Airconditioning VERWARMING AIRCONDITIONING BJ0E - BJ0J - BJ0K - BJ0M - BJ0P - BJ0V FEBRUARI 2004 EDITION NEERLANDAISE RENAULT 2004

Transcriptie

1 Airconditioning VERWARMING BJ0E - BJ0J - BJ0K - BJ0M - BJ0P - BJ0V FEBRUARI 2004 EDITION NEERLANDAISE "De door de constructeur voorgeschreven reparatiemethoden, zoals in dit document beschreven, zijn gemaakt volgens de technische richtlijnen geldend op het tijdstip dat dit document werd samengesteld. Deze methoden zijn aan verandering onderhevig indien de constructeur tussentijds constructiewijzigingen op onderdelen of accessoires heeft aangebracht." RENAULT 2004 Alle auteursrechten zijn voorbehouden aan RENAULT. Reproduceren en/of vertalen, zelfs gedeeltelijk, van dit document evenals het overnemen van de indeling van dit document en/of wijze van aanduiden van de onderdelen is verboden zonder vooraf ontvangen schriftelijke toestemming van RENAULT.

2 Airconditioning Inhoud Blz. 61A VERWARMING Algemeen 61A-1 Werkingsprincipe 61A-5 Pollenfilter 61A-10 Bedieningspaneel voor 61A-12 Bedieningspaneel achter 61A-15 Bedieningskabel 61A-16 Airconditioningseenheid 61A-18 Radiateur 61A-20 Ventilateurmotor voor 61A-24 Ventilateurmotor achter 61A-26 Elektrische bediening voor 61A-28 Elektrische bediening achter 61A-30 Algemeen -1 Producten -4 Werkingsprincipe -5 Pollenfilter -6 Condensor -8 Waterafscheider -12 Compressor -15 Gekalibreerde opening -19 Verdamper -23 Verbindingsleiding -31 Opname element druk -47 Snelheidsregelmodule -50 Motor kringloopklep -52 Motor mengklep -54 Motor luchtverdeling -58 Verdampersonde -61 Binnentemperatuursensor -63 Buitentemperatuursensor -64 Vochtigheidssensor -65 Zonnesensor -66 Luchthoeveelheidssensor -67

3 161A VERWARMING Algemeen 61A LUCHTVERDELING Bestemming van de luchtverdeelroosters in het interieur. 1 Ventilatierooster aan de zijkant links 2 Ontwasemingssleuf zijruit links 3 Ontwasemingssleuven voorruit 4 Centrale ventilatieroosters 5 Bedieningspaneel 6 Ontwasemingssleuf zijruit rechts 7 Ventilatierooster aan de zijkant rechts 8 Verwarming voetenruimte voor 61A-1 Editie 2

4 VERWARMING Algemeen 61A 1 Centrale ventilatieroosters 2 Bedieningspaneel 61A-2 Editie 2

5 VERWARMING Algemeen 61A Verwarming voetenruimte achter. Verwarmingskanaal Plaats de auto op een hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Bouw de betreffende voorstoel uit, (zie hoofdstuk 75A Stoelframes en stelrails voor (Stoel compleet)). Licht de vloerbekleding op. Verwijder het luchtkanaal door het los te maken. N.B.: het is niet nodig om hiervoor het middenconsole uit te bouwen. AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer voorstoel 4,4 61A-3 Editie 2

6 VERWARMING Algemeen 61A 1 Aircohuis 2 Kachelradiateur 3 Deksel van kachelradiateur 4 Ventilateurmotor 5 Luchtinlaathuis 6 Interieurfilter 7 Deksel van het interieurfilter 61A-4 Editie 2

7 VERWARMING Werkingsprincipe 61A BEDIENINGSPANEEL VOOR 1 Toets voor het inschakelen van de thermostatische regeling 2 Toets voor het regelen van de temperatuur links 3 Display 4 Toets voor het regelen van de temperatuur rechts 5 Kringlooptoets en inschakelen van de automatische kringloop 6 Toets voor het uitschakelen van het systeem 7 Toets voor het verdelen van de lucht 8 Toets voor het regelen van de ventilatiesnelheid 9 Toets voor het ontwasemen en het ontdooien van de ruiten 10 Toets voor de achterruitverwarming 61A-5 Editie 2

8 VERWARMING Werkingsprincipe 61A BEDIENINGSPANEEL ACHTER A Regeling van de luchthoeveelheid naar het interieur B Luchtverdeling in het interieur 61A-6 Editie 2

9 VERWARMING Werkingsprincipe 61A AUTO ZONDER VOORRUITVERWARMING ONTDOOIEN - ONTWASEMEN VAN DE ACHTERRUIT AUTO MET ELEKTRISCHE VOORRUITVERWARMING ONTDOOIEN - ONTWASEMEN VAN DE VOORRUIT EN DE ACHTERRUIT Druk op toets (10), het controlelampje (10a) licht op en de symbolen (A) en (B) verschijnen op het display (3). Door deze functie worden de achterruit en de buitenspiegels snel elektrisch ontwasemd. Om deze functie te verlaten: deze functie schakelt automatisch uit na een door het systeem bepaalde tijdsduur, druk nogmaals op de toets (10). FUNCTIE "HELDER ZICHT" Druk op toets (9), het controlelampje licht op en de symbolen (A), (B) en (C) verschijnen op het display (3). Het controlelampje van toets Auto dooft: de luchtverdeling wordt niet langer automatisch geregeld. Met deze functie is het mogelijk de voorruit, de zijruiten, de spiegels en de achterruit snel te ontdooien en ontwasemen. Voor meer rendement is het nodig de automatische werking van de airconditioning (controlelampje 11a brandt) aan te zetten en de kringloopfunctie (controlelampjes 5a en 5b uit) te verlaten. Om deze functie te verlaten: deze functie schakelt automatisch uit na een door het systeem bepaalde tijdsduur, druk nogmaals op de toets (9). 61A-7 Editie 2

