Drie medewerkers in de executieve dienst en twee medewerkers van de afdeling MSO van Bureau Scheveningen. Vier medewerkers in de executieve dienst en drie medewerker van de afdeling Intake & Service van Bureau Leiden Noord. Vijf medewerkers in de executieve dienst en twee medewerkers van de afdeling Intake & Service van Bureau Gouda. Tijdens de interviews is de implementatie van het PSA beleid getoetst en is gesproken over de mate waarin medewerkers te maken krijgen met agressie in het werk. Op de hierboven genoemde locaties heeft de inspecteur een rondgang gemaakt langs de balies van de afdelingen MSO en Intake & Service. Hierbij is gekeken naar technische en bouwkundige maatregelen. Aansluitend is er op 27 januari 2014 een afrondend gesprek gevoerd met,,, d en. Aan de hand van de ontvangen stukken en voornoemde gesprekken/interviews heeft de inspecteur een duidelijk beeld gekregen van de risico s rondom PSA en de genomen matregelen om deze risico s te beheersen. Hieruit is onder andere gebleken: De medewerkers in de executieve dienst hebben, afhankelijk van hun functie, vaak dan wel regelmatig dan wel soms te maken met verbale en fysieke agressie. Medewerkers van de afdeling MSO / Intake & Service hebben regelmatig te maken met verbale agressie. De medewerkers in de executieve dienst melden verbale en fysieke agressie via het GTPA protocol en krijgen door het inwerking treden van dit protocol opvang en nazorg aangeboden. Bij de medewerkers van de afdeling MSO/Intake & Service is dit melden en registreren, de agressienorm en het GTPA protocol niet bekend. Medewerkers hebben de training Mentale Kracht aangeboden gekregen of gaan deze binnenkort volgen. Deze training kent inhoudelijk echter geen de-escalerende gesprektechnieken. De medewerkers van de afdeling MSO/Intake & Service krijgen dergelijke de-escalatie technieken wel periodiek aangeboden. In de Integrale Beroepsvaardigheden training (IBT) worden fysieke vaardigheden geoefend. De Risico Inventarisatie en Evaluatie dateert uit 2007. Deze is niet actueel en er ontbreken enkele enkele beleidselementen ten aanzien van het voorkomen en beperken van agressie en geweld. In de personele bezetting wordt rekening gehouden met ondersteuning bij incidenten en werken medewerkers in risicovolle situaties niet alleen. Er wordt voorzien in beschermingsmiddelen bij agressie-incidenten. Er wordt gestreefd naar een aanspreekcultuur en een klimaat waarin ongewenst gedrag voorkomen wordt. Echter zijn er signalen vanuit het voormalig korps Haaglanden dat medewerkers op bepaalde posities misbruik zouden maken hun positie of intimiderend zouden zijn. Tijdens dit inspectiebezoek kon dit niet nader gespecificeerd worden. Medewerkers zijn bekend met de vertrouwenspersonen, maar niet met de externe klachtencommissie. Het medewerkerstevredenheidonderzoek is niet meer actueel. Het monitoren van werkdruk vindt nog wel plaats op basis van verzuimcijfers. Dit is echter reactief. Uit de ontvangen stukken, gevoerde gesprekken/interviews en rondgang is gebleken dat de maatregelen die de Eenheid Den Haag neemt om werknemers te beschermen tegen PSA risico s en de nadelige gevolgen daarvan niet volledig Pagina 2 van 8
voldoen aan de daaraan door de Arbowet en het Arbobesluit gestelde eisen. Gebleken is dat de volgende maatregelen in uw aanpak ontbreken of in de praktijk onvoldoende functioneren: Beleidsvoering 1. De risico inventarisatie en evaluatie is niet meer actueel. Deze is opgesteld in 2006/2007 en is niet geactualiseerd op basis van de laatste stand van de wetenschap en professionele dienstverlening. Dit is een overtreding van artikel 5, 4e lid van de Arbeidsomstandighedenwet. > Voor deze overtreding krijgt u een waarschuwing. Arbozorg en organisatie van de arbeid 2. In de risico inventarisatie en evaluatie ontbreken beoordelingen van de volgende aspecten die samenhangen met het risico agressie & geweld: - De balie van de afdeling Intake en Service op de locatie in Gouda is niet beoordeeld op veiligheid. - De werkplekken op de gemeentehuizen in Oegstgeest en Leiderdorp zijn niet beoordeeld op veiligheid. - De werkprocessen op de locatie Karnebeek zijn niet beoordeeld op veiligheid terwijl de personele bezetting hier is afgenomen. - Er is geen beoordeling gemaakt van de veiligheid en de veiligheidsbeleving gebaseerd op het aantal aanwezige voertuigen op de locatie in Gouda. > Voor deze overtreding krijgt u een waarschuwing. 