Bijlage 1. Achtergrond. RegioNet: Wensbeeld Noordvleugel

Transcriptie

1 Bijlage 1 Toelichting Samenwerkingsovereenkomst RegioNet versie 1 (juni 2006) De toelichting is opgebouwd conform de hoofdstukindeling van de overeenkomst. Achtergrond RegioNet: Wensbeeld Noordvleugel De Noordvleugel van de Randstad omvat de woon- en werkgebieden rondom de hoofdstad Amsterdam en de nationale luchthaven Schiphol. Alles wijst op een verdere sociaaleconomische ontwikkeling van het gebied en dus op groei van de mobiliteit. Een vitale Noordelijke Randstad is een bereikbare Noordelijke Randstad. Vanuit die overtuiging hebben de regionale overheden in de Noordvleugel (Provincie Noord-Holland, ROA, Provincie Flevoland en gemeente Amsterdam) in 2002 een visie vastgesteld op het regionaal openbaar vervoer in de Noordvleugel van de Randstad: RegioNet. De ambitie van RegioNet is verbetering van de regionale bereikbaarheid in de noordelijke Randstad, o.a. door aanpassing en uitbreiding van het regionale treinverkeer rondom Amsterdam/Schiphol. Een goede bereikbaarheid is immers voorwaarde voor het functioneren van economische en culturele centra. RegioNet richt zich dan ook op verbetering van het OValternatief, betere verbindingen met bestaande en nieuwe woon- en werkgebieden. Een van de elementen van RegioNet is de ontwikkeling van een samenhangend regionaal spoorvervoerconcept voor de zware rail binnen een straal van 40 kilometer rondom Amsterdam (in relatie met de ontwikkeling van aansluitende zware bus/metrolijnen). De ambities van de Noordvleugel zijn gebundeld in het Wensbeeld RegioNet Korte Termijn. Dit wensbeeld wordt ten aanzien van het spoor gekenmerkt door nieuwe stations, nieuwe verbindingen en hogere frequenties. Regionale sneltreinen en stoptreinen vormen de ruggengraat van het vervoerconcept RegioNet. Daarom moet zowel de capaciteit als de kwaliteit van het spoorsysteem verbeteren om de verwachte vervoergroei in de regio op te vangen. Ontwerp 2007: Wensbeeld Spoorsector De partijen in de Spoorsector, NS, Railion en ProRail, hebben in 2003 samen een plan voor de toekomst (2020) gepresenteerd, de visie Benutten & Bouwen Het gezamenlijke streven is gericht op het realiseren van een klantgericht en robuust spoorsysteem. De uitdaging is om de betrouwbaarheid te verbeteren en vervoergroei mogelijk te maken tegen een maatschappelijk verantwoorde prijs. Dit vraagt om optimalisatie van het totale spoorsysteem binnen de randvoorwaarden ten aanzien van milieu en veiligheid. De financiële middelen zijn echter beperkt en dat maakt het maken van keuzen noodzakelijk. Voor de korte termijn stelt de Spoorsector de verbetering van de betrouwbaarheid centraal. En tevens het scheppen van 1

2 voorwaarden voor een betere benutting van het spoorwegnet om hierdoor groei te kunnen genereren. Met de beschikbare financiële middelen tot 2010 kan slechts een beperkt aantal capaciteits- en kwaliteitsverbeteringen worden gerealiseerd. Daarbij krijgt het bestaande spoorsysteem voorrang, en daarbinnen projecten die het grootste (maatschappelijke) rendement opleveren. Voor de korte termijn is aan de hand van een ranking op basis van een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA) een dergelijk pakket maatregelen geselecteerd, het Startpakket Benutten & Bouwen. De Spoorsector heeft de wens dat dit infrastructuurpakket zoveel mogelijk gerealiseerd is bij de introductie in december 2006 van de landelijke dienstregeling voor de periode Voor 2007 is door de Spoorsector een geheel nieuwe dienstregeling ontwikkeld. In 2007 zullen de HSL Zuid, de Betuweroute en het 4-sporige traject Amsterdam Bijlmer-Utrecht Centraal in gebruik worden genomen en dit leidt tot ingrijpende aanpassingen in de dienstregeling. Tevens zal dit moment worden gebruikt om zoveel mogelijk onderdelen van de visie Benutten & Bouwen direct al in 2007 in de praktijk