GEMEENTE Raadsvoorstel Nummer:

Transcriptie

1 Leusden GEMEENTE Raadsvoorstel Nummer: Datum : 17 september 2013 Hoort bij collegeadviesnr Datum raadsvergadering 14 november 2013 Portefeuillehouder A. Vermeulen Onderwerp Wijziging APV 2013 door gewijzigde dranken horecawet Verzoek Het college stelt u voor de volgende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Leusden 2013 vast te stellen: ARTIKEL I De reservering bij Afdeling 8A. Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet wordt als volgt ingevuld: Artikel 234a schenktijden paracommerciële rechtspersonen Paracommerciële rechtspersonen kunnen uitsluitend alcohol verstrekken één uur voor, tijdens en één uur na beëindiging van activiteiten die passen binnen de statutaire doelstelling van de desbetreffende paracommerciële rechtspersoon. De burgemeester kan, ingevolge artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet, een paracommerciële rechtspersoon incidenteel ontheffing verlenen van de in het eerste lid gestelde schenktijden. Artikel 2:34 b bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen Paracommerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn wanneer dit leidt tot oneerlijke mededinging. Een bijeenkomst als bedoeld onder lid 1 die niet leidt tot oneerlijke mededinging, dient drie weken van te voren te worden aangemeld bij het college. Artikel 2:34f verbod 'happy hours' Ter bescherming van de volksgezondheid en in het belang van de openbare orde is het verboden in een horecalokaliteit of op een terras bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die daar gewoonlijk wordt gevraagd. ARTIKEL II Deze verordening treedt in werking op 1 januari Kader Op 1 januari 2013 is de nieuwe Drank- en Horecawet (DHW) in werking getreden. De belangrijkste doelstellingen van de wet zijn: - het terugdringen van alcoholgebruik door jongeren; - alcoholgerelateerde overlast in de openbare ruimte aanpakken; bijdragen aan het verminderen van administratieve lasten.

2 GEMEENTE Verplichte verordening De wetswijziging geeft de gemeente nieuwe taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. De burgemeester wordt verantwoordelijk voor het toezicht op en de handhaving van de wet. Bovendien is er een verplichting dat uw raad in een verordening de schenktijden en het al dan niet toestaan van bijeenkomsten in paracommerciële instellingen reguleert. Daarnaast heeft uw raad de optie om in de verordening regels te stellen aan prijsacties bij horeca, detailhandel en supermarkten. U dient voor 1 januari 2014 de verordening vast te stellen. Op 10 juli 2013 heeft u de nieuwe APV vastgesteld. U heeft toen ook besloten de verordening volgend uit de DHW onder te brengen in de APV om op deze manier tot een samenhangend geheel te komen van gemeentelijke regelingen in de openbare ruimte. In de door u vastgestelde APV is daartoe een nieuwe afdeling 8A 'bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de DHW' gereserveerd. Samen met de samenleving De gemeente kan de wet niet alleen implementeren. Betrokkenheid en draagvlak bij de maatschappelijke partners, zoals horeca, sportverenigingen en sociaal-culturele instellingen zijn essentieel om de uitvoering tot een succes te maken. In het proces om tot een wijziging van de APV te komen, heeft daarom dan ook nauw overleg plaatsgevonden met het maatschappelijk veld. Het college heeft daartoe in mei voorgenomen besluiten genomen, die als kader zijn gebruikt voor de verkennende gesprekken met de maatschappelijke partners. In mei/juni hebben afzonderlijke gesprekken plaatsgevonden met vertegenwoordigers van Koninklijke Horeca Nederland (KHN) en met de paracommerciële rechtspersonen. In september heeft een gezamenlijke bijeenkomst plaatsgevonden waarbij naast KHN en de paracommerciële rechtspersonen alle horecaondernemers, de