REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID"

Transcriptie

1 REÏNTEGRATIE BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID Onderzoek naar werkhervatting, arbeidscapaciteit en reïntegratiehulp bij werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden Januari 2003 drs G.J.M. Jehoel-Gijsbers (Bureau Jehoel-Gijsbers) ir C.G.L. van Deursen (AStri)

2 II INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING I 1 INLEIDING Achtergrond van het onderzoek De vraagstelling voor dit rapport Vergelijking tussen 1999 en Aandacht voor verschillende groepen Ontwikkelingen in het reïntegratiebeleid Opbouw van het rapport 8 2 WERKHERVATTING EN UITVAL Inleiding Mate en stabiliteit van werkhervatting Mate van werkhervatting Stabiliteit van werkhervatting De werkhervatters Werkhervatting en persoonskenmerken Werkhervatting en gezondheidskenmerken Werkhervatting en kenmerken van voormalig werk Werkhervatting en reïntegratiegedrag De uitvallers Uitval en persoonskenmerken Uitval en gezondheidskenmerken Uitval en kenmerken arbeidsverleden Uitval en reïntegratiegedrag Kenmerken van werk na werkhervatting Werkhervatting bij oude of nieuwe werkgever Kenmerken van werkhervatting bij nieuwe werkgever Kenmerken van werkhervatting bij oude werkgever De werksituatie circa 8 maanden na afloop van ziektejaar Ontwikkeling sinds invoering van Wet Rea Samenvatting en conclusies 56 3 INSCHATTING ARBEIDSCAPACITEIT Inleiding Wat is er gevraagd? Inschatting arbeidscapaciteit door niet-werkenden Inschatting huidige arbeidscapaciteit 63

3 III Inschatting toekomstige arbeidscapaciteit Inschatting arbeidscapaciteit en WAO-klasse Inschatting arbeidscapaciteit bij gedeeltelijk werkzamen Inschatting arbeidscapaciteit en andere kenmerken Kans op werk voor niet-werkenden Houding ten aanzien van werken Zoekactiviteiten Vergelijking tussen 1999 en Samenvatting en conclusies 86 4 HULP BIJ REÏNTEGRATIE Inleiding Procedure voor hulp bij reïntegratie Hulp bij terugkeer naar werk Reïntegratiehulp door UWV De intakefase bij UWV Soort reïntegratiehulp door UWV Begeleiding door het reïntegratiebedrijf De markt van reïntegratiebedrijven Intakefase bij het reïntegratiebedrijf Soort reïntegratiehulp door reïntegratiebedrijf Evaluatie van de reïntegratiehulp Beoordeling van intake en begeleiding Wachttijden Effect van ondersteuning door reïntegratiebedrijf Bekendheid met Wet Rea en begeleidingsmogelijkheden Vergelijking tussen 1999 en Samenvatting en conclusies REÏNTEGRATIE-INSTRUMENTEN Inleiding Het reïntegratie-instrumentarium Toepassing van reïntegratie-instrumenten Inleiding Reïntegratie-instrumenten oude werkgever Instrumenten waarvoor Rea-subsidie kan worden aangevraagd Bij wie worden instrumenten toegepast? Effecten van toepassing reïntegratie-instrumenten Vergelijking tussen 1999 en Samenvatting en conclusies 145

4 IV LITERATUUR 149 BIJLAGE 1 ACHTERGRONDEN EPIDEMIOLOGIEONDERZOEK 151 BIJLAGE 2 EXTRA TABELLEN BEHOREND BIJ HOOFDSTUK 2 153

5 I SAMENVATTING Achtergrond Periodiek onderzoek onder 12-maandszieken Het onderzoek dat aan dit rapport ten grondslag ligt, maakt deel uit van het project Epidemiologie van de Arbeidsongeschiktheid dat in 1985 is gestart en dat inhoudt dat er met tussenperiodes van 2 tot 4 jaar een groot onderzoek wordt verricht naar langdurig arbeidsongeschiktheid. Sinds de meting in 1991 bestaat de onderzoeksgroep uit werknemers die een vol jaar geheel of gedeeltelijk ziekteverzuim achter de rug hebben, de 12-maandszieken genoemd. De laatste meting vond plaats in februari 2002 toen een schriftelijke enquête is uitgevoerd onder ruim werknemers die in augustus maanden waren ziek gemeld. Van hen kreeg 77 procent een WAO-uitkering toegekend. Deze enquête vond anderhalf jaar na hun ziekmelding plaats. Twee maanden later zijn van hen tevens telefonisch geënquêteerd. De informatie uit de schriftelijke en telefonische enquête van 2002 vormen de basis van dit rapport. Aandacht voor reïntegratie In de onderzoeken van het Epidemiologieproject wordt informatie ingewonnen over een groot aantal onderwerpen waarover in de reguliere UWV-statistieken geen of onvoldoende informatie beschikbaar komt. Het middel van enquêteonderzoek biedt bovendien de mogelijkheid om te vragen naar het oordeel en de ervaringen van de 12- maandszieken zelf. Een in elke meting terugkerend onderwerp is de reïntegratie van 12-maandszieken. Hierbij wordt niet alleen gevraagd naar de feitelijke werkhervatting, maar ook naar de inschatting van reïntegratiemogelijkheden, naar de activiteiten die men ontplooit om aan het werk te komen en naar de begeleiding bij terugkeer naar werk die men van instanties ontvangt. De aandacht voor reïntegratie is - onder invloed van de WAO-discussie - steeds meer toegenomen. Daarmee is ook de informatiebehoefte over dit onderwerp groot. Reden om in deze meting hieraan een aparte rapportage te wijden, waarin de diverse aspecten van reïntegratie van 12-maandszieken uitgebreid worden besproken en waarbij ook de zienswijze van de 12-maandszieken aan de orde komt 1. 1 Daarnaast heeft UWV nog twee andere rapporten gepubliceerd op basis van het onderzoek van 2002: Van ziekmelding tot WAO (Van Deursen en Van der Burg, 2002) en Aan de poort van de WAO in 2001: achtergronden en trends (Molenaar-Cox en Van Deursen, 2002).

6 II Inhoud van het rapport De hierboven genoemde aspecten van reïntegratie worden hoofdstuksgewijs besproken. In hoofdstuk 2 komt de feitelijke werkhervatting van 12-maandszieken aan bod, waarbij - onder andere - ingegaan wordt op de stabiliteit van werkhervatting (uitval) en de kenmerken van werkhervatters. In hoofdstuk 3 wordt voor de 12-maandszieken die niet werken ingegaan op hun mogelijkheden tot werkhervatting, waarbij - onder andere - onderscheid wordt gemaakt in hervatting in het oude of in ander werk, bij de oude of bij een nieuwe werkgever. Hoofdstuk 4 bespreekt de reïntegratiehulp die 12- maandszieken hebben ontvangen van UWV en reïntegratiebedrijven, waarna in hoofdstuk 5 de toepassing van reïntegratie-instrumenten aan bod komt. Alle informatie is gebaseerd op de eigen opgave van de 12-maandszieken, hetgeen betekent dat de verstrekte gegevens niet altijd zullen corresponderen met de administratieve gegevens van UWV. Elk hoofdstuk sluit af met een uitgebreide samenvatting en een conclusie. Hieronder worden de belangrijkste bevindingen samengevat. De onderzoeksresultaten Werkhervatting door 12-maandszieken Werkhervatting is in dit onderzoek ruim gedefinieerd. Het omvat: volledige hervatting in het oude werk, gedeeltelijke hervatting in minder uren en/of met minder taken, ander werk bij de oude werkgever, werken bij een andere werkgever, therapeutisch werken, werken met behoud van uitkering, proefplaatsing. Anderhalf jaar na ziekmelding is bijna de helft werkzaam, meestal bij de oude werkgever Als werknemers na een ziekmelding gedurende 12 maanden ziek gemeld blijven, wil dat nog niet zeggen dat zij al die tijd niet werken. Meer dan de helft van de onderzoeksgroep heeft tijdens het ziektejaar het werk weer opgepakt, waarvan echter ruim een kwart tijdens dat jaar weer is uitgevallen (dit is 17 procent van de totale groep 12- maandszieken). Bij afloop van het ziektejaar werkt ruim 40 procent en een half jaar later is dat opgelopen tot 46 procent. De groep met een volledige WAO-uitkering werkt - uiteraard - het minst vaak, maar toch altijd nog 20 procent van hen is anderhalf jaar na ziekmelding werkzaam; van de groep zonder WAO-uitkering werkt 61 procent, van de groep met een gedeeltelijke WAO-uitkering 66 procent. De werksituatie anderhalf jaar na ziekmelding betreft vaak een gedeeltelijke hervatting (bij circa 60 procent); men is vaak werkzaam in ander werk (62 procent) of men werkt op een lager functieniveau (21 procent). Het merendeel (81 procent) van de werkhervatters is - anderhalf jaar na ziekmelding - weer bij de oude werkgever aan de slag.

