Trivizier. Eindbod onaanvaardbaar. Ledenraadpleging

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Trivizier. Eindbod onaanvaardbaar. Ledenraadpleging"

Transcriptie

1 Trivizier Ledenraadpleging eindbod Ziek van je werk Werkbezoek Aruba, Sint Maarten, Curaçao Eindbod onaanvaardbaar jaargang 71 nummer 5 mei

2 COLOFON Verschijnt 10 maal per jaar issn Te controleren minimale oplage: exemplaren REDACTIE Henri Lansink en Peter REDACTIEMEDEWERKERS Jacques van Hulsen, Flip Lodesteyn, Louis Schipper en Jef Stassen SOCIALE MEDIA KOPPEN Volle zaal KhK Utrecht bij uitleg vakbonden over eindbod defensie!!! Dit biedt Defensie Uiteindelijk kwam Defensie met dit eindbod op tafel. Er viel niet over te praten. Lees en huiver. Alle verbeteringen mag u zelf betalen. Lees verder op pagina 7 VORMGEVING Studio VBM DRUK Senefelder Misset, Doetinchem VERANTWOORDELIJKHEID Het Algemeen Bestuur is verantwoordelijk voor de inhoud en gevolgen van redactionele artikelen. De redactie behoudt zich het recht voor om niet-redactionele artikelen in te korten of te weigeren. Aan de inhoud van de Trivizier kunnen geen rechten worden ontleend. Overname van artikelen alleen na verkregen toestemming van de redactie en met bronvermelding. LIDMAATSCHAP Leden van de VBM kunnen op elk gewenst moment hun lidmaatschap opzeggen. Bij een opzegging voor 1 december van een jaar eindigt het lidmaatschap op 31 december van dat jaar. Opzeggingen die in de maand december worden ontvangen worden pas op 31 december van het daaropvolgend jaar geëffectueerd. ABONNEMENTEN Abonnementen voor-niet-leden van de VBM kosten 9,65 per kwartaal (bij vooruitbetaling). VBM DEN HAAG (BEZOEKADRES) Ametisthorst HN Den Haag VBM DEN HELDER (BEZOEKADRES) Havengebouw, kamer 4-12 Het Nieuwe Diep AD Den Helder POSTADRES Postbus AA Den Haag SOCIALE MEDIA twitter.com/mijnvbm TELEFOON/ ADRES of MDTN (sterretje dan nummer) * Fax 070 vbm@mijnvbm.nl ledenadministratie@mijnvbm.nl twitter.com/mijnvbm facebook.com/mijnvbm Download de VBM-app. Verkrijgbaar in de App Store, Google Play, vbm.info en bbtv.nl In deze Trivizier vindt u op verschillende pagina s QR-buttons. Scan deze buttons met de QR-reader op uw smartphone/ tablet. Nog niet op uw device, download dan de (I-nigma)app. Ledenraadpleging De VBM wil graag weten wat u als lid vindt van het slik of stik eindbod van Defensie. Daarom houden we een ledenraadpleging. Reageer! Lees verder op pagina 27 Zij maakten zich verdienstelijk Een aantal leden van de VBM heeft zich verdienstelijk gemaakt voor de krijgsmacht en/of de samenleving. Trivizier zet hen (nogmaals) in het zonnetje. Lees verder op pagina 30 Ziek van je werk? Wat dan? De afgelopen tientallen jaren zijn we regelmatig opgeschrikt door mogelijke ziekmakende werkomstandigheden bij Defensie. Hier een overzicht. Lees verder op pagina 42 Coulanceregeling chroom-6 Minister Hennis dacht eenzijdig de coulanceregeling chroom-6 te kunnen wijzigen. Dus niet! Maar wat zou er volgens het RIVM kunnen wijzigen? Een vergelijking. Lees verder op pagina 53 VBM-app krijgt upgrade De VBM-app is in één jaar tijd meer dan 2000 keer geïnstalleerd. De VBM presenteert nu een verbeterde en vernieuwde app. Lees verder op pagina 57 Aangesloten bij het Ambtenarencentrum (AC)

3 IN DEZE TRIVIZIER 4 Eindbod onaanvaardbaar! Het zijn onrustige tijden bij Defensie. De bonden aanvaarden geen slikken of stikken dictaat van de werkgever Defensie. Lees vanaf pagina 4 waarom. 32 Werkbezoek Aruba, Sint Maarten en Curaçao Jean Debie en Jef Stassen brachten een bezoek aan drie eilanden in het Caribisch gebied. Wat waren hun bevindingen? En welke punten pakt de VBM aan? 50 Niet rotzooien met conditieproef Eén ding is duidelijk: het niet afleggen of het niet voldoen aan de Defensie conditieproef (DCP) kan nooit rechtspositionele gevolgen hebben. Rubrieken: 26 Actiebijeenkomsten 48 Geachte redactie! 28 AOW-gat burgers 52 VBM ongevallenverzekering 29 Debies visie 54 Veel gestelde vragen 36 Juridische zaken 56 Verenigingsnieuws 37 Lodesteyns column 58 Human interest 38 Memo, reünies en betaaldata 59 Sociaal Fonds MSF 40 Mario s column 60 Familieberichten/50 Jaar lid 41 Medezeggenschap 62 Vraag en aanbod & colofon 44 AOW-gat (militairen) 63 Puzzel 46 Coalitie voor Veiligheid 64 Wat doet uw bond voor u?

4 U kunt uw reactie geven van donderdag 4 mei 2017 vanaf uur tot en met donderdag 18 mei uur (Nederlandse tijd).* * te laat ontvangen schriftelijke reacties worden ongeldig verklaard Eindbod onacceptabel Voor u ligt een speciale editie van de Trivizier. In deze editie vindt u de volledige tekst van het eindbod dat Defensie op 18 april 2017 heeft uitgebracht. In de rechterkolom in een rode tekstkleur geven wij op onderdelen een korte toelichting. Wij hechten eraan te melden dat de tekst van het eindbod niet tussen Defensie en de bonden gezamenlijk is opgesteld. Als we het met Defensie eens hadden kunnen worden over een pakket arbeidsvoorwaarden, dan was u ook geen eindbod maar een onderhandelingsresultaat gepresenteerd. Over onderdelen van de tekst is wel gesproken, soms zelfs overeenstemming bereikt, maar op vele en zeker op de meest essentiële onderdelen bevat de tekst van het eindbod niet meer of minder dan de opvatting van Defensie. Dat wat Defensie vindt dat verstandig, verantwoord, goed voor u is. Hieronder geven wij onze opvatting, onze waardering, onze appreciatie van het eindbod. Reacties via: eindbod@mijnvbm.nl De Vakbond voor Burger en Militair defensiepersoneel (VBM) heeft in haar statuten staan dat zij de leden door middel van een referendum raadpleegt over een arbeidsvoorwaardenresultaat. Vele jaren is dit middel ingezet om het verenigingsstandpunt te bepalen. Voor het eerst doet zich echter een bijzondere situatie voor. Ondanks de vele pogingen om tot een resultaat te komen, is het niet gelukt om tot een vergelijk met Defensie te komen. Defensie heeft vervolgens besloten een eindbod op tafel te leggen. Daarmee is ongewild een slikken of stikken-situatie ontstaan. De vraag die met het uitbrengen van een eindbod op tafel lag, was hoe een verenigingsstandpunt te bepalen. Twee opvattingen vochten daarbij om voorrang. Aan de ene kant de opvatting dat we geen uitgebreid en langdurig proces van achterbanraadpleging in moeten gaan, als we als uw belangenbehartigers geen door ons gedragen resultaat van vrije onderhandelingen kunnen presenteren. Aan de andere kant de opvatting dat het voor een democratische vereniging raar zou zijn om de leden niet te betrekken. Botsende opvattingen. Alles afwegende heeft het algemeen bestuur besloten de leden te raadplegen. Niet in de vorm van een bindend refe- 4 Trivizier

5 ER IS EEN SLIKKEN OF STIKKEN-SITUATIE ONTSTAAN. rendum. Dat statutaire middel willen we uitsluitend gebruiken als er een onderhandelingsresultaat op tafel ligt. Door op: ook via te bereiken of door het inzenden van het met deze editie van de Trivizier meegezonden schriftelijke reactieformulier uw persoonlijke opvatting kenbaar te maken, maakt u het mogelijk om in de Algemene Vergadering van de VBM, die op 19 mei gehouden wordt, de uitkomst van de achterbanraadpleging te wegen en een definitief verenigingsstandpunt te bepalen. INFORMATIEVOORZIENING In deze speciale editie van de Trivizier wordt het eindbod en onze waardering daarvan toegelicht. Mocht u behoefte hebben aan meer toelichting dan kan dat op verschillende manieren. Elders in deze editie treft u een overzicht aan van data en locaties waarop wij een mondelinge toelichting verzorgen. *) We doen dat gezamenlijk met de andere defensiebonden. Voor een meer persoonlijk toelichting kun u uw vragen richten aan eindbod@mijnvbm.nl. HET PROCES Op 16 april 2015 heeft de VBM samen met de Minister van Defensie en twee andere bonden een handtekening geplaatst onder wat is gaan heten: het deelresultaat arbeidsvoorwaarden of het eerste deelresultaat. In dat deelresultaat stonden een aantal zeer concrete, maar ook een aantal meer algemeen geformuleerde afspraken. Partijen hebben indertijd de afspraak gemaakt dat zij op basis van de gemaakte afspraken verschillende onderdelen van het resultaat nader zouden uitwerken. Dat uitwerken heeft behoorlijk wat tijd gekost, kan achteraf worden vastgesteld. Niet dat er in de tussentijd niks is gebeurd. Halverwege 2015 kwam er een loonruimteovereenkomst tot stand, die deels met additioneel geld van het kabinet, maar deels ook door herschikking van geld (dat vrijviel door een aanpassing in de pensioensfeer) in 2015 en 2016 een loonsverhoging mogelijk maakte. Het eerste halfjaar van 2016 hebben Defensie en alle bonden op de hei gezeten om in een informele setting de verschillende thema s die nader uitgewerkt moesten worden, te verkennen. Eind augustus 2016 traden Defensie en de bonden gezamenlijk naar buiten met de mededeling dat de verkenningen op de hei succesvol waren verlopen. Op vele punten was er een gemeenschappelijke opvatting. Op die punten waar dat niet het geval was, zo luidde de boodschap, moest nog verder onderhandeld worden. Binnen een maand zou er echter duidelijkheid zijn. De wijze waarop vervolgens onderhandeld moest worden, staat diametraal op de constructieve wijze waarop er verkend is. Op 19 januari 2017 heeft de Minister van Defensie vastgesteld dat het overleg om te komen tot een arbeidsvoorwaardenresultaat stuk was gelopen. In de werkgroep arbeidsvoorwaarden, waarin dat overleg plaatsvond, concludeerde de minister dat er een onoverbrugbare kloof was. Een kloof die de minister enige dagen later in het Sectoroverleg Defensie (SOD) met een lenigheid van geest die niemand kon volgen bagatelliseerde, zelfs ontkende door op te merken dat de minister een brug over de kloof zag die stevig genoeg was om zwaar verkeer te dragen. De minister kwam met lege handen naar het SOD. Anders gesteld, de tijd tussen het mislukken van het overleg in de werkgroep arbeidsvoorwaarden en het SOD had geen extra ruimte of nieuw inzicht opgeleverd. Daarmee was de uitkomst van het SOD bepaald en kon ook formeel het mislukken van het overleg worden vastgesteld. In de maanden februari en maart zijn de bonden het land ingetrokken om op zo n beetje alle grote defensielocaties een toelichting te geven op het mislukken van het overleg. Op een bijzondere wijze kregen de bonden daarna te horen dat de minister een verbeterd bod wilde doen. Op een manifestatie om de problemen bij Defensie onder de aandacht te brengen in Bodegraven gaf de nummer 2 op de VVD-verkiezingslijst, tevens Minister van Defensie, aan dat zij de bonden zeer binnenkort zou uitnodigen voor een vergadering van het SOD. De Minister van Defensie heeft in dit opzicht woord gehouden. De uitnodiging is gekomen, het in de ogen van de minister verbeterde bod is gepresenteerd, toegelicht en becommentarieerd. DE INHOUD In de toelichting op het proces is al aangegeven dat de besprekingen op de hei, de verkenningen, constructief verliepen. Daarbij speelde een belangrijke rol dat er op veel gebieden een min of meer gelijke probleemanalyse was. Ondanks afspraken uit het verleden, blijft de mobiliteit van burgermedewerkers achter, is de doorstroom van FPS fase 2 naar 3 een probleem, is de doorstroom binnen fase 3 beperkt, waardoor looptijden in rang oplopen, zijn de verschillen in beloning voor hetzelfde of vergelijkbaar werk nagenoeg niet meer uit te leggen, is de pensioenopbouw voor jeugdige militairen veel te beperkt, etc. Na lang en intensief met elkaar gesproken en onderhandeld te hebben, konden Defensie en bonden het niet eens worden over de echte oplossingen. Tijdens de besprekingen hebben de bonden op een *) De papieren editie verschijnt op 5 mei. Op 8 mei is er nog een bijeenkomst in Den Helder Trivizier 5

6 SIMPEL GESTELD: U BETAALT DE REKENING. drietal gebieden door hun redelijk geachte ondergrenzen geduid. Dat waren kort geformuleerd nakoming van de afspraak in het eerste deelakkoord dat er sprake is van een employabilitybudget dat blijft groeien en naar eigen keuze inzetbaar, een loonmutatie die ervoor zorgt dat defensiemedewerkers er netto op vooruitgaan en een fatsoenlijk overgangsbeleid bij de verhoging van de ontslagleeftijd. Defensie kon, wilde of mocht daaraan niet voldoen. Defensie heeft het eindbod geframed als een verbeterd bod ten opzichte van de hiervoor beschreven situatie. Wij zien dat anders. Sterker nog, we zien het eindbod overall als een verslechtering. Wij moeten erkennen dat Defensie in haar eindbod een beweging in de richting van één van onze ondergrenzen heeft gemaakt. Dat betreft het loonbod. Defensie heeft dit als een verdubbeling gepresenteerd. Wij delen dit beeld niet, omdat Defensie om dit bod gestand te doen vroeg om in te stemmen met een versobering van bestaande arbeidsvoorwaarden. Bovendien was het niet meer dan een beweging, want de ondergrens, de netto inkomensachteruitgang op 1 januari jl. wegnemen, wordt voor velen niet gehaald. Op de twee andere breekpunten, de doorontwikkeling van het FPS en de overgangsregeling bij invoering van de nieuwe diensteinderegeling, is geen sprake van een serieuze beweging. Op het gebied van het overgangsbeleid is sprake van een bescheiden verbetering. Daar waar tot de bijstelling van het bod sprake was van een overgangsbeleid dat voor iedereen die niet onder het overgangsbeleid valt ten minste meerdere jaren extra dienen inhield, is in het eindbod sprake van een verhoging met ten minste anderhalf jaar. Bovendien gaat het overgangsbeleid in rap tempo naar AOW min 5 (maximaal 5 jaargangen). Op het gebied van de doorontwikkeling van het FPS, is de minister nog uitgesprokener dan eerder. Er is geen sprake van een doorgroei van het budget en er is wel een aanzienlijke beperking van de vrije keuze. Daarmee komt de minister de afspraken in het eerste deelakkoord niet na. Voordat we het voorstel van de minister in ontvangst hadden genomen, kwam zij als donderslag bij heldere hemel met de mededeling: over een pensioenregeling wordt in samenhang met het loongebouw besloten. Deze samenhang houdt in dat de aanpassingen van het pensioenstelsel en loongebouw tezamen budgettair neutraal zullen plaatsvinden. Dus dat deze tezamen niet leiden tot hogere uitgaven. Simpel gesteld: u betaalt de rekening van een aanpassing van of de verandering van het loongebouw of van het pensioenstelsel. Die duiding het moet budgettair neutraal staat echter niet in het eerste deelakkoord. Bovendien is duidelijk dat Defensie alle militairen en nog niet gepensioneerde ex-militairen per 1 januari 2018 overgebracht wil hebben van de eindloonregeling naar een (defensie specifieke) middelloonregeling en dat de rekening daarvoor aan deze groep zal worden gepresenteerd. Absurd. Het tijdpad is wat ons betreft ook irreëel om op een verantwoorde wijze zowel een pensioenstelsel als een loongebouw te herzien. Defensie was deze mening eerder ook toegedaan; in eerdere concepten stond immers niet voor niets een tijdpad van meerdere jaren genoemd. In het eindbod schuift de minister een beetje in de richting van onze ondergrenzen. Weet die echter niet te benaderen. Laat staan dat er een extraatje geboden wordt. Dat alles wordt in het eindbod in één slag ongedaan gemaakt door met een voorstel te komen dat een extra en extreme verslechtering inhoudt. Een nieuw breekpunt vormt. Het uitbrengen van een eindbod is een voor Defensie ongebruikelijke stap. Een stap die redelijk neutraal overkomt. We leggen een eindbod neer en we horen wel wat u ervan vindt. Met hetzelfde recht van spreken kan echter ook gesteld worden: het is slikken of stikken. Gaat u niet akkoord, dan zou dit jaar verloren gaan en helaas niets opleveren voor de medewerkers. Zo klinkt het al minder neutraal. Het is ook een gevaarlijke stap. Een gevaarlijke stap omdat verdeeldheid tussen groepen defensiemedewerkers wordt gezaaid. Het eindbod bevat immers voor sommige groepen (bijna) uitsluitend positieve ontwikkelingen. Het heeft er alle schijn van dat gestuurd wordt op de stem van deze groepen. Voor bijvoorbeeld de burgermedewerker en de UGM-er, die de loonontwikkeling van de actief dienende militairen volgt, is de verleiding van bijvoorbeeld een salarisstijging van 2% groot. Wij kunnen ons dat goed voorstellen. Wij willen iedereen echter vragen om ook de andere kant onder ogen te zien; zich te verplaatsen in de positie van die groepen die in het eindbod met veel zuur geconfronteerd worden en dat mee te wegen. Voor de huidige UGM-er kan dat niet moeilijk zijn. Hij weet wat een verplichte verhoging van de ontslagleeftijd betekent. De kracht van Defensie was en is de solidariteit, het voor elkaar opkomen, het elkaar onder moeilijke omstandigheden helpen. Normen en waarden die het waard zijn om voor op te komen. 6 Trivizier

7 1. Preambule Op 4 november 2014 is het arbeidsvoorwaardenoverleg in de sector Defensie formeel van start gegaan. Naar dit moment was door alle betrokken partijen lang uitgezien. Modernisering, flexibilisering en duurzame inzetbaarheid zijn belangrijke elementen van de inzetbrieven van zowel Defensie als de Centrales van Overheidspersoneel. De noodzaak tot doorontwikkeling van het personeelssysteem van Defensie en versterking van de employability van zowel militair als burgerpersoneel bij Defensie waren voor partijen een gemeenschappelijk vertrekpunt in de onderhandelingen en een belangrijke basis voor het op 16 april 2015 gesloten deelakkoord, onderweg naar een totaal arbeidsvoorwaardenakkoord. Met het deelakkoord zijn de inhoud en richting bepaald voor een totaalakkoord. In het totaalakkoord worden de onderwerpen in hun onderlinge samenhang beschouwd. Dit impliceert dat alle facetten van het personeelsbeleid fundamenteel en in samenhang worden bezien, teneinde te kunnen inspelen op zowel de ontwikkelingen binnen de Krijgsmacht als de ontwikkelingen in de maatschappij. In hun samenhang zijn de doorontwikkeling van het flexibel personeelssysteem, de vormgeving van een nieuwe diensteinderegeling, de ontwikkelingen binnen het pensioenstelsel en de daarbij horende aanpassingen in het loongebouw, de bouwstenen van een op de toekomst toegesneden Defensie personeelsbeleid. 2. Looptijd van het akkoord Dit akkoord heeft een looptijd van 1 januari 2017 tot 1 januari Context Het personeelsbeleid bij Defensie heeft tot doel de defensieorganisatie te vullen en gevuld te houden met voor hun taak berekende en gemotiveerde defensiemedewerkers en dit alles tegen voor Sociale Partners aanvaardbare kosten. Belangrijke drijfveer is om voor huidig en toekomstig personeel een attractief werkgever te zijn en blijven. Het is van belang dat het personeelsbeleid en arbeidsvoorwaardenstelsel van Defensie dit reflecteert en waardeert. Op die manier kan Defensie invulling geven aan een goed en, vergeleken met andere organisaties, onderscheidend werkgeverschap. Evenzeer kan op die wijze de inzetbaarheid en het voortzettingsvermogen van de Krijgsmacht onder alle omstandigheden worden geborgd. Op zich is deze doelstelling niet uniek. De vertaling hiervan naar de sector Defensie is dat echter wel, omdat de specifieke taken van de Krijgsmacht direct hun invloed hebben op de manier waarop het personeelsbeleid voor de Krijgsmacht daadwerkelijk vorm krijgt. 1. Preambule Hiernaast vindt u de tekst van het eindbod dat Defensie heeft uitgebracht. Na lang onderhandelen om te komen tot een arbeidsvoorwaardenresultaat voor het defensiepersoneel hebben de bonden en Defensie de conclusie moeten trekken dat dit niet gelukt is. Defensie heeft toen eenzijdig bepaald hoe een nieuw arbeidsvoorwaardenpakket eruit zou moeten zien. Het eindbod. Wij vinden dit eindbod onacceptabel, maar leggen dit wel aan u voor. In de maanden februari en maart zijn de gezamenlijke bonden het land ingetrokken om u te informeren over het mislukken van de arbeidsvoorwaardenonderhandelingen. Dat is gebeurd op basis van de stand van zaken op dat moment. Defensie heeft de bonden hierna uitgenodigd om te komen spreken over een in de ogen van Defensie verbeterd bod. De tekst van het eindbod bevat die verbetering. Verderop zal bij de onderdelen waarop sprake is van positieve veranderingen duidelijk worden gemaakt waaruit die veranderingen bestaan. De tekst van het eindbod bevat echter ook veranderingen die een duidelijke verslechtering inhouden. Ook dat zal worden aangegeven. In onze ogen is er evenwel overall sprake van een verslechtering. De veranderingen ten positieve zijn duidelijk minder dan de verandering ten negatieve. 2. Looptijd De onderhandelingen om te komen tot een arbeidsvoorwaardenresultaat startten met de intentie om ruim voor 1 januari 2017 een akkoord bereikt te hebben, zodat de daarin opgenomen veranderingen van de rechtspositie op 1 januari 2017 zouden kunnen ingaan. Ofschoon de VBM en BBTV een voorkeur had voor een looptijd van een jaar, hebben we zeker toen duidelijk werd dat zo n akkoord niet haalbaar was de mogelijkheden om een meerjarige afspraak te maken, als optie om er misschien toch nog uit te komen, kenbaar gemaakt. Defensie heeft hier niet voor gekozen. Evenmin voor de mogelijkheid om het akkoord eerder dan 1 januari 2017 te laten ingaan. Hierdoor zou tegemoet gekomen kunnen worden aan de wens van de bonden om bijvoorbeeld ook over 2016 nog iets te doen. Dat zou een eenmalige uitkering kunnen zijn Trivizier 7

8 Werken als militair bij Defensie is een keuze met impact op het leven van deze defensiemedewerkers zelf en hun naasten. De mentale en fysieke belasting, de inzet gedurende operaties en oefeningen, de doorlopende verstoring van de balans tussen werk en privé en het gevaar voor eigen leven en gezondheid behoren tot de realiteit van het werken als militair bij Defensie. De ultieme consequentie van het beroep van militair is het ondergeschikt maken van het eigen belang en eigen leven aan het team en het bereiken van de opdracht. Andere verplichtingen ten aanzien van o.a. beschikbaarheid en geoefendheid beperken de (grond)rechten van de militair. Het opleggen van dwingende verplichtingen geeft aanleiding om in het militaire personeelsbeleid deze bijzondere positie eenduidig te verankeren en leidend te laten zijn voor de uitwerking van het personeelsbeleid. De bijzondere positie van de militair is randvoorwaardelijk op het moment dat wijzigingen of aanpassingen van het personeelsbeleid aan de orde zijn. De Krijgsmacht heeft gelet op haar operationele taakuitvoering steeds behoefte aan fysiek en mentaal weerbaar personeel. Met het stijgen van de leeftijd wordt de fysieke gesteldheid veelal een beperkende factor voor de operationele inzet. De personeelsopbouw moet aansluiten bij de eisen die een operationele Krijgsmacht stelt. Dit leidt tot een Krijgsmacht waarin veel, relatief jong personeel, wordt ingezet voor expeditionaire taken, waardoor de Krijgsmacht het voortzettingsvermogen kan borgen. Per saldo betekent dit dat de personeelsopbouw van de krijgsmacht zich kenmerkt door een relatief grote onderbouw en een relatief kleine bovenbouw. Een dergelijke, aan de operationele taakstelling gerelateerde personeelsopbouw dicteert mede de verblijfsduur in de organisatie van het militaire personeel. Slechts voor een deel van het bij Defensie instromende militair personeel is een life-time loopbaan binnen de Krijgsmacht realiteit. Het flexibel personeelssysteem moet het traject van de personele instroom, doorstroom en uitstroom faciliteren. Het personeelsstelsel moet voor zowel burger- als militair personeel de mogelijkheid bieden, talenten zo te ontwikkelen dat men duurzaam inzetbaar is en blijft voor werk binnen of buiten Defensie. Het stelsel moet op een moderne, innovatieve en een bij de tijd passende wijze de medewerker verder helpen bij het ontwikkelen van zijn talenten ter ondersteuning van zijn loopbaan binnen of buiten Defensie. Het stelsel moet er aan bijdragen dat Defensie steeds gevuld is en blijft met het op dat moment kwantitatief en kwalitatief noodzakelijke personeel. De uitgangspunten van het toekomstig personeelsbeleid, met daarin als speerpunten de inbedding van de bijzondere positie van de militair en de evenwichtige personeelsopbouw, vormen tevens de richtinggevende kaders voor andere aspecten van het personeelsbeleid. Zo zullen de effecten van aanpassingen moeten worden verwerkt in onder andere het loopbaan- en opleidingsbeleid. 4. Inkomenseffecten Het eindbod bevat een stijging van het loon voor zowel het burger- als het militair defensiepersoneel met 2%. Een verhoging die ook geldt voor sommige uitkeringen. Dat klinkt niet slecht. Toch is er in onze ogen geen sprake van een acceptabele loonontwikkeling. Daarvoor hebben we verschillende argumenten. De loonontwikkeling wordt mogelijk gemaakt door sectorspecifieke pakketkeuzes en allocatie van middelen. Ingewikkelde, cryptische tekst om niet al te duidelijk te maken dat de 2% ook betaald wordt door op andere gebieden de rechtspositie te versoberen. Deze versobering treft voornamelijk de militairen. Met veel positief klinkende woorden wordt deze versobering bij de ene groep verkocht als iets moois voor alle defensiemedewerkers. Met de verhoging van het loonbod naar 2% komt de minister voor vele defensiemedewerkers niet in de buurt van een netto nullijn op 1 januari Door de stijging van de pensioenpremie op 1 januari 2017 krijgen velen vanaf januari 2017 nog steeds minder op de bankrekening gestort dan eind In het loonbod wordt geen rekening gehouden met het feit dat ook het defensiepersoneel de voorbije jaren een wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan de verbetering van de overheidsfinanciën. Nu het weer beter gaat, is de vraag naar een aandeel in die verbetering alleszins gerechtvaardigd. Dat zodoende ook het defensiepersoneel een bijdrage aan de verdere verbetering van de economie levert, hebben ze graag voor Nederland over. Een loonbod voor het defensiepersoneel moet niet alleen op de hoogte, de omvang van de verbetering worden beoordeeld, maar ook op interne evenwichtigheid. Een wat vage omschrijving om aan te geven dat er in een arbeidsvoorwaardenakkoord een balans dient te zijn tussen zoet en zuur voor de verschillende categorieën defensiemedewerkers. Die balans wordt in het eindbod niet geboden. Er zijn categorieën voor wie het eindbod van Defensie (nagenoeg) alleen maar voordelen bevat. Na lezing zult u het met ons eens zijn dat bijvoorbeeld de burger defensiemedewerker en de gewezen militair tegenover de 2% loons- of uitkeringsverbetering geen verslechteringen heeft staan. Er zijn ook groepen die (opnieuw) ingrijpende verslechteringen moeten incasseren 8 Trivizier

9 4. Inkomenseffecten Loonontwikkeling vormt een belangrijk deel van de arbeidsvoorwaarden. Met dit arbeidsvoorwaardenakkoord wordt het primaire salaris van het burger- en militair personeel per 1 januari 2017 verhoogd met 2%. Sectorspecifieke pakketkeuzes en allocatie van middelen hebben deze loonontwikkeling mogelijk gemaakt. De gekozen balans tussen de hoofdelementen van dit arbeidsvoorwaardenakkoord, zoals de doorontwikkeling van het FPS en de nieuwe diensteinderegeling, heeft hier, binnen de totale arbeidsvoorwaarderuimte, aan bijgedragen. Deze salarisverhoging werkt door in de wachtgeld-, UKW- en FLO-uitkeringen van het gewezen defensiepersoneel. De doorwerking naar pensioenen en bovenwettelijke WW (BWW) vindt plaats in overeenstemming met de daarvoor geldende voorschriften. als het eindbod in de huidige vorm een akkoord wordt. De loonstijging (en eventuele andere verbeteringen) maken dat absoluut niet goed. Het heeft er alle schijn van dat Defensie de belangen van de verschillende groepen medewerkers met een 2%-bod tegen elkaar uitspeelt. De kracht van de defensieorganisatie is altijd het voor elkaar opkomen geweest. Wij willen in die traditie blijven. We vechten er gezamenlijk voor om het te voorkomen, maar als we in de stront zakken, dan doen we dat samen. Ja toch? 5. Het Flexibel Personeelssysteem Het huidige flexibel personeelssysteem (FPS) vormt de basis voor een verdere doorontwikkeling, die inspeelt op zowel de ontwikkelingen in de maatschappij, de ervaringen van het personeel, als de ontwikkelingen binnen de defensieorganisatie in het algemeen en de Krijgsmacht in het bijzonder. Het FPS beoogt op de eerste plaats een voortdurende talentontwikkeling van de militair, het opdoen van werkervaring en het volgen van opleidingen. De investering in talentontwikkeling leidt niet alleen tot een goede uitvoering van de operationele taken binnen Defensie, maar ook tot een betere positie van de militair voor wat betreft zowel zijn mogelijkheden voor een loopbaan bij Defensie als zijn mogelijkheden op de externe arbeidsmarkt. Wanneer de militair op vrijwillige basis of om organisatorische redenen zijn loopbaan voortzet buiten Defensie, is hij daarvoor adequaat gekwalificeerd. De employability van de militair, binnen en buiten de defensieorganisatie, is een van de speerpunten. Op de tweede plaats beoogt het FPS een evenwichtige samenstelling in de opbouw van het personeelsbestand te realiseren. Dit gebeurt onder meer door inzet van het instrument maximale looptijd in rang in FPS-fase 1 en 2. Hiermee wordt het door- en uitstroomproces gestructureerd en wordt een gelijkmatige en evenwichtige vulling van de organisatie geborgd. Bij de doorontwikkeling van het stelsel wordt deze doelstelling nadrukkelijk in verband gebracht met de maatschappelijke tendens waarin langer doorwerken één van de ontwikkelingen is. De consequenties voor de looptijden in rang, het uitstroommoment en het proces rond de overgang van FPS-fase 2 naar FPS- fase 3 worden hierbij meegenomen. Het volgen van de maatschappelijke tendens van langer doorwerken heeft effecten voor de operationele inzet van militair personeel. Er dient dan ook bij de doorontwikkeling van het FPS aandacht te zijn voor levensfasebewust personeelsbeleid voor het militaire personeel Trivizier 9

