SurroundConsult. Onderzoek en ruimtelijke onderbouwing Wijziging geluidzone industrieterrein Uithoorn

Transcriptie

1 SurroundConsult Onderzoek en ruimtelijke onderbouwing Wijziging geluidzone industrieterrein Uithoorn Datum: 11 november 2015

2 Rapportnummer: R01 Plaats en datum: Arnhem, 11 november 2015 Versie: 001 Status: Concept Opdrachtgever: Contactpersoon: Uitgevoerd door: Gemeente Uithoorn Laan van Meerwijk AJ Uithoorn Judy Kaars drs. A. Krikke M: Eindverantwoordelijke: drs. A.K. Krikke

3 Samenvatting In opdracht van de gemeente Uithoorn is door SurroundConsult een onderzoek naar de mogelijke herzonering van het industrieterrein met ruimtelijke onderbouwing opgesteld. Het onderzoek is gedeeltelijk gebaseerd op een akoestisch onderzoek uitgevoerd door M+P Raadgevende ingenieurs BV betreffende het bepalen van de mogelijkheden voor dezoneren, rekening houdend met de aanwezigheid van de bestaande woningen op het industrieterrein. Aanvullend daarop zijn de verschillende opties voor de toekomstige ligging van de geluidzone in beeld gebracht. In de huidige situatie is het hele industrieterrein gezoneerd. Op het industrieterrein is er één inrichting (Koppers/Cindu) aanwezig als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder, die in belangrijke mate geluidhinder kan veroorzaken (vroeger aangeduid met de term A-inrichting ). Binnen de grenzen van het industrieterrein heeft de gemeente Uithoorn de volgende woningen geïnventariseerd: Woning Industrieweg 2; deze woning heeft een woonbestemming 4 woningen/woonwagens aan de Thamerweg; op deze locatie ligt geen woonbestemming, de bewoning is illegaal. De geluidsbelasting op deze woningen ten gevolge van alle inrichtingen op het industrieterrein bedraagt maximaal 57 db(a). Een dergelijke geluidsbelasting wordt in een bedrijfsomgeving als acceptabel beschouwd in relatie tot het woon en leefklimaat. Een aantal inrichtingen/kavels zijn bepalend voor de hoogte van de geluidbelasting bij deze woningen/woonwagens. Het betreft de volgende binnen een straal van 50 m van de woningen gelegen inrichtingen: Braakliggend op Industrieweg 4 (voormalig Snuffelmarkt, momenteel braakliggend), Smitsair op Industrieweg 6, Hoogendoorn op Amsterdamseweg 8, Klaassen op Thamerweg 78 1, Oost op Amsterdamseweg 20 2, Schijf op C.T. Storkweg 21, Hogenboom Vakantieparken op Molenlaan 69 en Geostick op Amsterdamseweg 26. Voor bedrijven gevestigd op deze kavels moeten maatwerkvoorschriften opgesteld worden. De bedrijven vallen onder het Activiteitenbesluit. 1 op Thamerweg 78 zijn twee inrichtingen gevestigd: meubelmakerij de oude rust (staat momenteel te huur/te koop) en autobedrijf A.J. Hartog (deze inrichting is niet opgenomen in het zonemodel). 2 Op deze locatie zit momenteel Comron International (used cooling equipment)

4 Inhoudsopgave 1 Inleiding De regelgeving voor industrielawaai Wet geluidhinder Geluidsgevoelige objecten Wijziging van de geluidzone De Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit De wettelijke regeling voor zonebeheer Relatie tussen zonering industrieterreinen en ruimtelijke ordening Het projectgebied Beschrijving van het gebied Toekomstige ontwikkelingen Gevolgen van de aanpassing van de geluidzone Gevolgen van aanpassing van de geluidzone voor bedrijven Gevolgen van aanpassing van de geluidzone voor woningen Varianten zonering Inleiding Wijzigen geluidzone / herzoneren Conclusies... 24

5 1 Inleiding In de huidige praktijk hebben veel gemeenten te maken met in het verleden gezoneerde industrieterreinen waar op dit moment geen of alleen enkele grote lawaaimakkers aanwezig zijn en er ook geen behoefte meer is om deze mogelijkheid te continueren. De gemeenten willen in deze gevallen de zonering veranderen. Doorgaan met de zonering vergt een grote bestuurlijke last die niet bijdraagt tot verdere voorkoming van geluidsoverlast. Bij de aanpassing van de geluidzone zijn er enkele factoren die extra aandacht vereisen: bedrijfswoningen op het industrieterrein. Deze worden op een gezoneerd industrieterrein niet beschermd. Maar als de zonering wordt (gedeeltelijk) opgeheven is er sprake van een geluidsgevoelige bestemming die dan in principe beschermd moet worden. Omliggende bedrijven kunnen daardoor in hun mogelijkheden worden beperkt. woningen waarvoor een hogere waarde besluit geldt. De hogere waarde is gekoppeld aan de hoogte van de geluidbelasting vanwege alle inrichtingen op een gezoneerd industrieterrein. In het geval van de aanpassing van de geluidzone vervallen de hogere waarden of moeten ze aangepast worden. invloed van de bedrijven op de woningen op het gedezoneerde gedeelte. Deze bedrijven kunnen niet te veel geluid bij de woningen produceren. De toegestane hoeveelheid geluid wordt niet meer door de zonering geregeld, maar door de Wet milieubeheer of het Activiteitenbesluit.

