Gaswandketel Bosch HRS/HRC

Transcriptie

1 Gaswandketel Bosch HRS/HRC Hoog Rendement 107 Schonere Verbrandng Hoog Verwarmng 107 ww HR Warm Water Comfort Warm Water 3 Schonere Verbrandng Naverwarmng Zonneboler Bosch 22 HRS Bosch 26 HRC OSW

2 Inhoud Inhoud Voor uw velghed 3 Verklarng symbolen 3 1 Toestelbeschrjvng algemeen EG-conformtetsverklarng Typenoverzcht Leverngsomvang Toestelbeschrjvng Toebehoren (ze prjsljst) Mantel Toestelopbouw Toestelopbouw HRS met toebehoren nr. 844 voor boleraanslutng Opbouw HRC Elektrsche bedradng Technsche gegevens 10 2 Voorschrften 11 3 Overzcht van rookgastoebehoren 12 4 Installate Belangrjke opmerkngen Opstellngsplaats kezen Voormonteren van de nstallate Toestel monteren Aanslutngen controleren Utzonderngen 20 5 Elektrsche aanslutng Toestel aansluten Aansluten temperatuurregelaar, afstandsbedenngen of schakelklokken Aansluten van de boler Aansluten van een temperatuurbegrenzer n een vloerverwarmngnstallate 23 6 Inbedrjfname Voor het n bedrjf nemen In-/Utschakelen Verwarmng nschakelen Verwarmngsregelngen Toestellen met warmwaterboler: warmwatertemperatuur nstellen HRC-gaswandketels zonder voorraadsysteem: warmwatertemperatuur en hoeveelhed nstellen Zomerbedrjf (alleen warmwater) Vorstbevelgng Storngen Pompblokkerngsbevelgng 27 7 Indvduele nstellng Mechansche nstellngen Instellen van de Bosch Heatronc 29 8 Gasnstellngen Gas/luchtverhoudng nstellen Verbrandngslucht/rookgasafvoermetngen met een ngesteld verwarmngsvermogen 39 9 Onderhoud Checklst voor het onderhoud (onderhoud protocol) Beschrjvng van de verschllende onderhoudsstappen Bjlage Storngsaandudng Instelwaarde voor verwarmng/ boleropwarmvermogen bj HRS/HRC Instelwaarde voor verwarmng/ boleropwarmvermogen bj HRS/HRC Inbedrjfname protokol Garante Combnate met zonne-energe 48 2

3 Voor uw velghed Voor uw velghed Bj gaslucht B Slut de gaskraan (ze blz. 24). B Ramen openen. B Geen elektrctetsschakelaars gebruken. B Open vuur doven. B Drekt gasbedrjf/gastechnsch nstallateur waarschuwen. Bj rookgaslucht B Toestel buten bedrjf stellen (ze blz. 25). B Ramen en deuren openen. B Gastechnsch nstallateur waarschuwen. Opstellng, wjzgngen B De opstellng of wjzgngen aan de gaswandketel mogen alleen volgens de voorschrften en door een gastechnsch nstallateur veranderd worden. B Rookgasafvoer voerende delen mogen net veranderd worden. B bj montage van het rookgasafvoer traject volgens B 33 mogen be- en ontluchtngsopenngen n deuren, ramen en muren net klener of afgesloten worden. Bj kerdchte ramen dent de verbrandngslucht zeker gesteld te worden. Verklarng symbolen Sgnaalwoorden geven de zwaarte aan van het gevaar wat kan optreden als de voorschrften net opgevolgd worden. Voorzchtg betekent dat er mogeljk lchte materële schade kan optreden. Waarschuwng betekent dat er lchte persoonljke schade of zwaardere materële schade kan optreden. Gevaar betekent dat zware persoonljke schade kan optreden. In bjzonder zware gevallen bestaat er levensgevaar. Velghedsaanwjzngen n de tekst worden door mddel van een grjs vlak en een gevaren drehoek aangedud. Aanwjzngen n de tekst met hernaast aangegeven symbool worden begrenst met een ljn boven en onder de tekst. Aanwjzngen: betekent belangrjke nformate welke n de gevallen geen gevaar voor mens of toestel oplevert. Onderhoud B Aanbevelng voor de gebruker: Voor het just functoneren van het toestel, dent het onderhoud jaarljks door een erkend nstallateur te worden verrcht. B De gebruker s verantwoordeljk voor het mleu en de velghed van de nstallate. B Er mogen alleen orgnele Bosch onderdelen gemonteerd worden. Exploseve en lcht ontvlambare materalen B Plaats en gebruk geen lcht ontvlambare materalen en vloestoffen n de nabjhed van het toestel. Verbrandngs- en omgevngslucht B Om corrose te vermjden, dent de verbrandngslucht vrj van agresseve stoffen te zjn (o. a. halogeen koolwaterstoffen de chloor of fluorverbndngen bevatten). Gebruker nformeren B Aan de gebruker de werkng en de bedenng, het bjvullen, ontluchten tevens het controleren van de nstallatedruk utleggen. B De gebruker er op wjzen dat hj zelf geen veranderngen of reparates mag utvoeren. 3

4 Toestelbeschrjvng algemeen 1 Toestelbeschrjvng algemeen 1.1 EG-conformtetsverklarng Dt toestel voldoet aan de geldende esen van de europese rchtljnen 90/396/EEG, 92/42/EEG, 73/23/ EEG, 89/336/EEG en de n het EG-proefmodelcertfcaat beschreven proefmodel. Het voldoet aan de keurngsesen betreffende HRketels. Het gemddelde NOx n de rookgassen lgt onder de 70 mg/m 3. Het toestel s gekeurd volgens EN 677. Prod.-ID-Nr. Categore Toepassng Tabel Typenoverzcht Bosch 22 HRS HR Hoogrendement S Solo toestel C Combnate toestel 22 Verwarmngsvermogen 22 kw 26 Warmwatervermogen 26 kw De typeaandudng wordt door kencjfers aangevuld. Het geeft het gassoort aan volgens DVGW, werkblad G260. Kencjfer 1.3 Leverngsomvang CE-0085BL0507 II 2L 3 P C 13, C 33, C 43, C 53, C 63, C 83, B 23, B 33 Bosch 26 HRC Wobbe-Index (15 C) Gassoort 5 10,9-12,5 kwh/m 3 Aard- en aardolegas, groep 2L Tabel 2 Gaswand ketel voor centraleverwarmng Trechtersfon, afvoerledng en afvoerbochtstuk Klem voor het bevestgen van het rookgastoebehoren Bevestgngsmateraal (schroeven met toebehoren) Toesteldocumentate. 1.4 Toestelbeschrjvng Toestel voor wandmontage onafhankeljk van schoorsteen en opstellngsrumte. Aardgastoestellen voldoen rum aan de emsse-es NO X -beslut Multfunctonele aandudngen (dsplay). Busbestuurde Bosch Heatronc Automatsche ontstekng Contnu traploos modulerende regelng Volledg bevelgd met branderautomaat, onsatebevelgng en magneetventelen (EN 298). Mnmale wateromloophoeveelhed s net noodzakeljk. Geschkt voor vloerverwarmng Concentrsche pjp voor rookgasafvoer/luchttoevoer met meetpunten voor CO 2 /CO Toerengeregelde ventlator. Voorgemengde brander Temperatuurvoeler en temperatuurkeuze voor verwarmng Temperatuurvoeler n aanvoer, temperatuurbegrenzer n 24 V crcut. Pomp (dre toeren), met automatsche ontluchter Overdrukvelghed, manometer Aanslutmogeljkhed voor boler-ntc Aanslutmogeljkhed voor voorraadsysteem (HRC) Rookgastemperatuurbevelgng (105 C) Schakelng voor warmwatervoorrang Drewegklep met motor (HRC) Platenwarmtewsselaar (HRC). 1.5 Toebehoren (ze prjsljst) Rookgastoebehoren Montageplaat Servcepakket opbouwnstallate Servcepakket nbouwnstallate Weersafhankeljke nbouwregelng TA 211 E Weersafhangeljke opbouwregelng (geschkt voor Can-Bus) Rumtetemperatuurregelng (bj TR 220 geschkt voor Can-Bus) Inbouw schakelklok Toebehoren voor boleraanslutng Hydraulsche neutraalverdeler HW 25. 4

