Geschiedenis Klas 2 Havo/Vwo H1 Leswijs Tijd van Ontdekkers & Hervormers Leerdoel Je kunt op basis van een zelf gemaakte tijdbalk (bestaande uit bronnen) de continuïteit en verandering tijdens de Tijd van Ontdekkers & Hervormers aangeven door ontwikkelingen en keerpunten te benoemen. Hoofdvraag: waren de ontdekkers en hervormers vernieuwend? Je onderzoekt de vraag door middel van het maken van een tijdbalk op basis van bronnen. De 16 e eeuw (1500 1600) bestaat uit vier grote ontwikkelingen: ontdekkingsreizigers, de Renaissance, de Reformatie en de Nederlandse Opstand. Het lijkt erop dat deze vier zaken vooruitgang hebben gebracht, maar is dat ook zo? Je zoekt bronnen waarmee je kritisch leert kijken naar deze periode en onderzoekt welke zaken hetzelfde bleven (continuïteit) en welke zaken écht veranderden (verandering). Deze twee begrippen staan centraal tijdens deze periode. Niveaudifferentiatie: Groep 1 + 2 = Havo Groep 3 = Vwo Onderdelen Groep 1 + 2 = Havo Groep 3 = Vwo Becijfering 1. Onthouden Leswijsopdrachten 1.1 1.4 (A-D) Leswijsopdrachten 1.1 1.4 (A-D) SO cijfer (individueel) 2. Begrijpen Bronnen opzoeken Bronnen opzoeken SO cijfer (individueel) 3. Toepassen Tijdbalk maken Tijdbalk maken Geen cijfer 4. Analyseren Keerpunten aangeven Geen opdracht Repetitie cijfer (groep) 5. Creëren Geen opdracht Levende Grafiek ontwikkelen Repetitie cijfer (tweetallen) Opdrachten Opdracht Inhoud Hoe uitvoeren? Inleveren? Becijfering 1. Onthouden Leswijsopdrachten 2. Begrijpen Bronnen opzoeken Je maakt alle Leswijs opdrachten via de koffer, 1.1 1.4, onderdelen A D. Al deze opdrachten moeten 100% zijn gemaakt en zijn nagekeken. Creatieve opdrachten mag je overslaan. De opdrachten worden door de docent steekproefsgewijs gecontroleerd. Je zoekt per paragraaf (1.1 1.4) twee bronnen op die volgens jou belangrijk zijn om de paragraaf te begrijpen. Dit mag zijn: een afbeelding van een gebeurtenis, een afbeelding van een persoon, een kaartje, een prent, een schilderij, een tekstje of een afbeelding van een voorwerp. Je voorziet deze bronnen altijd van een korte tekst met informatie over: Zelfstandig Af voor les 8 SO cijfer Individueel Zelfstandig Voor les 10 ingeleverd via de ELO én uitgeprint én uitgeknipt in de tas SO cijfer Individueel
3. Toepassen Tijdbalk maken 4. Analyseren Keerpunten aangeven Alleen voor Havo Groep wordt in 2 groepen gesplitst. 1) Wat is dit voor bron (wie is afgebeeld, uit welk jaar komt de kaart, enzovoorts) 2) Waarom je voor deze bron hebt gekozen bij deze paragraaf (in enkele zinnen) Je plaatst deze bronnen in één Word-document. Dat lever je in via de ELO (Opdrachten) van Magister. Je print deze bronnen uit (in kleur of zwart/wit) om opdracht 3 uit te voeren. Deze opdracht kan pas uitgevoerd worden als opdracht 2 uitgevoerd is. Je print de bronnen uit opdracht 2 uit (in kleur of zwart/wit). Als groep maak je een tijdbalk, die loopt van 1500 1600. We gebruiken voor deze opdracht de grote publicatieprikborden bij lokaal 1.07, 1.15 én in lokaal 1.14. De docent zorgt voor een tijdbalk. De Havo groep plaatst de bronnen boven de tijdbalk, de Vwo groep plaatst de bronnen onder de tijdbalk. Natuurlijk passen niet alle bronnen op de tijdbalk. Daarom zijn er de volgende kaders: 1. Zorg dat je de tijdbalk via een bepaalde structuur gaat opzetten. Je kunt denken aan: een rij personen, een rij gebeurtenissen. Of: een rij met godsdienstige zaken, een rij met economische zaken. Of (uitdaging!): vier rijen, per rij één kenmerkend aspect (zie verderop). Dit bepaal je als groep zelf. Zomaar de afbeeldingen op het prikbord plaatsen is niet genoeg: het moet goed zichtbaar zijn waarom jullie de tijdbalk zo maken en waarom je juist deze bronnen gebruikt. 2. Zorg dat de bronnen zichtbaar zijn en voorzien zijn van een korte toelichting. 