10 VERWARMING Werkingsprincipe 61A KRINGLOOP Uitschakelen van de installatie Druk op de toets (6). Het controlelampje licht op. Er verschijnt geen informatie meer op het display (3). De installatie is uitgeschakeld. Deze functie isoleert het interieur van de buitenlucht. Om deze functie te verlaten, druk op toets (1) of (9). De lucht wordt vanuit het interieur aangezogen en zonder toevoeging van buitenlucht teruggevoerd in de auto. In de automatische werkstand, verzorgt het systeem de kringloopstand al naar gelang de luchtvervuiling buiten (uitlaatgassen). Door achtereenvolgens op de toets (5) te drukken, krijgt u de volgende functies: automatische kringloopstand (functielampje 5a brandt), kringloopstand ingesteld (functielampje 5b brandt), buitenlucht (lampjes uit). Bij langdurig gebruik van de kringloopfunctie kunnen de ruiten aan de binnenkant beslaan. Ook zal het in de auto, door gebrek aan frisse lucht, kunnen gaan stinken. Druk daarom opnieuw op toets (5) om de toevoer van buitenlucht of automatische kringloop te herstellen zodra de omstandigheden dat toelaten. 61A-8 Editie 2

11 VERWARMING Werkingsprincipe 61A PERSOONLIJKE INSTELLING VAN DE LUCHTVERDELING Door de zelf ingestelde keuze van de luchtverdeling dooft het functielampje van toets (1) (automatische instelling) maar alleen de luchtverdeling wordt niet meer automatisch gecontroleerd door het systeem. Om weer naar de automatische stand terug te gaan, druk op toets (1). De normale werking van het systeem is automatisch, maar het is mogelijk om de door het systeem gemaakte keuze te veranderen (hoeveelheid lucht, verdeling, enz.). Druk op toets (7) om de automatische stand te verlaten (controlelampje 1a dooft). Er zijn zes keuzes mogelijk voor de luchtverdeling, te verkrijgen door achtereenvolgens op toets (7) te drukken. De pijlen van symbool (D) geven informatie over de ingestelde keuze: de pijl naar boven geeft een luchtstroom aan naar de ontwasemingssleuven van de voorruit, de pijl naar beneden geeft een luchtstroom aan naar de voeten van de inzittenden, de horizontale pijl geeft een luchtstroom aan naar de ventilatieroosters van het dashboard. 61A-9 Editie 2

12 LINKS STUUR VERWARMING Interieurfilter 61A Dit bevindt zich voor de ingang van de buitenlucht, en reinigt de lucht voordat deze in het interieur komt. BELANGRIJK: het is verboden om de stekker van de cd-rom lezer los te maken voordat het systeem helemaal uitgeschakeld is (ongeveer 45 secondes). Open de opbergruimte. Verwijder, indien aanwezig, de cd-lezer van het navigatiesysteem. Maak de stekkerverbindingen los en verwijder de cdlezer. Verwijder de schroeven en stekkers van het dashboardkastje. Bouw het dashboardkastje uit. Verwijder het interieurfilter. Verwijder de twee schroeven (1) van het deksel van het interieurfilter. N.B.: voor het initialiseren van het systeem, raadpleegt u het hoofdstuk "Initialiseren". 61A-10 Editie 2

13 RECHTS STUUR VERWARMING Interieurfilter 61A Dit bevindt zich voor de ingang van de buitenlucht, en reinigt de lucht voordat deze in het interieur komt. BELANGRIJK: het is verboden om de stekker van de cd-rom lezer los te maken voordat het systeem helemaal uitgeschakeld is (ongeveer 45 secondes). Open de opbergruimte. Verwijder, indien aanwezig, de cd-lezer van het navigatiesysteem. Verwijder de twee schroeven van het deksel van het interieurfilter (1). Verwijder het interieurfilter. Maak de stekkerverbindingen los en verwijder de cdlezer. Verwijder de schroeven en stekkers van het dashboardkastje. Bouw het dashboardkastje uit. N.B.: voor het initialiseren van het systeem, raadpleegt u het hoofdstuk "Initialiseren". 61A-11 Editie 2

14 VERWARMING Bedieningspaneel voor 61A Maak de massakabel van de accu los. Wip het achterste deel los van de bekleding achter, door voorzichtig te trekken bij (1) en daarna bij (2). de stofhoes van de versnellingshendel. Wip met een platte schroevendraaier de asbakssteun los aan de voorkant, daarna aan de achterkant (5). Maak los: het voorste deel van de bekleding bij (3), daarna bij (4), Wip de steun van de kaartlezer los aan de bovenkant, daarna aan de onderkant. 61A-12 Editie 2

15 VERWARMING Bedieningspaneel voor 61A BIJZONDERHEID SELECTEURHENDEL AUTOMATISCHE TRANSMISSIE Wip de plaat los van de hefboom (8). Draai de onderkant (6). Klem de plaat van de hefboom vast. Assembleer de twee delen van de hendel: klem het geheel vast. Druk op de ontgrendelknop van de hendel (D); maak de hendel vrij (7). 61A-13 Editie 2

16 VERWARMING Bedieningspaneel voor 61A Trek de steun van het bedieningspaneel - kaartlezer naar buiten om de stekkers (A), (B) en (C) los te maken van het bedieningspaneel en van de kaartlezer. Wip het bedieningspaneel los van zijn steun. N.B.: na aansluiting van de accu, moet u het systeem initialiseren. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-14 Editie 2

17 VERWARMING Bedieningspaneel achter 61A Maak de aanstekersteun los. Verwijder de aansluitingen van de schakelaar van de centrale portiervergrendeling en van de aansteker. Wip het bedieningspaneel los en bouw het uit. Maak de stekker (A) los en bouw de bedieningskabel (B) uit. 61A-15 Editie 2

