1. Opening en vaststelling agenda. 2. Verslag vergadering 30 juni 2016 Bijgevoegd. 3. Mededelingen Bijgevoegd

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "1. Opening en vaststelling agenda. 2. Verslag vergadering 30 juni 2016 Bijgevoegd. 3. Mededelingen Bijgevoegd"

Transcriptie

1 Agenda vergadering Algemeen Bestuur datum 6 oktober 2016 begin en eindtijd uur locatie Toverbaltheater, Waterstraat 7, 6658 AA Beneden-Leeuwen Aan Leden Algemeen Bestuur Van M. Pieters afdeling Directie doorkiesnummer (088) mpieters@ggdgelderlandzuid.nl ons kenmerk GGD/DIR/2016/204/MP/JvW 1. Opening en vaststelling agenda 2. Verslag vergadering 30 juni 2016 Bijgevoegd 3. Mededelingen Bijgevoegd 4. Invulling vacante zetel DB Bijgevoegd 5. Voortgang Veilig Thuis 5.1 Begrotingswijziging GGD 2017 betreffende Veilig Thuis Bijgevoegd 5.2 Financiële informatie Veilig Thuis Bijgevoegd 5.3 Voortgangsrapportage Veilig Thuis Bijgevoegd 5.4 Feitenrelaas Ontwikkeling Veilig Thuis Bijgevoegd 5.5 Organisatieplan Veilig Thuis Gelderland-Zuid (tot medio 2018) Bijgevoegd 6. Financieel (in aanwezigheid van Raymond Bergevoet) 6.1 Rapportage t/m juni Bijgevoegd 6.2 Reactie GGD op zienswijzen gemeenten op Jaarrekening 2015 en Programmabegroting 2017 Bijgevoegd 6.3 Financiering Forensische Geneeskunde Bijgevoegd 6.4 Tarief Toezicht Kinderopvang 2017 Bijgevoegd 6.5 Benoeming accountant Bijgevoegd 6.6 Normenkader accountantscontrole Bijgevoegd 7. Inzet GGD Gelderland-Zuid in het kader van het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom 8. Stand van zaken project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers Gelderland-Zuid Bijgevoegd Bijgevoegd 9. Vergaderschema AB 2017 Bijgevoegd 10. Rondvraag Mondeling 11. Sluiting Centraal postadres Postbus BC Nijmegen info@ggdgelderlandzuid.nl Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) Bezoekadres Regio Nijmegen Groenewoudseweg TV Nijmegen T: (024) F: (024)

2 Verslag - concept bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 30 juni uur Locatie Het Toverbaltheater in Beneden-Leeuwen Aanwezig dhr. S. Thijssen (Berg en Dal), dhr. H. Driessen (Beuningen), dhr. F. Sidali (Culemborg), dhr. J. van Dongen (Druten), dhr. N. Wiendels (Geldermalsen), mw. E. de Swart (Heumen), dhr. G. Bel (Lingewaal), mw. A. Sørensen (Maasdriel), dhr. V. van Neerbos (Neder-Betuwe), dhr. K. Krook (Neerijnen), dhr. B. Frings, voorzitter (Nijmegen), dhr. H. Driessen (Tiel), dhr. B. van Swam (West Maas en Waal), dhr. R. Engels (Wijchen), dhr. S. Buwalda (Zaltbommel), mw. M. Pieters, dhr. L. Euser en dhr. J. van Wijngaarden en op uitnodiging, dhr. R. Bergevoet en dhr. J. Jansen (Financiën) afwezig mw. K. Peters (Mook en Middelaar) en mw. A. Benschop (Buren) met kennisgeving kopie aan OR van Mieke de Riemer afdeling Directie doorkiesnummer (088) mderiemer@ggdgelderlandzuid.nl ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr datum 13 juli 2016 Onderwerp / Besluit Actie 1. Opening De voorzitter opent de vergadering met de mededeling dat er pers aanwezig is; dhr. Henk van Gelder van de Gelderlander zal vanaf agendapunt 2 de vergadering bijwonen. - Welkom aan dhr. Hans Driessen, die als wethouder Beuningen tijdelijk de plaats van dhr. Hendriks in het AB inneemt, die enige weken geleden bekend gemaakt heeft te stoppen. Op 12/07 wordt in de raad zijn opvolger benoemd. - Dhr. Van Dongen deelt mee dat dit zijn laatste AB-vergadering is. Met ingang van 14 augustus zal hij vanwege pensionering zijn functie als wethouder neerleggen. Tot die tijd zal hij nog de DB-overleggen bijwonen. Op 29/09 wordt een opvolger benoemd. De voorzitter spreekt namens allen uit zijn vertrek te betreuren en dankt voor zijn inzet en bijdragen in de vergaderingen. Vaststelling van de agenda De agenda wordt conform voorstel vastgesteld. 2. Verslag AB-vergadering 14 april 2016 Tekstueel en naar aanleiding van : Blz. 2: Achter de naam van mw. Sørensen is per abuis gemeente Buren genoemd. Dit moet Maasdriel zijn. Het verslag wordt verder vastgesteld. Verslag bestuurlijke bijeenkomst burgemeesters en wethouders 14 april 2016 over het onderwerp Verwarde personen Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Verslag extra AB 28 april 2016 over VT Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. Centraal postadres Postbus BC Nijmegen info@ggdgelderlandzuid.nl Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) Bezoekadres Regio Nijmegen Groenewoudseweg TV Nijmegen T: (024) F: (024)

3 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 2 van 7 Verslag extra AB 6 juni 2016 over VT Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Mededelingen Aanvullende mededelingen: - Mw. Pieters: Uitgereikt wordt het document Publieke gezondheidzorg borgen. De kwaliteit van de 4 pijlers van een GGD wordt getoetst door de inspectie. Inmiddels zijn er twee inspectiebezoeken geweest over JGZ en infectieziektebestrijding en een derde volgt eind augustus over Governance. - Dhr. Frings: Is namens BAC PG en VNG commissie Zorg en Welzijn lid geworden van Commissie Hoes. Deze commissie brengt advies uit over de aanbesteding medisch forensische zorg en arrestantenzorg en onderzoekt of het al dan niet een publieke taak is. De rapportage volgt einde van het jaar. - Dhr. Thijssen: wil complimenten maken over de externe audit. Mw. Pieters geeft aan dat de HKZ certificering weer voor drie jaar geldt. - Mw. Pieters: In verband met de verhoogde asielinstroom is er geld vanuit rijk naar gemeente gealloceerd. Onze kennis en ervaring inzake opvang vluchtelingen Heumensoord is landelijk ingebracht. 4. Resultaten enquête Duurzame inzetbaarheid GGD-medewerkers GGD Gelderland-Zuid wil een aantrekkelijk werkgever zijn met arbeidsvoorwaarden die passen bij de GGD-medewerkers. Uit de resultaten van de enquête Duurzame inzetbaarheid blijkt dat bijna alle medewerkers met plezier naar hun werk gaan en waarderen dit met een 7,8. Een derde geeft aan de belasting van het werk zwaar te vinden. - De enquête is gehouden onder alle medewerkers in dienst van de GGD, dus ook de medewerkers VT, maar niet de medewerkers JBG, die bij VT op detacheringsbasis werken. - Er is extra aandacht voor de uitkomst dat 1/3 aangeeft dat de werkdruk erg hoog is. Dit signaal zit door de hele organisatie heen. Hoe zich dit verhoudt tot andere GGD en, is niet bekend. - Aanleiding voor deze enquête was om samen met bonden/or te kijken naar een vitaliteitspakket (loopbaanbudget/ikb). - Na de zomer (voor de eerste keer als GGD Gelderland-Zuid) zal er een terugkomend medewerkerstevredenheidsonderzoek worden gehouden. Besloten wordt: Kennis te nemen van de resultaten van de enquête Duurzame inzetbaarheid GGDmedewerkers. 5. Financieel 5.1 Advies adviesfunctie Jaarrekening 2015 en Begroting 2017 Jaarlijks wordt door de Adviesfunctie een advies uitgebracht aan de gemeenten over de jaarstukken en de begroting van GGD Gelderland-Zuid, die door gemeenten kunnen worden betrokken bij het opstellen van de zienswijzen door de raden. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van het verzoek van de Adviesfunctie ten aanzien van de verzendtermijnen. 2. Kennis te nemen van het advies van de Adviesfunctie met betrekking tot de jaarrekening Kennis te nemen van het advies van de adviesfunctie met betrekking tot de begroting 2017 en de opmerkingen over Veilig Thuis en het weerstandsvermogen.

4 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 3 van Jaarstukken 2015 Het resultaat was in de bijgestelde begroting ,- negatief en verschuift van negatief (prognose september 2015) naar ,- negatief (Jaarrekening 2015). De verschuiving van ,- negatief naar ,- negatief is het resultaat van genomen interne maatregelen om het tekort te reduceren. Ter vergadering wordt de laatste stand van zaken van de zienswijzen uitgereikt en over de overige gemeenten het volgende opgemerkt: - Culemborg: De raad vindt het onacceptabel dat GGD projecten aanvaardt waarvoor onvoldoende middelen zijn (o.a. VT). Dit mag in de toekomst niet meer gebeuren. Met inachtneming van deze opmerking gaat men akkoord met de jaarstukken Tiel: Hiervoor geldt hetzelfde en het is niet vanzelfsprekend dat de algemene reserve automatisch wordt opgeplust. Met inachtneming van deze opmerking gaat men akkoord. - Zaltbommel: Akkoord zonder zienswijze. - Druten: Akkoord zonder zienswijze. - West Maas en Waal: Akkoord met inachtneming van dezelfde opmerking vanuit Tiel en Culemborg. Daarnaast heeft de raad zorg over het weerstandsvermogen. Een bijgesteld overzicht van de zienswijzen is als bijlage bij dit verslag opgenomen. Besloten wordt: 1. De Jaarrekening 2015 vast te stellen. 2. Dat het negatief resultaat van ,- ten laste wordt gebracht van de algemene reserve van GGD Gelderland-Zuid. 5.3 Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis Er zijn twee Raadsinformatieavonden in de regio geweest voor de raadsleden en er is gebruik gemaakt van een toelichting door DB-leden in verschillende raden, wat erg op prijs gesteld is. Ter vergadering wordt de laatste stand van zaken van de zienswijzen uitgereikt en over de overige gemeenten het volgende opgemerkt: - Culemborg: Men hecht groot belang aan het aanstellen van ketenregisseurs. Akkoord met inachtneming van deze opmerking. - Lingewaal: In concept akkoord, maar met de opmerking dat men zich zorgen maakt over de ontwikkeling VT. Formele besluitvorming is vanavond in de raad. - Maasdriel: Dhr. Van Dongen heeft in de raad een toelichting gegeven. De raad gaat akkoord, maar men houdt wel zorgen en is voor het nauwkeurig monitoren, zodat de kosten weer naar beneden kunnen. - Tiel: Akkoord met als motivatie dat veiligheid inwoners voorop staat en overtuigd van de noodzaak. De raad wil met nadruk meegeven dat de extra middelen 2016 mede moeten worden aangewend voor een verbeterde vorm/werkwijze c.q. ketensamenwerking tussen VT en de lokale gebiedsteams. - Zaltbommel: Is akkoord, maar mist het punt dat de interimmanager rechtstreeks aan het DB verantwoording aflegt. - Neerijnen: Raad stemt in met de begrotingswijziging 2 e helft Mocht besloten worden om VT elders onder te brengen, dan zullen de middelen ook moeten worden verschoven. Een bijgesteld overzicht van de zienswijzen is als bijlage bij dit verslag opgenomen.

5 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 4 van 7 Besloten wordt: 1. Met inachtneming van genoemde opmerkingen in te stemmen met de Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis: ,-. 2. Het aangepaste overzicht bijdrage per gemeente Veilig Thuis voor de 2 e helft 2016 vast te stellen. 5.4 Programmabegroting GGD 2017 Ter vergadering wordt de laatste stand van zaken van de zienswijzen uitgereikt en over de overige gemeenten het volgende opgemerkt: - Druten: De raad gaat akkoord. - Culemborg: De raad heeft meegegeven dat ze het onvoldoende gewaarborgd vinden dat de programmabegroting sluitend is. Ze willen het acquisitiebeleid wijzigen. Dhr. Frings: In navolging van GGD Rijk van Nijmegen is bij de fusie gesteld dat de post acquisitie als standaard opgenomen wordt. In praktijk worden acquisitiedoelstellingen ruimschoots gehaald. Mw. Pieters licht toe, dat we voor 2016 een acquisitiedoelstelling hebben van bijna 2,5 ton, waar nu al 8 ton is binnengehaald. Getracht wordt ook landelijke geldstromen voor deze regio binnen te halen. Op de vraag van dhr. Engels of hiermee geconstateerd kan worden dat het weerstandsvermogen weer opgehoogd kan worden, geeft mw. Pieters aan dat dit niet beloofd kan worden vanwege het door het AB genomen besluit over het niet compenseren van de CAO-verhoging ( ). - Neder-Betuwe: De raad gaat akkoord, onder voorwaarde dat aan de toezegging wordt voldaan dat het bedrag wat betreft het maatwerk JGZ wordt aangepast. - Tiel: Akkoord met de opmerking dat verwacht wordt dat de begroting 2018 wel aan BBV-opzet voldoet. Over acquisitiedoelstelling is de opmerking gemaakt dat het wellicht een risico is, maar GGD moet goed monitoren en tijdig actie ondernemen als het niet gehaald lijkt te worden. Er is waardering uitgesproken over deze manier van inzet (en niet direct de bijdrage verhogen). DB houdt vinger aan de pols wat stand van zaken acquisitie betreft. - Geldermalsen: Akkoord. De rekenfout die geconstateerd is, wordt gecorrigeerd. - Beuningen: Akkoord. Ten aanzien van het maatwerk is een aantal onduidelijkheden gesignaleerd, die in de administratieve processen zullen worden opgelost. Een bijgesteld overzicht van de zienswijzen is als bijlage bij dit verslag opgenomen. Besloten wordt: 1. In te stemmen met de aanpassingen, in de Programmabegroting GGD De aangepaste Programmabegroting GGD 2017 vast te stellen. 5.5 Begrotingswijziging GGD 2017 inzake VT De interim-manager Veilig Thuis heeft, ondersteund door de afdeling Financien van de GGD, de begroting 2017 Veilig Thuis opgesteld. In de toegestuurde begroting Veilig Thuis 2017 zit een geringe fout bij de posten secretariaat en vertrouwensarts. Daarbij klopt het aantal fte, maar de daarbij genoemde bedragen niet. Dit is gecorrigeerd. De gecorrigeerde versie van de begroting Veilig Thuis 2017 wordt uitgereikt: totaalbedrag 4,25 miljoen. De volgende afspraken worden gemaakt: - Kosten ketenregisseurs worden uit het ontwikkelbudget gehaald en in een aparte post ketenregie opgenomen. - Dhr. Hans Driessen vraagt wat de taak van de ketenregisseur is: Dhr. Euser: de ketenregisseur regelt de aansluiting aan de achterkant van VT, o.a. het afschalen naar sociale wijkteams en samenwerking met Veiligheidshuis. Het gaat om max. 2 fte. - Ketenregie wordt in de begroting 2017 opgenomen en in de meerjarenraming opgeplust. Mocht het niet meer nodig zijn, dan kan worden afgeschaald.

6 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 5 van 7 Dhr. Krook meldt dat de raad buitengewoon content is met de wijze waarop GGD de gemeenten in dit proces heeft meegenomen. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van de aangepaste begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis (totaalbedrag 4,25 miljoen) inclusief de gemaakte opmerkingen 2. Dat in de definitieve GGD begroting 2017, het product VT als apart onderdeel wordt gepresenteerd. 3. Akkoord te gaan dat deze aangepaste begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis (totaalbedrag 4,25 miljoen) en voor zienswijze wordt voorgelegd aan de deelnemende gemeenten. 4. De begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis vast te stellen in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 6 oktober Geschil Mook en Middelaar Aangezien de gemeente Mook en Middelaar niet bereid blijkt om enige tegemoetkoming te doen, wordt voorgesteld om vast te houden aan de principiële koers: het vorderen van ,- van gemeente Mook en Middelaar. Omdat de gemeente Mook dit bedrag niet vrijwillig zal betalen, is er sprake van een geschil. Dit geschil kan aan Gedeputeerde Staten worden voorgelegd. Alternatief is het geschil aan een geschillencommissie voor te leggen. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van de reactie van de gemeente Mook en Middelaar, d.d. 31 maart 2016 op het voorstel van 26 januari Het geschil voor te leggen aan een geschillencommissie, indien de gemeente Mook en Middelaar daarmee instemt, overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 38 van de GR GGD Gelderland-Zuid, waarbij beide partijen zich op voorhand verbinden aan de uitkomst en de kosten zullen delen. 3. Indien de gemeente Mook en Middelaar niet instemt met het instellen van een geschillencommissie, het geschil ter beslechting voor te leggen aan Gedeputeerde Staten. 6. Voortgang Veilig Thuis 6.1 Terugkoppeling bezoek inspectie 14 juni De voorzitter geeft een weergave van het bezoek van het DB: De Inspectie is nog steeds ongerust over de stand van zaken bij VT, m.n. ten aanzien van het personeel. De Inspectie constateert dat het personeel wellicht een adempauze nodig heeft. Op advies van dhr. Sprokkereef, zal de Tilburgse variant zo snel mogelijk worden uitgevoerd. Landelijk wordt geconstateerd dat er zeer veel meldingen komen, die wellicht door differentiatie voor een groot gedeelte kunnen worden afgeschaald. Vermoed wordt dat ca. 40% van de binnenkomende meldingen als niet melding geregistreerd kan worden en o.a. rechtstreeks naar de wijkteams kan worden afgeschaald, wat voor het personeel de adempauze geeft. Naar aanleiding van het advies van de inspectie om met de medewerkers hierover in gesprek te gaan voor mogelijke tips, heeft dhr. Sprokkereef de suggestie gegeven om naast de onderzoeker een assistent te plaatsen. Het personeel heeft te kennen gegeven, dat zij meer gebaat zijn bij de inzet van meer secretariële ondersteuning; dit is inmiddels in gang gezet. In het advies van Van Montfoort wordt gesproken over expertteams; wellicht moet dit gelezen worden als intervisiegroepen. Dhr. Euser stelt een plan op voor de structurele vormgeving van Veilig Thuis met capaciteit, werkwijze en financiering, dat in het volgende AB van 6 oktober aan de orde komt. PM AB Advies Veiligheidshuis Het advies vanuit het Veiligheidshuis wordt voor kennisgeving aangenomen. Het AB is akkoord met het advies. Moties gemeenteraden: Het DB heeft op verzoek van het AB met adviesfunctie contact opgenomen om te vragen of men bereid is om een tijdlijn op te stellen van wat de mogelijkheden zijn. Men vindt de adviesfunctie te dicht betrokken en niet onafhankelijk genoeg van de GGD.

7 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 6 van 7 Voorstel DB is nu om de opdracht aan de interimmanager te geven met als invalshoek lering te trekken uit de gang van zaken. - Beuningen is niet akkoord en heeft een amendement ingediend. Dhr. Hans Driessen geeft een toelichting om het feitenrelaas door een externe toets te laten plaatsvinden in plaats van door de interimmanager die door het DB wordt aangestuurd. Reacties: - Wijchen: steunt het amendement - Druten: steunt het amendement - Berg en Dal: steunt het amendement mits het voor de organisatie niet teveel werkbelasting geeft - Geldermalsen: steunt het amendement - Neerijnen: er is bekend wat er is misgegaan en we maken nu een leerproces door; raad is goed geïnformeerd, vindt daarom een feitenrelaas voldoende - West Maas en Waal: vindt een feitenrelaas voldoende - Maasdriel: zorg is dat het onafhankelijk gebeurt, waarom dan niet zowel feitenrelaas als toetsing door externe partij laten doen - Zaltbommel: steunt het amendement - Culemborg: steunt het amendement, maar met de opmerking dat er resultaatafspraken uit moeten komen - Neder-Betuwe: vindt een feitenrelaas voldoende - Lingewaal: vindt een feitenrelaas voldoende - Heumen: vindt een feitenrelaas voldoende - Tiel: vindt een feitenrelaas voldoende - Nijmegen: vindt een feitenrelaas voldoende Op basis van de reacties, is de uitkomst dat het amendement van Beuningen gesteund wordt. Besloten wordt dat: - De interimmanager wordt gevraagd het feitenrelaas op te stellen. - Er een onafhankelijke toets zal plaatsvinden op de gebruikte bronnen en of deze juist zijn geïnterpreteerd. - Daarna vanuit het DB de duiding, waaronder leerpunten, wordt geformuleerd. - Het geheel ter bespreking aangeboden wordt aan het AB. 6.2 Onderzoek positionering VT en vervolgtraject Dhr. Frings verlaat de vergadering en dhr. Driessen (Tiel) neemt het voorzitterschap over. Het onderzoeksrapport van Van Montfoort wordt besproken. De toekomstige positie van Veilig Thuis Gelderland-Zuid is aan de orde. Een overzicht van de zienswijzen wordt uitgereikt. De ontbrekende gemeenten vullen aan: - Nijmegen: volgt het advies VT bij GGD Gelderland-Zuid te houden - Tiel: akkoord dat VT ondergebracht blijft bij de GGD. De conclusies genoemd in paragraaf 3.2 en 3.3. van het rapport opnieuw aan de raad voorleggen en het AB te verzoeken om over een jaar een evaluatie te houden en in 2018 een eindevaluatie. - Culemborg: stemt in om VT voorlopig bij GGD onder te brengen maar is niet akkoord met het strikte advies VT blijvend bij GGD onder te brengen. - Lingewaal: akkoord, is niet in de raad geweest - Maasdriel: akkoord - Neerijnen: akkoord - Zaltbommel: akkoord - Beuningen: akkoord, niet in raad maar wel in commissie, eens met hoofdadvies. Onderbouwing extra programmamanager is matig. Veel aandacht besteden aan onderdelen ketenproces en binnen de middelen uitvoeren. - Berg en Dal: akkoord. Invulling van de andere adviezen van het rapport via plan van interimmanager. - Heumen: Vanuit de raden geen zienswijze, vanuit college akkoord met het oog op de nodige continuïteit en rust. - Geldermalsen: Akkoord Dhr. Driessen concludeert dat het AB van mening is dat Veilig Thuis ondergebracht moet blijven bij GGD Gelderland-Zuid. Naar aanleiding van het besluit dat Veilig Thuis Gelderland-Zuid ondergebracht blijft bij

8 datum 13 juli 2016 ons kenmerk GGD/DIR/1403/mr pagina 7 van 7 GGD Gelderland-Zuid, kan op basis van overgang van onderneming het proces van overgang van medewerkers van Jeugdbescherming Gelderland naar de GGD in gang worden gezet. De medewerkers zullen na deze vergadering door dhr. Euser worden geïnformeerd. Namens het AB zal dhr. Euser aan alle medewerkers waardering en dank voor hun inzet overbrengen. Een bijgesteld overzicht van de zienswijzen is als bijlage bij dit verslag opgenomen. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van het rapport De toekomst voor Veilig Thuis Gelderland-Zuid 2. Dat Veilig Thuis Gelderland-Zuid ondergebracht blijft bij GGD Gelderland-Zuid. 3. Aan de interimmanager opdracht te geven om mede op basis van het rapport De toekomst voor Veilig Thuis Gelderland-Zuid - een voorstel te ontwikkelen voor de structurele vormgeving van Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 7. Rondvraag - Dhr. Engels: Stelt het op prijs dat de GGD, in het kader van de vernieuwende en verbindende producten behorende bij de Meerjarenstrategie, kritisch kijkt naar activiteiten, die al door andere organisaties worden opgepakt (b.v. Sociale veiligheid op school). Reactie mw. Pieters: in de lijn van de Meerjarenstrategie wordt bekeken waar zowel intern als extern de verbinding gemaakt kan worden en waar samenwerking met externe partners gevonden kan worden. Het is niet de bedoeling dat de GGD zaken overneemt. Ten aanzien van de MJS is er in het ambtenarenoverleg een toelichting gegeven op de vernieuwende producten. 8. Sluiting De voorzitter sluit om uur de vergadering onder dankzegging aan de deelnemers voor hun bijdrage aan deze vergadering.

9 Zienswijzen gemeenten Jaarstukken 2015 Overzicht dd. 25 juli 2016 bijlage bij punt 5.2 Gemeente Rivierenland Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Buren Akkoord Een ondertekende accountantsverklaring wordt gemist. Het verzoek is om hier volgend jaar voor te zorgen. Culemborg Akkoord Onacceptabel dat GGD projecten accepteert, waar onvoldoende financiele middelen tegenover staan. Verwacht wordt dat de benodigde aanvulling v.d. algemene reserve wordt opgevangen binnen begroting 2016 Concrete resultaten ontbreken als het gaat om Toezicht Wmo, VT en Meldpunt Bijzondere Zorg. Geldermalsen Akkoord Een ondertekende accountantsverklaring wordt gemist. Verzoek is om de gemeente z.s.m. te informeren, als duidelijk is dat het niet gaat lukken om de benodigde te vinden om het weerstandsvermogen op vastgesteld niveau te brengen. Lingewaal Akkoord Verzoek om voorstel met structurele oplossingsrichtingen indien algemene reserve onder de norm blijft. Maasdriel Akkoord De algemene reserve wordt aangesproken voor zaken (financiering van projecten) waar de reserve niet voor is bedoeld. Neder-Betuwe Akkoord Een ondertekende accountantsverklaring wordt gemist. Het verzoek is om hier volgend jaar voor te zorgen. Neerijnen Akkoord Tiel Akkoord Een ondertekende accountantsverklaring wordt gemist. Het verzoek is om hier volgend jaar voor te zorgen. Onacceptabel dat GGD projecten accepteert, waar onvoldoende financiele middelen tegenover staan. Bij algemene reserve is het geen automatisme dat gemeenten verantwoordelijk zijn voor het op peil houden. Zaltbommel Akkoord

10 Gemeente regio Nijmegen Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Beuningen Akkoord Druten Akkoord Berg en Dal Akkoord Heumen Akkoord Nijmegen Akkoord Budgetsubsidies voor een aantal maatwerkprojecten zijn correct en volledig verantwoord via de jaarrekening. De subsidies worden dan ook op basis van deze jaarrekening definitief vastgesteld. West Maas en Waal Akkoord Raad heeft zorgen over het weerstandsvermogen. Wijchen Akkoord

11 Zienswijzen gemeenten begrotingswijziging GGD 2e helft 2016 m.b.t. Veilig Thuis Overzicht dd. 25 juli 2016 bijlage bij punt 5.3 Gemeente Rivierenland Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Buren Akkoord Raad wil graag fequent geinformeerd worden over de vorderingen van Verbeter- en Aanvalsplan. Culemborg Akkoord Verzocht wordt om inzicht in verdeling van incidentele vs. structurele component van de begroting van VT. Belang van inzicht in de oorzaken v. d. toename van meldingen en het monitoren hiervan wordt bendadrukt. Ketenregisseurs aanstellen in Rivierenland als in Rijk van Nijmegen. Geldermalsen Akkoord Van cruciaal belang is dat z.s.m. de achterstanden bij VT worden weggewerkt en dat z.s.m. wordt voldaan aan de kwaliteitseisen die aan VT worden gesteld. Borgen dat ook op langere termijn meldingen binnen vastgestelde doorloopperiode kunnen worden verwerkt. Lingewaal Akkoord Maximale inspanning wordt verwacht om voor de dekking van (een deel van) de kosten een bron te vinden via substitutie bij partners. Maasdriel Akkoord Verwacht wordt dat de GGD/VT zich optimaal inspant om te voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen en zich optimaal inspant om samen met betrokken partners vorm te geven aan een goede samenwerking in de keten Neder-Betuwe Akkoord Aangenomen wordt dat de werkwijze wordt aangepast en dat nieuwe meldingen in de toekomst zo mogelijk direct worden afgeschaald naar de lokale wijkteams. Neerijnen Akkoord Verzoek om bij begroting 2017 VT een totaal-overzicht te leveren van de formatieplaatsen. Mocht besloten worden om VT elders onder te brengen, dan zullen de middelen ook verschuiven. Tiel Akkoord Van cruciaal belang is dat z.s.m. de achterstanden bij VT worden weggewerkt en dat z.s.m. wordt voldaan aan de kwaliteitseisen die aan VT worden gesteld. Extra middelen moeten worden aangewend voor verbeterde samenwerking tussen VT en lokale gebiedsteams Zaltbommel Akkoord VT dient structureel te voldoen aan snelle afhandeling van het aantal meldingen. Interimmanager dient rechtstreeks verantwoording af te leggen aan het DB. Verzoek om duidelijke onderbouwing bij het voorstel voor structurele verhoging van de kosten voor VT.

12 Gemeente regio Nijmegen Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Beuningen Akkoord Verzoek om een analyse naar productienormen en -aantallen en naar de ontwikkeling v.d. productieaantallen Verzoek om aanvullende verantwoording van de aanvullende bijdragen 2016 en aanvalsplan. Druten Akkoord Berg en Dal Akkoord Heumen Akkoord Onder de voorwaarden dat: a) GGD een analyse uitvoert naar productienormen en -aantallen en naar de ontwikkeling v. d. productieaantallen, b) GGD de inzet van de aanvullende bijdrage monitort en gemeenten informeert en c) GGD een aanvullende verantwoording levert over aanvullende bijdragen aanvalsplan Nijmegen Akkoord Verzoek om een analyse naar productienormen en -aantallen en naar de ontwikkeling v.d. productieaantallen Verzoek om aanvullende verantwoording van de aanvullende bijdragen 2016 en aanvalsplan. West Maas en Waal Akkoord Wijchen Akkoord VT moet structurele verbeteringen doorvoeren in haar werkwijze om zsm tot een stabiele, betrouwbare en efficiente organisatie te komen.

