RAADSVOORSTEL Onderwerp: Implementatie gewijzigde landelijke Drank- en Horeca Wet vaststellen uitbreiding Algemene Plaatselijke Verordening.

Transcriptie

1 RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.: Naam programma: Veiligheid. Onderwerp: Implementatie gewijzigde landelijke Drank- en Horeca Wet vaststellen uitbreiding Algemene Plaatselijke Verordening. Aanleiding: Met ingang van 1 januari 2013 wordt de landelijke Drank- en Horecawet (DHW) gewijzigd. De belangrijkste wijzigingen in de DHW betreffen het strafbaar stellen van jongeren onder 16 jaar voor het beschikbaar hebben van alcoholhoudende drank, het reguleren van de paracommerciële instellingen en het decentraliseren van de handhaving van de DHW naar de lokale overheid. Doel: De wijziging geeft gemeenten meer mogelijkheden om overmatig alcoholgebruik van jongeren tegen te gaan en vermindert de administratieve lasten. De wijzigingen sluiten aan bij de doelstellingen van de Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord (RV ). Deze beleidsvisie richt zich op de doelgroep jeugd en jongeren tot 18 jaar. Een belangrijke doelstelling van dit beleid is gezondheidsschade bij jongeren door alcoholgebruik zoveel mogelijk voorkomen door maatregelen tegen drankgebruik onder jongeren aan te scherpen. Op gemeentelijk niveau zal aan dit beleidsdoel worden vormgegeven door het in voorbereiding zijnde Uitvoeringsplan Alcoholmatiging jongeren in Leiden. Over dit plan zal nog afzonderlijke besluitvorming plaatsvinden, waar mogelijk met afstemming met de regio. Met de implementatie van de wijzigingen van de DHW kan voor een belangrijk deel invulling gegeven worden aan de pijler regelgeving en handhaving, beschreven in beide documenten. Kader: - Wijziging Drank- en Horecawet, wetsvoorstel Eerste Kamer der Staten Generaal, Beleidsregels Paracommercie in Leiden - B en W nr Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord RV Overwegingen: De DHW wordt op een achttal hoofdpunten gewijzigd. Ze worden hieronder beschreven. Er wordt onderscheid gemaakt in verplichte wijzigingen en wijzigingen waarbij op lokaal niveau beleidskeuzes mogelijk zijn. Voor dit raadsvoorstel is wijziging 4 (uitbreiding APV) het meest van belang. Voor wat betreft de paracommercie moet de gemeente een verordening opstellen waarin regels staan over verantwoorde alcoholverstrekking en de dagen en tijdstippen waarop paracommerciële instellingen alcohol mogen schenken. 1

2 Vorig jaar is al een nota Paracommercie in Leiden (B en W nr ) vastgesteld. In deze nota wordt voorgesteld om de paracommerciële instellingen in vier categorieën in te delen, waarbij voor elke categorie specifieke voorschriften en beperkingen aan de vergunning worden verbonden. De nota bevat ook beleidsregels voor deze voorschriften en beperkingen en beleidsregels voor handhaving. In het onderhavige voorstel worden geen inhoudelijke wijzigingen ten opzichte van de beleidsregels voorgesteld. De verplichte wijzingen zijn: 1. De burgemeester wordt bevoegd gezag In de vorige DHW was het college van burgemeester en wethouders nog bevoegd gezag. In de nieuwe DHW alleen de burgemeester. De burgemeester is nu al belast met toezicht vanuit het terrein van de openbare orde en veiligheid. De bevoegdheden die voortkomen uit de DHW passen hier goed bij. De burgemeester wordt daarmee verantwoordelijk voor een goede handhaving van deze wet. Dit is een verplichte wijziging die zonder verdere gemeentelijke besluitvorming kan worden doorgevoerd. Alleen het gemeentelijke drukwerk hierover moet worden aangepast. 2. Het vergunningenstelsel wordt vereenvoudigd Het vergunningstelsel wordt aangepast zodat er minder vaak een nieuwe vergunning aangevraagd hoeft te worden. Dit zorgt voor minder administratieve lasten. In de nieuwe wet moet de vergunninghouder een eenvoudige aanvraag doen om een persoon als leidinggevende te laten bijschrijven op het bij de drank- en horecavergunning behorende aanhangsel. Er hoeft geen compleet nieuwe vergunning meer te worden aangevraagd. Feitelijk wordt hiermee een procedure geformaliseerd die in de praktijk al gangbaar is. 3. Decentralisatie van het toezicht op, en handhaving van de naleving van de Drank- en Horecawet Het toezicht op, en handhaving van de DHW wordt tot 31 december 2012 uitgevoerd door de landelijke Voedsel- en Warenautoriteit, deze taak zal met ingang van 1 januari 2013 overgedragen worden aan de gemeenten. Deze wijziging heeft als doel het toezicht op het naleven van de DHW te verscherpen. Het uitgangspunt achter de decentralisatie is dat de gemeenten het toezicht efficiënter kunnen inzetten en vaker en meer gericht toezicht kunnen uitoefenen. Dit betekent dat er toezichthouders opgeleid en aangesteld moeten worden. Het toezicht en de handhaving op de taken die over gaan komen zal als volgt worden vormgegeven. Het toezicht op de reguliere vergunningen die binnen de (paracommerciële)horeca en de slijterijen worden verstrekt wordt gedaan door het team Bouwtoezicht van de afdeling Handhaving (HHA). Er zal gecontroleerd worden op de horecavergunningen, het voldoen aan het bestemmingsplan, inrichtingseisen, terrasvergunning, kansspelautomaten, reclameuitingen, precario en het veilig gebruik. Aan de hand van een indeling in zwaartecategorie en een risico-inventarisatie zullen inrichtingen jaarlijks (zoals cafés en discotheken), eens per 2 jaar (bijvoorbeeld de paracommercie en eens per 3 jaar(zoals lunchrooms) gecontroleerd worden. Het toezien op overige zaken zoals sluitingstijden, voorschriften uit de APV, klachten en meldingen, verkoop van alcohol aan minderjarigen door supermarkten,avondwinkels en 2

