Cursusinformatie Persoon en Beroep 5 voor de coach

Transcriptie

1 Cursusinformatie Persoon en Beroep 5 voor de coach Voor voltijdstudenten in Pabo 2 In deze periode gaan de tweede jaars starten in groep 1 of 2 en zich verdiepen in het onderwijs aan het Jonge Kind. Ook gaan de studenten op communicatiekamp. Alle facetten van communiceren zullen de revue passeren. Speciale aandacht wordt besteed aan oudercommunicatie.

2 Inhoud Cursusinformatie Persoon en Beroep 5 voor de coach Inleiding Activiteiten op de opleiding Activiteiten in de stage Afronding Doelen voor Persoon en Beroep Doelen voor het programma Het Jonge Kind Begeleiding... 9

3 1. Inleiding In deze cursusinformatie informeren wij u als coach van een student van onze lerarenopleiding basisonderwijs over de inrichting van Persoon en Beroep 5 in Pabo 2. De student gaat de komende periode de stage uitvoeren op uw basisschool in een onderbouwgroep (groep 1 of 2). De student Ioopt de eerste vijf weken een lintstage waarbij hij wekelijks op dinsdag op de stageschool actief zal zijn. Week 6 is een stageweek. Hoe de student die stagedagen gaat invullen, wat daarin van de student wordt verwacht en hoe u als coach de student daarbij begeleidt, wordt in deze cursusinformatie toegelicht. De studiebelasting van PB5 is 5 EC (= 5 x 28 = 140 uur). Daarbij gaan we uit van: Inlezen/ oriënteren op onderwijseenheid Colleges P&B (+ voor- en nawerk) Communicatiekamp Stagedagen: 10 dagen Lesvoorbereidingen, uitwerken Beroepsproducten 2 uur 8 uur 16 uur 80 uur 34 uur 2. Activiteiten op de opleiding Het Jonge Kind In het komende half jaar gaat de student de stage uitvoeren in de onderbouw van de basisschool: groep 1 en/of 2. In de eerste periode van JK1 (MA5) gaat de student in een onderzoeks-en ontwikkelteam van drie of vier studenten onderzoeken en ervaren wat een rijk speelleeraanbod in de onderbouw inhoudt en wat het van de leerkrachten vraagt om dit op een goede manier te begeleiden en te organiseren, om vervolgens als eindopdracht met elkaar een rijk speelleeraanbod te ontwerpen. De student zal hiervoor in de eerste weken van de stage observaties uitvoeren die aansluiten bij zijn eigen leervragen m.b.t. de rijke speelleeromgeving. In de 5 e en 6 e week zal hij ook onderdelen van het rijke speelleeraanbod dat hij aan het ontwerpen is, uit proberen in de stageklas om die ervaringen ook te kunnen verwerken in de eindopdracht. Het gaat dan in ieder geval om twee activiteiten onderzoekend en ontwerpend spelen en leren en twee observatie en/of begeleidingsmomenten van rollenspel in een al aanwezige setting binnen de stageklas (de huishoek, een themahoek, etc ). De eindopdracht rijk speelleeraanbod presenteert de student met zijn team aan docenten en medestudenten in een battle aan het eind van de periode. De battle is een groepspresentatie. Daarnaast wordt de opgedane kennis ook individueel getoetst in een meerkeuzetoets. In bijlage 1 staat de inhoud van de module Jonge Kind samengevat op één A4. Met de kennis en ervaring die de student in MA5 opdoet met het ontwerpen van een rijk speelleeraanbod, gaat hij in MA6 opnieuw een rijk speelleeraanbod ontwerpen, maar nu voor zijn eigen stagegroep. Dit aanbod voert hij uit in de twee weken tussen Sinterklaas en Kerst. In een individueel mondeling tentamen

4 aan het eind van MA6 reflecteert de student op de uitvoering en laat hij zien wat het werken op deze manier heeft opgeleverd voor hem en de kinderen. De student past het onderzoekend en ontwerpend leren waarmee in Pabo 1 bij OO1, OO2 en OO3 al kennis is gemaakt dus toe binnen zijn eigen leerproces. Maar de student gaat het ook vertalen naar het onderwijs dat hij geeft aan jonge kinderen. Voor hen is dit een uitermate geschikte didactiek omdat jonge kinderen de wereld vol verwondering en nieuwsgierigheid bekijken. Ze willen de wereld om zich heen verkennen en leren begrijpen, en doen dat vooral in en vanuit (rollen)spel. Deze vaardigheid maakt van hen grote onderzoekers en vraagt om leerkrachten die inspelen op deze natuurlijke nieuwsgierigheid én daar op een natuurlijke manier verschillende leerinhouden en ontwikkelingsdoelen aan kunnen verbinden. Dit vakoverstijgende werken laten we de student ook op de opleiding ervaren. De volgende vakken zal de student herkennen binnen JK1 en JK2: wereldoriëntatie (natuur en techniek, aardrijkskunde en geschiedenis), rekenen, Nederlands, drama en pedagogiek. Vanuit deze vakken wordt gezamenlijk en afzonderlijk input gegeven voor het creëren van een rijk geïntegreerd speelleeraanbod, waarbij ook aandacht besteed wordt aan de manier waarop je vanuit het onderzoekend en ontwerpend spelen en

