"9 JUNI Verzenddaturn 2 ti JUN Paraaf Provinciesecretaris

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download ""9 JUNI Verzenddaturn 2 ti JUN Paraaf Provinciesecretaris"

Transcriptie

1 provincie ZUID HOLLAND "9 JUNI minuten versie voor Provinciale Staten Directie DLB Afdeling Samenleving en Economie Registratienummer PZH (DOS ) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 28 juni Verzenddaturn 2 ti JUN 2011 Geheim Nee Janssen, RA Paraaf Provinciesecretaris Termijn 31 augustus Ondenverp ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Bijlagen Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd Onderwerp in kort bestek De provincie Zuid-Holland is verantwoordelijk voor de planning en financiering van de regionale jeugdhulpverlening vanaf Met de Wet op de jeugdzorg (Wjz), die vanaf 1 januari 2005 van kracht is, zijn de provinciale taken uitgebreid. Op basis van de Wjz stellen Provinciale Staten een vierjaarlijks Beleidskader vast en Gedeputeerde Staten jaarlijks een voortschrijdend uitvoeringsprogramma. Gedeputeerde Staten biedt ter kennisname het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 aan. leder kind in Zuid-Holland dient, ongeacht de culturele achtergrond of fysieke gesteldheid, de kans te hebben zich goed te ontwikkelen. Veilig, gezond en gelukkig opgroeien hoort daarbij voor iedereen bereikbaar te zijn. In de gevallen waarbij dat niet lukt, dient er hulp aanwezig te zijn om de jeugdige en de ouders/opvoeders te ondersteunen in de weg naar volwassenheid van de jeugdige. Die hulp kan op verschillende manieren worden gegeven. Verschillende actoren hebben daarin een rol en een verantwoordelijkheid. De provincie heeft krachtens de Wjz een sturings- en financieringsrol en is verantwoordelijk voor: De toegang tot de jeugdzorg door het in stand houden van een stichting Bureau Jeugdzorg (BJZ). BJZ heeft als kerntaak het opstellen van indicaties voor de geïndiceerde jeugdzorg, het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de uitvoering van jeugdbescherming- en jeugdreclasseringmaatregelen; Het plannen en financieren van voldoende aanbod op indicatie van BJZ voor jeugdzorg bij opvoedings-, psychosociale en gedragsproblemen; Een goede aansluiting tussen het gemeentelijk preventief jeugdbeleid en het provinciaal jeugdzorgbeleid waaronder het geven van advies en het bieden van deskundigheidsbevordering. Op 12 november 2008 is door Provinciale Staten, het Beleidskader Jeugd "Samen aan zet voor de jeugd" vastgesteld. In het Beleidskader Jeugdzorg stelt de provincie zich tot doel om aan het van 2012 een effectieve en efficiënte werkende keten van jeugdzorg te hebben. Om dit doel te bereiken heeft de provincie vier ambities geformuleerd:

2 provincie HOLLAND 1) Elke gemeente heeft een goed werkend preventief jeugdhulpaanbod waar jeugdigen en ouders/opvoeders met problemen in een vroegtijdig stadium worden gesignaleerd en geholpen. 2) Op basis van een door Bureau Jeugdzorg (BJZ) afgegeven indicatie, gebaseerd op 8 zorgcategorieën, kan de cliënt zijn aanspraak snel, efficiënt en effectief benutten. 3) Er is een samenwerkende efficiënte en effectieve keten (van preventie tot nazorg) van jeugdzorgvoorzieningen met korte doorlooptijden en overdrachtsmomenten. Wat integraal kan gaat integraal. 4) Jeugdzorgaanbieders worden adequaat en transparant aangestuurd, waarbij een financieringssystematiek van P (kostprijs per product) x Q (hoeveelheid) en E (effect van het uitgevoerde traject) wordt gehanteerd. In 2012 geven we uitvoering aan het ingezette beleid om de zorg voor jeugdigen zo effectief en efficiënt mogelijk te organiseren. Een groot deel van de actiepunten uit 2010 en kent een vervolg in Daar waar mogelijk maken een kwaliteitsslag. Concreet komt dit neer op: - Verder verbeteren van de aansluiting tussen het (gemeentelijk) preventief jeugdbeleid en de provinciale jeugdzorg onder meer door vervolg te geven aan de uitvoering van de afspraken uit het Afsprakenkader Jeugdzorg Met Bureau Jeugdzorg wordt verder voortgegaan op het concentreren van de kernwerkzaamheden. Daarnaast wordt ingezet op een kwaliteitsslag op jeugdbescherming, jeugdreclassering en het Advies Meldpunt Kindermishandeling (AMK). - Met de jeugdzorgaanbieders wordt ingezet op het creëren van voldoende aanbod voor de vraag naar jeugdzorg en het verbeteren van de effectiviteit van de verschillende zorgtrajecten. - Voor het zorgaanbod werken wij aan een omslag van sturen op kostenefficiency naar sturen op kostenefficiëntie in combinatie met effectiviteit (E) van de zorg. De opzet van het Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 is gebaseerd op het Beleidskader en is aangescherpt op basis van het Hoofdlijnenakkoord De indeling van het programma sluit aan bij de indeling van de uitvoeringsprogramma's 2009, 2010, Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europeeslnationaallprovinciaal wettelijk en beleidskader Zie onderwerp in kort bestek. Vaststelling van het (Ontwerp) Uitvoeringsprogramma Jeugd is een verantwoordelijkheid voor Gedeputeerde Staten. Voor 1 oktober dient Gedeputeerde Staten het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 aan de minister te zenden. Voor 1 december dient het definitieve Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 te worden aangeboden. Belanghebbenden van het jeugdzorgbeleid van de provincie (zoals BJZ, de jeugdzorgaanbieders, cliëntenraden, Raad voor de Kinderbescherming, colleges van B&W en zorgverzekeraars) krijgen de mogelijkheid om op het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 te reageren.

3 provincie ZUID HOLLAND b. Relatie andere interne beleidsterreinen Integraal beleid wordt voorgegeven door de Regionale Agenda Samenleving (RAS) wanneer het gaat om de relatie met het gemeentelijk preventief jeugdbeleid en de afspraken over de aansluiting jeugdbeleid en jeugdzorgbeleid. Binnen de RAS worden ook koppelingen gemaakt met sociale infrastructuur. Verder is er samenhang met de terreinen diversiteit vanwege risicogroepen, onderwijs/arbeidsmarkt, cultuur, sport, wonen, voor ontwikkelingskansen, participatie en perspectief, ruimtelijke ordening in verband met planning voorzieningen en speelruimtebeleid. c. Relatie externe partijen Belanghebbenden van het jeugdzorgbeleid van de provincie (zoals BJZ, de jeugdzorgaanbieders, cliëntenraden, Raad voor de Kinderbescherming, colleges van B&W en zorgverzekeraars) krijgen de mogelijkheid om op het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 te reageren. De relatie met externe partijen is als volgt: - Planning en financiering van BJZ en de aanbieders van geïndiceerde jeugdzorg. - Zuid-Hollandse gemeenten en aanpalende terreinen waarmee in het kader van de RAS afspraken worden afgesloten over de aansluiting tussen preventief jeugdbeleid en de jeugdzorg. - Stadsregio Rotterdam en Stadsgewest Haaglanden voor afstemming over planning en financiering van de jeugdzorg. - Inspectie Jeugdzorg die toezicht houdt op de kwaliteit van de jeugdzorg conform de Wjz. - Ministeries VWS, Justitie en OCW in verband met de afstemming over de verantwoordelijkheden van Rijk en provincie. - IPO voor de afstemming over planning en financiering landelijke besluitvorming en de ontwikkeling van de jeugdzorg in de vijftien provincies/grootstedelijke regio's. - Expertisecentra voor de steunfunctietaak ten aanzien van het gemeentelijke jeugdbeleid. - Zorgverzekeraars voor een nadere afstemming tussen het provinciale jeugdzorgaanbod en het aanbod op het terrein van de jeugd geestelijke gezondheidszorg en de jeugd lichamelijk verstandelijke gehandicaptenzorg. 3. Procesbeschrijving en rol Staten a. Voorgeschiedenis Provinciale Staten is nauw betrokken bij de jeugdzorg. Eens per vier jaar stellen zij het Beleidskader Jeugd vast en jaarlijks wordt het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd en het definitieve Uitvoeringsprogramma Jeugd ter kennisname aangeboden. Het Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 is het laatste in deze beleidsperiode. Zie ook onderwerp in kort bestek.

4 provincie ZUID HOLLAND b. Waar staan we nu? Anders Uitvoeringsfase c. Vervolgprocedure Na besluitvorming door Gedeputeerde Staten wordt het Ontwerp Uitvoeringsprogramma jeugd 2012 voor reactie toegezonden aan de belanghebbenden. Na verwerking van de reacties in een reactienota volgt voor 1 december vaststelling van het definitieve Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 door Gedeputeerde Staten en wordt deze aangeboden aan het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) De raming van uitgaven is voor 2012: E ,OO. De dekking vindt plaats door middel van: - Doeluitkering van het ministerie van VWS en Justitie voor een bedrag van E ,- - Provinciale middelen voor een bedrag van E ,- welke zijn opgenomen binnen programma 4 Samenleving deelproduct jeugd. - E ,- OVP Jeugdhulpverlening (= egalisatiereserve conform de Wjz). In was de doeluitkering van E In 2012 is dit bedrag E Dit verschil in doeluitkering heeft twee oorzaken: 1. Tot 2012 was de provincie op basis van een convenant' verantwoordelijk voor de planning en financiering van twee landelijk werkende voorzieningen: Avenier en De Pluryn Hoenderloo Groep. Dit convenant is vanaf het jaar 2012 niet meer van kracht. Provincies en stadsregio's zijn vanaf 1 januari zelf verantwoordelijk voor de subsidiëring van deze instellingen. Zuid-Holland krijgt alleen nog doeluitkering voor het aantal plaatsen dat ingenomen wordt door Zuid-Hollandse jeugdigen. De hoogte van de doeluitkering is bepaald op basis van de vraag uit het verleden. 2. Over de jaren 2012 en 2013 vindt herverdeling van de doeluitkering jeugdzorg plaats op basis van het verdeelmodel van SCP. Het verdeelmodel is gebaseerd op demografische factoren waarvan is vastgesteld dat deze van invloed zijn op de behoefte aan jeugdzorg (het absolute aantal jeugdigen van nul tot zeventien jaar, wegingsfactoren voor jongens, jeugdigen met een lage opleiding, niet-westerse allochtone jeugdigen, jeugdigen uit eenoudergezinnen en jeugdigen uit gezinnen met een laag inkomen). Tot was de doeluitkering jeugdzorg nagenoeg geheel verdeeld op historische grondslag. In is de doeluitkering jeugdzorg verdeeld voor 50% gebaseerd op het verdeelmodel SCP en voor 50% op historische grondslag. Deze herverdeling heeft consequenties voor omvang van de doeluitkering van de provincie2. In 2012 is de doeluitkering voor Zuid-Holland circa E 1,9 miljoen lager dan in In 2013 is dit circa E 5 miljoen ten opzichte van Convenant "Inpassing aanbod van Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg, Stichting Gereformeerd Jeugdwelzijn, William Schrikker Stichting Pleegzorg, Stichting Joods Maatschappelijk Werk, De Hoenderloogroep (exclusief Wezep) en Harreveld in het stelsel van jeugdzorg" Brief van IPO aan staatssecretaris van VWS met onderwerp afronding herverdeling doeluitkering jeugdzorg, d.d. 21 maart

5 provincie ZUID HOLLAND Het verschil in doeluitkering voor het jaar 2012 en 2013 wordt gefinancierd vanuit de egalisatiereserve. In deze reserve worden de nog niet bestede middelen voor jeugdzorg die provincie Zuid-Holland heeft ontvangen met doeluitkering, gereserveerd met als doel financiële knelpunten op te vangen. Daarnaast wordt in 2012 in overleg met Bureau Jeugdzorg en de zorgaanbieders gekeken naar de mogelijkheden voor een efficiencyslag. In hoofdstuk 6 van het Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd zijn deze bedragen nader gespecificeerd. Technische & proces vragen en informatie bij Ambtenaar M. van Duijn Telefoon Kamer C313

6

7 Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Juni Provincie Zuid-Holland

8 Inhoudsopgave - 1. INLEIDING 1 1.l BELEIDSKADER JEUGD TOEKOMST VAN DE JEUGDZORG 1.3 AFSPRAKENKADER JEUGDZORG LEESWIJZER 2. PREVENTIEF JEUGDBELEID CENTRUM VOOR JEUGD EN GEZIN (CJG) 2.2 ZORGSTRUCTUREN IN HET ONDERWIJS 2.3 JEUGDPREVENTIETEAM 2.4 PREVENTIEF JEUGDBELEID- JEUGDZORG 3. TOEGANG TOT DE JEUGDZORG AANSLUITING PREVENTIEF JEUGDBELEID 3.2 INDICATIESTELLING BJZ 3.3 AANPAK KINDERMISHANDELING 3.4 JEUGDBESCHERMING EN JEUGDRECLASSERING 4. DE AANSPRAAK OP JEUGDZORG PASSEND ZORGAANBOD 4.2 NIEUWE 4.3 GESLOTEN JEUGDZORG 4.4 PARTICIPATIE, CLIENTENBELEID JEUGDZORGAANBIEDERS IN ZUID-HOLLAND EN VERTROUWENSPERSOON 5. STURING DOOR DE PROVINCIE FINANCIERING JEUGDZORG 5.2 TERUGDRINGEN BUREAUCRATIE EN REGELDRUK 5.3 INNOVATIE EN PROFESSIONALISERING 6. INZET FINANCIELE MIDDELEN MEERJARENBEGROTING 6.2 INZET FINANCIELE MIDDELEN EGALISATIE- EN PROGRAMMARESERVE BIJLAGEN 29 BIJLAGE 1 : LIJST MET AFKORTINGEN BIJLAGE 2: AFSPRAKENKADER JEUGDZORG Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

9 1. Inleiding De meeste jeugdigen in Zuid-Holland groeien gelukkig, gezond en veilig op als voorbereiding op het actief participeren in de samenleving. Dit proces verloopt niet altijd probleemloos en dan is ondersteuning of zorg van de jeugdige en zo nodig zijn ouders en omgeving nodig. Op grond van de Wet op de jeugdzorg' (Wjz) is de provincie verantwoordelijk voor de planning en financiering van de regionale jeugdzorg. Zij heeft de taak om de toegang tot de jeugdzorg en de jeugd-geestelijke gezondheidszorg te realiseren, zorgdragen dat er voldoende jeugdzorgaanbod is, de aansluiting in de keten van preventie -jeugdzorg - nazorg te realiseren en het preventieve jeugdbeleid van gemeenten te ondersteunen. De provincie stelt hiervoor beleid vast in vierjaarlijks beleidskader. Dit beleidskader krijgt een jaarlijkse uitwerking in een uitvoeringsprogramma. 1.1 Beleidskader Jeugd Provinciale Staten hebben op 12 november 2008 het Beleidskader Jeugdzorg : 'Samen aan zet voor de jeugd' vastgesteld. In dit beleidskader stelt de provincie zich tot doel om aan het van 2012 een effectieve en efficiënte werkende keten van jeugdzorg te hebben. Om dit doel te bereiken heeft de provincie vier ambities geformuleerd: 1) Elke gemeente heeft een goed werkend preventief jeugdhulpaanbod waar jeugdigen en ouders/opvoeders met problemen in een vroegtijdig stadium worden gesignaleerd en geholpen. 2) Op basis van een door Bureau Jeugdzorg (BJZ) afgegeven indicatie, gebaseerd op 8 zorgcategorieën, kan de cliënt zijn aanspraak snel, efficiënt en effectief benutten. 3) Er is een samenwerkende efficiënte en effectieve keten (van preventie tot nazorg) van jeugdzorgvooizieningen met korte dooriooptijden en overdrachtsmomenten. Wat integraal kan gaat integraal. 4) Jeugdzorgaanbieders worden adequaat en transparant aangestuurd, waarbij een financieringssystematiek van P (kostprijs per product) x Q (hoeveelheid) en E (effect van het uitgevoerde traject) wordt gehanteerd. In het Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 (UJ 2012) wordt de realisatie van doel en ambities vertaald in provinciale actiepunten. Het UJ 2012 is het laatste in deze beleidsperiode. Het komende jaar wordt vervolgd met de uitvoering van het ingezette beleid om de zorg voor jeugdigen zo effectief en efficiënt mogelijk te organiseren. Daarnaast wordt ook de ruimte benut om de kwaliteit van de jeugdzorg te versterken. Dit gebeurt door de aansluiting tussen het gemeentelijk preventief jeugdbeleid en de provinciale jeugdzorg verder te verbeteren. Er komt meer aandacht voor jeugdbescherming, jeugdreclassering en het Advies en Meldpunt 1 Van kracht sinds 1 januari Ontwerp Uitvoeringsprograrnma Jeugd 2012

10 Kindermishandeling (AMK). Voor het zorgaanbod wordt het komende jaar toegewerkt naar een omslag in sturing: van sturen op kostenefficiency naar sturen op kostenefftciency in combinatie met de effectiviteit van de zorg. De provincie realiseert haar ambities voor Jeugdzorg in samenwerking met de partners van de jeugd(zorg)keten en andere overheden en instellingen die zich inzetten voor het welzijn van jeugdigen. Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland en de zorgaanbieders stellen passend binnen de kaders van het provinciale beleidskader en het Uitvoeringsprogramma 2012 hun eigen jaarprogramma's op. 1.2 Toekomst van de jeugdzorg Het Kabinet WD-CDA wil de effectiviteit van de jeugdzorg in Nederland verbeteren door het jeugdzorgstelsel te herzien. In het Regeerakkoord stelt zij voor om: 1) de verschillende financieringsstromen te bundelen (preventie, jeugdzorg, gesloten jeugdzorg, jeugdgeestelijke gezondheidszorg en lichtverstandelijk gehandicaptenzorg). 2) alle jeugdzorgtaken naar (samenwerkende) gemeenten over te hevelen. 3) bezuinigingen (efficiencykorting) van 300 miljoen euro vanaf 2016 en invoering eigen bijdrage van 3.400, - per kind per jaar (bij uithuisplaatsing). Met deze maatregelen worden gemeenten financieel en uitvoeringstechnisch verantwoordelijk voor alle jeugdzorgtaken die nu vallen onder het Rijk, de provincies, de gemeenten, de zorgkantoren en zorgverzekeraars. Deze overheveling van bestuurlijke verantwoordelijkheden zal op zijn vroegst aan de orde zijn in de periode In het belang van kinderen en gezinnen kiest de provincie voor een zorgvuldige overdracht in overleg met instellingen en gemeenten. De provincie voert tot de overdracht haar wettelijke verantwoordelijkheden en taken op het huidige niveau uit, gericht op kwalitatief goede en tijdig geboden zorg. Totdat de nieuwe wetgeving is vastgesteld, zet de provincie de uitvoering van het Afsprakenkader Jeugd voort. Dit ligt in lijn met het toekomstige scenario, omdat met het Afsprakenkader wordt voorgesorteerd op de inhoudelijke doelen die met de stelselwijziging worden beoogd. 1.3 Afsprakenkader Jeugdzorg Eind 2009 hebben het Rijk en het IPO afspraken gemaakt over de aanpak en financiering van de jeugdzorg in 2010 en 201 I', het Afsprakenkader Jeugdzorg (zie bijlage 2). Met het afsprakenkader wordt ingezet op het terugdringen van de groei van de vraag naar geïndiceerde jeugdzorg. 2 Kamerstuk, 27 november 2009, JZIGJ , brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer over het Afsprakenkader IPO. Ontwerp Uiivoenngsprogramma Jeugd 2012