3 slijterijen en het feit dat jongeren onder de 16 jaar geen alcoholhoudende drank bij zich mogen dragen op voor publiek toegankelijke plaatsen, wordt gedaan door de Gemeentelijke Opsporingsambtenaren (GOA s) in nauwe samenwerking met de Politie. De controles vinden zowel overdag als buiten kantoortijden plaats. De inzet van de GOA s op dit taakveld bedraagt maximaal 2 FTE op jaarbasis De juridische handhaving, bijvoorbeeld bij een definitieve sluiting dan wel het definitief intrekken van een vergunning of opleggen van een last onderdwangsom, wordt door de juristen van HHA overgenomen. Een jaar na de invoering zal de werkwijze worden geëvalueerd en na twee jaar volgt een evaluatie van de beschikbare capaciteit. Voor wat betreft de kosten van deze taakuitbreiding het volgende: bij de behandeling van de Perspectiefnota is door de Raad, bij wijze van amendement (RV ), met ingang van 2014 een aanvullende budget van structureel beschikbaar gesteld. Dit biedt ruimte voor herprioritering/herschikking van budgetten. Een en ander zal bij de begroting 2014 definitief worden geregeld. 4. Verordening paracommercie (uitbreiding APV) De gemeente moet een verordening opstellen waarin regels staan over verantwoorde alcoholverstrekking en de dagen en tijdstippen waarop paracommerciële instellingen alcohol mogen schenken. Deze taptijden worden gecontroleerd en gehandhaafd door de nieuwe toezichthouders. Vorig jaar is al een nota Paracommercie in Leiden (B en W nr ) vastgesteld. In deze nota wordt voorgesteld om de paracommerciële instellingen in vier categorieën in te delen, waarbij voor elke categorie specifieke voorschriften en beperkingen aan de vergunning worden verbonden. De nota bevat ook beleidsregels voor deze voorschriften en beperkingen en beleidsregels voor handhaving.door de VNG is een modelverordening voor de paracommercie opgesteld. Deze modelverordening vormt samen met bestaande beleidsregels uit Paracommercie in Leiden de basis voor de gemeentelijke verordening paracommercie. In Leiden wordt dit vormgegeven middels een uitbreiding van de APV. De beperkingen en voorschriften mogen uitsluitend betrekking hebben op de tijden dat er alcoholhoudende drank wordt geschonken, op in inrichtingen te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard en op het maken van reclame voor dergelijke bijeenkomsten. Een bijkomend positief maar niet beoogd effect van de voorschriften is dat het alcoholgebruik door jongeren in bijvoorbeeld sportkantines wordt tegengegaan. Wanneer er uitsluitend alcoholvrije drank wordt verstrekt, zijn deze beperkende voorschriften niet van toepassing. Na de inwerkingtreding van deze uitbreiding zullen de eerder vastgestelde beleidsregels vervallen, op grond van het collegebesluit inzake intrekking nota en beleidsregels paracommercie BW nr Strafbaarstelling jongeren - verplicht Jongeren onder de 16 jaar die alcoholhoudende drank aanwezig hebben of voor consumptie gereed hebben op voor het publiek toegankelijke plaatsen (openbare weg en horecabedrijven) worden strafbaar gesteld. Dit geldt niet voor supermarkten. 3

