Informatie voor TSO ouders

Transcriptie

1 Informatie voor TSO ouders

2 TSO-afspraken Aanmelden Als ouder kun je je kind(eren) aanmelden voor de Tussen Schoolse Opvang (TSO) oftewel de broodschool. Dit doe je bij de TSO-commissie, want het hele broodschoolgebeuren staat los van de organisatie van school. Als je je kind(eren)hebt aangemeld voor de TSO, kunnen ze tijdens de middagpauzes op school eten. Je geeft ze op voor één of meer vaste dagen, maar eenmaal aangemeld, mogen ze ook op andere dagen mee-eten. Ouders van kinderen die mee-eten draaien mee in het rooster en worden daarmee TSO-ouder. Zo kunnen we het gratis houden voor iedereen. Als meedraaien echt niet te regelen is, kunnen ouders ervoor kiezen om te betalen. Dit kost 225 euro per schooljaar, ongeacht het aantal kinderen dat mee-eet. Het is wenselijk om je kinderen tijdig aan te melden. Rooster en ruilen Voor de zomervakantie vragen we elke TSO-ouder naar de voorkeur m.b.t. meedraaien: in welke groep en op welke dag(en). De TSO-commissie maakt daarmee twee keer per jaar een rooster: een rooster tot de Kerstvakantie en een rooster tot de zomervakantie. Als je besluit tussentijds te stoppen met de TSO kan dit als het rooster afloopt. Ben je zwanger? Geef dit dan zo snel mogelijk door aan de TSO-commissie. Je krijgt namelijk een maand of vier verlof. Als je een keer niet kunt, ruil je zelf met iemand anders. Je laat de school weten met wie je geruild hebt, door dit aan te passen op het rooster dat op het prikbord in de teamkamer hangt. Gang van zaken en regels tijdens het overblijven Wil je de kinderen een leuke TSO-tijd bezorgen, dan helpt het als je iets nieuws voor ze bedenkt. Neem bijvoorbeeld eens een voetbal, stoepkrijt, springtouw of ander speelgoed mee, of verzin een leuk spel. Zorg dat je als TSO-ouder om vijf voor twaalf aanwezig bent. Dan heb je even tijd voor een goede praktische voorbereiding, zoals: - Een doekje halen uit de keuken (voor omgevallen bekers en/of het afpoetsen van de tafels). In het lokaal waar de kleuters overblijven liggen snoetenpoetsers voor het afvegen van de vieze monden. - De tafels en stoelen in je lokaal in kleine groepjes zetten. - De prullenbak op een handige plek zetten. - De TSO-map, de bijbel en het Bijbels dagboekje pakken. - De presentielijst bekijken om nog even de namen te repeteren. Zodra de bel om is gegaan, komen de kinderen naar het lokaal waar ze eten, en gaan ze eventueel eerst nog even naar het toilet. De kinderen eten in de groep waarin ze zijn ingedeeld, dus niet bij vriendjes of vriendinnetjes. Kinderen mogen wel bij hun vader/moeder eten, als die broodschool doet, maar dan even afmelden bij de ouder van de eigen groep. Op dit moment eten we in drie groepen. De kinderen zoeken allemaal een plekje rondom een tafel, pakken hun brood en drinken en zetten hun tas op de grond. Als TSO-ouder open je de maaltijd met gebed. Vanzelfsprekend zijn de kinderen dan stil en eerbiedig.