10 5.1 Employabilitybegeleiding Om de begeleiding van de ontwikkeling van militairen op een goede manier vorm te geven is het nodig de bestaande loopbaanbegeleiding aan te passen. De doelstelling is een transformatie naar een organisatie die de totale employability als focus heeft. Om deze doelstelling defensiebreed op een eenduidige manier te bereiken en ondersteuning te borgen, wordt zo snel mogelijk een nieuwe, defensiebrede uniforme employabilityorganisatie ingericht. Deze organisatie heeft de middelen en expertise in huis om in nauwe samenwerking met de medewerker zijn employability voortdurend uit te bouwen. Het accent bij de begeleiding verschuift op die manier naar de talenten die het individu heeft, en de manier waarop hij die talenten het beste kan uitbouwen en kan vormgeven in een loopbaan binnen of op termijn buiten Defensie. De employabilityorganisatie zoekt geen nieuwe baan, maar zorgt ervoor dat de medewerker zo is toegerust dat zijn kansen op de beoogde baan maximaal zijn. Om zijn rol als employabilitypartner waar te kunnen maken, is het essentieel dat de employabilityorganisatie mandaat heeft. Dit mandaat wordt ingevuld in nauwe samenwerking tussen lijnmanager, functietoewijzer en employabilitybegeleider. De employabilityorganisatie draagt er zorg voor dat de door de employabilitybegeleider en de medewerker gezamenlijk gemaakte afspraken rechtspositioneel verbindend worden. De nieuwe employabilitybegeleider fungeert hierbij als adviseur, vraagbaak en klankbord voor de medewerker. Hij brengt de medewerker in contact met het beschikbare instrumentarium dat nodig is om de regie over zijn toekomst te nemen, waarbij hij hem vrij laat in het gebruik van die middelen. De employabilityorganisatie speelt ook bij de inzet van werkervaringsplaatsen een belangrijke rol. Deze organisatie kan niet alleen helpen kansen in kaart te brengen, maar er ook voor zorgen dat positieve ervaringen een vervolg krijgen in de uitvoering van employabilityafspraken, bijvoorbeeld door een opleiding die aansluit op de opgedane werkervaring. Indien met de vertrekkende militair wordt gesproken over de mogelijkheden van een loopbaan buiten de krijgsmacht, ligt het in de rede te bezien of zijn opgedane ervaring, bijgebrachte competenties en gevolgde opleidingen wederom ten nutte van Defensie kunnen komen in een burgerfunctie. De (vrijwillig) vertrekkende militair krijgt bij een sollicitatie op een vacature voor een burgerfunctie binnen defensie binnen de sollicitatieprocedure- een voorkeurspositie t.o.v. externe kandidaten. Procedures gericht op deze mogelijkheid zullen worden ontwikkeld. 5.1 Employabilitybegeleiding en 5.2 Employabilitygesprekscyclus Het eindbod van Defensie bevat op het gebied van employability een aantal positief te waarderen ontwikkelingen. Waarom een vertrekkende militair nog geen voorkeurspositie heeft bij de vulling van burgervacatures is al lastig uit te leggen. Waarom Defensie voor hem de WW moet betalen en voor de extern geworven burgermedewerker salaris, terwijl het ook alleen salaris had kunnen zijn, al helemaal niet. Dat Defensie in de toekomst probeert de huidige versnippering van interne loonbaanbegeleiding aan de ene kant en externe bemiddeling aan de andere kant te stroomlijnen in een nieuw op te richten organisatie is een gewaagde stap, die wij niet afwijzen. Een gewaagde stap omdat de nieuwe organisatie bevoegdheden krijgt, die thans nog bij krijgsmachtdelen liggen met als pré duidelijkheid en uniformiteit. Dat Defensie de slag probeert te maken van wij bepalen wat goed voor de medewerker is, naar luisteren naar en acteren op wat de medewerker wil, kunnen we alleen maar toejuichen. Als het daarvoor noodzakelijk is om een misschien op het eerste oog wat overdreven en verplichtend omschreven gesprekcyclus op te tuigen, dan zij het zo. Dat het eindbod de mogelijkheden bevat om met behoud van de aanstelling tijdelijk elders bij de overheid of het bedrijfsleven te gaan werken, is in onze ogen een positieve ontwikkeling. Niet alleen voor de organisatie, maar ook voor de betrokken medewerker. 5.2 Employabilitygesprekscyclus Om employabilitybegeleiding gestructureerd inhoud te geven is het noodzakelijk richting te geven aan het contact tussen de militair en zijn employabilitybegeleider. Voor de persoonlijke 10 Trivizier

11 en professionele ontwikkeling van de militair is het belangrijk om zo vaak als nodig, maar in ieder geval op een aantal vaste momenten, employabilitygesprekken te houden. Deze gesprekken richten zich op de ervaringen die de militair heeft opgedaan, de doelen die hij zich heeft gesteld voor zijn verdere ontwikkeling en de middelen die hij nodig heeft om die doelen te kunnen realiseren. De employabilitybegeleider en de militair houden in ieder geval op de volgende momenten een gesprek: Na 1 jaar op de startfunctie; Op de verplichte momenten zoals genoemd onder het kopje looptijd in rang. Dit is een gesprek voorafgaand aan het te nemen besluit over bevordering naar een naasthogere rang, dan wel het besluit al dan niet door te stromen naar FPS-fase 3. In dit doorstroomgesprek wordt duidelijkheid gegeven of de loopbaan bij Defensie kan worden vervolgd; 18 maanden voor einde van iedere volgende functie; Daarnaast wordt er bij daadwerkelijk vertrek als militair uit de organisatie een exitgesprek gevoerd. In deze gesprekken worden bindende afspraken gemaakt over de opleidingen en trainingen die nodig zijn om de gewenste ontwikkelrichting in te kunnen zetten. Vanaf het moment dat er ten aanzien van de militair een negatief doorstroombesluit is genomen, verlegt de focus van de gesprekken zich naar het vergroten van de externe mobiliteit. Vanaf het moment dat de militair een positief doorstroom besluit heeft gekregen, danwel bevorderd is tot de rang behorende bij FPS fase-3, spreken Defensie en de militair over de invulling van het loopbaantraject dat in beginsel doorloopt tot aan het militair leeftijdsontslag. Hierbij past het schetsen van de loopbaan- en bevorderingsmogelijkheden. De inhoud van deze gesprekken zijn een belangrijk uitgangspunt voor de begeleiding vanuit de employabilityorganisatie. Deze zal samen met de militair bezien op welke manier de verdere loopbaan vorm kan krijgen. Hierbij is van belang in kaart te brengen waar de kansen voor loopbaanmogelijkheden liggen, aan welke kennis en capaciteiten er behoefte is, en hoe de militair hier in zijn ontwikkeling op in kan spelen. Daarbij kunnen naast opleidingen en scholing ook werkervaringsplaatsen of een tijdelijke plaatsing buiten Defensie in het gesprek een plaats krijgen. Het is daarbij binnen een steeds veranderende context van belang dat afspraken tussen Defensie en de militair in onderlinge afstemming kunnen worden geactualiseerd. Het gesprek hierover kan zowel door Defensie als door de militair worden geïnitieerd Trivizier 11

12 5.3 Looptijd in rang Om de periode van langer doorwerken evenwichtiger te spreiden over de fasen van het FPS worden de maximum looptijden in rang (of stand) aangepast, en wordt tevens een beperking van de verblijfsduur in de FPS-fase 1 en 2 tezamen aangebracht. Daarnaast dient het moment waarop duidelijkheid wordt gegeven over het doorstroom- dan wel bevorderingsbesluit eerder plaats te vinden. De militair verkeert hierdoor minder lang in onzekerheid over zijn mogelijkheden om zijn loopbaan bij Defensie te vervolgen en voor de militair waarvoor het doorstroombesluit negatief uitpakt blijft er voldoende tijd over om zich met behulp van de geboden begeleiding voor te bereiden op een baan buiten Defensie. Dit leidt tot de volgende aanpassingen van de maximum looptijden in rang en de doorstroom- dan wel bevorderingsbesluiten. Randvoorwaardelijk geldt hierbij dat naast een maximale looptijd in rang er een maximale looptijd voor het verblijf in FPS-fase 1 en 2 in alle rangen tezamen geldt. Deze bedraagt voor manschappen en korporaals 1) 12 jaar en voor onderofficieren en officieren 16 jaar Soldaten 1) Maximum looptijd in stand 9 jaar Uiterlijk 3 jaar voor het bereiken van de maximum looptijd in de stand van soldaat volgt een gesprek over het besluit aangaande een bevordering tot een naast hogere rang dan wel het besluit over uitstroom bij het bereiken van zijn maximale looptijd in stand Korporaals 1) Maximum looptijd in rang 12 jaar Uiterlijk 3 jaar voor het bereiken van de maximum looptijd in de rang van korporaal of de maximale verblijfsduur in FPS 1/2 volgt een gesprek over het besluit aangaande een bevordering tot naast hogere rang dan wel het besluit over uitstroom bij het bereiken van zijn maximale looptijd in rang Sergeant1 1) Maximum looptijd in rang 15 jaar Uiterlijk 5 jaar voor het bereiken van de maximum looptijd in de rang van sergeant of de maximale verblijfsduur in FPS 1/2 volgt een gesprek over het besluit aangaande de doorstroom (doorstroombesluit FPS-fase 2 naar FPS-fase 3) bij het bereiken van zijn maximale looptijd in rang Eerste Luitenant 1) Maximum looptijd in rang 9 jaar Uiterlijk 3 jaar voor het bereken van de maximum looptijd in de rang van eerste luitenant volgt een gesprek aangaande een bevordering tot een naast hogere rang dan wel het besluit over uitstroom bij het bereiken van zijn maximale looptijd in rang. 5.3 Looptijd in rang Sedert 2008 kent Defensie het FPSstelsel. In de loop der tijd zijn daarmee de nodige ervaringen opgedaan. Daarbij zijn ook problemen, ongewenste effecten en onvolkomenheden aan het licht gekomen. Zowel Defensie als de bonden vonden de uitwerking van het arbeidsvoorwaardendeelakkoord van 2015 een echte gelegenheid om het stelsel door te ontwikkelen. Bij de ontwikkeling van het FPS-stelsel was de gedachte om afhankelijk van de bereikte rang ergens tussen het 30e en 35e levensjaar afscheid te nemen van een groot deel van de ingestroomde militairen. Op een redelijke termijn daarvoor moest de betrokken militair duidelijkheid worden gegeven over zijn mogelijkheid om als militair bij Defensie te blijven werken of de noodzaak Defensie in elk geval als militair te moeten verlaten. Om de doorstroom in de laagste rangen te reguleren zijn toentertijd voor de meeste rangen maximale looptijden afgesproken. In de praktijk ontstond hierdoor een in de ogen van de bonden ongewenste stapeling. Door (bijna) maximaal gebruik te maken van de looptijd in de rang van soldaat (8 jaar), korporaal (8 jaar) en sergeant (9 jaar) kunnen militairen tot op een leeftijd die de hiervoor genoemde leeftijden ruim overschrijden zonder vaste aanstelling, in dienst worden gehouden. Het eindbod komt tegemoet aan de wens van de bonden om de stapeling te maximeren. Daar staat tegenover dat de looptijd per rang voor vele nieuwe FPS-ers iets langer wordt dan nu gebruikelijk. In het eindbod wordt ook het moment waarop de militair duidelijkheid krijgt over de vraag of hij wel of niet bevorderd wordt, dan wel kan doorstromen naar een fase 3 aanstelling, vervroegd. Daar waar dit nu 2 of 3 jaar van te voren geschiedt, wordt dit 3 of 5 jaar van te voren. Bovendien krijgt de militair die een positief doorstroombesluit krijgt en een fase 3 aanstelling, de zekerheid dat hij bevorderd zal worden en wanneer. Doordat bij de invoering van het FPS-stelsel militairen met een onbepaalde tijd aanstelling automatisch een fase 3 aanstelling kregen, maar ook omdat bij sommige krijgsmachtdelen daarna te ruimhartig militairen van fase 2 naar fase 3 zijn overgegaan, is er sprake van behoorlijk veel sergeanten met een fase 3 aanstelling. 12 Trivizier

13 Kapitein 1) Maximum looptijd in rang 12 jaar Uiterlijk 5 jaar voor het bereiken van de maximum looptijd in de rang van kapitein of de maximale verblijfsduur in FPS 1/2 volgt een gesprek over het besluit aangaande de doorstroom (doorstroombesluit FPS-fase 2 naar 3) bij het bereiken van zijn maximale looptijd in rang. Voor de militairen die overgaan van de huidige FPS aanspraken naar de nieuwe FPS aanspraken zal er naar worden gestreefd de boven genoemde termijnen te hanteren maar worden minimaal de oude termijnen gerespecteerd. Na een positief doorstroombesluit wordt de militair uiterlijk bij het bereiken van de maximale looptijd in rang aangesteld in FPS-fase 3. De militair die dan van FPS-fase 2 naar FPS-fase 3 gaat, wordt uiterlijk twee jaar na het aflopen van de maximale looptijd in rang, doch niet later dan twee jaar na het maximale verblijf in FPS-fase 1 en 2 in alle rangen tezamen, bevorderd tot de volgende rang. In afwijking van voorgaande geldt dat voor militairen in FPSfase 2 die een categorie overschrijdende opleiding ²) met goed gevolg hebben afgerond dat zij na twee jaar functioneren op een bij de opleiding passende functie een beoordeling krijgen. Bij een voldoende beoordeling voor militairen met een FPS-fase 2 aanstelling volgt per direct een positief doorstroombesluit. De bevorderingsgarantie voor de nieuw aan te maken FPS-er fase 3, kan en zal waarschijnlijk de bevorderingsmogelijkheden van het zittende bestand beperken. De minister geeft aan zich te willen inspannen het zittende bestand te beschermen en een bevordering mogelijk te maken. Lukt dat niet dan wordt een inkomensgarantie geboden. Tot slot bevat het eindbod een overgangsregime dat duidelijk maakt welke categorie militair onder welk FPS-stelsel valt (oud of nieuw) en dat moet borgen dat het perspectief dat sommige militairen in fase 2 hebben op een nog resterende verblijfsduur wordt gerespecteerd. Door stapeling in het nieuwe FPS-stelsel te beperken, kan zich immers de situatie voordoen dat een FPS 2 militair die volgens het oude stelsel nog enige jaren in dienst mag blijven (zijn perspectief) vrijwel onmiddellijk ontslagen zou moeten worden. Het overgangsregime zorgt ervoor dat dit perspectief wordt gerespecteerd. Bevordering van deze militairen naar de rang van sergeantmajoor 1) dan wel naar de rang van kapitein 1) zal respectievelijk uiterlijk tien jaar dan wel uiterlijk zeven jaar na afronding van de opleiding plaatsvinden. Indien er echter voor een FPS-fase 2 militair tot een negatief doorstroombesluit wordt gekomen krijgt de militair nog drie jaar om zich op een baan buiten Defensie voor te bereiden. De hiervoor genoemde maatregelen worden met ingang van 1 januari 2017 van kracht. Voor militairen die op 1 januari 2017 een FPS-fase3 aanstelling hebben en die vallen onder de nieuwe diensteinderegeling (nder) met een rang of stand onder die van sergeantmajoor 1) zullen extra inspanningen worden verricht om deze militairen een functie toe te wijzen in een naasthogere rang. Indien het niet mogelijk is deze militairen een functie in de naast hogere rang toe te wijzen zullen de drie jaar voorafgaande aan het voor hen geldende leeftijdsontslag conform de naasthogere rang worden bezoldigd. Periodiek zullen de ontwikkelingen binnen het militaire bestand worden bezien of de doelstellingen die beoogd worden gerealiseerd zijn en of aanvullende maatregelen noodzakelijk zijn. Bij de aanpassing van de maximale looptijden in rang gelden de volgende uitgangspunten: a. Alle militairen die nieuw instromen volgen de nieuwe FPS afspraken; 1) Of overeenkomstige AMAR-rangen. 2) Categorie overschrijdende opleiding: opleidingen die toezienop de overgang van niet-onderofficiersrangen naar onderofficiersrangen en van niet-officiersrangen naar officiersrangen Trivizier 13

14 b. Alle militairen die op 1 januari 2017 in FPS-fase 1, FPSfase 2 zonder doorstroombesluit en FPS-fase 3 zitten volgen de nieuwe FPS afspraken; c. Alle militairen in FPS-fase 2 met op 1 januari 2017 een doorstroom- of bevorderingsbesluit volgen de oude afspraken. In afwijking van hetgeen gesteld is in punt b worden bij overgang naar de nieuwe FPS systematiek voor de militairen die op 1 januari 2017 een FPS-fase 2 aanstelling hebben de oude looptijden in rang gerespecteerd. 5.4 Employabilityaanspraak Zoals eerder betoogd, is één van de speerpunten bij de doorontwikkeling van het FPS het maken van nadere en richtinggevende afspraken met betrekking tot de employability van de militair. Bij het eerste deelakkoord hebben partijen afgesproken te komen tot de inrichting van een employabilityaanspraak. De employabilityaanspraak heeft tot doel de ontwikkeling van de militair te stimuleren en te faciliteren. De aanwending van deze aanspraak helpt de militair zijn loopbaan, binnen of buiten Defensie, vorm te geven. Een employabilityaanspraak stelt de militair gedurende zijn actieve dienstperiode in staat zijn talenten te ontwikkelen en regie te nemen over zijn eigen loopbaan. Het vermogen om aan het werk te blijven op een manier die past bij de talenten van de militair, staat hierbij voorop. Door te investeren in zijn ontwikkeling vergroot de militair zijn kans op een reguliere nieuwe functie of verdere loopbaan in een ander vakgebied. Voortdurende talentontwikkeling vergroot overigens de kans op plaatsing op een beoogde functie of bevordering wel, maar kan die niet garanderen. Dit geldt zowel voor de functies binnen als buiten Defensie. Het opnemen van een dergelijke aanspraak in rechtspositionele regelgeving onderstreept het belang dat partijen hechten aan de talentontwikkeling van de militair in relatie tot de mogelijkheden een loopbaan op te bouwen binnen, of na uitstroom, buiten Defensie. De employabilityaanspraak maakt het voor de militairen die, gelet op hun mogelijkheden binnen Defensie kiezen voor werk buiten Defensie, makkelijker het traject van overgang naar werk buiten Defensie te accepteren en te faciliteren Opbouw van de aanspraak De militair begint, in FPS-fase 1, na afronding van de initiële opleiding (doch uiterlijk 4 jaar na datum indiensttreding) een employabilityaanspraak op te bouwen. De opbouw van een employabilityaanspraak start met ingang van 1 juli De employabilityaanspraak wordt tot en met het moment dat de militair 16 jaar in dienst is, jaarlijks na ommekomst van een jaar met bruto 1.500,- verhoogd Opbouw van de aanspraak Begin 2015 hebben de Minister van Defensie en een meerderheid van de defensiebonden een handtekening geplaatst onder het zogenaamde eerste deelakkoord. Dat het ging om een deelakkoord en dat meerdere afspraken in dat deelakkoord nog uitgewerkt moesten worden neemt niet weg dat er afspraken zijn gemaakt, waaraan ondertekenaars elkaar mogen houden. Ten aanzien van de employabilityaanspraak bevat het deelakkoord de navolgende tekst. Daarnaast wordt een employabilityaanspraak ingericht, die de militair kan inzetten voor talentontwikkeling en de daaruit voorvloeiende mobiliteit. Militairen bouwen, afgestemd op hun carrièrepatronen en levensfase, persoonlijke employabilityaanspraken op. De militair bouwt op deze manier een aanspraak op die groeit over de jaren en door hem naar eigen keuze kan worden ingezet. Afspraak is afspraak. We zijn van oordeel dat het stoppen van de opbouw na 16 jaar in dienst te zijn geweest, zoals omschreven in het eindbod, niet is een aanspraak die groeit over de jaren. Wij laten het oordeel of de minister zich niet houdt aan deze afspraak, m.a.w. terug onderhandelt, graag aan u. Onder het huidige FPS-stelsel kan de militair in fase 1 en 2 in aanmerking komen voor de tegemoetkoming in de kosten van een opleiding die hij wil volgen. Het eindbod bevat een verruiming van de aanspraak. Betrokkene krijgt meer geld en hij kan daarmee hogere opleidingskosten bestrijden. Daarbij past wel de kanttekening dat de minister de opbouw van deze aanspraak pas op 1 juli 2017 laat starten. Dat is een half jaar later dan oorspronkelijk de bedoeling was (ingang 1 januari 2017). Een half jaar uitstel voor alle militairen met een fase 2 aanstelling levert een niet onaanzienlijke besparing op. Zou zomaar gebruikt kunnen zijn om het ( verbeterde ) loonbod mogelijk te maken. De bestaande employabilityaanspraak is geregeld in artikel 16a AMAR en artikel 3:5 van de uitvoeringsregeling AMAR. Artikel 16a, vierde lid geeft aan: Wanneer de opleiding is gericht op het voortzetten van de loopbaan buiten Defensie buiten het functiegebied, waarin de militair bij Defensie werkzaam is, 14 Trivizier

15 Twee jaar voor het bereiken van de maximale looptijd in rang, al dan niet cumulatief, danwel niet later dan twee jaar voor het maximale verblijf in FPS-fase 1 en 2 in alle rangen tezamen, wordt de employabilityaanspraak eenmalig met bruto 1.500,- extra verhoogd. Deze verhoging is bedoeld om de militair te stimuleren om niet voor dit moment te vertrekken en zijn uitstroommoment te kiezen op een zo laat mogelijk tijdstip gedurende zijn FPSfase 2 periode. De doelstelling om militairen langer te kunnen behouden, valt dan samen met het belang van de militair om over een voor hem zo passend mogelijke employabilityaanspraak te beschikken. Indien militairen, die op 1 juli 2017 een FPS fase 2 aanstelling hebben, en op enig moment een opleiding willen volgen anders dan bedoeld in artikel 14, 15 en 16 AMAR, maar waar de employabilityaanspraak op dat moment nog niet toereikend is, zal de aanspraak eenmalig worden aangevuld tot het bedrag als bedoeld artikel 16a, lid vier van het AMAR, onder de daarbij behorende voorwaarden Aanwending van de aanspraak In FPS-fase 1 bouwt de aanspraak wel op, maar kan deze nog niet worden aangewend. Bij ontslag vervalt de employabilityaanspraak. Na 1 jaar op de startfunctie worden in het gesprek met de employabilitybegeleider, indien de militair dit wenst, afspraken gemaakt over de aanwending van de employabilityaanspraak na de overgang naar FPS-fase 2. Vanaf de start van FPS-fase 2 kan de militair de employabilityaanspraak aanwenden. De bestedingsmogelijkheid is dan uitsluitend scholing (opleiding en/of certificering). Indien (een deel van) de employabilityaanspraak voor scholing wordt aangewend zal dit (deel) slechts voor de helft in mindering worden gebracht op de aanspraak. De aanspraak kan op termijn in FPS-fase 2 ook voor andere doeleinden dan alleen scholing worden aangewend. Na verloop van de hieronder genoemde periode, gerekend vanaf het moment van indiensttreding, wordt de bestedingsmogelijkheid bij een negatief doorstroombesluit verruimd. Daarmee is de verruiming van de bestedingsdoeleinden gekoppeld aan het moment waarop kan worden vastgesteld dat de militair de organisatie na het einde van zijn maximale looptijd in rang moet verlaten (het uitstroom besluit). Deze periode hangt derhalve samen met de looptijd in rang en verschilt per rangcategorie: a. Voor soldaten... na 6 jaar b. Voor korporaals... na 9 jaar c. Voor sergeanten... na 10 jaar d. Voor eerste luitenants... na 6 jaar e. Voor kapiteins... na 7 jaar dan wel op een hoger werkniveau worden de kosten voor de opleiding vergoed tot bij ministeriële regeling vast te stellen maximum bedragen. Die bedragen staan in de uitvoeringsregeling. Om te voorkomen dat een zittende militair in fase 2 tekort gedaan zou worden ten opzichte van de bestaande aanspraak, is er een overgangsbepaling opgenomen Aanwending van de aanspraak De opbouw van de employabilityaanspraak start in FPS fase 1 na afronding van de initiële opleiding. Van die aanspraak kan echter in fase 1 geen gebruik worden gemaakt. Dat is pas mogelijk vanaf de overgang naar fase 2. Op dat moment heeft de militair (nog) geen vrije keuze als het gaat om het bestedingsdoel. Dat doel kan uitsluitend opleidingen zijn. Voor de VBM en BBTV was een doorlopende groei van de aanspraak belangrijk. Ook militairen die verder in hun carrière zitten (al een tijd fase 3 zijn) moeten de mogelijkheid hebben om gefaciliteerd door Defensie een opleiding te volgen die niets te maken heeft met het eigen werkgebied. Dat er nogal een gat gaapt tussen de overheid die hamert op een levenslang leren, jezelf voorbereiden om de mogelijkheid dat je werk verdwijnt of grondig verandert en een overheidswerkgever die daarin niet afdoende wil investeren is duidelijk. De VBM en BBTV hecht veel waarde aan het feit dat betrokkene zelf kan bepalen waaraan hij zijn eigen aanspraak wil besteden. Te vaak worden we thans geconfronteerd met de creativiteit van de defensieorganisatie als het gaat om het beperken van keuzes (budget is uitgeput, opleiding is niet arbeidsmarktrelevant, opleiding is te hoog gegrepen). Het lijkt er op dat Defensie, zonder dat heel erg duidelijk te maken, in het eindbod, maar wel binnen strikte kaders accepteert dat de militair aan het roer zit als het gaat om de besteding van de aanspraak aan scholing. Argumenten zoals hiervoor bij wijze van voorbeeld genoemd zijn dan geen argument meer Aanwending van de aanspraak; bij de tabel De bestedingsmogelijkheden van de employabilityaanspraak worden evenals Trivizier 15

16 Verder gelden, indien er sprake is van een loopbaantraject waarbij doorstroom in rangen aan de orde is, de volgende bovengrenzen: Voor korporaals geen later moment dan 10 jaar in dienst Voor onderofficieren en officieren geen later moment dan 14 jaar in dienst. Tot het moment van 10 jaar na de maximum looptijd in rang danwel de maximum verblijfsduur in fase 1 en 2 tezamen behoudt de militair de mogelijkheid om de resterende employabilityaanspraak aan te wenden voor opleidingsdoeleinden. Het aanwenden van de employabilityaanspraak komt aan de orde in de gesprekken tussen de employabilitybegeleider en de militair. In deze gesprekken wordt bezien op welke manier de verdere loopbaan van de militair vorm kan krijgen en op welke wijze en mate de organisatie hierbij kan ondersteunen Kaders bij de aanspraak Het kan voorkomen dat een militair een uit de employabilityaanspraak bekostigde opleiding met goed gevolg heeft afgerond en dat later blijkt dat deze opleiding een verplicht onderdeel is van de eisen voor de vervolgfunctie waarop de militair is geplaatst. Indien deze situatie zich bij de eerstvolgende twee plaatsingen voordoet, wordt het deel van de kosten van deze opleiding dat in mindering is gebracht op de employabilityaanspraak weer toegevoegd aan de employabilityaanspraak. De aanwending van de resterende aanspraak bij vertrek kan door een eenmalige bruto uitkering van de (resterende) opgebouwde waarde of door de uitkering een periodiek karakter te geven, waarbij voor een periodieke uitbetaling een maximale termijn van 2 jaar geldt. Bij het aanvaarden van een betrekking als burger binnen Defensie mag de employabilityaanspraak alleen als loonsuppletie worden aangewend, hierbij is de maximale termijn van 2 jaar niet van toepassing, maar wordt de duur beperkt tot het moment dat de employabilityaanspraak is verbruikt. Een uitkering van de employabilityaanspraak is niet mogelijk gedurende de periode dat er een terugbetalingsverplichting op de militair rust vanwege een opleiding. Als de militair voor het negatieve doorstroombesluit de dienst verlaat, vervalt het nog niet bestede deel van de employabilityaanspraak. de aanspraak zelf verruimd als er een negatief doorstroombesluit wordt genomen. De bij de verschillende rangen genoemde tijdsduur is gebaseerd op de maximale verblijfsduur in die rang (of samenstel van rangen) tot het moment waarop betrokkene te horen moet krijgen dat hij bevorderd wordt, doorstroomt of uitstroomt. De militair kan zijn (resterende) aanspraak dan ook als bijvoorbeeld loonsuppletie gebruiken om een overgang naar een andere werkkring te vergemakkelijken Kaders bij de aanspraak; voorlaatste alinea Zonder deze regel zou de militair zijn employabilityaanspraak kunnen gebruiken om een terugbetalingsverplichting te voldoen door zijn budget voor die verplichting te gebruiken Kaders bij de aanspraak; laatste alinea Hiermee stuurt Defensie op een zo lang mogelijk verblijf van de militair in de defensieorganisatie. 5.5 Stimuleren mobiliteit In de toekomst zal ingevuld worden hoe het verbreden van de professionele horizon verder mogelijk kan worden gemaakt. Dit zou onder andere vorm kunnen krijgen door functieruil, het gebruik maken van werkervaringsplaatsen of het verrichten van tijdelijke werkzaamheden binnen of buiten Defensie. De focus moet er dan ook op gericht zijn om zoveel mogelijk belem- 16 Trivizier

