HAVO VWO. Verschil in didactische aanpak van natuurkunde lessen tussen HAVO en VWO klassen. -Onderzoek van Onderwijs, eindverslag-

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HAVO VWO. Verschil in didactische aanpak van natuurkunde lessen tussen HAVO en VWO klassen. -Onderzoek van Onderwijs, eindverslag-"

Transcriptie

1 HAVO VWO Verschil in didactische aanpak van natuurkunde lessen tussen HAVO en VWO klassen -Onderzoek van Onderwijs, eindverslag- Opleiding: Student: Master Science Education and Communication, TU/e ir. E.N.M. van Leeuwen Studentnr.: Vak: Vakcode: Onderzoek van Onderwijs EME25 Docenten: dr. E. Ketelaar dr. G.L.M. Schellings Begeleiders: dr. L.G.A. Putter-Smits dr. G.L.M. Schellings 1

2 Inhoudsopgave Samenvatting 4 Voorwoord 6 Inleiding 7 1 Opzet van het onderzoek 8 2 Literatuuronderzoek Literatuuronderzoek-kenmerken van HAVO en VWO leerlingen : Aanpak 2.2.2: Analyse 2.2.3: Resultaten-kenmerken van HAVO en VWO leerlingen Resultaten-kenmerken van HAVO leerlingen De HAVO leerlingen op sociaal-emotioneel gebied De HAVO leerlingen op het gebied van leren/les krijgen Resultaten-kenmerken van VWO leerlingen De VWO leerlingen op sociaal-emotioneel gebied De VWO leerlingen op het gebied van leren/les krijgen 2.3 Literatuuronderzoek-aanbevelingen didactische aanpak Aanpak Analyse Resultaten-aanbeveling didactische aanpak HAVO leerlingen Resultaten-aanbevelingen didactische aanpak VWO leerlingen 2.4 Literatuuronderzoek-didactische aanpak onderwijs in de tweede fase Aanpak Analyse Resultaten-didactische aanpak onderwijs in de tweede fase 2.5 Literatuuronderzoek-algemene didactische aanpak Literatuuronderzoek-algemene didactische aanpak-lesopzet 2.6 Literatuuronderzoek-conclusie Literatuuronderzoek-discussie Literatuuronderzoek-aanbevelingen 24 3 Methodeonderzoek 25 2

3 3.1 Aanpak Analyse Resultaten-methodeonderzoek Per methode beschikbare leermiddelen Opdrachten ingedeeld naar denkniveaus 3.4 Methodeonderzoek-conclusie Methodeonderzoek-discussie Methodeonderzoek-aanbevelingen 32 4 Lesontwerp Lesontwerp aanpak Beschikbare leermiddelen en lesmaterialen Analyse van de beschikbare leermiddelen en lesmaterialen met betrekking tot HAVO didactiek en opdrachtdenkniveaus Aanbevelingen voor het ontwerpen van de lessen Lesvoorbereidingsformulier les 1 en 2: De tweede wet van Newton Toelichting en HAVO didactiek per lesonderdeel Lesontwerp discussie en conclusie 47 5 Slotconclusie 49 6 Reflectie 51 7 Literatuurlijst 52 8 Bijlagen 54 Bijlage 1: Paragraaf 4.2 uit Systematische Natuurkunde basisboek HAVO Digitale bijlagen Digitale bijlage A: PowerPoint presentatie les 1 en 2:- De tweede wet van Newton 58 3

4 Samenvatting Het aanbieden van goede lessen in het middelbaar onderwijs valt of staat met de didactiek die door de docenten gebruikt wordt. De docent maakt de keuze voor het gebruik van werkvormen en leermiddelen en probeert deze op een dusdanige manier aan de leerlingen aan te bieden dat de transfer van informatie maximaal is. Maar hoe wordt deze maximale transfer nu bereikt en hebben leerlingen van verschillende niveaus een andere benadering nodig? In dit onderzoek wordt het verschil in didactische aanpak van natuurkundelessen tussen HAVO en VWO klassen toegelicht en het uiteindelijke doel is te achterhalen hoe een les aan HAVO vier het beste vormgegeven kan worden. Dit laatste om de auteur van dit onderzoek te ondersteunen in de lespraktijk. De vraag waarop in dit onderzoek een antwoord gezocht wordt is: Wat is een geschikte didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen in het algemeen en voor HAVO bovenbouwleerlingen binnen het vak natuurkunde toegespitst op het onderwerp mechanica (krachten en wetten van Newton) in het bijzonder? Om antwoord te geven op deze vraag is er literatuuronderzoek verricht naar de leerlingkenmerken van HAVO en VWO-leerlingen, de aanpak die past bij de inrichting van de tweede fase en twee onderwijsmethoden zijn met elkaar vergeleken op geschiktheid voor HAVO- VWO leerlingen. Uit het literatuuronderzoek naar de leerling kenmerken van HAVO en VWO en naar de didactiek die daarbij past, is gebleken dat de populatie VWO leerlingen zelfstandig is waarbij weinig docentsturing nodig is. De HAVO leerlingen hebben daarentegen veel sturing en structuur nodig, niet alleen op het gebied van de leerstof, maar ook op het gebied van sociaalemotionele ontwikkeling en het welbevinden binnen de groep en in de les. Er is nagegaan welke didactische aanpak de tweede fase nastreeft voor het inrichten van lessen en hierbij is een lesmodel gevonden waarin tevens de didactische aanpak passende bij de leerling kenmerken naar voren komt. Een methodestudie is uitgevoerd waarbij de beschikbare leermiddelen van de methode Pulsar en van de methode Systematische Natuurkunde in kaart zijn gebracht en waarbij de opdrachten van de paragrafen over krachten en wetten van Newton ingedeeld zijn in denkniveaus volgens de Bloom-Krathwohl taxonomy. Hieruit is gebleken dat er qua leermiddelenaanbod per methode geen verschil is tussen HAVO en VWO niveau. Wel kan geconcludeerd worden dat de methode Pulsar, door een stapsgewijze indeling van de leermiddelen, een betere basis biedt voor het geven van lessen aan HAVO leerlingen en meer ondersteuning voor zelfstandig werken aan VWO leerlingen. Wat betreft de denkniveaus kan geconcludeerd worden dat de denkniveaus van de opdrachten behorende bij de paragrafen over krachten en wetten van Newton binnen de methodes voor VWO leerlingen hoger liggen en meer op het gebied van inzicht dan voor de HAVO leerlingen. Een bevinding die ook past bij de meer zelfstandige VWO leerlingen en de HAVO leerlingen die meer begeleiding nodig hebben. Met behulp de resultaten uit bovenstaande onderzoek is een tweetal lessen ontworpen voor HAVO leerlingen, gebaseerd op een paragraaf uit het boek Systematische Natuurkunde basisboek HAVO 4. Voor het ontwerpen van de lessen was het noodzakelijk om de door de methode beschikbaar gestelde leermiddelen te analyseren op didactiek en opdrachtdenkniveaus. Het voornaamste resultaat was dat de methode Systematische 4

5 Natuurkunde over het algemeen niet voldoet aan de in dit onderzoek gevonden HAVO didactiek. De stapsgewijze, duidelijke benadering van de lesstof ontbreekt (in ieder geval in de paragraaf waar de lessen op gebaseerd zijn) en het is gebleken dat niet alle aangeboden leermiddelen inhoudelijk goed en duidelijk zijn voor de leerlingen. Gebaseerd op de inhoudelijke analyse van de in de paragraaf beschikbaar gestelde leermiddelen, zijn aanbevelingen gedaan voor het ontwikkelen van nieuwe leermiddelen en het inrichten van de lessen. Het tweetal lessen dat ontwikkeld is, bevat een stapsgewijs aanbod van de lesstof, uitgaande van de gevonden HAVO didactiek, waarbij een nieuwe context gekozen is die beter aansluit bij de leefwereld van de leerlingen. Tevens is een invulvel ontwikkeld waarmee de leerlingen stapsgewijs, uitgaande van hun eigen context, naar het natuurkundig begrijpen van het verband tussen resulterende kracht en snelheidsverandering toe kunnen werken. Het actief herhalen van achtergrondkennis geeft de leerlingen de kans om aan te sluiten bij eerder geleerde stof en deze te herhalen. Een nieuw ontwikkeld demonstratiepracticum biedt extra ondersteuning bij het doorgronden van de stof. Leerlingen kunnen de stof toepassen in de opdrachten die een drietal denkniveaus bestrijken. 5

6 Voorwoord Wanneer een beginnend docent de eerste lessen gaat voorbereiden en de HAVO en VWO boeken naast elkaar open legt, kan al snel de volgende gedachte ontstaan: Wanneer ik de VWO lessen goed voorbereid, kan ik de HAVO lessen ook zo geven, want de HAVO stof is de VWO stof, maar dan simpeler. Ook ondergetekende moet toegeven een dergelijke gedachte te hebben gehad. De praktijk heeft echter uitgewezen dat het zo simpel niet is. Uit persoonlijke ervaring blijkt dat de omgang met de bovenbouw VWO leerlingen soepel loopt en dat het weinig moeite kost om les te geven aan deze groep leerlingen. Er bestaat wederzijds begrip wat betreft de lesinhoud en lesparticipatie. Het lesgeven aan de bovenbouw HAVO kost echter meer moeite. Er blijkt een overdrachtsprobleem te bestaan tussen de aangeboden stof en datgene wat de leerlingen oppikken. Ook aan de verwachtingen wat betreft lesparticipatie wordt niet voldaan. Binnen de HAVO groep lijken de leerlingen ook bij interessante uitleg- ongeconcentreerd en niet geïnteresseerd. Blijkbaar bestaat er dus ergens een discrepantie tussen de in de door de auteur gebruikte didactiek in de HAVO bovenbouw en het oppikken van de stof door de leerlingen. Naar aanleiding van het bovengenoemde is besloten een onderzoek uit te voeren naar het verschil in didactische aanpak tussen HAVO en VWO bovenbouw leerlingen in het algemeen toegespitst op de specifieke kenmerken van de groepen leerlingen met als doel het ontwikkelen van goed onderwijs op natuurkundegebied. 6

7 Inleiding Het lesgeven aan groepen leerlingen valt of staat met de didactische vaardigheden van de docent. Het is de kunde van de docent om die activiteiten en kennis in zijn repertoire te hebben om lessen in te richten en het lesgeven in een bepaald vak aan te passen aan de belevingswereld van de leerlingen. De term didactiek wordt binnen dit onderzoek als volgt gedefinieerd: Didactiek is de wetenschap die zich bezig houdt met de vraag hoe een docent kennis, vaardigheden en leerinhouden kan onderwijzen aan leerlingen. (Wikipedia (z.j.)) Naast de bovengenoemde didactische vaardigheden is het van belang dat de docent zijn lessen afstemt op de doelgroep waaraan de lessen gegeven worden. Het is de taak van de leerkracht om qua lesinhoud en didactiek een zo goed mogelijke aansluiting bij de leerlingen te vinden om de kennisoverdracht zo groot mogelijk te maken. Binnen dit onderzoek zal een antwoord gezocht worden op de volgende hoofdvraag: Wat is een geschikte didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen in het algemeen en voor HAVO bovenbouwleerlingen binnen het vak natuurkunde toegespitst op het onderwerp mechanica (krachten en wetten van Newton) in het bijzonder? Omdat de oorspronkelijke leervraag van de auteur van dit onderzoek ligt in de HAVO didactiek, zal met behulp van de in het onderzoek gevonden didactiek, specifiek voor de HAVO doelgroep geschikt, een tweetal lessen ontworpen worden op het gebied mechanica (krachten en wetten van Newton). 7