3 Dan vink je de namen van de kinderen die mee-eten aan op de presentielijst. Bij de oudere groepen vraag je twee kinderen voor het corvee (tafels schoonmaken en vloer vegen) aan de hand van het corveerooster in de TSO-map. Tijdens het eten blijven de kinderen zitten en kletsen ze gezellig (liniaalstem) met de kinderen aan hun eigen tafel. Ze blijven van elkaars spullen af. Eventuele mobiele telefoons mogen ze niet gebruiken tijdens de maaltijd. We behandelen elkaar en onze spullen met respect. Een grote mond hoort daar niet bij. Als de kinderen zijn uitgegeten lees je uit de bijbel en het bijbels dagboek. Vul op het leesrooster in de TSO-map in wat je hebt gelezen. Daarna sluit je af met dankgebed en als je wilt een lied. Bij de kleuters mogen de kinderen die heel langzaam eten wel dooreten terwijl je het verhaal vertelt. En bij de kleuters is het ook belangrijk op te letten dat ieder kind zijn/haar eten en drinken op krijgt. Daarna hangen de kinderen hun tassen weer aan de kapstok en gaan ze buitenspelen (tenzij het regent). De kinderen van groep 1-4 op het achterplein, de kinderen van groep 5-8 op het voorplein. Na de maaltijd en het opruimen neem je de presentielijst mee naar buiten, zodat je bij calamiteiten (brand, ontruiming) duidelijk hebt welke en hoeveel kinderen aanwezig zijn. Je houdt toezicht op het plein en draagt de verantwoording om over aan de leerkracht. Het achterplein Op het achterplein mogen de kinderen van groep 1 t/m 4 spelen met het speelgoed uit het schuurtje. De grote sleutel hangt aan de spijker bij de ingang. De kinderen mogen niet in de natuurtuin spelen. In de zandbak geldt: het zand blijft in de zandbak, en je mag niet met zand gooien. Kinderen mogen niet aan elkaar duwen of trekken: er zijn kinderen die dat echt niet leuk vinden. Nog een regel: niet met karren en skelters op de zwarte rubberen tegels. En een andere: niet op het dak van het speelhuisje klimmen. Spelen achter de coniferen mag wel, maar erin klimmen mag niet. Wat betreft de kinderen die s middags naar gymnastiek gaan: ze mogen om uur vertrekken, dus niet al tijdens de TSO. NB Om 13 uur overleg je even met de leerkracht of het speelgoed op het plein mag blijven liggen. Het voorplein Op het voorplein kunnen de kinderen van groep 5 t/m 8 o.a. voetballen in de voetbalkooi, basketballen en tafeltennissen. De tafeltennistafel is speciaal door de TSO-commissie aangeschaft voor de overblijftijd. Er zijn acht batjes en voldoende pingpongballetjes. Geen spullen (bv ballen) uit de gymzaal halen. Er mogen twee ballen op het plein. Komen ze op het dak, dan mogen ze er pas na 13 uur af gehaald worden. Tijdens het buitenspelen mogen de kinderen niet meer naar binnen (behalve voor toiletbezoek (één tegelijk)). Kinderen mogen het schoolplein alleen verlaten na toestemming van de TSOouder.

4 Incidentenformulier Zijn er incidenten (schoppen, slaan, vernielingen, een ruzie of een valpartij) dan vul je een incidentenformulier in (zit achterin de TSO-map). Dit formulier lever je in bij de directeur (of leerkracht). Het is dan ook de bedoeling dat je om 13 uur aan de leerkracht doorgeeft wat er is gebeurd. Regenprogramma Bij regen mogen de kinderen rustig in de school spelen. Met de kleuters kan dit heel goed in de gymzaal. De andere groepen kunnen in het lokaal waar is gegeten rustig tekenen, lezen, en/of spelletjes doen. Alleen als het regent mogen de kinderen ook gebruik maken van de pc s. Achterin de TSO-map zit een papier met wat ideeën om er een gezellige tijd van de maken. EHBO en BHV Bij de uitgangen hangen EHBO-trommels. Zorg dat je deze weet te vinden voor het geval je ze een keer nodig hebt. In het lokaal van juf Frannie liggen ook stickers in een laatje, die wonderen doen als de kleuters zich pijn hebben gedaan. In geval van brand ga je met de kinderen naar de verzamelplek. Bij ontruiming moet de bovenbouw tegen het hek op het bovenbouwplein staan. En de onderbouw tegen de heg op het onderbouwplein. Als ook dat te gevaarlijk is, gaan de kinderen onder begeleiding naar het plein bij de kerk (de kandelaar, GKV). Als je niet weet wat je moet doen, vraag dan om hulp aan een van de leerkrachten, die in de teamkamer zit. Speciaal voor nieuwe ouders Als je voor het eerst gaat meedraaien dan kun je altijd een of twee keer meekijken met een van de commissieleden of een andere ervaren kracht. Bij dit inwerken krijg je te zien waar alles ligt (TSO-map, bijbel, regenspelletjes, corvee-rooster, bijbelleesrooster, incidentenformulier, bijbel, stoffer en blik, sjoelbak, EHBO-trommel, sleutel speelschuur achterplein, etc.). Elke TSO-ouder heeft een verklaring omtrent het gedrag (VOG) van de gemeente nodig. Deze kan aangevraagd worden bij een van de commissieleden. Ook is het vanuit overheidswege verplicht dat meer dan de helft van de meedraaiende ouders geschoold is. We blijven voldoen aan deze eis door elke nieuwe ouder te vragen een online cursus te volgen na de eerste drie keer dat je TSO hebt gedaan. Ga hiervoor naar: Zowel de VOG als de cursus wordt vergoed door de TSO zolang er geld in kas is. Lever hiervoor je bonnetje én je certificaat in bij de penningmeester van de TSO-commissie. In bijlage 1 staat een programma voor de kinderen van de kleutergroep met plaatjes wat van ze verwacht wordt.

