Diagnostiek bij de ziekte van
|
|
- Carla Bauwens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 N E U R O L O G I E Diagnostiek bij de ziekte van Alzheimer T R E F W O O R D E N D EMENTIE; ZIEKTE VAN A LZHEIMER; CT; MRI; BLOEDONDERZOEK; EEG, GENETISCH ONDERZOEK; DIAGNOSTIEK. door J.J. Claus en Ph. Scheltens Samenvatting Het valt te verwachten dat de neuroloog in de toekomst vaker geconfronteerd gaat worden met dementie, in het bijzonder de ziekte van Alzheimer. In dit artikel worden de diagnostische criteria voor de ziekte van Alzheimer besproken en van commentaar voorzien. Ook de rol van het aanvullend onderzoek wordt belicht en er worden aanbevelingen voor de algemene praktijk gedaan. Inleiding De prevalentie van de ziekte van Alzheimer verdubbelt vanaf 55 jaar ongeveer per 5 jaar leeftijdstoename, waarbij geschatte aantallen liggen rond 0.4 procent bij personen van 55 tot 59 jaar, oplopend tot 43.2 procent in de leeftijd van 95 jaar en ouder. 1 Bij de algemene bevolking is de ziekte van Alzheimer de meest voorkomende oorzaak van het dementiesyndroom (72 procent), de tweede oorzaak is vasculaire dementie (16 procent), gevolgd door de ziekte van Parkinson (6 procent). 1 De incidentie van de ziekte van Alzheimer toont eenzelfde patroon van exponentiële stijging vanaf de leeftijd van 55 jaar. Het aantal geschatte patiënten met de ziekte van Alzheimer in Nederland is ongeveer , en dit aantal zal waarschijnlijk in de komende decennia verdubbelen. Goede diagnostiek is daarom van groot belang voor de patiënt en verzorger, vooral omdat binnenkort diverse cholinesterase-remmers op de markt zullen komen (of reeds zijn gekomen) voor de symptomatische behandeling. Diagnostische criteria voor de ziekte van Alzheimer Nadat bij een patiënt een dementiesyndroom is vastgesteld wordt uitgezocht wat hiervan de oorzaak is. De DSM-IV criteria 2 voor een dementiesyndroom zijn als volgt: multipele cognitieve afwijkingen met stoornissen in het geheugen met daarbij tenminste één andere cognitieve stoornis (afasie, apraxie, agnosie, of stoornis van uitvoerende functies zoals organiseren, planning, of abstractie); de stoornissen moeten het sociaal of beroepsmatig functioneren beperken; daarbij moet er een achteruitgang zijn ten opzichte van eerder functioneren, en de klachten mogen niet uitsluitend tijdens een delier optreden. Voor het stellen van de diagnose van de ziekte van Alzheimer moet er volgens de DSM-IV criteria sprake zijn van een dementiesyndroom met een geleidelijk begin en progressieve achteruitgang waarbij andere oorzaken voor het dementiesyndroom moeten worden uitgesloten, zoals een andere neurologische aandoening, een systemische ziekte, intoxicaties, of een psychiatrische stoornis. Verder worden de NINCDS-ADRDA (= National Institute of Neurological and Communicative Disorders and Stroke - Alzheimer s Disease and Related Disorders Association) criteria 3 veel gebruikt voor de diagnose van de ziekte van Alzheimer. In tegenstelling tot bij de DSM-IV criteria hoeven de klachten bij de NINCDS-ADRDA criteria niet te interfereren met sociaal of beroepsmatig functioneren. Het dementiesyndroom moet wel worden geobjectiveerd met een neuropsychologische test (zie verder bij cognitieve functies). Deze verschillen leiden tot een hogere specificiteit (0.80 vs 0.65) en lagere sensitiviteit (0.76 vs 0.92) bij de DSM-IV criteria ten opzichte van de NINCDS -ADRDA criteria. Bij de NINCDS criteria wordt verder onderscheid gemaakt tussen een 'definite', 'probable', en 'possible' classificatie van de ziekte van Alzheimer. Bij 'definite' Alzheimer moet de patiënt voldoen aan 'probable' Alzheimer tijdens het leven en aan neuropathologische criteria voor de ziekte post mortem. Een plotseling begin van de ziekte, focale neurologische afwijkingen, insulten of loopstoornissen in het begin van de ziekte maken de diagnose 'probable' Alzheimer minder waarschijnlijk. Consistent met 'probable' Alzheimer N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E NR
2 en daarmee dus geen exclusie-criteria zijn: plateaufasen in het beloop, depressie, slapeloosheid, incontinentie, wanen, hallucinaties, gedragsstoornissen, seksuele functiestoornissen, gewichtsverlies, verhoogde spiertonus, myocloniën, loopstoornissen en insulten in een laat stadium van de ziekte. Bij 'possible' Alzheimer zijn er ook andere mogelijke, maar niet meest waarschijnlijke, oorzaken voor het dementiesyndroom aanwezig, namelijk een atypische presentatie of beloop van de klachten, of aanwezigheid van een progressieve stoornis van één enkele cognitieve functie. De verschillen tussen beide criteria zijn samengevat in Tabel 1. Differentiaal diagnose Is bij een patiënt de diagnose dementiesyndroom gesteld, bijvoorbeeld volgens de meest gebruikte DSM-IV criteria, dan moeten voor het stellen van de diagnose ziekte van Alzheimer andere oorzaken worden uitgesloten. Hierbij geeft het onderscheid corticale versus subcorticale dementie richting aan het zoeken naar een mogelijke oorzaak. De belangrijkste corticale dementieën zijn de ziekte van Alzheimer, de fronto-temporale dementie, en de Lewy body-dementie. Een corticale dementie wordt gekenmerkt door stoornissen in het geheugen, leren met gestoorde herkenning en oriëntatie, afasie, apraxie, of agnosie, met een normaal cognitief tempo. Frontotemporale dementie kenmerkt zich onder andere door stoornissen in gedrag en in uitvoerende functies. 4,5 Bij Lewy-body dementie komen fluctuaties voor in cognitieve stoornissen, visuele hallucinaties, en extrapiramidale afwijkingen. Ondersteunende bevindingen voor deze diagnose zijn herhaaldelijk vallen, wanen, kortdurend bewustzijnsverlies, en overgevoeligheid voor neuroleptica 6. Tabel 1. Belangrijkste verschillen tussen DSM-IV en NINCDS-ADRDA criteria voor de ziekte van Alzheimer. 10 DSM-IV NINCDS-ADRDA 'probable' Alzheimer Achteruitgang in geheugen vereist vereist Afasie, apraxie, agnosie, vereist niet vereist of gestoorde uitvoerende functies Stoornis in tenminste één vereist vereist niet-geheugenfunctie Objectiveren met cognitieve test niet vereist vereist Interferentie met sociaal of vereist niet vereist beroepsmatig functioneren Geleidelijk begin symptomen vereist niet vereist* Begin ziekte tussen 40 en 90 jaar niet vereist vereist Afwezigheid van focale niet vereist niet vereist* neurologische afwijkingen *Een plotseling begin dan wel aanwezigheid van focale neurologische symptomen maken de diagnose 'probable' Alzheimer onzeker of onwaarschijnlijk, maar zijn niet een exclusie criterium voor de diagnose. 16 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E
