Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht

Transcriptie

1 Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht Besluit omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) Aanvrager : Wolters Metaalrecycling B.V. Aangevraagde activiteiten : Omgevingsvergunning beperkte milieutoets betreffende het accepteren, opslaan, overslaan en uitsorteren van metalen. Locatie : Braunstraat 5 te Zwolle Datum ontvangst aanvraag : 15 april 2011 en wijzingen op de aanvraag op 18 mei, 23 mei en 7 juli 2011 Kenmerk : 2011/ Projectnummer : Z-HZ_WABO

2 Colofon Adresgegevens Provincie Overijssel Luttenbergstraat 2 Postbus GB Zwolle Telefoon Fax postbus@overijssel.nl 2

3 Inhoudsopgave 1 OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT Onderwerp Besluit Ondertekening en verzending Rechtsbescherming en inwerkingtreding 6 2 OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL Gegevens aanvrager Projectbeschrijving Huidige vergunningsituatie Procedure Bevoegd gezag Volledigheid van de aanvraag en opschorting procedure Adviezen Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (hierna Activiteitenbesluit) 9 3 OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN Algemeen GPBV-installaties M.E.R. (beoordelings)plicht Bibob 14 3

4

5 1 OMGEVINGSVERGUNNING BESLUIT 1.1 Onderwerp Wij hebben op 15 april 2011 een aanvraag voor een gefaseerde omgevingsvergunning ontvangen van Wolters Metaalrecycling B.V. De aanvraag is vervangen/aangevuld op 18 mei, 23 mei en 7 juli Het betreft het wijzigen van een inrichting bestemd voor het opslaan van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen zijnde metaal en metalen met aanhangende olie of emulsie en het afscheiden van de oliefractie. De aanvraag gaat over Braunstraat 5 te Zwolle. De aanvraag is geregistreerd onder de nummers 2011/ , 2011/ , 2011/ , 2011/ , 2011/ en 2011/ De aanvullingen op de aanvraag zijn geregistreerd onder de nummers 2011/ , 2011/ , 2011/ , 2011/ , 2011/ , 2011/ en 2011/ De onderhavige aanvraag betreft fase 1. Fase 2 omvat de aanvraag om een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk en een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan en zal in een later stadium worden ingediend. 1.2 Besluit Gedeputeerde Staten besluiten aan Wolters Metaalrecycling B.V. te Zwolle de omgevingsvergunning eerste fase op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder i van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verder: Wabo) te verlenen voor het opslaan van van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen zijnde metaal en metalen met aanhangende olie of emulsie en het afscheiden van de oliefractie en dat de volgende delen van de aanvraag onderdeel uit maken van deze vergunning: - een luchtfoto van de omgeving van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - het gewijzigde aanvraagformulier van de omgevingsvergunning beperkte milieutoets van het omgevingsloket zoals ingediend op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de aangevulde/gewijzigde definitiebladen van het acceptatiebeleid zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een gewijzigde plattegrond van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een tekening met een gewijzigd ontwerp van verharding en riolering zoals ingediend via het omgevingsloket op 23 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de wijzigingen op de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 7 juli 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/

