Wat is de relatie tussen accountantscontrole en advies? Een overzicht van de bestaande literatuur.

Vergelijkbare documenten
De onafhankelijkheid van de accountant en het verlenen van nonaudit services: bewijs aan de hand van drie verschillende maatstaven

Carmen Vorst Amsterdam, 1 juli, Bachelor scriptie. Begeleiding: Helena Kloosterman. Academisch jaar: Semester 2, Blok 3

Verplichte Audit-Firm Rotatie: de effecten op de kwaliteit van de accountantscontrole

Zwart, wit of grijs? Een literatuurstudie naar de onafhankelijkheid van de accountant. Carly Former

The influence of non-audit services on auditor independence

Onafhankelijkheid van de accountant in relatie tot de non-audit services

Barnier en de professioneelkritische. accountant. Thema. Niels van Nieuw Amerongen en Luc Quadackers

Literatuurstudie naar kwaliteitsverbeterende maatregelen in de accountancysector

Het effect van het verlenen van non-auditdiensten op de onafhankelijkheid van de accountant

FAR PRACTICE NOTE: INTERNE BEHEERSINGSSYSTEMEN. FAR Project 2017B03 Bédard

Tast het verlenen van non-audit diensten naast het verlenen van audit diensten de onafhankelijkheid van de accountant aan

De invloed van non-audit services op de onafhankelijkheid van de accountant

De gevolgen van het openbaar maken van Key Audit Matters (KAMs): Een literatuuroverzicht

De relatie tussen economische afhankelijkheid. en de kwaliteit van de accountantscontrole.

Tweede Kamer der Staten-Generaal Griffier van de vaste commissie voor Financiën mr R.F. Berck

Niet-audit diensten en de onafhankelijkheid van de controlerend accountant

KPMG PROVADA University 5 juni 2018

CONSULTATIE GREEN PAPER DE DEFINITIE VAN AUDIT KWALITEIT. Herman van Brenk MSc RA Dr. Joost van Buuren RA Drs. Remko Renes RA Drs. Marlies de Vries RA

In hoeverre heeft de grootte van een accountantskantoor invloed op de kwaliteit van een accountantscontrole?

Sarbanes-Oxley en de gevolgen voor IT. Daniel van Burk 7 november 2005

OER/TER ADDENDA ( )

Investment Management. De COO-agenda

De invloed van het Litigation risk op Audit Kwaliteit

Het verwachte effect van de scheiding tussen audit en non-audit diensten op de onafhankelijkheid van accountants

LOW-OFFER = LOW-BALLING = LOW-QUALITY?: Literatuurstudie naar de invloed van het onder kostprijs aanbieden van accountantscontroles.

Hoe gevoelig is de accountant voor variabele managementbeloning?

Vreemde ogen dwingen niet altijd

OVERGANGSREGELS / TRANSITION RULES 2007/2008

Gemeente Ridderkerk Controle jaarrekening Ridderkerk 4 juli 2019 Jesper van Koert Reinier Moet Rein-Aart van Vugt

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014

Een Project Management model. Wat is IASDEO?

4 JULI 2018 Een eerste kennismaking met gemeentefinanciën en verbonden partijen voor raadsleden - vragen

Audit Research Summaries

In hoeverre heeft een verplichte roulatie van accountantskantoor effect op de kwaliteit van een accountantscontrole? Rick ten Haken

Audit Quality. Heeft diversiteit tussen mannen en vrouwen invloed op de kwaliteit van de audit?

Controle van jaarrekeningen door accountants Een economisch gedragsmodel

(Big) Data in het sociaal domein

Earnings quality and earnings management : the role of accounting accruals

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth

Bachelor Thesis. Sarbanes-Oxley Act: Effecten buiten de VS

Hello map Ocean. To view animation put this slide in full screen mode (Shift + F5 on keyboard) 21 maart 2007 Slide 1 Next slide.

IFRS 15 Disaggregatie van opbrengsten

Effectiviteitsmeting van de IAF Dennis Webbers EMIA RO CISA

Publication List Dr J.P. van Buuren RA

Graduate opleiding als deficiënties te worden behaald.

TAX, AUDIT & ACCOUNTANCY

Is het nu (a)sociaal ondernemen of ondernemen?