8 1 Opzet van het onderzoek De hoofdvraag van dit onderzoek is de volgende: Wat is een geschikte didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouw leerlingen in het algemeen en voor HAVO bovenbouw leerlingen binnen het vak natuurkunde toegespitst op het onderwerp mechanica (krachten en wetten van Newton) in het bijzonder? De basis van dit onderzoek bestaat uit een literatuurstudie en een methodeonderzoek. Het literatuuronderzoek dient als basis voor het vinden van een geschikte didactische aanpak voor lessen aan HAVO en VWO leerlingen. Het methodeonderzoek heeft als doel erachter te komen welke leermiddelen en welk niveau van leermiddelen binnen de didactische basis gebruikt kan worden. Het literatuuronderzoek heeft als doel antwoord te vinden op de volgende drie vragen: Wat zijn de in de literatuur genoemde algemene kenmerken van HAVO en VWO bovenbouwleerlingen? Welke aanbevelingen worden er in de literatuur gedaan voor de didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen. Welke didactische aanpak wordt in de literatuur voorgesteld voor het huidige onderwijs in de tweede fase? De antwoorden op de bovenstaande vragen zullen resulteren in een algemene didactische aanpak voor het geven van lessen aan bovenbouw HAVO en VWO leerlingen toegespitst op de leerling kenmerken en in het bijzonder op het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen in de tweede fase. Het methodeonderzoek heeft als doel antwoord te vinden op de volgende vraag: Welke leermiddelen en welke opdrachten(denk)niveaus worden door natuurkundemethodes nagestreefd of aanbevolen voor het geven van natuurkundelessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen specifiek voor het onderwerp mechanica (krachten en wetten van Newton). Het methode onderzoek zal bestaan uit het in kaart brengen van de leermiddelen die per methode beschikbaar zijn. Tevens zullen de opdrachten uit de paragrafen met als onderwerp mechanica (krachten en wetten van Newton) ingedeeld worden naar denkniveaus om erachter te komen of er een verschil in niveau van benadering bestaat tussen HAVO en VWO leerlingen. Het uiteindelijke doel van dit onderzoek is de didactische basis in combinatie met de leermiddelen en opdracht(denk)niveaus te gebruiken als een startpunt voor het ontwerpen van natuurkundelessen aan HAVO leerlingen op het gebied van mechanica (krachten en wetten van Newton) Er zal een tweetal lessen in elkaar gezet worden die de auteur van dit onderzoek zal ondersteunen in de lespraktijk. 8

9 2 Literatuuronderzoek 2.1 Literatuuronderzoek-procedure Er zijn veel artikelen beschikbaar met betrekking tot de leerling kenmerken en didactiek die het beste toegepast kan worden op HAVO en/of VWO niveau. Binnen dit onderzoek is gebruik gemaakt van een selectie uit deze artikelen. Er is gebruik gemaakt van die artikelen die een goed onderbouwd overzicht geven van de leerling kenmerken en/of didactiek. Het literatuuronderzoek is opgedeeld in drie delen die elk een antwoord geven op een van de 3 gestelde vragen (zie hoofdstuk 1). 2.2 Literatuuronderzoek-kenmerken van HAVO en VWO leerlingen Aanpak Voor het achterhalen van de algemene kenmerken van HAVO en VWO bovenbouwleerlingen zijn er een drietal artikelen bestudeerd waarbinnen een vergelijking wordt gemaakt tussen deze twee groepen leerlingen (Fiers, 2010; Groeneveld, 2010, Michels, 2006). Tevens is gebruik gemaakt van een tweetal lijsten met daarin de algemene kenmerken van de typische HAVO en VWO leerling samengesteld door het Algemeen Pedagogisch Studiecentrum ( z.j). In de literatuur is meer geschreven over eigenschappen en didactiek met betrekking tot HAVO bovenbouwleerlingen dan over de eigenschappen en didactiek met betrekking tot VWO bovenbouwleerlingen. Om een goed beeld te krijgen van de HAVO bovenbouwleerlingen is tevens gebruik gemaakt van de artikelen specifiek over deze groep. (Hamer, 2010; Klomp, 2010; Vermaas, 2007). In de onderstaande tekst wordt een lijst met leerling kenmerken gepresenteerd. Bij de kenmerken staan voetnoten vermeld. Deze voetnoten verwijzen naar de volgende bronnen: Michels (2006) = 1; (z.j.) = 2; Hamer (2010) = 3; Fiers (2010) = 4; Klomp (2010) = 5; Vermaas (2007) = 6; Groeneveld (2010) = Analyse Om een rangschikking aan te brengen in de gevonden leerling kenmerken van beide groepen is gekozen om de kenmerken in twee groepen in te delen: kenmerken op sociaal-emotioneel gebied en de kenmerken op het gebied van leren/les krijgen. De eerste groep is, gedeeltelijk in navolging van Michels (2006), ingedeeld in de groepen algemeen, persoonlijkheid en zelfwaardering. De laatste groep is ingedeeld in twee subgroepen: motivatie en studiehouding/-vaardigheden. De subgroep studiehouding/-vaardigheden is ingedeeld in de groepen: intelligentie/leerstijlen, instelling, concentratie, structuur, interactie en reflectie Resultaten-kenmerken van HAVO en VWO leerlingen Voordat er verder ingegaan wordt op de eigenschappen van HAVO en VWO leerlingen, is het van belang stil te staan bij het feit dat HAVO en VWO klassen sterk verschillen in samenstelling. Het schoolsysteem is zo ingericht dat de leerlingen geselecteerd worden al naar 9

10 gelang welke didactiek aangeboden wordt. Wordt er bijvoorbeeld op VWO niveau een didactiek aangeboden die niet bij een (wel VWO-waardige) leerling past, dan zal deze leerling slechter scoren en daardoor automatisch op de HAVO terecht komen. Bij het tonen van een lage inzet kunnen VWO-waardige leerlingen ook op de HAVO terecht komen, terwijl ze daar qua intelligentie niet horen. Tevens wordt er van de leerling verwacht dat hij of zij zich ontplooit in een bepaald profiel en daarbij eventueel vakken mee moet slepen die niet goed bij hem passen. Leerlingen zullen dan automatisch lager scoren op deze vakken en als gevolg daarvan eerder op de HAVO terecht komen dan op het VWO (Michels 2006). Het directe gevolg van het bovenstaande is dat de heterogeniteit van de leerlingen in de HAVO klassen vergroot wordt boven die van de leerlingen in de VWO klassen. De heterogeniteit van de leerlingen in de HAVO klassen is sowieso al groter omdat de bovenbouw HAVO bestaat uit reguliere havisten, afstromers van het VWO en doorstromers van het VMBO. Dit is een aspect wat hoogstwaarschijnlijk terug zal komen wanneer de kenmerken van HAVO en VWO leerlingen met elkaar vergeleken zullen worden Resultaten-kenmerken HAVO leerlingen De onderstaande lijst geeft de in de literatuur gevonden kenmerken van HAVO leerlingen weer. Daar waar in de vergrotende stap wordt gesproken wordt een vergelijking gemaakt met VWO leerlingen De HAVO leerlingen op sociaal-emotioneel gebied 1. Algemeen o Hebben veel activiteiten naast school. 6 o Vinden reflectie lastig. 2,6 o Vormen, vooral in de bovenbouw een zeer heterogene groep: Verschillende leerstijlen, wisselende interesses en verschil in schoolloopbaan voorafgaand aan de bovenbouw. 7 o Hebben een minder brede algemene ontwikkeling Persoonlijkheid o Zijn vrolijk gezellig en spontaan 1,2 uiten emoties, maar hebben moeite met het relativeren van emoties. 2 o Zijn sfeergevoelig. 2,3 o Zijn sociaal 1,2,3,5,6 en hechten veel waarde aan hun peer-groep. 1,2,6 o Zijn goed op hun gedrag aanspreekbaar. 7 o Hebben doorzettingsvermogen Zelfwaardering o Hebben een lager zelfvertrouwen. 2 o Zijn afhankelijker 1 en onzekerder 1 o Raken sneller in paniek. 1 o Zoeken bevestiging 2,4 en houvast. 2 o Hebben behoefte aan structuur en veiligheid. 1 10

11 De HAVO leerlingen op het gebied van leren/les krijgen 1. Motivatie o Hebben een lagere intrinsieke motivatie 4,5 en kiezen over het algemeen voor de makkelijkste weg. 6 o Gaan graag naar school 1 voornamelijk vanwege het sociale aspect van de school. 6 o Werken voor de docent 1,2,6,7 en raken gemotiveerd door positieve bekrachtiging en beloning, 3,7 een goede relatie met de docent wordt op prijs gesteld. 6 o Staan open voor nieuwe ideeën die aansluiten bij hun belevingswereld, 2 en halen hun motivatie hieruit. 5 o Raken gemotiveerd door een einddoel 1 maar wel op korte termijn. 6 o Leerlingen hebben een onvermogen tot plannen 5,6 en raken hier gedemotiveerd door Studiehouding en vaardigheden o Intelligentie, leerstijlen Hebben een lager abstraherend vermogen en tempo. 1 Hebben een lager gemiddeld cijfer en een lagere kans op overgaan/slagen. 1 Zijn vooral beslissers en doeners. 1,3,7 Zijn praktisch en toepassingsgericht. 1 o Instelling Zien huiswerk als noodzakelijk kwaad. 4,6 Hebben een passieve studiehouding. 5 Nemen gestuurd initiatief 1,2 en stellen zich anders afwachtend op 2, vertonen uitstelgedrag. 2,6 Zijn gericht op een goed cijfer en minder op de inhoud. 1 Zijn reproductiegericht. 2,6 o Concentratie Hebben een korte spanningsboog 1,2,4,5,6 en moeite zich te concentreren. 4 Werken minder nauwkeurig. 4 Geven sneller op, gaan geen antwoord zoeken. 1 o Structuur Hebben behoefte aan structuur 1,5,6 en controle 1 en daarbinnen keuzevrijheid. 3,5,7 Hebben meer moeite met het toepassen van opgedane kennis in nieuwe theoretische situaties (transfer), 1,3 maar kunnen dit met sturing wel voor elkaar krijgen. 2,9 Zijn productgericht, 1,3 verlangen resultaat op korte termijn 2, 3, 4, hebben moeite met uitgestelde opbrengst 2 en willen graag strakkere richtlijnen 4 of een strategie 3 om tot het eindproduct te komen. 11

