VIESMANN VITOCELL. Ontwerphandleiding VITOCELL-H VITOCELL-V. Warmwaterboiler. Ordner Vitotec Ontwerphandleiding, Opbergen: register 7

Transcriptie

1 VIESMANN VITOCELL Warmwaterboiler Ontwerphandleiding Opbergen: Ordner Vitotec Ontwerphandleiding, register 7 Centrale tapwateropwarming met Viessmann warmwaterboilers VITOCELL-H Liggende warmwaterboilers: & van staal, met Ceraprotect- laag, inwendige verwarming & van roestvast staal, inwendige verwarming. VITOCELL-V Staande warmwaterboilers: & van staal, met Ceraprotect- laag, inwendige verwarming & van roestvast staal, uitwendige verwarming & van roestvast staal, inwendige verwarming 5/007

2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Productinformatie 1.1Productbeschrijving... 4 &Vitocell 100-H (type CHA) &Vitocell 300-H (type EHA) &Vitocell 100-V (type CVA) &Vitocell 100-V (type CVW) &Vitocell 300-V (type EVA) &Vitocell 300-V (type EVI) Warmteoverdrachtsvlak Garantie Technische gegevens.1 Technische gegevens van Vitocell 100-H &Technische gegevens &Doorstroomweerstanden &Continu vermogen Technische gegevens van Vitocell 300-H &Technische gegevens &Vitocell 300-H met 350 en 500 liter, als boilergroep &Doorstroomweerstanden &Continu vermogen Technische gegevens van Vitocell 100-V (type CVA) &Technische gegevens &Vitocell 100-V als boilergroep &Doorstroomweerstanden &Continu vermogen Technische gegevens van Vitocell 100-V (type CVW) &Technische gegevens &Doorstroomweerstanden Technische gegevens van Vitocell 300-V &Vitocell 300-V (type EVA), uitwendige verwarming &Doorstroomweerstanden (type EVA) &Continu vermogen &Vitocell 300-V (type EVI), inwendige verwarming &Vitocell 300-V (type EVI) als boilergroep &Doorstroomweerstanden (type EVI) &Continu vermogen Dimensionering 3.1 Dimensionering volgens continuvermogen &Vaststelling van de vereiste warmwaterboilers, voorbeeld &Vaststelling van de vereiste warmwaterboilers, voorbeeld Dimensionering volgens korte afname en continuvermogen &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in woongebouwen &Vaststelling van de in te zetten tappuntenbehoefte per tappunt dat in aanmerking wordt genomen &Berekening van het behoeftegetal N &KeteltoeslagZK... 4 &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in bedrijven... 4 &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in hotels, pensions en tehuizen &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in woonhuizen met geïntegreerde, in het bedrijfsleven gebruikte sauna &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in sporthallen &Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in combinatie met afstandsverwarmingen Installatie 4.1Aansluitingaantapwaterzijde &Vitocell 100-H en 300-H bis 00 liter inhoud &Vitocell 300-H vanaf 350 liter inhoud &Vitocell 100-V en 300-V &Aansluiting tapwaterzijde boilergroepen met Vitocell 300-H Aansluitingaanverwarmingszijde &Aansluitingaanverwarmingszijde &Aansluiting aan verwarmingszijde met retourtemperatuurbegrenzing Aansluitingcirculatieleidingbijboilergroep &Opstelling van de Vitocell 300-H als boilergroep &Opstelling van de Vitocell 300-H als boilergroep VIESMANN VITOCELL

3 Inhoudsopgave (vervolg) &Opstelling van de Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep &Opstelling van de Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep Dompelhulzen Index VITOCELL VIESMANN 3

4 Productinformatie 1.1 Productbeschrijving 1 Vitocell 100-H (type CHA) 130, 160 en 00 liter inhoud, inwendige verwarming Liggende warmwaterboiler met intern verwarmingsoppervlak. Boilercel en verwarmingsoppervlak uit staal, corrosiebestendig door Ceraprotect- laag en magnesiumbeschermingsanode. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-hardschuim geïsoleerd en met een plaatmantel omgeven, met epoxyhars gecoat, kleur vitozilver. Vitocell 300-H (type EHA) 160, 00, 350 en 500 liter inhoud, inwendige verwarming Liggende warmwaterboiler uit hooggelegeerd roestvast staal met intern verwarmingsoppervlak. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-hardschuim geïsoleerd en met een plaatmantel omgeven, met epoxyhars gecoat, kleur vitozilver. Boilergroepen Vitocell 300-H, 350 en 500 liter inhoud kunnen door verzamelleidingen aan tapwater- en verwarmingswaterzijde tot boilergroepen worden gecombineerd. De warmwaterboilers worden als afzonderlijke boilergroepen geleverd, daardoor gemakkelijke plaatsing. Vitocell 100-V (type CVA) 160, 00 en 300 liter inhoud, inwendige verwarming Staande warmwaterboiler met intern verwarmingsoppervlak. Boilercel en verwarmingsoppervlak uit staal, corrosiebestendig door Ceraprotect- laag en magnesiumbeschermingsanode. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-hardschuim geïsoleerd en met een plaatmantel omgeven, met epoxyhars gecoat, kleur vitozilver of wit. 500, 750 en liter inhoud, inwendige verwarming Staande warmwaterboiler met intern verwarmingsoppervlak. Boilercel en verwarmingsoppervlak uit staal, corrosiebestendig door Ceraprotect- laag en magnesiumbeschermingsanode. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-zachtschuim met kunststofcoating geïsoleerd, kleur vitozilver. Boilergroepen Vitocell 100-V, 300 tot 1000 liter inhoud kunnen door verzamelleidingen tot boilergroepen worden gecombineerd. Voor boilers tot 500 liter inhoud zijn verzamelleidingen aan tapwater- en verwarmingswaterzijde klaar voor montage leverbaar. Voor boilers met 750 en 1000 liter inhoud moeten de verzamelleidingen door de installateur worden uitgevoerd. De warmwaterboilers worden als afzonderlijke boilergroepen geleverd, daardoor gemakkelijke plaatsing. Vitocell 100-V (type CVW) 390 liter inhoud, inwendige verwarming Staande warmwaterboiler met intern verwarmingsoppervlak. Boilercel en verwarmingsoppervlak uit staal, corrosiebestendig door Ceraprotect- laag en magnesiumbeschermingsanode. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-zachtschuim met kunststofcoating geïsoleerd, kleur vitozilver. Vitocell 300-V (type EVA) 130, 160 en 00 liter inhoud, uitwendige verwarming Staande warmwaterboiler aan tapwaterzijde uit hooggelegeerd roestvast staal met extern verwarmingsoppervlak. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-hardschuim geïsoleerd en met een plaatmantel omgeven, met epoxyhars gecoat, kleur vitozilver. De Vitocell 300-V met 160 en 00 liter inhoud zijn ook in wit leverbaar. Vitocell 300-V (type EVI) 00 en 300 liter inhoud, inwendige verwarming Staande warmwaterboiler uit hooggelegeerd roestvast staal met intern verwarmingsoppervlak. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten geïsoleerd en met een plaatmantel omgeven, met epoxyhars gecoat, kleur vitozilver. 500 liter inhoud, inwendige verwarming Staande warmwaterboiler uit hooggelegeerd roestvast staal met intern verwarmingsoppervlak. De warmwaterboilers zijn langs alle kanten met PUR-zachtschuim met kunststofcoating geïsoleerd, kleur vitozilver. Boilergroepen Vitocell 300-V met 300 en 500 liter inhoud kunnen door verzamelleidingen aan tapwater- en verwarmingswaterzijde tot boilergroepen worden gecombineerd. Verzamelleidingen klaar voor montage zijn leverbaar. De warmwaterboilers worden als afzonderlijke boilergroepen geleverd, daardoor gemakkelijke plaatsing. 4 VIESMANN VITOCELL

5 Productinformatie (vervolg) 1. Warmteoverdrachtsvlak Het corrosiebestendige, beveiligde warmteoverdrachtsvlak van de Vitocell warmwaterboiler (tapwater/ warmtedrager) voldoet aan EN Garantie Onze garantie voor warmwaterboilers stelt de volgende voorwaarden voorop: & Het water dat moet worden opgewarmd heeft tapwaterkwaliteit volgens de geldige tapwaterverordening. & De aanwezige waterbehandelingsapparatuur functioneert naar behoren. Technische gegevens.1 Technische gegevens van Vitocell 100-H Technische gegevens Voor tapwateropwarming in combinatie met verwarmingsketels. & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 110 C & Tapwatertemperatuur tot 95 C & verwarmingswater werkdruk tot 10 bar & tapwater werkdruk tot 10 bar Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna genoemde l/h kw C verwarmingswaterdebiet kw C l/h C kw l/h Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 60 l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna genoemde l/h kw C verwarmingswaterdebiet kw C l/h Verwarmingswaterdebiet m 3 /h 3,0 3,0 3,0 voor de aangegeven constante vermogens Stand-by verlies* q BS bij 45 K temp. verschil kwh/4 h 1,0 1,30 1,50 Vermogenskengetal N L Boilerbevoorradingstemperatuur* 3 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur +50 K Boilerinhoud l Vermogenkengetal N L* 3 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C 1,3, 3,5 80 C 1,3, 3,5 70 C 1,1 1,6,5 *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen pagina 8. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven continu vermogen wordt alleen dan bereikt als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Productspecifieke kenwaarden voor het berekenen van de installatiebenutting. De waarden hebben betrekking op een ruimtetemperatuur van +0 C en een tapwatertemperatuur van 65 C en kunnen 5 % afwijken. *3 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 5

6 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenkengetal N L tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 ºC (constant) l VIESMANN VITOCELL

7 Doorstroomweerstanden Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde Weerstand waterzijde A 130 liter boilerinhoud B 160 en 00 liter boilerinhoud VITOCELL VIESMANN 7

8 Continu vermogen Vitocell 100-H met 130 liter inhoud Vitocell 100-H met 160 liter inhoud 8 VIESMANN VITOCELL

9 Vitocell 100-H met 00 liter inhoud. Technische gegevens van Vitocell 300-H Technische gegevens Voor tapwateropwarming in combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Geschikt voor installaties met: & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 00 C & verwarmingswater bedrijfsdruk tot 5 bar of verzadigde stoom met 1baroverdruk & tapwater werkdruk tot 10 bar VITOCELL VIESMANN 9

10 Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 l/h naar 45 C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur l/h kw C van bij hierna genoemde kw C verwarmingswaterdebiet l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 l/h naar 60 C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur l/h kw C van bij hierna genoemde kw verwarmingswaterdebiet 70 C l/h Verwarmingswaterdebiet voor de aangegeven constante vermogens m 3 /h 3,0 5,0 5,0 5,0 Continu vermogen kw ,5 bar bij tapwateropwarming van 10 l/h op 45 C en verzadigde kw stoom van met een max. dampsnelheid van 50 m/s 1,0 bar l/h Stand-by verlies* q BS bij 45 K temp. verschil kwh/4 h 1,0 1,30 1,90,30 Vermogenskengetal N L Boilerbevoorradingstemperatuur* 3 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Vermogenkengetal N L bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur* 90 C,3 6,6 1,0 3,5 80 C, 5,0 1,0 1,5 70 C 1,8 3,4 10,5 19,0 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen vanaf pagina 13. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Productspecifieke karakteristiek voor het berekenen van het installatiebenuttingsgetal. De waarden hebben betrekking op een ruimtetemperatuur van +0 C en een tapwatertemperatuur van 65 C en kunnen met 5 % afwijken. *3 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. 10 VIESMANN VITOCELL