17 meringen voor uitwisseling van werkervaring weg te nemen en mobiliteit te stimuleren en faciliteren. De militair moet daarnaast de gelegenheid krijgen te werken aan talentontwikkeling. Hierbij moeten werken en opleiden met elkaar in balans worden gebracht. Dit geldt vooral wanneer aan een opleiding een stage verbonden is. Defensie en de militair maken hierover afspraken die deel uitmaken van de besluitvorming rond de employabilityaanspraak, maar worden hieruit niet bekostigd. 5.6 Volgen ontwikkelingen Met de doorontwikkeling van het FPS worden beleidsmatig en faciliterend een aantal ingrijpende stappen gezet. Stappen die anticiperen op enerzijds beïnvloeding van houding en gedrag en anderzijds in de werkwijze waarin verschillende rollen en verantwoordelijkheden worden geduid. Het wordt van belang geacht deze complexiteit te begeleiden. Om onduidelijkheid en eventuele frictie binnen de uitvoeringsprocessen een plek te kunnen geven worden de huidige commissies die nu rond het (her)plaatsings- en FPS-proces bestaan opgeheven en zal een defensiebrede, bij de omvorming van de loopbaanbegeleiding naar de employability begeleiding passende, tripartite commissie worden ingericht. Sociale partners zullen de beoogde effecten van de doorontwikkeling van het FPS uiterlijk 1 januari 2022 beschouwen en evalueren maar daar waar noodzakelijk en/ of gewenst, tussentijds, bijstellen. Beide partijen kunnen hier zelfstandig het initiatief toe nemen. 6. Diensteinderegeling In de toekomst zullen veel werknemers in Nederland langer doorwerken dan nu het geval is. Het langer doorwerken is door het kabinet onder meer vormgegeven door de ophoging van de AOW- leeftijd. Het onvoorwaardelijke karakter van de militaire inzetbaarheid stelt echter eisen aan de fysieke en mentale inzetbaarheid van militairen. De operationele inzetbaarheid van militairen is dan ook een belangrijk onderdeel van de bijzondere positie van de militair. De belasting die gepaard gaat met de operationele inzet heeft een vertaalslag gekregen naar de diensteinderegeling voor militairen. Op het moment dat militairen geacht worden niet langer ten volle als militair te kunnen functioneren wordt aan hen leeftijdsontslag verleend. Dit leeftijdsontslag heeft een generiek karakter. Conform het gestelde in de Uitkeringswet gewezen Militairen heeft de militair aan wie leeftijdsontslag is ontleend, recht op een uitkering. In lijn met de in het eerste deelakkoord overeengekomen uitgangspunten wordt de nieuwe diensteinderegeling met dit akkoord verder vormgegeven. 6. Nieuwe diensteinderegeling Het bestaande diensteindestelsel is verankerd in een aantal artikelen van het AMAR. Kernachtig weergegeven: de ontslagleeftijd is 60 jaar. Daarop zijn meerdere uitzonderingen. In de eerste plaats zijn er groepen medewerkers benoemd die vanwege een overgangsbeleid bij eerdere ophoging van de ontslagleeftijd eerder de dienst mogen verlaten. In de tweede plaats zijn er groepen medewerkers benoemd die op een later, individueel te bepalen moment tussen de 60 en 65 jaar de dienst met leeftijdsontslag kunnen verlaten. De nieuwe hoofdregel wordt: ontslag wordt verleend op AOW-leeftijd minus 5 jaar. Dat is dus niet, zoals nog steeds regelmatig verteld wordt: 62 jaar (AOW leeftijd 67 minus 5). Onderstaand staatje geeft de thans veronderstelde AOW-leeftijden en ontslagleeftijden van iemand die op 1 januari geboren is weer: geb.jaar AOW-leeftijd leeftijdontsl jaar 63 jaar jr.+3 mnd. 63 jr.+3 mnd jr.+3 mnd. 63 jr.+3 mnd jr.+6 mnd. 63jr.+6 mnd jr.+6 mnd. 63 jr.+6 mnd jr.+9 mnd. 63 jr.+9 mnd jr.+9 mnd. 63 jr.+9 mnd jaar 64 jaar jr.+3 mnd. 64 jr.+3 mnd jr.+3 mnd. 64 jr.+3 mnd. 1971, jr.+6 mnd. 64 jr.+3 mnd en jr.+9 mnd. 64 jr.+9 mnd jaar 65 jaar De bestaande categorie officieren die thans al langer moet doorwerken dan de leeftijd van 60 jaar krijgt er in het eindbod ook een aantal jaren bij. Tot op zekere hoogte wordt de bestaande systematiek, een individueel te bepalen ontslagleeftijd tussen 60 en 65 jaar doorvertaald met die kanttekening dat expliciet wordt bepaald dat de gemiddelde ontslagleeftijd voor hen op 2½ jaar voor de AOW-datum komt te liggen. 6.1 Nieuwe diensteinderegeling De hoofdregel van de nieuwe diensteinderegeling (nder) is dat deze geldt voor alle militairen die zich op of vanaf 1 januari Trivizier 17

18 in FPS-fase 3 bevinden. Voor die groep wordt het moment van leeftijdsontslag gelijk aan de voor de militair op dat moment geldende AOW-leeftijd minus 5 jaar. Militairen met de rang van kapitein ter zee, kolonel of een hogere rang wordt ontslag verleend wegens het bereiken van een individueel te bepalen leeftijd gelegen tussen de AOW-leeftijd en de AOW-leeftijd minus 5 jaar. Het inverdienen is een onderdeel van de individuele afspraak. De ontslagleeftijd verschuift gemiddeld naar de AOW leeftijd minus 2 ½ jaar. Voor militairen met de rang van kapitein-luitenant ter zee / luitenant-kolonel die een academische opleiding hebben afgerond, en als zodanig werkzaam zijn in het veld van hun academische deskundigheid, geldt dit met hun instemming. 6.2 Overgangsbepalingen Militairen vallend onder artikel 39a AMAR Militairen die nu onder het overgangsrecht vallen, genoemd in artikel 39a AMAR, hebben het recht om terug te gaan naar de huidige diensteinderegeling, inbegrepen de daarbij behorende rechtspositie. Militairen die onder het huidige overgangsrecht vallen (artikel 39a AMAR) en die in de nieuwe diensteinderegeling 4 jaar of langer moeten werken dan hun huidige ontslagleeftijd kunnen er eenmalig voor kiezen om in de nieuwe diensteinderegeling een nieuwe vast ontslagmoment vast te leggen. Dat moment is gelijk aan de oude huidige ontslagleeftijd plus 3 jaar Overig In afwijking op de hoofdregel van de nieuwe diensteinderegeling, worden de ontslagleeftijden voor specifieke groepen militair personeel gewijzigd. Aan de militair van CLAS, CLSK of KMar in FPS fase 3 die vóór 1 januari 2017 was aangesteld bij het beroepspersoneel en niet vallend onder artikel 39a of artikel 39b AMAR, wordt ontslag verleend: bij het bereiken van de leeftijd van 61 jaar en 6 maanden, wanneer de militair geboren is in 1963; bij het bereiken van de leeftijd van 62 jaar, wanneer de militair geboren is in 1964; bij het bereiken van de leeftijd van 62 jaar en 6 maanden, wanneer de militair geboren is in 1965; bij het bereiken van de leeftijd van 63 jaar, wanneer de militair geboren is in 1966; Bij het bereiken van de leeftijd van 63 jaar en 6 maanden, wanneer de militair geboren is in Militairen vallend onder artikel 39a AMAR Voor de militairen die thans onder het overgangsbeleid vallen (artikel 39a AMAR) en daardoor een ontslagleeftijd hebben onder de 60 jaar wijzigt er niets met deze kanttekening dat zij dan wel actie moeten ondernemen. Vertrekpunt is immers dat iedereen onder het nieuwe diensteindestelsel valt. Militairen die onder artikel 39a AMAR vallen moeten kenbaar maken niet over te willen gaan naar het nieuwe diensteindestelsel. De ontslagleeftijd van het overgangsbeleid blijft dan voor hen gelden. Het hoe en wanneer moet nog nader bepaald worden. Een deel van de militairen dat valt onder het overgangsbeleid (39a AMAR) krijgt naast de mogelijkheid om onder het nieuwe diensteindestelsel te blijven vallen of om te kiezen om onder het bekende overgangsbeleid te gaan vallen nog een derde keuze. Als zij kiezen voor het nieuwe diensteindestelsel dan doet zich voor een deel de situatie voor dat zij 4 jaar of langer moeten doorwerken ten opzichte van de ontslagleeftijd van het overgangsbeleid. In die situatie kunnen zij kiezen voor een ontslagleeftijd die 3 jaar na de ontslagleeftijd van het overgangsbeleid ligt Overig Het eindbod van Defensie bevat opnieuw een overgangsbeleid. Opnieuw omdat dit ook het geval was toen in de zero s van deze eeuw de ontslagleeftijd werd verhoogd. Het overgangsbeleid dat Defensie thans presenteert is echter vele malen kariger dan in het begin van de eeuw. Kariger in de zin dat toen de langer doorwerkgrens aansloot bij de oude ontslagleeftijd en vervolgens geleidelijk aan (met 3 tot 6 maanden) opschoof naar de nieuwe ontslagleeftijd. Thans heeft de groep militairen die niet onder artikel 39a AMAR valt al anderhalf jaar langer doorwerken te pakken, waarna in 4 stappen van een half jaar de ontslagleeftijd AOW minus 5 bereikt wordt. (Voor KM-militairen is het eindbod zelfs nog slechter.) Kariger ook omdat toen anderszins compenserende maatregelen werden getroffen (vervallen anti-cumulatie in de UGM, opname van de VEB in de uitkeringsen pensioengrondslagen, dubbeltelling uitzendtijd). In het eindbod ontbreekt deze verzachting volledig, tenzij loonsverhoging 18 Trivizier

19 Aan de militair van CZSK zonder rang of die een rang bekleedt lager dan luitenant-ter-zee der eerste klasse in FPS fase 3 die vóór 1 januari 2017 was aangesteld bij het beroepspersoneel, wordt ontslag verleend: bij het bereiken van de leeftijd van 62 jaar, wanneer de militair geboren is in 1975; bij het bereiken van de leeftijd van 64 jaar, wanneer de militair geboren is in Aan de militair van CZSK die een rang bekleedt van luitenantter-zee der eerste klasse, of kapitein-luitenant-ter-zee, in FPS fase 3 die vóór 1 januari 2017 was aangesteld bij het beroepspersoneel, wordt ontslag verleend: Bij het bereiken van de leeftijd van 63 jaar, wanneer de militair geboren is in Bij het bereiken van de leeftijd van 63 jaar en 6 maanden, wanneer de militair geboren is in Inverdienen De militair kan het moment van leeftijdsontslag vervroegen uit hoofde van zijn opgebouwde operationele inverdienaanspraken. 1. Vanaf 1 januari 2017 wordt het inverdienen verruimd. Daar waar de militair is ingezet, en de ATW gedurende 7 aaneengesloten dagen buiten werking is gesteld, wordt de helft van het aantal dagen dat de ATW aaneengesloten buiten werking is gesteld -op verzoek van de militair- verrekend met de voor de militair geldende ontslagleeftijd; 2. Inverdienaanspraken opgebouwd voor 1 januari 2017 blijven onverminderd van kracht; 3. De militair stelt defensie minimaal 18 maanden van te voren op de hoogte van het gewenste leeftijdsontslagmoment indien hij gebruik wenst te maken van een deel van de inverdientijd. van 2% als verzachting wordt gezien. Maar ja, die krijgt iedereen. Ook degene die niet met verplichtend langer doorwerken wordt geconfronteerd. Met dit onderdeel van het eindbod blijft Defensie dus nog een behoorlijk eind verwijderd van een voor de VBM en BBTV acceptabel overgangsregime. 6.3 Inverdienen In het eindbod stelt Defensie een verruiming van de mogelijkheden om in te verdienen voor. Thans kan uitsluitend tijd tijdens een uitzending die onder de VVHO valt worden inverdiend en wel voor de helft. Dat wordt tijd waarin gewerkt wordt terwijl de Arbeidstijdenwetgeving niet van toepassing is. Varen, oefenen, vliegen en meerdaagse inzet leveren dus in de toekomst tijd op die in mindering mag worden gebracht op de ontslagleeftijd. Of de militair deze tijd geheel of gedeeltelijk gebruikt is aan hem. Het eindbod bevat zonder enige twijfel een aanzienlijke verruiming van de mogelijkheden om in te verdienen. Door de introductie van de eis dat minimaal 7 dagen buiten de ATWbescherming moet zijn gewerkt, is er ook sprake van een bescheiden versobering. Deze grens wordt immers momenteel niet aan VVHO-uitzendingen gesteld. 6.4 Langer doorwerken Het eindbod biedt de mogelijkheden om ook na het bereiken van de ontslagleeftijd door te werken. Hoe dit vormgegeven zou moeten worden, blijft onduidelijk. Wat gelukkig wel opgenomen is, is een borging tegen verdringing. Dat doorwerken vindt dus niet plaats op reguliere functies. Zonder voornoemde kennisgeving zal defensie rekening houden met een leeftijdsontslagmoment zonder toepassing van de inverdienaanspraak. 6.4 Langer doorwerken Het is wenselijk om voor het stoppen met werken invulling te geven aan individuele voorkeur. Dit past in het beleid van langer werken en de daarmee gepaard gaande focus op duurzame inzetbaarheid. Het doorwerken na het AOW-leeftijd -5 moment kan op specifieke tijdelijke functieplaatsen die vallen buiten de organieke defensie formatie. De vorm, inhoud, en de daarbij passende arbeidsvoorwaarden zullen nog verder worden uitgewerkt Trivizier 19

20 7. Pensioenregeling voor militairen De huidige eindloonregeling voor militairen staat onder een steeds grotere financiële, beleidsmatige, uitvoeringstechnische en maatschappelijke druk. Partijen onderkennen de noodzaak en urgentie om de eindloonregeling om te vormen naar een middelloonregeling, en ervoor zorg te dragen dat deze migratie tijdig plaatsvindt. Gegeven de ingrijpende aard van deze omvorming, zowel inhoudelijk als procesmatig, alswel de samenhang met het loongebouw, komen partners overeen dat uiterlijk 1 oktober 2017 overeenstemming over een nieuw specifiek middelloonpensioenstelsel voor militairen moet zijn bereikt zodat dit stelsel, rekening houdend met de noodzakelijke aanpassingen in wet- en regelgeving, per 1 januari 2018 kan worden geïmplementeerd. De nieuwe pensioenregeling voor militairen zal op basis van de volgende uitgangspunten worden uitgewerkt: a. De huidige eindloonregeling zal worden verlaten; b. Het vertrekpunt van denken is een middelloonregeling specifiek voor militairen; c. Fiscale mogelijkheden zullen optimaal worden benut; d. De nieuwe pensioenregeling zorgt voor een evenwichtige pensioenopbouw voor alle generaties en is communiceerbaar en uitvoerbaar. e. De regeling zal zodanig vormgegeven worden dat deze voor Defensie en de Centrales van Overheidspersoneel een acceptabel aanspraakniveau en premiedruk oplevert. Hierbij wordt onder meer rekening gehouden met het feit dat zowel de militair als de werkgever thans geen premie VPL en geen premie voor arbeidsongeschiktheidspensioen betalen. f. In de nieuwe diensteinderegeling is de pensioenleeftijd van militairen gekoppeld aan de geïndexeerde AOW-leeftijd. g. De mogelijkheden zullen worden bezien voor het maken van keuzes bij de aanwending van het pensioen, waaronder het ingangsmoment van het pensioen. 8. Aanpassingen Loongebouw Het bezoldigingssysteem van Defensie is complex. Het kent een salarisgebouw met verschillende salaristabellen en een groot aantal generieke en (functie)specifieke toelagen. Er wordt daarom een vereenvoudigd, bij de tijd passend en geharmoniseerd bezoldigingssysteem ontwikkeld, met daarin geïntegreerd zowel het salarisgebouw als het stelsel van toelagen. 7, 8, 9. Toen Defensie en de bonden nog met elkaar spraken om te komen tot een resultaat, dus voor het uitbrengen van het voorliggende eindbod door Defensie, is uitgebreid gesproken over de noodzakelijke aanpassingen van het pensioenstelsel en het loongebouw. Defensie en bonden verschilden toen niet van mening over de aard en omvang van deze herziening. Twee stelsels herzien, die onderling ook nog met elkaar samenhangen, is een megaklus. Om deze klus zorgvuldig te kunnen uitvoeren hadden we een planning die meerdere jaren besloeg. Defensie verlaat deze insteek in het eindbod. Op 1 januari 2018, feitelijk op 1 oktober 2017, moet duidelijk zijn hoe het nieuwe pensioenstelsel en het nieuwe loongebouw eruitzien. De VBM en BBTV wil graag meewerken aan nieuwe stelsels. Het streven moet daarbij niet gericht zijn op zoveel mogelijk tijd nemen, maar op de tijd nemen die noodzakelijk is. In het eindbod geeft de minister aan Over het nieuwe loongebouw en het nieuwe pensioenstelsel zal in samenhang worden besloten.. Deze passage kan op velerlei wijze worden geïnterpreteerd. De meest neutrale versie is wel het opschrijven dat water nat is. Oftewel het is logisch dat als de salarissen voor groep A met X-procent worden verhoogd ook het pensioen voor groep A stijgt. Uit de toelichting op het eindbod bleek echter dat de minister de samenhang tussen herziening van het pensioenstelsel en loongebouw anders ziet. De veranderingen moeten budgetneutraal verlopen. Met andere woorden als een nieuw pensioenstelsel meer kost, dan moet de herziening van het loongebouw dat meerdere opleveren. Defensie neemt daarmee niet alleen een voorschot op besprekingen die nog gevoerd moeten worden, maar stelt daarbij ook een irreële eis. Het huidige pensioenstelsel van de militair is gebaseerd op het eindloonprincipe. Daarmee zijn zij stilaan een exoot in Nederland geworden. Het eindloonstelsel kent zonder twijfel vele positieve kanten, maar ook negatieve kanten. Door de extreem hoge franchise, het deel van het inkomen waarover geen pensioen wordt opgebouwd en geen premie betaald hoeft te worden, bouwen jonge militairen zelfs na een langdurig verblijf nagenoeg geen pensioen op. De werking van 20 Trivizier

21 Voor het nieuwe militaire loongebouw, waar analoog aan de pensioenregeling per 1 oktober 2017 overeenstemming over moet worden bereikt, gelden de volgende uitgangspunten: a. Er is sprake van een vereenvoudigd, bij de tijd passend en geharmoniseerd bezoldigingssysteem. Een vereenvoudigde opzet, waarbij de rang vaststelling behorende bij de functie plaats vindt op basis van de zwaarte van de functie (gebaseerd op de somscore). Deze rang is vervolgens bepalend voor het niveau van het salaris. De overlap in de somscores tussen rangen wordt weggenomen. Afwijkingen hierop worden in een nader af te spreken regeling vastgelegd. b. In aanvulling op de wettelijke wijzigingen in het minimum (jeugd-) loon wordt ook de taakstelling van de jonge militair in het nieuwe loongebouw vertaald in een daarbij volwassen salaris. c. Het huidige max-max effect wordt weggenomen en komt in het nieuwe aangepaste loongebouw niet meer voor. d. Het nieuwe loongebouw houdt rekening met het vroegtijdig verlaten van de organisatie en het langer doorwerken door het verschuiven van de datum leeftijdsontslag; de franchise zorgt er ook voor de wat oudere (ex) militair voor dat hij niet optimaal opbouwt. Tijdens de besprekingen met Defensie zijn andere opties verkend. Een middelloonstelsel is niet zoals vaak gedacht wordt per definitie slechter. Sterker nog, voor vele militairen levert zo n stelsel een aanzienlijk beter pensioen op. Maar eerlijk is eerlijk, niet voor iedereen. Tegenover aanspraken staan verplichtingen. Voor pensioen moet immers premie betaald worden. Voor de koopkracht kan er door een lagere franchise een tegengesteld effect ontstaan. Een lagere franchise betekent immers dat over meer inkomen premie betaald moet worden. En ook hier geldt: maar de koopkrachteffecten zijn niet per definitie voor iedereen negatief. Achter de zinnen: we gaan het pensioenstelsel en het loongebouw herzien gaat een wereld van uitdagingen schuil. Hiervoor zijn er slechts een paar genoemd. Kortom: Bovenop de al eerder in het proces ontstane breekpunten, heeft Defensie er met het eindbod nog een paar toegevoegd. e. Er wordt een vereenvoudigd en doelmatig model van toelagen geïntroduceerd, waarbij binnen de categorieën inzet, functie, activiteit, arbeidsduur, en overige, de toelagen qua vergoeding op elkaar worden afgestemd en vereenvoudigd. 9. Pensioenregeling en loongebouw militairen Bij de door beide partijen noodzakelijk geachte ontwikkeling van het pensioenstelsel wordt rekening gehouden met samenhangende elementen in de ontwikkeling van het nieuwe loongebouw en omgekeerd. Over het nieuwe loongebouw en het nieuwe pensioenstelsel zal in samenhang worden besloten. 10. Reserve personeel Ook voor reservisten geldt dat er een moment is waarop zij niet meer ten volle als militair kunnen functioneren. Analoog aan de nieuwe ontslagleeftijd voor beroepspersoneel wordt voor deze groep militairen het moment van leeftijdsontslag gelijk aan de op dat moment voor de beroepsmilitair geldende AOW-leeftijd minus 5 jaar Trivizier 21

22 11. Burgerpersoneel Defensie streeft er naar, als goed werkgever, haar medewerkers zowel binnen als buiten de organisatie goed inzetbaar te houden. Kennis en capaciteiten moeten blijven aansluiten bij wat door Defensie en andere werkgevers wordt gevraagd. Het loopbaanbeleid, wat Defensie voorstaat, heeft als doel de employability van burgermedewerkers te bevorderen Scholing Voor het burgerpersoneel zal zeker worden gesteld dat zij zich kunnen ontwikkelen, verbreden en ontplooien door het volgen van opleidingen. Er zullen initiatieven worden ontwikkeld om in samenwerking met het civiele onderwijs (maatwerk) opleidingen aan te bieden. 11. Burgerpersoneel Het eindbod van de minister kent veel tekst die uitsluitend voor de militair van belang is. Toch is er in de vorm van een apart hoofdstuk ook aandacht voor de burgermedewerker. De VBM en BBTV staat positief tegenover de opvattingen in deze paragraaf. Ook het burgermedewerkers bieden van mogelijkheden en kansen kan alleen maar gewaardeerd worden Employabilitybegeleiding Analoog aan de militair komt het instrument employabilitybegeleiding ook voor de burgermedewerker beschikbaar. In lijn met de afspraken uit het eerste deelakkoord wordt initieel een capaciteit van 24 employabilitybegeleiders ingebed om aan deze begeleiding invulling te geven. Net als bij militairen worden loopbaandoelen en ontwikkelafspraken vastgelegd om de talentontwikkeling gericht te ondersteunen. Loopbaanbegeleiding wordt zo beschikbaar voor alle burgermedewerkers die hier behoefte aan hebben. Met een loopbaangesprek wordt de mogelijkheid geboden om organisatie overstijgend te spreken over loopbaanwensen en -mogelijkheden. In lijn met de regelingen voor het militaire personeel zal ook voor burgerpersoneel een gesprekscyclus worden ingericht. Deze gesprekken zijn gericht op employabilitykansen en ontwikkelingsmogelijkheden. Voor de schalen 9 en hoger zijn deze gesprekken mede gericht op bevordering van mobiliteit. In voorkomend geval zal voor de betreffende burgermedewerkers waarvoor dit van toepassing is het MD-traject onderdeel van deze gesprekken zijn Werkervaringsplaatsen Mobiliteit ontstaat wanneer medewerkers bereid en in staat zijn ten behoeve van zichzelf en de organisatie te veranderen van functie. Het is een van de middelen om de employability van medewerkers te bevorderen. Medewerkers die af en toe van functie wisselen, hebben veelal een bredere maatschappelijke oriëntatie, zijn meer tevreden over hun werk en hebben daarmee een betere arbeidsmarktpositie, omdat ze beter en breder inzetbaar zijn. Het veranderen van functie is voor veel medewerkers geen eenvoudige stap, die vaak ook nog gepaard gaat met een grote mate van onzekerheid. De organisatie zou medewerkers kunnen helpen mobiel te worden door medewerkers in kleine stapjes naar het mobiel worden te begeleiden. Onder andere het aanbieden van werkervaringsplaatsen kan dit invullen. Het biedt mede- 22 Trivizier

23 werkers de gelegenheid werkervaring op te doen op een andere werkplek. Tijdelijke werkzaamheden waar medewerkers vooraf overeengekomen en relatief korte periode te werk gesteld kunnen worden met de zekerheid van het behoud van en terugkeer naar de eigen functie. Aanmelden staat open voor burgermedewerkers en gaat op basis van vrijwilligheid. De gedachte is dat werkervaringsplaatsen op termijn een instrument wordt dat door de employabilitybegeleiders defensie breed ingezet kan worden. 12. Levensfasebewust personeels beleid Langer doorwerken dan thans gebruikelijk brengt zowel voor militairen als burgermedewerkers uitdagingen in beeld die er eerder nog niet of veel minder waren. Dat deze onderkend worden en nader besproken, is positief. Voor de VBM en BBTV zal daarbij een uitgangspunt zijn dat de stijging van de ontslagleeftijd niet mag leiden tot meer ziekte, dienst- en/of arbeidsongeschiktheid. 12. Levensfasebewust personeelsbeleid Het moment van leeftijdsontslag van de militair wordt bepaald door zowel de diensteinderegeling als de individuele omstandigheden/gronden in relatie tot operationele inzet. Militairen kunnen gelet op hun individuele omstandigheden een voorkeur hebben voor een meer geleidelijke overgang van werk naar leeftijdsontslag. Een dergelijke mogelijkheid is vooralsnog mogelijk in combinatie met verlofaanspraken. De regelingen hieromtrent zullen worden aangepast om dit beter te faciliteren. Daarnaast zal er beleid worden ontwikkeld om een juiste balans te realiseren tussen operationele inzet, het tot een hogere leeftijd doorwerken en de fysieke effecten die daarmee gepaard kunnen gaan. Partijen spreken af een technisch werkverband in te richten dat zo spoedig mogelijk, doch niet later dan 1 januari 2019, met aanbevelingen komt richting de werkgroep Algemeen Personeelsbeleid. Ook voor het burgerpersoneel zal er beleid worden ontwikkeld, met speciale aandacht voor het geüniformeerde personeel, om een juiste balans te realiseren tussen het tot op hogere leeftijd doorwerken en de fysieke effecten die daarmee gepaard kunnen gaan. Het eerder genoemde technische werkverband zal ook hierover advies uitbrengen. 13. Overige afspraken 13.1 (niet) Beschikbaar in relatie tot verlenging plaatsingsduur Op basis van het AMAR wordt een functie in beginsel voor minimaal twee jaar en maximaal drie jaar toegewezen. Gedurende de eerste twee jaar van de functievervulling komt de militair in beginsel niet in aanmerking voor plaatsing op een andere functie. In het URAMAR zal met betrekking tot deze regel een uitvoeringskader worden opgenomen, zodat een uniforme toepassing van de beschikbaarheid gedurende de eerste twee jaren van de functievervulling beter geborgd is. De toepassing van dit uitvoeringskader zal periodiek worden gemonitord. De plaatsingsduur voor een functie is in beginsel drie jaar, en Trivizier 23

24 kan worden verlengd. Het laatste jaar van die plaatsingsduur, of de verlengde plaatsingsduur, is de militair beschikbaar voor functietoewijzing. In afwijking van dit gestelde kan een militair gedurende de gehele plaatsingsperiode in aanmerking komen voor plaatsing op een functie waaraan de naasthogere rang verbonden is Stimuleringsinstrument Partijen hebben vastgesteld dat er momenteel sprake is van een kwalitatieve en kwantitatieve mis match in de bestandsopbouw van FPS-fase 3, dit staat verdere doorstroommogelijkheden van FPS-fase 2 naar FPS-fase 3 in de weg. Daarnaast wordt beoogd om een verjonging en verbeterde doorstroommogelijkheden binnen FPS-fase 3 te bewerkstelligen. Het verhogen van de ontslagleeftijd beïnvloed deze effecten nadelig. Bij de verandering als gevolg van de doorontwikkeling van FPS is de organisatie tevens gebaat bij meer flexibiliteit in de opbouw van het personeelsbestand. Om deze flexibiliteit te bereiken ontstaat de structurele mogelijkheid om militairen in FPS-fase 3 te stimuleren, te motiveren en te ondersteunen om de loopbaan als burgermedewerker binnen of buiten Defensie voort te zetten. Dit instrument zal direct structureel in de rechtspositie worden verankerd om een kwantitatieve en kwalitatieve mismatch in de organisatie te verkleinen. Het instrumentarium kan worden aangevraagd bij vrijwillig vertrek door militairen in FPS fase-3 die deel uitmaken van vooraf overeengekomen en per kalenderjaar 3) vast te stellen groepen van personeel. Op voorstel van defensie worden deze groepen, de quota en de instrumentaria in overleg met de Centrales van Overheidspersoneel vastgesteld. Het instrumentarium welk opbouwt gedurende de loopbaan van de militair, kan naar eigen keuze worden aangewend vermits hij tot de overeengekomen groepen behoort. Dit zou onder andere kunnen bestaan uit de volgende elementen: a. Stimuleringspremie; b. Gegarandeerd maandelijks inkomen; 13.2 Stimuleringsinstrument Het eindbod van Defensie bevat ook een passage die een oplossing zou moeten bieden om een aantal bestaande problemen te verminderen en toekomstige zoveel mogelijk te voorkomen. Defensie blijft zich ontwikkelen. Dat daardoor in de toekomst niet langer behoefte bestaat aan medewerkers met een bepaalde bekwaamheid valt niet uit te sluiten. De huidige doorstroommogelijkheden verschillen van krijgsmachtdeel tot krijgsmachtdeel en van wapen, dienstvak of subdienstgroep. Op vele plaatsen zijn er echter weinig kansen voor FPS-2 militairen om door te stromen naar FPS-3. Ook de doorstroommogelijkheden binnen FPS-3 zijn vaak bar slecht. Alhoewel onbekend is hoeveel militairen uit welke categorie langer zullen doorwerken dan nu gebruikelijk is, mag er van uitgegaan worden dat dit zeker de eerste jaren een negatief effect op de doorstroom zal hebben. Om weer lucht in de organisatie te krijgen, komt Defensie nu met instrumentarium dat bepaalde groepen militairen moet verleiden om Defensie vrijwillig te verlaten. Het succes van dit instrumentarium zal met name afhangen van de bereidheid om dit breed in te zetten altijd een probleem vanwege de vrees dat een getrainde, ervaren medewerker vertrekt en de aantrekkelijkheid van het bod. Dat bijvoorbeeld een stimuleringsbonus van 3 ton bij Defensie altijd al een probleem om aan geld te komen een grotere incentive is dan een premie van euro, spreekt voor zich. c. Loonaanvulling; d. Omscholingsmogelijkheden; e. Begeleiding van werk naar werk Inzet, overwerk, beschikbaarheid en bereikbaarheid Defensie en Centrales van Overheidspersoneel hebben geconstateerd dat het stelsel met betrekking tot inzet, beschikbaarheid en bereikbaarheid niet meer volledig aansluit bij de eisen die worden gesteld aan de inzet van een moderne Krijgsmacht. De regelingen in relatie tot diensten, (flexibele) inzet en beschik- 24 Trivizier