GGD en de politie waren uitgenodigd. De GGD was hierbij niet aanwezig en heeft naderhand schriftelijk gereageerd. Van de politie is geen reactie ontvangen. Tijdens de gezamenlijke bijeenkomst zijn onderwerpen besproken waarover eerder was gebleken dat er verschillende standpunten waren. Al deze bijeenkomsten zijn goed bezocht en er heeft een interactieve gedachtewisseling plaatsgevonden. In de voorliggende wijziging van de APV is getracht een balans te vinden tussen de diverse doestellingen van de nieuwe dranken horecawet en daarbij rekening houden met de verschillende belangen van de betrokkenen. In de voorliggende wijziging van de APV wordt u het volgende voorgesteld: - schenktijden paracommerciële rechtspersonen koppelen aan de activiteit; - niet verstrekken van alcohol tijdens privé-bijeenkomsten en bijeenkomsten met derden wanneer dit leidt tot oneerlijke concurrentie; - het opnemen van aanvullende regels beperken tot een verbod op happy hours. Argumenten 1. Schenktijden paracommerciële rechtspersonen koppelen aan de activiteit Op dit moment zijn de schenktijden van de paracommerciële rechtspersonen gekoppeld aan begin- en eindtijden van activiteiten. Dit is geregeld in de vergunningen die de gemeente heeft verleend aan de instellingen. De regel is dat er alcohol geschonken mag worden vanaf één uur voordat de activiteit begint, tijdens de activiteit, tot één uur na de activiteit. Wij stellen u voor om dit te blijven hanteren vanwege de volgende argumenten: 1.1. Er is draagvlak bij de maatschappelijke partners om de schenktijden te relateren aan de activiteit

3 Omdat de huidige regel moeilijk handhaafbaar is (het is moeilijk te controleren of een wedstrijd later is geëindigd) en aanleiding geeft tot creatieve constructies om de schenktijden op te rekken, heeft ons college in de verkennende gesprekken met het maatschappelijk veld voorgesteld om het schenken van alcohol te koppelen aan vast begin- en eindtijdstip. Zowel de horeca als de paracommerciële rechtspersonen konden zich hierin niet vinden. De horeca vond het, uit het oogpunt van oneerlijke concurrentie, belangrijk dat er een koppeling is met de activiteit. De paracommerciële rechtspersonen verzochten vooral om maatwerk. Door de koppeling te leggen met de activiteit van de vereniging is maatwerk verzekerd. 1.2 Alle paracommerciële rechtspersonen worden gelijk behandeld De paracommerciële instellingen hebben voorgesteld om wel een koppeling te maken met de activiteit, maar in de verordening geen eindtijd op te nemen met het schenken van alcohol, en deze per rechtspersoon separaat te regelen met de gemeente (met de mogelijkheid om afhankelijk van de activiteit te differentiëren in de schenktijd). Omdat de wet vereist dat in de verordening de schenktijd wordt geregeld (al dan niet gedifferentieerd naar rechtspersoon), wordt het ondoenlijk, ook uit handhavingsoptiek, om de wens van de paracommerciële rechtspersonen te honoreren. Daarom stellen wij voor om de huidige systematiek te handhaven. Hiermee worden alle rechtspersonen gelijk behandeld en blijft de systematiek voor iedereen transparant. De GGD beveelt aan, vanuit alcoholmatigingsbeleid, om een onderscheid te maken tussen verenigingen met veel jeugdleden en verenigingen met weinig jeugdleden. Wij zien af van dit onderscheid omdat, vanwege een wetswijziging, het vanaf 1 januari 2014 verboden is alcohol te verstrekken aan jongeren onder 18 jaar. 2. Niet verstrekken van alcohol tijdens privé-bijeenkomsten en bijeenkomsten met derden wanneer dit leidt tot oneerlijke concurrentie Op dit moment is het paracommerciële instellingen niet toegestaan alcohol te verstrekken tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks betrokken zijn bij de activiteiten van de paracommerciële rechtspersoon. Wij stellen voor om in