6 2 De regelgeving voor industrielawaai De Wet geluidhinder (Wgh) grenswaarden bevat regels voor woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen de geluidzone. Vervolgens bepalen de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en de Wet milieubeheer (Wm) dat bij het verlenen van omgevingsvergunningen op grond van de Wabo de systematiek (geluidsgrenswaarden) van de Wgh in acht moet worden genomen. Ook moeten de geluidseisen die gesteld worden aan AMvBbedrijven binnen de grenswaarden van de Wgh passen. 2.1 Wet geluidhinder De Wet geluidhinder bevat een specifieke regeling voor industrieterreinen. Industrieterreinen zijn terreinen waaraan in hoofdzaak een bestemming is gegeven voor de vestiging van inrichtingen en waarvan de bestemming voor het gehele terrein of een gedeelte daarvan de mogelijkheid insluit van vestiging van zogenaamde grote lawaaimakers. Om een industrieterrein ligt een geluidzone. De omvang daarvan wordt bepaald door de geluidsbelasting vanwege de gezamenlijke inrichtingen op het industrieterrein. Op de (buiten)grens van de geluidzone mag de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein nooit hoger zijn dan 50 db(a). Voor de geluidsbelasting van het industrieterrein gelden normen. Ten eerste geldt bovengenoemde norm van 50 db(a) voor de zonegrens. Daarnaast hebben de normen betrekking op de in de geluidzone gelegen geluidsgevoelige objecten (hogere waarden). 2.2 Geluidsgevoelige objecten De Wet geluidhinder beschermt de volgende geluidsgevoelige objecten: woningen 3 ; andere geluidsgevoelige gebouwen; geluidsgevoelige terreinen. Deze bescherming geldt als het gebruik van deze objecten is toegestaan volgens het bestemmingsplan, de beheersverordening, omgevingsvergunning afwijken bestemmingsplan of beheersverordening. In het Besluit geluidhinder (Bgh) zijn "ander geluidsgevoelige gebouwen" en "geluidsgevoelige terreinen" aangewezen: geluidsgevoelige gebouwen: o onderwijsgebouwen; o ziekenhuizen en verpleeghuizen; o verzorgingstehuizen; o psychiatrische inrichtingen; geluidsgevoelige terreinen: o woonwagenstandplaatsen; o ligplaatsen voor woonschepen. 3 De Wet geluidhinder kent het begrip bedrijfswoning niet. Een bedrijfswoning is gewoon een woning, waarvoor het mogelijk is een hogere waarde (als nodig) te verlenen. Dit geldt natuurlijk alleen voor bedrijfswoningen die zijn gelegen in een geluidzone.

7 In principe geldt voor deze geluidsgevoelige objecten de voorkeursgrenswaarde. Onder voorwaarden kan, meestal door de gemeente, een hogere waarde worden vastgesteld. De normen moeten onder meer in acht worden genomen bij de verlening van een omgevingsvergunning voor een inrichting gelegen op het industrieterrein. In acht nemen laat geen ruimte voor afwijking. Een omgevingsvergunning voor de inrichting moet, conform vaste jurisprudentie, worden geweigerd bij een overschrijding van de Wgh-normen. Bij het verlenen van een milieuvergunning aan een bedrijf wordt de geluidbelasting getoetst aan de geluidzone en eventuele eerder verleende hogere waarden en maximaal toelaatbare geluidbelastingen bij woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen die in deze geluidzone aanwezig zijn. Daarnaast is het realiseren van nieuwe woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen de geluidzone slechts mogelijk binnen de voorwaarden die de Wet geluidhinder hieraan stelt. Dat houdt onder meer in dat de geluidbelasting van nieuwe woningen binnen de geluidzone niet meer mag bedragen dan 50 db(a). In speciale omstandigheden kan echter hierop een ontheffing worden verleend tot een maximum van 55 db(a). 2.3 Wijziging van de geluidzone Op grond van art. 41 Wgh is het mogelijk dat een geluidzone wordt gewijzigd. Daartoe is wijziging of herziening van het bestemmingsplan noodzakelijk. Artikel 41 lid 2 stelt in geval van de wijziging van een geluidzone de volgende beperking: "een wijziging van een zone kan er niet toe strekken dat enig gebied waarbinnen met inachtneming van de al krachtens de Wm verleende vergunningen en de daaraan verbonden voorschriften een hogere geluidsbelasting, vanwege het industrieterrein, optreedt dan 50 db(a), ophoudt van de zone deel uit te maken." De kern van dit artikel is dat verkleining van een geluidzone slechts mogelijk is indien deze er niet toe leidt dat buiten de (nieuwe) geluidzone een geluidsbelasting vanwege het gezoneerde industrieterrein optreedt van meer dan 50 db(a). De nieuwe geluidzone kan vervolgens opnieuw worden vastgesteld conform de dan bestaande, feitelijke 50 db(a)-grens. Bij de bepaling van die grens moet worden uitgegaan van de toegelaten geluidsruimte die de inrichtingen op grond van hun milieuvergunning of AMvB hebben. Dat geldt ook als inrichtingen een gedeelte van de vergunde geluidsruimte (nog) niet gebruiken. Ook eventuele reserveringen op lege kavels moeten meegenomen worden. Opheffen geluidzone Op grond van art. 41 Wgh is het mogelijk dat een geluidzone wordt opgeheven. Daartoe is ook wijziging of herziening van het bestemmingsplan noodzakelijk. De geluidzone kan alleen worden opgeheven wanneer de bestemming van het terrein zodanig is gewijzigd dat het geen industrieterrein meer is. Dit komt er concreet op neer dat in het bestemmingsplan de vestiging van grote lawaaimakkers moet worden uitgesloten en dat expliciet de grens van het gezoneerde industrieterrein moet worden opgeheven. De geluidzone vervalt dan van rechtswege als de laatste zoneplichtige inrichting het terrein heeft verlaten. In dit geval is dat niet aan de orde: de geluidzone wordt aangepast maar niet opgeheven.

8 2.4 De Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit De geluidsbelasting van inrichtingen buiten een gezoneerd industrieterrein wordt niet getoetst aan de Wgh-normen. Daarvoor gelden andere normen. Deze hebben betrekking op de geluidsbelasting van de afzonderlijke inrichting. Het gaat om de geluidsbelasting vastgelegd in de omgevingsvergunning of de geluidbelasting op 50 meter afstand van de inrichting, dan wel, wanneer binnen die afstand een geluidsgevoelig object is gelegen, op dat object. Het Activiteitenbesluit gaat uit van een standaard geluidnorm van 50 db(a) op 50 meter van de inrichting. Indien binnen deze afstand een gevoelig object (zoals een woning) buiten het gezoneerde industrieterrein is gelegen geldt deze toetswaarde ook bij deze objecten. Op het bedrijventerrein is deze norm 5dB(A) hoger. Het bevoegd gezag heeft de mogelijkheid om van de standaardvoorschriften afwijkende maatwerkvoorschriften vast te stellen. 2.5 De wettelijke regeling voor zonebeheer Burgemeester en wethouders zijn belast met de taak te zorgen voor voldoende informatie over de geluidruimte binnen de geluidzone van een industrieterrein. Ter uitvoering van de zonebewaking kan een zonebeheersplan worden opgesteld. Het zonebeheerplan heeft tot doel: De geluidzone te bewaken. De Wet milieubeheer verplicht het bevoegd gezag om de geluidzone en de hogere waarden in acht te nemen. Het in acht nemen van de geluidzone biedt een wederzijdse bescherming van industrie en omwonenden. De beschikbare geluidruimte te verdelen. Dat betekent binnen het gezoneerde terrein ruimte bieden aan grote lawaaimakers, maar ook het volledig benutten van het hele terrein. Daarbij moet recht worden gedaan aan bestaande bedrijven. Een optimale invulling moet dus zowel doelmatig als rechtmatig zijn. Het zonebeheer zorgvuldig uit te voeren. Het industrieterrein geeft een complexe akoestische situatie. Samen met de bovenstaande doelen vergt dat een zorgvuldig zonebeheer. 2.6 Relatie tussen zonering industrieterreinen en ruimtelijke ordening De juridische regeling van het bestemmingsplan regelt de toelaatbare functies en toelaatbare bouwwerken. Binnen een bestemming bedrijven of bedrijventerrein worden verschillende categorieën bedrijven toegestaan. De meeste bedrijven zijn niet zoneplichtig en hoeven niet gesitueerd te worden op een gezoneerd industrieterrein. De omvang van een gezoneerd industrieterreinkan dus verschillen van de in het bestemmingsplan opgenomen bestemming voor bedrijven.