7 III Vooral vangnetgevallen hervatten bij nieuwe werkgever; vaak in tijdelijk dienstverband Bijna 20 procent van de werkhervatters keert niet terug naar de oude werkgever. Vooral 12-maandszieken die geen werkgever hebben die voor hun reïntegratie verantwoordelijk is (de vangnetgevallen), komen in geval van werkhervatting bij een nieuwe werkgever terecht. Een groep die opvallend weinig bij een nieuwe werkgever gaat werken zijn de 12-maandszieken van UWV-Uszo. Als men bij een nieuwe werkgever hervat (of als zelfstandige, freelancer gaat werken), gebeurt dat vaak pas na afloop van het ziektejaar en gaat dat vaak gepaard met verandering van sector (bij 63 procent). Driekwart van de werkhervattingen betreft een flexibel dienstverband (tijdelijk, uitzend- of oproep, zelfstandig of freelance, en dergelijke). Ondanks stapsgewijze werkhervatting valt eenderde weer uit Niet alle werkhervattingspogingen zijn succesvol. Eén op de drie 12-maandszieken die na ziekmelding weer aan het werk is gegaan, is - anderhalf jaar na ziekmelding - opnieuw uitgevallen. Bovendien zegt circa 20 procent van degenen die op dat moment wel werkzaam zijn, dat zij veel moeite hebben het werk vol te houden. Deze groep zou gezien kunnen worden als potentiële uitvallers. Enig rekenwerk leert dan dat - anderhalf jaar na ziekmelding - ruim eenderde deel (37 procent) van de 12- maandszieken probleemloos aan het werk is; dit wil zeggen zonder al te groot risico op uitval. Dat ruim eenderde deel na werkhervatting uitvalt, lijkt wellicht hoog gezien de geleidelijkheid, het stapsgewijze proces waarmee werkhervatting bij de oude werkgever plaatsvindt. Vrijwel iedereen begint immers op therapeutische basis en in minder uren dan voor ziekmelding. Vaak is er ook sprake van minder taken dan voorheen, ander werk of aanpassing van de werkplek. Naarmate het hervattingsproces vordert, worden de voorwaarden afgebouwd (met uitzondering van ander werk en aanpassing van de werkplek ), maar toch nog altijd ruim een kwart van de werkhervatters bij de oude werkgever werkt anderhalf jaar na ziekmelding op therapeutische basis en ruim de helft werkt dan nog steeds in minder uren dan voor ziekmelding.

8 IV Werkhervatting en uitval gaan nauwelijks samen met wijziging van arbeidsongeschiktheidsklasse bij UWV Verondersteld zou kunnen worden dat werkhervatting en uitval kunnen leiden tot wijziging in de arbeidsongeschiktheidsklasse. Immers: werkhervatting kan een teken zijn van toename van verdiencapaciteit, en uitval van een afname daarvan. Uit het onderzoek blijkt echter dat de WAO-klasse zoals die bij UWV staat geregistreerd sinds de WAO-beoordeling nauwelijks veranderd is voor werkhervatters en uitvallers. Deze bevindingen sporen niet geheel met wat de respondenten zelf zeggen: circa een kwart van de werkhervatters en van de uitvallers heeft naar eigen zeggen te maken gehad met een wijziging van WAO-klasse. Van de groep die zegt volledig in het oude werk te zijn hervat (dit betreft 8 à 9 procent van alle 12-maandszieken), staat nog steeds bijna de helft bij UWV als WAO-er geregistreerd, terwijl dat volgens eigen opgave een vijfde deel is. Mogelijke verklaringen voor deze verschillen tussen UWVregistratie en eigen opgave zijn: de 12-maandszieke denkt loon te ontvangen terwijl de WAO-uitkering via de werkgever wordt verstrekt; voor de werkende staat bij UWV een zogenaamde nuluitkering vermeld; de UWV-administratie loopt achter. Naast gezondheid veel andere factoren die samenhangen met werkhervatting en uitval De laatste tijd wordt nogal eens geconstateerd dat een substantieel deel van ziekmeldingen niet het gevolg is van ziekte, maar van andere factoren. Analoog hieraan blijkt uit dit onderzoek dat werkhervatting (en uitval) bij 12-maandszieken niet altijd of niet alleen samenhangt met gezondheidsherstel (en verslechtering van gezondheid). Naast gezondheidskenmerken blijkt een groot aantal andere kenmerken van de persoon, van het voormalige bedrijf, van het arbeidsverleden en van het reïntegratiegedrag van werkgever en werknemer van invloed op werkhervatting en op uitval 2. Zo is er sprake van meer werkhervatting en minder uitval bij de groep die meer financiële verantwoordelijkheid draagt: kostwinners en de middelste leeftijdsgroep (35 tot 55 jaar). Hetzelfde geldt voor de 12-maandszieken met een stabiel, duurzaam arbeidsverleden, afkomstig uit een groot en goedlopend bedrijf, die een werkgever hebben die verantwoordelijk is voor hun reïntegratie en waarbij de werkgever naar het oordeel van de werknemer vaker voldoende heeft gedaan ten behoeve van de reïntegratie. Zij hervatten vaker dan de rest en vallen minder uit. Het duidelijkst komt dit verschil tot uiting bij de vangnetgevallen: 25 procent van hen heeft - een half jaar na afloop van het ziektejaar - het werk hervat terwijl dat bij de niet-vangnetgevallen 51 procent is; 55 procent behoort tot de uitvallers versus 33 procent bij de niet-vangnetgevallen. Uiteraard blijft gezondheid wel een zeer belangrijke factor: driekwart van degenen die hun gezondheid als goed beoordelen, is aan het werk en slechts 19 procent is na werkhervatting uitgevallen. Dit betekent echter ook dat circa een kwart van de groep 2 Voor een volledig overzicht wordt verwezen naar het schema in paragraaf 2.7.

9 V die zegt dat ze een (zeer) goede gezondheid hebben en aangeven dat hun gezondheid het voorgaande jaar is verbeterd - anderhalf jaar na ziekmelding - niet werkzaam is, terwijl van de groep die aangeeft een slechte gezondheid te hebben, toch nog 12 procent aan het werk is. Het omgekeerde treffen we aan bij de uitvallers: bij een slechte (of slechter geworden) gezondheid is men na werkhervatting vaak uitgevallen (circa driekwart), maar ook bijna een op de vijf met een goede gezondheid (of een verbetering in de gezondheid) is met werken gestopt. De hoofddiagnose, ingedeeld naar psychische-, bewegings- en overige klachten blijkt niet van belang. Wel van belang zijn enkele specifieke ziekten die daaronder vallen: zo gaan 12-maandszieken die zich met RSI-klachten hebben ziek gemeld veel vaker aan het werk (en vallen na hervatting minder vaak uit) dan mensen met rugklachten. Ziekgemelden vanwege overspannenheid hervatten veel minder (en vallen meer uit) dan degenen met een burn-out. Arbeidscapaciteit van 12-maandszieken die niet werken Ruim de helft van de 12-maandszieken is - anderhalf jaar na ziekmelding - niet werkzaam. Aan deze niet-werkenden is gevraagd of zij zich in staat achten in het oude werk of in ander werk te hervatten. Klein deel denkt in het oude werk te kunnen hervatten, circa de helft denkt dat hervatting in ander werk mogelijk is Hervatting in het oude werk wordt door slechts een klein deel van de 12- maandszieken mogelijk geacht, ook wanneer de mogelijkheid bestaat tot aanpassing van het werk. Afhankelijk van de vraagstelling gaat het om 11 à 17 procent van de niet-werkenden. Voor ander werk zien de niet-werkenden duidelijk meer mogelijkheden: circa de helft denkt nu of in de toekomst in staat te zijn tot ander werk. Daarbij acht men wel vaak aanpassingen noodzakelijk, zoals korter werken, in een langzamer tempo werken of werk met minder fysieke belasting. In totaal zou ruim de helft (54 procent) van de niet-werkenden - naar eigen inschatting - met onmiddellijke ingang aan het werk kunnen gaan. Dit is wel vaak onder voorwaarden, die echter niet zo ingewikkeld lijken dat zij een onoverkomelijke belemmering vormen voor werkhervatting.

10 VI Bijna de helft van de groep met volledig WAO acht zich tot onmiddellijke werkhervatting in staat Er blijkt nauwelijks verschil naar WAO-klasse als het gaat om de inschatting van arbeidscapaciteit voor het oude werk. Deze is voor alle WAO-klassen gering. Voor ander werk schat de groep zonder WAO of met een gedeeltelijke WAO-uitkering hun arbeidscapaciteit duidelijk hoger in dan de groep met een volledige WAO-uitkering. Dit geldt zowel voor onmiddellijke werkhervatting als voor werkhervatting in de toekomst. Maar toch altijd nog 43 procent van de groep met een volledige WAO-uitkering denkt dat zij onmiddellijk aan het werk zou kunnen, óf in het oude óf in ander werk, eventueel onder bepaalde voorwaarden. Hoewel de beoordeling volledig WAO alleen betekent dat men geen resterende verdiencapaciteit heeft, maar nog wel over resterende arbeidscapaciteit kan beschikken, komt dit percentage van 43 als hoog voor. Voor zover de oorzaken hiervan in dit onderzoek waren na te gaan, lijkt de meest plausibele verklaring te zijn dat er een verbetering van gezondheid na de WAO-beoordeling is opgetreden. Deze verbetering heeft blijkbaar (nog) niet geleid tot een herbeoordeling. Inschatting arbeidscapaciteit vooral bepaald door gezondheid De arbeidscapaciteit die de niet-werkende 12-maandszieken zichzelf toeschrijven, blijkt voor een groot deel samen te hangen met de gezondheid zoals men die op het moment van enquête ervaart. Van degenen die hun algemene gezondheidssituatie als goed bestempelen, denkt circa een kwart het oude werk in de toekomst te kunnen hervatten en denkt circa driekwart dat zij ander werk zouden kunnen gaan doen. Ook jongeren en hoog opgeleiden denken vaak arbeidscapaciteit te hebben. Dit kan deels worden verklaard uit het feit dat deze groepen een betere gezondheid hebben dan de rest. Dat de 12-maandszieken van UWV-Uszo, degenen met een vast en langdurig dienstverband hun arbeidscapaciteit voor ander werk relatief gering inschatten, wordt deels veroorzaakt doordat deze groepen ouder en daarmee samenhangend ongezonder zijn. De inschatting van de arbeidscapaciteit door de niet-werkenden lijkt niet afhankelijk van maatschappelijke rolopvattingen over wie meer of minder de plicht heeft tot werken: er zijn immers geen (grote) verschillen tussen mannen en vrouwen, en tussen kostwinners en niet-kostwinners. Deze bevindingen blijken een gevolg van het feit dat binnen de groep mannen en binnen de groep vrouwen kostwinnerschap op een tegengestelde manier samenhangt met de inschatting van arbeidscapaciteit. Mannelijke niet-kostwinners lijken in hun inschatting sterk op vrouwelijke kostwinners (beide groepen schatten hun arbeidscapaciteit relatief hoog in), en mannelijke kostwinners op vrouwelijke niet-kostwinners (beide groepen schatten hun arbeidscapaciteit relatief laag in). De geringe arbeidscapaciteit bij niet-werkende mannelijke kostwinners kan worden verklaard uit het feit dat mannelijke kostwinners in grotere mate het werk hebben hervat dan de rest en dat de resterende groep niet-werkenden daarom een ge-