3. Zorg dat alle paragrafen vertegenwoordig zijn. Er worden dus vier onderwerpen goed zichtbaar. Deze opdracht kan pas uitgevoerd worden als opdracht 2 + 3 uitgevoerd zijn. Je ontvangt van de docent enkele rode strepen papier én een blad met een tabel die je gaat invullen. Je gaat als groep deze plaatsen op de tijdbalk. Een rode streep geeft aan dat er een keerpunt is. Je moet minimaal 4 én maximaal 8 keerpunten aangeven. Je vult vervolgens van vier keerpunten je argumentatie in waarom dit volgens jou een keerpunt is. Je voorziet ieder keerpunt van minimaal twee argumenten. De levert het blad met argumentatie aan het einde van de les in bij de docent. Groep Havo Groep Vwo Eind les 11 af Geen cijfer Groep Eind les 12 af Repetitie cijfer Groepscijfer
5. Creëren Levende grafiek ontwikkelen Alleen voor Vwo Planning [ ] Groepsindeling [ ] Toetsing [ ] Rubrics Je ontvang van de docent een A3 blad met daarop een grafiek met een tijdbalk (1500 1600) met daarop 10 lege vakjes waarin gebeurtenissen geplaatst moeten worden. Je gaat vanuit twee standpunten (personen) naar de Tijd van Ontdekkers & Hervormers kijken en per gebeurtenis aangeven hoe deze persoon over deze tijd denkt. Je ontvangt hiervoor een los instructieblad. Je krijgt twee lessen de tijd om deze grafiek te ontwikkelen en in te vullen. Tweetallen Eind les 13 af Repetitie cijfer Tweetallen Opdracht 1 (Onthouden, Leswijs opdrachten 1.1 1.4, A-D) 8 alles 100% gemaakt, enkele (maximaal 5) fouten bij nakijken 6 circa 80% gemaakt, veel (maximaal 10) fouten bij nakijken 4 circa 60& gemaakt, veel (maximaal 15) fouten bij nakijken 1 circa 50% gemaakt, veel (maximaal 20) fouten bij nakijken Opdracht 2 (Begrijpen, Bronnen zoeken) Onderdeel 1 Hoeveelheid Onderdeel 2 Informatie 6 10 punten 3 5 punten 1 2 punten Er zijn acht bronnen aanwezig. Er zijn twee tot zeven bronnen aanwezig. Er is één bron aanwezig. Bij iedere bron is duidelijke én correcte informatie aanwezig over de bron in eigen woorden. Bij een aantal bronnen is informatie aanwezig over de bron. Er is geen informatie aanwezig bij de bron.
Onderdeel 3 Motivatie Onderdeel 4 Keuze bronnen Onderdeel 5 Netheid Totaal: Cijfer: Behaalde punten / 5 Bij iedere bron is een duidelijke motivatie aanwezig voor de keuze van de bron in eigen woorden. De bronnen zijn logische bronnen bij de onderwerpen en sluiten aan bij de tekst uit Leswijs. De bronnen zijn van goede kwaliteit en het document is netjes opgemaakt. Bij een aantal bronnen is motivatie aanwezig over je keuze van de bron. De bronnen zijn meestal logische bronnen bij de onderwerpen en sluiten meestal aan bij de tekst uit Leswijs. De bronnen zijn van matige kwaliteit en het document is matig opgemaakt. Er is geen motivatie voor je keuze aanwezig bij de bron. De bronnen zijn onlogische bronnen bij de onderwerpen en sluiten niet aan bij de tekst uit Leswijs. De bronnen zijn van slechte kwaliteit en het document is slordig opgemaakt. Opdracht 4 (Analyseren, Keerpunten aangeven) Cijfer Omschrijving Ruimte voor opmerking van docent 8 Op de tijdbalk zijn minimaal 6 keerpunten aangegeven. Ieder keerpunt is voorzien van twee argumenten. Deze argumenten zijn duidelijk omschreven in eigen woorden. Er wordt beschreven hoe dit keerpunt ontstaat en wat het gevolg is. 7 Op de tijdbalk zijn minimaal 5 keerpunten aangegeven. Ieder keerpunt is voorzien van twee argumenten. Deze argumenten zijn omschreven in eigen woorden. Er wordt beschreven hoe dit keerpunt ontstaat en wat het gevolg is. 6 Op de tijdbalk zijn minimaal 4 keerpunten aangegeven. Ieder keerpunt is voorzien van één argument. Deze argumenten zijn omschreven in eigen woorden. Er wordt niet beschreven hoe dit keerpunt ontstaat en wat het gevolg is. 4 Op de tijdbalk zijn minimaal 4 keerpunten aangegeven. Ieder keerpunt is voorzien van twee argumenten. Deze argumenten zijn duidelijk omschreven in eigen woorden. Er wordt beschreven hoe dit keerpunt ontstaat en wat het gevolg is. 1 Op de tijdbalk zijn maximaal 4 keerpunten aangegeven. De keerpunten zijn niet voorzien van argumenten. Opdracht 5 (Creëren, Levende Grafiek ontwikkelen) Onderdeel 1 Gebeurtenissen 6 10 punten 3 5 punten 1 2 punten De gekozen gebeurtenissen zijn goed De gekozen gebeurtenissen zijn matig De gekozen gebeurtenissen zijn niet goed gekozen omdat er vanuit twee kanten gekozen omdat er vanuit twee kanten gekozen omdat er niet vanuit twee kanten
