Onderzoeksboekje. Klas: Namen:

Vergelijkbare documenten
Gebruik het vragenmachientje en bedenk een onderzoeksvraag

Sectorwerkstuk

What s up Zuiderzeeland? aardrijkskunde, praktische opdracht

Lessenserie De hellingbaan

Sectorwerkstuk

Voorbeeld: Ik werk het liefst met een tweetal.

STAP 1 (tijd: 1 uur, Punten 5)

Hoe maak ik... Naam: Groep:

hoge stroming Fase Ontdek en onderzoek

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Waarom ga je schrijven? Om de directeur te overtuigen

Na het bekijken van de video en het bestuderen van bovenstaande illustratie, moet je de onderstaande vragen kunnen maken.

werkblad Scheldeberoep verkennen Veel beroepen hebben met de Schelde te maken. Welk beroep zou jij verder willen verkennen?

O&O cyclus. Onderzoeken en ontwerpen

What s up Zuiderzeeland? maatschappijleer/geschiedenis praktische opdracht

Profielwerkstuk: stappenplan, tips en ideeën

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Leidraad om een onderzoek te maken dat aan alle voorwaarden van de FLL voldoet.

SECTORWERKSTUK

DE NATIONALE WETENSCHAPSAGENDA VOOR SCHOLIEREN - DEEL 1 HAVO

Ontwikkel je eigen ijsje!

Hoe schrijf ik een artikel?

Een deel van het onderzoek doe je met z n tweeën, het andere deel doe je zelfstandig. Dit onderzoek telt als repetitie A en B.

Praktische Opdracht (p.o.) brugklassen De Romeinen! NAAM: KLAS: ONDERWERP: p.o. inleveren!

ONDERZOEK VOOR JE PROFIELWERKSTUK HOE DOE JE DAT?

JE EIGEN BUURT OMSTREEKS 1935

vaardigheden bijlage inhoud vaardig 1 Woordweb maken Veilig werken Diagram maken Verslag maken Mondeling presenteren 122

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider:

Leren als een expert!

Presenteren. Oriëntatie

leer-actief werkboek Naam: 1

Kim Dalessi.

WikiKids Atlas. Lerarenhandleiding Project WikiKids Atlas

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Onderzoeksvraag Uitkomst

Ik beweeg! Lessenserie: Ik beweeg!

Beroepenwerkstuk 3 MAVO

Aanleiding projectweken. Gewenste kaders van een projectweek. Het proces

Test je kennis! De heelalquiz

Zonnepanelen op school. Team 1: Meten Onderzoek naar de opbrengst van zonnepanelen. Jullie gaan meten wat zonnepanelen aan energie opbrengen

Plan van aanpak horizon verbreden Zuid-Afrika

What s up Zuiderzeeland?

Fase Ontdek en onderzoek

Introduceren thema 80 jarige oorlog. Thema: 80 jarige oorlog. centraal: 2. Maak een nieuw eigentijds volkslied.

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

energie Natuur & Techniek Bespreek met de kinderen waar in huis allemaal energie voor alleen nadenken over de verschillende soorten energie, maar

Wetenschappelijk Onderzoek

Uitleg boekverslag en boekreclame

Techniek? Constructies. [Geef tekst op]

Sectorwerkstuk. Theoretische Leerweg. Klas 4 TL/M

RESEARCH & DESIGN. keuzeonderzoeken. Verwondering: het begin van wetenschap. klas 1 havo/atheneum , periodeboek 1A:

Begeleide interne stage

Rapportage Werksoorten. Bea het Voorbeeld. Naam: Datum:

Juf Sabine en juf Maaike

Takenblad Plusklas Ontdekken Periode 2 : Herfstvakantie tot kerstvakantie. Opdracht: Spoorzoekers Van wie is die vingerafdruk?

Uitdager van de maand. Natuur & Techniek, groep 7/8. Algemeen. Titel. Lang leve je lijf. Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen

Onderzoek doen 1. Algemene start

What s up Zuiderzeeland?

