Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? 1 schopt, de ander staat stil met. Ga ieder aan 1 kant van de zaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? 1 schopt, de ander staat stil met. Ga ieder aan 1 kant van de zaal"

Transcriptie

1 Werkblad GROEP 1 2 LES 6: Sport 1 Activiteit Balspelletjes Voetbal: schoppen Korfbal: mikken Materialen & tekening Voetbal Hoepels/korf Ballen (klein en groot) Werkvorm Doel: schoppen en richten. Maak een tweetal. Ga ieder aan 1 kant van de zaal staan. 1 schopt, de ander staat stil met zijn benen gespreid. Probeer de bal door de benen van de ander te schoppen. Je mag de bal alleen schoppen met je voeten. Doel: bal door hoepels/in korf mikken. Ga achter de lijn staan. Er hangen/staat hoepels/een korf. Probeer de bal door de hoepels/in de korf te mikken. Je mag alleen gooien met je handen. Gooi om de beurt. Extra tips Te moeilijk? Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te moeilijk? Afstand verkleinen. Kleinere ballen. Afstand vergroten.

2 Werkblad GROEP 1 2 LES 6: Sport 1, vervolg Activiteit Balspelletjes Volleybal: tikken over net Basketbal: stuiteren Materialen & tekening Touw (hang het touw schuin op: van een laag naar een hoog net) Ballonnen Tekening Harde ballen Pionnen/lijnen Werkvorm Doel: ballon over net tikken. Maak een tweetal. Ieder gaat aan 1 kant van het touw staan. Tik de ballon naar je maatje over het touw. Probeer de ballon te vangen. Probeer het om de beurt. Doel: bal stuiteren Ga achter de lijn staan. Stuiter de bal terwijl je naar de overkant loopt. Extra tips Te moeilijk? De ballon overtikken zonder touw. Met 1 hand (bovenhands) tikken. Gebruik een zachte bal i.p.v. een ballon. Te moeilijk? Vanuit stilstand stuiteren. Zo snel mogelijk stuiteren naar de overkant. Maak een tweetal en stuiter de bal naar elkaar over.

3 Werkblad GROEP 1 2 LES 6: Sport 1, vervolg Activiteit Balspelletjes Rugby: stoeien Tennis: gooien en vangen Materialen & tekening Matje Zachte bal Tennisballen Werkvorm Doel: bal verdedigen en afpakken Maak een tweetal. 1 ligt/zit op het matje en houdt de bal zo stevig mogelijk vast. De ander probeert de bal af te pakken. Je mag elkaar geen pijn doen! Bij stop, meteen stoppen. Doel: de bal omhoog gooien en opvangen. Pak een tennisbal. Gooi de bal omhoog. Probeer de bal weer op te vangen. Extra tips Kleinere bal Te moeilijk? Rol de bal naar elkaar over. Bal overgooien met stuit. Bal tegen muur gooien en opvangen. Bal naar elkaar gooien.

4 LES 6: Sport 1 Inleiding (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. Vertel dat we vandaag verschillende spelletjes met ballen gaan doen. Laat de ballen zien. Weten de leerlingen welke bal bij welke sport hoort? Warming-up: Start met 1 bal. Rol de bal naar iemand anders in de kring. Als je de bal rolt, vertel je welke sport je leuk lijkt of op welke sport je zit. Moeilijker: meer ballen, bal gooien, gooi zo hoog mogelijk, gooien met een stuit. Kern (40 minuten) Er staan zes verschillende activiteiten klaar. De leerlingen zitten op de grond of een bank aan de zijkant van de ruimte. Leg de verschillende activiteiten kort uit. Geef van iedere activiteit een voorbeeld. Een uitgebreide uitleg van de activiteiten en extra tips vind je op werkblad 1. Verdeel de klas in groepjes. Leuke ideeën om de klas te verdelen vind je op: Voetbal: aanvallen en verdedigen. Korfbal: mikken. Volleybal: gooien over net. Basketbal: stuiteren. Rugby: stoeien. Tennis: slaan. Draai de groepjes na vijf minuten door. Spreek hiervoor een geluid of teken af; als ik twee keer klap gaat iedereen zitten op de grond en is stil, als ik drie keer klap draaien we door. Zorg ervoor dat alle groepjes iedere activiteit hebben gedaan. De kinderen kunnen van elke activiteit een tekening maken op het werkblad. Slot (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. Vraag of ze weten welke activiteit bij welke balsport hoort. Wat vond je leuk? En waarom? Extra? Balspel met de hele klas We gaan tikkertje doen met een voetbal. Er wordt één kind uitgekozen die de zoeker is. De kinderen staan in het midden van de ruimte bij elkaar. Eén leerling heeft de bal en schopt/gooit deze zo ver mogelijk weg. Iedereen loopt zo hard mogelijk weg van de bal. De zoeker moet zo snel mogelijk de bal pakken en stop roepen. Hij moet op de plek waar de bal is gepakt stil blijven staan. Alle andere leerlingen staan bij stop stil en spreiden hun benen. De zoeker rolt de bal tussen de benen door van een leerling. Als dit lukt, mag de zoeker uitrusten op de bank. De leerling die is gepakt, wordt de nieuwe zoeker. Als dit niet lukt, pakt de zoeker zo snel mogelijk de rollende bal en probeert het nog een keer. Moeilijker: Gebruik meer ballen! Gebruik een kleinere bal (tennisbal).

5 Werkblad GROEP 1 2 LES 7: Sport 2 Activiteit Atletiekspelletjes Sprinten: zo snel mogelijk een afstand afleggen. Roeien: naar de overkant. Materialen & tekening Pionnen 2 skateboards Werkvorm Doel: leerlingen leggen een afstand in een rechte lijn zo snel mogelijk af. Ren om de beurt. Start bij een pion. Ren zo hard mogelijk naar de overkant in een rechte lijn. Doel: op een skateboard roeien naar de overkant. Ga met je voeten vooruit op een skateboard zitten. Gebruik je handen om vooruit te komen. Extra tips Te moeilijk? Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te moeilijk? Afstand verkleinen. Afstand vergroten. Met voeten achteruit in plaats van vooruit. Achteruit roeien in plaats van vooruit.

6 Werkblad GROEP 1 2 LES 7: Sport 2, vervolg Activiteit Atletiekspelletjes Verspringen: zo ver mogelijk springen vanaf een lijn. Gewichtheffen: een gewicht zo hoog mogelijk optillen. Materialen & tekening Plaklint/tape Twee stokken met emmertjes Pittenzakjes Werkvorm Doel: zo ver mogelijk springen (met aanloop) vanaf een lijn. Je mag springen vanaf de lijn. Spring zo ver mogelijk! Blijf stil staan na je sprong. Plak hier een tapeje. Zo ver ben je gekomen. Probeer de tweede keer nog verder te springen. Doel: een gewicht met een goede greep zo hoog mogelijk boven je hoofd tillen. Pak de stok met de emmertjes stevig vast. Til de stok zo ver mogelijk boven je hoofd. Extra tips Met aanloop springen. Te moeilijk? Minder zwaar maken. Zwaarder maken. Zo lang mogelijk volhouden.

