Van Klacht naar Kracht

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Van Klacht naar Kracht"

Transcriptie

1 Rotterdams Leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht ZORGMONITOR GGD Rotterdam-Rijnmond Postbus LP Rotterdam tel (010) % Cluster Zorgregie November 2008 Oplage 200 exemplaren Het eerste jaar: september 2007 september 2008

2 Inhoudsopgave Voorwoord 5 Inleiding 7 1 Kenmerken van de deelnemersgroep Omvang van de deelnemersgroep Gezondheidscentra Persoonskenmerken van de deelnemers 11 2 Resultaten van de nulmeting Beweeggedrag Gezondheid en pijnklachten Eten en drinken Medische maten Gevoel van regie over eigen leven Conclusies 20 3 Vorderingen van de deelnemers na drie maanden: eerste tussenmeting 21 4 Tweede tussenmeting 23 5 Samenvatting en conclusies 26 Bijlage 1 27 Bijlage

3 Voorwoord Het programma van Klacht naar Kracht staat of valt bij samenwerking. Met z n allen hebben we een geweldige uitdaging aangedurfd: het opzetten van ketens van activerende zorg in verschillende deelgemeenten van Rotterdam. Intensieve samenwerking realiseren daar waar deze nog niet bestond. In de zorg en buiten de zorg, in het gezondheidscentrum en in de wijk. Met als doel om Rotterdammers met gezondheidsproblemen een duwtje in de rug te geven bij t werken aan een betere gezondheid. Want het is niet eenvoudig om ingesleten gewoonten om te gooien en in beweging te komen. We zijn met z n allen dan ook razend benieuwd geweest naar de resultaten na een jaar hard werken en zijn blij met deze eerste notitie. En wat een werk zit er achter al de gepresenteerde cijfertjes! Van de deelnemers, de financiers, de pleitbezorgers, de cursusaanbieders, contactpersonen, etc., etc. Ik noem speciaal het werk van leefstijladviseurs, die in hun gezondheidscentrum of fysiotherapiepraktijk een hele nieuwe functionaliteit hebben neergezet. Die nieuwe contacten in de wijk zijn aangegaan om ervoor te zorgen dat deelnemers kunnen doorstromen naar geschikte activiteiten buiten de huisartsenzorg. Die én coachen én vragen naar gegevens voor de registratie. De eerste resultaten zijn absoluut bemoedigend. Nu is het natuurlijk zaak dat de deelnemers een gezonde leefstijl volhouden. Zullen ze de goede resultaten vast weten te houden? We zullen het zien bij de afsluitende monitor in We zijn nu al weer benieuwd. Namens het samenwerkingsverband Van Klacht naar Kracht, Tine de Hoop Programmaleider GGD Rotterdam-Rijnmond 4 5

4 Inleiding In september 2007 is de uitvoering van het Rotterdamse leefstijlinterventieprogramma Van Klacht naar Klacht gestart. Het programma is een gezamenlijke inspanning van het samenwerkingsverband van Van Klacht naar Kracht (VKnK). Onderdeel van de onderling overeengekomen afsprakenset is het monitoren van de vorderingen van de deelnemers aan het programma. De sectie Zorgmonitor van de GGD Rotterdam-Rijnmond rapporteert hierover. In deze monitor leest u over de bevindingen na het eerste pilotjaar. In 2010 verschijnt de tweede en afsluitende monitor. Voor een compleet beeld van de ontwikkeling en het resultaat van het gehele programma is er naast de monitor ook een tevredenheidsonderzoek onder de deelnemers uitgevoerd (Matthijssen, 2008) 1 en zijn afspraken gemaakt voor de uitvoering van een procesevaluatie, waarvan in februari 2009 een verslag uitkomt. De uitkomsten van de procesevaluatie worden verwerkt in het lopende kwaliteitstraject binnen het programma. We merken op dat het in dit onderzoek gaat om een monitor en niet zozeer om een evaluatie of effectmeting. De lezer treft in deze rapportage een beschrijving aan van de resultaten van de deelnemersgroep en geen toetsing waarbij de effecten ook worden afgezet tegen resultaten van bijvoorbeeld een controlegroep. Het programma Van Klacht naar Kracht is niet het enige in zijn soort. Voorbeeldprogramma s zijn Big!Move (dat draait in Amsterdam en Utrecht) en het programma Bewegen op Recept (dit wordt al geruime tijd in Den Haag uitgevoerd). Samen met Van Klacht naar Kracht hebben deze programma s model gestaan voor het programma Beweegkuur van VWS. Aan Beweegkuur is een uitgebreide effectevaluatie verbonden die elders wordt uitgevoerd. Vanwege de grote overeenkomsten tussen Beweegkuur en Van Klacht naar Kracht zullen de uitkomsten van deze effectmeting ook staan voor de effecten van Van Klacht naar Kracht. Het programma Van Klacht naar Kracht Centraal in het programma staat het voorkomen dat beginnende klachten leiden tot chronische aandoeningen, met name diabetes en depressie. Patiënten die extra risico lopen op deze aandoeningen, of deze al hebben ontwikkeld, krijgen gezonde leefstijlactiviteiten aangeboden. Dit aanbod staat naast de zorg die men normaal al krijgt. Voorbeelden van deze leefstijlactiviteiten zijn beweegactiviteiten en voedingsadvies. De deelnemer krijgt bovendien bij het doorlopen van het leefstijltraject persoonlijke begeleiding van een leefstijladviseur. Het traject is als volgt opgebouwd: Fase 1: bewegen in groepsverband bij de fysiotherapeut; maximaal drie maanden Fase 2: een cursus Samen Sportief Afvallen of een cursus Liever Bewegen Dan Moe; maximaal drie maanden Fase 3: deelname aan een beweegactiviteit in de wijk, maximaal zes maanden De keuze voor de verschillende fases is afhankelijk van de individuele gezondheidsklachten en motivatie van de cliënt: het is een traject op maat. Leefstijladviseur en cliënt beslissen samen welke activiteiten het meest geschikt zijn. Het programma duurt voor de deelnemer in totaal maximaal één jaar. In bijlage 1 is het traject schematisch weergegeven. De deelnemers aan het programma hebben prediabetessymptomen, diabetes, chronische a-specifieke pijnklachten, of depressieve klachten. De huisarts verwijst op basis van een indicatieformulier (zie bijlage 2) door naar de leefstijladviseur. In het hele traject werken verschillende partners samen in een keten: eerstelijns zorgaanbieders, Stichting Zorgimpuls, Achmea Zorg, Thuiszorg Rotterdam, preventieve GGZ instellingen, gemeente Rotterdam en deelgemeenten. Doel en opzet van de monitor Twee vragen zijn richtinggevend bij de monitor, namelijk: Bereikt het programma de groep van mensen met (pre)diabetes en chronische a-specifieke pijnklachten/ depressieve klachten? Wat zijn de resultaten van het programma in termen van gezondheidswinst voor de deelnemersgroep? Gezondheidswinst is vertaald naar ervaren gezondheid, pijnklachten, een aantal medische maten, eet/ drink- en beweeggedrag en conditie. Tijdens het eerste gesprek tussen de deelnemer en de leefstijladviseur wordt een vragenlijst afgenomen en wordt een aantal metingen verricht, zoals gewicht en bloeddruk. Na elke fase die is doorlopen, wordt opnieuw 1 Notitie deelnemers over Van Klacht naar Kracht, M. Matthijssen, Zorgmonitor GGD Rotterdam-Rijnmond, november

5 een vragenlijst ingevuld die inzicht moet geven in de vorderingen van de deelnemers. De metingen in dit gehele traject vormen de meet momenten in de monitor. Meting Nulmeting Eerste tussenmeting Tweede tussenmeting Eindmeting (nog uit te voeren) Evaluatiemoment De nulmeting, eerste tussenmeting en tweede tussenmeting maken onderdeel uit van deze monitor. Dit geldt niet voor de eindmeting, aangezien nog onvoldoende deelnemers deze fase van het programma hebben bereikt. Leeswijzer De opbouw van de notitie is als volgt. Allereerst komen in hoofdstuk 1 de kenmerken van de deel nemers groep aan de orde, in termen van respons, gezondheidscentra waar zij het programma volgen en enkele persoonskenmerken. Vervolgens bespreken we in hoofdstuk 2 de uitgangssituatie (T0), waarbij we ingaan op aanvangswaarden van specifieke gezondheidsmaten. Daarna wordt in hoofdstuk 3 gekeken naar de vorderingen die de deelnemers na drie maanden (T1) hebben gemaakt in vergelijking tot deze aanvangswaarden. Het betreft hier de eerste tussenmeting. In hoofdstuk 4 volgt een bespreking van de tweede tussenmeting (T2). In hoofdstuk 5 vatten we de bevindingen samen en formuleren we onze conclusies. T0 T1 T2 T3 1 Kenmerken van de deelnemersgroep In dit hoofdstuk gaan wij in op de omvang van de deelnemersgroep (paragraaf 1.1), de gezondheidscentra waar de deelnemers het programma volgen (paragraaf 1.2) en enkele persoonskenmerken van de deelnemers (paragraaf 1.3). 1.1 Omvang van de deelnemersgroep Huisartsen verwezen in de periode van één jaar 684 patiënten door naar de verschillende leefstijladviseurs. Van deze patiënten hebben op het moment dat dit onder zoek plaatsvond 468 patiënten een intakeformulier ingevuld. Deze patiënten vormen op dit moment de deelnemersgroep in de nulmeting (T0). Er bestaan verscheidene redenen voor het verschil tussen de aanvankelijke instromers (i.e. de 684 doorverwezen patiënten) en het aantal van 468 deelnemers op het moment van de nulmeting. Een deel van hen is door de huisarts doorverwezen, maar neemt uiteindelijk niet aan het programma deel. Sommige patiënten zijn ten onrechte of onjuist doorverwezen en soms bleken zij onvoldoende gemotiveerd te zijn voor het programma. In een aantal andere gevallen werden de kosten voor de deelname niet vergoed door de verzekeraar, omdat het programma buiten de dekking van de polis viel. Een andere reden die we hier willen vermelden is dat nog niet van alle patiënten een volledig ingevuld intakeformulier beschikbaar is. Zij staan op een wachtlijst en kunnen de komende tijd nog als deelnemer aan het programma worden toegevoegd. Daarnaast zijn er 48 patiënten doorverwezen op twee Beweegkuurlocaties, die meetellen voor de gemeentelijke Van Klacht naar Kracht inspanningen, maar die een eigen monitortraject volgen. Tabel 1.1 Aantal geretourneerde formulieren op vier verschillende meetmomenten, gegevens per 1 oktober 2008 Aantal Patiënten verwezen door huisarts 684 Geëxludeerde deelnemers en Beweegkuurdeelnemers 216 Aantal geretourneerde formulieren nulmeting (T0) 468 Aantal deelnemers met nog niet ingevulde T=1 formulieren 211 Stoppers na T=0 51 Aantal geretourneerde formulieren Eerste tussenmeting (T1) 206 Aantal deelnemers met nog niet ingevulde formulieren T=2 154 Aantal geretourneerde formulieren Tweede tussenmeting (T2) 52 Aantal deelnemers met nog niet ingevulde formulieren T=3 44 Aantal geretourneerde formulieren Eindmeting (T3) 8 De eerste tussenmeting (T1) is gebaseerd op 206 vragenlijsten. Dit betekent dat (nog) niet alle deelnemers naar een volgende fase zijn doorgestroomd. Een deel van de deelnemers wacht nog op de start van die fase, omdat er in de praktijk vertraging is ontstaan met het organiseren van de activiteiten. Een ander deel is nog actief in de betreffende fase waarin ze zich bevinden. Verder is een deel (51 personen) vroegtijdig met het programma gestopt. De redenen hiervoor zijn geregistreerd door de leefstijladviseurs, maar op het 8 9

