Elobase Detailhandel Organisatiebeleid Rekenwerkboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 2 Manager

Vergelijkbare documenten
Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid Rekenwerkboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 2 Ondernemer

Elobase Detailhandel Extra rekenkatern aanvullend op het theoriehoofdstuk voorraadbeheer en bestellen kerntaak 2 Ondernemer / Manager handel

Bovenstaande begrippen worden veelal weergegeven in onderstaand schema of overzicht. We noemen dit overzicht het exploitatieoverzicht.

-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen.

Elobase Detailhandel Rekenopgaven Derving aanvullend op het theorieboek KT2

OPGAVEN BIJ VOORRAADBEHEER EN BESTELLEN

2 Constante en variabele kosten

Rendement van artikelpresentaties berekenen

Samengevat bereken je de nettowinst van een onderneming zo:

Proefschoolexamen Management & Organisatie 5 vwo. Hoofdstuk 17 tot en met 28. Normering. Aantal punten x = cijfer 63

OEFENOPGAVEN LESBRIEF INDUSTRIE

Opgave 2 a. Met welke formule berekenen we de integrale kostprijs? b. Hoe noemen we integrale kostprijsberekening ook wel?

Bij een resultatenbegroting (ook wel exploitatiebegroting genoemd) wordt een overzicht gemaakt van de opbrengsten en van de kosten.

Management & Organisatie VWO 5 Hoofdstuk 27 t/m juni 2009 proeftoets 100 minuten. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Eindexamen m&o havo I

TOETS 1 - Basiskennis Calculatie (BKC)

managementinformatie sturen met cijfers

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

TOELATINGSTOETS M&O. Datum

Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Elobase Detailhandel Rekenwerkboek oefenen met vreemd geld

Eindexamen m&o havo 2007-I

Financieel 2 Ondernemer

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

Overzicht formules. Copyright OVD Educatieve Uitgeverij bv Pagina 1 van 6 VERKOOPSPECIALIST/ EERSTE VERKOPER

Elobase Detailhandel Rekenwerkboek oefenen met kasgeld

Kaarten module 4 derde klas

Elobase Detailhandel Organisatiebeleid

BEDRIJFSREKENEN OPDRACHTEN BASIS EN KADER

Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee soorten gemiddelden: Als van elke soort er maar een stuk voorkomt.

administratie - handel en administratie - handel en verkoop - mode en commercie

Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Kosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen 7

Economisch Instituut voor een Winkelorganisatie. Stein: ISBN: Auteurs: M.J. Duijzings-Biermans, M.W.M. Duijzings, F.L.J.

handel en verkoop CSPE KB Bij dit examen horen een bijlage, een uitwerkbijlage en digitale bestanden.

Financieel Management

Kamer van Koophandel (KvK): hier kom je meer te weten over vergunningen, wetgeving en btw.

Bedrijfseconomische aspecten Examennummer: Datum: 26 maart 2011 Tijd: 12:30 uur - 14:00 uur

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Voorbeeld 1 In een klas van 29 leerlingen hebben 3 leerlingen een onvoldoende behaald voor een toets.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10

Deze aanwijzingen goed lezen voor u met uw examen start

OPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 6 tot en met 8.

Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid. Financieel 1 Ondernemer / Manager. Hoofdstuk 2 Consumentenprijs

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

profielvak economie en ondernemen CSPE BB onderdeel B

Hoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,

Ondernemersplan. Bedrijfsnaam

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte. Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen.

BIJLAGE 9.A: OPGAVE a2 UIT DE TEST KENNIS VAN PROCEDURES (Omwille van de leesbaarheid is bij het omzetten naar PDF de gulden vervangen door de.

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Samenvatting M&O periode 1. Hoofdstuk 13 8,4. Paragraaf 1. Samenvatting door G woorden 12 maart keer beoordeeld

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4

verkoopprognoses omzetbudget en indexcijfers

Een product begint als grondstof en daarna word het verwerkt tot een eindproduct.

Meerkeuzevragen: 5. Bereken voor dit jaar de totale constante kosten. A ,- B ,- C ,- D ,-

Examen HAVO en VHBO. Handelswetenschappen en recht

Hoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,

Examen PC 2 vak Cash Management

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

Antwoorden Economie H1; Productie en Productiefactoren (Present)

Break-evenanalyse Het break-evenpunt is de afzet waarbij geen winst maar ook geen verlies wordt gemaakt.

Elobase Detailhandel Rekenopgaven over het onderwerp rendement berekenen kerntaak 2 Ondernemer / Manager handel

Examenopgaven VMBO-KB 2003

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

OPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10

2 Kostprijsberekening en opslagmethode

Bij het na-calculatorische budget bepalen we achteraf wat de kosten hadden mogen zijn op basis van de werkelijke productie/afzet.

Hoofdstuk 31. Ondernemingsplan. Persoonlijk plan Marketingplan Financieel plan Organisatieplan

Hoofdstuk 3: Resultaten

Heterogene productie (meerdere producten) De directe kosten hebben een rechtstreeks verband met de productie/verkoop van een product.

Omzetsnelheid en omzetduur Het beheren van de voorraad doe je op basis van kengetallen. Kengetallen helpen je te bepalen of je voorraad optimaal is.

Toegepast Rekenen Opdrachten:

Financiële aspecten van de planning

Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16

Eindexamen m&o vwo 2003-II

Examen VMBO-BB 2005 ECONOMIE CSE BB. tijdvak 1 donderdag 2 juni uur Versie vaststelling. Naam kandidaat Kandidaatnummer

Een overzicht van de factoren die de omvang van de gevraagde hoeveelheid van een artikel bepalen.

Welke BTW tarieven zijn er? 21% luxe goederen 6% primaire levensbehoefte 0% vrijgesteld (export, overheidsdiensten)

Deze examenopgave bestaat uit 9 pagina s, inclusief het voorblad. Het examen bestaat uit 3 opgaven en omvat 20 vragen.

LANDBOUW EN NATUURLIJKE OMGEVING AGRARISCHE BEDRIJFSECONOMIE CSE KB

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Reader Bedrijfseconomische berekeningen

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 vrijdag 1 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Samenvatting door een scholier 1471 woorden 5 januari keer beoordeeld. Economie 1.1 t/m 1.6

Aurington. Administratie en Advies

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

3 Voorcalculatie, nacalculatie en verschillenanalyse

Samenvatting M&O De Industrie

voorraadkosten d e 3 r s

Vraag Antwoord Scores. x 100% = 55%

OPGAVEN HOOFDSTUK 2 UITWERKINGEN

Inkoopprijs 100% + marge 10% = verkoopprijs 110% Stel de inkoopprijs bedraagt 800 en de winstmarge 10% van de

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 vrijdag 22 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

management & organisatie Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Transcriptie:

Elobase Detailhandel Organisatiebeleid Rekenwerkboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 2 Manager Dit rekenwerkboek is van de student: Klas: Telefoonnummer: E-mailadres: 1

Rekenwerkboek Kerntaak 1 Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid: Exploitatiebudget en Management Informatie Systeem Wat ga je doen? Je kunt je via je theorieboek en dit rekenwerkboek voorbereiden op het theorie-examen Financieel 2 kerntaak 1. Het gaat, wat de voorbereiding betreft, om de examenonderwerp: Exploitatiebudget MIS Resultaat De rekenvaardigheden welke zich bij het budgetteren voordoen. Het theorieboek geeft de begeleiding bij dit rekenwerkboek. Aanbevolen hulpmiddel: Rekenmachine. Aan bod komen achtereenvolgens: Een budget opstellen, Exploitatiebudget, opgave.. t/m.. Planning en budgettering Functie van een budget Soorten budgetten Gegevens voor een budget Indeling van het budget Factoren bij de budgetbewaking, opgave.. t/m 47 Verschillende Budgetteringsmethoden Budgetverschillen Loonkosten berekenen voor budgetvergelijking Het berekenen van budgetverschillen. Management Informatie Systeem, opgave 48 t/m 68 Management Informatie Systeem Cashflow, liquiditeitsbudget, BTW-budget zijn niet voor Manager 2

Kwalificatie, werkprocessen en competenties Opleiding 93490 Manager Handel Werkproces 1.6 Bewaakt de financiële situatie en rapporteert hierover Beroepscompetentie K Vakdeskundigheid toepassen Q Plannen en organiseren Y Bedrijfsmatig handelen 3