18 VERWARMING Bedieningskabel 61A Maak de aanstekersteun los. Verwijder de aansluitingen van de schakelaar van de centrale portiervergrendeling en van de aansteker. Wip het bedieningspaneel los en bouw het uit. Maak de stekker (A) los en bouw de bedieningskabel (B) uit. 61A-16 Editie 2

19 VERWARMING Bedieningskabel 61A de middenconsole (zie hoofdstuk 57A "Middenconsole"), de bedieningskabel (C). 61A-17 Editie 2

20 VERWARMING Aircohuis 61A - Het aircohuis (A) is bereikbaar na het uitbouwen van het dashboard en van de versterkingbalk van het interieur. Volg de instructies voor het uitbouwen-inbouwen in hoofdstuk 62 "Uitbouwen - Inbouwen van het verdamperhuis". BELANGRIJK: voordat de stekker van de airbag wordt aangesloten moet de werking van het systeem op de voorgeschreven manier worden gecontroleerd: Controleer of het airbaglampje op het instrumentenpaneel brandt bij contact aanzetten (rekeneenheid ontgrendeld), sluit een loze ontsteker aan op de stekker van elke airbag en controleer of het lampje uitgaat, Zet het contact uit, sluit de stekker van de airbag aan (i.p.v. de loze ontsteker) en bevestig de airbag vast in het stuurwiel. Zet het contact aan, controleer of het lampje 3 secondes oplicht als u het contact aanzet, dan uit gaat en uit blijft. Als het lampje anders reageert, raadpleeg dan hoofdstuk A-18 Editie 2

21 VERWARMING Aircohuis 61A AFSTELLING EN VERDELING VAN KRACHT VAN DE VERWARMING De kracht van de verwarming kan op twee manieren gevarieerd worden, via: de luchthoeveelheid, de luchttemperatuur. De variatie van de luchttemperatuur wordt bereikt door de stand van de luchtmengkleppen te veranderen. In het aircohuis wordt de lucht, afhankelijk van de stand van de luchtmengklep, geleid door de kachelradiateur en vervolgens gemengd met koude lucht om de gewenste luchttemperatuur te krijgen. De verdeling en de verspreiding van de lucht in het interieur worden verzorgd door: een luchtverdeling met vijf standen, vier roosters voorin, twee roosters achterin, twee uitstroomopeningen naar de voetenruimtes voor, twee uitstroomopeningen naar de voetenruimtes achter, een ontwasemingssleuf van de voorruit, twee ontwasemingssleuven van de zijruiten voor. 61A-19 Editie 2

22 LINKS STUUR VERWARMING Radiateur 61A Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. de middenconsole (zie hoofdstuk 57A "Middenconsole"), de centrale ventilateurmotor (zie hoofdstuk "Ventilateurmotor achter"), Verwijder de beschermplaat onder de motor. Tap het koelsysteem af. In het interieur Voor het uitbouwen van de radiateur hoeft het dashboard niet te worden uitgebouwd. de twee kappen aan de zijkant links en rechts, de vier bevestigingsbouten van de versterkingsplaat van de balk, de plaat (C) van de versterking van de balk. 61A-20 Editie 2

23 LINKS STUUR VERWARMING Radiateur 61A het onderste huis van de radiateur door dit nar u toe te trekken (vijf schroeven), Ga voor het inbouwen van de radiateur te werk in omgekeerde volgorde van uitbouwen. BELANGRIJK: monteer de kabelbundel correct zodat deze niet in contact komt met de radiateur (warmtebron). BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). de twee slangklemmen van de slangen van het koelsysteem van de radiateur met een schroevendraaier, de radiateur. 61A-21 Editie 2

24 RECHTS STUUR VERWARMING Radiateur 61A Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. de middenconsole (zie hoofdstuk 57A "Middenconsole"), de centrale ventilateurmotor (schroeven A en B) (zie hoofdstuk "Centrale ventilateurmotor"), Verwijder de beschermplaat onder de motor. Tap het koelsysteem af. In het interieur Voor het uitbouwen van de radiateur hoeft het dashboard niet uitgebouwd te worden. de twee kappen aan de zijkant links en rechts, de vier bevestigingsbouten van de versterkingsplaat (C) van de balk, de plaat van de versterking van de balk. 61A-22 Editie 2

25 RECHTS STUUR VERWARMING Radiateur 61A het onderste huis van de radiateur door dit nar u toe te trekken (vijf schroeven), Ga voor het inbouwen van de radiateur te werk in omgekeerde volgorde van uitbouwen. BELANGRIJK: monteer de kabelbundel correct zodat deze niet in contact komt met de radiateur (warmtebron). BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). de twee slangklemmen van de slangen van het koelsysteem van de radiateur met een schroevendraaier, de radiateur. 61A-23 Editie 2

26 LINKS STUUR VERWARMING Ventilateurmotor voor 61A De ventilateurmotor is toegankelijk via de onderkant van het dashboard. Maak los: de accu, de stekker van de ventilateurmotor (A). Verwijder de bevestigingsbout (B) van de ventilateurmotor. Draai de ventilateurmotor rechtsom los van de groep en bouw hem via de onderkant uit. N.B.: druk bij het lostrekken van de ventilateurmotor met twee voeten de vloerbekleding naar beneden om beschadiging van de ventilateurmotor te voorkomen. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-24 Editie 2

27 RECHTS STUUR VERWARMING Ventilateurmotor voor 61A De ventilateurmotor is toegankelijk via de onderkant van het dashboard. Maak los: de accu, de stekker van de ventilateurmotor (A). Verwijder de steun van de stekker (B). Maak de aansluitingen (C) los. Verwijder de bevestigingsbout (D) van de ventilateurmotor. Draai de ventilateurmotor rechtsom los van de groep en bouw hem via de onderkant uit. N.B.: druk bij het lostrekken van de ventilateurmotor met twee voeten de vloerbekleding naar beneden om beschadiging van de ventilateurmotor te voorkomen. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-25 Editie 2