11 Met de Regionale Agenda Samenleving (RAS) hebben provincie en gemeenten een groot deel van dit afsprakenkader opgepakt. Dit betreft dan vooral de aansluiting tussen het gemeentelijke en het provinciale jeugdbeleid en de provinciale jeugdzorg3. Daarnaast zijn afspraken gemaakt op afzonderlijke onderdelen over deskundigheidsbevordering van de eerste lijn en invulling van de experimenteerruimte, zodat aansluiting tussen eerstelijns zorg en tweedelijns zorg meer vloeiend in elkaar overloopt. In 2012 wordt in overeenstemming met verder uitvoering gegeven aan het afsprakenkader. 1.4 Leeswijzer Het uitvoeringsprogramma is opgebouwd uit drie thema's: Preventie, Toegang en Aanspraak. Wanneer een jeugdige opvoed- dan wel opgroeiproblemen heeft, dient hij of zij in eerste instantie binnen het preventieve jeugdbeleid geholpen te worden. Het thema preventie komt in hoofdstuk 2 aan de orde. Mocht de daar geboden hulp niet voldoende zijn, dan krijgt de jeugdige toegang tot de jeugdzorg (dit wordt in hoofdstuk 3 nader toegelicht. Vervolgens maakt hij of zij aanspraak op de jeugdzorg (hoofdstuk 4). In ieder hoofdstuk wordt teruggeblikt op behaalde resultaten en wordt per provinciale taak het beoogde resultaat in 2012 met actiepunten beschreven. Hoe de provincie sturing geeft aan dit proces komt aan de orde in hoofdstuk 5. In hoofdstuk 6 tenslotte wordt een overzicht gegeven van de financiële middelen voor de komende periode. 3 Afspraken met negen regio's in de provincie Zuid-Holland voor de periode Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

12 2. Preventief jeugdbeleid Om eventuele problemen bij het opgroeien en opvoeden van de jeugdige te voorkomen, is het noodzakelijk dat professionals bij de verschillende instellingen waarmee jeugdigen te maken hebben, problemen in een vroegtijdig stadium kunnen herkennen. Hoe eerder de signalering en sneller de hulpverlening des te groter de kans op effect van de aanpak. Voor een efficiënte en effectieve hulpverlening is afstemming en aansluiting van activiteiten tussen alle schakels van de keten noodzakelijk. Dit uiteraard met als doel dat de jeugdige uiteindelijk weer zelfstandig kan participeren in zijn of haar leefomgeving. De provincie wil eind 2012 op het gebied van preventie in elk geval realiseren dat er in elke gemeente een goed werkend preventief jeugdhulpaanbod is waar jeugdigen en ouders/opvoeders met problemen in een vroegtijdig stadium worden gesignaleerd en geholpen. Daarvoor is het belangrijk om de jeugdige te zien in het netwerk (waaronder directe leefomgeving en school) waarin hij of zij zich begeeft. Zodat zij daar zorg en hulp ontvangen als dat nodig is. Gemeenten hebben de verantwoordelijkheid om een goed werkend preventief jeugdaanbod te leveren, die in de komende jaren zal worden versterkt. In 2012 wordt de inzet van het Afsprakenkader jeugdzorg vervolgd, met accent op preventie, vroeg interventie en snelle doorgeleiding naar zwaardere vormen van zorg. De provincie stimuleert daarnaast de inkoop van preventieve opvoeduren en nazorgprogramma's via de Regionale Agenda's Samenleving (RAS). Daarnaast bevordert de provincie dat BJZ haar rol kan vervullen binnen de zorgstructuren in het onderwijs, de CJG's en veiligheidshuizen door daar op afroep aanwezig te zijn. BJZ draagt zorg voor de snelle toeleiding naar de geïndiceerde jeugdzorg indien noodzakelijk, maar vergroot ook de deskundigheid van de medewerkers in de eerstelijn. De rol van BJZ in de eerstelijn wordt beschreven in hoofdstuk 3. Een ander onderdeel van de inzet van de provincie vormt het steunfunctiewerk in het kader van de Wmo en de aansluiting tussen jeugdbeleid en jeugdzorg. Expertisecentrum Jeugd Samenleving en Opvoeding (JSO) ontvangt hiervoor van de provincie een boekjaarsubsidie. 2.1 Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Belangrijke schakel in het zo vroeg mogelijk signaleren en aanpakken van opvoed- en opgroeiproblemen is het Centrum van Jeugd en Gezin (CJG), dat eind in elke gemeente aanwezig moet zijn. De provincie heeft de afgelopen jaren in het kader van de Wmo de CJGontwikkeling ondersteund door het expertisecentrum JSO in te zetten. Op 1 juni zijn er in 29 Zuid-Hollandse gemeenten CJG's geopend; in 19 gemeenten ontbreken nog CJG's~. Om risico's vroegtijdig te signaleren en te agenderen wordt er in het preventieve jeugdveld gebruik gemaakt van de landelijke en lokale Verwijsindex Risicojongeren WIR). Ook BJZ is sinds 2009 aangesloten op de VIR. In de VIR wordt het Burger Service Nummer (BSN) gebruikt wat afstemming tussen de verschillende netwerken en organisaties in de jeugdketen mogelijk maakt. In de Zuid-Hollandse jeugdzorgregio's Noord, Midden en Zuid. Ontwerp Uitvoeringsprograrnrna Jeugd 2012

13 Verplichte invoering van het gebruik van het BSN door de provinciale jeugdzorgaanbieders is nog niet wettelijk geregeld. Resultaat De aanwezigheid van voldoende preventief jeugdaanbod en een goede aansluiting tussen preventief jeugdbeleid en provinciale jeugdzorg door ondersteuning van alle gemeenten in Zuid-Holland (exclusief Rotterdam en Den Haag vanwege eigen verantwoordelijkheid voor steunfunctiewerk) bij de uitwerking van de CJG's. - Vroegtijdige signalering van risicojongeren door het gebruik van de landelijke en lokale (regionale) VIR. - Gebruik van een uniek nummer voor de cliënten (het BSN) door BJZ en de provinciale jeugdzorgaanbieders. Actiepunten 2012 De provincie: - bevordert en faciliteert een passende ondersteuningsstructuur voor de CJG-ontwikkeling en zet daarvoor steunfunctie JSO in. - Volgt het aanbod in de CJG's en het gebruik van deze voorzieningen, evenals de doorverwijzing richting BJZ, en maakt daarover afspraken met gemeenten om zo een goede aansluiting tussen jeugdzorg en lokaal beleid te realiseren. - bevordert via de RAS de aansluiting op de VIR met als doel dat alle gemeenten hier in 2012 gebruik van maken. Hierdoor kunnen alle risicojongeren vroegtijdig in beeld worden gebracht. - zet de actoren uit de jeugdzorgsector aan tot het standaardgebruik van een uniek nummer (het BSN) voor de cliënten (als dit wettelijk geregeld is). 2.2 Zorgstructuren in het onderwijs Het onderwijs is de enige plek waar de jeugdige in de leeftijd van 4 tot 18 frequent wordt gezien en waar contact is met de ouders of opvoeders. Problemen met de jeugdige zullen zich daar aan de buitenwereld openbaren. Hoe eerder deze problemen worden besproken, des te sneller kan hulp worden ingezet. De zorgstructuur binnen het primair, voortgezet en middelbaar onderwijs is vormgegeven in een Zorg Advies Team (ZAT). De afgelopen jaren heeft de provincie in samenwerking met gemeenten en het onderwijs de vorming van ZAT's gestimuleerd. Inmiddels zijn er ZAT's in het primair en voortgezet onderwijs. In het MBO zijn er nog niet overal ZAT's. Daarom wordt in samenwerking met de 'Kenniskring Zuid-Holland', de gemeenten, het onderwijs de invoering van ZAT's in het MBO gestimuleerd. Door middel van BJZ is er een schakel tussen het casusoverleg van het CJG, de voorschoolse zorgnetwerken, de zorgstructuur binnen het onderwijs en de jeugdzorg. BJZ neemt op afroep deel aan alle ZAT's in het onderwijs en aan de casusoverleggen voor jarigen. De jeugdzorgaanbieders zetten in toenemende mate hun expertise - zowel geïndiceerd als nietgeïndiceerd - in het onderwijs in. Ontwerp Uiivoeringsprogramma Jeugd 2012

14 Resultaat Stimulering van Zorg Advies Team's (ZAT'S) in het MBO conform landelijke richtlijnen. Actiepunten 2012 De provincie: - ondersteunt de verdere ontwikkeling van zorgstructuren in de vier MBO'S in Zuid-Holland door deelname aan de 'Kenniskring Zuid-Holland. 2.3 Jeugdpreventieteam In Zuid-Holland zijn Jeugdpreventieteams actief in de regio's Noord, Midden en Zuid. Politie en BJZ werken hierin samen om jeugdigen die dreigen af te glijden naar crimineel gedrag vroegtijdig zorg te bieden. In 2009 is onderzocht hoe de huidige door BJZ uitgevoerde ambulante zorg kan worden overgedragen naar ambulant hupaanbod in de eerste lijn, omdat het niet tot de kerntaken van BJZ behoort. Uit dit onderzoek bleek echter dat BJZ een onmisbare rol heeft binnen het Jeugdpreventieteam, omdat de politie alleen aan hen gegevens over jeugdigen mag verstrekken. Zolang de regels voor gegevensverstrekking door de politie niet wijzigen, blijft de inzet van BJZ en de huidige werkwijze in 2012 gehandhaafd. Resultaat Een jeugdige die in het justitiële kader terecht dreigt te komen, wordt vroegtijdig gesignaleerd en krijgt binnen 48 uur ambulant zorgaanbod. Actiepunt 2012 De provincie: - zorgt voor voldoende financiering, zodat BJZ de taken binnen de Jeugdpreventieteams kan blijven uitvoeren. 2.4 Preventief jeugdbeleid- jeugdzorg De provincie Zuid-Holland heeft in het kader van de Wjz via de RAS met gemeenten voor de periode bestuurlijke afspraken gemaakt over de aansluiting jeugdbeleid en provinciale jeugdzorg. De provincie stelt ook in het kader van de Wmo en de Wjz via de RAS middelen ter beschikking aan samenwerkende gemeenten om preventieve (niet-geïndiceerde) jeugdzorg en nazorgtrajecten in te kopen (Afsprakenkader). Dit met als doel de instroom in de jeugdzorg te verminderen en de uitstroom te vergroten. In 2009 en is circa vijftigduizend uur extra opvoedhulp en hulp bij opgroeien geboden. Het preventieve hulpaanbod is door de RAS-inzet sterk gestegen. Tympaan verzamelt informatie over het gebruik van preventief aanbod en instroom in de jeugdzorg. De vraag naar gespecialiseerde jeugdzorg is de laatste tijd gestabiliseerd. Er lijkt een positief effect te zijn van de extra inzet op preventie op de instroom in de jeugdzorg. In 2012 wordt met de samenwerkende gemeenten afgesproken hoe deze resultaten na 2012 kunnen worden geborgd gelet op hun nieuwe verantwoordelijkheden vanaf Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

15 De provincie stelt de jeugdzorgaanbieders in staat om niet-geïndiceerde zorg te verlenen. De expertise van jeugdzorgaanbieders wordt zowel in als buiten de RAS steeds meer door gemeenten ingekocht. Een ander onderdeel van de inzet van de provincie vormt het steunfunctiewerk in het kader van de Wmo en de aansluiting tussen jeugdbeleid en jeugdzorg. Hiervoor ontvangt expertisecentrum JSO subsidie van de provincie. JSO fungeert als helpdesk, signaleert en agendeert ontwikkelingen, bewerkstelligt innovatie en ontwikkelt methodieken. Daarnaast levert zij vraaggerichte ondersteuning aan gemeenten (Wmo prestatieveld 2), BJZ en jeugdzorgaanbieders. De afgelopen jaren is steeds meer ervaring opgedaan met deze vraaggerichte ondersteuning; eerst bij gemeenten en recent bij BJZ en jeugdzorgaanbieders. De provincie heeít met de ondersteuning van JSO en PJ Partners drie pilots nazorg ontwikkeld, waar een goede voorbereiding op uitstroom uit de jeugdzorg en een goede overdracht van de jeugdzorg naar het lokale domein wordt vormgegeven. De pilots zijn ontwikkeld in samenwerking met gemeenten, jeugdzorgaanbieders en BJZ en worden uitgebreid met organisaties op de terreinen van zorg, onderwijs, werk, huisvesting, maatschappelijke participatie. Resultaat Bestuurlijke afspraken met gemeenten over de inzet van preventieve jeugdzorg en nazorgtrajecten voor jeugdigen die uitstromen uit de jeugdzorg (met extra aandacht voor kwetsbare jongeren waaronder voormalige zwerfjongeren). - JSO biedt vraaggerichte ondersteuning aan gemeenten, BJZ en jeugdzorgaanbieders bij het versterken van preventie en de aansluiting jeugdbeleid -jeugdzorg. - Een effectieve aansluiting tussen het gemeentelijk preventief jeugdbeleid en het provinciale jeugdzorgbeleid. - Vermindering van de instroom in de jeugdzorg en bevorderen van de uitstroom vanuit de jeugdzorg. - Indien nodig een goede overdracht van de jongeren die uitstromen uit de jeugdzorg aan het gemeentelijke hulpaanbod enlof instellingen op het gebied van wonen, onderwijs, werk. Actiepunten 2012 De provincie: - bestendigt de bestuurlijke prestatieafspraken over de aansluiting jeugdbeleid en provinciale jeugdzorg, zoals vastgelegd in de RAS en maakt afspraken met de samenwerkende gemeenten over de borging van de RAS-resultaten, waaronder de continuering van de extra ingekochte opvoedhulp en nazorg voor jongeren die uitstromen uit de jeugdzorg -inclusief voormalige zwerfjongeren (Afsprakenkader). - faciliteert een passende ondersteuningsstructuur, vomgegeven door de aansluitingstaken van BJZ (zie hoofdstuk 3) en de tweedelijnsondersteuning door JSO. Op vraag van gemeenten levert JSO ondersteuningsaanbod voor preventief jeugdbeleid. Op vraag van BJZ en jeugdzorgaanbieders biedt JSO ondersteuning voor de aansluiting tussen preventief jeugdbeleid en jeugdzorg en het versterken van preventie. Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

16 monitort jaarlijks de instroom in en het gebruik van de jeugdzorg en het gebruik van de preventieve voorzieningen (waaronder de extra opvoedondersteuning in de RAS) en onderzoekt de onderlinge relatie (jeugdmonitor Tympaan). borgt de resultaten van de drie pilots nazorg (Zuid-Holland Noord, Midden-Holland en Goeree Overfiakkee) wat betreft het volgende: o de goede overdracht van cliënten vanuit jeugdzorg naar lokale (zorg)organisaties, monitoren van nazorgaanbod in gemeenten, evenals gecombineerde zorgvormen op het snijvlak van provinciale jeugdzorg en lokaal o o jeugdbeleid (Afsprakenkader). Legt in de regio's verbindingen met de Regionale Actieplannen Jeugdwerkloosheid. Monitort de afspraken met BJZ en jeugdzorgaanbieders over een goede voorbereiding op de uitstroom uit de jeugdzorg (Afsprakenkader). agendeert jaarlijks in themabijeenkomsten voor bestuurders van gemeenten actuele ontwikkelingen op het terrein van 'aansluiting jeugdbeleid en jeugdzorg'. Ontwerp Uitvoeringsprograrnma Jeugd 2012