5 Toestelbeschrjvng algemeen 1.6 Mantel mn mn = = ~ Afb Montageaanslutplaat 101 Mantel 103 Deksel voor bedenngspaneel 338 Maatvoerng voor elektrokabels ut de muur 185 mn mn mn mn O Afb. 2 Afb O 5

6 Toestelbeschrjvng algemeen 1.7 Toestelopbouw O Afb. 4 4 Heatronc 6 Temperatuurbegrenzer (ketelblok) 6.1 Warmwater-NTC 7 Drukmeetnppel voor gasaanslutstroomdruk 8.1 Manometer 9 Temperatuurbegrenzer (Rookgassen) 15 Overdrukvelghed 18 Crculatepomp 18.1 Toerenschakelaar 27 Automatsche ontluchter 29 Mengkamer met verbrandngsluchtopenngen 32.1 Electrodenset 36 Temperatuurvoeler (NTC) aanvoer 43 Aanvoer 63 Instelschroef voor max. gashoeveelhed 64 Instelschroef voor mn. gashoeveelhed 88 Drewegklep (HRC) 98 Waterdeel (HRC) 102 Kontrolevenster 120 Ophanggaten Rookgasafvoerpjp Luchtaanzugpjp 226 Ventlator 234 Meetnppel rookgassen Meetnppel verbrandngslucht 271 Rookgasafvoerpjp 295 Toestelgegevensstcker 349 Deksel voor parallelaanslutng 355 Platenwarmtewsselaar (HRC) 358 Condenswater sfon 396 Slang kondenswatersfon 415 Inspectedeksel 416 Condensverzamelbak 418 Typeplaatje 6

7 Toestelbeschrjvng algemeen 1.8 Toestelopbouw HRS met toebehoren nr. 844 voor boleraanslutng ϑ ECO E max max M Afb. 5 3 Drukmeetnppel branderdruk 4 Heatronc 6 Temperatuurbegrenzer (ketelblok) 7 Drukmeetnppel voor gasaanslutstroomdruk 8.1 Manometer 9 Temperatuurbegrenzer (Rookgassen) 13 Montageaanslutplaat *) 14 Syphon *) 15 Overdrukvelghed 18 Crculatepomp 27 Automatsche ontluchter 29 Mengkamer met verbrandngsluchtopenngen 29.1 Bmetaal voor verbrandngslucht compensate 30 Brander 32 Ionsate-elektrode 33 Ontstekngselektrode 35 Ketelblok met gekoelde verbrandngskamer 36 Temperatuurvoeler (NTC) aanvoer 43 Aanvoer 44 Warmwater 45 Gas 46 Koudwater 47 Retour 48 Afvoer 52 Velghedsmagneetventel Velghedsmagneetventel 2 55 Zeef 56 Gasarmatuur CE Bevelgngskleppen 61 Ontstorngsknop 63 Instelschroef voor max. gashoeveelhed 64 Instelschroef voor mn. gashoeveelhed 69 Regelklep 71 Boleraanvoer (toebehoren) 72 Bolerretour (toebehoren) 84 Motor (toebehoren) 88 Drewegklep (toebehoren) 221 Rookgasafvoerpjp 226 Ventlator 229 Luchtkast 234 Meetstuts rookgassen Meetstuts verbrandngslucht 317 Dgtaal dsplay 358 Condenswater sfon 361 Vul- en aftapkraan (toebehoren) 443 Membraan *) behoort net tot de leverng 7

8 Toestelbeschrjvng algemeen 1.9 Opbouw HRC ϑ E max ECO max ϑ M Afb. 6 3 Drukmeet nppel branderdruk 4 Heatronc 6 Temperatuurbegrenzer (ketelblok) 6.1 Warmwater-NTC 7 Drukmeetnppel voor gasaanslutstroomdruk 8.1 Manometer 9 Temperatuurbegrenzer (Rookgassen) 13 Montageaanslutplaat *) 14 Syphon *) 15 Overdrukvelghed 18 Crculatepomp 27 Automatsche ontluchter 29 Mengkamer met verbrandngslucht openngen 29.1 Bmetaal voor verbrandngslucht compensate 30 Brander 32 Ionsate-elektrode 33 Ontstekngselektrode 35 Ketelblok met gekoelde verbrandngskamer 36 Temperatuurvoeler (NTC) aanvoer 43 Aanvoer 44 Warmwater 45 Gas 46 Koudwater 47 Retour 48 Afvoer 52 Velghedsmagneetventel Velghedsmagneetventel 2 55 Zeef 56 Gasarmatuur CE Velghedskleppen 61 Ontstorngsknop 63 Instelschroef voor max. gashoeveelhed 64 Instelschroef voor mn. gashoeveelhed 69 Regelklep 84 Motor 88 Drewegklep 90 Ventur 91 Overdrukventel 93 Waterhoeveelhedregelaar 94 Membraan 95 Hevel met schakelnok 96 Mcroschakelaar 97 Klep voor warmwaterhoeveelhed 98 Waterdeel 221 Rookgasafvoerpjp 226 Ventlator 229 Luchtkast 234 Meetstuts rookgassen Meetstuts verbrandngslucht 317 Dgtaal dsplay 355 Platenwarmtewsselaar 358 Condenswater sfon 361 Vul- en aftapkraan (toebehoren) 443 Membraan *) behoort net tot de leverng 8

9 Toestelbeschrjvng algemeen 1.10 Elektrsche bedradng Afb Ontstekngstrafo 6 Temperatuurbegrenzer (ketelblok) 6.1 Warmwater-NTC (HRC) 9 Temperatuurbegrenzer (rookgassen) 18 Crculatepomp 32 Ionsate-elektrode 33 Ontstekngselektrode 36 Temperatuurvoeler (NTC) aanvoer 52 Velghedsmagneetventel Velghedsmagneetventel 2 56 Gasarmatuur CE Ontstorngsknop 84 Motor drewegklep (HRC/HRS) 96 Mcroschakelaar, waterschakelaar (HRC) 135 Hoofdschakelaar 136 Temperatuurregelaar voor verwarmng 151 Zekerng T 2,5 A, AC 230 V 153 Transformator 161 Brug 226 Ventlator 300 Codeerstekker 302 Aanslutng voor aarde 303 Stekeraanslutng voor NTC boler 1 (HRS) 310 Temperatuurregelaar voor warmwater 312 Zekerng T 1,6 A 313 Zekerng T 0,5 A 314 Stekeraanslutng nbouwregelaar TA 211 E, RAM-Moduul of Busmoduul 315 Aanslutng rumtetemperatuurregelaar, geen TR Dgtaal dsplay 318 Stekeraanslutng voor schakelklok 319 Stekeraanslutng voor boler (HRS) 328 AC 230 V klemaanslutng Brug 329 LSM stekeraanslutng 363 Controlelamp branderbedrjf 364 Controlelamp 0/1 (ut/aan) 365 Druktoets schoorsteenveger 366 Servce druktoets 367 ECO druktoets 9