6 moment van schrijven nog niet beschikbaar voor deze rapportage. 2 Voor de tweede tussenmeting (T2) zijn er voor deze eerste monitor 52 deelnemers. Voor de eindmeting (T3) zijn er vooralsnog acht deelnemers. Dit resultaat geldt voor de huidige stand van zaken en is dus niet de definitieve respons. Ook voor deze beide metingen geldt dat er bij sommige deelnemers sprake is van vertraging. Gezien de beperkte aantallen op T2 en T3, zal de focus in de notitie liggen op T0 en T1. We blikken aan het eind van deze notitie vooruit op de gegevens van T2 omdat deze een positieve tendens schetsen over het vervolgtraject van Van Klacht naar Kracht. In het schema hierna is bovenstaande fasering en respons weergegeven. 1.3 Persoonskenmerken van de deelnemers In tabel 1.2 staan de persoonskenmerken van de deelnemers aan het programma. Bijna vier van de vijf deelnemers (79%) is vrouw. Driekwart (76%) is 45 jaar of ouder. Meer dan de helft van de deelnemers is getrouwd of samenwonend (57%). Met betrekking tot de etniciteit van de deelnemers zien we dat ook deelnemers van allochtone afkomst zijn vertegenwoordigd, met name Surinamers (19%) en Turken (18%). Het opleidingsniveau van de deelnemers is laag. 17% heeft geen opleiding en 21% heeft alleen lager onderwijs genoten. Bijna een kwart (23%) van de deelnemers heeft een opleiding op MBOniveau of hoger. Voor de totale Rotterdamse bevolking ligt dat percentage op 62%. Schema deelname en uitval in de verschillende fases van het programma op het moment van onderzoek Tabel 1.2 Achtergrondkenmerken van de deelnemers 468 in traject 211 in traject 154 in traject 44 in traject (8) T0 T1 T2 T3 1.2 Gezondheidscentra De begeleiding van de deelnemers vindt plaats door een leefstijladviseur in een gezondheidscentrum (GC). De leefstijladviseur is vaak een fysiotherapeut of een praktijkondersteuner van een huisarts (POH), soms een diëtiste en in één geval betreft het een maatschappelijk werker. Behalve vanuit gezondheidscentra opereren de leefstijladviseurs ook vanuit fysiotherapiepraktijken en andere eerstelijnssamenwerkingsverbanden (zie tabel). In totaal zijn er 17 locaties die meedoen aan het programma. Daarnaast zijn er nog twee locaties waar de Beweegkuur wordt gegeven. Het aantal deelnemers is gelijkmatig verspreid over de diverse locaties. De gezondheidscentra die met hun 51 personen, uitval gedurende hele traject deelnemersaantal enigszins achterblijven, zijn pas op een later moment aan het leefstijlprogramma gaan meedoen. De meeste deelnemende gezondheidscentra zijn gesitueerd in achterstandswijken. In de deelgemeente Charlois en Feijenoord doen respectievelijk vier en drie centra mee; in Delfshaven twee centra. Verder doen er in IJsselmonde, in Kralingen/Crooswijk, Noord en Stadscentrum elk één centrum mee. In de deelgemeente Prins Alexander zijn er drie gezondheidscentra betrokken bij het programma. In de gemeente Capelle aan den IJssel doet het IJssellandziekenhuis, een tweedelijnsinstelling, sinds kort mee. De beweegkuurlocaties bevinden zich in deelgemeente Feijenoord en Prins Alexander. % Deelnemers Geslacht (n=423) man 21 vrouw 79 Leeftijd (n=383) <= 34 jr jr jr jr. 28 >= 65 jr. 15 Burgerlijke staat (n=458) Getrouwd, samenwonend 57 Ongehuwd, nooit getrouwd geweest 13 Gescheiden, gescheiden levend 22 Weduwe, weduwnaar 8 Etniciteit (n=440) Nederlands 35 Surinaams 19 Antilliaans/Arubaans 6 Turks 18 Marokkaans 9 Overig westers 5 Overig niet-westers 8 Opleiding (n=446) Geen opleiding 17 Lager onderwijs 21 Lager of voorbereidend beroepsonderwijs 20 Middelbaar algemeen voortgezet onderwijs 19 Middelbaar beroepsonderwijs en beroepsbegeleidend onderwijs 9 Hoger (beroeps)onderwijs (incl. HAVO en VWO) 10 Wetenschappelijk onderwijs 1 Anders 3 2 De meldingen die over uitval zijn gedaan en de redenen en gevolgen van uitval worden verder meegenomen in de procesevaluatie van het gehele programma. In de (herziene) vragenlijsten die door de leefstijladviseurs gebruikt worden, zal dit onderwerp uitgebreider worden opgenomen om in het vervolg de uitval beter inzichtelijk te maken

7 2 Resultaten van de nulmeting Tabel 2.2 Angst en vermoeidheid bij bewegen (%, n=433) In dit hoofdstuk schetsen wij resultaten voor de deelnemers aan het leefstijlinterventieprogramma Van Klacht naar Kracht bij aanvang van het programma. Het betreft alle deelnemers die tot 20 september 2008 zijn ingestroomd en hebben deelgenomen aan de nulmeting. In de eerste paragraaf staat het beweeggedrag centraal. Daarna volgt een bespreking van gezondheid en pijnklachten van de deelnemers. Vervolgens presenteren we de resultaten van een aantal medische testen die zijn afgenomen. We sluiten het hoofdstuk af met enkele conclusies. Helemaal Weinig In enige Veel tot niet mate heel veel Ik voel me te moe om te bewegen 9% 18% 32% 41% Ik ben bang dat bewegen mijn klachten verergert 29% 30% 21% 22% Ik denk dat er iets ernstigs aan de hand is met mijn lichaam 22% 32% 23% 23% 2.1 Beweeggedrag In deze paragraaf gaan wij in op het beweeggedrag van de deelnemers aan het programma. Allereerst presenteren we de uitkomsten met betrekking tot de attitude van de deelnemers tegenover bewegen en we kijken naar angst en vermoeidheid bij beweging. Daarna komt aan de orde of zij aan sport doen. Vervolgens gaan wij in op conditie. Als laatste wordt de motivatie van de deelnemers om te bewegen besproken. Attitude ten aanzien van bewegen Hoe kijken de deelnemers tegen bewegen aan en welke plaats neemt dit in hun dagelijkse leven in? We hebben de deelnemers enkele vragen hierover voorgelegd en presenteren de antwoorden in tabel 2.1. Een viertal stellingen krijgen meer instemming dan de overige. Vrijwel alle deelnemers willen meer bewegen om zich fit te voelen en/of gewicht te verliezen. Zij stemmen vaak ook in met de stelling dat ze bewegen omdat zij er plezier in hebben (65%). Bijna tweederde van de deelnemers (63%) geeft aan dat zij meer zouden bewegen als het aanbod beter aansloot op hun wensen. Zes van de tien deelnemers voelt zich schuldig als ze niet bewegen. Voor een kleinere, maar niet geringe groep (40%) constateren we dat zij aangeven geen geld te hebben om te bewegen. Een minderheid van de deelnemers vindt dat hij geen tijd heeft om te bewegen (28%) en een nog kleinere groep zegt genoeg te bewegen om zijn gezondheid op peil te houden (22%). Sporten In figuur 1 staat de verdeling van de deelnemers naar beweeg- of sportgedrag. Bijna 80% van de deelnemers Figuur 1 Deelnemers naar beweeggedrag (%, n=431) Sport bij gewone vereniging Sport in georganiseerd verband met begeleiding Sport wel, maar niet bij vereniging of groep sport niet; 5% sport bij een vereniging en 4% sport onder begeleiding; de overige 11% sport niet in georganiseerd verband. 79% Tabel 2.1 Attitude ten aanzien van bewegen (% van de deelnemers dat het met de stelling eens is, n= 468) % antwoord ja Ik wil meer bewegen om me fit te voelen/gewicht te verliezen 98% Ik beweeg omdat ik er plezier in heb 65% Ik zou meer gaan bewegen als het aanbod van activiteiten (beter) aansluit bij mijn wensen 63% Ik voel me schuldig als ik niet genoeg beweeg 61% Ik heb geen geld om te bewegen 40% Ik doe vaak activiteiten waarbij ik moet zweten 33% Ik voel me niet op mijn gemak in een groepsactiviteit 32% Ik heb geen tijd om te bewegen 28% Ik vind dat ik genoeg beweeg om mijn gezondheid op peil te houden 22% Sport niet Conditie De conditie van de deelnemers wordt gemeten met de zes minuten wandeltest die de submaximale inspanning van een deelnemer test. Het is de bedoeling dat de deelnemers tijdens de wandeltest gedurende zes minuten een zo groot mogelijke afstand afleggen zonder de gezondheid in gevaar te brengen. De door de deelnemers gelopen afstand op de nulmeting varieert van 41 tot 772 meter. Motivatie De motivatie om te bewegen wordt ook bepaald door het belang dat de deelnemers hechten aan gezond leven. 11% 4% 5% Daarnaast telt het vertrouwen dat zij erin hebben om zelf te kunnen veranderen. Beide aspecten zijn bij de deelnemers gemeten. In de tabel staan de gemiddelde scores van de deelnemers op twee vragen die refereren aan dit belang en vertrouwen. Op beide aspecten scoren de deelnemers hoog. Motivatie is een van de criteria waarop de huisarts selecteert bij het doorverwijzen naar het programma. De scores zijn weergegeven in tabel 2.3. We concluderen dat de deelnemers er veel belang aan hechten om gezond te leven (gemiddelde score 8,8) en dat zij er een redelijke mate van vertrouwen in hebben dat hen dit ook zou lukken als zij daartoe zouden besluiten (gemiddelde score 7,3). Angst en vermoeidheid bij bewegen Vermoeidheid en angst kunnen een belemmering vormen om te gaan bewegen. Vooral vermoeidheid wordt door de deelnemers herkend: driekwart heeft hier last van (zie tabel 2.2). Sommigen in enige mate (32%) en een wat grotere groep heeft daar veel tot heel veel last van (41%). De deelnemers zijn minder vaak bang dat door beweging hun klachten verergeren of dat er iets ernstigs met hun lichaam aan de hand is. Ten aanzien van elk van deze beide factoren geeft iets minder dan een kwart van de deelnemers aan hier veel tot heel veel last van te hebben. Tabel 2.3 Motivatie (gemiddelde score) Gemiddelde Hoe belangrijk is het voor u om gezond te leven? 8,8 Stel dat u zou besluiten om gezond te gaan leven, hoeveel vertrouwen hebt u dat dit zou lukken? 7,3 Noot bij de tabel: antwoordcategorieën lopen van 0, helemaal niet belangrijk, tot en met 10, heel erg belangrijk

