P rogramma van T oetsing en A fsluiting. VWO-4 vakinhoudelijk en algemeen deel cursus september 2016

Transcriptie

1 P rogramma van T oetsing en A fsluiting VWO-4 vakinhoudelijk en algemeen deel 30 september 2016

2 Heerenveen, september 2016 Dit PTA bevat het vakinhoudelijk deel waarin per vak wordt beschreven welke toetsen tot het schoolexamen behoren en welk gewicht ze binnen dat schoolexamen hebben. In het PTA is verder opgenomen: het algemene deel van het PTA, waarin overige regels en afspraken zijn opgenomen die bijvoorbeeld gelden voor het schoolexamen, de bevordering en het overstappen van de ene afdeling naar de andere. Dit PTA is met de meeste zorgvuldigheid samengesteld. Mochten er desondanks fouten in voorkomen, dan zullen deze via een erratum bekendgemaakt worden. Voor vragen kunt u terecht bij ondergetekende. M. Louwerse-de Vries Examensecretaris Lyceum PS Verder is het Examenreglement nog van belang. Dit bevat de regels die gelden voor het schoolexamen en het centraal examen. Dit document wordt afzonderlijk van het PTA gepubliceerd. 2

3 VWO-4 vakinhoudelijk deel 30 september

4 VAK: AARDRIJKSKUNDE (AK) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 1 ONDERDEEL? 1 T4.1 Wereld Grote Bosatlas 60 NEE T 1 NEE - 2 P4.2 PO Wereld Grote Bosatlas NEE X 1 NEE - T4.2 Wereld en Wereldsteden Grote Bosatlas 90 NEE T 2 JA 1 3 T4.3 Aarde - Endogene en exogene krachten Grote Bosatlas 60 NEE T 2 JA - 4 T4.4 Aarde Endogene krachten, exogene krachten en klimaat NEE V5/6 2 JA 1 SO s o o Maximum aantal SO s per periode: 3 (in totaal tussen de 9 en 12 SO s). Wijze waarop de SO s meetellen: het gemiddelde van alles SO s vormt het SO-cijfer. JA X 2 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

5 VAK: ALGEMENE NATUURWETENSCHAPPEN (ANW) aantal lessen per week: periode 1 en 2: 2, periode 3 en 4: 1. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 2 ONDERDEEL? 1 T4.1 Solar vwo bovenbouw H1 en H2 NGR 45 JA T 1 JA 1 2 T4.2 Solar vwo bovenbouw H3 en "Oriëntatie op de wetenschap" NGR 45 NEE T 1 JA 1 3 P4.3 Schriftelijk verslag van een literatuurstudie. Keuze uit een selectie van wetenschappelijke onderwerpen Groepsgrootte: 3 leerlingen. 11 P 1 JA 1 4 P4.4 PowerPointPresentaties over een onderwerp uit een door de docent toegewezen onderwerp uit hoofdstuk 7. JA X 1 JA 1 T4.4 Solar vwo bovenbouw H5, H6 en H7. NGR 45 NEE V5/6 1 JA 1 OVERGANGSCIJFER = -CIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

6 VAK: BEELDENDE VORMING (BV) / KUNST BEELDENDE VORMING (KUBV) aantal lessen per week: in periode 1 en 2: 2; in periode 3 en 4: 1. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 3 ONDERDEEL? 1 P4.1 Werkstuk naar tweedimensionale module 43 P 2 JA 2 2 P4.2 Werkstuk naar driedimensionale module 2 P 2 JA 2 3 P4.3 Werkstuk naar tweedimensionale module 11 P 2 JA 2 4 P4.4a Groepswerk naar twee- en driedimensionale module 24 V5/6 2 JA 2 P4.4b Inleveren van een beeldend portfolio 24 V5/6 1 JA 1 OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: Heeft een leerling alleen het vak BEELDENDE VORMING (dus niet in combinatie met het vak KUNST-ALGEMEEN, dat start in vwo-5) dan wordt het cijfer voor BEELDENDE VORMING niet vermeld op de eindlijst van vwo-6 en kan het niet als compensatiecijfer tellen. Het cijfer wordt wel vermeld op een certificaat. 3 6

7 VAK: BIOLOGIE (BIOL) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 4 ONDERDEEL? 1 T4.1 Nectar 3 e editie 4 VWO, H4 + H5 + relevant lesmateriaal Binas NGR 60 NEE T 1 JA 1 2 T4.2 Nectar 3 e editie 4 VWO, H1 + H6 + relevant lesmateriaal Binas NGR 60 NEE T 2 JA 2 3 T4.3 Nectar 3 e editie 4 VWO, H7 + H6 + relevant lesmateriaal Binas NGR 60 NEE T 2 JA 2 4 T4.4 Nectar 3 e editie 4 VWO, H13 + H 14 + relevant lesmateriaal Binas NGR 60 NEE V5/6 2 JA 2 PO Het gewogen gemiddelde van lesopdrachten en practica, zoals vermeld in de studiewijzers JA X 2 JA 2 SO s o Maximum aantal SO s per periode: 2. o Wijze waarop de SO s meetellen: het gemiddelde van alles SO s vormt het SO-cijfer. JA X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

8 VAK: CULTURELE EN KUNSTZINNIGE VORMING (CKV) aantal lessen per week: 1. PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING PRAKTISCHE OPDRACHTEN HERKANSING 5 ONDERDEEL? 1 2 P4.1a Het bezoeken van een culturele activiteit en het maken van een CA daarvan. 43 X 1 JA 1 P4.1b Het afronden van praktische activiteiten binnen de les. - X 1 JA 1 P4.2a Het bezoeken van een culturele activiteit en het maken van een CA daarvan. 2 X 1 JA 1 P4.2b Het afronden van praktische activiteiten binnen de les. - X 1 JA 1 P4.3a Het bezoeken van een culturele activiteit en het maken van een CA daarvan. 9 X 1 JA 1 3 P4.3b Het afronden van praktische activiteiten binnen de les. - X 1 JA 1 P4.3c Excursie naar Amsterdam en het maken van een CA daarvan.? X 1 JA 1 4 P4.4a Het bezoeken van een culturele activiteit en het maken van een CA daarvan. 19 X 1 JA 1 P4.4b Het afronden van praktische activiteiten binnen de les. - X 1 JA 1 OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: Het overgangscijfer moet voldoende zijn voor overgang naar vwo-5. Op het overgangsrapport wordt de beoordeling Voldoende (cijfer is een 5,5 of hoger) of Goed (cijfer is een 7,5 of hoger) gegeven. 5 8