te brengen, zoals het corridormodel, het nationale 2-treinen-systeem (aangevuld met de HSL) en de (goederen)groene golf. Uit oogpunt van betrouwbaarheid wordt veel aandacht besteed aan de uitvoerbaarheid van de nieuwe dienstregeling, zowel voor wat betreft materieel, personeel en infrastructuur. De uitvoerbaarheid wordt verbeterd door robuuste planningsnormen toe te passen en te zorgen dat rij- en halteertijden in de praktijk haalbaar zijn. Daarnaast wordt gezorgd voor voldoende mogelijkheden om de treindienst in geval van vertragingen snel te kunnen bijsturen en de gevolgen van gepland en ongepland uitval van infrastructuur (onderhoud/ storingen) op te vangen. Het ontwerp moet voldoen aan de criteria: maakbaar, betaalbaar en klantattractief. Infrastructuurprojecten De Noordvleugel heeft in het kader van het met de minister gesloten convenant Bereikbaarheidsoffensief Noordelijke Randstad (26 april 2001), het prioriteringsrecht gekregen voor een budget ten behoeve van investeringen in RegioNet ter hoogte van 171 miljoen, het zogenaamde BOR RegioNet budget. Om het Korte Termijnplan Benutten&Bouwen (B&B) van de spoorsector te kunnen realiseren zijn investeringen in het spoorsysteem nodig. De spoorsector heeft een Startpakket geformuleerd van urgente projecten, daarbij werd voor 8 projecten in de Noordvleugel nog financiering gezocht. In 2003 is na overleg met de spoorsector, door de Noordvleugel een pakket van 14 maatregelen bij de minister van verkeer & waterstaat ingediend, het BOR RegioNet pakket. Dit bestaat uit de 8 projecten uit het Startpakket en de door de regio gewenste nieuwe/verplaatste stations. De minister is akkoord gegaan met financiering van de Planstudie uit het BOR RegioNet budget. In overleg tussen het Platform Bereikbaarheid Noordvleugel PBN), V&W-DGP Spoor en ProRail, en met betrokkenheid van de vervoerders, is de planontwikkeling van het BOR RegioNet pakket begin 2004 gestart. In de onderhandelingen zijn nog 3 andere projecten betrokken: station Purmerend Weidevenne (gefinancierd door het ROA uit de BDU), de Vrije Kruising Transformatorweg (te financieren uit Herstelplan spoor 2 e fase) en een inhaalvoorziening bij Almere Poort (te financieren uit Herstelplan spoor 2 e fase). In onderstaande tabel zijn alle projecten benoemd die onderdeel vormen van de Samenwerkingsovereenkomst: 2

3 Startpakket B&B NVL BOR RegioNet Overige projecten Beverwijk emplacement, aanpassing Beverwijk emplacement, aanpassing Zaanlijn, seinverdichting Zaanlijn, seinverdichting Wormerveer, bijstuurvoorziening Wormerveer, bijstuurvoorziening Station (Sloterdijk) Hemboog Station (Sloterdijk) Hemboog Schiphol, capaciteitsuitbreiding Schiphol, capaciteitsuitbreiding Amsterdam Westpoort, emplacement Westhavenweg Amsterdam Westpoort, emplacement Westhavenweg Amsterdam Westpoort, emplacement Aziëhavenweg Amsterdam Westpoort, emplacement Aziëhavenweg Hilversum, (perron)capaciteitsuitbreiding Hilversum, (perron)capaciteitsuitbreiding Station Amsterdam Watergraafsmeer Station Amsterdam Holendrecht Station Almere Poort Station Haarlem West Station Halfweg Zwanenburg Station Krommenie Assendelft 8 Startpakket projecten 14 BOR RegioNet projecten (7 stations) Station Purmerend Weidevenne (BDU ROA) Vrije Kruising Transformatorweg (Herstelplan spoor 2 e fase) Inhaling Almere Poort (Herstelplan spoor 2 e fase) 3 overige projecten (1 station) Overleg met de Noordvleugel over ontwerp 2007 De spoorsector is begin 2004 begonnen met het ontwerp van de dienstregeling voor de periode De spoorsector heeft ervoor gekozen om de regio s intensief bij dit proces te betrekken. De regio s konden wensen inbrengen en de financiële middelen om die wensen mogelijk te maken. In de Noordvleugel is aldus overleg gevoerd met vertegenwoordigers van provincie Noord-Holland, provincie Flevoland, ROA en gemeente Amsterdam. Daarbij zijn de wensen ten aanzien van RegioNet ingebracht. Aangezien de Noordvleugel een aantal door de spoorsector gewenste projecten financiert vonden partijen het niet meer dan redelijk dat daartegenover wensen stonden voor verbeteringen in de dienstregeling en de bediening van 3