17 3. Toegang tot de jeugdzorg Wanneer de opvoed- en opgroeiproblemen van jeugdigen niet meer binnen het preventieve jeugdbeleid kunnen worden opgelost, omdat de aard en ernst te zwaar zijn, ouders zorg mijdend zijn of er sprake is van meervoudige problematiek, worden jeugdigen en ouders doorgestuurd en geholpen door Bureau Jeugdzorg. Bureau Jeugdzorg is de toegangspoort voor de gehele jeugdzorg. De medewerkers van BJZ beoordelen elk verzoek om hulp, voeren aanvullende diagnostiek uit en geven jongeren met het indicatiebesluit recht op bepaalde vormen van jeugdzorg of Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg (J-GGZ). In het gedwongen kader voert BJZ door de rechter opgelegde maatregelen jeugdbescherming of jeugdreclassering uit en draagt zorg voor het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling. Bureau Jeugdzorg Zuid-Holland heeft een centrale positie binnen de keten van jeugdzorg. Richting het preventieve beleid heeft zij een ondersteunende en adviserende rol binnen de zorgstructuren in het onderwijs, Centra voor Jeugd en Gezin en het Veiligheidshuis. Binnen de jeugdzorg is zij de casemanager voor de cliënt en in bepaalde situaties verantwoordelijk voor de coördinatie van zorg. Vanuit deze centrale positie is er zicht op de aansluiting tussen vraag en aanbod en levert zij een aandeel in de gegevens nodig voor de sturing vanuit de provincie. De provincie werkt aan de ambitie voor een efficiënte en effectieve aansluiting tussen het gemeentelijke preventieve jeugdbeleid en de provinciale jeugdzorg met korte doorlooptijden en overdrachtsmomenten. Daarnaast wil de provincie dat clienten hun aanspraak snel, effectief en efficiënt kunnen benutten. De veiligheid van jeugdigen staat bij BJZ centraal. Juist als de veiligheid van jeugdigen in het geding is moeten doorlooptijden en overdrachtsmomenten effectief georganiseerd zijn. Een belangrijk instrument om zicht te krijgen op de veiligheid van jeugdigen en hun omgeving is de risicotaxatie. Bij onveilige situaties moet snel worden ingegrepen en is een goede samenwerkingsrelatie met andere partijen binnen de veiligheidsketen, zoals de Raad voor de Kinderbescherming, van groot belang. In 2012 legt de provincie nog meer de focus op de veiligheid van jeugdigen. Daar waar nodig wordt de kwaliteit van het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK), de jeugdbescherming en de jeugdreclassering verbeterd. 3.1 Aansluiting preventief jeugdbeleid BJZ heeft in het kader van de Wjz vanuit de voorpostfunctie een taak op het terrein van de aansluiting met het lokale veld. Onderdeel hiervan is de deskundigheidsbevordering van het lokale veld. Zij neemt 'op afroep' deel aan de diverse lokale netwerken, zoals in de CJG's en ZAT'S, om zo snel te kunnen bepalen of geïndiceerde jeugdzorg of jeugd-ggz nodig is. Daarnaast heeft BJZ vanaf 2010 afspraken gemaakt met de gemeenten in de regio's over de inzet van zorgcoördinatie voor cliënten die geïndiceerde jeugdzorg krijgen. Ontwerp Uitvoenngsprograrnrna Jeugd 2012

18 In het kader van het Afsprakenkader is BJZ in gestart met pilots om de deskundigheid van medewerkers in de eerste lijn (waaronder CJG) te verbeteren. Dit draagt bij aan goede doorverwijzingen en een betere informatievoorziening vanuit de eerste lijn naar BJZ. Door middel van experimenten wordt ook de inzet gestimuleerd van tweedelijns jeugdzorg zonder indicatie van BJZ, maar wel 'door tussenkomst van BJZ om de instroom in de jeugdzorg te verminderen (zie paragraaf 3.2 voor de uitwerking in resultaten en actiepunten). Resultaat BJZ neemt 'op afroep' deel aan lokale zorgstructuren. - BJZ verzorgt de zorgcoördinatie voor cliënten, die geïndiceerde jeugdzorg ontvangen. - Naar aanleiding van de pilots rondom de informatievoorziening maakt BJZ nieuwe afspraken met lokale zorgstructuren over de manier waarop cliënten worden doorverwezen. Actiepunten 2012 De provincie zorgt als financier en planner van BJZ dat: - gemeenten binnen de keten van het preventieve jeugdbeleid (CJG, ZAT en JPT) een beroep kunnen doen op BJZ wat betreft hun taken op het terrein van deskundigheidsbevordering, advies en consultatie op afroep en coördinatie van zorg bij geïndiceerde jeugdzorg. - de toeleiding van jeugdigen naar BJZ voor een jeugdzorgindicatie en het AMK snel en adequaat plaatsvindt. - door middel van experimenten deskundigheidsbevordering plaatsvindt van medewerkers in de eerste lijn (waar onder CJG) ten behoeve van een goede doorverwijzing evenals verbetering plaatsvindt van informatievoorziening vanuit de eerste lijn naar BJZ (Afsprakenkader). 3.2 Indicatiestelling BJZ BJZ indiceert op basis van de landelijke methodiek Verbetering Indicatiestelling Bureau Jeugdzorg (VIB), die de organisatie als één van de eersten in 2009 volledig heeft ingevoerd. Dit heeft tot eenduidigheid in de werkprocessen en snellere doorlooptijden geleid. In de laatste jaren kende BJZ Zuid-Holland landelijk gezien de snelste doorlooptijd; 37 kalenderdagen in Uit de bij de provincie bekende gegevens is merkbaar dat de ernst van de problematiek van jeugdigen die aangemeld worden bij BJZ zwaarder wordt, waardoor vooral de intensieve indicatietrajecten moeten worden ingezet. Jeugdigen met een lichte problematiek worden meer door het gemeentelijke preventieve jeugdbeleid geholpen. Sinds 2010 is een indicatiebesluit gebaseerd op de acht zorgcategorieën van de bekostigingssystematiek PxQ en voorzien van een advies over welke van de twintig bekostigingseenheden van toepassing zijn. Een vergelijking met de geleverde bekostigingseenheden door de jeugdzorgaanbieders ligt hierdoor binnen de mogelijkheden. In 2012 wordt deze werkwijze gehandhaafd. Ontwerp Uitvoeringsprograrnma Jeugd 2012

19 Verder is in binnen de experimenteerruimte van de Wjz gestart met verwijzing naar jeugdzorg door tussenkomst van BJZ. Voor (licht) ambulante jeugdzorg, die door de zorgaanbieders op scholen wordt ingezet, is geen indicatiebesluit meer nodig. BJZ voert nog wel een risicotaxatie uit om de veiligheid te waarborgen. Onderdeel van dit experiment is de monitoring: gekeken wordt of de jeugdigen alsnog een indicatiebesluit nodig hebben voor zwaardere vormen van jeugdzorg en om welke aantallen het gaat. In 2012 zetten we dit experiment voort en breiden het mogelijk in samenwerking met gemeenten uit naar andere vormen van jeugdzorg. Naast de indicatiestelling heeft BJZ - als spin in het web - een centrale rol binnen de jeugdhulpverleningketen. Richting de geïndiceerde jeugdzorg wordt dit vormgegeven door de inzet van het casemanagement voor alle cliënten met een indicatie, het wachtlijstbeheer en de jaarlijkse vraag- en aanbodanalyse, die input vormt voor het provinciale subsidiebeleid van het jeugdzorgaanbod. Resultaat In 90% van de gevallen wordt het indicatiebesluit binnen 77 dagen afgegeven (conform wettelijke norm). - Het indicatiebesluit is gebaseerd op acht zorgcategorieën en voorzien van een advies over de 20 bekostigingseenheden die van toepassing zijn. - BJZ verzorgt het casemanagement voor alle jeugdigen met een indicatiebesluit. - BJZ vervult de functie van wachtlijstbeheerder en maakt een jaarlijkse vraag- en aanbodanalyse van het jeugdzorgaanbod. - Uitbreiding van het aantal experimenten inzet geïndiceerde jeugdzorg zonder indicatiebesluit, maar wel 'door tussenkomst van' BJZ, in samenwerking met gemeenten en jeugdzorgaanbieders. Actiepunten 2012 De provincie: - ziet erop toe dat BJZ haar werkprocessen en dienstverlening zodanig inricht dat 90% van de indicaties binnen 77 dagen worden afgegeven. - laat BJZ indicaties opstellen naar 8 zorgcategorieën met daarin een advies met betrekking tot de 20 bekostigingseenheden. - bewaakt de voortgang van het door BJZ geïmplementeerde plan van aanpak wachtlijstbeheer, waarin afspraken zijn gemaakt over de doorzettingsmacht van BJZ en de onderlinge uitwisseling van gegevens tussen BJZ en de jeugdzorgaanbieders. - faciliteert de realisatie van casemanagement voor alle jeugdigen voor wie een indicatiebesluit voor provinciale jeugdzorg enlof jeugd-ggz is afgegeven. - laat BJZ een jaarlijkse vraag- en aanbodanalyse opstellen waarin door hen eventuele lacunes in het aanbod preventief jeugdbeleid, jeugd-lvg, jeugd-ggz en provinciale jeugdzorg worden gesignaleerd. - door middel van experimenten wordt de inzet gestimuleerd van tweedelijns jeugdzorg zonder indicatie van BJZ, maar wel door tussenkomst van BJZ (in navolging van het Afsprakenkader jeugdzorg Rijk-IPO ). Hierdoor wordt vernieuwende, laagdrempelige, intersectorale ambulante zorg gerealiseerd op het grensvlak van gemeentelijke opvoedingshulp en provinciale jeugdzorg (afsprakenkader). Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

20 3.3 Aanpak Kindermishandeling De jeugdigen die slachtoffer zijn van kindermishandeling hebben recht op snelle interventie van het AMK en wanneer nodig, recht op een snelle doorgeleiding naar een andere instantie. Het is daarom noodzakelijk dat er een goede afstemming bestaat tussen de organisaties in de jeugdzorgketen, van lokale partners waar kindermishandeling als eerste wordt opgemerkt tot de Raad van de Kinderbescherming. Vanaf 2009 zijn er bij het AMK geen wachtlijsten voor de onderzoeken naar kindermishandeling en is de doorlooptijd van deze onderzoeken aanzienlijk korter geworden. Daarnaast wordt er steeds meer gebruik gemaakt van de advies en consult functie van het AMK door lokale partners en verzorgt Expertisecentrum JSO trainingen voor lokale partners in het signaleren van kindermishandeling. Aandachtspunt in 2012 is de afstemming met ketenpartners en de terugkoppeling van het AMK aan de melder over wat er gebeurd is met de melding. Maar ook de afstemming met de volwassenen GGZ moet verbeterd worden, zodat daar meer aandacht komt voor de kinderen van ouders met een psychiatrisch ziektebeeld of een verslaving. Daarnaast zoekt de provincie aansluiting bij het landelijke traject voor het beter benutten van medische forensische expertise bij het signaleren en onderzoeken van kindermishandeling. In de voorgenomen Wet verplichte meldcode staat opgenomen dat in organisaties binnen verschillende sectoren, waaronder de jeugdzorg, een meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling moet zijn ingevoerd. In deze meldcode staan de stappen beschreven waarlangs een professional moet handelen wanneer er een vermoeden bestaat van kindermishandeling. JSO biedt ondersteuning bij de invoering en uitvoering van de meldcode door middel van trainingen. Wanneer centrumgemeenten hier behoefte aan hebben en bereid zijn tot financiering zal JSO ondersteuning bieden bij het opzetten van een servicepunt huiselijk geweld waarin de expertise op deze thema's gebundeld wordt. Resultaat Alle melders van kindermishandeling bij het AMK ontvangen een terugkoppeling over de melding. - Zorgaanbieders en BJZ hebben voldoende ondersteuning bij de invoering van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. - Samenwerkingsafspraken met de jeugd-ggz en volwassenen GGZ over het melden van kindermishandeling en gegevensuitwisseling met het AMK. - Geen wachtlijsten bij het AMK. - De doorlooptijd van een onderzoek AMK is maximaal 70 dagen (conform landelijke norm). Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

21 Actiepunten 2012 De provincie: - zorgt voor voldoende financiering zodat er geen wachtlijsten bij het AMK optreden. - blijft erop toezien dat de afstemming tussen AMK, BJZ en de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK) zodanig is dat de doorlooptijd van maximaal 70 dagen wordt gehaald en aangehouden. - ziet toe op de regierol van de drie centrumgemeenten (Leiden, Gouda en Dordrecht) voor een regionale sluitende ketenaanpak ter voorkoming en bestrijding van kindermishandeling. En borging van de regionale werkplannen voortkomend uit de Reflectie- en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling (RAAK-aanpak) binnen het lokale beleid. - ziet erop toe dat binnen het AMK een gestandaardiseerde werkwijze wordt vastgelegd en geïmplementeerd met betrekking tot de terugkoppeling aan melders van kindermishandeling. - ziet erop toe dat zorgaanbieders en BJZ waar nodig ondersteuning krijgen bij de uitvoering van de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. - maakt afspraken met het AMK en BJZ over het verbeteren van de afstemming en de gegevensuitwisseling met de jeugd-ggz en de volwassenen GGZ. 3.4 Jeugdbescherming en jeugdreclassering Als een minderjarige in aanraking komt met de politie, krijgt hij of zij te maken met de jeugdreclassering. Bij een (groot) aantal jeugdigen vormen jeugdbeschermingsmaatregelen en jeugdreclasseringmaatregelen (het gedwongen kader) het kader voor een totaal hulpverleningctraject. De provincie ziet het als één van de verworvenheden van de invoering van de Wjz dat taken op het terrein van de vrijwillige jeugdzorg en het gedwongen kader samen zijn gevoegd binnen één organisatie. De afstemming en het schakelen tussen beide kaders van jeugdigen en ouders is hierdoor sterk verbeterd. Ter illustratie: op 1 januari hadden 723 jeugdigen met een Ondertoezichtstelling (OTS) ook een indicatiebesluit voor jeugdzorg. Dit is circa 70% van alle jeugdigen met een OTS in Zuid-Holland. Vergelijkbare percentages gelden voor de jeugdigen met een jeugdreclasseringmaatregel. Voor deze jeugdigen en hun ouders is het noodzakelijk dat beide kaders met elkaar in verbinding blijven. In 2012 zal de provincie de afstemming tussen en de doorstroom van de vrijwillige jeugdzorg naar het gedwongen kader en omgekeerd nog verder vereenvoudigen. Naast bovengenoemde inzet zijn er de afgelopen periode landelijk diverse rapporten uitgebracht met daarin aanbevelingen voor de verbetering van de kwaliteit van de uitvoering van maatregelen jeugdbescherming en jeugdreclassering. De veiligheid van jeugdigen staat hierbij centraal en er is een verbinding met de taken van het AMK. Verwacht wordt dat de herziening van de maatregelen kinderbescherming een toename van de activiteiten binnen de jeugdbescherming teweegbrengen. Zo wordt voorgesteld een nieuwe jeugdbeschermingsmaatregel in te voeren waarmee ouders gedwongen worden opgroeiondersteuning te accepteren zonder dat dit het gezag beperkt, zoals wel het geval is bij een OTS. Daarnaast wordt de Eigenkracht conferentie een onderdeel van de uitvoering van de maatregelen. In 2012 wil de provincie de aanbevelingen Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

22 uit de rapporten5 en extra taken door de herziening maatregelen kinderbescherming implementeren. In de afgelopen jaren zijn al de programma's 'Beter Beschermd' en 'Deltaplan' geïmplementeerd. Deze programma's richten zich op de verbetering van de jeugdbescherming en verkorting van de doorlooptijden voor besluitvorming. Zo is vanaf 1 januari de doorlooptijd voor de inzet van jeugdbescherrning in 75% van de gevallen maximaal 61 dagen. Door implementatie van de nieuwe methodiek voor voogdij in is ook hier een kwaliteitsslag gemaakt. Tot slot is binnen de jeugdreclassering het handboek 'Jeugdreclassering' en de methodiek ouderbegeleiding in de jeugdreclassering geïmplementeerd. Beide hebben bijgedragen aan de verbetering van de werkwijze binnen de jeugdreclassering. Van de jeugdreclassering wordt een steeds actievere rol verwacht in het nazorgtraject van de jeugdigen en de advisering bij gedrag beïnvloedende maatregelen. Resultaat Er zijn sluitende afspraken tussen BJZ en de RvdK over het zicht op de veiligheid van jeugdigen gedurende het raadsonderzoek in het kader van de jeugdbescherming. - Implementatie van de herziene werkwijze bij de dubbele maatregele, waarbij beide maatregelen door dezelfde medewerker van BJZ worden uitgevoerd, in alle regio's van het werkgebied van BJZ'. - BJZ ontwikkelt een werkwijze waardoor - daar waar wenselijk - cliënten één contactpersoon hebben binnen het vrijwillig kader en de jeugdbescherming. - BJZ maakt binnen de gehele organisatie bij de uitvoering van haar wettelijke taken gebruik van de benaderingswijze Signs of Safety. - Er is een verkennend onderzoek uitgevoerd naar mogelijkheden om de duur van een Ondertoezichtstelling te verkorten. - BJZ geeft in het kader van de jeugdbescherrning uitvoering aan de nieuw opgelegde maatregelen. - De doorlooptijd voor de inzet van jeugdbescherrning is in 75% van de gevallen maximaal 61 dagen. - BJZ geeft in het kader van de jeugdreclassering uitvoering aan de opgelegde maatregelen, de nazorgtrajecten en advisering bij de inzet van gedragsbeïnvloedende maatregelen. - De gemiddelde caseload binnen de organisatie is voor gezinsvoogdij gemiddeld 1 : 15 en voor jeugdreclassering 1 : BJZ zorgt ervoor dat bij een beëindiging van een uithuisplaatsing de RvdK tien weken voor de zittingsdatum beschikt over informatie waarmee de toetsende taak van de RvdK kan worden uitgevoerd. 5 Onder andere: Onderzoeksraad voor Veiligheid: Over de fysieke veiligheid van het jonge kind, Den Haag januari 2011; Inspectie jeugdzorg: Een kinderbeschermingsmaatregel? Besluiten en overwegingen van de Raad voor de Kinderbescherming, december 2010; Inspectie jeugdzorg: De toetsende taak van de Raad voor de Kinderbescherming bij beslissingen tot terugplaatsing naar huis, februari Een dient heeít een dubbele maatregel als door de rechter zowel een jeugdbeschermingsmaatregel als een ~ugdreclasseringsmaatregel is opgelegd. Het ministerie van Justitie werkt op dit moment aan een aanpassing van het normbedrag voor de uitvoering van de dubbele maatregel. Ontwerp Uitvoeringsprograrnrna Jeugd

23 Actiepunten 2012 De provincie: - maakt afspraken met BJZ over de prioriteitstelling binnen de jeugdbescherming en jeugdreclassering in verband met nieuw uit te voeren maatregelen (waaronder de gedragsbeïnvloedende maatregel en nazorg), en afstemming binnen de keten. - ziet toe dat de gemiddelde caseload binnen de organisatie voor gezinsvoogdij gemiddeld 1 : 15 is en voor jeugdreclassering 1 : 17 blijft en er daadwerkelijk meer tijd aan de jeugdige enlof de ouderslopvoeders wordt besteed. En ziet toe dat in 2012 iedere voogdijwerker met de nieuwe methodiek voogdij werkt. - ziet toe dat de doorlooptijd voor de inzet van jeugdbescherming in 75% van de gevallen maximaal 61 dagen is. - maakt afspraken met BJZ en de RvdK over een werkwijze waardoor het zicht op de veiligheid van jeugdigen tijdens het onderzoek naar de vermoedens van kindermishandeling wordt gewaarborgd. - ziet toe dat de ontwikkelde werkwijze bij een dubbele maatregel wordt geïmplementeerd in alle regio's in Zuid-Holland, zodat de uitvoering van beide maatregelen daar waar wenselijk wordt uitgevoerd door één gezinsvoogd of jeugdreclasseerder conform de wettelijke vereisten. - maakt afspraken met BJZ over het ontwikkelen van een werkwijze waarbij een casemanager in specifieke gevallen ook de gezinsvoogdij kan uitvoeren bij de overgang van het vrijwillig naar het gedwongen kader. Hierbij wordt bepaald aan welke randvoorwaarden moet worden voldaan om verlies van specialisme te voorkomen en kwaliteit te behouden. - ziet toe dat de pilots Signs of Safety bij gebleken positief effect worden uitgebreid naar alle regio's van het werkgebied van BJZ. - maakt afspraken met BJZ en de RvdK over een verkennend onderzoek naar de mogelijkheden om de duur van de OTS te verkorten, waarbij de kwaliteit en veiligheid blijft gewaarborgd. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