de verordening de huidige regelgeving omtrent bijeenkomsten van persoonlijke aard te handhaven. Inzake bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks betrokken zijn bij de activiteiten van de paracommerciële rechtspersoon stellen we voor een nadrukkelijk verband aan te brengen met (a) de statutaire doelstelling van de vereniging en (b) dat dit niet mag leiden tot oneerlijke mededinging. Als hieraan wordt voldaan, is een dergelijke bijeenkomst toegestaan. Hierbij hanteren we de volgende argumenten: 2.1 Het schenken van alcohol tijdens persoonlijke bijeenkomsten door paracommerciële instellingen leidt tot oneerlijke concurrentie met de lokale horeca Het verstrekken van alcohol tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en verjaardagen van vrijwilligers horen ons inziens niet thuis in een paracommerciële instelling. Er zijn voldoende commerciële horecagelegenheden in de gemeente waar een dergelijke bijeenkomst kan plaatsvinden. Het wel toestaan leidt tot oneerlijke concurrentie met de reguliere horeca, omdat sportverenigingen en

4 sociaal-culturele centra lagere tarieven kunnen hanteren omdat zij werken met vrijwilligers. De horeca is voor handhaving van de huidige situatie Ze vinden wel dat een paracommerciële instelling een feest mag houden als er een nadrukkelijke relatie is met de aard van de vereniging (zoals het houden van een kampioensfeest). Een groot deel van de paracommerciële instellingen kan zich ook vinden in het bovengenoemde standpunt. Een klein deel van de paracommerciële instellingen is het niet eens met dit standpunt. Zij vragen zich af of er wel sprake is van oneerlijke concurrentie. Zij denken dat iemand die zijn verjaardagsfeest niet mag geven in een paracommerciële instelling, niet noodzakelijkerwijs uitwijkt naar de reguliere horeca, maar het feest dan eerder thuis houdt. 2.2 Het schenken van alcohol bij bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks betrokken zijn bij de activiteiten van de paracommerciële instelling, is wel toegestaan, als de bijeenkomst volgt uit de statutaire doelstelling van de vereniging én niet mogelijk is bij de lokale horeca. Het uitgangspunt van de wet is dat er geen onnodige beperkingen aan de paracommerciële rechtspersonen moeten worden opgelegd. De invulling van dit uitgangspunt vraagt om een zorgvuldige balans tussen de belangen van de horeca en de belangen van de paracommerciële instellingen om oneerlijke concurrentie met de horeca te voorkomen. Wanneer bijeenkomsten van persoonlijke aard een direct verband houden met de activiteiten van de desbetreffende paracommerciële instelling én de activiteit voorop staat, is ons inziens geen sprake van oneerlijke mededinging. Wij geven hieronder drie voorbeelden om dit te illustreren: Voorbeeld I: iemand wil ter gelegenheid van zijn verjaardag een jeu de boules toernooi voor familie en vrienden organiseren. Dit kan bij de jeu de boules vereniging en niet in een café. Er is dan geen sprake van oneerlijke mededinging. Voorbeeld II: een bedrijf wil een teambuilding uitje voor het personeel organiseren met een sportief karakter. Er wordt gekozen voor een voetbaltoernooi voor de medewerkers. Dit kan bij de voetbalvereniging en niet in een hotel. Er is dan geen sprake van oneerlijke mededinging. Voorbeeld III: Iemand wil zijn bruiloft vieren in het clubgebouw van de hockeyvereniging. Omdat een bruiloft ook in een restaurant kan worden gevierd is hier sprake van oneerlijke mededinging. Daarom is dit niet toegestaan. De horeca vraagt zich af of het toestaan van dergelijke bijeenkomsten niet tot oneigenlijk gebruik kan leiden en daarmee tot oneerlijke concurrentie. Wij onderkennen dit risico en stellen daarom voor dat instellingen die hiervan gebruik willen maken de bijeenkomst een paar weken van te voren melden bij de gemeente. Uit gesprekken met de paracommerciële instellingen is gebleken dat overigens slechts een enkele vereniging bijeenkomsten voor derden organiseert. 3. Het opnemen van aanvullende regels De DHW biedt de gemeente de mogelijkheid in de verordening aanvullende beperkende regels op te stellen voor horeca, supermarkten en slijterijen bij het verstrekken van alcoholhoudende drank. Wij stellen voor om wél een verbod op happy hours op te nemen in de verordening, maar geen aanvullende regels op te nemen inzake prijsacties detailhandel. Argumenten:

