A person who never made a mistake never tried anything new.

Transcriptie

1 Beroepenproject klas 3 droomberoep A person who never made a mistake never tried anything new. Albert Einstein Naam:.. Klas:. Mentor:.. Schooljaar:

2 Als je droomt, is alles mogelijk. Een droomberoep is iets wat je het liefst zou willen zijn. Bedenk dat er geen grenzen zijn. Je kunt alles worden wat je wilt. Door te dromen ontstaan ideeën en plannen. Dromen + plannen + doen = success! Weet je nog wat je wilde worden, toen je op de lagere school zat? Schrijf dit beroep hieronder op. Is dit nog steeds je droomberoep? ja nee. Wat is dan nu je droomberoep? Welke 2 andere beroepen lijken je ook leuk?... 2

3 EIGENSCHAPPEN & VAARDIGHEDEN: Geef bij iedere eigenschap of vaardigheid aan of die bij je past. JA NEE WEET NIET Denk na over jezelf en geef een eerlijk antwoord. Je hebt er niets aan om zaken mooier voor te stellen. Je houdt dan namelijk niet ons maar jezelf voor de gek. Het gaat om wat het beste bij jouw eigenschappen aansluit! Als je wilt kun je deze lijst ook, onafhankelijk van jouw scores, laten invullen door iemand die jou goed kent. Je kunt dan het beste even een kopie maken Ja nee weet niet ik kan goed met mijn handen werken ik kan goed koken en bakken ik ben technisch ik kan goed tuinieren en planten verzorgen ik kan goed dieren verzorgen ik kan goed mooie dingen maken ik ben muzikaal ik kan goed met mijn hoofd werken ik kan goed leren ik heb een goed geheugen ik kan me goed concentreren ik kan goed rekenen, met cijfers werken ik kan goed aantekeningen maken ik kan goed een verhaal of een verslag schrijven ik kan goed lezen ik kan vlot spreken, vertellen ik kan goed discussiëren ik kan goed luisteren ik ben creatief ik kan goed met mensen omgaan ik kan goed met kinderen omgaan ik kan goed met ouderen omgaan ik kan goed anderen verzorgen, verplegen ik kan goed anderen helpen met moeilijkheden ik kan goed tegen nare dingen ik kan goed voor gezelligheid zorgen ik kan goed met anderen samenwerken ik kan gemakkelijk contacten leggen ik kan goed anderen iets leren, uitleggen

4 30. ik kan geduldig zijn ik kan goed anderen iets verkopen ik wil er goed verzorgd uitzien ik kan goed mensen advies geven ik voel me in vreemde situaties snel op mijn gemak ik kan goed met dieren omgaan ik kan zelfstandig werken ik kan nauwkeurig werken ik kan snel werken ik kan goed zaken ordenen ik kan goed organiseren ik neem graag initiatieven ik kan goed leiding geven ik ben zeker van mezelf ik ben flexibel ik kan goed improviseren ik kan goed afspraken nakomen ik heb voor veel zaken belangstelling ik ben leergierig ik heb doorzettingsvermogen Welke 5 sterke vaardigheden en eigenschappen zijn het belangrijkste voor je? Welke 5 zwakke vaardigheden en eigenschappen zou je willen verbeteren?

5 Beroepenzoeker 5

6 Mijn obstakels/ hindernissen Vul de obstakels in, die een rol kunnen spelen bij jouw keuze van een opleiding of beroep. Ik weet niet wat ik wil Ik weet niet precies welke profielen en opleidingen er zijn Ik ben niet goed in de vakken Mijn ouders vinden het beroep dat ik wil kiezen niet geschikt voor mij Ik durf niet goed te beslissen Mijn vrienden willen dat ik hetzelfde ga doen als zij Ik kan niet goed samenwerken met anderen Ik wil niet naar het buitenland om door te studeren Ik weet niet hoe mijn studie betaald moet worden.... 6

7 Informatie profielen Dit schooljaar krijg je nog veel meer informatie over de profielen die er zijn en wat je daarmee kunt. Ook krijg je nog meer informatie over de eisen/ normen die er zijn om dit profiel in de 4 e klas te mogen kiezen. Maar deze opdracht gaat over je droomberoep en als je droomt kan alles, dus hoef je geen rekening te houden met wat je kunt. Vul dit overzicht zo volledig mogelijk in Vul bij elk profiel 3 studies of beroepen in die je met dit profiel mag doen Welke profielvakken heb je? Cultuur & Maatschappij Economie en Maatschappij Natuur & gezondheid Natuur & Techniek 4. (vwo) 4. (vwo) 4. (vwo) 4. (vwo) Welke studies zou je kunnen doen? Welke beroepen zou je na de studie kunnen doen? Welke persoonlijke eigenschappen zijn belangrijk voor dit profile/ type beroep? Droomberoep 7

