STAGEBOEKJE LEERJAAR
|
|
- Laura de Valk
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 STAGEBOEKJE LEERJAAR MOU
2 Inhoudsopgave 1.0. Stage volgen Wat is stage? Algemene doelstelling Begeleiding Stage in de propedeuse Het karakter van de stage De inhoud van de stage De omvang van de stage Stageopdracht... 6 Bijlage Bijlage Bijlage
3 1.0. Stage volgen In het kader van een beroepsgerichte opleiding is stage een essentieel onderdeel. Alleen door stage kan de beroepsgerichtheid van de opleiding zichtbaar gemaakt worden en kun je de vereiste competenties verwerven die je tot een startbekwaam functionaris voor het beroepenveld maken Wat is stage? De studie Pastoraal Werker is een officieel erkende Hogere Beroepsopleiding. Het vervullen van de stage is daarom, naast het afleggen van de tentamens, een belangrijk onderdeel van de opleiding. De stage is een leersituatie waarin de verbinding tussen theorie en praktijk gestalte moet krijgen. Door middel van de stage word je intensief geconfronteerd met verscheidene praktijksituaties, zodat je de voorwaarden voor het toekomstig beroep gaat herkennen en kunt leren aan die voorwaarden zoveel mogelijk te voldoen. Door het verrichten van praktische beroepswerkzaamheden kun je je de beroepshouding eigen maken die vereist is om zelfstandig en in teamverband te functioneren. Dit houdt in dat de te verrichten werkzaamheden moeten aansluiten bij de competenties die verwoord staan in het opleidingsplan Algemene doelstelling Binnen het kader van de beroepsopleiding heeft de stage de doelstelling de gerichtheid op het werkveld praktisch vorm te geven. De stages hebben hun invloed op de colleges en de gerichtheid van de vraagstellingen die aan de orde komen. Bij de student bedoelen ze de noodzakelijke integratie van theorie en praktijk op gang te brengen. De stage gaat niet op in het kennismaken met het werkveld. In de beginfase zijn de stages oriënterend en observerend, maar naarmate de studie vordert, worden ze meer beroepsgericht. Het doel ligt in het ontwikkelen van de competenties en de startbekwaamheid. Tijdens de stage word je voorbereid op verantwoord en adequaat handelen als beroepsfunctionaris. Het resultaat van dit proces laat je zien in het portfolio. De stage geeft de noodzakelijke gerichtheid op de beroepspraxis. Dat vraagt een toenemende zelfstandigheid, bewustzijn van de verantwoordelijkheid, mogelijkheid van methodisch en planmatig denken, de bereidheid en de mogelijkheid tot samenwerking met anderen, zicht op verhoudingen in het kerkelijke leven en op de verhouding van kerkelijk en instellingswerk. Noodzakelijk is vooral een diep besef van het gewicht van het werk dat in Gods Koninkrijk verricht wordt in de bediening en/of bemiddeling van het Woord binnen of buiten het ambt. Daarom is de ontwikkeling van een daarbij passende levenshouding en levensopenbaring mede de doelstelling van de stage. Hierbij is de werking van Gods Geest onmisbaar nodig. 2
4 1.3. Begeleiding Een goede stage staat of valt met goede begeleiding. De begeleiding vanuit de opleiding en het stage-instituut zorgen ervoor dat de stage een optimaal rendement heeft. In de opleiding wordt de drieslag supervisie intervisie zelfreflectie gehanteerd. Werken onder supervisie is een belangrijk middel om te leren functioneren in de praktijk. De supervisie vanuit de cursus en het stage-instituut stellen je in staat munt te slaan uit je leerervaringen. Naast de supervisie vanuit de cursus en het stage-instituut is ook de onderlinge uitwisseling van ervaringen van betekenis voor je vorming. Tijdens de intervisiebijeenkomsten kun je onder professionele begeleiding ook ervaringen delen met medestudenten en deze evalueren. Via de colleges word je verder gestimuleerd tot zelfevaluatie en zo voorbereid op het toekomstig functioneren in het beroepenveld waarvoor je hebt gekozen. Zelfreflectie is noodzakelijk om je te ontwikkelen tijdens praktijkleren. Via de colleges word je verder gestimuleerd tot zelfevaluatie en zo voorbereid op het toekomstig functioneren in het beroepenveld waarvoor je hebt gekozen. In de colleges van de hoofdvakken wordt ook regelmatig verwezen naar de relevantie van de behandelde stof en vaardigheden voor het beroepenveld en gereflecteerd op de juiste beroepsattitude. Ook de vakken die specifiek gerelateerd zijn aan de differentiatie Pastoraal Werk en behoren tot het basisprogramma zijn niet alleen theorie-, maar ook praktijkgericht. De stage vormt een onderdeel van het praktijkleren zoals dat aan de opleiding gestalte wordt gegeven via het basis- en beroepsgerichte programma. 3
5 2.0. Stage in de propedeuse In de opbouw van het praktijkleren aan de opleiding die de CGO verzorgt, is gekozen voor een duidelijke geleding. In de propedeuse draagt de stage een bij de propedeuse behorend karakter. Dit komt uit in de inhoud van de opdrachten en de samenhang met het vervolg. Het verslag wordt als bijlage bij het portfolio opgenomen Het karakter van de stage In het eerste leerjaar heeft de stage het karakter van een oriëntatiestage. Je begeeft je voor enkele dagdelen op het werkveld om je te oriënteren op de breedte van het veld. Je kiest minstens twee werkvelden waarop je je oriënteert en doet daarvan verslag. In deze stage gaat het om het kennismaken met het werkveld en de diverse aspecten van het werk. Dat maakt mede een afgewogen keuze voor het vervolg van de studie mogelijk, want met de oriëntatie op een bepaald werkveld kan de vraag beantwoord worden of je jezelf op dit terrein als beroepsfunctionaris ziet functioneren. De stage staat daarmee voor een deel in het teken van de beroepskeuze. In deze stage krijg je, door je te oriënteren op het werkveld, ook al enig zicht op de vragen en problematiek die op het werkveld spelen. Met de ervaring van de eerste stage kun je meer gericht de beroepsgerichte elementen van de colleges van het basisprogramma en het beroepsgerichte deel op waarde schatten en vruchtbaar maken