Dit stappenplan is ingevuld door:

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Techniekkaart: Het houden van een interview

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk?

Algemene instructies voor de strategie: Vragen stellen. Introductiefase bij de eerste les:

Profielen. Inhoud. 1. Het profielwerkstuk. Stappenplan, tips en ideeën Profielwerkstuk

Zo doe je een onderzoek DEF Handleiding

Lesbrief Assenstelsels. Versie 1

Tekst lezen en vragen stellen

Wat ga je schrijven: een verklarende tekst. Voorbereiden op het schrijven: een film bekijken

Handleiding voor de leerling

NAAM: GROEP: SCHOOL:

Sta in je recht. Lessen over (kinder)rechten voor PO

Waarom ga je schrijven? om de directeur te overtuigen. Wat voor tekst schrijf je? een overtuigende tekst. Voorbereiden van je overtuigende tekst

Team 6: Zonnepanelen. Onderzoek naar het gebruik van zonnepanelen

Pepernoten warenonderzoek Groep 5&6

Reflectiegesprekken met kinderen

Kraanwater, je hebt het elke dag nodig. Om te drinken bijvoorbeeld, maar

A person who never made a mistake never tried anything new.

What s up Zuiderzeeland?

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Praktijkboek CKV onderzoek

Wat weet je al? Je gaat bekijken wat je al over de overheid weet.

Hoe bereid ik een spreekbeurt voor?

Lesmateriaal bij workshop onderzoekend leren geïnspireerd op sterrenkunde WTA 22 april 2015

PeerEducatie Handboek voor Peers

Maak je eigen vlieger

Sectoren. Inhoud. 1. Het sectorwerkstuk. Stappenplan, tips en ideeën Sectorwerkstuk

Wereldgodsdiensten. Project Levensbeschouwing 2 e klas St. Nicolaaslyceum. Naam:

GROEP 3 GROEP 4 GROEP 5 GROEP 6 GROEP 7 GROEP 8. limme Taal. Kranten en tijdschriften

Oriëntatie. Wat??? een zeepkist??? Oriëntatie. Welke. Dit ga je doen Onderzoeken wat nu eigenlijk een zeepkist is.

Uitdager van de maand. Natuur & Techniek, groep 8. Algemeen. Titel. Schimmels. Cognitieve doelen en vaardigheden voor excellente leerlingen

Leerlingenhandleiding

Handleiding voor docenten

Ik wilde een opdracht ontwikkelen voor leerlingen die voldoet aan de uitgangspunten van competentiegericht leren.

Zorg voor focus Invulblad bij module 3 e-cursus Slimmer werken, Meer bereiken

4 Denken. in het park een keer gebeten door een hond. Als Kim een hond ziet wil ze hem graag aaien. Als

Werkstuk. En natuurlijk ook spreekbeurt. Gemaakt door: Dimanida Kemkievelden Groep 7abcd

Hoe schrijf ik de geheimste brief?

Bodyclap. Make the Music with your body

Bijlage W2 groep 7 1

Transcriptie:

Onderzoeksboekje Klas: Namen:

De onderdelen van de onderzoekscyclus: 1. Introductie 2. Verkennen 3. Opzetten onderzoek 4. Uitvoeren onderzoek 5. Concluderen 6. Presenteren 7. Verdiepen/verbreden 2

Science Beoordelingsformulier Eigen Onderzoek Naam 1: Naam 2: Onderdeel Inleveren / Controle Punten, maximaal Scores, punten die je krijgt. Onderzoeksvraag opstellen; Onderzoekscyclus 1 en 2 Week 4 20 Plan van aanpak en eerste testmeting; Onderzoekscyclus 3 Week 4 of Week 5 20 Meetresultaten eigen onderzoek (liefst in logboek genoteerd) Onderzoekscyclus 4 Week 6 of Week 7 20 Posterpresentatie in de klas Onderzoekscyclus 5-6 Week 8 20 Verslag inleveren Onderzoekscyclus 5-6-7 Week 8 20 Totaalscore 100 Cijfer Eigen Onderzoek = Totaalscore / 10 1. Introductie 3

