Strategische verkenning Circulaire economie Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Strategische verkenning Circulaire economie Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017"

Transcriptie

1 Strategische verkenning Circulaire economie Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017 Ons kenmerk /hpo/bpe org KplusV

2 KplusV

3 Strategische verkenning Circulaire economie Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017 Ons kenmerk /hpo/bpe Contactpersoon: Karlijn Bakker k.bakker@kplusv.nl In samenwerking met: Interdisciplinair projectteam provincie: Anneke Boezeman, projectleider Anja van Alphen, projectondersteuner Waldo Maaskant Arjen Kratz Eward Heijmans Harrie Vissers Lieke van Alphen Marco van Dorst Nico Spierings Remco de Jong Wout de Vogel KplusV

4 Inhoud Managementsamenvatting 6 1 Inleiding Aanleiding Vraagstelling Randvoorwaarden Werkwijze Leeswijzer 15 2 Waarom circulaire economie? Urgentie en het wenkend perspectief van circulaire economie Wat is circulaire economie? De circulaire economie en de klimaatopgave in relatie tot energieopgave en biobased economy Transitie gaat niet vanzelf Bestuurlijk kader 26 3 Kansen voor de circulaire economie in Noord-Brabant Prioritaire thema's Economische clusters in Noord-Brabant: de kracht van de regio Het circulaire speelveld van Noord-Brabant Kansen voor waardecreatie 33 4 Rollen voor de Provincie Noord-Brabant bij de transitie naar circulaire economie Rollen van de overheid Provinciale rollen om de transitie te faciliteren 48 5 De circulaire kansen in relatie tot de lopende programma's van de Provincie De circulaire economie in lopende programma's Circulaire kansen in relatie tot de lopende programma's 53 6 Conclusies en aanbevelingen Conclusies Aanbevelingen 60 4

5 Bijlagen Bijlage 1 Bronnenlijst 62 Bijlage 2 Personen betrokken bij Strategische verkenning 63 Bijlage 3 Overzicht van de ist-situatie van circulaire economie in de provinciale programma s 65 Bijlage 4 Grondstofstromen in Noord-Brabant 66 Bijlage 5 De economie in Noord-Brabant 70 Bijlage 6 De kansen voor een circulaire economie in Noord-Brabant 75 Onze contactgegevens 84 5

6 Managementsamenvatting Vanuit de vraag of de huidige som der delen voldoende is om de transitie naar een circulaire economie in Noord-Brabant te versnellen en op welke wijze de provincie optimaal kan bijdragen aan deze versnelling, hebben Gedeputeerde Staten gevraagd om een strategische verkenning circulaire economie. Tussen september 2016 en februari 2017 heeft KplusV in opdracht van de Provincie Noord-Brabant deze strategische verkenning uitgevoerd. De resultaten van deze verkenning treft u in dit rapport aan. In deze strategische verkenning worden de urgentie en kansen van een circulaire economie beschreven en wordt aangeduid wat circulaire economie inhoudt. Daarna wordt nagegaan welke ontwikkelingen in de Brabantse economie en samenleving kansen bieden voor een transitie naar een circulaire economie, hoe die transitie versneld kan worden, welke bijdrage de Provincie daaraan kan leveren, en in hoeverre de huidige programma's van de Provincie al bijdragen leveren aan die transitie. Het rapport is gebaseerd op documentstudie, interviews en werkbijeenkomsten met vertegenwoordigers van het Brabantse bedrijfsleven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties, overheden en medewerkers van de provincie. Naast beschrijving en analyse in het kader van het bovenstaande, bevat het rapport diverse illustraties van initiatieven in Noord- Brabant. Urgentie en kansen Er is mondiaal, nationaal en ook regionaal een groeiend besef dat onze huidige economische koers niet is vol te houden en leidt tot uitputting van niet-hernieuwbare grondstoffen en energiebronnen. Een circulaire economie is, aanvullend op het energiebeleid, onmisbaar voor het realiseren van de klimaatdoelen die in Parijs in 2015 mondiaal zijn afgesproken. De afgelopen decennia is het vraagstuk vanuit het milieugezichtspunt geagendeerd als een vraagstuk van duurzame ontwikkeling. Bij economisch handelen diende duurzaam te worden omgegaan met beschikbare grondstoffen en hulpbronnen. Sinds het begin van het huidige decennium is dit geëvolueerd en wordt het vraagstuk ook vanuit economisch gezichtspunt benaderd. Een circulaire economie is urgent en kansrijk om ook in de toekomst te kunnen zorgen voor een sterke concurrerende economie. Enerzijds omdat door komende schaarste en geopolitieke factoren de leveringszekerheid van grondstoffen onder druk staat, wetgeving wordt aangescherpt en eisen van consumenten en aandeelhouders veranderen. Anderzijds omdat juist nu er grote kansen bestaan voor een nieuwe economie, door de mogelijkheden van het internet of things, digitalisering en big data, in combinatie met de mogelijkheden van high tech en design. Circulaire economie is een verbindend thema, dat niet alleen bijdraagt aan arbeidsmarkt- en economische ontwikkeling, maar ook aan meerdere maatschappelijk opgaves zoals verduurzaming van de landbouw, een vitaal natuur- en watersysteem, versnelling van de energietransitie, slimme en duurzame mobiliteit en sociale veerkracht. Circulaire economie is dus een zeer kansrijke ontwikkeling waar volgens landelijke onderzoeken veel bedrijvigheid op gaat ontstaan. Nieuwe bedrijfsconcepten dragen bij aan de landelijke en provinciale doelstellingen op het gebied van materiaal-efficiency, energie-efficiency, werkgelegenheid en vergroening van de economie. Aan een circulaire economie ligt het idee ten grondslag dat alle grondstoffen oneindig vaak (her)gebruikt kunnen worden, waardoor verspilling wordt voorkomen. De waarde van grondstoffen blijft zo behouden. Grondstoffen die worden ingezet zijn zoveel mogelijk 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 6

7 hernieuwbare grondstoffen. Anders dan in de huidige lineaire economie zijn er geen grondstoflekken doordat gebruikte producten worden verbrand of gestort. De circulaire economie is een complex proces dat vraagt om een systeemtransitie die niet alleen met technologie kan worden opgelost. Het gaat bijvoorbeeld ook om gedrag, organisatie, wet- en regelgeving en finance. Dit vraagt om ondernemerschap, niet alleen bij bedrijven maar ook bij overheden, en een samenspel van diverse spelers op meerdere schaalniveaus. Daarbij is ook het samenspel met de EU van groot belang. Zij heeft de circulaire economie in 2015 als een prioritair thema benoemd. Het thema is op dit moment heel erg in beweging binnen de EU-organisatie. Er worden door de EU diverse instrumenten en (financiële) ondersteuningsopties ontwikkeld. Momenteel vindt er in bestaande én nieuwe structuren een verschuiving van prioriteiten plaats richting circulaire economie. Het is daarom van groot belang om de EUmogelijkheden optimaal te benutten door al aan de voorkant de kennis van de mogelijkheden die EU-fondsen bieden in te zetten en te verbinden aan kansrijke ontwikkelingen/projecten. Definitie en strategische doelen In het Rijksbrede programma Circulaire economie worden de volgende definitie en strategische doelen gehanteerd, waarop de provincie kan aansluiten. Definitie Circulaire economie is het economisch systeem dat de herbruikbaarheid van producten, materialen en grondstoffen en het behoud van natuurlijke hulpbronnen als uitgangspunt neemt en waardecreatie voor mens, natuur en economie in iedere schakel van het systeem nastreeft. Doelen 1. Grondstoffen, materialen en producten in bestaande ketens worden hoogwaardig benut. 2. Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden fossiele, kritieke en niet-duurzaam. geproduceerde grondstoffen vervangen door duurzaam geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen (zoals biobased economy). 3. Ontwikkelen van nieuwe productiemethodes, nieuwe producten ontwerpen, anders inrichten van gebieden, en bevorderen van nieuwe manieren van consumeren. Circulaire economie is gericht op behoud van natuurlijk kapitaal, versterking van inzet van menselijk kapitaal en het creëren van nieuwe businessmodellen en nieuwe markten. De transitie naar circulaire economie is een langdurig proces en er zijn mechanismen in productie en consumptie en op markten die een makkelijke transitie hinderen, onder meer doordat zowel bij producenten als consumenten de financiële afwegingen op korte termijn dominant zijn. Daarom is inzet van overheden nodig om de transitie aan te jagen en te ondersteunen. Dat geldt ook voor de Provincie Noord-Brabant. In de Provincie Noord-Brabant zijn, aansluitend op de categorieën die het Rijk onderscheidt in het Rijksbrede programma en het bijbehorende Grondstoffenakkoord, vijf prioritaire thema s met belangrijke stromen die voor circulaire economie van belang zijn: 1. biomassa en voedsel; 2. kunststoffen; 3. maakindustrie; 4. bouw en infra; 5. consumentengoederen. Daarnaast is water als drager van grondstoffen en tevens grondstoffenleverancier van belang voor de circulaire economie. Ook is energie een basis die nodig is voor alle productie, mobiliteit en utiliteit in onze samenleving en komt bij alle thema's aan de orde. Om tot een circulaire 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 7

8 economie te komen zijn energie-efficiency en vervanging van fossiele energiebronnen door hernieuwbare alternatieven belangrijke ontwikkelingen. De kracht van de regio Brabant voor circulaire economie De relatief sterke Brabantse economische structuur kent diverse clusters en sectoren die volop kansen bieden om op een circulaire wijze om te gaan met de genoemde prioritaire thema's en stromen. Grondstofintensieve clusters en sectoren zijn Biobased economy en chemie, Agrofood, Maakindustrie, High Tech (high tech-systemen en materialen: HTSM) en Bouw en Infrastructurele bouw. Onderling kennen vooral de Maakindustrie en HTSM met alle overige sectoren crosssectorale samenwerking in de uitwisseling van grondstoffen, materialen en producten. Maintenance, Logistiek en Creatieve industrie zijn belangrijke ondersteunende sectoren vanuit hun dienstverlenende rol aan de overige clusters en sectoren. Ook verbinding met digitalisering is van groot belang. Digitalisering is in hoge mate sturend in de ontwikkeling binnen de verschillende sectoren en clusters. Met HTSM is de ICT-sector sterk ontwikkeld in de provincie. In de verschillende sectoren zijn al initiatieven en voorbeelden te vinden die passen bij het concept van circulaire economie. De potentie van bedrijven en (kennis- en onderwijs-) instellingen in Noord-Brabant is groot. Wel dient de transitie naar circulaire economie verder te worden aangejaagd en ondersteund. Dat geldt des te meer als wordt ingezet op versnelling van de transitie. Belangrijk is dat er wordt samengewerkt tussen partijen in de productie- en consumptieketens en dat zo mogelijk wordt samengewerkt in ruimtelijke clusters van bedrijven, waardoor op efficiënte wijzen producten, materialen en grondstoffen kunnen worden hergebruikt. Provinciale rollen De Provincie Noord-Brabant kan hierbij een ondersteunende en aanjagende functie vervullen in de netwerken van bedrijven, instellingen, overige maatschappelijke organisatie en burgers. In dit rapport worden de volgende rollen van de provincie onderkend: verbinden: stimuleren van ketengerichte en gebiedsgerichte samenwerking, van kennis ontwikkelen en kennis delen, versterking van de multiple helix, coalitievorming; faciliteren: van toplocatie-ontwikkeling (fieldlabs, campussen en nieuwe clusters van bedrijvigheid en kennis) en van het uitrollen van ontwikkelingen (impact vergroten en cross sectoraal verbinden); bijdragen aan internationalisering van initiatieven in Brabant; toe leiden naar financiering van initiatieven door Europese en regionale fondsen en bereikbaar maken van circulaire initiatieven voor financiering door fondsen van onder meer de BOM; het goede voorbeeld geven als launching customer bij circulair inkopen en aanbesteden; communiceren: - bewustwording bij bedrijven, maatschappelijke organisaties en burgers stimuleren en kennis over initiatieven verspreiden (delen van successen, prijsvragen, challenges); - (lobby op) inzet van benodigd instrumentarium (o.a. wet- en regelgeving, nieuwe instrumenten en business-modellen). Circulaire kansen en de Provinciale programma's De Provincie Noord-Brabant heeft in een aantal programma's al expliciet ingezet op het realiseren van circulaire economie. Dat geldt voor de programma's gericht op Agrofood en Biobased Economy, het onderdeel Groene Groei van het Provinciaal milieu en waterplan (PMWP) en bij Energie. Bij de overige programma's is dat nog in beperkte mate het geval. Het Economisch Programma Brabant 2020 richt zich sterk op innovatie en biedt daarmee ook aanknopingspunten voor het circulair maken van bedrijvigheid. Het programma voor verbetering van de fysieke infrastructuur benoemt circulaire economie niet expliciet, maar in de uitvoering wordt wel 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 8

9 gewerkt aan circulair aanbesteden en inkopen. De programma's op het vlak van natuur, mobiliteit en ruimtelijke kwaliteit richten zich wel op kwaliteit en duurzaamheid en bieden daardoor aanknopingspunten om te werken aan een transitie naar circulaire economie. Afstemming tussen de verschillende programma's en het meenemen van circulair denken en doen in de programma's kan de functie van de programma's voor een transitie naar circulaire economie versterken. Biomassa en voedsel Doorontwikkelen biobased economy: een gecoördineerde aanpak vanuit één gezamenlijke visie, gericht op verwaarden van biomassa (uit reststromen van agrarische sector en natuur) richting materialen, chemie, inhoudsstoffen en energie. Mineralen in de kringloop houden door mest zo snel mogelijk stabiel te maken (visie vanuit de mestdialoog) Verwaarden van lokale biomassastromen (gemeentelijk GFT, houtopstanden, bermmaaisel vanuit infra, slootmaaisel) Tegengaan van voedselverspilling (aansluitend op Nationale Taskforce). Aanjagen eiwittransitie: eiwitproductie vanuit plantaardige stromen en vanuit dierlijke en plantaardige reststromen, i.p.v. dierlijke eiwitten uit huidige veeteelt. Meer economische benadering van grootschalige mestverwerking en - vergisting (> ton), kwaliteit en toegevoegde waarde, met minimale overlast en risico s voor de leefomgeving. RWZI s als grondstoffen- en energiefabrieken (met de waterschappen als trekker). Kunststoffen Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen, die al aanwezig zijn in de keten, zo lang mogelijk in de keten houden. Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen waar mogelijk vervangen door kunststoffen geproduceerd uit biobased materialen. Maakindustrie en HTSM Doorontwikkeling van de potentie van refurbishing, remanufacturing. Stimuleren machinebouw t.b.v. recycling en refurbishing (robotica), waaronder ook het flexibel en multi-inzetbaar maken van machines. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc., vanuit een gebiedsgerichte aanpak. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc., vanuit een ketengerichte aanpak. Smart Asset Management in supply chains: middels digitale meet- en regeltechniek onderhoud 100% voorspelbaar maken, met maximale energie- en materialen-efficiency als doel. Automotive: stimuleren van innovatieve concepten deelauto s 3.0 en toepassing van biobased materialen. Goed belegd Extra aanzetten 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 9

10 Bouw en infra Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden infra. Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden bouw. Inpassen circulaire materialen binnen de verduurzamingsopgave in bestaande woning- en utiliteitsbouw (die nu hoofdzakelijk op energie is gericht), te beginnen met de toepassing van circulaire materialen te koppelen aan Nul-op-de-meter. Vergroten van de markt door coalitievorming SPARK, designers, aannemers, architecten, woningbouwcoöperaties, steden, etc. (gezamenlijke launching customership vergroten, rondom casussen, talentprogramma s). Het faciliteren van voorbeeldprojecten is hier een belangrijk onderdeel van (bijv. rond erfgoedcomplexen). Consumentengoederen Projecten gericht op bewustwording (van bedrijven en consumenten) en agendering van scheiden en hergebruik. Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - refurbishing en remanufacturing (bedrijven, fieldlabs, clusterontwikkeling). Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - hoogwaardig verwaarden van reststromen m.b.v. hoogwaardige technologieën. Doorontwikkeling van Products as a service concept; geen bezit maar toegang tot gebruik. Van toepassing op alle prioritaire thema s Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Transitie naar circulaire economie aanjagen en ondersteunen In het rapport worden de volgende aanbevelingen aan de Provincie Noord-Brabant gedaan. 1. Maak een concernbrede strategie met strategische doelstellingen en een provinciale Agenda Circulaire Economie, die wordt door vertaald in en complementair is aan de uitvoeringsagenda s van lopende programma s. Organiseer eigenaarschap op deze agenda in de organisatie. Sluit hierbij aan op de definitie en strategische doelstellingen uit het Rijksbrede programma circulaire economie en de bijbehorende prioritaire thema s. Heb daarbij aandacht voor de aansluiting en kracht van de HTSM, en ondersteunende sectoren zoals Maintenance, Logistiek en Design en de kansen van digitalisering. Voor zowel Maintenance als Logistiek worden momenteel revisies van de provinciale beleidsdocumenten opgesteld. Het is kansrijk om hierin de circulaire ambities mee te nemen. De effectiviteit van de strategie wint aan kracht als deze meer vanuit economisch perspectief wordt geformuleerd, rekening houdend met andere beleidsperspectieven die circulaire economie schragen: natuur, milieu, water, ruimtelijke kwaliteit, mobiliteit en sociale innovatie. 2. Zorg dat de uitvoering van de agenda wordt vertaald en opgepakt in de lopende programma s, waarbij eigenaarschap voor de uitvoering van de focusonderwerpen uit de provinciale agenda goed is geregeld. Draag zorg voor een integrale aanpak en juiste mix van benodigde competenties. Zo zullen de programma s in samenhang bijdragen aan de gewenste transitie naar een circulaire economie. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 10

11 3. Geef zelf het goede voorbeeld als launching customer: - circulaire inkoop en aanbesteding; - opereren als launching customer van circulaire initiatiefnemers waaronder start-ups; - bevordering circulair inkopen door andere overheden en bedrijven. 4. Werk in de uitvoering intensief samen met de reeds ontwikkelde samenwerkingsverbanden binnen de economische innovatieclusters en initieer en faciliteer circulaire economie binnen hun programma s. Benut en versterk de kracht van de Brabantse innovatie en het daadwerkelijk organiseren van samenwerking in Triple Helixverband. Geef ruimte aan nieuwe ontwikkelingen en treedt daarbij zelf op als alliantiepartner bij het gezamenlijk ontwikkelen. 5. Heb aandacht voor beter benutten van diverse fondsen voor focusonderwerpen uit de Agenda. - Er liggen kansen bij diverse Europese fondsen, ook bij het recent aangekondigde Circulair Economy Finance Support platform en de nieuwe nationale investeringsbank InvestNL. - Onderzoek vergroting van de mogelijkheden van de rol en de fondsen van de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) voor initiatieven die een sleutelrol spelen in de transitie naar de circulaire economie. 6. Zet sterk in op communicatie zodat de zichtbaarheid en aandacht voor de circulaire economie van de urgentie en kansen bij overheden, bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en consumenten wordt vergroot. De Provincie is bij uitstek in de gelegenheid om via verschillende kanalen goede initiatieven regionaal, nationaal en internationaal in de spotlight te plaatsen. Richt de aandacht op: - met name uitdragen van goede voorbeelden die het verschil maken; - maar ook op de voorbeelden die bijdragen aan bewustwording en agendering, vanuit het besef dat we nog vooraan in de transitie zitten. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 11

12 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 12

13 1 Inleiding 1.1 Aanleiding In de afgelopen drie jaar heeft de aandacht voor werken aan een circulaire economie een grote vlucht genomen. Vanuit groeiend besef dat onze huidige economische koers niet is vol te houden en leidt tot uitputting van niet-hernieuwbare grondstoffen en energiebronnen, en het potentieel dat het concept circulaire economie laat zien, ontstaan nationaal en internationaal kleine en grote initiatieven. Bedrijven, overheden, kennisinstellingen en burgers pakken de handschoen op om een circulaire economie te realiseren. Eind 2015 presenteerde de Europese Commissie het herziene pakket voor een circulaire economie, waardoor het op Europees niveau op de Agenda kwam te staan. Afgelopen jaar presenteerden de ministeries van Infrastructuur en Milieu (IenM) en Economische Zaken (EZ) samen het Rijksbreed programma Circulaire Economie, met daarin herkenbaar de eerder gepubliceerde adviezen van de Sociaal economische Raad 1 en de Raad voor de Leefomgeving 2. Bijna iedere week wordt ergens in Nederland een bijeenkomst gehouden over circulaire economie. Diverse regio's formuleren visies, mobiliseren hun netwerk en maken budget vrij om circulaire economie aan te jagen. Bedrijven ontwikkelen businessplannen om circulair te ondernemen en burgers bouwen op eigen initiatief samen aan coöperaties en circulaire wijken. Ook de Provincie Noord-Brabant ziet de noodzaak van en kansen voor een circulaire economie. In het bestuursakkoord "Beweging in Noord-Brabant" wordt circulaire economie meerdere keren genoemd als ondersteunende oplossingsrichting voor de maatschappelijke opgaven van de provincie: arbeidsmarkt- en economische ontwikkeling, versnelling van de energietransitie, slimme duurzame mobiliteit, versterking van de sociale veerkracht, een vitaal natuur- en watersysteem en verduurzaming van de landbouw. Voor deze maatschappelijke opgaven kent de provincie meerdere programma's, projecten en pilots. Alle hebben die de potentie in zich om bijdragen te leveren aan een transitie naar een circulaire economie. Vanuit de vraag of de huidige som der delen voldoende is om de transitie naar een circulaire economie in Noord-Brabant te versnellen en op welke wijze de provincie optimaal kan bijdragen aan deze versnelling, hebben Gedeputeerde Staten gevraagd om een strategische verkenning circulaire economie. Tussen september 2016 en februari 2017 heeft KplusV in opdracht van de Provincie Noord-Brabant deze strategische verkenning uitgevoerd. De resultaten van deze verkenning treft u in dit rapport aan. 1.2 Vraagstelling Aan de verkenning liggen de volgende vragen ten grondslag. Hoofdvraag De strategische verkenning circulaire economie Noord-Brabant geeft antwoord op de centrale vraag: "Wat is nodig van de Provincie Noord-Brabant om de transitie naar een circulaire economie optimaal te ondersteunen en aan te jagen, en welke regionale kwaliteiten en sterktes dragen hieraan bij?" 1 Adviesrapport: Werken aan een circulaire economie: geen tijd te verliezen, SER, juni Adviesrapport: Circulaire economie, van wens naar uitvoering, RLi, juni maart Ons kenmerk /hpo/bpe 13

14 Deelvragen Voor beantwoording van deze centrale vraag worden in de volgende hoofdstukken de volgende deelvragen behandeld. Waarom een circulaire economie? Wat is circulaire economie en hoe kom je tot een circulaire economie? Welke ontwikkelingen in Noord-Brabant bieden kansen voor de (transitie naar de) circulaire economie? Hoe kan in Noord-Brabant de circulaire economie versneld worden? Welke bijdrage kan de Provincie Noord-Brabant leveren? Dragen de lopende programma's voldoende bij aan de transitie naar een circulaire economie? Het resultaat van deze verkenning is een visie op de ontwikkeling van een circulaire economie in Noord-Brabant, een analyse van de kansen vanuit de kracht van de regio en de huidige programma's van de provincie en van de rol die de Provincie 3 kan oppakken om de transitie te ondersteunen en aan te jagen. 1.3 Randvoorwaarden Aan de verkenning zijn de volgende randvoorwaarden meegegeven. Aansluiting op bestaande programma's Circulaire economie is een onderwerp dat dwars door verschillende huidige opgaven en reeds lopende programma's van de Provincie loopt. De strategische verkenning is uitgevoerd vanuit deze wetenschap en vanuit de intentie dat de huidige opgaven voor de Provincie Noord-Brabant en bestaande programma's de transitie naar een circulaire economie kunnen versterken. Bedrijven in de lead en samenspel multiple helix Circulaire economie is omvattend. Zij kent een complex speelveld met veel verschillende Multiple Helix-partners die ieder hun rol hebben. Om de transitie naar een circulaire economie te versnellen, is een gezamenlijk gedragen strategie van belang, waarin rollen helder zijn. De strategische verkenning circulaire economie is uitgevoerd in samenwerking met een aantal voor de Provincie belangrijke partners. Bedrijven zijn in de lead bij het realiseren van een circulaire economie. Ook kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en uiteraard burgers in hun rol als consumenten dragen eraan bij. De provinciale rol kan daarop aansluiten en de wijze van opereren van bedrijven, maatschappelijke organisaties, groepen en burgers ondersteunen en in positie brengen tot circulair gericht handelen. Zo kan een gedragen beweging tot stand komen waarbij bedrijven, kennisinstellingen, gemeenten, waterschappen en maatschappelijke organisaties samen met de Provincie Noord-Brabant werken aan het tot stand brengen van een circulair economische regio. Systeembenadering met verschillend schaalniveaus De Provincie Noord-Brabant beseft dat kansen binnen de circulaire economie zich voordoen op verschillende schaalniveaus. Deze verschillende schaalniveaus kennen ieder hun eigen optimale speelveld, deelnemende ketenpartners en behoeven ieder hun eigen uitwerkingen en ondersteunend beleid. Circulaire economie betekent dan ook economische systemen van verschillende schaalgrootte in een samenhangend systeem: mondiaal, Europees, landelijk, regionaal en lokaal. Circulaire economie houdt niet op bij de grenzen van Noord-Brabant. 3 Als in dit rapport Provincie met een hoofdletter staat aangeduid, dan bedoelen we de Provincie Noord-Brabant als bestuursorgaan (met ambtelijke organisatie), als overheid. De provincie met kleine letter reserveren we voor het grondgebied van Noord-Brabant. Ook als we spreken van Brabant, is dat Noord-Brabant als geografische eenheid. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 14

15 Daarom wordt gekeken op welke wijze aansluiting en afstemming op ontwikkelingen elders kan worden gerealiseerd. 1.4 Werkwijze Voor de uitvoering van de strategische verkenning circulaire economie is door middel van verschillende onderzoeksmethoden en met gebruikmaking van meerdere bouwstenen een analyse uitgevoerd op het Noord-Brabantse circulaire potentieel. Documentstudie Door documentstudie is de context beschreven, een theoretisch kader vastgesteld en is de huidige situatie in Noord-Brabant in kaart gebracht. Hiervoor is onder andere input gebruikt vanuit statistische gegevens, landelijke adviesrapporten en programma's, en documenten van de Provincie, waaronder lopende programma's, artikelen en rapporten. Er is een benchmark gemaakt met circulaire ontwikkelingen in andere regio s binnen en buiten Nederland. Daarnaast is gebruik gemaakt van de uitkomsten van een grondstoffenanalyse uitgevoerd door Telos. 4 Een complete lijst met gebruikte bronnen is opgenomen als bijlage 1. Interviews Om de huidige situatie in Noord-Brabant te duiden, en om inzicht te krijgen in toekomstbeelden en visie van Noord-Brabant op de circulaire economie zijn 24 interviews gehouden, waarvan 8 met vertegenwoordigers vanuit de Provincie, en 16 vanuit het bedrijfsleven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en overheden in de provincie. Aanvullend zijn op deelonderwerpen meerdere personen intern en extern het provinciehuis geconsulteerd. Op basis van een deel van de interviews is een overzicht van de ist-situatie van circulaire economie in de provinciale programma s gemaakt. Dit overzicht is te vinden in bijlage 3. Stakeholderbijeenkomsten Naast interviews zijn er drie expertbijeenkomsten rondom een aantal specifieke kansen in Noord- Brabant gehouden. Een lijst van geïnterviewden en deelnemers aan de bijeenkomsten is opgenomen in bijlage 2. Op basis van de uitkomsten van de documentstudie, grondstoffenanalyse, interviews en de drie bijeenkomsten zijn focusgebieden benoemd van meest kansrijke thema's om in Brabant de transitie te versnellen. Deze zijn in een brede stakeholderbijeenkomst getoetst en verder uitgewerkt. Tot slot zijn de focusgebieden en benodigde rollen vergeleken met bestaande programma's. Hieruit volgen de conclusies en adviezen. 1.5 Leeswijzer In de volgende hoofdstukken behandelen we achtereenvolgens de deelvragen uit paragraaf 1.2. In hoofdstuk 2 benoemen we de wenselijkheid om een circulaire economie te realiseren. Hoofdstuk 3 gaat in op de economische structuur van Noord-Brabant en de kansen die daarin bestaan om op een effectieve wijze tot een circulaire economie te komen, gelet op de sterke kanten van verschillende economische sectoren in de provincie. In hoofdstuk 4 gaan we in op de rollen die de provincie Noord-Brabant kan vervullen om de bedrijvigheid in de verschillende sectoren ertoe aan te zetten om versneld naar een circulaire economie te komen. Daarna analyseren we in hoofdstuk 5 in hoeverre de bestaande provinciale programma s invulling geven aan de gesignaleerde kansen om de economie in Brabant versneld een transitie te laten maken naar een circulaire economie. Ten slotte trekken we in hoofdstuk 6 conclusies en doen we 4 Telos, Balansen in Noord-Brabant, zj. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 15

16 aanbevelingen aan de Provincie om (versnelde) transitie naar circulaire economie te ondersteunen en aan te jagen. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 16

17 2 Waarom circulaire economie? Dit hoofdstuk beschrijft de urgentie en kansen voor een circulaire economie en legt de principes van circulaire economie uit. De mogelijkheden om economische waarde in het systeem te creëren en de businessmodellen die kunnen worden toegepast, worden beschreven. Daarnaast positioneren we circulaire economie ten opzichte van de klimaatopgave die overheden zich hebben gesteld, in relatie tot de energie opgave en de biobased economy. Ook wordt kort beschreven wat voor transitie nodig is. Ten slotte wordt inzicht gegeven in bestaande bestuurlijke kaders van de verschillende overheden. 2.1 Urgentie en het wenkend perspectief van circulaire economie De roep om een nieuwe economie wordt de afgelopen jaren steeds luider. De wereldbevolking groeit in de aankomende 30 jaar exponentieel naar 9 miljard mensen. De vraag naar energie, voedsel en producten die voorzien in levensonderhoud neemt hiermee navenant toe. De huidige lineaire economie van 'maken-verbruiken-weggooien' is niet langer vol te houden en leidt tot grondstoffenschaarste, negatieve milieudruk, klimaatverandering, extreme prijsstijgingen en economische en geopolitieke afhankelijkheid. Economisch vraagstuk De zorg over de gevolgen van de lineaire economie zijn niet meer alleen de zorgen vanuit het oogpunt van klimaat en milieu, maar ook van belang voor een concurrerende economie. Vanuit economische gezichtspunt wordt onderkend dat er bij ongewijzigd handelen economische problemen ontstaan. Tekorten aan grondstoffen en geopolitiek leiden tot productieproblemen: leveringszekerheid, consumenten en aandeelhouders verlangen van bedrijven dat zij maatschappelijk verantwoord ondernemen en stoppen met uitputting van natuurlijke bronnen en met uitbuiting van bevolkingsgroepen in de wereld. Er komt ook steeds meer wet- en regelgeving die van bedrijven heroriëntatie op het handelen vergen. Tegelijkertijd zijn er juist nu ook economische kansen om te komen tot een nieuwe circulaire economie. Door de exponentiële ontwikkeling van het Internet of things, de mogelijkheden van slimme ICT en big data en de kracht van high tech en design, wordt ook wel gesproken van de 4 e industriële revolutie, die kansen biedt om met nieuwe businessmodellen oplossingen te bieden. voor de gerezen vraagstukken. Door mogelijkheden in de biobased economie en technieken zoals 3D-printing, sensoren en fotonica ontstaat nieuwe bedrijvigheid. Nieuwe businessmodellen spelen slimmer en met een hoger serviceniveau in op de behoefte van de consumenten en dragen bij aan maatschappelijke opgaven. Die nieuw economie is een circulaire economie. Zo'n economie richt zich op waardebehoud en waardecreatie van grondstoffen, materialen en producten, doordat deze zoveel mogelijk worden hergebruikt in productie- en consumptieprocessen. In de volgende paragraaf geven we meer inzicht in wat circulaire economie precies is. Verschillende studies laten zien dat de nieuwe koers naar circulaire economie economisch en maatschappelijk zeer profijtelijk is. Zo wees een onderzoek van TNO uit 2013 uit dat circulaire 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 17

18 economie grote kansen biedt voor de Nederlandse economie (7,3 miljard euro per jaar) en werkgelegenheid ( extra banen) 5. Hoewel deze cijfers waarschijnlijk aan de lage kant zijn, doordat in het rapport alleen rekening wordt gehouden met directe baten, en niet met complexe indirecte baten en de vermijding van maatschappelijke kosten, biedt het wel zicht op de richting van de mogelijke baten. Doorrekeningen van minder behoudende getallen, zoals die van de MacArthur Foundation, komen op 20 miljard euro per jaar. Figuur 1 brengt in beeld wat circulaire economie voor Nederland kan betekenen volgens het TNO onderzoek. Figuur 1: Wat levert circulaire economie Nederland op? Referentie TNO, bewerking PLB. Ook internationale studies laten het potentieel van circulaire economie zien. Daarin wordt berekend dat circulaire economie een halvering van de CO 2 -uitstoot ten opzichte van de huidige emissies oplevert. Daarmee levert de circulaire economie een substantiële en onmisbare bijdrage, aanvullend op de maatregelen vanuit de Energieagenda, aan het realiseren van de doelen uit de klimaatakkoorden die in 2015 in Parijs werden ondertekend. 6 5 TNO rapport: Kansen voor de circulaire economie in Nederland, Consultancybureau McKinsey, de Ellen MacArthur Foundation en het Duitse SUN (Stiftungsfonds für Umweltökonomie und Nachhaltigkeit) becijferen dat een maximaal gebruik van de technologische revolutie die nu gaande is, de Europese Unie tegen miljard oplevert. Dit bedrag is opgebouwd uit kostenbesparing door efficiënt grondstofgebruik (-3% jaarlijks), besparing van primair grondstofgebruik en overige, niet grondstof gerelateerde bijkomstige besparingen maart Ons kenmerk /hpo/bpe 18

19 Figuur 2: Betekenis circulaire economie voor bijdrage aan klimaatdoelen (bron: Circulaire economie is dus een wenkend perspectief voor economie en samenleving, op internationale, nationale, regionale en lokale schaal. 2.2 Wat is circulaire economie? Circulaire economie is een begrip dat enkele jaren geleden is geïntroduceerd en in verband gebracht wordt met verschillende activiteiten: afval scheiden, biobased materialen gebruiken, uitwisseling van overtollige energie, delen van auto's en andere gebruiksmaterialen. Het begrip heeft de tendens om als nieuw containerbegrip de plaats in te nemen van duurzaamheid. Om te komen tot een handelingsperspectief is uitleg en afbakening nodig. Van lineaire naar circulaire economie Onze huidige economie is lineair van aard. Dat wil zeggen; we delven grondstoffen, we voegen er waarde aan toe, maken er iets van, gebruiken het en als het overbodig is geworden, gooien we het weg en wordt het verbrand of gestort. Sinds de industriële revolutie in de 19 e eeuw, waarbij van handmatig een geleidelijke overgang plaatsvond naar machinaal en massaal vervaardigen van goederen, is dit het gangbare economische model. Circulaire economie is het tegenovergestelde van lineair. De idee is dat alle grondstoffen oneindig vaak (her)gebruikt kunnen worden, waardoor verspilling wordt voorkomen. De waarde van grondstoffen blijft zo behouden. Een tussenstap is hergebruikeconomie, of keteneconomie met recycling. Die richt zich vooral op de 'end of pipe' van producten; producten die aan het eind van hun levensduur komen en deels kunnen worden hergebruikt (via onderdelen of als hernieuwde producten). Er zijn echter lekken, waardoor niet-hernieuwbare grondstoffen verdwijnen. Circulaire economie richt zich niet op de 'end of pipe' van de productketen, maar juist op de gehele productketen, te beginnen bij het ontwerp van producten. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 19

20 Figuur 3: Van lineair naar circulair (bron: Rijksbreed programma circulaire economie). Het uitgangspunt van circulariteit is om alle grondstoffen 100% steeds opnieuw te gebruiken; de keten is gesloten. Hierbij geldt dat de manier van hergebruik die de minste inspanning kost, voor het systeem het meest waardevol is. Hergebruik vindt dus idealiter in een volgorde plaats. Het model van de Ellen Mc Arthur Foundation laat dit zien. Figuur 4: Schematische weergave circulaire economie Ellen Mc Arthur Foundation, In dit model wordt onderscheid gemaakt tussen twee hoofdstromen van grondstoffen: een biologische/biotische stroom (verbruiksgoederen, zoals voedsel samengesteld uit biomassa van koolstof en mineralen) en een technologische/abiotische stroom (gebruiksgoederen, opgebouwd 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 20