28 VERWARMING Ventilateurmotor achter 61A De ventilateurmotor is toegankelijk na uitbouwen van de middenconsole. Maak de massakabel van de accu los. de twee kappen aan de zijkant links en rechts, de bevestigingsschroef (B) van het geheel, het geheel van de kabelbundel. Verwijder het geheel. de middenconsole (zie hoofdstuk 57A "Middenconsole"), de bevestigingsschroef aan de zijkant (A) van het geheel, 61A-26 Editie 2

29 VERWARMING Ventilateurmotor achter 61A het voorste deel (1) van de ventilateurmotor, het achterste deel (2) van de ventilateurmotor, de kap (A), de kap (B), de drie bevestigingsbouten (C) van de motor, de twee aansluitingen van de motor, de elektronische module voor het variëren van de snelheid (D). Verwijder de motor. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-27 Editie 2

30 LINKS STUUR VERWARMING Elektrische bediening voor. 61A ELEKTRONISCHE SNELHEIDSREGELMODULE Maak de massakabel van de accu los. Het elektronische snelheidsregelmodule van de ventilateurmotor is bereikbaar via de onderkant van het dashboard. Maak de massakabel van de accu los. de twee bevestigingsschroeven (A) van het huis met weerstanden, de twee stekkers (B) van het huis met weerstanden. N.B.: vergeet niet het opname element van de koppeling op zijn steun te monteren. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-28 Editie 2

31 RECHTS STUUR VERWARMING Elektrische bediening voor. 61A ELEKTRONISCHE SNELHEIDSREGELMODULE Maak de massakabel van de accu los. Het elektronische snelheidsregelmodule van de ventilateurmotor is bereikbaar via de onderkant van het dashboard. Maak de massakabel van de accu los. het opname element van het rempedaal door het kwart slag te draaien, de twee bevestigingsschroeven (A) van de elektronische snelheidsregelmodule, de twee stekkers (B) van de elektronische snelheidsregelmodule. N.B.: vergeet niet het opname element van het rempedaal op zijn steun te monteren. BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). 61A-29 Editie 2

32 VERWARMING Elektrische bediening achter 61A De ventilateurmotor is toegankelijk na uitbouwen van de middenconsole. Maak los: de accu. de twee kappen aan de zijkant links en rechts, Zet de rechter voorstoel naar voren. de aansluitingen (A) van het huis met weerstanden, schroef (B) van de module om deze te verwijderen. de middenconsole (zie hoofdstuk 57A "Middenconsole"). BELANGRIJK: vergeet niet na aansluiting van de accu, de noodzakelijk inlezingen uit te voeren voor een correcte werking van de auto (raadpleeg hoofdstuk 80A). N.B.: voor het uitbouwen van het huis met weerstanden hoeft de ventilateurmotor niet te worden uitgebouwd. 61A-30 Editie 2

33 1 Algemeen -1

34 Algemeen A B C D E F Interieur Motorruimte Buitenlucht Naar luchtmenghuis Schutbord Buitenlucht of kringlooplucht 1 Compressor 2 Condensor 3 Accumulator 4 Opname element druk 5 Gekalibreerde opening 6 Verdamper 7 Kachelventilateur 8 Koelventilateur van de motor 9 Radiateur van de motor 10 Hogedruk vloeistof 11 Lagedruk damp 12 Hogedruk damp -2

35 Algemeen INFORMATIE OVER HET KOUDEMIDDEL Op een etiket in de motorruimte staan de gegevens van het koudemiddel. Meer informatie over dit middel vindt u in het boek "Airconditioning - nieuw koudemiddel R134a". GEBRUIK VAN EEN VULSTATION De "Vel Satis" heeft maar één aansluiting op het aircocircuit. Voor het aftappen, vacuüm trekken en vullen met R134a gas, moet u alleen de hogedrukslang van het vulstation (bijvoorbeeld voor Robinair R134a) gebruiken. Voor alle andere vulstations, volgt u de aanwijzingen van de gebruiksaanwijzing en raadpleegt u de betreffende leverancier. N.B.: Sluit bij elk losmaken van organen de openingen af om het opnemen van vocht in het circuit te beperken. De doppen op de onderdelen mogen om dezelfde reden pas op het laatste moment weggehaald worden. Controleer met behulp van een lekdetector binnen vijf minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Bij alle werkzaamheden aan onderdelen van het aircocircuit moeten de aanwijzingen met betrekking tot het toevoegen van olie stipt worden opgevolgd. -3

36 Producten Motor F4R met turbocompressor Compressor: DELPHI HARISSON V5E Compressorolie DELPHI HARISSON: Hoeveelheid olie 265 cm 3. Gebruik voor het bijvullen PLANETELF PAG 488 olie. Koudemiddel: R134a: 650 g ± 35 Motor G9T Compressor: DELPHI HARISSON V5E Compressorolie DELPHI HARISSON: Hoeveelheid olie 265 cm 3. Gebruik voor het bijvullen PLANETELF PAG 488 olie. Koudemiddel: R134a: 650 g ± 35 Motor V4Y Compressor: CALSONIC KANSEI V6 Compressorolie CALSONIC KANSEI: Hoeveelheid olie 220 cm 3. Gebruik voor het bijvullen PLANETELF PAG 488 olie. Koudemiddel: R134a: 650 g ± 35 Motor P9X Compressor: DENSO 7SBU16 Compressorolie DENSO: Hoeveelheid olie 245 cm 3. Gebruik voor het bijvullen ND OIL 8 olie. Koudemiddel: R134a: 650 g ± 35-4