7 Werkblad GROEP 1 2 LES 7: Sport 2, vervolg Activiteit Atletiekspelletjes Hordelopen: over een hindernis lopen zonder deze aan te raken. Paardrijden: met stokpaardje hindernissen nemen. Materialen & tekening 10 pionnen 6 stokken Pionnen 2 hoepels 6 stokken Stokpaardje Werkvorm Doel: over een hindernisbaan lopen zonder de hindernis aan te raken. Start om de beurt achter de lijn. Spring over de hindernissen heen. Lukt het zonder strafpunten? Doel: met een stokpaardje hindernissen nemen. Start om de beurt achter de lijn. Ga met het stokpaardje tussen je benen tussen de pionnen, over de stokken en door de hoepels. Lukt het zonder strafpunten? Extra tips Te moeilijk? Over 1 hindernis springen. Meer en hogere hindernissen neerzetten. Zo vlug mogelijk! Zo vlug mogelijk! Hindernissen moeilijker maken.

8 LES 7: Sport 2 Inleiding (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. Vertel dat we vandaag verschillende atletiekspelletjes gaan doen. Vraag aan de kinderen of ze weten wat atletiek is. Laat de plaatjes zien uit bijlage 1. Weten de leerlingen wat dit is? Wat is de naam van deze sport? Hoe gaat deze sport? Kennen jullie nog andere onderdelen van atletiek? Warming-up Vertel dat het belangrijk is om je lijf warm te maken voor het sporten. Maak een treintje. Alle leerlingen lopen (op enige afstand) in een rondje achter elkaar. Loop voorop. Doe verschillende oefeningen tijdens het lopen: armen zwaaien, huppelen, kikkersprongen, zo klein mogelijk, zo groot mogelijk enz. Vertel wat je doet en geef een voorbeeld! Kern (40 minuten) Er staan zes verschillende activiteiten klaar. De leerlingen zitten op de grond of een bank aan de zijkant van de ruimte. Leg de verschillende activiteiten kort uit. Geef van iedere activiteit een voorbeeld. Een uitgebreide uitleg van de activiteiten en extra tips vind je op werkblad 1. Verdeel de klas in groepjes. Leuke ideeën om de klas te verdelen vind je op Sprinten: zo snel mogelijk een afstand afleggen. Roeien: naar de overkant. Verspringen: zo ver mogelijk springen vanaf een lijn. Gewichtheffen: een gewicht zo hoog mogelijk optillen. Hordelopen: over een hindernis lopen zonder deze aan te raken. Paardrijden: met stokpaardje hindernissen nemen. Draai de groepjes na vijf minuten door. Spreek hiervoor een geluid of teken af; als ik twee keer klap gaat iedereen zitten op de grond en is stil, als ik drie keer klap draaien we door. Zorg ervoor dat alle groepjes iedere activiteit hebben gedaan. De kinderen kunnen van elke activiteit een tekening maken op het werkblad. Slot (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. Laat de plaatjes zien uit bijlage 1. Vraag of ze weten welk plaatje bij welke activiteit hoort. Welke activiteit vond je het leukste? Ga bij dit plaatje staan! Extra? Atletiekdiploma kleuren (zie bijlage 2)

9 LES 7: Sport 2, Bijlage 1

10 LES 7: Sport 2, Bijlage 2

11 LES 8: Buurt Inleiding (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. In de kring liggen verschillende sport en spel voorwerpen. Vertel dat er veel verschillende soorten sporten zijn. Sporten is heel goed voor je lijf. Je voelt je fitter en het is gezond. Je kunt op verschillende manieren bewegen. Je kunt een sport doen. Laat de leerlingen voorbeelden noemen van sporten. Ook als je niet op een sport zit, kun je actief bewegen. Bijvoorbeeld naar school rennen, de trap oplopen of tikkertje spelen op het schoolplein. Laat de leerlingen nog meer voorbeelden noemen van actief bewegen. Kern (20 minuten) In de kring liggen de volgende voorwerpen: voetbal, tennisbal, frisbee, badmintonracket, shuttle, springtouw en zwembroek. Lees het verhaal voor. Stop na iedere alinea en vraag of de leerlingen hebben gehoord welk voorwerp uit de kring in het verhaaltje voorkwam. Stijn verveelt zich Stijn hoeft niet naar school vandaag. Hij verveelt zich Al zijn vriendjes zijn er niet. Stijn loop naar het schuurtje. In het schuurtje ligt heel veel speelgoed. Stijn pakt een voetbal. En schopt de bal tegen de muur. Saai, vindt Stijn. Hij speelt liever voetbal met zijn vriendjes. Stijn pakt een tennisbal. En gooit de bal heel hard omhoog. Oh nee, de bal valt op het dak in de goot. Stijn pakt een frisbee. De frisbee zoeft door de lucht. Maar niemand gooit de frisbee naar Stijn terug. Stijn ziet een badmintonracket. Maar de shuttle is kwijt. Dan lukt badminton niet. Stijn vindt een springtouw. Na tien keer springen is Stijn moe. Hij legt het springtouw terug en rust uit. Stijn!, roept mama. Zoek vlug je zwembroek, we gaan naar het zwembad voor je zwemles.. Stijn rent zo hard als hij kan naar binnen toe. Jippie, zwemmen! Luistervragen: Waarom verveelt Stijn zich? Hoe komt het dat Stijn de meeste dingen niet leuk vindt? Waar heeft Stijn zin in? Welke sport vindt jij leuk om te doen? Wat doe jij het liefste op een dag als je niet naar school hoeft?

12 LES 8: Buurt, vervolg Slot (30 minuten) Laat de leerlingen een medaille knutselen met daarop een tekening van hun lievelingssport. Nodig? Bierviltjes, kleurpotloden, schaar, ronde vouwblaadjes (in verschillende kleuren), lijm, lint. En nu? Laat de leerlingen twee ronde vouwblaadjes kiezen (dit blaadje past precies op een bierviltje). Op 1 blaadje maken de leerlingen een tekening van hun lievelingssport. Op het andere blaadje schrijf je mijn lievelingssport is en daaronder de naam van hun lievelingssport (oudste kleuters: stempelen/schrijven). Plak de blaadjes ieder op één bierviltje. Stop het lint (lang genoeg om de medaille om je nek te hangen) tussen de twee bierviltjes en plak de viltjes stevig op elkaar. Laat de lijm goed drogen. Je medaille is klaar! Extra? Nodig een ouder/vrijwilliger/sporter van een sportvereniging uit om te vertellen over zijn/haar sport.

13 Werkblad GROEP 1 2 LES 9: Ouders Bijlage 1 Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust

14 Werkblad GROEP 1 2 LES 9: Ouders, vervolg Bijlage 2 Dagen van de week Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag Zondag

15 Werkblad GROEP 1 2 LES 9: Ouders, vervolg Bijlage 3: Uitleg beweegthermometer Oranje thermometer Voor een goede conditie moet je iedere dag een uur middelzware inspanning doen. Dit is bijvoorbeeld naar school fietsen, de trap oplopen en de hond uitlaten. Als je de thermometer gaat inkleuren en je hebt één van deze activiteiten gedaan, dan kleur je de thermometer oranje. Rode thermometer Het is goed om je lijf zwaar in te spannen, want je lijf moet dan echt in actie komen. Bij activiteiten zoals voetballen, skaten, tennis, zwemmen of hardlopen! Als je de thermometer gaat inkleuren en je hebt één van deze activiteiten gedaan, dan kleur je de thermometer oranje. Geen gekleurde thermometer Als je geen middelzware inspanning of zware inspanning hebt gedaan dan hoef je voor deze dag de thermometer niet in te kleuren.