13 Zienswijzen gemeenten Programmabegroting GGD 2017 Overzicht dd. 3 augustus 2016 bijlage bij punt 5.4 Gemeente Rivierenland Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Buren Akkoord Programmabegroting voldoet nog niet aan richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording). Graag de begroting nog eerder aanleveren, waardoor de gemeenten meer tijd krijgen voor bespreking, zodat er een gedegen zienswijze gegegeven kan worden. Culemborg Akkoord Het is onvoldoende gewaardborgd dat begroting sluitend is. Dit wordt veroorzaakt door onduidelijkheid bij VT. Mbt acquisitie is het van belang om te monitoren en transparant bij te sturen waar nodig. Geldermalsen Akkoord Programmabegroting voldoet nog niet aan richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording). Bedrag toezicht kinderopvang ( ,-) klopt niet. Deze taak neemt Geldermalsen niet van de GGD af. Graag de stukken nog eerder aanleveren, waardoor de gemeenten meer tijd krijgen voor de besluitvorming. Lingewaal Akkoord Maasdriel Niet akkoord Stemt niet in met jaarschijf 2017 en de gemeentelijke bijdrage Bijdrage aan VT is verkeerd berekend. Maasdriel heeft een taakstellende bezuiniging opgelegd aan al haar verbonden partijen. Verzocht wordt de opgelegde bezuiniging van 5% in de gemeentelijke bijdrage te verwerken. Neder-Betuwe Akkoord Mits in de Programmabegroting wordt aangepast: bedrag van NB aan CJG en maatwerk JGZ. Programmabegroting voldoet nog niet aan richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording). Acquisitie goed monitoren en tussentijdse cijfermatige rapportage leveren aan gemeenten. Neerijnen Akkoord Graag tijdige aanlevering van alle begrotingscijfers 2018 voor de GGD Gelderland-Zuid. Tiel Akkoord Programmabegroting voldoet nog niet aan richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording). Acquisitie goed monitoren en tijdig actie ondernemen op moment dat deze acquisitie niet wordt gehaald. Zaltbommel Akkoord Programmabegroting voldoet nog niet aan richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording). Acquisitie goed monitoren en tijdig actie ondernemen op moment dat deze acquisitie niet wordt gehaald. Graag de stukken nog eerder aanleveren, waardoor gemeenten meer tijd krijgen voor opstellen zienswijze.

14 Gemeente regio Nijmegen Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Beuningen Akkoord M.u.v. opgenomen kosten voor maatwerkvoorzieningen en gezondheidsmakelaar/buurtsportcoach voor de gemeente Beuningen. Druten Akkoord Berg en Dal Akkoord Opdracht geven voor invullen van de post 'te acquireren opdrachten'. Verzoek om kritisch te kijken naar de efficiency van de bedrijfsvoering. Heumen Akkoord Nijmegen Akkoord Indien acquisitieopdracht niet geheel slaagt, dan tijdig de gemeenten informeren. West Maas en Waal Akkoord Wijchen Akkoord Opdracht geven voor invullen van de post 'te acquireren opdrachten'.

15 Zienswijzen gemeenten Positionering Veilig Thuis Overzicht dd. 25 juli 2016 bijlage bij punt 6.2 Gemeente Rivierenland Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Buren Akkoord Buren neemt de conclusies, aanbevelingen en advies over van het onderzoeksrapport. Evalueer tijdig of de kwaliteit dusdanig is verbeterd, dat een integrale structuur en begroting mogelijk is. Let hierbij op dat een begrotingscyclus werkt met kalenderjaren. Een knip in een kalenderjaar is niet wenselijk. Culemborg Niet akkoord Er wordt ingestemd dat VT GZ voorlopig ondergebracht blijft bij de GGD GZ. Evaluatie afwachten alvorens een definitief besluit over positionering te nemen. Door het bestuur is er onvoldoende gereageerd om de zorgen en problemen bij VT weg te nemen. Geldermalsen Akkoord Geldermalsen neemt de conclusies, aanbevelingen en advies over van het onderzoeksrapport. Aan de eindevaluatie (juni 2018) dient een tussenevaluatie (juni 2017) vooraf te gaan. Koersen op externe gerichtheid v. VT; dit bevordert de doelmatigheid v.d. samenwerking met ketenpartners. Lingewaal Akkoord Akkoord op het blijvend positioneren van VT bij GGD, maar geen uitspraak over hieraan verbonden kosten. Maasdriel Akkoord Neder-Betuwe Akkoord Neder-Betuwe stemt in met het blijvend onderbrengen van VT bij de GGD GZ en benadrukt het belang om meer in te zetten op de keten. De extra inzet van een programma-manager die echt op inhoud gaat sturen, is noodzakelijk. Verzoek om tussenevaluatie in juni Complimenten voor de gemaakte vorderingen. Neerijnen Akkoord Tiel Akkoord Stemt in dat VT GZ bij GGD blijft ondergebracht. Financiele gevolgen mbt adviezen over inhoud en ketenregisseur opnieuw aan raad voorleggen. Zaltbommel Akkoord Zorgt voor stabiliteit en rust.

16 Gemeente regio Nijmegen Zienswijze door gemeente gemaakte opmerkingen Beuningen Akkoord VT blijvend onderbrengen bij de GGD. Onderbouwing van extra programmamanager is niet voldoende. Uitvoeren binnen begroting Druten Deels akkoord Druten stemt in met het onderbrengen van VT bij de GGD GZ. M.b.t. de overige aanbevelingen en adviezen wacht Druten met de vorming van zienswijze totdat het standpunt van het AB bekend is. Berg en Dal Deels akkoord VT blijvend onderbrengen bij de GGD. Invulling van de andere adviezen van het rapport via plan van interimmanager. Heumen Deels akkoord VT blijvend onderbrengen bij de GGD met oog op continuiteit en rust. Invulling van de andere adviezen van het rapport via plan van interimmanager. Nijmegen Deels akkoord Nijmegen stemt in met het onderbrengen van VT Bij de GGD GZ. M.b.t. de overige aanbevelingen en adviezen wacht Nijmegen met de vorming van zienswijze totdat het standpunt van het AB bekend is. West Maas en Waal Akkoord West Maas en Waal neemt de conclusies, aanbevelingen en advies over van het onderzoeksrapport. Wijchen Akkoord Wijchen neemt de conclusies, aanbevelingen en advies over van het onderzoeksrapport. Sinds 2014 is Wijchen van mening dat de GGD de meest aangewezen partij is voor positionering van VT.

17 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 3 Onderwerp Mededelingen 1. Bezoek Inspectie aan GGD Gelderland-Zuid m.b.t. Governance De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft op 29 augustus jl. een bezoek gebracht aan de GGD om zicht te krijgen op de wijze waarop de DPG de organisatie aanstuurt. En dan met name op de 4 pijlers, die in de Kamerbrief betrouwbare publieke gezondheid (d.d. 28 aug. 2014) uitgewerkt zijn als fundament van de publieke gezondheid, te weten: a) monitoring en signalering, b) gezondheidsbescherming, c) optreden bij crises en d) toezicht. Het bezoek paste binnen de ambitie die de IGZ in haar Meerjarenbeleidsplan heeft geformuleerd om meer te gaan toezien op de wijze waarop de zorgaanbieder zijn organisatie bestuurt en hoe intern toezicht functioneert. Vooraf heeft de inspectie laten weten welke onderwerpen zij wil bespreken. In de bijgevoegde presentatie komen deze aan de orde, waaronder missie/visie/kernwaarden, compliance, maatschappelijke inbedding, leiderschap, cultuur. 2. Toetsingskader Stap 2 Veilig Thuis In juni 2016 hebben de Inspectie Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg de reguliere toezichtbezoeken in het kader van Stap 1 van het stapsgewijs toezicht naar Veilig Thuis afgerond. Inmiddels hebben de inspecties, met inspraak van en gedragen door het veld, het Toetsingskader Stap 2 voor toezicht naar Veilig Thuis vastgesteld. De inspecties richten zich voor Stap 2 in het bijzonder op de kwaliteit van het inzetten van vervolgtrajecten en de kwaliteit van het uitvoeren van onderzoeken, waarbij het voldoen aan de wettelijk beoogde termijnen zwaar weegt. Daarnaast beoordelen de inspecties voor Stap 2 twee criteria ten aanzien van de cliëntenpositie en organisatie. Het Toetsingskader Stap 2 is als bijlage toegevoegd. De inspecties starten in januari 2017 met het uitvoeren van de toezichtbezoeken in het kader van Stap 2. Het toezicht zal aangekondigd plaatsvinden. Waarschijnlijk zal GGD Gelderland-Zuid in maart 2017 bezocht worden voor Stap Kwaliteitskader Veilig Thuis onderdeel: zicht op veiligheid Het kwaliteitskader Veilig Thuis biedt een kader voor de (wettelijke) taken van de Veilig Thuisorganisaties en voldoet aan de doelen en gronden zoals gesteld in de wet. Het kwaliteitskader is op 1 juli 2016 vastgesteld door het Netwerk Veilig Thuis en de VNG Commissie Gezondheid en Welzijn heeft een verklaring van geen bezwaar afgegeven. Hiermee heeft het kwaliteitskader de status van veldnorm gekregen en is daarmee maatgevend voor het niveau van dienstverlening dat van een Veilig Thuis-organisatie mag worden verwacht. Waar van toepassing is gebruik gemaakt van de relevante elementen uit het model handelingsprotocol, waar noodzakelijk en/of passend zijn elementen toegevoegd of aangepast. Aangezien zicht op veiligheid een belangrijke graadmeter is voor de kwaliteit van dienstverlening van een Veilig Thuis-organisatie en dit voor veel Veilig Thuis-organisaties nog een aandachtspunt is, is dit thema als eerste opgepakt. Op thema s waarop nog geen veldnorm is geformuleerd blijft het model handelingsprotocol beschikbaar als advies over de richtlijnen met betrekking tot de uitvoering van taken door Veilig Thuis. Het Netwerk Veilig Thuis bepaalt welke thema s door wie en op welke termijn worden uitgewerkt. 4. Veilig Thuis wordt vooralsnog niet meegenomen binnen HR 21 Momenteel wordt binnen de gehele GGD hard gewerkt aan het verkrijgen van een uniform functiewaarderingssysteem, genaamd HR21. HR21 is een functiewaarderingssysteem voor de gehele gemeentelijke sector om algemeen geldende generieke functies in organisaties volgens een bepaalde vaste en duidelijke methode te waarderen. Het is op initiatief van de VNG en sociale partners ontwikkeld. Doel is dat gemeenten, veiligheidsregio s en GGD en allemaal hetzelfde systeem van functiebeschrijving en waardering hanteren. Daarmee bevordert het vergelijk, uitwisseling en mobiliteit tussen organisaties in de publieke sector.

18 Omdat bij Veilig Thuis momenteel alle energie nodig is om uit het Verscherpt Toezicht te geraken, is besloten, Veilig Thuis vooralsnog niet mee te nemen binnen HR21. De bedoeling is wel dat eind 2017 er ook voor Veilig Thuis nieuwe functiebeschrijvingen liggen. 5. Start Gezondheidsmonitor Vanaf 15 september valt bij bijna inwoners (19+) een uitnodigingsbrief van de GGD op de mat voor deelname aan de Gezondheidsmonitor, het vragenlijstonderzoek dat samen met CBS, RIVM en GGD GHOR Nederland wordt uitgevoerd. Het is verplicht voor alle GGD en. Eis is onder andere dat de lijst digitaal en schriftelijk kan worden ingevuld. En dat een respondent minstens drie keer benaderd wordt. Het veldwerk en het gereedmaken van het databestand wordt uitgevoerd door een extern bureau (I&O), dat uit de Europese aanbesteding is gekomen (een traject samen met de andere GGD en in Gelderland en Overijssel). Deze monitoring levert Nederlandse cijfers op over de volksgezondheid. Ook voor GGD Gelderland- Zuid is het een belangrijke databron: er worden wijkprofielen mee gemaakt, gemeenten worden geadviseerd over hun beleidsprioriteiten wat betreft gezondheid, wmo en milieu, er worden projectvoorstellen mee onderbouwd (zowel bij gemeenten, externen en internen) en preventieactiviteiten door opgestart. De vragenlijst is opgesteld op basis van keuzes van gemeenten, wensen vanuit GGD en landelijke verplichtingen. De eerste resultaten worden volgend voorjaar gepresenteerd. 6. Project Verstevigen integrale aanpak valpreventie regio Gelderland-Zuid toegekend door Fonds NutsOhra Het Fonds NutsOhra (FNO) heeft in juli jl. het projectvoorstel Verstevigen integrale aanpak valpreventie regio Gelderland-Zuid toegekend. Dit projectvoorstel is ingediend in het kader van het programma Meer Veerkracht Langer Thuis. Het project heeft als doel effectieve interventies met betrekking tot meer bewegen en valpreventie voor ouderen te verspreiden in de gehele regio. In totaal gaat het om 20 uitvoeringen van de GALM beweegstimulering, 12 cursussen Vallen Verleden Tijd, 12 cursussen In Balans en 4 cursussen Zicht op Evenwicht. Deze worden georganiseerd binnen de integrale aanpak valpreventie die de GGD in samenwerking met de werkgroepen en partners in alle gemeenten uitvoert. Het project gaat van start op 1 november 2016 en loopt tot juli Het subsidiebedrag bedraagt ,=, grotendeels bedoeld voor de uitvoering van de interventies. Tevens is in het projectplan voorzien dat er met een groep stakeholders (zorgverzekeraar, gemeente, fysiotherapeut, huisarts, sportaanbieder, welzijn, GGD) wordt gewerkt aan het ontwikkelen van een toekomstproof model voor onze integrale aanpak valpreventie. 7. Projectvoorstel inzet van een specialistisch ondersteuner jeugd ingediend bij ZonMw GGD Gelderland-Zuid, GGD Gelderland-Midden, Karakter, TNO en Academische werkplaats AMPHI hebben in het kader van het ZonMw-programma 'Versterking Uitvoeringspraktijk Jeugdgezondheidszorg' eveneens een projectidee ingediend. In het project staat het implementeren en evalueren van de inzet van een specialistisch ondersteuner jeugd (SOJ) ter ondersteuning van de jeugdgezondheidszorg centraal. De JGZ heeft behoefte aan het inschakelen van een laagdrempelige expert op het gebied van gedrags- en emotionele problemen van jeugdigen. Enerzijds wordt daarmee lichte problematiek in het voorveld opgelost en anderzijds kan de SOJ gerichter naar de tweede en derde lijn verwijzen. Dit sluit aan bij de transformatiedoelen demedicaliseren, ontzorgen en normaliseren en eerder de juiste hulp op maat. In het project wordt voortgebouwd op een werkwijze, die in de huisartsenzorg veelbelovend is gebleken. 8. Projectvoorstel Depressiepreventie bij jonge vrouwen in een gereformeerde woonomgeving ingediend bij ZonMw Samen met gemeente Neder-Betuwe, GGD Gelderland-Zuid, Elios, Kenniscentrum Christelijke GGZ, Indigo/Pro Persona en een verloskundige praktijk is vanuit de Academische werkplaats AMPHI-IGB een project bij het onderzoeksprogramma GGZ van ZonMw ingediend onder de titel Depressiepreventie bij jonge vrouwen in een rurale en bevindelijk gereformeerde woonomgeving; een praktijkproject naar prevalentie, determinanten, signalering en handelingsperspectief van zorgverleners en gemeente. In november is duidelijk of ZonMw het projectvoorstel honoreert.

19 9. Artikel over project Schoolsout in TSG Er is een artikel gepubliceerd in TSG, tijdschrift Gezondheidswetenschappen over Schoolsout Hoe denken scholieren over homoseksualiteit? Een onderzoek naar de houding van middelbare scholieren in Oost-Nederland ten aanzien van homoseksualiteit gemeten in drie dimensies. Het artikel is verschenen in nummer 6 van deze jaargang van TSG en is bijgevoegd. Het artikel is geschreven door Joris Blaauw (ex stagiaire Gezond Leven), Gerard Molleman en Marlene van der Star. In dit artikel worden de cijfers gepresenteerd over de houding van middelbare scholieren over homoseksualiteit van Uit de cijfers blijkt dat de algemene homo-negativiteit is afgenomen in de regio Nijmegen van 16,2% in 2003 naar 11,4% in Voor Rivierenland is in dezelfde periode het cijfer gestegen van 17,9% naar 19,2%. Inmiddels zijn er ook cijfers uit Emovo Voor de regio Nijmegen zien we dat de homo-negativiteit is afgenomen naar rond de 7%. Er is nu ook een daling te zien in Rivierenland naar 14%. De negativiteit neemt toe als homoseksualiteit dichterbij komt in de directie omgeving en nog meer als men geconfronteerd wordt met concreet gedrag, zoals een zoenend paar van hetzelfde geslacht. Momenteel wordt er gewerkt aan een internationale publicatie en aan een artikel waarin het verband wordt beschreven tussen deze cijfers en de mate waarin scholen actief zijn met SchoolsOUT. 10. Stand van zaken project De gezonde schoolkantine De afgelopen 3 jaar is er hard gewerkt aan het project De gezonde schoolkantine. Dit is gebeurd vanuit gezondheidsmakelaars-middelen vanuit de gemeente Nijmegen en in het kader van een collectieve invulling van het extra contactmoment voor 15 jarigen. In de bijgevoegde infographics is de voortgang en het resultaat tot nu toe te zien. 11. Voortgang aanpak antibioticaresistentie Gelderland-Zuid De Minister van VWS heeft op 7 juli jl. de Tweede Kamer geïnformeerd over de voortgang in de aanpak van antibioticaresistentie (ABR) (zie bijlage). In deze brief wordt onder andere beschreven op welke wijze de financiering van de regionale zorgnetwerken plaatsvindt. Daarbij wordt om financieel-juridische redenen aangesloten bij de ROAZ-regio s. Gelderland-Zuid maakt deel uit van de Acute Zorgregio Oost. Ook de instellingen in Gelderland-Midden en delen van Noord- en Oost- Gelderland maken hier deel van uit. GGD Gelderland-Zuid werkt al geruime tijd samen met de GGD en in Gelderland, de ziekenhuizen en andere relevante instellingen in een regionaal netwerk ABR-bestrijding. Vertegenwoordigers van deze organisaties vormen samen een kerngroep ABRbestrijding in onze regio. Binnenkort vindt overleg plaats van deze kerngroep en DPG Gelderland- Zuid met het Ministerie van VWS om tot formalisering van deze netwerkstructuur te komen, in het licht van eerder genoemde brief. Voor de implementatie en uitvoering van de netwerken is landelijk in ter beschikking. Voor 2017 en 2018 is landelijk respectievelijk 7,5 miljoen en 10 miljoen beschikbaar. Vanaf 2019 is er structureel 15 miljoen ter beschikking voor het functioneren van de netwerken. GGD Gelderland-Zuid heeft zijn activiteiten in dit kader gebundeld in een nieuw verbindend product Infectiepreventie / bestrijding ABR, dat mede als concretisering van de GGD Meerjarenstrategie wordt vormgegeven. In het kader van dit product is per 1 september jl. ook een Deskundige Infectiepreventie (DIP er) in dienst genomen. Met zijn inzet kan de GGD zijn taken beter uitvoeren en voldoen aan de eisen die de extra landelijke financiering aan deze taken stelt. 12. Presentaties over thema Gezondheid in de Omgevingswet Op 14 september heeft Moniek Pieters op de VNG bijeenkomst Landelijk gebied en gezondheid in Barneveld, namens GGD GHOR Nederland, voor wethouders een presentatie verzorgd over gezondheid in de omgevingswet (bijlage). Daarnaast organiseert de VNG landelijk roadshows om de bekendheid van en voorbereiding voor de nieuwe omgevingswet te stimuleren. Ook gemeente Nijmegen is gevraagd om een regionale bijeenkomst (roadshow) te organiseren. Op verzoek van de VNG zal GGD Gelderland-Zuid een workshop over gezondheid organiseren tijdens de Roadshow Omgevingswet in Nijmegen op 19 september. 13. Gerrie Kolthof neemt afscheid van de GGD Gerrie Kolthof, voormalig manager JGZ van GGD Rivierenland en co-manager JGZ van GGD Gelderland-Zuid, neemt per 1 oktober a.s. vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd afscheid van GGD Gelderland-Zuid. Op dinsdag 27 september a.s. vindt er een afscheidsreceptie plaats in Tiel.

20 14. Bijzondere Leerstoel Forensische Geneeskunde en Gezondheidsstrafrecht aan de UM Op 1 september 2016 heeft de Universiteit Maastricht (UM) de bijzondere leerstoel Forensische Geneeskunde en Gezondheidsstrafrecht ingesteld voor een periode van vijf jaar. Mr. dr. W.L.J.M. (Wilma) Duijst, die o.a. werkt bij de GGD IJsselland als forensisch geneeskundige, zal deze leerstoel voor twee dagen per week bekleden. Door de positionering van de leerstoel tussen de faculteiten Rechtsgeleerdheid en Health, Medicine and Life Sciences is de leerstoel niet alleen verbindend op forensisch medisch gebied, maar ook op het gebied van strafrecht en geneeskunde. De aanstelling is het resultaat van een jarenlange voorbereiding door de UM (Universiteit Maastricht), het NFI (Nederlands Forensisch Instituut) en de GGD en in Nederland. Financiering hiervan wordt gesteund door alle GGD en.

21 Prese tatie governance, IGZ 9 augustus 6

22 Missie, visie, kernwaarden

23 Missie Het ondersteunen van gemeenten om de publieke gezondheid te helpen bewaken, beschermen en bevorderen. Dit in samenhang met zorg, welzijn, onderwijs en veiligheid en met speciale aandacht voor kwetsbare groepen.

24 Visie Wij zijn een partner voor Gezonde Jeugd Wij organiseren preventie in het sociale domein Wij werken samen aan sociale veiligheid Wij dragen bij aan een gezonde leefomgeving Dit doen wij door intern en extern kennis en kunde te verbinden en aan te sluiten bij de behoefte van de inwoners.

25 Kennis en kunde verbinden... Aansluiten bij behoefte... Netwerkontwikkeling Positieve gezondheid

26 Kernwaarden Kwaliteitsgerichtheid Ondernemingsgerichtheid Omgevingsgerichtheid

27 2014 : samen op weg Zelfevaluatie GGD e 2014: intern en extern verbinden MT verbinden Bestuurlijk verbinden Medewerkers meenemen Intern ontmoeten Richten op koers GGD

28 2014: samen op weg 8

29

30 2015 : ontwikkelen meerjarenstrategie Interne tafels Gemengde tafels Afsluitende bijeenkomst 80% versie MJS : DB, AB, ambtelijk Concept MJS AB 1 okt Zienswijze raden Vaststelling AB 17 december

31

32 2016: verbindende en vernieuwende producten 1. Gezonde start 2. Gezond ouder worden 3. Sociale veiligheid op school 4. Aa pak a er arde perso e 5. Vluchtelingen 6. Infectiepreventie/ antibiotica resistentie 7. I tegrale ad iseri g Gezo de leefo ge i g

33 Borging A3 jaarplannen: GGD totaal en per afdeling PDCA cyclus MT en teammanagement trekken samen op

34 Doen we de goede dingen?

35 Doen we de goede dingen (1)? Wettelijk verplichte taken: Wpg / GR Overige taken met wettelijke basis (wet op de lijkbezorging, warenwet, Wmo, wet kinderopvang) Facultatieve taken Diensten voor derden (reizigersvaccinatie) Rollen : kennis&advies, uitvoering, regie, toezicht, lichte handhaving, samenwerkingspartner

36 Doen we de goede dingen (2)? Inspelen op ontwikkelingen en vraagstukken Netwerkontwikkeling Investeren in innovatie en innovatieve samenwerking, projecten en academische werkplaatsen Bouwen, onderhouden en borgen van processen Ontwikkelen GGD-breed opleidingsplan, eigenaarschap, samen gezond werken

37 Doen we de dingen goed? Compliance (1) P&C cyclus P&C-cyclus: verantwoording DB/AB, gemeenten Jaarrekening/Jaarverslag, begroting, tussentijdse rapportages, kaderbrief en meerjarenbeleidsplan, jaarplannen Verantwoording subsidies: gemeentelijk, landelijk (RIVM en VWS), Fondsen, ZonMw Accountantsverklaring

38 Doen we de dingen goed? Compliance (2) Wettelijke eisen, richtlijnen en veldnormen Management en staf, deelname landelijke vakgroepen, netwerken Vastleggen en actualisatie in kwaliteitshandboek KMS/interne audits, Beter-systeem, HKZgecertificeerd, visitatie (beroepsverenigingen), accreditatie, erkenning RGS

39

40 Doen we de dingen goed? (3) Samenwerken = directe feedback Samenwerkingsovereenkomsten + evaluaties Bestuurlijke ronde jaarlijks KTO (2016) Personeelsenquetes Enquête duurzame inzetbaarheid (2016) MBTO (2016)

41 Meldingen, incidenten Melden van incidenten: MIC Klachtenprocedure Vertrouwenspersoon Melden onvermoede misstanden Voorbereiding Wkkgz, beleidsregel datalekken

42 Risicomanagement Notitie risicomanagement, voorzieningen en weerstandsvermogen Risicoparagraaf in begroting RI&E, Risico-inventarisatiekaarten Interne audits

43 Maatschappelijke inbedding Interne stakeholders Medewerkers Bestuur Externe stakeholders Wethouders, burgemeesters Gemeenten Klanten/burgers moederraad, ouderenpanel, adolescenten, jongeren denktank Keten-, samenwerkings- en netwerkpartners Organisaties, wijk/regie/gebiedsteams Per vakgebied in beeld

44 Interactie & Communicatie Overlegstructuren, commissies, samenwerkingsverbanden op alle niveaus, netwerken Gezondheidsmakelaars, gezondeschooladviseurs Werkbezoeken wethouders, raadsleden, raadsinformatieavonden Inspiratiesessies met partners Bijeenkomsten met doelgroepen Medewerkers: Lunch & Learn sessies Intranet, internet (website) Nieuwsbrieven, jaarverslag social media...

45 Interactie & Communicatie

46 Leiderschap Draagvlak creëren Professionals ruimte & verantwoordelijkheid Kaders en faciliteren

47 Organisatie/bestuur Dagelijks Bestuur/Algemeen Bestuur (wethouders vgz) AB /DB veiligheidsregio (burgemeesters)

48 Organisatie/bestuur

49 Tegenspraak Formeel: ondernemingsraad Overlegvergaderingen én benen-op-tafel sessies Samen trainingen Medewerkers: via afdelingsoverleggen, GGDbrede bijeenkomsten, themabijenkomsten, binnenlopen Vertrouwenspersoon, melden onvermoede misstanden

50 Cultuur Professioneel, betrokken Open en gezellig Soms behoudend (lange dienstverbanden, gem leeftijd 48, vrouwen) Najaar 2016 MBTO

51 Cultuur

52 DPG: GGD & GHOR Zorg en veiligheid verbinden Relatie GGD & GHOR versterkt Samen optrekken (bv Heumensoord, Ebola, aar ook k aliteit, i houdelijke the a s) Veiligheidshuis (OGGZ, VT) Samenwerking politie intensiveert

53 DPG: reflectie Kennis/kunde/inspiratie - landelijk netwerk Lezingen, congres Collegiaal sparren/intervisie Opleiden, trainen, oefenen: crisis GGD en GHOR Aandacht behoeft: relatie GHOR in VRGZ, gebeurtenissen VT

54 4 pijlers gezondheidsbescherming, crisisbeheersing, monitoring & signalering kwalitatief en kwantitatief op orde Geldt ook voor JGZ Aandachtspunt is voldoende ruimte om tijdig mee te kunnen bewegen met ontwikkelingen

55 Overige aandachtspunten Matching financiën blijft uitdaging (investeren in ontwikkelingen) Andere tijden, andere competenties Gaat vernieuwing snel genoeg? (IT, data,...) Zorgverzekeraars en preventie? Forensisch borgen kwaliteit en kwantiteit Bijzondere Zorg : ontwikkeltraject Aansluiting veilig thuis, waarmaken maatschappelijke meerwaarde 1/3 medewerkers hoge werkdruk

56

57 Toetsingskader Stap 2 voor toezicht naar Veilig Thuis De Inspectie Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg toetsen de kwaliteit van de 26 vestigingen van Veilig Thuis aan de hand van de onderstaande criteria op het gebied van Inzetten Vervolgtrajecten en Onderzoek. De verwachtingen zijn gebaseerd op wettelijke eisen, veldnormen 1 en professionele standaarden uit het protocol van handelen 2. De verwachtingen zijn gericht op het handelen van Veilig Thuis om de directe veiligheid in een gezin of huishouden te herstellen. Het handelen van Veilig Thuis om duurzame veiligheid in gezinnen en huishoudens te bewerkstelligen en om de schade bij betrokkenen te herstellen zal in Stap 3 aan de orde komen. Daarnaast toetsen de inspecties een aantal wettelijke eisen aan de hand van criteria van de thema s Cliëntenpositie en Organisatie uit het toetsingskader Verantwoorde Hulp voor Jeugd. 1. INZETTEN VERVOLGTRAJECTEN Veilig Thuis zet vervolgtrajecten in met als doel het bewerkstelligen van duurzame veiligheid en herstel van de gevolgen van huiselijk geweld, kindermishandeling en ouderenmishandeling. 1.1 Veilig Thuis zet vervolgtrajecten in binnen de wettelijk beoogde termijnen. Verwachtingen Veilig Thuis draagt zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf dagen en tien weken na ontvangst van de melding 3 zorg voor het inzetten van een vervolgtraject. 1.2 Veilig Thuis heeft samenwerkingsafspraken vastgelegd met gemeenten over de overdracht van meldingen aan het lokale veld. Verwachtingen Veilig Thuis heeft eigen normen uitgewerkt over wanneer meldingen direct na triage worden overgedragen. In de samenwerkingsafspraken is vastgelegd dat het lokale veld voldoende is toegerust om hulp en/of ondersteuning te bieden aan het cliëntsysteem. 1.3 Veilig Thuis neemt verantwoordelijkheid voor veiligheid bij alle meldingen die na triage in behandeling blijven bij Veilig Thuis. Verwachtingen Veilig Thuis draagt zorg voor het opstellen van een veiligheidsplan in alle meldingen waar sprake is van onveiligheid. Veilig Thuis legt tenminste vast welke ondersteuning, hulp of behandeling wordt ingezet ten behoeve van de veiligheid. Veilig Thuis legt tenminste vast wie toeziet op het naleven van de gemaakte afspraken. 1 De Veilig Thuis organisaties stellen gezamenlijk veldnormen op, waaronder het kwaliteitskader Veilig Thuis, onderdeel: zicht op veiligheid. In het toetsingskader Stap 2 sluiten de inspecties aan bij deze veldnormen. 2 VNG-Model Handelingsprotocol voor het Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Veilig Thuis, VNG ondersteuningsprogramma Veilig Thuis / AMHK, november Veilig Thuis geeft advies, biedt ondersteuning of neemt een melding aan. De inspecties definiëren een zaak als zijnde een melding, indien de Veilig Thuis organisatie deze als zodanig registreert.