9 Figuur 1: Bedrijventerrein (paars) een gezoneerd industrieterrein (gestreept gedeelte) met geluidzone (rode lijn) In het kader van de ruimtelijke ordening geldt in het algemeen dat bij het maken van planologische keuzes uiteindelijk alle afzonderlijke, veelal onderling tegenstrijdige, belangen en daarop gerichte ruimtelijke claims tegen elkaar dienen te worden afgewogen en zo goed mogelijk onderling te worden gecoördineerd. Tot deze belangen behoren ook milieubelangen. Voor zover met het ruimtelijke ordeningsbeleid een bepaalde, gunstige kwaliteit van het milieu wordt nagestreefd om een kwalitatief hoogwaardige leefomgeving te bereiken, zal dat ook met behulp van en in overeenstemming met de milieubeleidsinstrumenten (zoals geluidzonering) moeten gebeuren. Voor wat betreft geluidsgevoelige gebouwen wordt in het kader van ruimtelijke ordening aangesloten bij de Wgh. Gevolg van bovenstaande is dat bij het maken van planologische keuzes een eventuele verslechtering van de geluidssituatie dient te worden betrokken bij de belangenafweging die uiteindelijk de keuze van functies in het bestemmingsplan zal (mede)bepalen. Concreet kan hierbij gedacht worden aan het aanhouden van een minimale afstand tussen geluidhinder veroorzakende activiteiten en geluidsgevoelige bestemmingen dan wel het treffen van maatregelen in het tussenliggende gebied die de geluidsbelasting ter plaatse van de kantoren vermindert.

10 3 Het projectgebied 3.1 Beschrijving van het gebied Het industrieterrein Uithoorn is gelegen in de gemeente Uithoorn. Het industrieterrein is vanuit de Wet geluidhinder (Wgh) aangemerkt als een gezoneerd industrieterrein voor de vestiging van zogenaamde grote lawaaimakers. Rondom het industrieterrein bevindt zich een geluidzone. In de Wet geluidhinder wordt onder een geluidzone het gebied bedoeld dat rondom een industrieterrein ligt en waarbuiten de geluidbelasting vanwege alle bedrijven op dat terrein gezamenlijk de 50 db(a) niet te boven mag gaan. Deze omschrijving houdt in dat een geluidzone een binnengrens en een buitengrens heeft. De binnengrens valt samen met de grens van het gezoneerde industrieterrein. Deze grens bepaalt welke gebieden, en daarmee welke bedrijven onder de werkingssfeer van de Wet geluidhinder vallen. In onderstaande figuur is met groen de ligging van de grens van het industrieterrein aangegeven. Figuur 2: Ligging industrieterrein Uithoorn (groen grens industrieterrein, rood zonegrens) De buitengrens is minimaal de 50 db(a) zonegrens. Ter plaatste van deze zonegrens mag de geluidbelasting van alle bedrijven op het gezoneerde industrieterrein maximaal 50 db(a) bedragen. De zonegrens moet minimaal de omvang van de 50 db(a) contour hebben, maar mag ook breder zijn. De zonegrens is in de afbeelding met een rode lijn weergegeven. De geluidzone ligt op het grondgebied van de gemeente Uithoorn en de gemeente De Ronde Venen. De gemeente Uithoorn is verantwoordelijk voor zonebeheer. De zonering van het industrieterrein Uithoorn is gebaseerd op de geluidproductie van tijdens de zonering aanwezige bedrijven en mogelijke ontwikkelingen in de toekomst. Inmiddels is de situatie fors veranderd. Door M+P is een inventarisatie gemaakt van de bedrijven die op het gezoneerde industrieterrein aanwezig zijn en de geluidsruimte waarover elk bedrijf krachtens de milieuvergunning of een algemene maatregel van bestuur (AMvB / Activiteitenbesluit) beschikt. Op het terrein bevinden zich enkele zware

