onderwerp Aanvullende vragen en antwoorden n.a.v. informatiebrief september 2016

Transcriptie

1 onderwerp Aanvullende vragen en antwoorden n.a.v. informatiebrief september 2016 Geachte heer / mevrouw, Naar aanleiding van de in september 2016 verzonden nieuwsbrief zijn er een aantal vragen binnengekomen. In dit document willen we deze vragen opnemen en beantwoorden. Dit document wordt opgenomen op de website van het Pensioenfonds GE Artesia Bank en zal niet fysiek gestuurd worden aan alle belanghebbenden. Toch nog andere vragen? We houden u op de hoogte over de voortgang via onze website en per brief. De meest gestelde vragen en antwoorden hebben we al voor u op een rij gezet in de bijlage. U kunt ons daarnaast bereiken via pensioenfondsgeartesiabank@achmea.nl of via telefoonnummer (013) We helpen u graag. Met vriendelijke groet, Het bestuur Gebruikte afkortingen: CWO Collectieve waardeoverdracht Officiële manier van overdragen DNB De Nederlandsche Bank Nederlandse toezichthouder FSMA Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten Belgische toezichthouder OFP GE European Pension Fund Het Belgische GE Pensioenfonds Pagina 1 van 5

2 Kan inzicht gegeven worden in de omvang van het OFP van GE in België? En wie hebben zich reeds aangesloten? Voor het OFP in België is de toelatingsprocedure inmiddels afgerond en heeft FSMA toelating verleend aan GE European Pension Fund (code 50614). De aanvraag voor de Ierse sectie wordt naar verwachting op korte termijn afgerond waarna deze als eerste zal toetreden tot het OFP. GE Artesia Bank zal dan naar verwachting de tweede sectie zijn. Daarnaast zijn GE Nederland en Stichting Pensioenfonds GE Nederland bezig met het proces om te komen tot afspraken voor toetreding. Bij de argumenten die u noemt voor de keuze voor een OFP schrijft u: Daarnaast dient GE Artesia N.V. na de CWO volgens Belgisch recht en onder toezicht van FSMA steeds een bijstorting te doen als de dekkingsgraad onder de 100% zakt. Ik heb begrepen dat GE Artesia NV helemaal ophoudt te bestaan. Wie neemt dan deze verplichting over? Is er een deadline aan deze verplichting, of eindigt deze na bv 2 of 5 jaar? Er is een andere entiteit die zal optreden als sponsor voor de GE Artesia sectie zodra GE Artesia N.V. ophoudt te bestaan. Deze entiteit is GE Capital Commercial Finance B.V. en deze neemt de bijdrageverplichtingen als sponsor over en zal dus reguliere bijstortingen doen, indien noodzakelijk, en is tevens verantwoordelijk om kosten voor haar rekening te nemen. Aan deze verplichting is geen eindmoment gekoppeld. Stel dat deze partij of daaraan voorafgaand GE Artesia N.V. niet meer aan haar verplichtingen kan voldoen, dan is een garantie afgegeven door GE Europe Holdings CV (de garantsteller) die onmiddellijk in werking treedt zodat aan de betalingsverplichtingen zal worden voldaan. De garantie heeft een omvang van 80 miljoen euro. Is het beter/veiliger dan de situatie nu bij het Pensioenfonds GE Artesia Bank in NL? De situatie is nu dat GE Artesia N.V. op enig moment op zal houden te bestaan. Hierdoor zal het Pensioenfonds een slapend Pensioenfonds worden wat betekent dat het zichzelf moet financieren. Dit zal naar verwachting altijd ten laste gaan van het eigen vermogen van het Pensioenfonds. Pagina 2 van 5