8 2.2 Gezondheid en pijnklachten In deze paragraaf gaan wij achtereenvolgens in op de ervaren gezondheid van de deelnemers, hun psychische gezondheid, pijnklachten waaraan zij willen werken en hinder van pijn en psychische klachten. Ervaren gezondheid In figuur 2 is de ervaren gezondheid van de deelnemers aan het programma weergegeven. Eenderde (33%) van de Figuur 2 Deelnemers naar ervaren gezondheid (%, n=460) 60% 50% 40% 30% 20% 20% 10% 10% 0% Uitstekend 51% 51% 31% 16% 16% 0% 2% 3% Rotterdam Psychische gezondheid Het psychisch functioneren van de deelnemers is nagevraagd door middel van vijf vragen die gezamenlijk het MHI5-meetinstrument voor psychische gezondheid vormen. De resultaten hieruit zijn weergegeven in figuur Zeer goed Goed Matig Slecht Deelnemers VKnK Figuur 3 Deelnemers naar psychische gezondheid (%, n=411) deelnemers ervaart een goede tot zeer goede gezondheid; tweederde (67%) zegt een matige tot slechte gezondheid te hebben. Vergelijken we de gezondheid van de deelnemers met de gezondheid van alle Rotterdammers, dan voelen (in lijn met de verwachting) laatstgenoemden zich gemiddeld veel gezonder. Slechts 20% van de Rotterdammers ervaart een matige tot slechte gezondheid (Gezondheidsenquête ). 3. Bijna de helft van de deelnemers voelt zich psychisch gezond (47%). De andere deelnemers voelen zich licht tot ernstig psychisch ongezond (53%). In lijn met de verwachting ligt dit percentage voor Rotterdam als geheel lager, namelijk op 25% (Gezondheidsenquête 2005). Pijnklachten en activiteiten om aan te werken De deelnemers is gevraagd naar de belangrijkste activiteiten waarbij men pijnklachten heeft en waaraan men zou willen werken om die klachten te verminderen. Lopen is verreweg de meest genoemde activiteit waarbij men pijn ervaart en waaraan men zou willen werken om de klachten te verhelpen (zie tabel 2.4). Naast de belangrijkste activiteit met pijnklachten is tevens gevraagd hoeveel moeite het hen kost om die activiteit uit te voeren. Op een schaal van 0 (onmogelijk) tot en met 10 (geen enkele moeite) geven deelnemers gemiddeld die moeite aan met de score 4,0. Hiermee wordt door hen aangegeven dat de activiteit hen enige moeite kost. Hinder van pijn en psychische klachten In welke mate worden de deelnemers gehinderd door pijnklachten en gevoelens of emoties? In tabel 2.5 zijn de antwoorden van de deelnemers op deze vraag opgenomen. De grootste groep wordt gevormd door de deelnemers die veel tot heel veel hinder zeggen te hebben van pijnklachten (40%). Door gevoelens en emoties wordt een wat kleiner deel van de deelnemers (28%) gehinderd. Tabel 2.5 Hinder door pijn en psychische klachten (%) Tabel 2.4 Tien belangrijkste activiteiten om aan te werken bij pijnklachten (%, n=426) Activiteit % Lopen 13% Wandelen 5% Fietsen 4% Sporten 4% Zwemmen 3% Fitness 3% Conditie 2% Traplopen 2% Lang lopen 2% Lang staan 2% Mate van hinder Door pijnklachten (n=421) Door gevoelens/emoties (n=412) Helemaal geen hinder 14% 24% Weinig hinder 17% 21% Enige hinder 29% 27% Veel tot heel veel hinder 40% 28% Totaal 100% 100% 2.3 Eten en drinken 60% 50% 40% 30% 57% 47% 28% Hierna gaan we in op de informatie die de deelnemers hebben verstrekt over hun eet- en drinkgewoonten. Dagelijkse eet- en drinkgewoonten In tabel 2.6 is aangegeven in welke mate de deelnemers dagelijks ontbijten, lunchen en dergelijke. De meeste deelnemers gebruiken dagelijks een ontbijt, lunch en warme maaltijd. De groep die nooit ontbijt of luncht is klein, maar het gaat hier toch nog om respectievelijk 8% en 5% van het totaal. Groenten en fruit worden door bijna eenderde van de deelnemers niet dagelijks genuttigd. Echter slechts 1% van de deelnemers zegt nooit groenten te eten. Het percentage dat zegt nooit fruit te eten, ligt hoger, namelijk op 7%. 20% 10% 0% Psychisch gezond 3 Gezondheidsenquête 2005: onderzoeksmethodiek en gezondheid in relatie tot achtergrondkenmerken: een naslagwerk, Marjan Kuilman en Gea Schouten, Rotterdam, GGD Rotterdam-Rijnmond Rotterdam 15% Psychisch licht ongezond 6% Deelnemers VKnK 14% Psychisch matig ongezond 4% 11% Psychisch ernstig ongezond Tabel 2.6 Dagelijkse eetgewoonten (%, n=468) Hoe vaak per week eet u Iedere dag Niet elke dag Nooit een ontbijt? 81% 11% 8% een lunch? 76% 20% 5% een warme maaltijd? 86% 14% 0% groente? 66% 33% 1% fruit? 63% 30% 7% 14 15

9 Voor zover deelnemers maaltijden overslaan is hen gevraagd wat daarvan de reden is. Geen geld is zelden een reden, evenmin als dat men niet zou mogen eten. Meestal hebben de deelnemers geen zin om te eten (34%) of in lijn hiermee kan men niet eten (26%). Tabel 2.7 Belangrijkste redenen waarom maaltijden worden overgeslagen (%, n=164) De deelnemers is ook gevraagd naar wat men drinkt, de melkproducten die men gebruikt, de tussendoortjes en fastfood. We lopen de antwoorden hier kort langs. Dranken Qua dranken worden overwegend koffie/thee met zoetjes (of zonder suiker), water en lightdranken gebruikt (79%). 17% drinkt vooral koffie/thee met suiker, vruchtensap en limonadesiroop. Een kleinere groep (4%) drinkt vooral Cola, Fanta of andere frisdranken. BMI en Gewicht Het gewicht van de deelnemers aan het programma varieert van 52 tot 171 kilogram. Het gemiddelde gewicht bedraagt 92 kilogram. De Body Mass Index (BMI) is een index voor het gewicht in verhouding tot de lichaamslengte. De BMI geeft een schatting van het Figuur 5 Deelnemers naar BMI (%, n=412) gezondheidsrisico van het lichaamsgewicht. Bij een BMI van boven de 30 is er sprake van ernstig overgewicht en is het medisch gezien noodzakelijk af te vallen. Van de deelnemers aan het programma heeft 71% een ernstig overgewicht (zie figuur 5). % reden genoemd Geen zin 34% Ik kan niet eten 26% (bv. Krijg geen hap door mijn keel) Om af te vallen 21% Geen tijd 17% Ik mag niet eten (van diëtiste, familie, uzelf) 1% Geen geld 1% Totaal 100% Melkproducten Magere en halvolle melkproducten worden het meest gebruikt (67%), veel meer dan de volle melkproducten (8%). Een kleine groep gebruikt soms volle, soms halfvolle en magere melkproducten (15%). 9% gebruikt in het geheel geen melkproducten. Tussendoortjes Vier van de tien deelnemers eet nooit of zelden een tussendoortje. Voor een iets grotere groep (46%) geldt dat zij dit niet iedere dag doen, maar wel een keer of drie per week; 14% eet dagelijks iets tussendoor. Fastfood Het gros van de deelnemers (77%) zegt nooit of zelden fastfood te eten, 21% eet dit ongeveer twee tot drie keer per week. normaal gewicht (BMI <= 25) matig overgewicht (BMI 25-30) ernstig overgewicht (BMI > 30) 71% 23% 6% 2.4 Medische maten In deze paragraaf staan de medische maten centraal. De selectie van medische maten is bepaald doordat de gekozen indicatoren in belangrijke mate van invloed zijn op de prognose van diabetes mellites. Allereerst gaan wij in op buikomvang, BMI en gewicht. Daarna komen bloeddruk en de glucosewaarde, het HbA1C-niveau en het cholesterolniveau van het bloed aan de orde. Buikomvang Een normale buikomvang bij mannen bedraagt 102 centimeter of lager, bij vrouwen 88 centimeter of lager. Bijna alle deelnemers scoren boven deze norm: 44% heeft een licht vergrote buikomvang en 47% een sterk vergrote buikomvang (zie figuur 4). Bloeddruk Een bloeddruk waarvan de bovendruk hoger is dan 140 en/of de onderdruk hoger is dan 90, geldt als afwijkend. Bijna 40% van de deelnemers heeft een verhoogde bloeddruk (zie figuur 6). Figuur 6 Deelnemers naar bloeddruk (%, n=359) 61% Figuur 4 Deelnemers naar buikomvang (%, n=372) verhoogd (> 140/90) normaal (m <= 102 cm; v <= 88 cm) 44% normaal (<= 140/90) licht vergroot (m cm; v cm) 47% 39% sterk vergroot (m > 122 cm; v > 108 cm) 9% 16 17

10 Glucose (bloedsuiker) Het acceptabele niveau van de glucosewaarde ligt op 6,1 mmol/l of lager. Van de deelnemers heeft 61% een verhoogde glucosewaarde van het bloed. Het gaat hier om een momentopname (zie ook de bespreking van de HbA1C waarde hierna). Figuur 7 Deelnemers naar glucosewaarde (%, n=279) Cholesterol 31% Van de deelnemers aan het programma heeft een verhoogd cholesterolniveau. Acceptabel is een waarde lager dan 5,2 (zie figuur 9). Figuur 9 Deelnemers naar cholesterolniveau (%, n=274) 39% 69% verhoogd (>= 6,1 mmol/l) verhoogd: >= 5,2 acceptabel (< 6,1 mmol/l) acceptabel: < 5,2 61% 31% HbA1C De HbA1c waarde geeft een goede indruk van de gemiddelde bloedglucosewaarden over een langere periode (de hierboven genoemde bloedglucosewaarde is een momentopname). Bij mensen die geen diabetes Figuur 8 Deelnemers naar HbA1C-niveau (%, n=246) hebben, zal de HbA1c waarde rond de 5% liggen. De veilige norm volgens het Nederlands Huisartsen Genootschap ligt op 7%. Op de nulmeting voldoet 41% van de deelnemers niet aan de veilige norm (zie figuur 8). 2.5 Gevoel van regie over eigen leven Tijdens de nulmeting is aan de deelnemers gevraagd naar de mate waarin zij het gevoel hebben dat zij zelf invloed hebben op gebeurtenissen. We vatten dit samen onder de noemer regie over eigen leven. Aan de deelnemers is een zestal beweringen voorgelegd, waarvan men kon aangeven in hoeverre men ermee instemt. Het resultaat is weergegeven in tabel 2.8. De deelnemers zijn verdeeld over de stellingen. Iets meer dan een derde geeft bij de verschillende beweringen aan het ermee eens te zijn, wat hier betekent dat zij een negatief oordeel hebben over hun regiemogelijkheden. Zij hebben bijvoorbeeld het gevoel dat ze bijna niets waarop ze hun zinnen hebben gezet ook kunnen doen (36%) en dat ze vrij weinig controle hebben over de dingen die hen overkomen (33%). De minste instemming krijgt de bewering dat er weinig is wat men kan doen om belangrijke dingen in het eigen leven te veranderen. Met deze stelling is 23% het eens, tegenover 51% die het er mee oneens is. voldoet niet aan veilige norm: >= 7% voldoet aan veilige norm: < 7% 59% 41% Tabel 2.8 Gevoel van regie over eigen leven (%, n=376) (helemaal) neutraal (helemaal) oneens eens Ik heb vrij weinig controle over de dingen die mij overkomen 43% 25% 33% Wat er in die toekomst met mij gebeurt, heb ik niet zelf in de hand* 44% 23% 34% Sommige van mijn problemen kan ik met geen mogelijkheid oplossen 39% 22% 39% Er is weinig wat ik kan doen om belangrijke dingen in mijn leven te veranderen 51% 26% 23% Bijna niets waar ik mijn zinnen op gezet heb, kan ik doen* 44% 21% 36% Ik voel me vaak hulpeloos bij het omgaan met de problemen van het leven 43% 25% 32% Noot bij de tabel: de met een asterisk (*) gemerkte twee items zijn oorspronkelijk positief geformuleerd. T.b.v. de vergelijkbaarheid van de antwoorden zijn ze hier echter omgecodeerd en de vraagformulering is hierop afgestemd