In de eerste drie weken van deze module is een onderwerp geïntroduceerd. In dit grote onderzoeksgebied ga je een kleiner thema kiezen waar je een onderzoeks- of ontwerpopdracht bij gaat bedenken. Je docent bepaald of je met een onderzoeks-thema of de ontwerp-uitdaging aan de slag gaat. De eerste stap is het kiezen van een klein thema, iets wat je leuk lijkt en wat iets te maken heeft met de lessen van de eerste drie weken. De volgende vragen kunnen je daarbij helpen. Lees de volgende zes vragen door en schrijf een antwoord op bij de volgende vragen. 1. Welk onderdeel uit de eerste drie weken vonden jullie het leukst? 2. Riep een van de onderdelen vragen bij jullie op die niet zijn beantwoord? 3. Heb je leuke meet-apparaten of -apps leren kennen waarmee je nog meer kunt gaan meten dan je al gedaan hebt? 4. Heb je een hobby die iets te maken heeft met de lessen van de eerste drie weken? 4

Oftewel: bepaal op een of andere manier een onderzoeksthema of een ontwerp-uitdaging waar je zin hebt om mee aan de slag te gaan voor de komende 4 weken. Omdat je er vier weken aan moet werken is jullie motivatie voor de onderzoeksvraag die je samen bedenkt erg belangrijk; je moet het leuk/boeiend/interessant vinden om mee aan de slag te gaan. Overleg met de docent en met de TOA en vooral ook met diegene waarmee je het onderzoek of ontwerp gaat uitvoeren. Wat is het onderwerp? Met wie gaan we het onderzoek doen? 1... 2... Wat is onze motivatie om dit onderwerp te kiezen? Dit moet je duidelijk en uitgebreid omschrijven! Goedkeuring van het onderwerp door de docent en/of TOA: Als je de goedkeuring van de docent en/of TOA hebt voor het onderzoeks- of ontwerpthema, dan kun je verder naar de volgende stap uit de onderzoekscyclus. 5

2. Verkennen Wat weten we al van ons onderwerp? [Maak een mindmap of woordweb over het onderwerp. Schrijf alles op wat je weet of zou willen weten.] 6

Van mindmap naar onderzoeksvraag. Nu je ingezoomd hebt op een onderwerp kun je daar een onderzoeksvraag bij gaan bedenken. Opzoekvragen, waaromvragen en dubbele vragen zijn niet geschikt als onderzoeksvraag. De opzoekvraag: Niet alle vragen lenen zich om onderzoek naar te doen. Vooral het verschil tussen een opzoekvraag en een onderzoeksvraag is belangrijk. Bij een onderzoeksvraag is het antwoord op die vraag nog niet bekend, daarom wil je het gaan onderzoeken. Voor een opzoekvraag hoef je geen eigen onderzoek te doen maar kun je gewoon in je lesboek of op Wikipedia het antwoord vinden. Dat wil je niet. De waaromvraag: Waarom -vragen zijn lastig te beantwoorden en leiden niet meteen tot een duidelijk plan van aanpak. Vaak zijn waarom -vragen erop gericht een verklaring te krijgen voor een verschijnsel. Het woord waarom zou je in die gevallen kunnen vervangen door waardoor of hoe komt het dat. Door waarom - vragen om te buigen in Wat gebeurt er als? -vragen zijn ze vaak wel te onderzoeken. Soms zijn vragen dus bijna goed, maar moet je ze anders opschrijven. De dubbele vraag: Met welke schoenen kun je het snelst rennen en op welke ondergrond kun je het snelst rennen? bevat twee vragen in één zin en is dus niet geschikt voor één onderzoek. Je onderzoekt of de schoenen of de ondergrond; niet alletwee tegelijk. Als je de ondergrond onderzoekt moet je telkens met dezelfde schoenen lopen, als je de schoenen wilt vergelijken moet je telkens op dezelfde baan rennen. Dubbele vragen hoef je vaak alleen op te splitsen. Daarna kies je voor één van de twee. Het vragenmachientje: Bedenk nu een onderzoeksvraag en test of die onderzoeksvraag door het vragenmachientje komt. Het moeten in ieder geval geen opzoek- of waarom vragen zijn. Wat is de kleur van verse sneeuw? en Waarom zijn er konijntjes? zijn daarom geen goede onderzoeksvragen. Als je een vraag bedacht hebt die er niet door komt, dan probeer je diezelfde vraag zodanig te veranderen dat de vraag wel door het vragenmachientje komt. Soms moet je een hele nieuwe vraag stellen. Onze onderzoekvragen voordat ze door het vragenmachientje zijn getest: Schrijf je onderzoeksvraag hieronder netjes op nadat deze door het vragenmachientje is gegaan:... 7