12 Hebben meer stappen nodig en meer oefening. 1 Kunnen na oefening zelfstandig problemen oplossen. 2 Kunnen met behulp van voorbeelden verbanden leggen 2 en kunnen hoofd en bijzaken onderscheiden in concrete situaties. 1,2 Kunnen conclusies trekken, mits informatie geordend is en niet te omvangrijk. 2 Willen graag het nut zien van taken. 2 Combineren weinig met eerdere stof en andere vakken. 1 Vinden zelfstandig werken 5 en planningen maken moeilijk. 1,5,6 Afspraken moeten dubbel verankerd worden. 2 o Interactie Ervaren frontaal lesgeven en duidelijke uitleg als prettig. 4 Hebben als gevolg van de korte spanningsboog meer afwisseling, en actie in het leerproces nodig. 2,4 Houden van het kort aanstippen van meerdere onderwerpen. 1 Houden van afwisseling in lesinhoud (qua onderwerp). 1,2 Zien samenwerken als noodzakelijk en doen dit snel en graag. 2,7 Samenwerken is succesvol omdat ze veel belang hechten aan sociale aspecten 5 maar zijn wel sterker gericht op de eigen inbreng dan op het collectief resultaat. 2 Raken gemotiveerd door lesstof die dicht bij hun belevingswereld ligt. 1,5 Houden van spannende, motiverende opdrachten, eventueel groepsgericht. 1,4 Willen graag weten waarvoor ze dingen leren en op welke manier ze er op korte termijn iets aan hebben. 4 Stellen concrete vragen en zijn tevreden met het antwoord. 1,2 o Reflectie Kunnen meta-cognitieve activiteiten nog niet alleen aan 2,4 en vinden reflectie lastig. 1,2, Resultaten-kenmerken van VWO leerlingen De onderstaande lijst geeft de in de literatuur gevonden kenmerken van VWO leerlingen weer. Daar waar in de vergrotende stap gesproken wordt, wordt een vergelijking gemaakt met HAVO leerlingen De VWO leerlingen op sociaal-emotioneel gebied 1. Algemeen Gaan minder graag naar school. 2 Kunnen proces- en gedragsgericht reflecteren. 2 Zijn breed geïnteresseerd en hebben een hoge algemene ontwikkeling. 2 12

13 2. Persoonlijkheid Bezitten kinderlijkheid en enthousiasme. 1 Zijn serieuzer. 1 Tonen emoties wanneer dat nodig is, maar kunnen ook introvert en zakelijk zijn. 2 Hebben meer behoefte aan zakelijkheid in contacten. 2 Zijn meer individualistisch. 1 Hebben doorzettingsvermogen. 1,2 Zijn cognitief intelligent Zelfwaardering Zijn zekerder en overtuigder van zichzelf, denken sneller alles te weten en raken minder snel in paniek. 1 Zijn gemakkelijk te corrigeren zonder dat ze zich aangevallen voelen. 1 Zoeken meer grenzen op (onderhandelen) De VWO leerlingen op het gebied van leren/les krijgen 1. Motivatie o Hebben een hogere intrinsieke motivatie tot leren 2 en hechten belang aan het opleidingsaspect van de school. 1 o Werken voor de eigen ambitie 1 en voelen zich verantwoordelijk voor het eigen werk. 4 o Zijn gevoelig voor een individuele uitdaging in een opdracht. 1 Gaan ervoor als een taak uitdagend is 2 of een moeilijk probleem bevat Studiehouding en vaardigheden o Intelligentie, leerstijlen Hebben een hoger abstraherend vermogen 1,2 en tempo. 1,2 Hebben een hoger gemiddeld cijfer en een hogere kans op overgaan/slagen. 1 Zijn vooral denkers. 1 Hebben een hogere algemene ontwikkeling 1 en een brede, diepgaande belangstelling. 1 Zijn breed cognitief ontwikkeld 1 en hebben betere cognitieve vaardigheden. 4 Zijn theoretischer en intellectueler ingesteld. 1 o Instelling Zijn gedisciplineerd wat betreft schoolzaken. 4 Werken om hun eigen positieve imago in stand te houden. 1 Voelen zich verantwoordelijk voor hun eigen werk en willen hun werk goed in orde hebben. 4 Nemen initiatief 1,2 en stellen zich anders afwachtend op. 2 Willen de stof echt begrijpen. 1 13

14 Willen graag zelf dingen uitzoeken. 4 Leren graag alleen 2 Zien samenwerken als noodzakelijk 2 maar is wel gericht op collectief resultaat bij groepsopdrachten. 2 o Concentratie Hebben een lange spanningsboog 1,2 en kunnen hun aandacht beter bij het werk houden. 4 Werken nauwkeuriger en beginnen beter voorbereid aan hun werk. 4 Zullen blijven proberen een antwoord te vinden. 1 Hebben weinig moeite met uitgestelde opbrengst. 2 o Structuur Hebben een helikopterview over de stof. 1,2 Kunnen het geleerde toepassen in nieuwe situaties (transfer). 1,2 Kunnen beter plannen 1,2 en grote taken overzien. 1 Hebben een goed beeld van de inhoud en aanpak van hun huiswerk. 4 Kunnen zelfstandig problemen oplossen. 2 Kunnen zelfstandig/beter verbanden leggen, 1,2,4 kunnen hoofd en bijzaken onderscheiden, ook bij abstracte teksten 2 en kunnen conclusies trekken uit kleinere en grotere hoeveelheden stof. 2 Zijn beter in het toepassen van kennis. 4 Hebben een groot probleemoplossend vermogen. 1,2 Zijn creatiever in het bedenken van oplossingen en eindproducten. 4 Kunnen beter omgaan met wat vrijere opdrachten. 4 Afspraken hoeven nauwelijks dubbel verankerd te worden. 2 o Interactie Ervaren frontaal lesgeven en duidelijke uitleg als prettig. 4 Stellen soms vragen en zijn niet snel tevreden met het antwoord. 2 Hebben het vermogen om leerstof in competitie toe te passen. 2 o Reflectie Kunnen beter reflecteren op hun studiegedrag. 4 Kunnen reflecteren op het proces 1,2 en bezitten metacognitie Literatuuronderzoek-aanbevelingen didactische aanpak Aanpak Om antwoord te vinden op de vraag welke aanbevelingen er in de literatuur worden gedaan voor de didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO (bovenbouw)leerlingen is een drietal artikelen bestudeerd (Hamer, 2010; Mennen, 2011; Michels, 2006). Hamer (2010) heeft betrekking op de didactiek aan HAVO 3 klassen. 14

15 Aangenomen wordt dat de didactiek aan HAVO 3 klassen doorgetrokken kan worden naar HAVO 4 en HAVO 5 klassen. In de onderstaande tekst wordt een lijst met kenmerken van een didactische aanpak geformuleerd. Bij de kenmerken staan voetnoten vermeld. Deze voetnoten verwijzen naar de volgende bronnen: Michels (2006) = 1; Hamer (2010) = 3; Mennen, (2011)= Analyse Om een indeling aan te brengen in de aanbevelingen voor de didactische aanpak is een indeling gemaakt naar didactische aanpak op het gebied van lesinhoud, lesopbouw en begeleiding/omgang voor HAVO en VWO leerlingen apart. Lesinhoud is vervolgens onderverdeeld in drie categorieën; stof in het algemeen, opdracht specifiek en werkvormen Resultaten-aanbevelingen didactische aanpak HAVO leerlingen De onderstaande lijst geeft de in de literatuur gevonden didactische aandachtspunten voor HAVO leerlingen weer. Daar waar in de vergrotende trap gesproken wordt, wordt een vergelijking getrokken met de didactische aandachtspunten voor VWO bovenbouwklassen. 1. Lesinhoud o Stof in het algemeen Zorg voor een praktische, minder abstracte benadering van de stof. 1 Koppel de praktijk aan de theorie. 3 Biedt de stof aan in bekendere, toepassingsgerichte kaders. 1,3 Zorg dat de stof goed aansluit bij de eigen belevingswereld van de leerlingen. Geef meer aanwijzingen en zorg voor kleinere stappen. 1 Behandel eerst eenvoudige opstapoefeningen. 1 Zorg dat de oefenstof dicht bij de uitleg ligt. 1,3 o Opdracht specifiek Zorg voor meer gestructureerde, duidelijk geformuleerde opdrachten met zekerheid over wat en hoe (eindtermen). 1 Werk met controleerbare opdrachten. 1 o Werkvormen Werk met activerende werkvormen. 3,8 Meer differentiatie op niveau en leerstijl omdat de onderlinge verschillen bij leerlingen hier groter zijn, houd als docent rekening met de leerstijl van de leerlingen. 3 Werk met een variatie aan werkvormen (langere motivatie en concentratie) 3 Afwisseling tussen individueel werken en werken in groepsverband is belangrijk Lesopbouw 1, 3, 8 15

16 Een strakker georganiseerde les wordt als leuker ervaren. 8 Herhaal de al eerder aangeboden stof. 1,3 Zorg voor een concrete relatie tussen de uitleg en de oefenstof. 1 Start eerst met de context en behandel daarna pas de theorie. 1 Zorg voor structuur in de lessen. 1,3 Doe veel oefeningen samen. 1 Zorg voor veel training en oefening. 1 Zorg voor meer en kortere activiteiten en uitleg i.v.m. kortere concentratieboog. 8 Ga in kleinere stapjes door de stof heen. 8 Zorg ervoor dat de oefenopgaven gestructureerd zijn met veel aanwijzingen en kleine stappen. 3 Geef de leerlingen in de lessen keuzevrijheid om te kiezen voor het volgen van de lesstof of voor het maken van opgaven Begeleiding/omgang Zorg voor een goede uitleg. 3 Controleer telkens of de leerlingen nog bij zijn. 1 Zorg voor meer begeleiding bij opdrachten. 1 Motivatie ontstaat door groepswerk. 1 Begeleid de leerlingen intensief. 1 Zorg voor een goede relatie met de leerlingen. 3 Ga het gesprek met de leerlingen aan. 3 Benader de leerlingen positief (t.o.v. hun kunnen). 3 Zorg dat je vertrouwd bent met de belevingswereld van je leerlingen. 3 Zorg dat je hoge, maar realistische verwachtingen van de leerlingen hebt. 3 Bevorder het zelfvertrouwen van de leerlingen. 3 Geef leerlingen positieve feedback op hun leren. 3 Wees zelf motiverend en enthousiasmerend. 3 Zorg voor begeleiding van docentsturing naar zelfstandigheid. 3 Prikkel de leerlingen. 3 Maak contact met de leerlingen, leer de leerlingen kennen. 3 Wees toegankelijk. 3 Wees duidelijk. 3 Spreek leerlingen aan op hun eigen leren en geef hen er de verantwoordelijkheid over. 3 Geef aandacht voor reflectie op het eigen leren Resultaten-aanbevelingen didactische aanpak VWO leerlingen De onderstaande lijst geeft de in de literatuur gevonden didactische aandachtspunten voor VWO leerlingen weer. Daar waar in de vergrotende trap gesproken wordt, wordt een vergelijking getrokken met de didactische aandachtspunten voor HAVO bovenbouwklassen. Opvallend is dat in de literatuur veel meer informatie te vinden is over de didactische aanpak 16

