Noordhoff Uitgevers Elobase Detailhandel Ondernemer/Manager Kerntaak 1 Antwoorden Theorie- en rekenboek (Financieel1)
|
|
- Nina van der Wal
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid Rekenwerkboek Antwoorden rekenopgaven voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 1 Ondernemer / Manager Dit antwoordboek is van de docent: Telefoonnummer: 1
2 Examen Exploitatiekosten, Consumentenprijs, Break-even (analyse) Kerntaak 1 Financieel 1 Deel 1: Exploitatiekosten (opgave 1 t/m 50) Kosten van het vermogen: rentekosten Kosten van de diensten van derden Kosten van belastingen Kosten van de goederen Kosten van de menselijke arbeid Gewaardeerd loon Kosten van duurzame bedrijfsmiddelen Deel 2: Consumentenprijs(opgave 51 t/m 80) Directe en indirecte kosten: de primitieve opslagmethode Kostenverdeelstaat Directe en indirecte kosten: de verfijnde opslagmethode Vaste opslagmethode Deel 3: Break-evenanalyse(opgave 81 t/m 125) Kosten nader bekeken De constante kosten Het bezettingsresultaat De variabele kosten Het bepalen van de juiste verkoopprijs Break-even (inleiding) Het bepalen van de break-even afzet De break-even omzet in de detailhandel De veiligheidsmarge Break-even analyse: het nemen van investeringsbeslissingen 2
3 Antwoorden opgaven Deel 1. Exploitatiekosten: Kostensoorten Kosten van het vermogen: rentekosten Opgave ,40 d ,40 Opgave 2 Let op de juiste afrondingen, het kapitaal moet afgerond worden. 677,03 Let op de juiste afrondingen, het kapitaal moet afgerond worden ,18 Let op de juiste afrondingen, het kapitaal moet afgerond worden ,14 Opgave 3 Uitwerking c is juist, namelijk: Opgave 4 d. 3
4 Opgave 5 Januari: 31 Februari: 29 Juni: 30 September: 30 December: 31 Opgave 6 Aantal rentedagen = = 124 Formule: Aantal rentedagen = = 102 Bedrag: 550,50 Aantal rentedagen = = 73 Bedrag: 1.649,65 d. Aantal rentedagen = = 70 Bedrag: 206,60. Opgave 7 Rentedagen = 120 (eerste maand: 30 4) Rentedagen: = 140 Bedrag: 326,26 Rentedagen: = 161 Bedrag: 273,92 d. Rentedagen: = 93 Bedrag: 957,77 4
5 Opgave 8 Bij de precieze methode bedraagt het aantal rentedagen: = 79. Bij de gemakkelijke methode bedraagt het aantal rentedagen: = 80. De precieze rente is als volgt: Hier is dus voor de gemakkelijke methode gekozen. Deze berekeningswijze is in het voordeel van de bank. Opgave = 139 rentedagen. Te betalen rente: 993, = 120 rentedagen. Te betalen rente: 120 x 7,3 x /(100 x 365) = 3.149,52. De jaarrente bedraagt 3,1 x 1.200/100 = 37,20. Het geld leent ze echter maar drie maanden, dus: (3/12) x 37,20 = 9,30. d. Marijke betaalt per jaar: x 6,2% (0,062) = 930. De lening loopt 4 jaar, dus: 4 x 930 = e. Nu betaalt ze 2,75 jaar. Dus: 2,75 x 930 = 2.557,50. Opgave 10 De gewaardeerde interest is de vergoeding voor het Eigen Vermogen. Dit is het bedrag dat de ondernemer als het ware misloopt, doordat hij zijn geld in zijn eigen zaak steekt en niet op de bank zet. Opgave 11 De betaalde rente zijn de kosten die je als ondernemer maakt voor het gebruik van Vreemd Vermogen in de vorm van bijvoorbeeld een lening of een krediet. Ze vallen onder de exploitatiekosten. De gewaardeerde interest is een berekende vergoeding voor het Eigen Vermogen. Opgave 12 Eerst berekenen we het gemiddeld geïnvesteerd Eigen Vermogen: Dit bedraagt: ( )/2 = De rentevergoeding bedraagt ,- x 0,031 x 1 = 930. Opgave 13 De betaalde rente bedraagt 5,8 x /100 = De gewaardeerde interest bedraagt ,- x 0,04 x 1 =
6 Opgave 14 De betaalde rente bedraagt ,- x 0,042 x 4/12 = 560,- De betaalde rente bedraagt ,- x 0,042 x 1 = 1.512,- Kosten van de diensten van derden Opgave 15 premie I: 2,80 x 185 = 518,00 premie G: 3,- x 80 = 240,00+ poliskosten 7, ,50 assurantiebelasting 21% van 765,50 160,76 + Kosten G/I-verzekering eerste jaar 926,26 premie I: 2,80 x 185 = 518,00 premie G 3,- x 80 = 240,00 + administratiekosten 1, ,50 assurantiebelasting 21% van 759,50 159,50 + Kosten G/I-verzekering tweede jaar 919,00 Opgave 16 Te verzekeren brutowinst 0,35 x ,- x 100/121 = ,50 premie 2,45 promille 253,00 poliskosten 7, ,50 assurantiebelasting 21% van 260,50 54,71 + Kosten bedrijfsschadeverzekering 315,21 Opgave 17 elektriciteit 100/121 x 362,95 299,96 excl. btw! gas 100/121 x 773,50 639,26 + telefoon 228,67 + Van Gend & Loos 338,00 + Totale exploitatiekosten 1.505,89 Opgave 18 energienota 0,85 x 100/121 x 238,00 = 167,19 excl. btw! telefoon- en internetkosten 100/121 x 148,75 = + 122,93 Totale bedrijfskosten 290,12 6
7 Opgave 19 elektriciteit 0,75 x 100/121 x 2.678,50 = 1.660,23 gas en water 0,50 x 100/121 x 1.567,50 = + 647,73 telefoon 0,65 x 325,90 = + 211,84 administratiekosten ,87 verzekeringskosten ,75 Totale bedrijfskosten 6.005,22 Kosten van belastingen Opgave 20 aanslag motorrijtuigenbelasting eerste kwartaal 85,- aanslag onroerende zaakbelasting winkelpand + 750,- Te betalen kosten van belastingen van januari 835,- De rest is privé! Opgave 21 aanslag onroerende zaakbelasting ,- aanslag motorrijtuigenbelasting vierde kwartaal + 560,- kosten van belastingen van oktober 2.310,- De rest is privé! Kosten van goederen Opgave 22 C.O. = 1,21 x ,- = ,- IWO = 0,60 x ,- = Fiscale exploitatiekosten zijn: , ,- = ,- in % van de IWO: / x 100% 49,9% Opgave 23 Voorraad ,- + Inkopen (excl. btw) ,- Totaal beschikbaar ,- -/- voorraad / ,- Inkoopwaarde ,- 7
8 C.O ,- Omzet (100/121 x ) ,- -/- IWO (antwoord a) -/ ,- Gerealiseerde brutowinst ,- In % van de omzet: / x 100% 29,27% Opgave 24 Voorraad ,- + Inkopen (excl. btw) ,- Totaal beschikbaar ,- -/- voorraad / ,- Inkoopwaarde ,- Theoretisch: Omzet = 100/121 x ,- = ,- Brutowinst 30% = 0,30 x ,- = ,- Werkelijk: Omzet = 100/121 x ,- = ,- -/- Gerealiseerde IWO (antwoord a) -/ ,- Gerealiseerde brutowinst ,- d. Lekkage ofwel derving (crimineel en/of niet-crimineel). Opgave 25 Gemiddelde voorraad eerste halfjaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- Gemiddelde voorraad tweede halfjaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- Gemiddelde voorraad hele jaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,-. of (½ x begin januari + 1 juli + ½ x eind december) / 2 = ( , , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- IWO = 60% (0,60) x ,- = ,- Voorraad ,- + Inkopen (excl. btw) ,- + Totaal beschikbaar ,- -/- voorraad ,- -/- Inkoopwaarde omzet ,- 8
9 Brutowinst: 40% (0,40) x ,- = ,- Per m2 VVO = ,- : 250 = 800,- Opgave 26 Voorraad ,- + Inkopen (excl. btw) ,- + Totaal beschikbaar ,- -/- voorraad ,- -/- Inkoopwaarde ,- Huisvestingskn 100/340 x , ,29 excl. btw! Rentekn x 0,075 x 1 (KxPxT) ,- Overige exploitatiekosten , , , m² 313,60 per m² Opgave 27 Voorraad ,- + Inkopen excl. btw ,- Totaal beschikbaar ,- -/- voorraad / ,- Inkoopwaarde ,- Huisvestingskn 100/125 x , ,- Rentekn 0,08 x , ,- Overige kosten ,- Totale kosten ,- Omzet is 100/64 x ,- = ,06 Voorraadkosten per euro omzet = / ,0727 9