11 VII ringere arbeidscapaciteit heeft ( afroming ). Voor vrouwelijke niet-kostwinners (die ook een geringe arbeidscapaciteit zeggen te hebben) gaat deze redenering echter niet op. Hoge arbeidsmoraal, grote mate van concessiebereidheid De meerderheid van de 12-maandszieken geeft aan belang te hechten aan het hebben van betaald werk. Dit geldt zowel voor werkenden als niet-werkenden. De nietwerkenden lijken bovendien een grote mate van concessiebereidheid te hebben. Dit houdt in dat zij bereid zijn om concessies te doen aan het werk of werkomstandigheden ten behoeve van werkhervatting. Wellicht speelt sociale wenselijkheid een rol bij de beantwoording van dit soort vragen (we hebben helaas geen vergelijking van andere respondentgroepen). De (beperkte) verschillen tussen mannen en vrouwen die er ten aanzien van concessiebereidheid worden gevonden, passen in de traditionele rolopvattingen. Vrouwen zijn vaker dan mannen bereid minder te gaan verdienen of een baan onder hun niveau te nemen en willen vaker dan mannen alleen maar aan het werk als het een leuke baan is. Mannen zijn weer meer bereid buiten de woonregio werk te zoeken. Ruim een kwart van niet-werkenden zoekt naar werk Ruim een kwart (29 procent) van de niet-werkenden is op zoek naar werk. Dat de meerderheid niet actief zoekt, zou voor de hand liggen als het hier 12-maandszieken betreft die geen arbeidscapaciteit meer denken te hebben. Echter ook van de groep die zegt dat zij onmiddellijk ander werk zouden kunnen verrichten zoekt 30 procent niet. Van de groep die zichzelf een goede gezondheid toeschrijft, zoekt de helft niet. Relatief vaak wordt er gezocht door degenen zonder WAO-uitkering (zij hebben ook volledige verdiencapaciteit), en door de groep die geen werkgever heeft om op terug te vallen (vangnetgevallen). Verklaring voor dit laatste kan zijn, dat vangnetgevallen - een half jaar na afloop van het ziektejaar - veel minder aan het werk zijn dan de rest (25 versus 51procent). De overgebleven niet-werkende vangnetgevallen hebben daardoor meer arbeidscapaciteit. Kansen op werk als gering ingeschat Terwijl ruim de helft van de niet-werkende 12-maandszieken zichzelf voldoende arbeidscapaciteit toedicht om te werken, schatten zij hun kans op het vinden van werk als gering in. Dit geldt zowel voor de kans op werk bij de oude werkgever als bij een nieuwe werkgever: 10 procent denkt binnen het half jaar bij de oude werkgever aan de slag te kunnen en 17 procent acht de kans reëel dat dit bij een nieuwe werkgever lukt. De groep zonder WAO-uitkering, en dus met volledige verdiencapaciteit, is wat positiever dan de rest over het vinden van werk bij een andere werkgever, maar negatiever over werkhervatting bij de oude werkgever. Waarschijnlijk geldt dat als er mogelijkheden bij de oude werkgever waren geweest, deze inmiddels al benut zouden

12 VIII zijn. Hulp bij reïntegratie In dit rapport is de reïntegratiehulp volgens het tweede spoor onderzocht. Dit is hulp bij terugkeer naar werk zoals die door UWV en reïntegratiebedrijven wordt gegeven. Deze hulp kan in principe op elk moment ingaan, maar komt meestal aan de orde naar aanleiding van de WAO-beoordeling (tegen het einde van het eerste ziektejaar). Op de reïntegratie volgens het eerste spoor, dit wil zeggen reïntegratiehulp door werkgever en diens bedrijfsarts, wordt in het rapport Van ziekmelding tot WAO (Van Deursen & van der Burg, 2002) ingegaan. Bijna de helft van de totale groep 12-maandszieken heeft met UWV contact gehad over hulp, een vijfde deel wordt begeleid door reïntegratiebedrijf Het aanbieden van hulp bij terugkeer naar werk komt in verschillende stappen tot stand, waarbij - zoals te verwachten - telkens een deel afvalt. Van de totale groep 12-maandszieken 3 : - heeft 43 procent met UWV gesproken over de mogelijkheid van hulp bij reïntegratie; - heeft 33 procent ook daadwerkelijk een aanbod van UWV gekregen, waartoe ook verwijzing naar een reïntegratiebedrijf wordt gerekend; - heeft 25 procent contact gehad met een reïntegratiebedrijf; - ontvangt 20 procent op het op het moment van enquête (acht maanden na afloop van het ziektejaar) hulp van een reïntegratiebedrijf. De eigen inzet van de 12-maandszieken speelt ook een belangrijke rol in het reïntegratieproces: een deel vraagt zelf om reïntegratiehulp (17 procent). Van de groep die een intakegesprek bij UWV heeft gehad, zegt bijna 40 procent zelf een voorstel voor het type ondersteuning te hebben gedaan. Bij de intakegroep van het reïntegratiebedrijf is dat tweederde deel. 3 Het gaat om de totale groep; dit is dus inclusief degenen voor wie reïntegratiehulp niet zinvol is (degenen die geen hulp nodig hebben of die geen resterende arbeidscapaciteit meer hebben).

13 IX Aanbod van hulp spoort grotendeels met criteria voor hulp Niet iedereen komt in aanmerking voor reïntegratiehulp door UWV of een reïntegratiebedrijf. De groep 12-maandszieken die op eigen kracht aan het werk kan (fase 1- cliënten) heeft geen hulp nodig. Ook degenen die over zulke geringe mogelijkheden beschikken dat werkhervatting (vrijwel) is uitgesloten (fase 4-cliënten), wordt geen hulp geboden, tenzij zij daar zelf uitdrukkelijk op aandringen. Het spoort dan ook met deze criteria dat degenen die bij afloop van het ziektejaar werken wel even vaak als de niet-werkenden contact hebben gehad over ondersteuning, maar uiteindelijk veel minder vaak ondersteuning hebben gekregen. Vervolgens zien we binnen de groep niet-werkenden verschillen naar inschatting van de arbeidscapaciteit die sporen met de criteria: degenen die denken dat zij waarschijnlijk niet meer aan het werk komen (fase 4), krijgen minder hulp dan degenen die zichzelf nog wel kansen geven. Echter uit het onderzoek blijkt ook dat circa een kwart van degenen die acht maanden na afloop van het ziektejaar niet werken, geen aanbod voor hulp heeft ontvangen, terwijl dat - gezien hun arbeidscapaciteit - voor hen waarschijnlijk wel mogelijk zou zijn geweest. Omdat zij op dat moment nog steeds niet werken, is het niet waarschijnlijk dat het hier om fase 1-cliënten gaat. Waarom deze groep geen hulp heeft ontvangen, kon in dit onderzoek niet worden nagegaan. Hoog opgeleiden, 50-plussers en de groep met een volledige WAO-uitkering ontvangen minder vaak ondersteuning. Dit kan eveneens worden verklaard uit de criteria: de eerstgenoemde groep zal vaker tot fase 1 behoren, de twee andere groepen vaker tot fase 4. Groep van UWV-Uszo ontvangt het minst ondersteuning tweede spoor, vangnetgevallen het meest De 12-maandszieken van UWV-Uszo ontvangen in zeer geringe mate ondersteuning van UWV zelf of van een reïntegratiebedrijf: slechts 13 procent heeft van UWV-Uszo een aanbod gehad (bij de mannen is dat zelfs maar 4 procent) en 9 procent wordt door een reïntegratiebedrijf begeleid. Een verklaring voor deze geringe percentages is dat een relatief groot deel van de 12-maandszieken van UWV-Uszo op het moment van WAO-beoordeling het werk al bij de oude werkgever heeft hervat (56 procent). Opmerkelijk hoog daarentegen ligt het aandeel met reïntegratiehulp bij de vangnetgevallen. Bij alle stappen in het reïntegratieproces tweede spoor scoren zij hoger dan de niet-vangnetgevallen. Zij hebben vaker contact gehad met UWV of reïntegratiebedrijf, vaker een aanbod, vaker een intakegesprek en zij hebben ook vaker zelf om begeleiding gevraagd. Uiteindelijk worden zijtwee keer zo vaak als de nietvangnetgevallen (34 versus 17 procent) door een reïntegratiebedrijf begeleid naar werk. Een verklaring hiervoor is wellicht dat hun reïntegratiemogelijkheden tijdens het ziektejaar niet voldoende zijn benut, omdat zij geen werkgever hebben die verantwoordelijk is voor hun reïntegratie (hetgeen blijkt uit het gering percentage werkenden bij afloop van het ziektejaar).