6 1.3 Ondertekening en verzending Met vriendelijke groet, namens Gedeputeerde Staten van Overijssel, Patricia Weenink-Driessen, teamleider Vergunningverlening Afschriften Het origineel van deze beschikking te zenden aan: Wolters Metaalrecycling B.V., Braunstraat 5, 8013 PR Zwolle. Een afschrift te zenden aan: Gemeente Zwolle, Postbus 10007, 8000 GA Zwolle; Waterschap Groot Salland, Postbus 60, 8000 AB Zwolle; Bonekamp Advies, de heer E. Bonekamp, Goudveil 9, 7392 AN Twello. 1.4 Rechtsbescherming en inwerkingtreding Bezwaar Als u het niet eens bent met ons besluit kunt u een bezwaarschrift indienen bij Gedeputeerde Staten van Overijssel, team Juridische Zaken, Postbus 10078, 8000 GB Zwolle (telefoonnummer ). Het bezwaarschrift kunt u binnen 6 weken na de datum van verzending van dit besluit naar ons toezenden. U kunt het bezwaarschrift desgewenst ook per fax verzenden. Het faxnummer van het Team Juridische Zaken is: Het bezwaarschrift dient te worden ondertekend en bevat ten minste: a. de naam en het adres van de indiener; b. de dagtekening; c. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht; d. de gronden van het bezwaar. U kunt het bezwaarschrift ook per elektronisch formulier verzenden. Dit formulier kunt u vinden op Voor de behandeling van een bezwaarschrift bij de provincie Overijssel is geen griffierecht verschuldigd. Voor inlichtingen over de bezwaarschriftprocedure kunt u zich wenden tot de provinciaal medewerker die bij het besluit is vermeld. Indien onverwijlde spoed dat vereist is het mogelijk een voorlopige voorziening te vragen bij de voorzitter van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State, Postbus 20019, 2500 EA s- Gravenhage (telefoonnummer ). In dat geval is griffierecht verschuldigd. Voorwaarde is dat u een bezwaarschrift heeft ingediend. Inwerkingtreding Deze omgevingsvergunning beperkte milieutoets treedt pas in werking na een positief besluit op de in fase 2 aangevraagde omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk en omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan. 6

7 2 OMGEVINGSVERGUNNING PROCEDUREEL 2.1 Gegevens aanvrager Op 15 april 2011 hebben wij een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 onder i, van de Wabo ontvangen. Het betreft een verzoek van Wolters Metaalrecycling B.V. (verder: Wolters) te Zwolle. De aanvraag is vervangen/aangevuld op 18 mei, 23 mei en 7 juli De aanvraag van 15 april bestaat uit: - een kopie van de ingediende melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - het aanvraagformulier voor de omgevingsvergunning beperkte milieutoets zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een luchtfoto van de omgeving van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een plattegrond van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de acceptatieprocedures zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; De vervanging/aanvulling van 18 mei 2011 bestaat uit: - een kopie van de gewijzigde ingediende melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - het gewijzigde aanvraagformulier van de omgevingsvergunning beperkte milieutoets van het omgevingsloket zoals ingediend op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de aangevulde/gewijzigde definitiebladen van het acceptatiebeleid zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een gewijzigde plattegrond van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; De aanvulling van 23 mei 2011 bestaat uit: - een tekening met een gewijzigd ontwerp van verharding en riolering zoals ingediend via het omgevingsloket op 23 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; De aanvulling van 7 juli 2011 bestaat uit: - de wijzigingen op de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 7 juli 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/

