Gemeente Den Haag. de gemeenteraad

Transcriptie

1 Gemeente Den Haag de gemeenteraad Uw brief van Uw kenmerk Ons kenmerk rm BSD/ RIS Doorkiesnummer adres Aantal bijlagen Onderwerp Arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa Datum 29 januari 2008 Bij brief van 18 december 2007 hebben de raadsleden mevrouw L. Zandstra en mevrouw S. Cohen Jehoram namens de PvdA-gemeenteraadsfractie het actieplan Polen* in Den Haag aan de voorzitter van de gemeenteraad aangeboden. Zoals de indieners zelf al aangeven gaat het niet alleen om Polen, maar om arbeidsmigranten uit alle Midden- en Oost-Europese landen die deel uitmaken van de Europese Unie. Omwille van de leesbaarheid spreken wij verder over arbeidsmigranten. Uw raad heeft ons gevraagd om een inhoudelijke reactie op dit actieplan. Hierbij geven wij aan dit verzoek gevolg. Wij tekenen hierbij aan dat de materie complex is. Om de aard, en vooral de omvang, van de problematiek goed in beeld te brengen is nader onderzoek nodig. We hebben daarvoor inmiddels de nodige maatregelen getroffen. In onze reactie op de afzonderlijke aanbevelingen van de PvdA-fractie gaan wij daarop in. Wij onderkennen de urgentie van de door de fractie aangesneden problematiek. Daarom hebben wij er niet voor gekozen onze reactie op te schorten totdat op alle door ons gestelde vragen een volledig antwoord beschikbaar is, maar gaan wij nu al op hoofdlijnen op de aanbevelingen in. Algemeen In de eerste plaats willen wij onze waardering uitspreken voor het initiatief van de PvdA-fractie om deze materie onder de aandacht te brengen van ons college en uw raad, op een moment dat de problemen al zichtbaar, maar nog niet onbeheersbaar zijn. Dat stelt ons in staat om tijdig een visie te ontwikkelen op de gesignaleerde risico s en knelpunten en de maatregelen te nemen die wij samen nodig vinden. Wat ons aanspreekt in dit initiatief is het uitgangspunt dat arbeidsmigranten welkom zijn in onze stad. Wij erkennen hun bijdrage aan de lokale en regionale economie. Wij willen dat zij volwaardige burgers van onze stad kunnen zijn. Dat betekent dat zij adequaat gehuisvest moeten zijn, in overeenstemming met de regels die voor alle Hagenaars gelden. Dat zij onder dezelfde arbeidsomstandigheden en voor hetzelfde loon kunnen werken als anderen. Zeker als zij van plan zijn zich duurzaam in onze stad te vestigen willen wij dat zij toegang hebben tot zorg en welzijn, burgerschap en cultuur, inburgering en sport. Daarbij horen ook plichten. We treden op tegen overlast en tegen onrechtmatige woonsituaties. We verwachten van alle Hagenaars en dus ook van arbeidsmigranten dat zij zichzelf en hun gezinsleden verzekeren. Inlichtingen bij Postadres: Postbus , 2500 DJ Den Haag Telefoon: Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Fax: Internetadres:

2 BSD/ Van de mensen die hier duurzaam willen blijven verwachten wij dat zij bereid zijn zich in te spannen om complete Haagse burgers te worden die verantwoordelijkheid nemen voor hun woon- en leefomgeving. Voordat we ingaan op de afzonderlijke voorstellen willen we het volgende opmerken. Over hoeveel mensen gaat het? In de notitie Arbeidsmigranten en hun huisvesting die op 18 december 2007 is toegezonden aan de Commissie Stedelijke Ontwikkeling en Ruimtelijke Ordening (RIS ) hebben wij aangegeven dat wij het aantal arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa schatten op circa personen. Deze schatting is gebaseerd op het aantal tewerkstellingsvergunningen. Omdat de tewerkstellingsvergunning per 1 mei 2007 is afgeschaft is niet zeker hoe betrouwbaar