25 baarheid en bereikbaarheid zullen worden aangepast zodat deze weer aansluiten bij eisen die worden gesteld aan de inzet van een moderne Krijgsmacht. De balans tussen werk en privé is belangrijk voor iedere defensiemedewerker en vereist respect voor werk- en rusttijden. De bestaande regelgeving kent voldoende mogelijkheden om afspraken te maken over de beschikbaarheid van de medewerker. Benadrukt wordt dat het niet is toegestaan personeel te belasten met bereikbaarheid en beschikbaarheid buiten de afgesproken roosters van werkzaamheden en diensten. Wanneer defensiepersoneel in de rangen van kapitein-luitenant-ter zee of luitenant-kolonel, danwel burgermedewerkers in de schalen 11 en 12 te maken krijgt met incidenteel overwerk, wordt dit vastgelegd in Peoplesoft en gecompenseerd in tijd Verminderen regeldruk De uitvoering van beleid wordt geholpen met eenduidige, transparante zo eenvoudig mogelijke wet- en regelgeving. Dit beperkt de noodzaak tot een veelvoud van aanvullende richtlijnen en aanwijzingen. Daarnaast ondersteunt het een adequate en beheersbare inrichting van de bedrijfsvoering en informatievoorziening. Het is dan ook een nadrukkelijk streven bij de nadere uitwerking het terugdringen van de complexiteit en verminderen van de regeldruk als een belangrijk uitgangspunt te nemen Trivizier 25

26 EINDBOD DEFENSIE Informatiebijeenkomsten Na anderhalf jaar onderhandelen over de uitwerking van het eerste deelakkoord heeft Defensie (eenzijdig) een eindbod uitgebracht. De Vakbond voor Burger en Militair defensiepersoneel VBM en de BBTV leggen dit eindbod van Defensie aan u voor. Daar horen informatiebijeenkomsten bij. Deze informatiebijeenkomsten zijn samen met de andere bonden van defensiepersoneel georganiseerd. Wilt u zich nader laten informeren bezoek dan een van de onderstaande bijeenkomsten. datum dinsdag 25 april 2017 ochtendsessie(s) n oirschot bioscoopzaal n utrecht khk, waterliniezaal v05 middagsessie(s) n schaarsbergen, bioscoop oranjekazerne maandag 1 mei 2017 n t harde barracudazaal n doorn, vbhkaz congreszaal dinsdag 2 mei 2017 n leeuwarden, bedrijfsrestaurant kantine officieren woensdag 3 mei 2017 n amersfoort, bernhardkazerne q109 n den haag, frederikkazerne fk137 n gilze rijen, multi functionele ruimte (mfr) 3 n stroe/garderen, gen. kootkazerne filmzaal (jeroen van de brinkzaal) maandag 8 mei 2017 n den helder, nieuwe haven, albatros P.S. Wij realiseren ons dat bij het verschijnen van de TRIVIZIER in hardcopy de meeste bijeenkomsten al hebben plaatsgevonden. Via alle geëigende middelen zullen wij er voor zorgen dat er voor dat moment ruime bekendheid wordt gegeven aan de tijdstippen waarop de bijeenkomsten plaatsvinden. 26 Trivizier

27 VERENIGINGSNIEUWS Procedure Alle leden van de VBM en de BBTV geven hun persoonlijke oordeel over het eindbod dat Defensie heeft uitgebracht. Er zijn meerdere mogelijkheden. Wij vragen u te kiezen uit de mogelijkheid die het dichtst ligt bij uw gevoelen. U kunt kiezen uit: o U bent het niet eens met het eindbod, omdat dit niet tegemoet komt aan uw wensen. o U bent het niet eens met het eindbod, omdat dit de zoveelste teleurstelling oplevert. o U bent het eens met het eindbod, omdat dit een prima arbeidsvoorwaardenpakket biedt. o U bent het eens met het eindbod, omdat u snapt dat Defensie in slechte tijden niet meer kan bieden. o U onthoudt zich van een mening. De VBM/BBTV-leden kunnen alleen met gebruik van de eenmalige unieke code reageren via het elektronisch reactieformulier ( of door het inzenden van het ingevulde reactieformulier dat bij de TRIVIZIER is gevoegd. Via de link op onze website ( waar u een heleboel achtergrondinformatie om een afgewogen keuze te kunnen maken vindt, kunt u gemakkelijk op komen. Samen met de andere bonden zal de VBM een aantal informatiebijeenkomsten in het land verzorgen. Deze bijeenkomsten zijn voor alle defensiemedewerkers toegankelijk. De informatiebijeenkomsten zijn niet bedoeld om de leden van de VBM te vragen wat zij van het eindbod vinden, maar puur als voorlichting. Het standpunt van de VBM zal bepaald worden in de Algemene Vergadering die op 19 mei aanstaande gehouden wordt. In die vergadering zal de uitkomst van de achterbanraadpleging bekend worden gemaakt. De afgevaardigden zullen de ontvangen reacties wegen en vertalen in het verenigingsstandpunt. De reactieformulieren kunnen vanaf 4 mei 2017 om uur Nederlandse tijd digitaal of per post worden ingediend. De achterbanraadpleging sluit op 18 mei 2017 om uur Nederlandse tijd. Alle tot dat moment op het VBM-secretariaat ontvangen reacties zullen worden meegeteld voor de bepaling van de uitkomst. Te laat ontvangen reacties of verzamellijsten van reacties zullen ongeldig worden verklaard. Wilt u inhoudelijk reageren op het eindbod dan kan dat. Stuur dan uw reactie per mail (eindbod@mijnvbm.nl) of per post (VBM, antwoordnummer 93233, 2509 WB Den Haag) Trivizier 27

28 AOW-GAT BURGERS Verbeterde compensatieregeling is OK Op 26 april 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een aantal zaken van burgerambtenaren van Defensie met een wachtgelduitkering op grond van het Sociaal Beleidskader 2004 die worden geconfronteerd met een AOW-gat. Volgens de Raad betekent het beëindigen van de wachtgelduitkering bij de leeftijd van 65 jaar, en het vervolgens toekennen van a) een bedrag ter hoogte van een netto AOW-uitkering, b) het geven van een compensatie voor het vervroegd naar voren halen van het pensioen dat na 2014 is opgebouwd en c) het waar nodig verstrekken van een aanvulling tot 90% van hetgeen men zou hebben gehad als de AOWleeftijd niet zou zijn verhoogd, geen excessieve inbreuk op gerechtvaardigde verwachtingen. De Raad oordeelt dat onder de gerechtvaardigde aanspraak moeten worden verstaan: de situatie waarbij de AOW-leeftijd en pensioenrichtleeftijd 65 jaar zou zijn. De Raad overweegt uitdrukkelijk dat de gerechtvaardigde aanspraak niet bestaat uit het laten doorlopen van de wachtgelduitkering tot aan de verhoogde AOW-leeftijd. Kortom: de Raad steunt de minister van Defensie in het standpunt dat de verbeterde compensatieregeling de definitieve regeling is. Op 18 juli 2016 had de Raad al geoordeeld dat de minister van Defensie direct onderscheid naar leeftijd maakt, omdat wachtgelders jonger dan 65 jaar nog wel een wachtgelduitkering krijgen en wachtgelders ouder dan 65 jaar niet meer. De Raad moet vervolgens beoordelen of dit onderscheid kan worden gerechtvaardigd. Waar de Raad op 18 juli 2016 nog oordeelde dat de compensatie die toen werd gegeven (een bedrag ter hoogte van een bruto AOW-uitkering) juridisch niet door de beugel kon, komt hij met betrekking tot de nieuwe compensatie (zie hiervoor, a-c) tot de conclusie dat er geen sprake is van een excessieve inbreuk op de gerechtvaardigde verwachting. De Raad geeft aan dat gedurende het AOW-gat nog wel sprake is van een netto inkomensval (maximaal 10% van de gerechtvaardigde aanspraak), maar dat deze terugval beperkt is. Vanaf de AOW-leeftijd is er ook sprake van een netto in komensverlies, maar deze is beperkt van 1 tot enkele procenten. Volgens de Raad mag de minister, gezien het geringe verlies aan inkomsten, verwachten dat de wachtgelders hun pensioen naar voren halen (= laten ingaan bij de leeftijd van 65 jaar). Ook de andere aangevoerde gronden, zoals dat sprake is van verboden onderscheid naar burgerlijke staat en dat het eigendomsrecht is geschonden, kunnen niet slagen. De Raad verklaart het beroep wel gegrond, omdat hij vindt dat de besluiten niet met concrete financiële informatie waren onderbouwd (daarom moet de minister wel de proceskosten en griffierechten vergoeden). Maar omdat de minister gedurende de procedure deze gegevens wel heeft aangeleverd, laat de Raad de rechtsgevolgen van het besluit in stand. Met andere woorden: de minister kan volstaan met de nieuwe compensatie (zie hiervoor, a-c). De VBM is teleurgesteld. Wij hadden gehoopt de Raad ervan te kunnen overtuigen dat de inkomensval, zowel gedurende het AOW-gat als na de AOW-leeftijd, nog excessief was. Hoewel we in de loop van de procedure wel meer compen satie hebben kunnen afdwingen, moeten we genoegen nemen met deze definitieve uitspraak. Deze uitspraak ziet specifiek op de situatie van burgerambtenaren met een wachtgelduitkering. Op de uitkomst van de UGM- en MWR-procedure (een aantal zaken zijn op 20 april 2017 door de Raad behandeld) kunnen we niet vooruitlopen. Naar verwachting zal de Raad in deze zaken op 1 juni 2017 uitspraak doen. De wachtgeldzaken en de BWW-zaken die nog in de bezwaar- of beroepsfase zitten, zullen naar verwachting door de minister van Defensie respectievelijk de rechtbanken overeenkomstig de uitspraak van de Raad van 26 april 2017 worden afgedaan. Dit betekent dat ook in die zaken zal worden geoordeeld dat de nieuwe compensatie (zie hiervoor, a-c) voldoende is. Het kan nog enige tijd duren voordat alle zaken worden afgedaan. Zodra mr. Wil Louwerse de besluiten dan wel uitspraken in de individuele zaken heeft ontvangen, krijgt de betreffende cliënt bericht. 28 Trivizier

29 Verkiezingen Medezeggenschap Hieronder een overzicht van aankomende verkiezingen voor medezeggenschapscommissies. JEAN DEBIE Minister laat defensiepersoneel in de steek! Maritime Battle Staff (MBS) 17 mei 2017 Vliegbasis Leeuwarden 6 t/m 8 juni 2017 Militaire Geestelijke Gezondheidszorg (MGGZ) 11 mei 2017 Informatiebijeenkomst chroom-6 Voor de leden van de VBM die wij steunen bij een claim tegen Defensie vanwege blootstelling aan chroom-6, organiseren we op 23 mei een bijeenkomst. Alle belanghebbenden ontvangen daarvoor een persoonlijke uitnodiging. Belangrijkste gespreksonderwerp is de gang van zaken en de stand van zaken bij het onderzoek van het RIVM. Actiebijeenkomsten Op 8 mei is er een actiebijeenkomst in Den Helder (Nieuwe Haven, gebouw Albatros). Die bijeenkomst begint om uur. Tijdens deze bijeenkomst lichten de bonden het eindbod van Defensie toe en bespreken zij de vervolgstappen. Op de foto een beeld van de bijeenkomst in Utrecht op 25 april jl. Deze Trivizier gaat uitgebreid in op het mislukken van het arbeidsvoorwaardenoverleg. Uiteindelijk heeft de Minister een onacceptabel eindbod voorgelegd. Wij informeren u uitvoerig hierover, zowel in het blad als tijdens voorlichtingsbijeenkomsten. Het is buitengewoon triest dat het goud van de organisatie met zo weinig respect wordt behandeld. Op enig moment zal ik u vragen om in actie te komen voor fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden, waarin iedereen erop vooruitgaat in plaats van achteruit. Dit lijkt mij redelijk, gelet op de grote inspanningen die de Minister van u vraagt. Zonder de juiste randvoorwaarden in te vullen zoals: voldoende personeel aannemen, zorgen dat je militairen en burgers behoudt, goede opleidingen waardoor militairen beter voorbereid zijn op hun operationele taak, voldoende reservedelen, vroegtijdige vervanging van versleten materieel. De Minister maakt misbruik van uw can do mentaliteit. Alleen hierdoor functioneert de krijgsmacht weliswaar moeizaam nog. Wordt het niet tijd dat u op de eerste plaats komt? Het is prachtig om nieuw materieel en positieve veranderingen in het vooruitzicht te stellen. Maar wat u wilt zijn fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden, goede personele begeleiding en personeelszorg, maar bovenal het kunnen werken in een professionele omgeving zonder grote structurele tekortkomingen op bijna alle terreinen. Gaan de politici aan de formatietafel 1,5 tot 2 miljard jaarlijks toevoegen aan de begroting van Defensie? Ik ben hierover sceptisch. Vele sectoren hebben om één of meerdere miljarden ondersteuning gevraagd, maar de Minister van Financiën heeft laten weten dat die miljarden er niet zijn. Onze Minister vraagt om 2,3 miljard euro. Noodzakelijk? Ja. Realistisch? Ja. Politiek haalbaar? Nee. Waarom niet? Het CDA wil 2 miljard euro aan de Defensiebegroting toevoegen. De VVD wil 1 miljard en D66 wil 500 miljoen toevoegen, waarbij niet duidelijk is of dit per jaar is of gedurende 4 jaren. Het is dus de vraag of Defensie meer geld krijgt en zo ja hoeveel. Het is voor mij uiterst helder: mocht er minder dan 1 miljard naar Defensie gaan, dan staan de volgende reorganisaties en inkrimpingen voor de deur. Ik hoop dat ik ongelijk zal hebben en dat de politici aan de onderhandelings tafel doordrongen zijn van de noodzaak om 2,3 miljard per jaar te investeren in het goud van de organisatie, in u. Wordt het niet tijd dat u op de eerste plaats komt? j.debie@mijnvbm.nl

30 LINTJES Ter gelegenheid van Koningsdag 2017 heeft een groot aantal Nederlanders een Koninklijke Onderscheiding ontvangen. Ook waren er onlangs uitreikingen van bijzondere eerbewijzen. Trivizier meldt hier de onderscheidingen die leden van de VBM hebben ontvangen. Het is mogelijk dat er meer leden zijn die een onderscheiding ontvingen. De redactie ontvangt graag melding daarvan (bij voorkeur De Ruytermedaille voor sergeant-majoor Martin Berentsen Sergeant-majoor Martin Berentsen heeft op 21 maart een Koninklijke Onderscheiding ontvangen. Hij kreeg uit handen van minister Melanie Schultz van Haegen van Infrastructuur en Milieu de De Ruytermedaile, een (Koninklijke) blijk van waardering voor grote inzet en betrokkenheid bij de scheepvaart. Berentsen, opvarende van Zr. Ms. Urk, ontving de onderscheiding voor zijn werk aan boord van meerdere mijnen jagers. Inmiddels al 13 jaar lang ruimt hij onder andere als (assistent-)mijnenjachtofficier explosieven van de meest uiteenlopende soorten, in de Noordzee, de Oostzee en voor de kust van Libië. De medailles werden opgespeld in het bijzijn van onder andere gezinsleden van de gedecoreerden, Commandant Zeestrijdkrachten luitenant-generaal-der-mariniers Rob Verkerk en marinemensen van de Mijnendienst. Sinds de instelling van de De Ruytermedaille in 1907 zijn er 204 uitgereikt. Gedecoreerden Ministerie van Defensie AOO ODOPS J.M. Lemmen uit Den Helder is benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje- Nassau met de zwaarden. De heer A.A. van Eldik (Natres) uit Weert is benoemd tot lid in de Orde van Oranje- Nassau met de zwaarden. LTZ2OC b.d. W.A. de Groot uit Anna Paulowna is benoemd tot lid in de Orde van Oranje-Nassau. B r o n z e n legpenning voor Ewout Sijl Brigade-generaal J.R. Swillens heeft op 20 maart 2017, namens het bestuur van het Carnegie Heldenfonds, de bronzen legpenning uitgereikt aan tweede luitenant Ewout Sijl (26). Tijdens zijn vakantie in Turkije in de zomer van 2015 redde de jonge luitenant het leven van de Britse toerist Ian Reynard. De medaille van het Carnegie Heldenfonds wordt uitgereikt aan hen, die met eigen levensgevaar anderen het leven hebben gered of daartoe een serieuze poging hebben gedaan. 30 Trivizier

31 geridderd Arie van den Broek (75) is op 8 april door locoburgemeester Judith de Jong (Hoorn), namens de koning, benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Dit gebeurde tijdens de tiende Hoornse lokale veteranendag. Arie van den Broek is Midden-Oosten-veteraan. En erelid van de VBM Het hoeft dan ook geen verbazing te wekken dat iemand als Arie van den Broek de onderscheiding ontvangt omdat hij zich verdienstelijk heeft gemaakt. Niet alleen voor de VBM, maar juist ook voor de maatschappij. Dat doet hij al meer dan 50 jaar. Arie van den Broek was tot vorig jaar voorzitter van de Stichting Veteranen Hoorn. Bij de Algemene Vereniging voor oud- en actief dienend personeel van de Koninklijke Marine was Arie bestuurslid. Hij was lid van het Algemeen Bestuur van het Veteranen Platform en bestuurslid van de Stichting Sociaal Fonds van de vereniging Contact Oud- en actief dienende Mariniers. Bij het landelijk Veteranenplatform was Arie algemeen bestuurslid en lid van de Commissie Zorg en Nazorg. Bij het Veteraneninstituut vervulde hij de rol van regiocoördinator en was hij gastspreker in het project Veteraan in de Klas. Hij was daarnaast bestuurslid bij de afdelingen Rotterdam, Amsterdam en Doorn, lid van het hoofdbestuur, voorzitter van de toenmalige Hoofdafdeling Nederlandse Antillen, hoofdvertegenwoordiger van de confessionele groepen en voorzitter van de Commissie Accommodatie Schepen en Walinrichtingen van de Vakbond voor Burger en Militair defensiepersoneel. En hij was bij de VBM jarenlang nazorgmedewerker en lid van het belastingserviceteam. Ook was Arie van den Broek bondsbestuurslid bij Reddingsbrigade Nederland en bestuurslid van de Hoornse Reddingsbrigade Notwin. Arie van den Broek was ook betrokken bij zware maatschappelijke onderwerpen zoals seksuele intimidatie (vertrouwenspersoon seksuele intimidatie in de sport voor NOC*NSF). In een editie van de Trivizier uit 2000 (maart) vinden we een artikel over de beroepsgroep militairen van Amnesty International. Daar was Arie van den Broek lid van. Veiligheid, erkenning en waardering zijn steeds de centrale hoofdthema s geweest bij alles wat hij voor de Nederlandse samenleving heeft gedaan. Hij behartigde de belangen van kwetsbare grote groepen, maar ook van individuen. Hij heeft mensen in emotionele en psychisch moeilijke omstandigheden bescherming geboden en hen de helpende hand gereikt. Zijn inzet was er voor iedereen: van directe hulp aan stervende veteranen/militairen en hun naasten tot aan kennisoverdracht aan de basisschooljeugd. In 2005 heeft Trivizier Arie van den Broek 10 vragen gesteld, met name over zijn werk als nazorgvertegenwoordiger. Saillant is Aries antwoord op de vraag waarom hij lid was geworden van de VBZ: Ach, je weet hoe dat destijds ging. Ik moest bij een onderofficier van de politie komen - dus ik moet toen iets uitgevreten hebben - en die vroeg: ben je al lid van de VBZ? Dat was ik niet. Hij heeft me toen ingeschreven. Dat was op de kazerne Suffisant, Curaçao Trivizier 31

32 Van 13 maart tot en met 23 maart hebben Jean Debie (voorzitter) en Jef Stassen (bestuurder) een werkbezoek gebracht aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten. In deze en komende Trivizier doen zij verslag van hun bevindingen. Werkbezoek VBM aan de West 2017 In dit deel van het verslag komen achtereenvolgens aan de orde: n Samenwonende mariniers op Aruba n Wijziging screeningsformulier en procedure n Verschraling door bezuinigingen n Terug naar Nederland na buitenlandplaatsing n Verbetering en verkoop van defensiewoningen n Aanpassingen infra en kombuis en koelingsinstallaties n Ziekenboeg en nieuwbouw Savaneta 32 Trivizier

33 Samenwonende mariniers Volgens onze leden vertelt Defensie (KM) bij de voorlichting voorafgaand aan een plaatsing in de West dat defensiemedewerkers voor de buitenlandplaatsing een samenlevingscontract kunnen afsluiten. Voordeel hiervan is dat de vergoedingen hoger zijn. Een (mogelijk) nadeel: gedurende de periode van het samenlevingscontract worden de pensioenaanspraken aan elkaar overgedragen. Commandanten in het Caribisch gebied hebben moeite met het feit dat mariniers, puur vanuit financieel gewin, zo n samenlevingscontract aangaan. In het Caribisch gebied staat integriteit op dit moment hoog in het vaandel en in dat kader wordt het afsluiten van een samenlevingscontract gezien als misbruik van de regelgeving en wordt het gezien als niet integer gedrag. Volgens de commandanten zou het structureel toepassen van deze regelgeving zo maar kunnen leiden tot andere inzichten met betrekking tot de plaatsingsduur van defensiemedewerkers. Te denken valt aan een soortgelijke constructies als die voor de CLAS-Compagnie in de West De VBM heeft als tegenargument aangevoerd dat medewerkers gebruik maken van regelgeving en er in die zin geen sprake kan zijn van niet integer gedrag. Wijziging screeningsformulier en procedure De sociaal-medische screening maakt deel uit van de sollicitatieprocedure buitenland, voor zowel individueel uit te zenden militairen als militairen met gezin. De KM voert als onderdeel van de sollicitatieprocedure een zogenaamde (voor)screening uit, vooruitlopend op de sociaal-medische screening door DC BMW (bedrijfsmaatschappelijk werk). Daarmee wordt de militair al dan niet met gezin in de gelegenheid gesteld om ook zelf een inschatting te maken in hoeverre hij/zij met of zonder gezin gedurende de plaatsing in het buitenland bepaalde risico s loopt. Ook kan de militair bezien in hoeverre hij/zij zelf maatregelen kan treffen om deze acceptabel te houden of zelfs weg te nemen. Vanuit de organisatie in het Caribisch gebied is aangegeven dat ondanks de screening er nog steeds medewerkers (eventueel met gezin) voortijdig terugkeren naar Nederland ( repatten ). Daarom is voorgesteld om het screeningsformulier aan te passen. Volgens het KM-voorstel zou de militair die een plaatsing in de West wil het formulier, anders dan voorheen, moeten tekenen voor naar waarheid ingevuld. Daarmee hoopt de KM te voorkomen dat mensen (belastende) informatie achterhouden die zou kunnen leiden tot De CLAS-Compagnie in de West. Vrouw van een gedetacheerde militair maakt een praatje met leden van de KMar-brigade in het Caribisch Gebied. afwijzing van de buitenlandplaatsing. Daarbij valt te denken aan het verzwijgen van ingenomen rijbewijs in Nederland, verzwijgen van psychische problemen, leer- en/of gedragsproblemen van kinderen waarvoor bijvoorbeeld in Aruba geen adequate schoolbegeleiding is; gokschulden, medische beperkingen; niet afgerond scheidingsproces. Daarnaast is het zo dat op dit moment iedere defensiemedewerker een screening in de thuissituatie krijgt. In de nieuwe situatie krijgt de medewerker een screening thuis als de informatie op het screeningsformulier daar aanleiding voor geeft. De VBM heeft bedenkingen bij de toevoeging naar waarheid ingevuld en het ondertekenen daarvan. Mensen lopen de kans om van valsheid in geschrifte te worden beschuldigd. Dit kan ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld als Defensie kosten gaat verhalen indien iets niet is gemeld. Een mogelijke oplossing: je kunt op basis van de vragen/antwoorden op de vragenlijst voor kandidaten die naar de West willen de echte screening doen. Dan hoef je niet iedereen aan Trivizier 33

34 een strenge procedure te onderwerpen. Het gaat vooral om het niet-toelaten van militairen die kinderen hebben met een aandoening die in de West niet goed behandeld kan worden of waarvoor geen geschikte begeleiding op de eilanden aanwezig is. Verschraling door bezuinigingen De reorganisaties en bijbehorende verschraling in functies op stafniveau, leiden soms tot ongewenste situaties. Ook door het verpaarsen zijn in de Carib organisatie single points of failure ingebouwd. Eén enkele medewerker is vaak verantwoordelijk voor bepaalde zaken zoals het afsluiten van een nieuw verzekeringscontract. Indien er verder niemand in de staf in het gebied controle hierop heeft, komt het voor dat bepaalde zaken niet geregeld zijn. Zo is in de praktijk verzuimd om voor het defensie wagenpark op Aruba een verzekering af te sluiten. Dit betekent dat er op Aruba geen enkel defensievoertuig de kazerne af mag. Blijkbaar is er inmiddels een uitzondering gemaakt voor KMar voertuigen en dat leidt weer tot scheve gezichten bij de inwoners van Aruba die vaststellen dat de voertuigen niet voorzien zijn van de juiste kleur verzekeringsstickers. Terug naar Nederland na buitenlandplaatsing Een probleem dat schier onoplosbaar lijkt, is de terugkeer naar Nederland van medewerkers aan het eind van de reguliere plaatsingstermijn. Uit informatie bleek dat ook dit jaar medewerkers kort voor de datum terugkeer niet weten wat de volgende plaatsing wordt. Volgens de KM-medewerkers die dit moeten regelen (P&O) wordt er wel degelijk meegedacht maar het kan voorkomen dat functies waarop medewerkers opteren in de vacaturebank voortijdig verlengd of opnieuw gevuld worden waardoor de medewerker in de West mis grijpt. Ook dienen medewerkers vanuit de West zo laat mogelijk belangstelling in voor functies met als doel nog in aanmerking te komen voor verticale functietoewijzing. Tijdens ons bezoek bleek dat ongeveer 5 medewerkers (op een bestand van 75) in Aruba nog geen functie hadden gevonden en in Curaçao waren de cijfers ongunstiger. In het algemeen hanteert Defensie een termijn van 4 maanden voor het open zetten van een functie in de vacaturebank. Dat is te kort om op tijd een school voor de kinderen en/of een woning in Nederland te vinden. In het algemeen kan gesteld worden dat de reguliere terugkeer naar Nederland structureel voor een redelijk aantal defensiemedewerkers problemen oplevert in die zin dat ze nog niet weten op welke functie zij geplaatst worden. Stelregel en afspraak overleg is: 1 jaar voor datum terugkeer moet de standplaats bekend zijn en 6 maanden voor terugkeer de plaatsing. Nu is de praktijk dat de 6 maanden gehanteerd wordt voor het toekennen van de standplaats en de plaatsing komt daarna wel. De standplaats is van belang want wil de medewerker het verhuizingsproces in gang zetten dan dient hij of zij te beschikken over een beschikking. De standplaats is niet altijd zaligmakend want in de praktijk komt het ook voor dat medewerkers na terugkeer in Nederland toch een functie buiten de standplaats (toegewezen) krijgen. De standplaats toekennen is voor CZSK personeel redelijk eenvoudig, dit omdat de medewerkers terecht komen of in de regio Den Helder of in de regio Doorn/Rotterdam. Voor de overige paars geplaatste medewerkers en het KMar-personeel ligt het echter anders. Deze medewerkers weten over het algemeen pas laat waar ze terechtkomen in Nederland. Ook in deze gevallen is het feit dat functies voor een beperkte tijd open staan in de vacaturebank een beperking voor het personeel. Functies in de West worden ruim 1 jaar voor datum vulling gepubliceerd waardoor medewerkers ruim van tevoren weten of ze wel of niet geplaatst worden. Eenmaal in de West geplaatst moeten medewerkers maar zien hoe ze een functie krijgen. Men heeft het gevoel dat de organisatie dit niet als een probleem ziet. Immers, de aflossers zijn vaak bekend en hoe het personeel dat drie of vier jaar daar gewerkt heeft, een functie bemachtigt, is voor de organisatie van minder belang. Ze voelen zich door de organisatie in de steek gelaten. Verbetering en verkoop van defensiewoningen Op Curaçao en Aruba staan al gedurende lange tijd defensiewoningen leeg. Defensiemedewerkers kiezen voor andere huisvesting waardoor de bewoning van de defensiewoningen achterblijft. Defensie heeft ervoor gekozen om een aantal defensiewoningen te verkopen. Op Aruba blijven ongeveer 25 woningen en op Curaçao 45 woningen in het bezit van Defensie. Naar aanleiding van klachten door bewoners van de defensiewoningen is door de medezeggenschap een enquête uitgezet. Uit de enquête bleek dat er sprake is van een groot aantal kleine en grote gebreken. Planmatig onderhoud staat gepland voor Vanuit het Caribisch gebied is naar voren gebracht om met de opbrengst van de verkochte defensiewoningen het achterstallige onderhoud aan de bestaande defensiewoningen uit te voeren. Maar zo eenvoudig ligt het niet. 34 Trivizier