8 De volgende stukken beschouwen wij als onderdeel van de uiteindelijke aanvraag en hebben wij gebruikt bij onze afwegingen: - een luchtfoto van de omgeving van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 15 april 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - het gewijzigde aanvraagformulier van de omgevingsvergunning beperkte milieutoets van het omgevingsloket zoals ingediend op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de aangevulde/gewijzigde definitiebladen van het acceptatiebeleid zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een gewijzigde plattegrond van de inrichting zoals ingediend via het omgevingsloket op 18 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - een tekening met een gewijzigd ontwerp van verharding en riolering zoals ingediend via het omgevingsloket op 23 mei 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ ; - de wijzigingen op de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 7 juli 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ Projectbeschrijving Het project waarvoor vergunning wordt gevraagd is als volgt te omschrijven: Op locatie Braunstraat 5 te Zwolle wil inrichtinghouder metalen inzamelen en deze metalen grof sorteren, en op- en overslaan. Wolters wil zich hierbij richten op ferro-, non-ferrometalen en metaalhoudende afvalstoffen, zijnde niet gevaarlijk afval. De ingezamelde materialen kunnen afkomstig zijn van bedrijven, instellingen en particulieren uit binnen- en buitenland. Na sortering van de metalen worden de uitgesorteerde stromen afgevoerd naar erkende be-/verwerkers voor inzet als secundaire grondstoffen of definitieve verwijdering. De opslagcapaciteit binnen de inrichting zal op maximaal ton liggen. Daarnaast vinden op de locatie nog de volgende nevenactiviteiten plaats: kantooractiviteiten, kleinschalig onderhoud en herstel eigen machines, in- en verkoop en opslag van machines, onderdelen van machines en reststoffen en opslag en afleveren van vloeibare brandstof aan eigen voertuigen en materieel. Gelet op bovenstaande omschrijving wordt een vergunning gevraagd voor de activiteiten genoemd in artikel 2.2a, sub i en j, van het Bor. 2.3 Huidige vergunningsituatie De volgende vergunningen zijn eerder aan de inrichting verleend: - Oprichtingsvergunning verleend op 10 oktober 2005 (kenmerk ) door de gemeente Zwolle voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting ten behoeve van een groothandel in oud ijzer en metalen. Per 1 januari 2011 vallen de activiteiten van Wolters volledig binnen de werkingssfeer van het Activiteitenbesluit. 2.4 Procedure Voor de behandeling van de aanvraag is de reguliere voorbereidingsprocedure zoals beschreven in paragraaf 3.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) van toepassing. Tevens is de aanvraag getoetst aan het Besluit omgevingsrecht (hierna: Bor) en de ministeriële regeling omgevingsrecht (hierna: Mor). De ontvangst van de aanvraag hebben wij bevestigd. Gelet hierop hebben wij conform artikel 3.8 van de Wabo van de aanvraag kennis gegeven in De Peperbus. Wij hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de beslistermijn van 8 weken te verlengen met 6 weken als bedoeld in artikel 3.9, lid 2, van de Wabo. Van deze verlenging is kennis gegeven in De Peperbus. 8