11 Nemen we alle zes de beweringen gezamenlijk in beschouwing, dan kunnen we een overall-gemiddelde berekenen waarin tot uiting komt hoe de verhouding is tussen de groep die wel en de groep die geen gevoel heeft van regie over het eigen leven. Deze verhouding is weergegeven in figuur 10. Het merendeel van de deelnemers (62%) heeft dit gevoel wel. Echter, de groep die dit gevoel niet heeft, is eveneens groot (38%) 3 Vorderingen van de deelnemers na drie maanden: eerste tussenmeting Figuur 10 Gevoel van regie over eigen leven (%, n=372) 62% In dit hoofdstuk bespreken we de vorderingen van de deelnemers op de eerste tussenmeting, drie maanden na de start. Deze vorderingen zijn gebaseerd op de 206 deelnemers. Voor deze groep zijn de gemiddelde scores bekeken op de uitkomstmaten uit hoofdstuk 2. De grootte van het verschil tussen de nulmeting en de eerste tussenmetingen is maatgevend voor het beoordelen van de gezondheidswinst die de deelnemers hebben geboekt. 2.6 Conclusies gevoel onvoldoende regie eigen leven gevoel voldoende regie eigen leven Op basis van dit hoofdstuk kunnen we concluderen dat de kenmerken van de personen die aan het programma meedoen in ruime mate voldoen aan de vooraf gespecificeerde kenmerken van de deelnemersgroep waarop het programma zich richt. In het programma zien we een grote instroom van de beoogde patiëntgroep. Het gaat om patiënten met pre-diabetessymptomen (hoge glucosewaarde, hba1cniveau, bloeddruk, etc.), chronische aspecifieke pijnklachten (veel pijnklachten) of 38% milde depressieve klachten (hoog % psychisch ongezond). Verder blijkt uit de achtergrondkenmerken dat vooral personen met een lage sociaal-economische status (laag opleidingsniveau 4 ) en personen uit achterstandswijken instromen. De oververtegenwoordiging van vrouwen en allochtone groepen bij de deelnemers kan gezien worden in het licht van de hogere prevalentie van bijvoorbeeld psychosomatische klachten en diabetes bij vrouwen en allochtone groepen. In tabel 3.1 staan de gemiddelde scores voor de 206 deelnemers op de nulmeting en eerste tussenmeting. We lichten de scores per onderdeel kort toe, waarbij we een onderscheid maken tussen verschillen die statistisch aantoonbaar zijn en verschillen die dat niet zijn 5. Gemeten kenmerken die aantoonbaar zijn veranderd: Buikomvang De gemiddelde buikomvang van de deelnemers is met gemiddeld bijna twee centimeter gedaald tot 109 centimeter. Het gewicht en de Body Mass Index Deze zijn beide gedaald met respectievelijk ruim één kilogram en 0,1 kg/m 2. De diabetesmaten HbA1C en Glucose Deze zijn gedaald met 0,3% en 0,4 mmol/liter. Hiermee is het gemiddelde HbA1C niveau van het bloedserum gedaald tot een acceptabel niveau. Ervaren gezondheid Deze is bij de deelnemers gestegen met gemiddeld 0,5 op een schaal van 1 tot en met 5 (let op: omdat de schaal loopt van uitstekend naar slecht krijgt de verschilscore in de tabel een negatief teken). Psychische gezondheid Is bij de deelnemers gestegen met gemiddeld 6 op een schaal van 0 tot en met 100. De pijnklachten Deze namen gemiddeld af met 2 op een schaal van 0 tot en met 10 (let op: omdat de schaal loopt van wel naar geen pijnklachten krijgt de verschilscore in de tabel een positief teken). Hinder door pijnklachten en gevoelens/emoties De hinder van pijnklachten en van gevoelens/emoties zijn tussen T0 en T1 afgenomen. Angst en vermoeidheid bij bewegen 42% van de deelnemers rapporteert op de eerste tussenmeting dat zij sinds de start van het programma meer zijn gaan bewegen. De beweegangst Is gedaald met gemiddeld 3,7 op een schaal van 0 tot en met 30. De motivatie Is gestegen met gemiddeld 0,8 op een schaal van 0 tot en met 20. De prestatie van de deelnemers op de zes minuten wandeltest Is gestegen met gemiddeld 50 meter tot 437 meter. Met betrekking tot twee maten zijn de veranderingen niet aantoonbaar en we concluderen daarom vooralsnog dat de geconstateerde veranderingen aan het toeval kunnen worden toegeschreven. Het gaat hier om de volgende twee veranderingen: Het cholesterolniveau van het bloed Dit is gemiddeld gestegen met 0,1 mmol/liter. Boven- en onderdruk van het bloed Deze zijn gemiddeld over alle deelnemers gezien gedaald. 4 i.e. MBO, VMBO, LBO, LO of lager niveau. 5 We hanteren het criterium p<

12 Tabel 3.1 Resultaten op Testonderdelen, gemiddelde scores op nulmeting en eerste tussenmeting (N=206) nulmeting eerste tussenmeting verschil Medische Maten Buikomvang (cm) (n=179) 111,0 109,1-1,9 Gewicht (kg) (n=188) 91,4 90,3-1,1 BMI (kg/m 2 ) (n=183) 34,2 33,9-0,3 HbA1C (%) (n=80) 7,2 6,9-0,3 Glucose (mmol/l) (n=94) 7,2 6,8-0,4 Cholesterol (mmol/l) (n=75) 4,3 4,4 0,1 Bloeddruk (bovendruk) (n=131) 136,0 135,9-0,1 Bloeddruk (onderdruk) (n=131) 82,4 81,7-0,7 % acceptabele bloeddruk (<140/90) (n=131) 58,0% 61,8% 3,8% 4 Tweede tussenmeting Geconcludeerd kan worden dat de deelnemers op 16 van de 18 uitkomstmaten op de eerste tussenmeting vooruitgang hebben geboekt ten opzichte van de nulmeting. Zij zijn meer gaan bewegen, hebben minder beweegangst en een verbeterde conditie. Zelfs de motivatie van de deelnemers om hun levensstijl aan te pakken, die op de nulmeting al hoog was, is verder gestegen. Ook de zelfgerapporteerde gezondheidsbeleving is verbeterd en de pijnklachten zijn verminderd. De medische uitkomstmaten verbeterden. De buikomvang daalde flink (maar is nog altijd hoog); het gewicht en BMI daalden licht. Heel positief is de daling van één van de diabetesmaten tot een gemiddeld veilig niveau. De veranderingen van bloeddruk en cholesterolniveau zijn voor deze groep niet statistisch aantoonbaar gebleken. In dit hoofdstuk bespreken we de resultaten van de tweede tussenmeting. We gaan eerst in op de resultaten zoals die ook zijn gepresenteerd in hoofdstuk 3, tabel 3.1. Daarna bekijken we hoe de deelnemers zelf oordelen over de veranderingen die het programma hen gebracht heeft. Gezondheid en pijnklachten Ervaren gezondheid (1-5 (uitstekend-slecht)) (n=189) 3,9 3,4-0,5 Psychische gezondheid (MHI5:0-100) (n=169) 58,8 64,8 6,0 Pijnklachten bij activiteiten (0-10 (wel-geen)) (n=167) 4,0 6,0 2,0 Hinder door pijnklachten (0-10 (geen-wel)) (n=163) 5, ,2 Hinder door gevoelens/emoties (0-10 (geen-wel)) (n=161) 4,3 3,5-0,8 Beweeggedrag % Meer bewegen (n=187) nvt 42% nvt Angst en vermoeidheid bij bewegen (0-30 (nee-ja)) (n=166) 12,3 8,6-3,7 Motivatie (0-20 (slecht-goed)) (n=153) 16,0 16,8 0,8 Conditie (meters op 6 minuten wandeltest) (n=150) ,0 Op 20 september 2008 waren de gegevens van 52 van de deelnemers binnen. Hoewel dit aantal niet hoog is, hebben wij toch voor deze groep de resultaten vergeleken met de nulmeting. De ontwikkeling die zich in de eerste tussenmeting voordeed (zie hoofdstuk 3), zet zich in de tweede tussenmeting voort. Op 15 van de 18 uitkomstmaten heeft zich een aantoonbare verbetering voorgedaan 6. Een aantal uitkomsten is sterk verbeterd: de buikomvang daalt met bijna zeven centimeter en de gemiddeld gelopen afstand op de zes minuten wandeltest neemt toe met 113 meter. De verbetering van de overige uitkomstmaten is vergelijk baar met de resultaten uit het vorige hoofdstuk. Uitzondering vormt de verandering in de mate waarin deze deelnemers hinder ondervinden van gevoelens/ emoties. Deze verandering is statistisch niet significant. Echter, het gaat hier om een zeer kleine groep (52 deelnemers) en het significantieniveau is dusdanig 7 dat we het vermoeden hebben dat hier wel sprake is van een feitelijke verbetering. In een latere fase van het onderzoek verwachten we dan ook deze indicator aantoonbaar verbetert. De veranderingen in bloeddruk en cholesterolniveau zijn echter niet significant. Attitude t.a.v. bewegen (n=206) % ja T0 % ja T1 Ik wil meer bewegen om me fit te voelen/gewicht te verliezen 97% 95% 2% Ik beweeg omdat ik er plezier in heb 65% 87% +22% Ik voel me schuldig als ik niet genoeg beweeg 62% 66% +4% Ik doe vaak activiteiten waarbij ik moet zweten 34% 64% +30% Ik zou meer gaan bewegen als het aanbod van activiteiten (beter) aansluit bij mijn wensen 64% 56% -8% Ik vind dat ik genoeg beweeg om mijn gezondheid op peil te houden 23% 56% +33% Ik heb geen geld om te bewegen 35% 33% -2% Ik voel me niet op mijn gemak in een groepsactiviteit 37% 23% -15% Ik heb geen tijd om te bewegen 34% 21% -13% Noot bij de tabel: statistisch significante verschillen zijn in de tabel gecursiveerd. De verandering in attitude t.a.v. bewegen is niet statistisch getoetst. 6 Ter toetsing is hier evenals in hoofdstuk 3 gebruik gemaakt van het criterium p< P=