4 Dit nieuwe artikel stelt in de eerste plaats de jongere zelf verantwoordelijk voor het beschikbaar hebben van alcohol. Tot nu toe was het uitsluitend de verkoper van alcohol die strafbaar was. Met name hierbij kan de decentralisatie van het toezicht op de DHW een bijdrage aan de doelstelling vermindering alcoholmisbruik onder jongeren leveren. Drie wijzigingen in de DHW bieden gemeenten de mogelijkheid eigen beleid in te voeren: 6. Burgemeester krijgt de bevoegdheid om alcoholverkoop door detailhandel tijdelijk te verbieden Verkoop van alcoholhoudende drank aan jongeren onder 16 jaar is strafbaar. Of, en welke sanctie bij overtreding wordt opgelegd is in de DHW de bevoegdheid van de burgemeester (art. 19a). De DHW-regelgeving is als volgt (three strikes out): 1. De burgermeester kan de natuurlijke persoon of de rechtspersoon die een bedrijf exploiteert als bedoeld in artikel 18, tweede lid, of artikel 19, tweede lid, onder a, en die in een periode van 12 maanden drie maal artikel 20, eerste lid, heeft overtreden, de bevoegdheid ontzeggen zwak- alcoholhoudende drank te verkopen vanaf de locatie waar bedoeld gedrag heeft plaatsgevonden. 2. De ontzegging wordt opgelegd voor ten minste een week en ten hoogste 12 weken. 3. De burgemeester is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang ter handhaving van een krachtens dit artikel opgelegde ontzegging. 7. Gemeenten krijgen de mogelijkheid om een toegangsleeftijd te koppelen aan de sluitingstijd Het verschil met de huidige wet is dat het gaat om toegangsleeftijden en niet meer om aanwezigheidsleeftijden. Die toegangsleeftijd kan per gemeentelijke verordening gekoppeld worden aan de sluitingstijd. Bijvoorbeeld: een café dat jong publiek toelaat (<16) zou dan vroeg dicht moeten. Een café dat een leeftijdsgebonden toelatingsbeleid heeft bijvoorbeeld alleen boven de 18 jaar zou lang open mogen blijven. Leiden kent geen verplichte sluitingstijden, alleen toelatingstijden (APV. art. 55, raadsbesluit ). Omdat alcoholverkoop aan jongeren onder 16 jaar verboden is hanteren vrijwel alle Leidse horecaondernemers met nachtelijke openingstijden een leeftijdsgebonden toelatingsbeleid. Dit systeem functioneert naar tevredenheid van zowel de Leidse horeca, de bezoekers als de gemeente. Deze situatie zal worden gelaten zoals die nu is. 8. Gemeenten krijgen de mogelijkheid de toepassing van prijsacties in een verordening te regelen De nieuwe DHW spreekt daarbij van minimale kortingspercentage van 30-40%. Het aanbieden van dergelijke kortingen tijdens happy-hours en/of andere acties komt in Leiden vrijwel niet voor. Horecaondernemingen profileren zich door extra culinaire aankleding (hapjes, snacks), livemuziek of andere activiteiten. Dergelijke activiteiten behoren tot het vrije ondernemerschap van de horecaondernemer. Ook deze situatie zal worden gelaten zoals die nu is. Financiën: Voor wat betreft de kosten van de uitbreiding van de handhavingscapaciteit, opleidingskosten en juridische ondersteuning het volgende: bij de behandeling van de Perspectiefnota is door de Raad, bij wijze van amendement (RV ), met ingang van 2014 een aanvullende budget van structureel beschikbaar gesteld. Dit biedt ruimte voor 4