24 4. De aanspraak op jeugdzorg Na het doorlopen van de indicatieprocedure bij BJZ krijgt de cliënt een indicatiebesluit waarin wordt aangegeven op welke zorg de cliënt aanspraak kan maken. In de provincie is een gevarieerd aanbod beschikbaar dat geleverd wordt door vier zorgaanbieders die door de provincie worden gesubsidieerd, te weten Horizon, TriviumLindenhof, Cardea en Stek. Wanneer er niet voldoende zorg beschikbaar is kan de aanspraak op jeugdzorg tot gelding worden gebracht bij een jeugdzorgaanbieder die door een andere provincie wordt gesubsidieerd (buitenprovinciale plaatsing) of er kan specialistische zorg van een landelijk werkende instelling (LWI) worden ingezet. Tot 2012 was de provincie op basis van een convenante verantwoordelijk voor de planning en financiering van twee landelijk werkende voorzieningen: Avenier en De Pluryn Hoenderloo Groep. Dit convenant is vanaf het jaar 2012 niet meer van kracht. Provincies en stadsregio's zijn vanaf 1 januari zelf verantwoordelijk voor de subsidiëring van deze instellingen. Landelijk zijn afspraken gemaakt over het aantal plaatsen per provincie of stadsregio dat wordt gesubsidieerd op basis van de vraag. Op basis van deze afspraak koopt de provincie Zuid-Holland voor het jaar 2012 zorg in bij de LWI's. De zorg die door de jeugdzorgaanbieders wordt geleverd moet passend zijn bij de hulpvraag van jeugdigen. De provincie staat er daarnaast voor dat de zorg uiteindelijk ook het beoogde resultaat heeft. De Provinciale Samenwerking Jeugdzorg Zuid Holland (PSJ) fungeert als ondersteuningsorgaan ten behoeve van het bestuur van BJZ en de jeugdzorgaanbieders. Door middel van intensief overleg en advisering aan de provincie draagt de PSJ bij aan ontwikkeling en optimalisering van de jeugdzorg. De landelijk werkende voorzieningen Avenier en De Pluryn Hoenderloo Groep nemen door de beëindiging van het convenant LWI's zorgaanbod vanaf 2012 niet meer deel aan dit overleg. 4.1 Passend zorgaan bod De afgelopen jaren is vanuit het jeugdoffensief de aandacht sterk gericht geweest op de reductie van wachtlijsten in de jeugdzorg. Dit offensief heeft er in geresulteerd dat in 2010 de wachttijd voor de jeugdzorg voor bijna alle cliënten werd teruggebracht naar zeven weken. De provincie vindt het van groot belang dat jeugdigen zo snel mogelijk worden geholpen, maar het is de vraag of de nadruk op de wachtlijsten de juiste prikkel aan de sector geeft om tot efficiënte en effectieve zorg te komen. De afgelopen jaren hebben de jeugdzorgaanbieders met wachtlijsten de meeste extra middelen gehad om deze weg te werken. Bij de besteding van deze middelen werd naar e Convenant "Inpassing aanbod van Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg, Stichting Gereformeerd Jeugdwelzijn, Williarn Schrikker Stichting Pleegzorg, Stichting Joods Maatschappelijk Werk, De Hoenderloogroep (exclusief Wezep) en Harreveld in het stelsel van jeugdzorg" Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd

25 een zo efficiënt en effectief mogelijke besteding gestreefd, maar de uiteindelijke prestatie was vooral gericht op het wegwerken van de wachtlijsten. In 2012 wordt de nadruk verlegd van wachtlijsten, naar een effectievere en efficiëntere wijze van zorgverlening. Dit betekent dat de provincie in 2012 stuurt op het helpen van zoveel mogelijk cliënten voor het beschikbare budget en dat de geleverde zorg effectief is (zie ook hoofdstuk 5). In zijn met de jeugdzorgaanbieders afspraken gemaakt om het perspectief leidend te laten zijn in het zorgtraject. Dit perspectief wordt door BJZ, de jeugdzorgaanbieder, de jeugdige en zijn of haar opvoeders vastgesteld. Vervolgens wordt gezamenlijk bepaald welke zorg wordt ingezet om dit perspectief te realiseren. Het vereist wel aanpassingen in de toegang tot de zorg via BJZ, in de toegang via de zorgaanbieders en om een vraaggerichte en flexibele wijze van zorgverlening. De uitvoering van deze perspectiefbepaling is bij alle zorgaanbieders gestart in en wordt in 2012 verder uitgewerkt. De provincie vindt dat jeugdigen niets mogen merken van de bestaande gescheiden financiering van de jeugdzorg, jeugd-ggz en de jeugd-lvg. Bij de verdere ontwikkeling van de perspectiefbepaling moeten ook deze sectoren worden betrokken, zodat integrale gecombineerde vanuit verschillende zorgsectoren kan worden geboden. In is onderzocht hoe de samenwerking tussen de verschillende sectoren verloopt. Hieruit bleek dat vooral op casusniveau al goed wordt samengewerkt. De PSJ heeft op verzoek van de provincie onderzocht of in de provincie specifieke doelgroepen aanwezig zijn waarvoor op dit moment geen passend zorgaanbod beschikbaar is. Hieruit is naar voren gekomen dat voor de doelgroep tienermoeders niet altijd de best passende zorg geleverd kan worden. Om deze zorg in de provincie te kunnen leveren zijn in 2010 met jeugdzorgaanbieder Cardea afspraken gemaakt die hebben geresulteerd in een aanbod voor tienermoeders. Het behandelprogramma voor tienermoeders is opgebouwd uit fasen waar zowel de provincie als de gemeenten voor verantwoordelijk zijn. Door deze gezamenlijke inzet is het mogelijk om een behandeling aan te bieden gericht op de ontwikkeling van de tienermoederlvader, de opvoedvaardigheden en het bieden van perspectief op het volgen en succesvol afronden van een opleiding enlof toeleiding naar de arbeidsmarkt. Daarnaast is er een specifieke doelgroep van slachtoffers van loverboys. De Pluryn Hoenderloo Groep ontwikkelt hiervoor specifiek zorgaanbod. Er wordt onderzocht of dit zorgaanbod in het buitenland kan worden gerealiseerd onder de voorwaarde dat voldaan wordt aan de landelijk afgesproken kwaliteitseisen. In het afsprakenkader is afgesproken dat de provincie de zorgvormen pleegzorg en gezinshuizen stimuleert. De provincie heeft in gekeken naar de vraag en het aanbod van pleegzorg en gezinshuizen en ingezet op een balans tussen vraag en aanbod. Doordat er meer vraag dan aanbod was heeft de provincie de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in uitbreiding van deze zorgvormen. Met jeugdzorgaanbieder Horizon wordt elk kwartaal gekeken of de vraag en het aanbod naar pleegzorg met elkaar in evenwicht zijn en wordt gezamenlijk actie ondernomen wanneer dit niet het geval is. Ontwerp Uitvoeringsprogramrna Jeugd 2012

26 Zoals aangegeven loopt eind het convenant LWI's zorgaanbod af. In 2012 zal de provincie op basis van landelijke afspraken zorg subsidiëren bij de verschillende LWI's. In 2012 wordt bekeken of in 2013 deze zorg bij de LWI's of bij de regionale jeugdzorgaanbieders wordt gesubsidieerd. Resultaten Provincie stuurt op kostenefficiency en effectiviteit van de zorg. - Tussen BJZ en zorgaanbieders zijn afspraken gemaakt over de vormgeving van perspectiefbepaling bij aanvang zorg. - Jeugdigen merken niets van bestaande gescheiden financiering van de jeugdzorg, jeugd-ggz en de jeugd-lvg. - Subsidiëren LWI's volgens landelijke afspraken. - Een specifiek zorgaanbod voor tienermoeders - Vraag en aanbod naar pleegzorg en gezinshuizen is in evenwicht. Actiepunten 2012 De provincie: - stimuleert de toepassing van het bepalen van perspectief door BJZ en alle jeugdzorgaanbieders. - maakt afspraken met de jeugdzorgaanbieders over het leveren van zorg op maat. - maakt afspraken over een efficiënte en effectieve inzet van zorg (Afsprakenkader). - zorgt dat de samenwerking tussen jeugdzorg, jeugd-ggz en jeugd-lvg verder wordt ontwikkeld in het kader van de perspectiefbepaling. In 2012 worden gecombineerde zorgtrajecten jeugdzorg, jeugd-lvg en jeugd-ggz geboden. - zorgt dat periodiek met jeugdzorgaanbieder Horizon wordt gekeken naar de vraag en aanbod naar pleegzorg en zorgt dat vraag en aanbod naar pleegzorg en gezinshuizen in evenwicht zijn (Afsprakenkader). - zorgt dat in 2012 een specifiek zorgaanbod voor tienermoeders beschikbaar is. - onderzoekt welke LWI-capaciteit in 2013 bij LWI's enlof regionale zorgaanbieders wordt gesubsidieerd. 4.2 Nieuwe jeugdzorgaanbieders in Zuid-Holland De provincie beschikt momenteel over een overzichtelijk, veelzijdig en kwalitatief goed toegerust zorgaanbod voor jeugdigen en ouderslopvoeders. Resultaat Een overzichtelijk, veelzijdig en kwalitatief goed toegerust zorgaanbod voor jeugdigen en ouders1opvoeders. Actiepunten 2012 De provincie: - maakt alleen afspraken met een nieuwe zorgaanbieder wanneer deze meerwaarde heeft ten opzichte van bestaand aanbod, evidence en practice based-methodieken hanteert en HKZ-gecertificeerd is. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

27 4.3 Gesloten jeugdzorg De overdracht van verantwoordelijkheden voor de gesloten jeugdzorg van de provincie naar het Rijk was in 2008 van tijdelijke aard. Deze verantwoordelijkheden zouden in 2013 naar de provincies en stadsregio's worden overgedragen. Uit de beleidskaders zorggebieden en trajectzorg van het ministerie van VWS en het bestuursakkoord tussen het Rijk, de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UW) blijkt dat de gesloten jeugdzorg bij de stelselherziening van de jeugdzorg, vanuit het Rijk rechtstreeks wordt overgeheveld naar de gemeenten. Ondanks het feit dat de gesloten jeugdzorg in de toekomst waarschijnlijk niet onder verantwoordelijkheid van de provincie valt, zijn de ontwikkelingen in deze sector van belang voor de provinciale jeugdzorg. Jeugdigen worden in sommige gevallen doorverwezen of komen na een verblijf in de gesloten jeugdzorg in de jeugdzorg terecht. Het ministerie van VWS heeft voor de gesloten jeugdzorg een verdeling gemaakt in zorggebieden. De provincie Zuid-Holland vormt samen met het stadsgewest Haaglanden en de stadsregio Rotterdam het zorggebied Zuid-West. In het beleidskader zorggebieden jeugdzorgplus geeft het ministerie aan dat benodigde capaciteit voor gesloten jeugdzorg binnen het zorggebied beschikbaar moet zijn. De provincie is het met deze visie eens en vindt het belangrijk dat de zorg zo dicht mogelijk bij de woonplaats van de cliënt kan worden georganiseerd. In het zorggebied Zuid-West is echter te weinig capaciteit aanwezig en om die reden heeft het ministerie in aangegeven dat de komende jaren gebruik moet worden gemaakt van de overcapaciteit in andere zorggebieden. Het zorggebied is bereid om een gedeelte van de capaciteit buiten deze regio te gebruiken, maar wil ook voldoende capaciteit in het zorggebied om goede trajectzorg te organiseren. De provincie ondersteunt de inhoudelijke doelstelling van het beleidskader trajecten jeugdzorg van het ministerie van VWS, maar is van mening dat de bestaande wettelijke verhoudingen voldoende kansen bieden om integrale trajectzorg op te kunnen zetten. Vanuit de wettelijke verantwoordelijkheid heeft het ministerie voor VWS de regietaak voor de gesloten jeugdzorg en de provincie Zuid-Holland voor de open jeugdzorg. De provincie vindt het van groot belang dat er een goede aansluiting is tussen de open en gesloten jeugdzorg en dat cliënten niets merken van de gescheiden financieringsstromen en verantwoordelijkheden. Resultaat Voldoende gesloten jeugdzorgcapaciteit in zorggebied Zuid-West. - Organiseren van trajectzorg tussen gesloten en provinciale jeugdzorg. Actiepunten 2012 De provincie: - maakt in samenspraak met de stadsregio Rotterdam en het stadsgewest Haaglanden afspraken met het ministerie van VWS en de jeugdzorgplus instellingen over voldoende capaciteit voor zorggebied Zuid-West - maakt in overleg met provinciale jeugdzorgaanbieders, het ministerie van VWS en de jeugdzorgplus instellingen afspraken over trajectzorg. Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

28 4.4 Participatie, cliëntenbeleid en vertrouwenspersoon Op basis van de Wet op de jeugdzorg (artikel 41 en 57) draagt de provincie er zorg voor dat cliënten een beroep kunnen doen op de vertrouwenspersoon. De provincie verstrekt hiervoor subsidie aan de Stichting Advies- en Klachtenbureau Jeugdzorg (AKJ). Daarnaast voert de provincie in het kader van medezeggenschap (artikel Wjz) cliëntenbeleid uit. Hiervoor houdt de provincie toezicht op het functioneren van cliëntenraden binnen de individuele jeugdzorginstellingen, zorgt voor ondersteuning van cliënten bij individuele klachten via het AKJ en ondersteunt via Zorgbelang het provinciaal overleg van cliëntenraden en de jongerenraden. Ook geeft de provincie het AKJ en Zorgbelang de opdracht om individuele klachten te vertalen naar een collectief niveau. Tevens betrekt de provincie jongeren, opvoeders en docenten bij de ontwikkeling van beleid, door het organiseren van jongerendebatdagen, jeugdpanels, cliëntenraden en jongerenraden. Resultaat Het in stand houden van een dekkend netwerk van vertrouwenspersonen ten behoeve van cliënten van BJZ en zorgaanbieders. - 80% van de cliënten in de jeugdzorg geven een rapportcijfer van 7 of meer bij het hanteren van de exit-vragenlijst Jeugdzorg. - Alle zorgaanbieders hebben een cliëntenraad. - Ondersteunen van het Provinciaal overleg van cliëntenradenljongerenraden door Zorgbelang. - Een evaluatie en rapportage over het niveau van de ondersteuning door Zorgbelang. Actiepunten 2012 De provincie: - zorgt voor een dekkend netwerk van vertrouwenspersonen. - ziet er op toe dat alle zorgaanbieders een cliëntenraad hebben. - zorgt dat het provinciaal overleg van cliëntenraden wordt ondersteund door Zorgbelang. - zorgt dat Zorgbelang een evaluatie en rapportage schrijft over het niveau van de ondersteuning. - zorgt dat het AKJ en Zorgbelang de individuele klachten naar een collectief niveau vertalen. - zorgt dat er actie wordt ondernomen op basis van de collectieve klachten. - voert jaarlijks overleg met het provinciaal overleg van cliëntenraden en jongerenraden over alle voor cliënten van belang zijnde onderwerpen. Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

29 5. Sturing door de provincie De provincie Zuid-Holland is verantwoordelijk voor de planning en financiering van de geïndiceerde jeugdzorg in Zuid-Holland exclusief de stadsregio's Haaglanden en Rotterdam. Vanaf worden de jeugdzorgaanbieders gefinancierd op basis van P x Q. Deze bekostigingssystematiek is een instrument waarmee op kostenefficiency kan worden gestuurd. In 2012 wordt ook het effect (E) van de zorg betrokken in de sturing. Naast sturen op kostenefíiciency en kosteneffectiviteit, stimuleert de provincie ook het terugdringen van bureaucratie en regeldruk, innovatie en professionalisering in de jeugdzorg. 5.1 Financiering jeugdzorg Tot stuurde de provincie op kostenefficiëntie door financiering op basis van de kosten per plaatsltraject en de bezetting van plaatsenltrajecten bij zorgaanbieders. In is de bekostigingssystematiek PxQ ingevoerd, waarbij de provincie de zorgaanbieders financiert op basis van een aantal bekostigingseenheden (Q) tegen een vastgestelde prijs (P) per bekostigingseenheid. In 2012 wordt tevens de effectiviteit (E) van de zorg betrokken in de sturing door de provincie. Sinds 2010 worden door de zorgaanbieders de prestatie-indicatoren doelrealisatie, cliënttevredenheid en reguliere beëindiging van de zorg gemeten. Het meten van de prestatieindicator vermindering ernst problematiek vereiste meer voorbereiding en wordt geleidelijk ingevoerd. Naar verwachting zullen in 2012 voldoende betrouwbare gegevens zijn verzameld om een beeld van de effecten van de zorg te verkrijgen. Voor een goede beoordeling van die effecten moeten deze worden bekeken in relatie met de aard en zwaarte van de behandelde problematiek. Het Nationaal Jeugd Instituut ontwikkelt een classificatie van cliënten op basis van aard en ernst van de problematiek. Nadat deze classificatie is ingevoerd kan een verantwoorde analyse van de effecten van de zorg worden gemaakt. Sturing door de provincie kan dan worden gebaseerd op een combinatie van kostenefíiciëntie en effectiviteit. Daarbij moet wel rekening worden gehouden met factoren als mogelijke verzwaring van de problematiek, demografische ontwikkelingen en beleidsontwikkelingen. De provincie moet tegelijkertijd rekening houden met de gevolgen van de stelselwijziging in de jeugdzorg. Er dienen plannen te worden ontwikkeld voor de toekomstige overdracht van de financiering en de informatievoorziening voor beleid van de provincie aan gemeenten enlof regio's. Resultaten Inzicht in effectiviteit van de zorg met behulp van meting van de prestatie-indicatoren. - Handhaving en waar nodig uitbreiding van de informatievoorziening voor beleid. - Ontwikkeling van plannen voor de toekomstige overdracht van planning, financiering en informatievoorziening aan gemeenten enlof regio's. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

