Rijverlichting deactiveren

Transcriptie

1 Achtergrondinformatie Achtergrondinformatie De functie voor deactivering van de rijverlichting wordt geregeld door de BCI-regeleenheid (communicatie-interface carrosserie). De functie kan ofwel door analoge signalen ofwel via externe CAN (Controller Area Network) worden geactiveerd. Activering met behulp van analoge signalen De volgende voorwaarden bepalen wanneer en hoe de functie kan worden geactiveerd met behulp van analoge signalen: Maak in BICT (Bodywork Interface Configuration Tool) een logicaschema aan dat bepaalt welke factoren de activering van de functie beïnvloeden. Die factoren kunnen bijvoorbeeld tijd, motortoerental, koppel en voertuigsnelheid zijn. Definieer parameters in SDP3 voor carrosseriebouwers (Scania Diagnos and Programmer 3) die bepalen hoe en wanneer de verschillende factoren de activering van de functie beïnvloeden. Het logicaschema wordt samen met de parameters via SDP3 voor carrosseriebouwers overgebracht naar de BCI-regeleenheid van het voertuig. Meer informatie over BICT vindt u in het document BCI, communicatie-interface carrosserie. Activering via externe CAN Wanneer het voertuig is uitgerust met BCI-functionaliteit, wordt een externe CANkabel voor de carrosserie meegeleverd. Externe CAN wordt geactiveerd via SDP3 voor carrosseriebouwers. Een CAN-bericht bepaalt wanneer en hoe de functie moet worden geactiveerd. Scania CV AB 2016, Sweden 1 (9)

2 Functie De functie voor deactivering van de rijverlichting wordt gebruikt om de rijverlichting (grootlicht, dimlicht, verstraler, mistlichten voor en achter) automatisch uit te schakelen wanneer het voertuig langere tijd stilstaat met draaiende motor. Bijvoorbeeld, een vrachtwagen voor houttransport die stilstaat in het bos om hout te laden of een betonpompwagen die een aanzienlijke tijd stilstaat op een bouwplaats. Functie N.B.: Deactivering van de rijverlichting wordt genegeerd door de functies Controle buitenverlichting en Wisselend knipperen of als het grootlicht is ingeschakeld. Scania CV AB 2016, Sweden 2 (9)

3 Gedrag Gedrag Activering Functie: Schakelt de rijverlichting uit bij snelheden onder 8 km/u. De rijverlichting wordt ingeschakeld wanneer de snelheid hoger is dan 8 km/u. Voor activering moet aan de volgende voorwaarde worden voldaan: Contactsleutel staat in rijstand Als aan deze voorwaarde is voldaan, kan de functie worden geactiveerd via een analoge aansluiting of externe CAN. Scania CV AB 2016, Sweden 3 (9)

4 Chassisvoorwaarden Chassisvoorwaarden Voorbereidingen af fabriek Optie Alternatief Variantcode BCI-functionaliteit a Met 5837A Indien nodig Carrosseriekabelboom van cabine naar frame 7-pens 2411B 7+7-pens 2411E pens 2411F Verlengkabelboom carrosserie 2 m 3023A 8 m 3023D 12 m 3023C a. De BCI-functionaliteit omvat een externe CAN-kabel voor de carrosserie. Informatie over het tot stand brengen van de aansluiting met een verlengkabelboom op het chassisframe vindt u in het document Kabelbomen voor carrosseriefuncties. Scania CV AB 2016, Sweden 4 (9)

5 Parameters voor regeling van de functie Parameters voor regeling van de functie Informatie over de parameters die kunnen worden afgesteld met SDP3 voor carrosseriebouwers vindt u in het document Activering van zichtbaarheids- en verlichtingsfuncties op afstand. Neem contact op met een Scania dealer als de toegang tot SDP3 voor carrosseriebouwers ontbreekt. Voorbeelden van functie-activering Type activering Analoog signaal Externe CAN Activeringsmethode Via stekker C259 in de carrosserieconsole. CAN-bericht Informatie over de te gebruiken CAN-berichten vindt u in het document External CAN Communication Specification. Scania CV AB 2016, Sweden 5 (9)