17 van lessen aan HAVO leerlingen dan aan VWO leerlingen, wat resulteert in een minder uitgebreide opsomming. 1. Lesinhoud o Stof in het algemeen Bied diepgaandere, theoretischere stof aan. 1 Leer de leerlingen nieuwe stof vanuit de theorie aan. 1 Maak de stappen uitleg-oefenstof-toepassing groter. 1 Maak gebruik van meer onbekende contexten. 1 Verwijs terug naar de oude stof. 1 Behandel theoretischer onderwerpen. 8 (motivatie verhogend) o Opdracht specifiek Laat leerlingen opstapoefeningen zelfstandig maken of zelfs overslaan. 1 Biedt meer open opdrachten aan. 1 Biedt opdrachten aan waarin meer ruimte voor eigen interpretatie is. 1 o Werkvormen Laat leerlingen meer zelfstandig werken. 1,8 2. Lesopbouw Meer klassikale instructie 10 Langere uitleg is wel effectief als gevolg van langere concentratieboog 8 Kunnen een hoger tempo aan en zien verbanden sneller zonder dat ze daar direct op gewezen worden. 8 Langere activiteiten kunnen aangeboden worden Begeleiding/omgang Intensieve begeleiding is niet nodig. 1 Het lesmateriaal moet complexer, abstracter en meer in volume zijn. 8 Leerlingen kunnen meer zelf organiseren Literatuuronderzoek-didactische aanpak onderwijs in de tweede fase Het huidige onderwijs in de bovenbouwklassen wordt het tweede fase onderwijs genoemd. Binnen dit onderwijs worden bepaalde doelen nagestreefd die direct betrekking hebben op de te gebruiken didactiek. Om uiteindelijk een lessenserie gebaseerd op leerling kenmerken en met een goede didactische aanpak in elkaar te kunnen zetten die past binnen het tweede fase onderwijs, is het dus zaak om de didactiek binnen de tweede fase in kaart te brengen Aanpak Om antwoord te vinden op de vraag welke didactische aanpak er in de literatuur voorgesteld wordt voor het huidige onderwijs in de tweede fase, is een drietal bronnen geraadpleegd (Morélis, 2001; slo.nl, z.j ; Wikipedia, z.j.;). 17

18 2.4.2 Analyse Allereerst wordt er een overzicht gegeven van wat de tweede fase precies inhoudt en welke didactische en onderwijskundige benaderingen er worden nagestreefd. Gebleken is dat er vooral didactische aanbevelingen worden gedaan voor de laatste klassen van de onderbouw (3 HAVO en 3 VWO). Deze aanbevelingen hebben betrekking op het maken van onderscheid tussen leerlingen die het vak wel of niet in de bovenbouw kiezen. De didactische aanbevelingen voor de leerlingen die een vak wel kiezen kunnen als leidraad dienen voor het aanbieden van het vak in de bovenbouw Resultaten-didactische aanpak onderwijs in de tweede fase Sinds 1998 is in Nederland het tweede fase onderwijs ingevoerd, waarmee de bovenbouw van HAVO en VWO aangeduid wordt. Dit houdt in de leerjaren 4 en hoger (HAVO 4 en 5 en VWO 4, 5 en 6.). De algemene doelen die in het tweede fase onderwijs nagestreefd worden zijn: leerlingen een brede algemene ontwikkeling geven, samenhang creëren tussen schoolvakken en een leerlingen een zelfstandige manier van leren aanleren die goed aansluit bij de werkwijze in het hoger onderwijs (Wikipedia, z.j.). De term studiehuis wordt gebruikt om het geheel aan didactische en onderwijskundige benaderingen weer te geven die gebruikt kunnen worden voor het onderwijs in de tweede fase. Het studiehuis is voor scholen geen verplichting, maar slechts een aanbeveling om het onderwijs vorm te geven. De grote didactische verandering die de tweede fase en het studiehuis met zich meebrengen zijn vooral gericht op het actieve en zelfstandige leren van de leerlingen (Morélis, 2001). Er is binnen het onderwijsaanbod een toegenomen aandacht voor vaardigheden, gedefinieerd in een zevental subdomeinen. 1. Taalgebruik 2. Rekenen en wiskunde 3. Omgaan met informatie 4. Omgaan met materiaal 5. Techniek 6. Natuurwetenschappelijk onderzoek 7. Oriëntatie op maatschappij, studie en beroep. De didactiek die aanbevolen wordt bij het aanbieden van de bovengenoemde vaardigheden is het gebruiken van contexten en contextgebieden, zodat de eindexameneisen voor de leerlingen een betekenisvolle toepassing krijgen (Morélis, 2001). Specifieke, meer in de diepte gerichte didactische aanbevelingen en docenthandelingen voor de tweede fase zijn te halen uit de didactische aanbevelingen die het SLO doet voor de HAVO 3 en VWO 3 klassen (slo.nl, z.j.). In dit document zijn de leerlingen uit klas 3 ingedeeld in een groep doorstromers (leerlingen die wel een keuze maken voor een vak binnen hun profiel in het vierde leerjaar) en een groep afbuigers (leerlingen die geen keuze maken voor het vak binnen hun profiel in het vierde leerjaar). Aan de doorstromers wordt die didactiek aangeboden die hen zal ondersteunen bij het behalen van het vak in de tweede fase. Daarom wordt binnen dit onderzoek aangenomen dat deze didactiek een goede aanbeveling is voor de 18

19 te gebruiken didactiek in de HAVO en VWO bovenbouwklassen, Deze didactiek wordt ingedeeld in vier groepen: Zelfstandigheid, klassikale instructie, eigen studie plannen en keuzeproces van de leerlingen. De onderstaande tabel geeft een overzicht weer van de vier groepen met het bijbehorend handelen van de docent. Groep Zelfstandigheid Zelfstandig uitvoeren Zelf nadenken Klassikale instructie Abstractere, meer conceptueel verdiepende uitleg gericht op de achterliggende structuren van het vak. Eigen studie plannen Leerling krijgt inzicht in het (tijd)plannen van de eigen studie en grote delen van stof. Keuzeproces leerlingen Leerlingen krijgen naar aanleiding van hun studie inzet een reactie of een gericht advies van de docent op inzet, werkhouding en niveau om tot een beslissing te komen. Handelen docent Docent heeft een begeleidende, coachende rol gericht op het proces. Leerlingen zelfstandig opdrachten laten uitvoeren, langer wachten met hulp bieden Verwijzen naar hulpbronnen bij vastlopen leerlingen Bevordering van zelfstandig nadenken Eisen van zelfstandigheid stellen Stimuleren om oplosstrategieën te formuleren. Docent geeft uitleg over een stuk stof, stelt verdiepende vragen en gaat in op de achterliggende conceptuele structuur. De docent gaat soms uit van concepten en maakt duidelijk welke verbanden er tussen de concepten zijn en hoe deze gebruikt kunnen worden in voor leerlingen bekende situaties. De docent maakt de leerlingen duidelijk welke eisen aan diepgang en abstractie bij het vak in de tweede fase horen. De docent geeft uitleg over de gebruikte studiewijzer en laat leerlingen een eigen planning maken voor een aantal lessen. De docent geeft voorbeelden van de hoeveelheid stof die voor een gemiddeld schoolexamen bestudeerd moet worden. De docent maakt leerlingen duidelijk wat er in de tweede fase van ze gevraagd wordt ten aanzien van het plannen van de studie. De docent observeert leerlinggedrag van de groep doorstromers en geeft een reactie of gericht advies aan de leerlingen op inzet, werkhouding en niveau. De docent geeft aan wat er qua inzet, werkhouding en niveau nodig is bij het vak in de tweede fase. Tabel 1: Didactiek HAVO3 en VWO3 klassen aan doorstromers ter voorbereiding op de tweede fase (slo.nl, z.j.). Het didactische handelen van de docent in de bovengenoemde tabel kan als een basis voor het didactisch handelen van een docent in de tweede fase gezien worden. In de tweede fase zet de docent het didactisch handelen voort met als uiteindelijk doel het actieve en zelfstandige leren van de leerlingen binnen de subdomeinen te vergroten. Middel hierin is het gebruik van contexten. Wat echter ontbreekt is de differentiatie tussen HAVO en VWO leerlingen (zie 2.5) 2.5 Literatuuronderzoek-algemene didactische aanpak Het doel van het literatuuronderzoek naar de HAVO en VWO leerling kenmerken en naar de aanbevelingen voor de didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen was, rekening houdend met de tweede fase, een algemene didactische aanpak te formuleren voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen. In de eerste instantie was het de bedoeling om een nieuw ontwikkelde didactische aanpak te formuleren. Michels (2006) heeft echter een lesopzet geformuleerd die goed rekening houdt 19

20 met de leerling kenmerken en de didactische aanpak, in context van de tweede fase. Besloten is om in dit verdere onderzoek deze lesopzet te gebruiken Literatuuronderzoek-algemene didactische aanpak-lesopzet In de onderstaande tabel staat de lesopzet, zoals geformuleerd door Michels (2006) weergegeven. lesonderdeel HAVO VWO Motiverende inleiding Aansluiten bij de belevingswereld van de leerlingen. Uitdagen en prikkelen. Introductie van nieuwe stof Starten in een bekende context, daarna de gestructureerde theorie. Gebruik maken van activerende werkvormen Ophalen voorkennis Actief herhalen Verwijzen naar Oefenen Gebruik van oefenstof die dichtbij de uitleg blijft. Toepassen in opdrachten (eindniveau) Tabel 2: Lesopzet (Michels 2006) 2.6 Literatuuronderzoek-conclusie Duidelijk gestructureerde oefenstof, met veel expliciete denkstappen (deelvragen) Veel oefeningen, onder begeleiding, met controle. Gestructureerde opdrachten, duidelijk en controleerbaar. Context dicht bij de oefenstof. Doel: Toetsen of de kennis of vaardigheid beheerst wordt. Starten met het geven van een overzicht van de theorie, daarna deze vertalen en uitleggen aan de hand van een nieuwe (wetenschappelijke) context. Werkvorm: hoorcollege, klassikale instructie Gebruiken van oefenstof die al snel wat verder van de uitleg af staat. Oefenstof aanbieden, waarvan de grootte van de gevraagde denkstappen oploopt. Zelfstandig laten oefenen, niet te veel. Open opdrachten Complexere contexten Doel: toetsen of kennis of vaardigheid toegepast kan worden in een nieuwe context. Binnen deze studie is er een allereerst een antwoord gezocht op de vraag wat de kenmerken zijn van HAVO en VWO bovenbouwleerlingen. Bij het beschouwen van het antwoord op deze vraag moet in het achterhoofd gehouden worden dat de leerlingen in het onderwijssysteem op een bepaalde manier geselecteerd worden waardoor zich in de HAVO bovenbouwklassen een veel gemêleerder gezelschap bevindt dat in de VWO bovenbouwklassen. Wat betreft de kenmerken op sociaal-emotioneel gebied kan geconcludeerd worden dat het de HAVO leerlingen zijn die vooral gevormd worden door de groep waar ze in zitten. In tegenstelling tot de meer individuele VWO leerlingen hebben de HAVO leerlingen een groep nodig om zich staande te houden. Diverse kenmerken van de HAVO leerlingen onderstrepen ook dat zij deze groepsvorming nodig hebben. HAVO leerlingen zijn bijvoorbeeld sfeergevoelig, gezellig en spontaan en reageren vooral uit emoties, eigenschappen die voor 20