10 Toestelbeschrjvng algemeen 1.11 Technsche gegevens Nomnaal vermogen (bj cv 40/30 C) Nomnaal vermogen (bj cv 50/30 C) Nomnaal vermogen (bj cv 80/60 C) Eenhed kw kw kw Bosch 22 HRS Bosch 26 HRC 21,8 21,6 20,6 Bosch 22 HRS Bosch 26 HRC Propaan 21,8 21,6 20,6 Nomnale belastng kw 20,8 20,8 Mnmaal vermogen (bj cv 40/30 C) Mnmaal vermogen (bj cv 50/30 C) Mnmaal vermogen (bj cv 80/60 C) kw kw kw 8,6 8,6 7,6 11,6 11,4 10,5 Mnmale belastng kw 7,8 10,8 Max. warmwatervermogen kw 25,7 25,7 Max. warmwaterbelastng kw 26,0 26,0 Gasaanslutwaarde Aardgas (HuB = 8,3 kwh/m 3 ) m 3 /h 3,1 - Propaan (H u = 30,2 kwh/kg) kg/h - 2,0 Toegestane gasaanslutstroomdruk Aardgas mbar Propaan mbar Warmwater bj HRC Max. warmwaterhoeveelhed (fabreksnstellng) l/mn 8 8 Warmwaterhoeveelhed (bj T = 50 K) l/mn 7,3 7,3 Max. warmwaterhoeveelhed l/mn Utstroomtemperatuurnstelberek C Max. waterdrukbar Mn. waterdrukbar 0,2 0,2 Specfeke doorstromng l/mn 6,5 6,5 Rekenwaarde voor de dameterberekenng volgens DIN 4705 Rookgasvolumenstroom max./mn. vermogen g/s 11,3/3,5 10,9/4,7 Rookgastemperatuur (bj cv 80/60 C) max./mn. vermogen C 67/55 67/55 Rookgastemperatuur (bj cv 40/30 C) max./mn. vermogens C 43/32 43/32 Opvoerhoogte Pa CO 2 bj nom. vermogen CO 2 bj mn. vermogen % % 9,3 9,1 11,3 11,0 Rookgas condensaat Max. hoeveelhed condensaat (t R = 30 C) l/h 2,2 2,2 PH waarde ca. 4,8 4,8 Algemeen Elektrsche spannng AC... V Frequente Hz Opgenomen vermogen W Beschermngsgraad IP X4D X4D Max. aanvoertemperatuur C Max. bedrjfsdruk (verwarmng bar 3 3 Inhoud ketelblok HRS/HRC l 3,5/3,75 3,5/3,75 Gewcht HRS/HRC (zonder verpakkng) kg 38/41 38/41 Tabel 3 10

11 Voorschrften Condensanalyse mg/l 2 Voorschrften Ammonak 1,2 Nkkel 0,15 Lood 0,01 Kwkzlver 0,0001 Cadmum 0,001 Sulfaat 1 Chroom 0,005 Znk 0,015 Halogeenkoolwaterstof 0,002 Koolwaterstof 0,015 Tn 0,01 Vanadum 0,001 Koper 0,028 PH-waarde 4,8 Tabel 4 Voor de Bosch gaswandketels HRS/HRC, zjn de navolgende voorschrften van toepassng. DIN 4701 Berekenng van de warmtebehoefte van gebouwen. NEN 3028 Velghedsesen voor centrale verwarmng nstallates. NEN 1078 Voorschrften voor aardgasnstallates NPR 3378 toelchtng bj NEN NEN 1010 Velghedsvoorschrften voor laagspannngsnstallates. GAVO 1987 Dverse artkelen en plaatseljk geldende voorschrften. De gaswandketel voldoet aan de rchtljnen 67/889/ EEG en 76/890/EEG ten aanzen van rado en t.v. ontstorng. NEN 2757 Toevoer verbrandngslucht en afvoer van rookgassen van verbrandng toestellen. AVWI NEN Gaskeur c.w. 1.Toepassngsklasse 3 Toestel voldoet aan bovenstaande toepassngsklasse wanneer: Tapwatertemperatuur s ngesteld op 60 C. De lednglengte Ø 10/12 mm net langer s dan 16,3 m. Specfek keukentapdebet 6 l/mn. Specfek badvuldebet 10,6 l/mn. 11

12 Overzcht van rookgastoebehoren 3 Overzcht van rookgastoebehoren Rookgastoebehoren voor apparaten Dakutmondng kombdoorvoer-vertkaal (schun dak) C 32 Dakutmondng combdoorvoer, vertkaal (plat dak) C 32x L mn = 200 L mn = 500 L max = 1275 mm L mn = 300 L mn = O Afb. 10 Dakutmondng dubbelpjpsdoorvoer, vertkaal (bouwkundge schoorsteen of schun dak) C 52 Afb O Dakutmondng dubbel-pjpsdoorvoer vertkaal (plat dak) C 52 L mn = 300 L mn = 200 L mn = 500 L mn = 300 L mn = 100 L mn = 300 L mn = 100 L mn = O Afb O Afb

13 Overzcht van rookgastoebehoren Max. rechte ledng lengte parallel 2 x Ø 80 mm Horzontaal RG Vertkaal RG 15 mtr 20 mtr Tabel 5 Gezameljke lednglengte max. 28 mtr Weerstand bocht 90 = 2,0 mtr Weerstand bocht 45 = 1,0 mtr Langere lednglengte s mogeljk met grotere dameter. C.6 toestellen Alleen monteren met gecertfceerde (Gastec QA Komo Keur) Rookgas afvoermateraal. Temperatuurklasse mnstens 120 C Dakutmondng prefabschoorsteen C 52 L mn = 160 L mn = 100 A L mn = 300 Prefabschoorsteen (mnmale konstrukte esen) Alleen als kap door GASTEC s beoordeeld L mn = 160 L mn = 160 L mn = 300 A B Afb O A Openng rookgasafvoer mn. 150 cm per toestel B Openng luchttoevoer mn. 150 cm per toestel Afb O A Openng luchttoevoer mn. 150 cm per toestel. 13

14 Overzcht van rookgastoebehoren Mnmale doortocht van het gemeenschappeljke afvoersysteem Aantal toestellen Mnmale doortocht A cm 2 Dakutmondng C.L.V.-systeem C 42 L mn = 300 parallel L mn = 300 concentrsch Steenachtg afvoersysteem Metalen afvoersysteem A A O Tabel 6 Mnmale doortocht van het gemeenschappeljke afvoersysteem Afb. 14 A kondensafvoer Utvoerng CLV-systeem concentrsch Mnmale doortocht cm 2 2,5 A tot en met 3,5 A Tabel 7 parallel 2 A tot en met 3 A 14

15 Overzcht van rookgastoebehoren Concentrsche muurdoorvoer met broekstuk naar parallel 2 x 80 mm C 12 Concentrsche muurdoorvoer horzontaal C 12x L max = mm L mn = 356 mm L max = 8000 mm Afb O Afb O Balkondoorvoer C 12 L max = O Afb. 16 Concentrsche dakutmondng vertkaal C 32x Lmax = mm Afb O 15

16 Overzcht van rookgastoebehoren Dakutmondng met luchttoever vanut de gevel C 52 Prefabschoorsteen (mnmale konstrukte esen) Alleen als kap door GASTEC s beoordeeld L mn = 500 Afb O Afb