4 nieuwe stations. Spoorsector en Noordvleugel hebben vervolgens afgesproken een gezamenlijk onderhandelingsproces te starten om tot formele afspraken hierover te komen. Onderhandelingsproces De onderhandelingen zijn gevoerd door 4 gemandateerde vertegenwoordigers uit de Noordvleugel (provincie Noord-Holland, ROA, gemeente Amsterdam, en Primus Inter Pares Spoor) en 4 vertegenwoordigers namens de Spoorsector (2 NS, 2 ProRail). De belangen van het goederenvervoer zijn behartigd door ProRail. Voor de start van de onderhandelingen is een protocol opgesteld en ondertekend door alle deelnemers, aangevuld met een vertegenwoordiger van de provincie Flevoland. Vanaf september is de Noordvleugeldelegatie uitgebreid met een vertegenwoordiger van de provincie Flevoland en de delegatie van de Spoorsector met de PA-manager van NS Randstad Noord. Er heeft een aantal onderhandelingsrondes plaatsgevonden met tussentijdse afstemming met de achterbannen (voor Platform Bereikbaarheid Noordvleugel: Directeurenoverleg (DON) en Bestuurlijk platform). Al met al is gezocht naar voldoende balans en evenwicht in de afspraken. Op 26 september 2005 is een eerste onderhandelaarakkoord op hoofdlijnen bereikt tussen de vertegenwoordigers van de partijen. Het afrondende overleg was op 11 mei De uiteindelijke afspraken zijn vastgelegd in de voorliggende Samenwerkingsovereenkomst en per station een Stationsovereenkomst. De stationsovereenkomsten vormen een integraal onderdeel van de Samenwerkingsovereenkomst en worden apart ondertekend. De overeenkomst wordt ondertekend door de directies van NS en ProRail, en de bestuurders van ROA, gemeente Amsterdam, provincie Noord-Holland en provincie Flevoland verenigd in PBN. Dit betekent dat de PBN partijen de verantwoordelijkheid voor de afspraken op zich nemen, ook al betreft dit zaken waarvoor een gemeente over bevoegdheden beschikt. Het is aan de PBN partijen om dit risico met de betreffende partijen af te regelen. De Stationsovereenkomsten worden ondertekend door NS, ProRail, de betreffende gemeente en de PBN partij in wier gebied het station wordt aangelegd. De provincie Flevoland tekent dus bijvoorbeeld de Stationsovereenkomst voor Almere Poort. Vervolgens werken ProRail en de betreffende gemeente een uitvoeringsovereenkomst uit, de zogenaamde objectovereenkomst. Dit betreft een standaardprocedure bij de aanleg van een nieuw station. Deze overeenkomst wordt alleen getekend door ProRail en de betreffende gemeente en niet door de betrokken PBN-partij en maakt geen onderdeel uit van de Samenwerkingsovereenkomst. 1. Algemeen Er is een aantal stappen doorlopen conform de MIT systematiek om te komen tot uitwerking van de infrastructuurmaatregelen uit het pakket BOR RegioNet. Een aantal stappen moet nog worden uitgevoerd waaronder het indienen van de beschikkingsaanvragen door ProRail. De afspraak is gemaakt dat partijen het verdere proces om te komen tot feitelijke realisatie van het pakket maatregelen maximaal ondersteunen. 2. Stations 2.1 Algemeen Voor de regio is het openen van de 8 nieuwe (of te verplaatsen) stations een belangrijk punt. De opening van stations ondersteunt de ruimtelijke ontwikkelingen ter plaatse en biedt een goede aansluiting op het OV net in de Noordvleugel. Voor de Spoorsector is het verbeteren van de betrouwbaarheid/punctualiteit een belangrijk punt. Gebleken is dat het openen van de 4