37 Werkingsprincipe BEDIENINGSPANEEL De regeling moet de gebruikers een stabiele temperatuur garanderen bij alle weersgesteldheden buiten en bij alle gebruiksomstandigheden van de auto. Bovendien zorgt hij voor een goed zicht door de ruiten van de auto. Dit systeem wordt elektronisch geregeld door een in het bedieningspaneel ingebouwde rekeneenheid. 1 Toets voor het inschakelen van de thermostatische regeling 2 Toets voor het regelen van de temperatuur links 3 Display 4 Toets voor het regelen van de temperatuur rechts 5 Kringlooptoets en inschakelen van de automatische kringloop 6 Toets voor het uitschakelen van het systeem 7 Toets voor het verdelen van de lucht 8 Toets voor het regelen van de ventilatiesnelheid 9 Toets voor het ontwasemen en het ontdooien van de ruiten 10 Toets voor de achterruitverwarming 11 Toets voor de airconditioning -5

38 LINKS STUUR Interieurfilter Dit bevindt zich voor de ingang van de buitenlucht, en reinigt de lucht voordat deze in het interieur komt. Verwijder de twee schroeven (1) van het deksel van het interieurfilter. Open de opbergruimte. Verwijder, indien aanwezig, de Cd-lezer van het navigatiesysteem. Maak de stekkers los van de Cd-lezer. Verwijder de schroeven en stekkers van het dashboardkastje. Bouw het dashboardkastje uit. Verwijder het interieurfilter. N.B.: Voor het initialiseren van het systeem, raadpleegt u het hoofdstuk "Initialiseren". -6

39 RECHTS STUUR Interieurfilter Dit bevindt zich voor de ingang van de buitenlucht, en reinigt de lucht voordat deze in het interieur komt. Verwijder de twee schroeven (1) van het deksel van het interieurfilter. Open de opbergruimte. Verwijder, indien aanwezig, de Cd-lezer van het navigatiesysteem. Verwijder het interieurfilter. Maak de stekkers los van de Cd-lezer. Verwijder de schroeven en stekkers van het dashboardkastje. Bouw het dashboardkastje uit. N.B.: Voor het initialiseren van het systeem, raadpleegt u het hoofdstuk "Initialiseren". -7

40 MOTOR F4R/G9T/V4Y Condensor AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer van de leidingen op de condensor 0,8 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. de beschermplaat onder de motor, de spatplaten gedeeltelijk. Verwijder het geheel van schildbumper grille (hiervoor zijn twee monteurs nodig). Maak de stekkers (A) los van de mistlichten (indien aanwezig). Verwijder de twee bevestigingsbouten aan de zijkant (B). Maak de schildbumper gedeeltelijk vrij (zie hoofdstuk 55A). Maak de voeding los van de koplampsproeiers (indien aanwezig). Maak de aircoleidingen los van de condensor en sluit de openingen af. Maak de elektrische aansluiting los van de druksensor (1). het onderste bevestigingsklemmetje van de condensor, de condensor (via de onderkant). -8

41 MOTOR F4R/G9T/V4Y Condensor Controleer of de condensor goed vastzit. Smeer de afdichtingen van de leidingen met de voorgeschreven olie. Inbouwen schildbumper (hiervoor zijn twee monteurs nodig). Sluit aan: het opname element druk, de voeding van de koplampsproeiers (C) (indien aanwezig), de stekkers (D) van de mistlichten (indien aanwezig). Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de condensor, voegt u' 30 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Breng de schildbumper voor de dwarsbalk, en laat de geleideplaten samenvallen met de richtdelen (E). Controleer het goed vastzitten tussen de centreerklemmetjes aan de zijkant en de schildbumper. -9

42 MOTOR P9X Condensor AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoeren van de leidingen op de condensor 0,8 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. de beschermplaat onder de motor, de spatplaten gedeeltelijk. Verwijder het geheel van schildbumper grille (hiervoor zijn twee monteurs nodig). Maak de stekkers (A) los van de mistlichten (indien aanwezig). Verwijder de twee bevestigingsbouten aan de zijkant (B). Maak de schildbumper gedeeltelijk vrij. Maak de voeding los van de koplampsproeiers (indien aanwezig). het geheel van schildbumper grille (hiervoor zijn twee monteurs nodig). de radar (zie het betreffende hoofdstuk), de klemband (A) en (B), de oliekoeler (1) (zie betreffende hoofdstuk), de steun (2) van de oliekoeler, de aircoleidingen van de condensor en sluit de openingen af, het onderste bevestigingsklemmetje van de condensor, de condensor (via de onderkant). -10

43 MOTOR P9X Condensor Controleer of de condensor goed vastzit. Smeer de afdichtingen van de leidingen met de voorgeschreven olie. Monteer de oliekoeler (zie hoofdstuk 19A). Let op dat de ribben van de radiateur en van de condensor bij het inbouwen niet beschadigen, bescherm ze indien nodig. Inbouwen schildbumper (hiervoor zijn twee monteurs nodig). Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de condensor, voegt u' 30 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Sluit aan: de voeding van de koplampsproeiers (C) (indien aanwezig), de stekkers (D) van de mistlichten (indien aanwezig). Breng de schildbumper voor de dwarsbalk, en laat de geleideplaten samenvallen met de richtdelen (E). Controleer het goed vastzitten tussen de centreerklemmetjes aan de zijkant en de schildbumper. -11

44 MOTOR F4RT-G9T Waterafscheider AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer op waterafscheider 0,8 Bout op waterafscheider 0,8 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Maak los van hun steun: het reservoir van de stuurbekrachtiging, de elektroklep van de benzinedampafzuiging (voor motor F4R), het brandstoffilter (voor motor G9T). de twee bouten van de beschermplaat (A), de twee bevestigingen van de leidingen op de waterafscheider, de waterafscheider met zijn steun. Smeer de afdichtingen van de leidingen met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de waterafscheider, voegt u 15 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -12