deze raming is, maar in ieder geval bestaat er tot dusver geen betere grondslag voor de bepaling van de omvang van de groep. Arbeidsmigranten die korter dan vier maanden hier verblijven kunnen zich niet in het GBA laten inschrijven. De praktijk wijst uit dat van de arbeidsmigranten die zijn aangetroffen in illegale kamerverhuurbedrijven niet meer dan 8 tot 13 procent staat ingeschreven in het GBA. Dit maakt aannemelijk dat het GBA geen goede basis is, en wellicht ook niet kan zijn, voor een betrouwbare inschatting van de omvang van de groep. Rechten en plichten van arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa Sinds 1 mei 2007 is de rechtspositie van EU-onderdanen uit Midden- en Oost-Europa, met uitzondering van Roemenen en Bulgaren, gelijk aan die van alle andere EU-onderdanen. Dat betekent dat gedurende de eerste vijf jaar dat zij in een ander EU-land, in dit geval dus Nederland, wonen beperkingen kunnen worden gesteld aan hun verblijfsrecht. In die periode kan hun recht om in Nederland te verblijven worden ingetrokken als zij niet of onvoldoende in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Als een beroep wordt gedaan op een bijstandsuitkering moet de gemeente dit melden aan de IND. De IND beoordeelt aan de hand van onder meer de verblijfsduur in Nederland, de mate waarin een beroep wordt gedaan op een uitkering (aanvullend of volledig) en de lengte van de periode waarvoor zo n beroep wordt gedaan of het redelijk is om het verblijfsrecht te beëindigen. Na vijf jaar onafgebroken verblijf in Nederland heeft een EU-onderdaan dezelfde rechten en plichten als een Nederlander. Dat houdt onder meer in dat hij vanaf dat moment aanspraak kan maken op sociale zekerheid, maar ook dat hij als hij werkloos is kan worden verplicht tot het aanvaarden van passende arbeid. Voor werknemers uit Polen, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Slovenië, Slowakije en Tsjechië is sinds 1 mei 2007 geen tewerkstellingsvergunning meer nodig. Zo n vergunning is wel nog vereist voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. Familieleden hebben het recht om mee te gaan met degene die zich in Nederland vestigt, mits zij door de arbeidsmigrant worden onderhouden. EU-onderdanen met verblijfsrecht kunnen op gelijke voet als Nederlanders een beroep doen op sociale huisvesting. Voor EU-burgers geldt geen inburgeringsplicht. Overigens loopt hierover momenteel wel een discussie in de Tweede Kamer. Wie is waarvoor verantwoordelijk? EU-burgers die naar Nederland komen zijn zelf verantwoordelijk voor het voorzien in de kosten van hun eigen bestaan en dat van hun meereizende familieleden. In de meeste gevallen zal dat betekenen dat zij ervoor moeten zorgen dat zij werk vinden dat voldoende opbrengt. Voor EU-burgers gelden dezelfde arbeidsvoorwaarden als voor Nederlanders. Dat betekent dus dat onder meer veiligheidsvoorschriften en de wettelijke regels ten aanzien van het (minimum)loon onverkort op hen van toepassing zijn en dat belasting en premies moeten worden betaald. Zij zijn ook zelf verantwoordelijk voor het vinden van passende huisvesting die voldoet aan de daaraan gestelde wettelijke eisen. Er is geen afdwingbare wettelijke verplichting voor werkgevers om adequate huisvesting aan te bieden. In een handhavingskader tussen het ministerie SZW en de sociale partners (met diverse werkgeverkoepelorganisaties) is afgesproken dat de werkgevers een morele verantwoordelijkheid hebben om arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa adequaat en conform de geldende wet- en regelgeving te huisvesten.