16 LES 9: Ouders Inleiding (10 minuten) De leerlingen zitten in een kring. Laat ze een (oor)thermometer zien. Vraag aan de leerlingen of zij weten wat een thermometer is. Wat doe je met een thermometer? Wanneer gebruik je een thermometer? Wat meet je met een thermometer? Meet bij enkele leerlingen de temperatuur op/laat ze bij elkaar de temperatuur meten. Wikipedia: een thermometer is een meetinstrument dat wordt gebruikt om de warmte te meten. Kern (20 minuten) Een thermometer wordt overal gebruikt waar het belangrijk is de temperatuur van iets te weten. Bijvoorbeeld van het water in een zwembad, de temperatuur in de lucht, de temperatuur in een oven of van je eigen lichaam. Hoe hoger de temperatuur is, Vertel dat wij met een thermometer gaan meten hoe actief wij hebben bewogen! Laat nu de beweegthermometer zien (zie bijlage 1). Als je actief beweegt, krijg je het warm. Je krijgt een rood hoofd en gaat zweten. Vertel dat er een verschil is tussen een beetje actief bewegen (middelzware inspanning - oranje) en heel actief bewegen (zware inspanning - rood). Hoe warmer je het hebt, hoe actiever je bent. Kunnen de leerlingen voorbeelden van een beetje actief bewegen en actief bewegen? Beetje actief bewegen: trap oplopen, naar school fietsen, tikkertje op het schoolplein. Actief bewegen: dansen, voetballen, hard rennen. We gaan verschillende bewegingen doen. Na iedere beweging bespreek je met de leerlingen wat ze voelen. Heb je het warm? Wat voel je in je lijf? Waar zit je op de beweegthermometer? Laat de leerlingen erover vertellen en laat ze aanwijzen op de beweegthermometer hoe actief ze zijn. Voorbeelden van bewegingen: Armen zwaaien. Springen. In je handen klappen. Springen op 1 been. Rondjes draaien. Hurksprongen. Hoofd, schouders, knie en teen. Tot slot (20 minuten) Vertel dat we een week lang gaan bijhouden met de beweegthermometer hoe vaak en hoe actief we bewegen. Na een gymles, buiten spelen of een spelletje in de klas gaan we bekijken of we rustig, een beetje actief of heel actief hebben bewogen. Dit doen we door de thermometer oranje of rood te kleuren. We gaan dit op school doen, maar ook thuis! Meer informatie vind je op Alle leerlingen krijgen een beweegdagboek mee (zie bijlage 2). Kleur iedere dag de thermometers in. Niet alleen jij gaat de thermometers kleuren, maar ook je papa/mama/broertje/zusje! Hoeveel beweegt je papa/mama/broertje/zusje? Beweeg jij meer of je papa/mama/broertje/zusje? Zorg ervoor dat alle ouders op de hoogte zijn van het beweegdagboek. Geef een briefje mee met daarop de uitleg van de beweegthermometer(bijlage 3), het doel van het project en het belang van bewegen en sporten of nodig ze uit om mee te doen tijdens deze les! Na deze week gaan we samen bekijken hoeveel we hebben bewogen. Is dit genoeg? Hoe zou je nog meer kunnen bewegen? Thuis? En op school? Het is gezond om iedere dag één uur lang een beetje actief te bewegen (oranje thermometer) en twee keer in de week actief te bewegen/sporten (rode thermometer). Extra? Thermometer kleuren. Thermometers uitknippen en op groot vel plakken voor in de klas.

17 LES 9: Ouders Beweegthermometer Informatie docenten Sporten is gezond en belangrijk! Je lichaam kun je vergelijken met een machine. Een machine loopt soepel als ze veel gebruikt wordt. Staat ze vaak stil dan doet ze het minder goed en gaat roesten. Bij je lichaam werkt het net zo. Door genoeg te bewegen houd je je hart, longen en spieren gezond. Er zijn twee soorten inspanning: middelzware en zware. Voor een goede conditie moet je iedere dag een uur middelzware inspanning doen. Dit zijn heel normale dingen: naar school fietsen, de trap oplopen en de hond uitlaten. Hiervan ga je meestal niet zweten. Maar je voelt wel aan je lijf dat je beweegt. (een oranje thermometer) Daarnaast is het goed je lijf twee keer per week zwaar in te spannen. Je lijf moet dan echt in actie komen, zoals bij sporten. Bijvoorbeeld voetballen, hockey, zwemmen of dansen. Je krijgt het dan warm en gaat zweten. Je hartslag gaat omhoog. (een rode thermometer) Ook kan je lichaam in rust zijn. Dit is bijvoorbeeld bij televisie kijken, computeren en slapen. Het is goed om je lijf soms tot rust te laten komen. Als je maar iedere dag een uur middelzware inspanning doet en twee keer per week zware inspanning! De beweegthermometer is een hulpmiddel om samen met de leerlingen te ontdekken hoe vaak zij zich middelzwaar en zwaar inspannen (zwaar inspannen noemen we ook sporten). De leerlingen houden met hulp van de beweegthermometer een beweegdagboek bij. Ook kan de beweegthermometer bij verschillende lessen gebruikt worden. Het is belangrijk dat de leerlingen gaan herkennen wat zij voelen bij middelzware en bij zware inspanning. Lichamelijke signalen middelzware inspanning: je hart gaat sneller kloppen, je krijgt het warmer, je ademhaling gaat sneller. Lichamelijke signalen zware inspanning: je hartslag gaat verder omhoog, je gaat zweten, je krijgt een rood hoofd. Overzicht activiteiten en energieverbruik per uur (in kcal) Activiteit Energie (in kcal) per uur Slapen Zitten Middelzwaar inspannen (lopen, fietsen, buitenspelen) Zwaar inspannen (sporten) KERNBOODSCHAP Het is gezond om iedere dag één uur lang middelzware inspanning te doen (dagelijkse dingen zoals buiten spelen, de trap oplopen, naar school fietsen) en twee keer in de week zware inspanning (sporten).