5 stations weliswaar een verslechtering van de betrouwbaarheid veroorzaakt, daar staat tegenover dat de benuttingmaatregelen uit het Startpakket B&B per saldo een grotere verbetering van de betrouwbaarheid en robuustheid opleveren. Voor NS is uitgangspunt dat een station alleen geopend wordt bij de start van een nieuw dienstregelingjaar. Er zijn afspraken gemaakt over de realisatie van de volgende 8 stations: Haarlem West (verplaatsing van station Overveen) Halfweg/Zwanenburg Krommenie-Assendelft (verplaatsing huidige station) Amsterdam Holendrecht Amsterdam Watergraafsmeer Almere Poort Amsterdam Sloterdijk Hemboog (ook in Startpakket B&B) Purmerend Weidevenne (behoort formeel niet tot het BOR RegioNet-pakket, maar de bediening is via station Hemboog gekoppeld aan het BOR RegioNet-pakket). 2.2 Bediening stations Afgesproken is dat NS in de periode januari 2008 tot en met december 2014 de in de Samenwerkingsovereenkomst genoemde 8 stations wil gaan bedienen. Het exploitatieresultaat voor NS over deze periode is per saldo negatief. Over compensatie hiervan zijn door partijen afspraken gemaakt, zowel voor het totale pakket stations als voor de stations afzonderlijk. Hiervoor zijn door NS gedetailleerde berekeningen gemaakt ten aanzien van verwachte aantallen in- en uitstappers, exploitatiekosten en reizigersopbrengsten. Nadere afspraken over ruimtelijke programma s, de realisering van noodzakelijke en flankerende maatregelen, openingsjaar en dergelijke zijn in de afzonderlijke stationsovereenkomsten vastgelegd. 3. Aanpassingen spoorweginfrastructuur In maart 2005 heeft ProRail de Projectnota (MIT beslismoment 3, projectbesluit door de minister te nemen) opgeleverd voor de 14 maatregelen uit het pakket BOR RegioNet 171 miljoen. Voor alle projecten zijn verschillende oplossingsrichtingen en varianten bekeken en met elkaar vergeleken. Voor een nieuw treinstation is uitgegaan van het realiseren van een basisstation. Eventuele aanvullende wensen worden meegenomen, maar niet ten laste van het budget BOR RegioNet. Ten opzichte van het oorspronkelijke pakket is een aantal wijzingen doorgevoerd. Op verzoek van de provincie Noord Holland is het project Haarlem Zuid gewijzigd in Haarlem West. Het project maatregelen Hoornlijn blijkt niet noodzakelijk in de periode tot 2010, en is daarom verder niet uitgewerkt. Het project maatregelen Westelijk Havengebied is geknipt in twee projecten: Maatregelen emplacement Westhavenweg en maatregelen emplacement Aziëhavenweg. Het project seinverdichting Gooilijn is niet apart uitgewerkt, maar is meegenomen als onderdeel van het project Hilversum Capaciteitsuitbreiding. De projectnota wijst uit dat de 8 B&B startpakket projecten en de nieuwe RegioNet stations gefinancierd kunnen worden uit het beschikbare budget 171 miljoen. Actuele stand (januari 2006) is dat 5 van de 14 projecten opgeleverd kunnen worden in december 2007, 7 in december 2008 en 1 in december De planning van het project maatregelen Schiphol is nog niet bekend. Het totale benodigde bedrag ligt nu op circa 145 miljoen. De Noordvleugel heeft in 2005 een analyse uitgevoerd naar het goederenvervoer in de regio. Daaruit zijn vragen voortgekomen naar nut en noodzaak van enkele onderdelen van het 5

6 pakket BOR RegioNet. Het gaat om de maatregelen bij Wormerveer en op de emplacementen Beverwijk en Westhaven/Aziehaven. Deze vragen zijn voorgelegd aan ProRail. Uit de antwoorden blijkt dat de maatregelen bijdragen aan de robuustheid van het spoornetwerk in de Noordvleugel, aan het opvangen van de effecten van de komst van de HSL treinen en bijdragen aan het opvangen van de groei van het goederenvervoer. De uitkomst van het overleg is dat de maatregelen onderdeel blijven uitmaken van het pakket BOR RegioNet. De 14 afzonderlijke deelprojecten (exclusief Purmerend Weidevenne, geen onderdeel pakket BOR RegioNet) worden door ProRail uitgewerkt richting MIT beslismoment 4 (afronding planstudie en indienen beschikkingsaanvraag). De beschikkingsaanvragen worden in de 2e helft van 2005/1 e helft van 2006 door ProRail ingediend. Onderstaand volgt een korte beschrijving per project (kosten en planning zijn indicatief): 3.1 Verkorting treinopvolging Zaanlijn (seinverdichting Zaandam-Alkmaar) Het betreft de aanpassing van de beveiliging/seingeving op de Zaanlijn op het trajectdeel Zaandam-Alkmaar (totale kosten 2.43 miljoen, planning gereed ). Het project levert een bijdrage aan het vergroten van de capaciteit en de punctualiteit op de Zaanlijn. 