30 Actiepunten 2012 De provincie: - registreert de gegevens over de prestatie-indicatoren doelrealisatie, cliënttevredenheid en reguliere beëindiging van de zorg en vermindering ernst problematiek; - maakt een analyse van de effectiviteit van de zorg, rekening houdend met de landelijke classificatie van cliënten. - handhaaft de informatievoorziening voor beleid en past aan waar nodig; gebruikt de beleidsgegevens voor analyse van de ontwikkeling van vraag en aanbod in de jeugdzorg. - ontwikkelt plannen voor de toekomstige overdracht van planning, financiering en informatievoorziening aan gemeenten. 5.2 Terugdringen bureaucratie en regeldruk Cliënten en professionals blijken veel last te hebben van regeldruk en onnodige bureaucratie in de jeugdzorg. Dit was reden voor de minister voor Jeugd en Gezin om eind 2007 de ambitie uit te spreken de ervaren regeldruk in de jeugdketen terug te willen dringen met 25% tussen 2007 en Om dit te bereiken voert de provincie sinds 2009 het actieplan "Verminderen ervaren regeldruk: regels in de jeugdzorg anders bekeken" uit. Dit doet zij in samenwerking met de Zuid- Hollandse zorgaanbieders en BJZ. In 2009 en 2010 is gewerkt aan de versobering van de verantwoording van de subsidieontvangers aan de provincie. Dit heeft er toe geleid dat de beleidsinformatie en registratieverplichtingen voor de kwartaalrapportages met 75% is verminderd tot het noodzakelijke. In 2012 vindt de eindmeting van de ervaren regeldruk binnen de jeugdzorg plaats. Daarna moeten de behaalde resultaten worden gehandhaafd. Resultaten De bureaucratie en de ervaren regeldruk in de jeugdzorg is met minimaal 25% afgenomen ten opzichte van de nulmeting uit De provinciale eindmeting vindt in het voorjaar van 2012 plaats. - Gegevensdefinities, meeteenheden en peildata voor de beleidsgegevens van BJZ en de jeugdzorgaanbieders zijn gestandaardiseerd. Activiteiten 2012 De provincie: - inventariseert welke gegevens en informatie op een andere manier aan de provincie moeten worden aangeleverd. Daarnaast inventariseert de provincie welke gegevens niet meer aan de provincie hoeven worden geleverd; waar nodig wordt de informatievoorziening aangepast. - voert regelmatig overleg met BJZ en de zorgaanbieders over mogelijke toename van bureaucratie en regeldruk evenals de mogelijkheden om dit te voorkomen. - standaardiseert gegevensdefinities, meeteenheden en peildata voor de beleidsgegevens van BJZ en de jeugdzorgaanbieders, evenals formats voor levering van gegevens. Onhnrerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

31 5.3 Innovatie en professionalisering Op basis van de nota Maatschappelijke Participatie "Meedoen in Zuid-Holland vindt gericht innovatie plaats via een thematische "Innovatieagenda Samenleving". Jeugdzorg is &én van de thema's van de Innovatieagenda. Provinciale ondersteuningsinstellingen voeren een substantieel deel van de Innovatieagenda uit. De provincie verwacht van de ondersteuningsinstellingen dat zij tussen de 10% en 20% van de boekjaarsubsidie gebruiken voor innovatieve activiteiten. Voor de geïndiceerde jeugdzorg wordt het ontwikkelen en invoeren van nieuwe vormen van wachtlijstaanpak, online hulp en effectieve ('evidence based' of 'practice based') methodieken gericht op hulp aan jongeren en ouders/opvoeders bevorderd. In 2009 is het provinciale actieplan "Professionalisering jeugdzorg" opgesteld, dat aansluit op het landelijke actieplan "Professionalisering in de jeugdzorg". Doel is het bevorderen van het opleidingsniveau van werknemers in de jeugdzorg, de diversiteit in de jeugdzorg en een positief beeld van de jeugdzorg. Effectieve methodieken waarmee (allochtone) jeugdigen en hun ouders worden bereikt, moeten worden ontwikkeld en verspreid. Resultaten In de jeugdzorg en het preventief jeugdbeleid wordt zorgvernieuwing gerealiseerd. - Zorgaanbieders gebruiken zoveel mogelijk effectieve behandelmethoden. - De professionalisering van de medewerkers in de jeugdzorg is vergroot. - De diversiteit in de jeugdzorg is vergroot. Actiepunten 2072 De provincie: - bevordert via PSJ de vergelijking en uitwisseling van effectieve behandelmethoden tussen provinciale jeugdzorgaanbieders. - stimuleert provinciale steunfuncties om binnen de boekjaarsubsidie 10% tot 20% te besteden aan innovatie. - bevordert de uitvoering van de Innovatieagenda Samenleving , waarin de thema's preventief jeugdbeleid en jeugdzorg zijn opgenomen en stelt hiervoor budget ter beschikking. - voert in samenwerking met PSJ de acties uit het provinciale actieplan "Professionalisering jeugdzorg" uit. - bevordert de bekendheid en de toegankelijkheid van de jeugdzorg voor allochtonen en de professionaliteit van de medewerkers in de jeugdzorg op het gebied van diversiteit. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

32 6. Inzet financiële middelen Voor het realiseren van deze resultaten en actiepunten is in 2012 een budget beschikbaar van E ,OO. Dit bedrag bestaat voor een deel uit een doeluitkering van het Rijk en een deel provinciale middeleng. In dit hoofdstuk wordt de geplande besteding van het provinciale budget jeugd en de doeluitkering jeugd gespecificeerd. 6.1 Meerjarenbegroting In tabel 1 wordt het financieel meerjarenperspectief gegeven voor 2012 tot en met 2014 op basis van de vier thema's in het beleidskader Jeugd De definitieve bedragen voor de jaren 2013 en 2014 zijn onder voorbehoud van de vaststelling van de omvang van de doeluitkering door het Rijk en de vaststelling van provinciale begroting door Provinciale Staten. Over de jaren 2012 en 2013 vindt herverdeling van de doeluitkering jeugdzorg plaats op basis van het verdeelmodel van SCP". Het verdeelmodel is gebaseerd op demografische factoren waarvan is vastgesteld dat deze van invloed zijn op de behoefte aan jeugdzorg (het absolute aantal jeugdigen van nul tot zeventien jaar, wegingsfactoren voor jongens, jeugdigen met een lage opleiding, niet-westerse allochtone jeugdigen, jeugdigen uit eenoudergezinnen en jeugdigen uit gezinnen met een laag inkomen). Deze herverdeling heeft consequenties voor omvang van de doeluitkering. In 2012 is de doeluitkering voor Zuid-Holland circa E 1,9 miljoen lager dan in In 2013 is dit circa E 5 miljoen ten opzichte van Onderdeel van dit bedrag is het bedrag van ,- dat de provincie in 2013 ten opzichte van 2012 minder krijgt voor de plaatsing van jongeren bij landelijk werkende instellingen1'. De tekorten in 2012 en 2013 worden onttrokken uit de egalisatiereserve. Daarnaast wordt in 2012 in overleg met Bureau Jeugdzorg en de zorgaanbieders gekeken naar de mogelijkheden voor een efficiencyslag. Inzet en omvang van provinciale middelen na 2011 zal door het nieuwe college van Gedeputeerde Staten worden heroveiwogen. l0 Tot 2011 was de doeluitkering jeugdzorg nagenoeg geheel verdeeld op historische grondslag. In 2011 is de doeluitkering jeugdzorg verdeeld voor 50% gebaseerd op het verdeelmodel SCP en voor 50% op historische grondslag. Als gevolg van de beëindiging van het convenant Landelijk Werkende Instellingen krijgt de provincie vanaf 2012 een geoormerkte doeluitkering per landelijk werkende instelling. De hoogte van dit deel van de doeluitkering is voor 2012 bepaald op basis van de vraag uit het verleden. Vanaf 2013 wordt ook dit bedrag berekend op basis van het verdeelmodel van SCP. Ontwerp Uiivoeringsprogramrna Jeugd 2012

33 Tabel 1 : Meerjarenbegroting Doelen Preventief jeugdbeleid Toegang tot de jeugdzorg g g81 Aanspraak op jeugdzorg Cliëntenbeleid Totaal inzet De kkings bron Provinciale middelen Doeluitkering Egalisatie reserve P=' Totaal inzet Inzet financiële middelen 2012 Tabel 2 geeft per thema een overzicht van de middelen die ingezet worden. In totaal gaat het in 2012 om E ,OO bestaande uit doeluitkering jeugd en provinciale middelen. In het provinciale budget Jeugd is in 2012 een totaalbedrag beschikbaar van E ,OO. Onderdeel van dit budget is een bedrag van 2,9 miljoen uit de programmareserve voor de extra aanpak van wachtlijsten en E voor Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) van Bureau jeugdzorg. De thema's van het provinciaal jeugdbeleid, worden gespecificeerd in tabel 2 tot en met 6. Tabel 2: Totaalovetzicht dekking financiële middelen 2012 Versterken algemeen en preventief Jeugdlbeleid Budget 2012 Innovatie Jeugdparticipatie (opdrachten) RAS middelenq4 RAS inzet niet-geïndiceerde zorgq5 Boekjaarsubsidie JSO'~ I Vooraf niet te plannen opdrachten ( Totaal algemeen en preventief jeugdbeleid '' Onderdeel van de totaal geraamde uitgaven over 2013 is een bedrag van 2,9 miljoen voor de extra aanpak van wachtlijsten. In 2012 wordt dit gefinancierd uit de programmareserve. Voor 2013 en 2014 zijn hier geen provinciale middelen voor beschikbaar. Uitgaande van de voortzetting van het huidige beleid voor de aanpak van wachtlijsten, wordt dit vanaf 2013 vanuit de egalisatiereserve gefinancierd. l3 Zie voetnoot 12. Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

34 Tabel 3: Financiële inzet voor algemeen en preventief jeugdbeleid Thema ~oeluitkering'~ PZH middelen Egalisatiereserve Totaal budget Preventief jeugdbeleid Toegang tot de jeugdzorg g81 Aanspraak op jeugdzorg Cliëntenbeleid OVA en prijscompensatie 2010 Pm Pm Totaal Tabel 4: Toegang tot de jeugdzorg BJZ f uid-holland Doeluitkering PZH middelen Egalisatiereserve 2012 A Realiseren van integrale toegang (Jeugd en Gezin) Indicatiestelling Casemanagement Advies- en Meldpunt Kindermishandeling ~ulpverlening" B Justitietaken Jeugdbescherming g45 Jeugdreclassering Totaal BJZ ZH l' Middelen inkoop uren niet-geïndiceerde zorg binnen de RAS ten behoeve van preventief jeugdbeleid: budget voor de slulende aanpak per regio (E ,OO) vermeerderd met een bedrag van é ,00 voor Risicogezinnen. Tevens een bedrag van E ,OO voor evaluatie van de RAS met regio's, themabijeenkomsten en regionale activiteiten. l5 Middelen inkoop uren niet-geïndiceerde zorg binnen de RAS ten behoeve van preventief jeugdbeleid (ter bestrijding van wachtlijsten). Dekking programmareserve hoofdstuk 4. Voor ondersteuning van gemeenten, bureau jeugdzorg en jeugdzorgaanbieders in het kader van preventief jeugdbeleid en aansluiting jeugdbeleid-jeugdzorg. Bedragen (van de doeluitkering) zijn exclusief de loon- en prijscompensatie '' Kindertelefoon, VTH, Voorpostfunctie, JPT en crisisinterventie. Ontwerp Uiivoeringsprogramma Jeugd 2012

35 Tabel 5: Aanspraak op de jeugdzorg Aanspraak op jeugdzorg -- Doeluitkering PZH middelen Egalisatiereserve Trivium Lindenhof Cardea Stek Horizon Nederlandse vereniging voor pleeggezinnen Provinciaal Samenwerking Jeugd (PSJ) LWl's Buiten provinciale plaatsen Onvoorzien i.v.m. aanspraak op jeugdzorg en specifiek groepen Totaal aanspraak op jeugdzorg Tabel 6: Cliëntenbeleid en participatie Doeluitkering Egalisatie Clienten beleid en participatie 2012 middelen reseme Provinciaal cliëntenplatform Cliënten vertrouwenspersoon taal cliëntenbeleid Egalisatie- en programmareserve In het kader van de Wjz en bijbehorend Uitvoeringsbesluit (artikel 73k) is het toegestaan een ega~isatiereserve'~ op te bouwen. In deze reserve worden de nog niet bestede middelen voor jeugdzorg die provincie Zuid-Holland heeft ontvangen met doeluitkering jeugdzorg gereserveerd, met als doel financiële knelpunten op te vangen. In 2012 wordt een deel van de egalisatiereserve ingezet om het verschil in doeluitkering ten opzichte van 2011 op te vangen. In tabel 7a wordt het saldo van de egalisatiereserve over de jaren heen weergegeven. Naast de egalisatiereserve worden er mogelijk middelen onttrokken aan programmareserve 4 deel MPJ. Dit zijn provinciale middelen om de groei van de wachtlijsten te voorkomen. Vanuit de programmareserve zijn in bij de voorjaarsnota onder andere middelen ingeleverd ten gunste l9 Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) worden de nog niet bestede middelen voor jeugdzorg (egalisatierese~e) onder de overlopende passiva verantwoord (OVP Jeugdhulpverlening). Ontwerp Uitvoeringsprograrnrna Jeugd 2012

36 van de algemene middelen. In tabel 7b wordt het saldo van de programmareserve 4 deel MPJ over de jaren heen weergegeven. Tabel 7a: Egalisatiereserve Egalisatiereserve Egalisatiereserve g51 Onttrekking l PM Toevoeging Saldo egalisatiereserve g51 PM Tabel 7b: Programmareserve 4 deel MPJ Programmareserve 20f l Prograrnrnareserve 4 deel MPJ~' PM Onttrekking 1 Toevoeging PM PM Toevoeging PM PM PM Saldo programmareserve 4 deel MPJ O O 20 De totale programmareserve 4 was op 31 december 2009 E ,00, waarvan E ,OO behoort tot bureau MPJ. Ontwerp Uitvoeringsprogramrna Jeugd 2012

37 Bijlagen Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

38 Bijlage 1 : Lijst met afkortingen AKJ AMK ATW AWBZ BJZ BSN CAO CBS CFJ CIZ CJG EKD H KZ J B Jeugd-GGZ Jeugd-LVG JJI J PT JR JSO LAAK LCFJ LCOJ MEE MKD MOgroep NVP NJI OTS P PSJ Q R RAAK RAS REC ROC RvdK TGV VI B VI R Wjz Wmo ZAT Advies Klachtenbureau Jeugdzorg Advies en Meldpunt Kindermishandeling Arbeidstijdenwet Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten Bureau Jeugdzorg Burgerservicenummer Collectieve arbeidsovereenkomst Centraal Bureau voor de Statistiek Commissie Financiering Jeugdzorg Centraal Indicatieorgaan Zorg Centrum voor Jeugd en Gezin Elektronisch Kinddossier Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector Jeugdbescherming Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg Jeugd Lichamelijk Verstandelijk Gehandicaptenzorg Justitiële jeugdinrichting Jeugdpreventieteam Jeugdreclassering Jeugd Samenleving en Opvoeding Landelijk Actieprogramma Aanpak Kindermishandeling Landelijk Cliëntenforum Jeugdzorg Landelijk Centrum Onderwijs en Jeugdzorg Cliëntondersteuning voor mensen met een handicap of chronische ziekte Medisch Kleuterdagverblijf Maatschappelijke Ondernemers groep Nederlandse Vereniging voor Pleeggezinnen Nederlands Jeugdinstituut Ondertoezichtstelling Prijs per product Provinciale Samenwerking Jeugdzorg Hoeveelheid aangeboden producten Resultaatleffectiviteit van de uitgevoerde zorgeenheid (bekostigingseenheid) Reflectie- en Actiegroep Aanpak Kindermishandeling Regionale Agenda Samenleving Regionale Expertise Centra van het Onderwijs Regionaal Opleidingscentrum Raad van de Kinderbescherming Therapeutische Gezinsverzorging Verbetering Indicatiestelling Bureaus Jeugdzorg Verwijsindex Risicojongeren Wet op de jeugdzorg Wet maatschappelijke ondersteuning ZorgAdviesTeam Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012