3. Er worden geen periodieke trainingen georganiseerd gericht op het geven van gesprektechnieken om agressie-incidenten te de-escaleren. Dit is een overtreding van artikel 2.15, 2e lid van het > Voor deze overtreding krijgt u een waarschuwing. 4. De medewerkers van de afdeling MSO en Intake & Service zijn onvoldoende voorgelicht, onderricht en geïnstrueerd over het melden en registreren van agressie-incidenten, het GTPA protocol en de agressienorm. Dit is een overtreding van artikel 2.15, 2e lid van het > Voor deze overtreding krijgt u een waarschuwing. 5. In het kader van maatregelen ter agressiebeheersing ontbreekt er een alarmknop onder de balie van de afdeling Intake & Service op de locatie Gouda. > Voor deze overtreding krijgt u formeel een waarschuwing. 6. Het verdiepend onderzoek naar werkdrukfactoren is niet meer actueel, terwijl werkdrukfactoren wel een rol spelen in de beleving van werkdruk bij medewerkers. > Ik heb het voornemen u hiervoor een eis te stellen (zie bijlage 1). Pagina 3 van 8
7. In het kader van risicobeoordeling rondom onderlinge ongewenste omgangsvormen is, voor de locaties van voormalig korps Haaglanden,niet beoordeeld in hoeverre intimidatie door leidinggevenden een risico vormt. > Ik heb het voornemen u hiervoor een eis te stellen (zie bijlage 2). 8. In het kader van onderlinge ongewenste omgangsvormen zijn medewerkers niet bekend met de externe klachtencommissie. Voorlichting hierover heeft onvoldoende plaats gevonden. Dit is een overtreding van artikel 2.15, 2e lid van het > Ik heb het voornemen u hiervoor een eis te stellen (zie bijlage 3). Wat u moet doen: U moet er voor zorgen dat de punten genoemd onder 1, 2, 3, 4 en 5 zo snel mogelijk worden opgeheven. Na bovengenoemde inspectiedatum geldt er een termijn van 3 maanden voor deze punten. Voor punt 3 geldt een termijn van 6 maanden. Voor meer informatie over het opheffen van deze overtredingen verwijs ik u naar de Arbocatalogus voor de sector Politie. Met betrekking tot de onder 6 genoemde overtreding kunt u binnen 2 weken na dagtekening van deze brief uw zienswijze op de voorgenomen eis kenbaar maken. Hierover leest u meer in bijlage 1. Met betrekking tot de onder 7 genoemde overtreding kunt u binnen 2 weken na dagtekening van deze brief uw zienswijze op de voorgenomen eis kenbaar maken. Hierover leest u meer in bijlage 2. Met betrekking tot de onder 8 genoemde overtreding kunt u binnen 2 weken na dagtekening van deze brief uw zienswijze op de voorgenomen eis kenbaar maken. Hierover leest u meer in bijlage 3. Uw organisatie zal bij een volgend inspectieproject Politie opnieuw geselecteerd worden voor een inspectie op de overtreden onderwerpen. Worden tijdens deze nieuwe inspectie dezelfde of soortgelijke overtredingen als bedoeld in artikel 8.29c van de Arbeidsomstandighedenregeling aangetroffen, dan wordt hiervoor een boeterapport opgemaakt. Dit houdt in dat als met betrekking tot de beheersing van het risico agressie & geweld bij een volgende inspectie wederom een overtreding wordt geconstateerd, er door de inspecteur direct een boeterapport zal worden opgemaakt. Dit betreft dan iedere overtreding die rondom het risico agressie & geweld gemaakt kan worden. De inspecteur beoordeeld rondom het risico agressie & geweld 11 aspecten. Deze vindt u terug op www.inspectieszw.nl en http://www.zelfinspectie.nl/agressie/ Met betrekking tot het onderwerp werkdruk geldt dat duidelijk moet zijn dat u de gehele werkdrukcyclus aan het doorlopen bent (inventariseren, maatregelen formuleren, maatregelen uitvoeren, maatregelen evalueren). Ik verzoek u de belanghebbende werknemers zo spoedig mogelijk in kennis te stellen van de inhoud van deze brief. Meer informatie over de Arbeidsomstandighedenwetgeving en de handhaving door de Inspectie SZW vindt u op: inspectieszw.nl/arbeidsomstandigheden Daar kunt u Pagina 4 van 8