Examen Exploitatiebudget en Management Informatie Systeem Kerntaak 1 Financieel 2 Een budget opstellen Opgave 1 Onderstreep in de volgende tekst de ondernemingsdoelstelling, de begroting en het budget. Geef elk onderdeel een aparte kleur. Uitgeverij Klaassen is een gerenommeerd bedrijf. Al jaren verzorgt het de publicatie van rapporten van verschillende grote onderwijsinstellingen. Het uiterlijk van die onderwijsinstellingen is echter sterk veranderd sinds ze gefuseerd zijn tot Regionale Onderwijscentra (ROC). Uitgeverij Klaassen wil zich aanpassen aan haar klant en haar doelgroep, en kiest daarom voor het veranderen van de huisstijl. Klaassen wil ook weer niet te veel geld uitgeven aan deze verandering. Tegenover de maximale uitgave van 2.500 voor het veranderen van de huisstijl, moeten immers ook voldoende inkomsten staan. De start van de verandering wordt gemaakt met het uitschrijven van een wedstrijd onder de medewerkers. De opdracht is om een nieuw logo te bedenken. De medewerkers moeten er rekening mee houden dat het nieuwe logo maximaal 1.000 mag kosten. Opgave 2 Lees de volgende tekst en vul de ontbrekende woorden in. Je kunt kiezen uit: begroting, budget of ondernemingsdoelstelling. Sommige woorden moet je meerdere keren gebruiken. De eigenaar van beddenspeciaalzaak Dromenland heeft een... geformuleerd. Hij wil meer gaan verkopen aan een publiek met een hoger inkomen. In zijn... houdt hij rekening met een extra omzet van 35.000 per jaar. In zijn... reserveert hij geld voor het ontwikkelen van een beter en duurder bed. In de/het... geeft hij aan, dat er extra geld beschikbaar is voor promotie bij de nieuwe doelgroep. Hij denkt niet dat hij extra personeel nodig heeft. Voor de personeelskosten kan hij dus hetzelfde bedrag gebruiken als in de/het... van vorig jaar. Opgave 3 Lees de volgende tekst en beantwoord daarna de vraag. Joost Venema is budgetbeheerder over een afdeling. Aan het begin van het jaar heeft hij een budget opgesteld. Iedere vier weken controleert hij of de werkelijk gemaakte kosten nog met de geplande kosten overeenkomen. In week zestien ligt hij netjes op schema. Toch vraagt de ondernemer aan Joost of hij de personeelskosten wil verminderen. Een concurrent heeft namelijk een vestiging in de buurt geopend en het gevolg is dat er veel minder omzet wordt gemaakt dan was verwacht. Welke functies van een budget kom je in deze tekst tegen? Geef aan waar ze in de tekst staan. 4

Opgave 4 Maak een kostenbudget voor dit bedrijf. Maak een onderverdeling in vaste en variabele kosten. Gebruik de volgende gegevens: Kosten vast personeel 150.000 Kosten oproeppersoneel 105.000 Huur 55.500 Gas, water, elektriciteit 32.000 Ontwikkeling nieuwe producten 30.500 Promotie 12.500 Verpakkingen 3.000 Overige vaste kosten 9.200 Overige variabele kosten 5.000 Inkoopwaarde omzet 230.000 Omzet 740.000 De onderverdeling in vaste en variabele kosten: 5

Opgave 5 a. Welke onderdelen vind je zoal in een budget? Bedenk zelf de vaste en variabele kosten en zet deze in de witte vlakken. b. Bereken de nettowinst. Vul de getallen in de witte vlakken in. Opgave 6 Op een school staat een kopieerapparaat. De jaarlijkse vaste kosten worden geschat op 400. Een velletje papier kost 0,02. De toner moet vervangen worden na 12.500 kopieën. Een toner kost 120. Vorig jaar zijn 126.000 kopieën gedraaid. Dit jaar is de hoofdadministratie van plan kopieerkaarten uit te geven. Op een kaart staan 500 credits. De hoofdadministratie verwacht dat het aantal kopieën hierdoor met 10% afneemt. Welk budget zal het hoofd financiën voorstellen om aan de hoofdadministratie ter beschikking te stellen? Het budget (bewaar de berekeningen erbij): 6

Opgave 7 Van sommige dingen weet Jeroen Bosch gewoon hoeveel geld hij ervoor op het budget moet zetten. De huur is al jaren 32.500, voor energie is hij ongeveer 7.500 kwijt. Iedere werknemer kost hem 10.000 per jaar. Hoeveel Jeroen aan promotie gaat besteden, hangt af van de verwachte omzet. Uit ervaring weet Jeroen dat hij met de gemiddelde omzet per werknemer een goede schatting kan maken van de omzet in het komende jaar. De afgelopen jaren was de gemiddelde omzet per werknemer: vier jaar geleden: 54.000; drie jaar geleden: 60.000; twee jaar geleden: 68.000; afgelopen jaar: 58.000. Stel het budget voor het komende jaar op. Ga ervan uit dat Jeroen zes werknemers in dienst heeft. De inkoopwaarde van de omzet is een derde (33,33%) van de omzet. Jeroen wil 115.000 nettowinst maken. Het budget voor het komende jaar. Bewaar de berekeningen erbij. 7

Opgave 8 In het centraal station van Tjoestradeel is een koffiecorner, met de naam Koffiecorner, gevestigd. Hier wordt verse koffie gezet en verkocht. De eigenaar heeft de budgetbeheerder de volgende gegevens overhandigd: jaarlijkse vaste kosten 23.000. Kosten per gezet kopje koffie 0,28. De koffie wordt voor 1 verkocht. De eigenaar verwacht in het komende jaar 65.000 koppen koffie te verkopen. a. Bereken voor Koffiecorner de verwachte omzet over het komend jaar. b. Welk totaal bedrag aan variabele kosten verwacht Koffiecorner komend jaar te maken? c. Welk totaal bedrag aan kosten verwacht Koffiecorner over komend jaar te maken? 8

d. Bereken voor Koffiecorner de verwachte winst over het komend jaar. Bewaar de berekeningen erbij. Opgave 9 Een school kent aan de hoofdconciërge een schoonmaakbudget toe. De financieel directeur beschikt over de volgende gegevens: aantal schoolweken in een jaar: 40; aantal uren schoonmaak per dag: 4, op vrijdag 6; een week voor de opening worden de gangen gepoetst, geschatte aantal uren: 16; vlak voor de open dag, die zaterdag 13 januari wordt georganiseerd, wordt extra (= dubbel) schoongemaakt; het schoonmaakmateriaal wordt ingeschat op 2.300 per jaar; een schoonmaker kan voor 8,50 per uur worden ingehuurd; het jaarloon van een conciërge (bij een werkweek van 36 uur) bedraagt 15.600. a. Hoeveel uren mag de hoofdconciërge aan schoonmaak uitgeven? 9

b. Bereken voor de hoofdconciërge de loonkosten indien een schoonmaker wordt ingehuurd. c. Bereken voor de hoofdconciërge de loonkosten indien van een conciërge gebruik wordt gemaakt. d. Voor wie kiest de hoofdconciërge? Licht je keuze toe. 10

Opgave 10 De eigenaar van café Gezellig heeft van de boekhouder het volgende kostenoverzicht over het afgelopen jaar gekregen. Kosten vast personeel 245.000 Kosten oproeppersoneel 85.000 Huur 67.800 Gas, water, elektriciteit 22.000, waarvan 2.400 vaste lasten Promotie 1% van de omzet Overige vaste kosten 11.650 Overige variabele kosten 2.350 Inkoopwaarde omzet 25% v/d omzet De eigenaar verwacht in het hierop volgende jaar 865.000 omzet te behalen. De variabele kosten stijgen met 3% a. Bereken voor de eigenaar van café Gezellig de vaste kosten. b. Bereken voor de eigenaar van café Gezellig de variabele kosten. 11

c. Welke winst verwacht de eigenaar van café Gezellig over het hierop volgende jaar te halen? Opgave 11 Pearl, eigenaar van café Hawaii heeft van de boekhouder het volgende kostenoverzicht over het afgelopen jaar gekregen. De inkoopwaarde van de omzet bedraagt 30% v/d omzet. Kosten vast personeel 235.000 Kosten oproeppersoneel 5.000 Huur 34.800 Gas, water, elektriciteit 12.000 (waarvan 1.800 vaste lasten) Promotie 1,5% van de omzet 9.750 Overige vaste kosten 14.850 Overige variabele kosten 22.750 Pearl verwacht dat de omzet in het hierop volgende jaar met 6% stijgt. Deze stijging werkt in alle variabele kosten door. a. Bereken voor Pearl het budget aan vaste kosten voor het hierop volgende jaar. 12

b. Bereken voor Pearl de gerealiseerde omzet over het afgelopen jaar. c. Bereken voor Pearl de variabele kosten over het hierop volgende jaar. d. Welke winst verwacht Pearl over het hierop volgende jaar te halen? 13