11 bedrijven, meerdere lichtere bedrijven en een aantal lege kavels. Naast bedrijvigheid zijn er ook woningen aanwezig. Momenteel is er een verandering gaande van industriële aard naar meer dienstverlenende bedrijvigheid. Volgens de inventarisatie van M+P zijn er op het industrieterrein 126 bedrijven aanwezig, waarvan vijf bedrijven onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer (Wm) / Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) vallen: Koppers/Cindu, LAA Amstelkring, Cementbouw, PPG Coatings, Quaker, RWZI, gemeentewerf. Daarvan is alleen Koppers/Cindu zoneringsplichtig. De mate van geluidhinder vanwege het industrieterrein is dermate fors gedaald, dat de geluidzone aangepast kan worden. 3.2 Toekomstige ontwikkelingen In het kader van de herziening van het bestemmingsplan is nagedacht over de functies op het industrieterrein en de betekenis van het terrein voor de toekomstige ontwikkeling van bedrijvigheid in de gemeente Uithoorn. In verband daarmee zijn de voor- en nadelen in beeld gebracht van het opheffen (of gedeeltelijk opheffen) van de geluidzone (respectievelijk de- of herzonering). De akoestische gevolgen zijn door M+P onderzocht en opgenomen in het rapport Akoestisch onderzoek dezoneren industrieterrein Uithoorn 4. De basis voor dit rapport ligt in het geluidzonebeheermodel mei 2015 (de actueel vergunde en gereserveerde geluidssituatie). In het rapport worden de gevolgen van de aanpassing van de geluidzone toegelicht. Indien de gemeente het wenselijk zou achten om op het bedrijventerrein ruimte voor zwaardere bedrijven te reserveren kan het zinvol zijn om de geluidzone te handhaven. Een groot deel van de bedrijven op het gezoneerde industrieterrein Uithoorn valt echter onder de werking van het Activiteitenbesluit. De meeste bedrijven hoeven geen vergunning aan te vragen, maar kunnen volstaan met een melding. De invloed van deze bedrijven op de omgeving is beperkt. De bedrijven tellen akoestisch wel mee in het zonebewakingsmodel. Het Activiteitenbesluit gaat uit van een standaard geluidnorm van 50 db(a) bij gevoelige objecten (zoals een woning). Handhaven van de zonering is voor deze bedrijven niet relevant en misschien zelfs beperkend door de hoge administratieve lasten bij vergunningprocedures gekoppeld aan het zonebeheer. Van de aanwezige bedrijven behoort allen Cindu/Koppers (gelegen aan de Amsteldijk-Noord) tot zoneringsplichtige bedrijven. Het gebied waarop het bedrijf is gevestigd moet dan ook gezoneerd blijven. Voor het gebied van Amstelkring (gedeelte van het industrieterrein gelegen in de gemeente De Ronde Venen) is het noodzaak van zonering niet zeker. De gemeente De Ronde Venen heeft nog geen beslissingen gemaakt over de mogelijke dezonering. 4 Rapportnummer M+P.GU van 11 mei 2015

12 4 Gevolgen van de aanpassing van de geluidzone 4.1 Gevolgen van aanpassing van de geluidzone voor bedrijven Bij de bedrijven met een vergunning en de bedrijven die onder de algemene regels vallen (type B bedrijven Activiteitenbesluit) waarbij maatwerkvoorschriften zijn opgelegd, liggen de geluidrechten min of meer vast. Deze rechten wijzigen niet bij herzonering. De beoordelingskader verandert in een dergelijk geval wel. In de beoordeling van de geluidsituatie worden ook woningen meegenomen die vóór de aanpassing van de geluidzone op het gezoneerd industrieterrein lagen en voor geluidtoetsing niet relevant waren, en nu buiten de grenzen van het gezoneerde industrieterrein komen liggen en wel door de Wet geluidhinder worden beschermd Vergunningsplichtige bedrijven Voor vergunningsplichtige bedrijven op een gezoneerd industrieterrein geldt dat bij vergunningverlening de geluidsgrenswaarden van de Wgh in acht moeten worden genomen. Dit betekent dat de totale geluidbelasting van alle bedrijven bij elkaar op de zonegrens niet meer mag bedragen dan 50 db(a). Indien in de geluidzone woningen, of andere geluidsgevoelige bestemmingen, aanwezig zijn wordt de geluidbelasting van de bedrijven getoetst aan de maximaal toegestane geluidbelasting (MTG) of vastgestelde hogere waarden (met maximum van 60 db(a) voor bestaande woningen). Bij bedrijven die niet op een gezoneerd industrieterrein liggen wordt niet de cumulatieve geluidbelasting van alle bedrijven getoetst, maar de individuele invloed van elk bedrijf op de aanwezige geluidsgevoelige bestemmingen. Dit houdt in dat in de milieuparagraaf van de omgevingsvergunning veelal specifieke geluidsvoorschriften worden opgenomen die per bedrijf kunnen verschillen. In principe is geluid in een omgevingsvergunning altijd maatwerk. Een akoestisch onderzoek moet laten zien hoeveel geluid een bedrijf maakt, en wat met inachtneming van de best beschikbare technieken (BBT) haalbaar is. Op basis daarvan worden door het bevoegd gezag geluidsnormen in de vergunning opgenomen. Daarbij worden alle geluidsgevoelige bestemmingen in de omgeving beoordeeld. Bij het bepalen van de geluidsnormen wordt vaak aansluiting gezocht bij de Handreiking industrielawaai en vergunningverlening. Daarin wordt aandacht besteed aan de relatie tussen de kwaliteit van de omgeving en de hinder vanwege bedrijfsactiviteiten. Er wordt in principe uitgegaan van de waarde van 50 db(a) bij de woningen. Het bevoegd gezag kan onderbouwd strengere of ruimere norm in een omgevingsvergunning opnemen AMvB-bedrijven Algemene regels voor branches en bedrijven komen voort uit de Wet milieubeheer en zijn opgenomen in algemene maatregelen van bestuur (AMvB's). Bedrijven die onder zo'n besluit vallen hebben geen milieuvergunning nodig, maar moeten wel voldoen aan de voorschriften van het besluit. Voor deze AMvB-bedrijven gelden algemene, en dus niet zoals bij een bedrijf met een milieuvergunning, voor het specifieke geval omschreven

13 geluidsvoorschriften. Deze voorschriften houden over het algemeen in dat een geluidbelasting van 50 db(a) gedurende de dagperiode ter plaatse van de gevel van de meest nabij gelegen woning is toegestaan. Voor de avond- en nachtperiode gelden resp. 5 db(a) en 10 db(a) strengere normen. Een nadeel van dit algemene voorschrift is dat een bedrijf waar de meest nabij gelegen woning zich op grote afstand bevindt, hiermee dus over een (zeer) grote geluidsruimte zou kunnen beschikken. Daarom is een apart geluidsvoorschrift voor bedrijven op bedrijventerreinen opgenomen in het Activiteitenbesluit. Indien binnen een afstand van 50 meter geen gevoelige gebouwen (zoals woningen) zijn gelegen, geldt het voorschrift van 50 db(a) op een afstand van 50 meter. Het geluid van alle AMvB-bedrijven die aanwezig zijn op een gezoneerd industrieterrein moet worden meegenomen bij het bepalen van het geluidsniveau dat door het industrieterrein wordt veroorzaakt. De beoordeling vindt plaats op de zonegrens en op de woningen gelegen in de geluidzone. In het geval dat AMvB- bedrijven niet meer op een gezoneerd industrieterrein gelegen zijn, vindt de beoordeling plaats op de meest nabij gelegen woning of op 50 meter van de grens van de inrichting. 4.2 Gevolgen van aanpassing van de geluidzone voor woningen Het beschermingsniveau van woningen is afhankelijk van de locatie van deze woningen. In geval van geluidszonering zijn er drie situaties te onderscheiden: Woningen gelegen op een gezoneerd industrieterrein; Woningen gelegen op een niet gezoneerd bedrijventerrein; Woningen gelegen in de zone van een gezoneerd industrieterrein. Woningen op gezoneerde industrieterreinen zijn geen geluidgevoelige objecten. Buiten de grenzen van een gezoneerd industrieterrein gelden de geluidsnormen op de gevels van de woningen. De Wet geluidhinder, de Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit bevatten normen bedoeld om de woningen te beschermen. In de onderstaande figuur zijn de verschillen in de geluidsnormen weergegeven.