3 Bij een subcorticale dementie daarentegen, wordt een vertraging gezien in denken en handelen, bovendien geheugenstoornissen met relatief goede herkenning en oriëntatie, en veranderingen in affect. Frontale functiestoornissen kunnen optreden bij zowel een corticale als subcorticale dementie. Gelet wordt op uitvoerende functies (plannen maken, organiseren, doelgericht handelen), gedrag en perseveraties. Voorbeelden van ziekten met subcorticale kenmerken zijn: dementie bij de ziekte van Parkinson of andere extrapiramidale aandoeningen, aandoeningen met witte stof-afwijkingen (zoals de ziekte van Binswanger en CADASIL [=Cerebrale Autosomale Dominante Arteriopathie met Subcorticale Infarcten en Leuko-encephalopathie]), een normale druk hydrocephalus, of depressie. Vasculaire dementie kan zowel corticale als subcorticale verschijnselen hebben en wordt gekarakteriseerd door een plotseling begin van de symptomen waarbij er een tijdsrelatie bestaat met afwijkingen gevonden bij beeldvormend onderzoek. 7 De rol van het aanvullend onderzoek Welk aanvullend onderzoek moet worden aangevraagd bij het vermoeden van de ziekte van Alzheimer? Ofwel, zijn er diagnostische tests die de waarschijnlijkheid van de ziekte van Alzheimer kunnen vergroten? Dit kan worden onderzocht door te bepalen in hoeverre een diagnostische test in staat is deze ziekte te onderscheiden van normale controle personen of patiënten met een andere oorzaak voor dementie. De diagnostische waarde van een test wordt uitgedrukt in sensitiviteit (percentage zieken met een positieve test) en specificiteit (percentage gezonden met een negatieve testuitslag), en positieve predictieve waarde (percentage van personen met een positieve testuitslag die ook daadwerkelijk de ziekte hebben). De diagnostische waarde van een aantal onderzoeken zal hieronder worden besproken, waaronder laboratorium onderzoek, neuropsychologisch onderzoek, beeldvorming (CT, MRI, SPECT), EEG, liquor onderzoek en genetisch onderzoek. Laboratorium onderzoek Bloedonderzoek geeft in meerdere gevallen een mogelijke oorzaak voor het dementiesyndroom, dat op grond van de klinische kenmerken niet kon worden verwacht. 8 Volgens de Nederlandse Consensus 9 moeten de volgende laboratoriumbepalingen standaard bij een patiënt met verdenking op het dementiesyndroom worden verricht: BSE, Hb, Ht, MCV, ery's, leuco's, thrombo's, natrium, kalium, chloor, bicarbonaat, calcium, kreatinine, levertransaminasen, glucose, TSH, vitamine B1 en B12, foliumzuur, VDRL/TPHA. Kanttekening hierbij zijn dat de vitamine B12, foliumzuur en VDRL/TPHA bepalingen in de praktijk vaak zeer weinig opleveren en dat er geen wetenschappelijke evidentie is voor het routinematig screenen hiervan. Neurologisch onderzoek van cognitieve functies De vroegste neuropsychologische afwijkingen zijn waarneembaar in leren en geheugenfuncties, welke dus het meest geschikt lijken voor het detecteren van "vroege Alzheimer". 10 De veel gebruikte MMSE (=Mini Mental State Examination) heeft in een Nederlandse huisartsenpopulatie van patiënten met een dementiesyndroom een redelijke validiteit bij een afkappunt van 23/24 met een sensitiviteit van 0.76 en een specificiteit van De CAM- COG (=de cognitieve test van de CAMDEX) is het meest uitgebreide screeningsinstrument met 8 subscores voor verschillende cognitieve domeinen. 12 Het optimale afkappunt (standaard is 79/80 voor CAMCOG) is evenals bij de MMSE afhankelijk van leeftijd, geslacht en het opleidingsniveau van de patiënt. Een gerichtere screening op specifieke cognitieve functiestoornissen is recent gepubliceerd door Solomon et al. 13 Een combinatie van 4 tests liet een sensitiviteit en specificiteit zien van 1.0 voor het onderscheiden van Alzheimer patiënten en normale controle personen. De 4 tests die in minder dan 10 minuten konden worden afgenomen, waren het tekenen van een klok, oriëntatie voor tijd, fluency (zoveel mogelijk dieren opnoemen in 1 minuut), en visueel geheugen met semantische cues. Het is waarschijnlijk dat dergelijke korte, meer op bekende cognitieve defecten van de ziekte van Alzheimer gerichte, tests in de nabije toekomst worden gebruikt in de klinische praktijk. De bruikbaarheid van deze tests moet echter nog worden bewezen. Uitgebreid neuropsychologisch onderzoek kan in sommige gevallen een bijdrage leveren aan het onderscheiden van dementie en normale veroudering en verder aan het karakteriseren van een dementie als corticaal of subcorticaal. Bij nietdemente personen die wel geheugenklachten hadden, bleek een stoornis in verbaal geheugen en N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E NR
4 neuronen in deze regio vóórdat atrofie is opgetreden. Structureel beeldvormend onderzoek hoeft niet te worden verricht wanneer er absoluut geen twijfel bestaat over de klinische diagnose (dwz. er wordt voldaan aan de criteria voor de ziekte van Alzheimer). Het dient wel te worden uitgevoerd bij twijfel of bij een atypische klinische presentatie met bijvoorbeeld op de voorgrond staande extrapiramidale afwijkingen, gedragsproblemen, of psychiatrische verschijnselen. Amerikaanse criteria voor beeldvormend onderzoek zijn: begin van de ziekte onder 60 jaar, een plotseling begin, focale neurologische afwijkingen, of loopstoornissen. 21 Deze criteria lijken zeker te beperkt geformuleerd aangezien beeldvorming bij 6% van de patiënten een verrassende diagnose opleverde. 21 aandacht onafhankelijke voorspellers voor het krijgen van de ziekte van Alzheimer. 14 Deze testen hebben tot nu toe alleen een plaats in onderzoeksverband. MRI en CT onderzoek In een vroeg stadium van de ziekte van Alzheimer treedt atrofie van de mediale temporale kwab op. Met MRI onderzoek is dit goed te visualiseren. De mate van atrofie correleert met verlies van cognitieve functie. 15 Vermindering van hippocampus volume blijkt te onderscheiden tussen Alzheimer patiënten en gezonde controle personen met een correcte classificatie van 88%, met een sensitiviteit van 70% en een specificiteit van 79%. 16 Als een groep met zowel gezonde personen als nietdementen met minimale geheugenstoornissen als controle groep wordt onderzocht, dan worden vergelijkbare waarden van hippocampale atrofie als diagnostische test gevonden (sensitiviteit 70% en specificiteit 76%). 17 Deze laatste controle groep weerspiegelt juist het beste de klinische praktijk. Bij twijfel over de diagnose kan een positieve testuitslag (afwijkend onderzoek) het vermoeden op het bestaan van de ziekte van Alzheimer wat vergroten, waarbij de MRI superieur is aan SPECT onderzoek. 17 Ook met negatief geanguleerd CT onderzoek kan de mate van mediale temporale atrofie kwalitatief (en in enige mate ook kwantitatief) worden beoordeeld. 18 Mogelijk dat proton MRI spectroscopie 19 of functionele MRI 20 in de nabije toekomst een klinische toepassing krijgt in de diagnostische evaluatie. Op deze manier is een beter beeld te krijgen van het functioneel verlies cq. disfunctioneren van Single photon emission computed tomography (SPECT) SPECT studies meten onder andere regionale, cerebrale perfusie. Echter, bij een hoge specificiteit, die nodig is om geen onterechte diagnose te stellen, is de sensitiviteit slechts rond de 40%. 