9 VAK: DUIT TAAL EN LITERATUUR (DUTL) aantal lessen per week: 2. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF P.O. HERKANSING 6 ONDERDEEL? 1 T4.1 Stof hoofdstuk 1 en 2 (gewicht: 4) - 55 JA T Leesteksten (gewicht: 3) - JA X SO s (max. 4) (gewicht: 2) - JA X 1 NEE - 2 T4.2 Stof hoofdstuk 2 en 3 (gewicht: 4) - 55 JA T Leesteksten (gewicht: 3) - JA X SO s (max. 4) (gewicht: 2) - JA X 2 NEE - 3 T4.3 Stof hoofdstuk 3 en 4 (gewicht: 4) - 55 JA T Leesteksten (gewicht: 3) - JA X SO s (max. 4) (gewicht: 2) - JA X 2 NEE - 4 T4.4 Stof hoofdstuk 3 en 4 (gewicht: 4) - 55 JA X Leesteksten (gewicht: 3) - JA X SO s (max. 4) (gewicht: 2) - JA X 3 NEE - Zie volgende pagina voor het vervolg van het PTA DUTL >>> 6 9

10 VAK: DUIT TAAL EN LITERATUUR (DUTL) (VERVOLG) TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF P.O. HERKANSING 7 ONDERDEEL? LRV Luistervaardigheid wordt maximaal vier keer buiten de toetsweek getoetst. Het gemiddelde van de luistertoetsen vormt het LRV-cijfer. JA X 1 NEE - LETT Letterkunde wordt maximaal drie keer getoetst buiten de toetsweek. Het gemiddelde van de letterkundetoetsen vormt het LETT-cijfer. JA X 1 NEE - GV Gespreksvaardigheid wordt getoetst als de tijd het toelaat. JA X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: Gemist schriftelijk werk wordt ingehaald tijdens de laatste les voor de toetsweek. 7 10

11 VAK: ECONOMIE (ECON) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT 1 T4.1 2 T4.2 OMSCHRIJVING TOETSSTOF Module 1 (schaarste, geld en handel) + Module 2 H1 (vraag en aanbod) Module 2 H2 en H3 (vraag en aanbod) + Module 3 H1 (markt en overheid) P.O. HERKANSING 8 NGR 60 NEE T 2 NEE - NGR 60 NEE T 4 NEE - ONDERDEEL? 3 T4.3 Module 3 H2 t/m H4 (markt en overheid) NGR 60 NEE T 4 NEE - 4 T4.4 Module 4 (heden verleden en toekomst) + speciaal onderwerp: arbeidsmarkt NGR 60 NEE X 4 NEE - SO s o Er zijn maximaal 8 SO s waarvan 4 aangekondigd (1 per toetsperiode) en maximaal 4 onaangekondigd (verspreid over het jaar). o Elke SO heeft een gewicht van 1. o Het gemiddelde van de SO s vormt het SO-cijfer. JA X 4 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: o Korte (praktische) opdrachten kunnen deel uitmaken van een T-cijfer. 8 11

12 VAK: ENGEL TAAL EN LITERATUUR (ENTL) aantal lessen per week: 2. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF (ZIE OOK OPMERKINGEN!) HERKANSING 9 ONDERDEEL? 1 T4.1 Route 66 in ibook en reader + event. ander (tekst)materiaal NEE T 1 NEE - 2 T4.2 Route 66 in ibook en reader + event. ander (tekst)materiaal NEE T 2 NEE - 3 T4.3 Route 66 in ibook en reader + event. ander (tekst)materiaal NEE T 2 NEE - T4.4a Route 66 in ibook en reader + event. ander (tekst)materiaal NEE X 2 NEE - 4 T4.4b LRV: Cito materiaal luistervaardigheid - 60 NEE X 1 NEE - T4.4c Vier Engelstalige boekjes + verslagen - 55 JA X 2 NEE - GV Gespreksvaardigheid (GV) wordt gedurende het hele jaar uitsluitend in de lessen beoordeeld. 5/10 JA X 1 NEE - SO s Het gemiddelde van max. 8 SO s FU en Route 66 vormt het SO-cijfer. JA X 2 NEE - LSV Het gemiddelde van max. 4 leesvaardigheidstoetsen vormt het LSV-cijfer. JA X 1 NEE - Zie volgende pagina voor het vervolg van het PTA ENTL >>> 9 12

13 VAK: ENGEL TAAL EN LITERATUUR (ENTL) VERVOLG OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: o Voorwaarde voor deelname aan T4.4c is dat er gedurende het jaar 4 boekverslagen digitaal en op papier moeten worden ingeleverd en besproken. Er worden punten in mindering gebracht bij T4.4c als je je niet aan het inlevermoment op de studiewijzer of de instructie voor het boekverslag houdt. o LSV toetsen: De (maximaal vier) leesvaardigheidstoetsen vinden plaats in een volgens studiewijzer geplande les. Wanneer een leerling op dat moment een eerdere SO inhaalt, wordt die leesvaardigheidstoets alleen gemaakt als daarvoor in die les voldoende tijd overblijft. o Als na een toets blijkt dat bepaalde onderdelen niet voldoende beheerst worden, kunnen die als toetsstof terugkomen in een volgende toets. 13