17 Overzcht van rookgastoebehoren Centraal rookgas systeem C O O Afb. 21 Afb

18 Installate 4 Installate Montage, gas, afvoer en stroomaanslutngen en het n bedrjf nemen van de nstallate mag alleen plaatsvnden door een erkend ntallateur. 4.1 Belangrjke opmerkngen B Voor het nstalleren van het toestel moet ervan utgegaan worden, dat aan alle voorschrften wordt voldaan en alle voorschrften worden opgevolgd. B De waternhoud van de toestellen bedraagt mnder dan 10 lter en voldoet aan de geldende voorschrften. Daarom s geen bouwtypegoedkeurng verest. B Bouw het toestel alleen n een gesloten warmwatersysteem volgens DIN 4751 deel 3 n. Een mnmumhoeveelhed crculatewater voor het gebruk s net noodzakeljk. B Open nstallates ombouwen naar gesloten crcuts. B Gebruk geen gegalvanseerde radatoren en ledngen. Zo voorkomt u gasvormng. B Bj toepassen van een rumtetemperatuurregelaar mag op de radator n de representateve rumte geen radatorthermostaat worden gemonteerd. B Als corrosebevelgngsmddel s Schllng Cheme Vardos 1+1 of Protector (Fernox) toegelaten. B Stromngsgeluden kunt u voorkomen met een automatsche bypass (toebehoren nr. 687) of bj een tweeledngsysteem met een drewegklep aan de verst verwjderde radator. B Een expansevat monteren volgens DIN Opstellngsplaats kezen Voorschrften ten opzchte van de opstellngsrumte Neem voor alle nstallates de desbetreffende voorschrften n acht. B Desbetreffende normen toepassen. B Installateledng van de rookgasafvoer monteren met voldoende afstand ten opzchte van andere materalen. Verbrandngslucht Om corrose te vermjden, dent de verbrandngslucht vrj van agresseve stoffen te zjn. Als sterk corrosebevorderende stoffen gelden o.a. halogeenkoolwaterstoffen, de chloor- of fluorverbndngen bevatten, welke bjvoorbeeld n oplosmddelen, verf, kleefstoffen, drjfgassen en hushoudeljke rengngsmddelen kunnen voorkomen. Oppervlaktetemperatuur De maxmale oppervlaktetemperatuur lgt beneden de 85 C. Daardoor zjn overeenkomstg TRGI en TRF geen specale velghedsmaatregelen voor brandbare bouwmateralen en nbouwmeubelen noodzakeljk. Er dent rekenng te worden gehouden met afwjkende voorschrften. Propaannstallates onder aardoppervlak Het toestel voldoet aan de norm TRF 1996 punt 7.7 bj opstellngen onder aardoppervlak. Wj bevelen het aan om n de propaanaanslutng een magneetventel te monteren welk bj warmte vraag over een LSM 5 moduul de gastoevoer vrj geeft. Koud en warmwater In de koudwaterledng dent voor het toestel een Kwa goed gekeurde nlaatcombnate gemonteerd te worden. Om putcorrose te voorkomen s het aan te raden bj water met zware stoffen een flter n te bouwen. Door het nbouwen van de schakelklok DT 1of DT 2 n de gaswandketel kan het comfortbedrjf tjdgestuurd worden. De modulerende regelng past zch automatsch aan, aan de getapte waterhoeveelhed. Alle thermostatsche douche of badmengkranen en éénhendelkranen kunnen worden toegepast. 18

19 Installate 4.3 Voormonteren van de nstallate B Montageaanslutplaat *) met bjverpakte schroeven 6 x 50 aan de wand monteren. B Om het toestel tegen te hoge gasdruk te beschermen moet bj propaan een drukregelaar met velghedsventel gemonteerd worden. B Voor het vullen en aftappen van de nstallate dent op het laagste punt van de nstallate een vul/aftapkraan gemonteerd te worden. B Voor de condensafvoer dent een condensopvang sfon gemonteerd te worden. B Condensafvoerledng van corrosevrj materaal monteren b.v. PVC enz. 4.4 Toestel monteren Voorzchtg: nstallate spoelen om vul te verwjderen. Afb. 23 Montageaanslutplaat (leverng) B Verpakkng verwjderen, let op de aanwjzngen op de verpakkng. B Bevestgngsmateraal aan de gasaanslutpjp verwjderen. Mantel demonteren De mantel s met een schroef tegen onbevoegd monteren geborgd (elektrsche velghed). B Borg altjd de mantel met deze schroef. B Verwjder de borgschroef rechts aan de zjkant. B Druk bede blokkeerhendels naar achteren. B Verwjder de mantelschaal naar voren toe. Afb. 24 Montageplaat (gemonteerd) E Afb. 25 B Gasledng en aanslutpjpen volgens de voorschrften monteren. B Servcekranen *) en gaskraan *) monteren. *) Behoort net tot de leverng O Afb. 26 B Bjgepakte toebehoren ut nemen

20 Installate Bevestgng voorbereden B Met behulp van het montagevoorschrft en het montagesjabloon de gaten om het toestel op te hangen, af tekenen en boren. B Pluggen en bouten monteren. B Pakkngen op de nppels van de montageaanslutplaat leggen. Toestel bevestgen B Toestel op de voorberede pjpaanslutngen zetten en met de bjverpakte rngen en moeren op de wand monteren. B Wartels op de pjpaanslutngen vastdraaen. Condensafvoer monteren De afvoerledng, het aanslutbochtstuk en de trechtersfon bevnden zch n de verpakkng. B Ontlastpjp n het overdrukventel draaen. B Steek het aanslutbochtstuk n de afvoerledng en stel het af op de trechtersfon. B Condensafvoerslang n de ontlastpjp steken. Rookgasafvoer materaal aansluten B Rookgasmateraal op toestel zetten. B Rookgasafvoer met beugel vast zetten. Afb. 28 B Voor verdere montage van het afvoermateraal de bjbehorende montage voorschrften n acht nemen. 4.5 Aanslutngen controleren Afb. 27 Wateraanslutng B Servcekranen van aanvoer en retourverwarmng nden aanwezg openen en nstallate vullen. B Afdchten en pakkngen op dchthed controleren (test druk: max. 2,5 bar op manometer). B Toestel va de automatsche ontluchter (27) ontluchten, blz. 24. B Bj HRC: open de koudwaterstopkraan en vul het warmwatercrcut (testdruk: max. 10 bar). B Alle overge onderdelen op lekkage controleren. Gasledng B Gasstopkraan dchtdraaen, dt om het armatuur tegen overdruk te bevelgen (max. druk 150 mbar). B Gasledng controleren. B Ontlast de druk. 4.6 Utzonderngen Toestellen n cascade schakelen Er kunnen maxmaal vjf toestellen n cascade worden geschakeld. Met de regelaar TA 270 maxmaal dre toestellen en met de regelaar TA 300 maxmaal vjf toestellen. Voor elk overg toestel na het basstoestel s een cascademodule BM 2 verest. B Montage volgens de bjgeleverde montagevoorschrften van de toebehoren. 20