11 Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l Vitocell 300-H met 350 en 500 liter, als boilergroep De volgende 3 combinatiemogelijkheden worden als aanbeveling genoemd. Let op de maximale stapelhoogte. Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilercellen 3 Inhoud van de afzonderlijke boilercellen l Plaatsing Stapelhoogte max. max. 3 Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 C en l/h verwarmingswater-aanvoertemperatuur kw C van bij hierna genoemde verwarmingswaterdebiet l/h kw C l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 60 C en l/h verwarmingswater-aanvoertemperatuur kw C van bij hierna genoemde verwarmingswaterdebiet l/h kw C l/h Verwarmingswaterdebiet voor de aangegeven constante vermogens m 3 /h Continu vermogen bij tapwateropwarming van 10 op 45 C en verzadigde stoom van met een max. dampsnelheid van 50 m/s 0,5 bar 1,0 bar kw l/h kw l/h Vermogenskengetal N L Boilerbevoorradingstemperatuur* +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Inhoud van de boilergroep l Vermogenkengetal N L* bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C C Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenkengetal N L tapwateropwarming van 10 tot 45 C Inhoud van de boilergroep l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven continu vermogen wordt alleen dan bereikt als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 11

12 Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Inhoud van de boilergroep l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Inhoud van de boilergroep l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l Doorstroomweerstanden C 350 liter boilerinhoud D 500 liter boilerinhoud Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde A 160 en 00 liter boilerinhoud B 350 en 500 liter boilerinhoud Weerstand waterzijde A 160 liter boilerinhoud B 00 liter boilerinhoud 1 VIESMANN VITOCELL

13 Continu vermogen Vitocell 300-H met 160 liter inhoud Vitocell 300-H met 00 liter inhoud VITOCELL VIESMANN 13

14 Vitocell 300-H met 350 liter inhoud 14 VIESMANN VITOCELL

15 Vitocell 300-H met 500 liter inhoud VITOCELL VIESMANN 15

16 .3 Technische gegevens van Vitocell 100-V (type CVA) Technische gegevens Voor tapwateropwarming in combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen Warmwaterboiler met 300 tot 1000 inhoud met elektrische verwarming als accessoire. & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 160 C & verwarmingswater werkdruk tot 5 bar & tapwater werkdruk tot 10 bar Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna l/h kw C genoemde verwarmingswaterdebiet kw C l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna l/h kw C genoemde verwarmingswaterdebiet kw C l/h Verwarmingswaterdebiet m 3 /h 3,0 3,0 3,0 3,0 5,0 5,0 voor de aangegeven constante vermogens Stand-by verlies* q BS bij 45 K temp. verschil kwh/4 h 1,50 1,70,0 3,0 3,70 4,30 Vermogenskengetal N L Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerbevoorradingstemperatuur* 3 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Vermogenkengetal N L* 3 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C,5 4,0 9,7 1,0 40,0 45,0 80 C,4 3,7 9,3 19,0 34,0 43,0 70 C, 3,5 8,7 16,5 6,5 40,0 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerinhoud l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen vanaf pagina. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Productspecifieke kenwaarden voor het berekenen van de installatiebenutting. *3 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. 16 VIESMANN VITOCELL

17 Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l Vitocell 100-V als boilergroep Boilergroep met Vitocell 100-V met 300 en 500 liter inhoud De warmwaterboilers met 300 en 500 liter inhoud kunnen tot boilergroepen t.e.m. resp. 3 cellen worden gecombineerd. De verwarmingswater- en tapwaterverzamelleidingen kunnen door de fabriek geleverd worden. Deze moeten apart besteld worden. Voorbeeld: 500 liter inhoud Boilergroepen met meer dan 3 cellen kunnen uit meerdere boilergroepen tot max. 3 cellen gevormd worden. De verwarmingswater- en tapwaterverbinding van deze boilergroepen moeten door de installateur aangebracht worden. Zijaanzicht en bovenaanzicht E Aftap (binnenschroefdraad R ½) EL Ontluchting (binnenschroefdraad R ½) HR Verwarmingswaterretour HV Verwarmingswateraanvoer KW Koud water WW Warm water Z Circulatie VITOCELL VIESMANN 17

18 Maattabel Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 a mm b mm c mm d mm f mm g mm h mm k mm r mm s mm t mm Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Plaatsing \\ \\ \\\ Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur l/h van kw C bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet l/h kw C l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 60 C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur l/h van kw C bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet l/h kw C l/h Verwarmingswaterdebiet m 3 /h voor de aangegeven constante vermogens Vermogenskengetal N L Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerbevoorradingstemperatuur* +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Vermogenkengetal N L* bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven continu vermogen wordt alleen dan bereikt als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. 18 VIESMANN VITOCELL

19 Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l Boilergroep met Vitocell 100-V met 750 en 1000 liter inhoud De warmwaterboilers met 750 en 1000 liter inhoud kunnen tot boilergroepen t.e.m. resp. 3 cellen worden gecombineerd. De verwarmingswater- en tapwaterverzamelleidingen moeten door de fabriek geleverd worden. Boilergroepen met meer dan 3 cellen kunnen uit meerdere boilergroepen tot max. 3 cellen gevormd worden. De verwarmingswater- en tapwaterverbinding van deze boilergroepen moeten door de installateur aangebracht worden. Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Plaatsing \\ \\ \\\ Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 C l/h en verwarmingswater-aanvoertemperatuur kw C van l/h bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet l/h kw C 60 C kw l/h C kw l/h Continu vermogen kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 60 C l/h en verwarmingswater-aanvoertemperatuur kw C van l/h bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet kw C l/h Verwarmingswaterdebiet voor de aangegeven constante vermogens m 3 /h *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven continu vermogen wordt alleen dan bereikt als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. VITOCELL VIESMANN 19

20 Vermogenskengetal N L Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerbevoorradingstemperatuur* 1 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Vermogenkengetal N L* 1 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Zonder retourtemperatuurbegrenzing Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l *1 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. 0 VIESMANN VITOCELL

21 Doorstroomweerstanden Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde Weerstand waterzijde A 160 en 00 liter boilerinhoud B 300 liter boilerinhoud C 500 liter boilerinhoud D 750 liter boilerinhoud E 1000 liter boilerinhoud A 160 en 00 liter boilerinhoud B 300 liter boilerinhoud C 500 liter boilerinhoud D 750 liter boilerinhoud E 1000 liter boilerinhoud VITOCELL VIESMANN 1

22 Continu vermogen Vitocell 100-V met 160 en 00 liter inhoud Vitocell 100-V met 500 liter inhoud Vitocell 100-V met 300 liter inhoud VIESMANN VITOCELL

23 Vitocell 100-V met 750 liter inhoud Vitocell 100-V met 1000 liter inhoud.4 Technische gegevens van Vitocell 100-V (type CVW) Technische gegevens Van tapwateropwarming in combinatie met warmtepompen en zonnecollectoren. Ook geschikt voor verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Geschikt voor installaties met: & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 110 C & Tapwatertemperatuur tot 95 C & Stook- en tapwater bedrijfsdruk tot 10 bar Boilerinhoud l 390 Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 C en l/h 678 verwarmingswater-aanvoertemperatuur van kw C bij hierna genoemd verwarmingsdebiet l/h C kw 77 l/h C kw 48 l/h C kw 6 l/h 639 *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de warmtegenerator het continu vermogen is. VITOCELL VIESMANN 3

24 Boilerinhoud l 390 Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 60 C en l/h 1686 verwarmingswater-aanvoertemperatuur van kw C bij hierna genoemd verwarmingsdebiet l/h C kw 54 l/h 99 Verwarmingswaterdebiet voor de aangegeven vermogens m 3 /h 3,0 Max. aansluitbaar vermogen van een warmtepomp kw 16 bij 55 C verwarmingswateraanvoer- en 45 C warmwatertemparatuur resp. 65 C verwarmingswateraanvoer- en 55 C warmwatertemperatuur Op de zonnewarmtewisselaarset (accessoire) max. aansluitbaar collectoraantal/absorberoppervlak Vitosol 00-F stuks 5 Vitosol 00-T/300-T m 6 Stand-by verlies q BS* bij 45 K temperatuurverschil kwh/4 h,78 Vermogenskengetal N L in combinatie met een warmtepomp Boilerinhoud l 390 Vermogenkengetal N L* 3 bij boilerbevoorradingstemperatuur 45 C,4 50 C 3,0 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) in combinatie met een warmtepomp Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l 390 Kortstondig vermogen (l/10 min) bij boilerbevoorradingstemperatuur 45 C C 30 Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) in combinatie met een warmtepomp Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l 390 Max. taphoeveelheid (l/min) bij boilerbevoorradingstemperatuur 45 C 1 50 C 3 Tapbare waterhoeveelheid in combinatie met een warmtepomp Boilervolume op 45 C opgewarmd. Zonder naverwarming Boilerinhoud l 390 Taphoeveelheid l/min 15 Tapbare watervolume Boilervolume op 45 C opgewarmd, l 80 Water met t = 45 ºC (constant) Boilervolume op 55 C opgewarmd, Water met t = 55 ºC (constant) l 80 *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de warmtegenerator het continu vermogen is. * Productspecifieke kenwaarde voor het berekenen van de installatiebenutting. *3 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. 4 VIESMANN VITOCELL

25 Vermogenkengetal N L In combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Boilerbevoorradingstemperatuur* 1 = koud water-inlaattemperatuur K/ 0 K K Boilerinhoud l 390 Vermogenkengetal N L* 1 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C 16,5 80 C 15,5 70 C 1,0 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) In combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Bij een vermogenskengetal N L tapwateropwarming van 10 tot 45 C zonder retourtemperatuurbegrenzing. Boilerinhoud l 390 Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C 455 Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) In combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Bij een vermogenskengetal N L, met naverwarming, tapwateropwarming van 10 tot 45 C. Boilerinhoud l 390 Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C 5 70 C 46 Tapbare watervolume In combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen. Boilervolume op 60 C opgewarmd. Zonder naverwarming Boilerinhoud l 390 Taphoeveelheid l/min 15 Tapbare watervolume l 80 Water met t = 60 ºC (constant) *1 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 5

26 Doorstroomweerstanden Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde Weerstand waterzijde.5 Technische gegevens van Vitocell 300-V Vitocell 300-V (type EVA), uitwendige verwarming Voor tapwateropwarming in combinatie met verwarmingsketels. Geschikt voor installaties met: & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 110 C & verwarmingswater werkdruk tot 3bar & tapwater werkdruk tot 10 bar Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna l/h kw C genoemd verwarmingsdebiet kw C l/h C kw l/h C kw l/h *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen vanaf pagina 9. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. 6 VIESMANN VITOCELL

27 Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij hierna l/h kw C genoemd verwarmingsdebiet kw C l/h Verwarmingswaterdebiet m 3 /h 3,0 3,0 3,0 voor de aangegeven constante vermogens Stand-by verlies* q BS bij 45 K temp. verschil kwh/4 h 1,30 1,40 1,60 Vermogenskengetal N L Boilerbevoorradingstemperatuur* 3 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Vermogenkengetal N L* 3 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C,4 3,3 6,8 80 C 1,9,9 5, 70 C 1,4,0 3, Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd zonder naverwarming Boilerinhoud l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume l Watermett=60 C (constant) *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen vanaf pagina 9. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. * Productspecifieke kenwaarde voor berekening van de gebouw-warmtefactor. *3 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 7

