Oriëntatie. Wat??? een zeepkist??? Oriëntatie. Welke. Dit ga je doen Onderzoeken wat nu eigenlijk een zeepkist is.

Transcriptie

1 Oriëntatie Dit ga je doen Onderzoeken wat nu eigenlijk een zeepkist is. Welke Dit is een groepsopdracht. Dit doe je dus met je eigen groepje waar je de zeepkist mee gaat bouwen Aan deze vaardigheden ga je werken Onderzoeken Een verslag maken Presenteren Dit ga je leren Wat een zeepkist nu eigenlijk is Hoe je dit goed presenteert 1

2 Werkwijzer Naam:...Klas... Werkplek: Tijdsduur module: Tijdsduur praktijkopdracht: Met wie voer je de opdracht uit? Mediatheek 180 / 3 uur, 0 minuten 120 minuten Met je groepje Invullen door de docent: Datum en tijd uitgifte Datum en tijd inname Gewerkte tijd Aan te kruisen door controleur: Vooruitblik op de praktijk Voldoende Zelftoets Voldoende Voorbereiden praktijkopdracht Voldoende Uitvoeren praktijkopdracht Voldoende Invullen door docent: Beoordeling docent Beoordeling leerling Beoordeling praktijkopdracht Paraaf docent Beoordeling werkhouding Datum 2

3 Werkvoorbereiding en praktijkopdracht Voordat je een zeepkist gaat bouwen moet je eerst weten wat een zeepkist nu eigenlijk is. Als het goed is heb je op een andere pagina van de webquest al een filmpje gekeken over ter land, ter zee en in de lucht, dus weet je al iets meer over wat je kan doen met een zeepkist. Het zal een hele klus worden om de zeepkist echt te maken. Daarom ga je eerst onderzoeken hoe andere mensen een zeepkist hebben gemaakt. Je gaat verschillende ontwerpen zoeken en met je groepje kijken welk ontwerp het beste bij jullie past. Daarna ga je met je groepje kijken wat het bouwen van een zeepkist nu eigenlijk inhoud. Beschrijving praktijkopdracht. In deze opdracht gaan jullie verschillende ontwerpen van zeepkisten onderzoeken. Met de volgende onderwerpen ga je aan de slag: Welke ontwerpen worden er zoal gemaakt. Welk ontwerp past het beste bij je groepje en waarom. Wat is allemaal belangrijk bij het maken van een zeepkist. Hoe maken we een goede voorbereiding voor het maken van een zeepkist. Laat na elke opdracht de docent even kijken hoe jullie de opdracht hebben gemaakt. Praktijkopdracht Opdracht 1: Ga met je groepje kijken wat voor ontwerpen er allemaal bestaan van zeepkisten. Dit doe je door op internet te gaan zoeken. Gebruik hiervoor de zoektermen ontwerp zeepkist (kijk ook op afbeeldingen) of hoe bouw ik een zeepkist of zeepkistenrace. Zoek Drie verschillende ontwerpen en zoek er mooie plaatjes bij. Maak in Word een document aan, waarin je de drie verschillende ontwerpen indeelt. Geef de ontwerpen een naam en schrijf een klein stukje over elk ontwerp (per ontwerp een alinea). Noem dit stuk Paragraaf 1 en geef het een naam, dus bijvoorbeeld: Paragraaf 1: drie mooie ontwerpen Je hebt nu een begin gemaakt aan je Oriëntatie verslag. Dit verslag ga je met de volgende opdrachten compleet maken. Geef eerst je Word document de naam 3

4 orientatieverslag van (jullie namen) en zorg ervoor dat je dit document ergens opslaat, zodat ieder groepslid erbij kan. Opdracht 2: Kies uit de drie ontwerpen het ontwerp wat jullie het mooiste vinden. Schrijf in je oriëntatieverslag welk ontwerp dit is en schijf in een aantal alinea s waarom jullie voor dit ontwerp hebben gekozen. Denk bij het schrijven aan de volgende onderwerpen: Het ontwerp (hoe ziet hij eruit en wat is er mooi aan) De Techniek (welke technieken hebben ze gebruikt) De afwerking (hoe is hij afgewerkt) Noem dit stuk Paragraaf 2 en geef het een naam. Opdracht 3: Ga met je groep bedenken of je het gekozen ontwerp zelf gaat bouwen, of dat jullie alsnog een ander ontwerp gaan maken. Leg in een aantal zinnen uit, welke keuze jullie hebben gemaakt en waarom jullie deze keuze hebben gemaakt. Dit stuk is Paragraaf 3 Opdracht 4: Je bent met je groepje een eind op weg met de oriëntatie. Jullie hebben een keuze gemaakt of er een bestaand of een nieuw ontwerp gemaakt gaat worden. In beide gevallen gaan jullie het ontwerp uiteindelijk zelf (na)tekenen en Bouwen. In deze opdracht gaan jullie onderzoeken wat je allemaal denkt te moeten doen om uiteindelijk een mooie zeepkist te kunnen maken. Ga onderzoeken wat je moet doen, om een zeepkist te maken. Kijk hierbij naar de volgende dingen: Materiaal (welke materialen denken jullie nodig te hebben en waarom) Techniek (Welke technieken moeten jullie kunnen) Kosten (wat denken jullie wat het maken van de zeepkist gaat kosten) Tijd (hoeveel tijd denken jullie er mee bezig te zijn) 4