21 groepsvorming zorgen. Tevens kan groepsvorming ervoor zorgen dat hun lagere zelfbeeld (lager zelfvertrouwen, afhankelijkheid en onzekerheid) minder onderstreept wordt omdat de veiligheid en de structuur van de groepsvorming ervoor zorgt dat deze leerlingen samen sterk staan. De VWO leerlingen hebben door hun meer individualistische instelling deze groepsvorming minder nodig. Zij halen de bevestiging die ze nodig hebben meer uit zichzelf dan uit de groep en dat kunnen ze ook doordat ze vanuit zichzelf een hoger doorzettingsvermogen, hoge algemene ontwikkeling, een hoge mate van zelfreflectie en een zakelijkere instelling hebben. Wat betreft de kenmerken op het gebied van leren/les krijgen kunnen per subonderdeel conclusies getrokken worden. De intrinsieke motivatie van de HAVO leerlingen is laag, in tegenstelling tot die van de VWO leerlingen. Terwijl de VWO leerlingen werken voor hun eigen ambitie en verantwoordelijkheid voelen voor hun eigen werk, hebben HAVO leerlingen extrinsieke motivatie en positieve bevestiging nodig om gemotiveerd te raken. Direct gevolg is dat de HAVO leerlingen een goede, motiverende docent nodig hebben om voor te werken. Qua instelling en concentratie is het noodzakelijk om de HAVO leerlingen uit een soort impasse te halen. Zij zijn minder gemotiveerd, zijn afwachtend en hebben een korte spanningsboog. Externe sturing is nodig om hen op een productieve manier aan het werk te houden. VWO leerlingen vertonen daarentegen hoge discipline en veel initiatief. Hun intrinsieke motivatie is hoger en zij hebben minder externe sturing nodig. Zijn kunnen zich door een langere spanningsboog ook langer zelf aan het werk houden. Waar de HAVO leerlingen juist een sterke behoefte hebben aan structuur en een leeromgeving waar stapsgewijs de leerstof aangeboden wordt met veel oefening, voorbeelden en een voor hen geschikte werkplanning, hebben de VWO leerlingen weinig structuur nodig. Zij overzien de stof en hebben de capaciteiten (e.g. probleemoplossend vermogen, zelfstandig problemen oplossen, goed plannen) om zichzelf in een structuur te zetten om zich de stof eigen te maken. Zowel HAVO als VWO leerlingen vinden het fijn frontaal les te krijgen. Daar waar de VWO leerlingen echter lang geconcentreerd naar een uitleg kunnen luisteren, vergt dit bij de HAVO leerlingen meer inspanning. Zij hebben meer afwisseling in de aangeboden lesstof nodig en voelen zich pas getriggerd wanneer ze zich iets bij de lesstof voor kunnen stellen, bijvoorbeeld wanneer de inhoud dicht bij hun belevingswereld ligt. In tegenstelling tot de VWO leerlingen zijn de HAVO leerlingen minder in staat tot zelfreflectie. Het tweede onderdeel van de literatuurstudie had als doel antwoord te vinden op de vraag welke aanbevelingen er gedaan worden met betrekking tot de didactische aanpak voor het geven van lessen aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen. De gevonden aanbevolen didactische aanpak kan direct in verband gebracht worden met de leerling kenmerken op het gebied van leren/les krijgen uit het eerste deel van het literatuuronderzoek. HAVO leerlingen hebben het nodig dat de stof aangeboden wordt in voor hen bekende, toepassingsgerichte kaders. Zij zijn er gebaat bij dat de stof stapsgewijs, in toenemende moeilijkheidsgraad, duidelijk gestructureerd aangeboden wordt. De kenmerken van een lage intrinsieke motivatie, sterke behoefte aan structuur en het nodig hebben van een leeromgeving waarbinnen de leerstof stapsgewijs aangeboden wordt met veel oefening en voorbeelden onderstrepen deze behoefte. VWO leerlingen hebben het nodig om zich zelfstandig, binnen hun eigen structuur, stof eigen te maken. Zij kunnen zelfstandig in grotere stappen door de stof heen en hebben niet per se bekende contexten nodig. Deze didactische aanpak is het directe gevolg van eigenschappen zoals het bezitten van een hoge intrinsieke motivatie en het hebben van een groot structurerend vermogen. Daar waar VWO leerlingen door hun eigen 21

22 initiatief en oplossend vermogen graag zelfstandig aan de slag gaan, hebben HAVO leerlingen (o.a. door eigenschappen zoals lage intrinsieke motivatie en weinig structuur) het nodig om actief aan de slag gezet te worden met gevarieerde, activerende werkvormen waarbij de docent controle uitoefent op het leerproces van de leerlingen. De VWO leerlingen hebben door hun zelfstandigheid voldoende aan een les met klassikale instructie in hoog tempo waarbij zelfstandig gewerkt wordt aan opdrachten. De HAVO leerlingen daarentegen hebben een strak georganiseerde les nodig met veel, korte, afwisselende, stapsgewijs aangeboden activiteiten die aansluiten bij hun belevingswereld zodat er een continue triggering van hun aandacht is. Bij het uitvoeren van opdrachten zijn veel aanwijzingen nodig zodat er voldoende houvast en bevestiging is. Wat betreft de begeleiding van leerlingen is het zo dat de VWO leerlingen veel minder begeleiding nodig hebben dan de HAVO leerlingen. HAVO leerlingen een intensievere begeleiding nodig die direct gekoppeld kan worden aan de leerling eigenschappen. Ze hebben veel positieve feedback nodig, begeleiding in stapjes naar zelfstandigheid en reflectie door de docent. Zeer algemeen genomen kan, concluderend uit de antwoorden op de eerste twee vragen gesteld worden dat de VWO leerlingen een zelfstandige populatie vormen waarbij weinig docentsturing nodig is. De HAVO leerlingen hebben daarentegen veel sturing en structuur nodig niet alleen op het gebied van leerstof, maar ook op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling en welbevinden binnen de groep en in de les. De leerling kenmerken zijn direct te relateren aan de aanbevolen didactiek. Het derde deel van de literatuurstudie had als doel het didactische kader van het tweede fase onderwijs in kaart te brengen. Het algemene kader van het tweede fase onderwijs is het gebruik van contexten zodat leerlingen een betekenisvol kader krijgen, Van de leerlingen binnen het tweede fase onderwijs wordt verwacht dat ze uiteindelijk zelfstandig opdrachten uitvoeren en zelf nadenken waarbij de docent een coachende rol heeft, deze zelfstandigheid bevordert en eisen stelt aan de leerlingen. De leerlingen leren eigenaar te worden van hun eigen leerproces. Een deel van de lessen moet bestaan uit klassikale instructie met verdieping en extra uitleg waarbij de docent de spil is bij het geven van uitleg en aanreiken van de stof. Van de leerlingen wordt verwacht dat zij hun eigen studie kunnen plannen onder begeleiding van de docent. De docent adviseert de leerlingen over hun inzet, werkhouding en niveau. Concluderend uit het literatuuronderzoek naar het didactisch handelen van de docent in de tweede fase kan gesteld worden dat de docent met het gebruik van contexten in een klassikale instructie, zich aanpassende aan de leerling eigenschappen, richt op het ontwikkelen van de zelfstandigheid van de leerling. Die zelfstandigheid bestaat uit het zelf uitvoeren, nadenken, het plannen van de eigen studie en maken van eigen keuzes binnen het leerproces. De lesopzet geformuleerd door Michels (2006) is gebaseerd op de leerling kenmerken en omdat al eerder geconcludeerd is dat de leerling kenmerken direct samenhangen met de te kiezen didactiek kan geconcludeerd worden dat de lesopzet een goede aanbeveling is voor het opzetten van lessen aan HAVO en VWO leerlingen. De lesopzet voor de VWO leerlingen is gericht op zelfstandig werken met weinig docentsturing, terwijl de lesopzet voor HAVO leerlingen gericht is op het bieden van structuur en een goede, stapsgewijze begeleiding waarbinnen de leerlingen zelfstandigheid kunnen verwerven. Het stuk sociaal-emotionele 22

23 begeleiding bij de HAVO leerlingen is echter niet in de lesopzet verwerkt. Deze zal door de docent geleverd moeten worden tijdens de les. Binnen de lesopzet komt het contextgerichte onderwijs van de tweede fase naar voren. Waar wel rekening mee gehouden moet worden is dat er voor de leerlingen binnen het aanbieden van de les een keuzeproces ingebouwd moet worden om te kunnen differentiëren naar eigen niveau en dat de leerlingen eigenaar moeten worden van hun eigen leerproces. 2.7-literatuuronderzoek discussie Het literatuuronderzoek naar de leerling eigenschappen geeft een eenduidig beeld van de kenmerken van HAVO en VWO leerlingen. In de literatuur is meer terug te vinden over de eigenschappen van HAVO leerlingen dan over de eigenschappen van VWO leerlingen. Er is meer onderzoek gedaan om de eigenschappen van HAVO leerlingen in kaart te brengen. Achterliggende reden hiervoor kan zijn dat docenten in het algemeen meer moeite hebben met de omgang met HAVO leerlingen. Om dezelfde reden zijn er in de literatuur meer aanbevelingen te vinden voor de juiste didactiek aan HAVO leerlingen. Omdat de beschreven kenmerken van HAVO leerlingen heel divers zijn en de beschreven HAVO didactiek heel uitgebreid, valt te verwachten dat elke HAVO leerling binnen de (juist) aangeboden didactiek zijn of haar weg wel kan vinden. Ook bij terugval in de prestatie is de HAVO didactiek zo ingericht dat dit opgevangen kan worden. De vraag is echter of elke VWO leerling past in het plaatje van de in dit onderzoek beschreven VWO didactiek of dat de beschreven VWO didactiek juist past bij VWO leerlingen omdat ze zelfredzaam zijn en het dus zelf wel uitzoeken. Wanneer dit laatste het geval is, rijst de vraag of VWO leerlingen die door wat voor (incidenteel externe) omstandigheden dan ook periodes extra begeleiding nodig hebben het in het VWO onderwijs en in hun verdere scholing carrière wel gaan redden. Kanttekening is ook dat HAVO leerlingen de aangeboden VWO didactiek niet aan kunnen en daardoor niet op het VWO kunnen slagen. Wat zou er bijvoorbeeld gebeuren wanneer de didactiek op het VWO zo aangepast zou worden dat het geschikt is voor de HAVO leerlingen? Zou het dan wel zo zijn dat de HAVO leerlingen een hoger kennisniveau kunnen behalen? Het kan ook zo zijn dat de voorselectie die in de lagere klassen van het schoolsysteem plaatsvindt er juist voor zorgt dat een leerling op HAVO of VWO niveau terecht komt. Stel nu dat er in de onderbouw meer rekening wordt gehouden en eventueel een aanpassing plaatsvindt aan het individuele leerproces van de leerling en als deze aanpassing in de bovenbouw didactiek voortgezet zou worden, zou het dan mogelijk zijn om voor meer leerlingen een hoger (VWO) kennisniveau te bereiken? Allemaal vragen waar binnen dit onderzoek geen antwoord op gegeven kan worden, maar die wel belangrijk zijn om in ogenschouw te nemen. De gevonden lesopzet vormt een beeld van een didactisch kader om een les aan HAVO en VWO bovenbouwleerlingen in te richten gebaseerd op de leerling kenmerken en de gevonden didactische aanbevelingen. De lesopzet geeft geen houvast aan de leerlingen om zich het leerproces eigen te maken. Het is de taak van de docent om met behulp van het didactische kader van de lesopzet de leerlingen zo aan te sturen dat ze eigenaar worden van hun eigen leerproces. De vraag bij het formuleren van een lesopzet is echter of er met alle kenmerken en didactische aanbevelingen rekening gehouden kan worden. Het antwoord hierop is nee. Het is niet haalbaar om met elk facet rekening te houden. Reden hiervoor is dat een docent maar beschikking heeft over beperkte tijd. Het is niet mogelijk om binnen de beschikbare tijd (vaak 23

Didactiek die de aanpak wiskunde in de tweede fase voor leerlingen inzichtelijk maakt (Project Differentiatie 3 h/v)

Didactiek die de aanpak wiskunde in de tweede fase voor leerlingen inzichtelijk maakt (Project Differentiatie 3 h/v) Didactiek die de aanpak wiskunde in de tweede fase voor leerlingen inzichtelijk maakt (Project Differentiatie 3 h/v) Zelfstandigheid Handelen van de docent Voorbeelden van docentenreacties Zelfstandigheid

Nadere informatie

Positieve houding. Hoge verwachtingen. Flexibele planning

Positieve houding. Hoge verwachtingen. Flexibele planning Visie Aanpassingen in de gedragingen van de leerkracht Het vertalen van een politiek besluit zoals het M- decreet in de dagelijkse praktijk is geen gemakkelijke opgave. Als leerlingen met een beperking

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen.