8 Beroepenproject Als groep ga je 3 beroepen verder in detail bekijken. Het groepje bestaat uit 2-3 leerlingen. Je moet met de andere groepsleden samenwerken. Dit gaat vaak beter met serieuze leerlingen; dit zijn zeker niet altijd je vrienden. Als je al weet welk profiel, vervolgopleiding of beroep je wilt, is het handig dat je samenwerkt met anderen, die dezelfde interesse hebben. Probeer zoveel mogelijk verschillende beroepen te kiezen. Probeer origineel te zijn; als iedereen dokter of advocaat wil worden, moeten dokters alles verkeerd doen om een advocaat nodig te hebben en advocaten moeten dan zo ongezond leven dat ze elke dag een dokter nodig hebben. En dan kunnen ze ook nooit op vakantie, want er is niemand die de hogere hotelschool heeft gedaan. Opdracht: 1 Kies groepsleden (2-3 personen) 2 Kies 3 beroepen (zo verschillend en origineel mogelijk) 3 Maak als groep van elk beroep op 1 A4-tje een mindmap (een overzicht van waar je aan denkt bij dit beroep)hier zie je een voorbeeld van hoe een mindmap eruit ziet. De mindmap is de basis voor de poster die je uiteindelijk gaat maken. De mindmap is uitgebreider dan zomaar een paar aantekeningen. 8

9 4 Je moet nuttige informatie verzamelen over het beroep. Bijvoorbeeld: welke studie moet je doen? waar kan je de studie doen? hoe lang duurt de studie? kan je dit beroep op Curaçao uitoefenen? wat zijn de minder leuke kanten van dit beroep? Etc. etc... Wees creatief! Informatie vind je natuurlijk op internet (zorg dat je informatie betrouwbaar is), maar je kunt ook informatie vragen aan een docent, mentor of familie. 5 Als groep ga je van 1 van de gekozen beroepen iemand interviewen. Spreek af wie je wilt interviewen Deze persoon ga je bellen 6 Tijdens het interview: denk goed na hoe je jezelf wilt presenteren. Zorg dat je op tijd bent, Let op je taalgebruik, je lichaamshouding, etc.. Ook al is degene die jullie interviewen familie of een bekende, is het belangrijk dat je professioneel en netjes overkomt. 9

10 Interview Deze vragen komen aan bod, maar meer originele vragen zijn natuurlijk ook welkom Houdt u van uw beroep? Welke taken verricht u in uw werk? Hoe ziet een gemiddelde werkdag er voor u uit? 4. Wat vindt u het fijnste in uw baan? Waarom? 5. Wat vindt u het minst fijne in uw baan? Waarom? 6. Door wie worden er beslissingen genomen over uw werk? Heeft u daar zelf invloed op? 7. Heeft uw werk invloed op uw vrije tijd of op uw sociale contacten? 8. Wat vindt u het moeilijkste in uw werk? 9. Wat zou u in uw werk willen veranderen als u dat zou kunnen? 10. Wat voor iemand moet je zijn om uw beroep goed te kunnen uitoefenenen? 1 Hoe bent u in dit beroep terechtgekomen? 1 Wat heeft u zelf ondernomen om erin terecht te komen? 1 Zijn er voor u mogelijkheden om in een andere baan terecht te komen of om door te groeien? 14. Welk advies zou u willen geven aan iemand die dit beroep zou willen kiezen? 15. Andere vragen: Zorg dat je alle informatie goed ordent en bewaart! 7 Poster Uiteindelijk moeten jullie de belangrijkste informatie samenvatten op een poster. De poster is bedoeld om kort en overzichtelijk een samenvatting te geven van je onderzoek. Veel mensen vinden het lezen van een verslag te veel moeite, maar een poster bekijken vinden ze wel leuk. De poster wordt gemaakt op minimaal A3 zodat de inhoud duidelijk leesbaar is (ook van een afstand). Een goede poster maken is moeilijker dan je denkt; je moet in weinig tekst veel vertellen. Het maken van de poster: Verzamel alle tekst, tekeningen en tabellen die je op de poster wilt zetten. Probeer zo min mogelijk tekst te gebruiken. Veel mensen zijn te lui om goed te lezen en zien liever plaatjes. Schrijf niet te klein. Neem een iets grotere regelafstand dan normaal. Als je een tekstverwerker gebruikt, neem dan een iets grotere letter. Knip de tekst en tekeningen uit en als je alles hebt maak je een mooie lay-out van de poster. Plak alles op als je tevreden bent over de indeling. Geef de poster een aantrekkelijke titel en maak tussenkopjes. Zorg ervoor dat de titel en de tussenkopjes duidelijk te onderscheiden zijn van de andere tekst, bijvoorbeeld door een kleur te geven. 10

11 Door een goed gebruik van tussenkopjes wordt de poster overzichtelijk. Je mag altijd plaatjes gebruiken. De plaatjes moeten wel iets met de tekst te maken Vergeet niet op te schrijven waar je de informatie vandaan gehaald hebt: de bronvermelding. (welk boek/ welke internetsite). Dit komt ook op de poster te staan. Zorg ervoor dat het geheel er aantrekkelijk uitziet, maar de inhoud is het belangrijkste. Je kunt de poster ook digitaal maken. Je maakt dan de poster op dezelfde manier, maar dan bijvoorbeeld in powerpoint, publisher of word. Het moet net als een papieren poster zijn, dus als je powerpoint gebruikt mag je maar 1 slide gebruiken!! 8 Presentatie Als groep presenteer je de poster tijdens een mentoruur in het decanaat. In 5 minuten tijd vertel je waarom je dit beroep hebt gekozen, welke informatie je hebt gevonden en je eindconclusie. Het moet informatief, maar ook leuk zijn voor je klasgenoten, wees dus creatief en origineel. Maar uiteindelijk gaat het natuurlijk wel om de inhoud! Het decanaat heeft een beamer, dus je kunt de poster ook digitaal maken. 11