21 Elektrsche aanslutng 5 Elektrsche aanslutng Gevaar: Door stroom schok! B Bj het aansluten en werken aan elektrsche delen altjd toestel spannngsvrj maken: stekker ut wandcontactdoos verwjderen. De regel-, besturngs- en velghedsnrchtngen zjn door de fabrkant van bedradng voorzen en gekeurd. In aardngszone 3 mag het toestel alleen worden aangesloten wanneer een aardlekschakelaar aanwezg s. B Kabel mnstens 50 cm ut de wand laten steken: B Voor spatwaterdchthed (IP): Het gat van de kabeldoorvoerng net zo groot maken als de kabeldameter, afb. 31. B Aansluten op een twee-phasenet (IT NET): Om een verzekerde onsatestroom te waarborgen, s een weerstand met best. nr tussen N en aarde aanslutng n te bouwen. Schakelkast openen B Afdekkng onder los halen en wegnemen. Afb. 29 B Schroef losdraaen en afdchtng naar voren erut nemen. 5.1 Toestel aansluten De elektrsche aanslutng moet voldoen aan de geldende regels NEN 1010 voor hushoudeljke elektrsche nstallates. B Een aardaanslutng s beslst noodzakeljk. B Slut het toestel volgens de geldende voorschrften aan. Er mogen geen andere verbrukers worden aangesloten aan het toestel. Afb. 30 B Snjd de trekontlastng af n overeenstemmng met de dameter van de kabel. Bj het vervangen van de netkabel Voor spatwaterdchthed (IP): Het gat van de kabeldoorvoerng net zo groot maken als de kabeldameter (ze afb. 31) De navolgende kabels zjn toegestaan: NYM-I 3 x 1,5 mm 2 HO5VV-F 3 x 0,75 mm 2 (net n de nabjhed van bad of douche: zone 1 en 2 volgens VDE 0100 deel 701) HO5VV-F 3 x 1,0 mm 2 (net n de nabjhed van bad of douche: zone 1 en 2 volgens VDE 0100 deel 701). Ze ook NEN Afb. 31 B Kabel door trekontlastng doorvoeren en volgens aansluten, volgens afb

22 Elektrsche aanslutng B Bevestg de kabel van de spannngsvoorzenng door de trekontlastng aan te draaen. De massa-ader moet nog los zjn wanneer de andere reeds vast gezet zjn. Aansluten modulerende rumtetemperatuurregelaar B Modulerende rumtetemperatuur TR 21, TR 100, TR 200 volgens onderstaande afbeeldng aansluten: Afb Aansluten temperatuurregelaar, afstandsbedenngen of schakelklokken Wj bevelen aan de gaswandketels met Bosch regelaars ut te voeren. Busgeschkte verwarmngsregelaars TR 220, TA 250, TA 270, TA 300 B Slut de regelaar volgens de bjbehorende nstallatehandledng aan. Aansluten weersafhankeljke regelaar TA 211 E B De elektrsche aanslutng s volgens het montagevoorschrft ut te voeren. Afb. 33 Afstandsbedenngen en schakelklokken B Aansluten de afstandsbedenngen TF 20, TW 2, TFQ 2T/W of de schakelklokken DT 1, DT 2 volgens het montagevoorschrft. 22

23 Elektrsche aanslutng 5.3 Aansluten van de boler Aansluten van een ndrect gestookte boler met NTC voeler Bosch Bolers met NTC voeler worden drect op de prnt van het toestel aangesloten. De kabel met steker zt bj de boler. B Doorvoer utbreken. B Kabel van boler NTC doorvoeren. B Steker van boler op de prnt aanbrengen. Aansluten van een ndrect gestookte boler met bolerthermostaat B Aansluten op klemmen 7, 8 en S DC24V Afb. 36 B1 De brug 8 en 9 net verwjderen. Bj montage van een ander merk boler: B Bolertemperatuurvoeler (NTC) bestelnummer (voeler Ø 6 mm) gebruken. -of- B boler thermostaat aanslutng. Afb. 34 Voorraadsysteem aansluten Bosch voorraadsystemen hebben twee NTC-voelers en worden rechtstreeks op de prntplaat van het toestel aangesloten. De kabel maakt deel ut van het aansluttoebehoren. B Breek de kunststof lpjes ut. B Kabel doorvoeren B Steker op de prnt aanbrengen Slut de voorraadsysteempomp aan volgens de nstallatehandledng van de toebehoren nr. 823 of toebehoren nr Aansluten van een temperatuurbegrenzer n een vloerverwarmngnstallate Bj verwarmngsnstallate utslutend met vloerverwarmng en drecte hydraulsche aanslutng op het toestel, s een temperatuurbegrenzer noodzakeljk. Voor elektrsche aanslutng van de temperatuurbegrenzer s een LSM 5 best. nr nodg. LSM 5 1 LS LZ LR L1 N1 N1 LF LM LK N * PE PE PE I ϑ v O Afb. 37 Bj het aanspreken van de begrenzer wordt zowel de verwarmng als het warmwaterbedrjf onderbroken. Afb

24 Inbedrjfname 6 Inbedrjfname ECO E O Afb Manometer 14 Trechtersfon 15 Velghedsventel 15.1 Utlooppjp 27 Automatsche ontluchter 61 Ontstorngsknop 135 Hoofdschakelaar 136 Temperatuurregelaar voor aanvoertemperatuur verwarmng 170 Servcekranen n aanvoer en afvoer 171 HRS: boleraanvoer, HRC: warmwater 172 Gasstopkraan (gesloten) 173 HRS: bolerretour, HRC: koudwater nloop met waterstopkraan 295 Typestcker 310 Temperatuurregelaar warmwater 317 Dsplay 358 Condenswatersfon 363 Controlelamp branderbedrjf 364 Controlelamp 0/1 (ut/aan) 365 Druktoets schoorsteenveger 366 Druktoets servce 367 Druktoets ECO Bjgeleverde n bedrjfnameprotocol (ze blz 29) nvullen en op een zchtbare plaats plakken. 6.1 Voor het n bedrjf nemen Waarschuwng: Toestel alvorens n bedrjf te nemen eerst vullen. B Schroef de condenswatersfon los en vul deze met ca. 1/4 lter water. B Voordruk van het externe expansevat controleren (druk vaststellen op statsche hoogte nstallate). B Radatorkraan opendraaen. 24

25 Inbedrjfname B Servcekranen (170) nden aanwezg opendraaen en nstallate vullen tot 1-2 bar. Vul- aftapkraan sluten. B Radatoren ontluchten. B Automatsche ontluchter (27) openen, ontluchten en weer sluten. B Vul de verwarmngsnstallate opneuw tot 1-2 bar. B Open de koudwaterstopkraan (173) (HRC). B Controleren of de gassoort overeenkomt met de gassoort op het typeplaatje B Gasstopkraan (172) openen. 6.2 In-/Utschakelen Inschakelen B Hoofdschakelaar (I) nschakelen. Het controlelampje brandt groen en op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur. Gevaar: voor stroomschok! De zekerng (151, blz. 9) staat nog steeds onder spannng. B Bj het aansluten en werken aan elektrsche delen altjd toestel spannngsvrj maken: stekker ut wandcontactdoos verwjderen. 6.3 Verwarmng nschakelen B Temperatuurregelaar verwarmng draaen, om de aanvoertemperatuur van de verwarmngsnstallate aan te passen: Vloerverwarmng b. v. stand 3 (ca. 50 C). Lage temperatuurverwarmng b. v. stand E (ca. 75 C). Verwarmngsnstallates met aanvoertemperatuur van 88 C: stand max ze blz. 28 lage temperatuur begrenzng. Wanneer de brander n bedrjf s brandt het controlelampje rood O Afb. 39 Bj het voor het eerst nschakelen schakelt het toestel eenmalg over op de ontluchtngsfuncte. De verwarmngspomp wordt n ntervallen n- en utgeschakeld. Dt duurt ca. 8 mnuten. Op de dsplay wordt afwsselend o o en de aanvoertemperatuur weergegeven. B Open de automatsche ontluchter (27, blz. 24), slut deze na het ontluchten weer. Afb O 6.4 Verwarmngsregelngen B Weersafhankeljke regelaar (TA...) op de juste verwarmngscurve en bedrjfsstand nstellen (ze bedenngsvoorschrft TA...). B Rumtetemperatuurregelaars (TR...) op de gewenste rumtetemperatuur draaen (afb. 41). Wanneer op de dsplay -II- n afwsselng met de aanvoertemperatuur verschjnt, s het sfonvulprogramma n werkng, ze hervoor blz. 35, sfonvulprogramma C 25 Utschakelen B Hoofdschakelaar (0) utschakelen. Het controlelampje gaat ut O Afb