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen. Bonaventuracollege Leiden Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen. Advies voor docenten Sanne Macleane 2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De opbouwende leerlijn van het zelfstandig

Nadere informatie

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Zelfstandig werken Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Visie Leerlinggericht: gericht op de mogelijkheden van

Nadere informatie

Workshop Differentiatie. Oké, is het duidelijk zo? Iedereen beklimt dus deze boom.

Workshop Differentiatie. Oké, is het duidelijk zo? Iedereen beklimt dus deze boom. Workshop Differentiatie Oké, is het duidelijk zo? Iedereen beklimt dus deze boom. Voorstelrondje Wat kom je halen? Wat versta je onder differentiëren? Wat is het programma Doel: aantal voorbeelden van

Nadere informatie

Leerlingprofielen in het voortgezet onderwijs

Leerlingprofielen in het voortgezet onderwijs Leerlingprofielen in het voortgezet onderwijs In deze leerlingprofielen wordt per onderwijsniveau een beschrijving gegeven van kenmerken en eigenschappen van leerlingen die passen bij dat onderwijsniveau.

Nadere informatie

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Doelen Zicht op basisbehoeftes van leerlingen om gemotiveerd te kunnen werken; Zelfdeterminatietheorie

Nadere informatie

Lambrecht Spijkerboer 12 oktober 17

Lambrecht Spijkerboer 12 oktober 17 Lambrecht Spijkerboer STA@Lambrechtspijkerboer.nl 12 oktober 17 De leerling in beeld Waarom eigenlijk toetsen? Wat wil je van de leerlingen weten? En wat willen de leerlingen van jou weten?... 4 vragen

Nadere informatie

Rubrics vaardigheden

Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden

Nadere informatie

Rubrics vaardigheden

Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden Rubrics vaardigheden In het leerlab 2020 hebben 7 vernieuwingsscholen vier rubrics ontwikkeld om de persoonlijke groei van leerlingen in kaart te brengen. Deze rubrics zijn vaardigheden

Nadere informatie

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Student: Vincent van der Maaden, MSc Studentnummer: 5783070 Opleiding: Interfacultaire lerarenopleiding, UvA Vakgebied: Aardrijkskunde

Nadere informatie

WHITEPAPER Nectar 5 e editie onderbouw

WHITEPAPER Nectar 5 e editie onderbouw WHITEPAPER Nectar 5 e editie onderbouw WHITEPAPER Nectar 5 e editie onderbouw Nectar 5e editie onderbouw is een heldere, motiverende methode biologie die opvalt door de gestructureerde behandeling van

Nadere informatie

Sita (VWO2) Aaron Sams. Natuurkunde en Flipping the Classroom

Sita (VWO2) Aaron Sams. Natuurkunde en Flipping the Classroom Natuurkunde en Flipping the Classroom De lespraktijk van een natuurwetenschappelijk vak zoals natuurkunde bestaat gewoonlijk uit klassikale instructie, practicum en het verwerken van opdrachten. In de

Nadere informatie

KeCo De leerling actief!

KeCo De leerling actief! KeCo in het kort! 0 KeCo De leerling actief! Karel Langendonck Woudschoten Chemie Conferentie 2 en 3 november 2012 Zeist KeCo in het kort! 1 KeCo in het kort! 2 KeCo in het kort! Om maar meteen met de

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Didactisch bekwaam D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leerlingen krijgen ruimte voor eigen inbreng en creatieve invulling van de opdracht. De leraar zorgt ervoor dat leerlingen zich

Nadere informatie

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten

PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten PWS - Fase 1 - Plan van aanpak Behaald 0 van de 25 punten Beoordeling Te behalen Behaald 1. Past het onderwerp/ontwerp bij het vak/de vakken? 1 Herkenbaarheid van het vak of de vakken. Past het onderwerp

Nadere informatie

Leeromgeving en organisatie

Leeromgeving en organisatie Leeromgeving en organisatie Lesdoel Ik kan een les voorbereiden a.d.h.v. het lesplanformulier van Geerligs. Hoe word ik een goede leraar? Kunst of kunde? Kun je het leren: Ja/Nee Wat doe je hier dan nog?

Nadere informatie

Van basisschool naar voortgezet onderwijs

Van basisschool naar voortgezet onderwijs Van basisschool naar voortgezet onderwijs Programma Schooladvies van voorlopig naar definitief Leerling-profielen Voorbeeld VMBO-t Drempeltoets Portfolio Structuur VO Procedure schoolverlaters Vragen Schooladvies

Nadere informatie

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt: Achtergrond Basisschool De Regenboog staat in de wijk Zuid-west in Boekel en valt onder het bestuur van Zicht PO. Evenals de andere scholen onder dit bestuur gaan wij de komende periode vorm geven aan

Nadere informatie

Nieuwe didactiek vwo 2 en 3 Connect College: resultaten van een onderzoek. Prof. dr. Perry den Brok

Nieuwe didactiek vwo 2 en 3 Connect College: resultaten van een onderzoek. Prof. dr. Perry den Brok Nieuwe didactiek vwo 2 en 3 Connect College: resultaten van een onderzoek Prof. dr. Perry den Brok Betrokkenen Connect College (opdrachtgever) Kennisnet (subsidie onderzoek) Technische Universiteit Eindhoven

Nadere informatie

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon.

VISIE. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. Met opvoeden en onderwijzen beogen leerkrachten de harmonische ontplooiing van de totale persoon. OPVOEDEN en LEREN is gebaseerd op een draagvlak van STEUNEN, STUREN EN STIMULEREN: Om binnen de grenzen

Nadere informatie

Heikamperweg AZ Asten-Heusden

Heikamperweg AZ Asten-Heusden Heikamperweg 1 5725 AZ Asten-Heusden bbs.antonius@prodas.nl www.antonius-heusden.nl Beste geïnteresseerde in de kwaliteiten van BBS. Antonius, Kwalitatief en passend onderwijs verzorgen is een opdracht

Nadere informatie

Ons. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs

Ons. Onderwijs. Kwaliteit in onderwijs Ons Onderwijs Kwaliteit in onderwijs Voorwoord Bij Marianum staat de ontwikkeling van de leerling voorop. Wij staan voor aantrekkelijk en afgestemd onderwijs, gemotiveerde leerlingen en goede eindresultaten.

Nadere informatie

Hieronder geven wij antwoord op een aantal vragen, die van belang kunnen zijn bij het kiezen van een school voor uw kind(eren).

Hieronder geven wij antwoord op een aantal vragen, die van belang kunnen zijn bij het kiezen van een school voor uw kind(eren). Waarom kiezen voor onze school? Het is geen gemakkelijke opgave, een goede basisschool te kiezen voor uw kind(eren). De basisschool vervult immers een belangrijke rol in de opvoeding en ontwikkeling van

Nadere informatie

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model Omschrijving Verwijzing naar Doelgroep Opsteller Intern document die uitleg geeft over het activerende directe instructiemodel. Vaardigheidsmeter Betrokken

Nadere informatie

Mijn onderwijsvisie. Natasha Pers. Opleiding: Master algemene economie. Studentennummer: 500610025. Vakdocent: P. Voorend

Mijn onderwijsvisie. Natasha Pers. Opleiding: Master algemene economie. Studentennummer: 500610025. Vakdocent: P. Voorend Mijn onderwijsvisie Natasha Pers Opleiding: Master algemene economie Studentennummer: 500610025 Vakdocent: P. Voorend Algemene Visie Mijn onderwijsvisie 2 is meer een terugblik dan wel herziening van mijn

Nadere informatie

KeCo De leerling actief! K. Langendonck. Werkgroep 14. De Nassau SG Breda

KeCo De leerling actief! K. Langendonck. Werkgroep 14. De Nassau SG Breda KeCo De leerling actief! Werkgroep 14 K. Langendonck De Nassau SG Breda KeCo in het kort! Om maar meteen met de deur in huis te vallen... KeCo staat voor Kennis en Competentie. Het betreft een, door Karel

Nadere informatie

Stap 2 Leeractiviteiten ontwerpen

Stap 2 Leeractiviteiten ontwerpen Stap 2 Leeractiviteiten ontwerpen Bij het ontwerpen van een leeractiviteit is het belangrijk dat je vertrekt vanuit het doel dat je ermee hebt. Het overzicht leeractiviteit organiseren geeft een aantal

Nadere informatie

Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse. Datum:

Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse. Datum: A Beoordelingsformulier (Les) Voorbereiding Naam student: Krijn Cornelisse Naam docent: F.Kok Datum: 5-12-2013 Het Lesplan; de student; Omschrijving Bereidt zich voor op de lessen en zorgt ervoor dat alle

Nadere informatie

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1 Brochure Begrijpend lezen VMBO 2 Inleiding Het belang van begrijpend lezen kan nauwelijks overschat worden. Het niveau van begrijpend lezen dat kinderen aan het einde van

Nadere informatie

Docenten die hun onderwijs meer willen afstemmen op de individuele verschillen tussen leerlingen en hun leeropbrengst willen vergroten.