6 Voorbeeld van een analoge aansluiting met behulp van BICT Deze beschrijving toont een aansluiting in de cabine met activering door +24 V of massa. Ga als volgt te werk: 1. Sluit de activeringskabel aan op een willekeurige positie in stekker C Wijs de functie aan de geselecteerde positie toe met BICT. 3. Breng het logicaschema van BICT over naar de BCI-regeleenheid van het voertuig met SDP3 voor carrosseriebouwers. De functie is klaar voor activering. Scania CV AB 2016, Sweden 6 (9)

7 Onderdeleninformatie en aansluitpunten Nr. Aanduiding Beschrijving 1 Zekering 5 A Aangebracht in de centrale elektrische eenheid opbouw door de carrosseriebouwer. 2 Bijvoorbeeld een schakelaar Aangesloten vanaf +24 V of massa op positie 1-10 in C Kabel De kabeldoorsnede moet minimaal 0,75 mm2 zijn. Aangebracht door carrosseriebouwer. 4 C259 Bevindt zich in de carrosserieconsole. Sluit de kabel aan op het contacthuis. 5 Massa Aardingsrail G70, in de centrale elektrische eenheid opbouw. De artikelen kunnen worden aangeschaft bij een Scania dealer. C259 4 Activering door +24 V. +24 V C Signaaltype Analoog Activeringsmethode +24 V naar geselecteerde positie in C259 of Verbinding van geselecteerde positie in C259 met massa C259 4 C Activering door massa Scania CV AB 2016, Sweden 7 (9)

8 Voorbeelden van logicaschema's in BICT C259-X BCI master, C259-X, high ( ) or low ( ) Deactivate Driving Light Voorbeeld 1: Eenvoudig logicaschema in BICT Conditional output signal 1 Activate Active C259-X BCI master, C259-X, high ( ) or low ( ) Deactivate Driving Light Voorbeeld 2: Logicaschema in BICT met willekeurig gestuurd uitgangssignaal Nr. Beschrijving Opties 1 Factoren die de activering van de functie beïnvloeden. De volgende opties zijn beschikbaar voor de keuze van factoren: Een specifieke functie in het voertuig. Een signaal via een optionele positie in C259 met aansluiting op de BCI-regeleenheid. Instellingen: Positie in C259, 1-10 Hoog of laag signaal Herschrijf de tekst in de grijze kader zodat het duidelijk is waar het signaal vandaan komt, bijvoorbeeld een specifieke schakelaar, zender of sensor. 2 Gebruikt als er voorwaarden zijn die de activering van de functie beïnvloeden. Willekeurig gestuurd uitgangssignaal. Zowel de voorwaarden als hun waarden worden gedefinieerd met SDP3 voor carrosseriebouwers. 3 Functie: Rijverlichting deactiveren Configureer het gedrag met SDP3 voor carrosseriebouwers. 1 In voorbeeld 2 wordt de schakelaar gebruikt om de functie te activeren. De schakelaar kan worden vervangen door vooraf geprogrammeerde signalen van de BCI-regeleenheid. Scania CV AB 2016, Sweden 8 (9)

9 Voorbeeld van aansluiting via externe CAN Deze beschrijving toont een aansluiting in de cabine. Om de aansluiting tot stand te kunnen brengen via externe CAN is het volgende vereist: Het voertuig is uitgerust met BCI-functionaliteit. De parameter voor Externe CAN wordt geactiveerd met SDP3 voor carrosseriebouwers. De aansluiting gebeurt direct op stekker C493. Meer informatie over de aansluiting op C493 vindt u in het document Stekker C493 Door BCI geregelde carrosseriefuncties. Signaaltype CAN Meer informatie vindt u in de volgende documenten: CAN-interface voor carrosserie External CAN Communication Specification Algemene informatie over CAN Bericht CAN-meddelande Stekker C493 in de carrosserieconsole Scania CV AB 2016, Sweden 9 (9)