9 2.5 Bevoegd gezag Gelet op bovenstaande projectbeschrijving, alsmede op het bepaalde in artikel 3.3a van het Bor zijn wij het bevoegd gezag om op de aanvraag om omgevingsvergunning op grond van artikel 2.1, eerste lid, onder i van de Wabo te beschikken. 2.6 Volledigheid van de aanvraag en opschorting procedure Artikel 2.8 van de Wabo biedt de grondslag voor een geharmoniseerde regeling van de indieningsvereisten. Dit betreft de gegevens en bescheiden die bij een aanvraag van een omgevingsvergunning moeten worden overlegd om tot een volledige aanvraag te komen. De regeling is uitgewerkt in paragraaf 4.2 van het Bor, met een nadere uitwerking in de Mor. Na ontvangst van de aanvraag op 15 april 2011 hebben wij deze aan de hand van de Mor getoetst op ontvankelijkheid. Daarbij is gebleken dat een aantal gegevens ontbrak. De aanvrager is op 12 mei 2011 (kenmerk 2011/ ) in de gelegenheid gesteld om aanvullende gegevens te leveren. Wij hebben hiervoor gelegenheid gegeven tot 9 juni Wij hebben de laatste aanvullende gegevens ontvangen op 31 mei 2011 via het omgevingsloket. Hierdoor is de wettelijke procedure verlengd tot 10 augustus Wij zijn van oordeel dat de aanvraag inclusief de latere aanvullingen daarop, voldoende informatie bevat voor een goede beoordeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvraag is dan ook in behandeling genomen. 2.7 Adviezen De gemeente Zwolle is op grond van artikel 6.1 van het Bor aangewezen als adviseur. Naar aanleiding hiervan hebben wij op 30 juni 2011 het volgende advies (ons kenmerk 2011/ ) ontvangen: De megablokken met vloerconstructies kunnen vanwege de ligging/situering niet vergunningvrij worden gebouwd. Er is een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan nodig (voorheen: buitenplanse ontheffing ex. artikel 3.23 Wro van het bestemmingsplan). Op grond van artikel 2.7 van de Wabo is het in dit geval niet mogelijk een omgevingsvergunning beperkte milieutoets en een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan als losse deelvergunningen aan te vragen omdat er sprake is van onlosmakelijk samenhangende activiteiten. Wel is het mogelijk de omgevingsvergunning gefaseerd te verlenen. Dit betekent dat een eventueel positief besluit op de later ingediende aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan samen met dit besluit één omgevingsvergunning zullen vormen. De geplande activiteiten kunnen echter pas worden uitgevoerd als beide fasen-besluiten zijn verkregen. In de wijzigingen op de gewijzigde aanvraag omgevingvergunning beperkte milieutoets en toelichting op de melding Activiteitenbesluit zoals ingediend via het omgevingsloket op 7 juli 2011 en door ons geregistreerd onder nummer 2011/ heeft de aanvrager aangegeven dat onderdelen (bouwwerken) die (op grond van de afmetingen dan wel bestemmingsplanregels) mogelijk nog omgevingsvergunningplichtig zijn, op een later moment nog separaat worden aangevraagd. Uit telefonisch contact met de adviseur van het bedrijf hebben wij begrepen dat men wil dat we de aanvraag als fase 1 van een gefaseerde aanvraag beschouwen. Daarom hebben we onderhavige aanvraag als een aanvraag fase 1 behandeld. 2.8 Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (hierna Activiteitenbesluit) Onder andere de volgende activiteiten die worden aangevraagd, vallen onder de reikwijdte van het Activiteitenbesluit: - Lozen van hemelwater, dat niet afkomstig is van een bodembeschermende voorziening; - Opslaan en overslaan van goederen; - Op- en overslaan van gevaarlijke stoffen en bodembedreigende stoffen in verpakking niet zijnde vuurwerk, vaste kunstmeststoffen, asbest, gedemonteerde airbags en gordelspanners en andere ontplofbare stoffen; - Opslaan van vloeistoffen in een bovengrondse opslagtank; 9