58 1.4 Veilig Thuis werkt samen met relevante ketenpartners. Verwachtingen Veilig Thuis heeft contactpersonen 4 aangesteld voor tenminste wijkteams 5 en politie. Veilig Thuis werkt aantoonbaar samen met ketenpartners op het gebied van ouderen, (licht)verstandelijk beperkte mensen, lichamelijk gehandicapten of anderszins kwetsbare mensen. Veilig Thuis stelt de politie of de Raad voor de Kinderbescherming in kennis van een melding van huiselijk geweld of kindermishandeling indien het belang van de betrokkenen dan wel de ernst van de situatie waarop de melding betrekking heeft daartoe aanleiding geeft. Veilig Thuis kan een multidisciplinaire aanpak ++ (MDA++ 6 ) inzetten bij acuut, ernstig en langdurig geweld Veilig Thuis monitort meldingen. Verwachtingen Veilig Thuis heeft afspraken vastgelegd over het monitoren van meldingen die direct worden overgedragen aan het lokale veld. Veilig Thuis bepaalt aan de hand van de melding met wie en wanneer contacten in het kader van monitoring worden gelegd. Veilig Thuis gaat bij de betrokken professionals en/of de betrokken gezinsleden na of de stappen die naar aanleiding van een melding in gang zijn gezet daadwerkelijk worden uitgevoerd. Veilig Thuis gaat na of de stappen leiden tot het stoppen van het geweld en tot herstel van de veiligheid. 2. ONDERZOEKEN Veilig Thuis beoordeelt of er sprake is van huiselijk geweld, kindermishandeling of ouderenmishandeling, welke (onderliggende) problemen er zijn die (ook) moeten worden opgelost en welke maatregelen genomen moeten worden om te komen tot directe en duurzame veiligheid en herstel van de gevolgen van het geweld voor betrokkenen. 2.1 Veilig Thuis voert onderzoek uit binnen de wettelijk beoogde termijnen 8 Verwachtingen Veilig Thuis voert de triage uit en start het onderzoek binnen vijf dagen na ontvangst van de melding. Veilig Thuis rondt onderzoeken binnen vijf dagen en tien weken na ontvangst van de melding af. 4 Of een alternatief dat net zo goed werkt. 5 Sociale wijkteams hebben per gemeente verschillende benamingen en verschijningsvormen, zoals buurtteam, gebiedsteam, jeugdteam en wijkteam. 6 MDA++ is een intersectorale, multidisciplinaire, systeemgerichte, gecoördineerde en integrale aanpak vanuit één team. 7 Deze verwachting wordt in het toezicht Stap 2 alleen geïnventariseerd, niet beoordeeld. 8 Wachtlijsten bij Veilig Thuis geven grote risico voor de veiligheid, daarom herhalen de inspecties criterium 2.1 uit het toetsingskader Stap 1 voor toezicht naar Veilig Thuis 2015.

59 2.2 Veilig Thuis stelt een plan van aanpak op voor de uitvoering van het onderzoek. Verwachtingen Het plan van aanpak wordt intercollegiaal of multidisciplinair opgesteld. Het plan van aanpak voldoet aan de voorwaarden zoals genoemd in het protocol van handelen. 2.3 Veilig Thuis voert het onderzoek zorgvuldig uit. Verwachtingen Veilig Thuis voert (een of meer) individuele gesprekken met alle direct betrokkenen bij het huiselijk geweld, de (kinder)mishandeling of de ouderenmishandeling 9. Kinderen worden altijd gezien en gesproken door Veilig Thuis, gesproken in ieder geval wanneer zij zes jaar of ouder zijn 10. Veilig Thuis vraagt waar nodig informatie op bij het professionele netwerk van de leden van het gezin of het huishouden. Veilig Thuis betrekt waar mogelijk het informele netwerk van de direct betrokkenen 11 bij het huiselijk geweld, de (kinder)mishandeling of de ouderenmishandeling. 2.4 Veilig Thuis beoordeelt of daadwerkelijk sprake is van huiselijk geweld, kindermishandeling of ouderenmishandeling. Verwachtingen Veilig Thuis vormt een oordeel over de vraag of sprake is van enige vorm van huiselijk geweld, (kinder)mishandeling of ouderenmishandeling in een intercollegiaal of multidisciplinair overleg. Veilig Thuis legt de uitkomst van het onderzoek vast. Indien het vermoeden van huiselijk geweld, (kinder)mishandeling of ouderenmishandeling bevestigd is besluit Veilig Thuis tot het inzetten van een vervolgtraject. 3. CLIËNTENPOSITIE Alle leden van gezinnen en huishoudens krijgen voldoende mogelijkheden om voor hun individuele en gemeenschappelijke belangen op te komen. 3.1 Veilig Thuis geeft alle leden van gezinnen en huishoudens de mogelijkheid om voor hun individuele belangen op te komen. Verwachtingen Veilig Thuis onderneemt actie indien leden van gezinnen of huishoudens aangeven ontevreden te zijn over het handelen van Veilig Thuis. Personen die bij een melding aan Veilig Thuis betrokken zijn kunnen gebruikmaken van een onafhankelijke vertrouwenspersoon. Alle leden van gezinnen en huishoudens kunnen een klacht indienen bij een onafhankelijke klachtencommissie. 9 Hiervan kan worden afgeweken, mits zorgvuldig besloten en inhoudelijk goed onderbouwd. 10 Hiervan kan worden afgeweken, mits zorgvuldig besloten en inhoudelijk goed onderbouwd. 11 Onder informeel netwerk wordt verstaan familie, vrienden, buren en kennissen.

60 4. ORGANISATIE Veilig Thuis voorziet in de voorwaarden om een verantwoorde uitvoering van zijn taken te kunnen realiseren. 4.1 Veilig Thuis is gestart met systematisch kwaliteitsmanagement. Verwachtingen Veilig Thuis heeft een keuze gemaakt voor een kwaliteitsmanagementsysteem. Veilig Thuis is gestart met de invulling van het kwaliteitsmanagementsysteem. Veilig Thuis heeft een tijdpad tot het behalen van het certificaat.

61 Landelijk Netwerk Veilig Thuis KWALITEITSKADER VEILIG THUIS ONDERDEEL: ZICHT OP VEILIGHEID Utrecht, 1 juli

62 Inhoudsopgave 1 Inleiding Kaders zicht op veiligheid voor Veilig Thuis Wanneer begint de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor de veiligheid? Wanneer eindigt de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor de veiligheid? Eisen aan overdracht van zaken door Veilig Thuis Uitwerking zicht op veiligheid voor Veilig Thuis Zicht op veiligheid bij binnenkomen melding Zicht op veiligheid bij overdracht... 9 Bijlage 1 Wettelijke taken van Veilig Thuis

63 1 Inleiding Sinds de start van Veilig Thuis in 2015 is er veel gebeurd. De Veilig Thuis-organisaties zijn voortvarend aan de slag gegaan met de opbouw van de organisatie, de toerusting van medewerkers om hun werk goed uit te kunnen voeren, de registratie en de samenwerking met relevante partijen. Hiervoor hebben Veilig Thuis-organisaties gebruik gemaakt van het VNG-model Handelingsprotocol. Dit model handelingsprotocol was primair een advies aan gemeenten over de richtlijnen die zij met betrekking tot de uitvoering van taken, konden meegeven aan de Veilig Thuis-organisatie in hun regio. Nu, medio 2016, zetten de Veilig Thuis-organisaties de volgende stap op het gebied van kwaliteit. Dat gebeurt door veldnormen op te stellen, zodat gezamenlijk in dezelfde richting wordt doorontwikkeld. Waar van toepassing is gebruik gemaakt van de relevante elementen uit het model handelingsprotocol, waar noodzakelijk en/of passend zijn elementen toegevoegd of aangepast. Aangezien zicht op veiligheid een belangrijke graadmeter is voor de kwaliteit van dienstverlening van een Veilig Thuis-organisatie en dit voor veel Veilig Thuis-organisaties nog een aandachtspunt 1 is, wordt dit thema als eerste opgepakt. Overige thema s, zoals onder andere de multidisciplinaire besluitvorming, worden daarna uitgewerkt. Het Netwerk Veilig Thuis bepaalt welke thema s door wie en op welke termijn worden uitgewerkt. Dit kwaliteitskader is gebaseerd op opbrengsten van drie bijeenkomsten waaraan managers en medewerkers van Veilig Thuis-organisaties en beleidsmedewerkers van gemeenten hebben deelgenomen. Het kwaliteitskader biedt een kader voor de (wettelijke) taken van de Veilig Thuisorganisaties en voldoet aan de doelen en gronden zoals gesteld in de wet. Het kwaliteitskader is op 1 juli 2016 vastgesteld door het Netwerk Veilig Thuis en is vervolgens aangeboden aan de VNG Commissie Gezondheid en Welzijn. Hiermee heeft het kwaliteitskader de status van veldnorm gekregen en is daarmee maatgevend voor het niveau van dienstverlening dat van een Veilig Thuisorganisatie mag worden verwacht. Op thema s waarop nog geen veldnorm is geformuleerd blijft het model handelingsprotocol beschikbaar als advies over de richtlijnen met betrekking tot de uitvoering van taken door Veilig Thuis. 1 Onderzoek naar de kwaliteit van Veilig Thuis Stap 1 (landelijk beeld), Inspectie Jeugdzorg en Inspectie voor de Gezondheidszorg, februari

64 2 Kaders zicht op veiligheid voor Veilig Thuis In februari 2016 publiceerden de inspecties de bevindingen van het toezicht dat zij tussen juli en december 2015 hebben uitgevoerd bij alle 26 Veilig Thuis-organisaties 2. Een belangrijke graadmeter voor de kwaliteit van dienstverlening door een Veilig Thuis-organisatie is of deze zicht heeft op de veiligheid in het gezin. Uit deze bevindingen komt naar voren dat zicht op veiligheid voor veel van de Veilig Thuis-organisaties een aandachtspunt is. De inspecties hebben zicht op veiligheid in het Toetsingskader Veilig Thuis 2015 als volgt gedefinieerd: Veilig Thuis houdt goed zicht op de veiligheid van alle leden van gezinnen en huishoudens als zij voldoet aan de volgende eisen: Veilig Thuis heeft een actueel beeld van de veiligheid van alle leden van gezinnen en huishoudens; Veilig Thuis schat de veiligheid in aan de hand van een gestandaardiseerd (risicotaxatie) instrument; Veilig Thuis beoordeelt de veiligheid in multidisciplinair verband. Deze definitie wordt onderschreven door de Veilig Thuis-organisaties. Hiermee is echter nog niet gedefinieerd: wanneer de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor het zicht op de veiligheid van de betrokkenen van het cliëntsysteem begint en wanneer deze eindigt. aan welke eisen Veilig Thuis moet voldoen als het de verantwoordelijkheid voor het zicht op de veiligheid van de betrokkenen van het cliëntsysteem overdraagt. 2.1 Wanneer begint de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor de veiligheid? Veiligheid is van iedereen. Iedere burger en iedere professional heeft de verantwoordelijkheid er werk van te maken als hij of zij zorgen over de veiligheid signaleert. Voor professionals zijn die verantwoordelijkheid en de stappen die de professional dient te zetten, vastgelegd in de Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Op het moment dat een burger of een professional zelf niet in staat is de veiligheid van de betrokkenen te herstellen of de risico s op onveiligheid weg te nemen, kunnen zij Veilig Thuis inschakelen. Veilig Thuis heeft specifieke expertise en specifieke bevoegdheden om vast te stellen wat er aan de hand is en wat nodig is om actuele veiligheid te realiseren en welke inzet moet volgen in de keten voor de aanpak van risico s en herstel. Veilig Thuis werkt hierin altijd samen met de betrokkenen, het sociale netwerk en andere professionals. 2 Onderzoek naar de kwaliteit van Veilig Thuis Stap 1 (landelijk beeld), Inspectie Jeugdzorg en Inspectie voor de Gezondheidszorg, februari

65 Veilig Thuis heeft onder andere de volgende wettelijke taken 3 : het geven van advies en zo nodig het bieden van ondersteuning aan ieder die in verband met een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling 4 om dit advies vraagt; het fungeren als meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling 4. In geval van advies beperkt Veilig Thuis zich tot contact(en) met de advies/hulpvrager. Bij een advies legt Veilig Thuis geen gegevens vast van de leden van het gezin of huishouden. Veilig Thuis is in dit geval niet verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid in het betrokken cliëntsysteem. Deze verantwoordelijkheid blijft bij de advies/hulpvrager. In geval van een melding onderneemt Veilig Thuis zelf stappen om de situatie van huiselijk geweld of kindermishandeling in behandeling te nemen. Bij een melding legt Veilig Thuis wel gegevens vast van de leden van het gezin of huishouden. Veilig Thuis moet zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen vijf werkdagen na ontvangst van de melding de triage van deze melding afronden 5. Zodra Veilig Thuis kennis heeft genomen van een spoedeisend karakter van een melding, is Veilig Thuis verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid en de te nemen vervolgstappen. In alle andere gevallen is Veilig Thuis vanaf het moment dat de triage van de melding is afgerond verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid in het betrokken cliëntsysteem, tenzij Veilig Thuis de termijn van vijf werkdagen overschrijdt. Dan is Veilig Thuis vanaf het moment van overschrijding verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid in het cliëntsysteem en de te nemen vervolgstappen. Definitie: Zodra Veilig Thuis kennis heeft genomen van een spoedeisend karakter van een melding, is Veilig Thuis verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid en de te nemen vervolgstappen. In alle andere gevallen is Veilig Thuis is verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid in het betrokken cliëntsysteem vanaf het moment dat de triage van de melding is afgerond. Als Veilig Thuis de triage niet binnen de termijn van vijf werkdagen heeft afgerond, dan is Veilig Thuis vanaf het moment van overschrijding van de termijn verantwoordelijk voor het zicht op de veiligheid in het cliëntsysteem. In paragraaf 3.1 wordt nader uitgewerkt wat onder zicht op veiligheid wordt verstaan bij binnenkomst van een melding bij Veilig Thuis. 3 In bijlage 1 is een volledig overzicht van de wettelijke taken van Veilig Thuis opgenomen. 4 Veilig Thuis fungeert ook als meldpunt en geeft ook advies en biedt zo nodig ondersteuning op het gebied van seksueel misbruik. Dit is echter niet als zodanig opgenomen in de wet. 5 Uitvoeringsbesluit WMO 2015, artikel lid 1: Veilig Thuis start binnen vijf dagen na ontvangst van een melding, nadat is vastgesteld dat onderzoek moet plaatsvinden, het onderzoek naar kindermishandeling of huiselijk geweld. 5

66 2.2 Wanneer eindigt de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor de veiligheid? In geval van een melding wordt door Veilig Thuis met behulp van triage op basis van de inhoud van de melding en op basis van een (veiligheids)taxatie binnen 10 weken 6 tot een besluit gekomen over de noodzakelijke vervolgstappen naar aanleiding van de melding. Ook wordt er door Veilig Thuis een besluit genomen over welke instelling(en) of professional(s) de verantwoordelijkheid gaat nemen voor de uitvoering van deze vervolgstappen. Partijen waarbij deze verantwoordelijkheid kan worden belegd zijn: een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het gezin of huishouden; het cliëntsysteem, wanneer deze zelf voldoende mogelijkheden heeft om de veiligheid te waarborgen, en het cliëntsysteem bereid is om eventuele hulp te vragen en te accepteren; Veilig Thuis. Wanneer Veilig Thuis de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de vervolgstappen belegt bij het cliëntsysteem of bij een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het gezin of huishouden, dan eindigt de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor het zicht op de veiligheid van het cliëntsysteem vanaf dat moment (zie ook paragraaf 2.3 en 3.2 voor de eisen die aan de overdracht worden gesteld). Veilig Thuis draagt verantwoordelijkheid voor de afweging en het besluit tot overdracht. Definitie: De verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor het zicht op de veiligheid in het betrokken cliëntsysteem eindigt vanaf het moment dat de uitvoering van de noodzakelijke vervolgstappen door Veilig Thuis is belegd bij een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het gezin of huishouden. Veilig Thuis draagt verantwoordelijkheid voor de afweging en het besluit tot overdracht. Veilig Thuis blijft zelf verantwoordelijk voor de noodzakelijke vervolgstappen en dus voor het zicht op de veiligheid in het cliëntsysteem, als de uitkomst van de triage tot een of meer van de volgende conclusies leidt: de bedreiging van de veiligheid van een of meer betrokkenen vraagt om directe interventie; uit de melding blijkt dat er sprake is van structurele ernstige onveiligheid, hetgeen op korte termijn vraagt om afspraken over de veiligheid; uit de melding kan worden opgemaakt dat er sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling, maar de melding bevat onvoldoende informatie om een oordeel te vormen over de vraag welk vervolgtraject passend is; er is anonimiteit ten opzichte van het gezin toegezegd aan de melder door Veilig Thuis; Veilig Thuis heeft besloten tot het doen van een verzoek tot onderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming. 6 Uitvoeringsbesluit WMO 2015, artikel lid 2: Veilig Thuis oordeelt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen tien weken na de vaststelling, bedoeld in het eerste lid, of, en zo ja, tot welke stappen een onderzoek aanleiding geeft. 6

67 2.3 Eisen aan overdracht van zaken door Veilig Thuis Wanneer het niet noodzakelijk is dat Veilig Thuis verantwoordelijk blijft voor de noodzakelijke vervolgstappen (zie paragraaf 2.2) van een melding, dan wordt de verantwoordelijkheid voor de noodzakelijke vervolgstappen van deze melding overgedragen aan een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem of aan het cliëntsysteem zelf. Veilig Thuis maakt generieke afspraken met elke gemeente in het verzorgingsgebied waarin is vastgelegd dat de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem: in staat is om een veiligheidsplan 7 en een hulpverlenings- en herstelplan op te stellen en uit te voeren, en in staat is om de melding te bespreken met het cliëntsysteem en in een lichte mateaan vraagverheldering te doen (niet-vraaggericht werken), en in staat is om met voldoende capaciteit uitvoering te geven aan de noodzakelijke vervolgstappen van meldingen die door Veilig Thuis worden overgedragen. schriftelijk aan Veilig Thuis bevestigt dat de overdracht van een zaak is ontvangen, in die zaken waar Veilig Thuis conform hetgeen is opgenomen in paragraaf 3.2, alleen schriftelijk overdraagt. Veilig Thuis heeft de verantwoordelijkheid de gemeente te informeren wanneer de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem, geen uitvoering geeft aan bovenstaande afspraken. Gemeenten kunnen Veilig Thuis ook aanwijzen als instelling om uitvoering te geven aan de noodzakelijke vervolgstappen. Dit betreft dan een bovenwettelijke taak van Veilig Thuis. In de hierna volgende tekst wordt dit onderscheid niet meer gemaakt. Waar staat instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem kan dan ook deze bovenwettelijke taak van Veilig Thuis gelezen worden. In paragraaf 3.2 wordt de manier waarop de overdracht van de verantwoordelijkheid voor de noodzakelijke vervolgstappen nader uitgewerkt. Ook wordt gedefinieerd wanneer Veilig Thuis de overdracht heeft afgerond en de verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor het zicht op de veiligheid van het cliëntsysteem is beëindigd. 7 Hierbij wordt gedoeld op een veiligheidsplan zoals in het VNG Model Handelingsprotocol gedefinieerd: Een beschrijving van de maatregelen en afspraken die gemaakt worden voor herstel van de veiligheid van alle betrokkenen. 7

68 3 Uitwerking zicht op veiligheid voor Veilig Thuis In dit hoofdstuk wordt de definitie van zicht op veiligheid, zoals in hoofdstuk 2 is opgenomen, nader uitgewerkt voor de binnenkomst van een melding bij Veilig Thuis en voor de overdracht van een melding van Veilig Thuis aan of het cliëntsysteem of de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem. 3.1 Zicht op veiligheid bij binnenkomen melding Meldingen komen op verschillende manieren en vanuit verschillende melders binnen bij Veilig Thuis. Direct bij binnenkomst van een melding moet Veilig Thuis de volgende vraag beantwoorden: Kan Veilig Thuis de melding direct overdragen aan het cliëntsysteem, aan een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het gezin of huishouden, of is bemoeienis van Veilig Thuis nodig? Voor de beantwoording van deze vraag maakt Veilig Thuis gebruik van een erkend triage instrument 8. Dit triage instrument is eind 2014 opgesteld en wordt momenteel geëvalueerd en doorontwikkeld. Op basis van ervaringen in de praktijk van de afgelopen anderhalf jaar hebben veel Veilig Thuisorganisaties, in afwachting van deze doorontwikkeling, snelle(re) routes door het triage-instrument ontworpen 9. Deze snelle(re) route moet nog steeds verantwoord worden uitgevoerd. Het Netwerk van Veilig Thuis-organisaties zal daarom voor 1 januari 2017 de snelle(re) routes die Veilig Thuisorganisaties gebruiken beoordelen en eventueel erkennen. De routes moeten gebaseerd zijn op het bestaande en erkende triage instrument 8. De snelle(re) route door het triage-instrument dient in ieder geval de volgende onderdelen te bevatten 10 : 1. Check van de betrokkenen in het gezin of huishouden via de volgende systemen: a. de gemeentelijke basisadministratie (GBA) b. eigen registratiesysteem van Veilig Thuis c. Raad voor de Kinderbescherming (alleen indien er minderjarige in het gezin verblijven) of de check daarop in de VIR (zie punt d) d. VerwijsIndex Risicojongeren (VIR) of het lokale veld (zie het handelingsprotocol) e. Indien nodig: aanvullende informatie van de politie (antecedenten) Contact met de melder voor meer informatie, indien de melding daartoe aanleiding geeft. 8 Triage Veilig Thuis (versie landelijk prototype 0.6), GGD GHOR Nederland, Alle voorstellen voor verantwoorde snelle(re) triage worden bij de doorontwikkeling meegenomen. Het doorontwikkelde instrument zal begin 2017 digitaal beschikbaar komen. 10 Deze uitwerking van de snelle(re) triage wordt aan het doorontwikkelde triage-instrument aangepast zodra dit beschikbaar is. 11 Conform samenwerkingsafspraken OM-Politie-VT 8

69 3. Triage aan de hand van een door het Netwerk Veilig Thuis erkend instrument Afweging en besluit. Dit gebeurt door een inschatting van een professional van Veilig Thuis en na toetsing 13 (intercollegiaal, multidisciplinair met gedragswetenschapper, of multidisciplinair met vertrouwensarts): a. De melding heeft een relatie met (een vermoeden van) huiselijk geweld of kindermishandeling en het oordeel van Veilig Thuis is verdere bemoeienis van Veilig Thuis niet noodzakelijk is. De verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de vervolgstappen wordt door Veilig Thuis belegd bij een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het gezin of huishouden (zie paragraaf 2.3 en 3.2). De verantwoordelijkheid van Veilig Thuis voor de veiligheid eindigt als de overdracht aan de instelling of professional is afgerond. b. De melding heeft betrekking op (een vermoeden van) huiselijk geweld of kindermishandeling en bemoeienis van Veilig Thuis wordt nodig geacht > Veilig Thuis blijft verantwoordelijk voor (het zicht op) de veiligheid. Bovenstaande afwegingen en besluiten worden schriftelijk vastgelegd door Veilig Thuis. Wanneer op basis van de triage, de professional van Veilig Thuis tot het oordeel komt dat er geen zorgen zijn en Veilig Thuis geen reden ziet voor enige bemoeienis, zal Veilig Thuis de melding afsluiten. Op dat moment houdt de verantwoordelijkheid voor zicht op veiligheid voor Veilig Thuis op en ligt deze bij het cliëntsysteem. Veilig Thuis is er voor verantwoordelijk dat het cliëntsysteem en de melder hierover schriftelijk worden geïnformeerd. 3.2 Zicht op veiligheid bij overdracht Wanneer het niet noodzakelijk is dat Veilig Thuis verantwoordelijk blijft voor de noodzakelijke vervolgstappen (zie paragraaf 2.2) van een melding, dan draagt Veilig Thuis de verantwoordelijkheid voor de noodzakelijke vervolgstappen van deze melding over aan een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem. In paragraaf 2.3 zijn de afspraken beschreven die Veilig Thuis met gemeenten maakt over de condities waaraan de door de gemeente aangewezen instelling of professional moet voldoen. 12 Het netwerk van Veilig Thuis-organisaties zal voor 1 januari 2017 de gebruikte instrumenten beoordelen en eventueel erkennen. 13 In welke situaties welke vorm van toetsing aan de orde is, wordt op een later moment in 2016 in opdracht van het Netwerk van Veilig Thuis-organisaties nader uitgewerkt. 9

70 Op welke manier Veilig Thuis overdraagt en aan wie, hangt af van de (veiligheids)taxatie en urgentiebepaling door Veilig Thuis. 1. Geen zorgen over veiligheid Op elk moment in de triage of de benodigde vervolgstappen (inclusief onderzoek) kan Veilig Thuis vaststellen dat er geen zorgen (meer) zijn over de veiligheid. De bemoeienis van Veilig Thuis bij de melding wordt direct beëindigd en hiermee ook de verantwoordelijkheid die Veilig Thuis draagt voor het zicht op de veiligheid in het cliëntsysteem. De betrokkenen kunnen eventueel zelf hulp inschakelen van een instelling of professional die daarvoor door de gemeente is aangewezen, of andere hulpverlener, als zij daar behoefte aan hebben. De professional die de melding maakte en de cliënt worden door Veilig Thuis geïnformeerd in een brief, waarin de conclusie van Veilig Thuis wordt vermeld. In de brief en/of in direct contact met cliënt en melder geeft Veilig Thuis aan bij welke instelling of professional de cliënt terecht kan bij eventuele vragen of problemen, en dat zij bij (nieuwe) zorgen over de veiligheid opnieuw een melding kunnen doen bij Veilig Thuis. 2. Zorgen over veiligheid Veilig Thuis draagt over aan cliëntsysteem De bemoeienis van Veilig Thuis bij de melding wordt direct beëindigd, wanneer: Veilig Thuis van mening is dat de zorgen die er over de veiligheid zijn door het cliëntsysteem zelf voldoende kunnen worden opgepakt en het cliëntsysteem zelf voldoende mogelijkheden heeft om de veiligheid te waarborgen, en het cliëntsysteem bereid is om eventuele hulp te vragen en te accepteren en dat ook doet zonder dat daar op gecontroleerd hoeft te worden. Veilig Thuis informeert het cliëntsysteem en de professional die de melding maakte, over haar bevindingen op het gebied van veiligheid en veiligheidsrisico s. In het contact met de betrokkenen en met de melder: benoemt Veilig Thuis welke stappen Veilig Thuis het cliëntsysteem adviseert te zetten om de veiligheid te waarborgen (veiligheidsafspraken); benoemt Veilig Thuis met welke instelling of professional het cliëntsysteem contact kan opnemen voor hulp en ondersteuning; adviseert Veilig Thuis de betrokkenen en de melder om, wanneer zij (opnieuw) zorgen over de veiligheid hebben, opnieuw een melding te doen bij Veilig Thuis. De verantwoordelijkheid die Veilig Thuis draagt voor het zicht op de veiligheid van het cliëntsysteem is hiermee beëindigd. 3. Zorgen over veiligheid - Veilig Thuis draagt over aan instelling of professional die door de gemeente is aangewezen Op het moment dat er zorgen zijn over de veiligheid, maar waarbij het niet noodzakelijk is dat Veilig Thuis verantwoordelijk blijft voor de noodzakelijke vervolgstappen (zie paragraaf 2.2) van een melding, dan wordt de verantwoordelijkheid voor de noodzakelijke vervolgstappen van deze melding overgedragen aan een instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem. 10

71 De overdracht van de melding van Veilig Thuis aan de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen aan het betreffende cliëntsysteem vindt bij voorkeur 14 plaats via een overdrachtsgesprek waarbij de cliënt aanwezig is ( warme overdracht ). Veilig Thuis: maakt duidelijk wat de zorgen zijn en benoemt de punten die de aandacht vragen van het cliëntsysteem en de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen (voorwaarden of afspraken); geeft een schriftelijke onderbouwing, waarin in ieder geval de veiligheidsafspraken worden vermeld; spreekt met de betrokkenen en met de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen af dat zij contact opnemen met Veilig Thuis als de afspraken niet of onvoldoende gerealiseerd worden en/of de veiligheid opnieuw in het geding komt. De verantwoordelijkheid die Veilig Thuis draagt voor de veiligheid van het cliëntsysteem is hiermee beëindigd. Op basis van de (veiligheids)taxatie gelden de volgende aanvullende eisen aan de manier waarop Veilig Thuis overdraagt aan de instelling of professional: Veilig Thuis maakt afspraken met de instelling of de professional over wie het veiligheidsplan 15 opstelt (Veilig Thuis of de instelling/professional); Veilig Thuis stelt het veiligheidsplan op. Als onderdeel van de veiligheidsafspraken kan Veilig Thuis een passende contactfrequentie afspreken met het cliëntsysteem en de instelling of professional die door de gemeente is aangewezen om hulp en/of ondersteuning te bieden/verlenen. Veilig Thuis neemt dan contact op met betrokkenen om te toetsen of de gemaakte afspraken nagekomen worden en de veiligheid is gerealiseerd 16. Hiermee neemt Veilig Thuis geen verantwoordelijkheid voor het zicht op de veiligheid in het cliëntsysteem, dit gebeurt pas weer op het moment dat sprake is van een nieuwe melding.. De gemaakte afspraken worden door Veilig Thuis inzichtelijk vastgelegd. 14 Het Netwerk Veilig Thuis zal de situaties waarin het de voorkeur heeft dat de overdracht plaatsvindt via een overdrachtsgesprek waarbij de cliënt aanwezig is, nader definiëren. 15 Hierbij wordt gedoeld op een veiligheidsplan zoals in het VNG Model Handelingsprotocol gedefinieerd: Een beschrijving van de maatregelen en afspraken die gemaakt worden voor herstel van de veiligheid van alle betrokkenen. 16 Het Netwerk Veilig Thuis werkt de wijze van monitoring verder uit. 11

72 Bijlage 1 Wettelijke taken van Veilig Thuis Art Wmo 2015 legt het college van B&W de plicht op om een Veilig Thuis in te richten. Als dat voor een doeltreffende taakuitvoering nodig is werken de colleges van B&W van een aantal gemeenten hierin samen. Veilig Thuis heeft de volgende wettelijke taken (art lid 2 en lid 3): het geven van advies en zo nodig het bieden van ondersteuning aan ieder die in verband met een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling om dit advies vraagt; het fungeren als meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling; het naar aanleiding van een melding onderzoeken of daadwerkelijk sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling; het beoordelen van de vraag of - en zo ja tot welke stappen de melding aanleiding geeft; het in kennis stellen van een instantie die passende professionele hulp kan verlenen, van de melding, indien het belang van de betrokkene of de ernst van de situatie daartoe aanleiding geeft; het in kennis stellen van de politie of de raad voor de kinderbescherming van een melding van (een vermoeden van) huiselijk geweld of kindermishandeling indien het belang van de betrokkene of de ernst van het feit daar aanleiding toe geeft; indien Veilig Thuis een verzoek tot onderzoek doet bij de raad voor de kinderbescherming, het in kennis stellen van het college van B&W; het op de hoogte stellen van de melder van de stappen die naar aanleiding van zijn melding zijn ondernomen. Een Veilig Thuis dient minimaal deze in de wet genoemde taken uit te voeren. Daarnaast kan een college van B&W Veilig Thuis de opdracht geven om andere niet wettelijke taken in de sfeer van huiselijk geweld en kindermishandeling uit te voeren. 12