Effecten van verplichte roulatie op de onafhankelijkheid van de accountant. Bachelorscriptie en Afstudeerseminar Accountancy en Control 6013B0320

Trends & Ontwikkelingen in RPO & Recruitment

82 Q Tekst: Luc Quadackers* Beeld: Michiel ter Wolbeek

Verschillen en overeenkomsten tussen SOx en SAS 70

Financial due diligence: Toegevoegde waarde due diligence adviseur bij afrekenmechanismen

de volgende vakken b) the student has completed the MSc Economics with at least the courses...

Aansprakelijkheid van accountants binnen de EU

Optional client logo (Smaller than Deloitte logo) State of the State

NIEUWE REGELGEVING VOOR ORGANISATIES VAN OPENBAAR BELANG De gevolgen voor uw organisatie op een rij

Gedragseffecten in de (internal) audit-professie. 25-jarig jubileum Internal Auditing & Advisory 29 juni 2018

Mentaal Weerbaar Blauw

AUDIT QUALITY VAN ACCOUNTANTSKANTOREN BIG FOUR VERSUS NON-BIG FOUR

Finance II (E_BK2_FIN2) Corporate Finance (E_EBE2_CF) Corporate Finance (E_EBE2_CF) Corporate Finance in Emerging Economies (E_IBA2_CFEE)

Business as (un)usual

Openbaar maken van accountantshonoraria

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.

INTERVIEW THERESE GROHNERT

Uitnodiging Security Intelligence 2014 Dertiende editie: Corporate IAM

Risk monitoring and control in audit firms: a research synthesis

De invloed van de aanwezigheid van een audit committee op de kwaliteit van de jaarrekening

Impact of BEPS disruptions on TCF / TRM / Tax Strategy

De invloed van de Code Tabaksblat op het accountantshonorarium bij Nederlandse beursgenoteerde bedrijven

Future of the Financial Industry

HOE BEOORDELEN ACCOUNTANTS DE CONTINUÏTEIT?

Prof dr Philip Wallage 2 JUNI 2010 AMSTERDAM SEMINAR EUMEDION, NIVRA EN VBA

Masterproef De invloed van het aanbieden van non-auditdiensten op de gepercipieerde auditkwaliteit in private bedrijven

Tax Directors Forum. Na de hoogtij van Horizontaal Toezicht nu een klimaat waarin boetes veel dichterbij gekomen zijn? Rotterdam, 12 februari 2015

Suriname College of Accountancy

Wim Eysink Deloitte IIA Raad van Advies. Voorstellen herziene Corporate Governance Code

Kwaliteits-, prijs- en overige. verschillen tussen grote en kleine accountantskantoren.

EEN NADERE ANALYSE VAN DE RELATIES TUSSEN AANDELENRENDEMENTEN EN WINSTEN, DIVIDENDEN EN CASH-FLOWS. Gert Hegge en Rezaul Kabir

Amsterdam Business School Relatie tussen industrie expertise Big 4 kantoren en audit kwaliteit gedurende de jaren in Duitsland

Ctrl Ketenoptimalisatie Slimme automatisering en kostenreductie

Kan ik procesbijstand verlenen bij een fiscale procedure van een audit cliënt van een geassocieerde accountant?

Verplichte accountantskantoor roulatie en het effect op de kwaliteit van de accountantscontrole

Onderzoek naar Chinese bedrijven sinds 2007

De impact van automatisering op het Nederlandse onderwijs

Martin Dees Algemene Rekenkamer. Performance Auditing

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

Het effect van de status van een ingeschakelde deskundige op de controle van complexe schattingen

ISO/IEC 20000, van standaardkwaliteit naar kwaliteitsstandaard. NGI Limburg 30 mei 2007

2010 Integrated reporting

Evaluating Solvency II. Fred Treur Verbond van Verzekeraars 15 september 2017

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie

DUURZAAM BELEGGEN MAAKT HET VERSCHIL! HUBRIEN, HANS EN MATTHIJS PFP Forum, 31 Januari 2018

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Building the next economy met Blockchain en real estate. Lelystad Airport, 2 november 2017 BT Event

Het beperken van de duur van de aanstelling van een accountant, en het effect daarvan op de kwaliteit van de accountantscontrole

Statistische steekproeven in juist perspectief

Enterprise Architectuur. een duur begrip, maar wat kan het betekenen voor mijn gemeente?