10 Kosten van menselijke arbeid Opgave 28 Brutoloon 12 x 1.418, ,- Vakantietoeslag 8% (van ,-) , ,28 Ov.t + Pr SWV 17,6% (van ,28) ,40 Reiskosten + 416,00 Betaalde loonkosten ,68 Opgave 29 Brutoloon 52 x 320, ,- Vakantietoeslag 8% (van ,- ) ,20 Kerstuitkering + 150, ,20 Ov.t + Pr SWV 17,6% (van ,20) ,33 Reiskosten + 420,- Totaal loonkosten ,53 Opgave 30 Truus: 1.250,- (per maand) x 12 (=per jaar) / 52 (=per week) / 40 7,21 per uur. Joke: 150,- (per maand) x 12 (=per jaar) / 52 (=per week) / 10 3,46 per uur ,- x 1,08 x 1, ,42. Opgave 31 Brutoloon Denise 52 x 12 x 3, ,20 Brutoloon Robert 52 x 275, ,- Totaal brutoloon 6.671,20 Vakantietoeslag 8% , ,90 Ov.t + Pr SWV 17,6% ,86 Reiskosten Denise 52 x 10, ,- Reiskosten Robert 12 x 35, ,- Totaal loonkosten ,76 Opgave 32 Stijging brutoloon Pascal 6 x 108,- 648,- + Brutoloon fulltimer 6 x 1.470, ,- + Brutoloon parttimer 6 x 750, ,- Totaal brutoloon ,- + Vakantietoeslag 8% , ,44 + Ov.t + pr.swv 18% ,38 Stijging loonkosten dit jaar 7.800,82 10
11 Gewaardeerd loon Opgave 33 Basisloon % x ( , ,-) % x , Totaal gewaardeerd loon Basisloon % x ( , ,-) % x , % x , Totaal gewaardeerd loon Basisloon % x ( , ,-) % x , % , % x , Totaal gewaardeerd loon Opgave = 7,6 fte 4 fte = ( , ,- ) x 3,6 / Totaal gewaardeerd loon Opgave 35 Gerealiseerde brutowinst = 0,35 x ,- = ,- Basisloon % x ( , ,-) % x , % , Totaal gewaardeerd loon aantal fte's = gerealiseerde omzet = branchegemiddelde omzet per fte = 4,4 fte 4 fte = ( , ,- ) x 0,4 / Totaal gewaardeerd loon
12 Opgave 36 omzet per m² wvo: m² = 1.906,12 omzet per fte: , omzetsnelheid: gemiddelde voorraad eerste half jaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- gemiddelde voorraad tweede half jaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- Gemiddelde voorraad afgelopen jaar: ( , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- of (½ x begin januari + 1 juli + ½ x eind december) / 2 = ( , , ,-) / 2 = ,- / 2 = ,- IWO = 62% (0,62) x ,- = ,- Per m² wvo is er te weinig omzet, terwijl er minder personeel nodig is dan in de branche. De omzetsnelheid is hoger. 12
13 Kosten van duurzame bedrijfsmiddelen Opgave 37 Aanschafwaarde (excl. btw) = 484,- : 1,21 (of x100/121) = 400,- Aanschafwaarde 400,00 -/- afschrijvingskosten eerste jaar 65,00 boekwaarde na 1 jaar 335,00 -/- afschrijvingskosten tweede jaar 65,00 boekwaarde na 2 jaar 270,00 -/- afschrijvingskosten derde jaar 65,00 boekwaarde na 3 jaar 205,00 enzovoort Opgave 38 Aanschaf waarde (excl. btw) = 1.530,- : 1,21 (of x100/121) = 1.264,46 aanschafwaarde 1.264,46 -/- afschrijvingskosten eerste jaar 178,24 boekwaarde na 1 jaar 1.068,22 -/- afschrijvingskosten tweede jaar 178,24 boekwaarde na 2 jaar 907,98 -/- afschrijvingskosten derde jaar 178,24 boekwaarde na 3 jaar 729,74 enzovoort Opgave 39 Boekwaarde na 1 jaar: 6.300, ,- = 5.713,- Boekwaarde na 4 jaar: 6.300,- - (4 x 587,-) = 3.952,- Boekwaarde na 8 jaar: 6.300,- - (8 x 587,-) = 1.604,- 13
14 Opgave 40 Aanschafwaarde (excl. btw): 1.799,74 : 1, ,39 Afschrijvingsbedrag per jaar: 10% x 1.487,39 148,74 Boekwaarde na 2 jaar: 1.487,39 - (2 x 148,74) = 1.189,91 Restwaarde na 7 jaar: 1.487,39 - (7 x 148,74) = 446,21 Opgave 41 Boekwaarde na 4 jaar = 500,- Boekwaarde na 5 jaar (restwaarde = 250,- Vast afschrijvingsbedrag per jaar = 500, ,- = 250,- Aanschafwaarde = Restwaarde + Totale afschrijvingen over de gehele levensduur: 250,- + (5 x 250,-) = 1.500,- 250,- / 1.500,- x 100% 16,7% Afschrijven met een vast percentage van de boekwaarde Opgave 42 aanschafwaarde ,00 -/- afschrijvingskosten eerste jaar ( 10% van , ,00 boekwaarde na 1 jaar ( ,00 -/- afschrijvingskosten tweede jaar ( 10% van , ,00 boekwaarde na 2 jaar (d ,00 Opgave 43 aanschafwaarde ,00 -/- afschrijvingskosten eerste jaar 20% van , ,00 boekwaarde na 1 jaar ,00 -/- afschrijvingskosten tweede jaar 20% van , ,00 boekwaarde na 2 jaar ,00 -/- afschrijvingskosten derde jaar 20% van , ,00 boekwaarde na 3 jaar ,00 Boekwaarde na 1 jaar is 80% van de aanschafwaarde. Na 5 jaar is de restwaarde: 0,80 x 0,80 x 0,80 x 0,80 x 0,80 x ,- = ,76 14
15 Opgave 44 Als er 30% per jaar van de boekwaarde afgaat, blijft er aan het einde van het jaar 70% van de boekwaarde over. Na vier jaar is dit dan: 0,70 x 0,70 x 0,70 x 0,70 x ,- : 1,21 = 3.059,78 of aanschafwaarde (excl. btw) ,80 -/- afschrijvingskosten eerste jaar 30% van , ,14 boekwaarde na 1 jaar 8.920,66 -/- afschrijvingskosten tweede jaar 30% van 8.920, ,20 boekwaarde na 2 jaar 6.244,46 -/- afschrijvingskosten derde jaar 30% van 6.244, ,34 boekwaarde na 3 jaar 4.371,12 -/- afschrijvingskosten vierde jaar 30% van 4.371, ,34 boekwaarde na 4 jaar 3.059,78 Opgave ,- : 1,21 x 0,90 x 0,90 = , ,- of aanschafwaarde (excl. btw) ,22 afschrijvingskosten eerste jaar 10% van , ,32 boekwaarde na 1 jaar ,90 afschrijvingskosten tweede jaar 10% van , ,19 boekwaarde na 2 jaar ,71 Opgave ,- : 1,21 x 0,25 x 9/12 = 3.042,61 Opgave 47 Terugrekenen: 686,- : 0,70 : 0,70 : 0,70 = 2.000,- Bewijs: aanschafwaarde (excl. btw) 2.000,00 -/- afschrijvingskosten eerste jaar 30% van 2.000,00 600,00 boekwaarde na 1 jaar 1.400,00 -/- afschrijvingskosten tweede jaar 30% van 1.400,00 420,00 boekwaarde na 2 jaar 980,00 -/- afschrijvingskosten derde jaar 30% van 980,00 294,00 boekwaarde na 3 jaar 686,00 15
16 Opgave 48 Afschrijvingskosten per jaar: , ,- = 2.100,- per jaar. 6 + Rentekosten per jaar: 4% van , ,- = 496,-.per jaar (0,04 x) 2 + Complementaire kosten: 1.850,- per jaar Totale kosten koelmeubel in het eerste boekjaar: 4.446,- Opgave 49 aanschafwaarde (excl. btw) 3.600,00 + afschrijvingskosten eerste jaar 25% van 3.600,00 900,00 boekwaarde na 1 jaar 2.700,00 Afschrijvingskosten eerste jaar: 900,- + Rentekosten eerste jaar: 3.600, ,- 132,30 4,2% van (0,042 x) 2 + Complementaire kosten: 200,- Totale kosten kassaregister in het eerste boekjaar: 1.232,30 boekwaarde na 1 jaar 2.700,00 afschrijvingskosten tweede jaar 25% van 2.700,00 675,00 boekwaarde na 2 jaar 2.025,00 Afschrijvingskosten tweede jaar: 675,- + Rentekosten eerste jaar: 4,2% 2.700, ,- 99,23 van (0,042 x) 2 + Complementaire kosten: 200,- Totale kosten kassaregister in het tweede boekjaar: 974,23 Opgave 50 8 Aanschafwaarde (excl. btw) 9.600, , ,- + installatiekosten Afs = ,- 400, ,- per jaar. Rentekosten per jaar: 5% van (0,05 x) , , ,-. per jaar 16
17 Antwoorden opgaven Deel 2: Consumentenprijs: Directe en indirecte kosten Primitieve opslagmethode Opgave 51 Kostprijs = (40% x 600) = 840 Kostprijs = (40% x 290) = 406 Opgave 52 Kostprijs = 2,59 + 0,82 (31,6% x 2,59) = 3,41 Opgave x 50% = 17,50 52,50 ( ,50) x 60% = 31,50 BTW = 84 ( 52, ,50) x 21% = 17,64 Consumentenprijs = ,64 = 101,64 Opgave 54 inkoopprijs 0,75 opslagpercentage indirecte kosten 70% x 0,75 0,53 + kostprijs 1,28 winstopslag 40% x 1,28 0,51 + verkoopprijs 1,79 btw 6% x 1,79 0,11 + theoretische consumentenprijs 1,90 17