14 X Reïntegratiehulp van reïntegratiebedrijf positief beoordeeld Zowel de reïntegratiehulp van UWV als van het reïntegratiebedrijf wordt gemiddeld genomen als voldoende beoordeeld. Daarbij zijn de rapportcijfers die de 12- maandszieken geven voor het reïntegratiebedrijf wel wat hoger dan voor UWV. Dit is ook plausibel omdat het bij de groep die door een reïntegratiebedrijf wordt begeleid gaat om een selectie uit de UWV-groep, met meer gerichte ondersteuning. Bijna de helft van de degenen die door een reïntegratiebedrijf worden begeleid geeft een 8 of hoger. Een goede voorbereiding bij de doorverwijzing door UWV blijkt van belang voor een positief oordeel over het reïntegratiebedrijf. Over het effect van de reïntegratiehulp wordt door de reeds werkzamen minder positief gedacht als door de niet-werkzamen: circa de helft van de reeds werkzamen die zijn begeleid, is van mening dat de ondersteuning aan hun werkhervatting heeft bijgedragen; van de niet-werkzamen denkt driekwart dat de reïntegratiehulp hun werkhervatting zal bevorderen. Wellicht heeft deze laatste groep de reïntegratiehulp ook harder nodig: op eigen kracht is het immers na ruim anderhalf jaar niet gelukt. Driekwart van intake bij reïntegratiebedrijf binnen drie maanden na afloop ziektejaar; helft vindt wachttijd te lang De helft van de groep met ondersteuning vindt dat ze te lang hebben moeten wachten voordat ze bij het reïntegratiebedrijf terecht konden. Toch lijkt het niet zo dat de feitelijke wachttijden erg lang zijn: driekwart van de intakegesprekken bij het reïntegratiebedrijf heeft binnen drie maanden na afloop van het ziektejaar plaatsgevonden en bij bijna driekwart (70 procent) van degenen die een intakegesprek bij een reïntegratiebedrijf hebben gehad, heeft dit gesprek binnen twee maanden na het gesprek met de arbeidsdeskundige van UWV plaatsgehad. UWV hanteert een maximum van twee maanden als leidraad. Reïntegratie-instrumenten Onder reïntegratie-instrumenten worden in dit onderzoek zowel de instrumenten verstaan waarvoor in het kader van de Wet Rea een subsidie kan worden aangevraagd, als instrumenten die door de oude werkgever - vaak op eigen kosten - worden toegepast. De eerstgenoemde instrumenten duiden we in het vervolg aan als Reainstrumenten. In hoeverre hiervoor ook werkelijk gebruik gemaakt is van Rea-subsidie kon in dit onderzoek echter niet worden nagegaan. Werkhervatting bij oude werkgever gaat vrijwel altijd gepaard met toepassing van reïntegratie-instrumenten oude werkgever Vrijwel iedereen (98 procent) die bij de oude werkgever is hervat, heeft dat gedaan

15 XI met bepaalde voorzieningen of onder bepaalde voorwaarden gedaan. De meerderheid (86 procent) start op therapeutische basis en 70 procent begint in minder uren dan voor ziekmelding. Bij circa de helft van de werkhervatters worden bij de start taken door anderen overgenomen of worden de werkzaamheden in een lager tempo verricht. Het minst toegepaste instrument is aanpassing van het werk aan de klachten: dat gebeurt bij een kwart van de hervatters. Bedoeld als reïntegratie-instrumenten (dus om werkhervatting te stimuleren), blijken ze in de meeste gevallen ook nog te gelden acht maanden na afloop van het ziektejaar, wanneer de meeste werkenden toch al weer geruime tijd aan het werk zijn. Alleen het werken op therapeutische basis is flink afgenomen tot 27 procent. Rea-instrumenten worden bij circa de helft van de 12-maandszieken toegepast Bij 48 procent van de 12-maandszieken is sinds ziekmelding sprake (geweest) van de inzet van reïntegratie-instrumenten die in aanmerking kunnen komen voor een Reasubsidie. Vaak gaat het om een beroepskeuze- of psychologische test, scholing, werken met behoud van uitkering en aanpassing van de werkplek. Vaak vindt toepassing plaats nadat de 12-maandszieke er zelf om heeft gevraagd. Vooral scholing is vrijwel niet toegepast zonder verzoek van de cliënt zelf (83 procent heeft er om gevraagd). Rea-instrumenten vooral voor de kansrijken; instrumenten oude werkgever vooral voor 12-maandszieken met binding Een deel van de Rea-instrumenten is alleen van toepassing als er sprake is van daadwerkelijk werkhervatting, een ander deel van de instrumenten is gericht op de niet-werkzamen met als doel werkhervatting te bevorderen. Bij de niet-werkzamen is bij ruim een derde deel een Rea-instrument ingezet. Bij de werkhervatters is dat bij bijna tweederde het geval; iets vaker bij een nieuwe dan bij de oude werkgever. Dat Rea-instrumenten zo vaak bij werkhervatting worden toegepast, brengt met zich mee dat het vooral de kansrijken zijn bij wie een dergelijk instrument wordt toegepast: jongeren, hoog opgeleiden, niet volledig arbeidsongeschikt en met een relatief goede gezondheid. De 'reïntegratie-instrumenten oude werkgever' worden vooral ingezet voor de groep die binding heeft, hetzij aan werkgever, hetzij privé: de mannelijke kostwinner, de 35 tot 55 jarigen, de groep met een vast dienstverband en de ambtenaren. Maar ook voor hoog opgeleiden en de groep met een goede gezondheid (groepen met goede verwachtingen ten aanzien van de arbeidsproductiviteit) wordt door de oude werkgever vaker de mogelijkheid geboden tot aanpassing van werkplek of werken op therapeutische basis. Ervan uitgaande dat het percentage reïntegratie-instrumenten waarvoor een Reasubsidie zou kunnen worden aangevraagd een onderschatting is 4, en gegeven de 4 Zie paragraaf voor de plausibiliteit van deze aanname.

16 XII bevinding dat er bij werkhervatting bij de oude werkgever vrijwel altijd sprake is van toepassing van 'reïntegratie-instrumenten oude werkgever', lijkt de conclusie gerechtvaardigd dat er door 12-maandszieken slechts zelden direct volledig in het oude werk wordt hervat. Meeste effect toegekend aan specifieke therapieën en aan stage; scholing door de helft van de werkhervatters effectief geacht De hoogste effectiviteit van Rea-instrumenten wordt door 12-maandszieken toegekend aan therapieën die specifiek gericht zijn op veelal in het werk ontstane klachten: RSI-, burnout- en stresstraining. Ook het vervullen van een stage- of werkervaringsplaats wordt als effectief gezien. Over scholing wordt door de werkhervatters minder positief geoordeeld: slechts de helft zegt dat de door hen gevolgde opleiding een rol heeft gespeeld bij de werkhervatting. De niet-werkzamen die scholing ontvangen, verwachten wel vaker een positief effect (81 procent). Nabeschouwing In dit onderzoek is een grote hoeveelheid informatie over reïntegratie van 12- maandszieken naar voren gebracht. In deze nabeschouwing willen we deze plaatsen in de ontwikkelingen van de afgelopen jaren. Vervolgens wordt aandacht gevraagd voor enkele groepen 12-maandszieken die om een of andere reden typisch zijn en in het licht van reïntegratie nadere aandacht vragen. Reïntegratie van nu als resultante van het verleden De reïntegratie van de 12-maandszieken van 2001 heeft plaatsgevonden in een context waarin er politiek en beleidsmatig veel aandacht is geweest voor reïntegratie van arbeidsgehandicapten, ook in termen van wetgeving en verbetering van uitvoering. Tegelijkertijd was er in de afgelopen jaren sprake van een gespannen arbeidsmarkt, waarin de grote vraag naar personeel het relatief gemakkelijk zou moeten maken om werk te vinden. Afgezet tegen deze stimulerende ontwikkelingen lijkt de in dit onderzoek geconstateerde nulgroei bij mannen wat betreft werkhervatting en een groei van 4 procentpunten bij vrouwen in de periode tamelijk mager. Zij geven onvoldoende reden om deze onderzoeksbevindingen te zien als een inzet van een duidelijk stijgende trend. Er lijkt evenmin reden te concluderen dat de 12- maandszieken nu duidelijk vaker dan in 1999 ondersteuning door UWV of reïntegratiebedrijven krijgen aangeboden. Ook is - volgens de opgave van de 12-maandszieken - de inzet van Reainstrumenten niet duidelijk verhoogd. De oude werkgever past bij werkhervatting wel wat vaker een reïntegratie-instrument op eigen kosten toe, maar dit heeft niet geleid tot meer werkhervattingen bij de oude werkgever.

17 XIII De arbeidscapaciteit van de groep 12-maandszieken die op het moment van enquête niet werken, is - volgens eigen opgave - niet veranderd in de periode In beide jaren acht circa 40 procent zich in staat tot werken, deels op voorwaarde dat er aanpassingen mogelijk zijn. Tegelijkertijd schatten de niet-werkenden hun kansen om aan het werk komen, zowel bij hun oude als bij een nieuwe werkgever, als gering in. In de werkhervattingskansen bij een nieuwe werkgever lijkt geen verandering te zijn gekomen ten opzichte van 1999; wel zijn de niet-werkende 12-maandszieken van 2001 duidelijk negatiever dan in 1999 over de mogelijkheid om bij hun oude werkgever te hervatten. Dit is wellicht een verklaring voor de constatering dat de 12- maandszieken die naar werk zoeken een actiever zoekgedrag vertonen dan in Deze laatste twee bevindingen (minder kansen bij de oude werkgever en actiever zoekgedrag naar een nieuwe werkgever) lijken wat betreft reïntegratie de enige duidelijke veranderingen ten opzichte van Vooralsnog zijn er dus nog geen duidelijke effecten van het nieuwe reïntegratiebeleid voor 12-maandszieken vast te stellen, tenminste niet voor het eerste anderhalf jaar na ziekmelding. De conclusie in de rapportage van de 12-maandszieken van 1999 zou hier kunnen worden herhaald: Op grond van de voorgaande bevindingen lijkt het niet plausibel dat de Wet Rea het reïntegratieproces wezenlijk heeft verbeterd. (Jehoel-Gijsbers & Van der Giezen, 2000, p. 162). Mogelijk dat een positief effect pas na een langere periode van reïntegratiehulp blijkt. Aandacht voor specifieke groepen Op grond van de bevindingen uit dit onderzoek lijkt het zinvol om het reïntegratieproces van de volgende groepen nader te bestuderen: vangnetgevallen, de groep met een volledige WAO-uitkering, 12-maandszieken van UWV-Uszo, de diagnose overige aandoeningen, de combinatiegroepen van kostwinnerschap en geslacht (met name niet-kostwinnende vrouwen). Over al deze groepen zijn op verschillende plaatsen in dit rapport opmerkelijke of onverwachte bevindingen gedaan. Deze kunnen wellicht enige informatie verschaffen om het reïntegratiebeleid gericht te verbeteren. In het kader van dit onderzoek was er echter onvoldoende ruimte om de achtergronden van de onverwachte bevindingen verder uit te zoeken. Voor een beter begrip van de reïntegratie van deze groepen verdient het aanbeveling deze groepen in vervolgonderzoek extra aandacht te geven.