21 uit metalen en mineralen, kunststoffen en bouwmaterialen). Het model laat zien hoe met producten na de gebruiksfase kan worden omgegaan. In essentie is circulaire economie gericht op waardecreatie en waardebehoud. Waardecreatie en waardebehoud beginnen idealiter vooraan in de design/ontwerpfase van producten. Door in het ontwerp al rekening te houden met reparatie, recycling en hergebruik, wordt het gemakkelijker om de kringloop te sluiten. Bij het ontwerp kan ook worden meegenomen dat alleen duurzaam geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen gebruikt worden. Waardebehoud wordt voorts gemaximaliseerd door achtereenvolgens te kijken naar mogelijke reparatie van het product, vervolgens hergebruik of herdistributie, opknappen, dan recyclen van onderdelen van het product en tot slot hergebruik van technische grondstoffen uit het product 7. Onderstaande figuur laat dit zien. Figuur 5: Waarde behouden: de R-en in de circulaire economie 8. Het sluiten van de cirkels zijn economische activiteiten en levert nieuwe businessmodellen op. Er liggen economische kansen in de realisatie van circulaire economie en duurzame economische ontwikkeling, met waardebehoud voor zowel mens, milieu als economie (people-planet-profit). 7 Ellen Mc Arthur Foundation: Report 1: Towards a circular economy, blz De R-(of: Re-)termen in de figuur zijn niet makkelijk te vertalen: Refuse = voorkomen, preventie; Reduce = beperken (van gebruik); Reuse = hergebruik; Repair = repareren, herstellen; Refurbish = terughalen producten en na schoonmaak, renovatie opnieuw inzetten/verkopen; Remanucature = terughalen producten en machines, demonteren en delen gebruiken om van hetzelfde type nieuwe producten en machines uit samenstellen en inzetten/verkopen; Repurpose = gebruiken met andere opzet of doel; Recycle = ontleden van materialen en opnieuw in productieproces brengen; Recover = product verwerken tot brandstof voor energieopwekking. De verschillen tussen de twee R-en per cirkel in de figuur zijn gradueel. Bron: CIRCO op basis van Ellen McArthur Foundation. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 21

22 Definitie en strategische doelen circulaire economie De Nederlandse rijksoverheid hanteert in het Rijksbreed programma Circulaire Economie 9 de volgende definitie voor circulaire economie: Circulaire economie is het economisch systeem dat de herbruikbaarheid van producten, materialen en grondstoffen en het behoud van natuurlijke hulpbronnen als uitgangspunt neemt en waardecreatie voor mens, natuur en economie in iedere schakel van het systeem nastreeft. Om de transitie naar een circulaire economie te realiseren stelt het Rijk drie strategische doelen. 1. Grondstoffen in bestaande ketens worden hoogwaardig benut. 2. Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden fossiele, kritieke 10 en niet-duurzaam geproduceerde grondstoffen vervangen door duurzaam geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen (zoals bijvoorbeeld door de biobased economy). 3. Ontwikkelen van nieuwe productiemethodes, nieuwe producten ontwerpen, anders inrichten van gebieden, en bevorderen van nieuwe manieren van consumeren, bijvoorbeeld met circulaire businessmodellen. Het gaat bij de circulaire economie dus om waardebehoud en waardecreatie voor People, Planet en Profit. Planet: Natuurlijk kapitaal Natuurlijke hulpbronnen, of wel natuurlijk kapitaal 11 hebben het vermogen om de mens diensten te leveren (ecosysteemdiensten). Het zijn diensten met maatschappelijke en/of economische waarde. Zij dragen bij aan welzijn en welvaart. Natuurlijk kapitaal kan uitgeput raken. Maar als het goed beheerd wordt kan het hernieuwbaar zijn: dan blijft het stabiel of kan het zelfs groeien. 9 Rijksbreed programma circulaire economie, Kritieke grondstoffen zoals tin, goud, wolfraam, gallium. Een complete lijst is opgenomen in 11 In de economie onderscheiden we 6 kapitalen: natuurlijk kapitaal, fysiek kapitaal, financieel kapitaal, menselijk kapitaal, sociaal kapitaal en intellectueel kapitaal. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 22

23 Figuur 6: Natuurlijk kapitaal als ecosysteemdiensten, Bron: PBL. De circulaire economie kijkt op twee manieren naar deze ecosysteemdiensten: Als eerste naar de productiediensten die natuurlijk kapitaal kan leveren: duurzaam geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffenleverancier, of grondstoffendrager. Water is bijvoorbeeld en grondstoffenleverancier én grondstoffendrager (van bijvoorbeeld mineralen). Daarnaast zorgt de circulaire economie dat circulaire processen niet ten koste gaan (waardebehoud) van de drie verschillende diensten (productiediensten, regulerende diensten, culturele diensten) die natuurlijk kapitaal levert. People: Sociaal kapitaal Uit de studies van TNO en McKinsey 12 blijkt dat de circulaire economie zorgt voor werkgelegenheid voor zowel lager, middelbaar als hoger opgeleiden. Het gaat om sociale innovatie. Circulaire economie vergt samenwerking tussen verschillende disciplines, oriëntatie van design en productie op circulariteit. Circulaire economie brengt ook met zich mee dat lager geschoolden en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt meer kunnen worden ingezet dan bij de lineaire economie die in de afgelopen decennia is ontstaan. Er ontstaan nieuwe kansen voor werkgelegenheid in het scheiden, demonteren en vernieuwen van producten. Het beschikbaar potentieel aan arbeid wordt optimaler ingezet dan de afgelopen decennia is gebeurd. Het optimaal kunnen inzetten van talent, en het positief kunnen bijdragen aan de maatschappij is voor alle groepen van de bevolking van groot belang voor welzijn en welbevinden. Circulaire economie beoogt daarmee ook dit kapitaal maximaal te behouden. 12 TNO-rapport: Kansen voor de circulaire economie in Nederland, 2013 en 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 23

24 Profit: Circulaire businessmodellen Circulaire businessmodellen passen op de leest van de circulaire economie. De idee erachter is dat het klantaanbod dat men doet meervoudige waarde creëert: economische, sociale en ecologische waarde. Er zijn verschillende businessmodellen die inspringen op de verschillende wijzen waarop aan hergebruik van producten, onderdelen en grondstoffen kan worden gewerkt. Zij sluiten aan bij de ontwikkeling van klantbehoeften in de circulaire economie. Juist door deze nieuwe businessmodellen kan de circulaire economie niet alleen bijdragen aan de opgave om minder grondstoffen te verspillen, maar draagt zij ook bij aan sociale innovatie en andere maatschappelijke opgaves op gebied van bijvoorbeeld mobiliteit en arbeidsmarkt. Hieronder zijn enkele voorbeelden genoemd. Zij dragen bij aan waardecreatie. Figuur 7: Voorbeelden circulaire businessmodellen. Bron: Products that last, TU Delft De circulaire economie en de klimaatopgave in relatie tot energieopgave en biobased economy Circulaire economie kan een wezenlijk bijdrage leveren aan de klimaatopgave: het voorkomen van verdere opwarming van de aarde. Circulaire economie is onmisbaar om de doelen van het klimaatakkoord van Parijs te kunnen realiseren, waarvoor de aanpak van alleen de Energieagenda ontoereikend is. De centrale opgave van de klimaatopgave is het terugdringen van de CO 2 -uitstoot. Hier ligt een sterke wisselwerking tussen circulaire economie en de Energieagenda. Door het hergebruiken van materialen en het produceren met secundaire grondstoffen in de circulaire economie is minder energie nodig en komt minder tot geen CO 2 vrij, hetgeen bijdraagt aan de Energiedoelen. De Energieagenda is gericht op minder gebruik van fossiele brandstoffen, hetgeen onderdeel is van de circulaire economie. Door meer gebruik te maken van energiereststromen (gassen en warmte) in de industrie kunnen onderdelen van de circulaire economie worden gekoppeld aan de Energieagenda. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 24

25 Biobased economy is een integraal onderdeel van de circulaire economie en wordt ook wel de groene motor van de circulaire economie genoemd. Gebruik van biomassa als basisgrondstof voor materialen, producten en energie maakt ons in de toekomst onafhankelijk van fossiele grondstoffen als olie en gas. Daarmee levert de biobased economy ook een substantiële bijdrage aan het terugdringen van de CO 2 uitstoot naar de atmosfeer. CO 2 wordt vastgelegd in biomassa waarna de biomassa weer wordt gebruikt voor materialen. Bij end of life van het materiaal komt CO 2 weer vrij die vervolgens weer wordt opgenomen door biomassa. Deze biomassa dient weer als grondstof voor nieuwe materialen. 2.4 Transitie gaat niet vanzelf De overgang van een lineaire economie naar een circulaire economie is een langjarig proces, dat door verschillende ontwikkelingen kan worden gefrustreerd. De transitie gaat niet vanzelf. De meerjarige transitie moet plaatsvinden in een complex systeem met veel verschillende partijen, belangen en schaalniveaus. Het gaat om een structurele verandering die diep ingrijpt op alle onderdelen van het economisch en maatschappelijk systeem zoals wettelijke en financiële regels, normen, instituties standaarden en routines, kennis en de bestaande fysieke infrastructuur. Weerstand Er zijn veel economische en maatschappelijke prikkels die de transitie naar een circulaire economie kunnen frustreren. Zo is de prijsontwikkeling op de mondiale grondstoffenmarkt een belangrijke factor. Indien prijzen laag zijn zoals de afgelopen jaren het geval is dan zijn er weinig prikkels om secundaire grondstoffen te gebruiken in plaats van primaire. Voorts zijn er systemen zoals de CO 2 emissiehandel die bij lage CO 2 prijzen de transitie belemmeren. En bij consumenten is het besef van urgentie zeer gering, en zijn patronen hardnekkig. Ook de consument laat zich bij zijn keuzen doorgaans vooral nog leiden door de prijs van producten. Zolang prijzen van producten die met secundaire grondstoffen, met biobased grondstoffen of anderszins duurzaam zijn geproduceerd, hoger blijven dan met niet hernieuwbare/fossiele grondstoffen geproduceerde producten, zullen de producten van de circulaire economie door een relatief kleine groep consumenten worden afgenomen. Die patronen zullen moeten worden doorbroken wil de transitie goed op gang komen. Daarvoor zijn zowel grote disruptieve kansen bij industriële sectoren, als kleinschalige lokale of regionale initiatieven nodig om het onderwerp te agenderen en bewustzijn te ontwikkelen bij consumenten en producenten. Overheden zoals de Provincie Noord-Brabant kunnen daarbij een rol spelen op regionale schaal met effecten op hoger schaalniveau. Naast bewustwording gaat het om stimuleren van het samenwerken van partijen, samen innoveren en experimenteren met kansen die meerwaarde creëren en kunnen worden opgeschaald. Producenten en consumenten kunnen zo leren om circulair te denken en te werken, lerend van ervaringen en flexibel inspelend op nieuwe inzichten en ontwikkelingen. Daarmee wordt een evolutionair proces in gang gezet dat winnaars en verliezers kent. Er treden nieuwe bedrijven met nieuwe verdienmodellen toe; andere verdwijnen mogelijk. Dat zijn de partijen die niet mee kunnen of willen met de nieuwe economie. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 25

26 Figuur 8: winnaars en verliezers in de transitie naar de circulaire economie. (Bron: OPAi, ondernemen in de circulaire economie, 2014). Verdienmodellen die bedrijven tot nu toe hanteren, zullen van karakter veranderen en mogelijk verdwijnen. Om te voorkomen dat er te veel weerstand tegen de transitie gaat ontstaan waardoor zij wordt gefrustreerd, zal aan verliezers de tijd en ruimte moeten worden gegeven om zich te heroriënteren op de nieuwe economie en de nieuwe businessmodellen. De overheid, en in dit geval de Provincie, kan een bijdrage leveren aan de transitie door ervoor te zorgen dat deze meerjarig wordt volgehouden, zodat partijen zich erop kunnen instellen en er verliezers zijn, die de draad weer oppakken en een rol gaan spelen in de circulaire economie. Op het vlak van afvalzorg is dit waarneembaar. Daar zoeken traditionele afvalinzamel- en verwerkingsbedrijven naar nieuwe businessmodellen waardoor afvalstoffen grondstoffen worden. De overheid kan voorwaarden scheppen waardoor partijen kans hebben om tot de winnaars te behoren. 2.5 Bestuurlijk kader Vanuit het besef van urgentie en kansen en in de wetenschap dat een transitie te versnellen is door gerichte facilitering, pakken op alle niveaus in het systeem (van mondiaal tot lokaal) overheden de handschoen op. Daar krijgt circulaire economie steeds meer een volwaardige plek in het overheidsbeleid en wordt steeds meer gestuurd op en budget beschikbaar gesteld voor het tot stand komen van de circulaire economie. Mondiaal niveau Op mondiaal niveau vindt het een plek in de "17 Sustainable Development Goals (SDG's) 13 ". Deze zijn in september 2015 vastgesteld door de 193 lidstaten van de Verenigde Naties onder het motto "Time for global action for people and planet" maart Ons kenmerk /hpo/bpe 26

27 De 17 SDG's dragen onder meer bij aan de uitbanning van armoede, bevordering van vrede en gelijkheid, stimulering van inclusieve groei en bescherming van het milieu. Onder andere doelen als "bevorder aanhoudende, inclusieve en duurzame economische groei", "verzeker duurzame productie en consumptie" en "bescherm biodiversiteit en ecosystemen" hebben rechtstreeks raakvlakken met de uitgangspunten van de circulaire economie. Europees niveau Op Europees niveau vindt circulaire economie een plek door een pakket van maatregelen in het in december 2015 uitgebrachte rapport: "Maak de cirkel rond: Een EU-actieplan voor de circulaire economie" 14. Dit pakket beschrijft een aantal maatregelen die de Europese Commissie tussen 2016 en 2019 neemt ter bevordering van de circulaire economie. De stip op de horizon is een duurzame, koolstofarme, hulpbronnenefficiënte en concurrerende economie. Het actieplan dient de circulaire economie op lidstaatniveau te bewerkstelligen. In het plan wordt ingegaan op productie (productontwerp, proces), verbruik, afvalbeheer, van afvalstof naar hulpbron en er worden prioritaire gebieden benoemd: kunststoffen, levensmiddelenafval, kritieke grondstoffen (groot economisch belang in combinatie met kwetsbaarheid in levering), bouw en sloop, biomassa en producten van biologische oorsprong, innovatie, investeringen en andere horizontale maatregelen, toezicht. In 2017 zal de Europese Commissie zich richten op het uitwerken van een monitoringskader, een strategie voor recycling en hergebruik van plastics, een wetsvoorstel voor minimumeisen voor hergebruikt water, herziening van de drinkwaterrichtlijn en een initiatief starten om knelpunten op het snijvlak van chemicaliën-, product- en afvalverwerking aan te pakken. Europese fondsen Op Europees niveau worden diverse budgetten beschikbaar gesteld om projecten op het vlak van circulaire economie te financieren. Zo is in het programma Horizon 2020 een expliciet circulair programma opgenomen: Industrie 2020 in de circulaire economie met een budget van in totaal 650 miljoen voor innovatieve demonstratieprojecten voor circulaire economie en voor het concurrentievermogen van industrie in de EU (o.a. procesindustrie, productie, nieuwe bedrijfsmodellen). Daarnaast zijn er links met andere Horizon 2020-programma s bijvoorbeeld op gebied van preventie en beheer van afval, levensmiddelen afval, herproductie, duurzame procesindustrie, bio-economie en ook eco-innovatie 15. Vanuit Innovatieprogramma Zuid-Nederland zijn budgetten beschikbaar voor (circulaire) innovaties. MKB-bedrijven kunnen aanspraak maken op subsidie vanuit het programma voor het Concurrentievermogen van ondernemingen en MKB-bedrijven (COSME), en ook vanuit het LIFEprogramma (ten behoeve van uitvoering van natuur- en milieubeleid) is subsidie beschikbaar. Leningen en garanties worden onder andere beschikbaar gesteld via fondsen van InnoFin en het Europees Fonds voor Strategische Investeringen. Een recente ontwikkeling op het vlak van Europese budgetten is het Circular Economy Finance Support Platform. Met dit platform worden relevante partijen samengebracht om investeringen in circulaire economie te faciliteren en te ondersteunen. Het platform dient ter coördinatie van circulaire economie-acties, vergroten van bewustwording en advisering over het financierbaar maken van projecten. Ook wordt het bestaande financiële instrumentarium in het platform, waaronder de voorgenoemde budgetten, verzameld en ingezet. In de toekomst zal het platform mogelijk nieuw in te richten financiële EU-instrumenten onderzoeken maart Ons kenmerk /hpo/bpe 27

28 Misschien nog wel de belangrijkste notie ten aanzien van de relatie tussen circulaire economie en Europa, is dat dit thema op dit moment heel erg in beweging is binnen de EU-organisatie. Nog los van het rapport uit 2015 en de hierboven beschreven instrumenten en (financiële) ondersteuningsopties, vindt er in bestaande én nieuwe structuren een verschuiving van prioriteiten plaats richting circulaire economie. Het is daarom van groot belang om de EUmogelijkheden optimaal te benutten, door al aan de voorkant de kennis van de mogelijkheden die EU-fondsen bieden in te zetten, en te verbinden aan kansrijke ontwikkelingen/projecten zoals in de verkenning gesignaleerd zijn. Dit geldt ook voor bestaande initiatieven die kenmerken van circulaire economie in zich dragen, en gezien de nieuwe focus wellicht een kans maken om aan te haken als zij zich in Europees verband gerichter met die kenmerken profileren. Dat Nederlandse bedrijven, vooral het MKB, potentiele EU-subsidies laten liggen is iets wat eind 2016 al gesignaleerd is 16, voor CE zal de potentie van die investeringen naar verwachting de komende jaren alleen maar toenemen. Nationaal niveau In september 2016 stuurde het kabinet Rutte II het Rijksbreed programma "Nederland Circulair in 2050 naar de Tweede Kamer. Het is een interdepartementaal programma, van de ministeries I&M, EZ, BZ en BZK. In dit programma neemt het Nederlandse kabinet de verantwoordelijkheid voor het inzetten van acties die zich richten op de realisatie van een circulaire economie in Nederland vóór Met deze ambitie sluit Nederland aan op het ambitieniveau in vergelijkbare landen 17. In de nota stelt het kabinet de drie eerder genoemde strategische doelen. 1. Grondstoffen in bestaande ketens worden hoogwaardig benut. Deze efficiencyslag kan leiden tot afname van de grondstoffenbehoefte in bestaande ketens. 2. Waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, worden fossiele, kritieke en niet-duurzaam geproduceerde grondstoffen vervangen door duurzaam geproduceerde, hernieuwbare en algemeen beschikbare grondstoffen. Naast biomassa zijn algemeen beschikbare grondstoffen de grondstoffen die de natuur nodig heeft voor leven (ijzer, silicium, koolstof, magnesium, natrium, kalium, calcium, stikstof, zuurstof, fosfor, zwavel, waterstof). Hiermee blijft ons natuurlijk kapitaal behouden en maken we onze economie toekomstbestendiger en minder afhankelijk van (de import van) fossiele bronnen. 3. We ontwikkelen nieuwe productiemethodes, gaan nieuwe producten ontwerpen en gaan gebieden anders inrichten. Ook bevorderen we nieuwe manieren van consumeren. Dit leidt tot andere ketens die de gewenste reductie, vervanging en benutting een extra impuls geven." 18 Daarbij heeft het Rijk vijf prioriteiten benoemd die het als eerste wil oppakken en die ieder om een specifiek plan van aanpak vragen: 1. biomassa en voedsel; 2. kunststoffen; 3. maakindustrie; 4. bouw en infrastructuur; 5. consumentengoederen Rijksbreed programma circulaire economie, Ibid. p maart Ons kenmerk /hpo/bpe 28

29 Juist deze prioriteiten zijn benoemd omdat ze belangrijk zijn voor de Nederlandse economie, een grote milieudruk kennen, waar al veel maatschappelijke energie bestaat voor een transitie naar de circulaire economie en die aansluiten bij de prioriteiten van de Europese Commissie. Om gezamenlijk uitvoering te geven aan het genoemde programma hebben Rijk en koepelorganisaties in januari 2017 het bijbehorende Grondstoffenakkoord Circulaire Economie ondertekend. Het is een akkoord op basis van intenties, die vervolgens met de betrokken partijen worden vertaald naar een zestal transitieagenda s voor biomassa en voedsel, kunststoffen, maakindustrie, bouw en infra, consumptiegoederen en cross-sectorale kansen. Alle brancheorganisaties, maatschappelijke organisaties, gemeenten, provincies, waterschappen worden daarnaast ieder voor zich opgeroepen om via internet een intentiedocument te ondertekenen, en daarop aan te geven dat en hoe zij gaan bijdragen aan de doelen van het Grondstoffenakkoord. Ook de Provincie Noord-Brabant wordt gevraagd of, hoe en aan welke transitieagenda zij als partner in het systeem wil bijdragen. Provincies, regio's en gemeenten Ook provincies, regio's en steden pakken de handschoen op en gaan aan de slag met circulaire economie. Uit een rondgang langs de provincies is gebleken dat men overal bezig is met planvorming rond circulaire economie, de status hiervan varieert van verkenningen tot vastgestelde uitvoeringsagenda s. In veel gevallen kiezen de provincies voor bouw, infra en groene grondstoffen (o.a. Biobased en Agrofood) als kernthema s. Om een indruk te geven van de beweging in provincies, regio s en gemeenten wordt hieronder een (niet limitatief) overzicht gegeven van kaders en plannen. Provincie Gelderland presenteerde afgelopen jaar haar beleidskaders om te komen tot een circulaire economie. De organisatie Circle Economy heeft voor Noord-Holland een regionale scan uitgevoerd waarin is nagegaan welke strategieën beschikbaar zijn voor de provincie om hergebruik van grondstoffen te stimuleren, en te besparen op het gebruik van virgin grondstoffen en energie. Provincie Zeeland nam afgelopen jaar circulaire economie en de energietransitie op als één van de vijf opgaven in de economische agenda Metropoolregio Amsterdam (MRA), het informele samenwerkingsverband van 32 gemeenten en de provincies Noord-Holland en Flevoland en de Stadsregio Amsterdam heeft circulaire en biobased economie en het verduurzamen van de gebouwde omgeving geprioriteerd in haar agenda voor de komende vier jaar. Acties die daarbij horen zijn onder andere het opstellen van een grondstoffenatlas, het gebruik van braakliggende terreinen voor de verbouw van biobased gewassen of voor de tijdelijke opslag van sloopafval (dat elders hergebruikt kan worden). MRA is ambitieus: In 2025 wil zij wereldwijd voorloper zijn op het gebied van slimme oplossingen voor de beperkte beschikbaarheid van grondstoffen. In november 2016 ondertekenden de gemeenten Amsterdam, Almere, Apeldoorn, Haarlemmermeer, Rotterdam, Utrecht, Venlo en Dordrecht, de ministeries van I&M, EZ en Wonen & Rijksdienst, Royal Haskoning DHV, Circle Economy en TNO de City deal Circulaire Economie. De samenwerkingspartners hebben in deze deal afspraken gemaakt over het aanjagen van de circulaire economie door het mogelijk maken van meer initiatieven. Ook in Brabant is een aantal gemeenten actief met circulaire economie, onder andere Tilburg, Eindhoven, Boxtel en Bergen op Zoom. Ook kennen meerdere regio's en circulaire bedrijfscoalities zoals Circles Oost-Nederland, Fryslân Circulair en Circulaire Coality. Laatstgenoemde is geïnitieerd door Van Gansewinkel om tot kennisdeling tussen bedrijven en organisaties te komen, de Provincie Noord-Brabant is hierin zelf ook vertegenwoordigd. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 29

30 3 Kansen voor de circulaire economie in Noord-Brabant In dit hoofdstuk beschrijven worden de kansen beschreven die er liggen in Noord-Brabant om bij te dragen aan een transitie naar een circulaire economie. Voor de vijf prioritaire thema's die ook door de rijksoverheid zijn benoemd, wordt onderzocht wat de kansen en mogelijkheden zijn van de Brabantse economie om door te ontwikkelen naar circulariteit. De prioritaire thema's zijn te verbinden aan de economische clusters die in de provincie zijn te onderkennen. 3.1 Prioritaire thema's De prioritaire thema s met prioritaire stromen die de Rijksoverheid benoemt voor de transitie naar circulaire economie, sluiten aan bij de economie van Brabant. Biomassa en voedsel Maakindustrie Bouw- en infra materiaal Consumenten goederen Kunststoffen Water Naast de vijf prioriteiten die het kabinet noemt, willen wij hierbij ook noemen: water. Water is een basisgrondstof (bijvoorbeeld voor de industrie en de landbouw), en ook een drager van andere grondstoffen (met name biomassa zoals cellulose en humuszuren en meststoffen zoals fosfaten en nitraten) en drager van energie (warmte, koelwater). Dit zijn grondstoffen die verwaardbaar zijn in de ketens van biomassa en consumenten. Als zodanig zijn deze grondstofstromen uit water ook meegenomen in het beschrijven van de kansen voor Noord- Brabant. Energie Zoals reeds in paragraaf 2.3 werd geschetst zijn circulaire economie en de Energieopgave direct met elkaar verbonden. Energie en energiedragers zijn een noodzakelijke stroom voor alle productie, mobiliteit en utiliteit in onze samenleving. Het grootste deel van de Nederlandse energiebehoefte wordt nu nog uit fossiele brandstoffen gehaald. Om tot een circulaire economie te komen is het daarom van belang om de energievoorziening circulair te maken, onder meer door ontwikkelingen op het vlak van energiebesparing, energie-efficiëntie en de vervanging van fossiele energiebronnen door hernieuwbare (circulaire) alternatieven. De verwaarding van de kennis en kosten- en grondstoffenbesparing die deze ontwikkelingen op kunnen leveren, biedt economisch perspectief. Als zodanig is energie relevant voor de kansen van circulaire economie in Noord-Brabant. 3.2 Economische clusters in Noord-Brabant: de kracht van de regio Noord-Brabant is na Noord-Holland en Zuid-Holland de derde economisch sterke regio in Nederland. Volgens de Europese Commissie behoort Brabant tot de top van kennis- en innovatieregio s in Europa. Vooral in het bedrijfsleven zit veel innovatiekracht. Bedrijven in de provincie investeren een derde van het totaal aan private investeringen in research en development (R&D) in heel Nederland. Grote bedrijven als Philips, ASML en Van der Lande stellen start-ups en toeleverende MKB-bedrijven in de gelegenheid samen met kennisinstellingen te innoveren, om daar vervolgens samen de vruchten van te kunnen plukken. Deze kleine MKB-bedrijven vestigen zich doorgaans rondom deze grote maakindustrie. In de afgelopen decennia zijn hierdoor in Noord- Brabant sterke regionale netwerken rondom een aantal van deze multinationals ontstaan, ook wel economische clusters genoemd. Onderling werken dergelijke netwerken goed samen waardoor de concurrentiekracht toeneemt. Niet overal groeit het aantal innovatieve bedrijven. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 30

31 De ontwikkeling van (innovatieve) starters in de groothandel is de afgelopen jaren teruggelopen. Tegelijkertijd stijgt het aantal industriële starters 19. Voor de circulaire economie is innovatiekracht onontbeerlijk. De netwerkstructuur in Noord- Brabant, meestal in Triple Helix organisatie, is goed, en actief. Dit is goed zichtbaar in de verschillende economische clusters. De circulaire economie, die vanwege de organisationele opgave juist vanuit netwerken, met verschillende partijen multidisciplinair en als totale keten aangejaagd kan worden, heeft hier profijt van. Provincie Noord-Brabant onderscheidt een zestal sterke economische clusters 20, die relevant en kansrijk zijn voor de circulaire economie. Het zijn clusters waar Noord-Brabant stuk voor stuk bij de economische koplopers behoort binnen Nederland of Europa en waar veel innovatiekracht en exportwaarde zit. In West- en Midden Brabant zijn sterke industriële netwerken vertegenwoordigd van biobased economie, Maintenance en Logistiek, het Noordoosten vertegenwoordigt de clusters Agrofood en Life Science & Medische technologie en Zuidoost Brabant heeft een sterk cluster High Tech Systemen & Materialen. In onderstaande figuur staan ze gepositioneerd. Figuur 9: Sterke economische clusters in Noord-Brabant. Naast deze economische clusters kent Noord-Brabant ook andere sectoren die impact hebben op de circulaire economie, met name bouw en infra, en de creatieve industrie. De creatieve industrie (design) is in Brabant sterk vertegenwoordigd, en van groot belang voor de circulaire economie. In Bijlage 5 worden die clusters en sectoren kort beschreven. Er is een relatie tussen de verschillende clusters, met kansen voor cross-overs. Een aantal van deze clusters en sectoren zijn grondstofintensief. Dat zijn biobased economy en chemie, Agrofood, Maakindustrie, High Tech (high tech systemen en materialen: HTSM) en Bouw en Infra. Onderling kent vooral de HTSM met alle overige sectoren cross-sectorale samenwerking in de uitwisseling van grondstoffen, materialen en producten. Maintenance, Logistiek en Creatieve industrie zijn vanuit hun dienstverlenende rol aan de overige clusters belangrijke ondersteuners pagina Economisch programma Noord-Brabant maart Ons kenmerk /hpo/bpe 31

32 Op basis van het bovenstaande kan de volgende ordening van clusters gemaakt worden die kansen bieden voor de circulaire economie in Noord-Brabant: Gecentreerd staan de vier sectoren die in Noord-Brabant de meest grondstoffen produceren, bewerken, gebruiken en verwerken: Biobased economy en chemie, Maakindustrie, Agro-food en Bouw en infra-sector. Zij hebben ook het grootste potentieel in het gebruiken van elkaars (rest)stromen of toepassingen. Daaronder staan de drie clusters (creatieve industrie, maintenance en logistiek) die door de industriële services die zij leveren aan de vier centrale sectoren van grote steun kunnen zijn aan het realiseren van de impact. Tot slot de HTSM-sector, waartoe we ook de ICT-sector rekenen. Deze sector (ook wel: smart industry) vergroot innovaties in alle sectoren, door toepassing van high tech-systemen zoals sensoring, 3D-printing en fotonica in combinatie met de mogelijkheden van Internet of things, slimme ICT en de mogelijkheden van gebruik van big data. De sterke clusters in Brabant en de prioritaire thema's met stromen zijn aan elkaar gerelateerd. Dat betekent dat de economische clusters kansrijk zijn om invulling te geven aan een circulaire benadering van de stromen en zo bij te dragen aan de transitie naar een circulaire economie. 3.3 Het circulaire speelveld van Noord-Brabant Het speelveld in Noord-Brabant wordt zichtbaar door de combinatie van de economisch sterke clusters en sectoren, prioritaire thema s met prioritaire stromen en waardecreërende stappen en bestaat uit een aantal onderdelen: 1. de meest kansrijke prioritaire stromen; 2. de economische clusters die met deze stromen, cross-sectoraal de meeste positieve impact op de circulaire economie kunnen uitoefenen; 3. waardecreaties (vormen van hergebruik zoals opgesomd in figuur 4) die door de clusters en sectoren in Noord-Brabant kunnen worden ontwikkeld en opgeschaald en als best practices gedeeld kunnen worden. Onderstaande figuur brengt de relatie tussen de prioritaire thema's en stromen voor een circulaire economie en de economische clusters en sectoren in beeld. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 32

33 Biomassa en voedsel Maakindustrie Bouw- en infra materiaal Consumentengoederen Kunststoffen Prioritaire stromen Noord- Brabant BBE en chemie Hoogwaardig hergebruik Onderhoud & logistiek Agrofood Reduce/ (nwe productie) HTSM Maakindustrie (Re)design Creatieve industrie, logistiek, maintenance Sterke sectoren Noord-Brabant Bouw en Infra Figuur 10: Het Noord-Brabantse speelveld ter versnelling van de transitie naar de circulaire economie. 3.4 Kansen voor waardecreatie In deze paragraaf wordt beschreven hoe in Noord-Brabant door de verschillende sectoren en clusters circulaire kansen tot waardecreatie worden opgepakt. Uit deskstudie, interviews en de expertbijeenkomsten ontstaat een beeld welke circulaire initiatieven en projecten er lopen of als kansrijk worden gezien voor de circulaire economie in Noord-Brabant voor people, planet en profit. Voor uitgebreide beschrijvingen verwijzen wij naar Bijlage 6. In onderstaande paragrafen wordt: het thema globaal geschetst; een visie op het thema in de vorm van een stip op de horizon gepresenteerd; aangegeven wat er al aan initiatieven in Noord-Brabant lopen; aangegeven welke kansen er nog zijn voor verdere transitie naar circulaire economie Biomassa en voedsel Biomassa en voedsel zijn belangrijke grondstoffen voor de Noord-Brabantse economie. Biomassa en voedsel zijn van nature circulaire grondstoffen. Biomassa ontstaat voor een groot gedeelte uit landbouwgewassen en de productie van veeteelt, maar ontstaat ook in de natuur (bosbeheer) en in de gebouwde omgeving (zoals bermgras en slib). Een deel van de biomassa is geschikt als voedsel voor mens of dier en wordt als zodanig verwerkt. Biomassa ontstaat ook door reststromen die vrijkomen bij de productie en uit huishoudens die groente, fruit en tuinafval weggooien. Telos deed onderzoek naar landbouw gerelateerde stromen en onderzocht hiervoor de balansen voor stikstof, koolstof en fosfor. De balansen in het onderzoeksrapport 21 laten ongeveer hetzelfde beeld zien. Voorts wordt concludeert dat de grootste circulaire stroom de uitwisseling is van ruwvoer en mest tussen de land- en tuinbouw en de veehouderij. Tegelijkertijd zijn er in de land- en tuinbouw en de veehouderij grote lekken uit het systeem te zien in de vorm van emissies naar het milieu. Daarnaast is er behoefte aan import van grondstoffen voor diervoeder en kunstmest 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 33

34 Stip op de horizon: biomassa en voedsel in een circulaire economie Noord-Brabant benut biomassa en voedsel optimaal, kringlopen zijn gesloten op het niveau van Noord-West Europa en beide worden zo lang en hoogwaardig mogelijk in de keten gehouden. Kringlopen van dierlijke, plantaardige en menselijke biotische stromen zijn bekend, en worden in onderling verband benut voor nieuwe waardecreatie en business. Naast voedselproductie wordt in de landbouw waarde gecreëerd door bijvoorbeeld hoogwaardige toepassingen in de farmacie, waardoor commodity-problemen zijn gereduceerd. Het systeem is in harmonie met de omgeving, de bodem en benodigde hulpbronnen. Nieuwe productiemethodes zorgen voor duurzamere eiwitten met minder CO 2 uitstoot. Lopende initiatieven Biomassa en voedsel worden in Noord-Brabant op grote schaal geproduceerd. Er wordt volop geïnnoveerd om tot hogere verwaarding van producten uit de Agrofoodsector 22 te komen. Binnen de Agrofood sector liggen veel actieve verbindingen met de Biobased economy en High Tech Systemen & Materialen om cross sectoraal innovaties te realiseren. In deze ketensamenwerkingen wordt continue geïnnoveerd op het gebied van gerichte voedersystemen voor vee, waardoor de mestproductie vermindert, en precisie-landbouw met gerichte en afgemeten inzet van mest op de bodem. Biobased Delta Biobased Delta is een Triple Helix-cluster ontwikkeling waarbij bedrijfsleven, overheden en onderwijs- en kennis instellingen binnen West- Brabant, Zeeland en Zuid-Holland samenwerken bij de ontwikkeling van biobased grondstoffen en materialen uit biomassa reststromen. Binnen diverse programmalijnen wordt gewerkt aan biobased grondstoffen om de chemie te vergroenen en innovatieve nieuwe materialen en producten. Binnen het cluster worden grote toplocaties ontwikkeld zoals de Green Chemistry Campus in Bergen op Zoom, Agrofood cluster Nieuw Prinsenland, Moerdijk en Geertuidenberg waar biobased onderzoek plaatsvindt en bedrijven zich kunnen vestigen. Zo zijn er al talloze innovatieve biobased producten ontwikkeld op gebied bouw en infra, verpakkingen, chemie en materialen. De nieuwe biobased verpakking voor MARS is wereldnieuws. Sugar Delta Het project Sugar Delta richt zich op het economisch produceren van chemische bouwstenen en producten uit suiker. Deze suikers worden uit de lokaal geteelde suikerbieten geproduceerd, maar ook van suikers uit bijvoorbeeld mais, tarwe of zetmeel. Het doel van het project Sugar Delta is de realisatie van een bioraffinage fabriek in Zuidwest-Nederland. Hiertoe worden samenwerkingen opgezet tussen de producenten van de suikers, verwerkers van de suikers en partijen/eindgebruikers verder in de waardeketen. 22 Wij houden de term Agrofood aan. Er wordt ook wel gesproken over agrifood. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 34