39 Bijlage 2: Afsprakenkader Jeugdzorg AFSPRAKENKADER MINISTER VOOR JEUGD EN GEZIN EN IPO OVER DE AANPAK EN DE FINANCIERING VAN DE JEUGDZORG IN 2010 EN 2011 Den Haag, 11 november 2009 Een trendbreuk in de jeugdzorg De vraag naar jeugdzorg groeit explosief. Over 2008 en 2009 was sprake van een groei van ongeveer 73% per jaar. De huidige financieel-economische omstandigheden beperken de financiële mogelijkheden om de groei in de jeugdzorg in de komende jaren te faciliteren en vragen om een andere aanpak. De minister voor Jeugd en Gezin en provincies zijn samen met gemeenten en de zorginstellingen verantwoordelijk voor het verkleinen van de groeiende instroom in de geïndiceerde jeugdzorg (tweede lijn). Zij willen kinderen die begeleiding of zorg nodig hebben die ook bieden. In plaats van een voortgaande sterke groei te faciliteren, richten zij zich de komende twee jaar op het verminderen van die groei, met uiteindelijk op langere termijn zelfs als doel een daling van de vraag naar geïndiceerde zorg. De opgave waar alle betrokkenen voor staan, vergt een kanteling in de aanpak die reeds is ingezet met de oprichting van de CJG's. Er liggen kansen om met een nieuwe manier van werken jeugdigen de zorg te geven die zij nodig hebben. Een te strak gereguleerde indicatiestelling in combinatie met een sterke focus op wachtlijstcijfers moet worden ingewisseld voor een organisatie van de zorg om de jeugdige en zijn ouders heen, waarbij recht wordt gedaan aan het gegeven dat aard en ernst van de problematiek per kind sterk kan verschillen. De eigen kracht van het gezin en de directe omgeving zullen worden versterkt. Meer aandacht in het voorveld voor preventie en vroeginterventie (opvoedingshulp en lichte pedagogische begeleiding in het kader van de WMO) leidt tot minder escalatie en complexe hulpvragen (geïndiceerde jeugdzorg). De huidige situatie wordt gekenmerkt door een voortdurende druk naar boven. Dat is niet in het belang van het kind en de ouders en het is duurder doordat een groeiend appel op de dure echelons van de zorgpiramide wordt gedaan. Het huidige systeem kent onvoldoende prikkels die een beweging van de top van de piramide naar de basis stimuleren. Dáár is winst mogelijk, voor het kind en de keten. We moeten daarom de jeugdzorg verbeteren door ons te richten op wat we gezinnen kunnen bieden vóórdat zwaardere professionele hulp nodig is. Dat is in het belang van kinderen en gezinnen, en daarbij verlaagt het de druk op de gespecialiseerde jeugdzorg. Alleen door samen te bekijken hoe dat beter kan, los van wie dat moet oppakken of betalen, kan de jeugdzorg zich aanpassen aan de hedendaagse samenleving. Hiervoor moet (ook wettelijk) ruimte worden gemaakt. Afsprakenkader Ontwerp Uitvoeringsprograrnma Jeugd 2012

40 - De minister voor Jeugd en Gezin en het IPO, namens de twaalf provincies en de drie stadsregio's, komen dit afsprakenkader voor de jaren en overeen; - Dit kader wordt tussentijds niet gewijzigd. Het beschikbare rijksbudget staat, onder voorbehoud van goedkeuring door de Staten Generaal, in principe vast voor twee jaar. Daarmee is meerjarige zekerheid voor de jeugdzorg het uitgangspunt dat aan de afspraken ten grondslag ligt. - Implementatie van de besluitvorming over de evaluatie van de Wet op de jeugdzorg leidt niet tot aanpassing van dit afsprakenkader en vindt zo nodig vanaf 2012 plaats; - De provincies en stadsregio's maken op basis van dit afsprakenkader zo spoedig mogelijk in 2010 resultaatafspraken met hun gemeenten en met de instellingen in de jeugdzorg over de inzet in de eerste lijn (WMOICJG) en de tweede lijn (jeugdzorg) en op het raakvlak daarvan. - De minister voor Jeugd en Gezin zet zich in om - binnen de afspraken van het bestuurlijk akkoord tussen Rijk en de VNG van juni tot ondersteunende afspraken te komen met gemeenten voor de uitvoering van dit afsprakenkader, waaronder afspraken over de gemeentelijke inzet op het terrein van preventie, vroegsignalering en lichte hulp teneinde daling van de vraag naar tweedelijnszorg en uitstroom en nazorg mogelijk te maken. Randvoorwaarde - De afspraken zijn gebaseerd op het beschikbare budget voor 2010 en Als het budget om thans niet te voorziene redenen wijzigt, dan vervalt dit afsprakenkader en vindt overleg plaats over de hieraan te verbinden consequenties, Intensivering eerstelijnszorg en referentiekader ambulante zorg Doel middellanqe termiin - Komen tot stabilisatie en zelfs daling van de vraag naar geïndiceerde jeugdzorg (tweedelijnszorg). Afs~raken - Ter uitvoering van de hieronder genoemde afspraken, wordt in 2010 beoordeeld welke lichte pedagogische problematiek valt onder preventieve zorg (WMOICJG, "eerstelijnszorg") en welke ernstige problematiek valt onder de geïndiceerde jeugdzorg ("tweedelijnszorg"). Een commissie van deskundigen onderzoekt dit in opdracht van alle betrokkenen. Op basis van dit advies wordt een landelijk referentiekader opgesteld, waaraan alle betrokkenen zich committeren. - Partijen stimuleren de aanpak met netwerkondersteunende methodieken zoals Eigen Kracht conferenties en Triple P en maken hierover met elkaar en met uitvoerende instellingen concrete afspraken; - Provincies dragen hieraan bij door het inzetten van het aansluitingsbudget voor deskundigheidsbevordering van medewerkers in de eerste lijn; - Provincies kunnen via regionale afspraken jeugdzorgbudget beschikbaar stellen voor eerstelijnszorg, bijvoorbeeld door gemeenten die een lagere instroom realiseren (gedeeltelijk) financieel te compenseren op basis van inverdieneffecten in de jeugdzorg. Ontwerp Uitvoeringsprograrnrna Jeugd 2012

41 - Provinciale aanbieders van geïndiceerde ambulante jeugdzorg worden door de provincie in staat gesteld tegen betaling door gemeenten indien de gemeenten hier behoefte aan hebben lichte pedagogische hulp ten behoeve van gemeenten uit te voeren; - Provincies maken het mogelijk dat zorgaanbieders door tussenkomst van bureau jeugdzorg ambulante jeugdzorg zonder indicatiebesluit leveren. Hiermee wordt experimenteerruimte gerealiseerd waarbinnen deze ambulante jeugdzorg in samenhang kan worden gebracht met lichtere vomien van pedagogische begeleiding zoals deze in het kader van de WMO wordt geboden. Doel hiervan is het ontwikkelen van vernieuwend, laagdrempelig en intersectoraal ambulant zorgaanbod op het raakvlak van lokale en provinciale jeugdzorg om het beroep op zwaardere vormen van ge.indiceerde jeugdzorg te beperken. Hierover maken provincies en gemeenten concrete afspraken voor 2010 en Randvoorwaarden - Zorginstellingen (tweedelijnszorg) zijn bereid en in staat om zo nodig eerstelijnszorg te leveren indien gemeenten hier behoefte aan hebben; - De minister voor Jeugd en Gezin maakt, binnen het financiële kader zoals hieronder geschetst, financiering door de provincie van provinciale ambulante jeugdzorg zonder indicatiebesluit mogelijk, evenals het via regionale afspraken beschikbaar stellen van jeugdzorgbudget voor eerstelijnszorg, bijvoorbeeld door gemeenten die een lagere instroom realiseren (gedeeltelijk) financieel te compenseren op basis van inverdieneffecten in de jeugdzorg. - Gemeenten zijn bereid en in staat hun WMO-taken optimaal in te vullen. Resultaat eind Kinderen worden eerder geholpen zodat specialistische jeugdzorg minder vaak nodig is en kinderen vaker in de eigen thuissituatie worden ondersteund (eigen kracht van het gezin); - De groeiende vraag naar tweedelijnszorg wordt afgeremd; - Meer provinciale ambulante jeugdzorg wordt zonder indicatie geboden; Efficiencyverbetering tweedelijnszorg Doel lange termiin - Meer kinderen worden sneller geholpen voor hetzelfde budget; Afs~raken - Provincies en stadsregio's doen een uiterste inspanning om bovenop de eficiencyverbetenng van gemiddeld 17% die in de afgelopen drie jaar is behaald over 2010 en per jaar nog een verdere eficiencywinst te behalen; - De problemen bij de doorstroming worden aangepakt met de inzet van 'logistieke' deskundigheid en het organiseren van persoonlijke overdracht van cliënten op alle schakelpunten; - Provincies en instellingen spannen zich in om meer omschakeling van (dure) residentiële zorg naar pleegzorg en gezinshuizen mogelijk te maken; - De minister voor Jeugd en Gezin ondersteunt de provincies bij het realiseren van meer capaciteit voor intensieve pleegzorg door indiening van het wetsvoorstel versterking positie pleegouders, de Onhiverp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

42 verhoging van de financiële tegemoetkoming en de bekostiging en inrichting van een campagne voor het werven van hiertoe geschikte pleegouders. - Provincies stimuleren daartoe de werving van daarvoor geschikte pleeggezinnen voor uitvoering van intensive pleegzorg, onder meer met nieuwe 'warme' wervingsmethoden voor pleegouders. Randvoorwaarden - Provincies stimuleren zorgaanbieders dat deze meer inzetten op het werken met evidence based en practice based methoden. - Zorgaanbieders zijn bereid om dit proces actief in te zetten, mede met het oog op het verkorten van de behandelduur. - De minister voor Jeugd en Gezin stimuleert de ontwikkeling van zorgtrajecten voor kinderen die na of naast de jeugdzorg ook behoefte hebben aan LVG of GGZ-zorg door samen met provincies en betrokken instellingen regionale pilots mogelijk te maken. Resultaat eind De efficiency in de jeugdzorg is verder verbeterd ten opzichte van de situatie op 1 januari 2010; - Het aanbod op het raakvlak van eerstelijnszorg (WMOICJG) en tweedelijnszorg (provinciale jeugdzorg) wordt vergroot; - Het gebruik van dure residentiële hulp wordt teruggedrongen door vergroting van de capaciteit van intensieve pleegzorg en gezinshuizen. Verbetering uitstroom tweedelijnszorg Doel lanae termiin - Kinderen die niet langer tweedelijns jeugdzorg nodig hebben maar wel I e lijns nazorg worden aansluitend onder wachttijd voor nazorg opgevangen in de eerstelijnszorg waardoor de druk op de tweedelijnszorg daalt. Afs~raken - IPO en het Ministerie voor Jeugd en Gezin inventariseren de kwalitatieve en kwantitatieve knelpunten bij de uitstroom uit de geïndiceerde jeugdzorg; - IPO en de minister voor Jeugd en Gezin maken op basis van de uitkomsten hiervan concrete afspraken over de inzet door het Rijk (onder meer over uitstroom naar jeugd-ggz en jeugd-lvg) en door provincies bij het oplossen van deze knelpunten; - Voor zover voor de oplossing van deze knelpunten inzet van gemeenten of de Minister van WW1 nodig is, zal de minister voor Jeugd en Gezin hierover afspraken maken; - Op basis van de uitkomsten van de inventarisatie maken provincies concrete afspraken met gemeenten over de beschikbaarheid van de noodzakelijke vormen van nazorg in het gemeentelijke veld; - Provincies stimuleren in samenspraak met gemeenten dat tussen instellingen die verantwoordelijk zijn voor het eerstelijnsaanbod (WMOICJG) en aanbieders van geïndiceerde jeugdzorg afspraken Ontwerp Uitvoeringsprogramrna Jeugd 2012

43 worden gemaakt over de onderlinge samenwerking bij beëindiging van geïndiceerde jeugdzorg en doorgeleiding naar nazorg in de eerste lijn; Randvoorwaarden - Om de uitstroom uit de geïndiceerde zorg van uitbehandelde cliënten te verbeteren zijn, binnen het domein van de lichte pedagogische zorg op lokaal niveau, voldoende vormen van vervolgbegeleiding (nazorg) beschikbaar. Het gaat hierbij vooral om oudere jeugdigen die een vorm van zelfstandig wonen in combinatie met ondersteuning en begeleiding behoeven. Resultaat eind De knelpunten bij de uitstroom uit de geïndiceerde jeugdzorg naar aansluitende nazorg in de eerstelijnszorg zijn zowel kwantitatief als kwalitatief verminderd. Financieel kader Afspraken - Voor de uitvoering van de jeugdzorg is een structureel budget beschikbaar van 1.l 15 miljoen euro en een incidenteel budget van 20 miljoen euro in In is een structureel budget van miljoen euro beschikbaar (bedragen nog aan te passen aan de loon- en prijscompensatie 2010 c.q ); - Provincies kunnen het budget desgewenst al in 2010 door eigen voorfinanciering inzetten; - De minister voor Jeugd en Gezin draagt er zorg voor dat dit materieel een ongedeeld budget is. Provincies mogen de middelen naar eigen inzicht toedelen naar bureau jeugdzorg en het zorgaanbod zonder tussenkomst van de minister voor Jeugd en Gezin; - Het risico zit in de opvang van de autonome groei van de vraag naar jeugdzorg in 2010 en en de extra vraag als gevolg van de eerdere wijzigingen van de AWBZ. In dit afsprakenkader zijn zowel maatregelen opgenomen om de toestroom naar jeugdzorg op termijn te beperken als voor aanpassingen en kostenbeheersing in de jeugdzorg. Deze maatregelen kunnen de risico's beperken en bieden een goede basis om op provinciaal en stadsregionaal niveau tot sluitende (resu1taat)afspraken met gemeenten en jeugdzorginstellingen te komen; - De provincies komen met de minister voor Jeugd en Gezin overeen dat aan alle kinderen de zorg wordt geboden die nodig is, waarbij: aan kinderen bij wie de veiligheid in het geding is en kinderen in crisissituaties direct de geïndiceerde zorg wordt geboden; de inzet is dat kinderen binnen negen weken worden geholpen. Langer wachten kan als dat volgens bureau jeugdzorg voor de betreffende jongere inhoudelijk verantwoord is. Jaarlijks rapporteren de provincies uiterlijk op l oktober aan de minister voor Jeugd en Gezin over de uitvoering van deze afspraken. - De provincies laten door een externe commissie een visitatie uitvoeren, die tot doel heeft inzicht te genereren in de kwaliteit en effectiviteit van het geleverde zorgaanbod (bv herstel van autonomie, klanttevredenheid). Uiterlijk in november is de rapportage van deze externe commissie beschikbaar. Onhverp Uitvoeringsprogramma Jeugd 201 2

44 Randvoorwaarden - Gedurende en creëert het rijk (politieke) rust in de jeugdzorg. Dat betekent geen tussentijdse eenzijdige beleidswijzigingen; - Er wordt vanuit gegaan dat door de inspanningen in 2009 de wachtlijsten boven negen weken grotendeels zijn weggewerkt en er begin 2010 geen stuwmeer van zorgvragers bestaat, die een (te) grote druk legt op de jeugdzorg; - De inzet van middelen jeugdzorg voor zorg zonder indicatie betekent een daling van het aantal gebruikers in de geïndiceerde zorg. Hierdoor zal ook de gemiddelde prijs (kosten) per gebruiker voor geïndiceerde zorg stijgen, maar er is wel een dempende werking op het totale voor de geïndiceerde jeugdzorg benodigde budget. Ontwerp Uitvoenngsprogramma Jeugd 2012

SML09-61 WGEKOMEN - 1 JUU Paraaf Provinciesecretaris

SML09-61 WGEKOMEN - 1 JUU Paraaf Provinciesecretaris SML09-61 WGEKOMEN - 1 JUU 2008 5 -minuten versie voor Provinciate Staters P Zum HoLLAND Directie DLB Afdeling Samenleving/Economische Zaken Registratienummer PZH-2009-458665 (DOS-2008-0008911) Datum vergadering

Nadere informatie

SML * f APf. Zfffff APR Onderwerp Kwaliteitsinformatie Jeugdzorg Zuid-Holland en resultaten Uitvoeringsprogramma Jeugd 2008

SML * f APf. Zfffff APR Onderwerp Kwaliteitsinformatie Jeugdzorg Zuid-Holland en resultaten Uitvoeringsprogramma Jeugd 2008 SML09-35 * f APf. Zfffff 5 -minuten versie voor Provindale staten Directie DLB Afdeling Samenleving _,,,-_._ Registratienummer provmcie HOLLAND PZH-2009-254404 (DOS-2008- ZUID 0008911) Datum vergadering

Nadere informatie

Welke AFSPRAKEN gelden bij partijen die betrokken zijn bij de JEUGDZORG in Zeeland?

Welke AFSPRAKEN gelden bij partijen die betrokken zijn bij de JEUGDZORG in Zeeland? Welke AFSPRAKEN gelden bij partijen die betrokken zijn bij de JEUGDZORG in Zeeland? overheden Welke AFSPRAKEN gelden bij partijen die betrokken zijn bij de JEUGDZORG in Zeeland? overheden zorginstellingen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 31 839 Jeugdzorg Nr. 75 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Samen werken aan effectieve jeugdzorg. Provincie Zuid-Holland

Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Samen werken aan effectieve jeugdzorg. Provincie Zuid-Holland Uitvoeringsprogramma Jeugd 2012 Samen werken aan effectieve jeugdzorg Provincie Zuid-Holland Inhoudsopgave 1. INLEIDING 1.1 BELEIDSKADER JEUGD 2009-2012 1 1.2 TOEKOMST VAN DE JEUGDZORG 2 1.3 AFSPRAKENKADER

Nadere informatie

Vereniging van Nederlandse Gemeenten BAOZW Annelies Schutte en Wim Hoddenbagh wim.hoddenbagh@vng.nl

Vereniging van Nederlandse Gemeenten BAOZW Annelies Schutte en Wim Hoddenbagh wim.hoddenbagh@vng.nl Datum 27 oktober 2010 Onderwerp Feiten en cijfers transitie jeugdzorg Telefoonnummer 070-3738602 Feiten en cijfers transitie jeugdzorg Vereniging van Nederlandse Gemeenten BAOZW Annelies Schutte en Wim

Nadere informatie

27 januari 2004 Nr , W Nummer 2/2004

27 januari 2004 Nr , W Nummer 2/2004 27 januari 2004 Nr. 2003-23.286, W Nummer 2/2004 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen ter vaststelling van het Beleidskader jeugdzorg 2004-2007 en het Uitvoeringsprogramma

Nadere informatie

Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg

Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg Ter voorbereiding op de transitie maken gemeenten, georganiseerd in zes regio s, en Gedeputeerde Staten van provincie Utrecht,

Nadere informatie

7 Het zorgaanbod jeugdzorg 134 7.1 Inleiding 134 7.2 Provinciale jeugdzorg (voormalige jeugdhulpverlening) 135

7 Het zorgaanbod jeugdzorg 134 7.1 Inleiding 134 7.2 Provinciale jeugdzorg (voormalige jeugdhulpverlening) 135 Inhoud 1 Inleiding 11 1.1 Jeugdzorg en jeugdbeleid 11 1.2 Leeftijdsgrenzen 12 1.3 Ordening van jeugdzorg en jeugdbeleid 13 1.3.1 Algemeen jeugdbeleid 14 1.3.2 Specifiek gemeentelijk jeugdbeleid 14 1.3.3