3 Begrijp ik het goed, vanwege de plicht tot bijstorting conform Belgisch recht, dat er nooit een pensioenkorting kan komen? Zolang de regeling is ondergebracht in het OFP kan er in principe geen pensioenkorting komen. In de eerste plaats heeft GE Artesia N.V. en vervolgens GE Capital Commercial Finance B.V. een bijstortingsverplichting. Indien deze entiteit niet aan haar verplichtingen kan voldoen zal de garantsteller deze verplichting overnemen (hiervoor is een garantieovereenkomst gesloten van 80 miljoen euro). In het uiterst uitzonderlijke geval dat ook de garantsteller niet meer in staat is de garantie na te komen (of het plafond van 80 miljoen euro bereikt zou zijn) en er geen 100% dekkingsgraad is, dan zal de regeling bij een andere pensioenuitvoerder ondergebracht moeten worden. In dit uiterste geval, is een pensioenkorting mogelijk afhankelijk van de dekkingsgraad op het moment van de overdracht naar de andere pensioenuitvoerder. Is de 100% dekkingsgraad die u beschrijft (dekkingsgraad conform OFP) dezelfde dekkingsgraad als die we nu gecommuniceerd krijgen? (conform website eind juli %). Mocht dat niet het geval zijn kunt U dan uitleggen wat het verschil is en hoe de dekkingsgraden zich tot elkaar verhouden? Met dekkingsgraad wordt in het OFP hetzelfde bedoeld als in het huidige Pensioenfonds, namelijk het belegd vermogen gedeeld door de voorziening. Bij het bepalen van de voorziening in het OFP worden echter wel andere uitgangspunten gehanteerd dan in het huidige Pensioenfonds. Het belangrijkste verschil hierin is het reserveringsbeleid waarbij in het OFP rekening wordt gehouden met een gunstigere renteontwikkeling, terwijl het Pensioenfonds nu moet rekenen met de huidige lage rente. Tegelijkertijd dient de OFP voorziening verhoogd te worden met een buffer. De combinatie van deze twee elementen leidt tot een vergelijkbare hoogte van de dekkingsgraad. Als er individuele een waardeoverdracht gaat plaatsvinden vanuit de OFP, wordt deze dan op exact dezelfde wijze berekend als nu het geval zou zijn? Als dat niet het geval is dan graag een uitleg waar de verschillen zitten? Dat is correct. Een individuele overdrachtswaarde wordt vanuit het OFP op exact dezelfde rekenregels vastgesteld als in Nederland. De berekeningswijze van de individuele overdrachtswaarde is vastgelegd in de Nederlandse Pensioenwet en behoort tot de sociale en arbeidswetgeving, die ook van toepassing is voor het OFP met betrekking tot de Artesia Sectie. Pagina 3 van 5

4 Waarom zit er zoveel verschil (bijstorting) tussen OFP optie en een buy-out? Is de conclusie dan correct dat ons pensioen op dag 1 na overdracht niet volledig is afgedekt op hoofdsom ten opzichte van een buy-out? Met een buy-out moet op het moment van overgang de zekerheid van de toekomstige toeslagverlening ingekocht worden (hoofdsom dekt pensioen volledig af). Dit leidt bij de lage rente van dit moment tot een hoge bijstorting. Bij inkoop in het OFP wordt zekerheid gegarandeerd door de werkgever/sponsor voor de opgebouwde rechten (werkgever/sponsor draagt zorg voor bijstorting en kosten), toekomstige indexatie is echter voorwaardelijk. Worden alle afspraken en toezeggingen juridisch waterdicht worden vastgelegd, om toekomstige interpretatieverschillen te voorkomen? De afspraken die gemaakt zijn tussen de verschillende partijen zijn door verschillende juristen gecontroleerd. Tevens wordt, om te komen tot de uiteindelijke collectieve waardeoverdracht een zorgvuldig proces doorlopen waarin OR, Verantwoordingsorgaan, bestuur Pensioenfonds, DNB en FSMA ieder vanuit hun eigen perspectief de gemaakte afspraken en de vastlegging daarvan beoordelen. Dit alles ter borging van de belangen van u als deelnemer, gewezen deelnemer of pensioengerechtigde, en ter voorkoming van toekomstige interpretatieverschillen. Zijn de individuele stukken inzichtelijk voor de deelnemers? De statuten van het OFP zijn openbaar en kunnen geraadpleegd worden op de website van het Belgisch Staatsblad. Van de overige stukken is een deel, waaronder bijvoorbeeld de klachtenregeling, openbaar en zullen na effectuering van de afspraken gepubliceerd worden op de website van het pensioenfonds. Het overige deel van de documenten zijn interne documenten en zijn niet inzichtelijk voor deelnemers. Pagina 4 van 5

5 Wanneer verwacht u instemming van de OR? Wanneer verwacht u dat de bestuurder akkoord gaat met de instemming? Wanneer verwacht u een positief advies van het verantwoordingsorgaan? De planning is dat de collectieve waardeoverdracht naar het OFP per 30 december 2016 (laatste werkdag van het jaar 2016) zal plaatsvinden. Hiervoor dient het dossier uiterlijk drie maanden daarvoor ter beoordeling ingediend te zijn bij zowel de DNB als de FSMA, concreet betekent dit uiterlijk 30 september Het ligt in de lijn der verwachtingen dat wij tijdig bij beide toezichthouders kunnen aanleveren. Voordat DNB een verklaring van geen bezwaar afgeeft zal instemming vanuit de OR en een positief advies van het VO noodzakelijk zijn. Idealiter is de instemming en het positieve advies er voordat het dossier naar DNB gaat. Dit zou echter in ons geval niet helemaal op elkaar kunnen aansluiten. Derhalve is de verwachting dat instemming OR en advies VO uiterlijk halverwege oktober 2016 zijn afgerond. We onderkennen dat de tijdslijnen tot en met 30 december 2016 ambitieus zijn maar stellen alles in het werk om die tijdslijnen te halen. Mocht het zo zijn dat dit niet wordt gehaald dan zal de collectieve waardeoverdracht uitgesteld worden en telkens een maand verschuiven. Pagina 5 van 5