5 leren kinderen kunt stimuleren in het ontwikkelen van 21e-eeuwse vaardigheden (creatief denken en handelen, kritisch denken, probleemoplossend denken en handelen, samenwerken, sociale en culturele vaardigheden en zelfregulering). LWB (leerwerkbegeleiding) Naast het aanbod vanuit de vakken wordt de student in studie en stage begeleid door een LWB-er. Tijdens de gesprekken en/of stagebezoeken gaat de student samen met de LWB-er (en medestudenten) op zoek naar antwoorden op vragen die opkomen m.b.t. studie en stage. De student wordt uitgedaagd om zijn opvattingen over goed onderwijs te verwoorden en te onderbouwen vanuit eigen leerervaringen (videoopnames) en theoretische inzichten (inbrengen van artikelen en/of literatuur) 3. Activiteiten in de stage De stage bestaat per periode uit vijf keer een dinsdag en daarna een hele week. Aan het eind van elke periode zijn er twee tentamenweken. Tijdens de stage geeft de student ongeveer twee lessen per dag die voorbereid zijn op een lesvoorbereidingsformulier. Naast deze lessen zal de student ook activiteiten kunnen uitvoeren die niet op een lesvoorbereidingsformulier hoeven worden vastgelegd. De student werkt in deze periode aan twee beroepsproducten: 1. Het leerwerktraject MA5 Persoon en Beroep In 10 stagedagen wordt er gewerkt aan dit beroepsproduct en voert de student minimaal 15 lesactiviteiten uit. Voor de voorbereiding van de onderwijsactiviteiten maakt hij gebruik van het lesvoorbereidingsformulier en het vakdidactisch portfolio. Alle lesvoorbereidingen worden voorzien van feedback van de coach en reflecties van de student. Daarnaast wordt er gewerkt met een formulier Dagplanning en dagevaluatie: Formulier Dagplanning en Dagevaluatie Pabo 2 - MA5 en MA6 Student: Klas: Basisschool/Plaats: Coach: Groep: Datum: In de eerste kolom geef je een overzicht van je stagedag, in de tweede, derde en vierde kolom werk je pér activiteit (1) kort uit wat jouw rol daarbij is (2), op wie je je daarbij richt (3), en wat je doelen (voor jezelf en de leerlingen)

6 en/of observatiepunten zijn (4). In de vijfde kolom noteer je gedurende of aan het einde van de dag wat jou opgevallen is in je observaties/wat leerpunten en leerwinsten waren bij de uitvoering van activiteiten voor jezelf en/of de leerlingen. Per periode bereid je 15 activiteiten voor op een lesvoorbereidingsformulier, waarvan je minimaal 10 activiteiten met de hele groep doet. Zorg ervoor dat je deze activiteiten zoveel mogelijk kunt gebruiken voor je vakdidactisch portfolio. Deze activiteiten noem je wel in kolom 1 van je dagplanning, maar werk je niet uit in kolom 2-5, je verwijst daarvoor door naar je lesvoorbereiding. Dagplanning Dagevaluatie 1. Activiteit: Geef de naam en het tijdstip van de activiteit, bijvoorbeeld: 8.30 Inloop, 9.00 Kring. 2. Rol van de student: Wat doe jij? Observeren? Begeleiding geven? Leiding geven aan de hele groep? Let op: in een kleutergroep ben je de hele dag actief, je doet dus altijd íets! 3. Op wie richt je je?: Hele groep, subgroep, individuele leerling, coach? 4. Persoonlijke leerdoelen/ Doelen voor de leerlingen/ Observatiepunten * Waar werk je zelf aan? Wat wil je bij de leerlingen bereiken? Waar kijk je gericht naar? *Kunnen voortkomen uit het onderzoek rijke speelleeromgeving. 5. Notities uit observaties/ leerpunten en leerwinsten bij uitvoering van activiteiten. Feedback van de coach: 2. Het communicatiekamp: De studenten gaan in september twee dagen op communicatiekamp in Lievelde. Tijdens het kamp wordt er geoefend met communicatievaardigheden. Een belangrijk onderdeel in het programma is communiceren met ouders (ouderavond, oudergesprekken, etc.) 4. Afronding De afronding van P&B5 bestaat uit de volgende onderdelen: Onderdeel: Gewicht: Cijfer/Beoordeling: Bevat: Leerwerktraject 50% Cesuur: 6 Beoordelingskaart P&B5 Portfolio P&B5 50% 1-10 Cesuur: 6 Beroepsproduct Het Leerwerktraject Beroepsproduct Communicatiekamp