voor de eerste ontwikkeling van een bij het werkveld behorende beroepshouding. Na de stage zul je gemakkelijker de betekenis van de beroepsgerichte elementen in de opleiding een plaats kunnen geven De inhoud van de stage - In het kader van de oriëntatiestage van de propedeuse ontvang je voornamelijk opdrachten die gericht zijn op het observeren van het werkveld. Deze opdrachten zijn veelal descriptief van aard. Je maakt na kennismaking met minstens twee werkvelden een verslag waarin een beschrijving is opgenomen van de organisatie die je hebt bezocht. Je let daarbij op identiteit, visie en missie zoals die door de organisatie zijn verwoord, de doelgroep waarop de organisatie zich richt en beschrijft de werkzaamheden van beroepsfunctionarissen die je hebt waargenomen. - Daarnaast heb je ook de opdracht je te bezinnen op de vraag of je je in de beschreven werkzaamheden op je plaats zou weten als beroepsfunctionaris. Aan het einde van je verslag moet je antwoord kunnen geven op deze vraag met het oog op je eigen beroepskeuze. De opleiding kent in de vervolgweg verschillende profielen die overeenkomen met de verschillende segmenten van het werkveld. Je zoekt naar de velden waarvoor je wel/geen affiniteit hebt en probeert daarvoor redenen aan te geven. De stage moet je daarvoor stof ter bezinning aanreiken. - Tijdens de stage ga je ook gericht op zoek naar praktijksituaties die laten zien dat de stof die tijdens de colleges in het basis- en het beroepsprogramma wordt gedoceerd, relevant is voor het praktijkveld. Aan het einde van de colleges wordt steeds de vraag gesteld naar de relevantie van de stof. Het lopen van een stage 4
6 geeft je een duidelijk punt waaraan je bij het vormen van een oordeel kunt refereren De omvang van de stage De stage omvat in totaal twaalf dagdelen oriëntatie en drie dagdelen verslaglegging. Daarvan dien je twee dagdelen stage te lopen binnen het (godsdienst)onderwijs om een goed zicht te krijgen op eventuele beroepsmogelijkheden in het onderwijs. Daarnaast moet je tien dagdelen stage lopen binnen een godsdienstig georiënteerde instelling. Te denken valt aan stage bij catechisatie, jeugdvereniging, evangelisatiepost, pastoraal werk, Bijbelwinkel, enz. De stage is na goedkeuring van de verslagen goed voor zeven credits. De stage kan verspreid over het gehele jaar plaatsvinden, maar moet aan het einde van het eerste leerjaar afgerond zijn door middel van het overleggen van het ondertekende stageformulier en stageverslag. Na goedkeuring van het stageverslag door de stagebegeleider voeg je dit toe als bijlage aan het portfolio. N.B. Wanneer je in het vervullen van de stages langer dan een jaar achterloopt, mag je geen tentamens meer doen! 5
7 3.0. Stageopdracht De stageopdracht in de propedeuse bestaat in het zich oriënteren op de activiteiten op de twee werkvelden waarvoor de CGO studenten opleidt: het godsdienstonderwijs (GL) en het godsdienst pastoraal werk (PW). Tijdens de stage vul je voor de verschillende observaties het format in dat opgenomen is in bijlage 1 van deze stagegids. Verder laat je voor elke observatie een verklaring door een vertegenwoordiger van de ontvangende instantie invullen. 6
8 Bijlage 1 Oriëntatiestage leerjaar 1 Naam student : Cursusjaar : De stageopdracht is vervuld bij : Naam gemeente/instelling : Adres : Plaats : Telefoon : Contactpersoon : A. Informatie over de kerkelijke gemeente/instelling Geef aandacht aan de volgende punten: - organisatiebeschrijving; - beschrijf visie, missie en identiteit; - hoe komt de identiteit tot uitdrukking in de dagelijkse werkzaamheden? B. Verslag van stage-activiteit Geef aandacht aan de volgende punten: - welke competenties komen in het werk naar voren? - maak een overzicht van de waargenomen praktijken (Gebruik bij het invullen bijlage 3) C. Positieve en negatieve leerpunten Geef aandacht aan de volgende punten: - bespreek je verslag met een medestudent en schrijf positieve punten en leerpunten op (intervisie); - formuleer een aantal leervragen als een persoonlijk ontwikkelingsplan waar je volgende stageperiode aan gaat werken; - wat heb je van deze stage geleerd? Hoe had je meer kunnen leren? - waarom vind je jezelf geschikt voor dit soort werk? 7
9 D. Zelfevaluatie Geef aandacht aan de volgende punten: - noem in elk verslag voorbeelden van leerstof die relevant is voor het door jou bezochte werkterrein, minimaal twee vakken waar jou iets aangereikt werd dat dienstbaar kan zijn aan jouw functioneren; - welke competenties denk jij zelf al te beheersen? Geef aan of jij de genoemde competenties matig, voldoende of goed beheerst; - welke competenties moet jij in de komende jaren veel aandacht geven? Het stageverslag uiterlijk inleveren voor 1 november bij drs. J. van Mourik, Odinstraat 35, 4421 LH Kapelle. jvm@cgo.nu 8
10 Bijlage 2 Verklaring stagementor Naam student : Cursusjaar : De genoemde student heeft stage gelopen bij: Naam gemeente/instelling : Adres : Plaats : Telefoon : Contactpersoon : Opmerkingen: Plaats: Datum: Handtekening stagementor: De verklaring inleveren bij drs. J. van Mourik, Odinstraat 35, 4421 LH Kapelle. E- mail: jvm@cgo.nu 9