73 Hoe denken scholieren over homoseksualiteit? Een onderzoek naar de houding van middelbare scholieren in Oost-Nederland ten øanzien vøn homoseksuøliteit gemeten in drie dimensies ]oris Blaauw,l Gerard Molleman,2 Marlene van der Star3 In dit onderzoek worden beschrijvende cijfers gepresenteerd over de prevalentie van homonegativiteit onder middelbare scholieren. We baseren ons in dit onderzoek op cijfers uit de E-MOVO monitor. Deze vierjaarlijkse monitor van de GGD'en in Oost-Nederland, in samenwerking met het onderwijs, bevraagt middelbare scholieren in klas 2 en 4 over diverse gezondheidsthema's. Vragen over de houding ten aanzien van homoseksualiteit hebben zich geëvolueerd van algemene vragen (wave 2003) naar vragen over sociale afstand (wave 2007) en vragen over zichtbaar homoseksueel gedrag (wave 2011). We splitsen onze cijfers uit voor diverse groepen jongeren. Duidelijk wordt dat homonegativiteit onder jongeren met een niet-westerse etniciteit, jongens en lager opgeleiden (VMBO) procentueel het hoogst ligt. Uit onze anaþes blijkt verder dat het percentage homonegatieve leerlingen over de tijd is afgenomen. Echter, omdat we kijken naar verschillende dimensies van homonegativiteit (algemeen, sociale afstand, zichtbaar gedrag) wordt zichtbaar dat onder de oppervlakte een duidelijk negatieve onderstroom aanwezig is. Trefi roorden: homoselcsualiteit, homofobie, onderwijs, attituden It l-g lo lt' c Tolerantie en een open houding voor yormen van seksuele diversiteit zijn belangrijke en na te streven maatschappelijke waarden. Het betekent sociale veiligheid en het besef om geaccepteerd te zijn voor mensen met een andere oriëntatie of genderidentiteit (homo-, biseksueel, lesbisch of transgender). We weten uit nationaal onderzoek dat ongeveer 7o/o van de mannen en 60/o van de vïouwen een andere dan heteroseksuele voorkeur heeft (noot a).1 Voor jongeren die met hun eigen identiteitsontwikkeling bezig zijn, is een tolerante omgeving belangrijk. Het helpt hen om zelfuertrouwen te krijgen, weãrbaar te worãen en zich te kunnen ontplooien.2-a In Nederland zijn veel aspecten, die bijdragen aan een veilige en inclusieve samenleving, wettelijk geregeld. De homobeweging heeft daar een lange emancipatiestrijd voor gevoerd. Wettelijk mag het geregeld ziin, maar cul' tureel moet deze tolerante norm steeds opnieuw bevochten worden.s Onderzoek van het SCP laat zien dat homo- en biseksuele jongeren het zwaar hebben. Ze spijbelen vaker, gebruiken vaker drugs en alcohol en het I Statengriffie Provincie Drenthe, Assen ' GGD Gelderland-Zuid, Nijmegen en AMPHI, afdeling, Eerstel ij n sge n ee skunde, Radb oud u m c, N ij m ege n ' CGD Gelderland-Zuid, Nijmegen aantal zelfmoordpogingen ligf onder deze groep vijf keer hoger dan onder heteroseksuele leeftijdsgenoten.6 Hetzelfde onderzoek laat zien dat tweederde van de homoen biseksuele jongeren wel eens negatieve reacties krijgt. Scholen kunnen inzetten op het vergroten van de sociale veiligheid van LHBT-leerlingen (LHBT staat voor lesbisch, homoseksueel, biseksueel en transgender). Dit is betangrijk omdat uit internationaal onderzoek blijkt dat niet alleen LHBTleerlingen lijden onder een homonegatieve sfeer. Een groot deel van de leerlingen lijdt onder de negatieve atmosfeer.' In Nederland is aandacht voor seksuele diversiteit opgenomen in de kerndoelen van het onderwijs. Dit betekent dat scholen in enige mate aandacht moeten besteden aan het onderwerp. Onderzoek van het SCP laat zien dat aandacht voor seksuele diversiteit op scholen een positieve uiwerking kan hebben op leerlingen. Zowel hetero- als homo- en biseksuele leerlingen voelden zich veiliger na afloop van een pilot waãrin expliciete aandacht was voor seksuele diversiteit.s Onderzoek naar houdingen ten aanzien van homoseksualiteit bestaat veelal uit steekproefonderzoek.e Dit soort onderzoek biedt veel inzicht in determinanten die ten grondslag liggen aan homonegativiteit, maar bevatten mogelijk onnauwkeurigheden als gevolg van selectie-effecten. Specifieke groepen kunnen over- of ondervertetsg jaargang 94 I zolr6 nummer 6 Hoe denken scholieren over homoseksualiteit? - pag na 234 /

74 genwoordigd zijn in steek- Kgfn2Unten pondenten tussen enerzijds proefonderzoeken, wat kan - --' '-r en anderzijds 2007 en doorwerken in de uitkom- (om- - r r., ^^^^, 2011 heeft te maken met sten.ro ' In de periode l1^is het percentage homohet aantal scholen dat negatieve mee- ieerlingen in oost-nèierland In oost_nederland iigrrindeed,urrt in 2003 en met het afgenomen. Er ziinechter grote versjhillen wordt sind.s 2003 ieder iaar onderzo"r.g"auu;'.,t;:. l*rri*r*:ruh:"c,ìï:rff:;;";.- Ffi,*:1liî'Jl!iöii:,ï' hun beschikking hadden (in veel gevallen heeft - at de helft ;;åäut"'de wagenlijst de leeßtijlen en opvattingen ;;;;;;"*onegatieve leerlingen sterþ meisje, over tal van gezondheids-,i ",åi"t"",er, klas 2 is toleranter dan klas 4. thema's van jongeren in ;'-; -;;-i;;;---::;r;ì random gekozen Leerlingen met een lager opleidingsniveau zijn - klas 2 en 4 van de midîel- bare schoor. ook d" "ií:'- fftrjtr""å:jafjj:r"ä;;f"'k";;; tude ten aanzien van ho- - ;;;,,;--:-----:i-; :;, De E-MOVO monitor moseksualiteit *or t,t9 ' Het minst negati ef ziinjongeren over homosek breidbewaagd He,"Ëfi'; f*lílllf*;nnlfj:"*j*:ä* L::*ml:JïJ":iï'; is dat het hier een onder- : _.--t*-..' *'"*'-.-* ;-"o',. middelbare scholieren. De zoek onder alle tweede"ån ving' en nog meer als men geconfronteeld wol!,t vierde krassers i,' ooj-iä- i:;":îïffit::1î"s ;[;;;;;;"; r'"""rå" ää1î':ii:"írli1hîi"' derland betreft. Leerlingen attitudevragen over homodie op het moment van het seksualiteit, vanaf 2003 onderzoek afwezig waren, ontwikkeld. Gestart is met door bijvoorbeeld ziekte of spijbelen, hebben de wagen- algemene vragen over de houding ten aanzien van holijst niet ingevuld. Daarnaast is het om organisatorische moseksualiteit.dezevragen zijnin 1999 geformuleerd en redenen niet bij alle scholen gelukt om alle klassen te getoetst op basis van discussies met leraren en jongeren. laten deelnemen. Ruim 90o/o van de scholen in Oost-Ne- De wagenset is in een pilotonderzoek op een middelbare derland doet mee aan dit onderzoek (ongeveer 83olo van school in Nijmegen getest. De wagen bleken in de prakalle leerlingen), waarmee eerder sprake is van populatie- tijk te voldoen, invulbaar en bruikbaar te zijn, geen ononderzoek dan van een steekproef. Selectie-effecten en vertekeningen in de datazijn daarmee geminimaliseerd worden gevonden. - duidelijkheden ofweerstand op te roepen en relevant te met als gevolg informatie op basis waaryan gedegen ge- Deze vragen zijn vervolgens in 2003 in het eerste neraliseerbare uitspraken zijn te doen. E-MOVO onderzoek gebruikt. In 2007 is de vragenset In dit artikel willen we twee vragen beantwoorden. Ten uitgebreid met vragen over sociale afstand, op basis van eerster op welke wijze heeft de trend in houdingen ten internationaal gebruikte schalen voor het meten van raaanzien van homoseksualiteit onder middelbare scholie- ciale attituden.ll'1'in201l is de wagenset uitgebreid met vragen over zichtbaar homoseksueel gedrag (twee man- ren zich ontwikkeld in de periode in Oost- Nederland? En ten tweede: hoe ziet deze ontwikkeling nen of twee vrouwen die zoenen).l3 Opgemerkt dient te eruit in diverse subgroepen, te weten: mannen en vrou- worden dat de uitbreiding met name plaats vond in GGD wen; leerlingen uit verschillende regio's; leerlingen in regio Nijmegen. Deze GGD was in 2007 de eerste met verschillende klassen en met verschillende opleidingsni- vragen oyer homoseksualiteit in nabije situaties. De veaus; leerlingen met diverse etnische achtergronden en GGD'en Twente en Rivierenland volgden in GGD leerlingen die wel of geen ervaring met seksualiteit heb- regio Nijmegen voegde in 2011 vragen toe over zichtbaar ben? Er is gekozen voor subgroepen die met specifiek op homoseksueel gedrag (zie tabel 1). Dnrn en METHoDEN In dit onderzoek baseren we ons op gegevens uit de E-MOVO monitor van de GGD'en in Oost-Nederland, in samenwerking met het onderwijs. Deze monitor wordt vierjaarlijks uitgezet onder leerlingen in de tweede en vierde klas van het middelbaar onderwijs. De wagenlijst wordt klassikaal aan leerlingen voorgelegd, vaak als onderdeel van een mentorles, is volledig digitaal en wordt afgenomen achter een PC op school. Het onderzoek is uitgevoerd door vijf van de (toenmalige) zes GGD'en in Oost-Nederland: Twente, Gelre-IJssel (tegenwoordig Noord en Oost Gelderland), Gelderland Midden, regio Nijmegen en Rivierenland (noot b). Het onderzoek is uitgezet in de jaren 2003 (N=18.944),2007 (N=40.754) en 2011 (N=45.843). Het grote verschil in aantallen res- hen gerichte interventies goed te bereiken zouden moeten Er worden verschillende vragen over homoseksualiteit zijn. gesteld om homonegativiteit tn zijn volledigheid te kunnen onderzoeken. Uit eerder onderzoek blijkt dat mensen in toenemende mate negatief antwoorden wanneer zij vragen over morele onderwerpen voorgelegd krijgen die een concrete, meer bekende situatie beschrijven.la We beschrijven in dit onderzoek de attitude ten aanzien van homoseksualiteit in drie graden van nabijheid: homoseksualiteit in het algemeen, sociale aßtand ten aanzien van homoseksualiteit en zichtbaar homoseksueel gedrag. Leerlingen is gevraagd hoeze er over denken als twee mannen of twee vrouwen verliefd worden op elkaar. Leerlingen konden kiezen uit de antwoorden: Normaal, een beetje raar, ergraar en verkeerd. Om een vergelijking te kunnen maken is als cut off point gekozen om leertsg iaargang 94 I zot6 nummer 6 Hoe denken schotíeren over homoseksual te t? - pagina 235 /

75 lingen die homoseksualiteit' erg raaì of 'verkeerd' vinden als homonegatief te beschouwen. Ook zijn leerlingen drie hlpothetische situaties met een homoseksuele klasgenoot voorgelegd waarvan steeds werd gewaagd in hoeverre ze het eens zijn met de stelling (antwòordmogelijkheden waren: zeker wel, wel' misl schien wel/misschien niet, niet, zeker niet). Gewaagd is of leerlingen wienden zouden worden met een homoseksuele klasgenoot, of ze zouden aangeyen dat een homoseksuele klasgenoot van hen moet afblijven en of ze naast een homoseksuele klasgenoot zouden gaan zitten in de pauze. Een factoranaþe (niet gepresenteerd) laat zien dat de drie stellingen hoog laden op één dimensie,waar' mee samenvoeging gelegitimeerd is. Voor de analyses is het gemiddelde van de drie ïtagen samengenomen in een Likeitschaal (Chronbach's alpha =0,718), lopend van 1 tot 5, waarbij I staat voor homopositief en 5 voor homonegatief. Leerlingen die gemiddeld hoger scoren dan een 4 worden door ons gezien als homonegatief' Tot slot is leerlingen gewaagd wat ze ervan vinden als mensen met elkaar zoenen in de openbaarheid (op het schoolplein of op straat). Er werden drie situaties gegeven: een man en vrouw die zoenen, twee mannen die zoenen en tlvee vrouwen die zoenen' Leerlingen konden steeds kiezen uit vijf antwoordcategorieën, te weten: prima; goed; niet goed, niet slecht; verkeerd; helemaal verkeerá. In de anaþes worden leerlingen die negatiever zijn over man/man en vrouw/wouw zoenen dan over man/vrouw zoenen beschouwd als homonegatief' Niet in alle regio's in Oost Nederland zijn alle vragen in alle drie de waves opgenomen' In tabel 1 presenteren we hiervan een overzicht' Rgsuttnte ' In het eerste deel van de resultatensectie presenteren we de prevalentie van homonegativiteit, uitgesplitst naar de drië graden van nabijheid. In het tweede deel worden de resultaten per subgroep gepresenteerd en de ontwikkeling van de houdingen ten aanzien van homseksualiteit over tijd. In de tabellen worden percentages gepresenteerd, ðsze zijn eenvoudig en eenduidig te interpreteren' Vergelijkingen tussen groepen en over tijd worden gemaakt op basis van T-toetsen en variantieanalyses. Prevalentie van homonegativiteit Tabel2,3 en Alaten zien in welke mate middelbare scholieren negatief staan ten aanzien van homoseksualiteit, uitgesplitst naar drie graden van nabijheid' 45,61/o vãn de middelbare scholieren vindt homoseksualiteit normaal. 37,5o/o vindt het een beetje raat.7,4o/o vindt homoseksualiteit er1íaar en9,5o/o vindt het verkeerd (zie tabel 2). De sociale afstand ten aanzien van homoseksualiteit wordt gemeten aan de hand van drie wagen' in tabel 3 staan de frequenties per vraag. Gemiddeld genomen scoort 20,60/0 van de jongeren negatief op de sociale afstand schaal. Tabel 4 laat zien dat leerlingen het meest negatief staan tegenoyeï twee jongens of mannen die met elkaar zoenen' lí,2o/o zegt het prima te vinden, tegenover 16,30/o die het helemaal verkeerd vindt. In het geval van twee vrouwen vindt 30% van de leerlingen het prima' tegenover ongeveer 5olo die het helemaal verkeerd vindt. Over een zoenende man en vïouw ziin deleerlingen het meest positief' 53% vindt het prima, slechts één procent zegt het helemaal verkeerd te vinden. Wanneer we de houding ten aanzienvan man/man en vroudvrouw zoenen vergelijken met man/vrouw zoenen is 53o/o van de jongeren negatiever over het gelijkgeslachtelijk paar. Deze groep beichouwen we in dit onderzoek als homonegatief' Houdingen over ti d en n subgroepen In tabel 5 presenteren we de ontwikkelingvan de houding ten aanziinvan homoseksualiteit over de tijd en binnen diverse subgroepen. In deel Avan de tabel staan de cijfers ten aanzienìan homoseksualiteit in het algemeen' In deel B staan de cijfers ten aanzien van sociale aßtand en in deel C de cijfers voor zichtbaar homoseksueel gedraag (zoenen). Wat betreft sociale afstand is alleen een vergelijking over de tijd te maken voor de regio Nijmegen' De resultãten voor zichtbaar homoseksueel gedrag gelden eveneens alleen voor Nijmegen in De houding ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen leek zich aanvankelijk negatief te ontwikkelen, mãar dit verschil blijkt niet significant te zijn. Het verschil tussen 2007 en 2011 is dat wel, in die periode is het percentage homonegatieve leerlingen afgenomen met bijna 3o/o tot L5,4o/o. In de eerste rij van deel B van de tabel is te zien dat het label t Overzícht beschikbaarheid vragen per wave en per regio. 2OO RL GU GM Ni Tw RL GI, GM N i Tw RL GU GM N i Tw X X XXXXX XXXXXXX Algemene atiitude Sociale afstand X - Vrienden worden - Afblijven X - Pauze Zichtbaar homosek' sueel gedrag - Man/vrouw zoenen - Vrouw/vrouw zoenen - Man/man zoenen *RL:Rivierenland; Gl.l=Getre-Ussel; GM=Getdertand Midden; Nii=p.*'o Nijmegen; Tw:Twente X X X X X X X X X X X tsg iaargang 94 I 2016 nummer 6 Hoe denl<en scholieren over homoseksuatiteit? - pagina 236 / www'tsg bst'nl

76 Tabel z Frequenties en percentages'homoseksualiteit in het algemeen'. Frequentíe Percentage Normaal Een beetie raar Erg raar Verkeerd Totaal 48o ! ,6 37,5 7,4 9,5 70O,O Tabel 3 Freq uent es en perce ntages'sociale afstan d" Categorie Rustig vriendschap sluíten Frequentie Percentage Afblijven laten merken Frequentie Percentage Naast ander zitten in pauze Frequent e Percentage Zeker wel Wel Misschien wel, misschien niet Niet Zeker niet Totaal o ,7 22,3 40,8 10,3 9,5 1OO,O 6qg ooz 3049 z ,1 23,5 25,9 13,2 9,4 10O,O BB t6,o 17,4 29'7 20,5 t6,3 1OO,O r Jongens werden bevraagd over mannelijke klasgenoten en meisies overvrouwetijke klasgenoten Tabel q Frequenties en percentages'z chtbaar homoseksueel gedrag', Categorie Man en vrouw Frequentie Percentage Vrouw en vrouw Freguentie Percentage Man en man Frequentie Percentage Prima Goed Niet goed, niet slecht Verkeerd Hetemaat verkeerd Totaal 3rt to o 53,o 25,o 18,3 2,6 1,O 1OO,O t768 t ,o 27,7 37,7 72,J 4,9 1OO,O 7727 to46 r8o ,2 77,8 30,7 t6,t t6,3 10O,O percentage negatieve leerlingen volgens de aßtandsschaal significant is afgenomen van bijna 26 tot ruim l7o/o. Regionale versch [en Ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen verschillen de regio's significant van elkaar (p=47,798; p=0,000). Voor de houdingen ten aanzien van sociale afstand geldt dit niet (F=2,943; p=0,053). In Gelderland-Midden worden jongeren tussen 2003 en 2007 gemiddeld genomen iets negatiever over homoseksualiteit in het algemeen. In Nijmegen wordt dit percentage minder. In 2011 geldt dat in alle regio's, met uitzondering van Rivierenland, het percentage homonegatieve leerlingen (ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen) significant minder is geworden. Het percentage negatieve leerlingen ten aanzien van sociale afstand is over de tijd ook significant minder geworden in Nijmegen. fongens en me s es ongens zljn in alle gevallen significant negatiever ten aanzien van homoseksualiteit dan meisjes (Homoseksualiteit in het algemeen (t=61,51i p=0,00); Sociale afstand (t=25,88; p=9,96;' Zichtbaar homoseksueel gedrag (t=18,44; p=0,00). Over de tijd zijn zowel jongens als meisjes echter wel significant minder negatief geworden. Opteidingsniveau en klas Voor alle drie dimensies van homonegativiteit geldt dat onder hoger opgeleiden een significant kleiner percentage negatief is dan onder lager opgeleiden (Homoseksualiteit in het algemeen (t=35,83; p=0,00); Sociale afstand (t= I 4,23 ; p= 0,00 ) ; Zichtbaar homoseksueel gedrag (t=9,55; p=0,00). over de tijd zijn de percentages homonegatieve leerlingen kleiner geworden op alle onderwijsniveaus. Opvallend is dat het percentage leerlingen dat negatief staat tegenover homoseksualiteit in het algemeen onder havo/vwo leerlingen is toegenomen in de periode en in 2011 is afgenomen tot een percentage net lager dan in Dat verschil is niet significant (t=1,48; p=0,14), waarmee gesteld kan worden dat het percentage homonegatieve leerlingen (ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen) op havo/vwo tussen 2003 en 2011 niet is veranderd Voor de klas (jaarlaag2 en a) geldt dat alleen in het geval van homoseksualiteit in het algemeen het verschil tussen klas 2 en 4 significant is (leerlingen in klas 2 zijn gemiddeld positiever over homoseksualiteit), voor de andere twee dimensies geldt dat niet (Homoseksualiteit in het algemeen (t=-14,55; p=0,00); Sociale afstand (t=0,15; p=0,12); Zichtbaar homoseksueel gedrag (t=- 1,53; p=q,13). Voor homoseksualiteit in het algemeen en met betrekking tot sociale afstand geldt dat het percentage negatieve leerlingen over tijd is afgenomen. Voor leerlingen in klas 4 geldt dat het percentage homonegatieve leerlingen, ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen, toenam tussen 2003 en Etniciteit De indeling in etnische herkomst is gebaseerd op de definitie van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) die stelt dat iemand tot een andere, dan de autochtone, tsg iaargang nummer 6 Hoe denken scholíeren over homoseksualiteit? - pagina z3z /

77 etnische groep hoort wanneer één van de ouders is geboren in een ander land. Ter illustratie: een jongere met een Turkse vader wordt gerekend tot de groep jongeren van Turkse afkomst. Het percentage homonegatieve leerlingen verschilt significant binnen de groepe met een verschillende etnische achtergrond (Homoseksualiteit in het algemeen (F=389,22; p=0,00); Sociale aßtand (F= 1 9, 1 8; p=0,00) ; Zichtbaat homoseksueel gedrag (F=2,60; p=0,02). Binnen de autochtone groep is het percentage homonegatieve leerlingen ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen tussen 2003 en 2007 en 20i I significant lager geworden, voor de overige groepen is geen significant verschil waarneembaar. Ten aanzíen van sociale afstand is een significante vermindering van negatieve leerlingen (tussen 2007 en 2011) waarneembaar binnen de autochtone, Turkse en Marokkaanse groep. Op basis van de percentages is de groep homonegatieve leerlingen het hoogst binnen de Turkse en Marokkaanse groep. Binnen de autochtone groep zijn de percentages het laagst. Seksuele ervar ng We hebben een onderscheid gemaakt tussen jongeren zonder enige ervaring met seksuele gemeenschap en jongeren die deze ervaring wel hebben. Voor alle dimensies van homonegativiteit geldt dat onder jongeren zonder ervaring met seksuele gemeenschap minder homonegatieve leerlingen zitten (Homoseksualiteit in het algemeen (t=-21,62t p=0,00); Sociale afstand (t=-7,3 i p=0,00); Zichtbaar homoseksueel gedrag (t=-3,68; p=0,00). Ten aanzien van homoseksualiteit in het algemeen is het percentage homonegatieve leerlingen onder de groep zonder ervaring significant minder geworden tussen 2007 en 2011, verder zijn er geen veranderingen waarneembaar. Ten aanzien van sociale afstand is gevonden dat het percentage homonegatieve leerlingen binnen beide groepen significant is afgenomen tussen 2007 en 20lL Drscussls In dit onderzoek bespreken we hoe jongeren in de tweede en vierde klas van het middelbaar onderwijs tegen homoseksualiteit aankijken. Aan het onderzoek heeft 83olo van alle leerlingen in Oost-Nederland van klas 2 en 4 deelgenomen. Daarmee betreft het een unieke dataset. Steekproefonderzoek heeft doorgaans een respons van rond de dertig procent.l0 In ons geval is de non-respons sterk geminimaliseerd, dezebedraagt slechts l7o/o. Mogelijk zijn hier bepaalde groepen in vertegenwoordigd (met een sterke mening voor of tegen homoseksualiteit), daar is helaas niet op te testen. We achten de non-respons voor een groot deel aselect omdat leerlingen toevalligerwijs de wagenlijst niet konden invullen, bijvoorbeeld door ziekte of omdat klassen omwille van organisatorische redenen niet konden deelnemen. In dit onderzoek worden percentages gepresenteerd. Deze werkwijze geeft een goed inzicht in de verdeling van homonegativiteit binnen diverse groepen. Een nadeel is dat er geen rekening wordt gehouden met onderliggende interacties. Dit kan betekenen dat gevonden effecten in werkelijkhei ð, zijn toe te schrijven aan andere variabelen. In toekomstig onderzoek zullen wij multivariate technieken hanteren, waarmee het mogelijk is te controleren voor confounding variabelen. In dit artikel is daarvoor niet gekozen omdat het om een eerste verkenning gaat van de prevalentie van homonegativiteit in Oost-Nederland. Het onderwerp religiositeit mist als categorie waarop wij hebben uitgesplitst. Dit volgt uit het gegeven dat wagen over religiositeit alleen in de wave van 2003 zijn gesteld, waardoor een vergelijking over tijd niet mogelijk is. We weten dat religieuzen negatiever zijn over homoseksualiteit dan niet-religieuzen.ls Echter, steeds minder mensen in Nederland zijn religieus, hiermee vermindert de impact van religiositeit op de samenleving.l6 In toekomstig onderzoek zal de GGD het onderwerp religiositeit opnieuw opnemen om effecten van verschillende denominaties op homonegativiteit te bekijken, zodat interventies eventueel gericht kunnen worden op specifìeke groepen leerlingen. Meetinstrumenten en data In de operationalisatie van algemene houding worden jongeren die twee mannen of twee vrouwen die verliefd zijn'ergraar' of 'verkeerd'vinden door ons gezien als homonegatief. Dit heeft een praktische reden, namelijk dat een indeling nodig is om een vergelijking te kunnen maken. ]ongeren die homoseksualeit 'normaal' of een 'beetje raar'vinden worden gezien als niet-negatief. In onze optiek is een jongere die homoseksualiteit een beetje raar vindt niet homonegatief. Dit blijkt tevens uit aanvullende analyses waarin louter naar jongeren wordt gekeken die homoseksualiteit normaal vinden. Deze groep wijkt op geen van de kenmerkenwaarnaar we in deze studie kijken significant af van de groep waarin ook de jongeren zitten die homoseksualiteit 'een beetje raar' vinden. Voor wat betreft de operationalisatie van zichtbaar homoseksueel gedrag (zoenen) is gekozen voor een rechtlijnige operationalisatie; jongeren die negatiever ziin over man/man en vroudvrouw zoenen dan man/vrouw zoenen, worden gezien als homonegatief. We hebben niet gekozen voor verschilscores, omdat deze geen inhoudelijke betekenis hebben. Imrners iemand die maximaal positiefis over een heteroseksuele zoen, kan niet nog positiever zijn over een homoseksuele zoen. Hetzelfde geldt voor mensen die in beide gevallen maximaal negatief zijn. Een numerieke waarde geeft geen extra inzicht. De door ons gekozen operationalisatie overschat mogelijk het percentage homonegatieve jongeren. Een nadeel van de gebruikte data is datjongeren niet is gewaagd of zijhomo- of biseksueel ziin.ditvertekent de resultaten mogelijk iets, omdat homo- en biseksuele jongeren naar alle waarschijnlijkheid positiever zullen zijn over wagen betreffende homoseksualiteit. Het onderzoek richt zich op een specifiek deel van Nederland, namelijk het oosten en in het bijzonder Nijmegen en omgeving. De representativiteit voor Nederland en daarmee de generaliseerbaarheid van het onderzoek is onduidelijk. Met name Nijmegen is, door de aanwezigheid van de universiteit, een bovengemiddeld hoogopgeleide tsg jaargang 94 I zo16 nummer 6 Hoe denken scholieren over homoseksuat te t? - pagina 238 /

78 Tabel 5 Percentage homonegotìeve leerlingen op drie dimensies uitgesplitst over tijd en naar diverse persoonskenmerken. A Homonegativiteit atgemeen N" 2OO3 2OO7 20tt Homonegat ef 7o5.34t 77,6 r8,2 75ú Sociale afstand N 2OO c Homoseksueel gedrag zo11 N 25,6 rt, ,o Regio's - Rivierenland - Gelre-l.lssel - Gelderland Midden - Nijmegen - Twente o ,9 77,9 t6,7 t6,z 20,3 79,2 77,2 79,5 t3,g 79,7 79,2 14,6 14,4 17,4 16, !2! t ,6 22,9 77,6 20, ,o Geslacht - Jongens - Meisjes # a 25,o ro,3 25,o tt,6 22,5 8,3 # ,8 74'7 26,4 9,o tr ,2 42,o Opleidingsniveau - VMBO - HAVo/VWO o ,4 1)7 a2 1 74,6 79'7 72,1 # 4.o8o 7.o23 33,9 20,4 23,7 74,3 # 2'o t,z 48,7 Klas - Klas z - Klas 4 # r.zz6 t6,6 78,7 76,s 8, ,6 78, ,9 20,5 77, ,6 t6, ,2 Etn cìteit - Autochtoon Nederlands - Turks - Marokkaans - Surinaams - Overig Westers - Overig niet-westers - Overig Seksuele ervaring - Geen ervaring - WeI ervaring # 89.a t.69t 87.72o t ,5 43,1 43,8 23, ,7 76,9 21,7 16,5 39,7 37,5 27,8 27,7 73,5 39,a 37,9 zo,6 t6,8 25,6 # t6,6 73,7 B.gt+ 23'7 2!,5 2.O77 9.o82 24,o ,7 47,8 23,8 27,6 23,5 33,8 76,4 3r,o 27,3 t9'7 19,4 25,9 77,o 20'9 # ,8 ' N betreft een optelling van de verschillende waves, # staat voor significant verschil tussen de categorieën van het betreffende kenmerk (regio's, gestacht, opleidingsniveau, klas, etniciteit, of seksuele ervaring); * staat voor significant verschi[ ten opzichte van de vorige wave (zoo7 t.o.v. 2oo3 & zon t.o.v. zoot);... staat voor ontbrekende gegevens ,6 6z,t 57,r 57,7 58,4 fi,6 6o,o stad. Het is mogelijk dat in andere delen van het land andere bevindingen worden gedaan. Dit behoeft toekomstig onderzoek. Coruclusrr De trend in het onderzoek is dat het percentage homonegatieve leerlingen in Oost-Nederland in de periode ll kleiner is geworden. Dit strookt met onderzoeken van het Sociaal en Cultureel Planbureau die laten zien dat de Nederlandse samenleying steeds minder homonegatief wordt.rt Interessant is te zien dat de ontwikkeling naar minder negativiteit niet voor alle groepen in dezelfde mate geldt. De groep die homoseksualiteit in het algemeen verkeerd vindt, is over de afgelopen tien jaar nauwelijks kleiner geworden. Onderzoek met gegevens van de EMOVO wave 2015 (die onlangs beschikbaar zijn gekomen) laten een voorzetting van bovenstaande trend zien. Het SCP laat zien datjongeren ook steeds minder negatiefworden. Tussen 2009 en2014 ís het aantal jongeren dat vond dat hun beste vriend(in) homo- of biseksueel magzijn toegenomen van de helft naar driekwart van de jongeren.6 Binnen de verschillende etnische groepen zien we ook aanmerkelijke verschillen. Ongeveer een kwart van de jongeren met een Turkse of Marokkaanse ouder vindt homoseksualiteit verkeerd. Hetzelfde geldt voor opleidingsniveau. ongeren op het VMBO zijn in sterkere mate negatief dan leerlingen op HAVO en VWO. Voor het inzetten van interventies zijn dit relevante gegevens die kunnen helpen om de juiste interventie in te zetten voor het type doelgroep dat men wil bereiken. Seksuele ervaring is meegenomen omdat uit eerder onderzoek blijkt dat jongeren die seks hebben gehad bovenaan in de hiërarchie van scholen staan en een uitgesproken voorkeur hebben rroor heteroseksualiteit.ls Dit maakt het een invloedrijke en dus relevante groep om interventies op te richten. In het voorliggende onderzoek blijkt dat leerlingen het minst negatief zijn over homoseksualiteit in het algemeen. De groep negatieve leerlingen groeit echter snel wanneer gekeken wordt naar de sociale afstand ten opzicht van homoseksuelen. Zichtbaar homoseksueel gedrag kan op de grootste mate van negativiteit rekenen. Dit betekent dat er weliswaat een algemene trend naar een meer positieve houding waarneembaar is, maar dat er tevens sprake is van een sterkere negatieve houding als homoseksualiteit meer zichtbaar wordt. Men kan derhalve niet zonder meer positief zijn over groeiende ac- tsg jaargang 94 I 20 6 nummer 6 Hoe denken scholieren over homoseksual teit? - pagina 239 /