14 VAK: FRAN TAAL EN LITERATUUR (FATL) aantal lessen per week in periode 1 en 2: 3; in periode 3 en 4: 2. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF P.O. HERKANSING 10 ONDERDEEL? 1 T4.1 D accord Unité 1 en 2-60 NEE T 1 NEE - 2 T4.2 D accord Unité 3-60 NEE T 2 NEE - 3 T4.3 D accord Unité 4 en 5-60 NEE T 2 NEE - 4 T4.4 D accord Unité 6 + leesvaardigheid - 90 NEE X 2 NEE - SO S Maximum aantal SO s per periode: 4. Wijze waarop de SO s meetellen: 1 of 2 keer; wordt per SO bekend gemaakt en vermeld op de studiewijzer. De SO wordt verrekend met de toets in de aansluitende toetsweek; de toets telt dan drie keer mee. SO s kunnen niet worden herkanst. Inhalen van SO S vindt plaats tijdens de laatste les van een periode. LRV Het gemiddelde van de luistervaardigheidstoetsen vormt het LRV-cijfer. JA X 2 NEE - GV Gespreksvaardigheid wordt buiten de toetsweek getoetst. Het cijfer staat als GV-cijfer in SOM. JA X 2 NEE - LETT Het gemiddelde van de letterkunde/leesvaardigheidstoetsen vormt het LETT-cijfer. De letterkundetoets telt hierbij 2x mee, de overige toetsen 1x. JA X 2 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

15 VAK: GESCHIEDENIS (GES) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 11 ONDERDEEL? 1 T4.1 Studieplanner 1: hoofdstuk 1 en 2 + par Bronnenblad WB Ne-Ne 60 NEE T 1 NEE - 2 T4.2 3 T4.3 4 T4.4 Studieplanner 2: par. 3.1, 3.3, 3.4 en hoofdstuk 4 Flitspresentatie Kenmerkende Aspecten (te behalen max. ½ punt. Wordt opgeteld bij het cijfer van T4.2). Webquest 1 (gewicht = 1) Webquest 2 (gewicht = 1) Studieplanner 3: par. 5.2 t/m 5.4 en de Republiek aan de hand van par. 6.1 t/m 6.3 (gewicht = 2) Studieplanner 4: Engeland en Frankrijk aan de hand van par. 6.1 t/m 6.3. Par. 7.1, 7.2 en 7.4. Bronnenblad WB Ne-Ne 60 NEE T Bronnenblad WB Ne-Ne JA JA JA X X 60 NEE T 2 NEE 2 NEE - Bronnenblad WB Ne-Ne 60 NEE X 2 NEE - - SO s Het gemiddelde van max. één SO per periode vormt het SO-cijfer. JA X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: Inleverdata WebQuests: thema 1: uiterlijk vrijdag ; thema 2: uiterlijk vrijdag

16 VAK: GODSDIENST (GD) aantal lessen per week: 1. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 12 ONDERDEEL? 1 P4.1 Thema 1 43 P 1 NEE - 2 P4.2 Thema 2 2 P 1 NEE - 3 P4.3 Thema 3 10 P 1 NEE - 4 P4.4 Thema 4 23 X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: ELK ONDERDEEL WORDT BEOORDEELD MET EEN HEEL CIJFER. HET EINDCIJFER WORDT OMGEZET IN O/V/G (<5,5 = O, 5,5 <7,5 = V, 7,5 = G). OVERIGE OPMERKINGEN: Godsdienst moet minimaal met een V worden afgerond wil een leerling bevorderd kunnen worden naar VWO

17 VAK: GRIEK TAAL EN CULTUUR (GRTC) aantal lessen per week: studieuur. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF P.O. HERKANSING 13 ONDERDEEL? 1 T4.1 Afronding grammatica: moverba; gen. abs; coni & opt; gelezen Griekse teksten woordenboek Gr- Ne 90 NEE T 1 JA 1 2 T4.2 Grammatica; Bijbel en fabels + proefvertaling 3 T4.3 Grammatica; Lysias of Loukianos; proefvertaling 4 T4.4 Grammatica; Homeros: Capita selecta + proefvertaling woordenboek Gr- Ne 120 NEE T 2 JA 1 woordenboek Gr- Ne 120 NEE T 2 JA 1 woordenboek Gr- Ne 120 NEE V5/6 2 JA 1 SO S o o Maximum aantal SO s per periode: 1; zo n SO betreft een Stug. Wijze waarop de SO s meetellen: in overleg. GRIEKS & KCV Het cijfer voor GRIEKS wordt gecombineerd met het cijfer voor KCV tot één cijfer voor GRIEK TAAL EN CULTUUR ((0,8 * Grieks) + (0,2 * KCV)). Alleen dit combinatiecijfer telt mee voor de overgang. CIJFER GRTC: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

18 VAK: KLASSIEKE EN CULTURELE VORMING (KCV) aantal lessen per week: 1. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 14 ONDERDEEL? 4 P4.4 Mythologie en receptie 3 juni V5/6 1 JA 1 GRIEKS EN/OF LATIJN & KCV Het cijfer voor GRIEKS en/of LATIJN wordt gecombineerd met het cijfer voor KCV tot één cijfer voor GRIEK TAAL EN CULTUUR ((0,8 * Grieks) + (0,2 * KCV)) en/of LATIJN TAAL EN CULTUUR ((0,8 * Latijn) + (0,2 * KCV). Alleen dit combinatiecijfer telt mee voor de overgang. CIJFER KCV: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

19 VAK: LATIJN TAAL EN CULTUUR (LATC) aantal lessen per week: studie-uur. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF P.O. HERKANSING 15 ONDERDEEL? 1 T4.1 2 T4.2 Woorden en grammatica SPQR: o.a. coniunctivus en andere werkwoordsvormen Woorden en grammatica SPQR: o.a. ablativus absolutus, gerundium en gerundivum + proefvertaling - 60 NEE T 2 JA 1 Woordenboek La-Ne 120 NEE T 2 JA 1 3 T4.3 Teksten diverse auteurs, o.a. Plinius + proefvertaling 4 T4.4 Passio Perpetuae + proefvertaling Woordenboek La-Ne 120 NEE T 2 JA 1 Woordenboek La-Ne 120 NEE V5/6 2 JA 1 SO S LATIJN & KCV Maximum aantal SO s per periode: 1. Wijze waarop de SO s meetellen: in overleg. Het cijfer voor Latijn wordt gecombineerd met het cijfer voor KCV tot één cijfer voor Latijnse taal en cultuur ((0,8 * Latijn) + (0,2 * KCV)). Alleen dit laatste cijfer telt mee voor de overgang. CIJFER LATC: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: De SULs worden ook in de toetsen verwerkt