11 Bijlage 3 Competentieprofiel PW 1. Hermeneutische competentie Het vermogen om de Heilige Schrift en de religieuze traditie, gemeenschap en/of organisatie, die hij/zij vertegenwoordigt in een betekenisvolle verbinding te brengen met de mens in zijn huidige context. A Legt op methodische wijze verbanden tussen de Heilige Schrift en de actuele situatie B Brengt hedendaagse levensbeschouwelijke vragen van mensen in verbinding met de Heilige Schrift en geeft daaraan een levensbeschouwelijke interpretatie C Duidt maatschappelijke en culturele processen in het licht van de Heilige Schrift D Heeft inzicht in de referentiekaders van anderen en betrekt zijn/haar eigen geschiedenis en achtergrond zinvol bij de interpretatie van de situatie van anderen E Reflecteert op en geeft uitdrukking aan de betekenis van zijn/haar religieuze traditie voor de huidige cultuur en samenleving Praktijken: - meditatie, appelwoord of opening van een vergadering houden - verhaal uit de Bijbel of kerkgeschiedenis voor doelgroep vertellen - een levensbeschouwelijk gesprek op niveau voeren - deelnemen aan levensbeschouwelijk/ethisch panel of een discussie - column over levensbeschouwelijk/ethisch onderwerp schrijven - een actieplan voor het uitvoeren van levensbeschouwelijke activiteiten - visiestuk voor een levensbeschouwelijke organisatie schrijven - preekbespreking bijwonen/leiden 2. Pastorale competentie Het vermogen om mensen, individueel en groepsgewijs, vanuit een contextuele optiek en op hermeneutisch verantwoorde wijze te ondersteunen in het omgaan met religieuze vragen en levensvragen in zeer uiteenlopende situaties. A Hanteert onderscheid tussen een gewoon gesprek, hulpverlening en pastoraat B Initieert pastorale zorg vanuit het zicht op wat nodig is C Hanteert verschillende gesprekstechnieken en stelt 10
12 D E F G H I adequate pastorale diagnoses Herkent en hanteert grenzen van eigen bevoegdheid en handelen en kan op basis van eigen analyse eventueel passend verwijzen naar derden Heeft inzicht in menselijk gedrag, psychologische en geestelijke processen en heeft oog voor pastoranten in hun context Gaat integer en ethisch verantwoord om met de pastoranten en hun situatie, is nabij en leeft mee, maar houdt gepaste professionele afstand Refereert aan de Heilige Schrift en appelleert aan de persoonlijke verantwoordelijkheid van de pastoranten om oplossingsgericht te denken en maakt mensen bewust van hun situatie Herkent levensvragen en de religieuze en ethische dimensie en kan hierbij begeleiden Maakt in overleg met pastoranten gebruik van bijbellezen, gebed en andere liturgische/religieuze handelingen Praktijken: - een pastoraal gesprek voeren en via een verbatim daarop reflecteren - reflecteren op bijbelgebruik in een pastorale situatie - beschrijving van een pastorale situatie geven in de vorm van een casus - gesprek voeren op breukvlak pastoraat en hulpverlening - een pastoraal advies formuleren in een casus - observeren en evalueren van gedrag en reacties - afweging maken van de portee van een hulpvraag - huwelijksgesprek bijwonen/voeren - bezoeken afleggen: ziekenbezoek, ouderenbezoek, rouwbezoek - jongerenpastoraat 3. Liturgische competentie Het vermogen om religieuze en liturgische bijeenkomsten en handelingen van verschillende aard en doelstelling gestalte te geven en daarin (mede) voor te gaan. A Geeft de bijeenkomst op een passende wijze vorm, aansluitend bij een gegeven context B Overlegt en werkt samen met andere participanten in de bijeenkomst C Put op verantwoorde wijze uit liturgische traditie D Maakt en houdt een overdenking in voorkomende gevallen E Formuleert passende gebeden F Handelt gevoelvol en expressief en gaat op een authentieke wijze voor G Verricht religieuze en liturgische handelingen in het bewustzijn van hun betekenis 11
13 Praktijken: - een liturgie samenstellen - een declamatie maken/organiseren - een meditatie houden of een appelwoord uitspreken - een openbaar gebed uitspreken - een zangdienst of zanguur leiden voor verschillende doelgroepen - rouwdienst voorbereiden en leiden 4. Missionaire competentie Het vermogen om de boodschap van de Heilige Schrift met anderen te communiceren en uit te dragen en op een open en uitnodigende wijze aanwezig te zijn in de samenleving, ook in cross-culturele context. A Is betrokken op en aanwezig in de samenleving en heeft brede en actuele kennis van maatschappelijke en (multi) culturele ontwikkelingen in plaatselijke en wereldwijde context B Reflecteert vanuit de Heilige Schrift op de ontwikkelingen in cultuur en samenleving C Organiseert activiteiten voor verschillende doelgroepen om hen in contact te brengen met de boodschap van de Heilige Schrift en hen op dat platform daarover met elkaar in gesprek te brengen D Vertolkt de boodschap van de Heilige Schrift op een respectvolle en integere wijze en doet daarbij recht aan andere levensvisies E Legt contacten met mensen van buiten de eigen kerk of gemeenschap F Levert een bijdrage aan het onderlinge respecteren van religieuze overtuigingen G Rust mensen toe tot een missionaire houding Praktijken: - deelnemen aan evangelisatie- en zendingsactiviteiten - reflecteren of praktiseren van transculturele overdracht - evangelisatiefolder schrijven - deelnemen aan tentactie - organiseren kinderevangelisatiewerk - straatcolportage - evangelisatietoespraak voorbereiden - powerpoint of folder maken voor evangelisatiewerk 12
14 5. Educatieve competentie Het vermogen om een krachtige leeromgeving voor individuen en groepen te creëren en om leer- en vormingsprocessen met levensbeschouwelijke thema s te faciliteren. A Formuleert voor diverse individuen en groepen leer- en ontwikkelingsdoelen B Verdiept zich in de beginsituatie van de lerende(n) en herkent religieuze ontwikkelingen en ervaringen en kiest op basis daarvan leerinhoud en werkvormen C Motiveert individuen en groepen in hun religieuze leervragen, daagt hen uit en begeleidt hen waar nodig zodat zij in staat zijn het eigen leer- en vormingsproces te sturen D Staat open voor reflectie en feedback van de lerende(n) en is flexibel in het aanpassen van leeractiviteiten E Speelt in op groepsdynamische processen F Rust vrijwilligers en/of professionals toe om zelfstandig taken uit te voeren in gemeente, organisatie of instelling Praktijken: - les op school of catechisatie voorbereiden/geven - verschillende leer- en werkvormen in praktijk evalueren - instructie voor activiteit verzorgen - bijbelstudie leiden en verschillende methodes toepassen 6. Agogische competentie Het vermogen om vanuit de religieuze traditie, gemeenschap en/of organisatie die men vertegenwoordigt op een bewuste, doelgerichte, procesmatige en systematische wijze (samen) te werken aan verandering. A Analyseert bestaande situaties en maakt op basis van de analyse een samenhangend ontwerp/plan ter verbetering B Voert op gestructureerde wijze de voorgenomen plannen/activiteiten uit C Stelt evaluatiecriteria op en reflecteert regelmatig op product en proces van uitvoering en toetst het eigen handelen aan vooraf gestelde eisen D Draagt constructief bij aan het behalen van gemeenschappelijke doelen in groepen en samenwerkingsverbanden E Verantwoordt en motiveert de wijze van samenwerking met collega s en andere organisaties en instellingen F Stimuleert de identiteit van instelling, gemeente of 13