Regie uit een andere Branche. Hoe om te gaan met de vraag en de levering. Facto Magazine Congres 12 mei

Asset protection & privacy planning

Verplichte kantoorroulatie en audit kwaliteit

Transcriptie:

Wat is de relatie tussen accountantscontrole en advies? Een overzicht van de bestaande literatuur. Jan Bouwens 1 Professor of accounting at Cambridge University, Judge Business School en Managing director van de Foundation for Auditing Research Introductie In dit paper wil ik ingaan op de literatuur die is verschenen over de relatie tussen de kwaliteit van controlewerk dat accountants verrichten voor ondernemingen die al dan niet ook adviesdiensten bij hetzelfde kantoor afnemen. Uit de inventarisatie komt naar voren dat er weinig bewijs bestaat voor een kwaliteitsverlagend effect op de controle van de accountant. In veel gevallen wijst het onderzoek in de richting van een verhoging van kwaliteit als controle naast advies door hetzelfde kantoor wordt verleend. Dit voordeel kan worden toegeschreven aan kennisoverdracht waar accountants profiteren van de kennis van de collega s die advies geven bij diezelfde organisatie. De bevindingen duiden erop dat met de striktere regels om advies van controle te scheiden het onderliggende probleem niet werd opgelost. Literatuurbespreking Er bestaat maatschappelijk debat over de vraag of het verstandig is om een firma zowel accountancywerkzaamheden als advieswerkzaamheden te laten verrichten. De zorg die in dat kader wordt geuit is dat accountants minder snel geneigd zullen zijn een geconstateerde tekortkoming in de verslaggeving aan de orde te stellen omdat hij daarmee mogelijk de business in advies schaadt. Zo n schade zou direct ten koste van zijn inkomen gaan voor zover winsten uit de bedrijfsonderdelen zijn gepoold en gaat ten koste van zijn verhouding met de adviseurs omdat deze de harde houding van de accountant zouden afwijzen omdat zij daarmee hun business verliezen. In de afgelopen jaren heeft een groot aantal onderzoekers zich gericht op de vraag of de kwaliteit van het werk van de accountant lijdt als audit en advies vanuit een onderneming is georganiseerd. In deze notitie wil ik ingaan op de literatuur die ter zake verscheen. Ik wil beginnen met de vaststelling dat het aantal onderzoeken dat is gedaan overweldigend is en dat deze veelal een ander 1 Ik wil Olof Bik bedanken voor zijn commentaar op een eerdere versie van deze notitie.

richting uitwijzen dan aangenomen in politiek en debat: niet-audit services hebben geen negatief effect op de kwaliteit van het werk van de accountant. Hierbij worden drie aspecten van kwaliteit bekeken: (1) de mate waarin de accountant toestaat dat de onderneming resultaten mooier/slechter voorstelt dan uit de onderliggende economische verhoudingen blijkt (dit komt neer op winstmanipulatie van het ondernemingsmanagement, toegestaan de accountant), (2) de mate waarin de accountant een voorbehoud maakt bij de continuïteit van de onderneming, en (3) de mate waarin de conservatisme (winst erkennen alleen als deze er zeker zijn en verliezen meteen nemen). Hieronder treft u een (niet eens complete) lijst aan met studies naar het effect van non audit service op de kwaliteit van de accountantscontrole. Van al die papers is er een die aan lijkt te duiden dat er een verband bestaat tussen het toestaan van winstmanipulatie en nonauditservices: Frankel, Johnson, en Nelson. (2002). Hun bevinding bleek echter te zijn gebaseerd op een misspecificatie (Ashbaugh, LaDond en Mayhew, 2003). Als er al sprake zou zijn van een probleem dan komt het voor bij een hele kleine sample van snelgroeiende MKB-bedrijven waarin het management het volledig voor het zeggen heeft. Als het om de vraag gaat of er een kleinere kans is op het achterwege laten van een continuïteitsvoorbehoud vinden DeFond, Raghunandan, en Subramanyam 2002 geen enkele aanwijzing voor een kleinere kans om een ongunstig voorbehoud achterwege te laten. Ruddock, Taylor en Taylor (2006) zien niet terug dat de accountant conservatisme als leidend principe laten varen voor ondernemingen die naast de controle andere diensten afnemen die onder dezelfde merknaam worden aangeboden. Met andere woorden Ruddock e.a. (2006) vinden dat accountants geen verschil maken tussen gecontroleerde onderneming die wel of geen andere diensten afnemen. Antle, Gordon, Narayanamoorthy, en Zhou. (2006), Ashbaugh e.a., (2003), Chung en Kallapur (2003), Francis en Ke (2003), en Reynolds, Deis, en Francis (2004) vinden geen resultaat als zij berekenen of er een verband bestaat tussen het financiële belang van de individuele klant in de portfolio van het kantoor en winststuring. Lennox (2016) toonde aan dat de beperkingen die de PCAOB in 2005 en 2006 oplegde inzake belastingadvisering geen effect had op de kwaliteit van de controle (gemeten in termen van het aantal gebleken fouten in de verslaggeving welke aanleiding gaven tot het opleggen van een aanpassing (aanwijzing in Nederland) in de verslaggeving, fouten in belastingaangifte en invulling van de continuïteitsparagraaf). Als we dus naar de enorme hoeveelheid onderzoeken kijken, onderschrijven deze onderzoeken de bewering dat er niet één zaak bestaat waaruit is gebleken dat de onafhankelijkheid van de accountant door de uitvoering van adviestaken zodanig is bezoedeld, dat daaraan een controlefout kon worden toegeschreven. Is er dan helemaal niets aan de hand?