79 ceptatie, maar er moet ook expliciete aandacht ziinvoor de visies op zichtbare homoseksualiteit en de directe omgang met homoseksuele mannen en wouwen' Dat betekent dat hier in de aanpak van het thema seksuele diversiteit rekening mee moet worden gehouden-. Er dient te worden nagedacht over het effect per interventie op de verschillende dimensies van homonegativiteit. In dit onderzoekzijnwe nader ingegaan op de cijfers over de regio Nijmegen, omdat daar ook in 2003 en 2007 al meerdere wagen over de houding ten aanzien van homoseksualiteit zijn gesteld. Dit maakt meer diepgaand onderzoek naar de ontwikkeling van attitudes onder een jonge doelgroep mogelijk. Er kan dan ook nader gekeken worden naar de manier waarop normen worden doorgegeven via het onderwijs en de rol die het onderwijs kan bijdragen aan een homovriendelijke omgeving. In Nijmegen loopt al een decennium het project SchoolsOUT (voorheen: trajectvoortgezet onderwijs en homoseksualiteit), een intensieve samenwerking tussen GGD, gemeente, scholen en LHBT-belangenorganisaties om de school een veilige plek voor LHBT-leerlingen te maken. In een volgend artikel zal nader worden ingegaan op de rol van de school en speciale schoolprogramma's op verschillen in homonegativiteit op schoolniveau. Noreru a Van de mannen identificeert ztch 4o/o als homoseksueel en 3o/o als biseksueel. Onder vrouwen omvatten beide groepen 3%. b GGD Ilsselland neemt geen deel aan E-MOVO. In 2003 namen de GGD'en Achterhoek, Stedendriehoek en Noord-Veluwe apart deel. Zii zijn gefuseerd tot GGD Noord en Oost Gelderland. GGD regio Nijmegen en GGD Rivierenland zijn in 2013 gefuseerd tot GGD Gelderland-Zuid. Aesrnnct How do secondary school students think about homosexuality - A study on the attitudes of secondary school students in East Netherlands toward homosexuality measured in three dimensions. In this study descriptive numbers about the prevalence of homonegativity among Dutch secondary school students are presented. We base this article on data of the E-MOVO monitor. This quadrennial survey of the local health service (GGD), in cooperation with schools, queries students in school class 2 and 4 about various health topics. Questions regarding attitudes toward homosexuality are evolved from general questions (wave 2003) to questions about social distance (wave 2007) and questions about visible non-heterosexual behaviour (wave 2011). We split our figures for various groups of adolescents. It becomes clear that among students with a non-western ethnicity, boys and lowly educated (VMBO) the percentage of homonegative students is highest. Our analyses also show that the average percentage ofhomonegative students has decreased over time. Howeve since we study different forms of homonegativity (general, social distance, visible behaviour) a clear negative substratum comes to the surface. Keywords: homosexuality, homophobia, education, attitudes L rs TUUR l. Keuzenkamp S, Kooiman N, Lisdonk J van. Niet te ver uit de kast. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, þøn C, Russell ST, Huebner D, Diaz R, Sanchez J. Famùy acceptance in adolescence and the health oflgbt young adults. I Child Adol Psychiatr Nursing 2010;23(4): Cense M. Over diplomaten en activisten. Strategieën rondom seksuele identiteit van biculturele lesbische wouwen, homoseksuele mannen en biseksuelen. Utrecht: Rutgers WPF Keuzenkamp S. Steeds gewoner nooit gewoon. Acceptatie van homoseksualiteit in Nederland. Den Haag: Sociaal en Cultureei Planbureau, Posner EA. Law and social norms. London: Harvard University Press, Kuyper I. Jongeren en seksuele oriëntatie. Ervaringen van en opvattingen over lesbische, homoseksuele, biseksuele en heteroseksueie jongeren. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, Espelage DL, Swearer SM. Sexual orientation, homophobia, bulþng, and psychological adjustment during adolescence. School Psychol Rev 2008;37: BucxF, Sman F van der. Anders in de klas. Evaluatie van de pilot sociale veiligheid LHBT-jongeren op school. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, 2014' 9. Graaf PM de. Waarden die ertoe doen' De European Values Study in de 21e eeuw. Tilburg: Universiteit van Tilburg, Fowler Jr, Floyd ]. Survey research methods' Los Angeles: Sage publications, Kersten l, Sandfort TH. Lesbische en homoseksuele adolescenten in de schoolsituatie: een inventarisatie van knelpunten, problemen en oplossingen. Utrecht: Interfacultaire Werkgroep Homostudies, Dankmeijer P, Schuyf, J, Stoop R. Gemeentelijke monitoren en homoseksualiteit. Factsheet. Movisie lesbische en homobeleid Blaauw J. Attitudes towards homosexuality. A study on contextual explanations of general and specific homonegativity among Dutch secondary school students' Nijmegen: Radboud University Nijmegen, Adolfsen A, Iedema l, Keuzenkamp S' Multiple dimensions of attitudes about homosexuality: Development of a multifaceted scale measuring attitudes towards homosexuality. I Homosexuality 2o I o;57 : Lubbers M, Jaspers E, Ultee WC. Prímary and secondary socialization impacts on support for same-sex marriage after legalization in the Netherlands. I Family Issues. 2009;30: , Hart I de. Geloven binnen en buiten verband: Godsdienstige ontwikkelingen in Nederland. Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, Keuzenkamp S, Kuyper L. Acceptatie van homoseksuelen, biseksuelen en transgenders in Nederland Den Haag: Sociaal en Cultureel Planbureau, Bortollin, S. "I don't want him hitting on me." I LGBT Youth 2010;7: Co nn gs por, o r rutl eno n gs Dr. Gerard Molleman, GGD Gelderland-Zaid, Postbus 1120, 6501 BC Nijmegen, tel , gmolleman@ggdgelderlandzuid.nl tsg iaargang 94 / zoró nummer 6 Hoe denken scholieren over homoseksualiteit? - pagina 24o /

80 Ø De Gezonde Schoolkantine Voortgang en ö resultaten GGD Gelderland-Zuid Medio 2016: start implementatie Richtlijnen Gezondere Kantines = 1 schoollocatie 20t4 O-meting I januari 2Ol Resultaten I mei 2Ol6 Informatie bekend van '29j schoollocat es Resultaten I mei 2O15 Informatie bekend schoollocaties Gezonde schoolkantine gerealiseerd Gezonde schoolkantine gerealiseerd Gezonde schoolkantine gerealiseerd ö úöööúöúööú úö öúööööúúöú Geen gezonde schoolkantine Actief mee bezig Geen gezonde schoolkantine Wél de intentie dit te worden öööööööüöö öööú Geen gezonde schoolkantine (Voorlopig) geen intentie dit te realiseren öúöö Geen gezonde schoolkantine Informatie bekend van 6I schoollocaties üö0öööüüúö Geen gezonde schoolkantine Actief mee bezig Actief mee bezig w ä* q*,l#qp d'# Geen gezonde schoolkantine Wél de intentie dit te worden Geen gezonde schoolkantine Wél de intentie dit te worden ##qp{sæ ú0öüúö0úúú ööúöú0üöúö ööööö ö Geen gezonde schoolkantine Geen gezonde schoolkantine (Voorlopig) geen intentie dit te realiseren (Voorlopig) geen intentie dit te realiseren ööö0ööúööö úöúö GGD Gelderland-zuid werkt nu drie jaar aan het project de Gezonde school Kantine. van de totaal 58 locaties van voortgezet onderwijsscholen hebben 17 locat es geen kantine of alleen een uitg ftepunt. Met de Gezoncle school Kånt ne is sinds 2o14 ingezet op de 41 locaties mét een kantine. Naast advisering en begeleiding om gezonde tot een kant ne te konren is ingezet op het delen van kennis tussen de scholen door miclclel van uitwisselinetwerken en inspiratiedagen, van het begin van het project tot nu is er een ontwikkeling op te merken waarbij steecls meer scholen zich verantwoordelijk voelen voor wat er in de eigen kantine wordt verkocht Medio 2o16 hebben steeds meer scholen een gezonde kant ne, zijn er mee bezig d t te reâliseren of hebben de intentie h ermee aan de slag te gaan. Tot medio 2o16 is er gewerkt met de Richtlijn Gezonde schoolkantine opgesteld door het voedingscentrum. rnmiddels heeft het voedingscentrum nieuwe RichHijnen Gezondere Kantines opgesteld. Deze richtlijnen zijn strenger. Alle scholen worden nu begeleid op basis van deze nieuwe richtlijnen.

81 Locaties scholen met Gezonde Schoolkantine Regio Gelderland-Zuid ð Culemborg FFt lrl 'P.lÌ,i,' Linçwaal Geldermalsen Zaltbommel F Neerijnen d:l i6&t fur.øri$ Buren F Ti,el F West Maas en Waal Neder-Betuwe Voortgezet onderw js aanwezig Geen voortgezet onderuijs aanwez g Druten B&n,\::ry E'!E ErF : ùõfrrùe#n wijchen, *F gf P P i*'il H.u*.nfd* Berg en Dal F ri.-ir 1 tyer&enrode school GrGbeek 2Or.5 2 t laas wäal Collegê Oosterweg I 2015 en l.laas waal Collêge veenseweg I 2Ol5 en RSG Lingêcollege Teiste.bandlaån nsg Língecollege Heillgêstrâât ORS Lck en Linge Geldermalsên Konlngin tv lhelminacollege Beethovenlaân I 2Of4,2015 en Kon ng n wilhelm nacollegege swinhof 9 ORS Lek ên Ltnge VLBO loætie ORS Lek ên L nge HAVO locat e ORS Lek en L nge vwo locat e I Citadel College Dijkstrðat I 2015 en Citadel College Grifrd jk 2015 en Kãrel de Grote Coltege 2Or.5 15 l lontessori College Hel con Groen N imegen Flexcollege 2015 en Kand nsky Collegê üaldenburcht Ì lond ât College Leuvensbroekl fondial College l.leeuwse Acker I 2015 en 2016

82 > Retouradres Postbus EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein VX Den Haag Kenmerk PG Bijlage(n) 4 Datum 7 juli 2016 Betreft Voortgang aanpak antibioticaresistentie Correspondentie uitsluitend richten aan het retouradres met vermelding van de datum en het kenmerk van deze brief. Geachte voorzitter, In juni 2015 is uw Kamer op de hoogte gesteld van de intensivering van de Aanpak antibioticaresistentie. 1 In deze brief informeer ik u mede namens de staatssecretaris van Economische Zaken en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over de voortgang van de maatregelen die in de brief Aanpak antibioticaresistentie van juni 2015 zijn aangekondigd. Op alle terreinen is actie ondernomen en vooruitgang geboekt. Voor het programma antibioticaresistentie in de gezondheidszorg is in miljoen beschikbaar gesteld en van 2016 tot en met 2019 jaarlijks 10 miljoen. In deze voortgangsbrief rapporteer ik per deelsector over de belangrijkste mijlpalen. Hieronder geef ik eerst een terugkoppeling van het Europees voorzitterschap en overige internationale activiteiten. Om te vervolgen met de thema s zorg, dieren, voedselveiligheid, milieu, innovatie en communicatie. In bijlage 1 vindt u een update van het overzicht met acties en de daarbij behorende planning. Bijlage 2 betreft de Raadsconclusies Antibioticaresistentie. Bijlage 3 geeft een overzicht van de internationale activiteiten waar Nederland beleid en ambities heeft uitgedragen. Bijlage 4 is de infographic het gevaar van antibioticaresistentie. 1. Internationaal Gerealiseerd Het afgelopen half jaar lag de nadruk op het EU voorzitterschap. Op 9 en 10 februari organiseerde ik samen met de staatssecretaris van Economische Zaken de EU One Health Ministeriële Conferentie over Antimicrobiële Resistentie (AMR). Er vond voor het eerst in EU verband een levendige, interactieve discussie plaats tussen ministers van gezondheid en landbouw van de EU lidstaten. Tijdens de conferentie is de basis gelegd voor gezamenlijke Raadsconclusies. Deze Raadsconclusies zijn verder uitgewerkt in drie gecombineerde (veterinair en humaan) EU Raadswerkgroepen op attachéniveau. Daarnaast zijn enkele 1 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 159

83 bespreekpunten geagendeerd in de informele Gezondheidsraad op 18 april jl. Op 17 juni zijn deze Raadsconclusies in de EU-Gezondheidsraad door alle lidstaten aangenomen (zie Bijlage 2). Daarmee is afgesproken: dat lidstaten binnen een EU One Health Netwerk elkaar zullen aanspreken op de voortgang en implementatie van hun nationale One Health actieplannen. Ook wordt via dit EU One Health Netwerk samen met de Europese Commissie een vervolg op het huidige EU Actieplan AMR ontwikkeld. dat zowel in de nationale plannen als het EU Actieplan meetbare doelen worden gesteld, maatregelen beschreven om die doelen te bereiken, en peer reviews worden ingezet om elkaar te helpen. dat lidstaten zich committeren aan internationale acties en samenwerking, zoals agendering bij de komende algemene vergadering van de Verenigde Naties in september. De lidstaten roepen de Commissie ook op om AMR mee te nemen in onderhandelingen over handelsverdragen. dat tenslotte een volgende stap gezet wordt om de ontwikkeling van nieuwe antibiotica, alternatieven en diagnostiek te stimuleren; door onderzoeksagenda s beter af te stemmen en meer nadruk te leggen op volksgezondheidbelangen bij de besteding van EU onderzoeksgeld. Kenmerk PG Ook buiten de EU heb ik het afgelopen jaar internationale aandacht gevraagd en de urgentie benadrukt door te spreken over AMR tijdens bijvoorbeeld de Global Health Security Agenda (GHSA) top in Seoul, het World Economic Forum in Davos en de World Health Assembly (WHA - jaarlijkse vergadering van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO). In bijlage 3 vindt u een uitgebreid overzicht van waar Nederland het nationale beleid en de internationale ambities het afgelopen jaar heeft uitgedragen. De in opdracht van VWS en EZ uitgewerkte (business cases van) goede voorbeelden uit de zorg en veehouderij 2 zijn bij de voorzitterschapconferentie in februari 2016 en bovengenoemde bijeenkomsten breed verspreid en worden erg goed ontvangen. Evenals de manier waarop wij het afgelopen jaar de publieke bewustwording hebben vergroot (met behulp van de Suske en Wiske en de publiekscampagne antibiotica zijn geen antigriep, antiverkoudheid of antibuikgriep). 3 De overige acties op internationaal gebied zoals opgenomen in de kamerbrief over de aanpak antibioticaresistentie d.d. 24 juni lopen nagenoeg allemaal op schema of zijn afgerond (zie ook bijlage 1). Voortschrijdend inzicht leerde dat het vormen van twinning partners onder de GHSA in 2015 meer tijd vraagt dan voorzien. Wel is voortgang geboekt in het 2 Rapport Celsus: Rapport LEI: 3 De kennis onder de Nederlandse bevolking over antibioticaresistentie is in vergelijking met andere landen bijzonder hoog, al herkent men de overheid vaak niet als afzender van de boodschap 4 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 159 Pagina 2 van 15

84 beter afstemmen van gevraagde en geboden ondersteuning op het gebied van AMR. Bij de WHO wordt nu met behulp van financiering van Nederland inzichtelijk gemaakt welke landen technische assistentie wensen bij het opstellen en implementeren van Nationale Actieplannen AMR, zodat twinnings- en andere ondersteuningsafspraken gerichter kunnen worden ingezet. Ook wordt in het kader van de GHSA gekeken naar resultaten van de brede country assessments die zijn uitgevoerd en wat daar op het terrein van AMR uit is gekomen, met als doel hier specifieke ondersteuning te kunnen bieden. Daarnaast organiseerde het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) op mijn verzoek eind mei 2016 een bijeenkomst met de volksgezondheidsinstituten uit de andere landen die deelnemen in de GHSA AMR Action Package, om kennis uit te wisselen en de aanbodkant in nauwe samenwerking met de WHO zo efficiënt mogelijk in te richten. Vanuit Nederland heeft in augustus 2015 een eerste verkenning plaatsgevonden naar een intensievere One Health samenwerking met Indonesië; dit volgen de staatssecretaris van EZ en ik nog in 2016 verder op. Daarnaast is er het afgelopen jaar weer samengewerkt op ambtelijk niveau en door het RIVM in het kader van de lopende MoU s (Memorandum of Understanding) met China, Rusland en India. In het najaar zal ik naar India reizen om o.a. over AMR te praten. In het kader van lopende samenwerking tussen WHO Collaborating Centre AMR Epidemiology and Surveillance en WHO Regional Office for Europe met Armenië, Uzbekistan en Moldavië, is bovendien aanvullende technische ondersteuning door het RIVM toegezegd. Kenmerk PG Ik heb u al eerder geïnformeerd over het feit dat Nederland in oktober 2016 de High Level meeting van de GHSA in Rotterdam organiseert. Dit geeft de gelegenheid om voor een wereldwijd publiek actief te werken aan de aanpak van AMR en zoönosen. Ten slotte neemt Nederland vanaf juni deel aan de in 2016 door de Europese Commissie aangekondigde Joint Action AMR ; een samenwerking tussen EU lidstaten waardoor uitwisseling van beleidsontwikkelingen op het terrein van antibioticaresistentie mogelijk wordt gemaakt. De Joint Action is een instrument waarmee wij enkele acties zoals vastgelegd in de eerdergenoemde raadsconclusies kunnen implementeren, bijvoorbeeld een beoordeling tussen lidstaten van het gevoerde beleid ( peer review ). Internationaal in de subthema s In de rest van de brief zal per thema specifiek aangegeven worden welke internationale acties zijn gerealiseerd. 2. Zorg Gerealiseerd Op het gebied van antibioticaresistentie in de zorg is er het afgelopen jaar veel gebeurd. Op vier verschillende thema s hebben werkgroepen met vertegenwoordigers uit de zorgsector, RIVM en IGZ gewerkt om uitwerking te geven aan de meerjarenagenda Antibioticaresistentie in de zorg die vorig jaar tot stand is gekomen 5. Deze agenda richt zich nadrukkelijk op het bevorderen en realiseren van meer samenhang tussen de publieke gezondheidszorg, de eerste lijn, de tweede lijn en de langdurige zorg. In deze voortgangsrapportage geef ik kort aan wat er tot nu toe is bereikt en wat de vervolgstappen zijn. 5 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 159 Pagina 3 van 15

85 Zorgnetwerken De werkgroep heeft een functieprofiel opgesteld met daarin beschreven welke taken het regionale zorgnetwerk rondom antibioticaresistentie uit zal moet voeren. Het gaat om coördinatie, uniformiteit, afstemming ten behoeve van preventie en bestrijding binnen de regio. Ook legt het de relatie naar de landelijke signalerings- en responsstructuur. Partijen uit het veld hebben zich gezamenlijk positief uitgesproken over deze taken die beschreven staan in het functieprofiel zorgnetwerken en willen daarmee gezamenlijk aan de slag. De huidige Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ)- regio s bieden een uitstekende basis om alle relevante partijen, zowel privaat als publiek, in een zorgnetwerk bijeen te brengen. De ROAZ-regio s zijn geborgd in de Wet Toelating Zorginstellingen. Het is van belang dat er een eenduidige besluitvormingsstructuur specifiek voor antibioticaresistentie komt. Die besluitvormingsstructuur zal de intensieve samenwerking tussen de curatieve zorg, de langdurige zorg en de GGD-en vastleggen. Aangezien antibioticaresistentie een andere aanpak behoeft qua structuur dan nu in de acute zorg gebruikelijk is, en omdat er al regio s actief zijn op het gebied van antibioticaresistentie, heb ik er na overleg met partijen- voor gekozen om tien antibioticaresistentie - zorgnetwerken aan te wijzen (in Overijssel één zorgnetwerk, in plaats van de twee huidige ROAZ-en). Binnen die zorgnetwerken wijs ik steeds één partij aan die verantwoordelijk is om er voor te zorgen dat relevante partijen bij elkaar komen in een antibioticaresistentie -stuurgroep, zoals geformuleerd in het functieprofiel zorgnetwerken, en die ik daar ook op kan aanspreken: het betreft alle UMC s, het Amphia ziekenhuis en het Isala ziekenhuis. In de betreffende stuurgroep worden de GGD-en, verpleeghuizen en organisaties zoals thuiszorg, revalidatiecentra, instellingen voor medisch specialistische zorg, apotheken en andere relevante organisaties adequaat betrokken, zodat een sluitende ketenaanpak ontstaat. Ik zal de hierboven beschreven structuur, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van partijen wettelijk borgen. Bij het opzetten van de stuurgroep wordt de capaciteit benut van bestaande initiatieven die al gaande zijn, bijvoorbeeld de inzet op antibioticaresistentie door de GGD in Rotterdam of het antibioticaresistentie -preventienetwerk REMIS+ wat op initiatief van Medisch Microbiologen in Groningen, Friesland, Drenthe en Overijssel is opgericht en waarin ook experts van de GGD/GHOR actief betrokken zijn. De grenzen van de huidige ROAZ regio s mogen niet belemmerend werken om het probleem van antibioticaresistentie aan te pakken. Ook zal er rekening gehouden moeten worden met initiatieven die al in gang zijn gezet met de grensregio s België en Duitsland. In iedere regionale stuurgroep wordt een onafhankelijk voorzitter aangewezen. Bij de uitwerking van de governancestructuur zal ik de samenwerking tussen partijen nadrukkelijk ondersteunen en stimuleren. Tevens zal ik in de wettelijke borging de link naar de Wet PG leggen waarbij de warme fase van kracht zal zijn bij een uitbraak. Kenmerk PG Indien sprake is van een uitbraak, verheffing of incident met een zorgwekkende verspreiding dan zal worden geborgd dat de GGD haar eigen wettelijke taak in de bestrijding behoudt. Onderzocht wordt of bestrijding van infecties met een resistent micro-organismen nu voldoende adequaat kan worden opgepakt binnen in de Wet Publieke Gezondheid (Wet PG) of dat hier nog een Pagina 4 van 15

86 aanpassing in de Wet PG nodig voor is. Er wordt daarbij ook aan een meldingsplicht voor bijzonder resistente micro-organismen gedacht. Ondertussen is het wel belangrijk dat partijen al (verder) aan de slag kunnen. Het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ) en de GGD/GHOR zullen worden gevraagd om in samenwerking met relevante partijen (in elk geval de partijen uit de langdurige zorg) na de zomer met concrete voorstellen voor pilots (te starten in 2016) voor zorgnetwerken te komen. Ik denk hierbij in eerste instantie te starten met de volgende vijf regio s (Groningen/ Friesland, Brabant, Rotterdam, Utrecht en Leiden) die op dit moment al actief aan de slag zijn. Kenmerk PG Voor de implementatie en uitvoering van de netwerken stel ik voor ter beschikking. Voor 2017 en 2018 stel ik respectievelijk 7,5 miljoen en 10 miljoen beschikbaar. Vanaf 2019 is er structureel 15 miljoen ter beschikking voor het functioneren van de netwerken. Ik benadruk dat regionale samenwerking een aanvulling is op bestaande landelijke bestrijdingsstructuur en verantwoordelijkheid van zorginstellingen op het gebied van infectiepreventie. Ik zal in overleg met RIVM (Centrum Infectieziektebestrijding) bepalen hoe de op te zetten regionale bestrijding het beste kan aansluiten op bestaande landelijke bestrijding en verantwoordelijkheid van zorginstellingen. Het is essentieel dat goed geschakeld kan worden tussen zorginstellingen en regionale netwerken en het Centrum Infectieziektebestrijding, en dat rollen en verantwoordelijkheden goed belegd zijn. Net als voor de bestrijding van zoönosen al is uitgewerkt, zal ook hier in de bestrijding gekeken worden naar hoe de verbinding met het veterinaire domein vorm gegeven kan worden. Ook ben ik in gesprek ben met zorgverzekeraars, omdat zij ook in hun inkoopbeleid afspraken kunnen maken met zorgaanbieders over zaken op het gebied van infectiepreventiebeleid en antibioticagebruik. Ik ben van mening dat zij zich ook extra kunnen inzetten om dit maatschappelijke probleem op te lossen. Surveillance De werkgroep surveillance heeft aangegeven op welke punten de huidige surveillance verbeterd kan worden om tijdig goed inzicht in de epidemiologie van antibioticaresistentie en bedreigingen voor de bevolking te krijgen. Inzicht dat niet alleen landelijk en lokaal, maar straks ook in regionale zorgnetwerken nodig is voor bestrijding van antibioticaresistentie. Op basis van de resultaten uit de werkgroep heb ik besloten op de korte termijn drie acties te initiëren. Ik zal ten eerste de surveillance van carbapenem resistente bacteriën (CPE) optimaliseren. Ten tweede wordt er een convenant afgesloten over deelname van de langdurige zorg aan het landelijke signaleringsoverleg. Patiënten in de langdurige zorg en in de thuiszorg kunnen namelijk een reservoir van antibioticaresistentie zijn voor uitbraken in ziekenhuizen en vice versa. Ik wil daarom op korte termijn beter zicht op resistente bacterien bij bewoners in verpleeghuizen. Bij de uitwerking hiervan dient specifiek rekening gehouden worden met de inhoudelijke en ethische component die vaak kan verschillen van bijvoorbeeld het beleid binnen ziekenhuizen. Daarom wordt gekeken naar consequenties voor de (kwetsbare) individuele bewoner en voor de continuïteit van zorg binnen de instellingen van dit beleid. Verder worden ten derde stappen gezet op het gebied van eenheid van taal, dat tot Pagina 5 van 15

87 doel heeft informatie over antibiotica resistente bacteriën sneller te kunnen analyseren en gebruiken voor bestrijding. De landelijke werkgroep beschrijft een geïntegreerd landelijk surveillancesysteem dat ontwikkelingen met betrekking tot bijzonder resistente micro-organismen, zorginfecties en antibioticagebruik samenhangend in kaart brengt, zodat er gerichte acties op meerdere niveaus mogelijk zijn. Het systeem integreert complexe data en informatie en stelt dan ook eisen aan de ICT-systemen in de zorg en bij het RIVM. Voor definitieve besluitvorming over het invoeren van een dergelijk surveillancesysteem is het op dit moment te vroeg. Met partijen is afgesproken dat er eerst een toets zal plaatsvinden op de haalbaarheid en proportionaliteit (waaronder het kostenaspect). Onderdeel van die toets zal zijn dat onderzocht wordt welke fasering van invoering mogelijk en wenselijk is. Ook is aandacht nodig voor de privacy aspecten van toekomstige aanpassingen. Begin 2017 ligt er een gedragen voorstel over hoe we op de lange termijn gefaseerd komen tot een gewenst geïntegreerd landelijk surveillancesysteem. Naast optimalisering van de surveillance heb ik ook gevraagd om nulmetingen uit te voeren op het terrein van bijzonder resistente micro-organismen, zorginfecties en antibioticagebruik. Ten aanzien van bijzonder resistente micro-organismen dragerschap zijn de nulmetingen in april 2017 gereed. De beschikbare informatie over zorginfecties is nu nog te beperkt. In 2017 wordt verwacht dat een verbeterde nulmeting van zorginfecties kan worden opgeleverd. Voor wat betreft antibioticagebruik is door deskundigen geconstateerd dat er geen eensluidende definitie voor onjuist gebruik van antibiotica in de zorg is. Een expertgroep antibioticagebruik surveillance en stewardship, onder leiding van het RIVM, werkt daarom aan het vaststellen van indicatoren voor juist gebruik van antibiotica. Kenmerk PG Jaarlijks geeft de NethMap/MARAN rapportage een overzicht van het huidig gemeten antibioticagebruik en resistentie, zowel voor mensen als voor dieren. Ook al blijkt uit de recente cijfers dat resistentie tegen antibiotica in de zorg de afgelopen jaren stabiel is gebleven, worden kritische antibiotica iets vaker ingezet. Dit komt omdat kritische antibiotica nodig zijn voor behandeling van infecties met zeer resistente bacteriën. Ook al hebben we internationaal gezien nog steeds relatief lage resistentie en antibioticagebruik in de zorg, blijft het ook in Nederland meer dan ooit nodig extra maatregelen te nemen om toename van resistentie tegen te gaan. Verwacht wordt dat de inzet van het beleid zal bijdragen aan het laag houden van de cijfers. De gegevens van Nethmap zullen worden gebruikt om te achterhalen hoe verdere verbeteringen mogelijk zijn. Richtlijnen Als onderdeel van doeltreffend beleid is een adequaat pakket aan zorgrichtlijnen en standaarden essentieel. Richtlijnen bepalen mede het handelen van de vele zorgverlener s en professionals die bij antibioticaresistentie een rol spelen. De werkgroep richtlijnen bracht de huidige situatie en de bestaande richtlijnen in kaart op het gebied van infectiepreventie, infectieziektediagnostiek en antibiotische profylaxe en therapie. De hoofdconclusie van de werkgroep is dat in Nederland voldoende richtlijnen bestaan op het gebied van infectiepreventie en de diagnostiek, antibiotische profylaxe en -therapie van infectieziekten, waarbij rekening is gehouden met het beheersen van antimicrobiële resistentie. Er ontbreken alleen richtlijnen voor bijzonder resistentie micro- Pagina 6 van 15