13 Tabel 4.1 Resultaten op Testonderdelen, gemiddelde scores op nulmeting en tweede tussenmeting (N=52) nulmeting tweede tussenmeting verschil Medische Maten Buikomvang (cm) (n=45) 113,4 106,7-6,7 Gewicht (kg) (n=48) 91,6 89,8-1,8 BMI (kg/m 2 ) (n=46) 33,7 33,1-0,6 HbA1c (%) (n=20) 6,6 6,3-0,3 Glucose (mmol/l) (n=27) 6,7 6,3-0,4 Cholesterol (mmol/l) (n=14) 4,4 4,0 0,4 Bloeddruk (bovendruk) (n=37) 134,1 129,0-5,1 Bloeddruk (onderdruk) (n=37) 82,1 80,1-2,0 % acceptabele bloeddruk (<140/90) (n=39) 66,7% 79,5% 12,8% Gezondheid en pijnklachten Ervaren gezondheid (1-5 (uitstekend-slecht)) (n=45) 3,8 3,3-0,5 Psychische gezondheid (MHI5:0-100) (n=41) 59,3 66,4 7,1 Pijnklachten bij activiteit (0-10 (wel-geen)) (n=38) 4,1 7,0 2,9 Hinder van pijnklachten (0-10 (geen-wel)) (n=45) 5,1 3,5-1,6 Hinder van gevoelens/emoties (0-10 (geen-wel)) (n=40) 4,0 3,0 1,0 Beweeggedrag % Meer gaan bewegen (n=49) Nvt 49% Nvt Angst en vermoeidheid bij bewegen (0-30 (nee-ja)) (n=42) 11,8 8,0-3,8 Motivatie (0-20 (slecht-goed)) (n=34) 15,7 17,0 1,3 Conditie (meters op 6 minuten wandeltest) (n=32) ,0 Veranderingen vanuit de optiek van de deelnemers Aan de deelnemers is gevraagd om aan te geven in welke mate zij tijdens de duur van het programma anders zijn gaan eten, drinken, omgaan met andere mensen et cetera. We hebben de antwoorden op deze vragen opgenomen in figuur 11. Ruim driekwart van de deelnemers voelt zich gezonder en vindt dat hij gezonder Figuur 11 Veranderingen in gedrag tijdens het volgen van het programma (%, n=50) is gaan bewegen. De meesten van deze 50 deelnemers geven ook aan beter met hun gezondheid om te gaan en meer te sporten. De deelnemers maken nauwelijks melding van een verslechtering van de situatie. Een paar mensen geven aan minder aan sport te doen en slechter te bewegen. Een enkeling voelt zich ook slechter en ervaart de verandering van activiteit als verslechtering. 13% 88% 13% 88% 15% 85% 15% 85% 2% 23% 74% 2% 23% 74% 40% 60% 40% 60% 45% 55% 45% 55% 2% 45% 53% 2% 45% 53% 2% 54% 44% 2% 54% 44% 56% 36% 8% 56% 36% 8% 3% 66% 32% 3% 66% 32% 76% 16% 8% 76% 16% 8% 78% 18% 4% 78% 18% 4% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Gezonder Attitude t.a.v. bewegen (n=52) % ja T0 % ja T2 Ik wil meer bewegen om me fit te voelen/gewicht te verliezen 100% 94% 6% Ik beweeg omdat ik er plezier in heb 69% 94% +25% Ik voel me schuldig als ik niet genoeg beweeg 62% 73% +11% Ik doe vaak activiteiten waarbij ik moet zweten 33% 62% +29% Ik vind dat ik genoeg beweeg om mijn gezondheid op peil te houden 26% 51% +25% Ik zou meer gaan bewegen als het aanbod van activiteiten (beter) aansluit bij mijn wensen 69% 40% -29% Ik voel me niet op mijn gemak in een groepsactiviteit 30% 32% +2% Ik heb geen geld om te bewegen 29% 26% -3% Ik heb geen tijd om te bewegen 28% 26% -2% Onveranderd Ongezonder Noot bij de tabel: statistisch significante verschillen zijn in de tabel gecursiveerd. De verandering in attitude t.a.v. bewegen is niet statistisch getoetst

14 5 Samenvatting en conclusies Bijlage 1 Van Klacht Naar Kracht is een samenwerkingsverband van eerstelijns zorg- en beweegaanbieders, Regionale Ondersteuningstructuur Zorgimpuls, Achmea Zorg en de gemeente Rotterdam. De doelstelling van het programma is het aanbieden van activerende zorg. Doorverwezen patiënten kunnen deelnemen aan activiteiten op maat. coaching door de leefstijladv instroom, doorstroom en uits 1. ik kan bewegen, 2. ik heb bewegen); financiering; monitoren en evaluatie. Van Klacht naar Kracht is een leefstijlprogramma dat door de GGD Rotterdam-Rijnmond, Zorgimpuls Achmea en overige partners vorig jaar in Rotterdam is geïntroduceerd. Ruim een jaar later zijn van bijna 500 deelnemers met pre-diabetessymptomen, chronische a-specifieke pijnklachten of depressieve klachten de gegevens voor de nulmeting bekend. Allen doen mee aan het programma en werken actief aan verbetering van hun leefstijl en gezondheid. Op grond van de resultaten uit deze monitor trekken we twee voorname conclusies. In de eerste plaats laten de resultaten zien dat dié deelnemers zijn ingestroomd waarvoor het programma is bedoeld. In de tweede plaats concluderen we dat het programma bijdraagt aan gezondheidswinst voor de deelnemers. Een eerste tussentijdse meting wijst uit dat 16 van de 18 uitkomstmaten aantoonbaar verbeteren. Een vooruitblik op een tweede tussentijdse meting wijst uit dat de gezondheidswinst op deze uitkomstmaten verder verbetert. We noteren hier een opvallende verbetering van de buikomvang en de conditie. Het programma Van Klacht naar Kracht is in haar pilotfase. Deze loopt in 2010 af en wordt afgerond met een tweede en afsluitende monitor. De pilotfase geldt ook voor het monitoren. Na een jaar kunnen we een aantal zaken constateren, die in de volgende fase tot mei 2010 verandering en nadere ontwikkeling behoeven. We noemen: de indicatie- en verwijslijsten waarmee de huisarts een patiënt naar de leefstijladviseur verwijst, moeten worden geïntegreerd in het intake (T=0) formulier. Hierdoor wordt het mogelijk nadere analyses uit te voeren voor de verschillende subgroepen, o.a. vergelijk van de resultaten van de groep die is verwezen vanwege klachten verbonden met (pre)diabetes en de groep die is verwezen vanwege psychosomatische en depressieve klachten of de groep met een combinatie van deze klachten. de items exclusie, belemmeringen voor deelname en uitval moeten op ieder formulier uitgewerkt in voorgecodeerde categorieën worden opgenomen. de mogelijkheden tot bijsturen die de monitor met zich meebrengt optimaal gebruiken. De bevinding dat er voor een groepje deelnemers wel ingevulde tussenevaluatieformulier zijn binnengekomen terwijl er voor dezelfde deelnemers geen intakeformulieren zijn ingevuld, kan bijvoorbeeld goed dienen als input voor het kwaliteitstraject binnen Van Klacht naar Kracht. afstemming bij de keuze van indicatoren op de effectevaluatie van het programma Beweegkuur van VWS, wat gevolgen heeft voor de vragen in de huidige vragenlijst. De in deze monitor beschreven indicatoren, moeten hier minimaal in terugkomen. Afstemming op Beweegkuur vormt de opmaat naar de uitrol van het Beweegprogramma van Klacht naar Kracht in de periode na 2010, waarin de brede uitrol van deze beweegprogramma s vorm zal krijgen bij voldoende evidentie van hun effectiviteit. Trajectschema Figuur 1: basisconcept Van Klacht Van naar Klacht KrachtNaar Kracht Patiënt Programma: Zorgaanbod Ik kan bewegen Modules /activiteiten: Kenmerken: Huisarts Groepsconsulten Fysiotherapie Max. 3 maanden Fysiotherapeut Bouwstenen aaneensluitende financiering: Zorgverzekeraars/ZI: Groepsconsulten Leefstijladviseur Leefstijladviseur Leefstijlaanbod door de zorg in de wijk Ik beweeg met plezier Liever bewegen dan moe In de put, uit de put Samen sportief afvallen Stoppen met roken etc. Max. 3 maanden Cursusleider Eigen bijdrage deelnemer Zorgverzekeraars Gemeente WMO AIV middelen (ZonMW) Diëtiste, SPV-er Fysio, etc. Leefstijlaanbod in de wijk Ik blijf bewegen Sportief wandelen Zwemactiviteit Dansen Fitness etc. E-Health Min. 6 maanden Medewerker buurthuis, sportleraar, cursusleider Eigen bijdrage deelnemer (Deel)gemeente/Welzijn Stedelijke kortingsregeling GGD, DS&R, Pact op Zuid (ov) 26 27

15 Bijlage 2 Indicatieform :22 Pagina 1 Indicatieform :22 Pagina 2 I n d i c a t i e f o r m u l i e r voor de huisarts voor deelname patiënt aan van Klacht naar Kracht V e r w i j s f o r m u l i e r Geeft huisarts mee aan de patiënt voor de leefstijladviseur Insluitingscriteria Patiënt is bereid na te denken over een bewegingsactiviteit in groepsverband Uitsluitingscriteria groep 1 Contra-indicaties lichamelijke inspanning bij DM Ernstige cardiovasculaire co morbiditeit ja stop Datum: Naam patiënt: Geb. datum: groep 1 DM of verhoogd risico op DM Bekend met DM II Bekend met risicofactoren voor DM II (fam. belasting; etniciteit; hypertensie; hoog chol.; aanzienlijk overgewicht; verhoogd nu. gluc. in VG) Onbehandelde ernstige hypertensie ja stop Aandachtspunten groep 1: Onvermogen om hypoglycaemie te voelen (dit wordt aangeleerd o.l.v. hulpverlener) Onvermogen tot zelfcontrole Labiele metabole instelling Tel. nr. werk/thuis: Naam / stempel huisarts: Patiënt behoort tot groep (aankruisen wat van toepassing is): DM of verhoogd risico op DM Aangeven vóór verwijzing (indien bekend) voor patiënten met (pre)dm: groep 2 Chronische of a-specieke pijnklachten Frequent spreekuurbezoek met veelal lichamelijk onverklaarde klachten (onverklaarde pijn, moeheid e.d.) groep 3 Depressieve symptomen Lichte depressie (o.b.v. NHG-standaard) 1 Voorgeschiedenis van depressie + gevoel van achteruitgang in functioneren Ernstige diabetische neuropathie groep 3 Ernstige depressie ja stop Dreigende suïcidaliteit of een crisissituatie ja stop Psychotische kenmerken ja stop Verslavingsproblemen ja stop groep 1, 2 en 3 Cognitieve of andere problemen: geen deelname aan groep ja stop RR / mm Hg Glucose-N mmol / l. HbA1C % Cholesterol totaal mmol / l. LDL mmol / l. Ratio TG mmol / l. Evt. BMI (indien berekend) kg / m 2 Evt. MO (indien gemeten) cm Belaste familieanamnese voor depressie Gevoel van disfunctioneren Ernstige beperkingen t.a.v. bewegen door co-morbiditeit ja stop Volstrekt geen motivatie tot leefstijlverandering / gaan bewegen ja stop Chronische pijnklachten (hoofdpijn, nek, schouders, armen, rug, heupen, benen) Depressieve symptomen Belangrijke Medische gegevens voor zover niet vermeld op voorzijde (voor beweegintensiteit van belang; denk aan HVZ, bewegingsbeperking): Patiënt is geschikt voor VKNK Bij ja: vul verwijsformulier andere zijde in Relevante medicatie: (m.n. beta-blokkers) 1) Daarbij zou de huisarts nog een aantal vragen kunnen stellen gebaseerd op de DSM IV: a. Signalen: te veel slapen zonder uitgerust te zijn of juist moeite om in te slapen of door te slapen (hoe gaat het met slapen?); b. opvallend veel meer of minder gaan eten met bijpassende gewichtsverandering (hoe gaat het met eten?); c. verlies van plezier in gewone dingen en daardoor niet meer kunnen lachen om grappige dingen (kunt u nog ergens van genieten? wanneer heeft u voor het laatst om iets kunnen lachen?); d. snel moe zijn en als een berg opzien tegen activiteiten (wat doet u zo op een dag?) e. Of ze zich zelf als somber beschouwen (hoe is het met uw stemming? beschouwt u uzelf als somber?) 28 29