35 Redefinery Het project Redefinery is een cross-over waarbij partijen uit de sectoren agro, chemie, energie, logistiek, transport en papier als ecosysteem samenwerken. Ook dit project betreft lokale, grootschalige bioraffinage, en richt zich voornamelijk op het omzetten van duurzame biomassa, zoals houtpellets, in suikers en lignine. Een cluster van (chemische) bedrijven zet de suikers en lignine om in biobrandstof, bio-energie, biochemicaliën en biomaterialen. Er is in Brabant een sterke Triple Helix organisatie en een actief ecosysteem die de basis bieden tot nieuwe biobased ketens, clusters en locaties 23. Protix Protix uit Dongen zet als eerste bedrijf op de wereld in op een industriële schaal organische reststromen om in hoogwaardige insecteneiwitten en - vetten die geschikt zijn voor menselijke en dierlijke consumptie. Afvalstromen die voorheen uit onze voedselketen verdwenen of inefficiënt werden ingezet als compost, vormen nu een bron van eiwitten en vetten waarmee kweekvis en (pluim)vee op wereldwijde schaal kan worden gevoed. Hiermee levert Protix een zeer grote bijdrage aan het creëren van een circulaire economie. Waar in West-Brabant de focus ligt op agrofood reststromen verwaarding richting chemie, wordt in Oost-Brabant met veel partners gewerkt aan de hogere verwaarding van biomassa en voedingsreststromen naar materialen, inhoudstoffen, zoals eiwitten en duurzame energie. In Oost Brabant zijn veel grote foodbedrijven gevestigd waarmee wordt samengewerkt met als doel om hun reststromen hoogwaardig in te zetten. Ook in deze regio worden toplocaties ontwikkeld zoals Greentech Park Brabant, Food Tech Park Brainport in Helmond en Food Three Sixty in Veghel. Daar komen kennis, proces en productontwikkeling samen. Innovaties in de voedselketen In Brabant zijn veel partijen reeds actief met het sluiten van de voedselketen. Zo zijn er de Verspillingsfabriek en Proverka, twee fabrieken die beide sappen, puree, soepen en sauzen maken voor humane consumptie van groenten en andere voedselstromen die afgekeurd zijn of over de houdbaarheidsdatum zijn. Darling Ingredients verwaardt rest- en nevenstromen uit de vleesverwerkende industrie. Noord-Brabant beschikt daarnaast over een aantal kenniscentra die de kennis en het talent hebben om koploper te worden op het gebied van de verwaarding van reststromen, zoals Three-Sixty, een innovatiecentrum op gebied van verspilling, Source Shakers, netwerk tegen voedselverspilling en Food Tech Brainport, een netwerk van MKB-ondernemingen op gebied van innovatieve productietechnologieën in de voeding, waaronder verwerking reststromen en langere houdbaarheid blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 35

36 De Brabantse waterschappen werken onder meer slib van rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI's) op tot de waardevolle grondstoffen fosfor en stikstof. In het landelijke project de Energiefabriek wordt via vergisting biobrandstof (methaan) geproduceerd. Een recente innovatie is het scheiden van cellulose, dat diverse directe toepassingen heeft 24 (o.a. als bouwmateriaal en afdruipremmer voor asfalt), maar ook opgewerkt kan worden tot hoogwaardig polylactide (een alternatief voor kunststoffen,o.a. gebruikt door 3D printers). Als we biomassa en voedsel optimaal gebruiken, kan de voedselkringloop gesloten worden, met minder belasting voor natuur en een verbeterde biodiversiteit tot gevolg. Optimale inzet van biomassa en voedsel is dan ook gunstig voor de circulaire economie. Consumenten zijn een belangrijke schakel in de voedselketen. Om de voedselketen te sluiten is voorlichting en bewustzijn aan de consument van belang, alsmede retailers en horeca die meewerken in een gezamenlijke aanpak om hiertoe te komen. Dit leidt tot duurzamere consumptie en betere afvalscheiding. Veranderingen van consumptiepatronen en productiemethoden zorgen voor verbetering van de voedselketen en de daaruit vrijkomende biomassa. De noodzakelijke transitie kan plaatsvinden als de gehele keten in samenhang verandert. Door samen de transitie op te pakken en stap voor stap ketens te sluiten zal uiteindelijk elk onderdeel waarde toevoegen. Dit is wat circulaire economie beoogt. 25 Kansen voor biomassa en voedsel in Noord-Brabant Doorontwikkelen biobased economy: een gecoördineerde aanpak vanuit één gezamenlijke visie, gericht op verwaarden van biomassa (uit reststromen van agrarische sector, natuur en bermen) richting materialen, chemie, inhoudsstoffen en energie. Mineralen in de kringloop houden door mest zo snel mogelijk stabiel te maken (visie vanuit de mestdialoog). Verwaarden van lokale biomassastromen (gemeentelijk GFT, houtopstanden, bermmaaisel vanuit infra, slootmaaisel) Tegengaan van voedselverspilling (aansluitend op Nationale Taskforce). Aanjagen eiwittransitie: eiwitproductie vanuit plantaardige stromen en vanuit dierlijke en plantaardige reststromen, i.p.v. dierlijke eiwitten uit huidige veeteelt. Meer economische benadering van grootschalige mestverwerking en -vergisting (> ton), kwaliteit en toegevoegde waarde, met minimale overlast en risico s voor de leefomgeving. RWZI s als grondstoffen- en energiefabrieken (met de waterschappen als trekker). Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Netwerkpartijen (niet limitatief): Biobased Delta, BioBoost Oost-Brabant, Food Tech Port, Brainport, Agrifoodcapital, TKi agrifood, GreenTech Park Brabant, CLICKNL, Kennisinstellingen (HAS, WUR, Avans, TNO, ECN), Overheden (gemeenten, waterschappen, Provincie Noord-Brabant) Kunststoffen Het gebruik van plastics, zoals kunststoffen in de volksmond doorgaans genoemd worden, is in de afgelopen 50 jaar vertwintigvoudigd. Het product is goedkoop te produceren en heeft een aantal interessante eigenschappen (licht gewicht, zowel flexibel als hard toe te passen, hygiënisch, UBA, blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 36

37 hittebestendig enzovoort), waardoor het zeer veel verschillende toepassingsvormen kent, met een net zo divers toepassingsbereik. Het is een wereldmarkt. Figuur 11: Kunststofconsumptie in Europa 2013, bron PlasticsEurope, EPRO. In Nederland wordt jaarlijks 1,8 miljoen ton kunststof verbruikt, op een productie van ongeveer 5 miljoen ton, en vormt daarmee de basis voor een sterke exportpositie van de polymeer- en bredere chemische industrie 26. Met de productie, gebruik en verwerking van kunststoffen gaat ook een grote milieudruk gepaard. Het is in grote mate afhankelijk van aardoliewinning. Door het enorme toepassingsbereik is het overal in ons milieu terug te vinden, bedoeld en onbedoeld. Het is biologisch nauwelijks afbreekbaar. Het breekt in kleine stukjes uiteen en verspreidt zich via water en bodem in het ecosysteem, waardoor het in het voedselsysteem terecht kan komen. Stip op de horizon: kunststoffen in een circulaire economie Kunststof uit fossiele grondstoffen wordt in productie- en consumptieprocessen gescheiden ingezameld en 100% hoogwaardig hergebruikt. Bij de productie van kunststoffen worden biobased materialen toegepast. De opgave met het oog op circulaire economie is erin gelegen: het gebruik van kunststoffen te beperken; kunststofstromen hoogwaardig te hergebruiken; in elk geval te voorkomen dat kunststoffen aan het eind van de productieketen in het milieu terecht komen; 'kunststoffen' te produceren uit biobased grondstoffen. Lopende initiatieven Voor wat betreft verpakkingen is bewustwording bij consumenten, producenten van producten die verpakt worden en andere afnemers van verpakkingsmateriaal een belangrijke stap in het circulair maken van de economie. Noord-Brabant heeft met haar sterke designsector juist op dit vlak veel te bieden. Er kunnen zowel alternatieven voor verpakkingen, als verpakkingen met alternatieve materialen ontworpen worden. Op de jaarlijkse Dutch Designweek in Eindhoven zijn hier veel voorbeelden van te vinden. Voorts kent Noord-Brabant van oudsher een relatief sterke afvalsector: bedrijven werkzaam op het vlak van afvalinzameling, sortering en verwerking. De technieken om de maart Ons kenmerk /hpo/bpe 37

38 scheidingsrendementen te verhogen en daarmee steeds minder kunststoffen te laten weglekken worden steeds verfijnder. Brabantse bedrijven dragen bij aan de innovaties. Ioniqa Door innovatie van het van oorsprong Eindhovense bedrijf Ioniqa is het gelukt om tegen lage kosten hoogwaardig polymeren (PET) af te breken tot monomeren en de kleuren eruit verwijderen. Tot dan toe kon PET alleen versnipperd en versmolten/verbrand worden, of was het proces van omzetting tot monomeren zeer giftig, of verbruikte het veel energie en water. Innovaties als van Ioniqa ondersteunen de transitie naar een circulaire economie. Door het procedé kunnen reeds bestaande plastics uit fossiele grondstoffen hoogwaardig worden hergebruikt, waardoor de oliekraan dicht kan. Kansen voor kunststoffen in Noord-Brabant Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen die al aanwezig zijn in de keten, zo lang mogelijk in de keten houden. Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen waar mogelijk vervangen door kunststoffen geproduceerd uit biobased materialen. Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Netwerkpartijen (niet limitatief): Biobased Delta en BioBoost Oost-Brabant, CLICKNL, Bedrijfsleven (Van Gansewinkel: nieuwe naam = Renewi, Baetsen, startups), Design Cluster, Overheden (gemeenten, waterschappen, Provincie Noord-Brabant, Rijk), Kennisinstellingen (HAS, WUR, TNO) Maakindustrie en HTSM Door toename van de welvaart vraagt de maakindustrie steeds meer grondstoffen. In de industriële sectoren zoals elektronica-, machine- en systeemindustrie, automotive, lucht- en ruimtevaartindustrie, en duurzame energie technologieën wordt naast kunststof vooral metaal gebruikt. Deze metalen worden zowel gebruikt voor de productie van gebruiksproducten, als ook voor de machines en systemen die deze producten produceren, assembleren en afhandelen. Metalen en mineralen die hiervoor nodig zijn, worden wereldwijd gedolven. Het is een wereldmarkt, met een paar producerende regio's die de wereld voorzien. Telos heeft onderzocht hoe de zinkbalans in Noord-Brabant is. Het stroomschema in Bijlage 4 van dit rapport laat zien dat er een grote zinkproductie in Brabant is via de aanwezigheid van Nyrstar, die qua productie op de export gericht is. Het grootste deel van de input van Nyrstar is afkomstig van zinkmijnen, echter er wordt al een groot deel recyclaat (24%) bijgevoegd. Stip op de horizon: maakindustrie in een circulaire economie Alle metalen en mineralen in, voor en uit de maakindustrie en HTSM worden hoogwaardig hergebruikt; er worden zo min mogelijk kritieke metalen gebruikt. Daar waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, wordt waar mogelijk biobased materiaal gebruikt. Binnen de maakindustrie en high tech worden producten circulair verantwoord ontworpen en zorgen urban-mining-installaties voor terugwinning van alle grondstoffen bij end-of-life. Apparaten en machines worden als een service aangeboden, waarbij leveranciers verantwoordelijk zijn en blijven voor de te leveren prestatie en het optimaal verwaarden van hun grondstoffen en producten. De opgave om te komen tot een circulaire economie richt zich op: verlenging van de levensduur van producten en machines; 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 38

39 het anderszins in de keten houden van producten en machines; het verwaarden van producten en machines door refurbishing en remanufacturing; ontwikkelen van businessmodellen waarbij producten als een service worden geleverd; ontwikkelen van informatiedragende producten met in vergaande mate grotere prestaties en lager energieverbruik. Lopende initiatieven De maakindustrie in West-Europese landen onderscheidt zich met hoogtechnologische producten en een wereldwijde afzetmarkt. In verschillende delen van de wereld staat die afzet staat onder druk. Daardoor staat ook de groei van de maakindustrie onder druk. De kansen voor transitie naar een circulaire economie zijn vooral gelegen in het in de keten houden van producten en het verwaarden van producten. Dit geldt vooral voor producten met een hoge toegevoegde waarde. Het bedrijfsleven ontdekt dat verwaarding volgens het principe refurbishing-remanufacturing-recycling in combinatie met het gebruiken van nieuwe businessmodellen kostentechnisch interessant wordt. Door het gebruikmaken van circulaire principes kunnen de huidige belemmeringen kansen worden voor groei van de maakindustrie. Zo kan de export van remanufactured machines tegemoet komen aan onder druk staande vraagprijzen. Daarnaast kan de doorontwikkeling van circulaire businessmodellen ook nieuwe markten creëren. Dit gebeurt ook al: ASML uit Eindhoven levert service en onderhoud aan de producten (lithografische systemen) die zij aan de klanten heeft geleverd. De aanloopkosten voor producten van ASML worden voor de klant beperkt en tegelijkertijd onderhoudt het bedrijf een langdurige en intensieve relatie met de klant. Hoewel aanschaf van een machine inclusief onderhoud en beheer al is ingebed bij complexe machines en installaties, kan de doorontwikkeling van dit model naar Product as a service een nieuwe marktimpuls creëren. Machines worden door de producent teruggenomen nadat ze hun functie voor de klant hebben vervuld. Vervolgens kunnen ze elders worden ingezet of gedemonteerd n kunnen metalen en onderdelen opnieuw worden gebruikt in de productie van machines. De potentiële markt kan worden vergroot. Sectoren waar hier aan gedacht kan worden zijn onder andere medische apparatuur, hoogwaardige machinebouw, elektronica en telecom-apparatuur. Brabant is sterk in deze sectoren met bedrijven als Philips Medical Systems, ASML en VDL. Deze bedrijven richten zich ook al op transitie van producten en productiewijzen. 27 Het potentieel voor toepassing van refurbishment is groot in de maakindustrie. Er liggen kansen in het toepassen van secundaire metalen, verlenging van de levensduur van producten door slim beheer en onderhoud, de inzet van retourlogistiek of het verwaarden van reststromen en waar mogelijk de toepassing van biobased materiaal. Hierop loopt Europa achter op bijvoorbeeld Amerika. Gespecialiseerd Midden en kleinbedrijf kan deze ontwikkeling aangrijpen om diensten te verlenen in deze keten van refurbishment of zelf deze activiteit voor producten te ontwikkelen. 27 Roadmap Remanufacuring, maart Ons kenmerk /hpo/bpe 39

40 SNEW SNEW (Spreek uit AS NEW) is een bedrijf dat een circulair model ontwikkelt waarin grondstoffen van bestaande ICT en Telecomapparatuur hergebruikt worden in plaats van verbruikt. Dit maakt SNEW uniek: waar normaal gesproken de apparatuur meteen gerecycled wordt, geeft SNEW de apparatuur een tweede (en soms zelfs derde) leven. Dit kan zijn in westerse of in ontwikkelingslanden. Problemen als het grondstoffentekort en de e-waste kwestie wordt met dit concept opgelost. Door het ontwikkelen van een circulair economisch systeem, vormt SNEW een belangrijke en onmisbare schakel in de bedrijfskolom. Dit gebeurt op basis van reversed logistics en volgens het door henzelf ontwikkelde 3R-concept, wat staat voor recollect, reuse en recycle. Dit vernieuwende concept maakt het voor bedrijven erg interessant om zo hun afgeschreven ICT apparatuur in te leveren. Zij krijgen geld voor hun oude apparatuur en worden volledig ontzorgd door een breed scala aan aanvullende diensten De BOM heeft in haar nieuw gebouw gebruik gemaakt van deze refurbished telefoon apparatuur. Metalot In de Brainportregio Eindhoven is in januari 2017 industriepark Metalot van start gegaan. Door het combineren van de geavanceerde kennis en ervaring van wetenschappers, overheid, studenten en ondernemers, versnelt Metalot de revolutionaire, duurzame, circulaire ontwikkelingen op het gebied van metalen en energie. De ambitie is het streven naar volledig hergebruik van grondstoffen en CO2- neutrale toepassing van metalen en energie. Binnen Metalot komen ondernemers, overheden, onderzoekers en studenten samen om onderzoek uit te voeren en kennis en ervaring te delen. Het doel is om te komen tot een versnelling van revolutionaire ontwikkelingen op gebied van metalen en energie door unieke en vernieuwende ideeën om circulair gebruik van metalen te combineren met volledig duurzame energie en andere innovaties die nergens elders worden ontwikkeld. Denk bijvoorbeeld aan voertuigen die rijden op zinkpoeder, dat wordt opgewekt door Nyrstar met zonne-energie. Vergroening en verduurzaming van deze toplocatie is voor de provincie belangrijk. Ondanks dat het terrein in principe is voorbestemd voor de zware industrie, is er binnen de ontwikkeling van Metalot oog voor economische aspecten, de mens en de natuurlijke omgeving. Zo wordt er ruim 2.7 miljoen euro geïnvesteerd in de natuurontwikkeling rondom het duurzaam industrieterrein. Vanuit de sector HTSM wordt er op aangedrongen om samen met de Maakindustrie te komen tot 'slimme' (ICT-gestuurde) machines die kunnen worden ingezet als demonteermachines en die de onderdelen demonteren die optimaal kunnen worden gebruikt bij recycling en refurbishment Een van de technologieën waar in het HTSM-cluster sterk op wordt ingezet is fotonica. Dat zijn lichtdeeltjes (fotonen op nano-niveau aangestuurd) die de rol overnemen van microelektronische informatiedragers. Hierdoor worden snelheden in onder andere computerchips, enorm verhoogd en daalt de energielast door minder warmteontwikkeling. Het potentieel van deze techniek is zeer groot. Het kan voorkomen dat wij in de wereld door toenemend data- en ICT gebruik een substantieel deel van de mondiale energievoorziening nodig hebben om de informatiestroom van stroom te voorzien. Door integrated photonics kan bijvoorbeeld onderhoud aan machines en gebouwen gedigitaliseerd worden, waardoor fotonica, 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 40

41 gecombineerd met sensor technologie en big data, een leidende rol krijgt in Smart Asset Management 28 in supply chains en zo bijdraagt aan het slim omgaan met producten, materialen en grondstoffen. De eerder genoemde Brabantse bedrijven (Philips Medical Systems, ASML en VDL) hebben dit onderkend en werken aan ontwikkeling en productie van smart assets. Kansen voor Maakindustrie en HTSM in Noord-Brabant. Doorontwikkeling van de potentie van refurbishing en remanufacturing. Stimuleren machinebouw t.b.v. recycling en refurbishing (robotica), waaronder ook het flexibel en multi-inzetbaar maken van machines. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc. - Gebiedsgerichte aanpak (bijv. Metalot); - Ketengerichte aanpak (bijv. verwerking metaalspaanders rondom high tech Brainport industries). Smart Asset Management in supply chains: middels digitale meet- en regeltechniek onderhoud 100% voorspelbaar maken, met maximale energie en materialen-efficiency als doel. Automotive: stimuleren van innovatieve concepten deelauto s 3.0 en toepassing van biobased materialen. Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Netwerkpartijen (niet limitatief): Maakindustrie, St. Biobased Delta, industrie en start-ups, SNEW, Van Gansewinkel, Philips, Coolrec, WECycle, World Class Maintenance, Dinalog, CLICKNL, Overheden (gemeenten, Provincie Noord-Brabant), Kennis- en onderwijsinstellingen (MBO, HBO en WO, TNO) Bouw en infra Materiaal afkomstig van bouw en infrastructuur (grond-, weg- en waterbouw) is een prioritaire stroom, omdat de bouw en infrasector grondstoffenintensief is. Bouw en infra nemen naar schatting 50% van het grondstofgebruik, 40% van het energieverbruik en 30% van het totale waterverbruik in Nederland voor hun rekening. Daarnaast heeft een groot deel van alle afval in Nederland (circa 40%) betrekking op bouw- en sloopafval en is de sector verantwoordelijk voor circa 35% van de CO2-uitstoot. Bouwmateriaal wordt voor 95% hergebruikt, maar meestal niet op een hoogwaardige wijze. Het stenig materiaal wordt voor een groot deel gebruikt als funderingsmateriaal in de Grond-, wegen waterbouw (GWW). Vanwege de eigenschappen van bouwmateriaal (met name volumineus en zwaar) in combinatie met de financiële waarde per volumedeel, loont het niet om gebruikte bouwmaterialen over grote afstanden te vervoeren. Hergebruik van bouwmaterialen is bij uitstek een opgave die om een lokale oplossing vraagt. Stip op de horizon: bouw en infra in een circulaire economie De bouw en infra sectoren in Noord-Brabant werken circulair verantwoord en maken daarbij gebruik van slimme technologieën. Gebouwen, wegen en kunstwerken worden ontworpen als een grondstoffendepot, dat gedemonteerd kan worden, met oog op herbenutting van componenten en materialen. Gebruikte materialen zijn biobased, van eco-oorsprong en/of nonvirgin. Gebouwen en infra zijn energie leverend. 28 Smart Asset Management: slim onderhoud en beheer aan je productiemiddelen. Door fotonica, gecombineerd met sensor technologie en big data kan de 'conditie' van het apparaat (op afstand) digitaal worden afgelezen en kan de machine zelf kiezen voor de meest optimale tijd voor onderhoud. Dit scheelt veel onnodige vervangingen van onderdelen die nog niet stuk zijn, of kapotte apparaten omdat men te laat was, of onderbreking/mislukken van de productie doordat machines stuk gaan tijdens het productieproces. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 41

42 Lopende initiatieven Er doen zich diverse kansen in Brabant voor. De woningbouw in Brabant breidt zich uit. Er zijn initiatieven om gebouwen en de gebouwde omgeving anders in te richten. Op het vlak van infrastructuur zijn vele wegen, bruggen, tunnels en viaducten aan groot onderhoud toe de komende jaren. Voor zowel de Rijkswaterstaat als de Provincie en gemeenten zijn er mogelijkheden om bij onderhoud, vervanging en aanleg van infrastructuur circulair te werken. SPARK SPARK Campus is de innovatiecampus voor de bouw en infra. Geen gewone campus, maar een plek waar versnelling ontstaat. Ideeën komen direct tot leven, zo kun je in ons lab je prototype maken, via onze events je netwerk versterken en met ons talentprogramma ervaring opdoen die je direct kan toepassen. Bedenken, maken en toepassen gaat bij ons hand in hand. Zo versnel je vernieuwing en breng je verandering direct in praktijk. Al deze kennis doen we op diezelfde campus op door living labs te faciliteren, tijdelijke studio s op te zetten, start ups te huisvesten en onderwijs en onderzoek mogelijk te maken. Waarom? Transitie zorgt juist in de bouw voor enorme uitdagingen: andere systemen, organisaties, cultuur en time-to-market zijn nodig, terwijl stenen niet zomaar meebewegen. Veerkracht en flexibiliteit is echter juist nodig. Van systemen, technieken maar ook vanuit de wijze van samenwerken. De Provincie Noord-Brabant jaagt de ontwikkeling van SPARK aan. SPARK is een fantastische toplocatie waar circulair bouw en infra concepten ontwikkeld en uitgetest kunnen worden. Ecodorp Boekel In Boekel wordt een circulaire wijk gebouwd met 30 huurwoningen, een buurthuis, kantoren en een werkplaats. Door energieopwekking, voedselvoorziening en waterzuivering zal het Ecodorp voor een groot deel zelfvoorzienend zijn. Er worden innovatieve technieken ingezet en biobased materialen toegepast. Deze nieuwe kennis over circulair wonen en bouwen wordt aan een aantal onderwijsprogramma s gekoppeld. Zo gaan enkele tientallen studenten meewerken aan het Ecodorp, waarmee de kennis ook breed kan worden gedeeld. Cirkelstad Cirkelstad maakt werk van steden zonder afval, zonder uitval. Dat gebeurt door de materialen die vrijkomen bij het slopen, renoveren of beheren van gebouwen terug te brengen in de kringloop. De materialen worden weer toegepast in een gelijkwaardige toepassing. Geen afval dus. Het werk wordt tevens verricht met de mensen uit de stad. Zij komen met inspiratie over hoe zij willen wonen, nemen initiatief tot wijkactiviteiten of worden uitgenodigd voor leer-, of werkplekken bij de betrokken partijen. Geen uitvallers dus. Hiermee staat Cirkelstad voor een systeemaanpak om doorbraken te forceren. Participerende partijen zoeken elkaar op rondom projecten, behalen resultaat en zorgen dat die resultaten geborgd worden om een volgende keer, weer met nieuwe partijen te blijven werken aan een stad zonder afval, zonder uitval. Cirkelstad heeft projecten lopen in meerdere steden in Nederland; ook in Noord-Brabant worden kansrijke trajecten ontwikkeld. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 42

43 Green Deal Duurzaam GWW en Betonakkoord De Green Deal Duurzaam GWW is een van de drijvende krachten achter de ontwikkelingen in de Grond-, Weg- en Waterbouw sector. De onlangs vernieuwde Green Deal richt zich meer dan de voorgaande editie op circulaire aspecten en is onder andere door de Provincie Noord-Brabant ondertekend. De Provincie heeft ook in enkele van haar aanbestedingen deze wel concreet noemen, de weg waar dit gebeurd is rondom haar wegennet (zoals N69) circulaire eisen gesteld aan de markt. Ook het Betonakkoord past in de circulaire ambities van onze overheid. Publieke en private partijen scharen zich gezamenlijk achter een aantal prestigieuze doelen die een CO2-reductie, circulariteit en het volhoudbaar omgaan met natuurlijk en sociaal kapitaal nastreven. Kansen voor de Bouw en infra Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden infra. Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden bouw. Inpassen circulaire materialen (hergebruik én biobased) binnen de verduurzamingsopgave in bestaande woning- en utiliteitsbouw (die nu hoofdzakelijk op energie is gericht), te beginnen met de toepassing van circulaire materialen te koppelen aan Nul-op-de-meter. Vergroten van de markt door coalitievorming SPARK, designers, aannemers, architecten, woningbouwcoöperaties, steden, etc. (gezamenlijke launching customership vergroten, rondom casussen, talentprogramma s). Het faciliteren van voorbeeldprojecten is hier een belangrijk onderdeel van (bijv. rond erfgoedcomplexen). Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Netwerkpartijen (niet limitatief): Bouwbedrijven, amoveerbedrijven, New Horizon, architecten, Cirkelstad, Solliance, SPARK, Brainport, Stroomversnelling, Ecodorp Boekel, CLICKNL, woningbouwcoöperaties. Overheden (Gemeenten, Rijkswaterstaat, BrabantStad, ProRail, Provincie Noord-Brabant) Kennis- en onderwijsinstellingen (MBO, HBO, WO) Consumentengoederen Consumptiegoederen (spullen) staan op nummer 1 in de top 10 van de milieubelasting van de gemiddelde consumptie per persoon per jaar 29. Het huidige lineaire systeem van maken, gebruiken en weggooien wordt hier uiterst zichtbaar. Er is nog veel potentie is voor het scheiden en recyclen van afval. Diverse sorteeranalyses laten zien, dat er in huishoudelijk afval nog veel grondstoffen zitten, die verschillende economische waarde vertegenwoordigen (zie figuur 12). 29 Rijksbreed Programma Circulaire economie, blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 43

44 Figuur 12: Sorteeranalyse restafval 2015 (Bron: RWS) Consumenten (burgers en bedrijven) spelen een belangrijke rol in de bijdrage aan de transitie naar de circulaire economie. Consumenten kiezen bewust, maar heel vaak ook onbewust bij de aankoop van consumentenproducten en danken deze na kortere of langere tijd weer af. Veel afgedankte producten worden al gescheiden en gerecycled, maar toch gaat een groot deel nu nog verloren doordat het wordt verbrand of gestort. Stip op de horizon: consumentengoederen in een circulaire economie Consumenten gooien vrijwel geen afval meer weg. Consumenten consumeren duurzaam. Producenten nemen hun verantwoordelijkheid voor het aanbieden van producten die geen aanslag doen op ons natuurlijk kapitaal, en maken producten waardoor de consument deze duurzaam kan gebruiken (dus bijvoorbeeld met alleen afbreekbare verpakkingen of een retoursysteem voor hergebruik en upcycling). Ze nemen nieuwe businessmodellen af zoals Products as a service (geen bezit maar toegang). Er bestaan twee hoofdgroepen consumentengoederen: products on demand; klantspecifieke producten die o.a. met digitale productietechnieken zoals 3D-printen worden geproduceerd en maatwerk zijn, met een uniek karakter; massaproductie, waarbij modulariteit, repareerbaarheid, retourlogistiek, demontagekwaliteit en de terugwin-mogelijkheden van de grondstoffen centraal staan bij het ontwerp. Aanknopingspunten voor een ontwikkeling naar circulaire economie zijn gelegen in bewustwording van de consument van de consequenties van zijn gedrag, producenten die hun verantwoordelijkheid nemen en inspelen op nieuwe klantwensen zodat het voor consumenten gemakkelijk wordt gemaakt, het (langdurig) gebruik van goederen en het bijdragen aan hergebruik van goederen, het voorkomen van verspilling: aankoop van duurzaam/circulair geproduceerde goederen en producten; het blijven gebruiken van goederen en producten in plaats van zich er van ontdoen; het delen van geproduceerde goederen en producten waardoor deze optimaler gebruikt worden en er minder van behoeft te worden geproduceerd; reparatie van producten en het gebruik van gerepareerde producten; het scheiden van goederen en producten in het afvalstadium met het oog op hergebruik van de producten, recycling van grondstoffen in de producten. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 44

45 Rond consumptiegoederen kan een markt ontstaan van ontwerp, reparatie, hergebruik, gescheiden inzameling, sorteren, bewerking en verwerking (recycling). Die markt is er voor een belangrijk deel al en kan zich uitbreiden. Op deze wijze worden kringlopen gesloten in een ketensamenwerking rond consumptiegoederen. Een voorbeeld is de Green Deal op het vlak van textiel. Bedrijvigheid op het vlak van reparatie, gescheiden inzameling en sorteren leent zich goed voor sociale innovatie en kent werkzaamheden om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar de arbeidsmarkt toe te leiden. Lopende initiatieven In Brabant zijn diverse aanknopingspunten voor dit soort circulaire bedrijvigheid. Er zijn onder meer in Zuidoost-Brabant relatief veel afvalinzamelbedrijven en sorteerbedrijven. Daarnaast is er een bloeiende designindustrie rond Eindhoven. Ver5der komen er steeds meer reparatiewerkplaatsen. Repaircafés Repaircafés zijn toegankelijke bijeenkomsten die draaien om (samen) te repareren. Op de locatie waar het Repaircafé wordt gehouden, is gereedschap en materiaal aanwezig om alle mogelijke reparaties uit te voeren aan kleding, meubels, elektrische apparaten, fietsen, speelgoed et cetera. Ook zijn deskundige vrijwilligers aanwezig, met reparatiekennis en -vaardigheden op allerlei terreinen. Gemiddeld vindt eenmaal per maand een reparatiebijeenkomst plaats. Per bijeenkomst worden gemiddeld 25 apparaten ter reparatie aangeboden. Hiervan zijn er zo'n 18 succesvol. Met een gemiddeld gewicht per apparaat van 1 kg, wordt per avond zo'n 18 kg afval voorkomen. Dit betekent voor alle 17 Repaircafés in 1 jaar zo'n kg afval voorkomen. De milieu-impact is hiermee niet heel groot. Repaircafés zetten dan ook vooral in op sociale impact in een wijk en op mentaliteitsverandering: Empowerment doordat men zelf iets kan starten, doordat men iets kan repareren, doordat men zelf mensen bij elkaar kan brengen. DONG en Van Gansewinkel Dong en Van Gansewinkel werken samen aan de verwaarding van huishoudelijke reststromen. Op het gebied van huishoudelijke reststromen is nog een wereld te winnen. Waar van storten en verbranding van afval steeds meer werd overgegaan tot recyclen, is nu een periode aangebroken waar zoveel mogelijk wordt ingezet op het hergebruiken van de grondstoffen, en het optimaal verwaarden ervan. Op dit punt is echter nog veel te innoveren! Dat heeft bovendien tijd nodig. Zo wordt door gemeenten en verwerkers van deze reststromen ingezet op inzamelfrequentie en rendementen, verschillende soms nog experimentele technieken en op de bijbehorende verdienmodellen. Ook kent de aanpak sociale aspecten, en zeker ook het design van producten en processen hebben een belangrijke rol. De Provincie Noord-Brabant stimuleert deze innovatie, en is hierover onder meer in gesprek met de gemeenten Waalre en Eersel, met verwerkers als Cure (verbonden aan Eindhoven, Geldrop-Mierlo en Valkenswaard), Van Gansewinkel en Baetsen. Inzet van deze inspanningen is dan ook om te klimmen in de duurzaamheidsladder, zoals die door de Ellen McArthur Foundation wordt beschreven. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 45

46 Kansen voor consumentengoederen in Noord-Brabant Projecten gericht op bewustwording (van bedrijven en consumenten) en agendering van scheiden en hergebruik. Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - refurbishing en remanufacturing (bedrijven, fieldlabs, cluster-ontwikkeling); - hoogwaardig verwaarden van reststromen m.b.v. hoogwaardige technologieën (bijv. recycling van kunststoffen uit petflessen en metalen uit afgeschreven elektronica). Doorontwikkeling van Products as a service concept; geen bezit maar toegang tot gebruik. Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Netwerkpartijen (niet limitatief): Afvalverwerkingsbedrijven, Philips, CircuLuier, Biobased Delta, 3D print industrie, startups, winkelketens, overheden (gemeenten. Provincie Noord-Brabant), Design Cluster Dienstverlenende en ondersteunende clusters (Logistiek, Maintenance, Design) Brabant kent sterke clusters en sectoren die ondersteunend en dienstverlenend zijn: logistiek, design en maintenance. Voor het tot stand brengen van schakels in de keten is logistiek van belang. Tegelijkertijd zal de circulaire economie ook effect hebben op de logistieke sector. Het sluiten van kringlopen op de juiste schaalgrootte heeft een (retour)logistiek systeem nodig. Op- en overslag van retourgrondstoffen uit de bouw en infra sector zal een sterk lokale uitwerking hebben op logistiek. Maar ook ontwikkelingen waarin onderzocht wordt of uitbreiding van ondergronds transport van bulkgoederen via buisleidingen de circulaire economie kunnen aanjagen, zullen van invloed gaan zijn op de transportsector. Design staat aan het begin van de keten en bepaald voor een aanzienlijk deel wat de end-of-life verwerkingsmogelijkheden zijn van producten. Innovatie in design kan tot circulaire producten en circulaire productie- en hergebruikprocessen leiden. Dit is van belang en kansrijk voor alle sectoren. De maintenance bedrijvigheid draagt direct bij tot verlenging van levensduur van producten en het in de keten houden van producten, materialen en grondstoffen. De kennis is in Brabant goed ontwikkeld en wordt al breder toegepast dan alleen in de lucht- en ruimtevaart, waar dit oorspronkelijk is ontwikkeld. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 46

47 4 Rollen voor de Provincie Noord-Brabant bij de transitie naar circulaire economie Gelet op dat wat nodig is om naar een circulaire economie te komen en op wat binnen de handelingssfeer ligt van de Provincie, gaat dit hoofdstuk in op de rollen die de Provincie kan spelen om de transitie naar de circulaire economie te versnellen. 4.1 Rollen van de overheid De transitie naar een circulaire economie vraagt om een maatschappelijke en culturele omslag in het denken en doen van burgers en bedrijven. De overheid kan daarbij een rol spelen. Het kabinet wil op rijksniveau de volgende instrumenten inzetten: 1. stimulerende wet- en regelgeving; 2. slimme marktprikkels; 3. financiering; 4. kennis en innovatie; 5. internationale samenwerking. 30 De omslag en transitie vragen om een samenspel van de verschillende overheden op internationaal, nationaal, regionaal en lokaal niveau gericht op activiteiten van burgers en bedrijfsleven. De provincie kan op regionale schaal daaraan bijdragen. Onderstaande figuur geeft een overzicht van de verschillende sturingsrollen van de overheid in interactie met de samenleving. Figuur 13: Rollen van overheden (NSOB, Sedimentatie in sturing, 2015). Circulaire economie moet tot stand gebracht worden door andere wijzen van produceren en consumeren, door producenten en door consumenten. Daar moeten de initiatieven vandaan 30 Rijksbreed programma circulaire economie, maart Ons kenmerk /hpo/bpe 47

48 komen. Het accent van de provinciale rol in de transitie naar een circulaire economie ligt in de rechterhelft van de figuur op netwerkend en responsief. De rollen zijn gericht op samenwerking tussen partijen in ketens en in gebieden, op kennis genereren en op kennis delen, op het waarnemen van initiatieven en activiteiten die bijdragen aan circulaire economie en het afstemmen en wegnemen van activiteiten die de transitie mogelijk frustreren. 4.2 Provinciale rollen om de transitie te faciliteren In het Economisch Programma Brabant 2020 en de statenmededeling Brabant Vernieuwt (2016) is beschreven dat het de rol van de Provincie is om drempels te verlagen en zo bij te dragen aan structuurversterking, waarbij de circulaire doelen worden meegegeven. Dit doet de Provincie door het verbinden van partijen en door een actieve participerende houding aan te nemen. Zij opereert in netwerken van organisaties, groepen en individuen en speelt daarop in. Om de transitie naar een circulaire economie in Noord-Brabant aan te jagen en te versnellen, is het gewenst dat de provincie een heldere visie heeft met een strategie en een stip op de horizon: een lange termijn-ambitie met overkoepelende doelen. De provincie kan de transitie als leerproces en het organiserend vermogen van de samenleving faciliteren met daarbij oog voor het langetermijnperspectief. Deze strategische verkenning biedt daarvoor een inhoudelijke basis. Op basis van de geformuleerde ambitie en strategie kan de Provincie op verschillende wijzen de sterke kanten van Brabant op het vlak van circulaire economie versterken, en bevorderen dat de bedrijven, groepen en burgers kansen grijpen die bijdragen aan de transitie. De provincie kan een aantal rollen vervullen: Netwerkrollen: verbinden: stimuleren van samenwerking, kennis ontwikkelen en kennis delen; faciliteren van toplocatie-ontwikkeling; internationalisering. Responsieve rollen: toe leiden van initiatieven naar financiering en het benutten Europese fondsen; het goede voorbeeld geven als launching customer; communiceren: bewustwording stimuleren en kennis over initiatieven verspreiden. 1. Verbinden De Provincie bevindt zich in een goede positie om partijen in Noord-Brabant te verbinden en samenwerking tussen partijen tot stand te brengen. De Provincie heeft bestuurlijk en ambtelijk veel contacten met de andere overheden, met het bedrijfsleven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. Zij heeft de mogelijkheid om platforms te bieden waar verschillende partijen elkaar kunnen ontmoeten, kennis kunnen uitwisselen en om coalities te vormen. Het samenwerken met Multiple Helix partners is kansrijk en sterk ontwikkeld in Brabant. Met andere overheden kan de Provincie de ruimtelijke en economische condities faciliteren waardoor clusters van innovatieve bedrijvigheid, kennisinstellingen en productie kunnen ontstaan. De Provincie kan: samenwerking faciliteren en stimuleren binnen bestaande ketens en tussen nieuwe ketens door het verbinden van bestaande en potentiële nieuwe partijen (industriële symbiose) om zo ketens te sluiten, te zoeken naar nieuwe cross-sectorale verbindingen en rondsom om de focusthema's van circulaire economie nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. Zij kan bijvoorbeeld partijen bij elkaar brengen zoals de High Tech bedrijven en de maakindustrie rondom metaal, en het doorontwikkelen van roadmaps op dit soort kansrijke ketens; 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 48