18 Opgave 55 Opslagpercentage voor de exploitatiekosten = 47,0% inkoopprijs één paar laarzen 30,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 47% 14,10 kostprijs 44,10 + winstopslag 40% 17,64 verkoopprijs 61,74 + btw 21% 12,97 theoretische consumentenprijs 74,71 Opgave 56 Opslagpercentage indir. Kosten = 47,4% inkoopprijs één kilo kabeljauw 3,75 + opslagpercentage exploitatiekosten 47,4% 1,78 Kostprijs één kilo kabeljauw 5,53 inkoopprijs 1 makreel 1,05 + opslagpercentage exploitatiekosten 47,4% 0,50 kostprijs 1 makreel 1,55 Opgave 57 Totale exploitatiekosten: , , , , ,- = ,- inkoopprijs één luxe setje (95%) 19,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 57,9% 11,00 Kostprijs één luxe setje 30,00 18
19 Kostenverdeelstaat Opgave 58 ijzerwaren: 60 / 300 x ,- = ,- sanitair: 35 / 300 x , ,- hout: 85 / 300 x , ,- diversen: 120/ 300 x ,- = ,- Opgave 59 Food: / x ,- = ,- Non-food: / x ,- = ,- Opgave 60 Indirecte loonkosten: dames- en herenkleding 5 / 25 x ,- = 6.000,- sportartikelen 6 / 25 x ,- = 7.200,- schoenen 8 / 25 x ,- = 9.600,- lederwaren en reisartikelen 6 / 25 x ,- = 7.200,- Huisvestingskosten: dames- en herenkleding 170 /500 x ,- = ,- sportartikelen 90 /500 x ,- = ,- schoenen 130 /500 x ,- = ,- lederwaren en reisartikelen 110 /500 x ,- = ,- Overige exploitatiekosten: dames- en herenkleding ,- / ,- x ,- = ,- sportartikelen ,- / ,- x ,- = ,- schoenen ,- / ,- x ,- = ,- lederwaren en reisartikelen ,- / ,- x ,- = ,- dames- en sport- schoenen lederwaren totaal herenkleding artikelen x 1,- x 1,- x 1,- x 1,- x 1,- inkoopwaarde directe loonkosten totale directe kosten indirecte loonkosten huisvestingskosten overige exploitatiekosten
20 Opgave 61 Loonkosten: herenkleding: / x ,- = ,- dameskleding: / x ,- = ,- kinderkleding: / x ,- = ,- Huisvestingskosten: herenkleding: 80 /160 x ,- = ,- dameskleding: 50 /160 x ,- = ,- kinderkleding: 30 /160 x ,- = ,- Overige exploitatiekosten: herenkleding: ,- / ,- x ,- = ,- dameskleding: ,- / ,- x ,- = ,- kinderkleding: ,- / ,- x ,- = ,- Herenkleding: Dameskleding: Kinderkleding: Opgave 62 Loonkosten: keuken: / x ,- = ,- slaapkamer: / x ,- = ,- woonkamer: / x ,- = ,- Huisvestingskosten: keuken: 120 /900 x ,- = ,- slaapkamer: 360 /900 x ,- = ,- woonkamer: 420 /900 x ,- = ,- Overige exploitatiekosten: keuken: ,- / ,- x ,- = ,- slaapkamer: ,- / ,- x ,- = ,- woonkamer: ,- / ,- x ,- = ,- 20
21 Keuken: Slaapkamer: Woonkamer: inkoopprijs keuken 4.200,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 20,6% 865,20 + kostprijs keuken 5.065,20 + winstopslag 15% 759,78 + verkoopprijs 5.824,98 + btw 21% 1.223,25 + theoretische consumentenprijs 7.048,23 inkoopprijs slaapkamer 3.500,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 35,4% 1.239,00 + kostprijs slaapkamer 4.739,00 + winstopslag 17,5% 829,33 + verkoopprijs 5.568,33 + btw 21,0% 1.169,35 + theoretische consumentenprijs 6.737,68 inkoopprijs bankstel 2.840,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 44,1% 1.252,44 + kostprijs bankstel 4.092,44 + winstopslag 20,0% 818,49 + verkoopprijs 4.910,93 + btw 21,0% 1031,30 + theoretische consumentenprijs 5.942,23 21
22 Opgave 63 Exploitatiekosten afdeling buitensport: loonkosten: 2,45 x ,- = ,- huisvestingskosten: 200 x 750,- = ,- Totaal: ,- Inkoopwaarde van de omzet dit jaar: 1,05 x ,- = ,- inkoopprijs "Lamar Storm" 199,00 + opslagpercentage exploitatiekosten 60,8% 120,99 + kostprijs "Lamar Storm" 319,99 Opgave 64 Exploitatiekosten afdeling AGF: loonkosten: 3,87 x , ,- huisvestingskosten: 70 x 600, ,- Overige indirecte kosten: ,- + Totaal ,- Inkoopwaarde van de omzet dit jaar: 1,14 x ,- = ,- inkoopprijs kropsla 0,30 + opslagpercentage exploitatiekosten 103,0% 0,31 + kostprijs kropsla 0,61 22
23 Directe en indirecte kosten: de verfijnde opslagmethode Opgave 65 Opslagpercentages Voor de huisvestingskosten: Voor de indirecte loonkosten: Voor de overige indirecte kosten: Inkoopprijs 1.830,00 Direct loon 300, Indirecte kosten: huisvestingskosten 24,4% van 1.830,00 446, 52 Indirecte loonkosten 28,9% van 300,00 86,70 Overige indirecte kosten 25,9% van ,67 + Kostprijs Opgave 66 Opslagpercentages indirecte kosten: 23
24 Opgave 67 Opslagpercentages indirecte kosten: inkoopprijs 10,- + direct loon 12% - 1,20 totale directe kosten 11,20 indirecte kosten: + Loonkosten (40% x 1,20) - 0,48 + Huisvestingskosten (8% x 10,-) - 0,80 + Overige expl.kstn (17% x 11,20) - 1,90 kostprijs 14,38 + winstopslag 20% - 2,88 verkoopprijs 17,26 + btw 21% 21,0% - 3,62 (theoretische) consumentenprijs 20,88 Opgave 68 24
25 Vaste opslagmethode Opgave 69 omzet 100% -/- lekkage 10% omzet na lekkage 90% -/- inkoopwaarde (0,85 x 0,90) 76,5% brutowinst (0,15 x 0,90) 13,5% Opslagpercentage (in % van de iwo) Opgave 70 omzet 100% -/- lekkage 8% omzet na lekkage 92% -/- inkoopwaarde (0,80 x 0,92) 73,6% brutowinst (0,20 x 0,92) 18,4% Opslagpercentage (in % van de iwo) Opgave 71 Opslagpercentage (in % van de iwo) Omrekenfactor: 1,802 x 1,21 2,18. ofwel met de formule: 100/92,5 x 100/60 x 121/100 2,18 Opgave 72 met de formule: 100/97 x 100/71,4 x 121/100 1,7 25
26 Opgave 73 met de formule: 100/97,5 x 100/74 x 106/100 1,5 Opgave 74 met de formule: 100/95 x 100/67,5 x 121/100 1,89 Opgave 75 consumentenprijs = 2,5 x 190,40 = 476,- verkoopprijs = 476,- : 1,21 = 393,- verkoopprijs inkoopprijs = brutomarge: 393, ,40 = 202,60 Opgave 76 met de formule: 100/95 x 100/60 x 106/100 1,86 consumentenprijs = 0,65 : 1,06 x 1,86 1, x 1,69 : 2,50 x 1, ,- 26
27 d. Omzet - Kosten = Winst (verkoopresultaat) Inkoopprijs kg tomaten: 8.599,- : 1,06: x = 5.408,18 inkoopprijs 5408,18 + opslagpercentage exploitatiekosten 60% 3.244,91 + kostprijs tomaten 8.653,09 Consumentenomzet kg x 1, ,00 -/- btw 6% 765,28 - Omzet ,72 Verkoopresultaat tomaten: , ,09 = 4.101,63 Opgave 77 Omrekenfactor: 100/88 x 100/75 x 121/100 1,8 Consumentenprijs: 1,8 x 8,25 = 14,85 Maximale inkoopprijs: 15,-/ 1,8 = 8,33 d. Ja, de inkoopprijs bedraagt 8,25 en dat is minder dan de maximaal toegestane inkoopprijs van 8,33. Opgave 78 Resultaat ,- + Exploitatiekosten ,- Brutowinst exclusief lekkage ,- + Inkoopwaarde ,- Omzet na lekkage ,- 95,5% + Lekkage ,- 4,5% Omzet inclusief lekkage ,- 100% Te calculeren brutowinst: gebudg. brutowinst + lekkage: , ,- = ,- Het opslagpercentage is dan (in % van de inkoopprijs!): 27
28 Inkoopprijs 32,50 + Opslag 72,80% 23,66 Verkoopprijs 56,16 + Btw 21% 11,79 Theoretische consumentenprijs 67,95 Opgave 79 Methode 1: Nettowinst ,- + Exploitatiekosten ,- Brutowinst exclusief lekkage ,- + Inkoopwaarde ,- Omzet na lekkage ,- 97,5% + Lekkage ,- 2,5% Omzet inclusief lekkage ,- 100% Omzet, incl. lekkage ,975 = ,- Gecalculeerde brutowinst: gebudgetteerde brutowinst + lekkage , ,- = ,- Opslagpercentage ,- voor de te cal brutowinst: ,- Omrekenfactor = 1,6119 x 1,21 1,95. x 100% 61,19% Methode 2: Gebudg. IWO% = (in % van de omzet na lekkage!) , ,- x 100% 63,63% Met de formule: 100/97,5 x 100/63,63 x 121/100 1,95 Opgave 80 Resultaat ,- + Exploitatiekosten ,- Brutowinst exclusief lekkage ,- + Inkoopwaarde ,- Omzet na lekkage ,- 97% + Lekkage ,- 3% Omzet inclusief lekkage ,- 100% Te calculeren brutowinst: gebudgetteerde brutowinst + lekkage: , ,- = ,- 28