Nadere informatie

Jeugdzorg in Brabant. Statencommissie Zorg Welzijn Cultuur 19 oktober 2007

Jeugdzorg in Brabant. Statencommissie Zorg Welzijn Cultuur 19 oktober 2007 Jeugdzorg in Brabant Statencommissie Zorg Welzijn Cultuur 19 oktober 2007 Introductie 1. Wet op de Jeugdzorg 2. Financiën 3. Bureau Jeugdzorg 4. Het zorgaanbod 5. Actuele ontwikkelingen Wet op de Jeugdzorg

Nadere informatie

Jeugdzorg verandert. Decentralisatie +

Jeugdzorg verandert. Decentralisatie + Jeugdzorg verandert Decentralisatie + Wet op de jeugdzorg 2009-2012 Evaluatie transitie van de jeugdzorg Doel nieuwe wet Realiseren van inhoudelijke en organisatorische verandering in de jeugdzorg Terugdringen

Nadere informatie

Jeugdzorg in Gelderland april 2009

Jeugdzorg in Gelderland april 2009 Jeugdzorg in Gelderland april 2009 Inleiding Voor u ligt de eerste factsheet jeugdzorg 2009. De factsheet is gebaseerd op de actuele beleidsinformatie afkomstig van Bureau Jeugdzorg Gelderland (t/m vierde

Nadere informatie

Centrale helpdesk voor gemeenten. Samenwerken voor de jeugd

Centrale helpdesk voor gemeenten. Samenwerken voor de jeugd Centrale helpdesk voor gemeenten Samenwerken voor de jeugd Inhoud Woord vooraf 3 1. Meer preventie en meer opvoedondersteuning 5 Centrum voor Jeugd en Gezin 5 Digitaal Dossier Jeugdgezondheidszorg 6 Digitaal

Nadere informatie

SML Samen voor de Jeugd. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd. Provincie Zuid-Holland. Vastgesteld in GS van

SML Samen voor de Jeugd. Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd. Provincie Zuid-Holland. Vastgesteld in GS van SML09-61 Samen voor de Jeugd Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugd 2010 Provincie Zuid-Holland Vastgesteld in GS van 30-6-09 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 3 Llnleiding,.4 2. Preventief Jeugdbeleid 5 2.1 Centrum

Nadere informatie

Jeugdzorg in Gelderland september 2011

Jeugdzorg in Gelderland september 2011 Jeugdzorg in Gelderland september 2011 Voor u ligt het derde infoblad 2011. In dit infoblad zijn de actuele cijfers over de ontwikkelingen en prestaties in de Gelderse jeugdzorg kort weergegeven. Tevens

Nadere informatie

Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen

Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen Inzicht in de jeugdzorg en de samenhang met gerelateerde domeinen Informatiebijeenkomst Transitie jeugdzorg, SRA 19 juni 2011 Startfoto en kennisdeling. Het Planetarium Amsterdam Caroline Mobach Presentatie

Nadere informatie

Stelselherziening Jeugdzorg. Platform Middelgrote Gemeenten

Stelselherziening Jeugdzorg. Platform Middelgrote Gemeenten Stelselherziening Jeugdzorg Standpunten van het Platform Middelgrote Gemeenten 12 april 2011 I. Aanleiding Een belangrijk onderdeel van het bestuursakkoord tussen Rijk en gemeenten is de stelselherziening

Nadere informatie

N.B. Voor Haaglanden geldt dat de taken die in dit plaatje bij de provincie liggen de verantwoordelijkheid zijn van het stadsgewest Haaglanden.

N.B. Voor Haaglanden geldt dat de taken die in dit plaatje bij de provincie liggen de verantwoordelijkheid zijn van het stadsgewest Haaglanden. De nieuwe Jeugdwet Vanaf 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdhulp. De nieuwe Jeugdwet is er voor alle kinderen en jongeren tot 18 jaar die tijdelijk of langer durend ondersteuning nodig hebben

Nadere informatie

Wat is provinciale jeugdzorg?

Wat is provinciale jeugdzorg? Wat is provinciale jeugdzorg? I Rol van de provincie II De veranderingen Hans Esmeijer Gedeputeerde provincie Gelderland Jeugd en Gezin Toetsvraag 1 Hoeveel jeugdigen 0 t/m 17 jaar wonen er in Gelderland?

Nadere informatie

GEKOMEN 2 3 %&#T 2 2 MRT Onderwerp Rapportage wachtlijsten en vraag-aanbod jeugdzorg Zuid-Holland 2010 vierde kwartaal

GEKOMEN 2 3 %&#T 2 2 MRT Onderwerp Rapportage wachtlijsten en vraag-aanbod jeugdzorg Zuid-Holland 2010 vierde kwartaal provincie ZUID HOLLAND GEKOMEN 2 3 %&#T 5 -minuten versie voor Provinciale Staten 2011 Directie DLB Afdeling Samenleving en Economie Registratienummer PZH-2011-264621440 (DOS-2008- O01 1 003) Datum vergadering

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directoraat-Generaal Preventie, Jeugd en Sancties Schedeldoekshaven

Nadere informatie

de jeugd is onze toekomst

de jeugd is onze toekomst de jeugd is onze toekomst vereniging van groninger gemeenten Bestuursakkoord Jeugd 2008-2012 In veel Groninger gemeenten zijn er kinderen met problemen. En daarvan krijgen er te veel op dit moment niet

Nadere informatie

provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidskader Jeugdzorg Bijgestelde versie april 2012 Provincie Zuid-Holland

provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidskader Jeugdzorg Bijgestelde versie april 2012 Provincie Zuid-Holland provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidskader Jeugdzorg 2013-2016 Bijgestelde versie april 2012 Provincie Zuid-Holland INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Doelstelling 4 2. INHOUDELIJKE

Nadere informatie

Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar

Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar Bureau Jeugdzorg Gelderland Bereikbaar en Beschikbaar Hans Lomans Bestuurder BJzG 8 april 2011 2 U vindt ons Overal in Gelderland In alle regio s Zorg-en Adviesteams Centra voor Jeugd en Gezin Veiligheidshuizen

Nadere informatie

Ontwerp. Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg 2013

Ontwerp. Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg 2013 Ontwerp Uitvoeringsprogramma Jeugdzorg 2013 1. Provinciale taken tot 2016 uitvoeringsprogramma 2013 1.1. Bureau Jeugdzorg Wij verbinden aan onze subsidieverlening aan BJZ voor 2013 de volgende voorwaarden:

Nadere informatie

Het organiseren van een Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK)

Het organiseren van een Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) Vragenlijst Inhoud: 1. In hoeverre is er een gedeelde visie in de regio over wat er op lokaal, regionaal en bovenregionaal niveau dient te worden ingekocht en georganiseerd? Er vindt al goede samenwerking

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2004 2005 28 606 Jeugdzorg 2003 2006 Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der

Nadere informatie

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Griffie Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Datum commissievergadering : 25 juni 2010 DIS-stuknummer : 1692214 Behandelend ambtenaar : W.F. Hoven Directie/bureau : Sociale en Culturele Ontwikkeling/ Programma

Nadere informatie

KADERBRIEF BELEIDSKADER JEUGD 2013-2016

KADERBRIEF BELEIDSKADER JEUGD 2013-2016 KADERBRIEF BELEIDSKADER JEUGD 2013-2016 PROVINCIE GRONINGEN DECEMBER 2011 1 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 3 2. VISIE EN AMBITIE JEUGD 2013-2016 5 3. PRIORITEITEN 6 1. UITVOEREN VAN DE WETTELIJKE TAAK JEUGDZORG

Nadere informatie

Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid

Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid Provincie Noord-Brabant Evaluatie convenanten met gemeenten inzake aansluiting jeugdzorg en jeugdbeleid 1. Inleiding Het Beleidskader Jeugd 2005-2008 biedt de kaders voor het afsluiten van regionale convenanten

Nadere informatie

Jeugdarts en de Jeugdwet 2015

Jeugdarts en de Jeugdwet 2015 Factsheet Jeugdarts en de Jeugdwet 2015 Gemeenten worden vanaf 2015 verantwoordelijk voor alle jeugdhulp: ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedproblemen, en geestelijke

Nadere informatie

Aan de Colleges van burgemeester en wethouders van de Nederlandse gemeenten i.a.a. de Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Aan de Colleges van burgemeester en wethouders van de Nederlandse gemeenten i.a.a. de Vereniging van Nederlandse Gemeenten Aan de Colleges van burgemeester en wethouders van de Nederlandse gemeenten i.a.a. de Vereniging van Nederlandse Gemeenten Ons kenmerk Inlichtingen bij Datum maarten.vollenbroek@jeugdengezin.nl Onderwerp

Nadere informatie

INFORMATIE VERWIJSINDEX RISICOJONGEREN. Dit memo bevat inhoudelijke informatie. De procesaanpak wordt toegelicht in de presentatie

INFORMATIE VERWIJSINDEX RISICOJONGEREN. Dit memo bevat inhoudelijke informatie. De procesaanpak wordt toegelicht in de presentatie INFORMATIE VERWIJSINDEX RISICOJONGEREN Dit memo bevat inhoudelijke informatie. De procesaanpak wordt toegelicht in de presentatie ACHTERGRONDINFORMATIE COMMISSIE SOCIALE INFRASTRUCTUUR 15 MEI 2008 1. Inleiding

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 31 977 Wijziging van de Wet op de jeugdzorg in verband met het opnemen van een gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de jeugdketen Nr. 9 DERDE

Nadere informatie

Ontwikkelingen in de jeugdzorg. Deventer, 1 juni 2012 Jos Baecke, lector sturing in de jeugdzorg

Ontwikkelingen in de jeugdzorg. Deventer, 1 juni 2012 Jos Baecke, lector sturing in de jeugdzorg Ontwikkelingen in de jeugdzorg g Deventer, 1 juni 2012 Jos Baecke, lector sturing in de jeugdzorg Presentatie ti Evaluatie Wet op de jeugdzorg (2009) Contouren nieuwe stelsel Marktanalyse in het kader

Nadere informatie

De drie decentralisaties, Holland Rijnland en de gemeente Teylingen. Presentatie Commissie Welzijn 5 maart 2012

De drie decentralisaties, Holland Rijnland en de gemeente Teylingen. Presentatie Commissie Welzijn 5 maart 2012 De drie decentralisaties, Holland Rijnland en de gemeente Teylingen Presentatie Commissie Welzijn 5 maart 2012 Waar gaan we het over hebben? 1. Waarom decentraliseren? 2. Decentralisatie Jeugdzorg 3. Decentralisatie

Nadere informatie

informatiebrochure Wet op de jeugdzorg

informatiebrochure Wet op de jeugdzorg informatiebrochure Wet op de jeugdzorg Wet op de jeugdzorg Den Haag, september 2003 informatiebrochure 2 Wet op de jeugdzorg 2003 Inhoud i Voorwoord 5 1 Waarom de Wet op de jeugdzorg? 7 Achtergronden van

Nadere informatie

Jeugdbescherming in Nederland

Jeugdbescherming in Nederland Jeugdbescherming in Nederland Jeugdbescherming in Nederland Mr. drs. Bart de Jong Adviseur Van Montfoort 2 Stelselwijziging Jeugd Wat is Jeugdbescherming? Proces/Actoren Doelgroep en problematiek Maatregelen

Nadere informatie

Welke kansen geeft decentralisatie van de Jeugdzorg voor Welzijn? Voorjaarsworkshop Verdiwel 7 april 2011 Inleiding Wiel Janssen

Welke kansen geeft decentralisatie van de Jeugdzorg voor Welzijn? Voorjaarsworkshop Verdiwel 7 april 2011 Inleiding Wiel Janssen www.pwc.com Welke kansen geeft decentralisatie van de Jeugdzorg voor Welzijn? Voorjaarsworkshop Verdiwel Inleiding Wiel Janssen Curriculum Wiel janssen: 35 jaar ervaring aan de voorkant van de Jeugdzorg

Nadere informatie

De 5 hoek in Amsterdam werkt samen!

De 5 hoek in Amsterdam werkt samen! Er zijn 27 Ouder- en Kindteams. 22 teams zitten in de wijken, vier teams zijn er voor het voortgezet onderwijs en één team is er speciaal voor het MBO. We werken samen vanuit een aantal functies: ouder-

Nadere informatie

Eerder en Dichtbij. Projectplan

Eerder en Dichtbij. Projectplan Eerder en Dichtbij Projectplan Bussum, augustus september 2012 1. Inleiding De pilot Eerder en Dichtbij is een verlening van de eerste pilot Meer preventie minder zorg. Het doel van de pilot was oorspronkelijk

Nadere informatie

Nieuwsbrief Decentralisatie Jeugdzorg

Nieuwsbrief Decentralisatie Jeugdzorg Nieuwsbrief Decentralisatie Jeugdzorg Juli 2012 Het college van Reimerswaal vindt het belangrijk om de gemeenteraad mee te nemen in de transitie van de jeugdzorg. Het geven van goede informatie hoort hier

Nadere informatie

Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg

Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg Bestuurlijke afspraken in het kader van de voorbereiding transitie Jeugdzorg Ter voorbereiding op de transitie maken gemeenten, georganiseerd in zes regio s, en Gedeputeerde Staten van provincie Utrecht,

Nadere informatie

Kennisateliers Jeugdbescherming Jeugdreclassering. Juni 2013 Anna van Beuningen

Kennisateliers Jeugdbescherming Jeugdreclassering. Juni 2013 Anna van Beuningen Kennisateliers Jeugdbescherming Jeugdreclassering Juni 2013 Anna van Beuningen Gemeenten na 2015 verantwoordelijk voor inrichting van het gehele jeugdstelsel Dus ook voor toeleiding naar jeugdbescherming

Nadere informatie

Zorg voor jeugdigen in Nederland

Zorg voor jeugdigen in Nederland DE JEUGD HEEFT DE TOEKOMST Zorg voor jeugdigen in Nederland Presentatie Vlaams-Nederlands Huis deburen, Directie Curatieve Zorg, 14 november 2006 Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 1 ALGEMENE

Nadere informatie

De ondersteuning en zorg voor kinderen en hun opvoeders wordt in het huidige stelsel gefinancierd door meerdere partijen:

De ondersteuning en zorg voor kinderen en hun opvoeders wordt in het huidige stelsel gefinancierd door meerdere partijen: Bijlage DECENTRALISATIE JEUGDZORG Aanleiding tot de decentralisatie jeugdzorg De ondersteuning en zorg voor kinderen en hun opvoeders wordt in het huidige stelsel gefinancierd door meerdere partijen: Financiering

Nadere informatie

INZICHT IN JEUGDRECHT

INZICHT IN JEUGDRECHT INZICHT IN JEUGDRECHT Ingeborg Galama Juridisch adviseur Raad voor de Kinderbescherming Onderwerpen 1.Doel en grond voor de ondertoezichtstelling 2.Uithuisplaatsing 3.Gesloten jeugdzorg 4.Ontheffing/ontzetting

Nadere informatie

De Limburgse Jeugdmonitor

De Limburgse Jeugdmonitor De Limburgse Jeugdmonitor (Wat zeggen cijfers over) kinderen in kwetsbare situaties Marjon Hulst, beleidsmedewerker Jeugdzorg 12 juni 2014 De Limburgse Jeugdmonitor http://www.limburg.databank.nl/ Waarom

Nadere informatie

Bijlage 2 bij voortgangsrapportage jeugdzorg september 2005 Financieel kader provincies en grootstedelijke regio s 2005 tot en met 2008

Bijlage 2 bij voortgangsrapportage jeugdzorg september 2005 Financieel kader provincies en grootstedelijke regio s 2005 tot en met 2008 Bijlage 2 bij voortgangsrapportage jeugdzorg september 2005 Financieel kader provincies en grootstedelijke regio s 2005 tot en met 2008 Inleiding Het landelijk beleidskader bevat de uitgangspunten voor

Nadere informatie

PS2011WMC03 Bijlage 1. Contourennota transitie Jeugdzorg

PS2011WMC03 Bijlage 1. Contourennota transitie Jeugdzorg PS2011WMC03 Bijlage 1 Contourennota transitie Jeugdzorg Provincie Utrecht 5 september 2011 Inleiding Het terrein van zorg voor de jeugd is op dit moment volop in beweging. De plannen van het Rijk voor

Nadere informatie

Transitie Jeugdzorg. Door José Vianen; Adviseur

Transitie Jeugdzorg. Door José Vianen; Adviseur Transitie Jeugdzorg Door José Vianen; Adviseur relevante thema s 1. Transitie jeugdzorg 2. Wat beogen we? 3. Kansen van de transitie 4. Concept wettekst 5. Richtlijnen en planning 1 Aanleiding van de transitie:

Nadere informatie

Transitie Jeugdzorg. Presentatie PMA Donderdag 24 november Monique te Wierik Beleidsadviseur Gemeente Apeldoorn

Transitie Jeugdzorg. Presentatie PMA Donderdag 24 november Monique te Wierik Beleidsadviseur Gemeente Apeldoorn Transitie Jeugdzorg Presentatie PMA Donderdag 24 november 2011 Monique te Wierik Beleidsadviseur Gemeente Apeldoorn Waarom transitie Jeugdzorg? Het stoppen van voortdurende groei in de jeugdzorg (8% per

Nadere informatie

Doel van deze notitie Informeren over de te maken keuzes in het provinciaal jeugdzorgbeleid in de periode tot de transitie jeugdzorg.

Doel van deze notitie Informeren over de te maken keuzes in het provinciaal jeugdzorgbeleid in de periode tot de transitie jeugdzorg. Onderwerp keuzes meerjarenbeleid jeugdzorg 2013-2016 Doel van deze notitie Informeren over de te maken keuzes in het provinciaal jeugdzorgbeleid in de periode tot de transitie jeugdzorg. Inleiding De Wet

Nadere informatie

Regionaal en lokaal Beleidskader Transitie Jeugdzorg Route Zuidoost 2014-2018

Regionaal en lokaal Beleidskader Transitie Jeugdzorg Route Zuidoost 2014-2018 Bijlage 2 bij raadsvoorstel inzake Lokaal en regionaal beleidskader voor jeugdzorg. Samenvatting Regionaal en lokaal Beleidskader Transitie Jeugdzorg Route Zuidoost 2014-2018 Inleiding Op 1 januari 2015

Nadere informatie

STATEN. Bij wachtende cliënten jeugdzorg wordt onderscheid gemaakt tussen "bruto" wachtenden en "netto" wachtenden (Vervolgonderzoek Bijlage 2):

STATEN. Bij wachtende cliënten jeugdzorg wordt onderscheid gemaakt tussen bruto wachtenden en netto wachtenden (Vervolgonderzoek Bijlage 2): STATEN Lid Gedeputeerde Staten R.A. Janssen Contact 070 441 70 86 ra.janssen@pzh.nl Postadres Provinaehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441 66 11 www.zuid-holland.nl Aan de leden van de Statencommissie

Nadere informatie

Medisch specialist ziekenhuis

Medisch specialist ziekenhuis Factsheet Medisch specialist ziekenhuis en de Jeugdhulp Almere 2015 Gemeenten worden vanaf 2015 verantwoordelijk voor alle jeugdhulp: ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en

Nadere informatie

Decentralisatie Jeugdzorg. Van transitie naar transformatie. Samen maken we het mogelijk!