28 Doorstroomweerstanden (type EVA) Weerstand waterzijde Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde 8 VIESMANN VITOCELL

29 Continu vermogen Vitocell 300-V (type EVA) met 130 liter inhoud Vitocell 300-V (type EVA) met 160 liter inhoud VITOCELL VIESMANN 9

30 Vitocell 300-V (type EVA) met 00 liter inhoud Vitocell 300-V (type EVI), inwendige verwarming Voor tapwateropwarming in combinatie met verwarmingsketels, afstandsverwarmingen en laagtemperatuur-verwarmingssystemen, naar keuze met elektrische verwarming. Geschikt voor installaties met: & verwarmingswater-aanvoertemperatuur tot 00 C & verwarmingswater werkdruk tot 5 bar & tapwater werkdruk tot 10 bar Boilerinhoud l Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van l/h kw C bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet kw C l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar l/h C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van l/h kw C bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet kw C l/h *1 Continuvermogen bij een ander verwarmingswaterdebiet zie diagrammen vanaf pagina 9. Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven constante vermogen wordt alleen dan bereikt, als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. 30 VIESMANN VITOCELL

31 Boilerinhoud l Verwarmingswaterdebiet m 3 /h 5,0 5,0 6,5 voor de aangegeven constante vermogens Stand-by verlies* 1 q BS bij 45 K temp. verschil kwh/4 h 1,60,00 3,00 Vermogenskengetal N L volgens Boilerbevoorradingstemperatuur* +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Vermogenkengetal N L* bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C 6,8 13,0 1,5 80 C 6,0 10,0 1,5 70 C 3,1 8,3 18,0 Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume l Water met t = 60 C (constant) Vitocell 300-V (type EVI) als boilergroep De warmwaterboilers met 300 en 500 liter inhoud kunnen tot boilergroepen t.e.m. resp. 3 cellen worden gecombineerd. De verwarmingswater- en tapwaterverzamelleidingen kunnen door de fabriek geleverd worden. Deze moeten apart besteld worden. Boilergroepen met meer dan 3 cellen kunnen uit meerdere boilergroepen tot max. 3 cellen gevormd worden. De verwarmingswater- en tapwaterverbinding van deze boilergroepen moeten door de installateur aangebracht worden. *1 Productspecifieke kenwaarden voor het berekenen van de installatiebenutting. * Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 31

32 Zijaanzicht en bovenaanzicht E Aftap aan tapwaterzijde (binnenschroefdraad R ½) EL Ontluchting (binnenschroefdraad R ½) HR Verwarmingswaterretour HV Verwarmingswateraanvoer KW/E Koud water en aftap aan tapwaterzijde WW Warm water Z Circulatie Maattabel Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 a mm b mm c mm d mm e mm f mm g mm h mm i mm k mm l mm Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Plaatsing \\ \\ \\\ Continu vermogen* 1 kw C bij tapwateropwarming van 10 naar 45 C l/h en verwarmingswater-aanvoertemperatuur kw C van l/h bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet kw C l/h C kw l/h C kw l/h Continu vermogen bij tapwateropwarming van 10 naar 60 C en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van bij het hieronder vermelde verwarmingswaterdebiet 90 C 80 C 70 C kw l/h kw l/h kw l/h *1 Bij het ontwerp van het aangeduide of berekende constant vermogen moet een geschikte circulatiepomp worden voorzien. Het aangegeven continu vermogen wordt alleen dan bereikt als het nom. vermogen van de verwarmingsketel het continu vermogen is. 3 VIESMANN VITOCELL

33 Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Verwarmingswaterdebiet voor de aangegeven constante vermogens m 3 /h ,5 Vermogenskengetal N L Boilerbevoorradingstemperatuur* 1 +5 K/ 0 K = koud water-inlaattemperatuur + 50 K Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Vermogenkengetal N L* 1 bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Kortstondig vermogen (l/10 min) bij verwarmingswateraanvoertemperatuur 90 C C C Max. taphoeveelheid (gedurende 10 minuten) Bij een vermogenskengetal N L Met naverwarming Tapwateropwarming van 10 tot 45 C Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Max. taphoeveelheid (l/min) bij verwarmingswater-aanvoertemperatuur 90 C C C Tapbare watervolume Boilerinhoud op 60 C opgewarmd Zonder naverwarming Boilerinhoud l Totale inhoud van de boilergroep l Aantal boilers 3 Taphoeveelheid l/min Tapbare watervolume Water met t = 60 C (constant) l *1 Het warmwater-vermogenskengetal N L verandert met de boilerbevoorradingstemperatuur Tsp. Richtwaarden: Tsp = 60 C 1,0 N L,Tsp=55 C 0,75 N L,Tsp=50 C 0,55 N L,Tsp=45 C 0,3 N L. VITOCELL VIESMANN 33

34 Doorstroomweerstanden (type EVI) Doorstroomweerstand aan tapwaterzijde Weerstand waterzijde A 300 en 500 liter boilerinhoud B 00 liter boilerinhoud 34 VIESMANN VITOCELL

35 Continu vermogen Vitocell 300-V (type EVI) met 00 liter inhoud Vitocell 300-V (type EVI) met 300 liter inhoud 1,, 3 zie voorbeeldberekening in het hoofdstuk Dimensionering VITOCELL VIESMANN 35

36 Vitocell 300-V (type EVI) met 500 liter inhoud 3 Dimensionering 3.1 Dimensionering volgens continuvermogen De dimensionering volgens continuvermogen vindt plaats, als uit de warmwaterboiler voortdurend warm water moet worden ontnomen en wordt daarom meestal bedrijfsmatig gebruikt. Vaststelling van de vereiste warmwaterboilers, voorbeeld 1 Voorwaarden: & Continuvermogen in liter/h of kw & Warmwater-uittredetemperatuur in C & Koudwater-inlaattemperatuur in C & Verwarmingswater-aanvoertemperatuur in C De vaststelling van de vereiste warmwaterboilers (inhoud en aantal) evenals de doorzet aan verwarmingswaterzijde en de opvoerhoogte van de circulatiepomp voor de boilerverwarming gebeurt met behulp van de Technische gegevens van de warmwaterboiler. De dimensionering van de warmwaterboilers gebeurt op dezelfde manier. De methode wordt in het volgende voorbeeld weergegeven. 36 VIESMANN VITOCELL

37 Dimensionering (vervolg) Voorbeeld: In een industrieel bedrijf zijn bij de productie 4100 liter/h warm water met 60 C nodig. Door de verwarmingsketels staat een verwarmingswateraanvoertemperatuur van 90 C ter beschikking. De koudwater-inlaattemperatuur bedraagt 10 C. Continuvermogen = 4100 liter/h Warmwater-uittredetemp. = 60 ºC Koudwater-inlaattemp. = 10 ºC Verwarmingswater-aanvoertemp. = 90 ºC Vaststelling van aantal en grootte van de warmwaterboilers In de Technische gegevens van de warmwaterboiler Vitocell 300-V (pagina 3) vindt u in de regel 1 continuvermogen van 10 naar 60 ºC en verwarmingswater-aanvoertemperatuur van 90 ºC onder inhoud van de afzonderlijke boilercel = 500 liter en aantal van de boilercellen = 3 een continuvermogen van 4179 liter/h. Geselecteerde warmwaterboilers: 3 Vitocell 300-V (type EVI) met telkens 500 liter inhoud. Het continuvermogen van de geselecteerde warmwaterboilers moet minstens gelijk zijn aan het vereiste continuvermogen. Vaststelling van het verwarmingswaterdebiet Voor het vastgestelde continuvermogen moet een warmtevermogen van 43 kw ter beschikking worden gesteld (zie Technische gegevens pagina 33). Het daarvoor benodigde verwarmingswaterdebiet kan in de regel in de kolom van de geselecteerde warmwaterboilers worden afgelezen - verwarmingswaterdebiet = 19,5 m 3 /h; d.w.z. de circulatiepomp voor de boilerverwarming moet voor een verwarmingswaterdebiet van 19,5 m 3 /h worden gedimensioneerd. Vaststelling van de weerstand waterzijde Voor de weerstandsberekening van de volledige installatie moet voor de verwarmingswateraanvoer- en retourleiding (afsluiters, bochten, enz.) evenals voor de warmtegenerator worden rekening gehouden met het totale debiet van 19,5 m 3 /h. Bij parallelle schakeling van meerdere boilercellen is de totale weerstand gelijk aan de afzonderlijke weerstand van een boilercel. De waterzijdige weerstand van de warmwaterboiler voor de opvoerhoogte van de circulatiepomp voor de boilerverwarming wordt als volgt vastgesteld: Omdat de 3 boilercellen parallel geschakeld zijn, heeft elke boilercel een verwarmingswaterdebiet van 6,5 m 3 /h (zie volgende afb.). Uit het diagram op pagina 34 Waterzijdige weerstand voor Vitocell 300-V (Type EVI) kan nu voor het verwarmingswaterdebiet van 6500 liter/h via de rechte lijn van de boilercel met 500 liter inhoud een weerstand van 400mbar worden afgelezen. A Verwarmingswateraanvoer B Verwarmingswaterretour Resultaat: Verwarmingswaterdebiet totaal = 19,5 m 3 /h Verwarmingswaterdebiet pro cel = 6,5 m 3 /h Waterzijdige weerstand van de warmwaterboiler = 400 mbar Dimensionering van de circulatiepomp voor de boilerverwarming De circulatiepomp voor de boilerverwarming moet een verwarmingswaterhoeveelheid van 19,5 m 3 /h transporteren en de waterzijdige weerstand voor de 3 boilercellen 400 mbar plus de weerstanden van de warmtegenerator, van de buisleidingen tussen de boilercellen en warmtegenerator evenals de afzonderlijke weerstanden van fittingen en armaturen overwinnen. Algemeen geldt: Als het ter beschikking staande ketelvermogen ² K resp. Φ K (conform EN 1831) kleiner is dan het continuvermogen² Sp. resp. Φ Sp. volstaat het de circulatiepomp voor de boilerverwarming op de overdracht van het ketelvermogen te dimensioneren. Als het ketelvermogen echter groter is dan het continuvemogen ² Sp. resp. Φ Sp., dan kan de circulatiepomp voor de boilerverwarming maximaal op het continuvermogen worden gedimensioneerd. 3 Vaststelling van de vereiste warmwaterboilers, voorbeeld Voorwaarden: & Vereist continuvermogen in kw of in liter/h (omrekening vereist) & Warmwater-uittredetemperatuur in C & Koudwater-inlaattemperatuur in C & Verwarmingswater-aanvoertemperatuur in C & Verwarmingswater-retourtemperatuur in C Omrekening van het continuvermogen van liter/h naar kw ² vereist resp. Φ vereist = Continuvermogen in kw μ WW = Continuvermogen in liter/h c = spec. warmtecapaciteit Voorbeeld: Vereist continuvermogen = 3000 liter/h Verwarmingswater-aanvoertemperatuur = 80 ºC Verwarmingswater-retourtemperatuur = 60 ºC Verwarmingswater-temperatuurverschil = 80 ºC 60 ºC = 0 K Koudwater-inlaattemperatuur = 10 ºC Warmwater-uittredetemperatuur = 45 ºC Op basis van de bouwkundige situatie moet een staande warmwaterboiler worden ingezet. Omrekening van het continuvermogen van liter/h naar kw ΔT WW = Temperatuurverschil tussen warmwater-uittredetemperatuur en koudwater-inlaattemperatuur in K ² vereist resp. Φ vereist = μ WW c ΔT WW De keuze van de vereiste boilergrootte en het aantal vereiste warmwaterboilers kan met behulp van de continuvermogen-diagrammen van de overeenkomstige warmwaterboilers worden bepaald. VITOCELL VIESMANN 37