15 G organisatie onder de verantwoordelijkheid waarvan hij/zij werkzaam is Legt relaties met relevante organisaties, instellingen en individuen, bouwt deze uit, onderhoudt deze en behartigt daarbij de belangen van de te vertegenwoordigende organisatie of gemeenschap Praktijken: - coaching van een groep of persoon - casus bespreken - een pastorale problematiek analyseren en oplossingsrichtingen bedenken - handelingsplan maken en evalueren - coöperatie pastoraat en hulpverlening onderzoeken - een organisatie waarin agogisch werk gedaan wordt in beeld brengen 7. Leiderschap Het vermogen om individuen (professionals en vrijwilligers), groepen en organisaties te leiden en te begeleiden op levensbeschouwelijk gebied, gericht op het bereiken van gestelde doelen. A Draagt verantwoordelijkheid voor en geeft transparant en integer leiding aan geestelijke processen bij individuen en groepen B Is zich bewust van de voorbeeldfunctie die een leider altijd heeft en handelt hier ook naar C Stemt zijn/haar handelen af op de grondslag, tradities en regels van de organisatie of gemeenschap D Gaat op een professionele en oplossingsgerichte wijze om met weerstanden, durft te confronteren en te corrigeren, verzoent en stimuleert E Ontwikkelt, implementeert en evalueert visie en beleid F Geeft leiding aan overlegsituaties en besluitvormings- en veranderingsprocessen en speelt daarbij in op groepsdynamische processen G Enthousiasmeert en mobiliseert H Delegeert effectief taken met daarbij behorende verantwoordelijkheden Praktijken: - coaching van personen op groepen - processen of activiteiten opzetten/organiseren/leiden - taakverdelingen maken - een project in een gemeente of groep opzetten - cultuurverandering inzetten 14
16 8. Communicatie Het vermogen om adequaat en doelgroepgericht te communiceren met individuen, groepen en organisaties, zowel mondeling als schriftelijk, verbaal als non-verbaal. A Maakt gebruik van symbolen, beelden en voorbeelden om levensbeschouwelijke onderwerpen ter sprake te brengen en uit te leggen B Verstaat en interpreteert signalen van individuen en groepen en vraagt waar nodig om verduidelijking C Leeft zich in in gedachten, gevoelens en situaties van anderen D Brengt eigen standpunten en beslissingen overtuigend en met enthousiasme onder woorden en legitimeert deze vanuit diverse richtingen, daarbij respect tonend voor de ander E Schrijft heldere teksten met een duidelijke structuur en opbouw F Kiest de juiste communicatie, passend bij de doelgroep en maakt daarbij gebruik van informatie- en communicatietechnologie Praktijken: - gedachten via de pers communiceren - gesprekken analyseren - teksten voor een gericht doel schrijven en evalueren - karakterbeschrijving maken - informatiebehoefte vaststellen in een bepaalde situatie 9. Persoonlijke competentie Het vermogen om vanuit de eigen spiritualiteit of de spiritualiteit die hij/zij zich heeft eigen gemaakt vanuit de religieuze gemeenschap en/of organisatie die hij/zij vertegenwoordigt te reflecteren op attitude, identiteit en handelen in beroepssituaties en om zich persoonlijk en professioneel te ontwikkelen. A Analyseert het eigen functioneren en heeft daardoor een goed beeld van zijn/haar competenties en blijft planmatig werken aan de ontwikkeling hiervan B Ontwikkelt een visie op het beroep, op basis van theologische inzichten, eigen levensovertuiging en ervaringen in de beroepsuitoefening, passend binnen de religieuze traditie en/of organisatie die hij/zij vertegenwoordigt C Reflecteert op de religieuze traditie van de stroming of organisatie die hij/zij vertegenwoordigt, bijbehorende 15
17 D E F G geschriften, gebruiken en symbolen en weet die op waarde te schatten Geeft persoonlijk gestalte aan zijn/haar identiteit, is daarin evenwichtig en handelt op een authentieke, integere en ethische verantwoorde wijze Reflecteert op de eigen religieuze en spirituele ontwikkeling Toont relativeringsvermogen en kent zijn/haar grenzen Verantwoordt zijn/haar gemaakte keuzes Praktijken: - mediteren en bidden - een soliloquium - zelfevaluatie schrijven graden-feedback 16
STAGEBOEKJE LEERJAAR 2 2009-2010
STAGEBOEKJE LEERJAAR 2 2009-2010 MOU 26-09-2009 Inhoudsopgave 1.0. Stage volgen... 2 1.1. Wat is stage?... 2 1.2. Algemene doelstelling... 2 1.3. Begeleiding... 3 2.0. Stage in het tweede leerjaar... 4
Nadere informatieSTAGEBOEKJE. LEERJAAR 3 en 4 2009-2010
STAGEBOEKJE LEERJAAR 3 en 4 2009-2010 MOU 26-09-2009 Inhoudsopgave 1.0. Stage volgen... 2 1.1. Wat is stage?... 2 1.2. Algemene doelstelling... 2 1.3. Begeleiding... 3 2.0. Stage in het derde en vierde
Nadere informatieFontys Hogeschool Theologie Levensbeschouwing
Competentieprofiel Bachelor Godsdienst Pastoraal Werk PROPEDEUSE Inhoudelijk competent A.1 onderkent het belang van de vakinhouden voor zijn persoonlijke ontwikkeling en die van de leerling, pastorant
Nadere informatieModuleboek Homiletiek. Leerjaren 3 en 4
Moduleboek Homiletiek Leerjaren 3 en 4 2012-2014 1 Module Homiletiek keuzevak PW-/GL-variant leerjaren 3 en 4 drs. J. van Mourik ORIËNTATIE 1. Titel collegeserie Het Woord vertolken 2. Introductie a. Wat
Nadere informatieModuleboek Catechetiek. Leerjaren 3 en 4
Moduleboek Catechetiek Leerjaren 3 en 4 2012-2013 Module Catechetiek keuzevak PW-/GL-variant leerjaren 3 en 4 drs. J. van Mourik ORIËNTATIE 1. Titel collegeserie Leren in de gemeente 2. Introductie a.