35 De Bestuursstaf (HDFC) heeft, naar verluidt, besloten dat de opbrengsten niet direct terugvloeien naar onderhoud voor de defensiewoningen maar dat het voor andere zaken zal worden gebruikt. Blijkbaar zijn in het verleden veel belangrijke functionarissen van Defensie tijdens werkbezoeken fysiek naar de staat van de defensiewoningen wezen kijken. Onder meer de Hoofddirecteur Personeel en de Inspecteur Generaal der Krijgsmacht behoren tot die functionarissen. Ook bij die gelegenheden is blijkbaar altijd de suggestie gewekt dat de opbrengsten van de verkoop zouden terugvloeien naar die defensiewoningen die door Defensie zouden worden aangehouden. Duidelijk is wel dat de verkoopopbrengsten op dit moment niet vrijgehouden worden voor verbeteringen/herstel/renovatie van de defensiewoningen die nog wel beschikbaar zijn. Vanuit de defensie-organisatie is aangegeven dat het Commando Zeestrijdkrachten (CZSK) de noodzakelijke renovatie in het Defensie investeringsplan (DIP) moet zetten. Inmiddels is dit gedaan en de renovatie staat nu op de rol in Achter de schermen wordt eraan gewerkt om dit project in tijd naar voren te brengen waarbij nu de verwachting is dat een en ander in 2019 tot de mogelijkheden behoort. Via het Commando Diensten Centra (Commandant DCIOD) zorgt Defensie voor een passend verklaring. Bureau Huisvesting verklaart defensiewoningen per definitie passend. De vraag is echter of DCIOD een woning met achterstallig onderhoud en gebreken wel passend kan verklaren. Als de woning niet passend wordt verklaard, zal de medewerker een woning op de wal huren en aanspraak maken op de bestaande huurplafond-regeling. Defensie zou dan duurder uit zijn. Aanpassingen infra en kombuis en koelingsinstallaties Naar aanleiding van een bezoek aan de West in 2015 heeft de VBM gewag gemaakt van het feit dat onder andere de ketels in de kombuizen van alle kazernes in het Caribisch gebied niet meer voldoen en zwaar verouderd zijn. Vervanging was nodig en (mede op instignatie van de VBM) heeft Defensie budgetten voor het vervangen hiervan naar voren gehaald. Op dit moment wordt de kombuis en koelingsruimten in het cafetaria op Marinebasis Parera verbouwd. De oplevering wordt nog dit jaar verwacht. De blauwdruk voor de verbouwing op Parera wordt ook toegepast op de kombuis en koelinstallaties op Marinekazerne Suffisant (MKSUFF) en op de Marinierskazerne Savaneta. Naar verwachting zal een en ander in 2018 worden voltooid. Ketels, koelinstallaties en kombuizen voldoen niet meer. Defensiewoningen staan leeg. Daarnaast de Marinierskazerne Savaneta en daaronder de nieuwbouw voor de KMar en het gesloten cafetaria. Ziekenboeg en nieuwbouw Savaneta Tijdens onze rondgang op de kazerne werd duidelijk dat het gezondheidscentrum op Savaneta bouwtechnisch niet meer aan de eisen voldoet. De VBM heeft dit laten weten aan de Inspectie Militaire Gezondheidszorg (IMG). Op de Marinierskazerne Savaneta is op het gebied van aanpassingen infrastructuur de afgelopen jaren een en ander gebeurd. Tijdens het bezoek werd duidelijk dat het nieuwe stafgebouw tijdig opgeleverd is maar dat vanwege het ontbreken van meubilair vanuit Nederland het gebouw nog niet betrokken kon worden. Kort na ons bezoek is het meubilair alsnog geleverd. Ook wordt op de kazerne nieuwbouw gepleegd voor de KMar. Het personeel is nu gelegerd in een gedateerd gebouw en het nieuwe gebouw krijgt alle voorzieningen die de KMar nodig heeft om de werkzaamheden goed uit te kunnen voeren. Wat na de verhuizing met de oude gebouwen gaat gebeuren is nog niet bekend maar naar verwachting worden deze gesloopt Trivizier 35

36 JURIDISCH Mag je een gesprek met de overheid opnemen? Meestal wel, Mag je een gesprek opnemen? mits je je houdt aan de spelregels die de Nationale ombudsman in november 2014 heeft opgesteld. Tekst: Mr. Maarten de Haas De spelregels van de ombudsman zijn: u maakt van tevoren duidelijk dat u een geluidsopname wilt maken; een overheidsinstantie staat het maken van een geluidsopname toe, tenzij er zwaarwegende redenen zijn dit niet te doen. In dat geval biedt zij een alternatief aan; een overheidsinstantie heeft op de eigen website informatie staan over het opnemen van gesprekken; u verstrekt aan de overheidsinstantie een kopie van de opname als deze dat wenst (of vice versa als de overheidsinstantie de opname maakt); er mag in de geluidsopname niet geknipt of geplakt worden tenzij dit wordt meegedeeld; geluidsopnamen mogen niet zonder toestemming van de andere partij openbaar worden gemaakt of aan derden worden verstrekt. De juristen van de VBM krijgen de laatste tijd vaak de vraag, of gesprekken met Defensie mogen worden opgenomen. De vraag lijkt in het tijdsbeeld te passen waarin het vertrouwen in Defensie als werkgever broos is. Defensie heeft voor juridische procedures bepaald dat defensiepersoneel geen opnames mag maken voor eigen gebruik. Defensie maakt meestal zelf wel opnames tijdens de hoorzittingen. Die opnames worden niet verstrekt maar kunnen op verzoek wel opnieuw op locatie worden beluisterd. Voor overige gesprekken tussen personeel en vertegenwoordigers van Defensie is er niets geregeld. Het beleid van Defensie is wonderlijk en sluit niet aan bij de openheid en transparantie die van Defensie als werkgever en bestuursorgaan mag worden verwacht. In een onduidelijke brief van 2 maart 2015 heeft de directeur arbeidsvoorwaarden aangegeven dat per definitie in juridische procedures zwaarwegende belangen spelen (privacy wetgeving) die verhinderen om opnames ter beschikking te stellen. Dat belang zien wij niet. Met werknemers kan prima worden afgesproken dat de opname alleen wordt verstrekt indien deze niet verder wordt verspreid (tenzij met toestemming). Andersom moet de werknemer er ook op vertrouwen dat Defensie zorgvuldig met zijn opname omgaat. Bovendien wijkt de handelwijze van Defensie ook af van hoe bijvoorbeeld gemeenten omgaan met (bestuursrechtelijke) juridische procedures. Veelal worden van de hoorzittingen geen schriftelijke verslagen meer gemaakt, maar kunnen belanghebbenden achteraf een kopie van de geluidsopname opvragen. Dit sluit ook aan bij de spelregels van de Nationale Ombudsman. Behalve in juridische zaken vindt er op allerlei andere manieren contact plaats tussen werkgever en werknemer. Denk aan een loopbaangesprek of beoordelingsgesprek of een gesprek met een (bedrijfs)arts. Wij adviseren om niet te snel een geluidsopname te willen maken. Informeel en open contact heeft de voorkeur zonder dat gespreksdeelnemers het gevoel hebben op hun woorden te moeten passen. Als je een opname wilt maken, dan raden we je aan om deze spelregels in acht te nemen. Wij pleiten ervoor dat ook Defensie zich in al haar geledingen conformeert aan de spelregels van de Nationale Ombudsman. 36 Trivizier

37 LODESTEIJN COLUMN Over de top Generaal der mariniers Rob Verkerk maakt doorgaans van zijn hart geen moordkuil. Al bij zijn inauguratie als Commandant Zeestrijdkrachten trok hij in Den Helder fel van leer tegen torenhoge bezuinigingen die ook de Koninklijke Marine treffen. Met een onvervalste Haagse tongval sprak de kersverse commandant in bijzijn van defensieminister Hennis de vrees uit dat zijn krijgsmachtdeel straks zijn grondwettelijke beschermingstaak niet meer op een adequate wijze kan uitvoeren. Ook na zijn aantreden bond Verkerk nog menigmaal de kat de bel aan over de armlastige staat waarin de marine verkeert. Hulde voor de wijze waarop de generaal het opneemt voor zijn mensen. Maar wie uitdeelt moet ook kunnen incasseren. Daarom moeten vraagtekens worden gezet bij de krampachtige wijze waarop de marine leiding onlangs reageerde op het interne geweeklaag over de torenhoge kosten van de bergexpeditie Manaslu in Nepal. Deze werd georganiseerd in het kader van het 350-jarige jubileum van het Korps Mariniers. Na de nodige voorbereidingsklimmen gingen zeven mountainleaders van de elite-eenheid vorig jaar de uitdaging aan om de 8100 meter hoge berg in de Himalaya te bedwingen. Het project kostte bijna een miljoen euro. Nogal een bom duiten voor een organisatie die zelfs de middelen ontbeert om militairen warm aan te kleden voor minder pr-gevoelige wintertrainingen in Schotland, zo beklaagden anoniem gebleven leden van het middenkader der zeemacht zich onlangs in de media. Toen de eerste publicaties een feit waren, ging het deksel van de beerput en volgden bloemrijke verhalen van klokkenluiders over wantoestanden binnen het elitekorps. Vanuit Den Haag en Den Helder bleef het hierop nagenoeg stil.,,defensie herkent zich niet in het geschetste beeld, zo luidde het summiere officiële statement. Generaal Verkerk liet nog weten dat de discussie over de buitenproportionele kosten van de bergexpeditie pas startte toen de voorbereidingen al nagenoeg waren Waar het gros van de mariniers de bergpunt niet haalde, is de marineleiding met het accorderen van deze onverantwoorde kostenpost in elk geval ver over de top gegaan. afgerond. Een weinig krachtige reactie, waar een Mea Culpa beter op zijn plaats was geweest. Inmiddels is het alweer een jaar gelden dat de Himalaya-expeditie werd gehouden. De meesten van de zeven mountainleaders haalden het hoogste punt van de berg niet eens. De foto waarop de gehele groep met de nationale driekleur poseert, is volgens ingewijden tientallen meters onder de werkelijke top genomen omdat de laatste steile klim zelfs voor deze uitputtend getrainde mannen onoverbrugbaar bleek. Waar het gros van de mariniers de bergpunt niet haalde, is de marineleiding met het accorderen van deze onverantwoorde kostenpost in elk geval ver over de top gegaan. Flip Lodesteyn Trivizier 37

38 MEMO Herdenking Slag om de Residentie 2017 De Nederlandse krijgsmacht wist in een aantal gevallen de Duitse aanval in de meidagen van 1940 te weerstaan. Dat was in ieder geval zo bij de gevechten rond het voormalige vliegkamp Ypenburg (bij Den Haag). Naar verluidt namen de Nederlanders daar een kleine 800 Duitse (luchtlandings) infanteristen krijgsgevangen. Die werden op de dag van de capitulatie op de boot naar Engeland gezet. Op 10 mei 2017 is de herdenking van de slag om Ypenburg. De plechtigheid vindt plaats aan het ILSYplantsoen 1, Den Haag, bij het voormalige stationsgebouw van het vliegkamp. Vriendelijk verzoek om rond uur aanwezig te zijn. BETAALDATA Defensie betaalt de salarissen op woensdag 24 mei Dit is inclusief vakantietoeslag. ABP stort de uitkeringen op dinsdag 23 mei. Uiterlijk de volgende werkdag staat het geld op uw rekening bijgeschreven. Agenda Bronbeek Tot en met 17 mei zijn 28 kunstwerken te zien, ontworpen door studenten van de opleiding Docent Beeldende Kunst en Vormgeving van ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem. De studenten zijn in gesprek gegaan met de bewoners over het thema Thuis. De gesprekken vormden inspiratie voor de kunstwerken. Bronbeek, Velperweg 147, 6824 MB Arnhem 38 Trivizier

39 MEMO Fotoboek 100 Jaar MLD Dit jaar is het 100 jaar geleden dat de Marineluchtvaartdienst (MLD) werd opgericht. Ter gelegenheid hiervan heeft Peter Korbee het fotoherinneringsboek 100 jaar Marineluchtvaartdienst samengesteld. Dit is geen boek waar de geschiedenis wordt beschreven, maar een boek vol (kleuren)foto's van de vliegende vloot en de mensen die daarbij hoorden. De fraaiste foto's van de MLD, waar ook ter wereld genomen, zoals aan boord van de vliegkampschepen. Voor het eerst gepubliceerd: een panoramafoto van 330 graden van MVK Biak 'De Boroekoe' met haar Fireflies en Neptunes. Aandacht is er ook voor maritieme luchtvaartkunst. Formaat boek A4, 340 pagina's, harde kaft, oplage is beperkt tot exemplaren. Te bestellen door 39,95 (incl. verz.) over te maken op NL96 INGB t.n.v. P. Korbee (o.v.v. '100 jaar MLD boek' en vergeet uw postadres niet). U ontvangt het boek op de dag van de officiële presentatie, eind mei a.s. Voorts is het boek te koop bij Flash Aviation, Luchtvaart Hobby Shop Traditiekamer- MLD en Nationaal Militair Museum. Agenda MOOC Zaterdag 20 mei Feestavond met live muziek van het Trio Harmony. Tijd uur Entree is gratis. Veteranen Hart van Brabant Iedere derde donderdag van de maand organiseert de Stichting Veteranen Hart van Brabant een Veteranen Netwerkborrel bij Café Hoegaarden (Piusplein 2, Tilburg). Leeftijd en missie spelen hierbij geen enkele rol! De volgende veteranenborrels zijn op 18 mei en op 15 juni. Voor de organisatie van verschillende evenementen is de stichting op zoek naar donateurs. NL88RABO (t.n.v. Stichting Veteranen Hart van Brabant). Ook is de stichting op zoek naar vrijwilligers. Het gaat om hulp in de volgende gebieden: fondsenwerving, webmaster, gastheren / -vrouwen, klusjesmannen / -vrouwen. Telefoon Zaterdag 17 juni Live muziek van de jaren , uitgevoerd door de zesmansformatie Frilly Fish. Tijd uur, entree is gratis. Marine OnderOfficieren Club, Spoorstraat 56 Den Helder. REÜNIES Reünie / lustrumviering Verbindingsdienst Korps Mariniers; woensdag 5 juli 2017 Van Braam Houckgeestkazerne Doorn. Aanmelden voor 15 juni! Kosten 15 euro p.p Trivizier 39

40 (GAST)COLUMNL L OLUMNLINDEN LI Vakbond of vereniging? De laatste maanden wordt veel gesproken over wat ons verbindt. Meestal gaat het dan om een manifestatie of evenement waarbij wordt opgeroepen om je verbonden te voelen met groepen, volken of het in stand houden van een stuk natuur. Hoe je je dan verbonden voelt kun je soms tonen door simpelweg een donatie te doen, of een steunbetuiging te plaatsen via de zogenaamde sociale media. Doe je dat niet of ben je niet aanwezig dan ben je kennelijk niet verbonden. Dat is niet helemaal zo. Verbondenheid kent vele betekenissen. In de maand mei wordt heel veel aandacht besteed aan het houden van herdenkingsbijeenkomsten. We zijn dan verbonden met elkaar door middel van een collectief geheugen, tot uiting gebracht door toespraken en verhalen, het leggen van een krans of het aanraken van een gedenksteen. Militaire veteranen en (oud) defensie medewerkers kennen in deze weer een andere vorm van verbondenheid. Bij een reünie, meestal samenvallend met een herdenking, worden emoties openlijk getoond. Er wordt gelachen, gehuild en herdacht. Wat hen verbindt is te herleiden naar het gezamenlijk hebben beleefd of ondergaan van uiteenlopende gebeurtenissen. Erbij willen horen is moeilijk. De verbinding ontstaat wel eens bij empathie maar wie niet het uniform gedragen heeft zal aan empathie niet genoeg hebben. Evenzo het burgerpersoneel dat jaren achtereen op de werkplek gevoelens heeft gedeeld, soms onder het geratel van machines. Daar de leiding over krijgen (bijvoorbeeld als politicus) leidt niet tot een verbinding. Bij de diverse verenigingen van veteranen kent men de lief en leed -commissies. Onder de indruk ben ik als ik lees dat men voor elkaar zorgt, er wordt geschilderd en behangen bij gewonde collega s en motorrijders kinderen een vrolijke dag bezorgen. Al met al kan verbinding in ons dagelijks leven alleen maar bestaan als je jezelf openstelt of ergens bij aansluit. De gedachte aan een digitale wereld komt hierbij direct op. Verbindelaren lopen niet meer met kilometers draad om posten met elkaar te verbinden. Ook al bestaat de iphone nog maar net 10 jaar, van een slingertelefoon op de rand van een schuttersput bestaan maar weinig kleurenfoto s! Aansluiting is dus kennelijk het toverwoord. Om dit jaar onze coureur Max te zien moet je die bepaalde aansluiting hebben, wil je bij het Legioen horen op de Coolsingel dien je minstens een petje te dragen. En mocht dat feest niet doorgaan dan wordt er collectief getreurd. De benaming vereniging klinkt iets prettiger dan het woord vakbond. Beide woorden geven een verbinding aan van groepen mensen die gezamenlijk wat willen bereiken. Je zou dus kunnen zeggen dat de aansluiting goed moet zijn om de verbinding optimaal te houden. Onze vakbond is voortgekomen uit meerdere verenigingen zoals de VBZ en de LKV. In die vakbond verbinden we inmiddels burger en militair defensiepersoneel. Zorg dat u die aansluiting niet mist! Mario van der Linden 40 Trivizier

41 MEDEZEGGENSCHAP De macht van de achterban Uiteraard moet de MC zoveel mogelijk met Mr. de Maarten achterban de Haas communiceren. Tekst: Communicatie is echter tweerichtingsverkeer. De MC moet niet alleen informatie geven aan de achterban maar zeker ook ontvangen. Als collega s af en toe een verslag krijgen of de agenda van de vergadering, is de vraag of dit voor de achterban voldoende is. Nog steeds zijn reorganisaties aan de orde van de dag. Juist bij dit soort overlegonderwerpen is het van groot belang de achterban te raadplegen. Er zijn allerlei vormen te bedenken om de geïnteresseerde collega s te betrekken bij MC-werk. Het is altijd een wens geweest dat de medezeggenschap hiervoor ruimte en mogelijkheden krijgt. In de afgelopen tijd, met grote bezuinigingen, viel het voor veel MC s niet mee om een dialoog met de achterban te realiseren. Vaak voelt het Hoofd Dienst Eenheid wel aan, of de MC daadwerkelijk als vertegenwoordiger van de achterban optreedt. Indirect kun je de achterban beschouwen als een bron van macht. De vraag is of de achterban zich dit realiseert. Veelal komen alle initiatieven/onderwerpen vanuit de MC. De achterban staat erbij en kijkt ernaar. In de wetenschap dat de achterban een bron van macht kan zijn, moeten collega s zelf ook initiatief nemen en hiermee de MC ondersteunen. Uiteraard moet de MC zorgen dat de achterban op de hoogte is van de rol die de MC speelt, hoe je de MC kunt bereiken en uiteraard wie er in de MC zit! De achterban van de MC is vaak in te delen naar de mate van betrokkenheid bij het MC-werk. Degenen die gebruik hebben gemaakt van het actief kiesrecht (hebben gestemd) geven in ieder geval aan dat ze in meer of mindere mate betrokken willen zijn bij het MC-werk. In de prakrijk blijkt dat iedere betrokken werknemer op zijn onderdeel belangen heeft. Deze belangen verschillen enerzijds per individu en anderzijds per groep. Bijvoorbeeld personeel op een productieafdeling heeft andere belangen dan het personeel achter een bureau. Gaat het om inkrimping binnen een organisatie dan zijn de belangen van degenen die met overtolligheid worden bedreigd in het geding. De betekenis van de indeling naar belangen komt vaak vooral naar voren op de momenten dat groepen in de organisatie een beroep doen op de MC of als de MC voor een bepaald onderwerp steun zoekt. Daarom vooral voor de achterban het volgende: Als we concluderen dat u als achterban mede de kracht van de MC bepaalt, moet u niet afwachten wat een MC aan initiatieven ontplooit. Met het oog op de eindeloos lopende reorganisaties en veranderingen is het noodzakelijk dat de achterban de medezeggenschap ondersteunt. Als achterban heeft u ook een eigen verantwoordelijkheid. De MC s verdienen uw steun en inbreng. Dit is in uw eigen belang! De medezeggenschapscommissie (MC) is een gekozen vertegenwoordiging van het personeel. Het personeel is dus de achterban van de MC. De achterban is op de eerste plaats een bron van informatie, maar ook een bron van macht. Tekst: Louis Schipper?! Trivizier 41

42 GEVAARLIJKE STOFFEN Als actief dienend militair ben ik veelvuldig in aanraking gekomen met asbest op allerlei manieren. Ook heb ik gewerkt met Otto Fuel en PX 10. Ik heb toentertijd hiervoor een registratie laten doen. Ik ben nu post-actief. Bestaat mijn registratie nog? In hoeverre is deze nog geldig? Kan ik de registratie verkrijgen en/of inzien? Ziek van je werk? De afgelopen (tientallen) jaren zijn er bij de Nederlandse krijgsmacht verschillende kwesties geweest die te maken hadden met ziektes opgelopen bij Defensie vanwege het werken met gezondheidsbedreigende stoffen of straling. Het gaat doorgaans om kwesties die veel publiciteit kregen (en krijgen). Toch is de uitkomst veelal onbevredigend. Dat heeft alles te maken met de juridische complexiteit. Wie een schadevergoeding wil, moet kunnen bewijzen dat de stof/straling waarmee gewerkt is kan leiden tot de specifieke gezondheidsschade. En daarnaast moet je kunnen bewijzen dat de werkgever (Defensie) heeft nagelaten om maatregelen te nemen die er voor zorgen dat de gezondheid van u als werknemer niet bedreigd wordt. Dat laatste betekent bijvoorbeeld ook dat de werkgever op het moment dat u bent blootgesteld aan schadelijke stoffen/ straling wist dat die stof/straling die schadelijke effecten had. Kortom: je komt al gauw in een juridisch moeras terecht. En daar kom je makkelijk in terecht, maar lastig uit Registratie en claims Om een beeld te krijgen van de problematiek, heeft Defensie regelmatig (oud-)werknemers (militairen en burgers) opgeroepen om zich te laten registreren. Die registraties dienen er allereerst toe om mensen van informatie te kunnen voorzien. Registratie geeft geen recht op eventuele schadevergoeding. Indien u geregistreerd bent en Defensie voorziet u niet meer van informatie, dan is in feite de registratie in de ogen van Defensie niet meer van belang. Registratie kan een schadeclaim ondersteunen, maar is niet voldoende voor het bewijs dat men de schade heeft opgelopen door werk voor/bij Defensie. Als het om grote aantallen gaat, dan geeft de registratie een beeld van de locaties waar en/of eenheden die intensief gebruik maken van schadelijke stoffen/straling (of die dat ooit deden). Dat biedt de mogelijkheid om met een (wetenschappelijk) onderzoek een duidelijker beeld te krijgen van de situatie. Met zo n onderzoek kun je eventueel vooraf duidelijkheid krijgen over de vraag of een schadevergoeding 42 Trivizier

43 VERENIGINGSNIEUWS wegens aantasting van de gezondheid terecht is of niet. Meestal is dat dus niet het geval, de enige uitzondering is tot nu gezondheidsschade door het werken met asbest. Asbest Gezondheidsclaims worden toegewezen bij de gevolgen van het inademen van asbeststof tijdens werkzaamheden als werknemer van Defensie. Het moet dan gaan om claims in verband met asbestose of mesothelioom (longvlies/buikvlieskanker). Slachtoffer? Neem contact op met de Sociale Verzekeringsbank SVB. Zie deze internetpagina: asbestregeling/index.jsp Otto Fuel Er is niets bekend over claims in verband met blootstelling aan Otto Fuel. Er zijn geen onderzoeken die een duidelijk verband aantonen tussen bepaalde ziektes en de blootstelling (via inademing of consumptie) van Otto Fuel. PX-10 Claims in verband met aanraking met PX-10 worden vrijwel altijd afgewezen. Zie deze pagina: personeelszorg/inhoud/gezondheidsonderzoeken/ reinigingsmiddel-px-10 Er zijn echter in het verleden enkele succesvolle claims ingediend. Je moet dan kunnen aantonen dat Defensie heeft nagelaten om je te laten werken in goed geventileerde ruimtes waardoor de kans groter werd dat je regelmatig zogeheten piekconcentraties hebt ingeademd. Dit is zeer moeilijk aan te tonen/te bewijzen, maar niet onmogelijk. Minister Hennis heeft onlangs erkend dat Defensie individuele claims niet mag afwijzen op grond van het RIVM-onderzoek naar het gebruik van PX-10 bij Defensie. Wie veel met PX-10 heeft gewerkt en ziek is, kan zich dus altijd aanmelden bij de VBM. Radarstraling HAWK raketsystemen inhoud/gezondheidsonderzoeken/hawk-radar In 2009 heeft Defensie bekeken of het zinvol was om een onderzoek te doen naar een eventueel verband tussen radarstraling van HAWK-raketsystemen en het vaker overlijden van militairen die met die systemen hebben gewerkt aan bepaalde vormen van kanker. Conclusie: het is niet mogelijk om een onderzoek te doen naar dit verband. Defensie beschikt over te weinig gegevens. En andere onderzoeken zoals een onderzoek in België hebben geen duidelijk verband tussen de straling en bepaalde ziektes kunnen aantonen. Militairen op de Balkan Defensie heeft laten onderzoeken of militairen die op de Balkan hebben gediend, vaker leukemie krijgen dan anderen (door inademen van stof afkomstig van DPU-munitie; DPU is verarmd uranium ). Volgens onderzoek komt leukemie onder militairen die in de Balkan hebben gediend niet vaker voor dan onder vergelijkbare andere bevolkingsgroepen. Ook onderzoeken in Zweden en Denemarken wijzen niet op een mogelijk verband tussen uitzending naar de Balkan en de kans op het krijgen van leukemie. inhoud/gezondheidsonderzoeken/kanken-en-sterfteonder-balkanmilitairen Chroom-6 Claims in verband met blootstelling aan chroom-6 (aanwezig in slijpsel/schuurstof van coatings op bijvoorbeeld torpedo s, vliegtuigen, voertuigen enz.) worden in behandeling genomen. Op dit moment loopt een groot RIVM onderzoek naar blootstelling aan chroom-6. Totdat dit onderzoek is afgerond, kunnen (oud)medewerkers die ziek zijn geworden van chroom-6 een verzoek indienen voor een uitkering op basis van de coulanceregeling. Met de coulance-uitkering erkent Defensie nog geen aansprakelijkheid. Dat maakt het mogelijk om na afronding van het RIVM-onderzoek alsnog een schadeclaim in te dienen, ook als je gebruik hebt gemaakt van de coulanceregeling. In alle gevallen behalve bij de coulanceregeling chroom 6 is het aan het slachtoffer om aan te tonen dat de gezondheidsschade is ontstaan door de blootstelling aan een schadelijke stof tijdens werkzaamheden verricht voor Defensie. De VBM biedt aan leden altijd ondersteuning bij zo n procedure (ook bij de coulance-regeling), tenzij bij voorbaat duidelijk is dat een claim-procedure geen kans heeft. Indien u meer wilt weten over uw registraties, dan kan het ABP u wellicht meer duidelijkheid bieden. De contactgegevens van het ABP vindt u op deze internetpagina: inhoud/gezondheidsonderzoeken Trivizier 43

44 AOW-GAT Op 20 april hebben drie rechters van de Centrale Raad van Beroep zich in een openbare zitting gebogen over de rechtszaken die militairen hebben aangespannen vanwege het beëindigen van de UGM- en (militaire) wachtgelduitkeringen wanneer men de leeftijd van 65 jaar bereikt. De uitspraak wordt verwacht op 1 juni a.s. AOW-gat: Defensie vertraagt Het ging op 20 april om de behandeling van beroepsschriften tegen besluiten van Defensie, door Defensie genomen na uitspraken van ambtenarenrechters. De rechters hebben Defensie de verplichting opgelegd om een nieuw besluit te nemen over de hoogte van de uitkering. De grote vraag op dit moment is dus: hoe hoog moet de uit kering zijn totdat de benadeelde militairen de AOWgerechtigde leeftijd bereiken? Vandaar dat de landsadvocaat (de vertegenwoordiger van de minister van Defensie) kort (een half uur) voor de zitting op 20 april met nieuwe rekenvoorbeelden kwam. Het ministerie van Defensie doet met die berekeningen een (mislukte) poging om te laten zien dat het allemaal wel meevalt. De inkomensachteruitgang is immers slechts 10 procent. De vertegenwoordigers van de bonden (in dit geval die van AFMP, GOV en VBM) stellen daar bij monde van VBM-juriste Hanneke Nummerdor tegenover dat gedupeerde militairen nog altijd honderden euro s per maand minder inkomsten hebben gedurende hun AOW-gat. En dat er ook militairen zijn die met de regeling die Defensie biedt nog altijd onder het bestaansminimum zakken. De landsadvocaat deed namens Defensie ook nog een halfslachtige poging om verwarring te zaaien over de betrokkenheid van de bonden bij de totstandkoming van de oplossing die Defensie op 20 januari en 1 februari 2017 heeft Net als hier in 2014 was de rechtszaal te klein om alle belangstellenden te herbergen. aangeboden. Maar voor de bonden is die regeling volstrekt onvoldoende. Ook is er geen enkele sprake van betrokkenheid van de bonden bij de totstandkoming van die regeling. De landsadvocaat probeert op die manier namens de minister van Defensie verdeeldheid te zaaien tussen actief-dienend en postactief defensiepersoneel (en daarnaast tussen burger- en militair personeel). Ook dat punt konden de vertegenwoordigers van de bonden ontzenuwen door te wijzen op de manier waarop zij sinds 2012 (!) in het overleg met Defensie stelling hebben genomen en argumenten hebben aangedragen. Na een slotwoord van Loek van den Heuvel, door de aanwezigen beloond met een applaus, heeft VBM-jurist Wil Louwerse de belangstellenden buiten de rechtszaal op de hoogte gebracht van de gang van zaken binnen. Ook deze keer was de rechtszaal te klein om alle belangstellenden te herbergen. Naar verwachting zal de Centrale Raad van Beroep op 1 juni uitspraak doen. 44 Trivizier