38 Dimensionering (vervolg) Vaststelling van het continuvermogen van de verschillende boilergrootten Omdat de vaststelling voor alle boilergrootten op dezelfde manier gebeurt, wordt vervangend voor alle boilergrootten de vaststelling van het continuvermogen voor de warmwaterboiler Vitocell 300-V met 300 liter inhoud uitgevoerd (zie ook pagina 35, Vitocell 300-V met 300 liter inhoud). Trek van de horizontale as uit bij 0 K (punt 1) een verticale lijn naar boven. Het snijpunt met de curve van de gewenste tapwateropwarming (van 10 C naar 45 C) bij een verwarmingswater-aanvoertemperatuur van 80 C levert het punt op. Trek van het punt uit een horizontale lijn. Het snijpunt met de verticale as levert het punt 3 op. In het punt 3 kan nu het continuvermogen van de warmwaterboiler met 54 kw worden afgelezen. Voor de verschillende boilergrootten is het continuvermogen bij de gegeven gegevens in de volgende tabel opgesomd: Vereist aantal warmwaterboilers = Vaststelling van het vereiste waterzijdige debiet μ HW = waterzijdig debiet in liter/h ² vereist resp. Φ vereist = Vereist continuvermogen in kw ΔT HW = verwarmingswatertemperatuurverschil in K c = spec. warmtecapaciteit 3 Warmwaterboiler Continuvermogen ² Sp. resp. Φ Sp.. Vitocell 100-V met 160 liter 3 kw 00 liter 3 kw 300 liter 38 kw 390 liter 10 kw 500 liter 47 kw 750 liter 93 kw 1000 liter 108 kw Vitocell 300-V met 130 liter (type EVA) 19 kw 160 liter (type EVA) 0 kw 00 liter (type EVA) 41 kw 00 liter (type EVI) 43 kw 300 liter (type EVI) 54 kw 500 liter (type EVI) 55 kw Vaststelling van het vereist aantal warmwaterboilers van een gegeven grootte n = Vereist aantal warmwaterboilers ² vereist resp. Φ vereist = Vereist continuvermogen in kw ² Sp. resp. Φ Sp. = Continuvermogen van de geselecteerde warmwaterboilers in kw Met het uitgerekend waterzijdig debiet kan nu, zoals in het voorbeeld op pagina 37 is beschreven, de waterzijdige weerstand met behulp van het diagram Vitocell 300-V (type EVI) op pagina 34 worden bepaald. Resultaat: Waterzijdige weerstand van de warmwaterboiler = 80 mbar. 3. Dimensionering volgens korte afname en continuvermogen De dimensionering volgens korte afname (10-minuten-vermogen) wordt gebruikt, als een bepaalde hoeveelheid warm water gedurende korte tijd ter beschikking moet worden gesteld en aansluitend gedurende een langere periode voor het opwarmen ter beschikking moet staan, zoals bijv. in bedrijven, scholen of in het huishouden om te wassen en te douchen (drukke tijd). Het zogenoemde 10-minuten-vermogen wordt bijna uitsluitend door de bevoorrade waterhoeveelheid (inhoud) bepaald. Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in woongebouwen Om de behoefte te kunnen bepalen werd het begrip eenheidswoning gedefinieerd: De eenheidswoning is een uit statistische waarden bepaalde woning met behoeftekengetal N = 1: & Ruimteaantal r = 4 ruimtes, & Personenaantal p = 3,5 personen & Tappuntenbehoefte w v = 580 Wh/afname voor een badkuip Voor de behoefte te kunnen bepalen worden de volgende gegevens vereist a) Alle sanitaire voorzieningen van alle verdiepingen (volgens de bouwtekening of volgens de informatie van de architect resp. opdrachtgever) 38 VIESMANN VITOCELL

39 Dimensionering (vervolg) b) Aantal verblijfruimtes (ruimteaantal) zonder bijruimtes zoals keuken, hal, gang, badkamer en berghok (volgens de bouwtekening of volgens de informatie van de architect resp. opdrachtgever) c) Aantal personen per woning (personenaantal). Als het aantal personen per woning niet kan worden bepaald, kan via het ruimteaantal r van de betreffende woning met behulp van tabel 1 een statistisch personenaantal p worden bepaald. Vaststelling van het personenaantal p Uit deze tabel kan het personenaantal p worden vastgesteld, als het aantal personen per woning niet kan worden bepaald. Tabel 1 Ruimteaantal r Personenaantal p 1,0,0* 1 1,5,0* 1,0,0* 1 Ruimteaantal r Personenaantal p,5,3 3,0,7 3,5 3,1 4,0 3,5 4,5 3,9 5,0 4,3 5,5 4,6 6,0 5,0 6,5 5,4 7,0 5,6 3 Vaststelling van de tappunten waarmee bij de behoefteberekening moet worden rekening gehouden De tappunten waarmee bij de behoefteberekening moet worden rekening gehouden kunnen afhankelijk van de inrichting van de woning (normaal of comfort) uit de tabellen of 3 worden afgelezen. Tabel - Woning met normale inrichting Voorhanden inrichting per woning Mee rekening houden bij bepaling van behoefte Ruimte Inrichting Badkamer 1 badkuip 140 liter (volgens tabel 4 nr. 1, op pagina 39) 1 badkuip 140 liter (volgens tabel 4 nr. 1, op pagina 39) of 1 douchecabine met/zonder mengkraan en normale sproeier 1 wasbak geen rekening mee houden Keuken 1 keukenaanrecht geen rekening mee houden Tabel 3 - Woning met comfortabele inrichting Voorhanden inrichting per woning Mee rekening houden bij bepaling van behoefte Ruimte Inrichting Badkamer Badkuip* zoals voorhanden volgens tabel 4, nr. tot 4 Douchecabine* zoals voorhanden, incl. evt. extra inrichting volgens tabel 4, nr. 6 of 7, als op het gebied van de inrichting een gelijktijdig gebruik mogelijk is.* 3 Wastafel* geen rekening mee houden Bidet geen rekening mee houden Keuken 1 keukenaanrecht geen rekening mee houden Logeerkamer Badkuip per logeerkamer: zoals voorhanden, volgens tabel 4, nr. 1 tot 4, met 50 % van de tappuntenbehoefte w v of Douchecabine zoals voorhanden, incl. evt. extra inrichting volgens tabel 4, nr. 5 tot 7, met 100 % van de tappuntenbehoefte w v Wastafel met 100 % van de tappuntenbehoefte w v volgens tabel 4* 4 Bidet met 100 % van de tappuntenbehoefte w v volgens tabel 4* 4 Vaststelling van de in te zetten tappuntenbehoefte per tappunt dat in aanmerking wordt genomen De resp. tappuntenbehoefte w v van het tappunt dat voor de berekening van het behoeftegetal N moet worden ingezet, kan uit de tabel 4 worden afgelezen. Tabel 4 - Tappuntenbehoefte w v Nr. Sanitaire voorziening resp. tappunt Afkorting Afnamehoeveelheid per keer resp. nuttige inhoud in liter 1 Badkuip NB Badkuip NB Klein ligbad en getrapt ligbad KB Grote badkuip (1800 mm 750 mm) GB Tappuntenbehoefte w v per afname in Wh *1 Als in het te voorziene woongebouw voornamelijk 1- en/of -kamerwoningen voorhanden zijn, moet het personenaantal p voor die woningen met 0,5 worden verhoogd. * Grootte afwijkend van de normale inrichting. *3 Als geen badkuip voorhanden is, wordt zoals bij de normale inrichting i.p.v. een douchecabine een badkuip (zie tabel 4, nr. 1) genomen, tenzij dat de tappuntenbehoefte van de douchecabine groter is dan die van de badkuip (bijv. luxesproeier). Als er meerdere verschillende douchecabines voorhanden zijn, wordt voor de douchecabine met de grootste tappuntenbehoefte minstens één badkuip genomen. *4 Voor zover de logeerkamer geen badkuip of douchecabine heeft. VITOCELL VIESMANN 39

40 Dimensionering (vervolg) Nr. Sanitaire voorziening resp. tappunt Afkorting Afnamehoeveelheid per keer resp. nuttige inhoud in liter Tappuntenbehoefte w v per afname in Wh 5 Douchecabine* 1 met mengkraan en waterbesparende BRS 40* 1630 sproeier 6 Douchecabine* 1 met mengkraan en normale BRN 90* 3660 sproeier* 3 7 Douchecabine* 1 met mengkraan en luxesproeier* 4 BRL 180* Wastafel WT Bidet BD Handwasbak HT Aanrecht voor keuken SP Voor badkuipen waarvan de inhoud enorm afwijkt, moet de tappuntenbehoefte w v volgens de formule w v =c V ΔTinWhworden bepaald en in de berekening worden ingevoegd (ΔT =35K). Berekening van het behoeftegetal N 3 In het kader van de vaststelling van de warmtebehoefte voor warm water van alle te voorziene woningen vindt er een omrekening plaats naar de warmtebehoefte voor warm water van de eenheidswoning. Voor de eenheidswoning werden de volgende kenmerken overeengekomen: 1. Ruimteaantal r = 4 ruimtes. Personenaantal p = 3,5 personen 3. Tappuntenbehoefte w v = 580 Wh (afname voor een badkuip) De warmtebehoefte voor warm water van de eenheidswoning 3,5 personen 580 Wh = 0370 Wh komt overeen met het behoeftegetal N = 1 N = Som van de warmtebehoefte voor warm water van alle met warm water te voorziene woningen gedeeld door de warmtebehoefte voor warm water van de eenheidswoning n = Woningsaantal van gelijkaardige woningen p = Personenaantal per gelijkaardige woning v = Aantal gelijkaardige tappunten per gelijkaardige woning w v = Tappuntenbehoefte in Wh (n p v w v ) moet voor elk in aanmerking komend tappunt per gelijkaardige woning worden bepaald. Met het bepaalde behoeftekengetal N kan nu uit de tabellen op de volgende pagina's de benodigde warmwaterboiler bij voorhanden verwarmingswater-aanvoertemperatuur worden gekozen. Daarbij moet een warmwaterboiler worden gekozen, waarvan N L -getal minstens gelijk is aan N. & vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H & vanaf pagina 16 tot 0 en 3 voor Vitocell 100-V & vanaf pagina 9 tot 1 voor Vitocell 300-H & vanaf pagina 6 tot 33 voor Vitocell 300-V Het behoeftekengetal N is identiek aan het aantal eenheidswoningen die in het bouwproject voorhanden zijn. Het komt niet noodzakelijk overeen met het aantal woningen. Voorbeeld: Voor een gepland woningbouwproject moet via het behoeftekengetal N de warmwateropwarmingsinstallatie worden gedimensioneerd. De in tabel 5 opgesomde woningsaantallen met dezelfde inrichting evenals het ruimteaantal en de inrichting werden uit de bouwtekening afgelezen. Het personenaantal p werd via het ruimteaantal r met behulp van tabel 1 op pagina 39 bepaald. De voor de dimensionering vastgestelde tappunten werden met behulp van tabel op pagina 39 en tabel 3 op pagina 39 bepaald. Tabel 5 Woningsaantal n Ruimteaantal r Personenaantal p Inrichting van de woning Stuk, benaming 4 1,5,0 1 douchecabine met normale sproeier 1 wasbak in de badkamer 1 aanrecht in de keuken 10 3,7 1 badkuip 140 liter 1 wasbak in de badkamer 1 aanrecht in de keuken 4 3,5 1 Douchecabine met mengkraan en luxesproeier 1 douchecabine met normale sproeier (ruimtelijk gescheiden) 1 wasbak in de badkamer 1 aanrecht in de keuken Bij de behoeftebepaling in te zetten Tappuntenaantal, benaming volgens tabel op pagina 39 1 douchecabine (BRN) volgens tabel op pagina 39 1 badkuip (NB1) volgens tabel 3 op pagina 39 1 douchecabine (BRL) *1 Moet alleen mee worden rekening gehouden, als badkuip en douchecabine ruimtelijk zijn gescheiden, d.w.z. een gelijktijdig gebruik is mogelijk. * Komt overeen met een gebruikstijd van 6 minuten. *3 Armaturen-debietklasse A conform EN 00. *4 Armaturen-debietklasse C conform EN VIESMANN VITOCELL