5 Taken TSO-commissie Elk jaar organiseert de TSO-commissie een vergadering met zowel de meedraaiende als de betalende ouders om te evalueren en bijzonderheden te bespreken. Ook organiseert de TSO-commissie eens per jaar een gezamenlijke maaltijd voor alle ouders en kinderen van de TSO. Een keer per jaar overlegt de voorzitter van de TSO-commissie met het team van de Wiekslag over de gang van zaken. De leden van de TSO-commissie zijn je aanspreekpunt bij vragen, opmerkingen, wensen en problemen mbt de TSO. Website Op de website van de Wiekslag: vind je het actuele rooster, de notulen van de laatste jaarvergadering(en) en dit document. Met vriendelijke groet, De TSO commissie Tessa Dijkstra , (Voorzitter) Dianne Blaauw , (Financiën) Geertje van der Molen , (Rooster) Vacature (lid)

6 Bijlage 1: TSO programma met plaatjes Gaan zitten Brood en drinken pakken Tas op de grond Bidden

7 Eten en drinken Verhaal Danken Spelen

8 Bijlage 2: Incidentenformulier Incidentenformulier TSO Datum: Naam: Wat is er gebeurd: Wat was je eigen reactie:

9 Bijlage 3: Tips voor spelletjes als het regent Dierengeluidenspel De kinderen doen om de beurt het geluid van een dier na. De andere kinderen moeten raden welk dier het is. Fluisteren en luisteren De TSO ouder verzint een leuke zin en fluistert deze in het oor van een kind. Deze moet goed luisteren en het weer doorfluisteren aan het volgende kind. Als ieder kind geweest is, kun je lachen, gieren, brullen om de gekke zin die is overgebleven. Wie is de baas? De kinderen zitten of staan in een kring. Eentje is hem. De anderen hebben van tevoren afgesproken wie de baas is. Terwijl degene die hem is in het midden van de kring staat, zet de baas een beweging of een gebaar in, bijvoorbeeld wuiven. de anderen doen hem zo snel en precies mogelijk na. Degene die hem is moet ontdekken wie de baas is. Dit is een grappig en spannend spel, dat veel samenwerking en subtiliteit vereist. Verhaal afmaken Alle kinderen zitten in een kring. Iemand (bijvoorbeeld de TSO-ouder) begint een verhaal te vertellen. Na een poosje neemt degene die naast je zit, het over. De bedoeling is en het is heel belangrijk dit van te voren met de kinderen te overleggen tot een afgerond verhaal te komen, bijvoorbeeld in twee rondes. Leer de kinderen dat het verhaal het leukst wordt als ze de gegevens die hun voorgangers er in hebben gestopt functioneel gebruiken en als ze er zelf ook leuke dingen instoppen voor degenen die na hen komen. Als iemand bijvoorbeeld een rood poesje heeft geïntroduceerd, is het leuk als dat poesje juist om dat het rood is bij een volgende verteller een betekenis krijgt in het verhaal. Het diertje zou bijvoorbeeld een stier woedend kunnen maken, waardoor de hoofdpersoon nog net op tijd gered wordt. Een voorbeeld om mee te beginnen: Het was stikdonker in grootmoeders huis. Marc lag in de logeerkamer met zijn ogen wijd open. Hij wist zeker dat hij iemand hoorde lopen. Zou iemand er achter zijn gekomen wat grootmoeder in de la van haar bureau had zitten?