14 Figuur 3: Beschermingsniveau van geluidsgevoelige bestemmingen Woningen op een gezoneerd industrieterrein Woningen op gezoneerde industrieterreinen (geen geluidgevoelige objecten) vormen geen beperking voor de op het gezoneerde industrieterrein aanwezige bedrijven. In de huidige situatie binnen de grenzen van het industrieterrein zijn de volgende woningen gesitueerd: Industrieweg 2; deze woning heeft een woonbestemming; wooneenheden (woonwagens en woningen) aan de Thamerweg; op deze locatie ligt geen woonbestemming, de bewoning is illegaal. Figuur 4: Situering woningen op het industrieterrein De geluidsbelasting op deze woningen ten gevolge van alle inrichtingen op het gezoneerd industrieterrein bedraagt in huidige situatie maximaal 57 db(a) bij de woning aan de Industrieweg 2. Een dergelijke geluidsbelasting wordt in een bedrijfsomgeving als acceptabel beschouwd in relatie tot het woon en leefklimaat. Status van de woningen gelegen op een gezoneerd industrieterrein verandert na herzonering. De woningen gelegen oorspronkelijk op het industrieterrein moeten door deze wijziging als geluidgevoelig worden beoordeeld. De vestigings- en uitbreidingsmogelijkheden van met name de zwaardere categorieën van bedrijven kunnen hierdoor worden beperkt. In geval van herzonering zou de geluidbelasting vanwege Cindu/Koppers maximaal 49 db(a) bedragen bij de beschouwde woningen op het industrieterrein. Indien de woningen als gevolg van herzonering geluidsgevoelig worden, is derhalve geen hogere waarde benodigd. De geluidbelasting bij deze woningen veranderd feitelijk niet. Echter door dezonering van een grote deel van het industrieterrein worden mogelijkheden voor vestiging van bedrijven die veel geluid produceren beperkt. Ook mogelijke bijdrage van Cindu/Koppers wordt door veel kleinere geluidzone bepaald. Dat

15 betekent dat het bedrijf geen geluidruimte van andere bedrijven kan gebruiken (zoals het in huidige situatie mogelijk is). Bij mogelijke herzonering moet ook de geluidbijdrage van individuele inrichtingen op de woningen beoordeeld worden. Na herzonering wordt namelijk in geval van bedrijven die buiten het gezoneerd industrieterrein liggen niet de cumulatieve geluidbelasting getoetst. Deze bedrijven moeten dan voldoen aan de normen van de Wet milieubeheer of het Activiteitenbesluit. Op basis van inventarisatie van M+P 5 kan worden gesteld dat alleen in geval van bedrijven gelegen op Industrieweg 4 (voormalige Snuffelmarkt, momenteel braakliggend) en Thamerweg 78 (Klaassen) sprake is van groter geluidbijdrage dan wat toegestaan is. Toekomstige bedrijfsactiviteiten op de locatie van het voormalige Snuffelmarkt zouden aan de normen van het Activiteitenbesluit moeten voldoen. De eventuele maatwerkvoorschriften (indien nodig) moeten in het kader van vergunningverlening opgelegd worden. In geval van Klaassen is de geluidbijdrage hoger dan vergund, maar lager dan 55 db(a) dat als acceptabel wordt gezien voor woningen op bedrijventerreinen. In geval van Klaassen zouden maatwerkvoorschriften opgelegd kunnen worden of zou het bevoegd gezag de ruimte van 52 db(a) aan het bedrijf kunnen toekennen. De maximale geluidniveaus vormen geen belemmering voor herzonering. Bij meeste bedrijven zijn geen normen anders dan in het Activiteitenbesluit opgelegd. Het bevoegd gezag kan kiezen om actief maatwerkvoorschriften wat de maximale geluidniveaus betreft op te leggen Woningen op een niet gezoneerd bedrijventerrein Op basis van de Wabo kan het bevoegd gezag een vergunning verlenen aan een inrichting. Bij de beoordeling van de geldende normen wordt verschil gemaakt tussen eigen bedrijfswoning(en), bedrijfswoningen van derden 6 en gewone woningen. De gewone woningen op een bedrijventerrein zijn altijd geluidsgevoelig. In de systematiek van de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening (hoofdstuk 4) wordt aan bedrijfswoningen (van derden) geen lager beschermingsniveau geboden dan aan (burger)woningen. Bedrijfswoningen van derden zijn volgens de Handreiking in principe gewoon woningen van derden. Bedrijfswoningen die bij de inrichting horen waarvoor de milieuvergunning wordt verleend hoeven natuurlijk niet te worden beschermd. 5 Akoestisch onderzoek dezoneren industrieterrein Uithoorn 6 Bedrijfswoningen bij het eigen bedrijf krijgen geen bescherming tegen geluid van eigen activiteiten. De Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit beschermen alleen de omgeving van de inrichting - dus alles dat geen onderdeel uitmaakt van de inrichting zelf. De bedrijfswoningen worden wel beschermd tegen geluid afkomstig van andere bedrijven. Woningen niet zijnde bedrijfswoningen worden altijd beschermd.