41 Dimensionering (vervolg) Woningsaantal n Ruimteaantal r Personenaantal p Inrichting van de woning Stuk, benaming 4 4 3,5 1 badkuip 160 liter 1 douchecabine met luxesproeier in een bijzondere ruimte 1 wasbak in de badkamer 1 bidet 1 aanrecht in de keuken 5 5 4,3 1 badkuip 160 liter 1 wasbak in de badkamer 1 bidet 1 badkuip 140 liter in de logeerkamer 1 wasbak in de logeerkamer 1 aanrecht in de keuken Bij de behoeftebepaling in te zetten Tappuntenaantal, benaming volgens tabel 3 op pagina 39 1 badkuip (NB) 1 douchecabine (BRL) volgens tabel 3 op pagina 39 1 badkuip (NB) 1 badkuip (NB1) met 50 % van de tappuntenbehoefte w v 1 wasbak (WT) 1 bidet (BD) r n p n p Tappuntenaantal v Tappuntenbehoefte w v in Wh Formulier voor de vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in woongebouwen Behoeftebepaling voor centraal verzorgde woningen Projectnr.: Blad nr.: Vaststelling van het behoeftekengetal N voor de groottebepaling van de boiler Project Personenaantal p volgens statistische waarden volgens tabel 5 op pagina Lpd. nr. van de Ruimteaantal Woningsaantal Personenaantal in aanmerking te nemen tappunten (per woning) woningsgroepen Afkorting v w v in Wh n p v w v in Wh Opmerkingen 1 1,5 4,0 8,0 1 NB NB1 voor BRN 3,0 10,7 7,0 1 NB ,0 3,5 7,0 1 BRL BRN ,0 4 3,5 4,0 1 NB BRL ,0 5 4,3 1,5 1 NB (0,5) NB % w v volgens tab. 3 op pagina 39 3 Σ n i =5 Σ (n p v w v ) = Wh Met het bepaalde behoeftekengetal N = 33, kan nu uit de tabellen op de volgende pagina's de benodigde warmwaterboiler bij voorhanden verwarmingswater-aanvoertemperatuur (bijv. 80 C) en een boilerbevoorradingstemperatuur van 60 C worden gekozen: vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H vanaf pagina 16 tot 0 en 3 voor Vitocell 100-V vanaf pagina 9 tot 1 voor Vitocell 300-H vanaf pagina 6 tot 33 voor Vitocell 300-V Daarbij moet een warmwaterboiler worden gekozen, waarvan N L - getal minstens gelijk is aan N. Opmerking Het vermogenskengetal N L verandert afhankelijk van de volgende grootten: & Aanvoertemperatuur & Bevoorradingstemperatuur & toegevoerd resp. overdraagbaar vermogen Bij afwijkende bedrijfsvoorwaarden moet een correctie van het vermogenskengetal N L van de in de tabellen op de volgende pagina's aangegeven waarden worden uitgevoerd: & vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H & vanaf pagina 16 tot 0 en 4 voor Vitocell 100-V & vanaf pagina 9 tot 1 voor Vitocell 300-H & vanaf pagina 6 tot 33 voor Vitocell 300-V VITOCELL VIESMANN 41

42 Dimensionering (vervolg) Mogelijke warmwaterboilers: & Uit tabel op pagina 1: Vitocell 300-H met 700 liter inhoud (N L = 35) als boilergroep uit Vitocell 300-H met telkens 350 liter inhoud & Uit tabel op pagina 33: Vitocell 300-V met 600 liter inhoud (N L = 38) als boilergroep uit Vitocell 300-V met telkens 300 liter inhoud Gekozen warmwaterboiler: x Vitocell 300-V met 300 liter inhoud. 3 Keteltoeslag Z K Voor het totaalvermogen moet het nominaal vermogen van een verwarmingsketel met de keteltoeslag Z K voor de tapwateropwarming worden verhoogd (zie tabel 6). Men stelt drie belangrijke eisen aan het nominaal vermogen van de warmtevoorziening: Eis 1 Het vermogenskengetal moet minstens even groot of groter zijn dan het behoeftekengetal: N L N Eis Alleen als het nominaal vermogen van de verwarmingsketel ² K resp. Φ K groter dan of minstens gelijk is aan het continuvermogen, kan de warmwaterboiler het door de fabrikant aangegeven vermogenskengetal N L opbrengen: ² K ² D resp. Φ K Φ D Eis 3 Warmteproductie-installaties die zowel voor de centrale verwarming alsook voor de warmwaterbereiding dienen, moeten bovenop de bepaalde norm-gebouwwarmtebehoefte ² N Geb. het bijkomend vermogen Z K opbrengen: ² K ² NGeb. +Z K resp. Warmteproductie-installaties die zowel voor de centrale verwarming alsook voor de warmwaterbereiding dienen, moeten bovenop de volgens EN 1831 bepaalde norm-stooklast Φ HL Geb. voor verwarmingsinstallaties in gebouwen het bijkomend vermogen Z K opbrengen: Φ K Φ HL Geb. +Z K Op basis van de berekening volgens het tweede alternatief wordt een toeslag op het nominaal warmtevermogen van de verwarmingsketel afhankelijk van het behoeftekengetal N en een min. boilercapaciteit bepaald (zie tabel 6). In de praktijk heeft het in acht nemen van de keteltoeslag volgens de volgende verhoudingen zijn deugdelijkheid bewezen: ² K ² NGeb. ϕ +Z K resp. Φ K Φ HL Geb. ϕ +Z K ϕ = Factor voor de belasting van de gebouwverwarming (verwarming van alle ruimtes) Aantal woningen per gebouw ϕ tot tot 50 0,9 >50 0,8 Tabel 6 - Keteltoeslag Z K Behoeftekengetal N 1 3,1 4,7 3 6, 4 7,7 5 8,9 6 10, 7 11,4 8 1,6 9 13, ,1 1 17, ,5 16 1,7 18 3,9 0 6,1 8, 4 30,4 6 3,4 8 34, , , , , , , , , , , ,0 Keteltoeslag Z K in kw Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in bedrijven 1. Behoeftebepaling Het aantal reinigingsplaatsen (was- en douchevoorzieningen) moeten afhankelijk van het soort bedrijf worden voorzien. Voor telkens 100 gebruikers (medewerkers van de sterkste ploeg) worden de in tabel 7 opgesomde reinigingsinstallaties benodigd. Tabel 7 - Normale arbeidsomstandigheden* 1 Werk Benodigde reinigingsplaatsen per 100 gebruikers Indeling van de reinigingsplaatsen Wasplaatsen/douchevoorzieningen weinig bevuilend 15 / matig bevuilend 0 /1 sterk bevuilend 5 1/1 *1 In bedrijven met buitengewone arbeidsomstandigheden worden 5 reinigingsplaatsen/100 gebruikers benodigd. 4 VIESMANN VITOCELL

43 Dimensionering (vervolg). Dimensionering van de tapwateropwarmingsinstallatie De dimensionering van de tapwateropwarmingsinstallatie wordt aan de hand van het volgende voorbeeld verklaard. Bij het omrekenen naar een uittredetemperatuur van 45 C levert dat de volgende waarde op: Voorbeeld: Aantal medewerkers van de 150 personen sterkste ploeg: Arbeidstijd: -ploegen-bedrijf Soort werk: matig bevuilend Benodigde warmwater-uittredetemperatuur: 35 tot 37 ºC Boilerbevoorradingstemperatuur: 60 ºC Koudwater-inlaattemperatuur: 10 ºC Verwarmingswater-aanvoertemperatuur: 90 ºC Vaststelling van de warmwaterbehoefte Uit tabel 7 kan voor matig bevuilend werk een aantal van 0 reinigingsplaatsen per 100 medewerkers worden afgelezen. De indeling van de reinigingsplaatsen in was- en douchevoorzieningen gebeurt in de verhouding van :1. Voor 150 medewerkers ontstaat daaruit een behoefte aan reinigingsplaatsen van 0 wasplaatsen en 10 douchevoorzieningen. Tabel 8 - Verbruikswaarden voor was- en douche-installaties bij warmwater-uittredetemperatuur van 35 tot 37 C Verbruiksinrichting Warmwaterhoeveelheid in l/min Gebruikstijd in min Warmwaterverbruik per gebruik in l Wasbakken 5 tot 1 3 tot 5 30 met uitloopklep Wasbakken 3 tot 6 3 tot 5 15 met sproei-uitloop Ronde waspomp ca. 0 3 tot 5 75 voor 6 personen Ronde waspomp ca. 5 3 tot 5 75 voor 10 personen Sproei-installatie 7 tot 1 5 tot 6* 1 50 zonder omkleedcabine Sproei-installatie met omkleedcabine 7 tot 1 10 tot 15* 80 Veronderstelling: De wasplaatsen (wasbak met sproei-uitloop) worden door 10 medewerkers (6 keer na elkaar) en de sproei-installaties (sproeiers zonder omkleedcabines) worden door 30 medewerkers (3 keer na elkaar) benut. Met behulp van tabel 8 levert dat de volgende benodigde warmwaterhoeveelheid op: a) Warmwaterbehoefte van de wasplaatsen: 10 3,5 liter/min 3,5 min = 1470 liter b) Warmwaterbehoefte van de sproeiers: liter/min 5 min = 1500 liter Uit a) en b) ontstaat een warmwaterbehoefte van 970 liter met ca. 36 C watertemperatuur gedurende een gebruiksperiode van ca. 5 minuten. Omdat tussen de ploegen 8 uur ter beschikking staan om de warmwaterboiler opnieuw op te warmen, moet het boilervolume op bevoorrading worden gedimensioneerd. Daarvoor worden de gegevens van het kortstondig vermogen (10-minuten-vermogen) van de tabellen van de betreffende warmwaterboiler op de volgende pagina's benodigd: & vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H & vanaf pagina 16 en 3 voor Vitocell 100-V & vanaf pagina 9 voor Vitocell 300-H & vanaf pagina 6 en 30 voor Vitocell 300-V In de tabel op pagina 30 is in de regel verwarmingswater-aanvoertemperatuur = 90 ºC bij de Vitocell 300-V met 500 liter inhoud het kortstondig vermogen van 10/45 ºC met 67 liter/10 minuten te vinden. Aantal warmwaterboilers n = uitgerekend totaal volume/gekozen kortstondig vermogen (gedurende 10 minuten) van de afzonderlijke boilercel Gekozen warmwaterboiler: 4 x Vitocell 300-V met 500 liter inhoud. Vaststelling van het benodigd vermogen Voor de opwarming van de warmwaterboiler staan 7,5 uur ter beschikking; dat levert een min. aangesloten vermogen (vermogen van de verwarmingsketel) op van: ² A resp. Φ A = Min. aangesloten vermogen voor het opwarmen vandeboilerinkw V = gekozen boilervolume in liter c = spec. warmtecapaciteit ΔT A = Temperatuurverschil tussen boilerbevoorradingstemperatuur en koudwater-inlaattemperatuur (60 ºC 10 ºC) = 50 K Z A = Opwarmtijd in h Volgens onze ervaring wordt een opwarmtijd van ca. uur gekozen. Dat betekent voor het bovenstaande voorbeeld dat de verwarmingsketel en de circulatiepomp voor de boileropwarming (benodigde verwarmingswaterhoeveelheid) voor een opwarmvermogen van ca. 60 kw moeten worden gedimensioneerd. 3 *1 Sproeitijd zonder omkleden. * Sproeitijd 5 tot 8 minuten; verblijvende tijd omkleden. VITOCELL VIESMANN 43

