgen. Werknemersverzekering: een verplichte verzekering waarvoor de premies worden betaald van het loon. Voorbeelden zijn de werkloosheidswet en de ziektewet. https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 2 van 7

Volksverzekering: een algemene verzekering voor iedereen in Nederland. Voorbeelden zijn de AOW en de bijstandswet. Brutoloon: het loon zonder inhoudingen voor loonbelasting en premies. Nettoloon: het nettoloon is het loon na inhoudingen voor loonbelasting en premies. Vissen Landbouw Agrarische sector Houtkap Mijnbouw Aantekeningen H4 Beroepssectoren: 1 Primaire sector: natuur, bvb: Slager Fabrieken Gamma V&D AH Banken 2 Secundaire sector: produceren, bvb: 3 Tertiaire sector: commercieel (winst nodig), bvb: https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 3 van 7

Diensten Leger 112 Leraren Ambtenaren 4 Quataire sector: niet commercieel (geen winst nodig) Werken voor de overheid, bvb: Premies: Vaste bedragen betalen voor verzekeringen In termijnen betalen: maandelijks, kwartaal, jaarlijks Financiële dienstverlener (bank): 1. 2. 3. 4. Beheer: veiligheid van geld Leningen Kredieten: soort leningen Betalingsverkeer Lopende rekening: De bank maakt winst door rentemarge en transactiekosten. Hoe is rente ontstaan? Als je vroeger iets leende gaf je als bedankje iets meer terug. Wat is inflatie? Productiekosten stijgen en daarom ook de kosten van het product. Je loon stijgt dan ook maar je koopkracht blijft gelijk. https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 4 van 7

Zwart werken: Voordelen: hoog loon (relatief) door geen loonbelasting Nadelen: overheid verliest geld à onderhoud NL, strafbaar, veel contant geld, geen uitbetaling of minder, bij een ongeval niet verzekerd. H5 Mensen die minimaal 12 uur per week werken of werk zoeken, vormen samen de beroepsbevolking. Zijn vormen het aanbod van arbeid. Niet iedereen in de leeftijd tussen 15 en 65 heeft een baan. De arbeidsparticipatiegraad van vrouwen is in de laatste vijftig jaar flink gestegen. De vraag naar arbeid komt van werkgevers die mensen nodig hebben om het werk te doen. Werkgevers bieden werkgelegenheid. Werkgelegenheid kan worden uitgedrukt in personen, maar als de deeltijdbanen worden omgerekend tot voltijdbanen kun je de werkgelegenheid ook weergeven in arbeidsjaren, dat zijn volledige banen gedurende het hele jaar. De arbeidsmarkt is een abstracte markt van vraag naar en aanbod van werk. Beroepsbevolking: de beroepsbevolking bestaat uit alle mensen tussen de 15 en 65 jaar die minimaal 12 uur werk betaald per week verrichten of zich voor minimaal 12 uur per week beschikbaar stellen voor de arbeidsmarkt. Arbeidsparticipatiegraad: een percentage dat de deelname van mensen aan de arbeidsmarkt weergeeft. Arbeidsjaar: een arbeidsjaar is een volledige baan van een vol jaar. Wordt gebruikt om de werkgelegenheid weer te geven. Werkgelegenheid: het aantal arbeidsplaatsen dat beschikbaar is bij bedrijven en de overheid. Werkgelegenheid is de vraag naar arbeid. Arbeidsmarkt: de arbeidsmarkt is het totaal van aanbod van arbeid en vraag naar arbeid. Het aanbod van arbeid is de beroepsbevolking, de werkgelegenheid vormt de vraag. Iedereen die zich als werkzoekende inschrijft bij het CWI, het Centrum voor Werk en Inkomen, en een baan zoekt voor minimaal 12 uur per week, behoort tot de geregistreerde werkloosheid. Er zijn ook mensen die zich niet inschrijven, bvb omdat ze geen uitkering aanvragen, maar toch wel willen werken. We noemen dit verborgen werkloosheid. In Nederland zijn er veel werklozen. Er bestaat tijdelijke werkloosheid van mensen die korter dan een jaar naar werk zoeken. Een voorbeeld daarvan is de frictiewerkloosheid, die ontstaat doordat mensen tussen twee banen of na hun opleiding even geen werk hebben. Ook seizoenswerkloosheid is tijdelijk. Mensen die langer dan een jaar naar werk zoeken, zijn langdurig werkloos. Gemeentes hebben er belang bij dat mensen met een (bijstands)uitkering een betaalde baan vinden, daarom hebben zij banenplannen. Geregistreerde werkloosheid: alle mensen tussen 15 en 65 jaar die: - als werkzoekende staan ingeschreven (geregistreerd) bij het CWI en op zoek zijn naar werk voor minimaal 12 uur per week. Centrum voor Werk en Inkomen: het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI) is een overheidsinstelling die werkzoekenden inschrijft en ze helpt bij het vinden van een baan. Wie een uitkering aanvraagt, moet staan ingeschreven bij het CWI. Verborgen werkloosheid: dit zijn alle mensen die wel werk zoeken, maar niet als werkzoekende zijn geregistreerd bij https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 5 van 7