45 MOTOR V4Y Waterafscheider AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer op waterafscheider 0,8 Bout op waterafscheider 0,8 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. de twee bouten (A) van het luchtinlaatkanaal, het luchtinlaatkanaal, Smeer de afdichtingen van de leidingen met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de waterafscheider, voegt u 15 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. de kabelbundel (B) op het deksel van het luchtinlaathuis. Maak gedeeltelijk de leiding van het ruitensproeierreservoir vrij. het deksel van het luchtinlaathuis, de bout (C) in het luchtinlaathuis, het luchtinlaathuis. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Maak het reservoir van de stuurbekrachtiging vrij. de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging, de twee bevestigingen van de leidingen op de waterafscheider, de waterafscheider met zijn steun. -13

46 MOTOR P9X Waterafscheider AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoeren op waterafscheider 0,8 Bout op waterafscheider 0,8 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de brandstofleidingen (1) en (2) uit. Maak vrij: het stuurbekrachtigingsreservoir, de brandstofleiding (3) met de opvoerpomp, het brandstoffilter. Smeer de afdichtingen van de leidingen met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de waterafscheider, voegt u 15 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Verwijder de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging. Verwijder de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging. de twee bevestigingen van de leidingen op de waterafscheider, de waterafscheider met zijn steun. -14

47 MOTOR F4RT Compressor Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de aandrijfriem hulporganen uit (zie hoofdstuk 07A: "Spanning aandrijfriem hulporganen"). Merk op dat een uitgebouwde riem niet opnieuw mag worden gemonteerd. Een nieuwe compressor wordt gevuld met olie geleverd. BELANGRIJK: : Bij alle werkzaamheden aan onderdelen van het aircocircuit moeten de aanwijzingen met betrekking tot het toevoegen van olie stipt worden opgevolgd. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Zet de bevestigingsbouten van de compressor vast met 2,5 dan.m. Zet de bevestigingsbouten van de aircoleidingen op de compressor vast met 0,8 dan.m. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. de beschermplaat onder de motor, de aircoleidingen op de compressor, de twee stekkers van de compressor. de dwarsstang onder de compressor, de drie bevestigingsbouten van de compressor. Verwijder de compressor. -15

48 MOTOR G9T Compressor Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de aandrijfriem hulporganen uit (zie hoofdstuk 07A: "Spanning aandrijfriem hulporganen"). Merk op dat een uitgebouwde riem niet opnieuw mag worden gemonteerd. Een nieuwe compressor wordt gevuld met olie geleverd. BELANGRIJK: Bij alle werkzaamheden aan onderdelen van het aircocircuit moeten de aanwijzingen met betrekking tot het toevoegen van olie stipt worden opgevolgd. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Zet de bevestigingsbouten van de compressor vast met 2,5 dan.m. Zet de bevestigingsbouten van de aircoleidingen op de compressor vast met 0,8 dan.m. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. de beschermplaat onder de motor, de aircoleidingen op de compressor en sluit de openingen af, de twee stekkers van de compressor. de dwarsstang onder de compressor, de drie bevestigingsbouten van de compressor. Verwijder de compressor. -16

49 MOTOR P9X Compressor Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de aandrijfriem hulporganen uit (zie hoofdstuk 07A: "Spanning aandrijfriem hulporganen"). Merk op dat een uitgebouwde riem niet opnieuw mag worden gemonteerd. de dwarsstang onder de compressor, de drie bevestigingsbouten van de compressor. Een nieuwe compressor wordt gevuld met olie geleverd. de beschermplaat onder de motor, de aircoleidingen (1) op de compressor en sluit de openingen af, de moer (2) van de aircoleiding. BELANGRIJK: Bij alle werkzaamheden aan onderdelen van het aircocircuit moeten de aanwijzingen met betrekking tot het toevoegen van olie stipt worden opgevolgd. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Zet de bevestigingsbouten van de compressor vast met: 2,5 dan.m, voor de twee bouten die boven elkaar liggen aan de kant van de aandrijfriem hulporganen, 5 dan.m, voor de bout bij het oliefilter. Zet de bevestigingsbouten van de aircoleidingen op de compressor vast met 2,1 dan.m. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). de stekkerverbindingen (A), de stekkerverbindingen (B), de twee klemmetjes (C) van de kabelbundel, de klem (D) van de olieleiding van de stuurbekrachtiging, de moer van de aircoleiding (E), N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -17

50 MOTOR V4Y Compressor Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de aandrijfriem hulporganen uit (zie hoofdstuk 07A: "Spanning aandrijfriem hulporganen"). Merk op dat een uitgebouwde riem niet opnieuw mag worden gemonteerd. de luchtinlaatleiding (zie hoofdstuk : "Accumulator Motor V4Y"), de beschermplaat onder de motor, de bevestigingen (1) van de aircoleidingen op de compressor. Maak de leidingen los van de compressor. Een nieuwe compressor wordt gevuld met olie geleverd. BELANGRIJK: Bij alle werkzaamheden aan onderdelen van het aircocircuit moeten de aanwijzingen met betrekking tot het toevoegen van olie stipt worden opgevolgd. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Zet de bevestigingsbouten van de compressor vast met een aantrekkoppel tussen 6,96 en 8,92 dan.m. Zet de bevestigingsbouten van de aircoleidingen op de compressor vast met 2,1 dan.m. de stekkers (B) van de compressor, de vier bevestigingsbouten van de compressor. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -18

51 MOTOR F4RT De Vel Satis is uitgerust met een gekalibreerde opening als ontlastventiel. Gekalibreerde opening Open de klemband (D) die de aircoleiding op zijn plaats houdt. de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging, de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging. Draai de wartel (C) los. Maak de aircoleiding los. Verwijder de gekalibreerde opening met behulp van een tang met lange bek. A verdamperzijde B condensorzijde AANTREKKOPPELS (in dan.m) Wartel van de gekalibreerde opening 2,1 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Maak het reservoir van de stuurbekrachtiging (1) en de drukregelaar (2) vrij. Vervang de afdichting van de leiding en smeer deze met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de gekalibreerde opening, voegt u 10 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -19