3.2 Capaciteitsverruiming Hilversum Het betreft aanleg van een extra eiland perron (in plaats van zijperron) te Hilversum, de bijbehorende aanpassing van het emplacement en de beveiliging (totale kosten ca miljoen, planning gereed: ). Het effect is capaciteitsverhoging op de Gooilijn. Er is samenhang met de bouw van de langzaam verkeerstunnel Hilversum. 3.3 Capaciteitsvergroting Schipholtunnel Naast seinverdichting voor en na perrons Schiphol met als gevolg het verplaatsen en verwijderen van wissels, aanleg van een overloopwissel, zijn ook maatregelen noodzakelijk bij de toegang/uitgang Hoofddorp opstelterrein en enkele maatregelen op het gebied van veiligheid en milieu (totale kosten circa 21,50 miljoen, planning gereed nog onbekend. Effect is uitbreiding van de capaciteit tot 24 treinen per uur per richting. 3.4 Maatregelen emplacement Aziëhavenweg Het betreft aanleg van een goederen emplacement inclusief aansluiting op de Zaanlijn richting Amsterdam CS (totale kosten ca miljoen, planning gereed ). Het effect is beperking van het aantal conflicterende bewegingen nabij de aansluiting Transformatorweg tussen westelijk deel Westpoort en aansluiting op hoofdrailnet. 3.5 Maatregelen emplacement Westhavenweg Het betreft verlenging van de aankomst en vertreksporen van het bestaande goederen emplacement en het optimaliseren van het in en uitrijden van goederentreinen naar de Westtak en Zaanlijn (totale kosten ca miljoen, planning gereed ). Langere treinen zorgen voor minder snelle uitbreiding van het benodigde aantal goederenpaden en daarmee voor beperking van conflicterende bewegingen nabij aansluiting Transformatorweg. 3.6 Maatregelen Beverwijk Het betreft de aanleg van een extra aankomst-/vertrekspoor van voldoende lengte, inclusief locomloop mogelijkheid en verlenging van het huidige aankomst-/ 6

7 vertrekspoor (totale kosten circa 12,91 miljoen, planning gereed ). Het effect is minder (er blijft een enkele goederentrein over de Zaanlijn rijden) goederentreinen op de Zaanlijn en beperking van het capaciteitsbeslag van goederentreinen op het emplacement Beverwijk. 3.7 Verbetering bijsturing Wormerveer Het betreft verhoging van de passeersnelheid voor doorgaande treinen te Wormerveer en een veilige oversteek van oost naar west (totale kosten circa 21 miljoen, planning gereed ). 3.8 Station Hemboog (Amsterdam Sloterdijk) Aanleg van een eilandperron in middenligging met stationsentree met goede routering/zichtlijn van en naar de bestaande stationshal Sloterdijk (totale kosten circa 9.2 miljoen, planning gereed ). Er is een samenhang met de actuele Teleport-ontwikkeling, in het bijzonder de tijdige verlegging van de tramlus ter plaatse van de ingang van station Hemboog. 3.9 Verplaatsing station Krommenie Assendelft Het gaat om verplaatsing van het bestaande station naar een locatie nabij de Rosariumlaan (totale kosten ten laste van BOR RegioNet circa 3.9 miljoen, planning gereed ). Het effect is ontsluiting van zowel bestaande als nieuwe bebouwing (locatie Saendelft/VINEX) Station Halfweg/Zwanenburg Het betreft aanleg van een nieuw station met een goede ligging ten opzichte van de ontwikkeling van Sugar City (voormalig CSM-terrein) en de bestaande bebouwing (totale kosten circa 6 miljoen, planning gereed ). Een voorwaarde is de aanleg van een extra Ringvaartbrug naar Zwanenburg Station Haarlem West Het gaat om aanleg van nieuw station boven de westelijke randweg en het opheffen van de bestaande