49 verder inzetten op vorming en uitbouw van Multiple Helix (onderwijs- en kennisinstellingen, bedrijfsleven en overheden uitgebreid tot andere maatschappelijke organisaties) en coalities vormen rond de kansrijke focusthema's voor de circulaire economie; platforms bieden en organiseren waarop kennis, ketens en gebiedsgebonden actoren elkaar treffen en kunnen zoeken naar kansen voor transitie; kennis toegankelijk maken voor bepaalde bedrijvigheid, zoals het MKB dat doorgaans geen directe toegang heeft tot kennisinstellingen en kennisbronnen: het verbinden met MKB aan kennisaanbieders zoals MVO Nederland en CLICKNL; bevorderen van kennisallianties op het vlak van circulaire economie; betrokkenheid van studenten bij initiatieven van het bedrijfsleven faciliteren, zoals dit plaatsvindt in Werkplaats de Gruyter; valorisatie agenderen en in strategische samenwerkingen in de regio bespreekbaar maken, specifiek gericht op de transitie naar circulaire economie; toeleiding van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt naar werk agenderen, bespreekbaar maken richting gemeenten en partners en een plek geven in lopende Human Capital agenda s. 2. Faciliteren van ontwikkeling van toplocaties Dit is een specifieke vorm van verbinden. De provincie kan de totstandkoming van fieldlabs, campussen of nieuwe clusters faciliteren. Het bedrijfsleven wordt in de ontwikkelfase snel duidelijkheid gegeven over de mogelijke oplossingen van eventuele ruimtelijke en juridische mogelijkheden en belemmeringen. De ontwikkeling van bijvoorbeeld de Green Chemistry Campus, Greentech Boxtel en Metalot zijn hier goed voorbeelden van. 3.Bevordering van internationalisering Hierboven is a aangegeven dat de Provincie internationale contacten heeft om ontwikkelingen in Brabant en internationale ontwikkelingen op elkaar te laten aansluiten. Daarnaast kan de Provincie een rol spelen op het internationaal uitdragen van ontwikkelingen in Brabant en het promoten van de prestaties in Noord-Brabant op het vlak van circulaire economie in het buitenland, met name in de speerpuntregio s zoals Duitsland en Vlaanderen. 4. Toe leiden naar financiering Er zijn verschillende mogelijkheden voor bedrijven, kennisinstellingen en andere initiatiefnemers om initiatieven op het vlak van circulaire economie te financieren uit regionale en (inter)nationale fondsen, en onderzoeksmiddelen van bijvoorbeeld NWO. De Provincie kan een rol vervullen om die bronnen toegankelijk en bereikbaar te maken. Met de BOM kan de Provincie zoeken naar mogelijkheden om het Innovatiefonds en andere mogelijkheden in te zetten op kansrijke initiatieven op het vlak van circulaire economie. Daarbij past ook aandacht voor de wijze waarop het perspectief kan worden vergroot voor op zichzelf minder innovatieve bedrijven (in de maakindustrie) die zich wel richten op bijvoorbeeld refurbishing en remanufacturing en daarmee een sleutelrol spelen in de noodzakelijke systeemtransitie naar een circulaire economie. Faciliteren in de start-up en scale-up fase van bedrijven, daar waar de sector de kracht mist om risico s te dragen. De doorontwikkeling en scale-up van innovaties is meestal langer dan de 5 jaar die de BOM aan dit soort innovaties als voorwaarde stelt en meestal kunnen dergelijke bedrijven niet aan de rendementsvoorwaarden van de BOM voldoen. Wellicht zijn er mogelijkheden om het huidige gat tussen de BOM en de systeembanken te verkleinen, door bijvoorbeeld de mogelijke realisatie van een op het MKB gericht fonds. Faciliteren in het toe leiden van initiatieven naar nationale en Europese fondsen. Bevorderen dat Europese fondsen beter worden benut voor projecten van coalities van partijen rondom 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 49

50 de gesignaleerde kansen voor circulaire economie. Veel (kleine, startende) ondernemers hebben weinig zicht op en weinig kennis van de mogelijkheden. Actief de mogelijkheden van de nieuwe Nationale Investeringsbank onderzoeken 5. Zelf het goede voorbeeld geven als launching customer Het goede voorbeeld geven als launching customer door de Provincie heeft een communicatieve waarde en draagt bij aan marktvorming voor circulaire producten en diensten. De Provincie kan zelf het goede voorbeeld geven door: circulaire inkoop en aanbesteding uit te voeren bij aanbesteding van infrastructurele werken, renovatie van gebouwen (erfgoed) enzovoort; circulaire inkoop van zakelijke elektronica, catering, kantoorinrichting, ICT; het zijn van launching customer van start-up bedrijven met circulaire initiatieven en van partijen die in ketens samenwerken en daardoor bijdragen aan circulariteit; verbinding te zoeken met andere Brabantse overheden en bedrijven, om de slagkracht van circulaire inkoop en aanbesteding te vergroten, zodat nieuwe markten zich sneller ontwikkelen. 6. Communiceren De Provincie heeft een rol als communicator die veel partijen in Noord-Brabant weet te bereiken en over de provinciale gebiedsgrenzen heen reikt. Dat kan zij inzetten om: a. bewustwording bij verschillende publieke en maatschappelijke actoren te bevorderen; b. voorbeelden te laten zien van de wijze waarop vorm en inhoud kan worden gegeven aan de transitie naar circulaire economie. a. Bewustwording stimuleren De provincie kan in de eigen organisatie in relatie tot de ontwikkelopgaven, en extern bij consumenten, bedrijven, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en medeoverheden de bewustwording stimuleren van het belang van een circulaire economie en de wegen om die te bereiken. Dit kan door: het agenderen van het onderwerp in diverse beleidsontwikkelingen en overleggen met steden, bedrijfsleven, kennis- en onderwijsinstellingen en maatschappelijke organisaties; het actief communiceren over inspirerende voorbeelden en successen, en ook laten zien wat de Provincie en haar partners op dit vlak doen; het prikkelen en uitdagen van de maatschappij om met nieuwe ideeën te komen door het uitschrijven van prijsvragen en het houden van innovatie challenges; culturele instellingen te faciliteren om nut en noodzaak van de transitie naar circulaire economie bij burgers over het voetlicht brengen; bewustwordingscampagnes in het onderwijs en gericht op burgers te faciliteren. b. Goede voorbeelden uitdragen De provincie kan goede voorbeelden blijven uitdragen en de aandacht blijven vestigen op initiatieven. De Provincie kan op zoek gaan naar goede voorbeelden van circulair werken, circulaire productie en circulaire consumptie en die uitdragen en zichtbaar maken voor een groter publiek voor het bedrijfsleven; aandacht vestigen op de positieve bijdrage van initiatieven op het gebied van de aanpak van afval, zoals op het gebied van afvalinzameling en recycling. Op die wijze wordt in deze beginfase van de transitie bewustzijn bij verschillende partijen (producten en consumenten) gecreëerd. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 50

51 5 De circulaire kansen in relatie tot de lopende programma's van de Provincie Dit hoofdstuk onderzoekt in hoeverre lopende programma's van de Provincie Noord-Brabant bijdragen aan de benutting van de gesignaleerde kansen voor de circulaire economie in Noord- Brabant. Hiervoor is een overzicht van de ist-situatie opgesteld waarin is aangegeven hoe relevante lopende programma s van de Provincie Noord-Brabant zich verhouden tot een aantal aspecten van de circulaire economie.. Het complete overzicht is opgenomen als bijlage 3. De volgende programma's zijn meegenomen in het onderzoek: Economisch programma (Economisch Programma Brabant 2020); Biobased Economy (Uitvoeringsagenda Biobased Delta en BioBoost ); Energie (Uitvoeringsprogramma Energie); Agrofood (Uitvoeringsagenda Brabantse Agrofood UBA); Brabant: Uitnodigend Groen (BrUG). Integrale provinciale natuur- en landschapsvisie ; Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) , inclusief de pijler Groene Groei; Infrastructuur, Beheer en Onderhoud; Slimme Mobiliteit / Smart Mobility; Ruimte (Omgevingsvisie Brabant Beweegt naar 2106 ); Werkplaats de Gruyter 5.1 De circulaire economie in lopende programma's Uit de analyse van de programma's op de aansluiting op de transitie naar circulaire economie in algemene zin, komt een aantal onderwerpen naar voren dat van invloed is op de mogelijkheid om de transitie naar de circulaire economie te versnellen: visie en strategie; samenwerking intern en extern; interne organisatie; externe netwerken. Visie en strategie De Provincie heeft in het Bestuursakkoord Beweging in Brabant de ambitie voor een circulaire economie aangegeven. In de Concernagenda 2016 is de circulaire economie benoemd als één van de tien ontwikkelopgaven. De meeste programma's zijn de afgelopen jaren niet ontwikkeld met het oog op de transitie naar circulaire economie, maar ze zijn doorgaans wel gericht op verbetering van de economische en maatschappelijke structuur in Brabant en bieden op basis daarvan mogelijk aanknopingspunten om bij te dragen aan realisatie van een circulaire economie in Noord-Brabant. In aansluiting op de omschrijving van circulaire economie kan worden gesteld dat circulaire economie als thema dwars door alle lopende programma's heen gaat. De onderwerpen die in hoofdstuk 3 staan benoemd, keren impliciet of expliciet in verschillende programma's terug. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 51

52 Figuur 14: Maatschappelijke opgave circulaire economie in relatie tot programma's van de Provincie Noord- Brabant In een aantal programma's wordt circulaire economie specifiek als belangrijk thema openomen. Dit geldt met name voor de programma's voor Biobased Economy en Agrofood. Daar wordt ingegaan op de verbindingen en doelstellingen. In de programma's is de onderlinge relatie tussen economie en duurzaamheid als gelijkwaardig benoemd. Ook het PMWP, in het bijzonder de pijler Groene Groei, legt expliciet koppelingen naar circulaire economie. De andere programma's leggen wel een relatie met duurzaamheid, een thema dat ten tijde van de ontwikkeling van die programma's nog centraal stond. De koppeling aan duurzaamheid ('sustainability') legt een relatie met het milieubeleidsveld. Andere beleidsterreinen zijn daar de afgelopen decennia op aangehaakt, ook het economische. Circulaire economie neemt duurzaamheid en duurzame ontwikkeling mee, maar legt nu het accent veel meer bij economische ontwikkeling als de motor die eraan bij moet dragen dat er anders wordt omgegaan met natuurlijk kapitaal en sociaal kapitaal. Het sluit daarmee meer aan bij de motor van ontwikkelingen op de verschillende schaalniveaus (van mondiaal tot lokaal). Het legt direct een relatie met verdienmodellen/businessmodellen en daarmee met prikkels die dominant zijn in het menselijk en bedrijfsmatig handelen en afwegingen die daarbij worden gemaakt. In de beleidscontext zou de economische invalshoek daarom meer leidend moeten zijn bij het tot stand brengen van circulaire economie. Het begrip circulaire economie, de consequenties ervan en de benodigde activiteiten vanuit de provinciale rollen moeten nog een plek krijgen in de programma's. Een overkoepelende uitvoeringsagenda biedt de mogelijkheid om alle programma's, niet alleen die voor Biobased, Agrofood en Groene Groei, die koppelen aan circulaire economie en de activiteiten, inzet van mensen en middelen daarop meer te richten dan tot nu toe het geval is geweest. Een concernbrede strategie en agenda met focus is nodig om het handelingsperspectief en de effectiviteit via de individuele programma s te vergroten. De programma's bieden in algemene zin al een aantal aanknopingspunten om vorm te geven aan het werken aan een transitie naar circulaire economie. De transitie is al ingezet, maar bevindt zich nog in het beginstadium. Samenwerken Vanuit lopende programma's wordt samengewerkt tussen verschillende afdelingen van de Provincie. Biobased Economy heeft intern veel relaties met de afdelingen. Ook de gebiedsontwikkeling rond de werklocaties wordt integraal aangepakt, zoals bij de Green 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 52

53 Chemistry Campus en Metalot. Er is bij meerdere afdelingen de wens om breder intern samen te werken aan de transitie naar een circulaire economie. In de Omgevingsvisie kan dit tot uiting kunnen worden gebracht. Onderkend wordt dat over beleidsgrenzen heen moet worden samengewerkt, zowel intern als extern. Een kracht in Brabant is al dat in het kader van de diverse programma's wordt samengewerkt met bedrijven, belangenorganisaties, semioverheidsorganisaties en kennisinstellingen. Organisatie Binnen de Provincie is in de programma's capaciteit beschikbaar voor het aanjagen van de circulaire economie. Er is nog wel sprake van enige versnippering van capaciteit en middelen die voor de transitie kunnen worden ingezet. Binnen de organisatie is er geen 'probleemeigenaar' van het vraagstuk van transitie naar circulaire economie, die er aan kan bijdragen dat vanuit de verschillende programma's gericht kan worden gewerkt aan die transitie vanuit een algemeen gedeelde strategie, gedeelde visie en strategische doelstellingen voor de circulaire economie in Brabant. Gelet op de breedte en omvattendheid van het onderwerp, is regie op het aspect circulariteit in relatie tot de programma's nodig. In de terminologie is het een aandachtspunt dat 'groene groei' in Nederland in het algemeen wordt gehanteerd voor circulaire economie in de volle breedte, inclusief de onderdelen energie, en biobased economy. In de Provincie wordt deze term in beperktere zin gehanteerd, voor de pijler binnen het PMWP. Netwerken en stakeholders Er zijn in het kader van de programma's veel netwerken en contacten van de Provincie met externe actoren: overheden, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en burgers. De niveaus waarop men opereert, variëren van sterk impact-gericht (onder andere pilots en fysieke aanpassingen in het landschap) naar sterk strategisch (het smeden van allianties en productontwikkeling). De netwerken en contacten kunnen worden benut om de provinciale rollen die zijn beschreven in hoofdstuk 4 vorm en inhoud te geven. 5.2 Circulaire kansen in relatie tot de lopende programma's In deze paragraaf wordt onderzocht in hoeverre de in hoofdstuk 3 benoemde circulaire kansen belegd zijn in de lopende programma's van de Provincie. In de tabel is per gesignaleerde kans uit hoofdstuk 3 aangegeven in hoeverre deze in bestaande programma s is belegd. Biomassa en voedsel Doorontwikkelen biobased economy: een gecoördineerde aanpak vanuit één gezamenlijke visie, gericht op verwaarden van biomassa (uit reststromen van agrarische sector en natuur) richting materialen, chemie, inhoudsstoffen en energie. Mineralen in de krinloop houden door mest zo snel mogelijk stabiel te maken (visie vanuit de mestdialoog) Verwaarden van lokale biomassastromen (gemeentelijk GFT, houtopstanden, bermmaaisel vanuit infra, slootmaaisel) Tegengaan van voedselverspilling (aansluitend op Nationale Taskforce). Aanjagen eiwittransitie: eiwitproductie vanuit plantaardige stromen en vanuit dierlijke en plantaardige reststromen, i.p.v. dierlijke eiwitten uit huidige veeteelt. Goed belegd Extra aanzetten 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 53

54 Meer economische benadering van grootschalige mestverwerking en - vergisting (> ton), kwaliteit en toegevoegde waarde, met minimale overlast en risico s voor de leefomgeving. RWZI s als grondstoffen- en energiefabrieken (met de waterschappen als trekker). Kunststoffen Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen, die al aanwezig zijn in de keten, zo lang mogelijk in de keten houden. Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen waar mogelijk vervangen door kunststoffen geproduceerd uit biobased materialen. Maakindustrie en HTSM Doorontwikkeling van de potentie van refurbishing, remanufacturing. Stimuleren machinebouw t.b.v. recycling en refurbishing (robotica), waaronder ook het flexibel en multi-inzetbaar maken van machines. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc., vanuit een gebiedsgerichte aanpak. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc., vanuit een ketengerichte aanpak. Smart Asset Management in supply chains: middels digitale meet- en regeltechniek onderhoud 100% voorspelbaar maken, met maximale energie- en materialen-efficiency als doel. Automotive: stimuleren van innovatieve concepten deelauto s 3.0 en toepassing van biobased materialen. Bouw en infra Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden infra. Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden bouw. Inpassen circulaire materialen binnen de verduurzamingsopgave in bestaande woning- en utiliteitsbouw (die nu hoofdzakelijk op energie is gericht), te beginnen met de toepassing van circulaire materialen te koppelen aan Nul-op-de-meter. Vergroten van de markt door coalitievorming SPARK, designers, aannemers, architecten, woningbouwcoöperaties, steden, etc. (gezamenlijke launching customership vergroten, rondom casussen, talentprogramma s). Het faciliteren van voorbeeldprojecten is hier een belangrijk onderdeel van (bijv. rond erfgoedcomplexen). Consumentengoederen Projecten gericht op bewustwording (van bedrijven en consumenten) en agendering van scheiden en hergebruik. Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - refurbishing en remanufacturing (bedrijven, fieldlabs, clusterontwikkeling). Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - hoogwaardig verwaarden van reststromen m.b.v. hoogwaardige technologieën. Doorontwikkeling van Products as a service concept; geen bezit maar toegang tot gebruik. Van toepassing op alle prioritaire thema s Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Tabel 1: Kansrijke circulaire thema s in provinciale programma's. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 54

55 1. Biomassa en voedsel Voor de prioritaire stroom biomassa en voedsel bestaan zeer veel aanknopingspunten in de programma's voor Biobased Economy (onderdeel van het economisch programma) en Agrofood. Daarnaast zijn er onderdelen in het PMWP en Brabant Uitnodigend Groen (BrUG) die aanknopingspunten bieden. Op dit vlak maakt de Provincie met de maatschappelijke partijen en het bedrijfsleven belangrijke slagen. Binnen het programma Uitvoering Brabantse Agrofood (UBA) krijgt biomassa en voedsel als circulaire kans een prominente plaats. Het sluiten van de voedselkringloop is in de UBA benoemd als (onderdeel van) het strategische doel integrale productieketens. Daarnaast is binnen de UBA op tactisch operationeel niveau circulaire economie benoemd als doelstelling, alsmede innovatie middels fieldlabs, challenges en innovatiecampus. Dit zijn belangrijke instrumenten om circulaire kansen te valoriseren. Pilots als alternatieve eiwittransitie, de verwaarding van mest, en hoogwaardige verwaarding van dierlijke resten hebben hierbinnen al een plek. Extra aandacht voor agendering van voedselverspilling, en een meer economische benadering van de mest- en mineralenverwaarding. In de UBA wordt aangegeven dat er veel raakvlakken zijn met andere beleidsterreinen onder andere economie, energie, milieu (vooral bodem, water en lucht), natuur en samenleving. Samenwerking tussen de beleidsterreinen vindt voornamelijk plaats op operationeel niveau door deelname in elkaars projecten. Zoals in hoofdstuk 2 al staat aangegeven, is biobased economy een integraal onderdeel van en belangrijke aanjager voor de circulaire economie. Dit staat ook als zodanig beschreven in de uitvoeringsagenda s Biobased Delta en Bioboost Brabant Oost. In de uitvoeringsprogramma s staat de verwaarding van biomassa centraal. Deze agenda s dragen intrinsiek bij aan het vergroenen van de chemie, door onder andere reststromen uit de agrofood sector te benutten, waardoor het gebruik van fossiele grondstoffen en daarmee ook aardolie als grondstof voor kunststoffen afneemt. Circulaire kansen, aangereikt vanuit Agrofood, krijgen hier versnelling door deze centrale doelstelling. De aansluiting met het beleidsveld Agrofood is intensief. Binnen het programma PMWP krijgt biomassa en voedsel plaats in de onderdelen Gezonde fysieke leefomgeving en Groene Groei. Hierbij zet het programmaonderdeel Gezonde fysieke leefomgeving met name in op het behoud van natuurlijke hulpbronnen, zoals een juiste wateren bodemkwaliteit. Dit is gunstig voor circulaire economie en dient hetzelfde doel. Het kent echter vooral een duurzaamheidsbenadering en in de aanpak wordt met name ingezet op uitvoering van de wettelijke taken vergunningverlening en handhaving als in te zetten instrumenten. In het programmaonderdeel Groene Groei wordt de koppeling tussen ecologie en economie expliciet gemaakt. De verbondenheid tussen milieu, water en economie is leidend in het ondersteunen van activiteiten binnen Groene Groei. Projecten zoals Greentech Brabant worden getrokken door gezamenlijke inzet vanuit Groene Groei en Biobased Economy. Ook vanuit programma Brabant: uitnodigend groen (BrUG) van Natuur wordt ingezet op biomassa. Binnen dit programma zoekt men naar mogelijkheden om biomassa uit de natuur te verwaarden, als bekostiging van het behoud van de vitaliteit van de natuur. Gezien de veelheid van initiatieven op het gebied van biobased economy vanuit verschillende invalshoeken in de Noord-Brabant is een gecoördineerde aanpak van belang. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 55

56 2. Kunststoffen In het kader van de pijler Groene Groei van het PMWP worden afvalpilots geïnitieerd die zich richten op (chemische) kunststofrecycling. Het in de kringloop houden van bestaande kunststoffen blijft ook in de toekomst belangrijk. Het faciliteren van bedrijven die zich bezighouden met innovaties op het gebied van kunststofrecycling is daarvoor van belang. Ook dit draagt bij aan het terugdringen van de afhankelijkheid van aardolie als fossiele grondstof. Er is voldoende plastic in omloop om te recyclen en er is nog een grote groeipotentie voor de sector Daarvoor is wel kapitaal nodig, maar niet alle bedrijven lukt het om toegang tot dat kapitaal te krijgen. Het PMWP gaat daar beperkt op in. Een meer economische benadering en samenwerking vanuit het Economisch programma ligt in de rede. 3. Maakindustrie en HTSM Circulaire kansen binnen Maakindustrie en HTSM zijn deels belegd in het Economisch programma, o.a. in het Maintenance cluster. Uitvoering van kansen op het gebied van onderhoud en beheer worden aangejaagd door World Class Maintenance. Maintenance maakt een ontwikkeling door, waarbij vanuit kostenreductie een steeds bredere kijk ontstaat op het gebied van het onderhoud van kapitaalgoederen (waarde toevoeging). Dit wordt steeds belangrijker voor sectoren als luchtvaart, machinebouw, infrastructuur, chemie en de procesindustrie om te komen tot het verlagen van productiekosten en emissies, het verbeteren van duurzaamheid en efficiency en een optimale serviceverlening. Circulaire activiteiten zoals remanufacturing en refurbishing zijn in het Economisch programma nog beperkt uitgewerkt. Ook in het PMWP-programmaonderdeel Groene Groei wordt hier nog niet op ingegaan. In het kader van het PMWP wordt wel onderkend dat er kansen liggen op de consumentenproductenmarkten die kunnen worden opgepakt. Er zijn enkele pilotprojecten. Ook in het Meerjarenprogramma van de BOM is circulaire economie nog niet uitgewerkt, maar is circulaire economie wel als te concretiseren zoekgebied opgenomen. De gebiedsgerichte ontwikkeling van de werklocatie Metalot, waarin energie en circulaire economiehand in hand gaan, wordt integraal opgepakt vanuit meerdere programma s vanuit o.a. Economie, Ruimte en Natuur. Voor zowel maintenance als logistiek worden momenteel revisies van de provinciale beleidsdocumenten en agenda s opgesteld. Het is wenselijk om hierin de circulaire ambities mee te nemen. 4. Bouw en infra Het programma Infra, beheer en onderhoud is gericht met circulaire aanpak (bij de aanbesteding van het meerjarig regulier onderhoud) bezig. Er loopt een pilot over de verwaarding van sloot-en bermmaaisel. Tevens wordt ingezet op het toepassen van biobased materialen in infra projecten. Wat betreft mobiliteit wordt aandacht besteed aan circulaire economie als de stip op de horizon en is besloten om hiermee zorgvuldig in enkele pilots te experimenteren. Vanwege risico's voor de Provincie en aannemers die gepaard gaan met nieuwe aanbestedingsvormen en circulaire oplossingen bij Infra, wordt hier door de partijen stapsgewijs geëxperimenteerd. Soms zijn risico's zoals kosten, juridisch eigendom of veiligheid (nog) niet voldoende uitgekristalliseerd om mee-aanbesteed te worden. De uitvoeringsprogramma's voor Biobased Economy en Groene Groei (als onderdeel van het PMWP) bieden beide mogelijkheden voor bouw en infra op het vlak van circulaire economie. Groene Groei heeft verduurzaming van bouw en infra, als instrument voor energieneutraliteit opgenomen in het Economisch Programma Brabant. Bij Biobased Economy wordt geïnnoveerd op biobased toepassingen in de bouw en infra (materialen en energie). Samenwerking tussen Biobased Economy, Groene Groei en bouw en infra kan een substantiële markt creëren door het 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 56

57 leren kennen van de mogelijkheden voor toepassing, het leren toepassen door bouwers, het bewustzijn creëren bij consumenten en het aanjagen van launching customership. Op het vlak van bouw en infra is verbinding en samenwerking een belangrijke schakel om bij te dragen aan circulaire economie. De aandacht voor circulaire aanpak is voor infra sterker belegd dan in de bouw. Voor de bouw zijn er zijn mogelijkheden om te verbinden en coalities van partijen te formeren zoals SPARK, aannemers, architecten, steden en anderen om samen kansen op te pakken. Hierbij kan ook koppeling worden gezocht met bepaalde locaties fieldlabs, campusontwikkeling), bijvoorbeeld op de werklocatie van SPARK. Vanuit de provinciale organisatie, in het bijzonder de cluster Project & Vastgoed, kan worden onderzocht in hoeverre men hier sterker op in kan zetten, gezien vanuit de rol als opdrachtgever of leningverstrekker, bijvoorbeeld bij de ontwikkeling van erfgoedcomplexen. 5. Consumentengoederen De inzet van de Provincie met betrekking tot het aanjagen van circulaire kansen binnen consumentengoederen komt vooral tot uiting in de programma's PMWP (pijler Groene Groei) en Biobased Economy. Met betrekking tot afval zit potentieel bij Groene Groei om te komen tot nieuwe vormen van afvalverwerking, waarbij reststromen vanuit een ketenaanpak als nieuwe grondstoffen worden benut met nieuwe businessmodellen en waarbij zowel maakindustrie, design, logistiek als nieuwe verdienmodellen betrokken zijn, om zo uiteindelijk end-of-pipe oplossingen te voorkomen. Daar waar aanvulling van grondstoffen nodig is, wordt dit aangevuld met biobased materiaal (in samenwerking met Biobased Economy). Groene Groei neemt deel aan de Green Deal biobased toepassingen in de openbare ruimte, om hier ervaring mee op te doen. Groene Groei kan vanuit dezelfde ketenaanpak de refurbishment-markt aanjagen. Zij wil dit soort economische kansen vanuit de consumentenproductenmarkt graag verder oppakken, en voert hier pilotprojecten op uit. Vanuit economisch perspectief kan hier meer op worden ingezet en een plaats krijgen in het Economisch Programma. Gemeenten hebben de wettelijke afvalzorgtaak en krijgen en nemen steeds meer verantwoordelijkheid en regie op het vlak van afvalscheiding. De provinciale rol is bij de end-of - pipe beperkt. Wel kan de Provincie samen met andere overheden en maatschappelijke organisaties inzetten op versterken van consumenten- en producentenbewustzijn. End-of-pipe is een term die gekoppeld is aan de lineaire economie en die verdwijnt in een circulaire economie. Waar gemeenten beperkt zicht hebben op actoren (bedrijven) die een rol spelen in eerdere stappen in de productieketen, en daartoe ook vaak niet de juiste schaal hebben, kan de Povincie een rol vervullen. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 57

58 6 Conclusies en aanbevelingen In dit slothoofdstuk presenteren wij een aantal algemene conclusies. Tevens geven wij een beeld van de kansrijke inhoudelijke thema's, en de mate waarin die reeds in lopende programma s zijn belegd. Daarna doen wij aanbevelingen voor de wijze waarop de Provincie Noord-Brabant kansen kan pakken om de transitie naar circulaire economie te ondersteunen en aan te jagen. 6.1 Conclusies Circulaire economie is urgent en kansrijk in Noord-Brabant, zowel voor de economie zelf als voor het ecologisch en sociaal domein. Circulaire economie is een verbindend thema dat kan bijdragen aan meerdere provinciale ontwikkelopgaven. Circulaire economie is, aanvullend op energiebeleid, onmisbaar voor het realiseren van de klimaatdoelen op het gebied van CO 2. De bestaande sectoren en clusters van de sterke economische structuur van Noord- Brabant bieden veel kansen en mogelijkheden om een transitie door te maken naar circulaire economie. De voor circulaire economie relevante clusters en sectoren in Brabant zijn: Agrofood, Biobased Economy, High techsystemen en materialen (HTSM) in combinatie met de Maakindustrie, Maintenance, Logistiek, Bouw en infrasector en de Creatieve industrie (design). Ook is er een krachtige afvalverwerkingsbranche. De goed ontwikkelde Multiple Helix samenwerking in Noord-Brabant tussen provincie, waterschappen, gemeenten, bedrijfsleven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties biedt kansen voor de circulaire economie. Transitie naar circulaire economie is een aangelegenheid van lange adem en gaat niet vanzelf. Er zijn diverse prikkels op de markt die businessmodellen kunnen frustreren, onder meer door lage wereldprijzen van de primaire grondstoffen, energie en CO2 en een (consumenten-) vraag die primair gericht is op zo laag mogelijke prijzen. De transitie naar een circulaire economie kan alleen worden ontwikkeld vanuit de maatschappelijke actoren (bedrijfsleven, instellingen, consumenten), maar vergt stimulering van nieuwe vormen van samenwerking tussen en binnen sectoren, het slechten van (tijdelijke) blokkades en overwinnen van negatieve prikkels. Dat vergt en legitimeert overheidsbemoeienis op internationaal, nationaal, regionaal en lokaal niveau. De transitie wordt in diverse programma s van de Provinciale Noord-Brabant al in meer of mindere mate opgepakt. Echter, ook de Provincie bevindt zich nog slechts in de beginfase van de transitie. De aanpak van de transitie naar een circulaire economie is versnipperd. Er zijn geen gemeenschappelijke visie, strategie, doelstellingen en focus voor de transitie naar een circulaire economie. Een gedragen strategie en doelstellingen zijn nodig om te komen tot een helder handelingsperspectief en een agenda met focus. De definitie, de strategische doelstellingen en de prioritaire thema s van het Rijksbrede programma circulaire economie zijn bruikbaar voor de Provincie Noord-Brabant. Het op elkaar aansluiten van doelen van de overheden draagt bij aan een effectieve realisatie van de gezamenlijke opgave voor Europa, Nederland, provincies, andere overheden en bedrijven kennisinstellingen. Deze verkenning biedt een inventarisatie van de volgende thema's die bijzonder kansrijk zijn voor de transitie naar een circulaire economie in deze provincie. Een aantal is reeds belegd in lopende programma s van de Provincie, andere zijn nog niet of in beperkte mate opgepakt. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 58

59 Biomassa en voedsel Doorontwikkelen biobased economy: een gecoördineerde aanpak vanuit één gezamenlijke visie, gericht op verwaarden van biomassa (uit reststromen van agrarische sector en natuur) richting materialen, chemie, inhoudsstoffen en energie. Mineralen in de kringloop houden door mest zo snel mogelijk stabiel te maken (visie vanuit de mestdialoog) Verwaarden van lokale biomassastromen (gemeentelijk GFT, houtopstanden, bermmaaisel vanuit infra, slootmaaisel) Tegengaan van voedselverspilling (aansluitend op Nationale Taskforce). Aanjagen eiwittransitie: eiwitproductie vanuit plantaardige stromen en vanuit dierlijke en plantaardige reststromen, i.p.v. dierlijke eiwitten uit huidige veeteelt. Meer economische benadering van grootschalige mestverwerking en - vergisting (> ton), kwaliteit en toegevoegde waarde, met minimale overlast en risico s voor de leefomgeving. RWZI s als grondstoffen- en energiefabrieken (met de waterschappen als trekker). Kunststoffen Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen, die al aanwezig zijn in de keten, zo lang mogelijk in de keten houden. Kunststoffen vervaardigd uit fossiele grondstoffen waar mogelijk vervangen door kunststoffen geproduceerd uit biobased materialen. Maakindustrie en HTSM Doorontwikkeling van de potentie van refurbishing, remanufacturing. Stimuleren machinebouw t.b.v. recycling en refurbishing (robotica), waaronder ook het flexibel en multi-inzetbaar maken van machines. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc, vanuit een gebiedsgerichte aanpak. Circulaire aanpak metalen, zoals zink, staal etc, vanuit een ketengerichte aanpak. Smart Asset Management in supply chains: middels digitale meet- en regeltechniek onderhoud 100% voorspelbaar maken, met maximale energie- en materialen-efficiency als doel. Automotive: stimuleren van innovatieve concepten deelauto s 3.0 en toepassing van biobased materialen. Bouw en infra Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden infra. Doorontwikkelen van circulair inkopen & aanbesteden bouw. Inpassen circulaire materialen binnen de verduurzamingsopgave in bestaande woning- en utiliteitsbouw (die nu hoofdzakelijk op energie is gericht), te beginnen met de toepassing van circulaire materialen te koppelen aan Nul-op-de-meter. Vergroten van de markt door coalitievorming SPARK, designers, aannemers, architecten, woningbouwcoöperaties, steden, etc. (gezamenlijke launching customership vergroten, rondom casussen, talentprogramma s). Het faciliteren van voorbeeldprojecten is hier een Goed belegd Extra aanzetten 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 59

60 belangrijk onderdeel van (bijv. rond erfgoedcomplexen). Consumentengoederen Projecten gericht op bewustwording (van bedrijven en consumenten) en agendering van scheiden en hergebruik. Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - refurbishing en remanufacturing (bedrijven, fieldlabs, clusterontwikkeling). Inzetten op hoogwaardiger hergebruik (o.a. consumentenelektronica): - hoogwaardig verwaarden van reststromen m.b.v. hoogwaardige technologieën. Doorontwikkeling van Products as a service concept; geen bezit maar toegang tot gebruik. Van toepassing op alle prioritaire thema s Actief de kansen opzoeken die Digitalisering, HTSM, Maintenance, Logistiek en de Creatieve industrie (design) bieden voor nieuwe product- en oplosrichtingen. Tabel 2: Circulaire thema's en stromen in provinciale programma's. Een aantal van de focusthema s circulaire economie worden reeds in meer of mindere mate opgepakt door de bestaande programma s. Thema s zoals remanufacturing en refurbishing en productdesign (in de maakindustrie/htsm en bij consumentengoederen) en circulariteit in de bouw zijn nog onvoldoende belegd. De transitie vraagt om een provinciale overheid die gebruik maakt van een breed palet aan rollen: - verbinden: stimuleren van samenwerking en coalitievorming van bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en andere overheden, van kennis ontwikkelen en kennis delen; - faciliteren: van toplocatie-ontwikkeling (fieldlabs, campussen en nieuwe clusters van bedrijvigheid en kennis) en van het uitrollen van ontwikkelingen (impact vergroten en cross sectoraal verbinden); - internationalisering, gericht op de voorkeurregio's; - toe leiden van initiatieven naar financiering door diverse fondsen; - het goede voorbeeld geven als launching customer bij inkoop en aanbesteding; - communiceren: bewustwording stimuleren en kennis over initiatieven verspreiden; - (lobby op) inzet van benodigd instrumentarium (o.a. wet- en regelgeving, maar ook nieuwe instrumenten en business modellen). Voor de invulling van deze rollen zijn competenties nodig, passend bij met name de verbindende en faciliterende rol van de Provincie. Aandachtspunt is in hoeverre deze voldoende beschikbaar zijn voor uitvoering van de focusonderwerpen in de provinciale agenda. De focusonderwerpen vragen een integrale aanpak, met een mix van deskundigheid. Omdat met name bedrijven in de lead zijn om de transitie naar een circulaire economie te realiseren, is voor alle focusonderwerpen naast milieu- en natuur met name nu ook economische deskundigheid aan de orde. Dit is een aandachtspunt bij de verdere uitwerking. 6.2 Aanbevelingen Aansluitend op bovenstaande conclusies doen wij de volgende aanbevelingen. 1. Maak een concernbrede strategie met strategische doelstellingen en een provinciale Agenda Circulaire Economie, die wordt door vertaald in en complementair is aan uitvoeringsagenda s van lopende programma s. Organiseer eigenaarschap op deze agenda in de organisatie. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 60