26 Inbedrjfname 6.5 Toestellen met warmwaterboler: warmwatertemperatuur nstellen Verbrandngsgevaar! B Temperatuur bj normaal gebruk net hoger als 60 C nstellen. B Temperatuur tot 70 C alleen kortstondg nstellen voor thermsche desnfecterng (antlegonella). Boler zonder egen temperatuurvoeler (met NTC-voeler) B Bolertemperatuur met temperatuur nstelknop van het toestel nstellen. De warmwater temperatuur wordt op de boler aangegeven. 6.6 HRC-gaswandketels zonder voorraadsysteem: warmwatertemperatuur en hoeveelhed nstellen Warmwatertemperatuur Bj HRC-gaswandketels kan de warmwatertemperatuur met de temperatuurregelaar tussen ca. 40 C en 60 C worden ngesteld. De ngestelde temperatuur wordt net n de dsplay weergegeven. Afb O Regelaarstand Warmwatertemperatuur Afb. 42 Regelaarstand Lnkeraanslag O 10 ca. 60 C Rechteraanslag ca. 70 C Tabel 8 Warmwatertemperatuur ca. 10 C (Vorstbevelgng) Boler met een egen bolerthermostaat Bj bolers met een egen bolerthermostaat: Herbj s de temperatuurregelaar buten werkng. B Bolertemperatuur met bolerthermostaat nstellen. De warmwater temperatuur wordt op de boler aangegeven. ECO-toets Door het ndrukken en ngedrukt houden totdat er op de dsplay verschjnt, kan er tussen comfortbedrjf en spaarbedrjf gekozen worden. Comfortbedrjf, toets brandt net (fabreksnstellng) Boler voorrang, herbj wordt eerst de boler opgewarmd tot de ngestelde temperatuur daarna gaat de ketel pas over op verwarmng. Ecobedrjf, toets brand Afwsselend om de 12 mnuten boler dan wel verwarmng opwarmng. Lnkeraanslag ca. 40 C 10 ca. 55 C Rechteraanslag ca. 60 C Tabel 9 ECO-toets Door het ndrukken en ngedrukt houden totdat er op de dsplay verschjnt, kan er tussen comfortbedrjf en spaarbedrjf gekozen worden. Comfortbedrjf, toets brandt net (fabreksnstellng) Het toestel wordt voortdurend op de ngestelde temperatuur gehouden. Het toestel wordt daarom ngeschakeld, ook wanneer er geen warm water wordt afgenomen. (Werkt alleen met rumtetemperatuurregelng.) Ecobedrjf met behoefteaanmeldng, toets brand De behoefteaanmeldng maakt maxmale gas- en waterbesparng mogeljk. Door kort openen en sluten van de warmwaterkraan wordt het water tot de ngestelde temperatuur verwarmd. Na korte tjd s er warm water beschkbaar. Ecobedrjf, toets brand Er wordt pas verwarmd zodra er warm water wordt getapt. Daardoor zjn er langere wachttjden tot er warm water beschkbaar s. 26

27 Inbedrjfname Warmwaterhoeveelhed B Warmwaterhoeveelhed vergroten (max. 14 l/mn): draa de schroef op de waterschakelaar naar lnks (+). De utstroomtemperatuur wordt lager vanwege de grotere waterhoeveelhed. B Warmwaterhoeveelhed verklenen (mn. 8 l/mn): draa de schroef op de waterschakelaar naar rechts ( ). De utstroomtemperatuur wordt hoger vanwege de klenere waterhoeveelhed. Afb O 6.7 Zomerbedrjf (alleen warmwater) Met weersafhankeljke regelaar B Temperatuurregelaar op het toestel net verstellen. De regelaar schakelt op een bepaalde butentemperatuur automatsch de verwarmngspomp en daarmee ook de verwarmng ut. 6.9 Storngen Tjdens het gebruk kunnen storngen optreden. In de dsplay wordt een storng weergegeven en de toets kan knpperen. Wanneer de toets knppert: B Druk op de toets en houd deze vast tot n de dsplay wordt weergegeven. Het toestel treedt weer n werkng en de aanvoertemperatuur wordt weergegeven. Wanneer de toets net knppert: B Schakel het toestel ut en weer n. Het toestel treedt weer n werkng en de aanvoertemperatuur wordt weergegeven. Wanneer de storng zch net laat resetten: B Waarschuw dan uw nstallateur of servcebedrjf Pompblokkerngsbevelgng Een overzcht van eventuele storngen vndt u n de tabel op blz.44. Deze regelng verhndert het vast gaan ztten van de pomp na een lange stlstandsperode. Na edere pompafschakelng volgt een tjdsmetng om na ca. 24 uur de pomp voor 5 mnuten n te schakelen. Bj rumtetemperatuurregelaar B Temperatuurregelaar op het toestel geheel lnks omgedraad. De verwarmng s buten werkng. De warmwatervoorzenng, de verzorgng van de spannng voor de verwarmngsregelaars en schakelklokken bljven gehandhaafd. 6.8 Vorstbevelgng B Verwarmng n bedrjf laten. Bj warmwaterbolers zonder egen temperatuurregelaar (met NTC-voeler): B Draa de temperatuurregelaar helemaal naar lnks (10 C). Bj utgeschakelde verwarmng: B In het c.v water kan het antvresmddel Schllng ChemeFSK, BASF Glythermn NF of Alph 11 (Fernox) n gepaste volumen verhoudng toegevoegd worden (vorstbevelgng alleen voor de verwarmng). 27

28 Indvduele nstellng 7 Indvduele nstellng 7.1 Mechansche nstellngen Instellen van de aanvoertemperatuur De aanvoertemperatuur s tussen 35 C en 88 C nstelbaar. Bj vloerverwarmng op de maxmale toegelaten aanvoertemperatuur letten. Lage temperatuurbegrenzng De temperatuurregelaar op stand E begrenst. Bj deze begrenzng s de maxmale aanvoertemperatuur 75 C. Een nstellng van het vermogen op de berekende warmte behoefte s net noodzakeljk. Wjzgen lage temperatuurbegrenzng (E) Bj verwarmngsnstallates met een hogere aanvoertemperatuur kan de begrenzng erut genomen worden. B Gele knop van de temperatuurregelaar met een schroevendraaer los draaen Karaktersteken van de verwarmngspomp Toerental van de pomp op de aanslutkast van de pomp nstellen. H (bar) 0,7 0,6 0,5 0,4 0,3 0,2 0,1 In schakelaarstand 1 wordt bj de beredng van warm water net het maxmale vermogen overgedragen. Gebruk deze stand daarom zuver en alleen voor verwarmngstoestellen. A B C Q (l/h) O Afb. 45 B Zet de gele knop 180 gedraad weer n (punt naar bnnen gercht). De aanvoertemperatuur wordt net meer begrensd. Stand Aanvoertemperatuur 1 ca. 35 C 2 ca. 43 C 3 ca. 51 C 4 ca. 59 C 5 ca. 67 C E ca. 75 C max ca. 88 C Tabel 10 Afb. 46 A Instellng 3 B Instellng 2 C Instellng 1 H Rest opvoerhoogte Q Omloophoeveelhed (c.v. water) O 28