29 Het opslagpercentage is dan (in % van de inkoopprijs!): Inkoopprijs 1,50 + Opslag 53,85% 0,81 Verkoopprijs 2,31 + Btw 6% 0,14 Theoretische consumentenprijs 2,45 Kortweg: (en preciezer, want alleen het eindresultaat wordt afgerond): 1,50 x 1,5358 x 1,06 2,44 29
30 Deel 3: Break-even(analyse) Opgave 81 Kosten die niet veranderen Huur Abonnement telefoon Verzekeringen Rente Kosten die wel veranderen Alg. levensonderhoud > eten, drinken > ontspanning Opgave 82 Constante kosten Variabele kosten Gemengde kosten Huur Verpakkingsmateriaal Gas/ Licht/ Water Kosten vast personeel Kosten van oproepkrachten Autokosten Verzekeringen Inkoop goederen Rente Afschrijvingskosten Constant = kosten die niet veranderen als de bedrijfsdrukte verandert. Variabel = kosten die wel veranderen als de bedrijfsdrukte verandert. Gemengd = kosten die deels constant, deels variabel zijn. Opgave 83 Constante kosten Variabele kosten Huur Energie 12x = Afschrijving bus Brandstof 12x = Afschrijving inventaris Onderhoud bus 450 Rente IWO Verzekeringen 540 Verkoopkosten Personeel Verzekering bus 375 Houdersch.belasting 290 Reclame Totale kosten Totale kosten
31 De constante kosten Opgave Marktonderzoek 2. Omzetverwachting 3. Bedrijfsgrootte 4. Vaste of constante kosten Opgave ,- Deze stijgen naar ,- Opgave / = 0,15 of 15% ,- x 1,09 = ,- Een kiosk brengt weinig vaste kosten met zich mee. Opgave = 0,30 of 30% ,-/106 x 100 = Opgave x 100 = x 0,28 = ,- 121 Opgave 89 30% 26,5% 22 % Opgave 90 Als de werkelijke omzet (W) lager is dan de normale omzet (N), dan verdient de ondernemer de vaste kosten niet terug. 31
32 Opgave 91 Bepaal het constante-kostentarief dat Marloes hanteert = 0, ( ) = overbezetting Ja, want er is een overbezetting Werkelijke, terugverdiende C = x 0,29 = ,- Geplande C = x 0,29 = ,- Verschil d overbezetting x 0,29 = 4350,- Opgave = 0, ( ) x 0,31 = 6.200,- overbezetting. Bij een omzet van ,- is er een onderbezetting. ( ) x 0,31 = ,- Zij heeft dan geen ,- aan constante kosten terugverdiend, maar , = ,- Opgave ,- = 0, ,- x 100 = ,- (N) 121 ( ) x 0,19 = ,- Bij een onderbezetting worden de constante kosten niet terugverdiend. 32
33 De variabele kosten Opgave 94 Grafiek Opgave 95 Progressief variabel: km a 0,25 = km a 0,30 = Degressief variabel: km a 0,25 = km a 0,20 = Het totaalbedrag wordt wel groter, maar per km zijn de kosten lager! Opgave 96 Schets. Opgave = 0, = 0, Dit is proportioneel x 100% = 3,5% Dit is proportioneel. Omzet Personeelskosten , , = 0, , , = 0, , , = 0,16 Dit is progressief. 33
34 Het bepalen van de juiste verkoopprijs Opgave 98 Brutowinst De inkoopprijs Opslag voor constante kosten Opslag voor nettowinst NVP 100 % Btw + 21 % + De consumentenprijs 121 % Opgave , = 0,31 of 31 % , De inkoopprijs 22, 44 % Constante kosten (Tc) 31 % Netto winst 25 % + De netto verkoopprijs NVP 50,- 100 % De btw 10, % + Consumentenprijs 60, % Hint: 22, x 100 % = 50,- de verkoopprijs 44 % + Opgave 100 Nettowinst Constante kosten Tc + 25 % 31 % Inkoopprijs 44 % Brutowinst + 56 % Verkoopprijs 100 % Opgave = 0, x 100 = ,- 121 De inkoopprijs 8,95 57 % Constante kosten (Tc) 28 % Netto winst 15 % + De netto verkoopprijs NVP 15, % De btw 21 % + Consumentenprijs 19, % 34
35 15 % nettowinst van 15,70 = 2,36 d. TC = 28 % + Nettowinst 15 % = 43 % brutowinst e. Werkelijke omzet = x 100 = ,- 121 ( ) x 0,28 = ,- Opgave ,60 x 100 = 106 Inkoopprijs = 110,- = 65 % + Tc = C = N = 23 % + Nettowinst 12 % Netto verkoopprijs 169, % 110,- x 100 = ,23 1 bloemkool kost dus 179,38: 100 stuks = 1,79 Tc = 23% + Nettowinst 12 % = 35% + btw 6 % Consumentenprijs 179, % 95,40 x 100 = 90,- (NVP) ,- x 65 = 58,50 : 100 stuks = 0,59 inkoopprijs per stuk
36 Break-even inleiding Opgave 103 Totalen: Eric: Anouk: Eric: Anouk: Eric: = 12, Anouk: = 8, Het bepalen van de break-even afzet Opgave ,- = 7.058,8 = stuks 2,50-0,80 Afronden op hele getallen naar boven! x 2,50 = ,50 Afzet is in stuks, omzet in euro s d x 2, ,50 Var. Kosten x 0, ,20 Constante kosten ,00 Totale kosten ,20 Verschil, winst/verlies 0,30 Opgave 105 P = 1,04 x = stuks 0,8595-0,50 (verschil = 0,3595) flessen x 0,8739 = ,17 36
37 Te groot assortiment met zeer uiteenlopende producten. Opgave 106 Emmer = 50 stuks x 1,50 = 75,- 350,- 75,- - 12,50 = 5,6 = 6 hele emmers Afronden op hele emmers naar boven! 6 emmers x 50 haringen x 1,50 = 450,- 13 emmers 6 emmers = 7 emmers x 50 haringen x 1,50 = 525,- Opgave 107 Afschrijving auto , = 4.000,- 4 jaar Rente 7% van ,- Verzekering etc 1.290,- Totaal 6.200, 6.200,- 0,28-0,12 = km km km = km meer km x 0,28 = 5.950,- Variabele kosten km x 0,12 = 2.550,- Over 3.400,- Opgave ,80-0,90 = km Nee, Heije rijdt per jaar rond de km en dat is minder dan het omslagpunt (break-even). Opgave ,07-0,02 = kopieën Ja, er worden meer dan kopieën gemaakt. 37
38 De break-even omzet in de detailhandel Opgave x 100 = Huur(huisvesting) Afschrijving Rentekosten Autokosten Administratiekosten Personeelskosten Vaste reclame kosten Inkoop (IWO) Verpakkingskosten Oproepkrachten personeel d. Ze verkoopt verschillende artikelen. Opgave ,- x 100 = ,- 56 BEO is ,-, terwijl de werkelijke omzet lager was, met ,- Verlagen van de vaste of constante kosten minder of jonger personeel op zoek naar goedkopere locatie verminderen van de reclamekosten Verhogen van de brutowinst door minder derving e.d. Opgave 112 Huur/huisvesting ,- Personeel ,- Afschrijving 10% van ,- Rente 6,5% van ,- 2 Overige kosten ,- Totale vaste kosten ,- 38
39 ,- x 100 = ,- 35 De break-even omzet, is de omzet waarbij je alle kosten terugverdient. Deze moet dus verlaagd worden om levensvatbaar te zijn. Opgave 113 N = x 100 = = 0,21 of 21% ( ) x 0,21 = ,- (negatief) ,- x 100 = ,- (niet afgerond ,62) 39 W = > , dus Sander heeft winst gemaakt. d. BEO neemt toe, dit is ongunstig ,- + 10% = ,- x 100 = ,- BEO 39 Overige variabele kosten Opgave x 100 = , BEO ,- Brutowinst 37% van = ,- Vaste kosten ,- Var. Kosten 4% van = ,- Totale kosten ,- 0 39
40 Gebudgetteerde omzet ,- Brw 37% ,- Vaste kosten ,- Var. Kosten 4% van = , ,- Nettowinst ,- Opgave 115 Omzet = ,- x 100 = ,- 121 Brw 39% van ,- = ,- Vaste kosten =.? ( ,-) Var.kosten 5% x ,- = ,- Nettowinst ( ) , x 100 = ,- BEO ,- = 0,25 of 25% ,- 40
41 De veiligheidsmarge Opgave ,- x 100 = , , ,- x 100% = 24% ,- De werkelijke omzet kan met 24% dalen. d. Werkelijk omzet 100% Veiligheidsmarge 36% BEO 64% ,- x 100(W) = ,- 64(BEO) e. Terugbrengen van de vaste kosten: Personeel inkrimpen Overige vaste uitgaven verminderen Het terugbrengen van de variabele kosten is dus geen oplossing! Opgave 117 BEO = ,- x 100 = ,- 39 VM , ,- x 100% = 48% ,- BEO = ,- x 100 = ,- 39 W = 100% VM 48% BEO 52% = , ,- x 100(W) x 1,21 (btw) = ,- 52(BEO) 41
42 Opgave 118 Het VK% = = 5% Break-even omzet = Vaste exploitatiekosten x 100 = BW% - VK% 35% - 5% x 100 = ,- Veiligheidsmarge = , , ,- Werk.omzet - Breakeven omzet Werk.omzet x 100% 29,4% x 100% Omzet ,00 100% - IWO Brutowinst 38% - variabele kosten 5% Dekkingsbijdrage ,00 33% - Constante kosten ,00 Bedrijfsresultaat ,00 Per maand is dit: ,- 12 = 1.675,- Conclusie: Ja, dit gaat lukken. Opgave 119 Het VK% = = 6% Break-even omzet = Vaste exploitatiekosten x 100 = 1.360,- BW% - VK% 40% - 6% x 100 = 4.000,- Veiligheidsmarge = 5.000, , ,- Werk.omzet - Breakeven omzet Werk.omzet x 100% 42