Francis (2006) meent dat we voorzichtig moeten zijn. We zullen niet zo snel een direct verband vinden omdat het onwaarschijnlijk is dat directe bezoedeling kan worden waargenomen. In plaats daarvan is het heel goed mogelijk dat de accountant onbewust zijn onafhankelijkheid verliest, naarmate er sprake is van meer adviesdiensten. Maar als dat waar is, zouden we nog altijd in empirische studies zo n effect moeten kunnen aantreffen, immers in bovengenoemde studies wordt geen onderscheid gemaakt tussen bewuste of onbewuste onafhankelijkheidskwesties. In de studies wordt gekeken of de accountant de facto verschil maakt tussen klanten die wel of geen adviesdiensten afnemen anders dan controle. Maar, als het dan toch geen verschil maakt, kunnen we voor de zekerheid evengoed naar een auditonly firm streven? Iedereen is dan tevreden. Deze redenering is problematisch. De hierboven genoemde studies bekeken of de kwaliteit van het werk van de accountant terugloopt als adviesdiensten naast de assurancediensten worden geleverd. Maar er is óók onderzoek gedaan naar de vraag of het werk van de controlerend accountant beter wordt naarmate er ook andere diensten worden geleverd dan assurance. Dit werk richt zich op de vraag of de kennis die in het kantoor wordt verzameld door verschillende diensten te leveren gunstig uitwerkt op de kwaliteit van de controle. U moest zich dan voorstellen dat de accountant zijn kennis vergroot door samenwerking met zijn collega s van de adviesdienst en dat hij/zij door toepassing van de verworven kennis beter zijn taak als controlerend accountant kan uitvoeren ( knowledge spillovers ). Koh, Rajgopal en Srinivasan (2015) deden in dit verband een belangrijk onderzoek. Zij keken specifiek naar de situatie waarin het nog was toegestaan om controlediensten en informatiediensten vanuit een kantoornaam te leveren. Zij zien terug dat kantoren die aan een bedrijf adviesdiensten geven naast controle een betere kwaliteit leveren afgemeten naar de kwaliteit van de winst van de gecontroleerde onderneming (gemeten als winstmanipulatie). Deze relatie bleek in versterkte mate te bestaan als ook informatieadvies werd gegeven. Als we deze uitkomst plaatsen in het licht ven de uitbanning van adviesdiensten, dan is sterk de vraag of deze maatregel wel gunstig heeft uitgewerkt voor het werk van de controlerend accountant. Zo is het niet ondenkbaar dat het makkelijker is om vast te stellen of de internal controls goed werken, als de accountant ook informatie bij zijn collega kan halen omtrent het ontwerp van die controls. Zwakke plekken worden dan eerder duidelijk. Bovendien, het hoeft hierbij niet eens over dezelfde gecontroleerde onderneming te gaan. Het feit dat de kennis in huis is binnen de accountantsfirma, helpt de controlerend accountant mogelijk eerder zwakke en sterke plekken te zien.