Docenten die hun onderwijs meer willen afstemmen op de individuele verschillen tussen leerlingen en hun leeropbrengst willen vergroten. 1. Differentiëren Onderzoeken welke manieren en mogelijkheden er zijn om te differentiëren en praktische handvatten bieden om hiermee aan de slag te gaan. Vervolgens deze kennis toepassen in de praktijk

Nadere informatie

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING In gesprek met elkaar. Uitwerking van de stellingen. De onderstaande stellingen hebben we deze avond besproken onder elke stelling staan een aantal opmerkingen die

Nadere informatie

Ontwerpprincipes. Figuur 1: 21 e -eeuwse vaardigheden

Ontwerpprincipes. Figuur 1: 21 e -eeuwse vaardigheden Ontwerpprincipes In dit onderzoek staat het probleemoplossend vermogen van basisschoolleerlingen bij natuur- en technieklessen centraal. Daarbij komen in dit onderzoek de volgende ontwerpprincipes aan

Nadere informatie

IK-DOELEN BIJ DE DALTONUITGANGSPUNTEN

IK-DOELEN BIJ DE DALTONUITGANGSPUNTEN IK-DOELEN BIJ DE DALTONUITGANGSPUNTEN 1 2 3 4 5 A Samen werken (spelen) Hierbij is het samenwerken nog vooral doel en nog geen middel. Er is nog geen sprake van taakdifferentiatie. De taak ligt vooraf

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011 Welke middelen kan een docent tijdens zijn les gebruiken / hanteren om leerlingen van havo 4 op het Sophianum meer te motiveren? Motivatie

Nadere informatie

Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen

Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen volgende Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen Eindrapportage onderzoek Toekomstgericht Onderwijs Inhoud Onderzoek Toekomstgericht Onderwijs door Kohnstamm Instituut Schoolportret Herbert Vissers

Nadere informatie

Resultaten eduscrum 2012

Resultaten eduscrum 2012 Resultaten eduscrum 0 www.ashram.nl www.eduscrum.nl Resultaten kwantitatief toets cijfers (0) Leerjaar vak Cijfergemiddelde met eduscrum Cijfergemiddelde parallelklassen zonder eduscrum vwo Scheikunde

Nadere informatie

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2 Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2 Rodica Ernst-Militaru R.Ernst@udenscollege.nl Plonie Nijhof nyh@hermannwesselinkcollege.nl Deze bijeenkomst 14:00-15:15

Nadere informatie

ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK

ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK ONDERWIJSONTWIKKELING - ACTIVERENDE DIDACTIEK Iedereen heeft er de mond van vol: Het beste uit de leerling halen Recht doen aan verschillen van leerlingen Naast kennis en vaardigheden, aandacht voor het

Nadere informatie

Inhoud. Klaar voor de start? 11

Inhoud. Klaar voor de start? 11 Inhoud Klaar voor de start? 11 1 Bouwen op een fundament 16 A De praktijk 16 B Zelfreflectie 17 C De theorie 18 1.1 Ontwikkelen van onderwijs 18 1.2 De elementen van het onderwijsontwikkelmodel 20 D Toepassen

Nadere informatie

Sita (VWO2) Aaron Sams. Natuurkunde en Flipping the Classroom

Sita (VWO2) Aaron Sams. Natuurkunde en Flipping the Classroom Natuurkunde en Flipping the Classroom De lespraktijk van een natuurwetenschappelijk vak zoals natuurkunde bestaat gewoonlijk uit klassikale instructie, practicum en het verwerken van opdrachten. In de

Nadere informatie

Programma. Inleiding. Project LOB - Codename Future. Arrangeren. Begeleiden van studenten

Programma. Inleiding. Project LOB - Codename Future. Arrangeren. Begeleiden van studenten Programma Inleiding Project LOB - Codename Future Arrangeren Begeleiden van studenten LOB arrangeren Drie scholen Studenten arrangeren lesmateriaal voor een vakdocent Lesmateriaal gaat over de relatie

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 1 (jaar 1)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 1 (jaar 1) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 1 (jaar 1) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Advies voor goed onderwijs, organiseer je samen

Advies voor goed onderwijs, organiseer je samen Advies voor goed onderwijs, organiseer je samen KB BB GL/TL Een handreiking voor leerkrachten van groep 7 en 8 in het basisonderwijs, leerkrachten in het speciaal basisonderwijs en de docenten vmbo onderbouw

Nadere informatie

Doesjka Nijdeken Trinitas College Heerhugowaard Woudschoten Chemie Conferentie 2011

Doesjka Nijdeken Trinitas College Heerhugowaard Woudschoten Chemie Conferentie 2011 Doesjka Nijdeken Trinitas College Heerhugowaard Woudschoten Chemie Conferentie 2011 Hoe je het onderbuikgevoel zichtbaar maakt voor leerlingen (en jezelf) Wat bedoel ik met determineren? Hoe doe je dat

Nadere informatie

Annette Koops: Een dialoog in de klas

Annette Koops: Een dialoog in de klas Annette Koops: Een dialoog in de klas Als ondersteuning bij het houden van een dialoog vindt u hier een compilatie aan van Spreken is zilver, luisteren is goud : een handleiding voor het houden van een

Nadere informatie

2. Waar staat de school voor?

2. Waar staat de school voor? 2. Waar staat de school voor? Missie en Visie Het Rondeel gaat uit van de Wet op het Basisonderwijs. Het onderwijs omvat de kerndoelen en vakgebieden die daarin zijn voorgeschreven. Daarnaast zijn ook

Nadere informatie

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL Type 1: De Docent Ik weet perfect waar ik mee bezig ben. Met mijn strakke planning zien we alle vooropgestelde leerstof, met tijd voor een herhalingsles voor elke grote toets. Er zijn duidelijke afspraken

Nadere informatie

OVERDRACHTSFORMULIER. en voor de afdeling mavo - havo - atheneum (Omcirkelen wat van toepassing is).

OVERDRACHTSFORMULIER. en voor de afdeling mavo - havo - atheneum (Omcirkelen wat van toepassing is). OVERDRACHTSFORMULIER Geachte collega, De hierna te noemen leerling is op onze school aangemeld voor leerjaar en voor de afdeling mavo - havo - atheneum (Omcirkelen wat van toepassing is). Graag ontvangen

Nadere informatie

Typisch Havo. Hans Hilhorst. Vader, Wiskundeleraar, Leerlingbegeleider, Vertrouwenspersoon, Teacher Leader

Typisch Havo. Hans Hilhorst. Vader, Wiskundeleraar, Leerlingbegeleider, Vertrouwenspersoon, Teacher Leader Typisch Havo Hans Hilhorst Vader, Wiskundeleraar, Leerlingbegeleider, Vertrouwenspersoon, Teacher Leader Havoleerlingen hebben een eigen aanpak nodig IQ: 100 125 (Citoscore eindtoets ongeveer: 538 544)

Nadere informatie

Aandachtspunt

Aandachtspunt FEEDBACK VOOR DE LEERLING Plannen en organiseren Planmatig werken Ik werk chaotisch en heb geen aandacht voor plan en schema. Ik kan geen prioriteiten stellen. Ik werk ordelijk, maar vergeet daarbij het

Nadere informatie

Samenwerking. Betrokkenheid

Samenwerking. Betrokkenheid De Missie Het Spectrum is een openbare school met een onderwijsaanbod van hoge kwaliteit. We bieden het kind betekenisvol onderwijs in een veilige omgeving. In een samenwerking tussen kind, ouders en school

Nadere informatie

Onderzoeksvraag 1. Aanleiding

Onderzoeksvraag 1. Aanleiding Onderzoeksvraag 1 Leidt het gebruik van concreet materiaal en andere werkvormen dan het werkboek en het bijbehorende computerprogramma tot een actievere houding bij de studenten. Met name aan het eind

Nadere informatie

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen Daniëlle Ramp, competentie ontwikkeling, oriënterende stage 1. Interpersoonlijk competent Contact maken Stimuleren om op een eigen manier te leren Klimaat voor scheppen 2. Pedagogisch competent Begeleiding

Nadere informatie

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging.

Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Missie van de Oosteinder: Het verzorgen van primair onderwijs in Aalsmeer Oost vanuit een integratieve aanpak en katholieke geloofsovertuiging. Wij zijn een katholieke school en daarom vinden het belangrijk

Nadere informatie

Genoemde IQ-getallen en leerlingprofielen zijn met name denkrichtingen die als ondersteuning bij de juiste schoolkeuze kunnen dienen

Genoemde IQ-getallen en leerlingprofielen zijn met name denkrichtingen die als ondersteuning bij de juiste schoolkeuze kunnen dienen Leerlingprofielen Bart Fokkema Zorgcoördinator De Lingeborgh (Geldermalsen) Disclaimer: Genoemde IQ-getallen en leerlingprofielen zijn met name denkrichtingen die als ondersteuning bij de juiste schoolkeuze

Nadere informatie

Leren Leren en ExcelLeren

Leren Leren en ExcelLeren Leren Leren en ExcelLeren www.mindsetlearnandgrow.nl Wat is MindSet? MindSet is een groep studenten die leerlingen leert effectief te leren. Wij helpen leerlingen betere schoolresultaten te behalen door

Nadere informatie

Thermometer leerkrachthandelen

Thermometer leerkrachthandelen Thermometer leerkrachthandelen Leerlijnen en ontwikkelingslijn voor leerkrachten van WSKO 1 Inleiding Leerkracht zijn is een dynamisch en complex vak. Mensen die leerkracht zijn en binnen onze organisatie

Nadere informatie

Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen

Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen Achtergrondinformatie Leerstijlen en Werkvormen Marjoleine Hanegraaf (NMI bv) & Frans van Alebeek (PPO-AGV), december 2013 Het benutten van bodembiodiversiteit vraagt om vakmanschap van de teler. Er is

Nadere informatie

Onderwijs op het Cals College Nieuwegein

Onderwijs op het Cals College Nieuwegein Onderwijs op het Cals College Nieuwegein 2017-2020 1 Onze kernwaarden Ambities onderwijsvernieuwing 2017-2020 We hebben vertrouwen in elkaars We streven een sfeer van openheid kunnen en bedoelingen. We

Nadere informatie

ACTIVERENDE WERKVORMEN. Pedagogische dag COLOMAplus Johan Fouquaert

ACTIVERENDE WERKVORMEN. Pedagogische dag COLOMAplus Johan Fouquaert ACTIVERENDE WERKVORMEN Pedagogische dag COLOMAplus 2013-03-01 LEERPLANREALISATIE Het handboek. is de bijbel voor vele leraars ik krijg mijn handboek niet uit Nochtans. Activerend onderwijs Wat? Ll verwerkt

Nadere informatie

Lesgroep 31 studenten die na de theorie worden opgedeeld in 4 groepen Lokaal A. 1.31, A. 1.32, A en A

Lesgroep 31 studenten die na de theorie worden opgedeeld in 4 groepen Lokaal A. 1.31, A. 1.32, A en A LVF2: 4C-ID model 0. Algemene gegevens Naam cursisten Tamara Lust, Manon Kessels, Mirna Roozen, Sybren Mulder Naam hoofddocent Tamara Lust Namen begeleiders Manon Kessels, Mirna Roozen, Sybren Mulder Datum

Nadere informatie

Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk)

Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk) Christine Prast, onderwijskundige Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk) Vooraf Onderwijskundig kader waarbinnen herontwerp plaatsvond Uitgangspunt bij het hier

Nadere informatie

Taalleermechanisme het kind praat uitgebreid en op eigen initiatief: hij gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal

Taalleermechanisme het kind praat uitgebreid en op eigen initiatief: hij gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal Gesprekken Wat is gespreksvaardigheid? Het subdomein gesprekken heeft betrekking op alle mondelinge taalactiviteit waarbij sprake is van interactie (van informele gesprekjes en kringgesprekken tot overleg,

Nadere informatie

2012-2016. Zelfstandig Leren

2012-2016. Zelfstandig Leren 2012-2016 Zelfstandig Leren 0 Inhoud Beschrijving doelgroep... 2 Visie op onderwijs... 2 Basisvisie... 2 Leerinhouden/ activiteiten... 2 Doelen voor het zelfstandig leren... 3 Definitie zelfstandig leren...