Exploitatiebudget Opgave 12 Deze winter vinden er veel activiteiten plaats in de straat waar het bedrijf van Johan Kwist staat. Er is een braderie, Sinterklaas staat voor de deur en daarna zijn er al weer diverse kerstacties. Er moeten versieringen komen, er moet een advertentie gezet worden dat de klant zelf ook voor winterschilder kan spelen enzovoort. Als Johan aan alle geplande activiteiten van de ondernemersvereniging mee zou doen, kost dat 10.000. In totaal heeft Johan voor het hele jaar 17.500 voor dergelijke verkoopkosten gebudgetteerd. 10.000 is in verhouding dus erg veel. Hij moet daarom een keuze maken. a. Wat zijn de voordelen voor Johan om mee te doen aan de activiteiten? b. Wat zijn de nadelen voor Johan om mee te doen aan de activiteiten? c. Waarop zou Johan zijn definitieve keuze kunnen baseren? 14

Opgave 13 Peter Pastille handelt in drogisterij- en parfumerieartikelen. Voor komend jaar heeft hij de volgende verwachte gegevens (exclusief btw): Een omzet van 437.500. De inkoopwaarde is 67% hiervan. Andere kosten zijn: personeelskosten: 35.000 huisvesting/inventaris: 21.875 vervoerskosten 2.650 (gemaakt met eigen auto): verkoopkosten: 17.500 overige kosten: 8.750 rentelasten: 4.375 afschrijvingen: 8.750 Er zijn geen bijzondere baten of lasten. Gegevens van Peter Pastille (bedragen in euro's) Percentage de omzet van Branche-informatie vorig jaar Omzet 100% 100 Inkoopwaarde omzet 64,9 Brutowinst 35,1 Exploitatiekosten Personeel 11,1 Huisvesting 4,0 Vervoer 0,7 Verkoop 3,0 Overige kosten 3,2 Rentelasten saldo 1,9 Afschrijvingen 3,0 Totaal exploitatiekosten 26,9 Bedrijfsresultaat 9,0 a. Stel hierboven het exploitatiebudget samen. Vergelijk dit budget met de gemiddelde percentages in de branche, zoals gegeven in de laatste kolom. Let erop dat de getallen percentages van de omzet zijn. Alle kosten relateer je dus aan de omzet. b. Zet de gegevens naast elkaar in de bovenstaande tabel. 15

c. Wat kun je zeggen over het nettoresultaat van de bedrijf van Peter Pastille? d. Waarom moet je wel heel voorzichtig zijn met de waarde van uitspraken in deze vergelijking? Opgave 14 Kees Spilling is een concurrent van Peter Pastille (zie opgave 13). Hij verwacht het volgende voor het komende jaar (exclusief btw): Een omzet van 332.500. De inkoopwaarde hiervan is 70%. De kosten die hij verder kwijt denkt te zijn, zijn: personeelskosten: 35.000 huisvesting/inventaris: 23.000 vervoerskosten met eigen auto: 3.000 verkoopkosten: 14.000 overige kosten: 8.000 rentelasten: 3.975 afschrijvingen 10.000 Stel het exploitatiebudget samen en vergelijk dit budget met de gemiddelde percentages van de branche-informatie uit opgave 13. Beschrijving Gegevens van Kees Spilling Percentage (bedragen in euro's) van de omzet 16

Beschrijving Gegevens van Kees Spilling Percentage (bedragen in euro's) van de omzet Opgave 15 Stel dat de inkoopwaarde van Kees Spilling 60% van de omzet is en dat de personeelskosten 8% van de omzet zijn. Stel hieronder opnieuw het exploitatiebudget samen. Gegevens van Kees Spilling (bedragen in euro's) Percentage van de omzet Branche-informatie vorig jaar Omzet 100% 100 Inkoopwaarde omzet 64,9 Brutowinst 35,1 Exploitatiekosten Personeel 11,1 Huisvesting 4,0 Vervoer 0,7 Verkoop 3,0 Overige kosten 3,2 Rentelasten saldo 1,9 Afschrijvingen 3,0 Totaal exploitatiekosten 26,9 Bedrijfsresultaat 9,0 17

b. Wat kun je nu zeggen over de nettowinst van Kees in relatie tot de branchegegevens vermeld in de laatste kolom? Opgave 16 Loes, onderneemster, heeft over een bepaalt jaar de volgende gegevens verzameld: Omzet 468.500 Inkoop 255.600 Kosten 120.400 Loes schat in dat in het daarop volgende jaar alles met 5% stijgt. a. Bereken voor Loes de behaalde brutowinst over het bekende jaar. b. Bereken voor Loes de behaalde nettowinst over het bekende jaar. c. Welk bedrag aan brutowinst verwacht Loes volgend jaar te behalen? d. Bereken voor Loes de nettowinst die ze in het volgend jaar verwacht te behalen. 18

Opgave 17 Wouter, ondernemer, heeft het afgelopen jaar een omzet behaald van 1.245.000. Door een verslechterende economie verwacht Wouter dat de omzet met 6% daalt. Wouter hanteert over de inkoop een brutowinst van gemiddeld 71%. Welke brutowinst (afgerond op hele euro s) verwacht Wouter te halen? Opgave 18 Peter Nieuwkoop beschikt over het exploitatieoverzicht van het afgelopen jaar. Stel voor Peter een exploitatiebudget op waarbij je met het volgende rekening houdt. De omzet zal door het aantrekken van de economie met 4% stijgen. De inkoopwaarde van de omzet stijgt met 2%. De loonkosten stijgen met 2%. De overige kosten blijven gelijk. Alle bedragen in euro's Jaarbudget afgelopen jaar Omzet 338.000 Inkoopwaarde omzet 135.200 Brutowinst 202.800 Exploitatiekosten: Personeel 67.600 Huisvesting 16.900 Vervoer 6.760 Verkoop 10.140 Overige kosten 40.560 Rentelasten saldo 6.760 Afschrijvingen 3.380 Totaal exploitatiekosten 152.100 Bedrijfsresultaat 50.700 19

Alle bedragen in euro's Jaarbudget komend jaar Omzet Inkoopwaarde omzet Brutowinst Exploitatiekosten: Personeel Huisvesting Vervoer Verkoop Overige kosten Rentelasten saldo Afschrijvingen Totaal exploitatiekosten Bedrijfsresultaat Opgave 19 Vul voor Jantine Strijbos de exploitatiebegroting op de ontbrekende plaatsen in. Alle bedragen in euro's Jaarbudget % % Realisatie bedragen Omzet 448.000 100 440.000 Inkoopwaarde omzet 179.200 40 39 Brutowinst 268.800 60 Exploitatiekosten: Personeel 89.600 20 22 Huisvesting 22.400 5 5,5 Vervoer 8.960 2 2,2 Verkoop 13.440 3 3,1 Overige kosten 53.760 12 12,8 Rentelasten saldo 8.960 2 1,8 Afschrijvingen 4.480 1 1 Totaal exploitatiekosten 201.600 Bedrijfsresultaat 67.200 20

Opgave 20 Jan Konijn beschikt over het exploitatieoverzicht van het afgelopen jaar. Jan stelt een exploitatiebudget voor het komende jaar op. Jan verwacht dat de omzet met 10% stijgt. De rest van de gegevens blijft hetzelfde. Alle bedragen in euro's Jaarbudget % bedragen Omzet 326.000 100 Inkoopwaarde omzet 130.400 40 Brutowinst 195.600 60 Exploitatiekosten: Personeel 65.200 20 Huisvesting 16.300 5 Vervoer 6.520 2 Verkoop 9.780 3 Overige kosten 39.120 12 Rentelasten saldo 6.520 2 Afschrijvingen 3.260 1 Totaal exploitatiekosten 146.700 Bedrijfsresultaat 48.900 Bereken voor Jan de nettowinst die hij het komende jaar verwacht te behalen. 21

Factoren bij de budgetbewaking Opgave 21 Toys voor Boys doet in gadgets voor mannen. Het bedrijf hanteert voor de energiekosten een jaarbudget van 64.000. Hoeveel bedraagt het budget voor de maand mei, wanneer het energiebudget vastgesteld wordt op basis van vaste budgettering? Opgave 22 Kapsalon Hairstyle heeft voor het bepalen van de knipprijs voor mannen een tarief per eenheid. In dit tarief per eenheid zijn de volgende gegevens verwerkt: Constante kosten: 25.000 Variabele kosten: 20.000 Normale aantal te knippen mannen: 2.000 Te verwachten aantal te knippen mannen: 2.200 Wat is het tarief per eenheid dat op basis van de gegevens in de knipprijs voor mannen is verwerkt? Voeg de berekening toe. 22