16 30

Rotterdams Leefstijlprogramma VAN KLACHT NAAR KRACHT

Rotterdams Leefstijlprogramma VAN KLACHT NAAR KRACHT Rotterdams Leefstijlprogramma VAN KLACHT NAAR KRACHT Tweede tussenrapportage: De eerste twee jaar Staf van Zeele en Eva Mandos Zorgmonitor Cluster Zorgregie November 2009 GGD Rotterdam-Rijnmond 2 INHOUDSOPGAVE

Nadere informatie

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011

Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 2010-2011 Feitenkaart Van Klacht Naar Kracht deelnemersresultaten april 010-011 In september 007 is de uitvoering van het Rotterdamse leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht gestart. Het doel van het programma

Nadere informatie

Zorgmonitor 2007-2010. Rotterdams Leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht. Resultaten van de deelnemers. Eindrapportage

Zorgmonitor 2007-2010. Rotterdams Leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht. Resultaten van de deelnemers. Eindrapportage Zorgmonitor Rotterdams Leefstijlprogramma Van Klacht naar Kracht Resultaten van de deelnemers 2007-2010 Eindrapportage Rotterdams Leefstijlprogramma VAN KLACHT NAAR KRACHT Resultaten van de deelnemers

Nadere informatie

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico

VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico VirtueleThuiszorg = preventieve inzet Voor Diabetes Mellitus Type 2 en Gewichtsgerelateerd gezondheidsrisico Diabetes Mellitus type 2 (DM2) wordt door verschillende experts aangeduid als een leefstijlziekte

Nadere informatie

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Vitale Vaten Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011 Dé Gezonde regio: waar? Dé Gezonde regio: wie? Verleiden Opbouw presentatie Inleiding hart- en vaatziekten Project Vitale Vaten Gorinchem

Nadere informatie

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172

SAMENVATTING. MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 SAMENVATTING MVW_proefschrift_170x240_17042013.indd 172 ALIFE@WORK DE EFFECTEN VAN EEN LEEFSTIJLPROGRAMMA MET BEGELEIDING OP AFSTAND VOOR GEWICHTSCONTROLE BIJ WERKNEMERS ACHTERGROND Overgewicht, waarvan

Nadere informatie

Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over.

Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over. Pre-diabetes Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over. Wat is pre-diabetes Pre-diabetes is het stadium vóór diabetes (suikerziekte). Het

Nadere informatie

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

hoofdstuk 1 hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 SAMENVATTING Dit proefschrift is gewijd aan Bouwen aan Gezondheid : een onderzoek naar de effectiviteit van een leefstijlinterventie voor werknemers in de bouwnijverheid met een verhoogd risico op hart

Nadere informatie

RESPONS Er zijn panelleden benaderd. Van hen hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit resulteert in een respons van 64%.

RESPONS Er zijn panelleden benaderd. Van hen hebben er de vragenlijst ingevuld. Dit resulteert in een respons van 64%. Samenvatting gezondheidsbeleving, 2015 Het Internet Panel (DIP) is in maart 2015 benaderd over het onderwerp gezondheidsbeleving. De GGD doet elke 4 onderzoek naar de gezondheid van bewoners. Dit doen

Nadere informatie

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R

K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R VOEDING, BEWEGING EN GEWICHT K I N D E R E N O N D E R Z O E K : 0-1 1 J A A R Jeugd 2010 6 Kinderenonderzoek 2010 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD

Nadere informatie

V O LW A S S E N E N

V O LW A S S E N E N LICHAAMSBEWEGING EN GEWICHT V O LW A S S E N E N Volwassenen 2009 4 Volwassenenonderzoek 2009 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland West in

Nadere informatie

Stappenplan depressie

Stappenplan depressie Stappenplan depressie Vroegtijdige opsporing en behandeling van depressie bij zelfstandig wonende ouderen Stap 1: Screenen op depressie in de eerste lijn (kruis aan) GDS-2 1. Heeft u zich de afgelopen

Nadere informatie

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle

CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in Zwolle Onderzoekscentrum Preventie Overgewicht CheckTeen 2011: Eet- en beweeggedrag van leerlingen in het voortgezet onderwijs in ZWOLLE Een onderzoek naar het eet- en beweeggedrag van leerlingen van de 2 e klas

Nadere informatie

DE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2

DE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2 DE COACH METHODE BIJ MENSEN MET DIABETES TYPE 2 Dr. M.H.G. de Greef, Bewegingswetenschappen van Rijksuniversiteit Groningen. Drs. S.R. Sprenger, Centrum voor Beweging en Onderzoek Groningen. B.J. Houët,

Nadere informatie

Onderzoek in de wat leren we er van Informatiesysteem

Onderzoek in de wat leren we er van Informatiesysteem Onderzoek in de wat leren we er van Informatiesysteem Liesbeth Preller (NISB), Dave van Dijk (Vital Health) Experimenteel onderzoek Vooronderzoek Behandeling Experiment Controle Verschil Implementatie

Nadere informatie

Evaluatie beweegprogramma s stichting EZH

Evaluatie beweegprogramma s stichting EZH Evaluatie beweegprogramma s stichting EZH 1.Inleiding De stichting Eerstelijns Zorg Haaksbergen (EZH) heeft een aantal zorgprogramma s ontwikkeld. Deze multidisciplinaire zorgprogramma s zijn op lokaal

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC Diabetes Mellitus Eerste lijn

Klanttevredenheidsonderzoek DBC Diabetes Mellitus Eerste lijn Inleiding: Sinds 1 januari 2008 wordt in Noord-Limburg de diabeteszorg in de eerste lijn door Cohesie Cure and Care georganiseerd. De diabeteszorg wordt als DBC Diabetes Mellitus Eerste Lijn op gestructureerde

Nadere informatie

STAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN

STAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN STAPPENPLAN DEPRESSIE IN DE EERSTE LIJN Vroegtijdige opsporing en behandeling van bij zelfstandig wonende ouderen. STAP 1: Screenen op in de eerste lijn (kruis aan). GDS-2 1. Hebt u zich de afgelopen maand

Nadere informatie

Beweging, voeding en. (over)gewicht

Beweging, voeding en. (over)gewicht JONGERENPEILING 2008 ZUID-HOLLAND NOORD De jongerenpeiling heeft als doel om periodiek op systematische wijze ontwikkelingen in gezondheid en gewoonten van jongeren in kaart te brengen. Dit is het eerste

Nadere informatie

Voorbeeld vragenroute die is te gebruiken bij het voeren van een focusgroepinterview (bron: Bewegen valt Goed!)

Voorbeeld vragenroute die is te gebruiken bij het voeren van een focusgroepinterview (bron: Bewegen valt Goed!) Voorbeeld vragenroute die is te gebruiken bij het voeren van een focusgroepinterview (bron: Bewegen valt Goed!) INLEIDING (ongeveer 5 minuten) Welkom heten Bedanken voor hun komst, werver noemen: U bent

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Copyright Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Cenzo worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt. Voor het gebruik van

Nadere informatie

Eerste meting deelnemers Bekal (individueel)

Eerste meting deelnemers Bekal (individueel) Eerste meting deelnemers Bekal (individueel) Dit is de vragenlijst van de eindmeting bij deelnemers aan Bekal. Deze wordt bij elke deelnemer individueel afgenomen aan het eind van Bekal, maar vóór 1 december

Nadere informatie

ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt)

ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt) ZELFINVULLIJST DEPRESSIEVE SYMPTOMEN (INVENTORY OF DEPRESSIVE SYMPTOMATOLOGY: IDS-SR) 1 (In te vullen door patiënt) Naam:.. Datum: - - Kruis bij elke vraag het antwoord aan dat de afgelopen zeven dagen

Nadere informatie

Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over.

Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over. Pre-diabetes Pre-diabetes, wat is het en wat kan ik er zelf aan doen? In deze folder krijgt u hier meer informatie over. Wat is pre-diabetes Pre-diabetes is het stadium vóór diabetes (suikerziekte). Het

Nadere informatie

Samenvatting Jong; dus gezond!?

Samenvatting Jong; dus gezond!? Samenvatting Jong; dus gezond!? Deel III Gezondheidsprofiel regio Nieuwe Waterweg Noord, 2005-2008 Samenvatting rapport Jong; dus gezond!? Gezondheidssituatie van de Jeugd (2004-2006) Regio Nieuwe Waterweg

Nadere informatie

Individueel Zorgplan Cardiometabool

Individueel Zorgplan Cardiometabool Individueel Zorgplan Cardiometabool Vasculair Centrum Naam: Geboortedatum: Patiëntnummer: Vasculair centrum Rijnstate Het Rijnstate Vasculair Centrum is een kennis- en behandelcentrum voor patiënten met

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Groepspraktijk Huizen

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Groepspraktijk Huizen Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken Rapportage voor: Groepspraktijk Huizen Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV www.argo-rug.nl INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK

Nadere informatie

Inhoud Hoe BRAVO ben jij?

Inhoud Hoe BRAVO ben jij? Inhoud Hoe BRAVO ben jij? Inleiding 2 De behandeling van een aandoening 2 Medicijnen 2 Leefstijl 5 Een verergering van je klachten 6 Jouw behandelplan 8 Bewegen 8 Roken 8 Alcohol en voeding 8 Ontspanning

Nadere informatie

Naam. Datum. Noteer het aantal GFI punten op dit onderdeel Nadere omschrijving problematiek

Naam. Datum. Noteer het aantal GFI punten op dit onderdeel Nadere omschrijving problematiek Inventarisatie (A) Zet een kruisje of omcirkel het aantal punten bij het antwoord van uw keuze. A Sociale aspecten (wonen, werken, zelfstandigheid) Ervaart u op onderstaande onderwerpen problemen? SOMS

Nadere informatie

Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Tussen uur en uur en uur en uur

Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Tussen uur en uur en uur en uur DIABETES DAGBOEK E I G E N A A R D I A B E T E S D A G B O E K Naam Adres Contactpersoon Telefoon E-mail O V E R L E G Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Naam huisarts

Nadere informatie

Jaarrapport Cenzo totaal 2013

Jaarrapport Cenzo totaal 2013 Jaarrapport Cenzo totaal 2013 Copyright Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Cenzo worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt. Voor het gebruik van de informatie

Nadere informatie

3 Persoonlijke gegevens

3 Persoonlijke gegevens 3 Persoonlijke gegevens Naam Telefoonnummer Voorgeschiedenis en SCORE-risico (%)* Diagnose(n) centrale zorgverlener Mevrouw Jansen Tensieweg 120 3415 BP Bovendruk 011-22110022 Zwangerschapshypertensie.