Nadere informatieCOMPETENTIES MA GPW. Master Godsdienst pastoraal werk/ geestelijke verzorging. Wijzigingen: Behandeld door: Status: Datum:
Titel Subtitel FHTL COMPETENTIES MA GPW Master Godsdienst pastoraal werk/ geestelijke verzorging Aan dit document werkten mee: Chr. t Mannetje Hans Jonker Wijzigingen: Behandeld door: Status: Datum: vastgesteld
Nadere informatieDE COMPETENTIES VAN DE PREDIKANT EN DE GEESTELIJK VERZORGER
DE COMPETENTIES VAN DE PREDIKANT EN DE GEESTELIJK VERZORGER De PThU kent twee competentieprofielen, die voor de gemeentepredikant en die voor de geestelijk verzorger. Ze verschillen in onderdelen, maar
Nadere informatieUitreik PP s. Niet in presentatie opgenomen PP s. uitreik PP's VGVZ 15.11.2010 1
Uitreik PP s Niet in presentatie opgenomen PP s uitreik PP's VGVZ 15.11.2010 1 Dublin-descriptoren Bachelor & Master items -kennis en inzicht -toepassen kennis en inzicht -oordeelsvorming -communicatie
Nadere informatieSWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen
SWOT-ANALYSE Met een SWOT-analyse breng ik mijn sterke en zwakke punten in kaart. Deze punten heb ik vervolgens in verband gebracht met de competenties van en leraar en heb ik beschreven wat dit betekent
Nadere informatiekempelscan P2-fase Studentversie
kempelscan P2-fase Studentversie Pedagogische competentie Kern 2.1 Pedagogisch competent Pedagogisch handelen Je draagt bij aan een veilige leef- en leeromgeving in de groep O M V G Je bent consistent
Nadere informatiekempelscan K1-fase Eerste semester
kempelscan K1-fase Eerste semester Kempelscan K1-fase eerste semester 1/6 Didactische competentie Kern 3.1 Didactisch competent Adaptief omgaan met leerlijnen De student bereidt systematisch lessen/leeractiviteiten
Nadere informatieCompetentieprofiel van de opleider CHVG
Competentieprofiel van de opleider CHVG Competentieprofiel van de opleider per competentiegebied 0. Competentiegebied: handelen als expert De opleider beantwoordt aan het competentieprofiel van de betreffende
Nadere informatieEen professional met diepgang. Domeincompetenties voor de Bachelor of Theology
Brochure Omslag.qxd 9-5-2006 11:13 Pagina 1 Een professional met diepgang Domeincompetenties voor de Bachelor of Theology Een professional met diepgang Domeincompetenties voor de Bachelor of Theology Landelijk
Nadere informatieCompetentievenster 2015
Windesheim zet kennis in werking Competentievenster 2015 TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING WINDESHEIM Inleiding 3 Het competentievenster van de tweedegraads lerarenopleidingen van Hogeschool Windesheim vormt
Nadere informatieHET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD. ILS Nijmegen
HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD ILS Nijmegen Mei 2009 Voorwoord: Dit voorstel voor een competentieprofiel van de spd is ontworpen op verzoek van de directies van ILS- HAN en ILS-RU door de productgroep
Nadere informatieITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)
ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed
Nadere informatieECTS-fiche. Opleiding. Geïntegreerde competentieverwerving 2. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot GMW Geïntegreerde competentieverwerving 2 AD2 40 n.v.t. 220 JA aanvragen
Nadere informatieDe rollen van de SCZ docent: competentiewoordenboek en indicatoren. Inleiding
De rollen van de SCZ docent: competentiewoordenboek en indicatoren Inleiding Docenten vervullen 5 rollen in de lessituatie. Daarnaast vervult de docent de lessituatie een aantal rollen. In onderstaand
Nadere informatie1. Interpersoonlijk competent
1. Interpersoonlijk competent De docent BVE schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer in het contact met deelnemers en tussen deelnemers, en brengt een open communicatie tot stand. De docent BVE geeft
Nadere informatiecompetentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan
Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO
Nadere informatieDe 6 Friesland College-competenties.
De 6 Friesland College-competenties. Het vermogen om met een open enthousiaste houding nieuwe dingen aan te pakken. Het vermogen jezelf steeds beter te leren kennen. Het vermogen om in te schatten in welke
Nadere informatieD.1 Motiveren en inspireren van leerlingen
DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt
Nadere informatiePRAKTIJKLEREN AAN DE OPLEIDING KERKELIJK WERKER CGO-HBO
PRAKTIJKLEREN AAN DE OPLEIDING KERKELIJK WERKER CGO-HBO Visienota voor docenten en begeleiders 2010-2011 MOU 12-08-2010 Inhoudsopgave 1. De opleiding pastoraal werker aan het CGO-HBO... 2 1.1. Identiteit
Nadere informatieMASTER LGL COMPETENTIES
MASTER LGL COMPETENTIES Preambule De master opleiding FHTL veronderstelt dat de studenten hun bachelor behaald hebben en dus startbekwaam zijn. Deze bekwaamheid vertaalt zich door naar de onderstaande
Nadere informatiekempelscan P1-fase Kempelscan P1-fase 1/7
kempelscan P1-fase Kempelscan P1-fase 1/7 Interpersoonlijke competentie Kern 1.2 Inter-persoonlijk competent Communiceren in de groep De student heeft zicht op het eigen communicatief gedrag in de klas
Nadere informatieBijlage 5: Formulier tussenevaluatie
Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet
Nadere informatiePortfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:
Pro-U assessment centrum Eigendom van: Blad 1 Persoonlijke gegevens Naam en voorletters Adres Postcode en woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Onderwijsinstelling E-mailadres Docentbegeleider Geboortedatum
Nadere informatieOnderwerp Opdracht. 1. Competentiescan. Ondersteun een cursist bij het opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan voor de opleiding.
Onderwerp 1. Competentiescan Geef met behulp van de competentiescan aan wat u als leercoach-in-opleiding al beheerst en wat u wilt leren. 2. Intake Bespreek met een cursist de competentiescan. 3. Persoonlijk
Nadere informatieSW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak. Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf
SW-B-K1-W2 (C) Maakt een plan van aanpak Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt staat, kan
Nadere informatieBeroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager
Beroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager 1 Werkprocessen en competenties gericht op het verpleegplan 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op. A: Beslissen en activiteiten initiëren
Nadere informatieDe student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.
Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen
Nadere informatieProfiel missionair werker (M/V) Project Licht op Zuid. Protestantse gemeente te Rotterdam Zuid. Hervormde wijkgemeente Maranathakerk
Profiel missionair werker (M/V) Project Licht op Zuid Protestantse gemeente te Rotterdam Zuid Hervormde wijkgemeente Maranathakerk 2013 2018 Protestantse gemeente te Rotterdam Zuid Hervormde wijkgemeente
Nadere informatieSAMENVATTING COMPETENTIEPROFIELEN ANIMATOR HOOFDANIMATOR INSTRUCTEUR
SAMENVATTING COMPETENTIEPROFIELEN ANIMATOR HOOFDANIMATOR INSTRUCTEUR COMPETENTIES CLUSTER ANIMATOR HOOFDANIMATOR INSTRUCTEUR 1. BEGELEIDEN 1.1. Kinderen en jongeren begeleiden 1.1. Animatoren begeleiden
Nadere informatieStagedoelstelling exploratiestage
Stagedoelstelling exploratiestage 2018-2019 1 Zorgverlener: verlenen verpleegkundige zorg/technische vaardigheden volgens de verpleegkundige basisprincipes Werkt systematisch en gestructureerd. Besteedt
Nadere informatiePRAKTIJKOPDRACHT 3 DE VRAAG SIGNALEREN
PRAKTIJKOPDRACHT 3 DE VRAAG SIGNALEREN SOCIAAL WERK Opdracht 3: DE VRAAG SIGNALEREN Sociaal werk Student: Studentennummer: Klas: Stagebegeleider: SLB er: KD Sociaal Werk Crebo 23185 Afname periode leerjaar
Nadere informatieRapport Docent i360. Test Kandidaat
Rapport Docent i360 Naam Test Kandidaat Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het
Nadere informatie3.1 Persoonsgerichte werkvormen: leren van ervaringen, supervisie en intervisie
3.1 Persoonsgerichte werkvormen: leren van ervaringen, supervisie en intervisie Reflectie op het eigen handelen is voor de AVG een noodzakelijk element van zijn beroepsattitude (competentiegebied professionaliteit).
Nadere informatieBEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR
Opleidingsinstelling Adres Telefoon fax BEOORDELING STAGE DOOR DE VAKMENTOR Identificatie Naam student/cursist: Opleidingsonderdeel/module: Stageplaats: Vakmentoren: naam en contactgegevens Periode: O
Nadere informatieCompetenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht
Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te
Nadere informatieKinderen en jongeren begeleiden. Je hebt aandacht voor elk kind of elke jongere en hun plaats in de groep
DE COMPETENTIEKAARTEN ANIMATOR Competentie 1: Je past je manier van communiceren aan de kinderen en jongeren aan Je weet wat de kinderen en jongeren kunnen en kennen en je houdt daar rekening mee Je hebt
Nadere informatieCompetentieprofiel. Instituut voor Interactieve Media. Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006
Competentieprofiel Instituut voor Interactieve Media Competentieprofiel studenten Instituut voor Interactieve Media vastgesteld juni 2006 Aangepast in maart 2009 Inleiding De opleiding Interactieve Media
Nadere informatieBeoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer 91370. Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL
Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid Leg het fundament Crebonummer 91370 Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL EXAMENBANK PROVE2MOVE 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Opdrachten
Nadere informatieDeel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017
Deel 1 Evaluatie opleider: checklist tussentijds evaluatiemoment versie 2017 Introductie Dit is de checklist voor de aios en opleider om halverwege de periode samen te bespreken hoe het opleiden gaat.
Nadere informatieIDENTITEITSSTATUUT. Zorgcentrum Horizon. Integraal onderdeel van de statuten conform artikel 2. Lid 4
IDENTITEITSSTATUUT Zorgcentrum Horizon Integraal onderdeel van de statuten conform artikel 2. Lid 4 8 september 2016 1 Identiteitsstatuut zorgcentrum Horizon Voorwoord Voor u ligt het identiteitsstatuut
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Maatschappelijk Werk Structuurgericht werken. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot
ECTS-fiche Opzet van de ECTS-fiche is om een uitgebreid overzicht te krijgen van de invulling en opbouw van de module. Er bestaat slechts één ECTS-fiche voor elke module. 1. Identificatie Opleiding Module
Nadere informatieVerantwoording gebruik leerlijnen
Verantwoording gebruik leerlijnen In de praktijk blijkt dat er onder de deelnemers van Samenscholing.nu die direct met elkaar te maken hebben behoefte bestaat om de ontwikkeling van de beroepsvaardigheden
Nadere informatiejongerenbuurtbemiddelaar. gesprek eerste partij x* x gesprek tweede x* x partij bemiddelingsgesprek x* x beide partijen verslaglegging t.b.v.
BIJLAGE 1 Profiel vrijwilliger jongerenbuurtbemiddeling Beroepsbeschrijving Mogelijke functiebenamingen Contet/ werkzaamheden Rol en verantwoordelijkheden Vrijwilliger jongerenbuurtbemiddeling, jongerenbuurtbemiddelaar.
Nadere informatieOPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E
OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E Albeda college Branche gezondheidszorg Kwalificatieniveau 4 Cohort: 2009-2010 Versie: 3 Fase: Gevorderd 1 Naam Student:.
Nadere informatie2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*
Competentiekaart verzorgende IG (de eisen ten aanzien van loopbaan en de burgerschapsdimensies zijn in de kaart verwerkt, behalve de politiek-juridische dimensie die geheel op school wordt behandeld) Competentiekaart
Nadere informatieIntercultureel vakmanschap in de stage
Handreiking C Intercultureel vakmanschap in de stage Handreiking voor hsao-opleidingen en stageverlenende instellingen in de jeugdzorg HBO-raad, oktober 2012 Project intercultureel vakmanschap in het hsao
Nadere informatieOpleidingskunde,Training & Human Development
Opleidingskunde, Deze flyer over praktijkleren bij de bacheloropleiding Opleidingskunde beschrijft informatie over de volgende onderwerpen: Inhoud: 1. Het beroep 2. Deskundigheidsbevordering van medewerkers
Nadere informatieOPLEIDING SOCIAAL WERK REFERENTIEKADER STAGE 1 & STAGE 2
pagina 1 van 10 OPLEIDING SOCIAAL WERK REFERENTIEKADER STAGE 1 & STAGE 2 pagina 2 van 10 Inleiding Via de missie van onze opleiding Sociaal Werk stellen wij tot doel om studenten op te leiden tot reflexieve
Nadere informatieEvaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017
Evaluatie van opleiders door aios LUMC: inleiding voor opleiders versie 2017 Om de kwaliteit van de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde te behouden en te verbeteren worden met ingang van december
Nadere informatieCOMMUNICEREN VANUIT JE KERN
COMMUNICEREN VANUIT JE KERN Wil je duurzaam doelen bereiken? Zorg dan voor verbonden medewerkers! Afgestemde medewerkers zijn een belangrijke aanjager voor het realiseren van samenwerking en innovatie
Nadere informatieWaarvoor dient dit attest? mytalent@work is in eerste instantie een (zelf)evaluatie-instrument dat feedback geeft over de vaardigheden van de jongere.