18 LES 9: Ouders Beweegthermometer In de klas Houd gedurende een week samen met de leerlingen het beweegdagboek bij met hulp van de beweegthermometer. Zorg ervoor dat ouders op de hoogte zijn van het beweegdagboek en de beweegthermometer. Geef een brief mee of nodig ouders uit tijdens de les over de beweegthermometer en het beweegdagboek (zie lessen ouders). Het is ontzettend belangrijk dat de leerlingen ook thuis, samen met de ouders, het beweegdagboek invullen. Alleen dan krijg je een duidelijk beeld van het aantal beweegmomenten van de leerlingen en of dit voldoende/onvoldoende is. In de onderbouw wordt de beweegthermometer besproken tijdens een les (zie ouders en sport les 1/2) Na een gymles, buiten spelen of een spelletje in de klas kan met hulp van de beweegthermometer nagepraat worden over hoe actief de leerlingen zijn geweest. De leerlingen kunnen de thermometers inkleuren (rood bij zwaar inspannen, oranje bij middelmatig inspannen) en bijhouden in een speciaal beweegdagboek. Het beweegdagboek wordt gedurende één week samen met de leerlingen bijgehouden. Kies een vast moment om het beweegdagboek te bespreken en in te kleuren (einde dag in kring). Je kunt ervoor kiezen om één klassikaal beweegdagboek bij te houden. Hang een groot vel papier op in de klas met hierop verschillende thermometers. Laat de leerlingen op het einde van de dag het aantal rode/oranje thermometers inkleuren. Je kunt er ook voor kiezen om voor iedere leerling een apart beweegdagboek bij te houden. Maak een boekje/vel papier met daarin de zeven dagen van de week en thermometers (zie bijlage). Laat iedere leerling op het einde van de dag zelf het aantal rode/oranje thermometers kleuren. Dit beweegdagboek wordt ook meegenomen naar huis. Op het einde van de week wordt in de klas bekeken hoe vaak de leerlingen zich hebben ingespannen en of dit voldoende/onvoldoende is. In de middenbouw en bovenbouw wordt de beweegthermometer geïntroduceerd in de kring (zie inleiding les sport & ouders groep 3/4, 5/6 en 7/8) De leerlingen houden zelf het beweegdagboek bij. Maak een boekje met daarin de zeven dagen van de week en thermometers (zie bijlage). Bij de thermometers noteren de leerlingen welke activiteit ze gedaan hebben en het aantal minuten. Het beweegdagboek wordt dagelijks besproken in de klas. Ook wordt het dagboek thuis, eventueel met hulp van ouders, ingevuld. Als de leerlingen zich middelmatig hebben ingespannen, kleuren ze een thermometer oranje. Als ze zich zwaar hebben ingespannen, kleuren ze een thermometer rood. Op het einde van de week wordt in de klas bekeken hoe vaak de leerlingen zich hebben ingespannen en of dit voldoende/onvoldoende is.

19 LES 9: Ouders Beweegthermometer Bijlage Als je sport, krijg je het warm en ga je zweten. Je hartslag gaat omhoog. Dit betekent dat je heel actief bent! Sporten noemen we zware inspanning. Kleur deze thermometer rood. Als je niet sport, kun je wel bewegen. Bewegen kan altijd! Bijvoorbeeld als je naar school fietst, de trap oploopt of tikkertjes speelt op het schoolplein. Hiervan ga je meestal niet meteen zweten. Maar je voelt wel aan je lijf dat je beweegt. Dit noemen we middelzware inspanning. Kleur deze thermometer oranje.

20 LES 9: Ouders Beweegthermometer Kleurplaat Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust

21 LES 9: Ouders, vervolg Ideeën om de klas te verdelen In tweetallen Kleur: Ga staan bij de eerste leerling die je ziet die een van dezelfde kleuren draagt als jij. Dierengeluid: Doe het geluid van een kat of van een hond na. Je vormt een paar met de eerste leerling die je hetzelfde geluid hoort maken. Tweelingen: Zoek iemand: met dezelfde haarkleur, dezelfde sport, aantal broers/zussen, eerste letter van de voornaam enz. Briefjes: Schrijf op briefjes twee dingen die bij elkaar horen. Doe de briefjes in een doos en deel ze uit. Ideeën voor op de briefjes: A en a, B en b woord en afbeelding (appel en afbeelding appel) tegengestelden (warm en koud). In groepen Houdingen: Bijvoorbeeld: voor twee groepen wordt afgeteld met op en neer. Bij op steekt de leerling zijn handen in de lucht, bij neer laat je je handen neerhangen. Armen omhoog vormt 1 groep en armen omlaag vormt 1 groep. Kleuren: Bijvoorbeeld: voor drie groepen wordt afgeteld met rood, wit en blauw. Iedere kleur is 1 groep. Bewegingen: Bijvoorbeeld: voor drie groepen laat je de leerlingen drie verschillende bewegingen doen; in de handen klappen, met de armen zwaaien en met de voeten stampen. Seizoenen: Tel af met lente, zomer, herfst, winter. Briefjes met zelfde soort: Bijvoorbeeld geometrische vormen (vierkant, cirkel, driehoek) Grabbelton: Vul een ton met kleine voorwerpen. Van ieder voorwerp evenveel als het gewenst aantal spelers per groep. Bijvoorbeeld: paperclips, elastiekjes, gummetjes potloden. Woordgroepen: Kies een woord dat evenveel letters bevat als het gewenste aantal groepen. Bij vier groepen bijvoorbeeld het woord SPEL. De S en vormen een groep, de P en enz. Handenschudden: Elke leerling krijgt een nummer (bij vier groepen, nummers geven tot vier). Zonder iets te zeggen lopen de leerlingen rond en schudden elkaar de hand. De nummers 1 schudden een maal, de nummers twee, twee maal enz. Leerlingen die evenveel keer schudden, geven elkaar een arm. Dit gaat door tot de groep compleet is. Hetzelfde liedje: Schrijf een aantal bekende liedjes op (bij drie groepen, drie liedjes). Fluister bij iedere leerling het liedje in z n oor. De leerlingen lopen door elkaar en neuriën het liedje. Leerlingen met hetzelfde liedje geven elkaar een hand. Dit gaat door tot de groep compleet is.

Werkblad. LES 9: Ouders. www.gavoorgezond.nl GROEP 1-2. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Werkblad. LES 9: Ouders. www.gavoorgezond.nl GROEP 1-2. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen. Werkblad GROEP 1-2 Bijlage 1 Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust Werkblad GROEP 1-2, vervolg Bijlage 2 Dagen van de week Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Zaterdag

Nadere informatie

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 5-6. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Werkblad. LES 9: Ouders.  GROEP 5-6. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen. Werkblad Bijlage 1 Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust Werkblad, vervolg Bijlage 2 Deze pagina zal vaker uitgeprint moeten worden om een beweegdagboek voor de hele week te

Nadere informatie

Werkblad. LES 9: Ouders. GROEP 7-8. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen.

Werkblad. LES 9: Ouders.  GROEP 7-8. Bijlage 1. Rood actief inspannen/ sporten. Oranje middelmatig inspannen. Werkblad Bijlage 1 Rood actief inspannen/ sporten Oranje middelmatig inspannen Rust Werkblad, vervolg Bijlage 2 Deze pagina zal vaker uitgeprint moeten worden om een beweegdagboek voor de hele week te

Nadere informatie

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel Werkblad GROEP 1-2 LES 7: Sport 2 Activiteit Atletiekspelletjes Sprinten: zo snel mogelijk een afstand afleggen. Roeien: naar de overkant. Materialen & tekening Pionnen 2 skateboards Werkvorm Doel: leerlingen

Nadere informatie

en herhaal de les 1 maand later. Gebruik de sportthermometer. Bewaar de conditieformulieren Gebruik een fluitje om aan te geven dat 1 minuut om is.

en herhaal de les 1 maand later. Gebruik de sportthermometer. Bewaar de conditieformulieren Gebruik een fluitje om aan te geven dat 1 minuut om is. Werkblad LES 6: Sport 1 Activiteit Conditiecircuit Conditiecircuit: circuit met diverse sportactiviteiten. Materialen & tekening Potloden Circuitformulier Springtouw Bank (3) Ballen (3) Matje (3) Mand

Nadere informatie

Maak drietallen i.p.v. tweetallen. Wijs een scheidsrechter aan. Speel met een extra bal. Te makkelijk? tegen de bank van een ander team

Maak drietallen i.p.v. tweetallen. Wijs een scheidsrechter aan. Speel met een extra bal. Te makkelijk? tegen de bank van een ander team LES 6: Sport 1 Activiteit Teamsporten Voetbal: bankenvoetbal. Materialen & tekening 4 banken Voetbal Lintjes Werkvorm Doel: partijtje spelen. Aanvallen en verdedigen. Scoren door de bal tegen de bank van

Nadere informatie

Lees en bekijk de activiteitkaarten bij de activiteiten. Hierop. staat de uitleg van de activiteit. met tekst en plaatjes.