88 organismen outbreakmanagement in intra- en extramurale zorginstellingen, en voor antibiotic stewardship buiten het ziekenhuis. Bij de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding is een multidisciplinaire werkgroep gestart om een bijzonder resistentie micro-organismen -richtlijn/draaiboek voor en trans/extramuraal voor verzorgingshuizen, thuiszorgorganisaties, gehandicaptenzorg, (medisch) kinderdagverblijven te maken. Voor het overige zal het RIVM een plan van aanpak maken dat via de reguliere kanalen van de richtlijnontwikkeling zal worden geïmplementeerd. Kenmerk PG De werkgroep constateerde wel enkele knelpunten en lacunes zowel met betrekking tot de ontwikkelorganisaties als met betrekking tot de richtlijnen zelf. Het gaat om knelpunten op het gebied van financiering en bekostiging, verschillen van inzicht in de eisen die aan richtlijnen gesteld worden, en het faciliteren en toetsen van de naleving van richtlijnen. Deze punten zullen worden opgepakt. Van belang is dat alle partijen, en ook zeker bestuurders, hun verantwoordelijkheid nemen op het punt van de implementatie van richtlijnen. In de richtlijnontwikkeling speelt de Werkgroep Infectiepreventie (WIP) een belangrijke rol. De Werkgroep Infectie Preventie zorgt voor een adequaat aanbod van richtlijnen voor infectiepreventie. Het functioneren en de financiering van de WIP zijn geëvalueerd door een zogenaamde Commissie van Wijzen met daarin professionals uit het zorgveld. De commissie stelt dat er onverminderd behoefte is aan een complete set van richtlijnen infectiepreventie voor de zorginstellingen. Om ook in de toekomst te kunnen blijven voorzien in deze richtlijnen adviseert zij een hiervoor onafhankelijke organisatie te laten voortbestaan met dezelfde doelstelling, een breder takenpakket en een andere werkwijze. Omdat de richtlijnen naast het belang van de patiënt tevens de belangen van zorgaanbieders (medische beroepsgroepen, zorginstellingen) zorgverzekeraars en de publieke gezondheidszorg dienen stelt de commissie dat van de genoemde partijen een bijdrage (financieel of in natura) verwacht mag worden in de financiering. Na de zomer zal er een besluit worden genomen omtrent de toekomstige borging, organisatorisch en financieel, van richtlijnontwikkeling rond infectieziektebestrijding. Bekostiging Op het punt van bekostiging zal de daarvoor ingerichte werkgroep na de zomer de eerste resultaten opleveren. Het gaat hier om het inzichtelijk maken van belemmeringen die er zijn in het veld om de taken die nodig zijn om antibioticaresistentie aan te pakken, goed uit te kunnen voeren. Ik informeer u in het najaar over de voortgang van deze werkgroep. Zoals ik al in de eerdere correspondentie aan u meldde is de staatssecretaris nog in gesprek met de Nederlandse Zorgautoriteit over het verbreden van de beleidsregel MRSA in de langdurige zorg naar een beleidsregel die de extra kosten dekt die bij andere uitbraken met bijzondere resistente microorganismen dekt. Tot slot vormt infectiepreventie een onderdeel van meerdere soorten toezicht binnen de IGZ. In mei verscheen het rapport van de IGZ over infectiepreventie en antibiotic stewardship in de ziekenhuizen. Daaruit blijken verbeteringen, maar die zijn nog onvoldoende. De IGZ zal daarom toezicht blijven houden op de hygiëne en infectiepreventie in zorginstellingen. In de privéklinieken is inmiddels toezicht Pagina 7 van 15

89 gestart naar infectiepreventie. Daarnaast ontwikkelt de IGZ een duidelijk toetsingskader voor de langdurige zorg, waarin inhoudelijke en governanceaspecten aan bod komen. In lijn met de uitkomsten van de werkgroep zorgnetwerken ontwikkelt de inspectie een toezichtkader voor deze vorm van ketenzorg. In het kader van de internationale aspecten en de noodzaak tot internationale samenhang onderzoekt de inspectie of er meer mogelijkheden zijn tot samenwerking met andere Europese inspecties om tot dwingender afspraken over de nationale plannen van aanpak te komen. Kenmerk PG 3. Dieren Gerealiseerd In 2015 is een totale reductie behaald van 58,4% ten opzichte van het gebruik van antibiotica bij dieren in De verkoop van veterinaire antibiotica is in 2015 met 0,65% gedaald. De daling ten opzichte van 2014 is hiermee verder afgevlakt. De staatssecretaris van Economische Zaken en ik hebben u hierover geïnformeerd bij brief van 17 juni jl. In deze brief hebben we aangegeven waardering te hebben voor het resultaat tot nu toe. Een resultaat dat ook in internationaal verband veel waardering krijgt. Hiermee is de 70% reductiedoelstelling in 2015 echter niet gehaald. Zorgwekkend is dat in enkele sectoren het gebruik is gestegen en de totale daling van het antibioticumgebruik in de veehouderij vrijwel tot stilstand is gekomen. Volgende stappen zijn daarom nodig om te komen tot verdere reductie van het gebruik en daarmee vermindering van risico s voor resistentieontwikkeling en resistentieverspreiding voor de volksgezondheid. Inspanningen van met name veelgebruikende bedrijven en veelvoorschrijvende dierenartsen zijn nodig om een verdere reductie te realiseren. Het jaar 2015 hebben we benut om in overleg met veterinaire en humane experts, de SDa, de dierhouderijketen en de dierenartsen deze aanpak en het vervolgbeleid voor de komende jaren vorm te geven. In de brief (DGAN-DAD/ ) wordt u verder geïnformeerd over het vervolgbeleid antibiotica in de dierhouderij. De hoofdlijnen van dit vervolgbeleid zijn een verdere reductie van gebruik en vermindering van risico s van resistentievorming en resistentieverspreiding in de dierhouderij voor de volks- en diergezondheid. De aanpak is meer sectorgericht vormgegeven met diersoort specifieke maatregelen, onder andere maatregelen om de diergezondheid te verbeteren en daarmee het antibioticumgebruik te verminderen. Het vervolgbeleid is mede gebaseerd op plannen van aanpak die door de veehouderijsectoren en de KNMvD (Koninklijke Maatschappij voor Diergeneeskunde) zelf zijn opgesteld. Ook de adviezen en rapporten van de Gezondheidsraad, de Raad voor Dierenaangelegenheden en van de Stichting Diergeneesmiddelenautoriteit zijn gebruikt bij de tot standkoming van dit beleid. Verder wordt in samenwerking met de stakeholders gewerkt aan een beleidsaanpak voor het voorkomen van introductie, vestiging en verspreiding van carbapenemresistentie in de dierhouderij en voedselketen. Binnenkort zal het deskundigenberaad zoönosen aangevuld met internationale expertise een aanvullend advies over dit onderwerp uitbrengen dat mede als basis zal dienen voor de afspraken voor de beleidsaanpak. Na de zomer zult u over dit advies en de vervolgstappen nader worden geïnformeerd. Internationaal In Europees verband zet Nederland in op zorgvuldig gebruik van (kritische) antibiotica bij dieren bij de behandeling van het voorstel voor een Europese Verordening diergeneesmiddelen en Gemedicineerde Diervoeders. Ook in de Raadsconclusies antibioticaresistentie zijn maatregelen op nationaal, EU en derde Pagina 8 van 15

90 landen niveau opgenomen die het zorgvuldig gebruik van antibiotica bij dieren moeten borgen. Zo worden lidstaten opgeroepen om in hun nationale actieplannen maatregelen op te nemen die het preventief gebruik van antibiotica voorkomen, en het gebruik van voor de volksgezondheid kritische antibiotica beperken. Tevens is in de Raadsconclusies het verzoek van de lidstaten aan de Commissie opgenomen om beleid te ontwikkelen om introductie en verspreiding via dieren en voedsel van nieuwe resistente organismen - zoals carbapenemresistentie - te voorkomen Kenmerk PG 4. Voedselveiligheid Gerealiseerd Eind 2015 is er opnieuw een voorlichtingscampagne Voedselveiligheid: Ziekmakers zie je niet gehouden. In deze campagne werden net als in de eerste versie van de campagne in 2014 praktische tips gegeven aan consumenten om hun keukenhygiëne zo goed mogelijk op orde te houden. Goede keukenhygiëne voorkomt de verspreiding van resistente bacteriën binnen het huishouden. Daarnaast is de campagne, die door het Voedingscentrum wordt uitgevoerd, een belangrijk middel om meer bekendheid aan het Voedingscentrum te geven als belangrijkste voorlichter op het gebied van voedselveiligheid. In 2016 zal de campagne een vervolg krijgen. Deze campagne zal zich richten op het op de juiste manier koelen van bederfelijke levensmiddelen. Lopende zaken Om gerichte maatregelen in te zetten tegen de verspreiding van antibioticaresistente bacteriën is het van uiterst belang om de transmissieroute van deze bacteriën in kaart te krijgen. Om die reden loopt al een aantal jaren een onderzoek naar de relatieve bijdragen van verschillende ESBL-bronnen (zoals milieu, reizen, voedsel, zwemwater en huisdieren) aan het ESBL-dragerschap bij de mens. Daarnaast heb ik onderzoek uitgezet waarin met de nieuwste techniek, genome sequencing, bacteriën tot in detail kunnen worden getypeerd. Dit onderzoek zal bijdragen aan het eerder genoemde transmissieroute-onderzoek. Internationaal Stand van zaken in EU-verband met betrekking tot slachthygiëne en de preventie van Campylobacter is als volgt. Sinds december 2015 spreekt de Europese Commissie met alle lidstaten over het Proces Hygiene Criterium (PHC; een norm voor de proceshygiëne tijdens het slachten) voor Campylobacter op pluimvee. Hiermee is het gelukt dit onderwerp op de Europese agenda te krijgen. Dit betekent nog niet dat er op dit moment al overeenstemming is over de invulling van dit PHC, maar dit is een eerste belangrijkste stap. Specifieke verbetering van de slachthygiëne voor Campylobacter heeft ook een positief effect op de algehele slachthygiëne en hiermee ook op het voorkomen van resistente bacteriën op vlees. Codex Alimentarius De Codex Alimentarius Commission (Codex) is een VN-organisatie, onder de vlag van zowel de FAO (Internationale Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties) en de WHO (Wereldgezondheidsorganisatie). Deze Codex heeft aangegeven de komende jaren meer aandacht te willen besteden aan antibioticaresistentie. Daarom stelt de Codex voor om van 2017 tot 2020 een Task Force Antimicrobial Resistance (TFAMR) in te stellen. Deze taskforce moet twee producten opleveren: Pagina 9 van 15

91 Een nieuwe mondiale richtlijn voor het geharmoniseerd monitoren van antibioticaresistentie in voedselproducerende dieren, in voedsel en bij mensen met voedselinfecties. Een actualisatie van de al bestaande code voor het verminderen van diergeneesmiddelengebruik. Kenmerk PG Op dit moment bekijkt Nederland hoe we samen met Zuid-Korea een leidende rol kunnen spelen in deze Task Force AMR. 5. Milieu Gerealiseerd Zoals ik u vorig jaar heb aangegeven, is het ondanks reeds uitgevoerd onderzoek naar de rol van het milieu in de resistentieproblematiek, nog onbekend hoe resistente bacteriën en (resten van) antibiotica zich in het milieu gedragen, hoe de verspreiding hiervan plaatsvindt en wat hiervan de gevolgen zijn voor de volksgezondheid. Het RIVM voert momenteel onderzoek uit, met als uiteindelijk doel de risico s voor de volksgezondheid te beschrijven en voorstellen te doen voor mogelijke beheersmaatregelen. Activiteiten zijn in volle gang. Momenteel is reeds bereikt: 1. Een analyse van afvalwater- en meststromen, inclusief verwerkingsprocessen; 2. Eerste resultaten van nulmetingen bij verschillende rioolwaterzuiveringsinstallaties (met en zonder nabijheid van ziekenhuizen) die inzicht geven in het voorkomen van resistentie en antibiotica(resten); 3. Een analyse van relevante wetgeving van toepassing op afvalwater en mest; 4. Een stakeholderanalyse van instituten en projecten actief op het terrein van antibioticaresistentie en milieu (nog gaande); 5. Een eerste inventarisatie van mogelijke, (innovatieve) beheersmaatregelen. Het is gezien de omvang van de activiteiten niet haalbaar gebleken om op dit moment al een advies te ontvangen. Eind dit jaar zal het RIVM mij informeren over de mogelijkheden om de ernst en impact van de blootstelling van de mens aan antibioticaresistentie in het milieu te beschrijven. Mede op basis van een nog op te stellen risico-analyse op basis van expert judgement zal het RIVM mij in april 2017 adviseren over de meest effectieve beheersmaatregelen. Ik zal u die informatie doen toekomen. Overige acties Vorig jaar heb ik antibioticaresistentie als onderdeel van het nog lopende traject Green Deal duurzame bedrijfsvoering in de zorg6 opgenomen. Ik 6 Green Deals bieden bedrijven, burgers en organisaties een laagdrempelige mogelijkheid om samen met de overheid te werken aan groene groei. Initiatieven uit de samenleving staan daarbij aan de basis. Daar waar deze tegen belemmeringen aanlopen die volgens initiatiefnemers kunnen worden aangepakt op rijksniveau, wil het kabinet zich inzetten deze weg te nemen of op te lossen om zo deze initiatieven te faciliteren en te versnellen. In een Green Deal leggen partijen hierover concrete afspraken schriftelijk vast. Pagina 10 van 15

92 zie dit als een stimulans om verspreiding van resistentie via het milieu te verminderen. De staatssecretaris van IenM werkt in het kader van het waterkwaliteitsbeleid aan het verminderen van de verspreiding van resten van geneesmiddelen, waaronder resten van antibiotica. Kenmerk PG Internationaal Bij internationale bijeenkomsten over antibioticaresistentie komt ook naar voren dat het lastig is grip te krijgen op de rol van milieu in antibioticaresistentie. Aandacht aan het afvalwater van antibioticafabrieken moet eveneens een punt van mondiale aandacht zijn. Andere landen vragen ook aandacht voor dit aspect en zoeken hoe hiermee om te gaan in het kader van de One Health benadering. We zijn in Nederland op de goede weg door de huidige ingezette acties. 6. Innovatie Onderzoek en productontwikkeling, gerealiseerd Nederland is tot een landelijke samenwerkingsstructuur gekomen voor onderzoek en productontwikkeling. De structuur wordt een zelfstandig onderdeel van het Netherlands Center for One Health (NCOH). Op deze manier kan gebruik worden gemaakt van de bestaande faciliteiten van NCOH en wordt de One Health benadering versterkt. De structuur is tot stand gekomen met medewerking van diverse partijen. De structuur is een uitwerking van het door bureau Innotact opgestelde advies over een nationale samenwerkingsstructuur voor nieuwe antibiotica en alternatieve behandelingen. De structuur gaat zich voornamelijk richten op publiek-private samenwerking, translationeel onderzoek en het optimaliseren van de ontwikkelingsketen van nieuwe producten. De kosten voor de structuur en de bemensing komen voor rekening van VWS. Ook stelt VWS in de periode een overheidsbijdrage beschikbaar van gemiddeld 2 mln per jaar om onderzoekslijnen en samenwerking uit te breiden. De verwachting is dat vanaf 2019 de productenpijplijn zich heeft kunnen ontwikkelen naar commercieel interessante producten. Dan zal ook de geschatte overheidsinvestering afnemen en moet de private bijdrage toenemen. De verwachting is dat de structuur medio 2016 actief wordt. Lopende zaken Het RIVM verkent de mogelijkheden om registratie van antibiotica te versnellen, bijvoorbeeld door te registreren op werkingsmechanisme. Deze verkenning gebeurt in samenwerking met het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen. De resultaten daarvan worden eind 2016 verwacht. Internationaal Innovatie nieuwe middelen en business modellen: In het kader van het Europese Voorzitterschap heb ik het Innovative Medicines Initiative (IMI) programma DRIVE-AB ondersteund. Dit programma heeft als doel nieuwe business modellen voor antibiotica te ontwikkelen en te testen op hun effecten (zie bijlage 3). De London School of Economics heeft in mijn opdracht een analyse gemaakt van de diverse internationale stimuleringsmaatregelen voor onderzoek en innovatie van nieuwe antibiotica, alternatieven en diagnostica. Hiermee wil ik de nationale en internationale investering in onderzoek beter op elkaar kunnen afstemmen en eventuele witte vlekken in de kennisagenda en ontwikkelingsketen identificeren. Pagina 11 van 15

93 Nog voor de aanvang van de ministeriele conferentie is het rapport International and European Initiatives Targeting Innovation in Antibiotic Drug Discovery and Development opgeleverd, dat waardevolle input is voor de discussies rondom onderzoek en innovatie 7. Uit hun analyse blijkt onder andere dat de meeste stimuleringsinstrumenten zich vooral richten op fundamenteel onderzoek, mede daardoor is het moeilijk voor het innovatieve midden - en kleinbedrijf om producten door te ontwikkelen. De London School of Economics beveelt aan om investeringen in nieuwe therapieën en diagnostica te bundelen en te coördineren onder de One Health aanpak, daarbij specifiek rekening houdend met medical needs die de hoogste prioriteit hebben. Ik ben het ermee eens dat meer samenwerking en coördinatie in innovatie, en het maken van keuzes vanuit volksgezondheidsperspectief, effectiever zal zijn en dubbelingen kan voorkomen. Ik zal dan ook de aanbevelingen uit het rapport te agenderen in het EU One Health Netwerk. Kenmerk PG Innovatie in de zorg In de zorg lopen al vele goede innovatieve initiatieven om antibioticaresistentie te voorkomen dan wel te bestrijden. Ik volg deze met veel belangstelling. Om de goede initiatieven breed te delen zodat er een groter bereik is en we nog beter antibioticaresistentie kunnen aanpakken wil ik deze initiatieven uitdragen zodat deze vernieuwing een grotere impact krijgt. De Health deals waar ik me op dit moment voor in zet zouden daarbij een nuttig instrument kunnen zijn. Momenteel worden verschillende initiatieven geïnventariseerd en gekeken hoe deze met het veld verder kunnen worden gebracht. Onderstaande initiatieven hebben daarbij mijn speciale aandacht. Hopelijk volgen er nog velen. Een gerichte, diagnostische test op maat voor de bestrijding van bijzonder resistentie micro-organisme uitbraken in regionale zorginstellingen zorgt voor verkorting van de diagnostische wachttijd en snellere maatregelen en is daarmee ook kostenbesparend, zo toonde onderzoekers van het UMCG aan. Een onderzoek door microbiologen van o.a. het Amphia Ziekenhuis toonde aan dat door het indien nodig preoperatief voorschrijven van neuszalf het aantal infecties na operaties daalde. De kosten hiervan waren zeer beperkt, en de interventie bespaarde naast onnodige infecties ook kosten voor de behandeling van complicaties. Change is een onderzoek in het kader van het ZonMW-programma Preventie in verpleeghuizen. Dit onderzoek richt zich op betere (hand)hygiëne en het effect daarvan op infecties. Het Erasmus MC en de GGD Rotterdam voeren een onderzoek uit naar (hand)hygiëne in de langdurige zorg. Vanuit ZonMw is een nieuw meerjarig onderzoeksprogramma Antibioticaresistentie gestart. Ik heb hiervoor een budget van 16 miljoen beschikbaar gesteld. Het programma richt zich op de volgende 4 onderzoeksthema s: Mechanismen voor het ontstaan en de verspreiding van antibacteriële resistentie 7 Rapport London School of Economics: Pagina 12 van 15

94 Geschikte diagnostiek Mechanismen en doelen voor nieuwe antibiotica en alternatieven voor antibiotica Optimaliseren van antimicrobiële therapie: dosering en gebruik Kenmerk PG Wij streven ernaar dat onderzoeksresultaten snel effect hebben op de aanpak van antibioticaresistentie. Het programma heeft dan ook een toegepast karakter. Het programma benadert antibioticaresistentie vanuit de One Health Aanpak: mensen, dieren en de omgeving. Tot 5 april 2016 konden projectideeën worden ingediend voor de eerste ronde van dit nieuwe programma. Het beschikbare budget voor deze ronde van is 4,6 miljoen. In 2017 en 2018 volgen een tweede en derde ronde. 7. Communicatie Gerealiseerd Voor de communicatieactiviteiten is een gefaseerde meerjarenstrategie ontwikkeld. Bewustwording van het probleem en handelingsopties voor de professionals, burgers en bestuurders aanreiken is het doel. Burgers, professionals en bestuurders vormen de hoofddoelgroepen van de communicatieaanpak. De communicatie wordt mede vormgegeven in overleg met partijen uit het (zorg)veld. De volgende onderdelen komen uit de meerjarenstrategie: Om de campagnedoelstellingen te halen zijn meerdere rondes nodig, daarom ga ik de eerste fase van de publiekscampagne eind 2016 te herhalen; Daarnaast zullen de vervolg fases van de publiekscampagne worden ontwikkeld en toegepast om de urgentie, kennis en bewustwording te vergroten; Eind 2016 wordt de campagne voor professionals geïmplementeerd; Naast de campagnes zet ik communicatie in als instrument om beleidsactiviteiten uit te dragen en goede voorbeelden uit het (zorg)veld te verspreiden. Ook het delen van infographics is een onderdeel van de aanpak, zoals de infographic het gevaar van antibioticaresistentie (zie bijlage 4). Begin 2015 is een start gemaakt met de publiekscampagne Ga voorzichtig om met antibiotica daarwordtiedereenbetervan.nl. Met de slogans antibiotica zijn geen antigriep, antibiotica zijn geen antiverkoudheid en antibiotica zijn geen antibuikgriep, is het algemeen publiek bewust gemaakt van de noodzaak van het zorgvuldig gebruik maken van antibiotica. Op 18 november 2015 is de publieks campagne officieel gestart met radio, prerolls, banners, posters, folders en search. De campagne liep tot en met 28 februari De eerste fase van de publiekscampagne is geëvalueerd met een campagneeffectonderzoek. De communicatieve werking blijkt goed; de campagne scoort op alle vlakken boven de benchmark. Met name de boodschapoverdracht en de waardering scoren hoog. De doelgroep moet antibioticaresistentie nog meer als een urgent probleem gaan zien en bewust zijn dat het ook henzelf kan raken. De communicatieactiviteiten in 2016/2017 worden ook gericht op de professionele 8 Een lange versie van de preroll: Pagina 13 van 15

95 doelgroepen, waarbij de inzet is om een toename van bewustwording van professionals en bestuurders te krijgen. Samen met de betrokken veldpartijen start ik een campagne voor professionals uit meerdere sectoren die te maken hebben met antibioticaresistentie. De campagne sluit aan op de publiekscampagne. De Antibiotic awareness day in november kan ingezet worden als start- of piekmoment voor de campagne. Op die manier is extra aandacht voor het onderwerp. Ook in dit kader passen extra communicatieactiviteiten. Kenmerk PG De speciaal ontwikkelde Suske en Wiske Tante Biotica is nuttig gebleken bij het laagdrempelig onder de aandacht brengen van het onderwerp antibioticaresistentie. In aanvulling hierop heb ik met mijn collega van EZ en in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Vereniging voor Diergeneeskunde (KNMvD) een poster laten ontwikkelen met de stripfiguren in de hoofdrol. Deze posters zijn in combinatie met het album Tante Biotica onder dierenartsen verspreid. Internationaal Zoals ik in het begin van de brief aangaf; benadrukt Nederland internationaal actief de urgentie voor de aanpak van antibioticaresistentie. Daarbij is aandacht voor goede voorbeelden en het Nederlandse beleid. Hiertoe heb ik niet alleen Nederlandse informatie over de aanpak van antibioticaresistentie laten vertalen maar ook verschillende Engelstalige communicatiematerialen ontwikkeld. De films die zijn ontwikkeld voor de interactieve scenario based policy discussie op de EU Ministeriele One Health conferentie, stel ik beschikbaar voor educatieve doeleinden. Daarnaast is speciaal voor deze conferentie de AMR Next magazine uitgebracht 9, met diverse goede voorbeelden uit de EU om antibioticaresistentie tegen te gaan en Nederlandse business cases die het kostenvoordeel van maatregelen tegen antibioticaresistentie aantonen. De video Verspreiding is grensoverschrijdend is gebruikt bij de afsluiting conferentie 10. Ik wil in de komende periode meer succesvolle projecten laten beschrijven die kunnen dienen als goed voorbeeld en inspiratie. Slot De One Health aanpak die ik u in juni 2015 toezond is ambitieus. U heeft de eerste voortgangsrapportage nu voor u. Dit eerste jaar is veel gedaan. Belangrijke stappen zijn gezet op de verschillende domeinen. Op internationaal terrein zijn gezamenlijke Europese afspraken gemaakt voor zowel humane zorg als landbouw tijdens het EU voorzitterschap van Nederland. De landelijke structuur gericht op de ontwikkeling van nieuwe antibiotica en alternatieven is ontwikkeld, en wordt nu in concrete afspraken tussen vele partijen van wetenschap, onderzoek en farmacie gerealiseerd. De publiekscampagne is een belangrijke stap: mensen weten nu beter dat gebruik van antibiotica wel schaadt als het niet baat. Met name op het domein zorg worden grote veranderingen voorbereid, die veel van de (32) betrokken partijen vragen. De basisvoorstellen om regionale netwerken, betere surveillance en het beter ontwikkelen, implementeren en naleven van richtlijnen zijn gereed en hebben draagvlak. De 9 AMR Next magazine: Pagina 14 van 15

96 komende maanden worden de wettelijke en financiële kaders, in concrete fasegewijze stappen uitgewerkt. Het huidige programma loopt tot eind De aanpak verloopt conform de afspraken, en waar nodig worden aanvullende activiteiten ontwikkeld en gerealiseerd. Ik zal u hierover periodiek informeren. Kenmerk PG Hoogachtend, de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mw. drs. E.I. Schippers Pagina 15 van 15

97 Gezondheid in omgevingsvisie Moniek Pieters Directeur Publieke Gezondheid Gelderland-Zuid

98 Programma workshop Gezondheid in de omgevingswet en de omgevingsvisie Aandachtspunten gezondheid Wat kan de rol van de GGD zijn? Verkenning van de wijze waarop u de GGD wilt betrekken bij de (ontwikkeling) van de omgevingsvisie.

99 Omgevingswet Integratie tot één wet van de regels op het gebied van milieu, ruimtelijke ordening, bouwen, infrastructuur, natuur, water, cultuurhistorie, externe veiligheid Doel is Met het oog op duurzame ontwikkeling en in onderlinge samenhang: Bereiken en in stand houden van een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit Doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen van de fysieke leefomgeving ter vervulling van maatschappelijke functies

100 Lokale afweging belangen Normen minder belangrijk Eén loket Participatie Integrale werkwijze Procedures korter en eenvoudiger

101 Gezondheid in omgevingsvisie Een gezonde leefomgeving is een leefomgeving die als prettig wordt ervaren, uitnodigt tot gezond gedrag en waar de druk op de gezondheid zo laag mogelijk is

102 Gezondheid in omgevingsvisie Drieluik ontwikkeling gezonde leefomgeving Gezondheidsbescherming Gezondheidsbevordering Welbevinden/kwaliteit

103 Positieve gezondheid

104 Fijnstof in Gelderland Gezondheidsbescherming

105 Gezondheidsbescherming Schone lucht, in en om de woning Schone bodem, water Rust Grenswaarden geluidshinder, vervuiling

106 Gezondheidsbevordering We eten te zout, te zoet en te vet; zitten is het nieuwe roken

107 Gezondheidsbevordering De geest is gewillig, het vlees is zwak

108 Gezondheidsbevordering Stimuleer gezond gedrag Maak lopen, fietsen aantrekkelijk Uitnodigende en voldoende speelplekken Faciliteer ontmoeten, participatie Creëer beweegvriendelijke, groene en veilige leefomgeving Samen met bewoners

109 Faciliteer ontmoeten, participatie Let op sociale veiligheid Onderhoud de buurt Welbevinden/kwaliteit

110

111 Tool : Gelderse Gezondheidswijzer

112 Aandachtspunten gezondheid Gelderland Geur, geluid, luchtkwaliteit (oa fijnstof) Infectieziekten gerelateerd Zoönosen Resistentieproblematiek

113 Rol van de GGD op basis van de wet publieke gezondheid

114 Inzicht geven Gezondheidsbeleving, levensverwachting en ziekte Gezondheidseffecten, ziektelast en kosten Cumulatieve effecten van gelijktijdig optredende (milieu)invloeden en onvoorziene gezondheidsrisico s. Beleving van burgers van hun fysieke leefomgeving. Gevolgen van gezondheid en veiligheid bij veranderende situaties, zoals het introduceren van gezonde en schone mobiliteit.

115 Verbinden Gezondheidsbescherming, gezondheidsbevordering, welbevinden Bijdragen aan integrale afwegingen Multi-advisering: Omgevingsdienst, Brandweer, GGD, GHOR

116 Adviseur, gesprekspartner Planvorming (integraal) Incidenten (verontreinigingen, zoönosen) (risico)communicatie bij veranderingen of onrust over gezondheid en fysieke leefomgeving

117 Hoe zet u de GGD in? Welke stappen heeft u al genomen ten behoeve van een omgevingsvisie? Wie zijn uw partners in dit proces? Heeft u de belangen al goed in beeld? Wat zijn uw grootste knelpunten op dit moment? Ziet u een rol voor de GGD?

118 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 4 Onderwerp Invulling vacante zetel DB Korte samenvatting onderwerp: In verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd heeft de heer Jac van Dongen 14 augustus jl. afscheid genomen als wethouder volksgezondheid van de gemeente Druten en zodoende ook als lid van het Algemeen Bestuur (AB) en Dagelijks Bestuur (DB) van GGD Gelderland-Zuid. Hierdoor is een zetel vacant in het Dagelijks Bestuur van de GGD. De leden van het DB worden volgens artikel 13 van het GR aangewezen door het AB. Vandaar dit voorstel. Het bovenstaande is besproken in het portefeuillehouders-overleg (PFO) volksgezondheid van het Rijk van Nijmegen. Daar is de heer R.W.M. (Rob) Engels, wethouder volksgezondheid van de gemeente Wijchen, unaniem voorgedragen als lid van het DB van de GGD. Het Algemeen Bestuur wordt gevraagd ermee in te stemmen dat de vacante zetel in het DB vanaf 6 oktober wordt ingenomen door de heer R. Engels. Voorstel te beslissen: 1. In te stemmen dat de heer R. Engels vanaf 6 oktober 2016 lid is van het Dagelijks Bestuur van GGD Gelderland-Zuid.