8

Wat zal het onderzoek opleveren? (Hypothese) [Schrijf op wat jullie denken dat er gaat gebeuren of wat het antwoord zal zijn op de onderzoeksvraag.] Goedkeuring van de onderzoeksvraag door de docent en/of TOA: Score voor onderdeel 1 en 2 door de docent en/of TOA (maximaal 20 punten): Zorg ervoor dat de score ook op het overzichtsblad voorin het onderzoeksdeel komt. 9

3. Opzetten onderzoek Hoe gaan we het onderzoek aanpakken? [Door alle vragen te beantwoorden maak je een plan van aanpak.] Wat gaan we precies meten en hoe gaan we het meten? Wat is de variabele in het onderzoek en wat blijft constant? Variabele: Dit blijft constant: Welke hulp of materialen hebben we nodig? Hoeveel tijd hebben we nodig? Waar en wanneer gaan we het onderzoek doen? 10

Wie doet wat tijdens het onderzoek? Dit hebben we nodig bij het uitvoeren van ons onderzoek? Je kunt ook nog zelf opties toevoegen. o (Meetinstrumenten) vul in welke:.. o Een microscoop o.. o.. o.. Hoe noteren we de onderzoeksresultaten? Kruis jullie antwoord aan. o In een tabel o In een grafiek o Foto s o Film o Anders, namelijk Hoe vaak moeten we het onderzoek herhalen om conclusies te mogen trekken? o 1 keer uitvoeren is voldoende o 2 keer o 3 keer o 4 keer o Vaker omdat 11

Beschrijf nu stapsgewijs hoe het onderzoek wordt gedaan. Zorg ervoor dat een klasgenoot je onderzoek kan uitvoeren met de beschrijving. Denk bij het opschrijven aan: - Wat je gaat doen - Welke materialen je nodig hebt - Hoelang het duurt - Waar je het experiment uitvoert [Probeer het zo kort mogelijk op te schrijven.] Hier begin je mee met je onderzoek: 12

Controle van de testmeting en goedkeuring van het definitive het plan van aanpak door de docent en/of TOA:... Score voor dit onderdeel 3 (maximaal 20 punten, ook vooraan invullen): 4. Uitvoeren onderzoek Voorbereiden Maak een lijstje met spullen die de TOA moet klaarzetten of die je zelf mee moet nemen voor het onderzoek. Dit lijstje lever je in bij je docent. Op tijd is minimaal een dag van tevoren. 13