Nadere informatie

Resultaten onderzoek Nationale Diabetes Challenge 2017

Resultaten onderzoek Nationale Diabetes Challenge 2017 Resultaten onderzoek Nationale Diabetes Challenge 2017 De Nationale Diabetes Challenge De Bas van de Goor Foundation organiseerde voor het derde jaar op rij de Nationale Diabetes Challenge (NDC). De NDC

Nadere informatie

Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte

Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte epidemiologie Gezondheid van volwassenen en ouderen; een gebiedsgerichte analyse Een rapportage met gezondheidsgegevens per Haagse aandachtswijk 1 Stationsbuurt/ Rivierenbuurt 2 Schildersbuurt 3 Transvaalkwartier

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Gemeten met de CQI index Februari 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

Individueel behandelplan COPD/Astma

Individueel behandelplan COPD/Astma Individueel behandelplan COPD/Astma Persoonlijke gegevens Naam Adres Woonplaats Telefoon E-mail Geb. datum Diagnose Diagnose gesteld op Bij ongeval waarschuwen Naam Adres Telefoon Relatie met pasdrager

Nadere informatie

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist - Sportdietist: - Eigen praktijk: SMC Fysiomed Amsterdam - Nationale roeiselectie: KNRB - Schrijven van blogs en columns: JOGG,

Nadere informatie

Kent u de cijfers van uw hart?

Kent u de cijfers van uw hart? Kent u de cijfers van uw hart? CHOLESTEROL? GEWICHT/ BUIKOMTREK? UW? BLOEDDRUK? SUIKERGEHALTE? V.U.: Dr Freddy Van de Casseye - Elyzeese-Veldenstraat 63-1050 Brussel Belgische Cardiologische Liga www.cardiologischeliga.be

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011)

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Inhoudsopgave Verslag 2-4 Grafieken 5-10 Samenvatting resultaten 11-16 Bijlage - Vragenlijst 17+18 Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst leerlingen

Resultaten vragenlijst leerlingen Resultaten vragenlijst leerlingen Drie scholen, tweede meting (T1) voorjaar 2018 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' gestart. Met subsidie van Fonds Nuts

Nadere informatie

Zet uzelf in beweging!

Zet uzelf in beweging! informatie voor mensen die de BeweegKuur gaan volgen Zet uzelf in beweging! Het programma van de BeweegKuur Tijdens de BeweegKuur krijgt u professionele begeleiding om uw leefstijl aan te passen. U staat

Nadere informatie

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming

Leidenincijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming incijfers Beleidsonderzoek draagt bij aan de kwaliteit van beleid en besluitvorming Uitkomsten GGD-gezondheidspeiling 2016 Gezondheid van aren BELEIDSONDERZOEK 071-516 5123 I info@leidenincijfers.nl I

Nadere informatie

Kinderen in Zuid gezond en wel?

Kinderen in Zuid gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Zuid gezond en wel? 1 Wat valt op in Zuid? Voor Zuid zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Cliënttevredenheidsonderzoek Van Klacht naar Kracht. Shantie Jagmohansingh en Fred Reelick

Cliënttevredenheidsonderzoek Van Klacht naar Kracht. Shantie Jagmohansingh en Fred Reelick Cliënttevredenheidsonderzoek Van Klacht naar Kracht Shantie Jagmohansingh en Fred Reelick Cliënttevredenheidsonderzoek Van Klacht naar Kracht Deel 2 september 2010 Shantie Jagmohansingh en Fred Reelick

Nadere informatie

1. Buurtsportcoach Sport en Zorg, 0.4 fte

1. Buurtsportcoach Sport en Zorg, 0.4 fte 1. Buurtsportcoach Sport en Zorg, 0.4 fte Bevolking Doesburg De gemeente Doesburg heeft 11.437 inwoners. 30-39: 1129 Daarvan is 39% tussen de 40 64 jaar ( 4455) en 21% boven de 65 jaar ( (Bron: CBS 2014).

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

93% van de deelnemers beweegt om zich fit te voelen/gewicht te verliezen. Daarnaast beweegt 65% omdat hij/zij er plezier in heeft.

93% van de deelnemers beweegt om zich fit te voelen/gewicht te verliezen. Daarnaast beweegt 65% omdat hij/zij er plezier in heeft. Evaluatie en monitoring pilots BeweegKuur en Allochtone deelnemers Marieke van Dijk. NISB, december 2012 Samenvatting Op zeven locaties door het land zijn in 2012 beweegprojecten gestart die zich richtten

Nadere informatie

Algemeen. Tabellenboek volwassenenmonitor 2008-2009 Maasdriel

Algemeen. Tabellenboek volwassenenmonitor 2008-2009 Maasdriel Tabellenboek volwassenenmonitor 2008-2009 Toelichting: In de eerste kolommen staan de cijfers van de gemeente, uitgesplitst naar geslacht, leeftijd en opleidingsniveau. In de kolom "R'land" staat het totaalcijfer

Nadere informatie

Zorg in Houten: ervaringen met de samenwerking in Medisch Centrum Dorp. ARGO BV juni Drs. B.P. te Velde Drs. E.Til

Zorg in Houten: ervaringen met de samenwerking in Medisch Centrum Dorp. ARGO BV juni Drs. B.P. te Velde Drs. E.Til Zorg in Houten: ervaringen met de samenwerking in Medisch Centrum Dorp juni 2014 Drs. B.P. te Velde Drs. E.Til Inhoud HOOFDSTUK 1. ALGEMEEN... 5 1.1 Inleiding... 5 1.2 Uitvoering van het onderzoek...

Nadere informatie

P Doe de risicotest P Laat uw bloedsuikerwaarde meten P Lees wat u zelf kunt doen

P Doe de risicotest P Laat uw bloedsuikerwaarde meten P Lees wat u zelf kunt doen Diabetes en uw apotheek Als bij u diabetes is vastgesteld, dan kunt u natuurlijk terecht bij uw apotheek. Het apotheekteam zorgt ervoor dat u: Op tijd het juiste medicijn krijgt. Medicijnen krijgt die

Nadere informatie

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 rotterdam.nl/onderzoek Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Tabellenboek Onderzoek en Business Intelligence (O&BI, Gemeente ) In dit rapport staan de belangrijkste resultaten van de Gezondheidsmonitor

Nadere informatie

Kinderen in Centrum gezond en wel?

Kinderen in Centrum gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in Centrum gezond en wel? 1 Wat valt op in Centrum? Voor Centrum zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van

Nadere informatie

RAPPORTAGE PANELRONDE KRACHTWIJKEN APRIL 2013. Thema: GEZONDHEID

RAPPORTAGE PANELRONDE KRACHTWIJKEN APRIL 2013. Thema: GEZONDHEID RAPPORTAGE PANELRONDE KRACHTWIJKEN APRIL 2013 Thema: GEZONDHEID Stadspanel Den Haag wordt gevormd door een groep inwoners van Den Haag, die met enige regelmaat wordt gevraagd om hun mening te geven over

Nadere informatie

Evaluatie Pilotfase concepten Sport en Bewegen in de Buurt 2011-2012

Evaluatie Pilotfase concepten Sport en Bewegen in de Buurt 2011-2012 Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg Otterstraat 118-12 Postbus 1568 3500 BN Utrecht Telefoon 030 2729 700 Evaluatie Pilotfase concepten Sport en Bewegen in de Buurt 2011-2012 - Resultaten

Nadere informatie

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017

Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin. Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Evaluatie JOGG Roosendaal Basisschool de Vlindertuin Resultaten evaluatie JOGG December 2017 Inleiding Achtergrond In het kader van de JOGG aanpak in de gemeente Roosendaal heeft op basisschool de Vlindertuin

Nadere informatie

Instructies voor het invullen van de SWAL-QoL (NL)-vragenlijst

Instructies voor het invullen van de SWAL-QoL (NL)-vragenlijst Instructies voor het invullen van de SWAL-QoL (NL)-vragenlijst Deze vragenlijst is ontwikkeld om te bepalen in welke mate uw slikprobleem invloed heeft op de kwaliteit van uw dagelijks leven. Neemt u rustig

Nadere informatie

Individueel zorgplan

Individueel zorgplan Individueel zorgplan Diazon Hafank Inhoudsopgave Individueel Zorgplan 3 Stap voor stap 5 stap 1: Gezondheid & behoeften 5 stap 2: Meetwaarden 6 stap 3: Uw doel & acties 8 stap 4: Evaluatie 10 Bereid het

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013)

Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013) Klanttevredenheidsonderzoek Zorgprogramma DM - Eerste lijn (2013) Inhoudsopgave Verslag Samenvatting resultaten Bijlage - Vragenlijst Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN VENLO +31 (77) 3203736

Nadere informatie

BeweegKuur. Algemene informatie

BeweegKuur. Algemene informatie BeweegKuur Algemene informatie Start in huisartsenpraktijk Vaak start de BeweegKuur bij de huisarts. De huisarts signaleert of iemand in aanmerking komt om mee te doen met de BeweegKuur. Van belang is

Nadere informatie

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID. Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID. Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN Globaal Cardiovasculair Risico Sommige gedragingen in ons dagelijks leven vergroten de kans dat we vroeg of laat

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen.

Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. Februari 2013 Rotterdam Lekker Fit! Gezinsaanpak draagt bij aan vermindering consumptie gezoete dranken door kinderen. In Rotterdam heeft een kwart van de basisschoolkinderen overgewicht, met alle gezondheidsrisico

Nadere informatie

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen Uitneembaar katern, handig om mee te nemen Hoofdstuk 2 Zorgverleners bij diabetes type 2 21 Checklists Dit uitneembare katern bevat checklists over controles die bij goede zorg horen; tips voor communicatie

Nadere informatie

Overgewicht en Obesitas op Curaçao

Overgewicht en Obesitas op Curaçao MINISTERIE VAN Gezondheid, Milieu & Natuur Volksgezondheid Instituut Curaçao Persbericht Overgewicht en Obesitas op Curaçao In totaal zijn 62,6% van de mannen en 67,3% van de vrouwen op Curaçao te zwaar,

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Kinderen in West gezond en wel?

Kinderen in West gezond en wel? GGD Amsterdam Uitkomsten Amsterdamse gezondheidsmonitor basisonderwijs 13-14 Kinderen in West gezond en wel? 1 Wat valt op in West? Voor West zijn de cijfers van de Jeugdgezondheidsmonitor van schooljaar

Nadere informatie

Pace vragenlijst Physician-based Assessment and Counseling for Exercise

Pace vragenlijst Physician-based Assessment and Counseling for Exercise Pace vragenlijst Physician-based Assessment and Counseling for Exercise Dit formulier bepaalt uw lichamelijke activiteiten niveau. Lees dit formulier door en kies de zin die het beste aansluit bij uw huidige

Nadere informatie

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom

Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Gemeten met de CQI index Februari 2016 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond

Nadere informatie

Zet uzelf in beweging!