Lees en bekijk de activiteitkaarten bij de activiteiten. Hierop. staat de uitleg van de activiteit. met tekst en plaatjes. LES 7: Sport 2 Activiteit Atletiek: lopen en verspringen. Materialen & tekening 1. 10 pionnen 5 touwtjes/1-meterstokken Stopwatch 2. 4 kleine matjes 3. Pion 4 kleine matjes Tape 1-meterstok. Activiteitkaarten

Nadere informatie

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent:

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Het spellenboek De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent: Mandje vullen Voor dit spel zijn minimaal twee kinderen nodig. Stap 1: Verdeel de

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen. LES 7. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Touwzwaaien: - De leerling zwaait heen en weer en landt op de bank. Brandweerspel: - Als brandweer handelt de leerling snel als zijn of haar brand geblust

Nadere informatie

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS. LES 3. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen letten heel de tijd goed op de bal/ blijven kijken naar de bal - De leerlingen kunnen de bal op het racket balanceren - De oog-hand coördinatie

Nadere informatie

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk?

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk? SPEL 1 Kangoeroe buidel-dief Alle kangoeroe s (kinderen) hebben wat lekkers in hun buidel, op 1 kangoeroe na. Die kangoeroe probeert het lekkers van de andere kangoeroe s af te pakken totdat die alles

Nadere informatie

Circus les 5. Doelen:

Circus les 5. Doelen: Circus les 5 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler oefent concentratie/focus door

Nadere informatie

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN: LES 37. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Wandrek klimmen - De leerling klimt vlot in het wandrek naar boven en omlaag. Hurksprong: - De leerling zet af met 2 voeten op de plank en landt op zijn

Nadere informatie

Schoolpleinpret. Jongeren Op Gezond Gewicht. actief en betrokken

Schoolpleinpret. Jongeren Op Gezond Gewicht. actief en betrokken Schoolpleinpret Jongeren Op Gezond Gewicht actief en betrokken VOORWOORD Beste lezer, Tikkertje, verstoppertje en voetballen zijn de populairste spelletjes op het schoolplein. Dat is al heel lang zo. Maar

Nadere informatie

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen.

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen. LES 11. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Bewegen op muziek: - De leerlingen kunnen de Leeuwenkoning dans vrij door de zaal uitvoeren waarbij het accent ligt op het nadoen van bewegingen en uitbeelden

Nadere informatie

14.5. Impressie / Plattegrond

14.5. Impressie / Plattegrond Alle groepen Materiaal: - 7 hoepels - Bank - 2 kasten - 5 5cm matten - 2 losse grote touwen - 2 springtouwen - Ringen - Wandrek - 20 pionnen - Korf - 2 meterstokken Impressie / Plattegrond Opdracht - De

Nadere informatie

Dit boekje is van: Ik ben. Jaar. Pasfoto

Dit boekje is van: Ik ben. Jaar. Pasfoto Dit boekje is van: Ik ben. Jaar Pasfoto 1 Inhoudsopgave Uitleg... 3 Contract "Multifits!"... 4 De quiz... 5 Weet wat je eet... 7 Wat vond je van de sporten die je gedaan hebt... 9 Leuke spelletjes om vriendjes

Nadere informatie

Circus les 6. Doelen:

Circus les 6. Doelen: Circus les 6 Doelen: - De speler heeft snelle voeten - De speler kan jongleren - meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler oefent oog-hand coördinatie - De speler kan hardop de telling bijhouden

Nadere informatie

CMV 6-7. Inhoudsopgave

CMV 6-7. Inhoudsopgave CMV 6-7 Inhoudsopgave 10-bal niveau 2 2 Mooie balletjes opzetten (B) 3 Gooien en vangen level 1 4 Estafette 6 Rollen en mikken 7 Stuiteren 8 Balparcours 10 Bovenhands mikken 11 Gooien en vangen level 2

Nadere informatie

Circus les 2. Doelen:

Circus les 2. Doelen: Circus les 2 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan meerdere ballonnen in de lucht houden - De speler kan het racket aan het einde vasthouden alsof het een handje geeft - De speler

Nadere informatie

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN:

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN: LES 34. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Steile wand klimmen - De leerling klimt vlot met behulp van het touw tot bovenaan de berg. Stoeicircuit: - De leerling speelt zonder conflicten het spel

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inleiding. Legenda. Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen. Onderdeel van FetFit 2

Inhoudsopgave. Inleiding. Legenda. Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen. Onderdeel van FetFit 2 FetFit Beweeglessen Inhoudsopgave Inleiding Legenda Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen Onderdeel van FetFit 2 Inleiding In deze map vindt u beweeglessen, die onderdeel zijn

Nadere informatie

Sportkanjers in de gymles. Sportkanjers in de gymles. gy m 10 SPORTKANJERGYMLESSEN VOOR DE BASISSCHOOL BOVENBOUW

Sportkanjers in de gymles. Sportkanjers in de gymles. gy m 10 SPORTKANJERGYMLESSEN VOOR DE BASISSCHOOL BOVENBOUW Sportkanjers in de gymles Sportkanjers in de gymles gy m gy m 10 SPORTKANJERGYMLESSEN VOOR DE BASISSCHOOL BOVENBOUW Leskaarten Les 1: Ik doe aan sport! VERTEL HET VOLGENDE VERHAAL: Het eerste wat je doet

Nadere informatie

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker? Warming up Shuttle tikkertje warming up met shuttle 1 shuttle en evt. lint(en) voor de tikker(s) Alle kinderen lopen in de zaal, een tikker wordt aangewezen. Deze tikker heeft een shuttle in de hand waarmee

Nadere informatie

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen LES 42. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLING: Groep 3/4 Touwzwaaien met bewegend touw: - De leerling kan in een zwaaiend touw springen. Hoogspringen: - De leerling kan met 1 voet afzetten en landen op zijn voeten.

Nadere informatie

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN: LES 3. GROEP 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling vangt een goed aangegooide bal in een balspel. - De leerlingen kan de bal gericht naar een medespeler gooien. Tips: - Maak deze les groepen

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerlingen kunnen onderhands opslaan met een shuttle. - Ze houden het racket vast bij het handvat met de shake-hand greep. Groep 5/6 - Leerlingen spelen

Nadere informatie

7&8. Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Jouw veiligheidsplan. Over deze les. Wat heeft u nodig?