18 1 1 INLEIDING 1.1 Achtergrond van het onderzoek De WAO-problematiek is sinds een groot aantal jaren een zeer belangrijk, zo niet hét belangrijkste issue in de sociale zekerheid. Terugdringing van het WAO-volume vormt dan ook één van de voornaamste aandachtspunten van politiek en beleid. Voorkomen van instroom in de WAO door tijdige reïntegratie van zieke werknemers en het bevorderen van uitstroom uit de WAO, onder andere door een adequate reïntegratie van WAO-toetreders, is daarvoor noodzakelijk. In de afgelopen jaren is er veel nieuwe wet- en regelgeving ontwikkeld om dit te bereiken. Onderzoek naar reïntegratie van arbeidsgehandicapten kan daarbij niet ontbreken: het geeft inzicht in de werking van nieuwe wetgeving en biedt tevens informatie over factoren die een rol spelen bij reïntegratie op basis waarvan - indien wenselijk - het beleid kan worden aangepast. Reïntegratie vormt dan ook één van de onderwerpen waarover in het kader van het project Epidemiologie van de Arbeidsongeschiktheid informatie wordt verzameld. Dit project is in 1985 door de toenmalige GMD gestart en vond vervolgens onder verantwoordelijkheid van het voormalige Lisv en inmiddels van UWV plaats. Periodiek wordt een representatief deel van de 12-maandszieken 5 ondervraagd. Onder 12- maandszieken worden verstaan: werknemers die 12 maanden geheel of gedeeltelijk wegens ziekte verzuimen van hun werk en dus de wachttijd voor de WAO hebben vol gemaakt. Van de 12-maandszieken uit 2000 kreeg 73 procent een (volledige of gedeeltelijke) WAO-uitkering toegekend (in absolute aantallen gaat het om ruim WAO-toetreders), de overige 27 procent kwam hiervoor niet in aanmerking 6. In de laatste meting zijn 12-maandszieken uit 2001 circa 6 maanden na afloop van het ziektejaar schriftelijk geënquêteerd (3.554 respondenten) en een deel van hen is circa 8 maanden na afloop van het ziektejaar telefonisch geïnterviewd (1.201 respondenten) 7. In bijlage 1 is een beknopte beschrijving gegeven van deze laatste meting van het Epidemiologieproject. Voor uitgebreide informatie over het Epidemiologieproject en de onderzoeksopzet van de laatste meting wordt verwezen naar het rapport Methodologische verantwoording project Epidemiologie van de Arbeidsongeschiktheid 2001 (Molenaar-Cox e.a. 2002) De onderzoeken van 1985 en 1987 waren gericht op WAO-toetreders (degenen aan wie een WAO-uitkering was toegekend), terwijl sinds maandszieken benaderd worden. Bewerking cijfers tabel 4.2 uit Trendrapport arbeids(on)geschiktheid 2001, Amsterdam: Lisv, Met 26 respondenten is vervolgens nog een diepte-interview gehouden. De resultaten hiervan zijn niet in het voorliggende rapport verwerkt, maar in het rapport Van ziekmelding tot WAO (Van Deursen en Van der Burg, 2002)

19 2 De uitkomsten van het onderzoek onder de 12-maandszieken van 2001 worden beschreven in drie themarapporten die door UWV onder de volgende titels zijn gepubliceerd: 1. Aan de poort van de WAO in 2001: achtergronden en trends; 2. Van ziekmelding tot WAO; 3. Reïntegratie bij arbeidsongeschiktheid. Inhoud van de rapporten Het eerstgenoemde rapport (Molenaar-Cox en Van Deursen, 2002) geeft een overzicht van de belangrijkste kenmerken van de 12-maandszieken van 2001 en vergelijkt deze met eerdere jaren. Onderwerpen die aan de orde komen zijn demografische en sociaal-economische kenmerken, de kenmerken van het oude werk en de oude werkgever, van het nieuwe werk en de nieuwe werkgever, de gezondheid, de WAOclaimbeoordeling en de reïntegratie. Speciale thema s in dit rapport zijn de mate van arbeidsongeschiktheid en de diagnosecategorie, waarbij onderscheid wordt gemaakt in psychisch zieken, aandoeningen van het bewegingsapparaat en overige diagnoses. Het tweede rapport (Van Deursen en Van der Burg, 2002) gaat in op de vraag in hoeverre de WAO-toetrede vermijdbaar was geweest als betrokken actoren anders gehandeld hadden. Dit rapport handelt over de periode voorafgaand aan WAOintrede. Er wordt een aantal factoren en actoren beschreven die in het eerste ziektejaar een belangrijke rol kunnen spelen in de reïntegratie, de gezondheid en de attitudes ten aanzien van werkhervatting van de 12-maandszieke. Het gaat hierbij om de rol die de 12-maandszieke zelf speelt, de rol die zijn werkgever, de sociale omgeving, de curatieve sector, de arbodienst en UWV spelen. In het voorliggend rapport (Jehoel-Gijsbers, 2002) staat de reïntegratie van 12- maandszieken centraal. In dit rapport wordt ingegaan op de vraag in welke mate het werk wordt hervat en hoe stabiel de werkhervatting is. Nagegaan wordt welke groepen 12-maandszieken het werk hervatten en welke groepen na aanvankelijke werkhervatting weer uitvallen. Ook wordt ingegaan op de arbeidscapaciteit die de nietwerkenden denken te hebben: in welke mate denken zij te kunnen werken, zowel voor de situatie op dit moment als voor de toekomst. Daarnaast wordt uitgebreid ingegaan op de hulp bij reïntegratie die de 12-maandszieken ontvangen van UWV en/of van een privaat reïntegratiebedrijf.

20 3 1.2 De vraagstelling voor dit rapport Reïntegratie als thema In dit themarapport worden onderzoeksvragen beantwoord die alle te maken hebben met reïntegratie. De titel van dit rapport luidt dan ook Reïntegratie bij arbeidsongeschiktheid. Met deze titel maken we gebruik van het feit dat de term reïntegratie verschillende betekenissen kan hebben, afhankelijk van de actor die reïntegreert (Jehoel-Gijsbers en Hoff, 2001). Reïntegratie kan namelijk duiden op: - de feitelijke werkhervatting van de 12-maandszieken; - het (weer) in dienst nemen van de 12-maandszieken door werkgevers; - het bevorderen van werkhervatting door arbodienst, UWV en reïntegratiebedrijven (reïntegratiehulp). Dit rapport richt de aandacht vooral op de eerste en derde betekenis van reïntegratie, hetgeen leidt tot twee centrale vragen. 1. Hoe is het gesteld met de werkhervatting van 12-maandszieken uit 2001? 2. Hoe is het gesteld met de reïntegratiehulp aan de 12-maandszieken uit 2001? Wat betreft de werkhervatting door 12-maandszieken wordt overigens niet alleen gekeken naar de feitelijke werkhervatting, maar ook naar de mogelijkheden die de 12- maandszieken met betrekking tot werkhervatting zien, zowel bij zichzelf als bij de werkgever, en naar de motivatie om weer aan het werk te gaan. Wat betreft het bevorderen van werkhervatting richten we ons in dit rapport met name op reïntegratie naar een nieuwe werkgever. Dit wil zeggen: reïntegratie in het tweede spoor, waarvoor de uitvoering in handen ligt van UWV en private reïntegratiebedrijven. Reïntegratie naar de oude werkgever ( eerste spoor ) waarvoor de verantwoordelijkheid ligt bij de oude werkgever en diens arbodienst, komt in het rapport Van ziekmelding tot WAO (Van Deursen en Van der Burg, 2002) uitgebreid aan de orde. Wat betreft bevordering van werkhervatting kan onderscheid worden gemaakt in twee soorten: het kan gaan om een begeleidingstraject door een arbeidsdeskundige van UWV of door een functionaris van een reïntegratiebedrijf; en het kan gaan om de inzet van een reïntegratie-instrument, zoals aanpassing van de werkplek, het ontvangen van scholing. Vraagstellingen De twee hierboven geformuleerde hoofdvragen zijn uitgewerkt in een groot aantal deelvragen, met betrekking tot:

2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie

2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ JAAR NA HET EERSTE ZIEKTEJAAR: WERKEN MET WAO-UITKERING? 12-maandszieken over hun arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie Februari 2003 Drs. Ilse Hento Drs. Marcella van Doorn

Nadere informatie

Het belang van begeleiding

Het belang van begeleiding Het belang van begeleiding Langdurig zieke werknemers 9 en 18 maanden na ziekmelding vergeleken Lone von Meyenfeldt Philip de Jong Carlien Schrijvershof Dit onderzoek is financieel mogelijk gemaakt door