5 herprioritering/herschikking van budgetten. Een en ander zal bij de begroting 2014 definitief worden geregeld. Evaluatie: Na twee jaar volgt een locale evaluatie van de uitvoering van de wettelijke bepalingen en de beschikbare capaciteit. Bijgevoegde informatie: Wijziging Drank- en Horecawet, wetsvoorstel Eerste Kamer der Staten Generaal, Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord RV RAADSBESLUIT De raad van de gemeente Leiden: Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders en het voorstel van de burgemeester (raadsvoorstel van 20121), mede gezien het advies van de commissie, BESLUIT: 1. Vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening: Enig artikel Na artikel 2:34 wordt een nieuwe afdeling 8A toegevoegd welke luidt als volgt: AFDELING 8A BIJZONDERE BEPALINGEN OVER HORECABEDRIJVEN ALS BEDOELD IN DE DRANK- EN HORECAWET Artikel 2:34b bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen 1. Paracommerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn wanneer dit leidt tot oneerlijke mededinging. 2. De Burgemeester kan bijeenkomsten van persoonlijke aard aanwijzen en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn die naar zijn oordeel in ieder geval niet leiden tot oneerlijke mededinging. 3. Een ontheffing van de voorschriften kan worden verleend voor bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard die van maatschappelijke betekenis zijn en waarbij redelijkerwijs beschouwd geen sprake is van wezenlijke oneerlijke mededinging, zoals in situaties waarbij: a. de reguliere horeca niet voldoende ruimte heeft om de activiteit te laten plaatsvinden, bijvoorbeeld als tijdens een bijzondere festiviteit of attractie de vraag naar horeca-activiteiten het bestaande aanbod overtreft en/of 5

6 b. de paracommerciële vergunninghouder geen financieel voordeel heeft van de activiteit en de activiteit als zodanig van maatschappelijke betekenis is en geen commercieel karakter heeft. 2. te bepalen dat dit besluit inwerking treedt op de dag na de bekendmaking daarvan.. Gedaan in de openbare raadsvergadering van 18 december 2012, de Griffier, de Voorzitter, Dit voorstel is op 18 december 2012 ongewijzigd vastgesteld. Voor de behandeling in de raad was het voorstel middels errata gewijzigd. 6

7 TECHNISCHE INFORMATIE Opstellers: Bert Kienjet, Eddy Pronk, Erik Pluyter Organisatieonderdeel: Sociaal en economisch beleid Telefoon: Portefeuillehouder: 7

8 udens advies van de commissie BurgemeesterB en W. nr BBnr Onderwerp Implementatie gewijzigde landelijke Drank- en Horeca Wet vaststellen uitbreiding Algemene Plaatselijke Verordening de burgemeester besluit: Beho 1. de Raad voor te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening vast te stellen: Enig artikel Na artikel 2:34 wordt een nieuwe afdeling 8A toegevoegd welke luidt als volgt: AFDELING 8A BIJZONDERE BEPALINGEN OVER HORECABEDRIJVEN ALS BEDOELD IN DE DRANK- EN HORECAWET Artikel 2:34b bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen 1. Paracommerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn wanneer dit leidt tot oneerlijke mededinging. 2. De Burgemeester kan bijeenkomsten van persoonlijke aard aanwijzen en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn die naar zijn oordeel in ieder geval niet leiden tot oneerlijke mededinging. 3. Een ontheffing van de voorschriften kan worden verleend voor bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard die van maatschappelijke betekenis zijn en waarbij redelijkerwijs beschouwd geen sprake is van wezenlijke oneerlijke mededinging, zoals in situaties waarbij: a. de reguliere horeca niet voldoende ruimte heeft om de activiteit te laten plaatsvinden, bijvoorbeeld als tijdens een bijzondere festiviteit of attractie de vraag naar horeca-activiteiten het bestaande aanbod overtreft en/of b. de paracommerciële vergunninghouder geen financieel voordeel heeft van de activiteit en de activiteit als zodanig van maatschappelijke betekenis is en geen commercieel karakter heeft. 2. de Raad voor te stellen te bepalen dat dit besluit inwerking treedt op de dag na de bekendmaking daarvan. Op dat tijdstip houden de beleidsregels paracommercie op te gelden. het college besluit: 1. kennis te nemen van het besluit van de burgemeester de Raad voor te stellen de verordening tot wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening vast te stellen. Perssamenvatting: 8

9 Met ingang van 1 januari 2013 wordt de landelijke Drank- en Horecawet (DHW) gewijzigd.de belangrijkste wijzigingen in de DHW betreffen het strafbaar stellen van jongeren onder 16 jaar voor het beschikbaar hebben van alcoholhoudende drank, het reguleren van de paracommerciële instellingen en het decentraliseren van de handhaving naar de lokale overheid. Voor wat betreft de paracommercie moet de gemeente een verordening opstellen waarin regels staan over verantwoorde alcoholverstrekking en de dagen en tijdstippen waarop paracommerciële instellingen alcohol mogen schenken. De burgemeester stelt hiervoor aan de raad voor de Algemene Plaatselijke Verordening uit te breiden. Met name met een gedegen uitvoering van deze laatste wijziging kunnen successen geboekt worden in het bestrijden van drankmisbruik. 9