10 - In werking hebben van een stookinstallatie; - Afleveren van vloeibare brandstof anders dan voor openbare verkoop aan derden voor motorvoertuigen voor het wegverkeer; - Lassen van metalen; - Onderhouden en repareren van motoren, motorvoertuigen en andere gemotoriseerde apparaten en proefdraaien van verbrandingsmotoren; - In werking hebben van een acculader; - Lozingen algemeen; - Activiteiten met luchtemissies algemeen; - Bodembedreigende activiteiten algemeen; - Algemene milieuregels. Voor deze activiteiten hoeft geen vergunning te worden verleend. 10

11 3 OVERWEGINGEN EN TOETSINGEN 3.1 Algemeen De aangevraagde activiteiten vallen onder artikel 2.2a, onder i en j van het Bor. Artikel 2.2a van het Bor is niet van toepassing op inrichtingen waar zich een gpbv-installatie bevindt. De aangevraagde activiteiten worden getoetst aan artikel 5.13b, lid 1 'milieu-effectrapport' en lid 4 'Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur'. Hieronder zijn onze overwegingen weergegeven. Op grond van artikel 5.13a van de Wabo mogen aan de omgevingsvergunning met beperkte milieutoets geen voorschriften worden verbonden. Nadat deze vergunning is verleend, zijn op de activiteit de algemene regels van het Activiteitenbesluit van toepassing. 3.2 GPBV-installaties Uit artikel 2.2a van het Bor volgt dat op inrichtingen waar een installatie aanwezig is als bedoeld in bijlage 1 van de EG-richtlijn geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (gpbvinstallatie), dit artikel niet van toepassing is. De activiteiten die binnen de inrichting plaatsvinden worden niet genoemd in bijlage 1 van de Europese richtlijn geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging (2008/01/EG). De inrichting is niet aan te merken als een inrichting waartoe een gpbv-installatie behoort. 3.3 M.E.R. (beoordelings)plicht Een omgevingsvergunning voor de categorieën activiteiten, bedoeld in artikel 2.2a, onder a, b, c, h, i en j van het Bor wordt geweigerd indien het bevoegd gezag op grond van artikel 7.17, eerste lid, van de Wet milieubeheer, heeft beslist dat bij de voorbereiding van de omgevingsvergunning een milieueffectrapport moet worden gemaakt. Voor de aangevraagde activiteiten is geen milieueffectrapport opgesteld in de zin van artikel 7.17, eerste lid, van de Wm. De aangevraagde activiteiten die getoetst moeten worden aan de m.e.r., vallen onder artikel 2.2a sub i en j van het Bor en heeft betrekking: - het opslaan van ten hoogste ton van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen zijnde metalen, voor zover geen sprake is van gevaarlijke afvalstoffen; - het opslaan van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen, zijnde metalen met aanhangende olie of emulsie en het afscheiden van de oliefractie met een maximale opslagcapaciteit van 50 ton voor de afgescheiden oliefractie. In de onderhavige situatie wordt maximaal ton metalen opgeslagen (Ferro- en non Ferro). De aangevraagde activiteiten vallen onder onderdeel D van de bijlage van het Besluit milieueffectrapportage. Dit betekent dat gelet op artikel 2 lid 5 onder b van het Besluit milieueffectrapportage wij als bevoegd gezag, op grond van de in bijlage III bij de EEG richtlijn 85/337/EEG (gewijzigd bij richtlijn 97/11/EG en richtlijn 2003/35/EG) genoemde criteria, toepassing moeten geven aan een mer beoordeling als bedoeld in artikel 7.16 t/m 7.19 van de Wm als niet kan worden uitgesloten dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben. Bij deze criteria dienen wij te kijken naar 1) de kenmerken van het project, 2) de plaats van het project en 3) de kenmerken van het potentiële effect. 11

12 Aan de hand van de aanvraag hebben wij het volgende geconstateerd. 1) Kenmerken van het project Bij de kenmerken van het project is in het bijzonder in overweging genomen de omvang van het project, de cumulatie met andere projecten, het gebruik van natuurlijke hulpbronnen, de productie van afvalstoffen, verontreiniging en hinder, risico van ongevallen met name gelet op de gebruikte stoffen of technologieën. Omvang van de activiteit De inrichting is in werking op maandag t/m vrijdag van 07:00 uur tot 19:00 uur en op zaterdag van 07:00 uur tot 16:00 uur. Binnen de inrichting worden afvalstoffen, zijnde metalen, geaccepteerd, gesorteerd en opgeslagen met een maximale opslagcapaciteit van ton en een maximale doorzet van zo n ton per jaar. Naast metaal worden maximaal 30 ton accu s opgeslagen. Ook vindt opslag en aflevering van vloeibare brandstof voor eigen gebruik plaats en kleinschalig onderhoud aan eigen machines. Gebruik van natuurlijke hulpbronnen In de inrichting worden per jaar naar schatting liter gasolie, liter dieselolie, 250 m3 leidingwater, m3 aardgas en geringe hoeveelheden hulpstoffen als olie en smeermiddelen gebruikt. Het elektriciteitsverbruik wordt op basis van geïnstalleerd elektrisch vermogen en gepland gebruik van installaties geschat op veel minder dan kwh per jaar. Productie van afvalstoffen Naast het afval dat ontstaat door sortering van de ingenomen metalen (maximale opslagcapaciteit 20 ton en doorzet 500 ton per jaar), ontstaan geringe hoeveelheden huishoudelijk afval en kantoorafval bij de activiteiten. Hinder Er kan sprake zijn van geluidhinder maar ook hinder door verkeersaantrekkende werking. Stof en geurhinder zijn door aard en omvang van de activiteiten niet te verwachten. Luchtverontreiniging Emissies naar de lucht ontstaan met name door uitlaatgassen van motoren. Emissies naar de lucht van de stookinstallatie, lasactiviteiten en slijpactiviteiten zijn te verwaarlozen klein. Bodemverontreiniging Bodemverontreiniging zou kunnen optreden bij de opslag en handling van afvalstoffen, bij de opslag en gebruik van bodembedreigende stoffen (o.a. tanken van brandstof) en bij onderhoudswerkzaamheden. Waterverontreiniging Niet verontreinigd hemelwater van daken wordt separaat van afvalwater geloosd. Hemelwater van het bedrijfsterrein, dat verontreinigd kan zijn, wordt op het gemeentelijk riool geloosd via een bezinkput en OBAS. Tenslotte wordt een kleine hoeveelheid huishoudelijk afvalwater geloosd op de gemeentelijke riolering. Risico s van ongevallen, externe veiligheid De activiteiten binnen de inrichting leiden niet tot een verhoging van risico s in de omgeving van het terrein. Cumulatie met andere activiteiten Het gaat hierbij om de mogelijkheid dat activiteiten in de omgeving elkaar wederzijds kunnen beïnvloeden en kunnen leiden tot cumulatie van milieugevolgen. Eventuele cumulatie betreft uitsluitend het aspect geluid. 12