20 VAK: LICHAMELIJKE OPVOEDING (LO) aantal lessen per week: in periode 1 en 2: 2; in periode 3 en 4: 1. PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING PRAKTISCHE OPDRACHT HERKANSING 16 ONDERDEEL? 1 P4.1 Atletiek en spel JA X 1 NEE - 2 P4.2 Turnen en spel JA X 1 NEE - 3 P4.3 Spel, bewegen op muziek en zelfverdediging JA X 1 NEE - 4 P4.4 Atletiek en spel JA X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: Leerlingen die een blessure hebben of om andere reden niet mee kunnen doen, krijgen een vervangende opdracht. Het eindcijfer voor LO moet een voldoende ( 5,5) of goed ( 7,5) zijn, anders kan de leerling niet bevorderd worden (zie bevorderingsnormen). Het cijfer voor elk van de onderdelen komt tot stand door een combinatiecijfer van - de motorische vaardigheden; - functioneringscijfer (zelfstandig (samen)werken, inzet, presentie); - vervullen van diverse rollen (scheidsrechter, coach, hulpverlener, instructeur)

21 VAK: MAATSCHAPPIJLEER (MIJ) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 17 ONDERDEEL? 1 T4.1 Wat is maatschappijleer & Rechtsstaat - 60 NEE T 1 JA 1 2 T4.2 Pluriforme samenleving + actualiteiten - 60 NEE T 1 JA 1 3 T4.3 Parlementaire democratie + actualiteiten - 60 NEE T 1 JA 1 4 T4.4 Verzorgingsstaat - 60 NEE V5/6 1 JA 1 OVERGANGSCIJFER (= -CIJFER): HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

22 VAK: MANAGEMENT EN ORGANISATIE (M&O) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 18 ONDERDEEL? 1 T4.1 M&O in Balans H1 t/m NGR 60 NEE T 2 NEE - 2 T4.2 M&O in Balans H3 (herh.) NGR 60 NEE T 4 NEE - 3 T4.3 M&O in Balans H12 t/m NGR 60 NEE T 4 NEE - 4 T4.4 M&O in Balans H (herh.) NGR 60 NEE X 4 NEE - SO s Er zijn maximaal acht SO s waarvan vier aangekondigd (één per toetsperiode) en maximaal vier onaangekondigd (verspreid over het jaar). Elke SO heeft een gewicht van 1. Het gemiddelde van de SO s vormt het SO-cijfer. JA X 4 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: o Korte praktische opdrachten over de leerstof kunnen deel uitmaken van T-cijfers

23 VAK: MUZIEK (MU) / KUNST MUZIEK (KUMU) aantal lessen per week in periode 1, 2 en 3: 2; in periode 4: 0 (excl. muziekschool). TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT INLEVERDATUM P.O. HERKANSING 19 ONDERDEEL? 1 T4.1 Blues- en jazzgeschiedenis n.v.t. n.v.t. 1 NEE - 2 T4.2 Klassieke muziekgeschiedenis n.v.t. n.v.t. 1 NEE - 3 T4.3 De leerling als docent n.v.t. n.v.t. 1 NEE - MUZ Muziekschool n.v.t. 2 NEE - VOOR Voorspeeluren n.v.t. 2 NEE - VRIJ Praktijk: vrijdagopdrachten n.v.t. 3 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: o MUZ, VOOR en VRIJ worden gaandeweg het jaar gedaan en zijn dus pas aan het eind van het jaar bekend

24 VAK: NATUURKUNDE (NAT) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 20 ONDERDEEL? P4.1 Practicum periode 1 45 P 1 JA 1 T4.1 H1 Elektriciteit + H6 deel 1 Binas Rekenmachine 60 NEE T 5 NEE - P4.2 Practicum periode 2 4 P 1 JA 1 T4.2 H2 en H4 Sport en verkeer Binas Rekenmachine 60 NEE T 5 JA 5 P4.3 Practicum periode 3 13 P 1 JA 1 T4.3 H3 Materialen + H6 deel 2 Binas Rekenmachine 60 NEE T 5 JA 5 P4.4 Practicum periode 4 24 V5/6 1 JA 1 T4.4 Toets alle stof V4 Binas Rekenmachine 60 NEE X 5 JA 5 SO S Het gemiddelde van de SO s vormt het SO-cijfer. Maximaal aantal SO s per periode: 2. JA X 1 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

25 VAK: NATUUR LEVEN EN TECHNOLOGIE (NLT) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 21 : ONDERDEEL? 1 P4.1 Module 1 43 JA P 1 JA 1 2 P4.2 Module 2 3 JA P 2 JA 1 3 P4.3 Module 3 13 JA P 2 JA 1 4 P4.4 Module 4 25 JA V5/6 2 JA 1 OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OPMERKINGEN: Bij NLT wordt modulair gewerkt. Voor leerlingen die een jaar overdoen geldt: o Als in het tweede jaar dezelfde module aangeboden wordt als het eerste jaar, mag het cijfer van het eerste jaar blijven staan als het een voldoende is. De leerling mag de module overdoen. In dat geval telt het laatst behaalde cijfer. o Als in het tweede jaar een nieuwe module wordt aangeboden, volgt de leerling die nieuwe module