Opgave 23 Shine heeft een overzicht van de gemaakte reclamekosten over het jaar 2008 en wil op basis van voortschrijdende budgettering op basis van de gemiddelde kosten van de voorgaande kwartalen de budgetten voor het komend jaar opstellen. Afgelopen jaar Reclamekosten Kwartaal 1 2.300 Kwartaal 2 2.350 Kwartaal 3 2.500 Kwartaal 4 2.400 komend jaar Kwartaal 1 2.387,50 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4 Controleer de juistheid van het budget voor reclamekosten voor het eerste kwartaal van het komend jaar en vul ook de budgetten voor de kwartalen 2 tot en met 4 in. Loonkosten berekenen voor budgetvergelijking Opgave 24 a. Swish doet in mode. In het afgelopen jaar was de omzet 3.750.000 en loonkosten bedroegen 350.000. Bereken het percentage loonkosten. b. De Korenaar had het afgelopen jaar was de omzet 4.010.000 en loonkosten bedroegen 289.000. Bereken de omzet per euro loon. 23

c. Welk van deze twee bedrijven besteedt het grootste deel van de omzet aan loonkosten? Motiveer je antwoord. Opgave 25 Bekijk de volgende gegevens: Situatie twee jaar geleden: omzet 250.000 en loonkosten 10.000. Situatie vorig jaar: omzet 325.000 en loonkosten 17.500. a. Wat is de omzet per euro loon voor deze twee budgetperioden? b. Was er het afgelopen jaar een stijging van het percentage loonkosten ten opzichte van de omzet? Laat zien hoe je dat berekent. Opgave 26 Romio's kwekerij annex tuincentrum behaalde vorig jaar geleden een jaaromzet van 940.625. Romio betaalde toen 75.250 aan loonkosten. Romio is best tevreden met zijn omzet. Toch heeft hij voor komend jaar een begroting opgesteld waarin hij rekening houdt met extra kosten. Met name de aanschaf en het installeren van nieuwe kassa's zullen het budget gaan bepalen. Aan het einde van dit jaar zal namelijk vlak bij zijn bedrijf een nieuwe woonwijk opgeleverd worden. De eerste bewoners zullen over twee jaar hun huizen betrekken en dus zullen er heel wat tuintjes aangelegd worden. Romio verwacht daarom een toestroom van nieuwe klanten. 24

Om de afhandeling van al die klanten efficiënter te laten verlopen, zijn dus nieuwe kassa's nodig. Waarschijnlijk heeft hij dan ook personeel te weinig. Ondanks de snelle kassa-afhandeling zal hij toch nieuwe medewerkers moeten aanstellen. Romio laat de verantwoordelijke voor het tuincentrum (de budgetbeheerder) de jaarcijfers van de omzet van voorafgaande jaren opzoeken, zodat er een vergelijking gemaakt kan worden. Hij laat hem ook uitzoeken wat de kosten zullen zijn van de nieuwe kassa s en hoe hoog de kosten zijn van een nieuwe medewerker. Om te beoordelen of een en ander haalbaar is moet Romio verder weten wat de kosten zijn van de kwekerij en de verdere kosten waar hij jaarlijks mee te maken krijgt. Op basis van de aangeleverde gegevens maakt Romio een berekening. o.a. Door de snelle afhandeling aan de kassa verwacht Romio dat de omzet zal stijgen. Hij schat in dat er twee nieuwe medewerkers zijn. Romio stelt zo een begroting vast en vertelt de budgetbeheerder welk budget hij voor komend jaar toegewezen krijgt. Nu zijn we een jaar verder. Het jaar van de oplevering van de nieuwe wijk. De nieuwe medewerkers zijn volledig ingewerkt en de kassa's werken uitstekend. Romio is benieuwd wat nu uiteindelijk de kosten zijn geweest en of die kosten opwegen tegen de uiteindelijke opbrengsten. Hij vraagt de budgetbeheerder om een berekening. De budgetbeheerder constateert dat door het aannemen van nieuw personeel de loonkosten over het vorige jaar (toen de wijk nog niet was opgeleverd) zijn gestegen tot 94.750. De omzet is maar tot 1.061.200 gestegen. Dat zal consequenties hebben voor de omzet per euro loon van dit jaar. De budgetbeheerder berekent daarom de omzet per kassamedewerker over het jaar voor de oplevering van de nieuwe wijk. a. Hoe groot was de omzet per euro loon oorspronkelijk, voordat nieuw personeel werd aangenomen? b. Hoe groot moet de omzet zijn als Romio s kwekerij annex tuincentrum dezelfde omzet per euro loon wil behouden, terwijl hij twee extra medewerkers aanneemt? c. Wat is de nieuwe omzet per euro loon over het eerste jaar inclusief de nieuwe medewerkers? 25

d. Heeft Romio er goed aan gedaan om zijn personeelsbestand uit te breiden? Waarom wel/niet? 26

Bereken budgetverschillen Opgave 27 Kijk naar het exploitatiebudget van Peter Pastille. Alle bedragen in Jaarbudget Realisatie Verschil met budget + of- Omzet 437.500 Inkoopwaarde omzet 293.125 Brutowinst 144.375 Exploitatiekosten: Personeel 35.000 Huisvesting 21.875 Vervoer 2.650 Verkoop 17.500 Overige kosten 8.750 Rentelasten saldo 4.375 Afschrijvingen 8.750 Totaal exploitatiekosten 98.900 Bedrijfsresultaat 45.475 Gegevens van Peter Pastille Na een jaar wil Peter weten of de gerealiseerde gegevens verschillen met wat hij had gepland. De gerealiseerde gegevens zijn: Een omzet van 462.750. De inkoopwaarde is 64% hiervan. Aan kosten geeft hij uit: personeelskosten: 35.000 huisvestingskosten: 22.575 vervoerskosten: 2.475 verkoopkosten: 17.075 overige kosten: 8.700 rentelasten: 4.500 afschrijvingen: 8.900 a. Maak van bovenstaand schema een vergelijkingsschema, zodat Peter aan de hand van deze gegevens aan de slag kan. b. Wat kun je zeggen over de nettowinst van Peter? 27

Opgave 28 Kijk naar het exploitatiebudget van Kees Spilling. Alle bedragen in Jaarbudget Realisatie Verschil met budget + of Omzet 332.500 Inkoopwaarde omzet 232.750 Brutowinst 99.750 Exploitatiekosten: Personeel 35.000 Huisvesting 23.000 Vervoer 3.000 Verkoop 14.000 Overige kosten 8.000 Rentelasten saldo 3.975 Afschrijvingen 10.000 Totaal exploitatiekosten 96.975 Bedrijfsresultaat 2.775 Na een jaar wil Kees weten of de gerealiseerde gegevens verschillen met het budget. De gerealiseerde gegevens zijn: Een omzet van 350.250. De inkoopwaarde is 64% hiervan. Overige kosten: personeelskosten: 35.000 huisvestingskosten: 23.000 vervoerskosten: 2.475 verkoopkosten: 17.075 overige kosten: 7.800 rentelasten: 4.000 afschrijvingen 8.900 a. b. Maak van bovenstaand schema een vergelijkingsschema voor Kees Spilling. Wat kun je zeggen over de nettowinst van Kees? En hoe verklaar je dat? Gegevens van Kees Spilling 28

Opgave 29 Hendrik had zijn omzet voor het afgelopen jaar begroot op 342.000. Volgens de gegevens van de branche bedraagt de gemiddelde brutowinst 50% van de omzet. Eind januari overhandigt de boekhouder het jaaroverzicht aan Hendrik. Hierin staat: Omzet 356.000 Inkoopwaarde 187.000 a. Bereken voor Hendrik de brutowinst die over dit jaar uiteindelijk behaald is. b. Bereken de brutowinst die voor dit jaar was begroot. c. Noem twee opmerkelijke verschillen. 29

Opgave 30 Loes heeft over het afgelopen jaar een omzet gerealiseerd van 461.440. Dit was 12% meer dan begroot. Normaal gesproken wordt de inkoop verhoogd met 40% brutowinst. De inkoop bedroeg over het jaar 2010 325.000. a. Welk bedrag schatte Loes in over dit jaar te verkopen? b. Bereken voor Loes de uiteindelijk gerealiseerde brutowinst. c. In hoeverre wijkt de prijs waarvoor de goederen ingekocht zijn af van de norm. d. Geef voor het bij c berekende verschil een mogelijke verklaring. Opgave 31 30