13 Gelet hierop overwegen wij dat naar aanleiding van de kenmerken van het project kan worden uitgesloten dat de activiteiten belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. 2) De plaats van het project De vraag is of de voorgenomen activiteit zich voordoet in een gebied dat gevoelig is voor milieueffecten. Het gaat bij de beantwoording van deze vraag om aspecten als: a) kwetsbaarheid van de bodem, het bestaande grondgebruik (industrieterrein, landelijk gebied etc.); b) landschappelijke en/of cultuurhistorische waarde; c) rijkdom, kwaliteit en regeneratievermogen van natuurlijke hulpbronnen van het gebied; d) aanwezigheid van gevoelige gebieden zoals aangeduid in natuurbeleidsplannen of van (inter)nationaal beschermde gebieden (zoals habitatrichtlijn, vogelrichtlijn, ecologische hoofdstructuur etc.). De wijziging van de inrichting veroorzaakt geen wezenlijke verandering in het bestaande grondgebruik en heeft geen invloed op landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden. Plaats van de activiteit De inrichting is gelegen op industrieterrein De Marslanden te Zwolle. Dit industrieterrein is gezoneerd in het kader van de Wet geluidhinder. De dichtstbijzijnde aaneengesloten woonbebouwing bevindt zich op een afstand van circa 400 meter van de inrichting. De omgeving van de voorgenomen activiteit Het dichtstbijzijnde Natura 2000 gebied, Uiterwaarden IJssel, ligt op ruim 2,5 km van de inrichting. Binnen een straal van 2,5 km rond de inrichting bevinden zich verder geen nationale landschappen, nationale parken, ecologische hoofdstructuren, kwetsbare natuurgebieden of beschermde natuurmonumenten. Gelet hierop overwegen wij dat naar aanleiding van de plaats van het project kan worden uitgesloten dat de activiteiten belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. 3) Kenmerken van het potentiële effect Hierbij moet worden gedacht aan de volgende aspecten: a) het bereik van de effecten; b) grensoverschrijdend karakter van de effecten; c) orde en grootte en complexiteit van de effecten; d) waarschijnlijkheid van de effecten; e) duur, frequentie en onomkeerbaarheid van de effecten. Hinder De inrichting bevindt zich op een gezoneerd industrieterrein. Geluiduitstraling naar omgeving wordt begrenst door geluidgrenswaarden van de vastgestelde geluidzone. Voertuigen komen verspreid over de dag binnen en vanwege de ligging op het industrieterrein wordt hinder door verkeersaantrekkende werking van de inrichting niet verwacht. Stof en geurhinder zijn door aard en omvang van de activiteiten niet te verwachten want worden geen stuif gevoelige of geurende afvalstoffen binnen de inrichting opgeslagen. Luchtverontreiniging Emissies naar de lucht ontstaan door uitlaatgassen van motoren, emissie van de stookinstallatie en ten gevolge van lasactiviteiten en slijpactiviteiten zijn te verwaarlozen klein. Motoren en machines met verbrandingsmotoren en stookinstallaties worden periodiek onderhouden en las- en slijpactiviteiten vinden niet op grote schaal plaats. 13