Nadere informatie

De consumerende leerling veroorzaken we zelf

De consumerende leerling veroorzaken we zelf De consumerende leerling veroorzaken we zelf Op naar meer eigenaarschap op middelbare scholen Jeroen Verhaaren Wat kom je doen? Wat wil je na dit uur bereikt hebben, wat is je doel? Op welke manier zou

Nadere informatie

Plek onderzoeksvraag. Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie. Literatuur. Onderzoeksvraag. Onderzoeksopzet

Plek onderzoeksvraag. Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie. Literatuur. Onderzoeksvraag. Onderzoeksopzet De Onderzoeksvraag Plek onderzoeksvraag Aanleiding handelingsprobleem/verlegenheidssituatie Probleemanalyse probleemstelling Literatuur Onderzoeksvraag Onderzoeksopzet De onderzoeksvraag Goed onderzoek

Nadere informatie

Innovatief onderwijs. Stap 1. Instructie probleem

Innovatief onderwijs. Stap 1. Instructie probleem Innovatief onderwijs In het kader van innovatief onderwijs heb ik gekozen voor een groep 1 e jaars leerlingen niveau 3. Wanneer het gaat over rassenkennis blijken steeds weer een groot aantal leerlingen

Nadere informatie

Probleembeschrijving

Probleembeschrijving Naam auteur(s) Ir. N.C.Veerman Vakgebied Wiskunde Titel Motivatieproblemen in het volwassenonderwijs Onderwerp Het verhogen van de motivatie van leerlingen door eigen materiaal in te zetten. Opleiding

Nadere informatie

Les Dieren met een baan, thema vermaak

Les Dieren met een baan, thema vermaak Les Dieren met een baan, thema vermaak Lesvoorbereidingsformulier Doelgroep: groep 6 Beginsituatie: Wat kunnen en kennen de leerlingen al m.b.t. de doelstelling? Kijk in de methode, praat met je mentor,

Nadere informatie

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter

Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter Identiteitsdocument van Jenaplanschool de Sterrenwachter Onze ideologie We zien iedereen als uniek en waardevol. Ieder kind heeft talenten en samen gaan we die ontdekken en ontwikkelen. Hierdoor kunnen

Nadere informatie

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen

Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren. Ada van Dalen Wetenschap & Technologie Ontwerpend leren Ada van Dalen Wat is W&T? W&T is je eigen leven W&T: geen vak maar een benadering De commissie wil onderstrepen dat wetenschap en technologie in haar ogen géén

Nadere informatie

Handelingsadviezen O&O

Handelingsadviezen O&O Auteurs Laatst gewijzigd Licentie Webadres Mari Schoffelen ; ; 01 June 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/75289 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijsleermiddelenplein.

Nadere informatie

Analyse van lesmateriaal

Analyse van lesmateriaal Analyse van lesmateriaal ECENT conferentie 15 mei 2013 Maarten Pieters twee rondes checklists concept-contextvenster checklists gemeenschappelijke uitgangspunten in opdrachten aan vernieuwingscommissies

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Opleiding Didactische Competentie algemeen. Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding SLO Module Didactische Competentie algemeen Code E1 DCa Lestijden 80 Studiepunten 6 Ingeschatte totale 150 studiebelasting (in uren) 1 Mogelijkheid tot JA aanvragen

Nadere informatie

Uit het resultaat van mijn test kwamen voornamelijk de doener en beslisser naar voren.

Uit het resultaat van mijn test kwamen voornamelijk de doener en beslisser naar voren. Metawerk Fedor. Semester 1a Opdracht 1. Ik heb voor opdracht 1 de leerstijlentest van Kolb gemaakt. Deze test heeft als doel om te kijken op wat voor manier je het beste informatie kunt opnemen en verwerken.

Nadere informatie

Verleg je grenzen! Compleet vernieuwd! Waarom kiest ú voor de nieuwe Taalblokken? Taalblokken Nederlands Brochure MBO

Verleg je grenzen! Compleet vernieuwd! Waarom kiest ú voor de nieuwe Taalblokken? Taalblokken Nederlands Brochure MBO Taalblokken Nederlands Brochure MBO Verleg je grenzen! Waarom kiest ú voor de nieuwe Taalblokken? U kunt gemakkelijk differentiëren studenten leren wat nodig is Motiverend en uitdagend lesmateriaal voor

Nadere informatie

Verhogen van leerlingmotivatie. bij wereldoriëntatie / kernconcepten door motivatie-ondersteunend leerkrachtengedrag

Verhogen van leerlingmotivatie. bij wereldoriëntatie / kernconcepten door motivatie-ondersteunend leerkrachtengedrag Astrid van den Hurk & Kris Verbeeck Verhogen van leerlingmotivatie bij wereldoriëntatie / kernconcepten door motivatie-ondersteunend leerkrachtengedrag Najaar 2013 Programma Opening en welkom Deelname

Nadere informatie

Verleg je grenzen! Waarom kiest ú voor het nieuwe Taalblokken? Taalblokken Nederlands Brochure MBO

Verleg je grenzen! Waarom kiest ú voor het nieuwe Taalblokken? Taalblokken Nederlands Brochure MBO Taalblokken Nederlands Brochure MBO Na het doorlopen van de weet ik precies wat ik kan verwachten op het examen Nederlands. Door deze goede voorbereiding zie ik het examen met vertrouwen tegemoet! Toetsing

Nadere informatie

1. Ik zorg voor een inspirerende leeromgeving waarin de leerlingen zelfstandig leren

1. Ik zorg voor een inspirerende leeromgeving waarin de leerlingen zelfstandig leren Stellingen visie 1. Ik zorg voor een inspirerende leeromgeving waarin de leerlingen zelfstandig leren 2. Ik heb voldoende vertrouwen in mijn leerlingen om ze op afstand te coachen en begeleiden 3. Ik houd

Nadere informatie

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO

Nadere informatie

Iedereen STEM ook in buitengewoon onderwijs. 21/03/2018 Boeverbos

Iedereen STEM ook in buitengewoon onderwijs. 21/03/2018 Boeverbos Iedereen STEM ook in buitengewoon onderwijs 21/03/2018 Boeverbos 1 Iedereen STEM ook in buitengewoon onderwijs Jo Desutter Pedagogisch begeleider STE(A)M 2 Wat is STEM? Aanduiding domein Aanduiding studies

Nadere informatie

Handleiding DISK: Lesgeven met DISK

Handleiding DISK: Lesgeven met DISK Handleiding DISK: Lesgeven met DISK Inhoudsopgave 1. Introductie 2 2. Niveau bepalen 3 3. Themakeuze 3 4. Leerroutes voor de leerling 5 5. Lesorganisatie 7 6. Tijdsplanning 9 7. Differentiëren 11 1 1.

Nadere informatie

Oranje stappers maak je zo

Oranje stappers maak je zo Handleiding groep 3-8 Oranje stappers maak je zo Wijzers Jeelo heeft gele wijzers om samen met leerlingen te verkennen hoe je een oranje stapper van Jeelo maakt. Voor groep 3-4 wijzer 2008 Zo maak je oranje

Nadere informatie

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars.

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars. op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars. Auteur: Anneke Lucassen Zelfevaluatie begeleiden bij zelfstandig

Nadere informatie

Vakdidactiek les

Vakdidactiek les Vakdidactiek les 1 30-08-2011 - inleiding op vakdidactiek - studieplanning Men is heel erg gewend om te praten: - non-verbale communicatie maar 35% blijft hangen In opvoeding en onderwijs speelt non-verbale

Nadere informatie

Welkom. Van data naar arrangementen. Presentatie door: Karin Snoodijk

Welkom. Van data naar arrangementen. Presentatie door: Karin Snoodijk Welkom Van data naar arrangementen Presentatie door: Karin Snoodijk Onderwijscontinuüm Nieuwe plaatje Waarom differentiëren? Curve normaalverdeling Leerling resultaten in een klas school x - klas xx -

Nadere informatie

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Studentnummer: Naam aanmelder: Stap 1. Welkom heten en uitleggen wat het onderzoek inhoudt (Tijd: 5 minuten) Landelijk en bij de FEM is er sprake van een hoge

Nadere informatie

Algemeen: de LVS scores begrijpend lezen en rekenen zijn van doorslaggevend belang bij de plaatsing in de dakpanklassen.

Algemeen: de LVS scores begrijpend lezen en rekenen zijn van doorslaggevend belang bij de plaatsing in de dakpanklassen. Algemeen: de LVS scores begrijpend lezen en rekenen zijn van doorslaggevend belang bij de plaatsing in de dakpanklassen. PrO: Inzicht: DLE kleiner dan 30 (LA groter dan 0.50) IQ lager dan 80. Bij twijfel

Nadere informatie

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs Angelique van het Kaar Risbo Erasmus Universiteit Rotterdam 7 november 2012 Overzicht onderwerpen Training Didactische

Nadere informatie

Op weg naar vlammende betogen. Een doorlopende leerlijn voor spreekvaardigheid

Op weg naar vlammende betogen. Een doorlopende leerlijn voor spreekvaardigheid 10. En verder nog Ronde 4 Leontien van den Berg & Geppie Bootsma APS Contact: l.vandenberg@aps.nl g.bootsma@aps.nl Op weg naar vlammende betogen. Een doorlopende leerlijn voor spreekvaardigheid 1. Inleiding

Nadere informatie

Concepten en contexten in de nieuwe programma's

Concepten en contexten in de nieuwe programma's oncepten en contexten in de nieuwe programma's Delft voor Docenten 6 december 2012 Berenice Michels Lucia Bruning oncepten en contexten in de nieuwe programma's - inhoud 1. oncepten, contexten en concept-context

Nadere informatie

21ste-eeuwse vaardigheden:

21ste-eeuwse vaardigheden: INLEIDING 21ste-eeuwse vaardigheden Het helpen ontwikkelen van 21ste-eeuwse vaardigheden bij studenten vraagt het nodige van docenten. Zowel qua werkvormen als begeleiding. In hoeverre neem je een voorbeeldrol

Nadere informatie

Verantwoording van de te bezoeken les

Verantwoording van de te bezoeken les Verantwoording van de te bezoeken les Toelichting m.b.t. constructeur leeromgeving: Zie het losse lesvoorbereidingsformulier. Toelichting m.b.t. de rol van vakinhoudelijk begeleider: Waar in de les motiveert

Nadere informatie

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79

Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Tijdschrift voor Didactiek der B-wetenschappen 7 (1989) nr.1 79 Boekbespreking Techniek in het natuurkunde-onderwijs M.J. de Vries, Uitg.: Technische Universiteit Eindhoven, 1988 Dissertatie, 278 p. De

Nadere informatie

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument

Nadere informatie

PV ILS-VO 1 12/1/2016

PV ILS-VO 1 12/1/2016 PV ILS-VO 1 12/1/2016 INSTRUMENT LEERSTIJL VO PERSOONLIJKE RAPPORTAGE VAN Luc Arendse PV ILS-VO 2 12/1/2016 Gegevens deelnemer Algemeen Naam Luc Arendse Leeftijd 17 Geslacht man Afnamedatum 28 november

Nadere informatie

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe. HOUT EN BOUW Activerende werkvormen? Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat we na 14 dagen gemiddeld slechts 10 % hebben onthouden van datgene wat we gelezen hebben en 20 % van wat we hebben gehoord.

Nadere informatie