16 Voor bedrijfswoningen en voor (burger)woningen op een bedrijventerrein wordt voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau een lager beschermingsniveau dan buiten een bedrijventerrein aanvaardbaar geacht. Daarbij geldt een streefwaarde van 55 db(a) en een maximale grenswaarde van 65 db(a). Op basis van de algemene regels is per bedrijf een geluidbelasting van 50 db(a) toegestaan. Indien drie verschillende bedrijven elk 50 db(a) mogen veroorzaken bij dezelfde woning kan de geluidsbelasting daar theoretisch oplopen tot 55 db(a) indien deze bedrijven gelijktijdig en volledig hun geluidruimte benutten. Dat is ook het niveau dat in de zone van een gezoneerd industrieterrein als hoogst toelaatbaar wordt toegestaan. Om dit te voorkomen kan het bevoegd gezag bij herzonering nodige maatwerkvoorschriften aan de bedrijven opleggen Woningen in de geluidzone Voor woningen gelegen in de geluidzone worden hogere waarden vastgesteld, met een maximum van 55 db(a) voor nieuwe situaties en maximaal 60 db(a) voor bestaande woningen. De hogere waarden zijn gebaseerd op de geluidimmissie van alle bedrijven op het gezoneerde industrieterrein. In geval van herzonering kunnen woningen in de geluidzone blijven of daarbuiten komen te liggen. Dat betekent verschil in het beschermingsniveau. De geluidbelasting van de woningen die in de zone blijven wordt getoetst op basis van de geluidproductie van de bedrijven die nog steeds op het gezoneerde industrieterrein gelegen zijn. In geval van herzonering van het industrieterrein Uithoorn zal in de eindsituatie alleen de geluidbelasting vanwege de Cindu/Koppers bepalend zijn. De aanpassing (verkleining) van de geluidzone betekent voor een aantal woningen dat de geluidbelasting vanwege de gezoneerde gedeelte van het bedrijventerrein in de toekomst zal afnemen. Dat betekent dat de verleende hogere waarden in de toekomst aangepast moeten worden. Dergelijke aanpassing zal plaats vinden op moment van de vaststelling van de geluidzone voor het gebied rondom Cindu/Koppers. In tabel 1 is een overzicht van de geluidbelasting bij de woningen vanwege het gezoneerde industrieterrein in de huidige situatie en na herzonering weergegeven. Tabel 1 Geluidbelasting bij de woningen Omschrijving Cindu/Koppers Amstelkring Huidige situatie Amstelkade , ,3 Amstelkade ,7 24,5 55,9 Amstelkade ,1 28,1 55,4 Amstelkade ,5 34,9 55,7 Amstelkade ,7 45,3 50,1 Amstelkade 113/14 53,8 46,4 54,2 Amstelkade ,5 39,9 54,8 Amstelkade ,7 45,2 Amsteldijk Noord 26 49,4 27,8 55,7 Amsteldijk Noord 32a 49,7 25,6 53,3 Amsteldijk Noord 78/79 56,1 39,2 56,5 Amsteldijk Noord ,3 39,4 55,7 Amsteldijk Noord 85 51, ,8

17 Amsteldijk Noord ,8 52,5 Amsteldijk Noord 95 49,3 37,8 55,4 Amsteldijk Noord ,1 30,8 52 Thamerweg ,9 59,4 De aanpassing van hogere waarden (verlaging) zal in de toekomst bijdragen aan de extra bescherming van de omliggende gebieden.

18 5 Varianten zonering 5.1 Inleiding In 2012 is door M+P ten behoeve van de mogelijke aanpassing van de grens van het industrieterrein vanwege de aanwezigheid van de nieuwe woonwijk Vinckebuurt, een actualisatie van het zonebeheermodel uitgevoerd. Hierbij kwam aan het licht dat er veel bedrijven zijn gevestigd op het industrieterrein die niet in het zonemodel waren opgenomen. De ontbrekende bedrijven vallen allemaal onder het Activiteitenbesluit. Zij zijn opgenomen in het zonebeheermodel. De vergunningsplichtige bedrijven zijn getoetst aan hun vigerende geluidsvoorwaarden. Amstelkring is op basis van hun laatste vergunningsaanvraag (najaar 2011) opgenomen in het zonebeheermodel. Op basis van de aanpassingen van het model is een overschrijding van de geluidzone op drie punten geconstateerd. Ook is vastgesteld dat bij enkele woningen de hogere waarden aangepast moesten worden. Op grond van artikel 41 van de Wet geluidhinder kan de geluidzone worden opgeheven. Dat heeft tot gevolg dat er géén grote lawaaimakers op het terrein meer zijn toegestaan. Het terrein wordt volgens de Wet geluidhinder niet meer een industrieterrein genoemd. Aangezien op het industrieterrein Uithoorn wel zoneringsplichtige bedrijven aanwezig zijn is de dezonering van het industrieterrein niet aan de orde. Voor de aanwezige grote lawaaimakkers is het behoud van de zonering (in ieder geval in beperkte omvang) noodzakelijk. Zonering was oorspronkelijk bedoeld voor industrieterreinen met grote, veel lawaai producerende bedrijven. In dergelijke situaties biedt zonering bescherming aan bewoners van woningen buiten het industrieterrein. Het geluid van alle bedrijven bij elkaar mag ter plaatse van de zonegrens niet meer zijn dan 50 db(a). Tegelijkertijd biedt zonering rechtszekerheid aan bedrijven. Woningbouw binnen de geluidzone is aan beperkingen onderhevig en kan alleen gerealiseerd worden na een hogere waarde procedure waarbij inspraak mogelijk is voor bedrijven. Zolang er geluidsruimte binnen de zone aanwezig is, biedt het gezoneerde industrieterrein theoretisch mogelijkheden voor de vestiging van zwaardere bedrijven (met name midden op het terrein). Er zijn echter veel nadelen van zonering. De geluidzone moet worden beheerd, met extra kosten en procedures bij ontwikkelingen van bedrijven en woningbouw. Zonder geluidverdelingsplan (zonebeheersplan) kunnen enkele bedrijven veel geluidsruimte claimen, waardoor de andere bedrijven worden beperkt in hun activiteiten. De invloed van het industrieterrein is namelijk gekoppeld aan de gezamenlijke bijdrage van alle bedrijven. De voordelen van zonering zijn vooral te zien bij industrieterreinen met grote bedrijven. Bij industrieterreinen waar de meeste bedrijven onder het Activiteitenbesluit vallen, kan de zonering vooral beperkingen voor alle belanghebbenden betekenen, zonder duidelijke meerwaarde voor het behoud van de kwaliteit van de leefomgeving. Voor industrieterreinen met veel AMvB-bedrijven en enkele grote bedrijven is gedeeltelijke zonering een oplossing. De gronden waarop de geluidproducerende bedrijven aanwezig zijn of zich mogen vestigen blijven gezoneerd en de omliggende gebieden krijgen een status van niet gezoneerd bedrijventerrein. Een dergelijke oplossing past beter bij de activiteiten op het