119 Algemeen bestuur vergadering 6 oktober 2016 agendapunt 5.1 onderwerp Begrotingswijziging GGD 2017 betreffende Veilig Thuis Korte samenvatting onderwerp: Op 7 juli jl. is de begrotingswijziging GGD 2017 betreffende Veilig Thuis voor zienswijze toegestuurd aan de raden van de deelnemende gemeenten. De zienswijzen worden door het Algemeen Bestuur betrokken bij de behandeling en vaststelling van de begrotingswijziging GGD 2017 betreffende Veilig Thuis. Momenteel zijn alleen zienswijzen van gemeenten Lingewaal en Neerijnen ontvangen; deze gemeenten stemmen in met de voorgestelde begrotingswijziging. Ter vergadering wordt een actueel overzicht aangereikt. Het opdrachtgevers/opdrachtnemersoverleg Veilig Thuis heeft aangegeven dat het overzicht bijdrage Veilig Thuis begroting 2017, dat 7 juli jl. gestuurd is naar de gemeenten niet juist is. In dit overzicht is het totale bedrag verdeeld over de gemeenten, zonder rekening te houden met het feit dat een deel van de begroting Veilig Thuis 2017 in de GGD programmabegroting 2017 is opgenomen; deze is door het AB op 30 juni jl geaccordeerd. In bijlage 1 vindt u het aangepaste overzicht van de bijdragen per gemeente. De totale begroting Veilig Thuis 2017 blijft 4,25 miljoen. Scenario s: wel/niet harmoniseren van bijdrage De bijdrage Veilig Thuis is vanuit verschillende financieringsstromen opgebouwd. De financieringsstromen hebben geen uniforme grondslag. Het advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling is een samenvoeging vanuit drie organisaties. Historische afspraken, die één op één zijn overgenomen bij de vorming van Veilig Thuis, zorgen voor verschillende bijdrage per gemeente aan Veilig Thuis. In opdracht van het Dagelijks Bestuur zijn twee scenario s uitgewerkt. 1. Het eerste scenario, bijlage 2, is gebaseerd op de oude afspraken, zoals in de GGD Programmabegroting is opgenomen met een administratieve aanpassing van de AMK-bijdrage vanuit gemeente Nijmegen. Deze gemeente betaalt de AMK-bijdrage voor het Rijk van Nijmegen en factureert de regiogemeenten de AMK-bijdrage per gemeente. Dit scenario betekent geen harmonisatie van bijdrage. Hier verandert niets in de financieringssystematiek van Veilig Thuis 2. Het tweede scenario, bijlage 3, verdeelt de totale bijdrage exclusief de centrumbijdragen vanuit Nijmegen, Maasdriel en Zaltbommel via een vast bedrag per inwoner. Dit betekent harmonisatie van bijdrage en dus verandering van financieringssystematiek van Veilig Thuis. Het effect van de harmonisatie is een uniforme grondslag van de bijdrage voor Veilig Thuis voor alle gemeenten: er is een vaste bijdrage per inwoner. Door harmonisatie ontstaan er gemeentelijke herverdeeleffecten en voor- en nadeelgemeenten. In bijlage 4 is het harmonisatievoordeel en -nadeel tussen de beide scenario s per gemeente in beeld gebracht. Het Dagelijks Bestuur stelt voor de bijdrage van de deelnemende gemeenten te harmoniseren op basis van een vaste bijdrage per inwoner (zie scenario 2). Dit is in lijn met de wijze waarop de gemeenten de uniforme bijdrage aan de GGD leveren. Mocht het AB zich uitspreken voor scenario 2 (harmonisatie), dan wordt dit scenario voor zienswijze aan de gemeenten voorgelegd en de begrotingswijziging 2017 GGD m.b.t. Veilig Thuis in de eerstvolgende AB-vergadering, 15 december 2016, vastgesteld.

120 Voorstel te beslissen: 1. Vast te stellen van het aangepaste overzicht bijdrage per gemeente begrotingswijziging GGD 2017 betreffende Veilig Thuis. 2. In te stemmen met harmonisering van de financiering van Veilig Thuis op basis van een vaste bijdrage per inwoner met ingang van Indien bij beslispunt 2 ingestemd wordt met harmonisatie, dit scenario voor zienswijze voor te leggen aan de gemeenten en de begrotingswijziging 2017 GGD m.b.t. Veilig Thuis in de ABvergadering van 15 december 2016 vast te stellen.

121 Bijlage 1: Overzicht bijdrage Veilig Thuis begroting 2017 per gemeente Gemeenten Gelderland Zuid Inwoners aantal 1/1/2016 Veilig Thuis in GGD begroting 2017* Bijdrage centrum functie Extra financieringen** Veilig Thuis totaal 2017 (zit in primaire begroting) Beuningen Druten Berg en Dal Heumen Nijmegen West Maas en Waal Wijchen Buren Culemborg Geldermalsen Lingewaal Maasdriel Neder-Betuwe Neerijnen Tiel Zaltbommel Totaal gemeenten GGD GZ Mook en Middelaar Totaal Veilig Thuis in GGD Begroting 2017 (excl. Mook en Middelaar ): * De verdeling van Veilig Thuis in de GGD begroting 2017 is gebaseerd op verschillende financieringstromen; de AMK bijdrage, oud HG bijdrage en centrumfunctie Nijmegen. Deze financieringstromen wordt niet op basis van inwoners verdeeld over de gemeenten behorende bij het Rijk van Nijmegen. ** Extra financieringen: besluitvorming dec 2015: (1e helft) + besluitvorming juni (2e helft) (overhead en BTW vanuit JBG, die in de GGD begroting 2017 wel was verminderd op de bijdrage en in de begroting 2017 Veilig Thuis niet).

122 Bijlage 2: Scenario 1 Overzicht bijdrage Veilig Thuis begroting 2017 per gemeente (aanpassing AMK bijdrage) Gemeenten Gelderland Zuid Inwoners aantal 1/1/2016 Veilig Thuis in GGD begroting 2017* AMK bijdrage Rijk van Nijmegen** Bijdrage centrum functie Extra financieringen*** Totaal 2017 scenario 1 (zit in primaire begroting) Beuningen Druten Berg en Dal Heumen Nijmegen West Maas en Waal Wijchen Buren Culemborg Geldermalsen Lingewaal Maasdriel Neder-Betuwe Neerijnen Tiel Zaltbommel Totaal gemeenten GGD GZ Mook en Middelaar Totaal Veilig Thuis in GGD Begroting 2017 (excl. Mook en Middelaar ): * De verdeling van Veilig Thuis in de GGD begroting 2017 is gebaseerd op verschillende financieringstromen; de AMK bijdrage, oud HG bijdrage en centrumfunctie Nijmegen. Deze financieringstromen wordt niet op basis van inwoners verdeeld over de gemeenten behorende bij het Rijk van Nijmegen. ** De AMK bijdrage voor de gemeenten van het Rijk van Nijmegen, , wordt op basis van huidige afspraken door GGD Gelderland-Zuid aan gemeente Nijmegen gefactureerd. Buiten GGD Gelderland-Zuid om ontvangt gemeente Nijmegen de AMK bijdrage van iedere deelnemende gemeente. Deze route van financiering wordt in dit scenario aangepast naar een rechtstreekse bijdrage vanuit iedere gemeente aan GGD Gelderland-Zuid. *** Extra financieringen: besluitvorming dec 2015: (1e helft) + besluitvorming juni (2e helft) (overhead en BTW vanuit JBG, die in de GGD begroting 2017 wel was verminderd op de bijdrage en in de begroting 2017 Veilig Thuis niet).

123 Bijlage 3: scenario 2 Overzicht bijdrage Veilig Thuis begroting 2017 per gemeente (harmonisatie) Gemeenten Gelderland Zuid Inwoners aantal 1/1/2016 A B C = D - A - B D Veilig Thuis in GGD begroting 2017 Bijdrage centrum functie (zit in primaire begroting) Extra financieringen* Totaal 2017 scenario 2** Beuningen Druten Berg en Dal Heumen Nijmegen West Maas en Waal Wijchen Buren Culemborg Geldermalsen Lingewaal Maasdriel Neder-Betuwe Neerijnen Tiel Zaltbommel Totaal gemeenten GGD GZ Mook en Middelaar Totaal Veilig Thuis in GGD Begroting 2017 (excl. Mook en Middelaar ): * De extra financieringen per gemeente wijken af van scenario 1. Aangezien de totaal bijdrage is geharmoniseerd op basis van een vast bedrag per inwoner. ** De totaalbijdrage exclusief de centrumbijdragen is op basis van inwonersaantal geharmoniseerd. De centrumbijdragen zijn: Huiselijk Geweld en Vrouwenopvang via gemeente Nijmegen en Huiselijk Geweld vanuit gemeenten Maasdriel en Zaltbommel De centrumbijdragen Huiselijk Geweld en Vrouwenopvang staan volledig bij gemeenten Nijmegen, Maasdriel en Zaltbommel. Het bedrag per inwoner voor Veilig Thuis 2017, exclusief centrumbijdragen, komt hiermee op / = 6,79.

124 Bijlage 4 - Harmonisatievoordeel en -nadeel bijdrage Veilig Thuis begroting 2017 per gemeente Gemeenten Gelderland Zuid Inwoners aantal 1/1/2016 Scenario 1 Scenario 2 Harmonisatie Voordeel (+) / Nadeel (-) Beuningen Druten Berg en Dal Heumen Nijmegen West Maas en Waal Wijchen Buren Culemborg Geldermalsen Lingewaal Maasdriel Neder-Betuwe Neerijnen Tiel Zaltbommel Totaal gemeenten GGD GZ Mook en Middelaar Totaal

125 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 5.2 Onderwerp Financiële informatie Veilig Thuis Korte samenvatting onderwerp: De Interim-manager Veilig Thuis heeft de afgelopen 2 maanden mede gewerkt aan het verkrijgen van meer inzicht in de kosten van Veilig Thuis. Het ijkpunt voor dit inzicht zijn de besluiten die het Bestuur neemt inzake de Begroting van Veilig Thuis. Er zijn overzichten gemaakt van: De gemaakte kosten in het 1 e halfjaar en de prognose van de kosten voor het hele jaar. De personele bezetting in het 1 e halfjaar en de prognose van de bezetting voor het hele jaar. Beide overzichten zijn gemaakt voor de reguliere kosten van Veilig Thuis en voor de kosten van het Aanvalsplan. De Interim-manager heeft een toelichting gemaakt in de vorm van een Memo Halfjaarrapportage Uit dit Memo blijkt een geprognosticeerd tekort van op de reguliere exploitatie en een tekort van op de exploitatie van het Aanvalsplan. Aan de hand van deze Halfjaarrapportage heeft de Interim-manager een nadere onderbouwing gemaakt van de conceptbegroting 2017, zoals deze is voorgelegd aan het AB op 30 juni jl. Op basis van de verwachte personele bezetting in januari 2017 en incl. de kosten van een interim-manager, biedt de conceptbegroting een ruimte van voor de kosten van ontwikkeling en ketenregie. Voorstel te beslissen: 1. Kennisnemen van het Memo Halfjaaroverzicht Kennisnemen van het Memo Onderbouwing Begroting 2017.

126 Memo Datum : 20 september 2016 Bestemd voor : Algemeen Bestuur GGD Van : Interim-manager Veilig Thuis Betreft : Halfjaarrapportage 2016 Veilig Thuis 1. Aanleiding en doel Op 30 juni 2016 heeft het Algemeen Bestuur de Herziene Begroting 2016 Veilig Thuis vastgesteld. Deze herziening betekende een forse verhoging van het budget voor Veilig Thuis, van oorspronkelijk 2,0 mln. naar uiteindelijk 4,1 mln. Daarnaast heeft het Algemeen Bestuur op 28 april 2016 het Aanvalsplan vastgesteld met een bijbehorend budget van (incl. opdracht gemeenteraad Tiel aan Van Montfoort). In de MARAP van de GGD wordt in een separaat overzicht van de baten en lasten Veilig Thuis 2016 gepresenteerd. Met dit Memo geef ik als Interim-manager Veilig Thuis een specifieke toelichting op dit overzicht. Volledigheidshalve is het overzicht VT uit de MARAP van de GGD als bijlage aan dit Memo toegevoegd. 2. Uitgangspunt voor deze rapportage Uitgangspunt is de Begroting 2016 inclusief wijzigingen zoals het Bestuur deze heeft goedgekeurd: De oorspronkelijke Begroting 2016 Veilig Thuis vormde onderdeel van de Programmabegroting 2016, zoals het Bestuur deze in haar vergadering van 17 december 2015 definitief vaststelde. Deze oorspronkelijke Begroting had een omvang van : De wijziging Begroting 1 e helft 2016 Veilig Thuis, zoals het Bestuur deze definitief vaststelde in haar vergadering van 14 april 2016 : De wijziging Begroting 2 e helft 2016 Veilig Thuis, zoals het Bestuur deze definitief vaststelde in haar vergadering van 30 juni 2016: Totale herziene Begroting 2016 Veilig Thuis Gelderland-Zuid Wetgeving Financiën Veilig Thuis De WMO bepaalt het volgende ter zake van de begroting en de verantwoording van Veilig Thuis (AMHK): Artikel Het AMHK stelt overeenkomstig door Onze Minister en Onze Minister van Veiligheid en Justitie te stellen regels de begroting, de balans en de resultatenrekening, alsmede de daarbij behorende toelichting vast en maakt deze op door Onze Minister en Onze Minister van Veiligheid en Justitie te bepalen wijze openbaar.

127 Artikel Het AMHK verstrekt aan Onze Minister en Onze Minister van Veiligheid en Justitie de bij regeling van Onze Minister en Onze Minister van Veiligheid en Justitie omschreven gegevens betreffende de exploitatie van het AMHK. In de regeling kan worden bepaald dat de gegevens worden verstrekt aan een daarin aangewezen bestuursorgaan. Het Algemeen Bestuur heeft met haar besluit om de Begroting van Veilig Thuis afzonderlijk op te nemen in de totale Begroting van de GGD gevolg gegeven aan deze wettelijke bepalingen. Ditzelfde zal ook moeten plaatsvinden bij de opstelling en vaststelling van de Jaarrekening van Veilig Thuis. 4. Algemeen beeld Veilig Thuis Het jaar 2016 is Veilig Thuis financieel gestart met een begroting van bijna 2 mln (ca. 18,6 fte). Voor de eerste helft van 2016 is door besluitvorming in december 2015 en april 2016 door het AB 0,5 mln. toegevoegd (ca. 4,7 fte). In haar besluit van 30 juni 2016 heeft het Algemeen Bestuur nog eens 1,6 mln (15,7 fte) aan de Begroting toegevoegd. Bij de opstelling van de Begroting en de daarna volgende wijzigingen is steeds uitgegaan van de benodigde personeelsformatie en daarmee gepaard gaande kosten conform de systematiek van de GGD. Daarin wordt altijd in enigermate rekening gehouden met extra kosten extern personeel. Die kosten zijn bij Veilig Thuis hoger door een veel hogere inzet van extern personeel met daarbij behorende kosten: de extra kosten van de medewerkers van JBG, die op basis van de Dienstverleningsovereenkomst bij Veilig Thuis aan de slag zijn gegaan. de extra kosten van tijdelijk personeel, dat via Driessen (pay-roll-constructie), via Ammizorg (uitzendkrachten) of op basis van zzp-inhuur bij Veilig Thuis aan de slag is gegaan. In onderstaande tabel is een en ander kwantitatief samengevat: Personeelsverloop 1e helft 2016 Begroot aantal fte bezetting januari bezetting juni Aanvankelijk begrote formatie: 18,6 + 4,7 fte 23,31 Later toegevoegde formatie 15,68 Reguliere Bezetting GGD 10,34 12,87 Inzet via Moviera 0,89 0,89 Reguliere inzet via JBG 15,29 15,96 Inzet tijdelijke krachten 10,54 9,03 totaal 38,99 37,06 38,75 Tabel 1 Personeelsverloop 1 e helft 2016 Begin 2016 is een aantal tijdelijke medewerkers aangetrokken vanwege de toegekende extra gelden. De achterliggende gedachte was dat deze snel zouden kunnen vertrekken als er geen extra geld voor het 2 e halfjaar beschikbaar zou komen. Het AB had immers voor een halfjaar extra geld toegekend (1 e wijziging Begroting 2016). Daarmee werd een zeker risico genomen, dat gezien de 2

128 actuele situatie van Veilig Thuis toen begrijpelijk was en achteraf gezien verantwoord is geweest. Gevolg was dat na besluitvorming op 30 juni nauwelijks extra vacatureruimte vrij kwam. De dekking voor deze kosten kwam met de wijziging Begroting 2 e helft Door deze wijziging werd de formatie vergroot naar de uiteindelijke 38,99 fte. Medio 2016 was deze formatie nagenoeg geheel bezet, zoals in tabel 1 valt te lezen. 5. Begroting, realisatie en prognose Uit bijlage 1 komt naar voren dat in de eerste helft van 2016 sprake was van een overschot. Dit overschot wordt vooral veroorzaakt door een overschot van in de materiële kosten. Voor het overige is sprake van kleine verschillen in personele kosten, doorbelastingen en opbrengsten. De prognose voor 2016 laat een tekort zien van (incl. het Aanvalsplan), een daling van meer dan ten opzichte van de begroting Dit wordt veroorzaakt door: Meer personele kosten dan begroot ( ). Meer materiële kosten dan begroot ( ), met name in verband met de te verwachten kosten van de bereikbaarheidsdienst van medewerkers (incl. vertrouwensartsen). 1 De prognose van de andere materiële kosten is op het niveau van de begroting gehouden, omdat extra kosten worden verwacht rond o.a. ICT en Huisvesting. Meer kosten van doorbelastingen indirecte overhead van (In kosten Aanvalsplan) continuering inzet Interim-Directeur in de maanden november en december: extra kosten: (moet nog besluitvorming over plaatsvinden). (In kosten Aanvalsplan) ondersteuning op het gebied van procesmanagement en REGAS. Meerkosten ca In structurele zin kan worden gewezen op de personele kosten van Veilig Thuis, die hoger zijn dan gemiddeld is aangenomen. Medewerkers bij Veilig Thuis Gelderland-Zuid die zijn tewerk gesteld op basis van de Dienstverleningsovereenkomst met Jeugdbescherming Gelderland (JBG). Deze medewerkers zijn op jaarbasis gemiddeld duurder dan een medewerker Veilig Thuis in dienst van de GGD. Totaal gaat dit in 2016 om een bedrag van Medewerkers bij Veilig Thuis Gelderland-Zuid die zijn tewerk gesteld op uitzendbasis of op basis van een uurtarief. Deze medewerkers zijn gemiddeld duurder dan gemiddeld een medewerker Veilig Thuis in dienst van de GGD. Totaal gaat dit in 2016 om een bedrag van De prognose gaat uit van een lagere gemiddelde personele bezetting over het hele jaar dan de formatie (ca. 2 fte). Dit brengt een verlaging van de kosten met zich mee van ca Analyse personele bezetting Personele bezetting vanuit doelmatigheid Vanuit het oogpunt van doelmatigheid is het gebruikelijk onderscheid te maken in: 1 Deze kosten zijn in deze halfjaarrapportage niet onder de personele kosten ondergebracht, maar als overige personele kosten onder de materiële kosten ondergebracht. 3

129 Personeel in het primaire proces Personeel in overhead Tabel 2 geeft vanuit deze invalshoek de personele bezetting van Veilig Thuis. Het totaal sluit aan op de 3 e kolom in tabel 1. Opbouw bezetting medio 2016 aantal fte juni 2016 Primair proces VT-werkers (front-office en back-office) 25,97 Directe overhead Gedragsdeskundigen 1,45 Vertrouwensartsen 1,47 Secretariaat 3,50 Totaal primair proces 32,39 Management 2,1 Management-assistentie 0,45 Overige ondersteuning 3,81 Totaal directe overhead 6,36 Totaal (excl. inzet Aanvalsplan) 38,75 Tabel 2 Opbouw personele bezetting Veilig Thuis De tijdelijke directie als onderdeel van de directe overhead wordt gefinancierd vanuit het Aanvalsplan. Voor de goede orde: de indirecte overhead van Veilig Thuis (i.c. de ondersteuning vanuit GGD en VRGZ) komt niet in formatie maar in doorbelastingen tot uitdrukking. De basis daarvoor ligt in de systematiek van uren en tarieven die de GGD daarvoor hanteert, waarin een opslag voor indirecte ondersteuning is opgenomen. Daarenboven heeft Veilig Thuis in de eerste helft van 2016 de nodige ondersteuning ingezet, die niet werd afgedekt via de doorbelastingen. Deze is in tabel 2 omschreven als overige ondersteuning. Personele bezetting vanuit verrichtingen De productnormen (minuten voor verrichtingen) die Veilig Thuis hanteert, zijn eerder genoemd in de toelichting op de 2 e Begrotingswijziging Gekoppeld aan de cijfers over het eerste halfjaar 2016 laat zich een normatieve personeelsbezetting uitrekenen. Die is in tabel 3 gepresenteerd naast feitelijke bezetting in juni 2016: 4

130 feitelijke bezetting juni 2016 (in fte) genormeerde bezetting productie 1e helft 2016 (fte) VT-werkers 25,97 26,25 Gedragsdeskundigen 1,45 1,26 Vertrouwensartsen 1,47 1,03 Secretariaat 3,5 2,16 Tabel 3 Feitelijke en genormeerde personele bezetting Veilig Thuis Uit deze tabel kan worden opgemaakt, dat de personele bezetting van Veilig Thuis in lijn ligt met wat op basis van de productie in de eerste helft van 2016 zou mogen worden verwacht. 7. Prognose 2 e helft 2016 In de opgestelde prognose voor het hele jaar 2016 is een aantal besluiten verdisconteerd: Het stopzetten van een deel van de overige ondersteuning per 1 augustus. Het tijdelijk terugtrekken van de Manager BZ&VT uit Veilig Thuis vanaf 1 augustus Het uitbreiden van de functie Management-Assistentie per 1 augustus De aanstelling van een extra gedragswetenschapper met ingang van september 2016 om een kwaliteitsimpuls in de front office te bieden en de inhoudelijke sturing van Veilig Thuis te versterken. Het aanpassen (verlengen, uitbreiden, krimpen en beëindigen) van contracten (per saldo effect nihil). In de maand juli is een aantal tijdelijke contracten omgezet naar een aanstelling bij de GGD, wat de gemiddelde kosten per fte verlaagt. Door deze besluiten is het totale aantal werkzame fte verlaagd van 38,75 fte in juni naar 36,96 fte in augustus. De personele bezetting VT-werkers stijgt van 25,97 fte in juni naar 27,44 fte in augustus. 8. Vooruitblik 2017 Een aantal tijdelijke arbeidscontracten loopt af per 31 december 2016 en zullen naar verwachting niet worden verlengd. Voor het overige zij verwezen naar het Memo Onderbouwing Begroting

131 1.2.1 Overzicht baten en lasten Veilig Thuis 2016 (bedragen * 1.000,-) Jaarrekening 2015 Bijgestelde begroting 2016 Begroting periode 1 t/m 6 Realisatie periode 1 t/m 6 Bijstelling Verwachting Bijdrage deelnemende gemeenten Uniforme taken o.b.v. facturen Subsidies rijk Doorstorting GGD'en Subsidies gemeenten Overige opbrengsten Te acquireren Som der bedrijfsopbrengsten Personeelskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen 4 Medische zaken Communicatieapparatuur Vervoersmiddelen Afschrijvingen Algemene kosten Inkoop ondersteunende diensten VRGZ Interne doorbelasting bedrijfsvoering Doorstorting GGD'en Voorlichting Rentebaten en -lasten Som der bedrijfskosten Totaal saldo van baten en lasten Incidentele baten Incidentele lasten Geraamd resultaat voor bestemmen Digitaal Dossier JGZ Bezuinigingen Uittreding Mook & Middelaar Afboeking vordering Mook & Middelaar EGB-samenwerking Toezicht WMO Veilig Thuis -343 Nog te bestemmen resultaat Toelichting Ten opzichte van de begroting zijn begrotingswijzigingen doorgevoerd. Dit wordt uitgewerkt in bijlage

132 Memo Datum : 21 september 2016 Bestemd voor : Algemeen Bestuur GGD Van : Interim-manager Veilig Thuis Betreft : Onderbouwing Begroting 2017 Aanleiding en doel Het Algemeen Bestuur heeft op 30 juni 2016 de Begroting 2017 Veilig Thuis vastgesteld om voor zienswijze door te sturen aan de gemeenten. Die Begroting kent een onderbouwing, die vooral is bepaald door de opbouw van de herziene Begroting Inmiddels is de (concept-)halfjaarrapportage 2016 beschikbaar. Ook is het concept-organisatieplan gereed, dat uitgaat van 1 fte Directeur en 1 fte Manager. Dit maakt het mogelijk om tot meer geargumenteerde onderbouwing van de Begroting 2017 te komen. Dit Memo verschaft deze onderbouwing. Uitgangspunten De Begroting 2017 Veilig Thuis is opgebouwd conform de systematiek van de GGD. Deze systematiek werkt met uurtarieven per functie. In deze uurtarieven is een opslag voor de indirecte overhead inbegrepen. In dit uurtarief is opgenomen: de loonsom; een bedrag ter dekking van de kosten van Directie, Directiebureau en Huisvesting; een bedrag ter dekking van de kosten van de Afdelingen Financiën, P&O, Facilitaire Diensten & ICT; een bedrag ter dekking van de kosten van ziektevervanging (5%). De kosten van de specifieke overhead Veilig Thuis (directe overhead) zijn apart opgenomen in de Begroting (o.a. Directeur, Manager, Managementassistente). Door deze werkwijze is het aantal fte cruciaal voor de berekening van de Begroting. Daarnaast is in de begroting een bedrag voor materiële kosten opgenomen. Daartoe behoort ook een bedrag van ca voor het uitvoeren van bereikbaarheidsdiensten (dit bedrag is normatief bepaald). Prognose De prognose van het aantal verrichtingen 2017 is gebaseerd op de feitelijke productie in de eerste helft van 2016 (zie ook de halfjaarrapportage 2016). Deze prognose wijst o.a. uit dat de genormeerde bezetting VT-werkers berekend op basis van prognose van het volume in combinatie met productnormen 26,25 fte bedraagt.

133 Formatie 2017 De formatie 2017 is gebaseerd op: de verwachte personele bezetting in januari 2017; de keuzes in het kader van het Organisatieplan Veilig Thuis; de wens van het Bestuur om budgettair ruimte te creëren voor organisatie-ontwikkeling en relatie- en ketenmanagement. De volgende tabel geeft de personeelsformatie 2017 weer incl. de doorrekening van de kosten daarvan op basis van de GGD-systematiek. Berekening kosten fte rekenuren uurtarief totale kosten VT-werkers 24, Gedragswetenschappers 2, Vertrouwensartsen 1, Secretariaat 2, Sub-totaal 30, Directie 1, Management 1, Management-Assistentie 0, Sub-totaal 2, Materiële kosten (incl. kosten bereikbaarheid) Budget organisatie-ontwikkeling en relatie- /ketenmanagement Totaal herziene formatie en kostenbegroting , Totaal concept-begroting 2017 vastgesteld door bestuur 38, Leo Euser interim-manager Veilig Thuis 2

134 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 5.3 Onderwerp Voortgangsrapportage Veilig Thuis Korte samenvatting onderwerp: In bijgaande Voortgangsrapportage Veilig Thuis Gelderland-Zuid, rapporteert de interimmanager het Algemeen Bestuur over de ontwikkeling van Veilig Thuis gedurende de periode juli september Bij de Voortgangsrapportage is als bijlage 1 opgenomen de brief van de inspectie van 30 augustus jl. en in bijlage 2 de reactie hierop van Veilig Thuis Gelderland-Zuid (brief d.d. 19 september 2016). Voorstel te beslissen: 1. Kennis te nemen van de Voortgangsrapportage Veilig Thuis Gelderland-Zuid juli september 2016.

135 Voortgangsrapportage Veilig Thuis Gelderland-Zuid Juli september 2016 Interim-manager Veilig Thuis, 21 september Doel en aanleiding Met deze Voortgangsrapportage wil ik het Algemeen Bestuur informeren over de ontwikkeling van Veilig Thuis en mijn eigen werkzaamheden sinds de vorige vergadering van het Algemeen Bestuur op 30 juni Overgang van onderneming Het besluit over de organisatorische positie maakte de weg vrij om het traject overgang van onderneming te starten. Dit traject is van belang voor die medewerkers die in 2015 en 2016 op basis van de Dienstverleningsovereenkomst met Jeugdbescherming Gelderland werken voor Veilig Thuis. Zij komen nu van rechtswege over naar de GGD. Ditzelfde geldt ook voor de medewerker die afkomstig is van Moviera. Het Sociaal Plan is in concept gereed. Het overleg met de vakbonden loopt. Bij de opstelling daarvan is constructief samengewerkt met JBG. De adviesaanvraag voor het traject Overgang van Onderneming is in juli ingediend bij de Ondernemingsraad van de GGD. Begin augustus was het geagendeerd in de overlegvergadering. De OR heeft per brief gereageerd met een aantal vragen. Deze vragen zijn inmiddels beantwoord. Gezien de toonzetting van de brief en het overleg zie ik in dit traject geen problemen. De betrokken medewerkers zijn begin juli in een speciale bijeenkomst door mij geïnformeerd over het traject. P&O is voor aanvullende vragen en informatie beschikbaar voor de medewerkers. 3. Management van middelen In juli heb ik, ondersteund door de Afdeling Financiën, een halfjaaroverzicht gemaakt, dat apart is geagendeerd in de vergadering van het AB (zie agendapunt 5.2). Dit overzicht is van belang voor het kunnen dragen van budgetverantwoordelijkheid. Het volgende overzicht wordt na afloop van het 3 e kwartaal gemaakt. In de maand juli zijn voor verschillende medewerkers de arbeidscontracten aangepast en in een enkele keer uitgebreid. Ook is een beperkt aantal nieuwe medewerkers aangesteld. Uitgangspunt is het tot stand brengen van een arbeidscontract met de GGD en het beëindigen van duurdere uitzend- en zzp-constructies. Gezien de hectiek van de organisatie is het onvermijdelijk dat er soms kortlopende uitzendcontracten worden gesloten. De grens voor het aanstellen van medewerkers ligt in de begrote personeelsformatie Op basis van de halfjaarrapportage was het ook mogelijk een onderbouwing te leveren voor de concept-begroting 2017, die eveneens op de agenda van het AB is geplaatst (zie agendapunt 5.2).