26 VAK: NEDERLAND TAAL EN LITERATUUR (NETL) aantal lessen per week: 2. TOETS OMSCHRIJVING TOETSSTOF HERKANSING 22 ONDERDEEL? WTSI1 SO WTSI-I - 55 JA X 1 NEE - 1 T4.1 a Leesvaardigheid - 1 NEE - 75 NEE T b Woordenschat WIC-I (zie opmerking over WIC onderaan de tabel) - 1 NEE P4.2 Schrijfvaardigheid ME - - JA X 1 NEE - T4.2 Literatuurgeschiedenis ME - 60 NEE T 1 JA 1 P4.3 Taalkunde - 15 JA X 1 NEE - T4.3 WIC-II - 30 JA X 1 NEE - P4.4 Afsluiting Lezen voor de lijst - JA X 2 NEE - T4.4 Leesvaardigheid WB Ne 75 NEE X 4 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO-4. OVERIGE OPMERKINGEN: WS (= Woordenschat) wordt getoetst bij de toetsen leesvaardigheid, maar levert een afzonderlijk cijfer op

27 VAK: LOB (OSB) aantal lessen per week: - INHOUDSOMSCHRIJVING 1 t/m 4 Informatie via bornego.dedecaan.net en verslaglegging van de Studievoorlichting Friesland in Leeuwarden (5 slu) Studievoorlichting Friesland in Leeuwarden (12 slu) Bezoek van een voorlichtingsdag, informatie van de decaan en bornego.dedecaan.net, monitor bij het decanaat en indien van toepassing de studiemarkt (8 slu) Op aanvraag zijn gesprekken met de decaan mogelijk. De leerlingen spreken tevens geregeld met hun mentor. Ook daar kan LOB besproken worden. 27

28 VAK: SCHEIKUNDE (SCHK) aantal lessen per week: 2. TOETS / PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF / PRAKTISCHE OPDRACHT P.O. HERKANSING 23 ONDERDEEL? 1 S4.1 SO H1 Reactievergelijkingen en rekenwerk in klas 3 JA X 1 NEE - T4.1 Chemie, leerboek 4 VWO H2 De aarde Binas / NGR 60 NEE T 2 NEE - 2 T4.2 Chemie, leerboek 4 VWO H3 Atmosfeer / H4 Chemisch rekenen Binas / NGR 60 NEE T 2 NEE - P4.3 Practicum JA X 1 NEE - 3 S4.3 SO H5.1 t/m 5.4 JA X 1 NEE - T4.3 Chemie, leerboek 4 VWO H5 Zouten in de bodem / H6 Schoonmaken Binas / NGR 60 NEE T 2 NEE - 4 T4.4 Chemie, leerboek 4 VWO H7 Scheikunde demonstreren / H8 Evenwichten Binas / NGR 60 NEE X 2 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

29 VAK: WISKUNDE A / C aantal lessen per week: 3 TOETS OF PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF HERKANSING 24 ONDERDEEL? S4.1 SO H1 Systematisch tellen JA X 1 NEE - T4.1 H1 Systematisch tellen H2 Verbanden Vaardigheden 1 GR 60 NEE T 2 NEE - S4.2 SO H3 Statistiek GR JA X 2 NEE - T4.2 H3 Statistiek H4 Machtsfuncties Vaardigheden 2 GR 60 NEE T 3 NEE - S4.3 SO H5 Exponentiële functies GR JA X 2 NEE - T4.3 H5 Exponentiële functies H6 Veranderingen Vaardigheden 3 GR 60 NEE T 3 NEE - S4.4 SO H7 Kansen GR JA X 2 NEE - 4 T4.4 H7 Kansen H8A De afgeleide H8C Vorm en ruimte Vaardigheden 4 GR 60 NEE X 3 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO T= herkansing te benutten na periode 3; V5/6 = herkansing te benutten in vwo-5 of -6; P = herkansing praktische opdracht; X = herkansing is niet mogelijk. 29

30 VAK: WISKUNDE B aantal lessen per week: 3. TOETS OF PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF HERKANSING 25 ONDERDEEL? S4.1 SO H1 Vergelijkingen JA X 1 NEE - T4.1 H1 Vergelijkingen H2 Functies en grafieken Vaardigheden 1 GR 60 NEE T 2 NEE - S4.2 SO H3 Machtsfuncties GR JA X 2 NEE - T4.2 H3 Machtsfuncties H4 Exponentiële functies Vaardigheden 2 GR 60 NEE T 3 NEE - S4.3 SO H5 Lijnen GR JA X 2 NEE - T4.3 H5 Lijnen H6 Afgeleide functies Vaardigheden 3 GR 60 NEE T 3 NEE - S4.4 SO H7 Periodieke functies GR JA X 2 NEE - T4.4 H7 Periodieke functies H8 Vectoren Vaardigheden 4 GR 60 NEE X 3 NEE - OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

31 VAK: WISKUNDE D aantal lessen per week: 3. TOETS OF PRAKTISCHE OPDRACHT OMSCHRIJVING TOETSSTOF HERKANSING 26 ONDERDEEL? 1 T4.1 Keuzeonderwerp GR 60 JA T 1 JA 1 2 T4.2 Keuzeonderwerp GR 60 JA T 2 JA 1 3 T4.3 Keuzeonderwerp GR 60 JA T 2 JA 1 4 T4.4 Keuzeonderwerp GR 60 JA V5/6 2 JA 1 OVERGANGSCIJFER: HET GEWOGEN GEMIDDELDE VAN ALLE CIJFERS UIT VWO