3 BSD/ Voor sommige bedrijfstakken is in de CAO afgesproken dat werkgevers huisvesting aanbieden, voor andere niet. De werknemer is overigens niet verplicht om van zo n aanbod gebruik te maken en kan er altijd voor kiezen om zelf zijn woonruimte te regelen. Gemeenten controleren of er sprake is van overbewoning of andere illegale woonsituaties en treden zo nodig daartegen op. Werknemers uit een EU-land zijn verplicht om een ziektekostenverzekering af te sluiten. Zij moeten dat zelf regelen. Omdat lang niet iedereen dat in de praktijk ook doet heeft de VIA (de Vereniging van Internationale Arbeidsbemiddelaars) haar leden verplicht om voor hun arbeidsmigranten de verzekering te regelen en de premie te betalen. Daarmee wordt echter maar een beperkt deel van de totale groep arbeidsmigranten bediend. De aanbevelingen van de PvdA-fractie richten zich overwegend op onze gemeente. Belangrijk is in het oog te houden dat het om een landelijk vraagstuk gaat, dat ook om een landelijke oplossing vraagt. Daar wordt overigens al hard aan gewerkt. Onder coördinatie van het Ministerie van SZW is een brede werkgroep gestart, waarin wordt deelgenomen door de ministeries van VROM/WWI, SZW, VWS en Financiën, de Arbeidsinspectie, de Belastingdienst, organisaties van werkgevers en werknemers, koepelorganisaties van uitzendbureaus, corporaties en diverse gemeenten, waaronder de gemeente Den Haag. Den Haag levert een actieve inbreng in deze landelijke werkgroep en neemt daarnaast zijn eigen verantwoordelijkheid voor de zaken die typisch des gemeentes zijn. De voorgestelde maatregelen 1. Informatiepunt voor tijdelijke arbeidsmigranten Voorgesteld wordt dat de gemeente een informatiepunt opent voor Midden- en Oost-Europese arbeidsmigranten. Verondersteld wordt dat slechts weinigen zich inschrijven bij de gemeente en dat men niet of nauwelijks de weg kent naar het stadhuis of het stadsdeelkantoor. In hoeverre die veronderstelling juist is laat zich nu nog niet beoordelen. Daarvoor is nader onderzoek nodig. Overigens kunnen migranten zich pas inschrijven als zij langer dan vier maanden hier verblijven. Wie zich definitief in Nederland wil vestigen of na verloop van tijd aanspraak wil kunnen maken op sociale zekerheid of op een arbeidsongeschiktheidsuitkering doet er overigens verstandig aan zich wel te laten inschrijven, omdat op enig moment de duur van het verblijf in Nederland zal moeten worden aangetoond. Dat neemt overigens niet weg dat een substantieel deel van deze groep dat (nog) niet doet. Het lijkt ons niet aannemelijk dat mensen die de weg naar het stadhuis of het stadsdeelkantoor niet kunnen vinden wel benaderbaar zijn via de gemeentelijke Wmo-loketten of de I-shops van de welzijnsinstellingen. De enige effectieve manier om een zo groot mogelijk deel van de doelgroep van informatie te voorzien lijkt via de werkgevers en arbeidsbemiddelaars, aangevuld met media die een groot bereik hebben onder de doelgroep en voorzieningen die veel door hen worden bezocht of gebruikt. Op basis van het ter zake genomen raadsbesluit hanteert de gemeente als algemene gedragslijn dat voorlichting in het Nederlands wordt gegeven, tenzij er sprake is van attenderingscommunicatie, van een specifieke doelgroep oudkomers of van zwaarwegende en dringende omstandigheden, zoals ten aanzien van volksgezondheid en huisvesting. Voor expats die veelal voor slechts enkele jaren in de gemeente verblijven hanteert de internationale stad Den Haag de mondiale voertalen Engels en Frans, die zoals bekend ook in het diplomatieke verkeer gangbaar zijn. Tegen die achtergrond vinden wij het passend in ons beleid om tegen de achtergrond van de aard van de doelgroep en het acute karakter van de informatiebehoefte een folder uit te brengen in het Pools en mogelijk een of meer andere Midden- en Oost-Europese talen. In die folder wordt kort aangegeven voor welke problemen en vragen men bij welke instelling terecht kan. Daarbij zal ook worden gewezen op de informatie- en adviesmogelijkheden die worden geboden via het The Hague Hospitality Center. De folder wordt verspreid via de werkgevers en zal verder beschikbaar worden gesteld via de Midden- en Oost-Europese organisaties in Den Haag, via veel door Midden- en Oost-Europeanen gelezen kranten en websites, via Midden- en Oost-Europese winkels, via rooms-katholieke kerken en op alle plekken in de