5 Verwerk het onderzoek in je oriëntatie verslag (noem het Paragraaf 4). Maak aan het eind van de paragraaf een stappenplan van alle stappen die jullie denken te moeten doen. Hier volgt een voorbeeld van een stappenplan voor het bakken van een hamburger: Nadenken over hoe de hamburger gemaakt moet worden Opschrijven van het recept Inkopen doen Schort aan Handen wassen Aanrecht en keuken controleren Alle benodigdheden klaar leggen Alle ingrediënten klaarmaken (snijden, hakken, etc, etc.) En zo volgen er nog een aantal stappen Opdracht 5: Ga eens praten met elkaar over de taken die er allemaal zijn voor het maken van de zeepkist. Verdeel de taken over alle groepsleden. Doe dit samen en in overleg met elkaar. Dit betekend, dat iedereen ook wel eens iets moet doen wat hij/zij niet leuk vindt of nog niet zo goed kan. Maar, daar leer je alleen maar van. Bedenk een manier om de taken netjes in een schema in je verslag te zetten, zodat het heel duidelijk wordt, wie welke taak uitvoert. Komen jullie er niet uit, bespreek dit dan met de docent. Noem dit stuk paragraaf 5. Opdracht 6: Maak dit verslag nu nog een stukje mooier. Dit doe je, door het volgende in je verslag te verwerken: Maak een voorblad waar de naam van de deelopdracht staat (inclusief het nummer van de deelopdracht), jullie namen, de datum en een leuk plaatje. Maak een inhoudsopgave. Dit is altijd de tweede bladzijde. Hierin staan alle paragraven geschreven met de bladzijde nummers. Schrijf een kleine inleiding bij het verslag Voorzie het verslag van bladzijde nummers Zorg ervoor, dat het verslag er verzorgt uitziet, met hetzelfde lettertype en leuke plaatjes. 5

6 Opdracht 6: Ieder groepslid maakt nu nog een klein verslagje over hoe hij/zij deze deelopdracht heeft gevonden. Dit verslagje hoeft niet lang te zijn, maar moet wel de volgende onderwerpen bevatten: Hoe vond je de deelopdracht Wat vond je moeilijk Wat vond je minder moeilijk Wat vond je leuk Hoe was de samenwerking met het groepje Zijn alle taken goed verdeelt, of kan dit beter Wat ging er allemaal goed Wat zou je (voor jezelf) beter kunnen doen in je groepje (leerpunten) Zet alle persoonlijke verslagen als laatste in het Oriëntatieverslag en noem dit stuk Paragraaf 6 en geef het een naam. Afronden praktijkopdracht Je oriëntatieverslag is nu af. Zorg ervoor dat elk groepslid bij dit verslag kan komen. Een optie kan zijn, dat je het voor jezelf opslaat op een USB stick. Ook moet er één versie op papier zijn, welke netjes in een mapje zit. Deze kunnen jullie als groepje gebruiken om aan het einde te laten zien, tijdens de wedstrijd. Als laatste: Denk aan het bijwerken van je logboek en vergeet je checklist hieronder niet in te vullen 6

7 Checklist Naam:...Klas:... Beoordelaar:... Beoordelen praktijkopdracht 1. Beoordeel eerst zelf het resultaat van je praktijkopdracht. Geef jezelf tussen de 0 en 2 punten voor elk onderdeel. 2. Laat dan het resultaat door de controleur of de docent beoordelen. Bij heel goed werk mag de opdracht, door de docent, ook met een extra punt beoordeeld worden. Aandachtspunten praktijkopdracht Aantal punten Alle opdrachten zijn serieus uitgevoerd 2 Het oriëntatieverslag ziet er verzorgt uit 2 Samenwerking met mijn groepsgenoten was goed 2 Het oriëntatieverslag is opgeslagen voor mezelf 1 Het persoonlijke verslag is serieus gemaakt 1 Puntentotaal 8 Oordeel leerling Oordeel docent Extra + =.. Extra aandachtspunten van de docent: 7