32 VWO-4 algemeen deel 30 september

33 In dit algemene deel van PTA worden regels en regelingen besproken die naast het Examenreglement van toepassing zijn en van toepassing zijn op alle toetsen en opdrachten, of ze deel uitmaken van het schoolexamen of niet. 1. ALGEMEEN Dit programma van toetsing en afsluiting (PTA) wordt jaarlijks aangevuld met de eisen van het betreffende examenjaar: het vakinhoudelijk deel. Het examenreglement en het PTA inclusief het vakinhoudelijke deel, zijn vanaf uiterlijk 1 oktober van enig jaar te raadplegen op de site en de elo van de school. Van alle hier genoemde documenten kan tevens een exemplaar worden geraadpleegd bij de vestigingsdirecteur en de teamleiders, en in de mediatheek. 2. SCHOOLEXAMENDOSSIER / PTA (PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING) 2.1 schoolexamendossier Het schoolexamendossier bestaat uit de verzameling cijfers van alle toetsen en opdrachten die horen bij het schoolexamen. Een leerling kan pas een -cijfer voor een vak krijgen als hij/zij alle toetsen en opdrachten afgerond heeft. 2.2 PTA De stofomschrijving voor elk vak wordt in het vakinhoudelijk deel gepubliceerd. Zij kan jaarlijks worden gewijzigd. In het vakinhoudelijke deel van het PTA worden alle onderdelen van een vak per cursusjaar beschreven. Hierin wordt ook duidelijk gemaakt welke onderdelen tot het schoolexamen behoren, en op welke wijze toetsen en opdrachten meetellen voor het schoolexamen. De leerlingen tekenen ervoor dat ze ermee bekend zijn waar zij het examenreglement en het PTA kunnen vinden. 2.3 Bevordering algemeen De bevorderingsnorm is afgeleid van de uitslagnorm van het eindexamen. De vakken die deel uitmaken van het combinatiecijfer tellen voor de bevordering als zelfstandige vakken mee. Het PWS-cijfer wordt pas in het examenjaar definitief vastgesteld en telt daarom niet mee voor de overgang van havo-4 naar havo-5 of van vwo-5 naar vwo-6. Het cijfer voor kunst-algemeen wordt indien mogelijk gecombineerd met het cijfer voor muziek of beeldende vorming en vormt daarmee het cijfer kumu of kubv. De afzonderlijke cijfers voor muziek of beeldende vorming tellen dan niet mee voor de overgang. Indien alleen het vak beeldende vorming, kunst-algemeen of muziek gevolgd werd, tellen de voor dit vak behaalde cijfers niet mee in de compensatieregeling. Beoordelingen voor ckv en lo worden, afhankelijk van het jaargemiddelde, aan het eind van het cursusjaar omgezet in onvoldoende, voldoende of goed. Gemiste toetsen en andere opdrachten moeten vóór het vaststellen van de cijfers voor de overgangsvergadering of vóór het definitief vaststellen van de cijfers voor het centraal examen ingehaald worden. Als einddatum om toetsen en andere opdrachten af te ronden in is in de niet-examenklassen hiervoor 6 juli 2017 vastgesteld en voor examenklassen 18 april Als toetsen niet op tijd zijn ingehaald, wordt dat gezien als een

34 onregelmatigheid (zie ook Eindexamenreglement) en wordt door de vestigingsdirecteur besloten dat voor het niet-gemaakte werk het cijfer 1.0 wordt gegeven bevorderingsnormen havo-4, vwo-4 en vwo-5 De bevorderingsnorm wordt toegepast op het overgangsrapport. Het overgangsrapport bevat alle op een geheel getal afgeronde cijfers. Een uitzondering wordt gevormd door de vakken ckv en lo; deze vakken worden beoordeeld met o (onvoldoende), v (voldoende) of g (goed). Een leerling wordt bevorderd als: a) de cijferlijst compleet is én b) de vakken ckv en lo zijn beoordeeld met een v of een g én c) op het overgangsrapport maximaal één 5 voor een van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde voorkomt en geen cijfer lager dan een vijf, én d) op het overgangsrapport voor alle vakken geldt dat a) alle cijfers een 6 of hoger zijn, of b) één 5 voorkomt en de overige cijfers een 6 of hoger zijn, of c) één 4 voorkomt, de overige cijfers een 6 of hoger zijn en het gemiddelde van alle cijfers een 6,0 of hoger is, of d) twee keer een 5 voorkomt, de overige cijfers een 6 of hoger zijn en het gemiddelde van alle cijfers een 6,0 of hoger is, of e) één 5 en één 4 voorkomt, de overige cijfers een 6 of hoger zijn en het gemiddelde van alle cijfers een 6,0 of hoger is. Als een leerling op grond van bovenstaande normen niet bevorderd kan worden, kan hij/zij in bepaalde gevallen besproken worden in de overgangsvergadering. Een leerling wordt besproken als a) ckv en lo beoordeeld zijn met een v of een g en b) er op het overgangsrapport o maximaal twee keer een 5 of één keer een 4 voorkomt voor een van de vakken Nederlands, Engels en wiskunde, en o in totaal maximaal vier onvoldoendes staan, waarvan maximaal één drie en geen cijfer lager dan een 3 en daarnaast maximaal één vier; o f o er in totaal maximaal vier onvoldoendes staan, waarvan maximaal twee keer een 4 en geen cijfers lager dan een 4. In de overgangsvergadering wordt op grond van de bespreking een van de volgende beslissingen genomen. De leerling 1. vervolgt zijn/haar schoolopleiding op een ander (lager) niveau; 2. blijft zitten; 3. wordt buiten de normen om bevorderd. 34