Vul voor Vivienne Kouwenhoven de onderstaande begroting verder in: Alle bedragen in Jaarbudget % v/d omzet Omzet 338.000 100 Inkoopwaarde omzet 40 Brutowinst 60 Exploitatiekosten: Personeel 20 Huisvesting 5 Vervoer 2 Verkoop 3 Overige kosten 12 Rentelasten saldo 2 Afschrijvingen 1 Totaal exploitatiekosten Bedrijfsresultaat Opgave 32 Vul voor Jantine Strijbos de onderstaande begroting verder in. Alle bedragen in Jaarbudget % Realisatie in % Realisatie in + of - Omzet 448.000 100 452.000 + Inkoopwaarde omzet 179.200 40 41 Brutowinst Exploitatiekosten: 268.800 60 59 Personeel 89.600 20 22 Huisvesting 22.400 5 4,5 Vervoer 8.960 2 2 Verkoop 13.440 3 3,1 Overige kosten 53.760 12 11,8 Rentelasten saldo 8.960 2 1,8 Afschrijvingen 4.480 1 0,9 31

Ga hier verder: Totaal exploitatiekosten 201.600 Bedrijfsresultaat 67.200 Opgave 33 Kijk naar het exploitatiebudget van Jeannette Blankepit. Alle bedragen in Jaarbudget Realisatie Verschil met budget + of - Omzet 452.500 Inkoopwaarde omzet 282.750 Brutowinst 169.750 Exploitatiekosten: Personeel 55.000 Huisvesting 33.000 Vervoer 6.500 Verkoop 18.500 Overige kosten 3.000 Rentelasten saldo 6.600 Afschrijvingen 12.000 Totaal exploitatiekosten 134.600 Bedrijfsresultaat 35.150 Na een jaar wil Jeannette weten of de gerealiseerde gegevens verschillen met het budget. De gerealiseerde gegevens zijn: Een omzet van 432.500. De inkoopwaarde is 61% hiervan. Overige kosten: personeelskosten: 58.300 huisvestingskosten: 32.700 vervoerskosten: 6.280 verkoopkosten: 17.020 overige kosten: 2.800 rentelasten: 3.230 afschrijvingen 12.000 a. Vul het vergelijkingsschema voor Jeanette in. 32

b. Met welk bedrag wijkt het bedrijfsresultaat af van de begroting? c. Noem de soorten kosten en bedragen die het bedrijfsresultaat negatief beïnvloed hebben. Noem de soorten kosten en bedragen die het bedrijfsresultaat positief beïnvloed hebben. d. Saldeer het positieve en negatieve totaalbedrag en tel dit bij het begrote bedrijfsresultaat op. Opgave 34 Birgit Peters haalt met haar bedrijf een omzet van 455.000. Ze heeft in het voorgaande boekjaar een brutowinst gebudgetteerd van 120.000. Welk percentage dient de inkoopwaarde van de omzet in procenten van de omzet (op gehelen nauwkeurig) te zijn om de gebudgetteerde brutowinst te kunnen behalen? 33

Opgave 35 Michel Bloemers handelt in tweedehands kleding. Om te kunnen leven van zijn handel heeft hij een brutowinst nodig van 150.000, per jaar. De inkoopwaarde van zijn omzet schat Michel in op 25% van de omzet. Hoe hoog zal de omzet zijn die Michel zal budgetteren als te behalen omzet? Opgave 36 Karel Doormast handelt in de haven van een dorpje aan het IJsselmeer in zeilartikelen. Een deel van het assortiment wordt door Karel zelf geproduceerd en gerepareerd. Een voorbeeld van een zelf geproduceerd artikel is aanmeertouw. Karel had voor het afgelopen jaar gebudgetteerd om 200 meter aanmeertouw te produceren. Hiervoor is standaard 200 kilogram grondstof nodig, in te kopen tegen een prijs van 2 per kilogram. Karel heeft in het afgelopen jaar in totaal 250 kilogram grondstof ingekocht, voor de productie van 200 meter aanmeertouw. De totale inkoopkosten voor deze grondstof bedroegen 625. Hoeveel bedroegen het efficiencyverschil en het prijsverschil? 34

Opgave 37 Karel Doormast haalt met zijn bedrijf in zeilartikelen in jaren met een normale zomer een omzet van 500.000. In jaren met slechte zomers behaalt hij een omzet van 400.000, terwijl in jaren met goede zomers de omzet 750.000 bedraagt. De constante kosten voor de bedrijf van Karel Doormast zijn 175.000. Bereken de bezettingsresultaten voor de jaren met goede zomers en voor de jaren met slechte zomers. Opgave 38 Voor het bakken van een specifiek soort brood heeft Bakker Bert de volgende gegevens gebudgetteerd: Grondstofkosten 100.000, bij een prijs van 0,50 per kilogram. Manuren 250.000, bij een uurtarief van 125 per uur. Machine- en ovenkosten 80.000, bij een uurtarief van 80 per uur. Aan het eind van het jaar levert de administratie van Bakker Bert met betrekking tot dit brood de volgende informatie op: Ingekochte grondstoffen 210.000 kilogram tegen een prijs van 0,45 per kilogram. Betaald aan manuren 240.000, voor 1.900 manuren. Machine- en ovenkosten 82.000 bij een uurtarief van 81. Bereken de efficiencyverschillen en prijsverschillen op grondstoffen, manuren en machine- en ovenkosten. Hierbij mag je er vanuit gaan dat de gebudgetteerde hoeveelheid te bakken broden gelijk is aan de werkelijke hoeveelheid gebakken broden. 35

Bepalen van de cashflow Opgave 39 Jan is ondernemer. Hij heeft over het afgelopen jaar een nettowinst behaald van 45.392. Hij heeft in dat jaar 289 wisselgeld uit zijn privévermogen in de kas gestort. Jan heeft elke maand van zijn zakelijke bankrekening 2.500 naar zijn privérekening laten storten. Bereken voor Jan het bedrag aan winst dat in zijn onderneming is blijven zitten. b. Wat kan Jan allemaal met het bij vraag a berekende bedrag doen? Opgave 40 Ondernemer Eugene heeft over het afgelopen jaar een nettowinst behaald van 35.952. Hij heeft in dat jaar 112 wisselgeld uit zijn privévermogen in de kas gestort. Eugene heeft in totaal 31.500 naar zijn privérekening laten storten. De afschrijving bedroeg 3.500. a. Bereken voor Eugene het bedrag aan winst dat in zijn onderneming is blijven zitten. 36

b. Bereken voor Eugene de cashflow. c. Opgave 41 Vivienne is heeft een eenmanszaak. Zij heeft over het afgelopen jaar een nettowinst behaald van 21.749. Zij heeft in dat jaar 232 wisselgeld uit haar privévermogen in de kas gestort. Vivienne heeft in totaal 32.345 naar haar privérekening laten storten. De afschrijving bedroeg 13.500. a. Bereken voor Vivienne het bedrag aan winst dat in haar onderneming is blijven zitten. b. Bereken voor Vivienne de cashflow. 37

c. Wanneer komt Vivienne in de financiële problemen? Opgave 42 Loes is onderneemster. Zij heeft over het afgelopen jaar een nettowinst behaald van 17.452. Zij heeft in dat jaar 21 wisselgeld uit haar privévermogen in de kas gestort. Loes heeft in totaal 28.652 privé opgenomen. De afschrijving bedroeg 3.450. a.. Bereken voor Loes het bedrag aan winst dat in haar onderneming is blijven zitten. b. Bereken voor Loes de cashflow. c. Noem een mogelijk gevolg van de ontstane waarin Loes zich bevindt. Opgave 43 Wesley s zaak heeft vorig jaar een brutowinst van 298.000. Zijn exploitatiekosten bedroegen 188.700. Dat jaar heeft Wesley geen bijzondere baten of lasten. Aan belastingen moeten in totaal dat jaar 55.000 betaald worden. Ook schreef Wesley 20% van de aanschafwaarde af op de nieuwe bestelwagen van 70.000. 38

Wesley besteedt in dat jaar 25.000 aan privé-uitgaven. a. Bereken de nettowinst. Vermeld de door jou gebruikte formule. b. Met welk schema bereken je hier de cashflow? c. Maak deze berekening voor Wesley. Opgave 44 Een groothandel in tuinbenodigdheden, Jansen en Rijkaard bv heeft in een jaar een nettowinst van 165.000. Aan belastingen moet dat jaar 47.000 betaald worden. Er wordt 15.000 dividend uitgekeerd aan de aandeelhouders. In hetzelfde jaar wordt 12% afgeschreven op 225.000 aan activa. a. Met welk schema bereken je de cashflow dat jaar? b. Bereken de cashflow voor Jansen en Rijkaard bv en vermeld je berekening. 39