61 Sluit hierbij aan op de definitie en strategische doelstellingen uit het Rijksbrede programma circulaire economie en de bijbehorende prioritaire thema s. Heb daarbij aandacht voor de aansluiting en kracht van de HTSM, en ondersteunende sectoren zoals Maintenance, Logistiek en Design en de kansen van digitalisering. Voor zowel Maintenance als Logistiek worden momenteel revisies van de provinciale beleidsdocumenten opgesteld. Het is kansrijk om hierin de circulaire ambities mee te nemen. De effectiviteit van de strategie wint aan kracht als deze meer vanuit economisch perspectief worden geformuleerd, rekening houdend met andere beleidsperspectieven die circulaire economie schragen: natuur, milieu, water, ruimtelijke kwaliteit, mobiliteit en sociale innovatie. 2. Zorg dat de uitvoering van de agenda wordt vertaald en opgepakt in de lopende programma s, waarbij eigenaarschap voor de uitvoering van de focusonderwerpen uit de provinciale agenda goed is geregeld. Draag zorg voor een integrale aanpak en juiste mix van benodigde competenties. Zo zullen de programma s in samenhang bijdragen aan de gewenste transitie naar een circulaire economie. 3. Geef zelf het goede voorbeeld als launching customer: - circulaire inkoop en aanbesteding; - opereren als launching customer van circulaire initiatiefnemers waaronder start-ups; - bevordering circulair inkopen door andere overheden en bedrijven. 4. Werk in de uitvoering intensief samen met de reeds ontwikkelde samenwerkingsverbanden binnen de economische innovatieclusters en initieer en faciliteer circulaire economie binnen hun programma s. Benut en versterk de kracht van de Brabantse innovatie en het daadwerkelijk organiseren van samenwerking in Triple Helixverband. Geef ruimte aan nieuwe ontwikkelingen en treedt daarbij zelf op als alliantiepartner bij het gezamenlijk ontwikkelen. 5. Heb aandacht voor beter benutten van diverse fondsen voor focusonderwerpen uit de Agenda. - Er liggen kansen bij diverse Europese fondsen, ook bij het recent aangekondigde Circulair Economy Finance Support platform en de nieuwe nationale investeringsbank InvestNL. - Onderzoek vergroting van de mogelijkheden en rol van de fondsen van de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM) voor initiatieven die een sleutelrol spelen in de transitie naar de Circulaire economie. 6. Zet sterk in op communicatie zodat de zichtbaarheid en aandacht voor de circulaire economie van de urgentie en kansen bij overheden, bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en consumenten wordt vergroot. De Provincie is bij uitstek in de gelegenheid om via verschillende kanalen goede initiatieven regionaal, nationaal en internationaal in de spotlight te plaatsen. Richt de aandacht op: - met name uitdragen van goede voorbeelden die het verschil maken; - maar ook op de voorbeelden die bijdragen aan bewustwording en agendering, vanuit het besef dat we nog vooraan in de transitie zitten. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 61

62 Bijlage 1 Bronnenlijst Voor deze strategische verkenning circulaire economie zijn de volgende bronnen bestudeerd. Primaire bronnen Berenschot (2016) Circulaire initiatieven voor de agrofoodsector in Noord-Brabant in kaart gebracht - Validatierapport Circulair. Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (2017) Meerjarenplan BOM BrabantKennis (2016) Longread: Hoe maken we de cirkel rond? CBS (2016) Circulaire Economie in Nederland. Circle Economy & Ecofys (2016) Implementing circular economy globally makes Paris targets achievable. Ellen MacArthur Foundation (2013) Towards the Circular Economy - Economic and business rationale for an accelerated transition. Ellen MacArthur Foundation & McKinsey Center for Business and Environment (2015) Growth Within: a report circular economy vision for a competitive Europe. Europese Commissie (2015) Maak de cirkel rond: Een EU-actieplan voor de circulaire economie. Innovatie Zuid (2013) Roadmap Hightech systemen & materialen: Remanufacturing. Ministerie van Infrastructuur en Milieu (2016) Rijksbrede programma Circulaire Economie 'Nederland circulair in 2050'. Nationaal Grondstoffenakkoord, 24 januari RLi (2015) Circulaire economie - van wens naar uitvoering. RVO.nl (2016) Monitoring Biobased Economy in Nederland SER (2016) Advies Werken aan een Circulaire Economie; geen tijd te verliezen. PBL (2016a) Grondstof voor de circulaire economie. PBL (2016b) Voedsel voor de circulaire economie. Telos (2016) Stoffenbalansen voor een Circulaire Economie in Noord-Brabant. TNO (2013) Kansen voor de circulaire economie in Nederland. Provinciale programmadocumenten Bestuursakkoord 'Beweging in Brabant BioBoost Business Plan Concernagenda Economisch Programma Brabant Uitvoeringsprogramma Energie. Uitvoeringsagenda Brabantse Agrofood (UBA) Uitvoeringsagenda Biobased Delta Brabant: uitnodigend groen (BrUG) Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) Startdocument Omgevingsvisie Brabant Beweegt naar Uitvoeringsprogramma Innovatie Hightech Systemen en Materialen Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan Noord-Brabant maart Ons kenmerk /hpo/bpe 62

63 Bijlage 2 Personen betrokken bij Strategische verkenning Met de volgende personen en organisaties is in het kader van de strategische verkenning gesproken, hetzij in interviews, hetzij in expertbijeenkomsten. Organisatie Avans Biobased Delta BOM BOM Brabant Kennis Brabantse Milieufederatie Brainport Development Brainpont Industries BZW Cirkelstad CLICKNL CLICKNL Coppens Diervoeding Coppens Diervoeding Darling Ingredients Dhuet Gemeente Eindhoven Heijmans Heijmans Ioniqa Mars MVO MVO Neovito Nyrstar Philips Philips Provincie Noord-Brabant Provincie Noord-Brabant Provincie Noord-Brabant Rabobank Rodenburg Polymers SNEW Solliance Solliance Spark Student Suikerunie Naam De heer J. Jurriens De heer R. Zoetemeyer De heer R. Kolfschoten De heer P. Gosselink De heer J. Janssen De heer N. Verdaasdonk De heer P. Cox De heer J. Blankendaal De heer J. van Mourik De heer R. Buch De heer J. Hinfelaar De heer B. Ahsmann De heer H. de Vor De heer A. Kemps De heer R. van Lijssel De heer D. Heuting Mevrouw V. Silvertand De heer G. de Leede De heer R. Koolen De heer T. Hooghoudt De heer D. van Eeten Mevrouw M. van der Heijden De heer M. Schuurman De heer R. van Kaathoven De heer H. Denis De heer N. Coronado Palma De heer M. Laubscher De heer S. van Dommelen De heer T. Cornelissen De heer E. Heijmans De heer H. Stegeman De heer Th. Rodenburg De heer M. van Engelen De heer H. van den Heuvel De heer H. Scheepers Mevrouw C. Vughts De heer F. Nouws De heer F. van Noord 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 63

64 Telos TNO TNO TNO TU Eindhoven TU Eindhoven TU Eindhoven UVT Van Gansewinkel ZLTO De heer J. Dagevos De heer A. Dortmans De heer E.J. Sol De heer A. Stokking De heer G. Verbong De heer M. Mietus De heer S. Blok De heer D. van Soest De heer F. Slob De heer R. Hoosemans Mevrouw A. van der Padt 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 64

65 Bijlage 3 Overzicht van de ist-situatie van circulaire economie in de provinciale programma s Het overzicht van de ist-situatie van circulaire economie in de provinciale programma s is bijgevoegd in een aparte bijlage bij dit rapport. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 65

66 Bijlage 4 Grondstofstromen in Noord-Brabant De grondstofstromen in Noord-Brabant zijn beschreven aan de hand van de vijf door het Rijk benoemde prioritaire thema's en stromen: 1. biomassa en voedsel; 2. kunststoffen; 3. maakindustrie (metalen); 4. bouw; 5. consumptiegoederen. Biomassa en voedsel Biomassa en voedsel wordt in Noord-Brabant op grote schaal geproduceerd. Het is een belangrijke grondstof voor de Noord-Brabantse economie. Biomassa en voedsel zijn van nature circulaire grondstoffen. Biomassa ontstaat voor een groot gedeelte uit landbouwgewassen en de productie van veeteelt, maar ontstaat ook in de natuur (bosbeheer) en in de gebouwde omgeving (zoals bermgras en slib). Een deel van de biomassa is geschikt als voedsel voor mens en of dier en wordt als zodanig verwerkt. Biomassa ontstaat ook door reststromen die vrijkomen bij de productie en uit huishoudens die groente, fruit en tuinafval weggooien. Telos deed onderzoek naar landbouw gerelateerde stromen en onderzocht hiervoor de balansen voor Stikstof, Koolstof en Fosfor. De drie balansen laten ongeveer hetzelfde beeld zien. Dit rapport concludeert dat de grootste circulaire stroom de uitwisseling is van ruwvoer en mest tussen de land- en tuinbouw en de veehouderij. Tegelijkertijd zijn er in de land- en tuinbouw en de veehouderij grote lekken uit het systeem in de vorm van emissies naar het milieu te zien. Daarnaast is er behoefte aan import van grondstoffen voor diervoeder en kunstmest 31. Figuur 15:: Stroomdiagram stikstof in Noord-Brabant (bron: grondstoffenanalyse Noord-Brabant, Telos 2016). 31 Grondstoffenbalansen voor een circulaire economie in Noord-Brabant, Telos 2016, blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 66

67 Kunststoffen Het gebruik van plastic is in de afgelopen 50 jaar vertwintigvoudigd. Het product is goedkoop te produceren en heeft een aantal interessante eigenschappen (licht gewicht, zowel flexibel als hard toe te passen, hygiënisch, hittebestendig enzovoort), waardoor het zeer veel verschillende toepassingsvormen kent, met een net zo divers toepassingsbereik. Het is een wereldmarkt. Figuur 16: Kunststofconsumptie in Europa 2013, bron PlasticsEurope, EPRO. In Nederland wordt jaarlijks 1,8 miljoen ton kunststof verbruikt, op een productie van ongeveer 5 miljoen ton en vormt daarmee de basis voor een sterke exportpositie van de polymeer- en bredere chemische industrie 32. Het kent ook een grote milieudruk. Het is in grote mate afhankelijk van aardoliewinning. Door het enorme toepassingsbereik is het overal in ons milieu terug te vinden, bedoeld en onbedoeld. Het is biologisch nauwelijks afbreekbaar. Het breekt in kleine stukjes uiteen en verspreidt zich via water en bodem in het ecosysteem waardoor het in het voedselsysteem terecht kan komen. Metalen in de Maakindustrie Door toename van de welvaart vraagt de maakindustrie steeds meer grondstoffen. Naast kunststof wordt in deze industrie (waaronder elektronica-, machine-, luchtvaart- en ruimtevaartindustrie, automotive) veel metaal gebruikt. In 2014 werd wereldwijd 41,8 miljoen ton elektronisch afval geproduceerd. De verwachting is dat dit in 2018 met 21% gestegen is tot 50 miljoen ton. Vrijwel niets hiervan wordt hergebruikt, slechts een klein deel wordt gerecycled. Een groot deel vormt landfill en zorgt voor giftige situaties in 3e wereld landen 33. De metalen die door de maakindustrie heen gaan, worden zowel gebruikt voor de productie van allerlei gebruiksproducten, als ook voor de machines en systemen die deze producten moeten kunnen produceren, assembleren en afhandelen. Metalen en mineralen die hiervoor nodig zijn, worden, in tegenstelling tot de meeste andere prioritaire stromen, niet in Noord-Brabant gedolven. Het is een wereldmarkt, met een paar producerende regio's die de wereld voorzien. Telos heeft onderzocht hoe de zinkbalans in Noord-Brabant is. Het stroomschema laat zien dat er een grote zinkproductie in Brabant is via de aanwezigheid van Nyrstar, die qua productie op de Material Matters, Thomas Rau. blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 67

68 export gericht is. Het grootste deel van de input van Nyrstar is afkomstig van zinkmijnen, echter er wordt al een groot deel recyclaat (24%) bijgevoegd. Uitgaande van een wereldwijd End of Life (EoL) recyclingpercentage van 31% voor zink (UNEP) zijn er nog kansen om dit te verhogen, waardoor de inzet van primaire erts beperkt kan worden bij gelijk blijvende output. Qua grondstof-efficiency scoort Nyrstar zeer hoog (98%). Uit de balans valt op dat er een toename is in de voorraad van zinkproducten (4%) in Brabant. Dit is kapitaal voor de toekomst. Dit verklaart ook deels waarom het materiaalrecyclingspercentage relatief nog zo laag is: 50% van de jaarlijkse materiaal input aan zink wordt toegevoegd aan de voorraad en is niet op korte termijn beschikbaar voor recycling. Qua verlies gaat 14% van het zink verloren naar het milieu en is er een hergebruiks-/recycling percentage van rond de 86% van het beschikbare afval 34. Figuur 17: Stoomdiagram Zink in Noord-Brabant. Bouw- en infra materiaal Bouwmateriaal is een prioritaire stroom, omdat het grondstoffenintensief is. Bouw en infra nemen naar schatting 50% van het grondstofgebruik, 40% van het energieverbruik en 30% van het totale waterverbruik in Nederland voor hun rekening. Daarnaast is 40% van alle afval bouw en sloop georiënteerd en is de sector verantwoordelijk voor 35% van de CO2-uitstoot 35. Bouwmateriaal wordt voor 95% hergebruikt, maar dit is meestal niet hoogwaardig. Oud bouwmateriaal wordt voornamelijk ingezet als funderingsmateriaal in de Grond-, weg- en waterbouw (GWW). Hier zal op den duur verzadiging optreden, aangezien er niet onbeperkt wegen zullen worden aangelegd en omdat bestaand funderingsmateriaal ook op hetzelfde niveau kan worden hergebruikt. Vanwege de eigenschappen van bouwmateriaal (met name volumineus en zwaar) in combinatie met de financiële waarde per volumedeel, loont het niet om gebruikte bouwmaterialen over grote afstanden te vervoeren. Hergebruik van bouwmaterialen is bij uitstek een opgave die om een lokale oplossing vraagt. 34 Grondstoffenbalansen voor een circulaire economie in Noord-Brabant, Telos 2016, blz Rijksbreed Programma Circulaire economie, blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 68

69 Consumentengoederen Consumptiegoederen (spullen) staan op nummer 1 in de top 10 van de milieubelasting van de gemiddelde consumptie per persoon per jaar 36. Het huidige lineaire systeem van maken, gebruiken en weggooien wordt hier uiterst zichtbaar. Scheidingspercentages in verschillende gemeenten lopen sterk uiteen (van 25% in Rotterdam tot 97% in Horst aan de Maas). Gemiddeld ligt het scheidingspercentage rond de 65%. De verschillen in het scheidingspercentage hebben diverse oorzaken, maar het laat in ieder geval zien dat er nog veel potentie is voor het scheiden en recyclen van afval. Diverse sorteeranalyses laten zien, dat er in huishoudelijk afval nog veel grondstoffen zitten, die verschillende economische waarde vertegenwoordigen: Figuur 18: Sorteeranalyse restafval 2015, bron RWS. 36 Rijksbreed Programma Circulaire economie, blz maart Ons kenmerk /hpo/bpe 69

70 Bijlage 5 De economie in Noord-Brabant De totale waarde van de Brabantse economie in 2016 was 100,8 miljard Euro. Dit is 15,2% van het Bruto Binnenlands Product (BBP). Daarmee is het de op twee na grootste economie van Nederland 37. De economie in Noord-Brabant kende in 2016 een groei van 2,5% en groeide daarmee harder dan het Nederlands gemiddelde (2,2%). De groei komt voor een belangrijk deel door de sterke exportpositie: Bedrijven in bijvoorbeeld hightech en logistieke systemen exporteren naar alle uithoeken van de wereld. Deze grote systeembedrijven kennen regionaal hun eigen systeem van MKB-toeleveranciers (economische clusters) die meeliften met de groeiende export. De Noord-Brabantse economie is een sterke economie. In de jaren , op het hoogtepunt van de crisis, kromp de economie in Noord-Brabant weliswaar, maar het was de laagste krimp van Nederland (1,5% versus 2,6% gemiddeld). De bedrijfstakken zorg en openbaar bestuur groeiden, en de industrie, relatief groot in Noord-Brabant kende slechts een minimale krimp 38. Innovatiekracht Volgens de Europese Commissie behoort Brabant tot de top van kennis- en innovatieregio s in Europa. Vooral in het bedrijfsleven zit veel innovatiekracht. Bedrijven in de provincie investeren een derde van het totaal aan private investeringen in research en development (R&D) in heel Nederland. Grote bedrijven als Philips, ASML en Van der Lande stellen start-ups en toeleverende MKB-bedrijven in de gelegenheid samen met kennisinstellingen te innoveren, om daar vervolgens samen de vruchten van te kunnen plukken. Deze kleine MKB-bedrijven vestigen zich doorgaans rondom deze grote maakindustrie. In de afgelopen decennia zijn hierdoor in Noord- Brabant sterke regionale netwerken rondom een aantal van deze multinationals ontstaan, ook wel economische clusters genoemd. Onderling werkt zo'n netwerk goed samen waardoor de concurrentiekracht toeneemt. Niet overal groeit het aantal innovatieve bedrijven. De ontwikkeling van (innovatieve) starters in de groothandel is de afgelopen jaren teruggelopen. Tegelijkertijd stijgt het aantal industriële starters 39. Voor de circulaire economie is innovatiekracht onontbeerlijk. De netwerkstructuur in Noord- Brabant, meestal in Triple Helix organisatie, is goed en actief. Dit is goed zichtbaar in de verschillende economische clusters. De circulaire economie, die vanwege de organisationele opgave juist vanuit netwerken, met verschillende partijen multidisciplinair en als totale keten aangejaagd kan worden, heeft hier profijt van. Economische clusters en sectoren Provincie Noord-Brabant onderscheidt een zestal sterke economische clusters 40. Het zijn clusters waar Noord-Brabant stuk voor stuk bij de economische koplopers behoort binnen Nederland of Europa en waar veel innovatiekracht en exportwaarde zit. In West- en Midden Brabant zijn sterke industriële netwerken vertegenwoordigd van Biobased economie, Maintenance en Logistiek, het Noordoosten vertegenwoordigt de clusters Food & Nutrition en Life Science & Medische technologie en Zuidoost Brabant heeft een sterk cluster High Tech Systemen & Materialen pagina Economisch programma Noord-Brabant maart Ons kenmerk /hpo/bpe 70

71 Figuur 19: Sterke economische clusters in Noord-Brabant Naast deze economische clusters kent Noord-Brabant ook andere sectoren die impact hebben op de circulaire economie, met name bouw en infra, en de creatieve industrie. In onderstaande paragrafen beschrijven we deze sectoren en clusters kort. 1. Agrofood Food & Nutrition ofwel agro-food omvat de productie, verwerking en distributie van agrarische producten, inclusief de toeleverende producten (zoals zaden, diervoeding) en diensten (bijvoorbeeld handelaren) die hiermee gemoeid zijn. Er ligt een relatie met de landelijke Topsectoren Agro & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. Landbouwproducten worden verwerkt in de voedingsmiddelen- en diervoederindustrie en in de (bio)chemie. In Noord-Brabant zijn alle schakels in de keten vertegenwoordigd, met circa bedrijven in de land- en tuinbouw en duizend bedrijven in de levensmiddelenindustrie. De Noord-Brabantse levensmiddelenindustrie bestaat bijna volledig uit mkb-bedrijven en verwerkt 22% van de Nederlandse productie. De provincie is de bakermat van een achttal agrofoodtopbedrijven (inclusief retail) met een jaaromzet van elk meer dan 1 miljard. De provincie heeft een nummer 1-positie op verscheidene domeinen van de vollegrondtuinbouw en is topspeler op het gebied van vleesverwerking Validatierapport Circulaire initiatieven Agrofoodsector in Noord-Brabant, Berenschot, september maart Ons kenmerk /hpo/bpe 71

72 2. Biobased Economie (en chemie) De biobased economie (BBE) is het economische cluster waarin de overgang van een economie die draait op fossiele grondstoffen naar een economie die draait op biomassa als grondstof. Dit cluster bedrijven typeert zich als procesindustrie, waarbij hoofdzakelijk bedrijven betrokken zijn vanuit de chemie, biochemie en technologie. Toeleveranties van de biomassa vinden plaats vanuit de voedingsindustrie, landbouw, maar ook waterschappen en openbare ruimte en natuur. Er ligt een relatie met de landelijke topsector Chemie 42. Door het toepassen van bioraffinage kunnen onder andere bioplastics en bioaromaten vervaardigd worden en wordt biogas en biobrandstof geproduceerd. West-Brabant, waar de grootste concentratie biobased gerelateerde industrie zit (en delen van Zeeland, Zuid-Holland en regio Antwerpen) is onderdeel van een industriële regio die, volgens een studie van Deloitte in 2015 de unieke karakteristieken heeft om uit te groeien tot een wereldwijde topregio binnen de biobased economy. Met name op het raakvlak van verwaarding van grondstoffen uit de Agri & food en toepassing ervan richting de chemie liggen grote kansen (green chemistry). In het Deltagebied is er zowel vraag als aanbod van biobased producten, een goede logistieke ontsluiting, en is er voldoende toegang tot stromen uit de Agro & food (voornamelijk stromen uit suikerbieten en aardappels). 3. High Tech Systemen & Materialen (HTSM) Het cluster Hightech Systemen & Materialen omvat een aantal nauw met elkaar verweven maakindustrieën en kennisinstellingen rondom de machine- en systeemindustrie, automotive, lucht- en ruimtevaart en materialen inclusief staal. HTSM is, net als Agro-food en BBE opgenomen in het Topsectorenbeleid. De Nederlandse HTSM-sector is op verschillende terreinen, zoals halfgeleiderapparaten, fotonica, composietmaterialen en nanotechnologie wereldwijd toonaangevend. De HTSM-sector staat met de opkomst van Internet of Things, sensortechnologie en big dataontwikkelingen. Intelligence en robotisering staat aan de vooravond van enorme exponentiële groei. In 2010 al produceerde de 18% in Noord-Brabant gevestigde HTSM-bedrijven voor de hoogste 25% van de totale omzet in deze sector in Nederland 43. In het Noord-Brabantse cluster HTSM, voornamelijk rondom Eindhoven (Brainport) is een sterk samenspel tussen een aantal grote industriële spelers zoals ASML, DAF, Philips, VDL, Océ, FEI en Vanderlande en een netwerk van kennisintensieve 42 Topsectoren zijn gebieden waar het Nederlandse bedrijfsleven en onderzoekscentra wereldwijd in uitblinken. Het bedrijfsleven, universiteiten, onderzoekscentra en de overheid werken samen aan kennis en innovatie, internationalisering, human capital en aan het verminderen van regeldruk om deze positie nog sterker te maken 42. Het ministerie van Economische Zaken heeft negen topsectoren aangewezen: Agri & food, Chemie, Creatieve industrie, Energie, High Tech Materials & Systems (HTSM), Logistiek, Life Science & Health, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en water. Bron: 43 Monitor topsectorenbeleid Nederland, RVO. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 72

73 toeleveranciers zoals NP, Sioux, OTB, de NTS Group en Frencken. Deze toeleveranciers worden in het cluster benut als innovatiepartners. In 2015 was de economische groei van Brainport met 3,0% hoger dan nationaal (2,0%) en is daarmee een van de snelst groeiende regio s van Nederland Maakindustrie De maakindustrie hangt vlak tegen de HTSM-sector aan. De maakindustrie omvat, net als de HTSM sector een aantal bedrijven rondom de machine- en systeemindustrie, automotive, luchten ruimtevaart en materialen inclusief staal. Het verschil tussen beide sectoren kan geduid worden door de inzet van techniek. In de HTSM-sector worden met name complexe technologieën gebruikt, in de maakindustrie is voornamelijk sprake van (toegepaste) mechanica. Dan gaat het bijvoorbeeld om de metaalperstechniek, of de productie van pijp en pijpconstructies of productiemachines voor voeding (productielijnen). Door de toepassing van computers en chips binnen de toegepaste mechanica vervagen de verschillen en de tweedeling tussen beide sectoren lijkt af en toe wat arbitrair. Zo was een auto ooit een puur mechanisch technisch apparaat, maar door inzet van complexe technologie, computers en sensoren is de auto doorontwikkeld naar een high tech systeem. 5. Maintenance en Logistiek Maintenance is het onderhoud van machines, systemen en installaties die gebruikt worden in de chemie, clean tech, proces- en de maakindustrie. Onderhoud en beheer aan deze installaties dragen bij aan verlaging van productiekosten, uitstoot van gassen en het verbeteren van duurzaamheid en veiligheid. Het cluster Logistiek is de sector die zich in Noord-Brabant bezig houdt met overslag, assemblage en doorvoer van goederen vanuit de Havens van Antwerpen en Rotterdam Europa. De logistieke sector betreft vervoer via scheepvaart, spoor en weg. Logistiek heeft ook een relatie met de landelijke topsector Logistiek. De clusters Maintenance en Logistiek in het Westen en Midden van Brabant zijn vooral groot geworden door een aantal sterke industriële systeembedrijven in de chemie, de food- en de procesindustrie. Zij hebben een aanzuigende werking op MKB-toeleveranciers. Door de grootte, de complexiteit van de productielijnen en de exportkracht van deze industriële bedrijven, heeft de maintenance en logistieke sector binnen deze clusters een zeer sterke positie kunnen verwerven. 6. Life Science & Health Life Sciences & Health is een innovatieve en technologieintensieve sector gericht op de gezondheid van mens en dier. De sector bestaat uit bedrijven en kennisinstellingen in onder meer medische technologie, (bio)farmacie en regeneratieve geneeskunde. Hierbinnen vinden vooral hoogwaardige chemie en clean tech processen plaats. Binnen dit cluster liggen verbindingen tussen agro-food, HTSM en maakindustrie. Er ligt een relatie met de landelijke topsector Life Science & Health. 7. Bouw & Infrasector De bouw is de economische sector die zich bezighoudt met het produceren van woningen en andere bouwwerken. In januari 2017 kondigde de bouwsector aan dat zij aankomende jaren een verder stijgende groei verwachten (in 2016 steeg de bouwsector met 7%) 45. Die groei zal ook in maart Ons kenmerk /hpo/bpe 73

74 Noord-Brabant plaatsvinden en dus is er behoefte aan bouwmaterialen. Voor een alsmaar groter wordend deel betreft dit inbreiding in steden en aanpassingen aan bestaande gebouwen. Aanpassingen, hergebruik en herbestemmingen van bestaand vastgoed biedt grote kansen voor koppeling tussen circulair economie, biobased economie en de klimaatopgave. Ook de verplichte verduurzaming van de bestaande gebouwenvoorraad kan kansen bieden voor het aanjagen van circulaire economie. 8. Creatieve industrie Het kabinet wil via het Rijksbreed programma Circulaire economie circulair ontwerpen in Nederland verder stimuleren. De creatieve industrie is hier dienstverlenend aan. De creatieve industrie is ook één van de negen topsectoren van Nederland. De creatieve industrie verbeeldt ideeën, creëert innovaties en biedt oplossingen voor maatschappelijke opgaven. Dit betreft meer dan alleen het ontwerpen van het uiterlijk van een product, maar gaat over het zoeken naar oplossingen waar ook de context en keten onderdeel van zijn, ofwel een het werken vanuit een systeembenadering. Van de creatieve industrie is 13% gevestigd in Noord-Brabant. De aanwezigheid van designopleidingen aan de Design Academy in Eindhoven en St. Joost in Breda en Den Bosch in combinatie met de aanwezige maakindustrie, maakt het potentieel voor de circulaire economie groot. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 74

75 Bijlage 6 De kansen voor een circulaire economie in Noord-Brabant In interviews met captains of industry, in de expert- en stakeholderbijeenkomsten is een aantal kansen naar voren gekomen. Deze staan in onderstaande schema's in samenhang uitgewerkt. De thema's die in de bijeenkomsten aan de orde zijn gekomen zijn: Biomassa en voedsel. Metalen en mineralen. Bouwmaterialen. Consumptiegoederen. Dit zijn grotendeels de prioritaire stromen uit hoofdstuk 3. Hieronder is per prioritaire stroom een visie (de stip op de horizon) beschreven, de specifieke kansrijke aandachtsgebieden en de meest relevante economische clusters. Voor verschillende waardecreaties in de keten (design, productie, onderhoud, hergebruik) worden kenmerkende aandachtspunten genoemd om de transitie te versnellen. De kansen voor waardecreatie werden in de bijeenkomsten veelal heel concreet benoemd. Als laatste worden de belangrijkste netwerkpartners benoemd die voor de transitie rond de stroom van belang zijn. De kansen die worden gezien sluiten voor een deel aan bij de initiatieven op vernieuwing van producties en initiatieven die een stap op weg naar circulaire economie zijn. Onderstaande kaart geeft een overzicht van een aantal perspectiefvolle initiatieven en producties in Brabant. Figuur 20: Circulair innoveren en ondernemen in Noord-Brabant. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 75

76 Biomassa en voedsel Visie: Specifieke kansen: Hoofdcluster: Waarde- creatiekansen Noord-Brabant benut biomassa en voedsel optimaal, beiden worden zo lang en hoogwaardig mogelijk in de keten gehouden en kringlopen zijn gesloten op het niveau van Noord-West Europa. Kringlopen van dierlijk, plantaardig en menselijke biotische stromen zijn bekend, en worden in onderling verband benut voor nieuwe waardecreatie en business. Naast voedselproductie wordt in de landbouw waarde gecrëerd door bijvoorbeeld hoogwaardige toepassingen in de farmacie, waardoor commodity-problemen zijn gereduceerd. Agrarische reststromen van plantaardige en dierlijke productie, menselijke biomassa in afvalwater, restanten uit de voedselindustrie, en biomassa uit natuur, bermonderhoud en de bebouwde omgeving worden zo hoogwaardig mogelijk verwaard met nieuwe businessmodellen en kringlopen zijn gesloten. Biomassa blijft zo lang en hoogwaardig mogelijk in de kringloop, voedselverspilling is tot een minimum beperkt, en het systeem is in harmonie met de omgeving, de bodem en benodigde hulpbronnen. Biobased materialen hebben de plaats ingenomen van op fossiele grondstoffen gebaseerde toepassingen. Noord-Brabant is de hofleverancier bij verkoop van kennis over en levering van datasystemen, technologie en machines voor de productie van hoogwaardige biobased materialen, mestverwaarding, precisielandbouw en slimme voeding systemen. Het tegengaan van voedselverspilling Mestverwaarding Toepassing van biomassa in de biobased economie en ontwikkeling nieuwe markten (plastics, biocomposieten, bouw& infra, automotive etc.) Rioolwaterzuiveringsinstallatiest als grondstoffen en -energiefabriek Food & Nutrition en biobased economie Cross-overs met maakindustrie en bouw, farmacie (life science & health), altijd in samenwerking met HTSM en ondersteund door industriële serviceverlening vanuit creatieve industrie, maintenance en logistiek. Circular design 1. Betrekken van designers bij de herinrichting van de voedselketen en de organische kringloop. 2. circular design inzetten om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen in de voedselketen (bv Hellofresh) 3. verwaarding van mest en andere biotische materialen (biobased economie). 4. Bewustzijn consumeren vergroten Productie 1. Verduurzamen productie- en handelsketens. 2. Duurzaam gebruik van hulpbronnen door precisie-landbouw en slimme voedersystemen. 3. Ontwikkelen regionale teelt. 4. Inrichting regionale alternatieve eiwittenketens. 5. Urban farming en vertical farming. Onderhoud 1. Het verduurzamen van de bodemkwaliteit door biodiversiteit en biologische landbouw. 2. Bewustwording van consumenten over duurzame keuzes, houdbaarheidsdata. 3. Benutten natuurlijk kapitaal, landbouw en beleving van buitenruimte harmoniseren door variatie en faciliteren biodiversiteit. 4. Productiemiddelen en -gebouwen circulair verantwoord inkopen en onderhouden. Hergebruik 1. Vergroten markt en verwerkingscapaciteit biobased economie 2. Verwaarden organische reststroom 3. Retourstromen gebruiken voor nieuwe toepassingen, zoals koffiedrap als voedingsbodem voor oesterzwammen 4. Gebruiken in plaats van doordraaien of 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 76

77 Overige kansen: Netwerkpartijen: 5. Verbinding tussen bbe en maakindustrie versterken Creëren regionale symbiose op het thema Food & Nutrition: groene cirkels, lokale coöperaties, circulaire locaties vernietigen, zoals bij Verspillingsfabriek Hutten. Biobased Delta en BioBoost Oost Brabant, agrarische ketenpartners, Ondernemers, kennisinstellingen en overheden, banken. World Class Maintenance, Dinalog, CLICKNL. Overheden: Gemeenten, waterschappen, Provincie Noord-Brabant Rijk. publieke en private fondsen (waaronder Europees). Kennisinstellingen (MBO, HBO en WO) zoals HAS, WUR, TNO etc. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 77

78 Metalen en mineralen Visie: Specifieke kansen: Hoofdcluster: Waardecreatiekansen Alle metalen en mineralen in, voor en uit de maakindustrie worden hoogwaardig hergebruikt; er worden zo min mogelijk kritieke metalen gebruikt. Daar waar nieuwe grondstoffen nodig zijn, wordt waar mogelijk biobased materiaal gebruikt. Binnen de maakindustrie en high tech worden producten circulair verantwoord ontworpen en zorgen urban-mining installaties voor terugwinning van alle grondstoffen bij end-of-life. Apparaten en machines worden als een service aangeboden, waarbij leveranciers verantwoordelijk zijn en blijven voor de te leveren prestatie en het optimaal verwaarden van hun grondstoffen en producten. Binnen dat toekomstperspectief heeft Noord-Brabant zich ontwikkeld tot de bakermat rond kennisontwikkeling in circulair ontwerpen van producten & businessmodellen en duurzaam produceren onderhouden, reparatie, opwaarderen en hergebruiken (refurbishen) en het terugwinnen van grondstoffen uit gebruikte producten (apparaten/machines). High tech wordt ingezet voor productie en proces. Noord-Brabantse maakindustrie produceert de machines die sorteren, de-assembleren en op grondstofniveau alle materialen in schone mono-stromen opleveren. De Noord-Brabantse maak- en kennis industrie is toonaangevend in het ontwikkelen en aanbieden van technieken, chemie en machines die deze retourstromen weet op te werken tot eersteklas basismateriaal voor nieuwe hoogwaardige toepassingen. Machinebouw: businesmodellen plus service en onderhoud machines. Refurbishing machines en apparaten rondom specifieke bedrijvigheid. Energie en circulaire economie rondom metaal (bijv. zink en andere metalen: Metalot). De regio kan deze activiteiten stimuleren door faciliteiten te bieden waar clusters van bedrijven in die metaal-keten maximaal kunnen opereren en waar machines en reststromen materialen optimaal kunnen worden hergebruikt. High Tech en Maakindustrie (inclusief solar, automotive, maintenance, logistiek en consumentenelectronica. Sectoren waar hier aan gedacht kan worden zijn medische apparatuur, hoogwaardige machinebouw, elektronica en telecom apparatuur. Deze sectoren zijn sterk vertegenwoordigd in Zuidoost Nederland met bedrijven als Philips Medical Systems, ASML, VDL enz. Gespecialiseerd Midden en kleinbedrijf kan deze ontwikkeling aangrijpen om diensten te verlenen in deze keten van refurbishment of zelf deze activiteiten voor producten te ontwikkelen. Circular design 1. Betrekken van designers bij productontwikkeling en productie. 2. circular design inzetten om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. 3. Ontwerpen met biobased materialen 4. Kosten en risico's van beheer en onderhoud bij ontwerp in kaart Productie 1. Circulair verantwoorde electronica en machines in de Agro & Food en de biobased economie 2. Inzetten nonvirginmateriaal in productieprocessen 3. Waar mogelijk als constructiemateriaal biobased materialen ter vervanging van metalen en mineralen Onderhoud 1. Vergroten impact van Smart Asset management middels digitale meet- en regeltechniek just in time preventief onderhoud verrichten. 2. Het inrichten van organisaties voor reparatie, zowel industrieel, professioneel en repaircafés 3. Bewustzijn vergroten Hergebruik 1. Bouwen slimme sorteeren demonteermachines met robotisering en sensortechnieken 2. Inzetten slimme sorteeren demonteerlijnen met robotisering en sensortechnieken. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 78

79 Netwerkpartijen: 5. Design for disassembly 4. Slimme machines maken gebruik van hernieuwbare energie in productieprocessen over duurzaam gebruik, reparatie en hergebruik 4. Opzetten productielijnen gereviseerde apparaten en machines 3. Retoursysteem en retourlogistiek incl. sluitende business case 4. Chemische recycling? 5. Verwaarden metalen reststroom. Maakindustrie, biobased economie (Biobased Delta), groot industrielen en start-ups. SNEW, Van Gansewinkel, Philips, Coolrec, WECycle. World Class Maintenance, Dinalog, CLICKNL. Overheden: Gemeenten, Provincie Noord-Brabant. Publieke en private fondsen (waaronder Europees). Kennisinstellingen (MBO, HBO en WO). 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 79