Aan de slag Bij dit onderdeel kunnen we je geen invul-bladen geven omdat elk onderzoek op een andere manier zal gaan. Als je een enquête als aanpak hebt, zul je veel ingevulde vragenlijsten krijgen. Als je met meetinstrumenten zoals lineaal en stopwatch gaat werken, dan krijg je rijtjes getallen. Als je met een microscoop gaat werken, dan krijg je vooral tekeningen en schetsen. Bij dit onderdeel is daarom het logboek heel belangrijk: daar komen de gegevens in en daarin houdt je bij wat je allemaal doet. Logboek Wat is een logboek? Een logboek is een schrift of mapje waarin je jouw eigen aantekeningen als onderzoeker kunt opschrijven. Als iets tijdens de les belangrijk is om niet te vergeten, schrijf je het meteen in je logboek. Echte onderzoekers gebruiken ook een logboek Onderzoekers schrijven op wat ze doen en wat ze niet moeten vergeten. Ze schrijven op wat ze opvalt of waar ze verbaasd over zijn. Ze maken er tekeningen bij als dat duidelijker is dan opschrijven. Ze schrijven op waarom ze denken dat iets gebeurt of waarom mensen bepaalde antwoorden geven. Als ze dingen nog niet zeker weten of bepaalde vragen hebben, schrijven ze die op. En ook schrijven ze op wat ze de volgende keer gaan doen. Praten over je logboek Met een logboek vergeet je als onderzoeker niet wat je allemaal hebt gedaan en kun je dat ook aan anderen vertellen. Als je nog vragen hebt over jouw onderzoek kun je dat met andere onderzoekers bespreken. Daarom zorgt jouw leerkracht er in elke projectles voor dat je samen met je groepje en/of met de hele klas bespreekt wat je in jouw logboek hebt opgeschreven. Overnemen Onderstaande punten zijn belangrijk in je logboek. Kijk hier geregeld naar terug en zorg ervoor dat je de antwoorden in je logboek opschrijft! Wat heb ik allemaal gedaan? Wat moet ik niet vergeten? Noteren uitkomsten onderzoeksactiviteiten (Aan)tekeningen: Wat valt me op? Waar ben ik verbaasd over? Wat gaat er goed en wat niet? En waarom? Welke vragen heb ik nog? Wat ga ik (voor) de volgende les doen? Onderzoeksresultaten overzichtelijk samenvatten 14

Jullie eigen logboek! Vul deze goed in! 15

16

Controle van de meetresultaten door de docent en/of TOA, via het logboek:... Score voor dit onderdeel 4 (maximaal 20 punten, ook vooraan invullen): 17

5. Concluderen Resultaten zijn de zaken die je ontdekt hebt met je onderzoek. Een goede onderzoeker double-checks zijn resultaten. Als je zeker bent van je resultaten, en je deze resultaten overzichtelijk in je logboek hebt staan, dan kun je een conclusie trekken. Voor het trekken van de juiste conclusie moet je eerst terug naar je onderzoeksvraag en de verwachte uitkomst. Onze onderzoeksvraag was: [Dit is dus onze onderzoeksvraag die helemaal goed door het vragenmachientje is gekomen.] [Schrijf de vraag letterlijk over] Onze verwachte uitkomst was: [Dit is wat jullie dachten dat er zou gaan gebeuren of wat het antwoord zal zou op de onderzoeksvraag.] 18

Uit ons onderzoek blijkt dat: [Dit is wat er echt gebeurt is of wat het geval is.] Door onderstaande vragen in te vullen krijg je een goede conclusie. Het antwoord op de onderzoeksvraag is (dit is je conclusie): Wij hadden verwacht dat: Onze hypothese was JUIST / ONJUIST 19

Bespreek met je docent hoe eerlijk je experiment is geweest en schrijf dit hieronder op: Onze resultaten zijn WEL / NIET betrouwbaar omdat? Elke onderzoek eindigt met verbetertips voor vervolgonderzoek. Deze tips gaan over het plan van aanpak en de uitvoering van het onderzoek. Het zijn praktische tips die handig zouden zijn geweest om vooraf al te weten. De belangrijkste verbetertip bij de uitvoering van het onderzoek: [Dit is één tip voor het geval je dit onderzoek nog een keer gaat doen: wat zou je anders aanpakken.] Een verbeterde versie van de onderzoeksvraag (niet verplicht): [Hoe had je jullie vraag beter kunnen formuleren tijdens dit onderzoek?] 20

6. Presenteren Voor de posterpresentatie ga je niets nieuws meer bedenken. Je gebruikt dingen uit dit boekje en uit je logboek om de poster mee te vullen. Op de poster zijn te vinden: Onderwerp (Titel?) Onderzoeksvraag Verwachting Onderzoeksmethode (foto/tekening?) Resultaten (Tekst/tabel/grafiek) Conclusie (Antwoord op onderzoeksvraag) Eén verbetertip 21