52 MOTOR G9T Gekalibreerde opening De Vel Satis is uitgerust met een gekalibreerde opening als ontlastventiel. Open de klemband (D) die de aircoleiding op zijn plaats houdt. de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging, de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging. Draai de wartel (C) los. Maak de aircoleiding los. Verwijder de gekalibreerde opening met behulp van een tang met lange bek. A verdamperzijde B condensorzijde AANTREKKOPPELS (in dan.m) Wartel van de gekalibreerde opening 2,1 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Maak het reservoir (1) van de stuurbekrachtiging en de drukregelaar vrij. Vervang de afdichting van de leiding en smeer deze met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de gekalibreerde opening, voegt u 10 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -20

53 MOTOR V4Y Gekalibreerde opening De Vel Satis is uitgerust met een gekalibreerde opening als ontlastventiel. Bouw het geheel deksel-luchtkamer uit. Maak het reservoir (1) van de stuurbekrachtiging vrij. de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging, de steunplaat (2) van het reservoir van de stuurbekrachtiging. Draai de wartel (C) los. Maak de aircoleiding los. A verdamperzijde B condensorzijde AANTREKKOPPELS (in dan.m) Wartel van de gekalibreerde opening 2,1 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Bouw de luchtinlaatleiding uit (zie hoofdstuk : "Waterafscheider motor V4Y"), Vervang de afdichting van de leiding en smeer deze met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de gekalibreerde opening, voegt u 10 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -21

54 MOTOR P9X Gekalibreerde opening De Vel Satis is uitgerust met een gekalibreerde opening als ontlastventiel. Open de klemband (D) die de aircoleiding op zijn plaats houdt. de twee bouten van de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging, de steunplaat van het reservoir van de stuurbekrachtiging. Draai de wartel (C) los. Maak de aircoleiding los. Verwijder de gekalibreerde opening met behulp van een tang met lange bek. A verdamperzijde B condensorzijde AANTREKKOPPELS (in dan.m) Wartel van de gekalibreerde opening 2,1 Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircocircuit af met behulp van het vulstation. Maak het reservoir (1) van de stuurbekrachtiging en de drukregelaar vrij. Vervang de afdichting van de leiding en smeer deze met de voorgeschreven olie. Vul het aircosysteem met een daarvoor bestemd vulstation. Bij het vervangen van de gekalibreerde opening, voegt u 10 ml van de voorgeschreven olie toe in de compressor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -22

55 LINKS STUUR Verdamper AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bout van balk 2,1 Bout aan zijkant van balk 0,8 Wartel op schutbord 0,8 Alleen voor de uitvoeringen F4R met turbocompressor Zet de auto op een tweekolomshefbrug om het voorste deel van het hitteschild van de uitlaat naar achter te verplaatsen. Voor alle uitvoeringen Tap het aircosysteem af met een vulstation voor R134. Verwijder de beschermplaat onder de motor. Tap het koelsysteem af. LET OP: Volg nauwgezet de instructies van hoofdstuk 88C voor het werken aan de airbags. Maak de massakabel van de accu los. Verwijder de bevestigingen van het hitteschild van de motor en druk dit een beetje opzij voor het werken aan de moeren van de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord. -23

56 LINKS STUUR Verdamper In het interieur de stuurkolom (zie hoofdstuk 36B: "Stuurkolom") de middenconsole (zie hoofdstuk 57A: "Middenconsole"), de centrale ventilateurmotor, het dashboard (zie hoofdstuk 57B: "Dashboard"), de gehele kabelbundel, de zekeringen-/relaispla(a)t(en), de spraakmaker (afhankelijk van de uitvoering), de moeren van de plaat (B) van de versterkingsbalk, de plaat. de bout (1) van de portiervanger om de bout (D) van de balk te kunnen vastzetten, de bevestigingsbouten (F) en (G) van de versterkingsbalk. In de motorruimte Alleen voor de uitvoeringen F4R met turbocompressor Draai de bout (A) van de koppel-reactiestang los zodat u de plaat (B) kunt draaien om gemakkelijker te kunnen werken aan twee bevestigingsmoeren van de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord. de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord en sluit de openingen af, de versterkingsbalk, het aircohuis. -24

57 LINKS STUUR Verdamper het interieurfilter, de ventilateurmotor, de drie bevestigingsbouten van de kringloopklep. Bouw de verdamper uit. Open het aircohuis (F) volgens onderstaand schema. N.B.: De uitgang van het condenswater bevindt zich onder het hitteschild van de uitlaat. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. -25

58 LINKS STUUR Verdamper BELANGRIJK: Om beschadiging van de bedrading te voorkomen is het van groot belang dat deze correct wordt gemonteerd. Inbouwen van het dashboard Voor het monteren van het dashboard, plaatst u de bedrading van de tweeters, van het display en van de zonnesensor. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -26

59 RECHTS STUUR Verdamper AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bout van balk 2,1 Bout aan zijkant van balk 0,8 Wartel op schutbord 0,8 Alleen voor de uitvoeringen F4R met turbocompressor Zet de auto op een tweekolomshefbrug om het voorste deel van het hitteschild van de uitlaat naar achter te verplaatsen. Voor alle uitvoeringen Tap het aircosysteem af met een vulstation voor R134. Verwijder de beschermplaat onder de motor. Tap het koelsysteem af. LET OP: Volg nauwgezet de instructies van hoofdstuk 88C voor het werken aan de airbags. Maak de massakabel van de accu los. Verwijder de bevestigingen van het hitteschild van de motor en druk dit een beetje opzij voor het werken aan de moeren van de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord. -27