17,22 De diagnostische winst wordt daarmee zo laag dat SPECT als test bij twijfel over de diagnose niet geschikt is. Een recente studie laat zien dat bij Alzheimer patiënten in een zeer vroeg stadium van de ziekte een vermindering optreedt van cholinerge receptorbinding in de temporo-pariëtale cortex. 23 Deze bevindingen hebben waarschijnlijk meer nut bij het voorspellen wie op behandeling met cholinomimetica reageert dan bij gebruik als diagnostische test. De waarde van regionale, cerebrale perfusie SPECT om onderscheid te maken tussen Alzheimer patiënten en andere oorzaken van dementie, is met een sensitiviteit van 86% en een specificiteit van 73% niet optimaal. 24 Combinatie van SPECT en MRI onderzoek, in de zin van MRI guided SPECT (specifiek van de mediale temporaalkwab), kan deze diagnostische waarde enigszins vergroten. 25 EEG onderzoek Recentelijk is de diagnostische waarde van het EEG onderzocht bij 'probable' Alzheimer patiënten in vergelijking met een heterogene controlegroep, waaronder ook niet-demente personen met minimaal cognitief functieverlies. 26 Het betrof zowel kwantitatief onderzoek van verschillende EEG banden als een kwalitatieve beoordeling van het EEG met vergelijkbare diagnostische waarde. 18 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E
5 Het visueel beoordeeld EEG heeft voor de diagnose ziekte van Alzheimer een sensitiviteit van 67% en een specificiteit van 84%. 26 Dit geeft slechts beperkte ondersteuning voor het gebruiken van het EEG als diagnostische test in de klinische praktijk. Liquor onderzoek Het tau-eiwit in de liquor is bij het merendeel van de Alzheimer patiënten verhoogd ten opzichte van gezonde controle-personen, resulterend in een hoge sensitiviteit. 27 Echter, er bestaat grote overlap met vasculaire dementie met een lage specificiteit als diagnostische test. Er is daarom thans geen plaats voor deze diagnostische test in de routinediagnostiek van de ziekte van Alzheimer. Genetisch onderzoek Het apolipoproteïne E4 (ApoE4) is geassocieerd met een verhoogde kans op het ontstaan van de ziekte van Alzheimer. Het ApoE4 allel lijkt de leeftijd van het ontstaan van de ziekte te verlagen, maar dit is moeilijk te voorspellen. 28 Een groot deel van de personen met het ApoE4 gen krijgt de ziekte van Alzheimer niet op oudere leeftijd. Het hebben van één of twee ApoE4 allelen is dus geen voldoende of noodzakelijke voorwaarde om de ziekte te krijgen. ApoE genotypering is onvoldoende betrouwbaar om het ontstaan van de ziekte van Alzheimer bij gezonde personen te voorspellen. Evenmin kan het worden gebruikt als aanvullend onderzoek bij de diagnostiek. De reden is dat het vinden van één of twee ApoE4 allelen bij een persoon met cognitieve achteruitgang weliswaar de kans dat het gaat om de ziekte van Alzheimer ver- groot, echter deze kansverhoging is klein en klinisch niet relevant. Hierbij speelt ook een rol dat de klinische NINCDS-ADRDA criteria zo'n hoge betrouwbaarheid hebben (80-90%) dat het vrijwel voor elke diagnostische test moeilijk wordt dit hoge betrouwbaarheids-percentage klinisch relevant te overtreffen. Naast het ApoE4 als genetische risicofactor, zijn er thans een aantal genetische mutaties bekend op de chromosomen 21 (ß-amyloïd precursor), 14 (preseniline-1), en 1 (preseniline-2). Vaak gaat het om vele verschillende, individuele mutaties in deze genen bij Alzheimer patiënten onder de 60 jaar. Genetische screening bij jonge patiënten verdacht van de ziekte van Alzheimer levert daarom meestal een negatief resultaat op en is niet zinvol in de klinische praktijk. 29 Conclusie Er is thans nog geen biologische marker voor de ziekte van Alzheimer beschikbaar. De DSM-IV en de NINCDS-ADRDA criteria worden het meest gebruikt voor de klinische diagnose. Met name de NINCDS-ADRDA criteria hebben een hoge betrouwbaarheid. Er zijn momenteel geen diagnostische tests voorhanden die deze betrouwbaarheid zodanig kunnen vergroten dat toepassing in de dagelijkse praktijk gerechtvaardigd is. Ook genetisch onderzoek speelt nog geen rol in het routineonderzoek. Bij elke patiënt dient beperkt laboratorium onderzoek te geschieden. Beeldvormend onderzoek wordt aangevraagd op indicatie, waarbij MRI de voorkeur verdient. A ANWIJZINGEN VOOR DE PRAKTIJK 1 Diagnose ziekte van Alzheimer is een klinische diagnose: er zijn momenteel nog geen biologische markers beschikbaar 2 Bij elke patiënt dient laboratorium onderzoek te geschieden. 3 Alleen op indicatie kunnen de volgende additionele onderzoeken worden gedaan: MRI, CT, ECG, X-thorax, SPECT, EEG. Referenties 1. Ott A, Breteler MMB, van Harskamp F, et al. Prevalence of Alzheimer's disease and vascular dementia: association with education. The Rotterdam Study. Brit Med J 1995;310: American Psychiatric Association. Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders (4th ed) (DSM-IV). American Psychiatric Association McKhann G, Drachman D, Folstein M, Katzman R, Price D, Stadlan EM. Clinical diagnosis of Alzheimer`s disease: report of the NINCDS-ADRDA work group under the auspices of department of health and human services task force on Alzheimer`s disease. Neurology 1984;34: N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E NR
6 4. Roman GC, Tatemichi TK, Erkinjuntti T, et al. Vascular dementia: diagnostic criteria for research studies. Report of the NINDS-AIREN International Workshop. Neurology 1993;43: Jonker C, Postma D, Weinstein HC. Frontaalkwabdementie. Ned Tijdschr Geneeskd 1991;135: Stevens M, Van Swieten JC, Van Duijn CM, Tibben A, Niermeijer MF. Familiaire vormen van frontotemporale dementie. Ned Tijdschr Geneeskd 1995;139: Mega MS, Masterman DL, Benson DF, et al. Dementia with Lewy bodies: reliability and validity of clinical and pathological criteria. Neurology 1996;47: Walstra GJM, Teunisse S, van Gool WA, van Crevel H. Reversible dementia in elderly patients referred to a memory clinic. J Neurol 1997;244: Van Crevel H, Heeren TJ. Herziening consensus diagnostiek bij het dementiesyndroom. Ned Tijdschr Geneeskd 1998;142: Cummings J, Khachaturian Z. Definitions and diagnostic criteria. In: Gauthier S, ed. Clinical diagnosis and management of Alzheimer's disease. Martin Dunitz, London 1996: Eefsting JA, Boersma F, van Tilburg W, van den Brink W. Bruikbaarheid van de "Mini-mental state examination" voor het vaststellen van dementie; onderzoek naar de criteriumvaliditeit in een Nederlandse plattelandspopulatie. Ned Tijdschr Geneeskd 1997;141: Derix MM, Hofstede AB, Teunisse S, et al. CAMDEX-N: The Dutch version of the Cambridge Examination for Mental Disorders of the Elderly with automatic data processing. Tijdschr Gerontol Geriatr 1991;22: Solomon PR, Hirschoff A, Kelly B, et al. A 7 minute neurocognitive screening battery highly sensitive to Alzheimer's disease. Arch Neurol 1998;55: Tierney MC, Szalai JB, Snow WG, et al. Prediction of probable AD in memory-impaired patients: a prospective longitudinal study. Neurology 1996;46: Scheltens P, Leys D, Barkhof F, et al. Atrophy of medial temporal lobes on MRI in "probable" Alzheimer's disease and normal aging: diagnostic value and neuropsychological correlates. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1992;55: Laakso MP, Soininen H, Partanen K, et al. Volumes of hippocampus, amygdala, and frontal lobes in the MRI-based diagnosis of early Alzheimer's disease: correlation with memory functions. J Neural Transm 1995;9: Scheltens P, Launer LJ, Barkhof F, Weinstein HC, Jonker C. The diagnostic value of magnetic resonance imaging and technetium 99m-HMPAO single-photon-emission computed tomography for the diagnosis of Alzheimer's disease in a community-dwelling elderly population. Alzheimer Dis Assoc Disord 1997;11: Jobst KA. Accurate prediction of histologically confirmed Alzheimer's disease and the differential diagnosis of dementia: the use of NINCDS-ADRDA and DSM-III-R criteria, SPECT, X-ray CT, and APO E4 in medial temporal lobe dementias. The Oxford Project to Investigate Memory and Aging. Int Psychogeriatr. 1997; 9(Suppl 1): Schuff N, Amend D, Ezekiel BA, et al. Changes of hippocampal N-acetyl aspartate and volume in Alzheimer's disease. A proton MR spectroscopic imaging and MRI study. Neurology 1997;49: Rombouts SARB, Lazeron RHC, Barkhof F, Machielsen WCM, Witter MP, Scheltens Ph. Functional MRI of the medial temporal lobe in Alzheimer's disease. Neurobiol Aging 1998;19:S Chui H, Zhang Q. Evaluation of dementia: a systematic study of the usefulness of the American Academy of Neurology Practice Parameters. Neurology 1997;49: Claus JJ, van Harskamp F, Breteler MM, et al. The diagnostic value of SPECT with Tc 99m HMPAO in Alzheimer's disease: a population-based study. Neurology 1994;44: Claus JJ, Dubois EA, Booij J, et al. Demonstration of reduced muscarinic receptor binding in early Alzheimer's disease using [I-123] dexetimide SPECT. Eur J Nucl Med 1997;24: (Abstract) 24. Bonte FJ, Weiner MF, Bigio EH, White 3rd CL. Brain blood flow in the dementias: SPECT with histopathologic correlation in 54 patients. Radiology 1997;202: Julin P, Lindqvist J, Svensson L, Slomka P, Wahlund LO. MRI-guided SPECT measurements of medial temporal lobe blood flow in Alzheimer's disease. J Nucl Med 1997;38: Strijers RLM, Scheltens Ph, Jonkman EJ, de Rijke W, Hooijer CH, Jonker C. Diagnosing Alzheimer's disease in community-dwelling elderly: a comparison of EEG and MRI. Dement Geriatr Cogn Disord 1997;8: Andreasen N, Vanmechelen E, Van de Voorde A, et al. Cerebrospinal fluid tau protein as a biochemical marker for Alzheimer's disease: a community based follow up study. J Neurol Neurosurg Psychiatry 1998;64: Jonker C, Schmand B, Lindeboom J, Havekes LM, Launer LJ. Association of Apolipoprotein E-4 to the rate of cognitive decline in demented and non-demented community dwelling elderly. Arch Neurol 1998;55: Blacker B, Tanzi RE. The genetics of Alzheimer's disease. Current status and future prospects. Arch Neurol 1998;55: Correspondentie-adres auteurs: Dr. J.J. Claus, neuroloog i.o. Academisch Medisch Centrum Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam Dr. Ph. Scheltens, neuroloog Academisch Ziekenhuis VU Afdeling Neurologie Postbus MB Amsterdam 20 NR N E D E R L A N D S T I J D S C H R I F T V O O R N E U R O L O G I E
1 Geheugenstoornissen
1 Geheugenstoornissen Prof. dr. M. Vermeulen 1.1 Zijn er geheugenstoornissen? Over het geheugen wordt veel geklaagd. Bij mensen onder de 65 jaar berusten deze klachten zelden op een hersenziekte. Veelal
Nadere informatieSam envatting en conclusies T E N
Sam envatting en conclusies T E N Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies Sinds de zeventigerjaren van de vorige eeuw zijn families beschreven met dominant overervende herseninfarcten,dementie
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 137 138 Het ontrafelen van de klinische fenotypen van dementie op jonge leeftijd In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, komt dementie ook op jonge leeftijd voor. De diagnose
Nadere informatie6 e mini symposium Ouderenzorg
6 e mini symposium Ouderenzorg Aanvullende diagnostiek bij dementie in de 1 e lijn Suzanne Boot, specialist ouderengeneeskunde, kaderarts psychogeriatrie i.o. 28-09-2015 Pagina 1 6 e Mini symposium ouderenzorg
Nadere informatieAD Vroegtijdige diagnostiek en Immunotherapie. F. Vanhee Neurologie AZG
AD Vroegtijdige diagnostiek en Immunotherapie F. Vanhee Neurologie AZG Epidemiologie Geschat aantal dementerenden 1990:90.000 2010: 170.000 2030: 230.000 Epidemiologie 3 4 5 Economics 6 Neuropathologie
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting nelleke tolboom binnenwerk aangepast.indd 161 28-12-2009 09:42:54 nelleke tolboom binnenwerk aangepast.indd 162 28-12-2009 09:42:54 Beeldvorming van Alzheimerpathologie in vivo:
Nadere informatieDe geheugenpolikliniek Snel duidelijkheid als het geheugen niet meer zo helder is
De geheugenpolikliniek Snel duidelijkheid als het geheugen niet meer zo helder is Wilma Knol, klinisch geriater en klinisch farmacoloog 5 juni 2013 De geheugenpoli in Tergooiziekenhuizen 1. Wie komt in
Nadere informatieMRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie
MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie Department of Pediatrics / Child Neurology Center for Childhood White Matter Disorders VU University Medical Center Amsterdam, NL Hersenen en
Nadere informatieWetenschappelijk onderzoek Lewy body dementie
Wetenschappelijk onderzoek Lewy body dementie Wetenschappelijke artikelen 600 500 400 300 200 216 198 232 265 270 257 301 346 341 333 326 362 422 437 429 487 504 100 0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006
Nadere informatieSamenvatting, implicaties en aanwijzingen voor verder onderzoek Dit laatste hoofdstuk geeft een samenvatting van de bevindingen uit dit proefschrift,
Samenvatting, implicaties en aanwijzingen voor verder onderzoek Dit laatste hoofdstuk geeft een samenvatting van de bevindingen uit dit proefschrift, bespreekt de implicaties van deze bevindingen en doet
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Dit hoofdstuk vat de in dit proefschrift beschreven onderzoeken samen. Na de samenvatting van de studies volgen de methodologische overwegingen en klinische implicaties. De ziekte
Nadere informatiehoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5
SAMENVATTING 117 Pas kortgeleden is aangetoond dat ADHD niet uitdooft, maar ook bij ouderen voorkomt en nadelige gevolgen kan hebben voor de patiënt en zijn omgeving. Er is echter weinig bekend over de
Nadere informatieVascular Cognitive Impairment (VCI): cognitieve problemen door vaatschade. de diagnose: vasculaire dementie of vci vci poli.