Anderzijds laten Bell, Causholli en Knechel (2015) zien dat voor bedrijven die in de USA buiten de verplichte controle vallen (niet aan de beurs verhandeld) de levering van adviesdiensten negatief is geassocieerd met de kwaliteit van de audit. Auditkwaliteit werd afgemeten door te kijken naar de resultaten van een check op het werk van de accountant door collega accountants in de USA ( quality reviews ). Accountants leverden in deze specifieke sample dus minder goede kwaliteit aan klanten die naast controle ook advies afnamen. Maar het resultaat keert om voor bedrijven die onder de verplichte controle vallen. Juist bedrijven die wél onder de verplichte controle vallen, konden rekenen op een hogere controlekwaliteit. In het eerste geval is het risico van een claim kleiner dan in het tweede geval. Wellicht dat accountants strenger worden als zij de schijn tegen zich hebben (doordat hun bedrijf ook adviesdiensten levert) en handhaving met grotere waarschijnlijkheid ter hand wordt genomen (PCAOB). Behalve dat de kwaliteit van de controle mogelijk wordt beïnvloed door de aanwezigheid van advies naast controle, is er ook een (preventief) effect op de gecontroleerde onderneming. Ciconte, Knechel en Mayberry (2017) laten zien dat accountantskantoren die naast controle ook advies geven een gunstige invloed uitoefenen op de exploitatie van het gecontroleerde bedrijf dat door het betrokken kantoor wordt gecontroleerd. Winstgevendheid wordt, met andere woorden, bevorderd als het kantoor een breder pakket aan diensten verleend. Discussie en conclusie Aan de uitkomsten van bestaand onderzoek kunnen we weinig argumenten ontlenen om audit-only kantoren op te richten. Sterker, als we naar het onderzoek kijken, is de kans groot dat er controlekwaliteitbevorderende overdracht van kennis binnen de kantoren zal wegvallen. Zeer recent onderzoek van Ciconte e.a. (2017) laat zien dat ook het gecontroleerde bedrijf baat heeft bij de uitvoering van controle en advies vanuit één accountantsfirma. We vinden enige aanknopingspunten voor mogelijke negatieve kwaliteitsverschillen in het onderzoek van Bell e.a. (2015) waar zij vaststellen dat bedrijven die niet onder verplichte controle vallen een minder alerte controle krijgen dan bedrijven die onder de verplichte controle vallen. Zoals Bell e.a. laten zien moeten we dan in de kantoren kijken om dit waar te nemen. Zoals Francis (2006) vaststelt is het niet uit te sluiten dat accountants onbewust minder streng zijn op de controle van boeken van bedrijven die ook adviesdiensten afnemen. Het is de moeite waard deze zorg onder de loep te nemen door evenals Bell e.a. binnen de kantoren te kijken. Literatuur aangehaald in dit paper. Antle, R., E. Gordon, G. Narayanamoorthy, and L. Zhou. 2006. The joint determination of Audit fees, non-audit fees, and abnormal accruals. Review of Quantitative Finance and Accounting 27(3): 235-266.