44 Dimensionering (vervolg) Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in hotels, pensions en tehuizen Bij de berekening van de warmwaterbehoefte moeten de verbruiksplaatsen van alle kamers worden vastgesteld. Daarbij moet per een- resp. tweepersoonskamer slechts telkens de grootste verbruiksplaats in acht worden genomen. Tabel 9 - Tappuntenbehoefte per verbruiksplaats bij warmwatertemperatuur van 45 C Verbruiksplaats Tappuntenbehoefte Q h max. Afnamehoeveelheid per gebruik in l per eenpersoonskamer in kwh per tweepersoonskamer in kwh Badkuip 170 7,0 10,5 Douchecabine 70 3,0 4,5 Wastafel 0 0,8 1, & Verwarmingswater-aanvoertemperatuur = 80 C & gewenste opwarmtijd van de warmwaterboiler 1,5 uur & Tijdsduur van de piekbehoefte 1,5 uur Warmtebehoefte voor de tapwateropwarming Soort kamers Inrichting (tappunt) n Q hmax. in kwh in kwh Badkuip 5 7,0 35,00 Douchecabine 10 3,0 30,00 Wastafel 5 0,8 4,00 Badkuip 5 10,5 5,50 Douchecabine 0 4,5 90,00 Wastafel 5 1, 6,00 Σ (n Q hmax. ) = 17,50 Eenpersoonskamer: Tweepersoonskamer: n Q hmax. 3 Berekening van de benodigde boilerinhoud Q hmax. = Tappuntenbehoefte per tappunt in kwh n = Aantal kamers met dezelfde tappuntenbehoefte ϕ n = Benuttingfactor (gelijktijdigheid) kan beperkt worden gebruikt: Kameraantal 1 tot tot tot tot 300 ϕ n* 1 1 0,9 tot 0,7 0,7 tot 0,6 0,6 tot 0,5 ϕ = Levensstandaardfactor Afhankelijk van de hotelcategorie kan worden bepaald: Hotelcategorie normaal goed hoog ϕ 1,0 1,1 1, Z A = Opwarmtijd in h De opwarmtijd is afhankelijk van het nominaal vermogen dat voor de tapwateropwarming ter beschikking staat. Afhankelijk van het nominaal vermogen van de verwarmingsketel kan Z A kleiner dan uur worden gekozen. Z B = Tijdsduur van piekbehoefte warm water in h. Aanneming 1 tot 1,5 h V = Volume van de warmwaterboiler in liter T a = Boilerbevoorradingstemperatuur in C T e = Koudwater-inlaattemperatuur in C a = 0,8; houdt rekening met de laadtoestand van de boiler Voorbeeld: Hotel met 50 kamers (30 tweepersoonskamers en 0 eenpersoonskamers) & Inrichting van de eenpersoonskamers: 5 eenpersoonskamers met badkuip, douchecabine en wasbak 10 eenpersoonskamers met douchecabine en wasbak 5 eenpersoonskamers met wasbak & Inrichting van de tweepersoonskamers: 5 tweepersoonskamers met badkuip en wasbak 0 tweepersoonskamers met douchecabine en wasbak 5 tweepersoonskamers met wasbak Geselecteerde warmwaterboilers: 3 Vitocell 300-H met telkens 500 liter inhoud of 3 x Vitocell 300-V met telkens 500 liter inhoud Vaststelling van het benodigd opwarmvermogen ² resp. Φ = Opwarmvermogen in kw V = gekozen inhoud in liter c = spec. warmtecapaciteit T a = Boilerbevoorradingstemperatuur in C T e = Koudwater-inlaattemperatuur in C Z A = Opwarmtijd in h Verwarmingsketel en circulatiepomp voor de boileropwarming moeten op het benodigd opwarmvermogen worden gedimensioneerd. Om ook in de winter voldoende verwarming van het gebouw te kunnen garanderen, moet die warmtehoeveelheid aan de stooklast worden toegevoegd. Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in woonhuizen met geïntegreerde, in het bedrijfsleven gebruikte sauna Veronderstelling: De sauna wordt door 15 personen/h bezocht. Er staan 5 douches met 1 liter/min daarvoor ter beschikking, d.w. z. de douches worden 3 keer achter elkaar gebruikt. Bij een douchetijd van 5 minuten levert dat een warmwaterbehoefte van 60 liter pro gebruik op. De stooklast van het gebouw bedraagt ² N = Φ HL Geb. =5kW. Om de tapwateropwarming te garanderen, moeten twee dingen in acht worden genomen: a) Voldoende boilervolume (dimensionering volgens het kortstondig vermogen). *1 Bij kuurhotels, zakenhotels en gelijkaardige inrichtingen moet een benuttingfactor van ϕ n = 1 worden gekozen. 44 VIESMANN VITOCELL

45 Dimensionering (vervolg) b) De ketelgrootte moet zo worden gedimensioneerd dat de tapwateropwarming en ² N zijn gegarandeerd. bij a) Vaststelling van het boilervolume: 15 personen à 60 liter = 900 liter met 40 ºC aan de warmwateruitlaat. De boilerbevoorradingstemperatuur bedraagt 60 C. Vermits een laagtemperatuur-verwarmingsketel moet worden ingebouwd, moet het kortstondig vermogen bij een verwarmingswater-aanvoertemperatuur van 70 C worden bepaald; zie tabellen op de volgende pagina's: & vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H & vanaf pagina 16 en 3 voor Vitocell 100-V & vanaf pagina 9 voor Vitocell 300-H & vanaf pagina 6 en 30 voor Vitocell 300-V Bij het omrekenen naar een uittredetemperatuur van 45 C levert dat het volgende op: Voorstel: Vitocell 300-V met telkens 300 liter inhoud met een kortstondig vermogen van 375 liter per boilercel en 698 liter als boilergroep (tapwatertemperatuur 45 ºC). bij b) Benodigde ketelgrootte Vermits het doucheproces elk uur wordt herhaald, moet het gekozen boilervolume in min. 1 uur worden opgewarmd. De daarvoor benodigde warmtehoeveelheid wordt berekend uit: ² A resp. Φ A = Min. aangesloten vermogen voor het opwarmen vandeboilerinkw V Sp. = Inhoud in liter ΔT A = Temperatuurverschil tussen boilerbevoorradingstemperatuur en koudwater-inlaattemperatuur c = spec. warmtecapaciteit Z A = Opwarmtijd in h Om ook in de winter voldoende verwarming van het gebouw te kunnen garanderen, moet die warmtehoeveelheid aan de stooklast worden toegevoegd. Die Toeslag is omwille van de volgende redenen toegestaan: 1. Het gaat om bedrijfsdoeleinden.. Bij gebruik van laagtemperatuur-verwarmingsketel is er geen vermogensbegrenzing. 3 Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in sporthallen Bij de dimensionering van de tapwateropwarmingsinstallatie moet de volgens zaken in acht worden genomen. De afname van opgewarmd tapwater in sporthallen gebeurt op het laatste ogenblik. Bij de boilerkeuze kan dus van de kortstondige afname (10- minuten-vermogen) worden uitgegaan. De warmwatervoorziening moet door de tapwateropwarmingsinstallatie gedurende volledige gebruikstijd (heel het jaar) worden gegarandeerd. De volgende waarden moeten bij de dimensionering van de tapwateropwarmingsinstallatie worden aangenomen: Warmwater-afnametemperatuur: max. 40 ºC Waterverbruik per persoon μ: 8 l/min Douchetijd per persoon t: 4 min Opwarmtijd Z A : 50 min Personen per opwarmtijd en oefeneenheid n: min. 5 personen Boilerbevoorradingstemperatuur T a : 60 ºC Voorbeeld voor een gewone sporthal: 1. Vaststelling van de benodigde warmwaterhoeveelheid: m MW =t μ n = 4 min / persoon 8 liter / min 5 personen = 800 liter warmwaterhoeveelheid met 40 ºC Gekozen inhoud: 700 liter (de gekozen inhoud moet ongeveer aan de benodigde warmwaterhoeveelheid voldoen). Kortstondig vermogen uit tabellen op de volgende pagina's: & vanaf pagina 5 voor Vitocell 100-H & vanaf pagina 16 en 3 voor Vitocell 100-V & vanaf pagina 9 voor Vitocell 300-H & vanaf pagina 6 en 30 voor Vitocell 300-V Omrekening naar warmwater-uittredetemperatuur 40 ºC met m (40 ºC) = Kortstondig vermogen bij warmwater-uittredetemperatuur 40 C m (45 ºC) = Kortstondig vermogen bij warmwater-uittredetemperatuur 45 C (volgens de tabel op pagina 9) Geselecteerde warmwaterboilers: Vitocell 300-H met telkens 350 liter, Kortstondig vermogen bij 70 ºC verwarmingswater-aanvoertemperatuur = 989 liter met 40 ºC. Vaststelling van het benodigd opwarmvermogen voor het bepaalde boilervolume: ² A resp. Φ A = Opwarmvermogen in kw V = boilervolume in liter c = spec. warmtecapaciteit T a = Boilerbevoorradingstemperatuur in C T e = Koudwater-inlaattemperatuur in C VITOCELL VIESMANN 45