43 Omzet 5.000,00 100% - IWO Brutowinst 40% - variabele kosten 6% Dekkingsbijdrage 1.700,00 34% - constante kosten 1.360,00 Bedrijfsresultaat 340,00 Conclusie: Ja, dit gaat lukken. Opgave 120 Het Vk% = = 1% Break-even omzet = Vaste exploitatiekosten ,- x 100 = BW% - VK% 30% - 1% x ,- NB: naar boven afronden! Veiligheidsmarge = , , ,- Werk.omzet - Break-even omzet x 100% Werk.omzet x 100% Omzet ,79 100% - IWO Brutowinst 30% - variabele kosten 1% Dekkingsbijdrage ,00 29% - Constante kosten ,00 Bedrijfsresultaat ,00 NB: naar boven afronden! , ,- 43
44 Break-even analyse: het nemen van investeringsbeslissingen Opgave 121 Afschrijving ,- = 5.000,- 8 jaar Rente 6,8% van ,- + 0,-(RW) = 1.360,- 2 Bijkomende kosten = 1.000,- Totale extra kosten investering: 7.360,- Deze kosten moeten dus met extra omzet terugverdiend kunnen worden ,- x 100 = ,- extra omzet nodig 40 Opgave 122 Afschrijving 4.680,- = 1.560,- 3 jaar Rente 7% van 4.680,- + 0,- = 163,80 2 Totale vaste kosten 1.723, ,80 x 121(btw) = 5.214,50 extra consumentenomzet 40 De verhoging is jaarlijks! De jaarlijkse kostenstijging door alarminstallatie 1.723,80 De jaarlijkse premiestijging verzekering 2.000,- Dus alarminstallatie aanleggen is goedkoper! Opgave 123 Investering ex. btw ,- x 100 = ,- 121 Afschrijving: ,- = 5.000,- 10 jaar Toename loonkosten ,- Rente 6,3% van , ,- 2 Complementaire kosten 1.825,- Totale extra kosten investering , ,- x 100 = ,- 900,- x 1,21(btw) = 1.089, weken Geplande omzetstijging per week: 1.250,- Noodzakelijk extra omzet per week 1.089,- Voordeel: 161,- OK! 44
45 Opgave 124 (Oude situatie) C = ,- = 0,25 of 25% N ,- (Oude situatie) ( , ,-) x 0,25 = 7.500,- Overbez. Winst (Oude situatie) Let op: Gewoon 40% Brutowinst% gebruiken ,- x 100 = ,- 40 d. (Oude situatie) , ,- x 100% = 40,9% ,- e. Kostenstijging 12% van ,- = , ,- x 100 = ,- extra omzet nodig per jaar 40 Begroot is een omzetstijging van 7% van ,- = ,- De investering in de badmode levert dus te weinig extra omzet op en gaat niet door. Opgave 125 Extra exploitatiekosten: 5.675,- - 0,- Afschrijvingskosten = Rentekosten per jaar = ,- + 0,- 2 = 1.135,00 x 4% = 113,50 Abonnement = 750,00 Surveillance 12 x 500,- = 6.000,00 Totaal 7.998,50 Minimaal benodigde extra omzet: Break-even omzet = Vaste exploitatiekosten x 100 = 7.998,50 BW% 29 x 100 = ,03 45
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1,3t/m6: Financieel Management
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1,3t/m6: Financieel Management Samenvatting door een scholier 459 woorden 23 juni 2013 5,6 7 keer beoordeeld Vak Economie Hoofdstuk 1 Omzet % Omzet incl. BTW 119,00% BTW
Nadere informatieInleiding. Exploitatiekosten. Break-even (analyse)
Inleiding In dit boekje vind je de uitwerkingen van het oefenboek waarmee je jezelf kunt voor bereiden op het examen Bedrijfseconomie 1. Het examen bestaat uit drie hoofdonderdelen, te weten: Deel 1: Deel
Nadere informatieElobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid Rekenwerkboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 1 Ondernemer / Manager
Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid Rekenwerkboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 1 Ondernemer / Manager Dit rekenwerkboek is van de student: Klas: Telefoonnummer: E-mailadres:
Nadere informatieUitwerkingen proefexamen II PDB kostencalculatie
Uitwerkingen proefexamen II PDB kostencalculatie Vraag 1 Machinekosten: Machine inclusief 21% omzetbelasting 96.800. Dat is exclusief omzetbelasting 96.800 1,21 = 80.000 Installatiekosten van 10.000 horen
Nadere informatieb. Materiaal Loonkosten Opslag indirecte kosten: 125%
Opgave 8.1 a. Indirecte kosten afhankelijk van de materiaalkosten: 500.000 100% = 125% 400.000 Opslag indirecte kosten: 125% 4.000 5.000 + 15.100 Opgave 8.2 a. Indirecte kosten afhankelijk van de directe
Nadere informatieEconomisch Instituut voor een Winkelorganisatie. Stein: ISBN: 978 90 5784 337 2. Auteurs: M.J. Duijzings-Biermans, M.W.M. Duijzings, F.L.J.
werkschrift: bedrijfseconomisch rekenen: exploitatiekosten Bestemd voor de kwalificatiedossiers manager handel en ondernemer detailhandel in de kwalificatiestructuur detailhandel Stein: Economisch Instituut
Nadere informatieDeze uitwerkingen horen bij het boek Examentraining basiskennis Calculatie BKC van de uitgeverij OBCO, ISBN VERSIE 2 dd
Deze uitwerkingen horen bij het boek Examentraining basiskennis Calculatie BKC van de uitgeverij OBCO, ISBN 978-94-92705-01-3 VERSIE 2 dd 04-07-2018 1 Examentraining 1 Opgave 1 Opgave 2 Opgave 3 De juiste
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124.
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124. Opgave 1.4 1. 25,24. 2. 1.486,35. 3. 28.459.000,-. 4. 4.659,-.
Nadere informatieManagement & Organisatie VWO 5 Hoofdstuk 27 t/m 30. 15 juni 2009 proeftoets 100 minuten. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.
Management & Organisatie VWO 5 Hoofdstuk 27 t/m 30 15 juni 2009 proeftoets 100 minuten Opgave 1 In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing. Firma Balans produceert uitsluitend twee typen weegschalen,
Nadere informatieSamengevat bereken je de nettowinst van een onderneming zo:
4.4 Bedrijfsresultaat Voor een retailer is het van belang wat het bedrijfsresultaat of nettowinst is van zijn onderneming. Het bedrijfsresultaat is namelijk dat wat van je omzet overblijft als je alle
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 171. 2. 26,176. 3. 13.758,57. Opgave 1.2 1. 16.687. 2. 832. 3. 469,078. Opgave 1.3 1. 250,-. 2. 11,94114769. 3. 124. Opgave 1.4 1. 25,24. 2. 1.486,35. 3. 28.459.000,-. 4. 4.659,-.
Nadere informatieOpgave 9.5 Variabele kosten per stuk: / = 3,75 Totale variabele kosten bij eenheden: ,75 =
Opgave 9.1 Normale productie is: 70% 12.000 = 8.400 eenheden Overbezetting is: 10.800-8.400 = 2.400 eenheden Opgave 9.2 a. Onderbezetting bij productie: 20.000-18.000 = 2.000 eenheden b. Onderbezetting
Nadere informatie2 Constante en variabele kosten
2 Constante en variabele kosten 2.1 Inleiding Bij het starten van een nieuw bedrijf zal de ondernemer zich onder andere de vraag stellen welke capaciteit zijn bedrijf moet hebben. Zal hij een productie/omzet
Nadere informatieDit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
PDB kostencalculatie 4 Oefenexamen 2 Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Het aantal te behalen punten is 38. Bij elke vraag staat aangegeven
Nadere informatiedirecte en indirecte kosten
directe en indirecte kosten primitieve opslagm ethode dat is écht primitief Bij de primitieve opslagmethode worden de totale indirecte kosten uitgedrukt in een percentage van de totale directe kosten.