Casuïstiek Man 62 eigen zaak in kantoormeubilair geheugen en concentratieklachten na TIA Vascular Cognitive Impairment (VCI): cognitieve problemen door vaatschade Geert Jan Biessels Vascular Cognitive
Nadere informatieSummary in Dutch / Nederlandse Samenvatting
Summary in Dutch / Nederlandse Samenvatting 2 In dit proefschrift wordt met behulp van radiologische technieken de veroudering van de hersenen bestudeerd. Hierbij wordt in het bijzonder aandacht besteed
Nadere informatie"Recognition of Alzheimer's Disease: the 7 Minute Screen."
Seven Minute Screen (7MS) Solomon, P. R. and Pendlebury, W. W. (1998) "Recognition of Alzheimer's Disease: the 7 Minute Screen." Meetinstrument Afkorting Auteur Onderwerp Doelstelling Populatie Gebruikers
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/39720 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Hafkemeijer, Anne Title: Brain networks in aging and dementia Issue Date: 2016-05-26
Nadere informatieY.A.L.Pijnenburg, A.Zeeman-Rebel, W.M.van der Flier, R.M.Romkes, F.Gillissen, C.Jonker en Ph.Scheltens*
der gelijke stoornis wel verhoogd en MCI kan in veel gevallen dan ook worden beschouwd als een voorstadium van dementie. Het onderscheiden van cognitieve stoornissen die optreden vóór de leeftijd van 65
Nadere informatieWanneer is dementie erfelijk? Dr. Harro Seelaar Neuroloog-in-opleiding & arts onderzoeker Alzheimercentrum Erasmus MC 14 april 2018
Wanneer is dementie erfelijk? Dr. Harro Seelaar Neuroloog-in-opleiding & arts onderzoeker Alzheimercentrum Erasmus MC 14 april 2018 Opbouw presentatie Wat is dementie Wat is DNA Wat is erfelijkheid Erfelijkheid
Nadere informatie15:40 16:00 uur. Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR. Ouderenpsychiater
5:40 6:00 uur Depressie en dementie RICHARD OUDE VOSHAAR Ouderenpsychiater % psychiatrische problemen bij Alzheimer 60 50 40 30 20 0 0 Zhao et al, J Affect Disord 205 Wanneer spreken van van een depressie?
Nadere informatieParkinson en Dementie
Parkinson en Dementie Alzheimer Café 4 februari 2019 dr. Arthur G.G.C. Korten neuroloog geheugenpolikliniek Laurentius Ziekenhuis Roermond Inhoud De ziekte van Parkinson Dementie Lewy Body Ziekte en Parkinsondementie
Nadere informatieEEG en MEG bij de diagnostiek van cognitieve stoornissen
EEG en MEG bij de diagnostiek van cognitieve stoornissen Alida A. Gouw Neuroloog / klinisch neurofysioloog VU medisch centrum Dementie Update 2018 Disclosures Research support van Boehringer Ingelheim
Nadere informatiePsychiatrische symptomen bij Lewy body ziekten. Groot Haags Geriatrie Referaat April 2017 Marielle Hofman, aios geriatrie
Psychiatrische symptomen bij Lewy body ziekten Groot Haags Geriatrie Referaat April 2017 Marielle Hofman, aios geriatrie Inhoudsopgave Casus Diagnostische criteria Pathofysiologie Psychiatrische symptomen
Nadere informatieBegeleiding van psychische klachten bij revalidatie. dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015
Begeleiding van psychische klachten bij revalidatie dr. Bianca Buijck Coördinator Rotterdam Stroke Service 17 maart 2015 Even voorstellen Psychische klachten: neuropsychiatrische symptomen (NPS) De laatste
Nadere informatie22-9-2014. Nieuwe MRI technieken in dementie diagnostiek Aad van der Lugt. Dementie MR imaging. Dementie Conventionele MR imaging
Nieuwe MI technieken in dementie diagnostiek Aad van der ugt Dementie M imaging MI > CT MI is geindiceerd tijdens diagnostische work-up Conventionele M imaging (Parelsnoer protocol) T1w (3D) FAI / T2w
Nadere informatieDe ziekte van Alzheimer. Diagnose
De ziekte van Alzheimer Bij dementie is er sprake van een globale achteruitgang van de cognitieve functies, zoals het geheugen of de taalfuncties. Deze achteruitgang leidt tot functionele beperkingen in
Nadere informatieNederlandse samenvatting
5 Nederlandse samenvatting FUNCTIONELE EN PERFUSIE MRI BIJ DEMENTIE Dementie kan worden veroorzaakt door een groot aantal verschillende ziekten. De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende neurodegeneratieve
Nadere informatieHandreiking. Dementie
Handreiking Dementie Handreiking Dementie Doelgroep Ouderen met (een verdenking op) geheugen en overige cognitieve stoornissen die van invloed zijn op het dagelijkse leven. Diagnostiek (huisarts, wijkverpleegkundige)
Nadere informatiePathogenese van ziekten 3 Bach BMW De ziekte van Alzheimer
Pathogenese van ziekten 3 Bach BMW De ziekte van Alzheimer Prof.Dr.P.Santens Dienst Neurologie UZ Gent Les 1 Epidemiologie Begripsomschrijving Kliniek Clinicopathologische correlatie Diagnostiek Les 2
Nadere informatieIntegratie van functionele en moleculaire beeldvorming bij de ziekte van Alzheimer
Integratie van functionele en moleculaire beeldvorming bij de ziekte van Alzheimer Achtergrond De ziekte van Alzheimer De ziekte van Alzheimer (Alzheimer s disease - AD) is een neurodegeneratieve ziekte
Nadere informatieNeurodegeneratie vanuit klinisch chemisch perspectief
Neurodegeneratie vanuit klinisch chemisch perspectief Charlotte Teunissen Hoofd Neurologisch Laboratorium en Biobank Afdeling klinische chemie VUmc Amsterdam Inhoud van de presentatie: 1. De ziekte van
Nadere informatieThe Mini-Cog : a cognitive vital signs measure for dementia screening in multilingual
Mini-COG Borson S, Scanlan J, Brush M, et al. (2000) The Mini-Cog : a cognitive vital signs measure for dementia screening in multilingual elderly. Meetinstrument Afkorting Auteur Onderwerp Doelstelling
Nadere informatieRECHTS TEMPORALE variant FTD
COMMON PRACTICE Patroon? EN ANDERE MIMICS VAN ALZHEIMER Patiënt Gebaseerd op waargebeurde verwijzingen/patiënten E.G.B. Vijverberg, neuroloog, AUMC/BRC Casus 1 Casus 1 Patroon? Patiënt (65Y, M) Geheugenproblemen
Nadere informatieNederlandse samenvatting
ADDENDUM Nederlandse samenvatting Introductie Dhr. J., 56 jaar oud, komt naar het Vumc Alzheimercentrum omdat hij toenemende moeite heeft met het vinden van woorden. Zijn klachten ontstonden drie jaar
Nadere informatieVasculaire cognitieve stoornissen. ! concept vci! vci poli! casuïstiek. Casuïstiek. Casuïstiek. Diagnose vasculaire dementie
eigen zaak in kantoormeubilair geheugen en concentratieklachten na TIA Vasculaire cognitieve stoornissen Geert Jan Biessels & Nenne van Kalsbeek Vascular Cognitive Impairment poli UMC Utrecht is dit een
Nadere informatieVroegsignalering bij dementie
Vroegsignalering bij dementie Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Docentenhandleiding voor mbo-zorg onderwijs en bijscholing Contact: Connie Klingeman, Hogeschool Rotterdam c.a.klingeman@hr.nl
Nadere informatieDementie in de palliatieve fase
Dementie in de palliatieve fase Wie zijn wij? Marielle Rooijakkers Karin van Mersbergen Dementie Verzamelnaam voor een combinatie van symptomen waarbij de hersenen, informatie niet meer goed kunnen verwerken.