46 Dimensionering (vervolg) Verwarmingsketel en circulatiepomp voor de boileropwarming moeten worden gedimensioneerd voor het opwarmvermogen dat ter beschikking moet worden gesteld. Om ook in de winter voldoende verwarming van het gebouw te kunnen garanderen, moet die warmtehoeveelheid aan de stooklast worden toegevoegd. Die Toeslag is omwille van de volgende redenen toegestaan: 1. Het gaat om bedrijfsdoeleinden.. Bij gebruik van laagtemperatuur-verwarmingsketel is er geen vermogensbegrenzing. Vaststelling van de warmtebehoefte voor de opwarming van tapwater in combinatie met afstandsverwarmingen Tapwateropwarmingsinstallaties die i.p.v. met verwarmingsketels met een afstandsverwarming moeten worden verwarmd, kunnen omwille van de verschillende verwarmingswater-aanvoer- en retourtemperaturen in de winter en in de zomer niet volgens de tabelwaarden van de warmwaterboilers worden gedimensioneerd. Aan de hand van het volgende voorbeeld wordt een mogelijke dimensionering weergegeven. 3 Voorbeeld: Stooklast van het gebouw ² NW resp. Φ HL Geb. W : 0 kw Tapwater-behoeftekengetal N: 1,3 Verwarmingswater-aanvoer-/retourtemperatuur in de winter: 110/50 ºC in de zomer: 65/40 ºC Gekozen boiler: 1 Vitocell 300-V (type EVI), 00 liter inhoud met N L =1,4 1. Berekening van de benodigde afstandsverwarmings-waterhoeveelheid μ W = Afstandsverwarming-waterhoeveelheid in de winter in liter/h ² NW resp. Φ HL Geb. W = Aangesloten vermogen in de winter in kw c = spec. warmtecapaciteit. Berekening van het aangesloten vermogen in de zomer bij constante afstandsverwarmings-waterhoeveelheid (μ S = μ W ) μ S = Afstandsverwarming-waterhoeveelheid in de zomer in liter/h ² NS resp. Φ HL Geb. S = Aangesloten vermogen in de zomer in kw ΔT S = Temperatuurverschil in de zomer tussen aanvoer- en retourtemperatuur van het afstandsverwarmingswater in K ΔT W = Temperatuurverschil in de winter tussen aanvoer- en retourtemperatuur van het afstandsverwarmingswater in K Tabel 10 - Vermogensgegevens met retourtemperatuurbegrenzing Vitocell 100-V op aanvraag. Vitocell 300-V (type EVI) Boilerinhoud l Continuvermogen bij kw Verwarmingswater aanvoer- en retourtemperatuur 65/ l/h C en tapwateropwarming van 10 naar 45 C Vermogenkengetal N L* 1 1,4 3,0 6,0 bij verwarmingswater-aanvoer- en retourtemperatuur 65/40 C en boilerbevoorradingstemperatuur T sp =50 C 10-minuten-vermogen l *1 Met retourtemperatuurbegrenzing 46 VIESMANN VITOCELL

47 Installatie 4.1 Aansluiting aan tapwaterzijde Bij warmwaterboilers die als boilergroep zijn opgesteld, moet de aansluiting aan tapwaterzijde in overeenstemming met de afbeeldingen vanaf pagina 49 resp. 53 worden uitgevoerd. Opmerking Vaatwasmachine en wasmachines kunnen aan de centrale warmwatervoorziening worden aangesloten. Wasmachines moeten voorzien zijn van een afzonderlijke aansluiting voor koud en warm water. Door de directe toevoer van warm water uit de warmwaterboiler wordt het elektrisch opwarmen van het water in de vaatwasmachine of in de wasmachine beperkt. Zo worden tijd, energie en kosten bespaard. Gelieve het advies van de fabrikant in acht te nemen. De tapwatertemperatuur in de daarna geschakelde buisleidingen moet door de installatie van een geschikte mengvoorziening, zoals bijv. een thermostatische mengklep, tot 60 C worden beperkt. Dat geldt niet voor tapwaterinstallaties die volgens hun normaal gebruik hogere temperaturen absoluut vereisen of een leidinglengte van minder dan 5 m nodig hebben. Opgelet! Bij het inbouwen van thermostatische mengkleppen moet de montagehandleiding van de betreffende fabrikant in acht worden genomen. De mengvoorziening garandeert geen bescherming tegen verbranden aan het tappunt. Het inbouwen van een mengarmatuur aan het tappunt is vereist. Alleen bij boilergroepen Vitocell 300-H: Bij tapwater-uittredetemperaturen boven 60 C kan de verbindingsleiding aan tapwaterzijde bij een meercellige opstelling ook in serie worden aangesloten. De verbindingsleiding aan verwarmingswaterzijde wordt aangesloten zoals in de afbeeldingen op pagina 51 weergegeven. Van doorslaggevende betekenis voor de armaturen die in de aansluitleiding worden gemonteerd, zijn de EN 1717 (zie afbeeldingen op pagina 48). Tot die armaturen behoren: & Afsluitkleppen & Aftapklep & Drukreduceerklep Montage vereist, als de druk in het leidingnet aan het aansluitpunt 80 % van de aanspreekdruk van de veiligheidsklep overschrijdt. Het is zinvol de drukreduceerklep achter de watermeterinstallatie worden gemonteerd. Daardoor heersen aan de volledige tapwaterinstallatie bij benadering dezelfde drukverhoudingen en de installatie wordt beschermd tegen overdruk en drukstoten. Tevens mag de rustdruk van de watervoorzieninginstallatie na verdeling over de verdiepingen voor de armaturen niet meer dan 5 bar (0,5 MPa) bedragen. & Veiligheidsklep De installatie moet als bescherming tegen overdruk zijn uitgerust met een goedgekeurde membraanveiligheidsklep. Toegest. werkdruk: 10 bar. De aansluitdiameter van de veiligheidsklep moet bedragen: tot 00 liter inhoud minstens R ½ (DN 15), max. verwarmingsvermogen 75 kw, meer dan 00 tot 1000 liter inhoud minstens R ¾ (DN 0), max. verwarmingsvermogen 150 kw, meer dan 1000 tot 5000 liter inhoud minstens R 1 (DN 5), max. verwarmingsvermogen 50 kw. De veiligheidsklep in de koudwaterleiding plaatsen. Hij mag van de boiler (resp. van de boilergroep) niet kunnen worden afgesloten. Vernauwingen in de leiding tussen veiligheidsklep en boiler zijn niet toegestaan. De uitblaasleiding van de veiligheidsklep mag niet afgesloten worden. Uittredend water moet zonder gevaar en zichtbaar in een afvoersysteem afgevoerd worden. In de buurt van de uitblaasleiding van de veiligheidsklep, het meest praktisch op de veiligheidsklep zelf, moet een bordje aangebracht worden met de tekst: Tijdens het verwarmen kan uit veiligheidsoverwegingen water uit de afblaasleiding komen! Niet afsluiten! De veiligheidsklep moet boven de boiler worden gemonteerd. & Terugstroomblokkering Verhindert de terugstroom van het installatiewater en het verwarmde water in de koudwaterleiding resp. in het plaatselijk net. & Drukmeetapparaat (manometer) Een aansluiting voor een drukmeetapparaat voorzien. & Debietregelklep Wij raden aan een debietregelklep te monteren en de max. waterdoorstroming in overeenstemming met het 10-minutenvermogen van de warmwaterboiler in te stellen. & Tapwaterfilter Er moet bij installaties met metalen leidingen een tapwaterfilter worden ingebouwd, volgens EN Bij kunststofleidingen moet een tapwaterfilter worden ingebouwd. De tapwaterfilter vermijdt het vuil in de tapwaterinstallatie. 4 VITOCELL VIESMANN 47

48 Installatie (vervolg) Vitocell 100-H en 300-H bis 00 liter inhoud Aansluiting aan tapwaterzijde volgens EN A Warm water B Circulatieleiding C Circulatiepomp D Terugslagklep, veerbelast E Observeerbare monding van de uitblaasleiding F Veiligheidsklep G Afsluitklep H Debietregelklep K Manometeraansluiting L Terugstroomblokkering M Aftap N Koud water O Tapwaterfilter P Drukreduceerklep R Terugstroomblokkering/buisscheider S Membraan-expansievat, voor tapwater geschikt Vitocell 300-H vanaf 350 liter inhoud Aansluiting aan tapwaterzijde volgens EN 1717 A Warm water B Circulatieleiding C Circulatiepomp D Terugslagklep, veerbelast E Observeerbare monding van de uitblaasleiding F Veiligheidsklep G Afsluitklep H Debietregelklep K Manometeraansluiting L Terugstroomblokkering M Aftap N Koud water O Tapwaterfilter P Drukreduceerklep R Terugstroomblokkering/buisscheider S Membraan-expansievat, voor tapwater geschikt 48 VIESMANN VITOCELL

49 Installatie (vervolg) Vitocell 100-V en 300-V Aansluiting aan tapwaterzijde volgens EN 1717 A Warm water B Circulatieleiding C Circulatiepomp D Terugslagklep, veerbelast E Observeerbare monding van de uitblaasleiding F Veiligheidsklep G Afsluitklep H Debietregelklep K Manometeraansluiting L Terugstroomblokkering M Aftap N Koud water O Tapwaterfilter P Drukreduceerklep R Terugstroomblokkering/buisscheider S Membraan-expansievat, voor tapwater geschikt 4 Aansluiting tapwaterzijde boilergroepen met Vitocell 300-H Opmerking Doorsneden van de verbindingsleidingen aan tapwaterzijde in acht nemen. Vitocell 300-H met 700 of 1000 liter inhoud (twee cellen) C 4 1,5 of R 1½* 1 D Koud water Vitocell 300-H met x 700 of x 1000 liter inhoud ( x twee cellen) A Warm water B 35 1,5 of R 1¼* 1 *1 Doorsneden van de verbindingsleidingen aan tapwaterzijde. A Warm water B 35 1,5 of R 1¼* 1 VITOCELL VIESMANN 49

50 Installatie (vervolg) C 4 1,5 of R 1½* 1 D Koud water E 54 1,5 of R * 1 Vitocell 300-H met x 1500 liter inhoud ( x drie cellen) Vitocell 300-H met 1500 liter inhoud (drie cellen) 4 A Warm water B 35 1,5 of R 1¼* 1 C 4 1,5 of R 1½* 1 D Koud water E 54 1,5 of R * 1 A Warm water B 35 1,5 of R 1¼* 1 C 4 1,5 of R 1½* 1 D Koud water E 54 1,5 of R * 1 F 70,0 of R ½* 1 4. Aansluiting aan verwarmingszijde Aansluiting aan verwarmingszijde Om te garanderen dat de tapwatertemperatuur 95 C niet overschrijdt, moet een regeling van de warmtetoevoer volgens de volgende schakeldiagrammen worden gemonteerd. Bij de installatie volgens de afbeeldingen vanaf pagina 51 resp. 53 wordt de circulatiepomp voor de warmwaterboiler door de temperatuurregelaar geschakeld. De veerbelaste terugslagklep verhindert dat de warmwaterboiler door de natuurlijke kracht verder wordt verwarmd. In plaats van de temperatuurregelaar kan ook een watertemperatuurregelaar gebruikt worden (zie afbeeldingen op pagina 53). Bij verwarmingswater-aanvoertemperaturen boven 110 C moet bijkomend een goedgekeurde veiligheidstemperatuurbegrenzer worden ingebouwd. Daarvoor wordt de dubbele thermostaat met afzonderlijke thermostatische systemen (thermostaat en veiligheidstemperatuurbegrenzer) ingezet (zie afbeeldingen op pagina 53). In installaties, waarin reeds een veiligheidstemperatuurbegrenzer, die de temperatuur van het verwarmingsmedium tot 110 C begrenst, voorhanden is (bijv. in de verwarmingsketel), is in de warmwaterboiler geen bijkomende veiligheidstemperatuurbegrenzer vereist. *1 Doorsneden van de verbindingsleidingen aan tapwaterzijde. Boilergroepen Vitocell 300-H: Bij boilergroepen moeten de verbinding aan verwarmingswaterzijde en de volgorde van de temperatuurregelaar en de veiligheidstemperatuurbegrenzer (indien nodig) volgens de afbeeldingen vanaf pagina 51 worden uitgevoerd. Bij boilergroepen volstaat de montage van een temperatuurregelaar in een van de boilercellen. Vitocell 100-V en 300-V: De boilergroep wordt via een temperatuurregelaar geregeld. Daarom is een afzonderlijke regeling van afzonderlijke boilercellen binnen een boilergroep niet mogelijk. De temperatuurregelaar moet in de laatste boilercel, gezien vanuit de verwarmingswateraanvoer, worden ingebouwd (zie afbeelding op pagina 53). Opmerking Als de aansluiting verwarmingswateraanvoer in tegenstelling tot de afbeelding op pagina 53 van rechts, moet de dompelhuls voor de temperatuurregelaar voor het aanbrengen van de verzamelleiding in de laatste boilercel, gezien vanuit de verwarmingswateraanvoer, worden ingebouwd. 50 VIESMANN VITOCELL