halte Overveen (totale kosten: PM, kosten ten laste van BOR Regionet budget nog nader te bepalen, planning gereed ). Het effect is ontsluiting van bestaande bebouwing en de nieuwe ontwikkelingen ter plaatse Station Amsterdam Holendrecht Het gaat om aanleg van een nieuw station (totale kosten circa 8.9 miljoen, planning gereed ). Er ligt een relatie met de werkzaamheden spoorverdubbeling Amsterdam-Utrecht. Het effect is ontsluiting van bestaande bebouwing en de nieuwe bedrijvenlocaties nabij Holendrecht en het AMC Station Amsterdam Watergraafsmeer/Amsterdam Science Park Het gaat om het realiseren van een nieuw station (totale kosten circa 5.5 miljoen, planning gereed ). Het effect is ontsluiting van bestaande bebouwing en het in ontwikkeling zijnde Science Park Station Almere Poort Het betreft het realiseren van een nieuw station (totale kosten ten laste van BOR Regionet 5.4 miljoen, planning gereed ). Het effect is ontsluiting van ongeveer woningen en circa 115 hectare bedrijventerrein. 7

8 3.15 Purmerend Weidevenne (geen onderdeel BOR RegioNet budget) Het betreft het realiseren van een station in een nieuwe wijk van de gemeente Purmerend. Er is een beschikking voor de aanleg van het station verleend. Het station wordt in opdracht van het ROA door ProRail gebouwd (planning gereed: december 2007). Er is samenhang met de realisatie van station Hemboog. Streven is beide stations gelijktijdig op te leveren. Besteding restbudget Uit de Verkenningstudie Schiphol is gebleken dat ook een vrije kruising nodig is bij de Transformatorweg te Amsterdam. Deze vrije kruising was in 2003 nog niet opgenomen in het BOR RegioNet pakket. De Noordvleugel heeft zich bereid verklaard om de planstudie voor de vrije kruising Transformatorweg te financieren uit het BOR RegioNet budget. Het project is door de Spoorsector opgenomen in haar voorstel aan het ministerie voor de invulling van Herstelplan 2. De minister moet hierover nog een besluit nemen. Budget uit een eventuele onderbesteding van het BOR RegioNet budget blijft gereserveerd voor spoorinfrastructuur in de Noordvleugel. De platformpartijen zijn verantwoordelijk voor het doen van voorstellen aan de minister van Verkeer & Waterstaat voor de invulling van het restbudget. De platformpartijen zullen voorafgaand aan het indienen van voorstellen overleg plegen met de Spoorsector. 4. Dienstregeling In onderstaande tabel is de uitkomst van de onderhandelingen opgenomen (voor de opgenomen lijnvoeringaspecten gelden de specificaties van 2009). Jaartal van opening stations wordt overeengekomen en opgenomen in betreffende stationsovereenkomsten. Wens Noordvleugel Bediening door NS 1 Infrastructuur voorwaarden Bediening stations Halfweg/Zwanenburg, Haarlem West (i.c.m. opheffen Overveen), Krommenie-Assendelft (verplaatsing), Holendrecht, Hemboog. Stations Halfweg/Zwanenburg, Haarlem West en Holendrecht krijgen in de landelijke dienstregeling een bedienings-frequentie van 2x per uur met Sprinters. Bediening station Almere Poort eerder dan Bediening station Watergraafsmeer vóór 2010 met 4x per uur. Station Krommenie-Assendelft krijgt een bedieningsfrequentie van 4x per uur met Sprinters. Bediening zal plaatsvinden op basis van bedieningsfrequentie van 6x per uur (per 2012) met Sprinters. NS en gemeente kunnen ook een afspraak maken over een lagere bedieningsfrequentie. Indien de (partiële) 4- sporigheid niet gerealiseerd wordt, dan zal NS de bedieningsfrequentie aanpassen naar 2 x per uur conform de concessie HRN. NS akkoord met een bedieningsfrequentie van 2x per uur met Sprinters NS verwijst naar de voorwaarden zoals opgenomen in de brief aan de Wethouder RO van Amsterdam. Voor station Halfweg/Zwanenburg geldt dat de brug voor langzaamverkeer over de ringvaart naar Zwanenburg gereed is. Voorwaarde spoorsector is beschikbaarheid van een (partiele) 4-sporigheid bij dit station in december 2012 als gevolg van opening van de Hanzelijn. De financiering van deze (partiële) 4- sporigheid gaat ten laste van Herstelplan Spoor 2 e fase. Voor bedieningsfrequentie van 4 x per uur is aanvullende infrastructuur noodzakelijk. 1 werkdag/weekend, spits/dal nog nader te bepalen. Uitgangspunt bedieningsfrequenties is de concessie HRN. 8