35 N.B 1 Een leerling die niet in aanmerking komt voor bespreking omdat hij niet aan de normen voldoet, vervolgt zijn/haar schoolopleiding altijd op een lager niveau. 2 Een leerling mag niet in twee opeenvolgende leerjaren blijven zitten. 3. WIJZIGEN VAN VAKKENPAKKETTEN, DOUBLEREN EN OVERSTAPPEN 3.1 algemeen Bij doubleren, bij overstappen naar een andere afdeling en voor kandidaten van een andere school die in of na klas 4 zijn toegelaten is, geldt in principe het volgende: Indien hierna sprake is van het niet overdoen van vakken die reeds volledig zijn afgesloten, dan geldt dat de bijbehorende beoordelingen blijven staan. Bij verandering van afdeling of doubleren valt iemand onder het nieuwe regiem. De wegingsfactoren van individuele werkjes kunnen soms veranderen. Dat geldt niet voor reeds afgesloten vakken. De overstap van vwo-4 naar havo-4 kan tot uiterlijk 1 november, mits er voldoende ruimte is in de havo-klassen. Een wijziging van profiel in havo-4 en vwo-4 kan eveneens tot uiterlijk 1 november. De overstap van havo-4 naar vmbo-4 kan plaatsvinden in overleg met de ontvangende school, maar is niet vanzelfsprekend. Het kan voorkomen dat een kandidaat door overstappen naar een andere afdeling, bij verhuizing of bij verandering van profieldeel ingeval van doubleren, nog geen profielwerkstuk heeft gedaan of een profielwerkstuk heeft gemaakt voor een niet toegestaan vak of vakkencombinatie. Hij zal dan alsnog of opnieuw een profielwerkstuk moeten maken. Leerlingen die instromen in vwo-5 moeten als zij op de school van herkomst de vakken 3.2 vakkenpakketwijzigingen Een leerling die een wijziging wil aanbrengen in zijn vakkenpakket, doet dat altijd in overleg met de decaan van zijn afdeling. Een leerling in havo-4 of vwo-4 kan eventueel een vak laten vallen als de studielast dat cursusjaar daardoor niet in gevaar komt. Als dat wel het geval is, kan een leerling uit vwo-4 het gewenste vak pas ná de bevordering naar het volgende leerjaar laten vallen. Een leerling uit havo-4 moet in de plaats van het vak dat hij heeft laten vallen, studie-uren maken. Bij vakkenpakketveranderingen moet in principe alle stof worden ingehaald en moeten de bijbehorende toetsen (inclusief praktische opdrachten) worden gedaan. De beoordelingen hiervoor tellen mee voor de bevordering en voor het examen, voor zover van toepassing. 35

36 3.3 overstappen van een andere school tijdens het cursusjaar Bij een overstap van een andere school tijdens het cursusjaar worden de beoordelingen die op die andere school zijn behaald zo goed mogelijk ingepast in het systeem van het Bornego College. Ontbrekende stof die noodzakelijk is voor het school- en/of centraal examen moet worden ingehaald. Over deze stof kunnen een of meer toetsen over worden afgenomen. Indien leerlingen die instromen in vwo-5 of vwo-6 maatschappijleer en/of ANW nog niet hebben afgesloten, dienen zij het vak/de vakken in te halen. 3.4 overstappen van een andere school na afloop van een cursusjaar Bij een overstap van een andere school na afloop van een cursusjaar wordt de kandidaat geplaatst in de klas waartoe hij in zijn vorige school is toegelaten. Beoordelingen voor vakken die afgesloten zijn, en die op het Bornego College in de voorgaande klas zijn afgesloten, blijven staan. Ontbrekende stof die noodzakelijk is voor het schoolexamen en/of het centraal examen moet worden ingehaald. 3.5 doubleren in vwo-4 Een leerling die in vwo-4 doubleert, moet alles over doen. Op verzoek, bij volledige afsluiting en een voldoende eindcijfer, kan het vak anw en/of maatschappijleer en/of nlt overgedaan worden. Voor NLT geldt: Als in het tweede jaar dezelfde module aangeboden wordt als het eerste jaar, mag het cijfer van het eerste jaar blijven staan als het een voldoende is. De leerling mag de module overdoen. In dat geval telt het laatst behaalde cijfer. Als in het tweede jaar een nieuwe module wordt aangeboden, volgt de leerling die nieuwe module. Het cijfer dat op de nieuwe module gehaald wordt, vervangt dat van de oorspronkelijke module. 3.6 overstappen van vwo-4 naar havo-5 Een leerling die de wens heeft om over te stappen van vwo-4 naar havo-5, kan dat alleen als hij aan het eind van vwo-4 bevorderd is naar vwo-5. De cijfers voor ckv en maatschappijleer blijven staan, net als de beoordeling voor godsdienst en lo. Wat betreft de overige vakken of onderdelen van vakken die in vwo-4 niet gevolgd zijn en die wel in havo-4 zijn gegeven en behoren tot het schoolexamen: deze moeten worden ingehaald. 3.7 doubleren in vwo-5 Een leerling die doubleert in vwo-5 doet alles uit vwo-5 over, behalve op verzoek, bij volledige afsluiting en een voldoende eindcijfer het vak muziek en/of het vak ckv. Voor NLT geldt: als in het tweede jaar dezelfde module aangeboden wordt als het eerste jaar, mag het cijfer van het eerste jaar blijven staan als het een voldoende is. De leerling mag de module overdoen. In dat geval telt het laatst behaalde cijfer; als in het tweede jaar een nieuwe module wordt aangeboden, volgt de leerling die nieuwe module. Het cijfer dat op de nieuwe module gehaald wordt, vervangt dat van de oorspronkelijke module. 3.8 overstappen van vwo-5 naar havo-5 Een leerling die overstapt van vwo-5 naar havo-5, of hij aan het eind van vwo-5 nu wel of niet bevorderd is, moet onderdelen uit havo-4 die meetellen voor het, inhalen. Verder geldt: 36

37 maatschappijleer: het cijfer voor dit vak blijft staan. muziek: indien gewenst, blijft het cijfer voor dit vak staan. ckv: de beoordelingen voor dit vak blijven staan mits de beoordelingen voldoende of goed zijn. Indien de beoordeling voor een of beide vakken onvoldoende is, moet het vak opnieuw gedaan worden, totdat een of beide vakken met minimaal een beoordeling voldoende is/zijn afgesloten. 3.9 overstappen van vwo-6 naar havo-5 Overstappen tijdens het cursusjaar is niet mogelijk. Een leerling die is afgewezen voor het eindexamen vwo en plaatsneemt in havo-5, moet onderdelen uit havo-4 die meetellen voor het, inhalen. Verder geldt: de beoordeling voor lo, ckv en godsdienst blijft staan; beoordelingen van vakken die in vwo-5 of vwo-6 zijn afgerond kunnen desgewenst blijven staan; het PWS-cijfer blijft staan doubleren in havo-4 Een leerling die in havo-4 doubleert, doet het volledige programma van havo-4 opnieuw, behalve op verzoek, bij volledige afsluiting en een voldoende eindcijfer, het vak maatschappijleer en CKV. Voor NLT geldt: als in het tweede jaar dezelfde module aangeboden wordt als het eerste jaar, mag het cijfer van het eerste jaar blijven staan als het een voldoende is. De leerling mag de module overdoen. In dat geval telt het laatst behaalde cijfer; als in het tweede jaar een nieuwe module wordt aangeboden, volgt de leerling die nieuwe module. Het cijfer dat op de nieuwe module gehaald wordt, vervangt dat van de oorspronkelijke module doubleren van het examenjaar Bij doubleren van het examenjaar geldt de volgende bepaling: Indien de definitief voor het eindexamen afgewezen kandidaat in het volgende schooljaar opnieuw deelneemt aan het eindexamen, dient hij deel te nemen aan het volledige leerplan van dat nieuwe schooljaar met inbegrip van alle theoretische toetsen en praktische opdrachten. Het voorgaande is, voor zover de kandidaat dat wenst, niet van toepassing op: vakken waarin geen centraal examen is en die zijn afgesloten met ten minste een 6 (na afronding); vakken die bij het voorgaande schoolexamen zijn beoordeeld met voldoende of goed. Verder geldt: alle beoordelingen voor het schoolexamen van toetsen uit een of meer jaren vóór het laatste schooljaar waarin aan het centraal examen werd deelgenomen blijven geldig; het vak godsdienst moet wel opnieuw gevolgd worden. De beoordeling van het eerste examenjaar blijft staan. 37