80 Bouwmaterialen Visie: Specifieke kansen: Hoofdcluster: Waardecreatiekansen Visie: De bouw en infra sectoren in Noord-Brabant werken circulair verantwoord en maakt daarbij gebruik van slimme technologieën. Gebouwen, kunstwerken en wegen worden ontworpen als een grondstoffen depot, dat gedemonteerd moet kunnen worden, met oog op herbenutting van componenten en materialen. Gebruikte materialen zijn biobased, van eco oorsprong en/of non-virgin. Zowel bij bouw als infra wordt het merendeel prefab aangeleverd en als droge bouw gemonteerd. Bouwwerken en ook infrastructurele werken (wegen, bruggen) kunnen (in delen) als een service worden afgenomen, waarbij grondstoffen eigendom blijven van de producenten. Gebouwen en infra zijn energie leverend en op vrijwel alle vlakke, hellende en verticale vlakken aan de buitenzijde, worden zonnecellen opgenomen in de vorm van de nieuwste technieken (bijvoorbeeld geïntegreerde dunne folie op ramen, geveldelen en dak systemen. Wegen, fietspaden en vliegvelden). Bouwwerken worden smart voorzien van regel-, meet- en beheerstechnieken. Er zijn industrieel voorbereide totaalconcepten die op specificatie woonplezier of werkruimte aanbieden, demontabel, vanuit productiemethoden, klantgerichtheid en afwerkingsniveau s zoals bekend uit o.a. de huidige auto-industrie. Middels digitale productiemethoden, zoals 3D printen, wordt gebouwd met lichtgewicht open structuren, in plaats van de massieve zware materialen als beton en stalen balken. Dat bespaart materiaal, transportkosten en energie. Materialen krijgen een vorm geheugen en worden zelf-herstellend. Toepassing van biobased bouwmaterialen en creëren nieuwe markten. Hergebruik van secondair bouwmateriaal en uitbreiden vraag en acceptatie (certificatie). Inpassen circulaire materialen binnen de verduurzamingsopgave in bestaande woning- en utiliteitsbouw, die nu hoofdzakelijk op energie is gericht. (Uitbreiding Nul op de Meter met circulaire materialen etc.). Circulair inkopen door overheden met name in de infra sectoren. Experimenteren met vergaande ketenverantwoordelijkheid aannemers, gericht op verantwoordelijkheid voor totale cyclus van aanleg, beheer en onderhoud aan wegen en de VervangingsOpgave Natte Kunstwerken (VONK), bruggen en viaducten. Bouwsector (Utiliteitsbouw en Infra) Cross-over met biobased economie en maakindustrie, altijd in samenwerking met HTSM en ondersteund door industriële serviceverlening door creatieve industrie, maintenance en logistiek. Circular design 1. Circular design inzetten om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen zoals Product as a Service systemen. 2. Verwaarding van amoveer materialen (bewust gedemonteerde gebruikte bouwmaterialen). 3. Verbinding tussen Productie 1. Prefab en droge assemblage op locatie. 2. Toepassen van non-virgin materialen en gebruikte componenten. 3. Build for disassembly 4. Producenten blijven eigenaar van de materialen en Onderhoud 1. Levensduur verlening door hoogwaardig onderhoud. 2. Smart asset management; middels digitale meet- en regeltechniek just in time preventief onderhoud verrichten. 3. Materialen en Hergebruik 1. Materialen paspoort toepassen. 2. Amoveerstromen hoogwaardig benutten. Oogsten i.p.v. slopen. 3. Grondstoffen marktplaats realiseren 4. Flexibiliteit en multifunctionaliteit van gebouwen 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 80

81 Overige kansen: Netwerkpartijen: biobased economy en maakindustrie versterken, toepassen eco en/of biobased bouwmaterialen. 4. Betrekken van designers bij de herontwikkeling van bedrijfsmodellen en productieketens. 5. Onderhoud meenemen in ontwerp bouw en infra opdat verspilling van tijd en grondstoffen wordt voorkomen. houden verantwoordelijkheid 5. Nieuwe productietechnieken werken met open structuren i.p.v. massieve materialen bouwtechnieken afstemmen op beoogde levensduur van het gebouw. 4. Bouw en infrawerken niet afschrijven, maar blijven upgraden, zodat hun prestatie aantoonbaar hoog blijven. benutten om levensduur verlenging van gebouwen en interieurs te realiseren. 5. Herbestemming van leegstaande utiliteitsbouw. Gebiedsgerichte circulaire ontwikkeling, regionale symbiose door samen te werken met regionale (keten)partners en sluit kringlopen op wijk, stad en regio schaal. Coalitie bouwbedrijven, aannemers, architecten, woningbouwcoöperaties,, steden en provincie. Bouwbedrijven, amoveerbedrijven, New Horizon, architecten. Cirkelstad, Solliance, SPARK, Brainport, Stroomversnelling, Ecodorp Boekel. World Class Maintenance, Dinalog, CLICKNL. Overheden: Gemeenten, Rijkswaterstaat, ProRail, Provincie Noord-Brabant, publieke en private fondsen (waaronder Europees). Kennisinstellingen MBO, HBO, WO. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 81

82 Consumptiegoederen Visie: Specifieke kansen: Waardecreatiekansen Consumenten gooien vrijwel geen afval meer weg. Consumenten consumeren duurzaam. Producenten nemen hun verantwoordelijkheid voor het aanbieden van producten die geen aanslag doen op ons natuurlijk kapitaal, en maken producten waardoor de consument deze duurzaam kan gebruiken (dus bijvoorbeeld met alleen afbreekbare verpakkingen of een retoursysteem voor hergebruik en upcycling). Ze nemen nieuwe businessmodellen af zoals Products as a service (geen bezit maar toegang). Er bestaan twee hoofdgroepen consumentengoederen: 1. Products on Demand; klantspecifieke producten die o.a. met digitale productietechnieken als 3D printen, worden geproduceerd en maatwerk zijn, met een uniek karakter. Deze hebben een hoge emotionele waarde voor de klant en worden niet snel afgedankt. 2. Massa productie, waarbij modulariteit, repareerbaarheid, retourlogistiek, demontage kwaliteit en de terugwin mogelijkheden van de grondstoffen centraal staan bij het ontwerp. Verduurzaming voorkant van de keten Products on Demand; klantspecifiek maatwerk. Products as a service; geen bezit maar toegang tot gebruik Toepassingen van biodegradeble/afbreekbare biobased kunststoffen. Toepassing van hergebruikt plastic, zodat eenmaal toch aanwezig fossiel plastic zo lang mogelijk in de keten blijft (petflessen --> Ionica) End-of-pipe Repareer industrie, waaronder Repair Café varianten en SW mogelijkheden. Refurbishing (SNew) Verwaarden ongesorteerde reststromen uit huishoudens en zwerfstromen in het milieu. Projecten gericht op bewustwording (van bedrijven en consumenten) Maakindustrie Cross-overs met Biobased economie, altijd in samenwerking met HTSM en ondersteund door industriële serviceverlening vanuit creatieve industrie, maintenance en logistiek. Circular design 1. Circular design inzetten om nieuwe businessmodellen te ontwikkelen. 2. Inzet van biobased materialen in de ontwerpen 3. Betrekken van circular designers bij productontwikkeling Hoofdcluster: consumentengoederen Productie 1. Productieketens optimaliseren door slimme machines die gebruik maken van hernieuwbare energie. 2. Verminderen productie van eenmalige gebruiksgoederen. 3. Verpakkingsmiddelen industrie biedt circulair verantwoorde producten en diensten. 4. 3D printen en Product on Demand = klant specifiek maatwerk worden mainstream. Onderhoud 1. Producten worden op repareerbaarheid ontworpen. 2. Er is een repareerbaarheid keurmerk. 3. Stimuleren goed onderhoud om levensduur te verlengen. 4. Consumenten kiezen voor kwaliteit en minder voor wegwerpcultuur, daardoor meer aandacht voor vakmanschap en onderhoud. 5. Deeleconomie sorteert effect op gebruiks- Hergebruik 1. Slimme inzamel-, sorteer en retoursystemen ontwikkelen. 2. Verwaarden reststromen. 3. Upcyclen van retourstromen. 4. Deeleconomie maakt dat meer mensen zelfde product (her-) gebruiken. 5. Luiers worden composteerbaar en leveren een bijdrage aan vruchtbaarheid bodem i.p.v. afvalberg te worden. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 82

83 Daardoor minder bulkgoederen en grote emotionele binding met producten, dus lange levensduur en minder wegwerpcultuur. 5. Plastics zijn biobased. 6. Retourstromen leveren 1 e klas nonvirgin grondstoffen. intensiviteit, waardoor hoge kwaliteit apparaten t.b.v. delen gemaakt gaan worden. 6. Apparaten worden modulair en kunnen in delen aangepast en ge-upgrade worden. 6. Retour matrassen en bedbodems worden deels als componenten, deels als grondstof, opnieuw gebruikt. Overige kansen: Netwerkpartijen: Gedragsbewustzijn creëren en alternatieve handelingsperspectieven laten zien. Duurzaam inkopen. Fossiel plastic zo lang mogelijk in de keten hergebruiken: bijv. hergebruik materiaal van petflessen door Ioniqa. - vergroening chemie. - bio-composieten. Philips, CircuLuier, Biobased Delta, 3D print industrie, winkelketens. Overheden: Gemeenten. Provincie Noord-Brabant. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 83

84 Onze contactgegevens KplusV Vestiging Arnhem Postbus JB Arnhem Westervoortsedijk AV Arnhem T +31 (0) Vestiging Amsterdam Postbus BS Amsterdam Science Park H Amsterdam T +31 (0) E info@kplusv.nl I Thema's 84

85

86

87 Overzicht van de i s t situatie van circulaire economie in de provinciale Bijlage 3 van Strategische verkenning circulaire economie in Noord-Brabant Opdr ac ht ge v e r : Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017 Ons kenmerk /hpo/bpe org Kpl us V

88 KplusV

89 Overzicht van de istsituatie van circulaire economie in de provinciale Bijlage 3 van Strategische verkenning circulaire economie in Noord-Brabant Opdrachtgever: Provincie Noord-Brabant Arnhem, 27 maart 2017 Ons kenmerk /hpo/bpe Contactpersoon: Karlijn Bakker k.bakker@kplusv.nl KplusV

90 Inhoud Contactpersonen 5 Biobased Economy 6 Energie 8 UBA - Agrofood 11 UBA - Mestbeleid 14 Brabant: uitnodigend groen (BrUG) 17 Provinciaal Milieu en Water Plan (PMWP) - Groene Groei 19 Provinciaal Milieu en Water Plan (PMWP) Water 21 Infrastructuur, Beheer en Onderhoud 25 Slimme Mobiliteit 28 Ruimte 30 Werkplaats De Gruyter 32 Economisch Programma 34 Onze contactgegevens 37 4

91 Overzicht van de ist situatie van circulaire economie in de Deze bijlage bevat de ist situatie waarin is aangegeven hoe relevante lopende van de Provincie Noord-Brabant zich verhouden tot een aantal aspecten van de circulaire economie. Contactpersonen In de onderstaande tabel staan de contactpersonen die zijn geraadpleegd om de ist situatie van circulaire economie in de provinciale programma s te beschrijven. Programma Contactpersonen 1. Biobased Economy (Uitvoeringsagenda Biobased Delta en BioBoost ) Waldo Maaskant 2. Uitvoeringsprogramma Energie Teun Meulepas 3. Uitvoeringsagenda Brabantse Agrofood (UBA) - Agrofood algemeen Aanvankelijk Ton Cornelissen (uit dienst), overgenomen door Annelies Schoenmakers 4. UBA - onderdeel Mestbeleid Mathilde Mollenhorst, Jan Buys 5. Brabant: uitnodigend groen (BrUG) Harrie Vissers 6. Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) Eward Heijmans, Wout de Vogel pijler Groene Groei 7. Provinciaal Milieu- en Waterplan (PMWP) Sas Terpstra thema Water 8. Infrastructuur, Beheer en Onderhoud Marco van Dorst 9. Slimme Mobiliteit Marco van Dorst 10. Ruimte Rick van den Berg (Omgevingsvisie Eenbergen (Leegstand) 11. Werkplaats de Gruyter Martin Bakker 12. Economisch programma Paul Apeldoorn en Dick de Jager (algemeen), Bart van der Sande (Maintenance), Dieuwke Piebenga (Logistiek), Bob van Dijk (HTSM) 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 5

92 Biobased Economy Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekom stbestendigheid/e ficiënti e van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Biobased vanuit optiek uitvoeringsagenda Biobased Delta en BioBoost Oost Brabant Ja Sluiten van groene kringlopen in de biobased economy. Voor Biobased Delta: hernieuwbare groene grondstoffen nemen de rol van eindige, fossiele grondstoffen over. Uitvoeringsprogramma Biobased Delta Het uitvoeringsprogramma van de provincie is een aanjager voor een gezamenlijke inspanning van Triple Helix partijen in de regio die uiteindelijk moet leiden tot een beoogd investeringsvolume van 600 miljoen vanuit de markt (periode ). Daarbij is het doel nieuwe banen tecreërenen15.000(toekom stbestendige)banente behouden Tevens wordt hiermee toegewerkt naar een groene(re) chemie en een extra verdienmodel voor de agrarische sector. Focus op economische kant van CE. Zuidwest Nederland heeft een uitstekende uitgangspositie om uit te groeien tot een toonaangevende biobased economy regio in de wereld. Dit dankzij het grote aantal agro en chemische bedrijven, de strategische ligging tussen twee wereldhavens, een sterke logistieke sector en de beschikbare kennisinfrastructuur. Het bij elkaar brengen van partijen, het stimuleren van kansrijke initiatieven en het doen van gerichte investeringen, bijvoorbeeld in de Green Chemistry Campus, maar ook via het Biobased Brabant Fonds in nieuwe kansrijke kennisintensieve bedrijven. De inspanningen van de provincie zijn erop gericht samen met ontwikkelbedrijven, kennisinstellingen en bedrijven nieuwe biobased ketens, clusters en toplocaties te ontwikkelen. Dit om grootschalige investeringen van bedrijven in de Biobased Delta mogelijk te maken. 1) SugarDelta: vergroten van de economische waarde van suiker. 2) Redefinery: hout(snippers) omzetten naar suiker en lignine. 3) Biohorizon: productie van bio-aromaten uit biomassa en afval. 4) Regionale agenda: focus op mkb. 5) Investeringen in ontwikkeling Toplocaties, zoals Green Chemistry Campus. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 6

93 Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: 3 fte voor team Biobased Economy 9,1 miljoen in fondsen voor uitvoeringsprogramma Biobased Delta Samenwerking met: Energie, Innovatie, deelnemingen, werklocaties, Infra, Natuur en Milieu, Water, Bodem, inkoop/subsidies, internationalisering, Innovatie AgroFood. Weten iedereen goed te vinden, en andere programma's hen ook. Belangrijk om taken goed af te stemmen met Groene Groei en Energie. Breed front uit Triple Helix, met Stichting Biobased Delta (trekker), REWIN, gemeente Bergen op Zoom, SABIC, SuikerUnie/Cosun, DOW, Akzo, Bayer, Cargill, Mars, IKEA, Centre of Expertise BBD (Avans), Natuurvezel Applicatie Centrum (NAC), Kleurenapplicatie centrum (KLAC), Biopolymeren Applicatie Centrum (BAC). Kennisinstellingen zijn ook sterk aangesloten (VITO, TNO, TU/e, TU Delft, WUR, ECN) Programmalijnen ontwikkeld, start gemaakt ontwikkeling toplocaties (GCC, Nieuw Prinsenland, Moerdijk, applicatiecentra), Green Chemistry Campus opgericht, Stichting BBD opgericht, 13,5 miljoen investering provincie > 25 miljoen cofinanciering -> 200 miljoen investeringen van bedrijven. Belangrijkste succes: Triple helix rond Biobased. Vormt een samenwerkingscluster over drie provincies (Noord-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland). Bedrijven in the lead! Daarbij uitgaan van de kracht en bestaande sterkten in de regio. Hebben veel gedaan gekregen op enthousiasme van netwerk, zonder contracten als leidraad of dwangmiddel. Daarbij sterke combinatie van afzetmarkt, grondstoffen, logistiek en ondersteuning Triple Helix Nu volwassenheid Biobased industrie toeneemt, stijgt ook de invloed van professionele contracten en relaties, hetgeen een risico vormt voor de 'in kind' structuur en enthousiasme dat Biobased zo ver heeft gebracht. Voor het werk in het provinciehuis zal het ook zal het lastiger worden om dubbeling in taken te voorkomen als CE echt provincie-breed wordt opgepakt. De financiering vanuit het bedrijfsleven in verhouding tot het ambitie niveau van de St. Biobased Delta vormt een potentieel struikelblok. Consortium rond Biobased is gevormd, moeten nu richting opschalen. Economische groei vanuit CE en Biobased Economie; grote kansen rond uitbouw chemie en energie. De Biobased Economy is integraal onderdeel van de Circulaire Economie. Waldo Maaskant 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 7

94 Energie Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Energie Nee Een definitie van CE bestaat niet binnen de afdeling, maar al het dagelijks denken ademt CE. Omdat in de opvatting (let wel, geen definitie!) van CE zowel de pure materiaal kwestie (bijv. energieproductie) als de gebruikskwestie (bijv. de deeleconomie) worden meegenomen, is eigenlijk de gehele uitvoeringsagenda circulair gedachtegoed. Uitvoeringsprogramma Energie doel, maar als middel (algemene doel is het tegengaan van de opwarming van de aarde). Economische relevantie van CE De focus gaat uit naar de duurzaamheidskant. Dit uit zich activiteiten onder andere in de keuze voor het meer stimuleren van Karakterisatie van doel sociale beweging (bijvoorbeeld introduceren activiteiten; tracht men hier eigenaarschap van lokale bewoners bij nieuwe specifiek nieuwe economische windmolenpark langs de A16) t.o.v. 'harde' kennis subsidie kansen mee te ontwikkelen of voorheen. Zien in de energiestransitie wel een optimaliseert men de economische kans voor Brabant. toekomstbestendigheid/eficiëntie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Diverse rol als verbinder, bewustmaker en investeerder, spelend binnen 5 kernthema's: 1) Gebouwde omgeving 2) Smart mobility 3) Energieneutrale industrie 4) Energieke landschappen 5) Energyfarming In de thema's belangrijke rol voor de doorsnijdende ambities 'sociale innovatie' (beoogd dat de vruchten van werkzaamheden bij maatschappij terecht komen) en 'disruptie' (nu doen wat we nu kunnen, maar met oog voor systeemverandering op lange termijn). Exemplarische projecten Innovatie verdeeld over heel veel kleinere en grotere thema's. Kleinere thema's zijn veelal zeer vooruitstrevend, met grote potentie op de lange termijn (bijv. deelauto concepten). Grote projecten als "Nul op de meter" zijn qua principe meer bekend, maar zijn door hun schaal en uitvoering ook als innovatief te benoemen, met een grote directe impact op het energielandschap. CE zit impliciet in deze thema's verweven. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 8

95 Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst 0 fte specifiek op CE, maar 100% van Energie's fte zijn dagelijks werkzaam met CE aspecten. Geintregeerd in standaard procedures (onbewust bekwaam). Voor het hele Energieprogramma is een budget van 30 miljoen gereserveerd. Door de verwevenheid van CE in het gedachtegoed van Energie is dit niet verder te specificeren voor alleen CE. Samenwerking met: teams Biobased, Innovatie, AgroFood, Infra/mobiliteit, Natuur en Milieu (Groene Groei/Landschapsonderhoud), werklocaties, Internationalisering, inkoop/subsidies, cluster ruimte. Binnen het energieteam zitten mensen uit verschillende beleidshoeken. Energie is bij uitstek een programma dat de hele maatschappij raakt, en eigenlijk iedereen nodig heeft. Op organisatiegebied is de Brabantse Energie Alliantie, waar wij zelf ook deel van uitmaken, een belangrijke partij. Op kennisgebied is Solliance een zeer vooruitstrevende partner. De energieagenda heeft veel opgeleverd en doet dat nog steeds. Denk aan de succesvolle uitrol van de laadinfrastructuur voor elektrisch rijden, de ontwikkelingen op biobased gebied of het vooruitstrevende Solliance. Wehebbendekennisendekundeénwehebbendesterke sociale innovatiekracht die nodig is om daar ook iets mee te bereiken. Sterke afhankelijkheid van maatschappij. Het is niet altijd binnen invloedsfeer van provincie om daar iets aan te doen. Een ander probleem is de prijs van fossiele energie; de niet-circulaire handelswijze is daardoor te goedkoop, en vormt een hindernis voor de transitie naar duurzame energie. In het algemeen zitten de grootste kansen, zowel qua impact als aansluiting bij CE gedachtegoed, in de tactische disruptie lijn. Daar zit de systeemverandering waarmee je echt meters maakt. Urgentie energietransitie is overal zichtbaar; grote kans voor Brabantse high-tech maakindustrie om hier op in te spelen. Eervolle vermeldingen voor Biobased (vanwege interessant CE potentieel, al is dit reeds redelijk goed aangehaakt bij Energie) en Smart Green Mobility (enorm potentieel door voetafdruk transport; 20-30% landelijk energieverbruik). 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 9

96 Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Als je iets van onderuit de samenleving wil laten ontstaan, zorg dan dat je met overheidsinmenging de energie in de maatschappij houdt. Uitkijken dat we niet te vroeg/te snel/tegeïsoleerdonszelfuitroepentoteigenaarvaneen probleem, tenzij we als provincie bereid zijn om die rol dan ook ten volle te vervullen. Teun Meulepas 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 10

97 UBA - Agrofood Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/eficiëntie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol UBA vanuit optiek AgroFood Ja De noodzakelijke transitie in de agrofoodketen kan alleen plaatsvinden als de gehele keten in samenhang verandert. Daarbij leggen we de focus op Noordwest-Europese schaal. Door samen de transitie op te pakken en stap voor stap ketens te sluiten zal uiteindelijk elk onderdeel waarde toevoegen. Denk aan zaken als mestverwaarding, bodembeheer en het sluiten van de keten bij retail en consument. CE is 1 v/d 6 pijlers binnen AgroFood, maar heeft nog geen uitontwikkelde programmalijn. Begon als sluiten van kringlopen (mest), maar is heeft een gegeven moment de titel CE gekregen omdat het met ontwikkelingen als vitale bodem, meervoudige verdienmodellen binnen boerenbedrijf en high-tech AgroFood producten verder ging dan dat. Ambities omtrent CE komen voor een aanzienlijk deel voort uit wens om landbouwsector een toekomst te geven. CE is daarin de noodzakelijke verbinding tussen natuur, milieu en leefomgeving enerzijds, en economie anderzijds. De aanpak van voedselverspilling heeft een rechtstreekse link met waardevernietiging in de maatschappij en het voorkomen van onnodige belasting van de voedselproductieketen. De provincie neemt vooral een verbindende en stimulerende rol. We sluiten strategische allianties met ketenpartijen en maatschappelijke partners. Voorbeelden daarvan zijn: - Project KringloopToets: een samenwerking tussen Agrifirm, ForFarmers, Vitelia, Nevedi, de ministeries van EZ en IenM, het RIVM, de BMF, Stichting Natuur en Milieu en de provincie. - Rondom mest is een dialoog gevoerd met BMF, ZLTO, samen te komen tot een gedragen uitwerking van het mestbeleid. In het project Lokale waardeketens werken we samen met primaire producenten en supermarkten aan het verkorten van de keten. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 11

98 Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst 1) Source Shakers project: heeft als doel het tegengaan van voedselverspilling bij bedrijven, door middel van het vormen van een community voor wederzijdse hulp en kennisuitwisseling. Ook geeft het een podium aan innovatieve oplossingen en functioneert men als matchmaker voor bestemmingen voedselreststromen. 2) Zie de projecten genoemd onder het onderwerp "Werkzaamheden" hierboven. Zowel capaciteit als budget vastgelegd in begroting etc. vanuit UBA. Vanuit UBA worden verbindingen gelegd met andere werkvelden binnen het provinciehuis. Dat gaat niet altijd gemakkelijk omdat elk werkveld zijn eigen doelstellingen kent en daarvoor zijn eigen aanvliegroutes heeft. Diverse partijen uit de Multiple-Helix. CE is een belangrijke pijler aan de ontwikkelkant van de UBA, maar heeft nog niet zozeer gestalte gekregen. We hebben een urgentie, maar zijn niet uniek. Dat gezegd hebbende, is de Brabantse bestuurscultuur van samen optrekken en daadkracht een sterk punt, en is urgentie ook juist een kans om dingen echt anders te doen. Groot deel van oplossingen voor landbouwsector in het afgelopen decennium zijn 'end of pipe' geweest. Over de gehele linie nog te weinig oog voor de optie van systeemverandering. Krimp kan daar een onderdeel van uit maken. Circulariteit kan er voor zorgen dat het klassieke landbouwbedrijf verandert naar een meer "compleet boeren". Met ander woorden: dat het bedrijfsinkomen bestaatuitmeerdanééninkomstenbron,waardoor risicospreiding optreedt. Het moeilijk bespreekbare "krimp" (bijvoorbeeld in de zin van dieraantallen) wordt veel minder beladen als de inkomsten op bedrijfsniveau, bijvoorbeeld via CE, zijn gediversifieerd. Er ontstaan soms frustraties bij natuurorganisaties over landbouwsector, die het missen van doelen voor natuurwaarden wijten aan landbouw. Belangrijk om te laten zien dat probleem niet opgelost kan worden door de duimschroeven verder aan te draaien bij de sector; systeem an sich moet veranderen. Dat vraagt een constructieve houding van meerdere partijen. Voor de lange termijn toekomst moeten we ons richten op innovatieve bedrijven die het systeem opnieuw uit durven te vinden. Contacten met ondernemers binnen bijvoorbeeld Darling Ingredients, Etekin en Big Developments zijn daarvoor voor de provincie cruciaal. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 12

99 Belangrijkste boodschap De landbouw is nog teveel gefocust op zijn eigen problemen en kijkt daardoor te weinig naar buiten. Met sommige individuen gaat het goed, met de sector als we hebben niet eens een kruiwagen". Breng landbouw in de positie om de stap voorwaarts te maken. Positioneer koplopers zo dat zij ook als pull-factor kunnen fungeren voor de grotere groep twijfelende volgers. Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Ton Cornelissen en Annelies Schoenmakers 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 13

100 UBA - Mestbeleid Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficienti e van reeds bestaande taken? UBA vanuit optiek Mest Ja, Kringlopen sluiten op NW-Europese schaal (zie Actualisatie UBA). Actualisatie UBA We gaan voor een sector die duurzaam produceert en die de ketens op Noordwest- Europese schaal sluit. Bij een nieuw type AgroFood hoort ook dat we mest niet louter zien als afval, maar als kans tot het verwaarden van nieuwe producten, energie en een -2019). Bestuursakkoord 'Beweging in Brabant ' In de Uitvoeringsagenda Brabantse Agrofood streven we naar landbouw als onderdeel van een circulaire economie. Voor het sluiten van kringlopen is mestbewerking een belangrijke stap. Tegelijkertijd is het nodig om in delen van Brabant te borgen dat de omvang van de veestapel niet verder toeneemt, zodat daar de beoogde kwaliteit van de leefomgeving bereikt kan worden en de beschikbare milieugebruiksruimte evenwichtig over de verschillende economische sectoren kan worden verdeeld (zie Statenmededeling mestbeleid). Statenmededeling Mestbeleid Duurzaamheid (planet) en economie (profit) zijn redelijk in balans in de werkzaamheden. Het is vooral de 'people' kant waar men operationeel het minst in zit. Uiteindelijk moeten people, planet en profit alle drie op een duurzaam niveau in evenwicht zijn. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 14

101 Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Los van de veestapel kwestie, is er in theorie genoeg markt in NW-Europa om alle in Brabant geproduceerde mest kwijt te kunnen, alleen klopt de business case (financieel, energetisch en logistiek) nog niet. Er is een markt die eerst ontgonnen moet worden om mest te verwaarden. Proberen te faciliteren dat die markt zich ontwikkelt en dat de goede producten op de markt komen. o Hebben 5 actieplannen gemaakt die werkzaamheden inkaderen - Actieplan emissie arme mest - Actieplan marktonderzoek, productontwikkeling en verkoop - Stimuleren koplopers - Vakmanschap en omgevingsmanagement mestbewerkers - Vergunningverlening, toezicht en handhaving faciliteren o Wij gaan niet over drijfmest uitrijden, maar willen toe naar een situatie waarbij er geen drijfmest meer wordt uitgereden. Keuze voor bemesten moet vanuit bodemkwaliteit gebeuren. o Vooral bezig met agenda maken voor mest BEwerken, i.p.v. VERwerken. Op het moment wordt alleen verwerkingscapaciteit vergund (behelst veelal het onttrekken van mest aan Nederlandse landbouw). Nu nog geen exemplarische projecten op mestbewerking, maar het nieuwe beleid maakt projecten mogelijk. Qua locatiekeuze (niet qua ver- / bewerking) is lokale mestverwerking door MACE (Minerale Afzet Coöperatie Elsendorp) een invulling van het toekomstige beleid. Nu de fase om beleid en actieplannen werkelijkheid te laten worden. Provincie heeft daarin een sterk faciliterende rol, willen dat projecten er nu gaan komen. Faciliteren gebeurt door partijen bij elkaar te laten komen. 1,5 fte Budget is onderdeel van circulaire economie binnen totale AgroFood-budget, moeilijk apart te ramen In het interne multidisciplinair team dat het nieuwe mestbeleid heeft voorbereid, zat Waldo Maaskant (biobased economy). Bij de uitvoering wordt ook samenwerking gezocht met actieplan Vitale Bodem (natuur, water en milieu/ PWMP). Men werkt met een expertteam met een breed aantal partijen uit de Triple Helix, inclusief de provincie. De volgende partijen zijn belangrijke partners, al dan niet via het expertteam: ZLTO, BMF, BBMB (Burgerplatform Minder Beesten), POV (Producentenorganisatie Varkenshouderij), Rabobank, Waterschappen, gemeenten, stuurgroep dynamisch platteland, mestbewerkers. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 15

102 Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: CE stond al als thema in vorige UBA (Uitvoeringsagenda Brabantse AgroFood 2020), maar er wordt pas sinds eind 2015 serieus werk van gemaakt. Afgelopen jaar is er een studie uitgevoerd naar het sluiten van kringlopen op Noord- West Europese schaal. Dit geeft richting. We hebben in Brabant heel veel mest. Dit vormt een gevestigd belang, en veroorzaakt nu ook overlast omdat het niet goed geregeld is. De kracht daarin is dat we via een overlegmodel beweging in de zaak hebben gekregen (i.p.v. via conflictmodel). Dit heeft ons ook een technologisch/kennisvoordeel gegeven dat potentieel vermarkt kan worden. Dit gaat heel breed en over de grenzen heen, internationaal wordt er zelfs om mest geconcurreerd. Maar hierdoor hebben we dus ook heel ondernemende markt gekregen! o Moeten ons ook buigen over wat grenzen betekenen voor mest. Wordt van alles en nog wat getransporteerd, maar is dat nou erg? De economie van het geheel is de grootste belemmering. De veesector is gekenmerkt door lage marges, weinig kapitaal en weinig contact met de grote bedrijven die wel serieus business kunnen ontwikkelen. Vraagarticulatie moet beter worden. Zouden als provincie moeten zorgen dat het straks het daadwerkelijk sluiten van kringlopen wordt en niet mestbewerkers komen die echt op die NW-Europese markt inspelen. Kunnen alleen die markt niet voorschrijven en moetennietdeondernemerwilenzijn.moetenwélde agenda zetten. Links en rechts er nog wel tijd en geld in steken. Voor de lange termijn gaat het om innovatie van het hele systeem (voer, stal, mest). En in het verlengde daarvan bodem, retail en consument. De uitdaging van het moment is om industriele mestbewerking op commerciele manier van de grond te krijgen, in samenwerking met kennisinstellingen en met ondernemers voorop. Mestbewerking op geschikte locaties draagt bij aan een veehouderij die duurzaam produceert en die de ketens op Noordwest-Europese schaal sluit, innovatie in veehouderijsystemen en een gezonde bodem. Mathilde Mollenhorst, Jan Buys 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 16

103 Brabant: uitnodigend groen (BrUG) Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficienti e van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Capaciteit & budget Natuur (Brabant: uitnodigend groen (BrUG)) Nee Geenoficiëledefinitie;welalgemeenbesefvannatuurlijke kringlopen en dat deze sluitend maken belangrijk is voor een gezonde natuur en leefomgeving. Geen letterlijke doelstellingen. Indirect wel, door reststromen uit de natuur in te zetten als nieuwe grondstof en hiermee inkomsten te genereren / kosten te reduceren, met als uiteindeijk doel om de natuur financieel zelfredzamer te maken. Belangrijk aandachtspunt daarbij is de verwaarding van biomassa uit natuurgebieden. Kostendekking voor beheersactiviteiten komt voorop; zonder uitbreiding naar markt is dat meer een duurzaamheidsmotief dan economisch motief. Hebben concrete ambitie om meer te halen uit verwaarden reststromen biomassa uit natuurgebieden. Nu ook al activiteiten, bijv. het herontdekken nieuwe waarde van oude grondstof (Populierenfonds) en nieuwe grondstoffen (bermgras & natuurwol). Daarnaast kan CE voor ondernemers aanleiding zijn om gewassen te telen waaraan ook baten voor biodiversiteit te koppelen zijn. Een paar voorbeelden van waardoor gewa senbiodiversiteitbeïnvloedenisdoor de structuren die ze achterlaten in het landschap, effecten op bodemkwaliteit en door verschillende oogst- en groeimomenten. Voorkeur ligt bij activiteiten met directe impact op handelswijze provincie. Voorzichtig zijn met pilots. Als wel pilots gebruikt worden (kan nodig zijn) dan maken deze onderdeel uit van het proces van een (kosteneffectieve) ontwikkeling van nieuwe natuur en/of beheer van bestaande natuur. Het betrekken van circulaire economie staat dus ten dienste van het doel om het natuurnetwerk Branbant te realiseren en te beheren tegen aanvaardbare kosten. 1) New Foss (hoogwaardige toepassing grasmaaisel) 2) WOOLS (hoogwaardige toepassing natuurwol) 3) Biopolis project van Waterschap de Dommel (natuurlijke waterzuivering in de stad) 4) Interreg project 'Natuurlijk groen als grondstof' (diverse partners, w.o. bedrijfsleven) project 'Natuurlijk groen als grondstof' (totale projectomvang: 5 mlj). Daarnaast is er een financiering ftegeïnvesteerdineenprojectoverkringlooplandbouw. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 17

104 Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Goede wisselwerking met Biobased en Economie. Ruimte wordt aangehaakt waar nodig, maar twijfels of dit genoeg gebeurt. Nieuwe Omgevingswet nu nog te abstract; werken liever samen vanuit projectverband. Algemeen tevreden met samenwerking, al kan de interactie bij vlagen nog wel wat intensiever. Terreinbeherende organisaties (Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer, LandschappenNL), waterschappen en ZLTO zijn cruciale partners voor bereiken toekomstdoelen. Relaties zijn vraagafhankelijk, maar werken wel goed twee kanten op. CE nog heel jong. Pas goed op de radar gekomen met kostenreductie van 5-6 jaar geleden (aangezet door Henk Bleker). Bezuinigen hebben nieuw besef gecreëerdover waarde natuur; kansen ontdekt uit noodzaak. De 'keukentafel', ofwel dingen samen oplossen. Bereidheid om te verdiepen in elkaars belangen en meestribbelen i.p.v. tegenstribbelen. Geen structurele belemmeringen binnen invloedsfeer provincie. Wel mogelijk problemen te verwachten met ecologen en belangengroepen m.b.t. natuurontwikkeling van nieuwe soorten landschap met een grotere economische waarde (bijvoorbeeld als grondstoffenleverancier). Dit is een gevoelskwestie in de maatschappij. Grotere rol voor biomassa in verbeteren van natuurlijke bodemprocessen in landbouwgebieden, in verwaarding en kostenreductie natuurnetwerk. Bovendien kan CE de betekenis van natuur in een nieuwe context plaatsen; veel processen in de natuur kunnen een belangrijke inspiratiebron zijn voor onderdelen van de circulaire economie Landbouw oefent veel druk uit op natuur. Brabants probleem met mest in het bijzonder; gaat het wel voldoende mee in alle ontwikkelingen? Moeten zorgen voor hoogwaardige toepassingen. ZLTO ziet CE als strategie om huidig systeem in stand te houden, getuigt van (te?) weinig innovatiedrang. Harrie Vissers 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 18