45 AOW-GAT In de huidige samenstelling zou een overgrote meerderheid van de Tweede Kamer voor de motie Knops/Van Dijk hebben gestemd. Met die motie vroegen CDA en SP om het verlengen van de UGM- en wachtgelduitkering tot aan de AOW-gerechtigde leeftijd. Stop die stompzinnige boete! Maar de (in)formatie van een nieuw Kabinet zal nog wel even duren en tot die tijd zullen politieke partijen zich gedeisd houden op dit dossier. Toch hebben AFMP, GOV en VBM eind maart een brief gestuurd naar minister Hennis om duidelijk te maken welke afspraken een nieuwe regeringscoalitie moet maken. Open brief aan Minister Hennis over het AOW-gat Geachte minister, Tienduizenden defensiemedewerkers hebben of krijgen een AOW-gat. Daar was en is nog steeds veel emotie over. De hele oppositie was voor het 100% dichten van het AOW gat, militairen moeten namelijk verplicht op 65 jarige leeftijd met pensioen. En ook burgermedewerkers met een wachtgelduitkering verdienen géén AOW-gat. Maar u legt, samen met het Kabinet, een aanzienlijk deel van de rekening bij het defensiepersoneel. U heeft toezeggingen aan de Tweede Kamer gedaan over een aanvulling om het AOW-gat te verzachten, maar dat is nog steeds niet 100% gedicht. Voormalige defensiemedewerkers houden nog steeds een flink gat in hun portemonnee. U geeft in de Tweede Kamer aan dat uw toezeggingen vooral uit de arbeidsvoorwaardengelden worden betaald. U maakt mooie sier met geld dat is bedoeld voor de arbeidsvoorwaarden van het hele defensiepersoneel. Daar gaan de vakbonden óók over, en u kent ons standpunt. Wij laten werkenden niet nóg meer opdraaien voor het AOW-gat van (oud) defensiemedewerkers. Defensie betaalt sinds jaar en dag de RVU, een fiscale boete omdat medewerkers met vroegpensioen gaan. Ten eerste is die boete o.i. onterecht, militairen moéten immers verplicht stoppen met werken. Zij hebben een wettelijk geregelde bijzondere positie. Ten tweede hebben u en uw voorgangers nagelaten ooit wat aan die RVU boete te doen. U gaf in de Tweede Kamer aan dat u hier niks aan kunt veranderen. Dat is een misvatting. Voor Defensie geldt in dit geval hetzelfde als voor een gewone belastingbetalende onderneming. Die kan altijd in bezwaar (en evt. daarna in beroep) als hij het niet eens is met een aanslag. Dit geldt dus ook voor de RVU. Daarnaast kunt u altijd in dialoog met de fiscus over de voorgaande jaren. Kortom, aan de slag dus, want die fiscale boete van pakweg 175 miljoen op jaarbasis kan de defensieorganisatie uitstekend gebruiken om onder meer het AOW-gat wél voor 100% te dichten. De financiële nood bij Defensie is immers hoog. Hoogachtend, Jean Debie, voorzitter VBM, mede namens de BBTV Marc de Natris, duovoorzitter GOV MHB, mede namens KVMO, NOV, KVNRO en ODB Anne-Marie Snels, voorzitter AFMP, mede namens de MARVER en FNV Overheid Trivizier 45

46 Veiligheidssector moet moderner De veiligheid in Nederland is ernstig gedateerd. Daarvoor waarschuwt de Coalitie voor Veiligheid informateur Edith Schippers en de beoogde coalitiepartijen VVD, CDA, D66 en GroenLinks. Voorzitter van Gezamenlijke Officieren Vereniging (GOV/MHB) Ruud Vermeulen: Terroristen en misdaadorganisaties verbeteren hun methodes en passen zich aan, terwijl veiligheidsdiensten blijven hangen in de 20e eeuw. Met die groeiende achterstand, nemen we onverantwoorde risico s. De Coalitie voor Veiligheid ziet een verouderde technologie en werkwijze in de veiligheidssector. Een aantal symptomen daarvan zijn een trage reactietijd, langs elkaar heen werken en het missen van signalen uit het veld. Alle drie zijn funest voor goed veiligheidswerk. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in steeds hoger tempo op. Criminelen zijn vaak first adap- Het nieuwe kabinet moet daarom fors investeren in betere samenwerking, mensen en middelen voor de hele veiligheidsketen, van BOA s tot defensie 46 Trivizier

47 ters van nieuwe technologie, waardoor criminaliteit zich steeds sneller ontwikkelt naar nieuwe vormen. Ondertussen hebben politie, Openbaar Ministerie en andere veiligheidsorganisaties juist veel tijd nodig om zich aan te passen door bureaucratie, knellende wetgeving, versnippering en oude structuren. Bezuinigingen in de afgelopen jaren hebben de diensten nog verder op achterstand geplaatst. De handen moeten ineen worden geslagen om dit te verbeteren, aldus Marcel Smit van justitievakbond Juvox. Ministeries en veiligheidsorganisaties moeten van hun eigen eiland afkomen om een forse verbeterslag te maken. Het nieuwe kabinet moet daarom fors investeren in betere samenwerking, mensen en middelen voor de hele veiligheidsketen, van BOA s tot defensie. Vandaag heeft de Coalitie voor Veiligheid een visiedocument met deze boodschap verstuurd aan informateur Schippers en de fractievoorzitters van VVD, CDA, D66 en GroenLinks. ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp: Waar het op dit moment aan ontbreekt, is een gezamenlijke analyse van veiligheidsdreigingen, hoe deze te voorkomen zijn en hoe er effectief op gereageerd kan worden. Een voorbeeld binnen de cybercriminaliteit is ransomware waarbij met digitale blokkades wordt gechanteerd en losgeld wordt geëist. Er is een sterke toename van bedrijven, burgers, maar ook overheidsorganisaties en ziekenhuizen die door deze aanvallen worden getroffen. Onlangs kreeg ook de Tweede Kamer ermee te maken. Maar waar de dader bij een echte gijzeling een hoog risico loopt om gepakt en gestraft te worden, ligt dat heel anders bij het gebruik van ransomware. Criminelen kunnen daarmee relatief eenvoudig heel veel geld verdienen terwijl zij hun identiteit afschermen. De pakkans is daardoor gering. Om de identiteit van de daders te achterhalen, hen op te sporen en te veroordelen zijn grote investeringen nodig in nieuwe (digitale) opsporingsmethoden en in goed opgeleid personeel. Om snel en met succes te kunnen reageren moeten veiligheidsorganisaties bovendien het probleem gezamenlijk analyseren en hun kennis en informatie op het gebied van cybercriminaliteit veel beter met elkaar delen. Ook denken wij aan het verzorgen van opleidingen in ketenverband (Defensie, politie, Openbaar Ministerie en Rechtspraak, BOA s, etc.). Dit levert inzicht en kennis op over de aanpak, werkwijze en complexiteit waarmee partijen te maken krijgen. Uiteraard is ook internationale samenwerking nodig. Als iedere organisatie zelf probeert het wiel uit te vinden gaat er kostbare tijd en geld verloren. Hetzelfde geldt voor de bestrijding van terreur. Willen we Criminelen zijn vaak first adapters van nieuwe technologie. aanslagen verijdelen en terroristen op kunnen pakken, dan moet informatie-uitwisseling optimaal geregeld zijn. We willen niet achteraf de conclusie trekken dat signalen zijn blijven liggen of niet op de juiste plek terecht zijn gekomen. Om de inhaalslag die nodig is in de veiligheidsketen mogelijk te maken, adviseren de bonden het komende kabinet onder andere om het volgende te doen: n Opzetten van een denktank Veiligheid om onderzoek, strategie, visie en kennis en ervaring van de professionals op de werkvloer beter en sneller met elkaar te verbinden n Informatiedeling tussen veiligheidsorganisaties fors verbeteren n Kijk waar opleidingen (o.a. op het gebied van nieuwe veiligheidsontwikkelingen) in ketenverband kunnen worden vormgegeven n Stem de technische hulpmiddelen en systemen van de veiligheidsorganisaties beter op elkaar af n Fors investeren in mensen en nieuwe middelen. Daarvoor is de komende kabinetsperiode in totaal 4,5 miljard euro nodig. De aanpassingen zijn nodig om criminaliteit en andere veiligheidsdreigingen in Nederland tegen te gaan en te voorkomen dat we deze importeren vanuit het buitenland. Maar ook om een volwaardige partner in Europa en de wereld te zijn. Zeker de laatste jaren zien we hoe eenvoudig conflicten in het buitenland hun weg vinden naar Nederland. Het is van het grootste belang voor alle Nederlanders dat de overheid zorgdraagt voor hun veiligheid. Als samenwerkingsverband van bonden uit het veiligheidsdomein is de Coalitie voor Veiligheid dé spreekbuis van professionals in het veld. Wij zien het daarom als onze taak om een nieuw kabinet scherp te houden op veiligheid en aan te geven wat er nodig is om die veiligheid sterk en up to date te houden. We houden ons daarbij aanbevolen voor een adviesgesprek over dit onderwerp tijdens de formatierondes Trivizier 47

48 GEACHTE RED CTIE Postbus AA Den Haag, OPBOUW AOW Bedankt dat u dit stuk geplaatst heeft (Trivizier pg.13 Hoeveel AOW heb je opgebouwd ). Bij mij was zowel mijn buitenlandplaatsing Curaçao ( gehuwd), als mijn plaatsing VS ( ongehuwd) niet meegenomen in de berekening AOW-opbouw. Tevens is er nog een probleem met de AOW opbouw. Met het ophogen van de AOW-leeftijd, zijn ze ook begonnen met een later startpunt van AOW-opbouw. Dus ik zit niet alleen met een AOW-gat, maar ze rekenen mijn diensttijd als 16 jarige ook niet meer mee. Zelf ben ik van febr. 1958, dus mijn AOWopbouw vangt nu nog aan met 17 jaar en 3 maanden. Wel premie AOW betaald, maar de 2% als 16-jarige ben ik kwijt. Nu ben ik woonachtig in Duitsland en ben niet vrijwillig verzekerd voor de AOW ( 5261 per jaar). Voor 22,56 per maand extra AOW met 67 jaar en 3 maanden, vond ik dat een te dure investering. Te meer daar je ziet, dat ze nu al exportbeperkingen opleggen voor de AOW uitkering in bepaalde landen. Wel bezwaar gestart bij de SVB. Uitslag Uw bezwaar verklaren wij ongegrond. Deze beschikking berust op de Algemene wet bestuursrecht (AWB), artikel 6, lid 1, artikel 7 en artikel 7a, lid 1 van de Algemene Ouderdomswet(AOW). Dus het kan zeker geen kwaad, om je AOW-opbouw eens te controleren bij de SVB. Je wordt er alleen niet vrolijk van! Heede (BRD), H.J. Terpstra Reactie redactie: Het is correct dat niet alleen de AOWleeftijd omhoog gaat. Ook de opbouw begint later. Ongeacht of je, zoals bij u het geval is, in de opbouwjaren die je kwijt raakt, al AOW-premie hebt betaald. We begrijpen dat je daar niet vrolijk van wordt. Des te meer reden voor de VBM om zich hard te maken voor een echte oplossing van het AOW-gat! VORM & FUNCTIE In de ontwerpwereld is vorm volgt functie een begrip. Als dit zo is de vraag of bij verandering van organisatiefunctie ook de organisatievorm veranderd. In dit kader de defensieorganisatie en belicht aan de hand van drie voorbeelden. In de Amerikaanse krijgsmacht zijn bij wet een aantal organisatiewijzigingen doorgevoerd als gevolg van diverse operationele tragedies. Het meest tot de verbeelding sprekend is de mislukte Eagle Claw operatie (1980) om diplomaten uit de Amerikaanse ambassade in Teheran te bevrijden. Met als gevolg dat op 10 februari 1983 het (US) Air Force Special Operations Command (AFSOC), en op 16 april 1986 het (US) Special Operations Command (USSOCOM) opgericht zijn naast de bestaande krijgsmacht structuur. Na de val van de Berlijnse Muur is de krijgsmacht getransformeerd van een territoriaal verdedigingsleger naar een expeditionaire krijgsmacht, in beginsel voor het uitvoeren van militaire operaties buiten Europa. Met effect op geografische afstanden naar inzetgebieden en de complexiteit van militaire operaties. Het krijgsmacht organisatiemodel van vóór en na het vallen van de Berlijnse Muur is echter op hoofdlijnen onveranderd gebleven. Het gaat hier om de nieuwe expeditionaire functie ten opzichte van de krijgsmacht organisatievorm, nog steeds bestaande uit 4 Operationele Commando s: Landmacht, Luchtmacht, Zeemacht en Marechaussee. De vraag is of de expeditionaire krijgsmacht hier recht mee wordt aangedaan. Gevolgd door de vraag waarom onze expeditionaire krijgsmachtorganisatie zo verschilt van de Amerikaanse krijgsmachtorganisatie. Doordat onze krijgsmacht in coalitieverband deelneemt aan militaire operaties, onder Amerikaanse vlag, met Afghanistan en Irak als voorbeelden. En onze krijgsmacht op hoofdlijnen dezelfde militaire operaties uitvoert als de Amerikaanse krijgsmacht, alleen de schaal waarop verschilt. Militaire operaties worden doctrinair joint door twee of meer krijgsmacht onderdelen uitgevoerd. De vraag is of deze doctrine terug te zien is in de wijze waarop de krijgsmacht is georganiseerd. Operationele dwarsverbanden zijn namelijk schaars in de verticaal georganiseerde krijgsmachtorganisatie. Dit ten opzichte van de expeditionaire krijgsmacht, strategische belangen, het gewelds-spectrum waarin militaire operaties plaats kunnen vinden, operationele veiligheid en geïntegreerde risicoanalyses. En ten aanzien van de krijgsmacht waar deelname aan internationale militaire operaties de core business is. Operationele ervaringen zijn reden geweest voor organisatorische aanpassingen in de Amerikaanse krijgsmacht. Gebaseerd op het vorm en functie principe. Vanuit deze optiek de vraag is waarom een dergelijke organisatorische transitie, in het veranderproces van een territoriaal verdedigingsleger naar een expeditionaire krijgsmacht, in de krijgsmacht niet heeft plaatsgevonden. Ten opzicht van de geopolitieke dynamiek, mondiale veiligheidssituaties en militaire operaties die onder Amerikaanse vlag worden uitgevoerd. Tot slot de vraag waarom de expeditionaire krijgsmacht niet tenminste beschikt over een (NL) Air Force Special Operations Command, in het bijzonder voor een Flitsmacht. Etten-Leur, J. Wery 48 Trivizier

49 GEACHTE RED CTIE Postbus AA Den Haag, DEPLORABEL Ik ben al bijna 30 jaar met FLO, volgende maand word ik 79, en dat betekent 13 jaar met pensioen en ben de trotse drager van de speld als zijnde 50 jaar (ooit ook actief) lid van de VBZ, nu de VBM. Deze speld viel, staande vergadering, niet op, maar dat terzijde. Al hoewel ik nog steeds in Nederland woonachtig ben, vertoef ik ook veel in de VS, te Opa Locka, Florida waar ik vaak te gast ben bij een nicht van moeders kant. Ik was gewend om altijd de afdelingsvergadering bij te wonen en las in de Trivizier dat deze viel op de 21ste maart en had ik TIJD! Ik moet tot mijn schande bekennen dat ik ruim een decennium geen vergadering heb bezocht terwijl de wil er wel was maar het kwam gewoon niet uit. In mijn onschuld reed ik als vanouds naar de Prins Hendriklaan en dat was o.a. de reden dat ik te laat was. Op naar het Havengebouw, Nieuwe Diep nummertje 33. Loop ik de grote trap op maar stuit tegen een op slot zittende draaideur en ook de twee zijdeuren zijn dicht en kijk een hel verlichte hal in. Waar moet ik er pot dorie naar binnen en loop de parkeerplaats op en zie dan, na helemaal de fundatie te hebben rondgelopen, een paar verlichte bordjes waarvan een met VBM/MSF. Ik druk er op en zowaar, de deur gaat open en ik neem de lift naar boven. Het is me gelukt om binnen te komen. Het verslag van de 98ste AV wordt behandeld en passeert zonder moeite de revue, het venijn zit in de financiële verantwoording waar een persoon de nodige vragen bij heeft. Grote verschillen in de begroting. Maar dan komt het klapstuk van elke vergadering, de rondvraag, ook wel wat verder ter tafel komt geheten. Neemt soms meer tijd in beslag dan de hele vergadering zelf. Ook nu komen de verhalen los: de gevolgen van de vele decennia bezuinigingen op Defensie maar hier komen alleen de problemen binnen de marine ter tafel en die vind ik toch behoorlijk ernstig en af en toe niet aanvaardbaar. Zoals ik hoor over het meubilair of materiaal waarmee de mensen hun werk moeten verrichten die, volgens mij, in strijd zijn met de ARBO wetgeving. Vanwege het ontbreken van de noodzakelijke reservedelen wordt er meer gekannibaliseerd dan ooit maar wordt dat, gezien het aantal schepen waarover de marine nog beschikt, een groter probleem dan vroeger toen we tegen de 20 schepen hadden en dat vaak de enige oplossing was. Als oud logistieker weet ik wat dat betekent. Zie, tijdens een oefening ergens op de Atlantic, maar eens een onderdeel dat je niet in reserve aan boord hebt, een stuk golfpijp of een magnetron voor de radar, aan boord te krijgen. Ik heb het meegemaakt dat we het toch aan boord kregen, gedropt door een laag overvliegende Neptune en later de Orion, in een waterdichte gele of fel oranje container. Mijn vraag is of er op bepaalde locaties de ARBO-wet niet wordt overtreden. Of dat er tijdens een foto- en filmshoot op de Noordzee met fregatten en een onderzeeboot met ondergekwalificeerd personeel wordt gevaren. Voor gewoon een paar uurtjes varen voor een commercial moet dat kunnen. Bij de andere krijgsmachtdelen zal het niet anders zijn en wordt het ene met het andere gat gevuld. Een van de aanwezigen zei tegen mij dat ik blij moest zijn geen deel meer uit te maken van de marine want die was nog slechts een slap aftreksel van onze ooit zo mooie en trotse vloot. Ik gaf als antwoord dat dat reeds in mijn laatste jaren als actief militair al merkbaar was. Ik verliet de marine op de Dag van de Arbeid, 1 mei HET SCHIJNT TEGENWOORDIG DE NORMAALSTE ZAAK VAN DE WERELD TE ZIJN DAT JE SPECIALE BEROEPSKLEDING BETER OP DE WAL KAN KOPEN OMDAT DEFENSIE ER NIET IN KAN VOORZIEN Den Haag is 30 jaar doorgegaan met de reducties en de militairen en burgers voelen dit nu aan den lijve. Ja ik ben blij dat ik deze periode niet meemaak maar voel evenzeer mee, heb zeer veel empathie met hen, met de mensen die nog wel actief zijn en bovendien zeer loyaal. Ik heb nog stukken krant bewaard van 2010 en 2011 waarin, voorzien van kleine fotootjes, alle materiaal staat dat Defensie kwijt wilde. Alle tanks op non actief en ineens 13 Orions er uit, en dit is nog maar een kleine greep om het over de verkoop van schepen maar niet te hebben. Ik zie het ook bij een van mijn kleinkinderen die ook voor Defensie heeft gekozen en werkschoenen koopt 'op de wal' omdat Defensie er niet in kan voorzien. Ook een waterdicht en koude werend jack is aangeschaft, nog in de fabrieksverpakking, in een dumpstore. We zijn behoorlijk afgegleden. Het schijnt tegenwoordig de normaalste zaak van de wereld te zijn dat je speciale beroepskleding beter op de wal kan kopen omdat Defensie er niet in kan voorzien. Dat deze kleding kan afwijken in uitvoering van de kleding die Defensie zou moeten verstrekken, is geen issue. Slotconclusie: Defensie verkeert krijgsmachtbreed in een min of meer deplorabele toestand en gezien de gespannen toestand in de wereld is dat een zeer onwenselijke toestand. A N Knipper, O.Off. b/d Kon. Marine, SW 89th Avenue, Opa Locka, Fla., USA Trivizier 49

50 DCP Niet rotzooien met Defensie Conditieproef! Blijkbaar houden sommige operationele commando s zich niet aan de afspraak over de Defensie Conditie Proef. Want één ding is duidelijk: het niet afleggen of het niet voldoen aan die proef kan nooit rechtspositionele gevolgen hebben. 50 Trivizier

51 Ook Commandant Zeestrijdkrachten luitenant-generaal der mariniers Rob Verkerk legt de proef af. OVERIGENS GEEFT DE HDP HIERMEE GEEN VRIJBRIEF AAN MILITAIREN OM ONDER DE DEFENSIE CONDITIEPROEF UIT TE KOMEN. Op 24 maart jl. heeft de scheidende hoofddirecteur Personeel (HDP), schout-bij-nacht Henk Itzig Heine, namens de minister van Defensie een zeer duidelijk signaal uitgezonden over het meewegen van het resultaat van het afleggen van de Defensie Conditie Proef (DCP) bij het nemen van rechtspositionele beslissingen. In een nota gericht aan alle commandanten van operationele commando s (OPCO s), directeuren personeel (en organisatie), hoofden van uitvoeringsbedrijven en directeuren binnen het Diensten Centrum Human Resources (DCHR) stelt HDP Itzig Heine: Mij bereiken met enige regelmaat berichten dat door sommige OPCO s aan het niet behalen of afleggen van de Defensie Conditie Proef (DCP) rechtspositionele gevolgen worden verbonden, waaronder het niet aanwijzen voor opleidingen en uitsluiting van deelname aan het functietoewijzingsproces. Dit is niet toegestaan. Reeds bij de invoering van de DCP is door de minister in overleg met de centrales van overheidspersoneel nadrukkelijk afgesproken dat aan het niet behalen van de DCP geen rechtspositionele gevolgen zijn verbonden. Dan vervolgt de scheidende HDP met een zeer terechte opmerking, namelijk: Deze afspraak is overigens meermalen door de minister herbevestigd. Dat illustreert volgens de VBM duidelijk het op zijn minst als ongehoorzaamheid te omschreven gedrag van diverse OPCO s. Blijkbaar waren woorden niet afdoende en moest er naar een zwaarder middel worden gegrepen. OPCO s: laat geen discussie ontstaan over de vraag of een uitsluiting van deelname aan het functietoewijzingsproces wel, maar bijvoorbeeld een afwijzing van functietoewijzing niet onder het verbod vallen. Er is geen ruimte voor interpretatie of gemarchandeer. Geen vrijbrief Overigens geeft de HDP hiermee geen vrijbrief aan militairen om onder de Defensie Conditieproef uit te komen. Want de brief vervolgt: Het zonder geldige reden niet voldoen aan een dergelijke opdracht (lees: het afleggen van de DCP, VBM) ) kan wel krijgstuchtelijke consequenties met zich meebrengen. Je mag je dus niet onttrekken aan de verplichting om de conditieproef af te leggen. Het niet deelnemen aan of voldoen aan de eisen van de conditieproef, kunnen je ook een slechte beoordeling opleveren. Als je niet voldoet aan de eisen van de conditieproef, kan de commandant je verplichten om de proef nog een keer te doen. Ook is het mogelijk om je bij de verplichte sport een trainingsprogramma te laten volgen. Afspraken bestaan sinds 2009 In 2009 hebben bonden en Defensie afspraken gemaakt over de invoering van de Defensie Conditieproef DCP. Na een proefperiode (die tot 2011 duurde) is de DCP definitief ingevoerd. In 2013 is de regeling geëvalueerd. In dat jaar zijn de afspraken over eventuele rechtspositionele gevolgen herbevestigd Trivizier 51

52 Unieke 24 uurs ongevallenverzekering voor leden van de VBM en BBTV Zo beschik je dus altijd over een uitzendcertificaat Collectieve ongevallenverzekeringve Je moet er niet aan denken maar een ongeluk zit in een klein hoekje. De VBM BBTV heeft voor al haar actief dienende militaire en burgerleden een unieke collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Met deze verzekering heb je dekking voor een ongeval tijdens woon-werkverkeer, maar ook voor ongevallen in de hele wereld. Het actief dienende militaire lid is ook tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden als militair verzekerd. Dus ook tijdens missies gedurende 24 uren per dag, 7 dagen per week en 365 dagen per jaar. De collectieve ongevallenverzekering van de VBM BBTV biedt een dekking van: bij overlijden als gevolg van een ongeval; in geval van algehele blijvende invaliditeit door een ongeval. Bij gedeeltelijke blijvende invaliditeit door een ongeval een evenredig percentage van Je hoeft voor de verzekering zelf niets te doen. Echter, indien een ongeval is gebeurd, moet je dit zo spoedig mogelijk melden. Blijvende Invaliditeit Zo spoedig mogelijk doch uiterlijk drie maanden na het ongeval Aon in kennis stellen. Bel Aon helpt je dan verder. Overlijden Bij overlijden moet zo spoedig mogelijk doch binnen 48 uur en voor de begrafenis of crematie Aon in kennis worden gesteld. Bel Aon helpt je dan verder. voor alle actief dienende militaire en burgerleden dekking voor een ongeval tijdens woon-werkverkeer actief dienend militair lid is ook tijdens de uitoefening van zijn werkzaamheden verzekerd dus ook tijdens missies waar ook ter wereld Zit in je lidmaatschap!!!

53 CHROOM-6 Chroom-6: coulanceregeling wijzigen? Over de wijziging van de coulanceregeling voor slacht offers van een chroom-6 gerelateerde ziekte, moet minister Hennis overleggen met de bonden. Zelf wekt ze de suggestie dat zoiets niet nodig is, maar de bonden gaan daar niet mee akkoord. Het overleg moet nog plaats vinden. Hieronder een overzicht van de bestaande lijst en de lijst van het RIVM. Bestaande lijst De lijst van het RIVM CATEGORIE 1 (ernstige aandoeningen met sterke aanwijzingen op basis van het NCvB rapport) n Longkanker n Neuskanker CATEGORIE 1 n Longkanker n Neuskanker en neusbijholtekanker CATEGORIE 2 (overige aandoeningen met sterke aanwijzingen op basis van het NCvB rapport) n Allergisch contacteczeem veroorzaakt door chroom VI n Allergisch beroepsastma veroorzaakt door chroom VI n Chroomzweren n Neusseptumperforatie CATEGORIE 2 n C hroom-6 gerelateerd Allergisch contacteczeem n Chroom-6 gerelateerd Allergisch astma en allergische rhinitis n Perforatie van het neustussenschot door Chroomzweren* CATEGORIE 3 (ernstige aandoeningen met beperkte aanwijzingen op basis van het NCvB rapport) n Maagkanker en andere gastro-intestinale kanker n Chronische longaandoeningen n Nieraandoeningen CATEGORIE 3 n Maagkanker n Chronische longaandoeningen CATEGORIE 4 (overige aandoeningen met beperkte aanwijzingen op basis van het NCVB rapport) n Immunologische aandoeningen anders dan allergie Trivizier 53

54 TIP TIP van de helpdesk De VBM-helpdesk is telefonisch bereikbaar op werkdagen van uur via tel Mailen kan ook. Kijk voor het juiste mailadres op Wat moet u met het Diensttijdoverzicht? U bent werkzaam bij Defensie en wilt weten hoeveel pensioen u hebt opgebouwd. Waar moet u dan zijn? Het aantal opgebouwde pensioenjaren vindt u in het Diensttijdoverzicht (DTO). Waar vind ik mijn diensttijdoverzicht? Kijk in MijnABP bij Uw pensioenoverzicht en ga naar Opbouw van uw ouderdomspensioen. Lukt dit niet in MijnABP, bel dan met het ABP *. Het ABP waarschuwt er overigens voor dat de gegevens niet altijd volledig zijn. Voor de aanlevering van deze gegevens is het ABP afhankelijk van uw oude werkgever(s). Daar kunnen ook oud-overheidswerkgevers bij horen of ondernemingen die later particuliere bedrijven zijn geworden zoals de PTT. Als u gegevens mist van deze werkgever(s), dan moet u contact opnemen met deze werkgever(s). Is het diensttijdoverzicht alleen handig om te weten hoeveel pensioen ik heb opgebouwd? Nee. Het is ook handig om te weten wanneer u recht hebt op een ambtsjubileumgratificatie. Het kan ook belangrijk zijn bij een reorganisatie. Hoe zit dat? Vaak wordt het Diensttijdoverzicht (DTO) gezien als een overzicht van arbeidsjaren, terwijl het een overzicht van pensioenjaren is. Het aantal arbeids- en pensioenjaren kan namelijk van elkaar verschillen. Militairen (en gemilitariseerde burgers) bouwen bij uitzending extra pensioentijd op. Dus het kan zo zijn dat ik 12 jaar heb gewerkt en toch recht heb op een gratificatie omdat ik meer pensioenjaren heb? Ja. Als de opgebouwde pensioentijd wel 12,5 jaar is, dan hebt u recht op een gratificatie. En waarom is het DTO belangrijk bij reorganisaties? Dan is het van belang - in het kader van het afspiegelingsbeginsel - om te kunnen bepalen of u meer of minder diensttijd hebt dan een collega. Het kan betekenen dat u niet herplaatsingskandidaat wordt, maar uw collega wel. Ik ontvang al pensioen. Heb ik dan nog iets aan het DTO? Nee. Uw pensioen is al vastgesteld aan de hand van uw diensttijdoverzicht. Het is dus wel belangrijk om er goed naar te kijken als ABP u laat weten hoeveel pensioen u gaat ontvangen. Waar vind ik MijnABP? Via de website van het ABP ( of direct via (let op: inloggen kan alleen met een geldige digid!). * Het ABP is telefonisch bereikbaar via onderstaande telefoonnummers: Bouwt u pensioen op? Of heeft u pensioen opgebouwd en ontvangt u nog geen pensioen? Bel Is uw partner overleden? Heeft u vragen over Arbeidsongeschiktheid en ziekte bij ontslag? Voor vragen over ABP ArbeidsongeschiktheidsPensioen, ABP InvaliditeitsPensioen of Herplaatsingstoelage belt u Ontvangt u Bijzonder Militair NabestaandenPensioen? Ontvangt u Militair InvaliditeitsPensioen en bent u jonger dan 65? Heeft u vragen over geneeskundige verzorging en voorzieningen? Ontvangt u Uitkering Gewezen Militairen (UGM)? Trivizier