29 Indvduele nstellng 7.2 Instellen van de Bosch Heatronc Bosch Heatronc bedenen De Bosch Heatronc maakt één comfortabele nstellng mogeljk, tevens kan men veel toestelfunctes controleren. De beschrjvng beperkt zch tot de noodzakeljke functes bj het nbedrjf nemen. Een utvoerge beschrjvng vndt u n het Bosch Servce vademecum Afb. 47 Bedenngspaneel-overzcht 1 Druktoets servce 2 Druktoets schoorsteenveger 3 Temperatuur-regelknop aanvoer verwarmngstemperatuur 4 Temperatuur-regelknop Warmwater 5 Dsplay Servcefuncte kezen: O 4 Markeert u de stand van de temperatuurregelaars en. draat u de temperatuurregelaars na het nstellen terug op utgangsposte. De servcefuncte s zjn onderverdeeld n twee delen: Deel 1 omvat de servcefuncte s tot 4.9, het deel 2 omvat de servcefuncte s vanaf 5.0. B Om een servcefuncte ut deel 1 op te vragen: druktoets servce ndrukken en ngedrukt houden, tot op de dsplay verschjnt. B Om een servcefuncte ut deel 2 op te vragen: de druktoets servce en druktoets schoorsteenveger geljktjdg ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay = = verschjnt. B Temperatuurregelaar draaen, om de juste servcefuncte te kezen. Servcefuncte Code ze blz. Pompschakelng Boler opwarmen bel Antpendelprogramma Max. aanvoertemperatuur Schakeldfferente Automatsch antpendelprogramma Max. verw. vermogen Antpendeltjd warmhouden Ontluchtngsfuncte Sfonvulprogramma Tabel 11 Waarde nstellen B Om de waarde n te stellen, temperatuur regelknop warmwater draaen. B Waarde noteren op het nbedrjfname protokol. Inbedrjfname protokol Datum nbedrjfstellng Ingestelde gassoort Calor. waarde H B kwh/m 3 gashoeveelhed l/mn CO 2 bj max. nomnaal warmtevermogen % CO 2 bj mn. nomnaal warmtevermogen % Servcefuncte Instellngen aan de Bosch Heatronc 2.2 Pompschakelng 2.3 Boler opwarmen bel. kw 2.4 Antpendelprogramma mn 2.5 Max. aanvoertemp. C 2.6 Schakeldfferente K 2.7 Automatsch antpendelprogramma 5.0 Max. verw. vermogen kw 5.5 Mn. nomnaal warmtevermogen (cascade) kw 6.8 Antpendeltjd warmhouden mn Installateur nvullen NL (00.10) Afb. 48 Waarde vastleggen B Deel 1: druktoets servce ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay [] verschjnt. B Deel 2: druktoets servce en druktoets schoorsteenveger ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay [] verschjnt. 29

30 Indvduele nstellng Na het nstellen B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temperatuur draaen Pompschakelng kezen voor verwarmngsbedrjf (servcefuncte 2.2) Bj het aansluten van een weersafhankeljke regelng, wordt automatsch op pompschakelng 3 omgeschakeld. Verschllende pompschakelngen: Schakelstand 1 Voor nstallates zonder externe regelaar. De pomp wordt door de aanvoertemperatuurregelaar geschakeld. Schakelstand 2 (fabrekszjdge nstellng) Installates met rumtetemperatuurregelngen. De aanvoertemperatuurregelaar schakelt alléén gas, de pomp loopt door. De externe regelaar schakelt gas en pomp. Pomp en ventlator hebben een nadraatjd tussen 15 sec. en 3 mnuten. Schakelstand 3 De pomp wordt door de weersafhankeljke regelaar geschakeld. De pomp wordt door de regelaar geschakeld. Op zomerstand draat de pomp alléén tjdens warmwater beredng. B Toets ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay verschjnt. Toets brandt. B Ingestelde schakelstand nvullen op het nbedrjfname protokol, Afb. 48. B Toets ndrukken en ngedrukt houden, totdat op de dsplay [ ] verschjnt. De pompschakelstand s vastgelegd O Afb. 51 B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temepratuur draaen. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur Boler opwarmvermogen (servcefuncte 2.3) Het boler opwarmvermogen kan tussen het klenste en het maxmale opwarmvermogen (fabrekszjdge nstellng) ngesteld worden, afhankeljk van overdraagbare vermogen van de boler. Fabrekszjdge nstellng s het nomnale verwarmngsvermogen, aandudng 99 op de dsplay. B Toets ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay verschjnt. Toets brandt O Afb. 49 B Temperatuurregelaar verwarmng draaen tot 2.2 verschjnt. Na een korte tjd verschjnt de ngestelde pompschakelng op de dsplay O Afb. 52 B Temperatuurregelaar verwarmng draaen tot op de dsplay 2.3 verschjnt. Na een korte tjd verschjnt het ngestelde bolervermogen op de dsplay O O Afb. 50 B Temperatuurregelaar draaen, tot op de dsplay de gewenste pompschakelstand tussen 1, 2 of 3 verschjnt. De dsplay en de toets knpperen. Afb. 53 B Bolervermogen n kw: kan men door mddel van het kengetal ut de tabel verwarmng en bolervermogen (ze blz. 45) nstellen. B Temperatuurregelaar verdraaen tot op de dsplay het juste kengetal verschjnt. Dsplay en toets knpperen. 30

31 Indvduele nstellng B Gashoeveelhed meten en met de gegevens van het juste kengetal vergeljken. Bj afwjkngen kengetal corrgeren! B Boleropwarmvermogen op het bjbehorende nbedrjfname protocol (ze blz 29) nvullen. B Toets ndrukken en ngedrukt houden, totdat op dsplay [] verschjnt. Het boleropwarmvermogen s vastgelegd. B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay 2.4 verschjnt. Na korte tjd verschjnt de ngestelde antpendeltjd op de dsplay O Afb. 54 B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temepratuur draaen. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur Instellen van de antpendel blokkerng (servcefuncte 2.4) Deze servcefuncte s alleen actef wanneer servcefuncte 2.7 (automatsch antpendelprogramma) utgeschakeld s. Op het schakelpaneel kan het antpendelprogramma ndvdueel tussen 0 en 15 mnuten ngesteld worden (de fabrekafstellng s 3 mnuten). Bj 0 s het antpendelprogramma utgeschakeld. De kortste schakeltjd bedraagt 1 mnuut (advseren bj eenpjps-nstallates en luchtverwarmng) O Bj het aansluten van een weersafhankeljke regelaar s een nstellng net nodg. Het antpendelprogramma wordt door de regelaar overgenomen. Afb. 56 B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay de gewenste antpendelprogramma tussen 0 en 15 verschjnt. Dsplay en toets knpperen. B Het antpendelprogramma nvullen op het nbedrjfname protokol ze blz. 29. B Toets ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay [] verschjnt. De antpendelprogramma s vastgelegd O Afb. 57 B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temperatuur draaen. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur. B Toets ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay verschjnt. Toets brandt. Afb O 31