5 3.1 Een verbod op happy hours beschermt de klant tegen overmatig alcoholgebruik in een korte periode Het gaat hier om prijsacties bij de horeca en paracommerciële instellingen waarbij alcoholhoudende drank gedurende een bepaalde periode wordt verstrekt met een korting van meer dan 40%. Uit onderzoek is gebleken dat dergelijke prijsacties effect hebben op de consumptie van alcohol. Het verbieden van happy hours kan dan ook een bijdrage leveren aan het tegengaan van 'binge drinking'; één van de doelstellingen van het Leusdens gezondheidsbeleid. Er zijn veel gemeenten in Nederland, waaronder alle gemeenten in de regio, die deze beperking hebben of zullen opnemen in de verordening. De GGD adviseert de gemeente om dit verbod op te nemen in de verordening. Zowel de horeca als de paracommerciële instellingen kunnen zich in een verbod op happy hours vinden. 3.2 Geen verbod op prijsacties detailhandel omdat de prijzen landelijk worden bepaald en niet te handhaven zijn De Drank en Horecawet biedt de mogelijkheid op een verbod op prijsacties in supermarkten en slijterijen. Het is dan niet toegestaan om alcoholhoudende dranken aan te bieden voor een prijs die voor een periode van zeven dagen of korter lager is dan 70% van de prijs die regulier wordt gevraagd. Wanneer de gemeente een verbod op prijsacties hanteert in de horeca, zou het niet onredelijk zijn dit ook te hanteren voor de detailhandel. De gemeente heeft echter geen invloed op de prijsacties in de detailhandel. Deze worden landelijk bepaald. Het is ook lastig om dergelijke prijsacties te handhaven. Het betekent dat we van alle supermarkten de reguliere prijzen moeten monitoren. Daarbij zijn de prijsacties voor de detailhandel makkelijk te omzeilen wanneer ze een aanbieding acht dagen laten duren. Daarom stellen we voor om geen verbod op prijsacties in de detailhandel te hanteren. De GGD beveelt overigens aan om dit wel te doen vanuit het oogpunt om het drankgebruik onder jongeren terug te dringen. Aangezien het vanaf 1 januari 2014 bij wet verboden is om aan jongeren onder de 18 jaar alcohol te verstrekken, zien wij hiervan af. Ons zijn overigens ook geen gemeenten bekend die dit verbod wel hebben opgenomen in de verordening. Nadere Uitwerking Alcoholpreventie Het reguleren van het alcoholgebruik door jongeren is al één van de prioriteiten van het gezondheids- en jeugdbeleid. Nieuw beleid is daarom niet noodzakelijk. Wel willen we in de uitvoering van het beleid nog sterker het accent leggen op bewustwording bij ouders en kinderen over drankgebruik door jongeren. We willen hier ook de samenleving bij betrekken, omdat we menen dat dit een gezamenlijke boodschap is van de Leusdense samenleving; niet die van de overheid alleen. Ons college is voornemens een convenant met de horeca af te sluiten. Met de sportverenigingen willen we in gesprek of zij een convenant sport en alcohol zinvol vinden. Een aantal gemeenten, waaronder Utrecht en Hoorn heeft al een dergelijk convenant. We zullen de GGD hier bij betrekken. Bewustwording alleen is niet voldoende. We willen jongeren duidelijk maken dat we alcoholoverlast in de openbare ruimte niet tolereren en dat er sancties staan bij herhaalde overlast. Dit nemen we mee in het handhavingsprogramma 2014.