55 UKW 65+ Indien betrokkene dit aanvraagt kan een voortzetting van het wachtgeld hiervoor in de plaats treden. Wachtgeld kan hoger zijn dan UKW Militairen die een wachtgeld genieten op grond van het SBK 2004, kunnen kiezen voor het voortzetten van die uitkering op het moment dat ook hun recht op een UGM-uitkering ontstaat (op de voor hen geldende ontslagleeftijd). Het wachtgeld kan zeker netto hoger zijn dan de UGM-uitkering. Onlangs heeft een militair met een wachtgelduitkering SBK 2004 contact gezocht met de VBM. Hij had na de datum van toekenning van zijn UGM-uitkering gevraagd of zijn wachtgelduitkering weer met terugwerkende kracht kon worden toegekend. Waarom deze aanvraag? Deze militair was onaangenaam verrast door het gegeven dat zijn UGM lager uitviel dan de aan hem toegekende wachtgelduitkering. Hoe komt dit? Belastingtechnisch gezien is de UGM-uitkering een pensioenuitkering (zuiver juridisch gezien trouwens niet). Dit betekent dat net als bij een pensioenuitkering de ontvanger van de uitkering zelf de inkomensafhankelijke premie Zorgverzekeringswet (ZVW) moet afdragen. Die ZVW-premie is dit jaar (in 2017) 5,4%. Door de wachtgelduitkering voort te zetten en de UGMuitkering niet te laten ingaan, ga je er in inkomen niet op achteruit. Dat zal niet voor iedereen gelden, maar het is goed om daar vooraf goed naar te kijken. van het wachtgeld hiervoor in de plaats treden. De grondslag voor de UKW wordt gerelateerd aan de datum van de reguliere UKW-ontslagleeftijd. Let dus op de bepaling: Indien betrokkene dit aanvraagt kan een voortzetting van het wachtgeld hiervoor in de plaats treden. Het door laten lopen van de wachtgelduitkering kan dus financieel gezien voordeliger zijn. Had de militair (in dit artikel) succes met zijn aanvraag? Nee. Helaas niet. De uitvoeringsinstantie WWplus verwees in de uitspraak naar de vigerende regelgeving en verklaarde het bezwaar ongegrond. Je moet er dus op tijd bij zijn. Wat is in dit geval op tijd? In de Wet bijzondere regels met betrekking tot het recht op uitkering staat vermeld dat het recht van de belanghebbende op wachtgeld vervalt met ingang van de dag waarop voor hem recht op een uitkering ingevolge de wet (UGM) ontstaat. Dus, als je eenmaal een UGM hebt, dan kan je geen recht meer doen gelden op wachtgeld. In het SBK 2004 is de volgende bepaling opgenomen: Overgang wachtgeld UKW Indien tussen de datum van het ontslag wegens overtolligheid en de datum van het voor de militair geldende leeftijdsontslag, als hij in werkelijke dienst zou zijn gebleven, een periode van ten hoogste 5 jaren ligt, eindigt het wachtgeld op de datum van het vorengenoemd leeftijdsontslag en volgt aanspraak op een UKWuitkering. Indien betrokkene dit aanvraagt kan een voortzetting DAT ZAL NIET VOOR IEDEREEN GELDEN, MAAR HET IS GOED OM DAAR VOORAF GOED NAAR TE KIJKEN Trivizier 55

56 VERENIGINGSNIEUWS Volg ons op Facebook en Twitter of download de VBM-app. Zie ook xxvbm IN HET NIEUWS 5 maart De Telegraaf schrijft op haar website over de picketline actie van VBM en AFMP bij het lijsttrekkersdebat in Carré maart Het AD publiceert een uitgebreid bericht over de picketline actie in Bodegraven bij een verkiezingsbijeenkomst in Bodegraven. Minister Hennis zegt voor een draaiende camera toe dat het cao-overleg wordt voortgezet maart Jean Debie wordt op BNR geïnterviewd over het AIV-rapport, waaruit blijkt dat de krijgsmacht ernstig verwaarloosd is maart De Telegraaf besteedt anderhalve pagina aan de materieeltekorten bij Defensie. Uit een rondgang van de VBM blijkt dat de marine vrijwel geen helikopter de lucht in kan sturen, ruim de helft van de F-16 s niet vliegt en 50 procent van de zware pantservoertuigen stilstaat maart VBM-voorzitter Jean Debie wordt geïnterviewd op Radio 1 over wangedrag binnen het Korps Mariniers. Het is volgens hem van groot belang om elkaar in de krijgsmacht te blijven aanspreken op gedrag dat niet door de beugel kan april BN/De Stem schrijft over een naar Isis overgelopen Nederlandse militair en spreekt onder andere met Jean Debie april De Telegraaf schrijft op haar website dat 12 bonden, waaronder de VBM, verenigd in de Coalitie voor Veiligheid, vaststellen dat veiligheidssector in Nederland ernstig gedateerd is. Een snelle en fundamentele modernisering op het terrein van politie, justitie en defensie is noodzakelijk.... BESTUUR AFDELING TWENTE/EIBERGEN Voorzitter James de Bats van de VBM-afdeling Twente/ Eibergen was enige tijd een eenmansbestuur. Maar onlangs kreeg hij versterking in de persoon van Aad Vliek. Aanvullende versterking is altijd welkom! OPROEP ADVIESGROEPEN De VBM is op zoek naar leden voor de adviesgroepen KMar, KL en KLu. Voor meer informatie: Adri van der Veer, a.vanderveer@mijnvbm.nl. Adviesgroepen hebben een belangrijke rol bij de standpunten die de VBM in het overleg inneemt. VBM biedt een reiskostenvergoeding. Als lid van een adviesgroep bent u altijd op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen. Dus: doen! U HEEFT EEN BELANGRIJKE ROL BIJ DE STANDPUNTEN DIE DE VBM IN HET OVERLEG INNEEMT UW REISKOSTEN WORDEN VERGOED ALS LID VAN EEN ADVIES- GROEP BENT U ALTIJD OP DE HOOGTE VAN DE NIEUWSTE ONTWIKKELINGEN DUS: DOEN! 56 Trivizier

57 VERENIGINGSNIEUWS VBM- APP! vernieuwd & verbeterd De VBM-app is sinds de lancering in mei 2016 al zo n 2000 keer gedownload. Het is een handige app als je snel een antwoord wil op een vraag over je rechtspositie. Of als je via een overzichtelijk formulier een vraag wil stellen aan de bond. Ook biedt de app altijd het laatste nieuws. Sinds eind april is er een vernieuwde en verbeterde versie van de app. Wat is er nieuw? De app is uitgebreid met een makkelijke toegang tot documenten over ontwikkelingen op pensioengebied. Hiermee gaat een wens van met name de VBM-afdeling Den Helder in vervulling. De tijdschriften van de VBM en BBTV (Trivizier en XRcise) zijn nu ook via de app interactief te lezen. Via de inhoudsopgave en cover kom je meteen bij het gezochte artikel. Vanuit elk artikel ben je met één klik terug bij de inhoudsopgave. klik Wat is er verbeterd? De PDF-viewer in de android-versie is verbeterd. De weergave op smartphone en tablet is scherper en sneller. Ook is het mogelijk om de magazines in de landscape modus te lezen. Aan een verbeterde versie voor ios (tablet) wordt nog gewerkt. De werking van de formulieren is verbeterd. Het is mogelijk om sneller persoonlijke gegevens in te voeren. De (op basis van individuele voorkeuren) ingestelde push-notificaties werken beter. De update van de knoppen op het thuisscherm is verbeterd. Diverse bugfixes en patches voor nieuwe OS-versies. De nieuwste versie van de VBM app is versie Opmerkingen/suggesties voor verbeteringen zijn welkom bij de redactie: redactie@mijnvbm.nl klik klik klik Trivizier 57

58 HUMAN INTEREST Proeftijd De indelingsofficier bij het Marine Keurings- en Selectie Centrum (MARKEUSEL) in Hilversum was in het bezit van lijsten met daarop de hoeveelheid mensen die per dienstvak nodig waren om de Koninklijke marine op peil te houden. Het lukte niet altijd om een dienstvak op tijd gevuld te hebben, waardoor er te weinig personeel in bepaalde dienstvakken beschikbaar kwam. Als officier inlichtingendienst had ik met mijn collegae van politie en justitie een goede vertrouwensband opgebouwd, hetgeen resulteerde in een goede samenwerking in de regio waartoe Hilversum behoorde. Via het arrondissement Utrecht kon ik, zo dat nodig was, ook zaken doen met andere arrondissementen. Van iedere keurling hadden wij, conform de geldende regels, bij de start van diens keuring een plaatselijke info binnen via de politie-en justitie inlichtingendiensten. Bij een van de besprekingen met justitiemedewerkers heb ik ter sprake gebracht, wat te doen met iemand waarvan blijkt dat hij/zij een proeftijd heeft om reden van te veel kattenkwaad, toen een eis die veel werd toegepast bij jeugdige boefjes. Ter discussie kwam dat bij de Koninklijke Marine de 3 maanden Eerste Militaire Vorming (EMV) eveneens een proeftijd was, zowel voor de KM als voor de kandidaat. Daaruit kwam het idee om over een goede kandidaat met een proeftijd, waarvan de lengte-proeftijd paste in de 3 maanden EMV-tijd, met justitie te overleggen of de KM die proeftijd mocht/kon overnemen. De hoogste justitie-functionaris ging akkoord met die besproken regeling. De uitwerking: mijn dienst constateerde uit verkregen informatie dat een kandidaat een proeftijd had. Het bleef onze informatie totdat zijn/ haar dossier, na het door ons gehouden MARID-interview (screening) aan mij ter beoordeling werd aangeboden en waaruit een duidelijk beeld kwam over de kandidaat. Alle diensten, medische/psychodiagnostische dienst en anderen, hadden uiteraard hun eigen geheimhouding. Desgevraagd konden echter ook andere diensten bevestigen dat zij geen enkele belemmering voor aanname hebben geconstateerd. Redenen voor de indelings-officier om de kandidaat in te delen. In een gesprek met de kandidaat en met de indelingsofficier en mij, konden we hem/haar vertellen dat het aangaan van een contract alleen mogelijk was, mits zijn/ haar advocaat een verkorting van de proeftijd kon bewerkstelligen bij justitie tot aan de datum indiensttreding. Uit het hieronder gekopieerde deel van deze Human Interest leest u een resultaat. De indelingsofficier van het MARKEURSEL kon weer een magazijnbeheerder aan zijn lijstje toevoegen. Mees Bax 58 Trivizier

59 VERENIGINGSNIEUWS De Vakbond voor Burger en Militair defensiepersoneel VBM en de BBTV hebben een eigen sociaal fonds. De naam van dat fonds is Stichting MSF. In dit artikel leggen we uit wat dat sociaal fonds zoal kan doen. Want de Stichting MSF is er voor jong en oud! Sociaal fonds voor VBM-leden Secretaris van de Stichting MSF is Johan Liekens. Hij kan ons wat meer vertellen over wat ze voor u kunnen betekenen. Hij vertelt: Wie denkt dat een sociaal fonds vooral ouderen helpt, heeft het mis. Dat zou je misschien verwachten, maar dat is niet zo. Wie komt er in aanmerking voor hulp van de Stichting MSF? De regel is dat iedereen die ten minste drie maanden lid is van de VBM of BBTV geholpen kan worden door de Stichting MSF. Veel jonge gezinnen doen een beroep op ons. Wij kunnen ze een bijdrage in de kosten toekennen voor de rekeningen van de gezinszorg. Als je partner langdurig ziek is en je hebt kleine kinderen, dan zou je voor gezinszorg in aanmerking kunnen komen. Daarvoor kun je je verzekeren via je zorgverzekeraar, maar je moet zelf nog wel een flinke eigen bijdrage betalen. De Stichting MSF kan een tegemoetkoming toekennen voor deze rekeningen. En als iemand van je gezin in een ziekenhuis is opgenomen buiten je woonplaats, kan de Stichting MSF een tegemoetkoming toekennen in de gemaakte reiskosten. Hoe komt de Stichting MSF aan dat geld? Nou, er zijn drie manieren waarop wij aan dat geld komen. Een deel komt van de VBM en de BBTV. Verder krijgen we ook nog geld binnen door de rente op obligaties. En een belangrijk deel komt van onze donateurs: mensen die ons elk jaar een klein bedrag schenken. Is er veel vraag naar hulp? Ja, er blijft veel vraag naar hulp. Je denkt er meestal niet zo bij na, maar iedereen kan een keer langdurig ziek worden. Of in de schulden komen, bijvoorbeeld doordat je partner ernstig ziek wordt en je daardoor veel kosten moet maken. Denk bijvoorbeeld aan reiskosten naar een gespecialiseerd ziekenhuis buiten je woonplaats. En dan kan de Stichting MSF mij helpen? Ja, de Stichting MSF kan in die gevallen helpen. Eigenlijk ben je dus bezig om elkaar, als collega s, te helpen als je ons elk jaar een klein bedrag schenkt. Wij kunnen meer doen omdat veel mensen ons iets schenken. Het is een bijdrage uit solidariteit. Maar je hebt er zelf ook baat bij als je op een kwade dag op hulp aangewezen bent. Hoe kan ik de Stichting MSF om hulp vragen? U kunt de Stichting MSF bereiken via Stichting.msf@gmail.com. Of per telefoon: Het secretariaat is bereikbaar op: dinsdag en vrijdag van Adres: Het Nieuwe Diep 33 in Den Helder. Of kijk op Hier kunt u alles vinden wat de Stichting MSF voor u kan betekenen. Ja ik steun de Stichting MSF! Bedrag... per jaar Naam... Adres... PC en Woonplaats... Datum/Handtekening... BON OPSTUREN NAAR: VBM Antwoordnummer WB Den Haag Trivizier trivizier 59

60 FAMILIEBERICHTEN Postbus AA Den Haag, OVERLEDEN DANK Februari P.A.A. Mol (70 jaar) KPL1 KLU b.d. Talmastraat TH Rijen W.M. Hovestadt (86 jaar) AOO NGID b.d. Hendrik Baskeweg MB Den Helder Maart J.A.C. Neuschwanger (62 jaar) KAPTMARNS b.d. Sprokkelenburg BA Gorinchem R.J. Hoijer (86 jaar) OPP HOFM b.d. Reigersbos EX Amsterdam L.G.M. van Lieshout (87 jaar) SGT MTD b.d. Lord Baden Powellweg VB Voorschoten L. Gerritsen- Schwarz (101 jaar) p/a Schootenweg LV Den Helder F.T.J. Sengers (84 jaar) LTZVK2 b.d. Corr: Haver RB Malden D. Klein (80 jaar) KPL1 KL b.d p/a Schaapskooi HE Wezep L.C. Brutsch (82 jaar) MJR TPMKR b.d. Rietgorslaan ZK Anna Paulowna H. de Waal (94 jaar) MJR MACH b.d. p/a De Waardenborg BB Lelystad F. Roelofs (87 jaar) MJR SCHR b.d. p/a Velduil GT Emmen April J.G. Lamers (81 jaar) SMJR MARNALG b.d. Kikkenstraat CX Weesp P. Visscher (69 jaar) OPP SNRT b.d. p/a Hector Treubstraat HC Den Helder W.R.M.J. Arens (73 jaar) SMJR LDA b.d. Magdalenastraat BA Heikant Bedankt voor de vele kaarten, bloemen en zoveel warme woorden na het overlijden van Jan en Rini de Langevan Saarloos. Margriet en Martin van der Park-de Lange, Irene en Koert Jan Luik-de Lange, kinderen en kleinkinderen Anna Paulowna, april 2017 Wij hebben grote steun gehad aan alle lieve woorden, persoonlijke meeleven, bloemen en kaarten die wij mochten ontvangen tijdens de ziekte en na het overlijden van Adrianus van Breda. Riet van Breda-Lips, kinderen en kleinkinderen Den Helder, april 2017 Het algemeen bestuur betuigt de nabestaanden oprechte deelneming met hun verlies. 60 Trivizier

61 50 JAAR LID Postbus AA Den Haag, jaar lid De volgende leden ontvingen op huisadres hun insigne voor 50 jaar lidmaatschap VBM: SMJR LDGB b.d. J.M. Barbillion SGT LDV b.d. C.H. Blankespoor LTZE2OC b.d. A.C. Bosschaart SGT1 KLu b.d. J. de Boer KPL1 KL b.d. R. Bouman LTZT2OC b.d. R. Bredow LTZVK2OC b.d. J. van Dongen KPL1 AAT b.d. F.C. van Doremalen LTZA2OC b.d. H.E. van Drimmelen LTZE2OC b.d. G.P. Duijker KPL1 KL b.d. C.C. Enklaar KAPTMARNS b.d. J.H.S. Frank KPL1 AAT b.d. M.G.H. Geerets AOO WEMNT b.d. A.W. Gierman Gepensioneerd BURGER F. Godefroij LTZ2OC b.d. A. Groen AOO NGID b.d. R. Hammers LTZT2OC b.d. J. Hendrikse KPL1 KLu b.d. A.B. van den Heuvel SMJR ODND b.d. R. de Hoop LTZT2OC b.d. R. Hübner KPL1 KL b.d. J.A.L. van der Hulst AOO BDMZKT b.d. G.J.M. Jordans KPL1 AAT b.d. H.B.C. van Keulen KPL1 AAT b.d. A. Klosse SGT BDTIMM b.d. G.K. Koopmans SGT1 KLu b.d. F.A. Kotte Gepensioneerd BURGER S. Krist LTZ2OC b.d. b.d. J.J.M. van Laarschot AOO LDA b.d. J.F. Lindenhovius LTZVK2OC b.d. J.H.C. van de Lugt KPL1 AAT b.d. D. Luikel KPL1 AAT b.d. H.Th.A.M. Mofers OPP KOK b.d. P. Mookhoek SMJR MARNALG b.d. R. Morelisse LTZE2OC b.d. C.F. Mulder SGT MARN b.d. L.J.M. Oost AOO LDA b.d. A.E. Post LTZA2 b.d. N.B. van Roden SGT TLG b.d. J.W. Sauer AOO TDE b.d. J.C. Schalker MJR TLG b.d. H. Severijns LTZT2OC b.d. S. Sitee SGT BDWSR b.d. H.P. Smits KPL1 KL b.d. A.J. Smitsmans AOO TDE b.d. G.H.F.J. Soetens AOO KL b.d. F.A. Stelling LTZA2OC b.d. C. van Stijn LTZ2OC b.d. R.E.R. Straatman OPP HOFM b.d. J.W. van Tongeren AOO TDE b.d. L.P. Tooi LTZ2OC b.d. C.W. Vermaas LTZE2OC b.d. W.A.S de Vries LTZE1 b.d. C.L.M. de Weert SGT BOTT b.d. J. van der Zande Allen heel veel dank voor uw jarenlange steun! Trivizier 61

62 VRAAG EN AANBOD Postbus AA Den Haag, Collectieve ongevallenverzekering De VBM heeft voor alle actief dienende leden (militairen en burgers) een ongevallenverzekering afgesloten. Deze ongevallenverzekering geeft dekking in de hele wereld, ook tijdens missies, gedurende 24 uur per dag, 7 dagen per week en gedurende het hele jaar. De ongevallenverzekering vervangt de woonwerkverkeer verzekering en het uitzendcertificaat. U hoeft dus géén uitzendcertificaat meer in te vullen als u op uitzending gaat. Adreswijziging/ ledenadministratie Gaarne doorgeven aan: of ledenadministratie@ mijnvbm.nl Belastinginfo en -hulp belastingservice@ mijnvbm.nl Helpdesk Ton van Elst Adri van der Veer of vul formulier in op onze website of app Nabestaandenzorg René Landsweers nazorg@mijnvbm.nl Nazorg De Vakbond voor Burger en Militair defensiepersoneel VBM verleent nazorg bij overlijden. Wij kunnen u doeltreffend ondersteunen. U kunt ons helpen door al uw gegevens te ordenen. Vraag bij de VBM naar de handleiding voor nabestaanden. Of kijk op bij ledenservice. Stichting MSF (sociaal fonds) Johan Liekens. Bereikbaar op telnr.: dinsdag en vrijdag van uur. Tevens te bereiken via stichting.msf@gmail.com TE HUUR Curaçao (Bottelier, omgeving Jan Thiel) 6-pers. Vakantievilla, met uniek uitzicht over het eiland. Altijd een heerlijke verkoelende bries. Het is gelegen in de prachtige, chique wijk Bottelier, vlakbij het Lagun van Jan Thiel en op 5 min. van de stranden Mambo Beach, Seaquarium en 10 min. van Willemstad. Grote woonkamer met een open, volledig ingerichte keuken met bar. Daarnaast 3 slaapkamers, 2 badkamers en 2 grote porches. Info: casadonpedro@gmail.com telefoon (oud sgt. Marns. Alg. Piet de Ridder) Vraag naar onze last minute prijzen TE HUUR Appartementen en slaapstrandhuisje Vlissingen. Weekverhuur vanaf zaterdag. chrisjanse@zeelandnet.nl TE KOOP Op een zonnige plaats midden in de natuur bij de Ginkelse Heide te Ede, ons z.g.a.n. onderhoudsarme chalet van x 4.20 met 2 slaapkamers. Bouwjaar Het wordt geheel compleet, gestoffeerd en gemeubileerd met diverse extra's, aangeboden voor de vraagprijs van ,00. Een vrijblijvende bezichtiging van dit prachtige chalet zegt meer dan vele aanprijzende mooie woorden. Info per d.spijker@hetnet.nl of bel mobiel om meer foto s van dit mooie chalet en de plaats te kunnen zien. Goed onderhouden piano, altijd gestemd, tropenbestendig, houtsoort macoré (lichte mahonie-soort), merk: Euterpe, gebouwd in 1973 bij Bechstein in Berlijn. Vr.pr. 2500,- inl of aah@quicknet.nl 62 Trivizier

63 Postbus AA Den Haag, PUZZEL KRUISWOORDRAADSEL Breng de gevraagde letters over naar de oplossingsbalk. Stuur deze oplossing vóór 22 mei 2017 naar: Redactie Trivizier (puzzel) Postbus AA Den Haag of Vergeet niet uw adres te vermelden! Onder de goede inzendingen worden een VVV-iris-cheque t.w.v. 25,- en twee VVV-iris-cheques t.w.v. 12,50 verloot. (Alleen inzendingen door leden loten mee). Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd. Oplossing april 2017: 14 april Goede Vrijdag De winnaars zijn (na loting): J. Wichelo, Zevenaar J. Gubbels, Venlo R. Schaddenhorst, Doorn HORIZONTAAL 1. persbureau 6. Deense containerrederij 11. talent om nieuwe dingen te verzinnen 14. verlichting 15. lange staak 16. iemand die elders ondergebracht wordt 18. meer dan wenselijk 19. dadelijk 20. hertachtige 22. jongere broer of zus (indisch) 23. roem die iemand toekomt 26. inwoner van een baltische staat 27. Arabische vorst 28. afdeling in het ziekenhuis 29. verschrompelde druif 31. bindmiddel 32. communicatiemiddel 34. milligram (afk.) 36. blaasinstrument 37. Russisch bevelschrift 39. iemand die de leiding heeft 41. deel van een zeilboot 42. landbouwwerktuig 43. zaak (latijn) 44. agent in burger 46. ligt op een spijkerbed 47. Amerikaanse staat 49. Filipijns voor kind 50. brandstof 51. naar mijn mening (afk.) 54. plaats in Zwitserland 56. eenheid van geluidssnelheid 59. geweldig iemand 63. gewichtsmerk 64. humanistische broederschapvereniging 67. openbaar vervoer (afk.) 68. biersoort VERTICAAL: OPLOSSING: zwaar vergif 2. kaartterm 3. onderbreking 4. Russisch gevechtsvliegtuig 5. zitvlak 6. dorpsweide 7. inlichtingendienst 8. terreurbeweging 9. knappe kop 10. gereedschap van de coupeuse 12. Keuringsinstituut 13. boerenbezit 17. militair kledingstuk 21. kwaal aan de luchtwegen 24. kraaiachtige 25. inwoner van Nederland 27. mil. rang (afk.) 29. legerplaats 30. lengtemaat 33. bijbelse figuur 35. brandstofreservoirs 37. soort explosief 38. wederhelft 39. soort onderwijs 40. bewegingloos 45. Immigratie- en Naturalisatie Dienst (afk.) 47. vrijwel alle Nederlandse ondernemingen vallen hieronder 48. grappenmaker 52. gedwee 53. medezeggenschapscommissie (afk.) 55. lastdier 57. een van de oudste nog bestaande voetbalclubs in Den Haag 58. dichtvorm 60. Nederlandse beursindex 61. namelijk (afk.) 62. beginwoord van een sprookje 65. legeronderdeel (afk.) 66. motorraces in Assen Trivizier 63

64 WAT DOET UW BOND VOOR U? ONTSLAG TERUGGEDRAAID Een burgerambtenaar wordt na een lange ziekteperiode door het UWV gekeurd. Hij blijkt gedeeltelijk arbeidsongeschikt en krijgt daarom een WIA uitkering toegekend. Daarop wordt hij door Defensie ontslagen en daarna weer opnieuw parttime op zijn eigen functie aangesteld. Helaas blijkt hij na de ontslagdatum nog niet in staat om parttime te werken. Daarop geeft Defensie aan dat ze overwegen om hem ook voor de overige uren te ontslaan. Ook wordt er op zijn bezoldiging direct een loonkorting toegepast wegens langdurige ziekte. De VBM adviseert de ambtenaar Defensie vast te laten weten dat ontslag niet kan. Ook heeft de VBM bezwaar gemaakt tegen de loonkorting. Defensie komt daarop tot de conclusie dat ontslag niet aan de orde is en dat hij op zijn nieuwe functie weer twee jaar ontslagbescherming geniet. Om die reden is ook de loonkorting ongedaan gemaakt. Die loonkorting zou pas kunnen plaatsvinden als na afloop van het eerste jaar blijkt dat de ambtenaar nog steeds ziek is. ONTSLAG GEEN ONTSLAG TE VEEL REISKOSTEN TERUGBETAALD Salarisbetalingen verlopen niet altijd vlekkeloos. Een lid van ons ontdekte kort geleden dat ze al jaren te veel reiskosten ontving. Ze diende onmiddellijk een rekest in bij DCHR om de reiskostenvergoeding stop te zetten. DCHR nam op dat verzoek een besluit en besloot de reiskostenvergoeding te stoppen en tot vijf jaar terug te vorderen. Dat vond ze te gortig omdat ze niet wist dat ze te veel geld had ontvangen De VBM heeft daarom bezwaar gemaakt en daarin een beroep gedaan op een toetsingsnorm die de Centrale Raad van Beroep, de hoogste ambtenarenrechter in Nederland, voor zulke situaties heeft ontwikkeld. De ambtenaar moet tot twee jaar terugbetalen als hij wist of had kunnen weten dat hij teveel geld ontving. Als de fout door toedoen van de ambtenaar is ontstaan, dan wordt er tot vijf jaar teruggevorderd. Na bezwaar is vastgesteld dat ze haar salarisstroken had kunnen controleren en dus had kunnen weten dat ze te veel reiskosten heeft ontvangen. Verder is ook vastgesteld dat de fout niet door haar toedoen is ontstaan. Daarom is de periode waarover wordt teruggevorderd, van vijf naar twee jaar teruggebracht. Nog geen lid? Meld u aan op of via MDTN (sterretje dan nummer)

In deze Nieuwsbrief de laatste ontwikkelingen op het gebied van de mislukte CAO-onderhandelingen bij Defensie:

In deze Nieuwsbrief de laatste ontwikkelingen op het gebied van de mislukte CAO-onderhandelingen bij Defensie: nr 3, 2017 In deze Nieuwsbrief de laatste ontwikkelingen op het gebied van de mislukte CAO-onderhandelingen bij Defensie: het eindbod van de werkgever de toelichting daarop de ledenraadpleging Ga naar

Nadere informatie

BOD DEFENSIE 18 april 2017

BOD DEFENSIE 18 april 2017 BOD DEFENSIE 18 april 2017 1 1. Preambule Op 4 november 2014 is het arbeidsvoorwaardenoverleg in de sector Defensie formeel van start gegaan. Naar dit moment was door alle betrokken partijen lang uitgezien.

Nadere informatie

2. Inkomenseffecten. Partijen zijn overeengekomen:

2. Inkomenseffecten. Partijen zijn overeengekomen: 1. Preambule 4 november 2014 is het arbeidsvoorwaardenoverleg in de sector Defensie formeel van start gegaan. Naar dit moment is door alle betrokken partijen, werkgever en werknemers, lang uitgezien. Na

Nadere informatie

Datum 14 mei Betreft Inzet Defensie Arbeidsvoorwaarden. Collega s,

Datum 14 mei Betreft Inzet Defensie Arbeidsvoorwaarden. Collega s, > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag Bestuursstaf Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl Bij beantwoording datum, onze referentie en betreft vermelden. Betreft Inzet Defensie

Nadere informatie

Q & A: Eerste deelresultaat AVW 2015

Q & A: Eerste deelresultaat AVW 2015 Q & A: Eerste deelresultaat AVW 2015 Er wordt gesproken over een eerste deelresultaat m.b.t. de AVW 2015 onderhandelingen. Wat betekent dit? Dit betekent dat dit resultaat slechts een eerste stap is naar

Nadere informatie

Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat

Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat Na het, op 12 oktober, bereiken van het onderhandelaarsresultaat hebben veel defensiemedewerkers vragen hierover. De eerste veel gestelde vragen proberen

Nadere informatie

AV oktober 2017

AV oktober 2017 AV 2017 2018 12 oktober 2017 1 1. Inleiding Sociale partners zoeken perspectief in een veranderende omgeving. De wijze waarop het personeelssysteem van Defensie in de loop van de tijd is ingevuld maakt

Nadere informatie

Voorstel arbeidsvoorwaarden resultaat

Voorstel arbeidsvoorwaarden resultaat Voorstel arbeidsvoorwaarden resultaat 2018-2020 1. Looptijd en inkomenseffecten Het personeel van Defensie heeft een belangrijke taak en sociale partners hebben al eerder vastgesteld dat de salarissen

Nadere informatie

Datum 14 mei Betreft Inzet Defensie Arbeidsvoorwaarden. Collega s,

Datum 14 mei Betreft Inzet Defensie Arbeidsvoorwaarden. Collega s, > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag Bestuursstaf Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl Datum 14 mei 2019 Bij beantwoording datum, onze referentie en betreft vermelden.