Decentralisatie Jeugdzorg. Van transitie naar transformatie. Samen maken we het mogelijk! Decentralisatie Jeugdzorg Van transitie naar transformatie Samen maken we het mogelijk! 13 oktober 2011 Drentse pilot jeugd Waar gaat het om? Opvoed- en opgroeiondersteuning Jeugdgezondheidszorg Opvoed-

Nadere informatie

Factsheet gemeente Westland

Factsheet gemeente Westland In deze factsheet wordt ingegaan op verschillende indicatoren voor het aantal jeugdigen uit uw gemeente dat in de afgelopen jaren gebruik heeft gemaakt van ondersteuning en zorg voor jeugd. Dit wordt per

Nadere informatie

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport

Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Samenwerkend Toezicht Jeugd/ Samenwerkend Toezicht Sociaal Domein Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Info toezichtonderzoek Na de vrouwenopvang door Samenwerkend Toezicht Jeugd / Toezicht

Nadere informatie

De bestuurders van de gemeente Den Haag, Bureau Jeugdzorg Haaglanden en het Stadsgewest Haaglanden

De bestuurders van de gemeente Den Haag, Bureau Jeugdzorg Haaglanden en het Stadsgewest Haaglanden Bestuurlijke afspraken ten behoeve van de samenwerking in Opvoeden in de Buurt tussen de gemeente Den Haag, Bureau Jeugdzorg Haaglanden en het Stadsgewest Haaglanden. Toegespitst op de eerste twee Haagse

Nadere informatie

BESLUITEN. B&W-nr.: 07.0267 d.d. 6-3-2007

BESLUITEN. B&W-nr.: 07.0267 d.d. 6-3-2007 Behoudens advies van de commissie OWZ B&W-nr.: 07.0267 d.d. 6-3-2007 Onderwerp Ondertekening convenant Ketenaanpak jeugdbeleid, jeugdzorg en gezinsondersteuning (vroegsignalering en zorgcoördinatie) Zuid

Nadere informatie

Datum 12 maart 2012 Onderwerp antwoorden op de vragen van lid Kooiman (SP) over de financiering van Multi Systeem Therapie

Datum 12 maart 2012 Onderwerp antwoorden op de vragen van lid Kooiman (SP) over de financiering van Multi Systeem Therapie 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

INLEIDING. Openingsfilm

INLEIDING. Openingsfilm Gemeente Oosterhout INLEIDING Openingsfilm OPGROEIEN IN NEDERLAND Kinderen gelukkigste Westerse wereld 85% gaat het goed 15% op enig moment at risk 5% risico op maatschappelijke uitval door problemen Jeugdzorgsector

Nadere informatie

AFSPRAKENKADER MINISTER VOOR JEUGD EN GEZIN EN IPO OVER DE AANPAK EN DE FINANCIERING VAN DE JEUGDZORG IN 2010 EN 2011

AFSPRAKENKADER MINISTER VOOR JEUGD EN GEZIN EN IPO OVER DE AANPAK EN DE FINANCIERING VAN DE JEUGDZORG IN 2010 EN 2011 AFSPRAKENKADER MINISTER VOOR JEUGD EN GEZIN EN IPO OVER DE AANPAK EN DE FINANCIERING VAN DE JEUGDZORG IN 2010 EN 2011 Den Haag, 11 november 2009 Een trendbreuk in de jeugdzorg De vraag naar jeugdzorg groeit

Nadere informatie

Informatiebrochure. Wet op de jeugdzorg. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Informatiebrochure. Wet op de jeugdzorg. Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Informatiebrochure Wet op de jeugdzorg Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Inhoud Voorwoord 1 1 Waarom de Wet op de jeugdzorg? 2 Achtergronden van de wet 2 Wat is jeugdzorg? 2 Voor wie is

Nadere informatie

6 februari 2012 Voortgang Transitie Jeugdzorg Raadsinformatieavond Haaren februari 2012

6 februari 2012 Voortgang Transitie Jeugdzorg Raadsinformatieavond Haaren februari 2012 6 februari 2012 Voortgang Transitie Jeugdzorg Raadsinformatieavond Haaren februari 2012 WELKE OUDERS EN KINDEREN? GGZ voor jeugd Licht verstandelijk beperkte jeugdigen Jeugdstrafrecht Jeugdzorg en Jeugdbescherming

Nadere informatie

provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidsl^ader Jeugdzorg Maart 2012 Provincie Zuid-Holland

provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidsl^ader Jeugdzorg Maart 2012 Provincie Zuid-Holland provincie jjqlland ZUID startnotitie Beleidsl^ader Jeugdzorg 2013-2016 Maart 2012 Provincie Zuid-Holland INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Doelstelting 4 2. INHOUDELIJKE KEUZES 5 2.1 Krachtenveldanalyse

Nadere informatie

Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld

Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld Zorgroutes interne en externe zorgstructuur in basisscholen 23 juni 2014 1 Inhoud INLEIDING... 3 MELDCODE KINDERMISHANDELING EN HUISELIJK GEWELD... 3 CRITERIA

Nadere informatie

LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN vra2008jg-04 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN De algemene commissie voor Jeugd en Gezin heeft over het Beleidsverslag 2007 (31 445, nr. 1) de navolgende vragen ter beantwoording voorgelegd aan de minister

Nadere informatie

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur

Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Griffie Commissie Zorg, Welzijn en Cultuur Datum commissievergadering : - - DIS-stuknummer : 1576181 Behandelend ambtenaar : E. Tenneij Directie/bureau : Sociale en Culturele Ontwikkeling/ Programma Jeugd

Nadere informatie

Het perspectief centraal

Het perspectief centraal Het perspectief centraal Beleidskader Jeugdzorg 2013-2016 227595_2 Het perspectief centraal Beleidskader Jeugdzorg 2013-2016 Provincie Zuid-Holland December 2012 Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 6 1.1. AANLEIDING...7

Nadere informatie

DE JEUGD- & GEZINSBESCHERMER

DE JEUGD- & GEZINSBESCHERMER DE JEUGD- & GEZINSBESCHERMER BUREAU JEUGDZORG NOORD-HOLLAND Elk kind heeft recht op goede ontwikkelkansen en om op te groeien in een veilige omgeving. Als dit niet vanzelf gaat, wordt door het lokale veld

Nadere informatie

Jeugdhulp in Nissewaard

Jeugdhulp in Nissewaard Jeugdhulp in Nissewaard Projectleider decentralisatie jeugdhulp Angela van den Berg Regisseur jeugd en gezin JOT kernen Jolanda Combrink Inhoud 1. Wat verandert er? 2. Beleidskaders 3. Jeugdhulpplicht

Nadere informatie

Programma. Passend onderwijs ZAT - CJG; samen sterk voor de jeugd. Landelijk Steunpunt ZAT s

Programma. Passend onderwijs ZAT - CJG; samen sterk voor de jeugd. Landelijk Steunpunt ZAT s Passend onderwijs ZAT - CJG; samen sterk voor de jeugd Themaconferenties WSNS-coördinatoren en bestuurders Dinsdag 22 september 2009, Rotterdam Woensdag 30 september 2009, Weert Maandag 5 oktober 2009,

Nadere informatie

ONDERSTEUNING BESCHERMING TOEZICHT

ONDERSTEUNING BESCHERMING TOEZICHT 2008009130 HOLLAND IJ is ' AANDACHT ONDERSTEUNING BESCHERMING TOEZICHT bij Problemen rond OPGROEIEN EN OPVOEDING NOORD-HOLLAHO BUREAU JEUGDZORG HEEFT 5 SECTOREN Lokaal Jeugdbeleid Jeugdhulpverlening Advies-

Nadere informatie

Regiovisie Veilig Thuis. Zuid-Limburg

Regiovisie Veilig Thuis. Zuid-Limburg Veilig Thuis Regiovisie Veilig Thuis Uitgangspunten Zuid-Limburg Sluitende aanpak voor geweld in afhankelijkheidsrelaties (GIA) in Zuid-Limburg. Samenwerking tussen sociaal domein (welzijn/ zorg en jeugd)

Nadere informatie

Uitvraag Vrouwenopvang

Uitvraag Vrouwenopvang Uitvraag Vrouwenopvang 2018-2019 Beleidsambities Een veilig thuis 2015-2020 In de regiovisie Een veilig thuis 2015-2020 zijn de beleidskaders voor de periode 2015-2020 vastgelegd. De inzet van het beleid

Nadere informatie

I gemeenten ook de Regionale Agenda Samenleving nieuwe stijl geleidelijk af te bouwen.

I gemeenten ook de Regionale Agenda Samenleving nieuwe stijl geleidelijk af te bouwen. Ons kenmerk provincie ZUID HOLLAND Erratum Vanwege de ontwikkelingen rond het vervolg van het RAS-beleid 2009-2012 stellen wij voor het beleidskader Jeugdzorg te wijzigen. De gevolgen hiervan zijn met

Nadere informatie

Transitie Jeugdzorg. Van zorgen voor naar zorgen dat. Informatiebijeenkomst voor raadsleden Elburg 7 mei 2012

Transitie Jeugdzorg. Van zorgen voor naar zorgen dat. Informatiebijeenkomst voor raadsleden Elburg 7 mei 2012 Transitie Jeugdzorg Van zorgen voor naar zorgen dat Informatiebijeenkomst voor raadsleden Elburg 7 mei 2012 Doel decentralisatie Één financieringssysteem voor het gehele jeugdbeleid: preventief, ambulant

Nadere informatie

Jeugdzorg naar gemeente: agenda voor inhoudelijke vernieuwing

Jeugdzorg naar gemeente: agenda voor inhoudelijke vernieuwing Jeugdzorg naar gemeente: agenda voor inhoudelijke vernieuwing Tom van Yperen Nederlands Jeugdinstituut 18 januari 2012 te Den Bosch t.vanyperen@nji.nl / s.vanhaaren@nji.nl Waarom de stelselwijziging? 1.

Nadere informatie

provincie ZUID HOLLAND Beleidskader Jeugdzorg Het perspectief centraal Provincie Zuid-Holland

provincie ZUID HOLLAND Beleidskader Jeugdzorg Het perspectief centraal Provincie Zuid-Holland provincie ZUID HOLLAND Beleidskader Jeugdzorg 201 3-201 6 Het perspectief centraal Provincie Zuid-Holland INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK I: INLEIDING 4 1.l. AANLEIDING 1.2. AMBITIE EN DOELEN 1.3. RESULTAATGERICHTHEID

Nadere informatie

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht. Haarlem, 30 september Onderwerp: Beleidskader jeugdzorg 2009 t/m 2012

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht. Haarlem, 30 september Onderwerp: Beleidskader jeugdzorg 2009 t/m 2012 Provinciale Staten van Noord-Holland Voordracht Haarlem, 30 september 2008 Onderwerp: Beleidskader jeugdzorg 2009 t/m 2012 Bijlagen: ontwerpbesluit, ontwerp Beleidskader jeugdzorg 2009 t/m 2012, Inspraaknota

Nadere informatie

Zorgen voor het bedreigde kind. Onderzoek naar de samenwerking tussen Raad voor de Kinderbescherming en Bureau Jeugdzorg

Zorgen voor het bedreigde kind. Onderzoek naar de samenwerking tussen Raad voor de Kinderbescherming en Bureau Jeugdzorg Zorgen voor het bedreigde kind Onderzoek naar de samenwerking tussen Raad voor de Kinderbescherming en Bureau Jeugdzorg Inspectie jeugdzorg Utrecht, november 2006 2 Inspectie jeugdzorg Inhoudsopgave Samenvatting...

Nadere informatie

Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda

Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda Jeugdbeleid en de lokale educatieve agenda Workshop verzorgd door: Rob Gilsing (SCP) Hans Migchielsen (Jeugd en Onderwijs) Opzet: inhoudelijke karakterisering lokaal educatieve agenda: Landelijk (relatie

Nadere informatie

Managementsamenvatting Regionaal Beleidskader Route Zuidoost

Managementsamenvatting Regionaal Beleidskader Route Zuidoost Managementsamenvatting Regionaal Beleidskader Route Zuidoost 2015-2018 Inleiding Op 1 januari 2015 treedt de Jeugdwet in werking. Gemeenten worden bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor alle vormen

Nadere informatie

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams

Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Sociaal medische contractering Jeugd. Organisatie wijkteams Vangnet 0-99 Onafhankelijke regie Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Sociaal medische contractering Jeugd Organisatie wijkteams Lokaal beeld van de transities Wilt u wijkgericht

Nadere informatie

Stelselwijziging jeugd. Informatie 20 februari 2013

Stelselwijziging jeugd. Informatie 20 februari 2013 Stelselwijziging jeugd Informatie 20 februari 2013 Inhoud - Decentralisatie jeugdzorg - In dialoog met ouders www.krimpenaandenijssel.nl Was Wordt OUD NIEUW (2015) AWBZ J-LVG en PGB voor J-LVG / J-GGZ

Nadere informatie

startnotitie Beleidskader Maatschappelijke Participatie

startnotitie Beleidskader Maatschappelijke Participatie startnotitie Beleidskader Maatschappelijke Participatie 2013-2016 1. Inleiding In 2007 werd de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) ingevoerd waarin de provinciale en grootstedelijke steunfunctietaak

Nadere informatie

Beleidskader Jeugd

Beleidskader Jeugd Beleidskader Jeugd 2009 2012 Inhoud 1 Inleiding 3 1.1 Het doel in 2012 4 1.2 Samen aan zet voor de jeugd 4 1.3 De ambities van de provincie 6 1.4 De beoogde resultaten in 2012 6 2 Preventief jeugdbeleid

Nadere informatie

Plan van Aanpak regiovisie en vorming AMHK Zeeland

Plan van Aanpak regiovisie en vorming AMHK Zeeland Plan van Aanpak regiovisie en vorming AMHK Zeeland 1. Inleiding De staatssecretaris van VWS heeft in 2012 in een beleidsbrief verklaard dat op termijn alle gemeenten verantwoordelijk zijn voor de hele

Nadere informatie

HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH = = = = =

HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH = = = = = Gedeputeerde Staten STATENNOTITIE Aan de leden van Provinciale Staten HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH Statennotitie 18-plus problematiek HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH

Nadere informatie

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. Prioriteitenlijst gedwongen kader

Stelselwijziging Jeugd. Factsheet. Prioriteitenlijst gedwongen kader Stelselwijziging Jeugd Factsheet Prioriteitenlijst gedwongen kader Prioriteitenlijst gedwongen kader Per 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor de uitvoering van het gedwongen kader: jeugdbescherming

Nadere informatie

Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006

Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006 Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006 In deze rapportage komen respectievelijk het Bureau Jeugdzorg (BJZ), het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de geïndiceerde jeugdzorgaanbieders aan

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1999 154 Besluit van 18 maart 1999, houdende instelling van de Adviescommissie Wet op de jeugdzorg (Besluit Adviescommissie Wet op de jeugdzorg) Wij

Nadere informatie

Om het kind. Hervorming zorg voor de jeugd Kennisnetwerk JGZ OCW. Justitie J&G. Provincie. Gemeenten. Gemeentefonds VWS.

Om het kind. Hervorming zorg voor de jeugd Kennisnetwerk JGZ OCW. Justitie J&G. Provincie. Gemeenten. Gemeentefonds VWS. Om het kind Hervorming zorg voor de jeugd Kennisnetwerk JGZ 19-11-2012. OCW Aanval op de uitval, RMC, plusvoorziening: 320 mln Onderwijsachterstanden-beleid (incl VVE): 249 mln SO, VSO, rugzakjes, praktijk

Nadere informatie

Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij. Convenant. 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering

Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij. Convenant. 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij De ondergetekenden: Convenant 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering en 2. De provincies en de grootstedelijke regio

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van C. van Viegen (PvdD) (d.d. 2 februari 2010) Nummer Aan de leden van Provinciale Staten

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van C. van Viegen (PvdD) (d.d. 2 februari 2010) Nummer Aan de leden van Provinciale Staten van Gedeputeerde Staten op vragen van C. van Viegen (PvdD) (d.d. 2 februari 2010) Nummer 2348 Onderwerp Plaatsing kinderen naar buitenland door jeugdzorg Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting

Nadere informatie

Slinkend vertrouwen in de jeugdzorg: opbouw betoog. jeugdzorg onder vuur: veiligheidsdenken en controle bemoeizorg overheid? Wat moet anders of beter?

Slinkend vertrouwen in de jeugdzorg: opbouw betoog. jeugdzorg onder vuur: veiligheidsdenken en controle bemoeizorg overheid? Wat moet anders of beter? Slinkend vertrouwen EVRM, IVRK in en de familierecht jeugdzorg een juridische blik vanuit Bureau Jeugdzorg - Utrecht, 3 november VU Podium 2006 Mariëlle R. Bruning 11 oktober 2007, Universiteit Leiden

Nadere informatie

Bijlagen zijn op te vragen via e-mail statenstukken@prv-overijssel.nl (ook indien deze niet beschikbaar zijn via het SIS).

Bijlagen zijn op te vragen via e-mail statenstukken@prv-overijssel.nl (ook indien deze niet beschikbaar zijn via het SIS). De leden en plaatsvervangende leden van de Adviescommissie Meedoen aan de Samenleving www.overijssel.nl Postadres Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 425 25 25 Telefax 038 425

Nadere informatie

Samenwerking JGZ - Jeugdzorg

Samenwerking JGZ - Jeugdzorg Samenwerking JGZ - Jeugdzorg Marian van Leeuwen 19 november 2012 Doelen JGZ (bron NCJ) 1. preventieve gezondheidszorg bieden aan alle kinderen in Nederland van 0-19 jaar. 2. De lichamelijke, psychische,

Nadere informatie