Onderdeel 2 Keuzes Onderdeel 3 Netheid Totaal: Cijfer: Behaalde punten / 3 geoordeeld kan worden over deze gebeurtenis (standplaatsgebondenheid). De grafiek is volledig ingevuld. De gemaakte keuzes bij de personen zijn verklaarbaar en duidelijk. De grafiek is netjes ingevuld. Zowel de gebeurtenissen als de twee lijnen zijn netjes gemaakt. matig geoordeeld kan worden over deze gebeurtenis (standplaatsgebondenheid). De grafiek is volledig ingevuld. De gemaakte keuzes bij de personen zijn onduidelijk en vragen om een toelichting. De grafiek is netjes ingevuld, maar er zijn een aantal schoonheidsfoutjes aanwezig, ook in de twee lijnen. geoordeeld kan worden over deze gebeurtenis (standplaatsgebondenheid). De grafiek is niet volledig ingevuld. De gemaakte keuzes zijn onduidelijk. De grafiek is slordig ingevuld. Zowel de gebeurtenissen als de twee lijnen zijn slordig gemaakt. Theorie Het gaat in deze periode over een belangrijk punt om het verleden te kunnen begrijpen: verandering & continuïteit. Er zijn vier zaken die je goed moet begrijpen: Punt 1 Punt 2 Punt 3 Punt 4 Continuiteit en verandering zijn verweven met elkaar en kunnen naast elkaar bestaan. Ik kan dit goed begrijpen door een tijdbalk te maken. Verandering is een proces. Dit gaat soms langzaam, soms snel. Keerpunten zijn momenten dat het proces van verandering verschuift in de richting of in tempo. Ik kan dit goed begrijpen door op een tijdbalk te zoeken naar verbanden tussen gebeurtenissen. Vooruitgang en achteruitgang heeft alles te maken met standplaatsgebondenheid. Vooruitgang voor de ene kan achteruitgang voor de andere (groep mensen) betekenen. Ik kan dit goed begrijpen door vanuit twee verschillende personen naar één periode te kijken. Een tijdbalk opdelen in periodes laat zien welke gebeurtenissen of ontwikkelingen een periode in de geschiedenis vormen. Echter, iedereen zal een andere indeling kunnen maken. Ik kan dit goed begrijpen door een tijdbalk te maken en deze op verschillende manieren in te delen.
Kenmerkende aspecten We werken deze periode aan vier Kenmerkende Aspecten van de Tijd van Ontdekkers & Hervormers: 1. Het begin van de Europese overzeese expansie. 2. Het veranderende mens- en wereldbeeld van de renaissance en het begin van een nieuwe wetenschappelijke belangstelling. 3. De protestantse reformatie die splitsing van de christelijke kerk in West-Europa tot gevolg had. 4. Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van een Nederlandse staat. Waarom deze aanpak? Bij het ontwerpen van deze aanpak is rekening gehouden met de volgende theorieën: 1. Differentiatie op niveau 2. Taxonomie van Bloom (opbouw van opdrachten) 3. Meervoudige intelligenties van Gardner (inhoud van opdrachten) 4. Positieve wederzijdse afhankelijkheid (om tot een goed resultaat te komen) 5. Formatieve toetsing (meer zicht op eigen ontwikkeling om tot een goede eindtoets te komen) 6. Verandering & Continuïteit (Onderdeel van het Big Six Historical Thinking Project) Aandachtspunten 1. Het is zeer belangrijk dat je dit jaar samenvattingen maakt van ieder hoofdstuk. Dit jaar krijg je een toets in de toetsweek over de gehele stof die zeer belangrijk is voor je overgang! 2. Het is zeer belangrijk dat je dit boekje iedere les bij je hebt en je huiswerk maakt. Anders loop je achter, kun je de les niet volgen en blokkeer je het leerproces van de klas!