Zet uzelf in beweging! Informatie voor mensen met diabetes type 2 en mensen met een verhoogd risico op diabetes type 2 Zet uzelf in beweging! De BeweegKuur is speciaal ontwikkeld voor mensen die diabetes type 2 hebben of hier

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg Astma

Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg Astma RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg Astma Dokterscoop november 2017 Samenvatting In september en oktober 2017 heeft ZorgfocuZ in opdracht van Dokterscoop een cliënttevredenheidsonderzoek uitgevoerd.

Nadere informatie

Primaire preventie HVZ

Primaire preventie HVZ Primaire preventie HVZ Stel altijd een risicoprofiel op bij patiënten: met doorgemaakte HVZ, diabetes mellitus (DM), reumatoïde artritis (RA) of chronische nierschade met een belaste familieanamnese voor

Nadere informatie

Groepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld

Groepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld Verslag Kwaliteit van Leven vragenlijst Vertrouwelijk verslag In opdracht van Floww International Periode 23--202 tot en met 0-2-204 De gebruikte vragenlijst heeft in de kern de Nederlandse vertaling van

Nadere informatie

Uitslag MoDI. Individuele resultaten. Onderzoeksdatum Persoon Test (2) Naam organisatie XX Naam onderzoeker XX

Uitslag MoDI. Individuele resultaten. Onderzoeksdatum Persoon Test (2) Naam organisatie XX Naam onderzoeker XX Uitslag MoDI Individuele resultaten Onderzoeksdatum 8-3-2013 Persoon 39190 Test 37398 (2) Naam organisatie XX Naam onderzoeker XX 1 Adres: Welnalaan 5, 7523 NG, Enschede Telefoon: 053-4776646 Website:

Nadere informatie

Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen

Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen TNO-rapport KvL/GB 2009.111 Factsheet nulmeting pilot-onderzoek B-Fit bij kinderen, jongeren en volwassenen Preventie en Zorg Wassenaarseweg 56 Postbus 2215 2301 CE Leiden www.tno.nl T +31 71 518 18 18

Nadere informatie

Kernboodschappen Gezondheid Almelo

Kernboodschappen Gezondheid Almelo Kernboodschappen Gezondheid Almelo De GGD Twente verzamelt in opdracht van de gemeente Almelo epidemiologische gegevens over de gezondheid van de bevolking in Almelo en de factoren die hierop van invloed

Nadere informatie

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017

Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017 Resultaten vragenlijst ouders basisschool (4-12 jarigen) Nulmeting (T0) voorjaar 2017 Inleiding In mei 2016 is in Nieuw-Lekkerland het project 'Gezond Nieuw-Lekkerland' (GNL) gestart: met subsidie van

Nadere informatie

V O LW A S S E N E N

V O LW A S S E N E N LICHAMELIJKE GEZONDHEID V O LW A S S E N E N Volwassenen 2009 2 Volwassenenonderzoek 2009 Om inzicht te krijgen in de van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland West in 2009 een schriftelijke

Nadere informatie

Hartrevalidatie. Uw afspraak. U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:...

Hartrevalidatie. Uw afspraak. U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:... Hartrevalidatie Uw afspraak U wordt verwacht op: datum:. tijdstip:... Inhoudsopgave Hartrevalidatie... 1 Waarom hartrevalidatie... 1 De belangrijkste doelen van hartrevalidatie zijn:... 1 Hoe komt u in

Nadere informatie

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar

Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Alcoholgebruik Psychosociale gezondheid Genotmiddelen Voeding, bewegen en gewicht Seksueel gedrag Samenvatting en aanbevelingen Monitor jongeren 12 tot 24 jaar Jongerenmonitor In 2011 is in de regio IJsselland

Nadere informatie

Burgerpanel Capelle aan den IJssel

Burgerpanel Capelle aan den IJssel Burgerpanel Capelle aan den IJssel Resultaten peiling 9: gezondheidsbeleid november 2013 Inleiding Deze nieuwsbrief beschrijft de resultaten van de 9e peiling met het burgerpanel van Capelle aan den IJssel.

Nadere informatie

Vragenlijst Beweeggedrag Deelnemers / ouderen

Vragenlijst Beweeggedrag Deelnemers / ouderen Vragenlijst Beweeggedrag Deelnemers / ouderen Noot voor de vragenlijst-maker: onderstaande vragen kunnen ingezet worden bij: 1. De ervaring van uw beweegproject of activiteit 2. Het beweeggedrag van deelnemers

Nadere informatie

V O LW A S S E N E N

V O LW A S S E N E N PSYCHOSOCIALE GEZONDHEID V O LW A S S E N E N Volwassenen 2009 3 Volwassenenonderzoek 2009 Om inzicht te krijgen in de gezondheid van de inwoners in haar werkgebied, heeft de GGD Zuid-Holland West in 2009

Nadere informatie

BeweegKuur. Algemene informatie

BeweegKuur. Algemene informatie BeweegKuur Algemene informatie De BeweegKuur is met subsidie van het ministerie van VWS ontwikkeld door het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen, in samenwerking met veel partners in de gezondheidszorg.

Nadere informatie

Deelnemers over Van Klacht naar Kracht

Deelnemers over Van Klacht naar Kracht Deelnemers over Van Klacht naar Kracht GGD Rotterdam-Rijnmond Marion Matthijssen Cluster Zorgregie November 2008 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. Beoordeling programma Van Klacht naar Kracht 7 2.1 De

Nadere informatie

50-64 jaar jaar jaar

50-64 jaar jaar jaar Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent minder dan

Nadere informatie

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016

Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 rotterdam.nl/onderzoek Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen 2016 Tabellenboek gebied Onderzoek en Business Intelligence (O&BI, Gemeente Rotterdam) In dit rapport staan de belangrijkste resultaten

Nadere informatie

Wijkscan Enschede Zuid-West. November 2013

Wijkscan Enschede Zuid-West. November 2013 Wijkscan Enschede Zuid-West November 2013 Gezond ouder worden in Enschede Zuid-West Wijkscan Enschede Zuid-West Van het gebied Enschede Zuid-West is een wijkscan gemaakt. In deze brochure vindt u de opvallendste

Nadere informatie

Volwassenen (19-65 jaar) Lingewaal

Volwassenen (19-65 jaar) Lingewaal man vrouw Aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse 19-35 jaar 35-50 jaar Opleidingsniveau 50-65 jaar laag midden hoog Totaal Regio Rivierenland Oost NL 183 236 82 149 188 159 141

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage ReSpAct CVA en Chronische Pijn. Femke Hoekstra, Trynke Hoekstra Onderzoeksgroep ReSpAct Groningen, augustus 2016

Onderzoeksrapportage ReSpAct CVA en Chronische Pijn. Femke Hoekstra, Trynke Hoekstra Onderzoeksgroep ReSpAct Groningen, augustus 2016 Onderzoeksrapportage ReSpAct CVA en Chronische Pijn Femke Hoekstra, Trynke Hoekstra Onderzoeksgroep ReSpAct Groningen, augustus 2016 Colofon Deze rapportage beschrijft de eerste resultaten van het wetenschappelijk

Nadere informatie

VRAGENLIJST. Zorgvrager, vervolgmeting

VRAGENLIJST. Zorgvrager, vervolgmeting VRAGENLIJST pagina 2 Uw ervaringen als zorgvrager zijn waardevol U ontvangt zorg. In deze lijst staan vragen over wat die zorg betekent voor u als zorgvrager. Uw antwoorden worden gebruikt in onderzoek

Nadere informatie

In te vullen door de onderzoeker:

In te vullen door de onderzoeker: In te vullen door de onderzoeker: Code : Datum: Studie, het effect van podoposturale therapie zolen op chronische lage rugpijn, al dan niet gepaard gaande met een uitstralende irritatie naar de gluteaalregio

Nadere informatie

Fysiotherapie Van Heeswijk en Van der Valk

Fysiotherapie Van Heeswijk en Van der Valk Geachte heer, mevrouw, Fysiotherapie Van Heeswijk en Van der Valk BaLaDe 119 Waalwijk Telefoon: 0416 337651 e mail: Info@hevafysio.nl De dubbele vergrijzing zorgt ervoor dat het percentage ouderen in Nederland

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg COPD

Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg COPD RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Ketenzorg COPD Dokterscoop november 2017 Samenvatting In september en oktober 2017 heeft ZorgfocuZ in opdracht van Dokterscoop een cliënttevredenheidsonderzoek uitgevoerd.

Nadere informatie

Stadsdeelprofielen Den Haag 2017

Stadsdeelprofielen Den Haag 2017 Stadsdeelprofielen 17 April 18 Stadsdeelprofielen 17 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Loosduinen 5 Escamp 13 Segbroek Scheveningen 28 Centrum 36 Laak 44 Haagse Hout 51 Leidscheveen-Ypenburg 58 Tabel 1: Gezondheidsindicatoren

Nadere informatie

Seksuele oriëntatie uitgesplitst per sekse, bevolking 18 jaar en ouder, 2016/2017 (in gewogen percentages)

Seksuele oriëntatie uitgesplitst per sekse, bevolking 18 jaar en ouder, 2016/2017 (in gewogen percentages) Seksuele oriëntatie uitgesplitst per sekse, bevolking 18 jaar en ouder, 2016/2017 (in gewogen percentages) totaal man vrouw seksuele aantrekking alleen eigen sekse 2,0 2,6 1,4 vooral eigen sekse 0,8 0,6

Nadere informatie

Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten

Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten WWW.ZORROO.NL 1 Voorwoord Zorroo staat voor Zorggroep Regio Oosterhout & Omstreken. Wij zijn een organisatie die samen met uw huisarts en andere

Nadere informatie

Dorp Brakel Kerkwijk & Nederhemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Zaltbommel

Dorp Brakel Kerkwijk & Nederhemert Totaal aantal correct ingevulde vragenlijsten, bruikbaar voor analyse Woonsituatie Zaltbommel Gezondheidsmonitor 2016 in cijfers: tabellenboek 19+ voor gemeente ZALTBOMMEL. Onderzoek 2016/2017, GGD Gelderland Zuid Toelichting: de n (aantal respondenten per vraag) kan verschillen. Een! betekent

Nadere informatie

24-06-12. Sporten en diabetes type 2 Van 15 minuten per dag bewegen tot de marathon, maar eerst een fietsproef. Sport is goed voor elk?

24-06-12. Sporten en diabetes type 2 Van 15 minuten per dag bewegen tot de marathon, maar eerst een fietsproef. Sport is goed voor elk? Sporten en diabetes type 2 Van 15 minuten per dag bewegen tot de marathon, maar eerst een fietsproef Jan Evert Heeg, internist, Isala Klinieken, Zwolle 1 Lichaamsbeweging is goed Voor DM type 2: Betere

Nadere informatie

Hart &Vaten. Hart en Vaten Pas. PeriScaldes

Hart &Vaten. Hart en Vaten Pas. PeriScaldes Hart &Vaten Hart en Vaten Pas PeriScaldes In het geval ik onwel word: Bel 112 voor een ambulance Hart & Vaten Pas Bel mijn huisarts: (0031) In case I get unwell: Call 112 in the Netherlands for an ambulance

Nadere informatie