7 Beoordeling beroepsproducten: De afronding van de beroepsproducten vindt plaats in de tentamenperiode aan het eind van de periode. De LWB-er beoordeelt de beroepsproducten met behulp van de beoordelingsformulieren. Het kan zijn dat de afronding van een beroepsproduct niet meteen op voldoende niveau is. In dat geval heeft de student recht op een herkansing. De student krijgt twee keer per studiejaar de gelegenheid P&B5 af te ronden. Beoordeling Leerwerktraject: Het leerwerktraject wordt beoordeeld aan de hand van de beoordelingskaart PB5. Voorafgaand aan de stage brengt de student de beginsituatie t.a.v. competenties van de Stichting Beroepskwaliteit Leraren (SBL) in beeld op de beoordelingskaart (formatieve beoordeling). De student bespreekt deze zelfbeoordeling aan het begin van de stage met de coach. In dit gesprek bepalen student en coach samen de leerdoelen voor de nieuwe stageperiode. Deze beoordelingskaart stuurt de student via de mail naar de coach. De coach ontvangt een link om deze kaart in te zien en gebruikt deze link om aan het einde van de periode de student te beoordelen. Nadat de coach de beoordelingskaart LWT P&B5 heeft ingevuld, ontvangt de student deze via de mail. Vervolgens geeft hij een korte toelichting op deze beoordeling en verstuurt het document, deze gaat dan automatisch naar de LWB-er en de coach. De LWB-er stelt in overleg met u de eindebeoordeling vast (summatieve beoordeling). Gemiste praktijkdagen worden zonder meer ingehaald. De inhaaldagen moeten in dezelfde bouw plaatsvinden. Indien door overmacht praktijkdagen in een MA gemist worden kan het leerwerktraject binnen de betreffende MA afgerond worden mits er - niet meer dan 2 praktijkdagen zijn gemist, - de beroepsproducten voldoende zijn uitgewerkt, - dit deel van het leerwerktraject met een voldoende kan worden beoordeeld door de coach en leerwerkbegeleider. Bij een onvoldoende beoordeling van de stage overlegt de LWB-er met u en de student over het opstellen van een stagecontract. In dit stagecontract staat afhankelijk van de redenen voor onvoldoende op welke manier deze stage kan worden herkanst. 5. Doelen voor Persoon en Beroep Na afronding van deze onderwijseenheid: Heeft de student ontwikkeling laten zien ten aanzien van het beroep (beroepsprofiel en competenties), studie (studie- en loopbaanmogelijkheden) en zichzelf als leerkracht (de eigen persoon). Heeft de student kennis, vaardigheden en attituden verworven ten aanzien van leiding geven, (ouder)communicatie, onderwijsactiviteiten ontwerpen en uitvoeren, plannen, organiseren,

8 samenwerken en overleggen, identiteit, kind en omgeving en de onderzoekende houding (onderzoekend kijken, reflectie, studie en loopbaan). Voor de verschillende competenties betekent dit: Interpersoonlijk en pedagogisch De student kan met een groep kinderen in gesprek gaan en is daarbij vooral sturend. De student bevordert bewust de zelfstandigheid en het samenwerken van kinderen. De student kan de persoonsvorming van kinderen stimuleren. Vakinhoudelijk en didactisch competent De student kan een instructiemodel inzetten bij zijn onderwijsactiviteiten en komt in zijn onderwijs tegemoet aan verschillen tussen kinderen. De student gebruikt verschillende instrumenten om de ontwikkeling van kinderen in kaart te brengen. Organisatorisch competent De student kan onderwijsactiviteiten plannen waarbij hij zijn klassenmanagement zo inricht en uitvoert dat hij rekening houdt met de verschillen tussen kinderen. Competent in het samenwerken met het team De student bevraagt collega s met betrekking tot de pedagogische en didactische ontwikkeling van kinderen. Competent in het samenwerken met de omgeving De student kan communiceren met ouders in formele contacten en houdt daarbij rekening met culturele verschillen. Reflectie en ontwikkeling De student kijkt onderzoekend naar zijn handelen als persoon in studie en beroep en beschrijft dit. De student gebruikt bronnen en kijkt onderzoekend naar opvattingen van anderen. Deze doelen zijn afgeleid van de SBL-competenties op basis niveau. Ze zijn vertaald naar rubrics voor goed en voldoende binnen de beoordelingskaart PB5 en de beoordelingsformulieren voor de verschillende beroepsproducten. 6. Doelen voor het programma Het Jonge Kind Studenten kunnen aangeven op welke manier hun aanbod aansluit bij de belevingswereld van jonge kinderen. Studenten kunnen aangeven welke ontwikkeling zij binnen hun aanbod stimuleren op het gebied van: o o Spelontwikkeling Mondelinge taalvaardigheid