Bijlage 1 Deze bijlage behoort bij de inspectiebrief met kenmerk naar aanleiding van de inspectie op 27 januari 2014 door mevrouw, arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW, bij Eenheid Den Haag op het adres Burgemeester Patijnlaan 35, 2585 BG te 's-gravenhage. Kennisgeving Eis Overtreding: Het verdiepend onderzoek naar werkdrukfactoren is niet meer actueel, terwijl werkdrukfactoren wel een rol spelen in de beleving van werkdruk bij medewerkers. Naar aanleiding hiervan heb ik het voornemen, daartoe bevoegd op basis van de Arbeidsomstandighedenwet, artikel 27, u de volgende eis te stellen ter invulling van artikel 2.15, 1e lid van het Arbeidsomstandighedenbesluit: Voorgenomen eis: U voert voor de eenheid Den Haag een verdiepend werkdrukonderzoek uit. Voor dit onderzoek maakt u gebruikt van een erkend instrument om werkdruk en werkbeleving te inventariseren. Hierbij valt te denken aan een methode als WeBa of VBBA. Een vergelijkbaar instrument gebruiken kan ook. De respons van het onderzoek dient voldoende te zijn, zodat de resultaten als representatief kunnen worden beschouwd. Naar aanleiding van de resultaten van het onderzoek stelt u maatregelen op ter verbetering van de werkdrukbeleving. Na het uitvoeren van de maatregelen beoordeeld u het effect van de getroffen maatregelen. U voert het onderzoek uit op alle locaties behorende bij de eenheid Den Haag. Wanneer de eis definitief wordt moet u binnen een termijn van 6 maanden aan het gestelde in de eis hebben voldaan. Voordat deze eis formeel gesteld wordt krijgt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht artikel 4:8, de gelegenheid om uw zienswijze naar voren te brengen. Als in de voorgenomen eis wordt bepaald dat er ook verplichtingen rusten op werknemers dan moeten zij eveneens de gelegenheid krijgen hun zienswijze naar voren te brengen. Ik ga er van uit dat u de betrokken werknemers op de hoogte stelt van deze mogelijkheid, en van de hieronder vermelde wijze waarop ze dat kunnen doen. De zienswijze kan schriftelijk of mondeling kenbaar gemaakt worden. Dit is geen beschikking in de zin van artikel 1:3, 2e lid van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tegen het gestelde in deze bijlage kan geen bezwaar worden ingediend. Als er niet binnen twee weken na dagtekening van deze brief een reactie van u en/of de betrokken werknemers is ontvangen, ga ik er van uit dat er geen gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid uw zienswijze te geven. De eis zal daarna zo spoedig mogelijk schriftelijk aan u worden bevestigd. Op dat moment wordt ook de bezwaarprocedure van kracht en kunt u een eventueel bezwaar tegen deze eis indienen. Pagina 6 van 8
Bijlage 2 Deze bijlage behoort bij de inspectiebrief met kenmerk naar aanleiding van de inspectie op 27 januari 2014 door mevrouw S.E.B. Roodenburg, arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW, bij Eenheid Den Haag op het adres Burgemeester Patijnlaan 35, 2585 BG te 's-gravenhage. Kennisgeving Eis Overtreding: In het kader van risicobeoordeling rondom onderlinge ongewenste omgangsvormen is, voor de locaties van voormalig korps Haaglanden,niet beoordeeld in hoeverre intimidatie door leidinggevenden een risico vormt. Naar aanleiding hiervan heb ik het voornemen, daartoe bevoegd op basis van de Arbeidsomstandighedenwet, artikel 27, u de volgende eis te stellen ter invulling van artikel 2.15, 1e lid van het Arbeidsomstandighedenbesluit: Voorgenomen eis: Voor de bureaus van het voormalig korps Haaglanden voegt u aan het werkdrukonderzoek/werkbelevingsonderzoek een aspect toe dat beoordeeld in hoeverre de