Nadere informatieBreak-evenanalyse Het break-evenpunt is de afzet waarbij geen winst maar ook geen verlies wordt gemaakt.
www.jooplengkeek.nl Break-evenanalyse Het break-evenpunt is de afzet waarbij geen winst maar ook geen verlies wordt gemaakt. De omzet is dus gelijk aan de kosten. Om het break-evenpunt te berekenen gaan
Nadere informatieNoordhoff Uitgevers bv
EEN INVESTERINGSBEGROTING WELKE BEDRIJFSMIDDELEN HEB JE NODIG? HOEVEEL KOSTEN DEBEDRIJFSMIDDELEN? HOEVEEL BEDRAAGT MIJN VERMOGENSBEHOEFTE? EEN FINANCIERINGSBEGROTING HOE KOM JE AAN HET GELD OM ALLE INVESTERINGEN
Nadere informatieMeerkeuzevragen: 5. Bereken voor dit jaar de totale constante kosten. A. 1.082.000,- B. 158.800,- C. 142.000,- D. 114.400,-
Meerkeuzevragen: 1. John maakt voetballen in Afrika. Hij verdient netto 45,- per week. Hij krijgt een loonsverhoging tijdens het WK voetbal van 1,5 %. Hoeveel verdient deze jongen dan netto per kwartaal?
Nadere informatieSamenvatting M&O periode 1. Hoofdstuk 13 8,4. Paragraaf 1. Samenvatting door G woorden 12 maart keer beoordeeld
Samenvatting door G. 1623 woorden 12 maart 2016 8,4 9 keer beoordeeld Vak Methode M&O 200% M&O Samenvatting M&O periode 1 Hoofdstuk 13 Financieel beleid niet-commerciële organisaties (nco) Paragraaf 1
Nadere informatieHeterogene productie (meerdere producten) De directe kosten hebben een rechtstreeks verband met de productie/verkoop van een product.
www.jooplengkeek.nl Heterogene productie (meerdere producten) Primitieve opslagmethode We splitsen de kosten in: Directe kosten Indirecte kosten belangrijk De directe kosten hebben een rechtstreeks verband
Nadere informatieOEFENOPGAVEN LESBRIEF INDUSTRIE
OEFENOPGAVEN LESBRIEF INDUSTRIE 6 VWO Opgave 1. De onderneming Haakma BV heeft voor 2005 de volgende voorcalculatie met betrekking tot de toegestane kosten opgesteld. De constante fabricagekosten bestaan
Nadere informatieEXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden
EXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden Kostprijscalculatie 9 november 2013 Beschikbare tijd 2 uur. Op de netheid van het werk zal worden gelet. Deze opgave is eigendom van de Examencommissie en dient, tezamen
Nadere informatieAntwoordenbijlage Bedrijfscalculatie Uitbreidingsstof
Antwoordenbijlage Bedrijfscalculatie Uitbreidingsstof Bedrijfscalculatie Uitbreidingsstof 1 Antwoordenboek Inhoudsopgave Antwoorden opgaven hoofdstuk 1 t/m 4... 3 Antwoorden en normering proefexamen Associatie...
Nadere informatieDit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
PDB KOSTENCALCULATIE 4 OEFENEXAMEN 3 Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Het aantal te behalen punten is 38. Bij elke vraag staat aangegeven
Nadere informatiePDB. Antwoordenboek. berekeningen. Financiële administratie & Kostprijscalculatie
PDB Financiële administratie & Kostprijscalculatie berekeningen PDB Financiële administratie & Kostprijscalculatie berekeningen drs. H.H. Hamers drs. W.J.M. de Reuver Dit antwoordenboek behoort bij het
Nadere informatieExamentermen Vakman-ondernemer / editie Titel: Financieel plan
Examentermen Vakman-ondernemer / editie 208 Titel: Financieel plan Theorie-examen: Financieel plan Vakman ondernemer: B-K: Start en/of innoveert een onderneming B-K2: Geeft leiding aan een onderneming
Nadere informatieBij een resultatenbegroting (ook wel exploitatiebegroting genoemd) wordt een overzicht gemaakt van de opbrengsten en van de kosten.
De liquiditeits - en resultatenbegroting Een bedrijf wil graag weten of hij aan zijn betaalverplichtingen kan voldoen. Daarom wordt een planning gemaakt in de ontvangsten en de uitgaven (vaak binnen een
Nadere informatieDirect costing en break even analyse
6 hoofdstuk Direct costing en breakevenanalyse 6.1 D 6.2 B 6.3 A 6.4 D 6.5 D 6.6 C 6.7 B 6.8 A 6.9 C 6.10 B 6.11 B 1.440.000 / 4.800 = 300 6.12 A 4.800 700 1.440.000 1.000.000 = 920.000 6.13 C 1.000.000
Nadere informatieBedrijfseconomisch rekenen in de retail 2
Bedrijfseconomisch rekenen in de retail 2 niveau 4 Serienummer: Licentie: Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit boek. Te activeren tot: Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235
Nadere informatiea. Indirecte kosten afhankelijk van de grondstofkosten: % = 40%
PDB Kostencalculatie Uitwerkingen hoofdstuk 4 Opgave 4.1 a. Indirecte kosten afhankelijk van de totale directe kosten: 500.000 100% = 50% 1.000.000 b. Materiaal 4.000 Loonkosten 6.100 + 10.100 Opslag indirecte
Nadere informatieb Economische voorraad: de voorraad waarover de onderneming prijsrisico
Hoofdstuk 20 1 a Kenmerkend voor een handelsonderneming is dat de goederen in (vrijwel) dezelfde staat (tegen een hogere prijs) worden verkocht als zij worden ingekocht. b Economische voorraad: de voorraad
Nadere informatieb Economische voorraad: de voorraad waarover de onderneming prijsrisico
Docentenhandleiding Hoofdstuk 20 1 a Kenmerkend voor een handelsonderneming is dat de goederen in (vrijwel) dezelfde staat (tegen een hogere prijs) worden verkocht als zij worden ingekocht. b Economische
Nadere informatie2015 Nederlandse Associatie voor Examinering
Basiskennis Calculatie (BKC ) Examenopgaven voorbeeldexamen Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 26 vragen. Dit voorbeeldexamen bestaat uit de volgende documenten: examenopgaven correctiemodel
Nadere informatieTOETS 1 - Basiskennis Calculatie (BKC)
TOETS 1 - Basiskennis Calculatie (BKC) Het maximaal aantal te behalen punten voor deze toets is 90. Bij elke vraag of opdracht staat aangegeven hoeveel punten u daarvoor kunt halen. De beschikbare examentijd
Nadere informatieSamenvatting M&O De eenmanszaak deel 2
Samenvatting M&O De eenmanszaak deel 2 Samenvatting door H. 663 woorden 19 maart 2016 3 7 keer beoordeeld Vak M&O Hoofdstuk 1 Categoriale Kostenindeling Functionele kostenindeling De functionele kostenindeling.
Nadere informatieBasiskennis Calculatie (BKC ) Correctiemodel
Basiskennis Calculatie (BKC ) Correctiemodel 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Basiskennis Calculatie (BKC ) 1 / 11 Vraag 1 Toetsterm 1.2 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 BV = beginvoorraad
Nadere informatieHoofdstuk 1. Opgave ,60 1,05 100/80 1,21 = 31,13, afgerond 32, /121 32,- = 5,55.
Hoofdstuk 1 Opgave 1.1 1. 19,60 1,05 100/80 1,21 = 31,13, afgerond 32,-. 2. 21/121 32,- = 5,55. 3. 20% van ( 32,- 5,55) = 5,29. Verkoopwinst is de standaardwinst, die hier berekend wordt vanuit het winstpercentage
Nadere informatie1 Kostprijsberekening en bezettingsresultaat
1 Kostprijsberekening en bezettingsresultaat 1.1 Inleiding In het Basisboek Bedrijfseconomie heb je al veel geleerd over hoe de prijs van een product tot stand komt. De eerste hoofdstukken in dat boek
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN OEFENEXAMEN 1 ASSOCIATIE MBA-KC
UITWERKINGEN OPGAVEN OEFENEXAMEN 1 ASSOCIATIE MBA-KC Opgave 1 Antwoord A Economische voorraad is: Voorinkopen + aanwezige voorraad voorverkopen Antwoord A = Economische voorraad plus voorverkopen voorinkopen
Nadere informatieDe resultatenrekening
De resultatenrekening format resultatenrekening kosten/uitgaven en opbrengsten/ontvangsten afschrijvingen rente eindbalans Joop Lengkeek Kamer H0.012 Email: Lengkeek.J@NHTV.nl www.jooplengkeek.nl 1 De
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5
HOOFDSTUK 5 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste kenmerk van constante kosten? Constante kosten zijn niet gevoelig voor een toename of afname van de bedrijfsdrukte. Zolang dit binnen bepaalde grenzen valt.