9 o Beginnende geletterdheid / taalbewustzijn o Ontluikende gecijferdheid, meten & meetkunde o Ontwikkeling van tijdsbesef o Kennis en begrip van de wereld en oriëntatie in de ruimte o Dans en drama Studenten kunnen aangeven hoe kinderen op verschillende niveaus aan het aanbod deel kunnen nemen, gekoppeld aan de leerlijnen van de betreffende vakken. Studenten kunnen aangeven hoe zij de werkelijkheid hebben verkend en benut om tot een rijk aanbod te komen. Studenten kunnen aangeven op welke manier zij principes van onderzoekend en ontdekkend spelen en leren hebben toegepast binnen hun aanbod. Studenten kunnen aangeven op welke manier de verschillende ontwikkelingsgebieden onderling samenhangen binnen hun rijke aanbod. Studenten kunnen aangeven welke 21e-eeuwse vaardigheden ze stimuleren binnen hun aanbod. Studenten kunnen aangeven wat de uitvoering van dit aanbod zou vragen van hun pedagogisch, didactisch en organisatorisch handelen. 7. Begeleiding We verwachten dat de student zich zelf verantwoordelijk voelt voor zijn eigen leerproces en dat hij zelf de verantwoording neemt voor zijn eigen professionele en persoonlijke ontwikkeling. Natuurlijk wordt hij daarbij ondersteund op de manieren die hieronder staan beschreven. Coach op de basisschool In de meeste gevallen bent u als coach de leerkracht van de groep waarin de student stage uitvoert. U hebt de verantwoording om de student te begeleiden tijdens het praktische gedeelte van de stage. Het is de verantwoording van de student er voor te zorgen dat alle informatie die nodig is om begeleid te worden, in het bezit is van, of bekend is bij u als coach. Als coach dient u een goede leeromgeving te bieden, waar de student met zijn leervragen en leerdoelen aan de slag kan. Op uitgevoerde (les)activiteiten geeft u feedback. De student neemt initiatief om (les)ervaringen met u te bespreken en zich zo te ontwikkelen naar een hoger niveau. Leerwerkbegeleider (LWB-er) Bij de start van het studiejaar wordt de student ingedeeld bij een leerwerkbegeleider. De leerwerkbegeleider heeft de taak om de student te begeleiden tijdens het tweede studiejaar. De begeleiding is dan ook gericht op de studie, de stage en de persoon. Op de opleiding begeleidt de LWB-er studenten individueel of binnen een LWB-groepje. Daarnaast begeleidt de LWB-er de student ook op de basisschool. Hij komt minimaal eenmaal per half jaar en indien nodig vaker op lesbezoek en voert daar begeleidingsgesprekken met de student en met u als coach. De leerwerkbegeleider is de eindbeoordelaar van de onderwijseenheid P&B5.

10 Contactgegevens U vindt hier de gegevens van personen die een actief aandeel hebben in de organisatie en uitvoering van het leerwerktraject (Persoon en Beroep). Leerwerkbegeleiders - Remco Boter, RM.Boter@windesheim.nl - Hans Drost, j.drost@windesheim.nl (universitaire Pabo) - Geert Holwerda, GT.Holwerda@windesheim.nl - Michiel Kampman, MJF.Kampman@windesheim.nl - Geert Leemkuil, jg.leemkuil@windesheim.nl - Esther Loovers, EAC.Loovers@windesheim.nl - Job Morsink, j.morsink@windesheim.nl - Lin de Jong c.de.jong@windesheim.nl - Ineke van Ruler, i.van.ruler@windesheim.nl - Andra Schapink, aj.knetsch-schapink@windesheim.nl - Heleen Veenhoven, hj.veenhoven@windesheim.nl - Adri Visser, a.visser@windesheim.nl - Marlies Wolters, a.wolters@windesheim.nl

11