7&8. Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Jouw veiligheidsplan. Over deze les. Wat heeft u nodig? Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Over deze les Wat heeft u nodig? Banken 11 pylonen Wandrek 3 lintjes Tennisrackets* (of beachplankjes) Zachte tennisballen* Krijt (bijv. stoepkrijt) 6 dunne matten

Nadere informatie

Bijlage 2: 3.2 onderzoek

Bijlage 2: 3.2 onderzoek Bijlage : 3. onderzoek Ik heb een onderzoek gedaan naar de fitheid van de kinderen van groep 7 en 8 van de Sint Lambertus school in Asten. Ik heb eerst een enquête afgenomen, en heb daarna testjes afgenomen

Nadere informatie

Uitwerking vrije lessen

Uitwerking vrije lessen Uitwerking vrije lessen Slakobabal - Verdeel de klas in twee teams, 1 veldpartij en 1 slagpartij. - De slagpartij zit op de bank en de veldpartij verdeeld zich over het veld. - De eerste leerling van de

Nadere informatie

Lesbrief bij de voorstelling 'Hatsjoe'

Lesbrief bij de voorstelling 'Hatsjoe' Lesbrief bij de voorstelling 'Hatsjoe' Voorbereiding: Voordat u met de leerlingen naar de voorstelling Hatsjoe gaat kijken is het belangrijk dat u een aantal onderwerpen bespreekt zodat ze niet voor verrassingen

Nadere informatie

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal. Alle leerlingen staan aan één helft van de gymzaal verspreid met allemaal een bal. De trainer staat

Nadere informatie

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan LES 38 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Handstand - De leerling kan als een spinnetje tegen de muur op lopen. Mikken - De leerling kan de bovenhandse strekworp gericht uitvoeren. Rollen: - De leerling

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN: LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Trampolinespringen: - De leerling kan met korte verhoogde aanloop in de trampoline springen. 1 voet afzetten voor de trampoline, 2 voeten in de trampoline,

Nadere informatie

Bal in de hoepel gooien

Bal in de hoepel gooien Bal in de hoepel gooien Ga achter de lijn staan met een bal in je handen. Gooi de bal in de eerste hoepel vervolgens in de tweede dan de derde enz, enz. De bal mag de rand van de hoepel niet raken. Je

Nadere informatie

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken)

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken) Op vakantie les 9 Doelen: - De speler kan snel opzij stappen, draaien en springen om te ontwijken of om zich snel te verplaatsen - De speler kan een aankomende bal in stilstand en in beweging vangen met

Nadere informatie

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN:

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN: LES 2 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Hardlopen: - De leerling is snel weg vanuit een zelfgekozen startpositie. Kogelstoten: - De leerling stoot de bal met twee handen vanaf de borst. Vortexen:

Nadere informatie

Beweegdagboek. Opdracht 3A

Beweegdagboek. Opdracht 3A Opdracht 3A Beweegdagboek Doel: Introductie: 15 min. Opdracht Alle kinderen vullen 3 dagen lang het beweegdagboek in. Aan de hand van het beweegdagboek wordt inzichtelijk gemaakt hoeveel kinderen op een

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN: LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 - De leerling gooit de bal niet op het moment dat er een verdediger in de afspeellijn staat. De leerling maakt soms de keuze om de bal over te spelen in

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen: Prinsen en prinsessen les 4 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan de bal gericht hard gooien - De speler kan een horizontale zwaai laten zien - De spelers houden zelf het spel

Nadere informatie

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning: LES 21. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Free running: - De leerling kan op eigen niveau verschillende hindernissen passeren. Tikstrijd: - De tikker richt zich op alle lopers. - De leerling houdt

Nadere informatie

Het grote voetbalavontuur

Het grote voetbalavontuur 5 Thema: voetbalvaardigheid Het grote voetbalavontuur Test je (voet)balvaardigheid in deze spelen met de bal Inhoud en uitgangspunten van de les Uitgangspunt: iedereen is goed in iets en daarom is voetbal

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 3. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 3. Doelen: Prinsen en prinsessen les 3 Doelen: - De speler kan gemakkelijk springen vanuit stilstand en vanuit beweging - De speler kan inschatten waar de bal terecht komt - De speler kan inschatten waar de bal terecht

Nadere informatie

januari 2015 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Ik huppel - BVP Hint Music 2015

januari 2015 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Ik huppel  - BVP Hint Music 2015 januari 2015 vanaf 4 jaar Ik huppel tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof - Ik huppel 1 Ik huppel, ik huppel, ik huppel vandaag. Ik huppel naar boven, en ook weer omlaag. Mijn benen die willen niet

Nadere informatie

Lesbrief les 3 groep 1 en 2 Energie voor drie

Lesbrief les 3 groep 1 en 2 Energie voor drie Lesbrief les 3 groep 1 en 2 Energie voor drie Lesdoelen De kinderen weten dat eten en drinken je verse energie geven om te bewegen. De kinderen weten dat eten en drinken ook zorgen dat je kunt groeien.

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen: Prinsen en prinsessen les 2 Doelen: - De speler vindt snel de bal op de grond en/of op de grond (oriëntatie) - De speler kan onderhands en bovenhands een bal met verschillende hoogtes gooien - De speler

Nadere informatie

De gymles van begin tot eind

De gymles van begin tot eind De gymles van begin tot eind Eenvoudige inleidingen en afsluitingen voor een gymles Iedereen kent het wel: je gaat gymles geven en je gymzaal staat vol met materialen voor de kern van de les. Hoe kun je

Nadere informatie

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen 1 OCHTEND BOVENBOUW Atletiek 1 Sprint 2 Balwerpen 3 Verspringen 4 Hoogspringen 5 Hordenloop 6 Speerwerpen 2 OCHTEND ONDERBOUW SPEL 1 Voetbal 4-4/ 2VELDJES 2 Lijnbal 4-4 / 2 VELDJES 3 Behendigheid 4 Reuzebal

Nadere informatie

Twintig keer fijne motoriek in de gymzaal

Twintig keer fijne motoriek in de gymzaal Twintig keer fijne motoriek in de gymzaal Waslijn ophangen Laat de leerling een berg kleren ophangen op de waslijn. Stel de eis dat ze netjes opgehangen worden. Kan hij of zij zonder hulp de wasknijpers

Nadere informatie

Circus les 1. Doelen:

Circus les 1. Doelen: Circus les 1 Doelen: - De speler kan meerdere keren de bal stuiten, waarbij niet te hard op de bal geslagen wordt - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag

Nadere informatie

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen Les 1: vier zomersporten Inleiding: Warming-up Kern: Vier zomersporten Afsluiting: Olympische ringen werpen 5 minuten 30 minuten Olympische waarden: Tijdens de

Nadere informatie

Op vakantie les 2. Doelen:

Op vakantie les 2. Doelen: Op vakantie les 2 Doelen: - De speler beweegt snel met de voeten - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag - De speler kan vanuit beweging de

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Eilandbal: - De leerlingen kennen de regels en spelen het spel zelfstandig. Vangen: - De leerling vangt een goed aangegooide bal bijna altijd. Groep 5/6:

Nadere informatie

CMV Inhoudsopgave

CMV Inhoudsopgave CMV 8-10 Inhoudsopgave 10-bal niveau 2 2 Mooie balletjes opzetten (B) 3 Opslaan tegen de muur 4 CMV niveau 1 5 Estafette 6 Toetsen level 1 7 Uitleg CMV niveau 2 8 CMV niveau 2 9 Balparcours 10 Bovenhands

Nadere informatie

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven:

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven: Bal op het hoofd Bal op de neus Bal om het hoofd heen Bal op de heupen

Nadere informatie

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen!

Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Geen tijd om elke dag te sporten? Kom thuis in actie met 1-minuut oefeningen! Astrid Witte zomer 2014 Even vooraf: - Deze oefeningen zijn bedoeld voor gezonde volwassenen - Heb je klachten, overleg dan

Nadere informatie

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders Superhandig boekje 1 Inleiding SMASH! SMASH! is het nieuwe volleybalprogramma voor kinderen en jongeren tot en met 18 jaar. Met SMASH! brengen we

Nadere informatie

Hoepels: experimenteren, rollen, springen over, stappen door, van de een in de andere hoepel

Hoepels: experimenteren, rollen, springen over, stappen door, van de een in de andere hoepel Jaarplanning bewegen met kleuters 2010 2011 Week Cluster in speellokaal Bewegen op muziek Klein materiaal Spel Buitenspel 34 Ballen: verschillende formaten: experimenteren, rollen, gooien en stuiten 35

Nadere informatie

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen,

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen, Event Circus Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er deze les 5 oefeningen

Nadere informatie

Draaiboek. Koningsspelen. Brede school

Draaiboek. Koningsspelen. Brede school Draaiboek Koningsspelen Brede school Inhoud BLZ. Hoofdstuk 1. Groep 1 en 2 2 1.1. Spellen 2 1.2 Tijdschema (tijdschema groep 3 t/ 8 zie pagina 7) 3 1.3 Materialenlijst 3 Hoofdstuk 2. Groep 3 t/m 8 4 2.1

Nadere informatie

Op vakantie les 5. Doelen:

Op vakantie les 5. Doelen: Op vakantie les 5 Doelen: - De speler kan zich op verschillende manieren snel verplaatsen - De speler kan de bal gericht weggooien en in stilstand vangen - De speler kan zelf een strandbal met een voorzichtige

Nadere informatie

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: LES 26. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Mattendribbelspel: - De leerling dribbelt voorzichtig langs de afpakkers heen. Mikken: - De leerling kan de bal overrollen naar de andere leerling over

Nadere informatie

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN: LES 39 GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Handstand: - De leerling doet een rol op een verhoogd vlak waarbij de afzet op de trampoline is. Doelspelen: - De leerling speelt in een groep van maximaal

Nadere informatie

mei 2014 vanaf 7 jaar Sluipen als een kat tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte

mei 2014 vanaf 7 jaar Sluipen als een kat tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte mei 2014 vanaf 7 jaar Sluipen als een kat tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte Sluipen als een kat 1 Ik wil brullen als een tijger. Met een flinke grote bek. Hoog over de bomen kijken. Als giraf met

Nadere informatie

(nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch)

(nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch) (nodig: een basketbal, een basketbalring, een stopwatch) Het werkt op zich net als een gewoon potje basketbal, alleen zijn jullie nu net zo lang als echte basketballers. Papa en mama nemen de kinderen

Nadere informatie

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen LES 41. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN Groep 3/4: Mikken met touwzwaaien. - De leerling kan al zwaaiend, met de voeten een pittenzakje in een hoepel leggen. Vies en lekkertje. - De loper rent als hij niet

Nadere informatie

Prinsen en prinsessen les 1. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 1. Doelen: Prinsen en prinsessen les 1 Doelen: - De speler kan hard rennen - De speler kan onderhands en bovenhands een bal met verschillende hoogtes over het net gooien - De speler kan een voorzichtige volley beweging

Nadere informatie

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen Opdracht 1 bij 1.2 * Doe de opdracht met de groep. Uitleg voor de docent: De cursisten lopen door elkaar door het lokaal. Laat de cursisten elkaar in tweetallen begroeten,

Nadere informatie

oktober 2013 vanaf 9 jaar Klaar voor de start tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof

oktober 2013 vanaf 9 jaar Klaar voor de start tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof oktober 2013 vanaf 9 jaar Klaar voor de start tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Klaar voor de start 1 Skaten, rennen, rollen, fietsen. Dansen, springen op één been. Zwemmen, roeien, kanovaren.

Nadere informatie

Spelregels. Het spelen van levend ganzenbord

Spelregels. Het spelen van levend ganzenbord Het spelen van levend ganzenbord Voor het spelen van het levend ganzenbord verdeel je de deelnemers in minimaal twee groepen. Deze groepen spelen het levend ganzenbord tegen elkaar. Het doel van het levend

Nadere informatie

LES 32. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Tikspelen, Balanceren.

LES 32. GROEP: 3 t/m 8 Over de kop gaan, Tikspelen, Balanceren. LES 32. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4 Beoordelen Koprol O De leerling komt niet zelfstandig rond op een dun turnmatje. V De leerling maakt zelfstandig een koprol op het dunne turnmatje. G De

Nadere informatie

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10 Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10 Week 1 - Leerlijn: balanceren, bew thema: balanceren Balanceren op een bank, op een bank in het wandrek

Nadere informatie

Olympische kleuterspelen

Olympische kleuterspelen Olympische kleuterspelen Aansluiten bij het project en/of de actualiteit Hoofddoelen: -De aandacht van de kleuters kunnen vestigen op het ervaren van vriendschap en plezier bij het samen bewegen en uiteindelijk

Nadere informatie

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke

Spinners. Veel plezier! Juf Els en juf Anke Spinners Een nieuwe rage: spinners! Heb jij ze al gespot in jouw klas? Vervelend, al dat speelgoed op school, of handig! spinners in de klas, daar kun je leuke, leerzame activiteiten mee doen! Wij bedachten

Nadere informatie

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN: LES 1. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: - De leerlingen weten hoe ze hun racket vast moeten houden; de shake-hand greep. Deze greep passen ze ook de hele les toe. - De leerling kan een ballon

Nadere informatie

Lesbrief les 1 groep 5 en 6 Fit zijn is fijn

Lesbrief les 1 groep 5 en 6 Fit zijn is fijn Lesbrief les 1 groep 5 en 6 Fit zijn is fijn Lesdoelen De kinderen zijn zich bewust van het belang van gezond eten. De kinderen ervaren het belang van regelmatig bewegen. De kinderen krijgen inzicht in

Nadere informatie

Lesbrief Kikker viert de lente. Kikkertiendaagse: 21 t/m 30 maart Thema: Kikker viert de lente Leeftijd: voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar

Lesbrief Kikker viert de lente. Kikkertiendaagse: 21 t/m 30 maart Thema: Kikker viert de lente Leeftijd: voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar Lesbrief Kikker viert de lente Kikkertiendaagse: 21 t/m 30 maart 2018 Thema: Kikker viert de lente Leeftijd: voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar Van 21 t/m 30 maart kleurt heel Nederland groen met het

Nadere informatie

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel Bungelende emmer Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Hang een emmertje met een touw aan een tak van een boom. Alle kinderen moeten nu vanaf een vast punt (zo n drie meter van de bungelende emmer

Nadere informatie

Adewiedewanseltje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS

Adewiedewanseltje. Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS Adewiedewanseltje Muzido ANNIE LANGELAAR FONDS Adewiedewanseltje: het lied... 3 De muziekopname... 3 Activiteiten per leeftijd: Baby s... 4 Door de ruimte... 4 Dreumesen... 4 Paardje rijden op de knie...