Opgave 45 Samira en Mahmut hebben een flink bedrijf overgenomen. Vorig jaar boekten zij een brutowinst van 339.500. Hun exploitatiekosten bedroegen dat jaar 234.700. De bijzondere lasten werden vastgesteld op 7.500. Samira en Mahmut namen privé 40.000 op. Ook schreven ze 9% af op de aanschaf van de vernieuwde hoek voor houten materialen. Hierin hadden zij 70.000 geïnvesteerd. Ze werken vanuit een vennootschap onder firma. a. Bereken hun nettowinst over vorig jaar. b. Bereken de cashflow over vorig jaar. Gebruik hierbij het juiste rekenschema. Opgave 46 Xavier Johansson bezit twee antiquariaten, waarvan één in Amsterdam. Hij heeft hiervoor een bv opgericht die in een gegeven jaar een nettowinst boekt van 60.500. 40

Aan belastingen moest dat jaar 25.000 betaald worden. Er wordt 3000 aan dividend uitgekeerd. In hetzelfde jaar wordt 10% afgeschreven van 125.000 aan activa die vastliggen in de bedrijfsinventaris. Laat zien hoe je de cashflow voor deze bv berekent en geef de berekeningen weer. Opgave 47 Een grote onderneming Pot en Pan bv heeft over vorig jaar een nettowinst geboekt van 1.540.000. Aan belastingen moest dat jaar 825.000 betaald worden. Er wordt 331.000 aan dividend uitgekeerd. De afschrijving bedraagt 288.000 Bereken voor Pot en Pan bv de cashflow. Management Informatie Systeem Omzet per m2 WVO Opgave 48 Uit branchegegevens van het HBD blijkt dat de gemiddelde omzet per m 2 winkelvloeroppervlakte voor een bloemenwinkel 1.930 bedraagt. Hoeveel omzet inclusief btw kan er behaald worden met een bloemenwinkel die uitbreidt van een winkelvloeroppervlakte van 100 m 2 naar een winkelvloeroppervlakte van 125 m 2? (voor deze bloemenwinkel geldt uitsluitend het lage btw-tarief). Opgave 49 41

Martijn Roossien overweegt een sport- en kampeerzaak te gaan starten. Uit zijn financiële plannen blijkt dat hij in de eerste jaren gemiddeld een omzet van 665.500 inclusief 21% btw zal moeten halen om bestaansrecht te hebben. Hoeveel m 2 WVO (afgerond op hele m 2 ) zal de sport- en kampeerzaak van Martijn moeten hebben om de gewenste omzet te behalen, wanneer de omzet per m 2 WVO voor een sport- en kampeerzaak 1.500 bedraagt? Opgave 50 Een supermarkt met in totaal 600 m 2 WVO haalt een jaaromzet exclusief btw van 5.250.000. De gemiddelde jaaromzet in de branche bedraagt 4.926.000 exclusief btw, bij een omzet per m 2 WVO van 7.600. Presteert de supermarkt beter of slechter dan gemiddeld in de branche? Opgave 51 Koffie- en theespeciaalzaak De Lepelaar haalt een jaaromzet (inclusief 21% btw) van 348.480. De omzet per fte in een koffie-en theezaak bedraagt 163.000. Bij De Lepelaar is het aantal ingezette fte s 1,82. Zet De Lepelaar meer of minder fte s in dan gemiddeld in de branche? Omloopsnelheid van de voorraad Opgave 52 Een meubelzaak verkoopt per kwartaal de volgende aantallen van de bureaustoel van het model Wesley: Kwartaal 1 3 stuks Kwartaal 2 4 stuks Kwartaal 3 6 stuks Kwartaal 4 2 stuks De voorraad die van het model Wesley op verschillende momenten aanwezig is, is: 1 januari 2 stuks 1 april 3 stuks 1 juli 2 stuks 1 oktober 3 stuks 31 december 2 stuks 42

Bepaal de omloopsnelheid voor de bureaustoel Wesley (in helen nauwkeurig). Opgave 53 In een supermarkt worden wekelijks van het eigen merk koffie 700 pakken verkocht. De koffie heeft een verkoopprijs (inclusief 6% btw) van 2,12. Het brutowinstpercentage dat door de supermarkt voor deze koffie wordt gehanteerd, is 10% van de verkoopprijs. De gemiddelde voorraad die de supermarkt van de koffie heeft is 200 pakken. Bereken de omloopsnelheid op basis van de inkoopwaarde (in helen nauwkeurig). Opgave 54 Kledingwinkel Freestyle heeft een beperkt assortiment leren jassen. Het model Cowboy is daarbinnen het populairst. De jas wordt verkocht voor een verkoopprijs (inclusief 21 btw) van 242. Maandelijks worden 3 stuks van dit model verkocht. De gemiddelde voorraad die van het model Cowboy aanwezig is, is 4 stuks. Bereken de omloopsnelheid op basis van de verkoopwaarde (in helen nauwkeurig). Inkoopruimte Opgave 55 Een winkelier heeft de volgende gegevens verzameld (alle weergegeven in verkoopwaarde), om de verkoopruimte voor een specifiek artikel te bepalen: Waarde van de beginvoorraad 715 Waarde van de aan het eind van de maand gewenste voorraad 995 Ontvangen kortingen op inkopen 60 Netto omzet 310 Waarde van artikelen die al besteld zijn 150 Hoeveel inkoopruimte is er met betrekking tot het artikel? 43

Opgave 56 Een winkelier heeft in zijn assortiment trendy tassen. De trendy tassen worden verkocht voor een prijs van 60,50 per stuk, inclusief 21% btw. De winkelier heeft een beginvoorraad van 13 stuks en een gewenste voorraad van 35 stuks aan het einde van de maand. Op dit moment zijn er 30 stuks in bestelling. De winkelier heeft op de tassen die nog onderweg zijn 150 korting bedongen. De netto omzet in stuks is 12. Bereken de inkoopruimte. Opgave 57 Een winkelier wil aan het eind van de maand 30 stuks op voorraad hebben van een artikel. Aan het begin van de maand heeft de winkelier 20 stuks in voorraad. Er zijn 5 stuks van het artikel in bestelling, maar nog niet geleverd. Voor het betreffende artikel is geen sprake van prijsreducties. Hoeveel bedraagt de inkoopruimte wanneer de netto-omzet 10 stuks is? 44

Management Informatie Systeem Opgave 58 Thijs is filiaalmanager van slijterij Het Slokje in het centrum van Zuidlaren. Van zijn hoofdkantoor ontvangt hij de volgende gegevens over week 14. Insturings Normatief Normatieve Afdeling BTW% marge in% omzetaandeel derving Bieren 21% 20,0% 30,0% 4,0% Wijnen 21% 30,0% 30,0% 7,0% Gedistilleerd 21% 35,0% 40,0% 3,0% Omzetspecificatie Normatieve omzet Werkelijke omzet Werkelijk Werkelijke week 14 week 14 omzetaandeel derving Bieren 7.200,00 5.300,00 20,0% 6,0% Wijnen 7.200,00 6.625,00 25,0% 5,0% Gedistilleerd 9.600,00 14.575,00 55,0% 4,0% a. Bereken het gemiddeld gerealiseerd dervingpercentage (1 dec.). b. Bereken de gerealiseerde marge van de afdeling gedistilleerd (hele euro s) c. Hoeveel euro is dit meer/minder dan begroot? 45

Opgave 59 Anita is filiaalmanager van dierenspeciaalzaak Het Paradijs in Hoogezand. Van het hoofdkantoor van Het Paradijs in Assen ontvangt zij wekelijks de gegevens van haar filiaal. Volgens het management informatie systeem zijn dit de gegevens van haar filiaal over week 28. Helaas zijn deze gegevens niet helemaal compleet. Honden Katten Knaagdieren Vissen totaal Omzetaandeel normatief 20% 30% 40% 10% 100% Omzetaandeel werkelijk 18% 25% 45% 12% 100% Omzet normatief 30.000,00 Omzet werkelijk 25.000,00 Insturingsmarge 20% 30% 35% 22% Derving normatief 6% 5% 4% 5% 4,8% Derving werkelijk 5% 6% 6% 7% 5,9% BTW% 21% 21% 21% 21% a. Bereken per afdeling de normatieve en werkelijke omzet in hele euro s nauwkeurig. b. Bereken de totale insturingsmarge voor het filiaal van Anita in 1 dec. nauwkeurig. c. Bereken door middel van een kort exploitatieoverzicht de gerealiseerde brutowinst in week 28. 46