38 3.12 instromen in vwo-5 met een havo-diploma Een leerling met een havo-diploma kan tot vwo-5 worden toegelaten als zijn gemiddelde voor de afgeronde cijfers op de volgende vakken een 6,8 of hoger is: de vakken uit het gemeenschappelijk deel; en de profielvakken; en het keuze-examenvak of het vak uit het vrije deel (hierbij mag het hoogste cijfer gekozen worden). Daarnaast kan voor leerlingen die op het Bornego College een havo-diploma hebben gehaald, maar niet voldoen aan bovenstaande norm, het advies van de lerarenvergadering een rol spelen bij de toelating. Verder geldt het volgende: Deze leerling is in vwo-5 vrijgesteld van het volgen van onderwijs in de vakken anw en ckv. Wat betreft het PWS: de examinator beoordeelt of het PWS dat in havo-4 gemaakt is, voldoende niveau heeft voor vwo-5. Als dat niet het geval is, moet een nieuw PWS gemaakt worden of kan het gemaakte PWS aangevuld worden tot voldoende/goed op vwoniveau. En voor NLT geldt: een leerling die afkomstig is uit H5 en instroomt in V5 met NLT als nieuw vak, bespreekt met de docent welke vaardigheden uit vwo-4 ingehaald moeten worden in de loop van vwo overstappen van wiskunde B naar wiskunde A bij de overgang van vwo-4 naar vwo-5 Een leerling die aan het eind van vwo-4 de wens heeft over te stappen van wiskunde B naar wiskunde A, meldt dit bij de decaan en de betrokken docent. In de zomervakantie krijgt de leerling de mogelijkheid zich voor te bereiden op een toets waarin getoetst wordt of de leerling de opgegeven leerstof voldoende beheerst. Haalt hij op de toets een 5,5 of hoger, dan kan hij zonder meer wiskunde A gaan volgen. Haalt hij op de toets een cijfer lager dan een 5,5, dan wordt de opgegeven leerstof toegevoegd aan de leerstof van de eerstvolgende toets voor wiskunde A in T overstappen/bevorderd worden met een taak Een leerling die buiten de overgangsnormen om bevorderd wordt naar een hoger jaar in dezelfde of een andere afdeling of overstapt naar een andere afdeling kan daarbij voor een of meer vakken een taak krijgen. In de zomervakantie krijgt de leerling de mogelijkheid zich voor te bereiden op een toets waarin getoetst wordt of de leerling de opgegeven leerstof voldoende beheerst. Haalt hij op de toets een 5,5 of hoger, dan kan hij zonder meer het betrokken vak/de betrokken vakken gaan volgen. Haalt hij op de toets een cijfer lager dan een 5,5, dan wordt de opgegeven leerstof toegevoegd aan de leerstof van de eerstvolgende toets voor het betrokken vak/de betrokken vakken in de eerstvolgende toetsperiode. 4. HERKANSINGEN De herkansingsregeling (artikel 2.14 van het Eindexamenreglement) is als volgt: 1. In een niet-examenjaar mag elke kandidaat na de derde periode twee toetsen uit dat jaar herkansen evenals één praktische opdracht. In vwo-5 mag een leerling er ook voor kiezen een toets uit de vierde toetsweek van vwo-4 te herkansen. Er mag niet twee of drie keer voor hetzelfde vak een herkansing aangevraagd worden. 38

39 2. Elke kandidaat mag aan het eind van de opleiding (na periode 3 in het examenjaar) twee toetsen en één praktische opdracht herkansen. 3. De herkansingen in het examenjaar mogen benut worden voor alle toetsen en praktische opdrachten die deel uitmaken van het schoolexamen. Dit kunnen ook -toetsen of praktische opdrachten die tot het behoren, uit niet-examenjaren zijn. 4. Elke toets of praktische opdracht die meetelt voor het schoolexamen kan in principe herkanst worden, tenzij anders vermeld in het PTA. 5. Elke herkansbare toets of praktische opdracht van het schoolexamen kan maximaal één keer herkanst worden. 6. Praktische opdrachten die bestaan uit een aantal aparte deelopdrachten die gezamenlijk tot een cijfer leiden, vormen samen één praktische opdracht en worden als zodanig herkanst. 7. De herkansing van een praktische opdracht bestaat uit een gelijksoortige, nieuwe opdracht of een opdracht ter vervolmaking van de oorspronkelijke opdracht, zulks ter beoordeling van de examinator. 8. Als een herkansing gedaan is, telt het hoogte van de twee behaalde cijfers. 9. De herkansingen worden digitaal aangevraagd bij de examensecretaris en verwerkt door de leerlingbegeleider. 10. Een herkansing die te laat wordt aangevraagd, kan niet meer in behandeling genomen worden. 39