Nadere informatie

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers M200510 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers drs. F.M.J. Westhof Zoetermeer, december 2005 MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

Nadere informatie

DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later

DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later DE 12-MAANDSZIEKEN VAN JANUARI 1998 arbeidsongeschiktheid, gezondheid, herbeoordeling en reïntegratie 2½ jaar later 15 januari 2001 Ir. C.G.L. van Deursen Bureau AS/tri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.:

Nadere informatie

Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding

Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding Gezondheidsbeleving en werkhervatting 35-minners (april 2010) Aanleiding Het is de vraag of het in alle gevallen reëel is om van werkgevers en de desbetreffende werknemers te verwachten dat zij (in het

Nadere informatie

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten

BIJLAGEN. Wel of niet aan het werk. Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten BIJLAGEN Wel of niet aan het werk Achtergronden van het onbenut arbeidspotentieel onder werkenden, werklozen en arbeidsongeschikten Patricia van Echtelt Stella Hof Bijlage A Multivariate analyses... 2

Nadere informatie

Wajongers aan het werk met loondispensatie

Wajongers aan het werk met loondispensatie Wajongers aan het werk met loondispensatie UWV, Directie Strategie, Beleid en Kenniscentrum Dit memo gaat in op de inzet van loondispensatie bij Wajongers en op werkbehoud en loonontwikkeling. De belangrijkste

Nadere informatie

MKB-ondernemer geeft grenzen aan

MKB-ondernemer geeft grenzen aan M0040 MKB-ondernemer geeft grenzen aan Reactie van MKB-ondernemers op wetswijzigingen in sociale zekerheid Florieke Westhof Peter Brouwer Zoetermeer, 0 april 004 MKB-ondernemer geeft grenzen aan Ondernemers

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2008 2009 26 448 Structuur van de uitvoering werk en inkomen (SUWI) Nr. 399 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELE- GENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007

Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007 Ik ben ziek Wat nu? Informatiebrochure voor werknemers November 2007 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De Wet Verbetering Poortwachter (WVP).. 4 Contact met de arbodienst 4 Opstellen Plan van Aanpak 5 Uitvoeren

Nadere informatie

VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden

VAN ZIEKMELDING TOT WAO. Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden VAN ZIEKMELDING TOT WAO Onderzoek onder werknemers die in 2001 voor de poort van de WAO stonden Januari 2002 ir Carla G.L. van Deursen (AStri) drs Cathelijne L. van der Burg (AStri) met medewerking van:

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

Arbeidsgehandicapten in Nederland

Arbeidsgehandicapten in Nederland en in Nederland Ingrid Beckers In 22 waren er in Nederland ruim anderhalf miljoen arbeidsgehandicapten. Dit komt overeen met 14,7 procent van de 15 64-jarigen. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee

Nadere informatie

De belangrijkste valkuilen bij de re-integratie

De belangrijkste valkuilen bij de re-integratie C.A. (Cynthia) Chudaska Rccm register casemanager Kantoor Mr. van Zijl B.V. Korvelseweg 142, 5025 JL Tilburg Postbus 1095, 5004 BB Tilburg tel. (013) 463 55 99 fax (013) 463 22 66 E-mail: mail@kantoormrvanzijl.nl

Nadere informatie

Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA

Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA Re-integratie inspanningen van publiek (UWV) en privaat verzekerde werkgevers sinds de WIA B. Cuelenaere, AStri beleidsonderzoek en advies (b.cuelenaere@astri.nl) T.J. Veerman, AStri beleidsonderzoek en

Nadere informatie

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK

UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK UITKOMSTEN MARKTONDERZOEK OMGANG MET PSYCHISCHE PROBLEMEN OP HET WERK Bron: TNS NIPO Drs. R. Hoffius Drs. I.N. Hento november 2004 Bureau AStri Stationsweg 26 2312 AV Leiden Tel.: 071 512 49 03 Fax: 071

Nadere informatie

Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM. Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV

Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM. Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV Hoe voorkom ik een loonsanctie WELKOM Henriëtte Sterken Werkgeversrelaties UWV 1 Re-integratieverslag Het eerste spoor Deskundigenoordelen Het tweede spoor Loonsanctie WIA beoordeling Het re-integratieverslag

Nadere informatie

UWV Kennisverslag

UWV Kennisverslag UWV Kennisverslag 2018-9 Peter Rijnsburger DE NO-RISKPOLIS IN KAART GEBRACHT Het gebruik van de no-riskpolis door werkgevers voor werknemers met een arbeidsongeschiktheidsuitkering en minder dan 35% arbeidsongeschikten

Nadere informatie

Samenvatting van het onderzoek naar De Voorspellende Waarde van Fasering

Samenvatting van het onderzoek naar De Voorspellende Waarde van Fasering TNO Arbeid TNO 25342-I Samenvatting van het onderzoek naar De Voorspellende Waarde van Fasering Polarisavenue 151 Postbus 718 2130 AS Hoofddorp www.arbeid.tno.nl T 023 554 93 93 F 023 554 93 94 Datum 13

Nadere informatie

Herintreders op de arbeidsmarkt

Herintreders op de arbeidsmarkt Herintreders op de arbeidsmarkt Sabine Lucassen Voor veel herintreders is het lang dat ze voor het laatst gewerkt hebben. Herintreders zijn vaak vrouwen in de leeftijd van 35 44 jaar en laag of middelbaar

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 8 april 2011 Betreft Evaluatie IOW

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE. Datum 8 april 2011 Betreft Evaluatie IOW > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamerder Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 729 Evaluatie Wet inkomensvoorziening oudere werklozen Nr. 1 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter

Nadere informatie

Let op: in onderstaand overzicht is de nieuwe regeling voor Wajonguitkeringen, die zijn ingegaan vanaf 1 januari 2015, nog niet verwerkt.

Let op: in onderstaand overzicht is de nieuwe regeling voor Wajonguitkeringen, die zijn ingegaan vanaf 1 januari 2015, nog niet verwerkt. Bron: Brochure 'Werk en inkomen bij ziekte. Een praktische gids', een uitgave van de Steungroep ME en Arbeidsongeschiktheid en de Whiplash Stichting Nederland, 2012 Let op: in onderstaand overzicht is

Nadere informatie

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten

Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten Re-integratie-instrumenten en voorzieningen voor gedeeltelijk arbeidsgeschikten Bij de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) staat 'werken naar vermogen' centraal. De nadruk ligt op wat mensen

Nadere informatie

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages

Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Dit rapport is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen worden gebruikt met bronvermelding. Stoppen als huisarts: trends in aantallen en percentages Een analyse van de huisartsenregistratie over de

Nadere informatie

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking

Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Wisselingen tussen werkloosheid en nietberoepsbevolking Ronald van Bekkum (UWV), Harry Bierings en Robert de Vries In arbeidsmarktbeleid en in statistieken van het CBS wordt een duidelijk onderscheid gemaakt

Nadere informatie

Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu?

Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu? Arbeidsongeschiktheid in het UMC. Wat nu? Inhoudsopgave pagina 1 Antwoorden op vragen over arbeidsongeschiktheid 3 2 Wat wordt er van u verwacht en wie kunnen u ondersteunen? 3 3 Andere functie gevonden?

Nadere informatie

UWV Kennisverslag

UWV Kennisverslag UWV Kennisverslag 2016-8 Marcel Spijkerman DE DALENDE ARBEIDSPARTICIPATIE VAN WGA ERS VERKLAARD Over de invloed van vergrijzing en uitkeringsduur Kenniscentrum UWV September 2016 Het UWV Kennisverslag

Nadere informatie

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN

KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Gepubliceerd in: Maandblad Reïntegratie nr. 9, 2007, p. 6-10 KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Drs. Maikel Groenewoud 2007 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam

Nadere informatie

Het antwoord op uw personele vraagstuk

Het antwoord op uw personele vraagstuk BD Recruitment BV Het antwoord op uw personele vraagstuk Wie bepaalt bij welk re-integratiebedrijf ik terecht kan? De gemeente of UWV WERKbedrijf maakt bij uw re-integratietraject vaak gebruik van een

Nadere informatie

Werking Wet verbetering poortwachter onder werknemers Hoofdonderzoek en herhaalonderzoek

Werking Wet verbetering poortwachter onder werknemers Hoofdonderzoek en herhaalonderzoek TNO Kwaliteit van Leven TNO-rapport 21600 / 10303 Werking Wet verbetering poortwachter onder werknemers Hoofdonderzoek en herhaalonderzoek Arbeid Polarisavenue 151 Postbus 718 2130 AS Hoofddorp www.tno.nl/arbeid

Nadere informatie

AMC leidraad: wat te doen bij ziekte. Uitgangspunten

AMC leidraad: wat te doen bij ziekte. Uitgangspunten AMC leidraad: wat te doen bij ziekte Wanneer u door ziekte niet kunt werken dan krijgt u te maken met het verzuimbeleid van het AMC. In de meeste gevallen kunt u prima afspraken maken met uw leidinggevende

Nadere informatie

Modernisering Ziektewet

Modernisering Ziektewet Modernisering Ziektewet De Wet BeZaVa staat voor Wet Beperking Ziekteverzuim en Arbeidsongeschiktheid Vangnetters ofwel Modernisering Ziektewet en is ingevoerd per 1 januari 2013. Het doel van deze wet

Nadere informatie

GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard

GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek naar de re-integratie van werknemers die minder dan 35 procent arbeidsongeschikt zijn verklaard GEEN WIA, WEL WERK? Vervolgmeting van het onderzoek

Nadere informatie

Meerdere keren zonder werk

Meerdere keren zonder werk Meerdere keren zonder werk Antoinette van Poeijer Ontvangers van een - of bijstandsuikering en ers worden gestimuleerd (weer) aan de slag te gaan. In veel gevallen is dat succesvol. Er zijn echter ook