4 BSD/ stad waar veel mensen komen. We bezien de mogelijkheden om deze folder ook beschikbaar te stellen via ambassades, door Midden- en Oost-Europeanen bezochte horeca-inrichtingen, eerste hulpposten en huisartsen. Een groot deel van de groep zal zich naar verwachting in het Engels of Duits verstaanbaar kunnen maken. Voor degenen die dat niet kunnen zal op de folder een telefoonnummer worden vermeld dat men kan bellen als men in de eigen taal te woord gestaan wil worden. We spreken met de Midden- en Oost-Europese zelforganisaties in Den Haag en met de Stichting Stedenband Den Haag-Warschau af hoe we de informatievoorziening in de eigen taal het best kunnen regelen. In dat verband kijken we ook naar de mogelijkheden van informatievoorziening via internet. We richten ons vooral op informatievoorziening over gemeentelijke producten en diensten, waaronder mede begrepen de wijze waarop de gemeente zijn handhavingstaken vervult. Daarnaast kan informatie worden opgenomen over zelforganisaties. Informatievoorziening over arbeids- en verblijfsrecht, verzekeringsplicht en huisvestingsmogelijkheden vinden wij geen gemeentelijke taak. Wel zullen wij de verantwoordelijke instanties wijzen op de wenselijkheid van verbetering van hun informatievoorziening aan Midden- en Oost-Europese arbeidsmigranten, via de hierboven al genoemde brede werkgroep onder coördinatie van het Ministerie van SZW. Een apart fysiek informatiepunt vinden wij vooralsnog niet noodzakelijk. Wij gaan ervan uit dat informatievoorziening plaatsvindt via het Hospitality Center. 2. Voldoende shortstay huisvestingsplaatsen en spreiding over stad en regio Wij onderschrijven de ambitie om voor 2500 arbeidsmigranten huisvesting te realiseren. In de eerder vermelde notitie Arbeidsmigranten en hun huisvesting (RIS ) hebben wij aangegeven dat er al plannen zijn om in slaapplaatsen te realiseren. Op 5 april 2007 is een convenant gesloten met de Vereniging van Internationale Arbeidsbemiddelaars. Inzet daarvan is het mogelijk maken van veilige, goedkope en legale kamerverhuur in woningen, waarbij het risico op overlast zoveel mogelijk is beperkt. Gestreefd wordt naar realisering van deze woonpanden verspreid over de hele stad, waarbij de krachtwijken zoveel mogelijk worden ontzien. In april 2008 zullen wij u rapporteren over de resultaten van de uitvoering van dit convenant. Ook in de Haagse regio wordt hard gewerkt om voor betaalbare adequate huisvesting te zorgen. In Wateringen is het zogenaamde Polen hotel gerealiseerd. Ook in de Duin- en Bollenstreek zijn initiatieven genomen. In de rede ligt dat het regionale overleg over dit onderwerp de komende maanden wordt geïntensiveerd. 3. Polen die blijven, inburgeren! Wij zullen actief stimuleren dat arbeidsmigranten en hun gezinsleden gebruik maken van alle mogelijkheden die worden geboden via de regeling voor vrijwillige inburgering. We betrekken deze doelgroep daartoe actief in ons wervingsprogramma. MeaVita heeft ons benaderd met een voorstel voor scholing van alfahulpen uit Midden- en Oost-Europa. Dit voorstel omvat inburgering, werkstages en ondersteuning bij het opzetten van een eigen bedrijf. Dit initiatief spreekt ons aan. Het voorstel kan met inzet van inburgeringsmiddelen worden gerealiseerd mits in het traject een plek wordt ingeruimd voor het inburgeringsexamen. Vergelijkbare initiatieven van en voor andere bedrijfstakken juichen wij toe en zullen voor zover de beschikbare middelen dat toelaten door ons worden ondersteund. Ook zijn wij bereid met werkgevers in overleg te treden over hun medewerking aan de inburgering van hun werknemers. 4. Polen betrekken bij burgerschaps- en cultuurbeleid Wij zijn van plan gerichte inspanningen te doen om arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa te informeren over het bestaande aanbod en hen te stimuleren daarvan gebruik te maken. Daarbij richten wij ons vooral op dat deel van de groep dat ervoor kiest om zich langdurig hier te vestigen.