19 bedrijventerrein/industrieterrein en biedt gelijkwaardige bescherming aan de omliggende gebieden. 5.2 Wijzigen geluidzone / herzoneren De geluidzone kan in het bestemmingsplan gewijzigd worden opgenomen. De randvoorwaarde is dat er buiten de nieuwe geluidzone geen geluidbelasting optreedt van meer dan 50 db(a). De nieuwe geluidzone moet genoeg ruimte voor zware industrie garanderen. De 50 db(a) contouren na herzonering zijn in bijlage 1 weergegeven. De voordelen van wijzigen van de geluidzone zijn: minder administratieve lasten voor bedrijven en voor overheid; de aard van de bedrijvigheid wordt juridisch meer in overeenstemming gebracht met het karakter van het huidige gebruik van het gebied; de mogelijkheden met betrekking tot de ontwikkeling voor woningbouw en/of kantoren op de gedezoneerde gedeelte; de overblijvende geluidzone moet worden beheerd; de kosten en procedures worden echter sterk beperkt. De aanpassing van de zone betekent echter dat aandacht besteed moet worden aan enkele aspecten. De juridische geluidsruimte beschikbaar voor meldingsplichtige bedrijven is standaard opgenomen in het Activiteitenbesluit. De gemeente kan kiezen om deze ruimte actief te beperken door het toepassen van maatwerkvoorschriften afhankelijk van de aard en de activiteiten van een bedrijf. Bij verkleining van het gezoneerde industrieterrein worden de mogelijkheden voor vestiging van grote lawaaimakers beperkt. Dat betekent echter geen verlaging van de toegestane maximale milieucategorie, maar alleen uitsluiting van grote lawaaimakers. Het gaat hier om theoretische uitsluiting. De kans dat op relatieve kleine kavels op het industrieterrein grote lawaaimakers zich kunnen vestigen is bijzonder klein. Bij een eventuele zoneaanpassing dient een hogere waarde procedure gevolgd te worden voor de woningen die in de nieuwe geluidzone komen te liggen. Het gaat om één woning gelegen in de huidige situatie op het gezoneerde industrieterrein, namelijk woning aan de Industrieweg 2. Voor vier woningen en woonwagens aan de Thamerweg heeft de gemeente al gebruik gemaakt van een overgangstermijn voor woonwagens (bij het vaststellen van het bestemmingsplan). Dit gebied wordt niet aangewezen als een woonwagenkamp. Bewoning van de woningen en woonwagens wordt gezien als illegaal. Een woonwagenstandplaats wordt in het bestemmingsplan niet opgenomen. Voor de woningen worden geen hogere waarden verleend. In de huidige geluidzone van het industrieterrein Uithoorn (buiten de grenzen van het industrieterrein zelf) bevinden zich woningen die na herzonering binnen de nieuwe geluidzone gaan liggen. Voor deze woningen moeten hogere waarden verleend of aangepast worden, met maximum van 60 db(a). Het is belangrijk om op te merken dat ook bij de handhaving van de huidige zonering de aanpassing van de zone en het verlenen van hogere waarden noodzakelijk zal zijn in verband met vastgestelde overschrijdingen. In het geval van herzonering is de aanpassing van relevante bestemmingsplannen van belang. De nieuwe geluidzone moet namelijk

20 opgenomen worden in de vigerende bestemmingsplannen of vastgesteld worden met het gebruik van een facetbestemmingsplan, waarin alleen de zonering wordt opgenomen. In geval van het industrieterrein Uithoorn zijn twee gemeenten bevoegd om op hun eigen grondgebied de bestemmingsplannen aan te passen. Het gezoneerd industrieterrein en de geluidzone liggen namelijk in de gemeente Uithoorn en de gemeente De Ronde Venen. Het gebied van Amstelkring blijft een belangrijk aandachtspunt voor de herzonering. De gemeente De Ronde Venen heeft nog geen duidelijke plannen voor dit gebied. Er kan ook niet uitgesloten worden dat de gemeente wenselijk vindt om de zonering voor Amstelkring te behouden. Voor het gebied van Amstelkring wordt een apart bestemmingsplan opgesteld. Op basis daarvan kan de toekomstige zonering van dit gebied bepaald worden. Bij deze toekomstige aanpassingen zal rekening gehouden moeten worden met de vaststelling van de geluidzone voor Cindu/Koppers. De grenswaarden van de Wet geluidhinder, de Wet milieubeheer en het Activiteitenbesluit samen met de mogelijkheden om de nieuwe geluidzone ruimtelijk vast te leggen, vormen de uitgangspunten voor de herzonering. Voor herzonering wordt uitgegaan van de volgende aanpak: Stap 1 Cindu/Koppers en Amstelkring gezamenlijk gezoneerd De geluidzone van het industrieterrein ligt gedeeltelijk op het grondgebied van de gemeente Uithoorn en gedeeltelijk op het grondgebied van de gemeente De Ronde Venen. Aangezien de aanpassing van de bestemmingsplannen voor het gebied van het industrieterrein in de gemeente Uithoorn veel sneller plaats gaat vinden dan de aanpassing van het bestemmingsplan voor het buitengebied in de gemeente De Ronde Venen, is gelijktijdige aanpassing van de geluidzone in beide gemeenten onmogelijk. In een dergelijk geval kan gekozen worden voor dezonering van het industrieterrein met uitzondering van Cindu/Koppers en Amstelkring. Deze bedrijven gaan na de vaststelling van het bestemmingsplan een gezoneerd industrieterrein vormen. De nieuwe geluidzone zal aan de kant van de gemeente Uithoorn bepaald worden op basis van de geluidscontouren van Cindu/Koppers. In figuur 5 zijn de 50 en 55 db(a) geluidscontouren gegeven rondom Cindu/Koppers. Figuur 5: Situering 50 db(a) (zwart) en 55 db(a) (rood) geluidscontour rondom Cindu/Koppers