Nadere informatie

Feiten en cijfers Wajong

Feiten en cijfers Wajong Feiten en cijfers Wajong Deze notitie bestaat uit drie hoofdstukken: 1. De wettelijke regeling en de kabinetsplannen 2. Cijfers over de doelgroep 3. Belangrijke rapporten over de Wajong 1. De wettelijke

Nadere informatie

WERKHERVATTING NA HERBEOORDELING. Duurzaamheid van de werkhervatting 3½ respectievelijk 2½ jaar na de uitslag

WERKHERVATTING NA HERBEOORDELING. Duurzaamheid van de werkhervatting 3½ respectievelijk 2½ jaar na de uitslag WERKHERVATTING NA HERBEOORDELING Duurzaamheid van de werkhervatting 3½ respectievelijk 2½ jaar na de uitslag maart 2009 P08/478 drs. Cathelijne L. van der Burg drs. Erica E.M. Maurits Bureau AStri Stationsweg

Nadere informatie

Chronische longziekten en werk

Chronische longziekten en werk Chronische longziekten en werk Mensen met een longziekte hebben meer moeite om aan het werk te blijven of een betaalde baan te vinden dan de rest van de bevolking. Slechts 42% van de mensen met COPD heeft

Nadere informatie

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking

Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Uitstroom van ouderen uit de werkzame beroepsbevolking Clemens Siermann en Henk-Jan Dirven De uitstroom van 50-plussers uit de werkzame beroepsbevolking is de laatste jaren toegenomen. Een kwart van deze

Nadere informatie

De toename van de werkzaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard

De toename van de werkzaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard De toename van de zaamheid na 12 maanden ziekte tussen 2003 en 2008 verklaard Paper in kader van het cohortonderzoek De weg naar de WIA drs Petra G.M. Molenaar-Cox (AStri) drs Cathelijne L. van der Burg

Nadere informatie

Wet verbetering Poortwachter. Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl

Wet verbetering Poortwachter. Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl Wet verbetering Poortwachter Marcel Geerts, bedrijfsarts 15 april 2015 marcel.geerts@arbounie.nl Psychische steeds groter aandeel van verzuim Jaar Oorzaak Mannen Vrouwen Totaal Totaal GVD a 2010 Klachten

Nadere informatie

Modernisering Ziektewet Hoofdlijnen van de wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BeZaVa)

Modernisering Ziektewet Hoofdlijnen van de wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BeZaVa) Modernisering Ziektewet Hoofdlijnen van de wet beperking ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid vangnetters (BeZaVa) 1. Inleiding De overheid heeft besloten de Ziektewet (ZW) per 1 januari 2013 aan te

Nadere informatie

Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden

Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden RE-INTEGRATIE 1 e : Verplichtingen werkgever 2 e : Verplichtingen werknemer Uitgangspunt: re-integratie is een zaak van werkgever en werknemer samen en dient in overleg plaats te vinden 1 e : - bij contract

Nadere informatie

Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis. juni 2013

Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis. juni 2013 Onderzoek arbeidsongeschiktheid (samenvatting) In opdracht van Loyalis juni 2013 Samenvatting Een derde ervaart vaker stress dan 3 jaar geleden» Een derde van de werkende bevolking geeft aan dat ze regelmatig

Nadere informatie

Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting

Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting Begeleiding bij (gedeeltelijke) werkhervatting 12-maandszieken in 2003 en 2008 vergeleken Paper 4 in het kader van het cohortonderzoek De weg naar de WIA Vera Veldhuis, MSc Drs Petra G.M. Molenaar-Cox

Nadere informatie

6 Meervoudige problematiek bij werknemers

6 Meervoudige problematiek bij werknemers 6 Meervoudige problematiek bij werknemers Maroesjka Versantvoort (SCP) en Lando Koppes (TNO) 6.1 Inleiding Werknemers met meervoudige problematiek staan centraal in dit hoofdstuk. Uitgangspunt is de definitie

Nadere informatie

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijziging Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) b e s l u i t :

GEMEENTE HOOGEVEEN. Wijziging Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) b e s l u i t : GEMEENTE HOOGEVEEN Wijziging Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR) Het college van de gemeente Hoogeveen, gezien de circulaire van het Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden d.d. 17

Nadere informatie

Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september

Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september Schatting effect aangepaste Schattingsbesluit (asb) op aandeel afwijzingen WIA (september 2009) Aanleiding De resultaten van het onderzoek Wel WIA, geen werk? roepen bij de Stichting de vraag op of de

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Eigenrisicodragers roepen WGA'ers op voor keuringen

Eigenrisicodragers roepen WGA'ers op voor keuringen Regelingen en voorzieningen CODE 1.3.4.93 Eigenrisicodragers roepen WGA'ers op voor keuringen bronnen Antwoord staatssecretaris SZW d.d. 27.4.2011 op Kamervragen, Vergaderjaar 2010-2011, 2354 Een aantal

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4

Nadere informatie

Bijlage uitkomsten dagloonmonitor

Bijlage uitkomsten dagloonmonitor Bijlage uitkomsten dagloonmonitor In verband met de tijd die gemoeid was met implementatie van de wijzigingen is het dagloonbesluit op 1 juni 2013 in werking getreden, na de inwerkingtreding op 1 januari

Nadere informatie

Flexibele Arbeidsrelaties: Vast versus Tijdelijk Contract

Flexibele Arbeidsrelaties: Vast versus Tijdelijk Contract Flexibele Arbeidsrelaties: Vast versus Tijdelijk Contract Rapport van ILC Zorg voor later, Stichting Loonwijzer/WageIndicator, en Universiteit van Amsterdam/Amsterdams Instituut voor Arbeids Studies (AIAS)

Nadere informatie

Onderzoek werknemers met kanker

Onderzoek werknemers met kanker Onderzoek werknemers met kanker Dinsdag 15 april 2013 Over dit onderzoek Dit onderzoek is gehouden in samenwerking met de Nederlandse Federatie voor Kankerpatiëntenorganisaties (NFK). Aan het onderzoek

Nadere informatie

Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving. Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland

Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving. Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland Welkom bij de workshop Wet en Regelgeving Maria van Nies Coach en Supervisor MS Coach voor MS Vereniging Nederland 1 Onderwerpen Wet Verbetering Poortwachter Rechten en Plichten Wanneer ontslag Wia keuring

Nadere informatie

Werkend leren in de jeugdhulpverlening

Werkend leren in de jeugdhulpverlening Werkend leren in de jeugdhulpverlening en welzijnssector Nulmeting Samenvatting Een onderzoek in opdracht van Sectorfonds Welzijn Bernadette Holmes-Wijnker Jaap Bouwmeester B2796 Leiden, 1 oktober 2003

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Vereenigde Arbeidskundige Compagnie BV

Vereenigde Arbeidskundige Compagnie BV Vereenigde Arbeidskundige Compagnie BV Nieuwe wetgeving Arbeidsongeschiktheid en reïntegratie Frans Hoebink RAd 4-4-2006 VAC IPS 1 Onderwerpen Behoud van inkomen Loon WIA (IVA,WGA) Wajong WWB TW Behoud

Nadere informatie

HERBEOORDEELD.. EN DAN? Stand van zaken acht maanden na de uitslag 2005 en 2006

HERBEOORDEELD.. EN DAN? Stand van zaken acht maanden na de uitslag 2005 en 2006 HERBEOORDEELD.. EN DAN? Stand van zaken acht maanden na de uitslag 2005 en 2006 P380/5 25 april 2007 Ir. Carla G.L. van Deursen met medewerking van: drs. Cathelijne L. van der Burg msc. Vera Veldhuis Bureau

Nadere informatie

Onderzoek Arbeidsongeschiktheid. In opdracht van Loyalis. juni 2013

Onderzoek Arbeidsongeschiktheid. In opdracht van Loyalis. juni 2013 Onderzoek Arbeidsongeschiktheid In opdracht van Loyalis juni 2013 Inleiding» Veldwerkperiode: 27 maart - 4 april 2013.» Doelgroep: werkende Nederlanders» Omdat er specifiek uitspraken gedaan wilden worden

Nadere informatie

Wat wordt van u verwacht als werknemer?

Wat wordt van u verwacht als werknemer? Zo'n 12.000 mensen krijgen dementie voordat ze 65 jaar zijn. Deze mensen vaak nog aan het werk op het moment dat iemand de diagnose dementie krijgt. Dementie kan veel invloed hebben op het werk. Het ligt

Nadere informatie

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in

De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij Research voor Beleid. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in Weerbarstige denkbeelden De beeldvorming van en over mensen met een arbeids Eindrapport Een onderzoek in opdracht van Commissie het Werkend Perspectief drs. E. Verveen drs. A. van Petersen Projectnummer:

Nadere informatie

Onderzoek slaapproblemen. in opdracht van Zilveren Kruis

Onderzoek slaapproblemen. in opdracht van Zilveren Kruis Onderzoek slaapproblemen in opdracht van Zilveren Kruis 1 Samenvatting Een op zes werkende Nederlanders kampt met slaapproblemen Mannen liggen vaker wakker van het werk, vrouwen vaker van privé situaties

Nadere informatie

Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen

Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen Sancties bij tekortschietende re-integratieverplichtingen van werkgever mr. J.M. (Annemarie) Lammers-Sigterman advocaat Kantoor Mr. van Zijl B.V. Korvelseweg 142, 5025 JL Tilburg Postbus 1095, 5004 BB

Nadere informatie

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige

Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige Ik heb een gesprek met de arts of de arbeidsdeskundige Waarom bent u uitgenodigd? Hoe gaat zo n gesprek over uw WIA-, WAO-, WAZ- of Wajong-uitkering? VOOR RE-INTEGRATIE EN TIJDELIJK INKOMEN Werk boven