OPWU Omzet (opbrengst) per gewerkt uur Opgave 60 Boekhandel Hilbink heeft 2 fulltimers en 3 parttimers in dienst die samen 3,25 fte vertegenwoordigen. De boekhandel is 52 weken per jaar geopend. Fulltimers werken 36 uur per week. De opbrengst per fte in de boekenbranche bedraagt 65 per gewerkt uur (OPWU). Hoeveel omzet exclusief btw kan Boekhandel Hilbink per week behalen, wanneer de omzet gebaseerd wordt op de opbrengst en fte in de branche? Opgave 61 In het kader van de personeelsplanning voor de komende week is een ondernemer bezig om te bepalen hoeveel uren hij de medewerkers in dient te zetten om de streefomzet voor zijn onderneming te kunnen bereiken. Hij heeft de volgende gegevens ter beschikking: Streefomzet, exclusief btw 44.000 Opbrengst per gewerkt uur (OPWU) 92,05 Hoeveel uur moet de ondernemer de komende week inzetten om de streefomzet te kunnen behalen (op hele uren nauwkeurig)? Opgave 62 In dierenspeciaalzaak Pets werken 2 fulltimers en 2 parttimers. De parttimers vertegenwoordigen 0,5 en 0,4 fte. Een fulltimer werkt 36 uur per week. Pets is 52 weken per jaar geopend. De jaaromzet (inclusief 21% btw) bedraagt bij Pets 412.610. a. Hoeveel bedraagt de omzet per fte? b. Bereken de OPWU ( de omzet per gewerkt uur). 47

Opgave 63 Thijs, filiaalmanager van Het Slokje in Zuidlaren, leest de volgende gegevens in het management informatie systeem van zijn organisatie. (zie ook opgave 58). Omzetspecificatie Normatieve omzet Werkelijke omzet Werkelijk Werkelijke week 14 week 14 omzetaandeel derving Totaal/gemiddeld 24.000,00 26.500,00 100,0% 4,7% OPWU-norm 140,00 OPWU gerealiseerd % loonkosten norm 7,0% % loonkosten gerealiseerd Loonkosten Afdeling Uren Uurloon Totaal Jeroen Hazenberg Bieren 36 20,00 720,00 Jan Scholten Bieren 15 16,00 240,00 Marian Ploeger Wijnen 36 21,00 756,00 Willy Kuipers Wijnen 15 15,00 225,00 Thijs Snijders Gedistilleerd 36 17,00 612,00 Jessica Pander Gedistilleerd 20 12,00 240,00 Totaal/gemiddeld 158 17,68 2.793,00 a. Hoeveel mocht Thijs op basis van de OPWU-norm van Het Slokje inzetten in week 14. Bereken dit zowel in uren als in euro s (afronden op helen). b. Bereken de gerealiseerde OPWU en het gerealiseerde loonkostenpercentage (1 dec. nauwkeurig) c. Geef een verklaring voor het verschil tussen de gerealiseerde en de gebudgetteerde loonkosten. 48

Opgave 64 Elly is filiaalmanager van Het Speelparadijs in Peelo. Van het hoofdkantoor van Het Speelparadijs in Zwolle ontvangt zij wekelijks de gegevens van haar filiaal. Volgens het management informatie systeem zijn dit de gegevens van haar filiaal over week 28. Het Speelparadijs - Peelo - week 28 Knutsel Kinder Multimedia Familie totaal Omzetaandeel normatief 10% 40% 20% 30% 100% Omzetaandeel werkelijk 8% 36% 26% 30% 100% Omzet normatief 3.200,00 12.800,00 6.400,00 9.600,00 32.000,00 Omzet werkelijk 2.400,00 10.800,00 7.800,00 9.000,00 30.000,00 Insturingsmarge 25% 35% 45% 35% 36,0% Derving normatief 3% 6% 3% 8% 5,7% Derving werkelijk 4% 7% 2% 9% 6,1% BTW% 21% 21% 21% 21% Het Speelparadijs - Peelo - week 28 (vervolg) Loonkosten normatief 13% 4.160,00 Loonkosten werkelijk 13% 4.034,00 OPWU norm 150,00 OPWU werkelijk 147,06 Loonkosten Afdeling Uren Uurloon Totaal Elly van der Werk Knutsel 32 20,00 640,00 Evelien Douma Kinder 36 22,00 792,00 Klaas Kiel Kinder 28 20,00 560,00 Gert Rodenhuis Kinder 10 14,00 140,00 Jenny Mens Multimedia 28 18,00 504,00 Marijke Los Multimedia 10 17,00 170,00 Tijmen Conradi Familie 32 20,00 640,00 Frans Riemstra Familie 28 21,00 588,00 Totaal/gemiddeld 204 19,77 4.034,00 Overige Exploitatiekosten normatief 4.100,00 Overige Exploitatiekosten werkelijk 4.350,00 a. Bereken het bedrag aan extra derving veroorzaakt door het verschil tussen normatieve- en werkelijke dervingpercentages. 49

b. Welke afdeling heeft het grootste verschil tussen normatieve en werkelijke derving? Geef aan wat hiervan de reden is. c. Welke afdeling(en) verbruikt/verbruiken meer uren dan gebudgetteerd? Onderbouw je antwoord met een berekening. (afronden op hele uren) Om de efficiency in de uren te bepalen vergelijkt Elly de werkelijke uren met het aantal uit te geven uren op basis van de werkelijke omzet. d. Welke afdeling(en) verbruikt/verbruiken u meer uren dan volgens de werkelijke omzet zou mogen? Onderbouw je antwoord met een berekening. Op donderdag meldt Klaas zich voor één dag ziek. Klaas werkt acht uur op een dag, de overige cijfers wijzigen niet. e. Wat is het gevolg voor de omzet per gewerkt uur (OPWU)? 50

Opgave 65 Arnoud is filiaalmanager van E-moda in Meppel, een keten van vijf modezaken in het noorden van het land. Hij heeft van het hoofdkantoor onderstaande gegevens uit het management informatiesysteem gekregen van week 26. Hij ziet dat het werkelijk resultaat lager is dan het normatieve resultaat. Hij krijgt de opdracht van het hoofdkantoor om het resultaat te verbeteren. E-moda - Meppel - week 26 Insturings Normatief Normatieve Afdeling BTW% marge in% omzetaandeel derving Heren 21% 25,0% 10,0% 3,0% Dames 21% 35,0% 40,0% 6,0% Kinder 21% 40,0% 20,0% 3,0% Sport 21% 35,0% 30,0% 8,0% Totaal/gemiddeld 35,0% 100,0% 5,7% Omzetspecificatie Normatieve Werkelijke Werkelijk Werkelijke weekomzet weekomzet omzetaandeel derving Heren 3.200,00 2.880,00 9,0% 4,0% Dames 12.800,00 11.840,00 37,0% 7,0% Kinder 6.400,00 7.360,00 23,0% 2,0% Sport 9.600,00 9.920,00 31,0% 9,0% Totaal/gemiddeld 32.000,00 29.000,00 100,0% 6,2% OPWU-norm 150,00 OPWU gerealiseerd 156,86 % loonkosten norm 13,0% % loonkosten gerealiseerd 12,6% Loonkosten Afdeling Uren Uurloon Totaal Marcel Ulenreef Heren 32 20,00 640,00 Roelien Jongsma Dames 36 22,00 792,00 Tineke Bruintjes Dames 28 20,00 560,00 Annette Zijlstra Dames 10 14,00 140,00 Baukje Bergeman Kinder 28 18,00 504,00 Rob Hofstede Kinder 10 17,00 170,00 Richard Bulthuis Sport 32 20,00 640,00 Eddy de Geus Sport 28 21,00 588,00 Totaal/gemiddeld 204 19,77 4.034,00 51

Exploitatie-overzicht normatief E-Moda week 26 omzet marge Heren 3.200,00 704,00 Dames 12.800,00 3.712,00 Kinder 6.400,00 2.368,00 Sport 9.600,00 2.592,00 Totaal 32.000,00 9.376,00 Exploitatiekosten Loonkosten 4.160,00 Overig 4.100,00 Resultaat 1.116,00 Exploitatie-overzicht werkelijk E-moda week 26 omzet marge Heren 2.610,00 548,10 Dames 10.730,00 3.004,40 Kinder 6.670,00 2.534,60 Sport 8.990,00 2.337,40 Totaal 29.000,00 8.424,50 Exploitatiekosten Loonkosten 4.034,00 Overig 4.050,00 Resultaat 340,50 Arnoud bedenkt 3 opties om tot een verbetering van het resultaat te komen. Om tot een afgewogen beslissing te komen moeten de opties doorgerekend worden in het management informatiesysteem van E-moda. Optie 1: Door een scherpere bestelprocedure en beter voorraadbeheer moeten de dervingcijfers omlaag. Bovendien moet de omzet per gewerkt uur (OPWU) omhoog. Dit heeft de volgende consequenties: De werkelijke overige exploitatiekosten stijgen met 3%; Alle werkelijke dervingcijfers dalen met 1%.; Aangezien Rob een nul-urencontract heeft, worden zijn uren geschrapt; Roelien gaat terug naar 28 uur; Alle overige cijfers blijven gelijk. Optie 2: Door een extra promotieactie moet de omzet in dames- en herenkleding omhoog. Dit heeft de volgende consequenties: De werkelijke omzet stijgt naar 31.000,-; De omzetaandelen wijzigen als volgt: Heren: 7%; Dames: 39%; Kinder: 27% en Sport 27%; De werkelijke overige exploitatiekosten stijgen met 250,-; Alle overige cijfers blijven gelijk. 52