6 Leusden GEMEENTE Oprichting informeel platform DHW Voor de Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Leusden en de paracommerciële rechtspersonen was het de eerste keer dat men elkaar in georganiseerd verband ontmoette. Alle partijen stelden het op prijs om gezamenlijk met elkaar in gesprek te zijn over de implementatie van de Drank- en Horecawet. De horeca heeft voorgesteld om dit jaarlijks voort te zetten. De paracommerciële instellingen hebben hier positief op gereageerd. De jeu de boules vereniging De Hakhorst zal de eerste bijeenkomst organiseren. De gemeente heeft aangegeven ook graag bij dit gesprek aanwezig te willen zijn. Evaluatie Samen met de partners willen we jaarlijks de uitvoering evalueren. Daarbij zal het vooral gaan om de uitvoering van de wet in de dagelijkse praktijk. Bestuurlijk zullen we eind 2014 de uitvoering van de wet evalueren. We zullen ons vooral richten op de prioriteiten van de wet (het terugdringen van drankgebruik onder jongeren in de horeca en bij paracommerciële rechtspersonen en het tegengaan van alcohol gerelateerde overlast in de openbare ruimte) en toezicht en handhaving. Afhankelijk van de resultaten zal blijken of een aanpassing van de verordening noodzakelijk is. De GGD monitort vierjaarlijks o.a. het alcoholgebruik van jongeren, volwassenen en senioren. Deze cijfers zullen we ook betrekken bij de evaluatie van de uitvoering van de wet. Financiën De uitvoering van de Drank- en Horecawet vindt plaats binnen de bestaande budgetten. Communicatie De wijziging van de APV is opgesteld na consultatie van de betrokken partners in de samenleving. Na vaststelling van de wijziging van de APV in de gemeenteraad worden externe partners en inwoners op de gebruikelijke wijze geïnformeerd over de wijzigingen. De wijziging van de APV wordt gepubliceerd in de Leusder Krant en opgenomen in de digitale Regelingenbank. De betrokken partners en de politie worden door ons geïnformeerd over de inwerkingtreding en verwezen naar de vindplaats op de Regelingenbank. Oprichting informeel platform DHW Koninklijke Horeca Nederland, afdeling Leusden en de paracommerciële rechtspersonen hebben in september voor het eerst in georganiseerd verband met elkaar gesproken. Alle partijen stelden het op prijs om gezamenlijk met elkaar in gesprek te zijn over de implementatie van de Drank- en Horecawet. De horeca heeft voorgesteld om dit jaarlijks voort te zetten. Het college van de gemeente Leusden, E.D. Luchtenburg directeur-secretaris mevrouw drs. A. Vermeulen burgemeester 6 M

7 Leusden De raad van de gemeente Leusden; gelezen het voorstel van het college d.d. 17 september 2013, nummer ; gelet op (de) artikel (en) 4, eerste tot en met derde lid, en 25d van de Drank- en Horecawet; gelet op het aangenomen amendement om de schenktijd na beëindiging van de activiteiten te verlengen naar twee uur; besluit: de volgende wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordening Leusden 2013 vast te stellen: ARTIKEL I De reservering bij Afdeling 8A. Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet wordt als volgt ingevuld: Artikel 234a schenktijden paracommerciële rechtspersonen Paracommerciële rechtspersonen kunnen uitsluitend alcohol verstrekken één uur voor, tijdens en twee uur na beëindiging van activiteiten die passen binnen de statutaire doelstelling van de desbetreffende paracommerciële rechtspersoon. De burgemeester kan, ingevolge artikel 4, lid 4 van de Drank- en Horecawet, een paracommerciële rechtspersoon incidenteel ontheffing verlenen van de in het eerste lid gestelde schenktijden. Artikel 2:34 b bijeenkomsten bij paracommerciële rechtspersonen Paracommerciële rechtspersonen verstrekken geen alcoholhoudende drank tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen en bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de desbetreffende rechtspersoon betrokken zijn wanneer dit leidt tot oneerlijke mededinging. Een bijeenkomst als bedoeld onder lid 1 die niet leidt tot oneerlijke mededinging, dient drie weken van te voren te worden aangemeld bij het college. Artikel 2:34f verbod 'happy hours' Ter bescherming van de volksgezondheid en in het belang van de openbare orde is het verboden in een horecalokaliteit of op een terras bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank te verstrekken voor gebruik ter plaatse tegen een prijs die voor een periode van 24 uur of korter lager is dan 60% van de prijs die daar gewoonlijk wordt gevraagd. ARTIKEL II Deze verordening treedt in werking op 1 januari Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Leusden in zijn openbare vergadering van 14jiovember 2013 I) r. J.S.Y. Houtman mevrouw drs. A. Vermeulen voorzitter iv