9 Bediening station Purmerend Weidevenne Bediening is op basis van 2x per uur in de Sprinter van en naar Hoofddorp. Indien de Hembooghalte niet gelijktijdig gerealiseerd is, dan moet er een afspraak met ROA gemaakt worden over het afdekken van het exploitatietekort tot de opening van het Hemboogstation. Voorwaarde is dat de Hembooghalte gelijktijdig wordt opgeleverd. Lijnvoering en uitbreiding treinen rond Hilversum alle IC s stoppen op Hilversum, frequentieverhoging naar 4x per uur op alle stoptreinstations (behalve Watergraafsmeer: 2x per uur) Station Hilversum krijgt 4 x per uur een Intercitystop. Alle Sprinterstations op het traject Hilversum Amsterdam Centraal krijgen (minimaal) een bedieningsfrequentie van 4x per uur, behalve station Watergraafsmeer 2 x per uur. ProRail heeft afspraken gemaakt met betrokken partijen over de noodzakelijke aanpassing van het bedieningsregime van de Vechtspoorbrug. Naast aanleg 2 e eilandperron is ook een extra investering, ten laste van de regio, voor een nieuwe ingang bij station Hilversum Noord (Mediapark) afgesproken. Uitbreiding sneltreinen op Flevolijn naar 2x per uur in brede ochtendspits richting Schiphol en 2x per uur in brede middagspits richting Lelystad. Verhoging frequentie van de Gooiboogtreinen in het dal naar 2x per uur. Verhoging frequentie Rotterdam-Amsterdam via Woerden (van nu 1x per uur naar 2x per uur hele dag). Structuurwijziging en frequentieverhoging op de Hoornlijn: 4x per uur sneltreinen Enkhuizen- In de dienstregeling 2007 (ingaande 10 december 2006) zal NS deze dienstregeling uitbreiden met twee spits IC-treinen in de drukste avondspits. Uitgangspunt is het referentiejaar Indien op het traject Lelystad Schiphol de marktgroei 34% is, dan zal NS een 3 e spits IC-trein in de ochtend- en avondspits gaan rijden. De verwachting is dat dit groeipercentage in het jaar 2010 bereikt wordt. Indien de markt verder groeit naar 41% op het traject Lelystad Schiphol dan in de inzet van een 4 e spits IC-trein in de ochtend- en avondspits benodigd. De verwachting is dat dit groeipercentage in het jaar 2011 bereikt wordt. De bedieningsfrequentie Rotterdam Amsterdam via Woerden wordt 2 x per uur met Sprinters. 2 Geen doorgaande verbinding met de Sprinter Utrecht Centraal Amsterdam Centraal. Overstap te station Breukelen. Structuurwijziging en frequentieverhoging op de Hoornlijn: 4 x per uur een IC Enkhuizen- Amsterdam Centraal (in de brede spits, ProRail heeft afspraken gemaakt met betrokken partijen over de noodzakelijke aanpassing van het bedieningsregime van de Vechtspoorbrug. Voorwaarde is realisatie van de maatregelen Schiphol 24. Voorwaarde is gelijktijdige opening van de stations Purmerend Weidevenne en Sloterdijk Hemboog. Zie verder bij Purmerend Weidevenne. 9

10 Amsterdam Centraal (in de brede spits, spitsrichting), 2x per uur een stoptrein (nu 1x) tussen Hoorn Kersenboogerd en Schiphol/Hoofddorp (via de Hemboog. 2 extra spitssneltreinen op de Zaanlijn naar Amsterdam Centraal (wens naar Schiphol ingetrokken, niet maakbaar). Handhaving van huidige dienstregeling 4 sneltreinen vanaf Alkmaar en 4 stoptreinen van Uitgeest naar Amsterdam Centraal. Bediening van de Westtak richting Amsterdam Centraal 4x per uur, exclusief HSA treinen. Aandachtspunten: bediening station Lelylaan 4x per uur, bediening station Hoofddorp. spitsrichting), 2 x per uur een Sprinter (nu 1 x) Hoorn Kersenboogerd en Schiphol/Hoofddorp (via de Hemboog). De markt kan de extra treinen in de spits nog niet dragen. Handhaving van