14 Bodemverontreiniging Bodemverontreiniging zou kunnen optreden bij de opslag en handling van afvalstoffen, bij de opslag en gebruik van bodembedreigende stoffen (o.a. tanken van brandstof) en bij onderhoudswerkzaamheden. Het hele terrein is voorzien van een vloeistofdichte vloer. Waterverontreiniging Niet verontreinigd hemelwater van daken wordt separaat van afvalwater geloosd. Hemelwater van het bedrijfsterrein, dat verontreinigd kan zijn, wordt op het gemeentelijk riool geloosd via een bezinkput en OBAS. Tenslotte wordt een kleine hoeveelheid huishoudelijk afvalwater geloosd op de gemeentelijke riolering. Risico s van ongevallen, externe veiligheid De activiteiten binnen de inrichting leiden niet tot een verhoging van risico s in de omgeving van het terrein. Cumulatie met andere activiteiten Het gaat hierbij om de mogelijkheid dat activiteiten in de omgeving elkaar wederzijds kunnen beïnvloeden en kunnen leiden tot cumulatie van milieugevolgen. Eventuele cumulatie betreft uitsluitend het aspect geluid. De geluiduitstraling van het totale industrieterrein is begrenst door de vooraf vastgestelde en in het bestemmingsplan vastgelegde geluidzone. Beschermde gebieden Vanwege de afstand van de inrichting tot het Natura 2000 gebied Uiterwaarden IJssel, worden geen significante gevolgen voor dit gebied verwacht. Gelet hierop overwegen wij dat naar aanleiding van de kenmerken van het potentiële effect kan worden uitgesloten dat de activiteiten belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kunnen hebben. Conclusie 3.4 Bibob Nu uitgesloten kan worden dat de activiteit belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben, is er geen aanleiding om een mer-beoordeling uit te voeren. Een omgevingsvergunning voor de categorie activiteiten, bedoeld in artikel 2.2a, onder g tot en met j en k en l van het Bor, kan worden geweigerd in het geval en onder de voorwaarden, zoals bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur. Dit betekent dat een Omgevingsvergunning beperkte milieutoets (OBM) geweigerd kan worden indien er sprake is van een negatief Bibob advies (een dergelijk advies wordt door het Landelijk Bureau Bibob opgesteld op aanvraag van het bevoegd gezag). De aangevraagde activiteiten die getoetst moeten worden in het kader van Bibob vallen onder artikel 2.2a sub i en j van het Bor en hebben betrekking op: - het opslaan van ten hoogste ton van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen zijnde metalen, voor zover geen sprake is van gevaarlijke afvalstoffen; - het opslaan van buiten de inrichting afkomstige afvalstoffen, zijnde metalen met aanhangende olie of emulsie en het afscheiden van de oliefractie met een maximale opslagcapaciteit van 50 ton voor de afgescheiden oliefractie. 14

15 Omdat bij de wetswijziging van 1 januari 2011 de Wet Bibob op dit punt niet is aangepast, heeft dit tot gevolg dat een OBM niet geweigerd kan worden op basis van de Wet Bibob. Een aanpassing van de Wet Bibob ten aanzien van deze discrepantie wordt verwacht in oktober Tot de aanpassing van de Wet Bibob hoeft er dus geen Bibob formulier overgelegd te worden bij een OBM. Wij hebben, in het kader van de Wet bevordering integriteitsbeoordeling door het openbaar bestuur de aangeleverde stukken met betrekking tot de bedrijfsvoering derhalve niet getoetst. 15