Optie 3: In het assortiment wordt een sterk merk kinderkleding opgenomen. Dit heeft de volgende consequenties: De insturingsmarge bij de kinderkleding stijgt naar 45 %; De totale werkelijke omzet stijgt naar 30.000,-; De omzetaandelen wijzigen als volgt: Heren: 8%; Dames: 36%; Kinder: 26% en Sport: 30%; De werkelijke overige exploitatiekosten stijgen met 300,-; Alle overige cijfers blijven gelijk. Opdracht: Reken alle drie de opties door. Doe dit door per optie het werkelijk exploitatie-overzicht opnieuw samen te stellen op basis van de nieuwe gegevens. Geef vervolgens de verbetering/verslechtering aan t.o.v. het werkelijke resultaat bij ongewijzigd beleid. Optie 1 E-Moda: Optie 2 E-Moda: Optie 3 E-Moda: 53

Opgave 66 Je hebt van het hoofdkantoor de gegevens van het management informatie systeem gekregen van de afgelopen periode. Zoals je kunt zien is het werkelijke resultaat beduidend lager dan het normatieve resultaat. Opdracht: Je krijgt de opdracht van het hoofdkantoor om het resultaat te verbeteren. Je hebt hiervoor de volgende 3 opties. Bereken voor elk van de 3 opties wat de gevolgen zijn voor het resultaat. Laat dit zien door middel van uitgewerkte exploitatieoverzichten. MIS "DHZ De Duimstok - filiaal Ter Apel" Gegevens over week 31-2012 Insturings Normatief Normatieve Afdeling BTW% marge in% omzetaandeel derving IJzerwaren 21% 20,0% 20,0% 4,0% Verf 21% 30,0% 30,0% 7,0% Gereedschap 21% 35,0% 50,0% 3,0% Totaal/gemiddeld 30,5% 100,0% 4,4% Omzetspecificatie Normatieve omzet Werkelijke omzet Werkelijk Werkelijke week 31 week 31 omzetaandeel derving IJzerwaren 5.000,00 10.000,00 40,0% 4,0% Verf 7.500,00 3.750,00 15,0% 7,0% Gereedschap 12.500,00 11.250,00 45,0% 7,0% Totaal/gemiddeld 25.000,00 25.000,00 100,0% 5,8% OPWU-norm 140,00 OPWU gerealiseerd 158,23 % loonkosten norm 7,0% % loonkosten gerealiseerd 11,2% Loonkosten Afdeling Uren Uurloon Totaal Peter Wever IJzerwaren 36 20,00 720,00 Jan Scholten IJzerwaren 15 16,00 240,00 Marian Ploeger Verf 36 21,00 756,00 Willy Kuipers Verf 15 15,00 225,00 Hans Hofstede Gereedschap 36 17,00 612,00 Jessica Vonk Gereedschap 20 12,00 240,00 Totaal/gemiddeld 158 17,68 2.793,00 54

MIS "DHZ De Duimstok - filiaal Ter Apel" (vervolg) Exploitatiebegroting normatief week 31 omzet marge IJzerwaren 5.000,00 800,00 Verf 7.500,00 1.725,00 Gereedschap 12.500,00 4.000,00 Totaal 25.000,00 6.525,00 Exploitatiekosten Loonkosten 1.750,00 Overig 2.500,00 Resultaat 2.275,00 Exploitatiebegroting werkelijk week 31 omzet marge IJzerwaren 10.000,00 1.600,00 Verf 3.750,00 862,50 Gereedschappen 11.250,00 3.150,00 Totaal 25.000,00 5.612,50 Exploitatiekosten Loonkosten 2.793,00 Overig 2.500,00 Resultaat 319,50 Optie 1: Verhogen omzet: Door het voeren van een reclamecampagne wordt je omzet met 10% verhoogd; Hierdoor stijgen de werkelijke totale exploitatiekosten met 7%; De werkelijke omzetaandelen en werkelijke dervingpercentages van de afdelingen blijven gelijk. Optie 2: Herstellen omzetaandelen: Door een verandering in reclame-uitingen worden de omzetaandelen hersteld volgens hun norm. De overige exploitatiekosten stijgen met 4%; De totale omzet, werkelijke loonkosten en werkelijke dervingpercentages blijven gelijk. Optie 3: Personeelskosten verlagen: Door minder inzet van personeel worden de werkelijke loonkosten met 8% verlaagd; Hierdoor daalt de omzet met 4%; De werkelijke dervingpercentages, werkelijke omzetaandelen en werkelijk overige exploitatiekosten blijven gelijk. 55

Optie 1 DHZ De Duimstok: Optie 2 DHZ De Duimstok: Optie 3 DHZ De Duimstok: 56

Opgave 67 Roelien is filiaalmanager van Modehuis Scholten in Musselkanaal. Van het hoofdkantoor kreeg zij de gegevens van het management informatie systeem van de afgelopen periode. MIS "Modehuis Scholten - Musselkanaal" Gegevens over week 46-2012 Insturings Normatief Normatieve Afdeling BTW% marge in% omzetaandeel derving Heren 21% 23,0% 60,0% 5,0% Dames 21% 35,0% 30,0% 6,0% Kinder 21% 12,0% 10,0% 5,0% Totaal/gemiddeld 25,5% 100,0% 5,3% Omzetspecificatie Normatieve omzet Werkelijke omzet Werkelijk Werkelijke week 46 week 46 omzetaandeel derving Heren 15.000,00 10.000,00 40,0% 4,0% Dames 7.500,00 3.750,00 15,0% 3,0% Kinder 2.500,00 11.250,00 45,0% 7,0% Totaal/gemiddeld 25.000,00 25.000,00 100,0% 5,2% OPWU-norm 140,00 OPWU gerealiseerd 165,56 % loonkosten norm 10,0% % loonkosten gerealiseerd 10,5% Loonkosten Afdeling Uren Uurloon Totaal Alfred Bakker Heren 36 18,00 648,00 Roelien Jongsma Heren 18 14,00 252,00 Tineke Bruintjes Dames 36 21,00 756,00 Janke Leegte Dames 15 15,00 225,00 Marcel Braspenning Kinder 36 17,00 612,00 Baukje Bergeman Kinder 10 12,00 120,00 Totaal/gemiddeld 151 17,30 2.613,00 57

Exploitatiebegroting normatief week 46 omzet marge Heren 15.000,00 2.700,00 Dames 7.500,00 2.175,00 Kinder 2.500,00 175,00 Totaal 25.000,00 5.050,00 Exploitatiekosten Loonkosten 2.500,00 Overig 2.500,00 Resultaat 50,00 Exploitatiebegroting werkelijk week 46 omzet marge Heren 10.000,00 1.900,00 Dames 3.750,00 1.200,00 Kinder 11.250,00 562,50 Totaal 25.000,00 3.662,50 Exploitatiekosten Loonkosten 2.613,00 Overig 2.500,00 Resultaat 1.450,50- Zoals zij kan zien is het werkelijke resultaat beduidend lager dan het normatieve resultaat. Zij krijgt de opdracht van het hoofdkantoor om het resultaat te verbeteren. Zij heeft hiervoor de volgende 3 opties. Optie 1: Door een scherpere bestelprocedure en beter voorraadbeheer moeten de dervingcijfers omlaag. Bovendien moet de omzet per gewerkt uur (OPWU) omhoog. Dit heeft de volgende consequenties: De werkelijke overige exploitatiekosten stijgen met 3%; Alle werkelijke dervingcijfers dalen met 2%.; Aangezien Alfred een nul-urencontract heeft, worden zijn uren geschrapt; Marcel gaat terug naar 28 uur; De werkelijke omzet stijgt naar 30.000,-; Alle overige cijfers blijven gelijk. Optie 2: Roelien besluit zich meer te richten op de Duitse mode. Dit heeft de volgende consequenties: De totale werkelijke omzet stijgt naar 35.000,-; De omzetaandelen wijzigen als volgt: Heren: 35%; Dames: 45%; Kinder: 20% De insturingsmarge bij de dameskleding stijgt naar 40 %; De werkelijke overige exploitatiekosten stijgen met 500,-; 58