Waarvoor dient dit attest? mytalent@work is in eerste instantie een (zelf)evaluatie-instrument dat feedback geeft over de vaardigheden van de jongere. Als jongere (al dan niet aan het werk) kan je mytalent@work
Nadere informatieSTAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT
STAGES IN ARBEIDS- EN ORGANISATIEPSYCHOLOGIE: FEEDBACKINSTRUMENT Naam stagiair(e):... Stageplaats (+ adres):...... Tussentijdse evaluatie Eindevaluatie Stageperiode:... Datum:.. /.. / 20.. Stagementor:...
Nadere informatieDe CBP: Competentie Beoordeling Praktijk
De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk Op de HBOV van de Hogeschool Leiden wordt sinds het studiejaar 2013-2014 gewerkt met CBP s, Competentie Beoordelingen in de Praktijk. Gedachte hierachter is, dat
Nadere informatieVragenlijst oefenleider
Competentiescan Werkboek Competentiegericht Oefenen Vragenlijst oefenleider Naam feedbackvrager: Functie feedbackvrager: Datum: Deze Competentiescan bevat: vragenlijst voor de competenties uit het competentieprofiel
Nadere informatieMogelijke functiebenaming. Vrijwilliger buurtbemiddeling, buurtbemiddelaar. Context/werkzaamheden
1 KWALIFICATIEDOSSIER VRIJWILLIGER BUURTBEMIDDELING Beroepsbeschrijving Mogelijke functiebenaming Contet/werkzaamheden Rol en verantwoordelijkheden Vrijwilliger buurtbemiddeling, buurtbemiddelaar De vrijwilliger
Nadere informatieProfiel gemeenteraadslid
1 1 Profiel gemeenteraadslid 2NB: Overal waar zij of ze staat kan ook hij gelezen worden. 3ALGEMEEN 4Een D66 gemeenteraadslid is gekozen door de inwoners van Utrecht en vertegenwoordigt hen op een 5integere
Nadere informatieCompetenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject
Competenties van leerkrachten in scholen met een katholiek geïnspireerd opvoedingsproject Deze lijst is het onderzoekresultaat van een PWO-traject binnen de lerarenopleidingen van de KAHO Sint-Lieven,
Nadere informatieBOGO-kwalificatieprofiel voor oefenleider van elementaire en basisoefeningen
BOGO-kwalificatieprofiel voor oefenleider van elementaire en basisen Inleiding In dit document staan de kerntaken van de oefenleider centraal zoals deze gelden voor de Stichting Brandweeropleidingen BOGO.
Nadere informatieBijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s
Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s Supplement h. Functie docent Functie zoals genoemd in artikel 2 lid 1 sub h Besluit personeel veiligheidsregio s 1.1 Algemene
Nadere informatieBox 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage
Kees Dijkstra (Windesheim), Els de Jong (Hogeschool Utrecht) en Elle van Meurs (Fontys OSO). 31 mei 2012 Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage U kunt dit schema gebruiken om
Nadere informatieOpleiding. Orthopedagogie. Code + officiële benaming van de module. M5-M6, L5-L6 Gesuperviseerde praktijk Methodische begeleiding
Opleiding Orthopedagogie Code + officiële benaming van de module M5-M6, L5-L6 Gesuperviseerde praktijk Methodische begeleiding Academiejaar 2015-2016 Semester: 1 Studieomvang 15 studiepunten Totale studietijd
Nadere informatieCompetentie- en indicatorenoverzicht Masteropleiding Leren en Innoveren Hogeschool Rotterdam IVL/Kenniskring Versterking Beroepsonderwijs
Competentie- en indicatorenoverzicht Masteropleiding Leren en Innoveren Hogeschool Rotterdam IVL/Kenniskring Versterking Beroepsonderwijs COMPETENTIES EN INDICATOREN 1 Interpersoonlijke competentie De
Nadere informatieBEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3
BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar die interpersoonlijk competent is, geeft op een goede manier leiding aan leerlingen (individueel en in
Nadere informatieRapport Docent i360. Angela Rondhuis
Rapport Docent i360 Naam Angela Rondhuis Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor u ligt het
Nadere informatieBeroepsoriëntatie 1 WAT kan ik worden? Godsdienst Pastoraal Werk DTO Propedeuse semester 1 Nico Belo, Arnolt Stijf 2012/2013 1BOa
Beroepsoriëntatie 1 WAT kan ik worden? Godsdienst Pastoraal Werk DTO Propedeuse semester 1 Nico Belo, Arnolt Stijf 2012/2013 1BOa Wat kan ik worden - Beroepsoriëntatie 1 Inhoudsopgave 1 Introductie...
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Sociaal-Cultureel werk Samenwerkingsvaardigheden. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot Graduaat Sociaal-Cultureel werk Samenwerkingsvaardigheden AC2 40
Nadere informatieSW-B-K1-W3 (C) Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: Cohort: Geldig vanaf
SW-B-K1-W3 (C) Versterkt de eigen kracht van de groep Oefenopdracht C Niveau 4 Crebo: 23185 Cohort: Geldig vanaf 01-08-2015 Colofon * Daar waar hij staat, wordt ook zij bedoeld en omgekeerd. * Waar cliënt
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat Maatschappelijk werk Samenwerkingsvaardigheden. Lestijden. Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Module Code Lestijden Studiepunten Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot Graduaat Maatschappelijk werk Samenwerkingsvaardigheden AC2 40 n.v.t.
Nadere informatieChecklist Coachingscompetenties t.b.v. Sociaal Emotionele Accreditatie
De BPV-Begeleider. Checklist Coachingscompetenties t.b.v. Sociaal Emotionele Accreditatie 1 is de directe coach van de deelnemer gedurende de gehele stage. 2 hanteert een oplossingsgerichte begeleidingssteil.