Nadere informatieFinanciële aspecten van de planning
14 hoofdstuk Financiële aspecten van de planning 14.1 B 14.2 A 14.3 D 14.4 D 14.5 D 14.6 C 14.7 C 14.8 C 14.9 A 14.10 D 14.11 B 14.12 D 14.13 C 1 12 18.000 = 1.500 14.14 A 14.15 C Ontvangen wordt november,
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10
UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10 Opgave 1 Onderneming De groene wand maakt geluidswallen waarin beplanting is opgenomen. Voor 2020 is de volgende begroting samengesteld. Constante fabricagekosten 450.000
Nadere informatieUitwerkingen proefexamen I PDB kostencalculatie
Uitwerkingen proefexamen I PDB kostencalculatie Vraag 1 Wat zijn de functies van kostprijsberekening? Let op, er zijn meerdere antwoorden juist. a. het berekenen van de economische gebruiksduur van een
Nadere informatie2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Kostencalculatie niveau 4 1 / 9
Kostencalculatie niveau 4 Correctiemodel 2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Kostencalculatie niveau 4 1 / 9 Vraag 1 Toetsterm 1.1 - Beheersingsniveau: K - Aantal punten: 1 Wat zijn de functies
Nadere informatieManagement & Organisatie Proeftoets SE 6 vwo 6
Naam: Beste leerling, Dit schoolexamen voor het vak M&O betreft de nieuwe hoofdstukken 21 tot en met 29 alsmede van de hoofdstukken 33 tot en met 37 en heeft als onderwerpen: - toepassingen van informatie-
Nadere informatie6,4. Samenvatting door M woorden 23 januari keer beoordeeld. Waarom is het belangrijk om een voorraad te hebben?
Samenvatting door M. 3073 woorden 23 januari 2014 6,4 8 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans H20 1 Brutowinst/verkoopresultaat/transactieresultaat= het verschil tussen de verkoopprijs van de verkochte
Nadere informatieHet programma van vandaag
kostprijs Het programma van vandaag De normale en werkelijke bezetting De integrale kostprijs Bezettingsresultaten De differentiële kostprijs De opslagmethode 1 De kostprijs Kostprijs Constante of vaste
Nadere informatieHet aantal te behalen punten is 100. Bij elke vraag staat aangegeven hoeveel punten je daarvoor kunt behalen.
asiskennis alculatie (K ) Oefenexamen 1 SISKENNIS LULTIE (K ) elangrijke informatie Het aantal te behalen punten is 100. ij elke vraag staat aangegeven hoeveel punten je daarvoor kunt behalen. e beschikbare
Nadere informatieSamenvatting M&O De Industrie
Samenvatting M&O De Industrie Samenvatting door Y. 1310 woorden 5 juli 2017 8,9 4 keer beoordeeld Vak M&O De industrie Hoofdstuk 1 Kosten= de geldwaarde van alle noodzakelijk opgeofferde productiemiddelen
Nadere informatieweek 2 Homework opgave 1 H4 Resultatenrekening Afschrijvingskosten: zeilboten
opgave 1 Homework Afschrijvingskosten: zeilboten Aanschafwaarde boten 2 * 7.000 = 14.000 Restwaarde 2.000 Af te schrijven in 15 jaar 12.000 Per jaar 12.000 / 15 = 800 2012 is maar een half jaar Afschrijving
Nadere informatieUNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO 2010
MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENBUREAU UNIFORM EINDEXAMEN MULO tevens TOELATINGSEXAMEN VWO/HAVO 200 VAK : BEDRIJFSREKENEN DATUM : DINSDAG 06 JULI 200 TIJD : 09.45.25 UUR (MULO-III KANDIDATEN)
Nadere informatieEindexamen m&o vwo 2005-I
4 Beoordelingsmodel Opgave 1 1 volgens grafiek: 10% voor computers en 5% voor software 0,15 54 = 8,1 miljard 2 aan de verzadigingsfase gaat de volwassenfase (rijpheidsfase) vooraf, de neergangsfase (eindfase)
Nadere informatieCase bungalow park. Opgave 1
Case bungalow park Opgave 1 Geef een oordeel over de liquiditeit. Kan je op korte termijn je schulden betalen? Wat moet je op korte termijn betalen? Het kort vreemd vermogen. Wat heb je op korte termijn
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN Opgave 1 Jansen heeft een maakt en verkoopt product P11. De verkoopprijs van het product is 60 exclusief btw. De inkoopprijs van het product is 28. De overige variabele
Nadere informatieHoofdstuk 1. Oefenopgaven. Oefenopgave 1A. Bereken: 1. 178,37 25,79 + 1.267,66. 2. 2.442 : 8,25 12,5. 3. 460 + 3.690 2,45.
Hoofdstuk 1 Oefenopgaven Oefenopgave 1A Bereken: 1. 178,37 25,79 + 1.267,66. 2. 2.442 : 8,25 12,5. 3. 460 + 3.690 2,45. 4. 32,76 28 : 2,5 (of anders geschreven: 32,76 28/2,5). 5. 7 4 5,5. 6. 4.800 0,60
Nadere informatieDit voorbeeldexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.
Kostencalculatie niveau 4 Examenopgaven Belangrijke informatie Dit voorbeeldexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen. Dit voorbeeldexamen bestaat
Nadere informatie2 Kostprijsberekening en opslagmethode
2 Kostprijsberekening en opslagmethode 2.1 Inleiding In het Basisboek Bedrijfseconomie hebben we al uitgebreid stilgestaan bij het bepalen van de kostprijs. We hebben kennisgemaakt met directe en indirecte
Nadere informatieKaarten module 4 derde klas
1. Uit welke twee onderdelen bestaan de totale kosten? 2. Geef 2 voorbeelden van variabele kosten. 3. Geef 2 voorbeelden van vaste (of constante) kosten. 4. Waar is de totale winst gelijk aan? 5. Geef
Nadere informatieM & O Case 3.10 Plentium De berekeningen staan in volgorde van hoe het op de begroting en op de balans staat.
Antwoorden door een scholier 1631 woorden 8 april 2005 7,1 39 keer beoordeeld Vak M&O M & O Case 3.10 Plentium De berekeningen staan in volgorde van hoe het op de begroting en op de balans staat. Resultatenbegroting
Nadere informatieOPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN
OPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN Opgave 1 Jansen heeft een maakt en verkoopt product P11. De verkoopprijs van het product is 60 exclusief btw. De inkoopprijs van het product is 28. De overige variabele kosten
Nadere informatie22-1-2014. Cursus Bedrijfseconomie 2 IBK2BEC20. Tentamentraining
Cursus Bedrijfseconomie 2 IBK2BEC20 1 Tentamentraining 2 1 Kostprijs Normale productie : 40.000 stuks Verwachte werkelijke productie : 44.000 stuks Variabele kosten : 176.000 Constante kosten : 360.000
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 Opgave 1 a. Wat is het belangrijkste kenmerk van constante kosten? Constante kosten zijn niet gevoelig voor een toename of afname van de bedrijfsdrukte. Zolang dit binnen
Nadere informatieBovenstaande begrippen worden veelal weergegeven in onderstaand schema of overzicht. We noemen dit overzicht het exploitatieoverzicht.
MODULE: OMZET KOSTEN - WINST Elk bedrijf of onderneming wil met haar bedrijfsactiviteiten (produceren van goederen, diensten en/of handelen in goederen) winst behalen. Als we de winst willen berekenen
Nadere informatieVraag Antwoord Scores. x 100% = 55%
Opgave 1 1 maximumscore 1 1.320.000 900.000 + 1.500.000 x 100% = 55% 2 maximumscore 2 Zonder een voorziening zijn de werkelijke uitgaven ook kosten in een jaar. Met een voorziening worden de kosten verspreid
Nadere informatiePRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009
PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009 FINANCIËLE ADMINISTRATIE COPERNICUS BV 1. 710 Inkopen 73.650,- 160 Te verrekenen omzetbelasting 13.993,50 Aan 130
Nadere informatiea. Stel de beginbalans op 1 januari 2006 samen volgens het model van bijlage I.