de huidige dienstregeling 4 IC s vanaf Alkmaar en 4 Sprinters van Uitgeest naar Amsterdam Centraal. Bediening van de Westtak richting Amsterdam Centraal 4x per uur, exclusief HSA treinen. De stations Amsterdam Lelylaan en Hoofddorp worden 4x per uur bediend richting Amsterdam Centraal. ProRail heeft afspraken gemaakt met betrokken partijen over de noodzakelijke aanpassing van het bedieningsregime van de Zaanspoorbrug. Voorwaarde voor handhaving huidige 4 sneltreinen, 4 stoptreinen en een goederenpad per uur op de Zaanlijn is aanpassing van de huidige inhaalvoorziening Wormerveer (bijsturing) en seinverdichting. Voorwaarde is realisatie van de maatregelen Schiphol 24, aanleg van een conflictvrije kruising bij Transformatorweg (geen onderdeel BOR RegioNet), aanleg van verlengde goederensporen bij Westhaven en aanleg van het emplacement Aziëhavenweg (faciliteren 3e goederenpad tussen Amsterdam Centraal en Westpoort). PBN is akkoord met financieren kosten planstudie Transformatorweg uit BOR RegioNet budget. De realisatie Transformatorweg gaat ten laste van Herstelplan Spoor 2 e fase. 5. Bijzondere bepalingen De Spoorsector heeft enkele aanvullende randvoorwaarden gesteld aan de infrastructuur om de wensen van de regio te kunnen inwilligen. Het gaat om een inhaling bij station Almere Poort bij komst van de Hanzelijn per december 2012 en de aanleg van een vrije kruising bij Transformatorweg om de gewenste aantallen treinen van Schiphol naar Amsterdam Centraal te kunnen inpassen. De kosten van de planstudie voor de vrije kruising worden betaald uit het BOR RegioNet budget. De aanleg zelf en de kosten voor de inhaling bij Almere Poort zijn opgenomen in het Herstelplan spoor 2e fase. Dit betekent dat deze kosten niet uit het BOR RegioNet budget betaald hoeven worden, maar elders uit het MIT worden gefinancierd. De minister moet hierover nog besluiten. 6. Slotbepalingen Voor de in de Samenwerkingsovereenkomst genoemde stations wordt steeds een nadere objectovereenkomst afgesloten tussen ProRail en de gemeente waarin dat station is gelegen. In deze objectovereenkomst worden afspraken vastgelegd met betrekking tot aanleg, onderhoud en vernieuwing van het station en de directe stationsomgeving. Deze objectovereenkomst is geen onderdeel van de Samenwerkingsovereenkomst / stationsovereenkomst. 10

11 De Spoorsector is bij het aangaan van afspraken met de regio Noordvleugel gehouden aan de Spoorwegwet en de Concessiewet, en uiteraard de daarvan afgeleide Vervoerconcessie NS en Beheerconcessie van ProRail. Dit betekent dat uiteindelijk de NS de dienstregeling zal vaststellen na consultatie van het LOCOV (Landelijk Overleg Consumentenorganisaties) en het IPO/SKVV. Daarnaast geldt het voorbehoud van de capaciteitsverdeling door ProRail op basis van de capaciteitsaanvragen van de vervoerders, waaronder NS. De vervoerconcessie van NS en de beheerconcessie van ProRail hebben een looptijd van 10 jaar en eindigen op 31 december NS garandeert de bediening van de nieuwe en verplaatste RegioNet-stations tot december 2014, conform de inhoud van de Vervoerconcessie. ProRail garandeert de instandhouding van de RegioNet-stations en van de overige bijbehorende BOR RegioNet-infrastructuur eveneens tot december 2014, conform de inhoud van de Beheerconcessie. NS garandeert de binnen de kaders van Ontwerp 2007 overeengekomen lijnvoering van RegioNet tot december 2012, het moment waarop de Hanzelijn in dienst komt en een nieuwe landelijke dienstregelingstructuur van kracht zal worden. De stationsovereenkomsten vormen een integraal onderdeel van de Samenwerkingsovereenkomst. Dat betekent dat de overeenkomst ten aanzien van de afspraken over aanleg, bediening en compensatie van eventuele exploitatietekorten van NS rond de stations pas voor een specifiek station in werking treedt als de betreffende stationsovereenkomst is getekend. 11