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3 Code Ad3 Lestijden 40 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale 120 studiebelasting (in uren)
Nadere informatieITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 1 (jaar 1)
ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 1 (jaar 1) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed
Nadere informatieCompetenties / bekwaamheden van een daltonleerkracht
Competenties / bekwaamheden van een daltonleerkracht Tijdens de DON bijeenkomst van 13 november 2013 hebben we in kleine groepen (daltoncoördinatoren en directeuren) een lijst met competenties/bekwaamheden
Nadere informatieFunctieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.
Functieprofiel Leraar op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling. April 2018 Specifieke competenties teamlid OBS Het Toverkruid
Nadere informatieECTS-fiche. 1. Identificatie. Communicatieve vaardigheden
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding GSCW Module Communicatieve vaardigheden Code Ac1 Lestijden 40 Studiepunten nvt Ingeschatte totale 55 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen vrijstelling
Nadere informatieGeestelijk verzorger in zorginstellingen: kerntaken en kernkwaliteiten.
Geestelijk verzorger in zorginstellingen: en kernkwaliteiten. * geeft aan dat deze beroepskwalificaties/kwaliteiten in voldoende mate verworven dan wel gerealiseerd moeten zijn tijdens de initiële opleiding.
Nadere informatieAlgemene voorwaarden cultuurcoördinator
1 Algemene voorwaarden cultuurcoördinator Opleidingsniveau & denkniveau HBO denk- & werkniveau Opleiding; (Master) opleiding Richtlijn uren coördinatie; 40 uur Randvoorwaarden; Open en transparante communicatie
Nadere informatieEindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)
Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam
Nadere informatieBegrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie
Begrippenkader Studieloopbaanbegeleiding en Reflectie Kariene Mittendorff, lectoraat Innovatief en Effectief Onderwijs Studieloopbaanbegeleiding Binnen scholen wordt op verschillende manieren gewerkt aan
Nadere informatieMinor Toegepaste Psychologie
Minor Toegepaste Psychologie 1 Inleiding Waarom houden mensen zich niet aan dieetvoorschriften? Hoe kan ik ze dan stimuleren om dat wel te doen? Hoe kan ik teamsporters leren om beter om te gaan met zelfkritiek?
Nadere informatieRapport Docent i360. Angela Rondhuis
Rapport Docent i360 Naam Angela Rondhuis Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Sterkte/zwakte-analyse 3. Feedback open vragen 4. Overzicht competenties 5. Persoonlijk ontwikkelingsplan Inleiding Voor je ligt het
Nadere informatieECTS-fiche. Graduaat orthopedagogie Gesuperviseerde praktijk
ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat orthopedagogie Module Gesuperviseerde praktijk Code M2 Lestijden 60 Studiepunten nvt Ingeschatte totale studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot aanvragen
Nadere informatieFUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN COMMISSARISSEN PROFIEL VASTGOED VELISON WONEN
FUNCTIEPROFIEL LID RAAD VAN COMMISSARISSEN PROFIEL VASTGOED VELISON WONEN Functie-eisen Algemene eisen Academisch niveau van denken en functioneren en inzicht in (strategische) bestuurlijke processen binnen
Nadere informatieHieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.
Nadere informatieAantekenformulier van het assessment PDG
Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende
Nadere informatieBeoordeling en evaluatie
Beoordelingsformulier Beoordeling en evaluatie Student: Studentnummer: Opleiding en crebonr.: Niveau en leerweg: BPV bedrijf: Praktijkopleider: BPV-periode van/tot: SLBer Schoolperiode van/tot: Datum:
Nadere informatieGEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS
GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS Het doel van dit onderzoek is een vergelijking te maken tussen de aanwezige competenties bij professionals en vrijwilligers
Nadere informatieBijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG
Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Matt Huntjens ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/excursie
Nadere informatieVoor elke competentie dient u ten eerste aan te geven in welke mate deze vereist is om het stageproject succesvol te (kunnen) beëindigen.
FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSWETENSCHAPPEN NAAMSESTRAAT 69 BUS 3500 3000 LEUVEN, BELGIË m Stageproject bijlage 1: Leidraad bij het functioneringsgesprek Naam stagiair(e):.. Studentennummer:. Huidige opleiding
Nadere informatieVoorbereiding hbo kunstonderwijs
Keuzedeel mbo Voorbereiding hbo kunstonderwijs gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo Code K0184 Penvoerder: Sectorkamer ICT en creatieve industrie Gevalideerd door: Sectorkamer ICT en creatieve
Nadere informatieBPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie
pagina 1 4 Profiel praktijkopleider Norm Een praktijkopleider speelt in het leerbedrijf een cruciale rol in het succesvol opleiden van onderwijsdeelnemers tot goed geschoolde vakmensen. Het is daarom dat
Nadere informatieCompetentieprofielen Docentfuncties
Competentieprofielen Docentfuncties De Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken is in 2002 begonnen met de ontwikkeling van competentiemanagement. Een werkgroep competentiemanagement bestaande uit sectordirecteuren,
Nadere informatieGoed voorbereid! Je onderzoekt of de twee activiteiten passen binnen het beleid van de instelling.
Goed voorbereid! Kerntaken en werkprocessen JZ en SCW Kerntaak 1: Opstellen van een plan van aanpak - Inventariseert de vraag naar SCW/JZ - Maakt een plan van aanpak voor projecten of activiteiten Kerntaak
Nadere informatieLeerthema 1: De Intern Begeleider / Zorgcoördinator als spil in het onderwijs
Leerthema 1: De Intern Begeleider / Zorgcoördinator als spil in het onderwijs STUDENTENHANDLEIDING Niveau: Post-HBO Leerthemabeschrijving Leerthema 1 is gericht op de competenties, de rollen en persoonskenmerken
Nadere informatieZelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W
Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument
Nadere informatieCOMPETENTIEPROFIEL ANIMATOR
COMPETENTIEPROFIEL ANIMATOR VOOR ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS Een goede spelbegeleider biedt ruimte en tijd om te spelen, maakt een weldoordachte keuze in het aanbod, biedt kansen om te exploreren, toont interesse,
Nadere informatieAAV 30 januari 2017, agendapunt 8.
AAV 30 januari 2017, agendapunt 8. Vaststellen profielen raadsleden, lijsttrekker en wethouder Voor de gemeenteraadsverkiezingen hoort overeenkomstig artikel 6.13 van het Huishoudelijk reglement voorafgaand
Nadere informatie