Opdracht 1 De Wilde en Timmer De dames De Wilde en Timmer gaan een autobedrijf beginnen: zij kopen auto s en accessoires in en verkopen die. Om het autobedrijf te kunnen openen op 1 januari 2006 zijn in
Nadere informatieFinancieel Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Kostprijscalculatie (KP) Bestuur Nederlandse Associatie voor Praktijkexamens
Eamenlijn Diploma Module Niveau MBO 4 Positionering Versie 1.2 Financieel Administratief Praktijkdiploma Boekhouden (PDB) Kostprijscalculatie (KP) Geldig vanaf 01-01-2013 Vastgesteld op 13 juli 2011 Vastgesteld
Nadere informatieANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10
ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 10 Opgave 1 Onderneming De groene wand maakt geluidswallen waarin beplanting is opgenomen. Voor 2020 is de volgende begroting samengesteld. Constante fabricagekosten 450.000
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9
HOOFDSTUK 9 Opgave 1 a. Wat wordt bij de break-evenanalyse berekend? Hier wordt de afzet of omzet berekend wanneer geen sprake is van winst of verlies. b. Wat is de break-evenafzet? Dit is de afzet waarbij
Nadere informatieFinancieel 1 Ondernemer / Manager
Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid Theorieboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 1 Ondernemer / Manager Exploitatiekosten, Consumentenprijs en Break-even (analyse) 1
Nadere informatieProefschoolexamen Management & Organisatie 5 vwo. Hoofdstuk 17 tot en met 28. Normering. Aantal punten x 9 + 1 = cijfer 63
Proefschoolexamen Management & Organisatie 5 vwo Hoofdstuk 17 tot en met 28 Normering Opgave 1 Opgave 1 Opgave 2 Opgave 4 Opgave 5 Opgave 6 Opgave 7 1: 2 punten 1: 2 punten a: 2 punten 1: 3 punten 1: 2
Nadere informatieTOELATINGSTOETS M&O. Datum 14-1-2016
TOELATINGSTOETS M&O VUL IN: Datum 14-1-2016 Naam en voorletters. Adres. Postcode. Woonplaats. Geboortedatum / / Plaats Land. Telefoonnummer. E-mail. Gekozen opleiding. OPMERKINGEN: Tijdsduur: 90 minuten
Nadere informatietheoretische consumentenprijs
theoretische consumentenprijs constante kostentarief dat komt mij bekend voor Het constante kostentarief kan gebruikt worden om de theoretische consumentenprijs van een artikel te bepalen met het volgende
Nadere informatieM&O VWO 2011/2012. www.lyceo.nl
Hoofdstuk 2: Prijsberekening i M&O VWO 2011/2012 www.lyceo.nl Overzicht H2: Prijsberekening Management & Organisatie Centraal Examen (CE) 1. Rechtsvormen 2. Prijsberekening 3. Resultaten 4. Balans 5. Liquiditeitsbegroting
Nadere informatieANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8
ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 8 Opgave 1 De zoon van Jansen schaft een duurzaam productiemiddel aan voor 544.500 inclusief btw. Naast de aanschafprijs moet de zoon van Jansen nog meer uitgaven doen om het
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN
HOOFDSTUK 10 Opgave 1 a. Bereken het begrote bedrijfsresultaat. Verwachte bedrijfsresultaat Omzet 170 12.000 2.040.000 Variabelekosten 75 12.000 900.000 Constante kosten 550.000 + 1.450.000 - Verwachte
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 7
HOOFDSTUK 7 Opgave 1 a. Wat maakt de berekening van de kostprijs bij stukproductie lastig? De kostprijs bij stukproductie is lastig te maken omdat er sprake is van indirecte kosten. b. Wat is het kenmerk
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Eenmanszaak deel 2
Samenvatting Management & Organisatie Eenmanszaak deel 2 Samenvatting door een scholier 1707 woorden 15 januari 2013 5,2 12 keer beoordeeld Vak M&O M&O: Eenmanszaak deel 2 Hoofdstuk 1: Niet-productie onderneming:
Nadere informatieBedrijfseconomisch rekenen in de retail 1
Bedrijfseconomisch rekenen in de retail 1 niveau 4 Serienummer: Licentie: Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit boek. Te activeren tot: Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235
Nadere informatieOverzicht formules. Copyright OVD Educatieve Uitgeverij bv Pagina 1 van 6 VERKOOPSPECIALIST/ EERSTE VERKOPER
VERKOOPSPECIALIST/ EERSTE VERKOPER Overzicht formules Dit hoofdstuk geeft een overzicht van alle rekenformules die aan bod komen in de hoofdstukken Voorraadbeheer, Bestellen, Voorraadinventarisatie en
Nadere informatieBIJLAGE 9.A: OPGAVE a2 UIT DE TEST KENNIS VAN PROCEDURES (Omwille van de leesbaarheid is bij het omzetten naar PDF de gulden vervangen door de.
BIJLAGE 9.A: OPGAVE a2 UIT DE TEST KENNIS VAN PROCEDURES (Omwille van de leesbaarheid is bij het omzetten naar PDF de gulden vervangen door de.) Een handelaar wil de van het artikel Bomol berekenen. Hij
Nadere informatieBeginner. Beginner. Beginner
Beginner Nummer 1 Beginner Nummer 2 Beginner Antwoordmodel Antwoordmodel Antwoordmodel Nummer 3 2014: uitgave 0/kosten 30 Afschrijving De waardevermindering van de auto (een onderdeel van de vaste activa)
Nadere informatieEindexamen m&o havo 2007-I
Beoordelingsmodel Opgave 1 1 maximumscore 1 Bij huurkoop loopt Witgoed minder risico omdat bij huurkoop Witgoed eigenaar blijft van de verkochte goederen tot de laatste termijnbetaling voldaan is. (Indien
Nadere informatie7 Directe en indirecte kosten
7 Directe en indirecte kosten hoofdstuk 7.1 C 7.2 B 7.3 C 7.4 A 7.5 B 7.6 D 800 / 7.0 = 0,101 7.7 B 1.350 13,5 40 = 810 Opslag: 60 / 40 = 1,5 (150%) 7.8 A 2 35 + 10 15 + 0,50 2 35 = 255 7.9 B 12 + 10 +
Nadere informatieDaarna komen de economische levensduur en het afschrijvingsplan nog aan de orde.
1 Kosten van duurzame productiemiddelen 1.1 Inleiding Een onderneming maakt kosten om omzet te kunnen behalen. De kosten vormen de basis voor de totstandkoming van de verkoopprijs. Een belangrijk onderdeel
Nadere informatieDEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 36. Intrest.
EZE TAAK BESTAAT UIT 3 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 3. Intrest 1 I Bij het berekenen van rentenummers wordt het kapitaal op hele Surinaamse
Nadere informatie(opstartfase) maand 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 totaal
liquiditeitsbegroting (opstartfase) maand 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 totaal opening kas/bank -1.128,99 4.347,50 11.590,59 16.803,73 20.997,93 19.457,90 21.280,18 27.973,31 35.496,66 37.698,87 48.759,66
Nadere informatieSamenvatting Management & Organisatie Eenmanszaak deel 2
Samenvatting Management & Organisatie Eenmanszaak deel 2 Samenvatting door Antje 2821 woorden 17 januari 2015 6,7 17 keer beoordeeld Vak M&O M&O Eenmanszaak deel 2 1. De functionele kostenindeling 1.1.Inleiding
Nadere informatieFabricage kosten Grondstoffen Machinekosten Loon productiepersoneel Hulpafdelingen (onderhoud/magazijn) Deze kosten zijn samen de fabricagekostprijs
www.jooplengkeek.nl Voorcalculatie Fabricage kosten Grondstoffen Machinekosten Loon productiepersoneel Hulpafdelingen (onderhoud/magazijn) Deze kosten zijn samen de fabricagekostprijs Verkoop kosten Reclamekosten
Nadere informatieKosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen 7
1 Kosten van huisvesting en duurzame productiemiddelen Kennisvragen paragraaf 1.1 en 1.2 1. Wat bestudeert de bedrijfseconomie? 2. We onderscheiden bij uitgaven kosten en verspillingen. Wat is het verschil
Nadere informatieElobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid. Financieel 1 Ondernemer / Manager. Hoofdstuk 2 Consumentenprijs
Elobase Detailhandel Ondernemingsbeleid/Organisatiebeleid Theorieboek voor het theorie-examen kerntaak 1 Financieel 1 Ondernemer / Manager Hoofdstuk 2 Consumentenprijs 1 Theorieboek Kerntaak 1 Ondernemingsbeleid/
Nadere informatieDEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. MULO-III kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-IV kandidaten maken de items 1 t/m 36. Intrest
EZE TK ESTT UT 36 TEMS. MULO- kandidaten maken de items 1 t/m 30. MULO-V kandidaten maken de items 1 t/m 36. ntrest eschouw de volgende beweringen: 1 ntrest is een vergoeding voor geleend geld. Het intrestbedrag
Nadere informatieUITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2
HOOFDSTUK 2 Opgave 1 Jansen heeft een lening van 25.000 genomen om zijn auto te financieren. Voor deze lening moet hij 5% rente per jaar betalen. a. Welk bedrag aan rente is Jansen in één jaar aan de bank
Nadere informatie1. Bereken het bedrag aan Deense kronen dat Van den Berg ontvangt.
Hoofdstuk 1 Oefenopgaven Oefenopgave 1A 1. Bereken de verkoopprijs exclusief omzetbelasting. 2. Bereken de inkoopprijs. Oefenopgave 1B 1. Bereken de verwachte afzet van producten Egar in het komende jaar.
Nadere informatieEindexamen m&o vwo 2003-I
4 Antwoordmodel Opgave 1 1 initiatiefrecht / adviesrecht 2 voorbeelden van een juist antwoord: Ja, Lodewijks heeft gelijk omdat de CAO-Uitzendbureaus geldt voor een totale sector. Nee, Lodewijks heeft
Nadere informatie-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen.
BEHEERS JIJ DIT AL? Beheers jij dit al? Bewijs dit dan door op de knop hieronder te klikken en direct de lastigste opgaven te maken. Kun jij dit foutloos? Dan mag je dit onderdeel overslaan! UITLEG Het
Nadere informatieExamen HAVO. Management & Organisatie (nieuwe stijl) Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 1 Woensdag 30 mei 9.00 12.00 uur
Management & Organisatie (nieuwe stijl) Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Boekje met informatie Tijdvak 1 Woensdag 30 mei 9.00 12.00 uur 20 01 100016 28A Begin Formuleblad Te gebruiken formules
Nadere informatieHet verschil tussen de verkoopopbrengst van de verkochte goederen en de inkoopwaarde van die goederen
Samenvatting door F. 643 woorden 19 juni 2013 6,4 23 keer beoordeeld Vak M&O 4.2 De verandering van het eigen vermogen: het resultaat Een niet-productieonderneming koopt goederen in en probeert die goederen
Nadere informatieDE EENMANSZAAK DEEL 2 VWO SAMENVATTING. Jannes Timmers. De Eenmanszaak deel 2 VWO
De Eenmanszaak deel 2 VWO DE EENMANSZAAK DEEL 2 VWO SAMENVATTING Jannes Timmers Copyright Jannes Timmers 2015 Niets uit deze samenvatting mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt op een
Nadere informatie