het CWI. Tijdelijke werkloosheid: mensen die korter dan een jaar naar werk zoeken. Frictiewerkloosheid: frictiewerkloosheid ontstaat doordat mensen tijdelijk geen werk hebben na een opleiding of tussen twee banen. Langdurige werkloosheid: mensen die langer dan een jaar naar werk zoeken. 5.3 Er zijn veel oorzaken van werkloosheid. De werkgelegenheid is niet altijd op dezelfde plaats als de werkzoekenden, en ook passen de opleidingen van de werkzoekenden niet altijd bij de banen die worden aangeboden. Dit heet ook wel kwalitatieve structurele werkloosheid. Daarnaast kan er een gebrek aan arbeidsplaatsen ontstaan door mechanisatie en automatisering en als bedrijven verplaatsen naar het buitenland. Dit wordt kwantitatieve structurele werkloosheid genoemd. Ook de economische situatie in een land heeft veel invloed op de werkgelegenheid. Als er veel groei is, spreekt men wel van hoogconjunctuur en is er veel vraag naar producten en diensten. Neemt de groei af of krimpt de economie, dan besteden consumenten minder, neemt de productie af en zal er conjuncturele werkloosheid ontstaan. Kwalitatieve structurele werkloosheid: werkloosheid die is ontstaan door kwaliteitsverschil tussen aanbod en vraag van arbeid, bvb op het gebied van scholing. Kwantitatieve structurele werkloosheid: werkloosheid door onvoldoende arbeidsplaatsen, onder andere door mechanisatie, automatisering en verplaatsing van de productie naar het buitenland. Conjuncturele werkloosheid: door schommelingen in de groei van de economie is de vraag naar producten te laag; hierdoor ontstaat werkloosheid. 5.4 Voor geschoold werk heb je een opleiding nodig, voor ongeschoold werk niet. Een bedrijf dat een werknemer zoekt, heeft een vacature. Dit kan komen omdat er iemand weggaat, maar ook omdat het bedrijf gaat uitbreiden. Bedrijven maken hun vacatures bekend op verschillende manieren: in de kranten of op vacaturesites bijvoorbeeld. Als je opzoek gaat naar betaald werk, zul je moeten solliciteren; jezelf presenteren aan een bedrijf. Je kunt ook een open sollicitatie schrijven aan bedrijven waar in de toekomst misschien vacatures zijn. Bij een sollicitatiegesprek hoort ook dat je onderhandelt over je arbeidsvoorwaarden. Zoek je werk, dan kun je je ook inschrijven bij een uitzendbureau. Naast tijdelijk werk bemiddelen die ook voor vaste banen. Vacature: een baan waarvoor iemand wordt gezocht. Dit kan bij een bedrijf zijn of bij de overheid. Solliciteren: jezelf presenteren aan een mogelijke werkgever als kandidaat voor een vacature. Aanbod Vraag Loon Krappe arbeidsmarkt = Ruime arbeidsmarkt = https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 6 van 7

Bij een krappe arbeidsmarkt heb je een hoger loon. Vormen werkloosheid: Seizoenswerkloosheid Conjuncturele Structurele Regionale Frictie Tabel in aantekeningenboekje doorkijken! https://www.scholieren.com/verslag/88928 Pagina 7 van 7