51 Installatie (vervolg) Als de afzonderlijke regeling van afzonderlijke boilercellen binnen een boilergroep vereist is, moeten de boilercellen tot meerdere boilergroepen worden samengevat of als afzonderlijke boilercellen worden geïnstalleerd. Vitocell 100-H en 300-H Regeling door in- en uitschakelen van de circulatiepomp. 130, 160 en 00 liter inhoud: Aansluiting aan verwarmingswaterzijde met een verwarmingsketel A Boilertemperatuursensor / temperatuurregelaar en veiligheidsthermostaat (indien vereist) B Ontluchting C Verwarmingswaterretour D Verwarmingsketel E Verwarmingswateraanvoer F Circulatiepomp G Terugslagklep, veerbelast H Vitocell 100-H of 300-H en 500 liter inhoud: Aansluiting aan verwarmingswaterzijde met een verwarmingsketel A Boilertemperatuursensor / temperatuurregelaar en veiligheidsthermostaat (indien vereist) B Ontluchting C Verwarmingswaterretour D Verwarmingsketel E Verwarmingswateraanvoer F Circulatiepomp G Terugslagklep, veerbelast H Vitocell 100-H of 300-H Vitocell 300-H als boilergroep Aansluitingen aan verwarmingswaterzijde en schikking van de temperatuurregelaar Opmerking Doorsneden van de verbindingsleidingen aan verwarmingswaterzijde in acht nemen. VITOCELL VIESMANN 51

52 Installatie (vervolg) 700 of 1000 liter inhoud (twee cellen) 1500 liter inhoud (drie cellen) 4 A Vitocell 300-H B Verwarmingswateraanvoer C Verwarmingswaterretour D Veiligheidstemperatuurbegrenzer (indien nodig) E Temperatuursensor/temperatuurregelaar F DN 3 of R 1¼* 1 G DN 50 of R * 1 x700ofx1000literinhoud(xtweecellen) A Vitocell 300-H B Verwarmingswateraanvoer C Verwarmingswaterretour D Veiligheidstemperatuurbegrenzer (indien nodig) E Temperatuursensor/temperatuurregelaar F DN 3 of R 1¼* 1 G DN 50 of R * 1 H DN 80* 1 x 1500 liter inhoud ( x drie cellen) A Vitocell 300-H B Verwarmingswateraanvoer C Verwarmingswaterretour D Veiligheidstemperatuurbegrenzer (indien nodig) E Temperatuursensor/temperatuurregelaar F DN 3 of R 1¼* 1 G DN 50 of R * 1 K DN 100* 1 *1 Doorsneden van de verbindingsleidingen aan verwarmingswaterzijde. A Vitocell 300-H B Verwarmingswateraanvoer 5 VIESMANN VITOCELL

53 Installatie (vervolg) C Verwarmingswaterretour D Veiligheidstemperatuurbegrenzer (indien nodig) E Temperatuursensor/temperatuurregelaar F DN 3 of R 1¼* 1 G DN 50 of R * 1 H DN 80* 1 L DN 15* 1 G Verwarmingswaterretour H Voeler voor watertemperatuurregelaar Vitocell 100-V en Vitocell 300-V (type EVI) Aansluiting aan verwarmingswaterzijde Vitocell 300-V (type EVA) Aansluiting aan verwarmingswaterzijde Regeling door in- en uitschakelen van de circulatiepomp Regeling door in- en uitschakelen van de circulatiepomp A Ontluchting B Verwarmingswateraanvoer C Vitocell 300-V (type EVA) D Terugslagklep, veerbelast E Circulatiepomp F Verwarmingsketel G Verwarmingswaterretour K Boilertemperatuursensor A Ontluchting B Verwarmingswateraanvoer C Vitocell 100-V of 300-V (type EVI) D Terugslagklep, veerbelast E Circulatiepomp F Verwarmingsketel G Verwarmingswaterretour K Boilertemperatuursensor / temperatuurregelaar en veiligheidsthermostaat (indien vereist) 4 Regeling door regelventiel Regeling door regelventiel B Verwarmingswateraanvoer C Vitocell 300-V (type EVA) *1 Doorsneden van de verbindingsleidingen aan verwarmingswaterzijde. B Verwarmingswateraanvoer C Vitocell 100-V of 300-V (type EVI) G Verwarmingswaterretour H Voeler voor watertemperatuurregelaar Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep Aansluitingen aan verwarmingswaterzijde VITOCELL VIESMANN 53

54 Installatie (vervolg) A Warm water B Temperatuursensor/temperatuurregelaar C Verwarmingswaterretour D Koud water E Verwarmingswateraanvoer F Ontluchting G Aftap Aansluiting aan verwarmingszijde met retourtemperatuurbegrenzing Vitocell 100-V en Vitocell 300-V (type EVI) 4 Montage van de voeler voor de retourtemperatuurbegrenzing in de verwarmingswaterretour bij afzonderlijke boilercellen. A Watertemperatuurregelaar B Glanschroefverbinding C T-stuk D Schroefverbinding E Isolatie F Voeler van de retourtemperatuurbegrenzer De retourtemperatuurbegrenzing moet alleen worden ingebouwd, als ze door het afstandsverwarmingsbedrijf is voorgeschreven. Om te garanderen dat de verwarmingswater-retourtemperatuur een voorgeschreven waarde niet overschrijdt, moet een retourtemperatuurbegrenzer met regelventiel worden gebruikt (bijv. fabricaat firma Samson, type 43-1, regelbereik 5 tot 70 C). G Verwarmingsspiraal H Verwarmingswaterretour K Voeler voor retourtemperatuurbegrenzer L Voeler voor watertemperatuurregelaar M Verwarmingswateraanvoer De montage van de voeler moet bij afzonderlijke boilercellen en bij boilergroepen volgens de overeenkomstige afbeeldingen gebeuren. De nodige buizen moeten door de installateur worden voorzien. De dimensionering van het regelventiel richt zich naar het benodigde verwarmingswaterdebiet en het drukverlies van de installatie. 54 VIESMANN VITOCELL

55 Installatie (vervolg) Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep Montage van de voeler voor de retourtemperatuurbegrenzing in de verwarmingswaterretour. A Warm water B Glanschroefverbinding C Sok R ½ EN 1041 (door installateur) D Verzamelleiding E Flens F Schroefdraadflens G Isolatie H Voeler van de retourtemperatuurbegrenzer K Verwarmingsspiraal L Voeler voor watertemperatuurregelaar M Ontluchting N Aftap O Voeler voor retourtemperatuurbegrenzer P Koud water R Verwarmingswaterretour S Verwarmingswateraanvoer Aansluiting circulatieleiding bij boilergroep De circulatieleiding met een demonteerbare verbinding aansluiten. Om een gelijkmatige opwarming in de afzonderlijke boilercellen te bereiken, moeten boilergroepen met aangesloten circulatie volgens de afbeeldingen vanaf pagina 56 worden geïnstalleerd. Alleen bij boilergroep Vitocell 300-H: Een zwaartekrachtwerking van de circulatieleiding is slechts beperkt mogelijk, omdat de warmwateruitgang als isolatiebocht is uitgevoerd. De circulatieleiding bij voorkeur van circulatiepomp, terugslagklep en tijdschakelklok (om circulatie tijdens de nacht te vermijden) voorzien. Zie hiervoor ook energiebesparingverordening. VITOCELL VIESMANN 55

56 Installatie (vervolg) Opstelling van de Vitocell 300-H als boilergroep Aansluiting met eenvoudige circulatieleiding 4 A Warm water B Circulatie C Koud water Opstelling van de Vitocell 300-H als boilergroep Aansluiting met vertakte circulatienetwerken A Warm water B Circulatie C Koud water 56 VIESMANN VITOCELL

57 Installatie (vervolg) Opstelling van de Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep Aansluiting in combinatie met afstandsverwarming zonder retourtemperatuurbegrenzing resp. in combinatie met verwarmingsketels (laagtemperatuurwerking) en eenvoudige circulatieleiding A Aftappunten B Circulatieleiding C Warm water D Circulatiepomp E Terugslagklep F Koud water 4 Opstelling van de Vitocell 100-V en 300-V als boilergroep Aansluiting in combinatie met HR-ketels of afstandsverwarming zonder retourtemperatuurbegrenzing en installaties met vertakte circulatienetwerken A Aftappunten B Circulatieleiding C Warm water D Circulatiepomp E Terugslagklep F Koud water VITOCELL VIESMANN 57

58 Installatie (vervolg) 4.4 Dompelhulzen Bij de volgende warmwaterboilers zijn de dompelhulzen gelast: Vitocell 100-H Vitocell 300-H met 160 en 00 liter inhoud Vitocell 100-V met 160 en 1000 liter inhoud Vitocell 300-V (type EVA) met 130 tot 00 liter inhoud 4 Bij de volgende warmwaterboilers moet de meegeleverde dompelhuls worden ingebouwd: Vitocell 300-H met 350 en 500 liter inhoud: De meegeleverde dompelhuls van roestvast staal moet voor de sensor resp. voeler van de regelinrichting gebruikt worden; daarmee wordt de max. bedrijfszekerheid gegarandeerd. Past de te plaatsen sensor resp. voeler niet in deze dompelhuls, dan moet een andere dompelhuls van roestvast staal (RVS316 of RVS318) gebruikt worden. Vitocell 300-V (type EVI) met 00 tot 500 liter inhoud: Boilerinhoud l a mm Boilerinhoud l a mm b mm VIESMANN VITOCELL

59 Index (vervolg) A Aangesloten vermogen, berekening Afsluitkleppen Afstandsverwarmings-waterhoeveelheid, vaststelling Aftapklep B Behoeftegetal N, berekening C Circulatiepomp voor de boilerverwarming, dimensionering D Debietregelklep Drukmeetapparaat Drukreduceerklep G Garantie... 5 K Keteltoeslag Zk... 4 M Manometer O Opwarmvermogen, vaststelling P Personenaantal p, vaststelling Productinformatie... 4 T Tappuntenbehoefte Tapwaterfilter Terugstroomblokkering V Veiligheidsklep Vermogen, vaststelling Verwarmingswaterdebiet, vaststelling W Warmtebehoefte & voor tapwater in bedrijven... 4 & voor tapwater in combinatie met afstandsverwarmingen & voor tapwater in hotels, pensions en tehuizen & voor tapwater in sporthallen & voor tapwater in woongebouwen & voor tapwater in woonhuizen met geïntegreerde, in het bedrijfsleven gebruikte sauna Warmteoverdrachtsvlak... 5 Warmwaterbehoefte, vaststelling Warmwaterhoeveelheid, vaststelling Waterzijdig debiet, vaststelling Weerstand waterzijde, vaststelling VITOCELL VIESMANN 59

60 Technische wijzigingen voorbehouden. Viessmann Nederland B.V. Postbus AH Capelle a/d IJssel Tel. : Fax : info@viessmann.nl 60 VIESMANN VITOCELL Gedrukt op milieuvriendelijk, chloorvrij gebleekt papier