105 Provinciaal Milieu en Water Plan (PMWP) - Groene Groei Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficientie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Capaciteit & budget PMWP vanuit optiek van de pijler Groene Groei Nee Geenoficiëledefinitie; wel algemeen besef van natuurlijke kringlopen en dat deze sluitend maken belangrijk is voor natuur, milieu, water, duurzaamheid en gezondheid. Gehanteerde uitleg: - Kringlopen sluiten; - Grondstoffen langer en hoogwaardiger in de keten houden. CE komt in het PMWP het sterkst tot uiting in projecten rondom Groene Groei, zowel de grijze als groene kant van hetcesysteem àlaelenmacarthurfoundation(recycling, verwaarden huishoudelijke en groene reststromen, ketenaanpak, bouw, e.d.). Hebben daarbij geen concrete meetbare doelstellingen. De CE wordt benaderd vanuit het perspectief van natuur, water en mileu. Bij de uitwerking naar doelen en resultaten wordt nadrukkelijk ook de profit- en peoplekant betrokken. Dit past bij de filosofie van de Dynamische Uitvoerings Agenda van het PMWP, waarbij uitnodigend werken en werken in allianties met derden wordt nagestreefd. Het ontwikkelen van een CE hangt nauw samen met verwaarding van reststromen en met het ontwikkelen van nieuwe business modellen, Bij elkaar brengen van partijen, het stimuleren van kansrijke initiatieven en innovaties, en gerichte investeringen. Hierbij worden bedrijfsleven en kennisinstellingen betrokken. Pakken in veel gevallen een rol als participerende partner voor de maatschappij. Kernthema's in de werkzaamheden zijn: 1) Verwaarden organische reststromen 2) Lokale ketenaanpak 3) Huishoudelijke reststromen 4) Bouw en Infra 1) Green Deal Biobased producten in de openbare ruimte 2) Pilots innovatieve inzameling en verwaarding huishoudelijke reststromen 3) Ecodorp Boekel 4) Betonakkoord BrabantStad 5) GreenTech en Biomassaplein Brabant 1 fte, verdeeld over 3 mensen. Budget bedraagt 5 miljoen voor Groene Groei (GG kan vrijwel geheel als CE-gerelateerd worden gezien). 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 19

106 Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Projectmatige samenwerking rondom PMWP verloopt goed, maar er is wel behoefte aan versterking CE-identiteit in het PMWP / N&M om meer structurele verbanden te leggen met andere programma's en ontwikkelingen 'buiten'. Mede hierom wordt nu gewerkt aan een parallel spoor: Agenda Groene Groei Zeer breed netwerk, met grote diversiteit. Zijn zeer naar buiten gericht, maar missen de personele capaciteit om alle vragen van buiten te beantwoorden. Hebben daarbij een grote diversiteit aan gesprekspartners, van ZLTO tot industrie tot mkb ondernemers; ook nationaal en internationaal. Hechten grote waarde aan Triple Helix. Kringloop principe van CE zit verweven in natuurlijk systeem waarbinnen PMWP speelt. De kunst is nu om de overgang te maken van een controlerende organisatie met een rode pen, naar een meedenkende en participerende organisatie met een groene pen. Dit past bij het streven van de Dynamische Uitvoerings Agenda van het PMWP om uitnodigend en in allianties te werken. We krijgen samenwerkingsvormen voor elkaar! De quadruple helix wordt breed ingezet. Moeten als provincie genoeg buiten komen, met de juiste mensen. Daarvoor is meer capaciteit nodig. Ligt ook nog belangrijke taak om nieuwe manier van denken (groene pen in plaats van rode pen) sterker te verankeren in eigen afdeling. Volop kansen op het gebied van innovatie: niet alleen gericht op het sluiten van ketens, maar ook op het innoveren van samenwerkingsverbanden, processen, nieuwe business modellen en systeemdenken. Als je naar buiten toe gericht wil zijn, richt daar dan ook je organisatie op in. Daarbij zijn zowel kwantitatieve capaciteit (manuren) als kwalitatitieve capacteit (hebben we de juiste 'insides' kleuren?) belangrijk. Eward Heijmans, Wout de Vogel Opdrachtgevers: Trees Swaans, Sas Terpstra 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 20

107 Provinciaal Milieu en Water Plan (PMWP) Water Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen PMWP vanuit optiek van het thema Water Nee Geenoficiëledefinitie;welurgentbesefvanwaardevan kringlopen en dat gesloten kringlopen belangrijk zijn voor water, natuur, milieu, maar vooral indicatief voor duurzaamheid (ook economisch/welvaart) en gezondheid (welzijn). Water is zowel grondstof als drager van grondstoffen. En daarmee bij uitstek materie die in relatie moet worden gezien tot het gebruik. Gebruiksfuncties kunnen daar gebruik en misbruik van maken; als provincie streven we dan ook naar duurzaam beschermen en benutten (van zowel grondwater als oppervlaktewater). Deze doelen helpen om de randvoorwaarden voor een circulaire economie in te vullen; voldoende water van een geschikte kwaliteit is cruciaal voor de landbouw, industrie en samenleving als geheel. Grondwater: kerntaak en -doelstelling is dat de (strategische) grondwatervoorraden op orde zijn (bescherm enénbenu ten).benu tingennatuurlijke aanvulling moeten zonder meer in balans zijn. Beleid legt nadruk op principes die ook CE principes zijn, op de eerste plaats vermindering watergebruik en op de tweede plaats zuinig gebruik en hergebruik. Hierbij is de ambitie om geen vervuiling, maar waarde toe te voegen. In uiterste geval wordt toevlucht gezocht tot het compenseren van negatieve effecten (denk aan lokale verdrogingeffecten). Oppervlaktewater: waterkwaliteit op orde is een indicatie dat het (agrarisch) gebruik duurzaam op orde is. Dit is nog niet het geval en de verwachting is dat waterkwaliteit zeer lastig te realiseren is. Gebruiksnormen (mest) en waterkwaliteitsnormen lijken nog onvoldoende operationeel afgestemd. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 21

108 Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficientie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Primair vanuit 'planet' (duurzame leefomgeving) ingestoken. Leggen daarbij wel link met de maatschappelijke omgeving, waarin welzijn en economie/welvaart belangrijke onderwerpen zijn. We willen af van overbenutting of eenzijdige benutting (grondwater). CE betekent dat de dualiteit die nu bestaat tussen beschermen en benutten wordt opgeheven. Een onttrekking hoeft dan niet langer gerechtvaardigd te worden, want is in balans met strategische watervoorraden en zorgt niet voor eenzijdige belasting. Die opheffing van de dualiteit geldt voor de waterkwaliteitskwestie; als door verwaarding (doorgaans door onttrekking) van grondstoffen in water de natuurlijke balans herstelt wordt, dan hoeft een belasting van de waterkwaliteit door economische activiteiten niet noodzakelijk meer een beschermingsprobleem te zijn. Op een meer praktisch niveau wordt het economische belang van water voor CE samengevat in de volgende 4 hoofdpunten: 1) In het natuurlijk systeem leveren grond,- en oppervlaktewater ecosysteemdiensten voor landbouw, industrie en overige watergebruikers. Hiermee vervult water een randvoorwaardelijke rol in CE. 2) Grondwater is een grondstof voor de industrie en cruciaalom huidigeentoekomstigeindustriëleactiviteiten mogelijk te maken. 3) Oppervlaktewater is een grondstof voor met name de landbouw (samen met grondwater). 4) Water is een drager van grondstoffen. De belangrijkste CE gerelateerde werkzaamheden zijn geformuleerd onder het doel Groene Groei. Specifiek daaronder zijn gepositioneerd de 2 opdrachten Duurzame benutting ondergrond (duurzame benutting grondwater) en Deltaplan Hoge Zandgronden (duurzame benutting oppervlaktewater). Laatstgenoemde heeft tot doel om beter te kunnen anticiperen op zoetwatertekorten (voornamelijk landbouw en natuur), zeker met het oog op toenemende droogte en wateroverlast als gevolg van klimaatverandering. Hierbij is ook aandacht voor klimaatrobuuste oplossingen, o.a. door water langer vast te houden op de plek waar het valt. Bij deze werkzaamheden wordt heel sterk het nut gezien van de verschillende rollen van de provincie (kaderstellend/controlerend, presterend, participerend/samenwerkend en anticiperend/meedenken). We kunnen en moeten het allemaal zijn, maar wel rolvast zijn gedurende bepaalde beleidsfase. Rond het verwaarden van de grondstoffen in water (punt 4 hierboven) zijn lokale overheden (gemeentes, 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 22

109 Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren waterschappen) de trekker, en kunnen we als provincie vooral faciliteren. - Schoon Water is een succesvolle langjarige regeling waarmee reductie van bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater wordt gerealiseerd. Het beleid is doorspekt met de gedachte dat er geen vervuilende instroom meer moet zijn; we willen water als een benutbare grondstof in een gesloten kringloop. Momenteel wordt draagkrachtonderzoek van het (grond)watersysteem gedaan; een grote klus van grote importantie. Het geeft namelijk zicht op de balansen in het watersysteem als geheel en zal inzicht moeten kunnen bieden in lokale afwegingen (en de samenhang tussen geheel en delen). - Via Living Labs (drankenproducent Refresco) wordt gewerkt aan maatwerk in het grondwater(onttrekkings)beleid. Capaciteit en budget gericht op CE gerelateerde onderwerpen is lastig te specificeren. Sluiten van kringlopen, toevoegen van meerwaarde in de keten etc zijn principes die in alle waterthema's (zeker kwaliteit en kwantiteit) terugkomen. Programma Water als geheel is 36 fte, aan het doel Groene Groei werken ongeveer 3 fte. Werkbudget is ongeveer 160 miljoen tot 2021, daarvan heeft ongeveer 25 miljoen betrekking op Groene Groei. Dat is nog zonder alle inspanningen op gebied van waterkwaliteit (Schoon Water, fosfaatkringloop project - samen met milieu). Geen samenwerkingsverbanden specifiek rond CE. Zien sluiten kringlopen wel als gedeelde verantwoordelijkheid, zoeken daarom laatste tijd nadrukkelijk contact met AgroFood (samen met mensen van milieu/vitale bodem). Hebben ook goede banden met economie in het beoordelen van duurzaamheidswaarde watergebruikers. Waterschappen. BrabantWater. Grote industriele verbruikers. Agrarische sector, nu vaak via ZLTO, maar ook zoekend naar koplopers en jonge boeren. Terreinbeheerders. Gemeenten. Relaties veel over en weer. Kennisinstellingen spelen nog een (te?) kleine rol. Zelfde verhaal als Groene Groei (zie kolom links). Zijn nu ook het intern rolbewustzijn, zoals besproken onder Werkzaamheden & Rol van de provincie, aan het doorspreken met projectleiders om hier meer bewustwording te kweken. Wekrijgensamenwerkingvoorelkaarendoénhetook vooral. Ter illustratie: waterschap Rivierenland ligt maar voor 10% in Brabant, maar voert 80% van de overleggen in Brabant. Dit is heel veel, maar steeds wel met de nadruk dat het wel ergens over gaat. In Brabant wordt veel gepraat en samengewerkt. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 23

110 Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Aanhaakmomenten zijn cruciaal; de belemmering is dat niet iedere provinciale ambtenaar zich beseft dat we over de helefysieke ruimte gaan (water, bodem, lucht en het gebruik van dat systeem). Denken er niet altijd op tijd over na dat onze normen en ambities de normen en ambities vanandereprogramma'sbeïnvloeden.ditkomtookals signaal van buiten. Beregeningsbeleid rondom kwetsbare natuur verder uitrollen. Dit soort principes (beter bodemgebruik stimuleren waardoor watergebruik afneemt) op veel meer plekken en grotere schaal doen! 'Water- en bodeminclusief boeren', waarbij men investeert in de bodem versus simpelweg beregenen. Daarnaast hebben we als provincie in ons waterbeleid tot nu toe geen expliciete aandacht gegeven aan de worden ingezet als energie- en grondstoffenfabriek. De waterzuivering is daarmee een belangrijke speler op het gebied van energie en herwonnen grondstoffen. Daarvoor zou in bijv de Omgevingsvisie nadrukkelijk aandacht moeten zijn. Niet alleen vanuit Water, ook vanuit CE en vanuit Energie. Als provincie moeten we echt het besef hebben dat we over het systeem 'de provincie Brabant' gaan, met gebruiks -engrondstofensysteem inéénkringloopsysteem. Provinciale normen en ambities moeten dat ook reflecteren, het kan niet zo zijn dat alles naar buiten toe versplintert is. Sas Terpstra 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 24

111 Infrastructuur, Beheer en Onderhoud Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficienti e van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Infrastructuur, Beheer en Onderhoud Nee Hebben geen definitie of specifieke beleidslijn voor CE. Men heeft wel een sterk besef van de algemene duurzaamheidsopgave, dit is geborgd in de kernwaarden Veilig - Slim - Duurzaam. Vanuit de doorgroei uit de term 'duurzaam' naar de term 'circulair' is men aangesloten bij het onderzoek naar CE, waar ook een definitie zal worden gegeven. Dit wordt verwacht in februari Daarnaast heeft men een eigen ambitieplan voor M&I (nu in concept), waarin de kansen voor alg. duurzaamheid en CE per beleidslijn worden benoemd. Voor CE zijn geen aparte doelstellingen; het is wel verweven in activiteiten, via kernwaarden Veilig - Slim - Duurzaam. Uit de algemene CE definitie die in februari wordt verwacht kunnen doelstellingen op het gebied van Infra / B&O worden gesteld. Gedacht wordt nu aan een drietrap: 1) Circulair ontwerp en recycling materialen 2) Toepassing biobased waar dat niet mogelijk is. 3) Gebruik van primaire bouwstoffen waar de eerste methoden niet mogelijk zijn. Gebruik van primaire bouwstoffen is daarbij niet vrijblijvend, het adagium 'past toe of leg uit' is van toepassing. Daarbovenop speelt het energievraagstuk; is energie afname noodzakelijk, is die groen, wek je zelf energie op, wek je meer op dan direct nodig? Het gaat om een combinatie van kansen optimaliseren en efficiency bestaande taken. Hergebruik materialen, circulair ontwerp, verwaarden van afvalstromen enz. zijn op zich niet nieuw, er ontstaat door de vraag van de opdrachtgever(s) wel vernieuwing in de keten. Projecten in het kader van Infrastructuur en B&O worden door het cluster Projecten & Vastgoed ingekocht. Daartoe wordt functioneel uitgevraagd en met EMVI waarden gescoord. Duurzaamheid / circulariteit is een belangrijk onderdeel van die EMVI score. Incidenteel wordt op Best Value ingekocht, ook dan is duurzaamheid / circulariteit een weegfactor. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 25

112 Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren 1) In Infraprojecten streeft men via EMVI scores naar een zo hoog mogelijk percentage hergebruik en biobased materialen. 2) Project EMVI scores om te komen tot een zo goed mogelijke plaatsing van duurzaamheid / circulariteit in de opdrachten. 3) N69, zo breed mogelijk inzetten op de toepassing van duurzame en circulaire materialen. 4) N272, pilot biobased materialen. 5) De provincie doet sinds januari 2017 mee aan Green Deal Duurzaam GWW (Grond Weg en Waterbouw). De Green Deal gaat uit van het principe dat duurzaamheid de norm moet zijn. Over enkele jaren is de toepassing van duurzaamheid in de sector dus gemeengoed in plaats van een bijzonderheid. De verwachting is dat de vertaling van duurzaamheid van tekst naar praktijk steeds meer circulair gaat zijn. 6) CE heeft sinds 2016 een plek in de concern-brede Inkoopvoorwaarden. Dit is ingevoerd als onderdeel van een Green Deal Circulair Inkopen, waarvan de optie tot verlenging nu speelt. Vanuit Infra en Vastgoed is men hier actief bij betrokken. Inkoopbeleid 2016 Binnen M&I is 1 fte volledig vrijgemaakt voor de vraagstukken op het gebied van duurzaamheid en circulariteit. Elke medewerker binnen M&I is op zijn / haar manier bezig met de invulling van veilig - slim - duurzaam. Ook binnen P&V is capaciteit vrijgemaakt voor duurzaamheidsvraagstukken. Er is niet apart budget gereserveerd voor duurzaamheid. Duurzame oplossingen zijn ook niet altijd duurder dan bekende oplossingen. Men is primair met de 13 opgaves van M&I bezig, waarvan circulariteit op een aantal punten integraal onderdeel uit maakt. Verkennen daarbij waar mogelijk de raakvelden met andere programma's. Met NWM, Energie, Ruimte, P&V is er een gedeeld verlangen naar hetzelfde resultaat. Door grote schaal van M&I projecten worden opdrachten vooral gegund aan de grotere aannemingsbedrijven als Heijmans, BAM enz. Deze grote bedrijven hebben de kracht om innovaties op het gebied van duurzaamheid en circulariteit op een realistisch hoog ambitieniveau te brengen. Vanuit het milieu management systeem is al vele jaren aandacht voor de toepassing van milieuvriendelijke materialen, voor recycling enz. Met de invulling naar CE worden deze uitgangspunten geprofessionaliseerd Toepassing van Triple Helix, sterker dan waar dan ook. Hebben tevens het lef om het te erkennen als iets boven de pet gaat, waardoor de Triple Helix haar werk beter kan doen. Campu senenbreedkennisveld(technischénsociaal)geven 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 26

113 Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: nog meer Brabantse kracht. Voor de korte termijn kan geld een rol spelen, het is soms nodig om het zogenaamde innovatie gap te dichten. Bij onzekerheden die nu eenmaal bij innovaties horen belemmeren onze inkoop voorwaarden soms de meest duurzame oplossing. Het zoeken naar zekerheden gaat soms boven de uitdaging om voor het nieuwe te gaan. Voor de iets langere termijn kan de voorwaarde dat B&O bij de provincie ligt en niet bij de bouwer een belemmering zijn. De ware innovaties komen bij DCM(F) constructies (DCMF= Design Construct Manage Finance), waarin de aannemer verantwoordelijk blijft voor beheer en onderhoud. Voor heel M&I belangrijk om meer vragen aan de voorkant van werkprocessen te stellen. Infra-specifieke kans: niet meer losse producten als een weg en een lantarenpaal afnemen, maar de dienst (M component). De overgang naar duurzaamheid is noodzakelijk en moet niet gekeerd worden. Het is nu en met hoge snelheid. Maak het de stip, zodat we samen bedrijven kunnen faciliteren om dit mogelijk te maken. Daarbij teruggaan naar de echte 'why' (nu en met het oog op morgen). Marco van Dorst 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 27

114 Slimme Mobiliteit Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficientie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Capaciteit & budget Slimme Mobiliteit Vanuit optiek Vernieuwing OV, Fiets en Auto's Nee Hebben geen definitie of specifieke beleidslijn voor CE. Men heeft wel een sterk besef van de algemene duurzaamheidsopgave, dit is geborgd in de kernwaarden Veilig - Slim - Duurzaam. Vanuit de doorgroei uit de term 'duurzaam' naar de term 'circulair' is men aangesloten bij het onderzoek naar CE, waar ook een definitie zal worden gegeven. Dit wordt verwacht in februari Daarnaast heeft men een eigen ambitieplan voor M&I (nu in concept), waarin de kansen voor alg. duurzaamheid en CE per beleidslijn worden benoemd. Voor CE zijn geen aparte doelstellingen; het is wel verweven in activiteiten, via kernwaarden Veilig - Slim - Duurzaam. Net als bij Infra en B&O is men bij Slimme Mobiliteit voor huneigenbeleidsontwikkeling geïntere seerdindecedefinitie uit de provinciale CE verkenning. Per mobiliteitsvorm / opgave spelen eigen aandachtspunten. Dat kan gaan om het uitstootvrij reizen, stimuleren fietsverkeer, toepassen circulair / biobased materialen, enz. De aandacht ligt primair op nieuwe kansen. Vooral uit Slimme Mobiliteit / Beter Benutten wordt gezocht naar vernieuwing. Ook de uitdaging om in de toekomst anders om te gaan met OV / mobiliteit prikkelt met name de verniewing. In alle keuzes en afwegingen die worden gemaakt op het gebied van mobiliteit wordt duurzaamheid meegenomen vanuit het adagium veilig - slim - duurzaam. 1) Bustransitie naar uitstootvrij, en meteen daar bovenop de opzet voor een geheel nieuw OV concept. 2) Slimme Mobiliteit / Beter Benutten. 3) Fietspromotie, de modal split (ofwel de verdeling van verplaatsingen over de vervoersmiddelen) fiets groeit naar 28-30% in Binnen M&I is 1 fte volledig vrijgemaakt voor de vraagstukken op het gebied van duurzaamheid en circulariteit. Elke medewerker binnen M&I is op zijn / haar manier bezig met de invulling van veilig - slim - duurzaam. Er is niet apart budget gereserveerd voor duurzaamheid. Duurzame oplossingen zijn ook niet altijd duurder dan 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 28

115 Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: bekende oplossingen. Men is primair met de 13 opgaves van M&I bezig, waarvan circulariteit op een aantal punten integraal onderdeel uit maakt. Verkennen daarbij waar mogelijk de raakvelden met andere programma's. Met NWM, Energie, Ruimte, P&V is er een gedeeld verlangen naar hetzelfde resultaat. Fietsersbond, Innovatiecentrale, Automotive Campus, bus concessiehouders, bus bouwers, fietsersbond enz Fiets, Slimme Mobiliteit, andere brandstoffen voor bussen, enz. zijn al sinds lange tijd aandachtspunten voor het mobiliteitsveld in Brabant Toepassing van Triple Helix, sterker dan waar dan ook. Hebben tevens het lef om het te erkennen als iets boven de pet gaat, waardoor de Triple Helix haar werk beter kan doen.campu senenbreedkennisveld(technischén sociaal) geven nog meer Brabantse kracht. Voor de korte termijn kan geld een rol spelen, het is soms nodig om het zogenaamde innovatie gap te dichten. Bij onzekerheden die nu eenmaal bij innovaties horen belemmeren onze inkoop voorwaarden soms de meest duurzame oplossing. Het zoeken naar zekerheden gaat soms boven de uitdaging om voor het nieuwe te aan. Voor heel M&I belangrijk om meer vragen aan de voorkant van werkprocessen te stellen. Mobiliteit-specifieke kans: technisch de lat zeer hoog leggen en onze eisen (Veilig, Slim en Duurzaam) doorvertalen naar de aanbesteding. Vanuit Innovatieteam (in samenwerking met Ruimte en Werklocaties): onder de vlag van de Vlaams Nederlandse Delta wordt actief meegedacht over de lange termijn mogelijkheden van geavanceerd gebruik van (vrijkomende) buisleidingen en buistraten voor nieuwe grondstoffen en transportvormen. Verregaande innovaties op dit vlak, bijv. Hyperloop-achtige technieken, kunnen helpen om de behoefte aan modulair transport in een CE te vervullen. De overgang naar duurzaamheid is noodzakelijk en moet niet gekeerd worden. Het is nu en met hoge snelheid. Maak het de stip, zodat we samen bedrijven kunnen faciliteren om dit mogelijk te maken. Daarbij teruggaan naar de echte 'why' (nu en met het oog op morgen). Marco van Dorst 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 29

116 Ruimte Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma Ruimte vanuit optiek Omgevingsvisie CE visie (ja/nee) Nee CE definitie Geen definitie binnen team-omgevingsvisie, exacte definitie is ook nog niet van belang. Zijn aan het ophalen met open blik. Daarbij in gedachte dat een gezond systeem belast kan worden, maar ook dat we komen vanuit een periode van overbelasting. Inmiddels is een startdocument afgerond, waarin CE is opgenomen in de focusopgave 'Brabant Welvarend'. Startdocument 'Brabant beweegt naar 2106' CE doelstellingen Werken in de Omgevingsvisie in het stramien van Dromen - Denken - Durven - Doen. Vanuit de Droom-fase kwam het besef dat circulair een gegarandeerde opgave wordt en is het daarom 1 van de 15 hoofdonderwerpen gemaakt. De Denk-fase heeft geleid tot het startdocument, waarin de hoofdonderwerpen verder zijn geconsolideerd in vier focusopgaven. CE is hierbij onderdeel van de focusopgave 'Brabant Welvarend'. De huidige fase, Durven, heeft de ontwerp-omgevingsvisie als beoogd resultaat. Hierin zullen de doelstellingen voor Brabant Welvarend, inclusief CE, verder worden geconcretiseerd. Economische relevantie van CE Faciliteren andere programma's en schetsen de visie hoe activiteiten Brabant zich ontwikkelt. Invulling (en daaraan gekoppelde Karakterisatie van doel economische overwegingen) wordt gedaan door de activiteiten; tracht men hier programma's zelf. specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficientie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Richten zich op visie, beleidsvorming en wet -en regelgeving in het fysieke domein, met de nieuwe Omgevingswet (OW) als resultaat. Betrokken bij alles wat men kan ruiken, horen, zien, voelen en aanraken. Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Geen eigen projecten m.b.t. CE. Ongeveer 0,6 fte op CE (in totaal 12 man in Omgevingsteam, op 15 hoofdonderwerpen). Groot deel capaciteit zit in kennisvraag naar inhoudelijke programma's. Hebben verder geen budget specifiek voor CE. Werken constant samen met alle inhoudelijke programma's om kennis op te halen. Eigen team bestaat ook uit mensen vanuit al deze programma's. Gaan zelf niet over de inhoud. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 30

117 Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Halen informatie op bij breed scala externe partners in fysiek domein. Ambitie om in nieuwe OW naar buiten toe minder vast te leggen in wetten en regels. Meer bestuurlijke vrijheid. Werken ook samen met kennisinstellingen (Universiteit van Tilburg). Team is pas begin 2016 geformeerd, maar in het algemeen is de urgentie rondom CE aanzienlijk gegroeid in de afgelopen jaren. Hierom is CE aangemerkt als een van de hoofdonderwerpen die vanaf het begin zijn meegenomen in het proces. Samen doen! We dagen bedrijven/samenleving uit. Belangrijk dat men in Brabant veel vertrouwen heeft in zelfstandigheid lagere overheden, is niet in elke provincie zo. Omgekeerd is ook het vertrouwen in de Brabander en de durf om zaken anders aan te pakken een sterk punt. In dat kader wordt binnen de Omgevingsvisie gewerkt met het team 'Brabantse Pioneers', bestaande uit burgers uit alle hoeken van de samenleving die gedurende het proces reflecteren en spiegelen op de ambities van de provincie. Echte belemmering ligt niet binnen Provinciehuis, maar in de afhankelijkheid van de samenleving. We kunnen het voorschrijven, maar zij moeten er klaar voor zijn. Hebben met OW wel een aantal knoppen om aan te draaien (geld, vraag centraal i.p.v. systeem, beleid & wetgeving). Kunnen veel bieden aan vragende partijen, maar hebben wel flexibiliteit nodig. 1) Nadruk leggen op sterke kanten huidige Brabantse economie (high-tech en AgroFood). Daarnaast zoeken naar nieuwe economische kansen. 2) Gebiedsontwikkeling gericht oppakken, verbind fysieke omgeving met bedrijfsactiviteiten. 3) Bij het werk van Ruimte, los van de Omgevingsvisie, passen ook CE-relevante koppelingen met het programma Werklocaties, campussen, Field Labs en onderwerpen als toekomstig gebruik van het ondergrondse buizennetwerk (zie kolom Slimme Mobiliteit) Er liggen grote kansen in het beter doorgeven van onze aarde.daarinziteensocialeéneeneconomische uitdaging, maar er is ook heel veel te halen. Rick van den Berg 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 31

118 Werkplaats De Gruyter Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficientie van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Capaciteit & budget Interne samenwerking Werkplaats De Gruyter ja, zie Circulaire economie uitwerking onder de paraplu van de verduurzamingsopgave. Een uitwerking die recht doet aan / niet ten koste gaat van de mens, de economie en de natuur. De werkplaats werkt aan concrete initiatieven en maakt onderdeel uit van de Cirkelstad community. Hebben zelf op het moment een traject lopen om verdere betrokkenheid rond CE te onderzoeken. De focus ligt daarbij rond Cirkelstad, daar ziet men momenteel de meeste kansen (vanwege aansluitend profiel met de Gruyter en het belang van kennis delen). De werkplaats werkt samen met 'eigenaren' aan het nastreven van een circulaire economie. Zo concreet mogelijk, met een integrale aanpak gericht op het realiseren van win-win-win situaties en zoekend naar vernieuwing. De nadruk ligt hierbij op een beweging van onderop. Geen grote disruptieve projecten, maar vooral technieken en activiteiten met een concrete bewezen impact op de maatschappij. Brengt eigenaren, professionals, jonge professionals bij elkaar, ontwikkelt en deelt kennis en adviseert samen over beleid. Dit wordt gedaan in een open Field Lab structuur. 1) Conferenties (een vijftal in 2016), mede invulling geven aan een Brabantse circulaire gemeenschap samen met de mengfabriek Den Bosch. 2) Mee ontwikkelen met Fontys hogeschool van een minor circulaire economie en inbrengen van enkele concrete casussen. In het kader van CE ongeveer 0,7 fte en een budget van euro (besteed aan de conferenties). Voor de hele werkplaats zit men op ongeveer 10 provinciefte en een werkbudget van 500,000 euro. Daarnaast investeren meerdere partijen fondsen of mankracht in de werkplaats, om samen aan concrete opdrachten te werken. Zijn expliciet een partner voor de hele provincie. Relatief veel contacten met collega 's vanuit Ruimte, Ecologie (afval), Biobased (Waldo Maaskant), Economie en Energie. Daarnaast is de werkplaats een samenwerkingsverband van een veelheid van organisaties, o.a. Avans Hogeschool, Tu/e en waterschap Aa en Maas. De samenwerking met deze partijen heeft ook het karakter van interne, niet externe, samenwerking. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 32

119 Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Het onderwijs (in de leerlijn technasium tot aan universiteit (doelstelling 1000 studenten per jaar), het bedrijfsleven (Viba Expo (80 bedrijven), Overheden waaronder waterschappen. Het gaat iedere keer om concrete samenwerking in concrete opgaven. Er is een stakeholderlijst beschikbaar met circa 1200 partijen: bedrijven, instanties, kennisinstellingen, overheden, studenten en particulieren. Bij de CE conferenties is men nog breder gegaan, met als doel een zo divers mogelijk gezelschap Ontstaan uit Mijn Mooi Brabant. In 2015 opgericht. In 2016 het jaar van de circonomie uitgeroepen en daar op zoek gegaan naar antwoorden op de vragen 'wat gebeurt er in Brabant' en 'hoe doet men het dan'. Deze publiekelijke uitroep-actie heeft geholpen om tot resultaten te leiden. Brabantse kracht is het vermogen om ruimte te bieden aan vernieuwing. Waarbij de provincie laat zien dat ze durft te denken en te doen vanuit kansen, daarbij ambitieus is en beschiktovereenzekerenaïviteit. Een jaar zoeken naar 'wat is circonomie' in Brabant laat zien dat het nog magertjes is. In de praktijk is er slechts summier sprake van ambitie en concrete ervaringen. Wij staan echt nog aan het begin. Dat betekent iets over de positie en rol van een overheid die wil faciliteren, regisseren. Het vraagt om, zoals gesteld werd op de laatste circulariteits-conferentie, om een Deltaplan circulaire economie. Circulaire economie dichterbij brengen gaat om het bijeenbrengen van de koplopers. Tenminste; als men de stellingname onderschrjift dat er nog weinig in gang gezet is. Het vraagt om vasthoudendheid en een inzet van een overheid die zelf ook laat zien wat er kan. Duurzame ontwikkeling is de context waarbinnen het streven naar een circulaire economie plaatsvindt. Het gaat vervolgens om het concrete doen. Martin Bakker 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 33

120 Economisch Programma Resultatenoverzicht interne inventarisatie Circulaire Economie (CE) per programma CE visie (ja/nee) CE definitie CE doelstellingen Economisch programma Vanuit optiek economische agenda Brabant Vernieuwt Nee Geen definitie van CE; komt met name doordat toen het Economisch programma Brabant 2020 geschreven werd in 2012, CE nog geen lossstaand maatschappelijk thema was, maar onderdeel van 'duurzaamheid' dat in bijv. het Ondernemingsplan een toetsingscriterium was/is. In recentere publicaties rond het economisch programma, zoals de statenmededeling 'Brabant Vernieuwt, een economische agenda' d.d. 1 maart 2016, wordt CE als maatschappelijke ontwikkeling al explicieter, zonder dat de term daarbij gedefinieerd wordt. Economisch programma Brabant 2020 Het economisch programma streeft naar een robuuste innovatieve economie, in de overtuiging dat een sterke economie bijdraagt aan het bewerkstelligen van maatschappelijke opgaven, waaronder een circulaire maatschappij. Deze positieve relatie werkt ook de andere kant op; de circulaire economie wordt gezien als de economie van de toekomst, die marktkansen biedt voor het Brabantse bedrijfsleven. Op een hoger detailniveau komen de doelstellingen van het economisch programma voornamelijk tot uitdrukking in de doelstellingen van de afzonderlijke programma's Biobased, Energie, etc. die spelen onder de koepel van het economisch programma. Maar bij elke innovatie / vernieuwing zijn de kosten (resp. dreigende schaarste) van grondstoffen natuurlijk een punt van aandacht. Internationalisering is een rode draad door de doelstellingen van het economisch programma. Er is veel aandacht voor Europese fondsen, waaronder het net opgerichte Circular Economy Finance Support Platform, vanuit de tak Europese programma. Daarnaast is men vanuit de Internationaliserings-tak actief bezig met onderzoeken van internationale samenwerkingsmogelijkheden op het vlak van CE, voornamelijk met Duitsland. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 34

121 Economische relevantie van CE activiteiten Karakterisatie van doel activiteiten; tracht men hier specifiek nieuwe economische kansen mee te ontwikkelen of optimaliseert men de toekomstbestendigheid/efficienti e van reeds bestaande taken? Werkzaamheden & rol Exemplarische projecten Onder het onderwerp CE doelstellingen staat reeds vermeld dat het Economisch programma uit gaat van de positieve wisselwerking tussen CE als maatschappelijke opgave en CE als marktkans. Dit houdt o.a. in dat vanuit het Economisch programma overal de verbinding wordt gezocht met werkgelegenheid en een robuuste innovatieve economie. Het streven is naar innovatieve, meer inclusieve en groene economische groei, sterk gericht op het ontwikkelen van kansen & valorisatie. De People-Planet-Profit criteria zijn hierbij leidend, met als beoogt resultaat een economie die zuinig omgaat met ecologische waarden, grondstoffen en energie. In economische termen: waar de externe kosten van economische activiteiten (winning grondstoffen, afvalproductie) afdoende zijn ingecalculeerd wordt CEeficiëntgewerkt.W aardiekostennietzijningecalculeerd wordt niet zo gewerkt, resp. moet dat worden gestimuleerd of afgedwongen. Samenwerking tussen overheid en de private sector is cruciaal om voldoende economische slagkracht te hebben voor de uitvoering van deze ambities. Het economisch programma werkt vanuit zes Brabantse topclusters, die allemaal op hun eigen manier verbonden zijn met groenere economische groei: - AgroFood - Biobased economy - High-Tech Systems & Materials (HTSM) - Logistiek - Maintenance - Life Sciences & Health De nadruk ligt de komende jaren op de clusters High-Tech en AgroFood, zonder de rest daarbij uit het oog te verliezen. Samenwerking met bedrijven in Living labs, al dan niet op campuslocaties, vormen daarvan een belangrijk onderdeel. De BOM is een van de belangrijkste uitvoeringsorganisaties van de provincie en speelt, o.a. voor het contact met de markt, een cruciale rol als partner in de uitvoering van de economische agenda. In het meerjaarplan van de BOM is CE tevens als ontwikkelthema opgenomen. Het economisch programma vindt zijn uitvoering in de projecten van Biobased, Energie, Logistiek etc. en heeft verder geen eigen overstijgende projecten m.b.t. CE. Binnen High Tech kan het thema Fotonica grote stappen in energieen materiaalefficiency opleveren. Tot op zekere hoogte geldt dat ook voor het thema Smart Industries (logistiek, slimme productiesystemen en apparaten en 3D-printen). Met de aankomende herziening van de beleidsdocumenten voor Maintenance en Logistiek is men daar op een goed punt om aan te haken op resultaten van de verkenning CE. 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 35

122 Capaciteit & budget Interne samenwerking Externe stakeholders Historie Succesfactoren Belemmeringen / uitdagingen / risico's Kansen voor de toekomst Belangrijkste boodschap Interne contactpersonen & akkoord bevonden door: Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) De progressie van CE is zichtbaar in wat er de afgelopen aantal jaar tot stand is gekomen met het Economisch programma. Bijvoorbeeld bij de Energietransitie en Green mobility zijn al extra slagen gemaakt richting vergroening en CE. De verwachting is dat ook in de komende herziening de rol van CE prominenter naar voren zal komen. Net als bij andere maatschappelijke uitdagingen, zal de wens om specifieke deelproblemen op te lossen, gepaard moeten gaan met meer direct werkende instrumenten. Zie de afzonderlijke programma's en opgaven (Energie, Biobased, etc.) Paul Apeldoorn en Dick de Jager (algemeen), Bart van der Sande (Maintenance), Dieuwke Piebenga (Logistiek), Bob van Dijk (HTSM) 27 maart Ons kenmerk /hpo/bpe 36

123 Onze contactgegevens KplusV Vestiging Arnhem Postbus JB Arnhem Westervoortsedijk AV Arnhem T +31 (0) Vestiging Amsterdam Postbus BS Amsterdam Science Park H Amsterdam T +31 (0) E info@kplusv.nl I Thema's 37

Van een lineaire naar een circulaire economie: Kansen en Bedreigingen Prof. dr. Jacqueline Cramer, directeur