5 BSD/ Sleutelbegrippen in onze aanpak zijn empowerment (waaronder het opsporen en trainen van intermediairs uit de groepen zelf die een brugfunctie kunnen vervullen tussen hun gemeenschappen en de Haagse samenleving en het stimuleren van zelforganisatie) en bridging, d.w.z. contactlegging met bestaande instellingen en organisaties in de sfeer van welzijn, sport en cultuur. In dat kader zullen wij onder meer informatiedagen organiseren voor de Midden- en Oost-Europese gemeenschappen waarin zij kennis kunnen maken met wat de stedelijke samenleving voor hen te bieden heef en over subsidiemogelijkheden. Initiatieven uit de stad om arbeidsmigranten en hun gezinsleden te betrekken bij het sociale en culturele leven van de stad worden door ons ondersteund. Voor projecten en initiatieven die in het teken staan van burgerschap kan een beroep worden gedaan op het Fonds Burgerschap. Dergelijke initiatieven kunnen worden ingediend door Haagse organisaties, maar ook door groepen van tenminste 10 burgers. Dat betekent dat het ook mogelijk is dat arbeidsmigranten zelf aanvragen indienen voor activiteiten in de sfeer van ontmoeting en samenwerking met andere bevolkingsgroepen in de stad, ook al is er nog geen geformaliseerde organisatie. Wij staan ook open voor plannen in de sfeer van kunst en cultuur. Deze plannen zullen binnen de bestaande beoordelingskaders op hun merites worden bezien. 5. Landelijk meldpunt/zwarte lijst met slechte werkgevers De door de PvdA-fractie gesignaleerde problemen lijken inderdaad voor te komen, maar niet helder is hoe vaak dit gebeurt, hoe ernstig de overtredingen zijn en om welke werkgevers het gaat. Een deel van de problematiek wordt inderdaad veroorzaakt door malafide uitzendbureaus en werkgevers die zich niet houden aan wet- en regelgeving. De gemeente Den Haag pakt het malafide uitbuitingscircuit rondom arbeidsmigranten op een aantal fronten al krachtig aan. Sterk wapen daarbij is de aanpak van illegale kamerverhuur. We werken nauw samen met andere instanties, zoals de Belastingdienst, de Arbeidsinspectie, de VROM-inspectie en de politie, door het uitwisselen van informatie en soms ook door gezamenlijke acties. Het opstellen van een zwarte lijst is juridisch een lastig begaanbare weg. Overigens kan ook zonder zo n lijst een beeld worden gevormd van de betrouwbaarheid van uitzendbureaus. Via het internet is vrij eenvoudig te achterhalen welke uitzendbureaus gecertificeerd zijn en welke niet. Een van de uitkomsten van de Polen Top in Rotterdam (december 2007) was het pleidooi om certificering voor uitzendbureaus verplicht te stellen dan wel om (wederom) een vergunningstelsel in te voeren. 6. Begin in Polen en maak gebruik van Poolse media en netwerken Wij delen de opvatting van de PvdA-fractie dat het zinvol is in Polen en eventueel ook in andere Middenen Oost-Europese landen informatiecampagnes te voeren over wonen en werken in Nederland en de daaraan verbonden rechten en plichten, met gebruikmaking van landelijke en lokale media in die landen. De organisatie en financiering van die campagnes vinden wij in eerste aanleg een rijksverantwoordelijkheid. Wij zullen dit met het rijk opnemen. De suggestie om voor onze eigen lokale informatievoorziening gebruik te maken van Poolse winkels, het tijdschrift Niedziela en de website nemen wij graag over. Wij hebben uitstekende contacten met de Poolse ambassade, die ons alle medewerking heeft toegezegd. Met de stichting Stedenband Den Haag-Warschau zijn wij in overleg over een herbepaling van haar activiteitenpakket, waarbij de nadruk meer zal komen te liggen op informatievoorziening, belangenbehartiging en activiteiten ten behoeve van de Poolse gemeenschap in Den Haag. Over de uitkomsten van dit overleg zullen wij uw raad te zijner tijd afzonderlijk informeren. 7. Vang Midden- en Oost-Europese daklozen (tijdelijk) op en begeleid hun repatriëring Zowel bij de instellingen voor dag- en nachtopvang als bij het daklozenloket melden zich met enige regelmaat mensen uit Midden- en Oost-Europa. Beleidslijn is dat langdurige zorg alleen wordt aangeboden aan mensen die verzekerd zijn en recht hebben op een uitkering. De dag- en nachtopvang is in principe toegankelijk voor iedereen die die opvang nodig heeft en geen geld heeft om elders te slapen. De opvang bestaat uit bed, bad en brood.