medewerkers op verschillende locaties te maken krijgen met intimidatie door leidinggevenden en/of het misbruiken van posities door leidinggevenden. Daar waar een negatieve score het resultaat is neemt u maatregelen ter verbetering. Na uitvoering van deze maatregelen evalueert u het effect van de genomen maatregelen. Wanneer de eis definitief wordt moet u binnen een termijn van 6 maanden aan het gestelde in de eis hebben voldaan. Voordat deze eis formeel gesteld wordt krijgt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht artikel 4:8, de gelegenheid om uw zienswijze naar voren te brengen. Als in de voorgenomen eis wordt bepaald dat er ook verplichtingen rusten op werknemers dan moeten zij eveneens de gelegenheid krijgen hun zienswijze naar voren te brengen. Ik ga er van uit dat u de betrokken werknemers op de hoogte stelt van deze mogelijkheid, en van de hieronder vermelde wijze waarop ze dat kunnen doen. De zienswijze kan schriftelijk of mondeling kenbaar gemaakt worden. Dit is geen beschikking in de zin van artikel 1:3, 2e lid van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tegen het gestelde in deze bijlage kan geen bezwaar worden ingediend. Als er niet binnen twee weken na dagtekening van deze brief een reactie van u en/of de betrokken werknemers is ontvangen, ga ik er van uit dat er geen gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid uw zienswijze te geven. De eis zal daarna zo spoedig mogelijk schriftelijk aan u worden bevestigd. Op dat moment wordt ook de bezwaarprocedure van kracht en kunt u een eventueel bezwaar tegen deze eis indienen. Pagina 7 van 8
Bijlage 3 Deze bijlage behoort bij de inspectiebrief met kenmerk naar aanleiding van de inspectie op 27 januari 2014 door mevrouw, arbeidsinspecteur bij de Inspectie SZW, bij Eenheid Den Haag op het adres Burgemeester Patijnlaan 35, 2585 BG te 's-gravenhage. Kennisgeving Eis Overtreding: In het kader van onderlinge ongewenste omgangsvormen zijn medewerkers niet bekend met de externe klachtencommissie. Voorlichting hierover heeft onvoldoende plaats gevonden. Dit is een overtreding van artikel 2.15, 2e lid van het Naar aanleiding hiervan heb ik het voornemen, daartoe bevoegd op basis van de Arbeidsomstandighedenwet, artikel 27, u de volgende eis te stellen ter invulling van artikel 2.15 1e lid van het Arbeidsomstandighedenbesluit: Voorgenomen eis: U geeft uw medewerkers voorlichting over de externe klachtencommissie, zodat zij bekend zijn met de mogelijkheden van deze commissie. Daarnaast zorgt u ervoor dat uw vertrouwenspersonen, wanneer er een vertrouwelijk gesprek wordt gevoerd, de medewerkers wijzen op de mogelijkheden van de externe klachtencommissie. Wanneer de eis definitief wordt moet u binnen een termijn van 3 maanden aan het gestelde in de eis hebben voldaan. Voordat deze eis formeel gesteld wordt krijgt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht artikel 4:8, de gelegenheid om uw zienswijze naar voren te brengen. Als in de voorgenomen eis wordt bepaald dat er ook verplichtingen rusten op werknemers dan moeten zij eveneens de gelegenheid krijgen hun zienswijze naar voren te brengen. Ik ga er van uit dat u de betrokken werknemers op de hoogte stelt van deze mogelijkheid, en van de hieronder vermelde wijze waarop ze dat kunnen doen. De zienswijze kan schriftelijk of mondeling kenbaar gemaakt worden. Dit is geen beschikking in de zin van artikel 1:3, 2e lid van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tegen het gestelde in deze bijlage kan geen bezwaar worden ingediend. Als er niet binnen twee weken na dagtekening van deze brief een reactie van u en/of de betrokken werknemers is ontvangen, ga ik er van uit dat er geen gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid uw zienswijze te geven. De eis zal daarna zo spoedig mogelijk schriftelijk aan u worden bevestigd. Op dat moment wordt ook de bezwaarprocedure van kracht en kunt u een eventueel bezwaar tegen deze eis indienen. Pagina 8 van 8