Nadere informatie

Voorhangprocedure van het ontwerpbesluit, houdende wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (29544)

Voorhangprocedure van het ontwerpbesluit, houdende wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (29544) Voorhangprocedure van het ontwerpbesluit, houdende wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten (29544) Schriftelijke reactie op het verslag Met belangstelling heeft de regering kennis

Nadere informatie

BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING

BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING BEROEPSBEVOLKING EN PENDEL PROVINCIE FLEVOLAND 2000 SAMENVATTING Arbeidsmarkt Arbeidsparticipatie Van de 15 tot 65-jarige bevolking in Flevoland behoort 71% tot de beroepsbevolking (tabel 1) tegenover

Nadere informatie

WIA door de Tweede Kamer. Stand van zaken juli 2005

WIA door de Tweede Kamer. Stand van zaken juli 2005 WIA door de Tweede Kamer. Stand van zaken juli 2005 Van WAO naar WIA. Het kabinet wil de WAO per 1 januari 2006 vervangen door de nieuwe Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA). De WIA benadrukt

Nadere informatie

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016

Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Aantal huisartsen en aantal FTE van huisartsen vanaf 2007 tot en met 2016 Werken er nu meer of minder huisartsen dan 10 jaar geleden en werken zij nu meer of minder FTE? LF.J. van der Velden & R.S. Batenburg,

Nadere informatie

gemeente Eindhoven Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler)

gemeente Eindhoven Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler) gemeente Eindhoven Raadsnumrner 04.R820.00I inboeknummer o4tooosxs Classificatienummer x.888 Dossiernummer 4aa.6ox 25 mex 2004 Raads informatiebrief (Sociaal-Economische pijler) Betreft rapport Reintegratie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 446 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 25 april 2013 De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20% Participatiewet Sinds 1 januari 215 is de Participatiewet van kracht. Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning

Nadere informatie

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt

1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1 Inleiding: de metamorfose van de arbeidsmarkt 1.1 De beroepsbevolking in 1975 en 2003 11 1.2 De werkgelegenheid in 1975 en 2003 14 Halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw trok de gemiddelde Nederlandse

Nadere informatie

Werkwijzer Handelen van de bedrijfsarts op verzoek van eigenrisicodragers WGA

Werkwijzer Handelen van de bedrijfsarts op verzoek van eigenrisicodragers WGA Werkwijzer Handelen van de bedrijfsarts op verzoek van eigenrisicodragers WGA Opgesteld door: Commissie Wet- en Regelgeving van de Nederlandse vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde April 2014

Nadere informatie

Welkom bij MODERNISERING ZIEKTEWET EN DE FORSE FINANCIËLE GEVOLGEN VOOR DE WERKGEVER. Teun Prins

Welkom bij MODERNISERING ZIEKTEWET EN DE FORSE FINANCIËLE GEVOLGEN VOOR DE WERKGEVER. Teun Prins Welkom bij MODERNISERING ZIEKTEWET EN DE FORSE FINANCIËLE GEVOLGEN VOOR DE WERKGEVER Teun Prins INHOUD De terugtredende overheid Aanleiding en doel nieuwe Ziektewet De Vangnetter Activering Ziektewet door

Nadere informatie

Businesscase WAO. 1. Inleiding. 2. Pilot en uitvoerbaarheid

Businesscase WAO. 1. Inleiding. 2. Pilot en uitvoerbaarheid Businesscase WAO 1. Inleiding In de begrotingsafspraken 2014 van de regeringspartijen met D66, CU en SGP is het volgende afgesproken: Het UWV maakt een businesscase over hoe en voor welke groepen de kansen

Nadere informatie

Wet Verbetering poortwachter (WvP) uitgewerkt

Wet Verbetering poortwachter (WvP) uitgewerkt - ALGEMENE INFORMATIE- Wet Verbetering poortwachter (WvP) in het kort Dag 1 - verzuimmelding bij uw arbodienst» U meldt het verzuim bij uw arbodienst» Het verzuimbegeleidingsproces start Week 6 - probleemanalyse»

Nadere informatie

Vrouwen op de arbeidsmarkt

Vrouwen op de arbeidsmarkt op de arbeidsmarkt Johan van der Valk Annemarie Boelens De arbeidsdeelname van vrouwen lag in 23 op 55 procent. De arbeidsdeelname van vrouwen stijgt al jaren. Deze toename komt de laatste jaren bijna

Nadere informatie

Een kijkje achter de schermen van de WIA

Een kijkje achter de schermen van de WIA Een kijkje achter de schermen van de WIA Even voorstellen Otwin Nonnekes Adviseur Sociale Zekerheid SV Land Röntgenlaan 13 2719 DX Zoetermeer T 079 3634400 info@svland.nl www.svland.nl Wet beperking ziekteverzuim

Nadere informatie

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann

Artikelen. Overwerken in Nederland. Ingrid Beckers en Clemens Siermann Overwerken in Nederland Ingrid Beckers en Clemens Siermann In 4 werkte 37 procent de werknemers in Nederland regelmatig over. Bijna een derde het overwerk is onbetaald. Overwerk komt het meeste voor onder

Nadere informatie

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Aanleiding Sinds 2006 publiceert de Gemeente Helmond jaarlijks gedetailleerde gegevens over de werkloosheid in Helmond. De werkloosheid in Helmond

Nadere informatie

Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen 1987 2003

Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen 1987 2003 Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen 1987 23 Harrie Hartman en Annelies Boerdam In de periode 1987 tot en met 23 zijn er ondanks vele wetswijzigingen 177 duizend arbeidsongeschiktheidsuitkeringen bijgekomen.

Nadere informatie

Ongekende mogelijkheden

Ongekende mogelijkheden Ongekende mogelijkheden overzicht van de mogelijkheden bij het in dienst nemen van 45-plussers Heeft u vragen, opmerkingen of suggesties naar aanleiding van deze brochure, neemt u dan contact op met het

Nadere informatie

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt

Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt Minder instroom in, meer uitstroom uit arbeidsmarkt 07 Arbeidsmarktmobiliteit geringer dan in voorgaande jaren Bijna miljoen mensen wisselen in 2008 van beroep of werkgever Afname werkzame door crisis

Nadere informatie

Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding

Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding Werkhervatting van reguliere werknemers 18 maanden na ziekmelding Carlien Schrijvershof Philip de Jong Lone von Meyenfeldt Onderzoek in opdracht van Stichting Instituut GAK Den Haag, februari 2009 Voorwoord

Nadere informatie

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar

Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen jaar Gemiddelde looptijd werkloosheidsuitkeringen nog geen Ton Ferber In de jaren 1992 2001 was de gemiddelde looptijd van een WWuitkering elf maanden. Van de 4,3 miljoen beëindigde uitkeringen was de gemiddelde

Nadere informatie

Model verzuimprotocol

Model verzuimprotocol Model verzuimprotocol 1 Ziekmelding Bij ziekte moet de werknemer zich op de eerste ziektedag telefonisch ziekmelden bij zijn direct leidinggevende. Wordt een werknemer tijdens werktijd

Nadere informatie

Daar word je samen beter van! Modernisering Ziektewet

Daar word je samen beter van! Modernisering Ziektewet Daar word je samen beter van! Modernisering Ziektewet Verschillende vormen van wetgeving hebben er de afgelopen jaren voor gezorgd dat u als werkgever een grote rol speelt in het terugdringen van het aantal

Nadere informatie

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015

Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 Re-integratieverordening Participatiewet, IOAW en IOAZ 2015 ================================================================================== De raad van de gemeente (naam gemeente) ; gelezen het voorstel

Nadere informatie

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen

Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Mantelzorgers maken weinig gebruik van verlofregelingen Martijn Souren Ongeveer 7 procent van de werknemers met een verleent zelf mantelzorg. Ze maken daar slechts in beperkte mate gebruik van aanvullende

Nadere informatie

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV

Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Als werkgever en werknemer hulp nodig hebben bij de reïntegratie Een deskundigenoordeel van UWV Werk boven uitkering UWV verstrekt tijdelijk inkomen in het kader van wettelijke regelingen als de WW en

Nadere informatie

Handreiking werknemer Aan het werk blijven met een chronische aandoening

Handreiking werknemer Aan het werk blijven met een chronische aandoening Handreiking werknemer Aan het werk blijven met een chronische aandoening Eén op de drie mensen krijgt te maken met een chronische aandoening. Werken met een chronische aandoening is goed mogelijk. Vaak

Nadere informatie

Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen

Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen Richtlijnen aanpak verzuim om psychische redenen HR&O november 2014 Opgesteld door: Asja Gruijters, adviseur HR&O 1 1. Inleiding Om te komen tot een integraal PSA-beleid is het belangrijk richtlijnen op

Nadere informatie

Verzuimduur en WIA-instroom uitzendkrachten: vergelijking UWV en Acture 2017

Verzuimduur en WIA-instroom uitzendkrachten: vergelijking UWV en Acture 2017 Management summary Verzuimduur en WIA-instroom uitzendkrachten: vergelijking UWV en Acture 217 In 214 vergeleek onderzoeksbureau Astri het verloop van ziekmeldingen bij UWV en Acture in de jaren 21-212.

Nadere informatie

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar

(65%) Totaal Mannen Vrouwen. Totaal jaar jaar Ontwikkeling van de WW in de periode 21 24 Ton Ferber Tussen eind 21 en eind 24 is het aantal WW-uitkeringen bijna verdubbeld. Vooral het aantal uitkeringen aan mannen jonger dan 45 is sterk gestegen.

Nadere informatie

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld. Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding

szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding szw0001052 Aan de Voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid s-gravenhage, 23 november 2000 Aanleiding Naar aanleiding van vragen over de hoge arbeidsongeschiktheidspercentages

Nadere informatie