6 BSD/ Mensen uit Midden- en Oost-Europa kunnen hiervan gebruik maken op dezelfde voet als anderen. Wij verbinden hieraan de voorwaarde dat zij actief meewerken aan hun repatriëring. 8. Poolse en Bulgaarse zorgconsulenten Wij zijn met de PvdA-fractie van mening dat arbeidsmigranten een aandachtsgroep zijn binnen de gezondheidsvoorlichting. We hebben meer tijd nodig om vast te stellen hoe we die aandacht vorm gaan geven. Daarbij zullen wij ook overleg voeren met het rijk. Informatievoorziening over de plicht tot het afsluiten van een zorgverzekering (en sanctionering van niet-nakoming van die plicht) is daarbij een aandachtspunt. Omtrent alcoholproblematiek onder Polen bestaat nog geen compleet beeld. Incidenten daargelaten bestaat niet de indruk dat er een problematiek bestaat van grote omvang. Ons bekende incidenten hebben zich voorgedaan bij enkele bezoekers van de maatschappelijke opvang en de spoedeisendehulp van ziekenhuizen. Parnassia en het Leger des Heils zijn betrokken bij de Stedenband Den Haag/Warschau. Er is een contract gesloten met de NGO Monar, een belangrijke organisatie voor hulp aan verslaafden en daklozen in Polen. Onze instellingen kunnen indien nodig over dit onderwerp contacten leggen en specifieke adviezen voor hulpverlening krijgen. 9. Overlast in kaart brengen Wij hebben de politie Haaglanden gevraagd in kaart te brengen in welke mate Midden- en Oost- Europeanen in het jaar 2007 in aanraking zijn gekomen met de politie wegens misdrijven of (relevante) overtredingen, zoals openbare dronkenschap, vernieling of vervuiling. Deze informatie komt naar verwachting rond 1 maart a.s. beschikbaar. Het kost tijd om het beeld compleet te krijgen omdat de gewenste informatie niet in de standaardrapportages zit en dus moet worden verkregen door het benaderen van de afzonderlijke bureaus en de wijkagenten. Eerste indruk is dat er geen sprake is van excessieve overlast. Op 19 november 2007 is het officiële startschot gegeven voor het Meld- en Steunpunt Woonoverlast. Dat voorziet in de monitoring van overlast waarom de PvdA-fractie vraagt, maar zorgt er bovendien voor dat gesignaleerde problemen ook daadwerkelijk worden opgelost. Alle overlastmeldingen die hier binnenkomen worden geregistreerd en ter oplossing uitgezet bij de verantwoordelijke instantie(s). In combinatie met de informatie die bij de politie beschikbaar is hebben we zo een vrij compleet overzicht van wat er speelt én wat eraan gedaan is. Belangrijk is dat zoveel mogelijk mensen de weg naar het Meld- en Steunpunt kunnen vinden. Daarom is en wordt ruime publiciteit gegeven aan het bestaan, de taken en de bereikbaarheid ervan. 10. Aanpakken parkeeroverlast Denkbaar is dat in bepaalde delen van de stad de parkeerdruk toeneemt door de aanwezigheid van arbeidsmigranten. Dat zal vooral het geval zijn in de krachtwijken, waar de meeste illegale pensions te vinden zijn. In de plannen van aanpak voor de krachtwijken is veel nadruk gelegd op intensivering van de handhaving. Dat moet leiden tot een sterke vermindering van illegale kamerverhuur en overbewoning en als gevolg daarvan ook tot een afname van de parkeerdruk. Bij het realiseren van nieuwe huisvestingsmogelijkheden voor arbeidsmigranten zal met de parkeerdruk rekening worden gehouden. Overigens merken wij op dat zolang de parkeerregels niet worden overtreden geen handvaten aanwezig zijn om specifiek tegen deze groep parkeerders op te treden. Een Midden- of Oost-Europeaan heeft evenveel recht om zijn auto in een wijk te parkeren als een ander.

7 BSD/ Wij delen de opvatting van de PvdA-fractie dat bekeuringen moeten worden geïnd. Wij bekijken of daarvoor andere of extra maatregelen nodig zijn. Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de locoburgemeester, mw. A.W.H. Bertram mw. J. Klijnsma

8 BSD/ Afdruk aan: - 3 x BSD, BZ (Broers, Metzemakers, De Jong) - 2 x OCW (Santokhi, Mossel) - 2 x DSO, BTD (Hekking, De Bock) - 1 x SZW (Apperloo)