Ashbaugh, H., R. LaFond, and B. W. Mayhew. 2003. Do Nonaudit Services Compromise Auditor Independence? Further Evidence. The Accounting Review 78 (3):611-639. Bell, T., M. Causholli en R. Knechel. 2015. Audit firm tenure, Non-audit services and internal assessments of audit quality, Journal of accounting research 53(3): 461-509. Chung, H., and S. Kallapur. 2003. Client Importance, Nonaudit Services, and Abnormal Accruals. The Accounting Review 78 (4):931-955. Ciconte, W.A., W.R. Knechel, M.A. Mayberry. 2017. Investments in auditor-provided Non-audit Services and future operating performance, workingpaper. DeFond, M. L., K. Raghunandan, and K. R. Subramanyam. 2002. Do Non-Audit Service Fees Impair Auditor Independence? Evidence from Going Concern Audit Opinions. Journal of Accounting Research 40 (4):1247-1274. Francis, J. R. 2006. Are Auditors Compromised by Nonaudit Services? Assessing the Evidence. Contemporary Accounting Research 23 (3):747-760. Francis, J. R., and B. Ke. 2006. Disclosures of Fees paid to Auditors and the Market Valuation of Earnings Surprises. Review of Accounting Studies 11 (4):495-523. Frankel, R. M., M. F. Johnson, and K. K. Nelson. 2002. The Relation between Auditors' Fees for Nonaudit Services and Earnings Management. The Accounting Review 77 (Supplement):71-105. Koh, K., Rajgopal, S. & Srinivasan, S. 2013. Non-audit services and financial reporting quality: evidence from 1978 to 1980, Review of Accounting Studies 18(1): 1-33. Lennox, C.S. 2016. Did the PCAOB s Restrictions on Auditors Tax Services Improve Audit Quality? The accounting review 91(5): 1493 1512. Reynolds, J. K., D. R. Deis, and J. R. Francis. 2004. Professional Service Fees and Auditor Objectivity. Auditing: A Journal of Practice and Theory 23 (1):29-52. Ruddock, C., S. J. Taylor, and S. L. Taylor. 2006. Nonaudit Services and Earnings Conservatism: Is Auditor Independence Impaired? Contemporary Accounting Research 23 (3):701-746. Overige studies naar de relatie advies en controle Beck, P., T. J. Frecka, and I. Solomon. 1988a. An Empirical Analysis of the Relationship Between MAS Involvement and Auditor Tenor: Implications for Auditor Independence. Journal of Accounting Literature 7:65-84.. 1988b. A Model of the Market for MAS and Audit Services: Knowledge Spillovers and Auditor-Auditee Bonding. Journal of Accounting Literature 7:50-64. Brown, J., D. Falaschetti and M.Orlando. 2010. Auditor Independence and Quality of Information in Financial Disclosure: Evidence for Market Discipline vs. Sarbanes-Oxley Proscriptions. American Law and Economics Review 12 (1): 39-68 DeBerg, C. L., S. E. Kaplan, and K. Pany. 1991. An Examination of Some Relationships Between Non-Audit Services and Auditor Change. Accounting Horizons 5 (1):17-28. Dopuch, N., R. R. King, and R. Schwartz. 2003. Independence in appearance and in fact: An empirical investigation. Contemporary Accounting Research 65: 83 113.

Firth, M. 1997. The Provision of Nonaudit Services by Accounting Firms to their Audit Clients. Contemporary Accounting Research 14 (2):1-21. Gleason, C. and L. Mills. 2011. Do Auditor-Provided Tax Services Improve the Estimate of Tax Expense? Contemporary Accounting Research, 28(5): 1484-1509 Glezen, G. W., and J. A. Millar. 1985. An Empirical Investigation of Stockholder Reaction to Disclosures Required by ASR No. 250. Journal of Accounting Research 23 (2):859-870. Kinney, W. R., and R. Libby. 2002. Discussion of The Relation between Auditors' Fees for Nonaudit Services and Earnings Management. The Accounting Review 77 (Supplement):107-114. Kinney, W. R., Z.-V. Palmrose, and S. Scholz. 2004. Auditor Independence, Non-Audit Services, and Restatements: Was the U.S. Government Right? Journal of Accounting Research 42 (3):561-588. Larcker, D. F., and S. A. Richardson. 2004. Fees Paid to Audit Firms, Accrual Choices, and Corporate Governance. Journal of Accounting Research 40 (3): 625-658. Maher M.W., Tiessen P, Colson R., and Broman A.J.(1992), Competition and Audit Fees, The Accounting Review, 67 (1): 199-211. Parkash, M., and C. F. Venable. 1993. Auditee Incentives for Auditor Independence: The Case of Nonaudit Services. The Accounting Review 68 (1):113-133. Scheiner, J. H. 1984. An Empirical Assessment of the Impact of SEC Nonaudit Service Disclosure Requirements on Independent Auditors and Their Clients. Journal of Accounting Research 22 (2):789-797. Scheiner, J. H., and J. E. Kiger. 1982. An Empirical Investigation of Auditor Involvement in Non- Audit Services. Journal of Accounting Research 20 (2):482-496. Simunic, D. A. 1984. Auditing, Consulting, and Auditor Independence. Journal of Accounting Research 22 (2):679-702. Whisenant, S., S. Sankaraguruswamy, and K. Raghunandan. 2003. Evidence on the Joint Determination of Audit and Non-Audit Fees. Journal of Accounting Research 41 (4): 721-744.