Van een lineaire naar een circulaire economie: Kansen en Bedreigingen Prof. dr. Jacqueline Cramer, directeur Van een lineaire naar een circulaire economie: Kansen en Bedreigingen Prof. dr. Jacqueline Cramer, directeur Aanpak van het USI Vraaggericht expertise mobiliseren om kennis te valoriseren ( integrating

Nadere informatie

De Transitie naar een Circulaire Economie in Flevoland: Kansen voor People, Planet en Profit. Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie

De Transitie naar een Circulaire Economie in Flevoland: Kansen voor People, Planet en Profit. Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie De Transitie naar een Circulaire Economie in Flevoland: Kansen voor People, Planet en Profit Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie PEOPLE People, Planet, Profit (PPP) Van een lineaire naar

Nadere informatie

Circulaire Economie. Jacqueline Cramer Member Amsterdam Economic Board, oud minister van VROM en hoogleraar duurzaamheid

Circulaire Economie. Jacqueline Cramer Member Amsterdam Economic Board, oud minister van VROM en hoogleraar duurzaamheid Circulaire Economie Jacqueline Cramer Member Amsterdam Economic Board, oud minister van VROM en hoogleraar duurzaamheid John Nederstigt Inleider Hoe maken we de MRA Circulair? Jacqueline Cramer Ambassadeur

Nadere informatie

Manifest Circulair Onderwijs

Manifest Circulair Onderwijs Manifest Circulair Onderwijs de rol van onderwijs in verantwoord innoveren 2 Waarom urgentie De jeugd heeft de toekomst. Wij maken de toekomst. Wij brengen kinderen en jong volwassenen het gedachtengoed

Nadere informatie

Welkom. Bestuurlijke top Circulaire Economie: Van Afval naar Grondstoffen. Van Afval naar Grondstoffen

Welkom. Bestuurlijke top Circulaire Economie: Van Afval naar Grondstoffen. Van Afval naar Grondstoffen Welkom Bestuurlijke top Circulaire Economie: Van Afval naar Grondstoffen Bestuurlijke top Circulaire Economie: Van Afval naar Grondstoffen Programma 14.00-14.05 uur Welkomstwoord door dagvoorzitter Isabelle

Nadere informatie

Circulair Inkopen Utrecht op weg naar duurzame markttransformatie

Circulair Inkopen Utrecht op weg naar duurzame markttransformatie Circulair Inkopen Utrecht op weg naar duurzame markttransformatie Opdrachtgevers: - Provincie Utrecht - Gemeente Utrecht - Gemeente Amersfoort Middag/avond over biobased aanbesteden Centre of Expertise

Nadere informatie

Manifest Circulair Onderwijs

Manifest Circulair Onderwijs Manifest Circulair Onderwijs de rol van onderwijs in verantwoord innoveren 2 Waarom urgentie De jeugd heeft de toekomst. Wij maken de toekomst. Wij brengen kinderen en jong volwassenen het gedachtengoed

Nadere informatie

Transitieagenda Circulaire Bouweconomie. Samen bouwen aan de circulaire economie voor Nederland in 2050

Transitieagenda Circulaire Bouweconomie. Samen bouwen aan de circulaire economie voor Nederland in 2050 Transitieagenda Circulaire Bouweconomie Samen bouwen aan de circulaire economie voor Nederland in 2050 De bouw- en infrasector staat voor een enorme transitie. Om klimaatverandering en verdere belasting

Nadere informatie

Duurzaam vernieuwen en samenwerken in de bouw

Duurzaam vernieuwen en samenwerken in de bouw Duurzaam vernieuwen en samenwerken in de bouw Prof.dr. Jacqueline Cramer Universiteit Utrecht Opzet lezing Wat zijn de grote opgaven in de bouw op het gebied van duurzaamheid? Hoe kunnen deze opgaven worden

Nadere informatie

Betekenis van circulaire economie voor de grondketen

Betekenis van circulaire economie voor de grondketen Betekenis van circulaire economie voor de grondketen Bodembreed 13 november 2018 Mark in t Veld (Tauw) Jeroen Nagel (RWS) RWS Duurzame Leefomgeving 2 Rijkswaterstaat Circulaire Economie GWW & RWS RWS is

Nadere informatie

Rijkswaterstaat werkt Circulair in 2030

Rijkswaterstaat werkt Circulair in 2030 werkt Circulair in 2030 Kansen en uitdagingen Evert Schut Sr. adviseur dienst WVL Programma Wat is circulaire economie? Rijksbrede ambities en aanpak circulaire economie Ambities en aanpak RWS Kennisagenda

Nadere informatie

Circulaire Economie Tilburg. Analyse grondstofstromen op gemeenteniveau

Circulaire Economie Tilburg. Analyse grondstofstromen op gemeenteniveau Circulaire Economie Tilburg Analyse grondstofstromen op gemeenteniveau 28 november 2017 Aanleiding Aanpak circulaire economie Tilburg (december 2016): Voedsel: minder voedselverspilling Consumptiegoederen

Nadere informatie

Verpakken in de circulaire economie. Hester Klein Lankhorst Empack, 5 april 2017

Verpakken in de circulaire economie. Hester Klein Lankhorst Empack, 5 april 2017 Verpakken in de circulaire economie Hester Klein Lankhorst Empack, 5 april 2017 2 Copyright 2016 KIDV 8 november 2016 3 Copyright 2017 KIDV 12-4-2017 Verpakkingen In Europa openen we ongeveer 7 verpakkingen

Nadere informatie

Samen halen we alles eruit

Samen halen we alles eruit Waarom kennisinstellingen kiezen voor innoveren met afval en de laatste ontwikkelingen inzameling & reiniging Samen halen we alles eruit Nico Spaansen NVRD Noord 3 november 2016 Transitie in de markt Van

Nadere informatie

Circulair denken en doen in de Metropool regio Amsterdam. Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie

Circulair denken en doen in de Metropool regio Amsterdam. Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie Circulair denken en doen in de Metropool regio Amsterdam Jacqueline Cramer Ambassadeur Circulaire Economie Ambitie De MRA wil wereldwijd voorloper zijn op het gebied van slimme oplossingen voor de beperkte

Nadere informatie

1 VERPAKKEN IN EEN CIRCULAIRE Copyright 2017 ECONOMIE KIDV door de VNV en het KIDV

1 VERPAKKEN IN EEN CIRCULAIRE Copyright 2017 ECONOMIE KIDV door de VNV en het KIDV 1 VERPAKKEN IN EEN CIRCULAIRE Copyright 2017 ECONOMIE KIDV door de VNV en het KIDV 13 maart 2017 platform voor experts professionalisering van het verpakkingsvak profiel versterken binnen het bedrijfsleven

Nadere informatie

Nederland Circulair in 2050

Nederland Circulair in 2050 Nederland Circulair in 2050 Het Rijksbrede programma circulaire economie en de betekenis voor het Nederlandse afvalbeleid NVRD Themadag Afval en Grondstoffen 24 november 2016 Marc Pruijn Directie Duurzaamheid

Nadere informatie

Circulaire economie en recht: van afval naar grondstof VMR Themamiddag, 2 februari 2016 Carolien van Hemel

Circulaire economie en recht: van afval naar grondstof VMR Themamiddag, 2 februari 2016 Carolien van Hemel Circulaire economie en recht: van afval naar grondstof VMR Themamiddag, 2 februari 2016 Carolien van Hemel Niveaus van circulariteit (10 R s) 1. Refuse: weigeren/voorkomen gebruik 2. Reduce: gebruik

Nadere informatie

Rijksbrede aanpak. Minisymposium: Circulaire Economie en Werkgelegenheid. Marc Pruijn Directie Duurzaamheid. Ministerie van IenM

Rijksbrede aanpak. Minisymposium: Circulaire Economie en Werkgelegenheid. Marc Pruijn Directie Duurzaamheid. Ministerie van IenM Rijksbrede aanpak Minisymposium: Circulaire Economie en Werkgelegenheid Marc Pruijn Directie Duurzaamheid Ministerie van IenM Wat wil het kabinet bereiken? 100% circulaire economie in 2050 50% minder eindige

Nadere informatie

Gebouwinrichting. Circular Economy Lab: Welkom: Jacqueline Cramer. Deze bijeenkomst is de tweede in een serie van vijf debatavonden, welke

Gebouwinrichting. Circular Economy Lab: Welkom: Jacqueline Cramer. Deze bijeenkomst is de tweede in een serie van vijf debatavonden, welke Duurzaamheidswinst door ketensamenwerking! Circular Economy Lab: Deze bijeenkomst is de tweede in een serie van vijf debatavonden, welke zijn bedoeld om de circulaire economie Gebouwinrichting een aantal

Nadere informatie

Uitnodiging Werkconferentie Logistiek in een Circulaire Economie 31 oktober :00-17:30

Uitnodiging Werkconferentie Logistiek in een Circulaire Economie 31 oktober :00-17:30 Uitnodiging Werkconferentie Logistiek in een Circulaire Economie 31 oktober 2018 13:00-17:30 Beste genodigde, Een urgenter vraagstuk dan de toekomst van onze planeet is er niet. Daarom is er ook geen urgentere

Nadere informatie

Bijeenkomst MKB Infra en Rijkswaterstaat. Guido Hagemann/Arnold Breur 7 juni 2018

Bijeenkomst MKB Infra en Rijkswaterstaat. Guido Hagemann/Arnold Breur 7 juni 2018 Bijeenkomst MKB Infra en Rijkswaterstaat Guido Hagemann/Arnold Breur 7 juni 2018 1 Inhoud De wereld van Rijkswaterstaat De opgave en strategische prioriteiten van Rijkswaterstaat Realisatie via het gedachtegoed

Nadere informatie

De kansen voor de Circulaire Economie - met oog op recycling - Ton Bastein

De kansen voor de Circulaire Economie - met oog op recycling - Ton Bastein De kansen voor de - met oog op recycling - The Limits to growth Verscheen in 1972 Uitgangspunt: Één wereld Overshoot Exponentiële groei Actie (o.a.): Systeemveranderingen Resource efficiency Recycle Vervangen/Substitutie

Nadere informatie

Sterker, Slimmer, Schoner

Sterker, Slimmer, Schoner Sterker, Slimmer, Schoner D66 visie op duurzaamheid en groei C100 01-11-2014 Stientje van Veldhoven Groene genen Van Mierlo Terlouw Club van Rome Richtingwijzer: streef naar een duurzame en harmonieuze

Nadere informatie

Samenvatting. economy.

Samenvatting. economy. Samenvatting 6 SAMENVATTING Samenvatting Door toenemende technologische kennis en innovatie is het steeds beter mogelijk om de verschillende bestanddelen van planten, bomen, gewassen en dierlijke reststromen

Nadere informatie

Tuinbouwakkoord. Preambule

Tuinbouwakkoord. Preambule Tuinbouwakkoord Preambule Ondergetekenden beogen een Nationale Tuinbouwagenda 2019 2030, onder het motto Circulaire tuinbouw in de praktijk, zoals voorbereid en opgesteld door bedrijfsleven, kennispartners

Nadere informatie

Van Afval Af. transitie-agenda naar een circulaire economie. Roel van Raak(DRIFT) vanraak@drift.eur.nl

Van Afval Af. transitie-agenda naar een circulaire economie. Roel van Raak(DRIFT) vanraak@drift.eur.nl Van Afval Af transitie-agenda naar een circulaire economie NVRD themadag Roel van Raak(DRIFT) vanraak@drift.eur.nl Aanleiding en doel van Van Afval Af Verpakkingenakkoord Circulaire Economie Schuivende

Nadere informatie

Jeanet van Antwerpen, directeur SADC Ontbijtsessie Dutch Green Building Week 22 september 2015

Jeanet van Antwerpen, directeur SADC Ontbijtsessie Dutch Green Building Week 22 september 2015 Circulaire gebiedsontwikkeling Jeanet van Antwerpen, directeur SADC Ontbijtsessie Dutch Green Building Week 22 september 2015 SADC 9/23/2015 titel SADC 9/23/2015 titel SADC 9/23/2015 Circulaire werkmilieus

Nadere informatie

NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans

NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS. NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans NWA WORKSHOP SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS NWA Circulaire Economie en SDG Ardi Dortmans NWA CIRCULAIRE ECONOMIE EN GRONDSTOFFENEFFICIËNTIE Een duurzame circulaire economie gaat uit van volledige herbruikbaarheid

Nadere informatie

799874/ Zienswijze op het ontwerp van de Brabantse Omgevingsvisie

799874/ Zienswijze op het ontwerp van de Brabantse Omgevingsvisie V GEMEENTE VALKE SWAARD Aan de leden van de raad van de gemeente Valkenswaard Uw kenmerk Kenmer Onderwerp Be andeld door Bijlage(n) Datum 799874/830360 Zienswijze op het ontwerp van de Brabantse Omgevingsvisie

Nadere informatie

Het Productschap Tuinbouw. 13 november 2012 / Agnes van Ardenne

Het Productschap Tuinbouw. 13 november 2012 / Agnes van Ardenne Het Productschap Tuinbouw 13 november 2012 / Agnes van Ardenne Inhoud Productschap Tuinbouw (PT) Kerncijfers tuinbouw Trends Opdracht tuinbouw / PT Waarde van groen Conclusies Productschap Tuinbouw (PT)

Nadere informatie

Circulaire Economie en Duurzaamheid. In een circulaire economie behouden producten hun waarde en ontstaan geen afvalstoffen

Circulaire Economie en Duurzaamheid. In een circulaire economie behouden producten hun waarde en ontstaan geen afvalstoffen Circulaire Economie en Duurzaamheid In een circulaire economie behouden producten hun waarde en ontstaan geen afvalstoffen Componenten van Duurzaamheid LANG- DUURIG- HEID GEZONDE LEEF- OMGEVING MILIEU

Nadere informatie

Duurzame Ontwikkeling

Duurzame Ontwikkeling Duurzame Ontwikkeling Korte toelichting op het begrip Praktische invulling - in bedrijven - technologie Invulling in het onderwijs J. Venselaar 17 november Duurzame ontwikkeling in het onderwijs 1 Duurzaam..

Nadere informatie

B-96 Green Deal de winst van paardenmest

B-96 Green Deal de winst van paardenmest B-96 Green Deal de winst van paardenmest Ondergetekenden: 1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de heer drs. M.J.M. verhagen, en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Nadere informatie

Startnotitie Ontwikkelingsperspectief Circulaire Economie Noord-Holland

Startnotitie Ontwikkelingsperspectief Circulaire Economie Noord-Holland Startnotitie Ontwikkelingsperspectief Circulaire Economie Noord-Holland 1. Inleiding... 3 1.1 Doel... 3 1.2 Aanleiding... 3 1.3 Deel van een groter geheel... 4 2. Algemene uitgangspunten... 5 2.1. De opgave...

Nadere informatie

Boeren hebben. oplossing! een. Meerjarenplan 2020 van ZLTO

Boeren hebben. oplossing! een. Meerjarenplan 2020 van ZLTO Boeren hebben een oplossing! Meerjarenplan 2020 van ZLTO Boerenkracht & financiering KLIMAAT VOEDSELZEKERHEID & GEZONDHEID VITAAL PLATTELAND Innovatie, data & kennis ZLTO (Zuidelijke Land- en Tuinbouw

Nadere informatie

AMBITIE NUTRIËNTEN 2018

AMBITIE NUTRIËNTEN 2018 AMBITIE NUTRIËNTEN 2018 ACTIEPLAN Als uitwerking van de Ambitie Nutriënten 2018 zullen de leden van het Nutrient Platform, ondersteund door het secretariaat, de komende twee jaar de volgende activiteiten

Nadere informatie

Startbijeenkomst keten innovatieprogramma Klimaat voor Verandering

Startbijeenkomst keten innovatieprogramma Klimaat voor Verandering Startbijeenkomst keten innovatieprogramma Klimaat voor Verandering Amsterdam, 26 januari 2016 1 Inhoud Introductie 3 Zij waren er bij! 4 Circulaire economie 5 Waarom circulair? 6 Nederland Circulair! 7

Nadere informatie

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND

MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND MANIFEST NOVI NAAR EEN NIEUW NEDER LAND WERK ALS ÉÉN OVERHEID De fysieke en sociale leefomgeving van Nederland gaan de komende decennia ingrijpend veranderen. Transities in de energievoorziening, de landbouw,

Nadere informatie

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp gemeente Haarlemmermeer De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Cluster Contactpersoon

Nadere informatie

Wat verwachten werkgevers van het onderwijs als het gaat om duurzaamheid?

Wat verwachten werkgevers van het onderwijs als het gaat om duurzaamheid? Wat verwachten werkgevers van het onderwijs als het gaat om duurzaamheid? Een onderzoek onder werkgevers in de topsectoren en de overheid. Onderzoeksrapport Samenvatting 1-11-2013 1 7 Facts & figures.

Nadere informatie

Ruimte voor oplossingen het inzetbare platteland! Kabinetsformatie 2017: de P10 biedt aan!

Ruimte voor oplossingen het inzetbare platteland! Kabinetsformatie 2017: de P10 biedt aan! Ruimte voor oplossingen het inzetbare platteland! Kabinetsformatie 2017: de P10 biedt aan! RUIMTE VOOR OPLOSSINGEN 1 Inleiding Het inzetbare platteland Nederland kent de komende jaren een aantal urgente

Nadere informatie

MVO IN DE VERSNELLING TRENDS VOOR GROENE & SOCIALE ECONOMIE WORD OOK KLIMAATNEUTRAAL MAAK KANS OP CLIMATE MAKE OVER

MVO IN DE VERSNELLING TRENDS VOOR GROENE & SOCIALE ECONOMIE WORD OOK KLIMAATNEUTRAAL MAAK KANS OP CLIMATE MAKE OVER MVO IN DE VERSNELLING TRENDS VOOR GROENE & SOCIALE ECONOMIE WORD OOK KLIMAATNEUTRAAL MAAK KANS OP CLIMATE MAKE OVER IE Motoren Event Karin Jansens MVO Nederland 15 sept 2015 MVO GAAT OVER URGENTIE EN OPTIMISME

Nadere informatie

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Het Energiebeleid van komende jaren dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Opbouw Ambities en hoofdlijnen Ontwikkelingen in het energieveld Keuzes van het kabinet Ambitie Regeerakkoord: 1. Minder

Nadere informatie

Behoud van natuurlijk kapitaal en ervaringen rond studie Chemiecluster Eemsdelta

Behoud van natuurlijk kapitaal en ervaringen rond studie Chemiecluster Eemsdelta Behoud van natuurlijk kapitaal en ervaringen rond studie Chemiecluster Eemsdelta Rotterdam Energy Port 2015 R.Willems 1 Definitie Natuurlijk Kapitaal The world s stocks of natural assets which include

Nadere informatie

B-85 Green Deal verduurzamen dierenbeschermingcentra

B-85 Green Deal verduurzamen dierenbeschermingcentra B-85 Green Deal verduurzamen dierenbeschermingcentra Partijen: 1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de heer drs. M.J.M. Verhagen en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu,

Nadere informatie

B-140 Green Deal: Groene Gevangenis Veenhuizen: naar een gevangenis voorzien van duurzame energie uit de regio

B-140 Green Deal: Groene Gevangenis Veenhuizen: naar een gevangenis voorzien van duurzame energie uit de regio B-140 Green Deal: Groene Gevangenis Veenhuizen: naar een gevangenis voorzien van duurzame energie uit de regio Partijen: De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de heer drs. M.J.M. Verhagen,

Nadere informatie

Duurzaamheid, Energie en Milieu

Duurzaamheid, Energie en Milieu Duurzaamheid, Energie en Milieu In de uitvoeringsagenda duurzaamheid van de gemeente staat: Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van huidige generaties zonder de mogelijkheden

Nadere informatie

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 juli Voorzitter van de commissie, Agnes Mulder

VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 juli Voorzitter van de commissie, Agnes Mulder Tweede Kamer der Staten- Generaal Vergaderjaar 018-019 1 501-08 Milieuraad Nr. 785 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 4 juli 019 Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat

Nadere informatie

Samen vooruit. in de circulaire economie. CIRCLES inspireert en ondersteunt u met tools en praktische kennis. Re-creating (y)our environment

Samen vooruit. in de circulaire economie. CIRCLES inspireert en ondersteunt u met tools en praktische kennis. Re-creating (y)our environment Samen vooruit in de circulaire economie Re-creating (y)our environment CIRCLES inspireert en ondersteunt u met tools en praktische kennis Circulaire economie wat moet ik ermee? Circulaire economie: u hoort

Nadere informatie

G4 steden zetten in op een circulaire economie: Steden zijn de motor van de transitie. Uitdaging. Nederland circulaire hotspot.

G4 steden zetten in op een circulaire economie: Steden zijn de motor van de transitie. Uitdaging. Nederland circulaire hotspot. G4 steden zetten in op een circulaire economie: Steden zijn de motor van de transitie. Uitdaging Grondstoffen dreigen schaars te worden door een groeiende bevolking en toenemende welvaart in de wereld.

Nadere informatie

Bouwstenen circulaire gebouwde omgeving Utrecht Een onderzoek naar de kansen voor circulaire bouw en demontage in de regio Utrecht

Bouwstenen circulaire gebouwde omgeving Utrecht Een onderzoek naar de kansen voor circulaire bouw en demontage in de regio Utrecht Bouwstenen circulaire gebouwde omgeving Utrecht Een onderzoek naar de kansen voor circulaire bouw en demontage in de regio Utrecht Opbouw presentatie Waarom circulaire bouw en demontage Voorbeeldproject

Nadere informatie

Stichting Springtij Ophelialaan 69-A 1431 HA, Aalsmeer

Stichting Springtij Ophelialaan 69-A 1431 HA, Aalsmeer Stichting Springtij Ophelialaan 69-A 1431 HA, Aalsmeer T.a.v. Klimaat Jury Wieke de Jong Executive assistant Directie Projectondersteuning Betreft: Pleit Nota Springtij -2017 Groen Gas Nederland Beste

Nadere informatie

C-153 Green Deal Groen Bouwen

C-153 Green Deal Groen Bouwen C-153 Green Deal Groen Bouwen Partijen 1. De Minister van Economische Zaken, de heer H.G.J Kamp, en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, mevrouw W.J. Mansveld, ieder handelende in haar of

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie Nr. 538 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) stimuleert Europa de regionale

Nadere informatie

Circulair Inkopen Van theoretisch kader naar pragmatische uitwerking. Pieter van den Herik & Menno van der Valk Alkmaar:

Circulair Inkopen Van theoretisch kader naar pragmatische uitwerking. Pieter van den Herik & Menno van der Valk Alkmaar: Circulair Inkopen Van theoretisch kader naar pragmatische uitwerking Pieter van den Herik & Menno van der Valk Alkmaar: 8-9-2016 Circulair inkopen Alkmaar 8 september 2016 Pieter van den Herik - MVO Nederland

Nadere informatie

ons bin zinnig feb 2019 made in zeeland

ons bin zinnig feb 2019 made in zeeland ons bin zinnig feb 2019 aanleiding klankbordgroep - duurzaam project - concreet én meetbaar - binnen 5 jaar te realiseren. - energie-balans energie-efficiëntie (duurzame bronnen/besparen) energie-efficiëntie

Nadere informatie

Circulaire Infra Duurzaam GWW

Circulaire Infra Duurzaam GWW Circulaire Infra Duurzaam GWW Amersfoort Jan Bart Jutte (RHDHV) Miguel Kerkstra Cor Luijten 29 november 2018 Duurzaam GWW: Duurzaamheid en circulariteit Omgevingswijzer: duurzaamheid vertaald naar 12 thema

Nadere informatie

Startbijeenkomst keten innovatieprogramma. Kunststof & Rubber in de Ondergrondse Infrastructuur

Startbijeenkomst keten innovatieprogramma. Kunststof & Rubber in de Ondergrondse Infrastructuur Startbijeenkomst keten innovatieprogramma Kunststof & Rubber in de Ondergrondse Infrastructuur Utrecht, 21 oktober 2015 Inhoud Introductie 3 Zij waren er bij! 4 Circulaire economie 5 RACE programma 6 Sectoranalyse

Nadere informatie

De waarde van biomassa

De waarde van biomassa De waarde van biomassa Betaalbaar beheer en onderhoud 1 oktober2015 Mireille Götz Programmamanager Omdat wij niet denken aan onze toekomstige generaties, zullen zij ons nooit vergeten Biobased Economy

Nadere informatie

Voor vragen en opmerkingen:

Voor vragen en opmerkingen: Op 8 december heeft Wethouder Lara de Brito het manifest Maatschappelijk Verantwoord Inkopen (MVI) ondertekend. Door ondertekening van dit manifest geven we ondersteuning aan een landelijk gedragen initiatief

Nadere informatie

Green Deal van Essent New Energy met de Rijksoverheid

Green Deal van Essent New Energy met de Rijksoverheid Green Deal van Essent New Energy met de Rijksoverheid Ondergetekenden: 1. De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, ieder handelende

Nadere informatie

Gemeentelijke aanpak van de circulaire stad. Bron: Week van de Stad

Gemeentelijke aanpak van de circulaire stad. Bron: Week van de Stad Gemeentelijke aanpak van de circulaire stad Bron: Week van de Stad Prof. dr. Jacqueline Cramer, Utrecht Sustainability Institute, 9 mei 2014 Wat betekent een circulaire stad? Uitgangspunt van een circulaire

Nadere informatie

Transformatie naar een slimme, datagedreven tuinbouw

Transformatie naar een slimme, datagedreven tuinbouw Transformatie naar een slimme, datagedreven tuinbouw de rol van onderzoek 19 oktober 2017, prof.dr.ir. Jack van der Vorst, lid concernraad Wageningen University & Research Wereldwijde uitdagingen land-

Nadere informatie

Circulaire Bouweconomie

Circulaire Bouweconomie Circulaire Bouweconomie Het Uitvoeringsprogramma 2019 ir. Hans Scherpenzeel Secretaris Transitieteam CBE Programmamanager Transitiebureau De Bouwagenda Circulaire Bouweconomie Overheid samen met Bouwagenda

Nadere informatie

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel

Statenvoorstel. Perspectief Groene Hart Bestuurlijke samenvatting van het voorstel Statenvoorstel Vergaderdatum GS: 13 juni 2017 Portefeuillehouder: Bom - Lemstra, AW Uiterlijke beslistermijn: n.v.t. Behandeld ambtenaar : mw L.G.J van Westbroek E-mailadres: lgj.van.westbroek@pzh.nl Telefoonnummer:

Nadere informatie

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2

Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Wat verstaan we onder warmtehuishouding? Jo Cox Sponsor P2 Energietransitie Papierketen De ambities binnen Energietransitie Papierketen: Halvering van het energieverbruik per eindproduct in de keten per

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) stimuleert Europa de regionale

Nadere informatie

Regionale Energie Strategie

Regionale Energie Strategie Regionale Energie Strategie Regionaal samenwerken voor realisatie van de Klimaatopgave Een historische opgave Om de opwarming van de aarde te beteugelen, zijn drastische maatregelen nodig. Dit jaar wordt

Nadere informatie

Van energiebeleid naar duurzaamheidsbeleid

Van energiebeleid naar duurzaamheidsbeleid Van energiebeleid naar duurzaamheidsbeleid Duurzaamheidsbeleid van de Gemeente Goeree-Overflakkee 2016 Inhoud Introductie: Wat verstaan we onder duurzaamheid? 2 Aanleiding; Waarom een actualisatie van

Nadere informatie

Initiatie Fieldlab Circulaire Bouw & Infra Twente Agenda voor Twente: Innovatietafel circulaire economie & duurzaamheid

Initiatie Fieldlab Circulaire Bouw & Infra Twente Agenda voor Twente: Innovatietafel circulaire economie & duurzaamheid Initiatie Fieldlab Circulaire Bouw & Infra Twente Agenda voor Twente: Innovatietafel circulaire economie & duurzaamheid Programmawerksessie Agenda 09.00 uur: welkom door gedeputeerde M. van Haaf 09.10

Nadere informatie

Circulair denken, circulair doen: dé nieuwe norm! STAND VAN ZAKEN OP HET GEBIED VAN NORMALISATIE CIRCULAIRE ECONOMIE DE WERELD OP ÉÉN LIJN.

Circulair denken, circulair doen: dé nieuwe norm! STAND VAN ZAKEN OP HET GEBIED VAN NORMALISATIE CIRCULAIRE ECONOMIE DE WERELD OP ÉÉN LIJN. Circulair denken, circulair doen: dé nieuwe norm! STAND VAN ZAKEN OP HET GEBIED VAN NORMALISATIE CIRCULAIRE ECONOMIE DE WERELD OP ÉÉN LIJN. WAT GEBEURT ER AL OP HET GEBIED VAN NORMONTWIKKELING IN HET KADER

Nadere informatie

HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE

HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE HOE GEVEN WE GEZAMENLIJK INHOUD AAN DE CIRCULAIRE ECONOMIE 1. Duurzaamheid en circulariteit 2. Aanpak Rijk 3. Ons voorstel 4. In de praktijk van alledag 5. Duurzaam GWW en circulair inkopen 6. Discussie

Nadere informatie

Bio-economie en circulaire economie

Bio-economie en circulaire economie Bio-economie en circulaire economie Dirk Van Gijseghem, Departement LV Dimitri Strijbos, Vlaanderen Circulair EWI-focus 24 22 maart 2017 1. Bio-economie en Circulaire economie 2. Europees beleid 3. Vlaams

Nadere informatie

Platform Biodiversiteit, Ecosystemen en Economie

Platform Biodiversiteit, Ecosystemen en Economie Een initiatief IUCN-Nederland en VNO-NCW met deelname van: Bedrijfsleven Shell, FrieslandCampina, DSM Recron, IDH Initiatief Duurzame Handel LTO Nederland Natuur- en milieuorganisaties Natuurmonumenten,

Nadere informatie

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas Door de vastgestelde energie- en klimaatdoelstelling binnen Europa om in 2050 energieneutraal te zijn, is het voor de hele samenleving maar met name voor bedrijven

Nadere informatie

Doe mee voor een mooi en duurzaam Overijssel. Beleidsplan Natuur en Milieu Overijssel

Doe mee voor een mooi en duurzaam Overijssel. Beleidsplan Natuur en Milieu Overijssel Doe mee voor een mooi en duurzaam Overijssel Beleidsplan Natuur en Milieu Overijssel 2017-2019 Duurzaam samen Samen met inwoners, overheden en bedrijven werkt Natuur en Milieu Overijssel aan een mooi en

Nadere informatie

INDUSTRIE EN SAMENLEVING HET VIZIER OP 2025. De bijdrage van de industrie aan de kwaliteit van leven in 2025

INDUSTRIE EN SAMENLEVING HET VIZIER OP 2025. De bijdrage van de industrie aan de kwaliteit van leven in 2025 INDUSTRIE EN SAMENLEVING HET VIZIER OP 2025 De bijdrage van de industrie aan de kwaliteit van leven in 2025 Startnotitie: Naar een Visie voor de Nederlandse industrie 28 maart 2010 Naar de Visie 2025 -

Nadere informatie

Roadmap Next Economy. Hans Beekman

Roadmap Next Economy. Hans Beekman Roadmap Next Economy Hans Beekman Aanleiding Roadmap Next Economy Economische potentie wordt onvoldoende benut Versterken regionale samenwerking noodzakelijk (OESO) Eenduidige toekomstbestendige economische

Nadere informatie

KRIMP INLEIDING. voor de welvaart. Bevolking -1,2% Banen -4% In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland

KRIMP INLEIDING. voor de welvaart. Bevolking -1,2% Banen -4% In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland SMART WATER INLEIDING In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland - nieuw te ontwikkelen) projecten en activiteiten aan worden verbonden en worden KRIMP voor de welvaart

Nadere informatie

Circulaire Economie. Keten innovatie als sleutel voor best practices. IJmuiden 8 december 2016 Pieter van den Herik - MVO Nederland

Circulaire Economie. Keten innovatie als sleutel voor best practices. IJmuiden 8 december 2016 Pieter van den Herik - MVO Nederland Circulaire Economie Keten innovatie als sleutel voor best practices IJmuiden 8 december 2016 Pieter van den Herik - MVO Nederland Kennis- en netwerkinstelling met meer dan 70 aangesloten brancheorganisaties

Nadere informatie

Grondstoffenschaarste in drie dimensies

Grondstoffenschaarste in drie dimensies Grondstoffenschaarste in drie dimensies Maarten Hajer Kenniskamer Schaarste 9 oktober 2012 Schaarste in vele vormen 2 Vraag stijgt, schaarste neemt toe; prijzen stijgen en schommelen 3 Geen uitputting

Nadere informatie

13 Preventie Inleiding

13 Preventie Inleiding 13 Preventie 13.1 Inleiding Preventie van afval is een van de hoofddoelstellingen van het afvalstoffenbeleid. Afvalpreventie richt zich op het voorkomen dan wel het beperken van het ontstaan van afvalstoffen

Nadere informatie

SBIR Verduurzamen voedselproductie

SBIR Verduurzamen voedselproductie SBIR Verduurzamen voedselproductie Informatiebijeenkomst 16 juli 2014 Alexia Michel, Ministerie EZ Topsector Agri&Food en Tuinbouw&Uitgangmaterialen Achtergrond Initiatief: topsector Agri&Food en ministerie

Nadere informatie

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018 Strategische Agenda Helmond Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018 Staat van Helmond: Hoofddoelen strategische agenda Centrale ambitie: Meer banen Meer inwoners Meer banen Verwachte groei naar 101.000

Nadere informatie

- - - - - - - - o o o - - - - -

- - - - - - - - o o o - - - - - o o o o o o Zorg voor groene groei in een circulaire, biobased economie Centrale vragen: Wat zijn ambities van RWS in het thema? Hoe raken andere beleidsvelden/partijen en RWS elkaar? Wat moet je

Nadere informatie

Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020

Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020 Meerjarenprogramma Ambitiedocument 2016-2020 Agribusiness Economie & Logistiek Recreatie & Toerisme maandag 15 juni 2015, bijeenkomst voor raadsleden Naar een nieuw Programma Jaar 2011-2014 2015 2015 2015

Nadere informatie

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT LETTER OF COMMITMENT BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT Vrijdag 2 oktober 2015, 2 e concept Leeswijzer en de relatie van dit document tot andere documenten 1. De afzender van een Letter of Commitment wordt aangeduid

Nadere informatie

Perspectief voor de Achterhoek

Perspectief voor de Achterhoek Perspectief voor de Achterhoek 1 Perspectief voor de Achterhoek Aanleiding Op 23 september organiseerde De Maatschappij met Rabobank Noord- en Oost-Achterhoek een interactieve bijeenkomst met als doel

Nadere informatie

Green Deal. 21 November 2013 Herry Nijhuis (AgentschapNL) Coördinerend manager Green Deals

Green Deal. 21 November 2013 Herry Nijhuis (AgentschapNL) Coördinerend manager Green Deals Green Deal 21 November 2013 Herry Nijhuis (AgentschapNL) Coördinerend manager Green Deals Inhoud presentatie Overheidsbeleid Green Deal Green Deal Aanpak Voorbeelden van Green Deals Green Deal initiatief

Nadere informatie

Helmonds Energieconvenant

Helmonds Energieconvenant Helmonds Energieconvenant Helmondse bedrijven slaan de handen ineen voor een duurzame en betrouwbare energievoorziening. Waarom een energieconvenant? Energie is de drijvende kracht Energie is de drijvende

Nadere informatie

Samenstelling bestuur

Samenstelling bestuur Presentatie KvO 2.0 Samenstelling bestuur Krachtteam Peter Beckers : voorzitter Jan van Loon : initiatiefnemer Theo Vinken : initiatiefnemer Paul Jansen : aanvoerder werkorganisatie 2a Karel Jan van Kesteren

Nadere informatie

Wegwijzer naar een groene toekomst

Wegwijzer naar een groene toekomst Wegwijzer naar een groene toekomst Investeren in biodiversiteit Investeren in behoud en duurzaam gebruik van biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen loont. Het zorgt ervoor dat ecosystemen ook in de

Nadere informatie

CIRCULAIRE ENERGY BOOSTER

CIRCULAIRE ENERGY BOOSTER CIRCULAIRE ENERGY BOOSTER Sander Hakkennes Creatieve project inrichter Realiseren van duurzame en inspirerende werkomgevingen. CIRCULAIR INRICHTEN REDEFINE YOUR OFFICE KANTOOR IN DE BUITENLUCHT BUROOTJE

Nadere informatie

Verduurzaming van de veehouderij: urgentie vanuit mondiaal perspectief

Verduurzaming van de veehouderij: urgentie vanuit mondiaal perspectief Verduurzaming van de veehouderij: urgentie vanuit mondiaal perspectief Conferentie Keuzes voor landbouw en veehouderij Huidige mondiale impact van veehouderij Biodiversiteit, aandeel 30% in mondiaal verlies

Nadere informatie

Onze gemeenschappelijke ambitie:

Onze gemeenschappelijke ambitie: 1 Concept-versie versnellingsafspraken vanuit de provinciale opgaven voor de regio Hart van Brabant d.d. 15 november Document ten behoeve van dialoog tussen het College van Gedeputeerde Staten van Noord

Nadere informatie

De Bilt, 7 februari 2019

De Bilt, 7 februari 2019 De Bilt, 7 februari 2019 De Global Goals (1) Wereldwijde agenda met 17 doelen voor duurzame ontwikkeling: Sustainable Development Goals Duurzaamheid in de breedste zin In 2015 vastgesteld door VN Te realiseren

Nadere informatie