Nadere informatieDiagnose en classificatie in de psychiatrie
Diagnose en classificatie in de psychiatrie Klinische Validiteit Research Betrouwbaarheid Prof dr Bert van Hemert psychiater en epidemioloog Afdelingshoofd psychiatrie DBC Kosten-baten 2 Diagnosen in de
Nadere informatieIII Identificatie van de geneesheer die verantwoordelijk is voor de behandeling (naam, voornaam, adres, RIZIV-nummer):
BIJLAGE A: Model van formulier voor eerste aanvraag: Formulier voor eerste aanvraag tot terugbetaling van EXELON pleisters voor transdermaal gebruik ( 4680000 van hoofdstuk IV van het K.B. van 21 december
Nadere informatieAd 2 Een depressie op oudere leeftijd kan schuilgaan achter, maar ook samengaan met somatische comorbiditeit.
Dementie Achtergronden bij casusschets 1 (Cora Ritmeijer) Vraag 1: antwoord 1 is juist Zie werkafspraak differentiele diagnostiek. Ad 1 Stil delier wordt vaak niet herkend. Kenmerken: apathie, bewegingsarmoede,
Nadere informatieMeijboom, R. (2017). Imaging of Brain Connectivity in Dementia - Clinical Implications for Diagnosis of its Underlying Diseases.
Meijboom, R. (2017). Imaging of Brain Connectivity in Dementia - Clinical Implications for Diagnosis of its Underlying Diseases. Preseniele dementie (d.w.z. dementie optredend voor het 65 jarige levensjaar)
Nadere informatieWelkom. Publiekslezing dementie 17 februari 2015 #pldementie
Welkom Publiekslezing dementie 17 februari 2015 #pldementie R.H. Chabot, neuroloog Beatrixziekenhuis Rivas Zorggroep DEMENTIE DIAGNOSE EN SYMPTOMEN Inhoud Geheugen Wat is dementie? Mogelijke symptomen
Nadere informatieNederlandse samenvatting proefschrift Renée Walhout. Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose
Nederlandse samenvatting proefschrift Veranderingen in de hersenen bij Amyotrofische Laterale Sclerose Cerebral changes in Amyotrophic Lateral Sclerosis, 5 september 2017, UMC Utrecht Inleiding Amyotrofische
Nadere informatieGeen belangenverstrengeling. Amyloïd PET in de klinische praktijk. ABIDE project 3/27/2018. Arno de Wilde Arts-onderzoeker VUmc Alzheimercentrum
Amyloïd PET in de klinische praktijk ABIDE project Arno de Wilde Arts-onderzoeker VUmc Alzheimercentrum Geen belangenverstrengeling The Alzheimer Center VUmc has received unrestricted funding from: Aegon,
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20126 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Dumas, Eve Marie Title: Huntington s disease : functional and structural biomarkers
Nadere informatieVerschijningsvormen van dementie op jonge leeftijd, verschillen en overeenkomsten Freek Gillissen
Verschijningsvormen van dementie op jonge leeftijd, verschillen en overeenkomsten Freek Gillissen Verpleegkundig consulent dementie Alzheimercentrum VUMC Herkenning preseniele dementie Vroege verschijnselen:
Nadere informatieGenetische counseling Dementie
Genetische counseling Dementie Desiderius Erasmus Alois Alzheimer Erfelijkheid en Dementie Genen in Alzheimer en Frontotemporale Dementie Genetische counseling : waarom, wie, wat, wanneer, hoe? Welk nut
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting In het promotieonderzoek dat wordt beschreven in dit proefschrift staat schade aan de bloedvaten bij dementie centraal. Voordat ik een samenvatting van de resultaten geef zal ik
Nadere informatieHeeft mevrouw Alzheimer?
Heeft mevrouw Alzheimer? Dementie in de dagelijkse praktijk Marieke Perry, huisarts-onderzoeker Radboudumc Herkennen van dementie in de praktijk Mevr. Hendriks - 84 jaar VG: stabiele AP, wervelkanaal stenose,
Nadere informatiede ziekte van Alzheimer
Wanneer het geheugen ons in de steek laat de ziekte van Alzheimer Prof. Dr. Sebastiaan Engelborghs Afdeling Neurologie en Geheugenkliniek ZNA-Middelheim & ZNA-Hoge Beuken Referentiecentrum voor Biologische
Nadere informatieDepressie op latere leeftijd, kenmerken van de hersenen en ECT respons.
NEDERLANDSTALIGE SAMENVATTING Nederlandstalige samenvatting Depressie op latere leeftijd, kenmerken van de hersenen en ECT respons. Inleiding Wereldwijd neemt het aantal mensen met een leeftijd ouder dan
Nadere informatieAuteurs 1. Voorwoord 3
Auteurs 1 Voorwoord 3 D E E L 1 A LG E M E N E A S P E C T E N 5 1 Ziekteconcept en classificatie 7 F.R.J. Verhey, C. Jonker, J.P.J. Slaets 1.1 Geschiedenis 7 1.2 Huidige gezichtspunten 8 1.3 Syndromale
Nadere informatieAnatomische correlaties van neuropsychiatrische symptomen bij dementie
Anatomische correlaties van neuropsychiatrische symptomen bij dementie K.J. Kaland, AIOS klinische geriatrie, Parnassia Groot Haags Geriatrie Referaat 6 februari 2017 Gedragsproblemen bij dementie Behavioral
Nadere informatieBloedtest voor amyloid Drs. Inge Verberk
Alzheimer Centrum Amsterdam De Alzheimer biomarkers Bloedtest voor amyloid Drs. Inge Verberk Dementie Update 21 maart 2019 tangle plaque Tau Amyloid beta i.verberk@vumc.nl Veranderingen van de Alzheimer
Nadere informatieDe ziekte van Alzheimer is een neurodegeneratieve aandoening en de meest voorkomende
Nederlandse samenvatting Ontsteking bij de ziekte van Alzheimer in vivo kwantificatie Achtergrond De ziekte van Alzheimer is een neurodegeneratieve aandoening en de meest voorkomende vorm van dementie.