Nadere informatie

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. LES 40. GROEP: 3/8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: Klokkenluiden: - De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien. Airhockey: - De leerling kan de bal met een blokje naar de overkant schuiven.

Nadere informatie

Tomke.nl TIPS VOOR ACTIVITEITEN

Tomke.nl TIPS VOOR ACTIVITEITEN Tomke.nl Tip 1 Voorbereiden van de kinderen op de grote Tomke Kinderen schrikken als er ineens een hele grote Tomke tevoorschijn komt. De introductie zou zo kunnen. De kinderen wachten op Tomke, maar Tomke

Nadere informatie

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding Event Prinsen en Prinsessen Het event vindt plaats tijdens het lesuur. Ouders zijn uitgenodigd om te komen kijken en mogen ook assisteren op de baan. Van te voren wordt kort aan de kids uitgelegd dat er

Nadere informatie

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL NIVEAU 1 VANGEN, GOOIEN EN BEWEGEN ACCENTEN: VEELZIJDIG ONTWIKKELEN. BASISVAARDIGHEDEN VOOR IEDERE BALSPORT. BALVAARDIGHEID EN COÖRDINATIE. OOG - HAND, BALBAAN HERKENNING

Nadere informatie

De motorische ontwikkeling van het jonge kind

De motorische ontwikkeling van het jonge kind De motorische ontwikkeling van het jonge kind Balanceren Loopt en trekt speelgoed achter zich aan. Hij kan dit ook achteruitlopend en zowel met de linker als rechter hand Draagt tijdens het lopen in zowel

Nadere informatie

Op vakantie les 3. Doelen:

Op vakantie les 3. Doelen: Op vakantie les 3 Doelen: - De speler kan het racketblad in balans houden - De speler kan onderhands en bovenhands een bal geplaatst gooien met een aangepaste bewegingsuitslag De speler heeft racketblad

Nadere informatie

Li Lefebure & Margot Senden

Li Lefebure & Margot Senden Li Lefebure & Margot Senden Samenvatting Het is winter en Draakje Donatius heeft het koud. Heel erg koud. Draakje Donatius houdt niet van kou. En al helemaal niet van sneeuw. In de sneeuw kan hij geen

Nadere informatie

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL LES 2. GROEP: 3 t/m 8 DOELSTELLINGEN: Groep 3/4: - De leerling durft als keeper een zachte bal tegen te houden wanneer een leerling van hetzelfde niveau gooit. - De leerling vangt een goed aangegooide

Nadere informatie

Onder schooltijd: groep 5-6

Onder schooltijd: groep 5-6 Onder schooltijd: groep 5-6 31 32 Overzichtskaart: Onder schooltijd, groep 5-6, groep van 30 leerlingen Zaalindeling Lesplan Na ontvangst worden de kinderen ingedeeld in vijf groepen van zes kinderen.

Nadere informatie

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 1: de beginstelling, de Toren en de Loper

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 1: de beginstelling, de Toren en de Loper Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 1: de beginstelling, de Toren en de Loper Extra spullen - Stickers met de namen van de kinderen. - Voldoende kopieën van het uitdeelvel Loop van de stukken ; 1

Nadere informatie

Leskaarten muurkaatsen

Leskaarten muurkaatsen Leskaarten muurkaatsen Muurkaatsen Opbouw Spelvormen Muurkaatsen Kaatstennis Flyball Leskaarten muurkaatsen Najaar 2010 Vlot te doen Volop actie!! Maaike Osinga Inhoudsopgave Inleiding...3 Spelregels muurkaatsen

Nadere informatie

9. De Lessen: Gymnastiek

9. De Lessen: Gymnastiek 32 9. De Lessen: Gymnastiek De lessenreeks gymnastiek bestaat uit zes complete lessen, afgestemd op de doelgroep. Deze lessen worden telkens ingedeeld in vier delen, namelijk deel A, B, C en D. Deel A

Nadere informatie

Groente en fruit in de speelzaal

Groente en fruit in de speelzaal Groente en fruit in de speelzaal Inleiding Niet alleen in de klas, maar ook in de gymles kan er aandacht worden besteed aan het thema groenten en fruit. Dit doen wij door middel van pittenzakjes waarop

Nadere informatie

Werkstuk LO Gym 5,5. Werkstuk door een scholier 1417 woorden 15 februari keer beoordeeld. Gym Werkstuk. Voorwoord

Werkstuk LO Gym 5,5. Werkstuk door een scholier 1417 woorden 15 februari keer beoordeeld. Gym Werkstuk. Voorwoord Werkstuk LO Gym Werkstuk door een scholier 1417 woorden 15 februari 2006 5,5 126 keer beoordeeld Vak LO Gym Werkstuk Voorwoord Elke dinsdag heeft klas 3A een blokuur gym. Dit zijn de twee uurtjes waar

Nadere informatie

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel:

Klap, stamp en sla. Opmerking. Tijd: 1-5 min. Deelnemers: minimaal 2 Materiaal: niets Opstelling: kinderen vormen tweetallen. Verloop van het spel: Klap, stamp en sla Deelnemers: minimaal 2 Opstelling: kinderen vormen tweetallen : De tweetallen tellen om de beurt tot 3. Eerst zegt de één 1, daarna de ander 2 en tot slot nummer één weer 3. Hierna begin

Nadere informatie

De 11+ Een compleet warming-up programma

De 11+ Een compleet warming-up programma De 11+ Een compleet warming-up programma Deel 1 & 3 A A }6m Deel 2 B A: Hardlopen B: Jog terug B! ORGANISATIE A: Running OP HET exercise VELD B: Jog back Het parcours bestaat uit 6 paren evenwijdig geplaatste

Nadere informatie

De stippelspelen.

De stippelspelen. De stippelspelen Igor gaat naar de Stippelspelen, dé wedstrijd voor gestippelde atleten. Wat is er leuker dan het organiseren van Stippelspelen voor je kleuters? Gewoon op school! Natuurlijk is het leuk

Nadere informatie

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg:

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg: Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander Dit spel kan het best in een afgeschermde ruimte gespeeld worden. Verspreid alle ballen door de hele ruimte. Eén speler gaat op de buik op het skateboard liggen

Nadere informatie

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken Lesonderdeel: Vak 1: Mikken Vak 2: Klimmen en rollen Vak 3: Touwtje/hoepel Springen Springen over zelf rondgedraaid touw Gooien, klimmen Bewegingsthema: Springen Klimmen Mikken Groep: 7 8 Lesweek 6 Les

Nadere informatie

CMV Inhoudsopgave

CMV Inhoudsopgave CMV 11-12 Inhoudsopgave 10-bal niveau 2 2 Opslaan tegen de muur 3 Toetsen Level 1 4 CMV niveau 2 5 Estafette 6 Hoge ballen vangen 7 Uitleg CMV niveau 3 8 CMV niveau 3 9 Balparcours 10 Opslaan en vangen

Nadere informatie