Nadere informatie

7. Hoe zit het met eventuele negatieve effecten op het pensioen?

7. Hoe zit het met eventuele negatieve effecten op het pensioen? Antwoorden op vragen over nieuwe pensioenstelsel militairen Het onderhandelaarsresultaat van 20 augustus 2018 bevat afspraken over een nieuwe pensioenregeling voor militairen. Defensie heeft verschillende

Nadere informatie

Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat

Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat Vragen en antwoorden arbeidsvoorwaardenresultaat Op 12 oktober 2017 hebben de onderhandelaars een resultaat bereikt in het arbeidsvoorwaarden (AVW)-overleg. Nadat we onze leden hebben geïnformeerd tijdens

Nadere informatie

Arbeidsvoorwaardenakkoord 6 december 2011. Bijlage 3 Verdere ontwikkeling personeelsbeleid

Arbeidsvoorwaardenakkoord 6 december 2011. Bijlage 3 Verdere ontwikkeling personeelsbeleid Bijlage 3 Verdere ontwikkeling personeelsbeleid De internationale omgeving stelt hoge eisen aan het militair personeel dat tijdens uitzending en inzet met complexe situaties te maken krijgt en vaak soldaat

Nadere informatie

CONCEPT ARBEIDSVOORWAARDENAKKOORD DEFENSIE Ga ik bij Defensie werken en/of blijf ik bij Defensie?

CONCEPT ARBEIDSVOORWAARDENAKKOORD DEFENSIE Ga ik bij Defensie werken en/of blijf ik bij Defensie? CONCEPT ARBEIDSVOORWAARDENAKKOORD DEFENSIE 2018-2020 Ga ik bij Defensie werken en/of blijf ik bij Defensie? Het principe onderhandelingsresultaat arbeidsvoorwaarden bij Defensie is nu een onderhandelingsresultaat

Nadere informatie

Sinds 2005 is er een aantal ontwikkelingen geweest die het noodzakelijk maken de regeling aan te passen.

Sinds 2005 is er een aantal ontwikkelingen geweest die het noodzakelijk maken de regeling aan te passen. Inzet van de Samenwerkende Centrales voor het Overheidspersoneel (SCO) sector Rijk (d.d.19 december 2013) voor een nieuwe Regeling Substantieel Bezwarende Functies (SBF-regeling) Aanleiding In 2005 hebben

Nadere informatie

Dit akkoord heeft een looptijd van 1 oktober 2018 tot en met 31 december 2020.

Dit akkoord heeft een looptijd van 1 oktober 2018 tot en met 31 december 2020. CONCEPT-ARBEIDSVOORWAARDENAKKOORD SECTOR DEFENSIE 2018-2020 Inleiding De afgelopen jaren is er door bezuinigingen veel gevraagd van het personeel van Defensie. Die tijd willen wij, sociale partners, nu

Nadere informatie

Aan de slag met duurzame inzetbaarheid 3 november 2015

Aan de slag met duurzame inzetbaarheid 3 november 2015 Duurzame inzetbaarheid uitgangspunt personeelsbeleid Het voorstel is duurzame inzetbaarheid centraal te stellen in het personeelsbeleid om medewerkers van alle levensfasen optimaal inzetbaar te houden

Nadere informatie

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Pre-ambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van goed werkgeverschap afspraken gemaakt over een sectorale regeling Van Werk Naar

Nadere informatie

Eindbod CAO PARENCO maart 2016

Eindbod CAO PARENCO maart 2016 Eindbod CAO PARENCO 2016 18 maart 2016 Na een groot aantal onderhandelingsrondes over een nieuwe CAO hebben partijen op 18 maart jl. een ultieme poging gedaan om te komen tot een nieuwe cao. Parenco heeft

Nadere informatie

NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN.

NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN. NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN. Dit onderhandelaarsresultaat bevat ook afspraken over een nieuwe pensioenregeling voor militairen. Als dit resultaat wordt goedgekeurd zal er met terugwerkende

Nadere informatie

- Arbeidsvoorwaardenakkoord 6 december Arbeidsvoorwaardenbeleid sector Defensie 2012

- Arbeidsvoorwaardenakkoord 6 december Arbeidsvoorwaardenbeleid sector Defensie 2012 Arbeidsvoorwaardenbeleid sector Defensie 2012 De minister van Defensie en de centrales van overheidspersoneel hebben op 6 december 2011 een akkoord bereikt over het volgende pakket maatregelen in het kader

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88 Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN.

NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN. NIEUWE PENSIOENREGELING VOOR MILITAIREN. Dit onderhandelaarsresultaat bevat ook afspraken over een nieuwe pensioenregeling voor militairen. Als dit resultaat wordt goedgekeurd zal er per 1 januari 2019

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 18 augustus ECWGO/U Lbr: 17/046 CvA/LOGA 17/08 (070)

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 18 augustus ECWGO/U Lbr: 17/046 CvA/LOGA 17/08 (070) Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad College voor Arbeidszaken Datum 18 augustus 2017 Ons kenmerk ECWGO/U201700540 Lbr: 17/046 CvA/LOGA 17/08 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) - Onderwerp

Nadere informatie

Trivizier. Extra editie

Trivizier. Extra editie Trivizier Onderhandelaarsresultaat 2017-2018 Extra editie jaargang 71 extra editie oktober 2017 - COLOFON REDACTIE Bestuur VBM REDACTIEMEDEWERKERS Henri Lansink en Peter Visser VORMGEVING Studio VBM DRUK

Nadere informatie

Bijlage 2 bij Concept-arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie

Bijlage 2 bij Concept-arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie Bijlage 2 bij Concept-arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie 2018-2020 Maatregel in verband met verminderd pensioenperspectief Inleiding Voor een aantal militairen leidt de overgang naar de regeling

Nadere informatie

Informatie om te delen. Afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid, directie Politie Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Informatie om te delen. Afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid, directie Politie Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties A4 Informatie om te delen Afdeling Arbeidsvoorwaardenbeleid, directie Politie Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties A4 is bedoeld om de politiekorpsen op een snelle manier kort en bondig

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

PROVINCIAAL BLAD. Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Zeeland. Nr. 379 31 januari 2017 Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland houdende Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Besluit

Nadere informatie

Wij streven er naar om in ieder geval een gezamenlijke inzetbrief te maken met de overige partners in het CAO-overleg.

Wij streven er naar om in ieder geval een gezamenlijke inzetbrief te maken met de overige partners in het CAO-overleg. S Aan de werkende leden werkzaam bij de Gemeenten 070-416 06 90 INTERNET www.mijnvakbond.nl E-MAIL denhaag@cnvpubliekezaak.nl AFDELING PLAATS ONS KENMERK Gemeenten Den Haag Coll.0170/JS/DD DOORKIESNUMMER

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 12 juli ECWGO/U Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 (070) College voor Arbeidszaken

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 12 juli ECWGO/U Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 (070) College voor Arbeidszaken Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad College voor Arbeidszaken Datum 12 juli 2017 Ons kenmerk ECWGO/U201700542 Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) 1 Onderwerp Ledenraadpleging

Nadere informatie

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 12 juli ECWGO/U Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 (070) College voor Arbeidszaken

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 12 juli ECWGO/U Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 (070) College voor Arbeidszaken Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad College voor Arbeidszaken Datum 12 juli 2017 Ons kenmerk ECWGO/U201700542 Lbr: 17/039 CvA/LOGA 17/07 Telefoon (070) 373 8393 Bijlage(n) 1 Onderwerp Ledenraadpleging

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2016 208 Besluit van 14 april 2016 tot wijziging van enige besluiten, in het kader van de uitvoeringsovereenkomst voor de sector Defensie als gevolg

Nadere informatie

XRcise. Trivizier. Onderhandelingsresultaat. Eerste deelakkoord Extra editie

XRcise. Trivizier. Onderhandelingsresultaat. Eerste deelakkoord Extra editie Trivizier XRcise Onderhandelingsresultaat 2015: Eerste deelakkoord ---------------------------- Extra editie jaargang 69 extra editie maart 2015 COLOFON REDACTIE Henri Lansink en Peter Visser REDACTIEMEDEWERKERS

Nadere informatie

CONVENANT. tussen: DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE DE CENTRALES VAN OVERHEIDSPERSONEEL, SECTOR DEFENSIE. Inzake LEVENSFASEBELEID

CONVENANT. tussen: DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE DE CENTRALES VAN OVERHEIDSPERSONEEL, SECTOR DEFENSIE. Inzake LEVENSFASEBELEID Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) email 18-12-2007 briefnummer AP/07.01077 zaaknummer ZD.200.1 status x Behandel Informatie Pieptermijn CONVENANT tussen: DE STAATSSECRETARIS VAN ENSIE en DE CENTRALES

Nadere informatie

ECCVA/U Lbr: 13/009 CvA/LOGA 13/04

ECCVA/U Lbr: 13/009 CvA/LOGA 13/04 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8393 uw kenmerk bijlage(n) 2 betreft arbeidsvoorwaardennota 2013 e.v. - ledenraadpleging ons kenmerk ECCVA/U201300208 Lbr:

Nadere informatie

Wervingsketen MP midden midden 2012

Wervingsketen MP midden midden 2012 Bijlage Personele kengetallen Defensie en trends midden 211 - midden 212 Instroom Grafiek 1: Wervingsketen militair personeel van midden 211 tot midden 212. Personen Wervingsketen MP midden 211 - midden

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum 20 februari 2017 Betreft Nadere informatie compensatie AOW-gat

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Datum 20 februari 2017 Betreft Nadere informatie compensatie AOW-gat > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ESDen Haag www.defensie.nl

Nadere informatie

Bepaal inzet nieuwe CAO Defensie

Bepaal inzet nieuwe CAO Defensie DATUM: KENMERK: VOLGNUMMER: 14 oktober 2009 Aan de leden N68 Bepaal inzet nieuwe CAO Defensie In overleg met het Landelijk Groepsbestuur Burgerpersoneel Defensie is CNV Publieke Zaak gestart met de voorbereiding

Nadere informatie

VEEL GESTELDE VRAGEN OVER HET ONDERHANDELINGSRESULTAAT CAO Waarom heeft het zo lang geduurd voordat er een nieuwe cao is?

VEEL GESTELDE VRAGEN OVER HET ONDERHANDELINGSRESULTAAT CAO Waarom heeft het zo lang geduurd voordat er een nieuwe cao is? Versie 26 november 2018 Het document veel gestelde vragen over het onderhandelingsresultaat cao 2018-2020 bevat vragen die aan werkgevers en vakbonden zijn gesteld. Het is een dynamisch document dat we

Nadere informatie

Arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie 1. oktober 2018 t/m 31 december 2020

Arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie 1. oktober 2018 t/m 31 december 2020 Arbeidsvoorwaardenakkoord sector Defensie 1. oktober 2018 t/m 31 december 2020 ARBEIDSVOORWAARDENAKKOORD SECTOR DEFENSIE 2018-2020 Inleiding De afgelopen jaren is er door bezuinigingen veel gevraagd van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 31 516 Beleidsdoorlichting Defensie Nr. 12 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 15 oktober 2015 De vaste commissie voor Defensie heeft een

Nadere informatie

De VNG en de vakbonden FNV en CNV hebben op 28 juni 2019 een onderhandelaarsakkoord bereikt over de Cao voor de sociale werkvoorziening (Cao SW) 2019.

De VNG en de vakbonden FNV en CNV hebben op 28 juni 2019 een onderhandelaarsakkoord bereikt over de Cao voor de sociale werkvoorziening (Cao SW) 2019. Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad Datum 9 juli 2019 Ons kenmerk TAZ/U201900566/ Lbr: 19/052 Telefoon 0657593107 Bijlage(n) 3 College voor Arbeidszaken Kamer Inclusieve Arbeid Onderwerp Ledenraadpleging

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 400 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2013 Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst AAN: De Centrales van Overheidspersoneel, toegelaten tot het Sectoroverleg Rijkspersoneel De Voorzitter van het Sectoroverleg Rijkspersoneel Bijlagen 1 AAC/92.064

Nadere informatie

I. Op grond van de gevoerde onderhandelingen over de cao-voorstellen van zowel werkgever als vakbonden, komt UWV tot het volgende resultaat:

I. Op grond van de gevoerde onderhandelingen over de cao-voorstellen van zowel werkgever als vakbonden, komt UWV tot het volgende resultaat: Eindbod van UWV voor nieuwe cao I. Op grond van de gevoerde onderhandelingen over de cao-voorstellen van zowel werkgever als vakbonden, komt UWV tot het volgende resultaat: 1. Looptijd UWV stelt een looptijd

Nadere informatie

ECCVA/U200800303 Lbr. 08/028 CvA/LOGA 08/09

ECCVA/U200800303 Lbr. 08/028 CvA/LOGA 08/09 Brief aan de leden T.a.v. het college informatiecentrum tel. (070) 373 8021 betreft Uitwerking CAO Gemeenten 2007-2009 uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U200800303 Lbr. 08/028 CvA/LOGA 08/09 bijlage(n) 1 datum

Nadere informatie

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau?

Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Wat betekent de AVV loze periode voor het uitzendbureau? Vanaf 1 april 2012 is er sprake van een onderbreking van de Algemeen Verbindend Verklaring (AVV) van de Cao voor Uitzendkrachten. Dit kan grote

Nadere informatie

Legal & General NicicIland

Legal & General NicicIland Legal & General NicicIland Legal & General Nederland Acura Assuradeuren B.V. Postbus 156 5490 AD SINT-OEDENRODE Postadres: Postbus 4 1200 AA Hilversum Bezoekadres: Laapersveld 68 1213 VB Hilversum www.landg.n1

Nadere informatie

Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant

Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant CVDR Officiële uitgave van Noord-Brabant. Nr. CVDR381680_2 19 december 2016 Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Gelet op artikel

Nadere informatie

Feitelijke informatie De drie circulaires van het LOGA betreffen een uitwerking van de nieuwe CAO voor het gemeentepersoneel.

Feitelijke informatie De drie circulaires van het LOGA betreffen een uitwerking van de nieuwe CAO voor het gemeentepersoneel. Zaaknummer: 00409457 Onderwerp: wijziging CAR-UWO vanwege nieuwe CAO 2013-2015 Collegevoorstel Inleiding Het College voor Arbeidszaken (CvA) van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) maakt met

Nadere informatie

Principeakkoord Cao Apothekers in dienstverband 29 november 2016

Principeakkoord Cao Apothekers in dienstverband 29 november 2016 Principeakkoord Cao Apothekers in dienstverband 29 november 2016 De LAD (Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband) en de VZA (de Vereniging van Zelfstandige Apothekers), verder te noemen cao-partijen,

Nadere informatie

Verslag van de vergadering van het SOD van 16 april 2015 bij het ministerie van Defensie, Plein 4, kamer A 107, Den Haag.

Verslag van de vergadering van het SOD van 16 april 2015 bij het ministerie van Defensie, Plein 4, kamer A 107, Den Haag. Drs. Carina L.D. van inlichtingen 070-376 Agten 57 79 telefoon c.vanagten@caop.nl e-mail 0 bijlage(n) SOD/15.00268 briefnumme G.1.01 r zaaknumme 30 april 2015 r datum Verslag van de vergadering van het

Nadere informatie

PROVINCIAAL BLAD. Gezien de in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden bereikte overeenstemming over deze wijziging;

PROVINCIAAL BLAD. Gezien de in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden bereikte overeenstemming over deze wijziging; PROVINCIAAL BLAD Officiële uitgave van provincie Noord-Brabant. Nr. 402 1 februari 2017 Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent begeleiding van werk naar

Nadere informatie

Drie opties Aan extern expert Absolute Advocaten is gevraagd om de opties in een juridisch kader te schetsen. Er blijken drie opties mogelijk:

Drie opties Aan extern expert Absolute Advocaten is gevraagd om de opties in een juridisch kader te schetsen. Er blijken drie opties mogelijk: BESTUUR Hertog Aalbrechtweg 32-1823 DL ALKMAAR Postbus 9150-1800 GD ALKMAAR Telefoon: (072) 567 88 90 Fax: (072) 50 37 102 Email: j.g.goet@wnk.nl Website: www.wnk.nl Alkmaar, 13 september 2018 Onderwerp:

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Postbus 20703 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 3188188 Fax (070) 318 Bijlagen: -2- Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR Den Haag Afschrift aan de Voorzitter van de Eerste

Nadere informatie

Pensioenleeftijd 68 meest gestelde vragen

Pensioenleeftijd 68 meest gestelde vragen Nieuwsflits is een notitie van Westerveld Pensioenadvies en Consultancy en hieraan kan geen enkel recht worden ontleend. Westerveld Pensioenadvies en Consultancy kan niet aansprakelijk worden gesteld voor

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2227

ECLI:NL:RBDHA:2017:2227 ECLI:NL:RBDHA:2017:2227 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-03-2017 Datum publicatie 14-03-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 4692 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2007 2008 31 243 Wereldwijd dienstbaar Nr. 9 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

de Minister van Defensie bijlage(n)

de Minister van Defensie bijlage(n) Aan: de Samenwerkende Centrales van Overheidspersoneel Defensie t.a.v. de heer XXX de Minister van Defensie bijlage(n) AAC.103 Zaaknummer 16 oktober 2017 Datum Onderwerp: Verzoek SCO-Def om advies over

Nadere informatie

De Samenwerkende Centrales van Overheidspersoneel en de minister van BZK als werkgever Sector Rijk geven hieronder gezamenlijk uitleg over de door hen gesloten Overeenkomst loopbaanondersteuning, arbeidsmarkt

Nadere informatie

Principe akkoord Pensioen. Bijeenkomst door de politiebonden

Principe akkoord Pensioen. Bijeenkomst door de politiebonden Principe akkoord Pensioen Bijeenkomst door de politiebonden Vooraf: het pensioenstelsel Twee tafels; 1. SER: onderhandeling over het nieuwe pensioenstelsel. 2. Kabinet: AOW, zware beroepen etc. Op weg

Nadere informatie

B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget

B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget Looptijd CAO Bij de nadere uitwerking van de vernieuwing van de CAO UMC is ervan uitgegaan dat de eerstkomende CAO een looptijd van drie jaar en twee

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2009 2010 32 417 Kabinetsformatie 2010 Nr. 2 BRIEF VAN DE INFORMATEUR Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Hierbij zend ik u, daartoe

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:2229

ECLI:NL:RBDHA:2017:2229 ECLI:NL:RBDHA:2017:2229 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 08-03-2017 Datum publicatie 22-03-2017 Zaaknummer AWB - 16 _ 4695 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Ambtenarenrecht

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Regeling begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Noord-Brabant Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, Gelet op artikel B.8 van de

Nadere informatie

ONDERHANDELINGSRESULTAAT CNV VAKCENTRALE cao en sociaal plan 2019 en Wat is er afgesproken?

ONDERHANDELINGSRESULTAAT CNV VAKCENTRALE cao en sociaal plan 2019 en Wat is er afgesproken? ONDERHANDELINGSRESULTAAT CNV VAKCENTRALE cao en sociaal plan 2019 en 2020 Wat is er afgesproken? proces Zomer 2018 voorstellenbrieven uitgewisseld September, oktober, november 2018: cao overleg 5 november

Nadere informatie

Voorstellen cao Houthandel. Uitwerking Sociaal Akkoord

Voorstellen cao Houthandel. Uitwerking Sociaal Akkoord Voorstellen cao Houthandel Uitwerking Sociaal Akkoord In 2013 hebben werkgevers en werknemers op centraal niveau afspraken gemaakt in het Sociaal Akkoord. De koepelorganisatie waarvan de VVNH lid is (NVG/VNO),

Nadere informatie

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg;

gelet op de bereikte overeenstemming in de commissie voor Georganiseerd Overleg; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Schiedam Nr. 211333 30 november 2017 Regeling Generatiepact gemeente Schiedam Burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam; gelet op de CAO gemeenten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 763 Toekomst van de krijgsmacht Nr. 43 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag,

Nadere informatie

Plantum NL t.a.v. de onderhandelingsdelegatie de heer J. den Dekker Vossenburchkade PC Gouda. Verbinding, inspiratie, perspectief

Plantum NL t.a.v. de onderhandelingsdelegatie de heer J. den Dekker Vossenburchkade PC Gouda. Verbinding, inspiratie, perspectief Plantum NL t.a.v. de onderhandelingsdelegatie de heer J. den Dekker Vossenburchkade 68 2805 PC Gouda Datum: 31-08-2017 Ons kenmerk: HKO-2017TZ Onderwerp: Cao-voorstellen Tuinzaadbedrijven 2018 Verbinding,

Nadere informatie

ECCVA/U201301403 Lbr: 13/083 CvA/LOGA 13/14

ECCVA/U201301403 Lbr: 13/083 CvA/LOGA 13/14 Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Cao Gemeenten uw kenmerk ons kenmerk ECCVA/U201301403 Lbr: 13/083 CvA/LOGA 13/14 bijlage(n) datum 24 oktober

Nadere informatie

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst

Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Advies- en Arbitragecommissie Rijksdienst Aan: De samenwerkende Centrales van Overheidspersoneel vertegenwoordigd in de Sectorcommissie Onderwijs en Wetenschappen De voorzitter van de Sectorcommissie Onderwijs

Nadere informatie

Er is een principe akkoord bereikt over een nieuwe CAO Nederlandse Universiteiten. Deze CAO zal 1 september aanstaande in werking treden.

Er is een principe akkoord bereikt over een nieuwe CAO Nederlandse Universiteiten. Deze CAO zal 1 september aanstaande in werking treden. Kenmerk: 355.258/PA&O Datum: 1 september 2003 Arbeidsvoorwaarden (TW)AIO s en OIO s 1. Inleiding Er is een principe akkoord bereikt over een nieuwe CAO Nederlandse Universiteiten. Deze CAO zal 1 september

Nadere informatie

NIEUWSBRIEF LEDEN. Rijk CAO. Tussen- OKTOBER 2017 NIEUWSBRIEF LEDEN

NIEUWSBRIEF LEDEN. Rijk CAO. Tussen- OKTOBER 2017 NIEUWSBRIEF LEDEN Tussen- CAO Rijk NIEUWSBRIEF LEDEN OKTOBER 2017 LEDEN NIEUWSBRIEF WWW.RIJKSVAKBONDEN.NL INFO@RIJKSVAKBONDEN.NL WWW.NCF.NL WWW.JUVOX.NL WWW.VPWNET.NL WWW.VCPS.NL WWW.UNIE.NL Voorwoord Tussen-CAO Rijk Suggesties

Nadere informatie

Aan de leden werkzaam bij het Loodswezen,

Aan de leden werkzaam bij het Loodswezen, Aan de leden werkzaam bij het Loodswezen, Op 16 oktober 2013 hebben CNV Publieke Zaak Abvakabo FNV en VPL en jullie werkgever een principe-akkoord over jullie cao bereikt. Het bereik van dit akkoord ging

Nadere informatie

Eindelijk een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren

Eindelijk een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren CAO gemeenten bulletin gemeenten gemeenten Informatie van het College voor Arbeidszaken Eindelijk een nieuwe CAO voor gemeenteambtenaren Sinds mei 2007 zijn het College voor Arbeidszaken (CvA) en de vakbonden

Nadere informatie

VRAGENLIJST VERGELIJKEND ONDERZOEK NAAR 'UP OR OUT' PERSONEELS- SYSTEMEN BIJ ANDERE LANDEN (Verenigde Staten van Amerika)

VRAGENLIJST VERGELIJKEND ONDERZOEK NAAR 'UP OR OUT' PERSONEELS- SYSTEMEN BIJ ANDERE LANDEN (Verenigde Staten van Amerika) VRAGENLIJST VERGELIJKEND ONDERZOEK NAAR 'UP OR OUT' PERSONEELS- SYSTEMEN BIJ ANDERE LANDEN (Verenigde Staten van Amerika) Aanstellingssystematiek 1. Kunt u inzicht geven in de aanstellingssystematiek voor

Nadere informatie

Aan: de NVDA-leden werkzaam in Gezondheidscentra. Utrecht, 12 oktober Betreft: Ledenraadpleging Cao Gezondheidscentra Kenmerk: KG/mb 2016.

Aan: de NVDA-leden werkzaam in Gezondheidscentra. Utrecht, 12 oktober Betreft: Ledenraadpleging Cao Gezondheidscentra Kenmerk: KG/mb 2016. Aan: de NVDA-leden werkzaam in Gezondheidscentra Utrecht, 12 oktober 2016 Betreft: Ledenraadpleging Cao Gezondheidscentra Kenmerk: KG/mb 2016.047 Geachte heer/mevrouw, FBZ en FNV Zorg & Welzijn hebben

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2007 2008 30 674 Wijziging van de Militaire ambtenarenwet 1931 en intrekking van de Wet voor het reservepersoneel der Krijgsmacht in verband met onder andere

Nadere informatie

De 10 meest gemaakte fouten in de arbeidsovereenkomst

De 10 meest gemaakte fouten in de arbeidsovereenkomst De 10 meest gemaakte fouten in de arbeidsovereenkomst Zelf een arbeidsovereenkomst opstellen lijkt simpel. Een exemplaar van internet, beetje aanpassen en klaar. Helaas, zo makkelijk gaat dat niet. We

Nadere informatie

College voor Arbeidszaken

College voor Arbeidszaken College voor Arbeidszaken Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Ledenraadpleging onderhandelaarsakkoord cao SW 2015-2018 uw kenmerk ons kenmerk

Nadere informatie

College voor Arbeidszaken

College voor Arbeidszaken College voor Arbeidszaken Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad informatiecentrum tel. (070) 373 8020 betreft Ledenraadpleging onderhandelaarsakkoord cao SW 2015-2018 uw kenmerk ons kenmerk

Nadere informatie

Akkoord. 16 december 2014. Bart van Bolhuis. Akkoord. Cao voor PostNL. definitief. Auteur Tel. Rapport. Versie

Akkoord. 16 december 2014. Bart van Bolhuis. Akkoord. Cao voor PostNL. definitief. Auteur Tel. Rapport. Versie 16 december 2014 Auteur Tel Bart van Bolhuis Rapport Versie Akkoord definitief Inhoudsopgave 1 Pensioen 3 1.1 Opbouwpercentage 3 1.2 Nabestaandenpensioen 3 1.3 Eigen bijdrage in de pensioenpremie 4 2 Looptijd

Nadere informatie

RESULTAAT ARBEIDSVOORWAARDEN DEFENSIE PERSPECTIEF PRIVÉ PENSIOEN VOOR MILITAIREN

RESULTAAT ARBEIDSVOORWAARDEN DEFENSIE PERSPECTIEF PRIVÉ PENSIOEN VOOR MILITAIREN RESULTAAT ARBEIDSVOORWAARDEN DEFENSIE POEN Bovenop de eenmalige uitkering van 750,- voor iedereen, uitgekeerd in december 2018: 1. Loonbod 6,30%. Als volgt opgebouwd: Op. Op. Samen met de loonsverhoging

Nadere informatie

ons kenmerk ECWGO/U Lbr. 14/056

ons kenmerk ECWGO/U Lbr. 14/056 Inlichten instantie via e-mail Page 1 of 2 Cools, Luuk Van: namens Postbus Onderwerp: Lbr. 14/056 - Ledenbrief Ledenraadpleging principeakkoord Cao Gemeenten 2013-2015 Van: VNG [mailto:vng@vng.nl] Verzonden:

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Postbus 20011 2500 EA 's-gravenhage Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directie Organisatie- en personeelsbeleid Rijk Turfmarkt 147 's-gravenhage

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 269 Wijziging van de Uitkeringswet gewezen militairen Nr. 5 NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Ontvangen 11 september 2002 De ondergetekende

Nadere informatie

Verslag van de vergadering van het SOD op 27 maart en 18 april 2017 bij het CAOP, Lange Voorhout 13 te Den Haag.

Verslag van de vergadering van het SOD op 27 maart en 18 april 2017 bij het CAOP, Lange Voorhout 13 te Den Haag. Georganiseerd overleg sector Defensie (SOD) Drs. C.L.D. (Carina) van Agten Inlichtingen 06 27 59 56 70 telefoon c.vanagten@caop.nl e-mail - bijlage SOD/17.00144 briefnummer G.1.01 zaaknummer 21 april 2017

Nadere informatie

1) Belangrijkste afspraken 2) Betere afspraken voor invallers 3) Vervangingsbeleid 4) Salarisverhoging 5) Laat jouw stem horen

1) Belangrijkste afspraken 2) Betere afspraken voor invallers 3) Vervangingsbeleid 4) Salarisverhoging 5) Laat jouw stem horen Wat betekent het onderhandelaarsakkoord over de nieuwe cao voor het primair onderwijs voor invallers? Op 27 april hebben werknemers (CNV Onderwijs en andere bonden) en werkgevers (de PO-Raad) een onderhandelaarsakkoord

Nadere informatie

Aan de leden van CNV Onderwijs, werkzaam in het MBO. Beste collega,

Aan de leden van CNV Onderwijs, werkzaam in het MBO. Beste collega, Aan de leden van, werkzaam in het MBO POSTADRES Postbus 2510 3500 GM Utrecht BEZOEKADRES Tiberdreef 4 3561 GG Utrecht TELEFOON 0900-225 5266 FAX 030-751 1709 INTERNET www.cnvo.nl E-MAIL info@cnvo.nl BANKREKENING

Nadere informatie

1. Hoofdlijn Tripartiete overeenkomst personele gevolgen passend onderwijs

1. Hoofdlijn Tripartiete overeenkomst personele gevolgen passend onderwijs Aan de besturen van de samenwerkingsverbanden WSNS en de REC s Aan de leden van de PO-raad Utrecht, 18 april 2013 De Tripartiete overeenkomst personele gevolgen passend onderwijs heeft betrekking op meerdere

Nadere informatie

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag Ministerie van Defensie Plein 4 MPC 58 B Postbus 20701 2500 ES Den Haag www.defensie.nl > Retouradres Postbus 20701 2500 ES Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein 2 2511 CR

Nadere informatie

Vragen en antwoorden over eindbod Cao umc

Vragen en antwoorden over eindbod Cao umc Vragen en antwoorden over eindbod Cao umc Versie 21 september 2019 De Cao umc 2015-2017 liep af op 31 december 2017. De NFU en de vakbonden zijn al ruim een half jaar in overleg over een nieuwe cao. Dit

Nadere informatie

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015.

OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID. Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. HOOFDSTUK 3 OPTIMALE INDIVIDUELE INZETBAARHEID Definitieve versie vastgesteld in het OAW, 15 juni 2015, aangevuld met artikel 3.6 op 19 november 2015. Met uitzondering van artikel 3.4 en 3.5 treedt dit

Nadere informatie

ONDERHANDELINGRESULTAAT

ONDERHANDELINGRESULTAAT ONDERHANDELINGRESULTAAT Rotterdam, 19 januari 2015 De onderhandelingsdelegatie van Coca-Cola Enterprises Nederland (CCE-NL) heeft na enkele onderhandelingsrondes met Vakorganisaties FNV, CNV Vakmensen

Nadere informatie