Nadere informatieVERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht
VERANDERING VAN GEDRAG: EEN PROBLEEM OF NIET? Marieke Schuurmans Verpleegkundige & onderzoeker UMC Utrecht/Hogeschool Utrecht GEDRAG: De wijze waarop iemand zich gedraagt, zijn wijze van doen, optreden
Nadere informatiewww.vub.ac.be/gero DSM-IV
www.vub.ac.be/gero DSM-IV Ontwikkelen van cognitieve stoornissen: waarbij zowel geheugenstoornissen als tenminste 1 van de volgende 4 stoornissen optreden: afasie apraxie agnosie executief functioneren
Nadere informatieDe rol van liquormarkers bij de vroege diagnostiek van de ziekte van Alzheimer
korte bijdrage De rol van liquormarkers bij de vroege diagnostiek van de ziekte van Alzheimer s.j.b. vos, p.j. visser, f.r.j. verhey achtergrond Biomarkers in de liquor cerebrospinalis (csf) worden steeds
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33229 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Rooden, Sanneke van Title: MR imaging in cerebral amyloidoses : entering a new
Nadere informatiePLS is een broertje van ALS
PLS is een broertje van ALS Juni 2018 Wetenschappelijk onderzoek specifiek naar primaire laterale sclerose (PLS) gebeurt slechts op zeer kleine schaal. Deze motorneuronziekte is zo zeldzaam, dat het moeilijk
Nadere informatieNHL symposium. Down & Alzheimer. dr. Alain Dekker Rijksuniversiteit Groningen Universitair Medisch Centrum Groningen
NHL symposium Down & Alzheimer dr. Alain Dekker a.d.dekker@umcg.nl Rijksuniversiteit Groningen Universitair Medisch Centrum Groningen Wat is het verschil tussen dementie en de ziekte van Alzheimer? Dementie
Nadere informatiePosterieure Corticale Atrofie
Posterieure Corticale Atrofie Diagnostiek en ondersteuning 18 juni 2019 Vivianne Teeuwen Verpleegkundig consulente dementie Hoeveel bekendheid is er met PCA? Posterieure Corticale Atrofie Neurodegeneratief
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Nederlandse samenvatting 203 Nederlandse samenvatting Wittere grijstinten Klinische relevantie van afwijkingen in de grijze stof in multipele sclerose, zoals afgebeeld met MRI Multipele sclerose (MS) is
Nadere informatieDementie. Huiveringwekkend?
Dementie Huiveringwekkend? Overzicht Ontvangst en Conclusies Praktijk ervaringen uit de zaal Inleiding in de verschillende vormen van dementie Hoe stel je de diagnose Differentiaal Diagnose: de Drie D
Nadere informatieStand van het Onderzoek naar Dementie en Alzheimer
Stand van het Onderzoek naar Dementie en Alzheimer Christine Van Broeckhoven Neurodegeneratieve Hersenziekten Groep, Department Moleculaire Genetica, VIB, Laboratorium voor Neurogenetica, Instituut Born-Bunge,
Nadere informatieOudere migranten en cognitieve stoornissen en dementie
Oudere migranten en cognitieve stoornissen en dementie Dag van de inhoud dr. J. Witlox, specialismegroep neurocognitieve stoornissen drs. Nour Alkaduhimi, specialismegroep ouderen Mijn moeder is dement
Nadere informatieValidatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners
Validatie van de Depressie lijst (DL) en de Geriatric Depression Scale (GDS-30) bij Verpleeghuisbewoners van Somatische en Psychogeriatrische Afdelingen Validation of the Depression List (DL) and the Geriatric
Nadere informatieCHAPTER 10. Nederlandse samenvatting. I never read, I just look at pictures. Andy Warhol
CHAPTER 10 Nederlandse samenvatting I never read, I just look at pictures Andy Warhol 189 Chapter 10 Inleiding Dementie en de ziekte van Alzheimer Dementie is een syndroom dat gekenmerkt wordt door een
Nadere informatiePrognostische factoren bij de ziekte van Parkinson. Daan Velseboer Afdeling Neurologie AMC, 29 November 2013
Prognostische factoren bij de ziekte van Parkinson Daan Velseboer Afdeling Neurologie AMC, 29 November 2013 Nut van prognostische data De patiënt wil (vaak) weten: Hoe snel zullen mijn klachten toenemen?
Nadere informatieSociale steun. Disclosure. prof. dr. R.C. Oude Voshaar, UMCG Voorspellen ziektelast van Alzheimer dementie 1
Sociale steun Voorspellen ziektelast van Alzheimer dementie 1 Een vergeten aangrijpingspunt voor preventie van cognitieve achteruitgang & dementie? Richard Oude Voshaar Preventieve GGZ van vroeg tot later
Nadere informatieIk ben uit de mode. Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn
Ik ben uit de mode Netwerk Dementie 7 februari 2019 Judith van Tuijn (potentiële) belangenverstrengeling Voor bijeenkomst mogelijk relevante relaties met bedrijven Sponsoring of onderzoeksgeld Honorarium
Nadere informatieLes cinq mots (5W) Meetinstrument Les cinq mots Afkorting. Beoordeling van de cognitieve functies
Les cinq mots (5W) Dubois, B., Touchon, J., Portet, F., Ousset, P. J., Vellas, B., and Michel, B. 9-11- (2002) "["The 5 Words": a Simple and Sensitive Test for the Diagnosis of Alzheimer's Disease]." Meetinstrument
Nadere informatiehersenziekte van diagnose naar zorg workshop wetenschapsdag ForumC zaterdag 20 april 2013
hersenziekte van diagnose naar zorg workshop wetenschapsdag ForumC zaterdag 20 april 2013 overzicht gezond: structuur en functie, netwerken ziekte diagnostiek casus behandeling religie en brein zorg dilemma
Nadere informatieTaalstoornissen bij de Ziekte van Alzheimer. Eva Louwersheimer, arts-onderzoeker Alzheimer Centrum, VUmc
Taalstoornissen bij de Ziekte van Alzheimer Eva Louwersheimer, arts-onderzoeker Alzheimer Centrum, VUmc Ziekte van Alzheimer Auguste D. Alzheimer Ziekte van Alzheimer ~ 260.000 patiënten in Nederland Belangrijkste
Nadere informatieIk heb geen last van mijn geheugen. Ad Hovestadt & Dianne Raaijmakers, neurologen René Jansen & Lia Middeljans, klinisch geriaters
Ik heb geen last van mijn geheugen Ad Hovestadt & Dianne Raaijmakers, neurologen René Jansen & Lia Middeljans, klinisch geriaters Inhoud workshop Diagnostiek van dementie Casuistiek geheugenpoli neuroloog
Nadere informatieGenetica van dementie
Genetica van dementie Dr. Laura Donker Kaat Neuroloog/ AIOS Klinische Genetica l.donkerkaat@erasmusmc.nl l.donker_kaat@lumc.nl Overzicht Wat is een goede familieanamnese? Welke genetische defecten? Wat
Nadere informatieDementies. Dr. F. Vanhee Neuroloog AZ Groeninge
Dementies Dr. F. Vanhee Neuroloog AZ Groeninge Epidemiologie Geschat aantal dementerenden 1990:90.000 2010: 170.000 2030: 230.000 Etiologie: Alzheimer 50-60% Vasculair (Multi infarct) 20-30% Andere (Lewy
Nadere informatieHERZIENING CONSENSUS DIAGNOSTIEK
HERZIENING CONSENSUS DIAGNOSTIEK BIJ HET DEMENTIESYNDROOM mei 997 ORGANISATIE: - Centraal Begeleidingsorgaan voor de Intercollegiale Toetsing IN SAMENWERKING MET: - Nederlandse Vereniging voor Neurologie