32 Indvduele nstellng Max. aanvoertemperatuur nstellen (servcefuncte 2.5) De maxmale aanvoertemperatuur kan tussen 35 C en 88 C (fabrekszjdge nstellng) begrenst worden. B Druktoets servce ndrukken en ngedrukt houden tot dat op de dsplay verschjnt. Toets brandt. De schakeldfferente s de toegestane afwjkng van de gevraagde aanvoertemperatuur. De schakeldfferente kan met stappen van 1 K ngesteld worden. Het nstelberek lgt tussen 0 en 30 K (fabrekszjdge nstellng: 0 K). De mnmale aanvoertemperatuur s 30 C. B Antpendel utschakelen (nstellng 0. ze punt 7.2.4). B Toets ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay verschjnt. Toets brandt O Afb. 58 B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay 2.5 verschjnt. Na korte tjd verschjnt de ngestelde aanvoertemperatuur op de dsplay O Afb. 61 B Temperatuurregelaar draaen tot op de dsplay 2.6 verschjnt. Na korte tjd verschjnt de ngestelde schakeldfferente op de dsplay O Afb. 59 B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay de gewenste maxmale aanvoertemperatuur tussen 35 en 88 verschjnt. B verschjnt. De dsplay en de toets knpperen. B Maxmale aanvoertemperatuur op het bjbehorende nbedrjfname protokol nvullen. B Toets ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay [] verschjnt. De maxmale aanvoertemperatuur s vastgelegd O Afb. 62 B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay de gewenste schakeldfferente tussen 0 en 30 verschjnt. Dsplay en toets knpperen. B ngestelde waarde noteren op het nbedrjfname protokol ze blz. 29. B Toets ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay [] verschjnt. De schakeldfferente s vastgelegd. Afb. 60 B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temperatuur draaen. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur Inschakelen van de schakeldfferente (servcefuncte 2.6) O Bj het aansluten van een weersafhankeljke regelaar s een nstellng net nodg. De schakeldfferente wordt door de regelaar overgenomen O Afb. 63 B Temperatuurregelaars en op de oorspronkeljk ngestelde temperatuur draaen. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur. 32

33 Indvduele nstellng Automatsch antpendelprogramma (servcefuncte 2.7) Bj aanslutng van een weersafhankeljke regelaar wordt het antpendelprogramma automatsch aangepast. Met servcefuncte 2.7 kan de automatsche aanpassng van het antpendelprogramma utgeschakeld worden. Dt kan noodzakeljk zjn bj een verwarmngsnstallate met ongunstge dmensonerng. Wanneer de aanpassng van het antpendelprogramma utgeschakeld s, moet het antpendelprogramma met servcefuncte 2.4 worden ngesteld (ze blz. 31.) Fabreksnstellng s 1 (ngeschakeld). B Druktoets servce ndrukken en ngedrukt houden totdat op de dsplay verschjnt. Toets brandt ECO Verwarmngsvermogen nstellen (servcefuncte 5.0) Het s mogeljk om het toestel verwarmngszjdg op de juste transmsseberekenng n te stellen. Het verwarmngsvermogen kan tussen mn. nomnaal warmtevermogen en max. nomnaal warmtevermogen op de specfeke warmtebehoefte worden begrenst. Ook bj een begrenst verwarmngsvermogen s bj het bereden van warm water of het opwarmen van de boler het max. nomnale warmtevermogen beschkbaar. De fabreksnstellng s het max. nomnale warmtevermogen. In de dsplay wordt 80 weergegeven. B Toetsen en ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay = = verschjnt. Toetsen en branden. 1 E 7 Afb. 64 B Temperatuurregelaar draaen totdat op de dsplay 2.7 verschjnt. Na korte tjd wordt n de dsplay 1. (ngeschakeld) weergegeven E /O ECO O Afb. 67 B Temperatuurregelaar draaen tot op de Dsplay 5.0 verschjnt. Na korte tjd verschjnt het ngesteld verwarmngsvermogen n procenten op de dsplay (80.= nomnaal vermogen). 7 Afb. 65 B Draa de temperatuurregelaar tot n de dsplay 0. (utgeschakeld) wordt weergegeven. Dsplay en toets knpperen. B Vul de utgeschakelde aanpassng van het antpendelprogramma n op het bjgevoegde n gebrukname protocol (ze blz. 29). B Druk op de toets en houd deze vast tot n de dsplay [] wordt weergegeven. Het automatsche antpendelprogramma s utgeschakeld E O ECO O Afb. 68 B Verwarmngsvermogen n kw kan men door mddel van het kengetal ut de tabel verwarmng en bolervermogen (ze blz. 45) te halen. B Temperatuurregelaar draaen tot op de dsplay de gewenste temperatuur verschjnt. De dsplay en de toetsen en knpperen. B Gashoeveelhed meten en met de gegevens van het juste kengetal vergeljken. Bj afwjkngen kengetal corrgeren! /O Afb. 66 B Draa de temperatuurregelaars en op de oorspronkeljke waarden. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur. 33

34 Indvduele nstellng B Toetsen en ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay [ ] verschjnt. Het verwarmngsvermogen s vastgelegd. B Draa de temperatuurregelaar tot n de dsplay de gewenste antpendeltjd wordt weergegeven. De dsplay en de toetsen en knpperen. B Druk tegeljkertjd op de toetsen en en houd deze vast tot n de dsplay [ ] wordt weergegeven. De antpendeltjd warmhouden s opgeslagen O Afb. 69 B Verwarmngsvermogen n kw op het n bedrjname protokol noteren, ze blz. 29. B Temperatuurregelaars en weer nstellen op de oorspronkeljke stand. Op de dsplay verschjnt de aanvoertemperatuur Antpendeltjd warmhouden bj HRC-gaswandketels (servcefuncte 6.8) In de comfortfuncte wordt bnnen het toestel het warme water voortdurend op de ngestelde temperatuur gehouden. Daarom wordt het toestel ngeschakeld wanneer de temperatuur beneden een bepaalde temperatuur daalt. Ter voorkomng van te vaak nschakelen kan met de servcefuncte "Antpendeltjd warmhouden" de tjdsduur tot aan de volgende nschakelng worden vastgelegd. Deze functe heeft geen nvloed op een normale warmwatervraag, maar betreft alleen het warmhouden n de comfortfuncte. De antpendeltjd kan worden ngesteld tussen 0 en 60 mnuten (fabreksnstellng: 0 mnuten). B Druk tegeljkertjd op de toetsen en en houd deze vast tot n de dsplay = = wordt weergegeven. De toetsen en zjn verlcht. Afb. 72 B Vul de ngestelde antpendeltjd warmhouden n het bjgevoegde n gebrukname protocol n (ze blz.þ29). B Draa de temperatuurregelaars en op de oorspronkeljke waarden. In de dsplay wordt de aanvoertemperatuur weergegeven Ontluchtngsfuncte (servcefuncte 7.3) Wanneer u het toestel voor het eerst nschakelt, wordt de ontluchtngsfuncte eenmalg utgevoerd. De verwarmngspomp wordt n ntervallen n- en utgeschakeld. Dt o duurt ca. 8 mnuten. In de dsplay wordt afwsselend o en de aanvoertemperatuur weergegeven. Open de automatsche ontluchter (27, bladz.24) en slut deze na het ontluchten weer O Na onderhoudswerkzaamheden kan de ontluchtngsfuncte worden ngeschakeld. B Toetsen en geljktjdg ndrukken en ngedrukt houden tot op de dsplay = = verschjnt. De toetsen en branden O Afb. 70 B Draa de temperatuurregelaar tot n de dsplay 6.8 wordt weergegeven. Na korte tjd wordt n de dsplay de ngestelde antpendeltjd weergegeven O Afb. 73 B Draa de temperatuurregelaar tot n de dsplay 7.3 wordt weergegeven. Na korte tjd wordt n de dsplay 0 weergegeven Afb O Afb O 34