21 De geluidzone zal aansluiten op de huidige geluidzone op het grondgebied van de gemeente De Ronde Venen. Als gevolg daarvan zal een tijdelijke geluidzone ontstaan (zie figuur 7) die in stand zal blijven tot de aanpassing van het bestemmingsplan voor het buitengebied in de gemeente De Ronde Venen. In het kader van deze aanpassing zal het gebied van Amstelkring gedezoneerd kunnen worden. Op dat moment zal in het bestemmingsplan de nieuwe geluidzone van Cindu/Koppers opgenomen worden. Figuur 7: Tijdelijke geluidzone en Situering 50 db(a) (zwart) en 55 db(a) (rood) geluidscontour rondom Cindu/Koppers en Amstelkring In de omgeving zijn meerdere woningen die nu in de geluidzone van het industrieterrein liggen en die ook binnen de nieuwe geluidzone van Cindu/Koppers blijven. Figuur 8: Situering woningen in de nieuwe geluidzone Voor deze woningen zouden in het kader van herzonering hogere waarden verleend moeten worden. De geluidbelasting vanwege Cindu/Koppers is lager dan de maximale ontheffingswaarde van 60 db(a) Stap 2 Aparte (de)zonering van Amstelkring Het is nog niet duidelijk of de gemeente De Ronde Venen de zonering van Amstelkring in stand wil houden. Het bestemmingsplan voor het buitengebied en het bestemmingsplan voor het gebied van Amstelkring is in voorbereiding, maar er is nog geen concrete planning hiervoor. Het behoud van de geluidzonering voor Amstelkring zal tijdelijk zijn Aparte zonering van Cindu/Koppers en Amstelkring In het kader van de mogelijke herzonering van het industrieterrein Uithoorn ontstaat situatie waarin in beide gemeenten een klein gebied gezoneerd blijft.

22 Het zonebeheer ligt in dergelijke situatie niet vanzelfsprekend bij de gemeente Uithoorn. Beide gebieden (Cindu- Koppers en Amstelkring) kunnen apart gezoneerd worden. Het beheer van de geluidzones zal gezien de kleine omvang van de gezoneerde gedeeltes heel beperkt zijn. De zones zullen in beide gevallen gedeeltelijk liggen op het grondgebied van de aangrenzende gemeente. De geluidzones zullen dus door beide gemeenten via een facetbestemmingsplan vastgesteld moeten worden Industrieweg 16 RWZI Figuur 9: Situering geluidzones RWZI (rioolwaterzuiveringsinstallatie) is een bedrijf dat afhankelijk van de omvang (capaciteit) wel of niet zoneringsplichtig is. De zoneringsplicht bestaat vanaf de grens van i.e. (inwoner equivalenten). Omdat de mogelijkheid bestaat dat in de toekomst een dergelijke uitbreiding nodig zou zijn, moet bij eventuele herzonering daarmee rekening worden gehouden. De capaciteit van de RWZI is momenteel i.e. 7 Ondanks dat er geen concrete plannen zijn voor uitbreiding tot boven de i.e wordt er momenteel wel op abstract niveau gekeken of gemeentes kunnen samenwerken in de waterketen. Mogelijk leidt dit tot koppeling van de rioleringsystemen uit verschillende gemeenten. Daarmee zal de RWZI Uithoorn aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid boven de i.e uitkomen. De geluidsbelasting vanwege de RWZI bedraagt in de huidige situatie maximaal 31 db(a) bij de woningen op het industrieterrein. Omdat de geluidbelasting ruim onder de grenswaarden is, wordt naar verwachting ook bij een uitbreiding van de RWZI voldaan aan de standaard grenswaarden bij de woningen op het huidige gezoneerde industrieterrein. In figuur 10 zijn de 50 en 55 db(a) geluidscontouren gegeven rondom de RWZI. 7 Met gemeten feitelijk toevoer van circa i.e.

23 Figuur 10: Situering 50 db(a) (zwart) en 55 db(a) (rood) geluidscontour rondom RWZI De RWZI is gesitueerd op een grote afstand van de andere zoneringplichtige bedrijven (Cindu/Koppers). Het behouden van de gezamenlijke zonering is daarom niet wenselijk. Voor de RWZI wordt daarom gekozen voor dezonering met maatregelen die voor het behoud van de nodige geluidruimte moeten zorgen, bijvoorbeeld een aanduiding in het bestemmingsplan waarbinnen geen woningen (ook bedrijfswoningen) zijn toegestaan. Een de aanduiding zal minimaal de omvang van de mogelijke geluidzone en geurzone van de RWZI hebben. Zonder geluidsen geurgevoelige bestemmingen in de omgeving van de RWZI kan het bedrijf altijd opnieuw gezoneerd worden.

24 6 Conclusies Aangezien er op het industrieterrein Uithoorn alleen enkele grote lawaaimakers aanwezig zijn en het terrein ook niet het karakter heeft van een zwaar industrieterrein waarop in de toekomst dergelijke inrichtingen gefaciliteerd zouden moeten worden, wordt de geluidzone aangepast. Dit wordt gedaan door in het nieuwe bestemmingsplan(en) op te nemen dat: op de gronden behorende tot een bedrijventerrein maar niet tot een gezoneerd industrieterrein, geen grote lawaaimakers zijn toegestaan; de grens van het gezoneerde industrieterrein wordt aangepast en op de verbeelding aangegeven; de geluidzone wordt aangepast; voor de woningen die in de nieuwe geluidzone komen liggen worden hogere waarden verleend; hogere waarden van de woningen die in de nieuwe situatie buiten de geluidzone liggen van rechtswege vervallen. Op basis van de beschikbare gegevens wordt geconcludeerd dat het herzoneren van het Uithoornse industrieterrein de bestaande geluidrechten van de daar nu gevestigde bedrijven niet zal schaden. Dit blijkt uit een akoestisch onderzoek. Gelijktijdig met de herzonering worden maatwerkvoorschriften opgelegd aan de AMvB bedrijven die deze nog niet hebben opgelegd gekregen. Daarmee wordt een cumulatieve geluidsbelasting van meer dan 50 db(a) bij de momenteel aanwezige gevoelige gebouwen voorkomen. Bestaande vergunning- en maatwerkvoorschriften kunnen vooralsnog ongewijzigd blijven. De woningen gelegen op het nu gezoneerde gedeelte vormen geen beperking voor herzonering. Bij deze woningen is de geluidbelasting vanwege het in de toekomst gezoneerde gebied lager dan de ontheffingswaarde van 60 db(a) voor bestaande woningen. Voor deze woningen zullen hogere waarden verleend moeten worden. Herzonering van het industrieterrein beperkt de administratieve lasten voor bedrijven en maakt het beheer van de geluidsruimte makkelijker. Herzonering past ook bij het beeld van het gebied, met veel kleine bedrijven en weinig grootschalige industrie. Gedeeltelijk handhaven van de geluidzone biedt voldoende ruimte voor zoneringsplichtige bedrijven en past bij de ambities van de gemeente voor het overblijvende gebied: een bedrijventerrein met voldoende flexibiliteit voor kleine en middelgrote bedrijven. Arnhem, 11 november 2015