Nadere informatieTijdige detectie van dementie - Interventies bij diagnose dementie. Sophie Vermeersch Klinisch neuropsycholoog (MsC)
Tijdige detectie van dementie - Interventies bij diagnose dementie Sophie Vermeersch Klinisch neuropsycholoog (MsC) overzicht Detectie van dementie - cognitieve screening in de eerste lijn - ADL evaluatie
Nadere informatieWat is dementie? Radboud universitair medisch centrum
Wat is dementie? Bij de diagnostiek en behandeling van mensen met dementie werkt het Jeroen Bosch Ziekenhuis nauw samen met het Radboud Alzheimer Centrum in het Radboudumc te Nijmegen. We wisselen voortdurend
Nadere informatieDementie Lezing voor SeniorenRaad Best
Dementie Lezing voor SeniorenRaad Best 15 maart 2018 Serge Roufs Specialist Ouderengeneeskunde Kaderarts psychogeriatrie Sociaal Geriater Curriculum Vitae Geboren en getogen in Eindhoven Eckartcollege
Nadere informatieU Hasselt 2015-01-22. Neurodegeneratieve Hersenziekten: een wetenschappelijke benadering. Inhoud Lezing
Neurodegeneratieve Hersenziekten: een wetenschappelijke benadering. Christine Van Broeckhoven Neurodegeneratieve Hersenziekten Groep, Department Moleculaire Genetica, VIB, Laboratorium voor Neurogenetica,
Nadere informatieVergeetachtigheid. Diagnostiek. AW Wind, H de Vries, YAL Pijnenburg
Diagnostiek Vergeetachtigheid AW Wind, H de Vries, YAL Pijnenburg Van klacht naar probleem Vergeetachtigheid is een klacht waarvoor patiënten vaker dan vroeger naar de huisarts gaan omdat zij niet meer
Nadere informatieDementie, ook u ziet het?! Hanny Bloemen Klinisch Geriater Elkerliek Ziekenhuis Helmond 22 mei 2013
Dementie, ook u ziet het?! Hanny Bloemen Klinisch Geriater Elkerliek Ziekenhuis Helmond 22 mei 2013 Hoeveel mensen in Nederland hebben dementie? 16.5 miljoen Nederlanders; 2.5 miljoen hiervan is 65+ (15%)
Nadere informatieJonge mensen met een dementie: Een bijzondere doelgroep
Jonge mensen met een dementie: Een bijzondere doelgroep Sandra Hazebroek, GZ-Psycholoog Christian Bakker, GZ-psycholoog Florence, Lokatie Mariahoeve Expertisecentrum voor jonge mensen met een dementie
Nadere informatieVascular cognitive impairment
Vascular cognitive impairment De afbeelding kan niet worden weergegeven. Mogelijk is er onvoldoende geheugen beschikbaar om de Geert Jan Biessels VCI poli UMC Utrecht Stroke Centre eigen zaak in kantoormeubilair
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Cha pter 6.0 Nederlandse samenvatting De neuropsychiatrie van de gedragsvariant frontotemporale dementie en psychiatrische stoornissen Gelijkenissen en verschillen. 6.1 Inleiding In de klinische praktijk
Nadere informatie3.3 Delirium. herkend wordt. Onduidelijk is in hoeveel procent het delirium niet, of niet volgens de gangbare richtlijnen, behandeld wordt.
3.3 Delirium Delirium is waarschijnlijk de meest voorkomende neuropsychiatrische stoornis in het algemeen en academisch ziekenhuis, met een prevalentie van 15 tot 50 procent bij opgenomen oudere patiënten.
Nadere informatieVerschillende soorten van dementie. Door: Wim Dorst Geriatrisch verpleegkundige i.o
Verschillende soorten van dementie Door: Wim Dorst Geriatrisch verpleegkundige i.o 2013 Als je het niet meer weet. Wanneer is er sprake van dementie? Als er sprake is van meer dan één stoornis in de cognitieve
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35771 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Palm, Walter Miguel Title: Ventricular dilatation in aging and dementia Issue
Nadere informatieChapter 7. Summary and General Discussion. Nederlandse Samenvatting
Chapter 7 Summary and General Discussion Nederlandse Samenvatting 132 Chapter 7 SAMENVATTING VERTRAGING EN DEPRESSIEVE SYMPTOMEN BIJ OUDERE MENSEN Bij veel diersoorten luidt vertraging het einde van het
Nadere informatieRisicopredictie bij de individuele MCI patiënt
Risicopredictie bij de individuele MCI patiënt Wiesje van der Flier, Ingrid van Maurik, Femke Bouwman, Charlotte Teunissen, Philip Scheltens, Mike Wattjes, Frederik Barkhof, Hans Berkhof Dementie Update,
Nadere informatieDEMENTIE EN HET GENETISCH ONDERZOEK
DEMENTIE EN HET GENETISCH ONDERZOEK Prof. Dr. Julie van der Zee, PhD Neurodegeneratieve Hersenziekten Groep, Department Moleculaire Genetica, VIB, Laboratorium Neurogenetica, Instituut Born Bunge, Universiteit
Nadere informatieDe MMSE bij geriatrische patiënten
De MMSE bij geriatrische patiënten Een kritische blik en guidelines bij een der meest gekende, maar mogelijks ook een der meest verkeerd gebruikte screeningstesten Drs. Michael Portzky UZ Gent/ PC St Jan
Nadere informatieen niet te vergeten... diabetes en cognitie Geert Jan Biessels Vascular Cognitive Impairment Group Afdeling Neurologie UMC Utrecht 1
en niet te vergeten... diabetes en cognitie Geert Jan Biessels Vascular Cognitive Impairment Group Afdeling Neurologie UMC Utrecht 1 Hersenen? dementierisico en DM beloop van cognitief verval individueel
Nadere informatieHet concept cognitieve reserve
Het concept cognitieve reserve Anita van Loenhoud Sommige mensen minder ernstig aangedaan dan anderen - ondanks vergelijkbare hersenschade. Pt 1 Pt 2 Pt 3 Pt 4 Stern (2012), Lancet Neurology Het concept
Nadere informatieDiagnostiek & preventie van dementie
Diagnostiek & preventie van dementie Zeeland, 10 oktober 2013 Eric Moll van Charante, huisarts Afdeling Huisartsgeneeskunde AMC Nadelen vroegdiagnostiek 1. Fout-positieve diagnoses: onduidelijke consequenties
Nadere informatieDr. Teus van Laar UMC Groningen. 25 November 2011, Den Bosch
Dr. Teus van Laar UMC Groningen 25 November 2011, Den Bosch Waarom? Voor wie? Welke mogelijkheden? Resultaten! heden: 50.000 (RIVM) 2005-2025: 47% toename 2025: 73.500 patienten Proc, September 2002,
Nadere informatieEEG tijdens geheugenactivatie een onderzoek naar vroege hersenveranderingen bij de ziekte van Alzheimer en de ziekte van Huntington
EEG tijdens geheugenactivatie een onderzoek naar vroege hersenveranderingen bij de ziekte van Alzheimer en de ziekte van Huntington In Nederland wordt het aantal patiënten met dementie geschat op meer
Nadere informatieOp zoek naar nieuwe behandelingen tegen Alzheimer; De Amsterdamse benadering
Op zoek naar nieuwe behandelingen tegen Alzheimer; De Amsterdamse benadering Dr. Niels Prins 5 e college grote stad en gezondheidszorg Amsterdam, 19 mei 2014 Prevalentie dementie in de EU: 10M Dementie
Nadere informatieCognitieve screeningsinstrumenten. Ellen De Roeck
Cognitieve screeningsinstrumenten Ellen De Roeck Een dementie epidemie Bron: Expertisecentrum dementie Vlaanderen en Alzheimerliga, cijfers van 27/8/2018 3 Vroeg opsporen? Reversibele vormen behandelen
Nadere informatie