60 RECHTS STUUR Verdamper In het interieur de stuurkolom (zie hoofdstuk 36B: "Stuurkolom") de middenconsole (zie hoofdstuk 57A: "Middenconsole"), de centrale ventilateurmotor, het dashboard (zie hoofdstuk 57B: "Dashboard"), de gehele kabelbundel, de zekeringen-/relaispla(a)t(en), de spraakmaker (afhankelijk van de uitvoering), de moeren (B) van de plaat van de versterkingsbalk, de plaat. de zekeringen-/relaisplaat (F), de bout (1) van de portiervanger om de bout (D) van de balk te kunnen vastzetten, de bevestigingsbouten (F) en (G) van de versterkingsbalk. In de motorruimte Alleen voor de uitvoeringen F4R met turbocompressor Draai de bout (A) van de koppel-reactiestang los zodat u de plaat (B) kunt draaien om gemakkelijker te kunnen werken aan twee bevestigingsmoeren van de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord. de aircoleidingen bij de verbinding met het schutbord en sluit de openingen af, de versterkingsbalk, het aircohuis. -28

61 RECHTS STUUR Verdamper de twee slangklemmen (E) en maak de twee slangen van het koelsysteem los, de twee mengklepmotors (zie hoofdstuk : "Mengklepmotors"), de bouten (1), Bouw de schroeven (3) uit. Bouw het bovenste deel van het aircohuis uit. Bouw de schroeven (4) uit. de bouten (2). -29

62 RECHTS STUUR Verdamper Bouw de verdamper uit. Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. BELANGRIJK: Om beschadiging van de bedrading te voorkomen is het van groot belang dat deze correct wordt gemonteerd voordat het dashboard wordt ingebouwd. Inbouwen van het dashboard Voor het monteren van het dashboard, plaatst u de bedrading van de tweeters, van het display en van de zonnesensor. N.B.: De uitgang van het condenswater bevindt zich onder het hitteschild van de uitlaat. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. -30

63 MOTOR F4RT Leidingen Zet de auto op een tweekoloms hefbrug. Maak de massakabel van de accu los. Tap het aircosysteem af met een vulstation voor R134a. HOGEDRUKLEIDING TUSSEN COMPRESSOR EN CONDENSOR Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Bij het vervangen van een slang, voegt u 10 ml olie toe, of bij een groot lek (slang gescheurd) 100 ml. AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer op condensor 0,8 Bout op compressor 0,8 LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. de beschermkappen, de beschermplaat onder de motor, de schildbumper voor (zie hoofdstuk 55A: "Uitbouwen schildbumper voor"), de bevestigingsmoer op de condensor (zie hoofdstuk : "Condensor"), de stang onder de compressor, de twee bevestigingsbouten op de compressor, de leiding. Sluit alle openingen af met doppen. -31

64 MOTOR F4RT Leidingen HOGEDRUKLEIDING TUSSEN CONDENSOR EN VERDAMPER AANTREKKOPPELS (in dan.m) de beschermplaat onder de motor, gedeeltelijk de luchtgeleideplaat die aan de schildbumper vastzit, Bevestigingsmoer bij de verbinding met het schutbord 0,8 Bout op condensor 0,8 Wartel van de gekalibreerde opening 2,1 de bevestigingsmoer (C) op de condensor. (Plaats het motorsteungereedschap Mot ). de beschermkappen, de twee hitteschilden (alleen verplaatsen) (zie hoofdstuk : "Verdamperhuis"), de steun (A) van de kap rechts. Maak het reservoir (B) van de stuurbekrachtiging los. de steun van het stuurbekrachtigingsreservoir (D), de moer van de leiding (1) op de afscheider en maak de leiding los van de afscheider. Draai de wartel (E) los. de koppel-reactiestang (F) aan de bovenkant, de kap (G) van de pendelophanging. -32

65 MOTOR F4RT Leidingen Maak de benzineslangen (2) gedeeltelijk vrij Voor de aantrekkoppels van de pendelophanging en de reactiestang, zie hoofdstuk 19D: "Pendelophanging". Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Bij het vervangen van een slang, voegt u 10 ml olie toe, of bij een groot lek (slang gescheurd) 100 ml. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). de bevestigingsmoer op de verdamper bij de verbinding met het schutbord, N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. de leiding. Sluit alle openingen af met doppen. -33

66 MOTOR F4RT Leidingen LAGEDRUK SLANG TUSSEN VERDAMPER EN WATERAFSCHEIDER AANTREKKOPPELS (in dan.m) Bevestigingsmoer bij de verbinding met het schutbord 0,8 Bout op waterafscheider 0,8 Auto op een hefbrug: Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Bij het vervangen van een slang, voegt u 10 ml olie toe, of bij een groot lek (slang gescheurd) 100 ml. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. de beschermkappen, de twee hitteschilden (alleen verplaatsen) (zie hoofdstuk : "Verdamperhuis"), (Plaats het motorsteungereedschap Mot ). de koppel-reactiestang aan de bovenkant, de pendelkap, Maak de benzineslangen gedeeltelijk vrij de bevestigingsmoer op de verdamper bij de verbinding met het schutbord, de bout op de waterafscheider, de leiding. Sluit alle openingen af met doppen. -34

67 MOTOR F4RT Leidingen LAGEDRUK SLANG TUSSEN WATERAFSCHEIDER EN COMPRESSOR AANTREKKOPPELS (in dan.m) Moer op waterafscheider 0,8 Bevestigingsbout op compressor 0,8 Auto op een hefbrug: Smeer de afdichtingen van de slangen met de voorgeschreven olie. Bij het vervangen van een slang, voegt u 10 ml olie toe, of bij een groot lek (slang gescheurd) 100 ml. LET OP: Sluit de accu aan; voer de noodzakelijke inlezingen uit (zie hoofdstuk 8). N.B.: Controleer met behulp van een lekdetector binnen 5 minuten na het vullen of het systeem niet lekt, met draaiende motor en de airconditioning en de kachelventilateur op maximum. Verwijder de kappen. Maak het reservoir van de stuurbekrachtiging los. de bevestigingsmoer op de waterafscheider. de bevestigingsbout op de compressor, de leiding. Sluit alle openingen af met doppen. -35