136 4. Management Op maandag 4 juli is de interim-teammanager Bob Vermeer gestart als opvolger van de Teamleider Gerrie Kolthof, die vanwege pensionering haar functie neerlegde. Twee weken daarna is in overleg tussen DPG, Anna van Lübeck en mij besloten, dat Anna zich tot 1 januari 2017 terugtrekt uit het management van Veilig Thuis en zich concentreert op het management van Bijzondere Zorg. Ook bij Bijzondere Zorg liggen de nodige uitdagingen die managementaandacht vragen. Ter ondersteuning van het management is een tijdelijke kracht ingeschakeld op het gebied van procesondersteuning en REGAS. Zij heeft ook afspraken gemaakt met de leverancier van REGAS over de structurele verbetering van REGAS bij Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 5. Contact met de Inspectie De afgelopen maanden is regelmatig contact geweest met de Inspectie. Over deze contacten stem ik veelvuldig af met de leden van het Dagelijks Bestuur. De leden van het Algemeen Bestuur zijn en worden geïnformeerd via toezending van het tweewekelijkse overzicht Werkvoorraden. Op 23 augustus jl. hebben het Dagelijks Bestuur en ik in het kader van het verscherpt toezicht een gesprek gevoerd met de Hoofdinspecteur Jeugdzorg en enkele Inspecteurs. In dat gesprek gaf de Inspectie terug wat zij in het onaangekondigde bezoek op 18 augustus aan Veilig Thuis Gelderland- Zuid hadden gehoord en gezien in de gesprekken met medewerkers. De Inspectie reageerde positief op het teruglopen van de wachtlijsten en werkvoorraden. In het gesprek bleek dat Inspectie, DB en de Interimmanager nagenoeg consensus hebben over de stand van zaken en wat nu nodig is. De Inspectie stuurde op 30 augustus jl. een brief met de zaken die moeten gebeuren bij Veilig Thuis (zie bijlage 1). Specifiek geeft de Inspectie aan dat de continuïteit van het management belangrijk is in relatie tot het Verscherpt Toezicht en de contracten met de interim-teammanager en de interim-manager om die reden moeten worden verlengd. Het DB heeft besloten beide contracten te verlengen tot 1 mei Vervolgens heb ik in overleg met het DB de reactie aan de Inspectie opgesteld. Deze reactie is verstuurd op 19 september jl. en is bijgevoegd als bijlage 2. Indien die reactie door de Inspectie akkoord wordt bevonden, zal de Inspectie per brief aangeven wat er gebeurt met het Verscherpt Toezicht en de her-toets stap 1. Deze brief wordt in de eerste week van oktober verwacht. 6. Contacten met het lokale veld Het versneld wegwerken van de werkvoorraad vervolgtrajecten in de afgelopen 2 maanden heeft de nodige reacties opgeroepen. Vanuit Veilig Thuis wordt in eerste instantie door Bob Vermeer - het gesprek aangegaan over de situaties waarin en de wijze waarop Veilig Thuis overdraagt aan het lokale veld. Bob Vermeer heeft daarnaast veel contact met Renske Meijer (Nijmegen) en Marco de Bont (Rivierenland). In die contacten en overleggen blijkt een belangrijke invalshoek de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van kinderen en gezinnen. Die ligt nooit uitsluitend bij Veilig Thuis. Het is een ketenverantwoordelijkheid, waarbij elke ketenpartner een toegevoegde waarde heeft. Ook wordt 2

137 de contactpersoon van Veilig Thuis voor het sociale wijkteam opnieuw bekend gemaakt en gepositioneerd. Verder heb ik een gesprek gevoerd met wethouder Jan Kersten uit Beuningen, heb ik deelgenomen aan een speciale bijeenkomst van de gemeenteraad van Buren over incidenten en calamiteiten en aan een bijeenkomst van de Denktank Sociaal Domein in Geldermalsen. 7. Contact met het Veiligheidshuis De Interim-teammanager heeft de afgelopen maand veelvuldig contact gezocht met het Veiligheidshuis in Nijmegen en in Tiel. Doel van dit contact is te komen tot een gemeenschappelijk voorportaal. Dit voorportaal is half september van start gegaan. Bob Vermeer heeft in dit kader veel contacten en overleg met Carmen Polman (Nijmegen) en Johan Bakker (Tiel). Medio juli heb ik een kennismakingsgesprek gevoerd met John Lucas (hoofdofficier Arrondissement Arnhem), Lute Nieuwerth (politie Nijmegen) en Marjolein van der Velde (Senior Officier van Justitie). 8. Vooruitblik De komende maanden ligt de focus op het huis op orde brengen. Dit houdt o.a. in: Binnen het team de rollen, verantwoordelijkheden en werkzaamheden ordenen. Het uitvoeren van het Verbeterplan Stap 1 Toetsingskader Inspectie (de stand van zaken is dat ongeveer 2/3 is gerealiseerd). Het Jaarplan 2017 ontwikkelen, inclusief het scholingsplan. Het verbeteren van de kwaliteit van de registratie van het primaire proces in REGAS en van de procesondersteuning via REGAS. Het inrichten van de ICT voor alle medewerkers binnen de GGD-systeemomgeving. 9. Diversen De afgelopen maanden heb ik regelmatig overleg gevoerd met (leden van) het DB over de stand van zaken en ontwikkelingen. Dat overleg is niet alleen plezierig, maar ook buitengewoon zinvol. Ook hebben Bob Vermeer en ik regelmatig overleg met Jan-Dirk Sprokkereef over de situatie en aanpak bij Veilig Thuis Gelderland-Zuid. Frequent heb ik een overleg met DPG Moniek Pieters, met name over de beleidsmatige raakvlakken van Veilig Thuis met de GGD. Op 30 augustus hebben Bob Vermeer en ik de medewerkers bijgepraat in een speciale medewerkersbijeenkomst. Ik informeer de medewerkers regelmatig over de ontwikkelingen rond Veilig Thuis Gelderland-Zuid. Met ambtenaren van verschillende gemeenten in Gelderland-Zuid heb ik regelmatig contact. Leo Euser interim-manager Veilig Thuis Gelderland-Zuid 3

138 > Retouradres Postbus AL Utrecht Per Veilig Thuis Gelderland Zuid T.a.v. de heer. L. Euser Interim-directeur Veilig Thuis Bezoekadres Stadsplateau AZ Utrecht T Inlichtingen bij dhr. drs. W.R. Weltevrede Ons kenmerk IJZ/ JB/16-10P Bijlagen Datum 30 augustus 2016 Betreft Voortgang verscherpt toezicht Veilig Thuis Gelderland Zuid Geachte heer Euser, Op 23 augustus 2016 heb ik, samen met collega s van de Inspectie Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg, gesproken met het Dagelijks Bestuur en het management van Veilig Thuis Gelderland Zuid. Tijdens dit gesprek is gesproken over de voortgang van Veilig Thuis Gelderland Zuid in het kader van het op 22 april 2016 door de inspecties ingestelde verscherpt toezicht. Tijdens dit gesprek met de heer Frings, de heer Driesen, mevrouw De Swart, de heer Van Neerbos en u, stonden de bevindingen van de inspecties tot nu toe en het vervolg van het traject van het verscherpt toezicht centraal. Deze bevindingen baseren de inspecties op de tweewekelijkse overzichten van de wachtlijsten en de caseload van medewerkers, uw herstelplan en positiebepaling en daarnaast op de toezichten van de inspecties, waaronder het onaangekondigde toezicht op 18 augustus In deze brief geef ik kort de bevindingen en de verwachtingen van de inspecties over het vervolg van het traject weer. Verder ga ik in op de afspraken die ik met het Dagelijks Bestuur en u heb gemaakt. De inspecties hebben geconstateerd dat de wachtlijsten een dalende trend laten zien. Deze ontwikkeling is positief, maar de situatie blijft desondanks zorgelijk. De inspecties hebben tijdens het onaangekondigd toezicht op 18 augustus 2016 vastgesteld en tijdens het bestuurlijk gesprek besproken dat Veilig Thuis Gelderland Zuid nu en op korte termijn geen voldoende zal halen voor een hertoets Stap 1. De inspecties overwegen daarom verlenging van het verscherpt toezicht tot en met 21 februari De inspecties moeten, om een eventuele verlenging uit te kunnen spreken, voldoende vertrouwen hebben in de verbeteringen die u en het Dagelijks Bestuur doorvoeren. In het bestuurlijk gesprek van 23 augustus 2016 hebben de inspecties de eisen voorgelegd waar het verdere verloop van het verbetertraject van Veilig Thuis Gelderland Zuid in ieder geval aan moet voldoen. De inspecties komen tot de volgende eisen: De wachtlijsten laten een verdere daling zien, een stijging van de wachtlijsten in de komende maanden is niet acceptabel. Het aantal onderzoeken in de caseload van medewerkers dat langer dan tien weken open staat, moet eveneens verder afnemen tot een aanvaardbaar niveau. Pagina 1 van 3

139 Veilig Thuis Gelderland Zuid zorgt dat het voorportaal aan de geldende eisen in het handelingsprotocol en het kwaliteitskader Veilig Thuis (Zicht op veiligheid) voldoet. De inspecties toetsen dit voorportaal wanneer het operationeel is. Veilig Thuis Gelderland Zuid maakt duidelijke werkafspraken met het lokale veld over vervolgtrajecten. Over en weer is duidelijk wat partijen van elkaar verwachten. De betrokken gemeenten (al dan niet vertegenwoordigd door Algemeen/ Dagelijks Bestuur) komen met een gezamenlijk gedragen visie op de rol en positie van Veilig Thuis, op basis waarvan Veilig Thuis deze werkafspraken met het lokale veld maakt. De inspecties ontvangen een organisatieplaatje van Veilig Thuis Gelderland Zuid met daarin rollen, taken en verantwoordelijkheden van de verschillende functiegroepen. Hierin zijn de taken en verantwoordelijkheden van de gedragswetenschappers en de vertrouwensartsen expliciet uitgewerkt. De interim-managers (de heer Euser en de heer Vermeer) blijven aan voor de periode van het verscherpt toezicht (inclusief een mogelijke verlenging). Veilig Thuis zorgt in deze periode voor definitieve vervanging van het management en een overdrachtsperiode waarin de nieuwe vaste managers ingewerkt worden. Het definitieve management beschikt over relevante inhoudelijke kennis van het werk van Veilig Thuis. De inspecties ontvangen een verklaring van het Dagelijks Bestuur waaruit blijkt dat het beschikbare aantal uren van de interim-manager (de heer Euser) volstaat voor de situatie waarin Veilig Thuis Gelderland Zuid zich bevindt of dat het aantal uren wordt uitgebreid. Veilig Thuis Gelderland Zuid implementeert de werkprocessen tijdens de periode van verscherpt toezicht. De werkprocessen voldoen aan de gestelde richtlijnen in het handelingsprotocol, kwaliteitskader Veilig Thuis (Zicht op veiligheid) en de wettelijke normen. De medewerkers passen de werkprocessen op de juiste wijze toe. Regas ondersteunt de werkprocessen. Veilig Thuis zorgt in aanloop naar een meer definitieve oplossing voor voldoende werkplekken en spreek- en overlegruimten voor de medewerkers. Ons kenmerk IJZ/ JB/16-10P Uiterlijk 15 september 2016 verwacht ik van u een reactie op deze brief en de gestelde eisen, waarin u aangeeft dat en op welke wijze u binnen de termijn van het (eventueel) te verlengen verscherpt toezicht aan de gestelde eisen gaat voldoen. Op basis van uw reactie bepalen de inspecties of het verscherpt toezicht verlengd kan worden of dat andere interventies noodzakelijk zijn. Naast deze gestelde eisen verwachten de inspecties dat Veilig Thuis Gelderland Zuid onverminderd voortvarend werkt aan het bereiken van de verwachtingen van Stap 1, waar u bij de hertoets aan moet voldoen. Daarnaast heb ik u het advies gegeven tegelijkertijd te werken aan het bereiken van de verwachtingen van Stap 2. De inspecties verwachten, zoals afgesproken, de eerstvolgende overzichten van de wachtlijsten en de caseload uiterlijk op 2 september 2016 van u. De volgende voortgangsrapportage verwachten de inspecties op 21 september Pagina 2 van 3

140 Een afschrift van deze brief stuur ik aan de heer L.C.M. Frings, voorzitter Dagelijks Bestuur GGD Gelderland Zuid en Veilig Thuis Gelderland Zuid. Ons kenmerk IJZ/ JB/16-10P Ik ga ervan uit u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Hoogachtend, mede namens de Inspectie voor de Gezondheidszorg, mw. drs. G.E.M. Tielen hoofdinspecteur Inspectie Jeugdzorg Pagina 3 van 3

141 Per Inspectie Jeugdzorg t.a.v. mw. Drs. G.E.M. Tielen Hoofdinspecteur Jeugdzorg Datum : 19 september 2016 Betreft : uw brief IJZ/ JB/16-10P d.d. 30 augustus 2016 Geachte mevrouw Tielen, Uw hierboven genoemde brief is in goede orde ontvangen bij het Dagelijks Bestuur en de Interimmanager Veilig Thuis Gelderland-Zuid. Uw brief sluit aan op het gesprek dat wij op 23 augustus jl. bij u op kantoor hebben gevoerd. Mijn reactie, i.c. deze brief, is in goed overleg met de leden van het Dagelijks Bestuur opgesteld. Het DB constateert een opgaande lijn. Deze komt o.a. tot uitdrukking in de daling van de wachtlijsten. Het DB realiseert zich tegelijkertijd terdege dat de verdere verbetering en ontwikkeling van de organisatie nog extra inspanning vragen. Dat is ook de reden dat de aanstelling van de beide interim-managers wordt verlengd en het contract met mij wordt opgehoogd. Conform de lijn van het Herstelplan is de afgelopen 2 maanden gewerkt aan het in control komen van de organisatie. Er is nu op alle fronten scherper inzicht in de stand van zaken. Dit maakt het mogelijk te starten met de volgende fase van het Herstelplan: het huis op orde krijgen. De interimmanagers hebben deze start gemaakt en gemarkeerd in een bijeenkomst met alle medewerkers op 30 augustus jl. U heeft in het gesprek van 23 augustus 2016 uw eisen voorgelegd waaraan het verdere verloop van het verbetertraject van Veilig Thuis Gelderland-Zuid moet voldoen. In uw brief heeft u deze uitgewerkt en op onderdelen aangescherpt. Ik geef in het navolgende reactie op uw eisen, zoals in uw brief verwoord: 1. De wachtlijsten moeten een verdere daling laten zien, een stijging is niet acceptabel. Hierover kan geen misverstand bestaan. De wachtlijsten moeten structureel op nul uitkomen: dat is waar Veilig Thuis Gelderland-Zuid naar toewerkt. Incidenteel kan sprake zijn van stijgende werkvoorraden als gevolg van pieken in het aantal meldingen en adviesaanvragen. In het gestelde ter zake van de openstaande onderzoeken in de caseload (langer dan 10 weken) kan ik mij vinden. 2. De inrichting van het z.g. voorportaal in samenwerking met het Veiligheidshuis voldoet aan het Handelingsprotocol en het Kwaliteitskader Veilig Thuis (Zicht op veiligheid). Het voorportaal is ook aan de orde geweest in de gesprekken met Jan-Dirk Sprokkereef.

142 Het is 15 september j.l. van start gegaan in samenwerking met de politie en het Openbaar Ministerie. Concreet betekent dit dat is begonnen met: Deelname van het hele netwerk (keten): wijkteams, Veiligheidshuis, Politie, Veilig Thuis. In een volgende fase zal ook ZSM (Reclassering, OM, Raad voor de Kinderbescherming) participeren. Het checken op (actuele) bekendheid met de casus en wie regievoerder is. Het kijken waar de melding thuis hoort. Het bijeenkomen van het afstemmingsoverleg (met Politie en OM) in die situaties waarbij afstemming noodzakelijk is rond lopende onderzoeken (VT en Strafrechtelijk). 3. De afgelopen weken lag de focus op het wegwerken van de werkvoorraad vervolgtrajecten. Daarnaast is in beide Regio s (Rivierenland en Rijk van Nijmegen) het overleg met regionale en lokale coördinatoren gestart over de rol en positie van Veilig Thuis en die van de lokale netwerken. Daarmee is de basis gelegd om tot concrete werkafspraken te komen over de overdrachten. Het lokale veld heeft een brief van Veilig Thuis Gelderland-Zuid ontvangen, waarin de positie en werkwijze van Veilig Thuis worden gemarkeerd en waarin een uitnodiging voor overleg met de contactpersoon van Veilig Thuis is opgenomen. Deze overleggen worden de komende maanden voortgezet, met name om de gemaakte werkafspraken te monitoren en waar nodig te verbeteren. De basis voor deze werkafspraken ligt in het Programma van Eisen AMHK dat medio 2014 door de gemeenteraden in Gelderland-Zuid is vastgesteld. In dit Programma van Eisen hebben de gemeenteraden de uitgangspunten voor werkafspraken met het lokale veld neergelegd. 4. U vraagt om een organisatieplaatje van Veilig Thuis Gelderland-Zuid, met name rond het uitvoerend werk. In de Medewerkersbijeenkomst van 30 augustus jl. heb ik in de vorm van een presentatie het organisatie-plaatje gepresenteerd, inclusief de uitnodiging aan de medewerkers om in overleg met de Interim-manager de heer Vermeer, hieraan verder uitwerking te geven. Het desbetreffende gedeelte uit de presentatie heb ik opgenomen in bijlage 1 bij deze brief. De kern is dat de gedragswetenschappers de lead hebben op de inhoud door de uitvoerende medewerkers Front en Backoffice te ondersteunen en richting te geven bij het nemen van beslissingen over meldingen en onderzoekscasuïstiek. De vertrouwensartsen zijn beschikbaar voor medische adviezen en diagnostiek. Secretariaat en procesondersteuning (incl. REGAS) zijn beschikbaar voor ondersteuning op het gebied van informatieverzameling, registratie en correspondentie. De taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zullen in het Organisatieplan Veilig Thuis aan de orde komen. Dit Organisatieplan zal tevens de directie- en managementstructuur van Veilig Thuis binnen de GGD bevatten, één en ander in lijn en ter concretisering van het u bekende Advies Van Montfoort, dat het Algemeen Bestuur op 30 juni j.l. heeft overgenomen. Dit Organisatieplan zal ook aan de Ondernemingsraad worden voorgelegd. De planning is dat dit plan eind 2016 definitief zal zijn en in 2017 kan worden uitgevoerd. 5. Het Dagelijks Bestuur heeft 15 september j.l. besloten het contract met mij en het contract met de heer Vermeer te verlengen tot 1 mei Het DB heeft afgesproken de werving en selectie van onze opvolgers te starten in

143 6. Het Dagelijks Bestuur heeft 15 september j.l. eveneens besloten het contract met mij uit te breiden tot een volume van 28 uur per week. Deze uitbreiding sluit aan op mijn advies ter zake: de ervaring in de afgelopen maanden leert dat dit volume noodzakelijk is om bestuurlijk leiding te geven aan Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 7. De implementatie van de werkprocessen, het verbeterplan en de ondersteuning door REGAS zijn onderdeel van Fase 2 van het Herstelplan van Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 8. Het Dagelijks Bestuur heeft de Directeur GGD opdracht gegeven zorg te dragen voor een goede huisvesting van Veilig Thuis Gelderland per 1 januari Het Programma van Eisen heb ik inmiddels bij haar neergelegd. Inmiddels zijn 2 extra ruimte in gebruik genomen op de huidige locatie aan de Mariënburg in Nijmegen. In de huidige grote werkruimte zullen verbeteringen aangebracht om een rustiger werkomgeving te creëren. Van uw opmerkingen ter zake van het Toetsingskader Stap 2 heb ik kennisgenomen. Het werken aan de verwachtingen in Stap 2 wordt onderdeel van Fase 2 van het Herstelplan. De toezending van de 14-daagse overzichten van werkvoorraden en caseload zal ik continueren. U kunt op 21 september a.s. een algemene voortgangsrapportage tegemoet zien. Het uitgangspunt voor die rapportage is het Herstelplan, dat ik u in juli 2016 heb toegezonden. Mochten er naar aanleiding van deze brief nog vragen zijn, dan kunt u uiteraard contact met mij opnemen. Met vriendelijke groet, mede namens het Dagelijks Bestuur Dr. L. Euser interim-manager Veilig Thuis Gelderland-Zuid Bijlage: 1 3

144 Bijlage 1 Organisatieplaatje Behorend bij brief Veilig Thuis Gelderland-Zuid d.d. 19 september 2016 Rollen intern Inhoud% Onder/ steuning% Manag%%ement% % % Expert% Uitvoering% FO%en%BO% Gewenste werkwijze Elke rol heeft zich VT eigen gemaakt Elke rol vraagt specifieke competenties Geen rol kan het alleen Elke rol kent een eigen aanspreek-, overleg- en samenwerkingsstijl 4

145 Verantwoordelijkheden Inhoud: kwaliteit, kwantiteit en monitoring Expert: medische consultatie en diagnose (in- en extern) Uitvoering: casuïstiek FO en BO Ondersteuning: informatie inwinnen, registratie, correspondentie Management: positionering, doelen en middelen Functies Inhoud: gedragswetenschapper Expert: vertrouwensarts Uitvoering FO en BO: VT-werkers Ondersteuning: secretariaat en proces/regas-ondersteuning Management: directeur, manager en management-assistente 5

146 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 5.4 Onderwerp Feitenrelaas Ontwikkeling Veilig Thuis Korte samenvatting onderwerp: Het Algemeen Bestuur heeft in haar vergadering d.d. 30 juni 2016 de interim-manager opdracht gegeven een Feitenrelaas op te stellen en dit extern te laten toetsen. Bijgaand ontvangt u het Feitenrelaas d.d. 19 september (versie 4). Het Feitenrelaas is, incl. een digitale kopie van de geraadpleegde documenten (zie bijlage 1 van het Feitenrelaas), toegezonden aan Ernst & Young (EY). Deze heeft een onafhankelijke toets uitgevoerd op de gebruikte bronnen en of deze bronnen juist zijn geïnterpreteerd. EY geeft het volgende aan in haar brief van 20 september jl.: Wij hebben het feitenverslag doorgenomen op de in het feitenverslag vermelde bronnen en de weergave daarvan in het feitenverslag. Hierover hebben wij geen opmerkingen anders dan al in het feitenverslag genoemd. De brief van EY is bijgevoegd. In bovengenoemde vergadering van het Algemeen Bestuur is ook besloten dat het Dagelijks Bestuur een duiding, waaronder leerpunten, van het Feitenrelaas zou formuleren. Deze duiding door het Dagelijks Bestuur is bijgevoegd. Voorstel te beslissen: 1. Kennisnemen van het Feitenrelaas, incl. de externe toetsing. 2. Kennisnemen van de duiding van het Feitenrelaas door het Dagelijks Bestuur. 3. Vaststellen van het Feitenrelaas (incl. externe toetsing) en duiding.

147 Feitenrelaas Ontwikkeling Veilig Thuis Gelderland-Zuid september 2016 (versie 4) 1. Doel en opzet Aanleiding en doel De vorming van Veilig Thuis organisaties in Nederland is onderdeel van de Transitie Zorg en Jeugd zoals deze per 1 januari 2015 gestalte heeft gekregen. Met die Transities kregen de gemeenten de wettelijke opdracht om zorg te dragen voor een Advies-en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK), zoals omschreven in de Wet maatschappelijke ondersteuning. In de Regio Gelderland-Zuid heeft dit geleid tot de start van Veilig Thuis als onderdeel van de GGD Gelderland- Zuid op 1 januari Het Algemeen Bestuur van de GGD heeft in haar vergadering van 30 juni 2016 besloten de Interim- Manager te vragen een feitenrelaas op te stellen over de ontwikkeling van Veilig Thuis in Gelderlandzuid, om zoals in het concept-verslag (1) staat te lezen lering te trekken uit de gang van zaken. Het Algemeen Bestuur heeft bij dit besluit tevens gevraagd dit feitenrelaas te laten doornemen door een onafhankelijke externe derde op de gebruikte bronnen en op de weergave daarvan. Hiervoor is contact gelegd met EY (in de personen van Maarten van Lokven en John Drost). Zij hebben kritisch meegelezen en op basis van hun expertise de Interim-manager suggesties aangereikt om de tekst te verduidelijken en aan te vullen. In een afzonderlijke brief rapporteert EY aan het Bestuur van Veilig Thuis Gelderland-zuid. De Interim-manager heeft de opdracht van het Algemeen Bestuur uitgevoerd aan de hand van de volgende onderzoeksvraag: Welke besluiten heeft het Algemeen Bestuur sinds de start van de voorbereidingen genomen over de organisatie en de financiën van Veilig Thuis Gelderland-zuid? De Interim-manager heeft er voor gekozen een beschrijvend feitenrelaas te maken aan de hand van de beschikbare bestuurs-documenten (i.c. fact-finding). De Interim-manager heeft geen controle van teksten uitgevoerd noch beoordelingen opgesteld. Waar nodig en passend, zijn delen uit deze bestuurs-documenten overgenomen (geciteerd) in dit Feitenrelaas. Het overzicht van de gebruikte documenten is opgenomen in bijlage 1 bij dit Feitenrelaas. Werkwijze De Interim-manager heeft zich bij het opstellen van het feitenrelaas voornamelijk gericht op het dossier van het Algemeen Bestuur van de GGD, zoals dit bij de GGD digitaal beschikbaar is. Op onderdelen was het nodig het dossier van het Dagelijks Bestuur te raadplegen om tot een totaalbeeld van de besluitvorming te kunnen komen. De Interim-manager heeft geen controle uitgevoerd op de juistheid en volledigheid van de documenten in de bestuurs-dossiers.

148 Bij de opstelling van dit Feitenrelaas is chronologisch te werk gegaan. Er is onderscheid gemaakt in drie perioden: 1. De voorbereidingsfase (2013 en 2014) 2. Het eerste jaar Het tweede jaar Bij de opstelling van dit Feitenrelaas heeft hij reacties van Marie-Christine van Dongen (sinds het najaar 2014 betrokken bij Veilig Thuis als projectcoördinator), Jules van Wijngaarden (Directiesecretaris) en Moniek Pieters (Directeur GGD) verwerkt. Deze reacties hebben met name geleid tot het toevoegen van nieuwe feiten en documenten. 2. De voorbereidingsfase 2013 en 2014 De voorbereidingsfase van Veilig Thuis Gelderland-Zuid is samengevat in het Plan van aanpak Veilig Thuis 2016/2017 (2): Op 28 augustus 2014 is het collegevoorstel ingediend waarin wordt voorgesteld het AMHK/Veilig Thuis onder te brengen bij de GGD Gelderland Zuid. Een ambtelijke verkenning heeft de uitwerkingsrichting onderbrengen bij de GGD opgeleverd. Op basis van dit advies is een opdrachtformulering voor de GGD opgesteld: 1. Voorstel organisatievorm en beoogd opdrachtnemer Om een antwoord te kunnen geven op de vraag over organisatorische vormgeving is een aantal stappen gezet, waaronder het houden van een ambtelijke verkenning naar de gewenste organisatievorm. Voor deze verkenning is gebruik gemaakt van de handreiking van de VNG Vorming AMHK s en toegang Jeugdhulp, organisatievormen en arbeidsrechtelijke consequenties. De ambtelijke verkenning heeft de uitwerkingsrichting onderbrengen bij de GGD opgeleverd. Met deze uitspraak is een verdiepingsslag gemaakt naar wat dit voor de organisatievorm van het AMHK betekent en is in samenspraak met de betrokken partijen, Bureau Jeugdzorg (huidig AMK), Moviera (huidige front-office SHG) en de GGD (huidige backoffice SHG bij Meldpunt Bijzondere Zorg) tot een eensluidend advies gekomen om het AMHK bij de GGD onder te brengen. De GGD is met deze partijen in overleg om te komen tot afspraken die moeten leiden tot (gefaseerde) overdracht van personeel, kennis en kunde en het zorgen voor continuïteit op lopende dossiers. Met het onderbrengen van het AMHK bij het Meldpunt Bijzondere Zorg van de GGD is de juridische en personele verantwoordelijkheid voor 18 gemeenten ondergebracht bij de Gemeenschappelijke Regeling van de GGD. Voor Mook en Middelaar geldt dit niet; zij dienen aanvullende afspraken te maken via een dienstverleningsovereenkomst. 2. Opdrachtformulering voor gefaseerde realisatie van het AMHK door de GGD Op basis van het advies, zoals genoemd onder 1., is een opdrachtformulering voor de GGD opgesteld, waarin de kaders voor de opdracht en de rollen, taken en verantwoordelijkheden nader zijn uitgewerkt. Deze opdrachtformulering luidt in het kort het realiseren van een uitvoeringspraktijk in 2014 en het op 1 januari 2015 operationeel hebben van de front-office van het AMHK. Een uitgebreidere formulering en detaillering van de opdracht is opgenomen in het PvE 1.0 (en bijlage 4 bij dit PvE). Op onderdelen is de opdrachtformulering in het PvE nader uitgewerkt in de blauw gedrukte uitwerkingspunten. De wens tot een gefaseerde realisatie, starten in najaar 2014 met uitvoeringspraktijk, leidt tot extra kosten. Om medewerkers voor 2

149 te bereiden op de nieuwe situatie per en om werkprocessen tijdig te kunnen inregelen is de GGD, samen met Moviera en Bureau Jeugdzorg, vooruitlopend op besluitvorming in juli jl. gestart met voorbereidende werkzaamheden. Dit brengt kosten met zich mee die door de gemeenten gezamenlijk zullen moeten worden opgebracht. Op 16 september 2014 is vervolgens het collegebesluit genomen (gemeente Nijmegen): 1. Het bijgevoegde Programma van Eisen (PvE) voor het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK), onder voorbehoud van financiële kaderstelling door de Raad, vast te stellen. 2. Het Handelingsprotocol van de VNG en het regionaal ontwikkelde addendum hierop, gebruiken als basis voor de verdere doorontwikkeling van het AMHK. 3. Het Advies en Meldpunt Huiselijke geweld en Kindermishandeling organisatorisch onder te brengen bij de Gemeenschappelijke Regeling van de GGD. Het genoemde Programma van Eisen AMHK (3) is een uitwerking op praktisch niveau van het daarvoor vastgestelde Functionele Programma van Eisen (4). Het Functioneel Programma van Eisen dateert van maart Hierin staat over de financiën voor het AMHK o.a. het volgende te lezen: Bekostiging van het AMHK vindt plaats door samenvoeging van budgetten die in het jaar voorafgaand aan 2015 op jaarbasis zijn ingezet voor het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG), het Advies en Meldpunt Kindermishandeling(AMK) en op de zogenaamde plustaken 1 t/m 4 en 7 (zoals genoemd bij de Inhoudelijke kwaliteitseisen), daarbij rekening houdend met budgetafspraken gemaakt met Bureau Jeugdzorg in het kader van de transitie Jeugdzorg en de definitief beschikbare rijksbijdrage voor het AMK, zoals door het rijk vastgesteld. Het Programma van Eisen AMHK dateert van juni Dit Programma van Eisen is een uitwerking op praktisch niveau van het Functioneel Programma van Eisen: Bij deze uitwerking komen dan vragen aan bod als: hoe vinden we dat het in de praktijk moet worden uitgevoerd, hoe gaan we de organisatie vormgeven, wat verwachten we van de medewerkers, hoe gaan we om met de snijvlakken tussen zorg en veiligheid, tussen Veiligheidshuis en AMHK en tussen AMHK en Lokale Toegangspoort, met de Raad voor de Kinderbescherming, Politie, etc. Niet alleen praktische vragen komen op, maar ook vragen over welke identiteit het AMHK Gelderland Zuid moet krijgen en waar we als AMHK voor willen staan. Ook gaat dit Programma van Eisen in op de fasering waarin realisatie moet plaatsvinden: Vanaf 1 juli 2014 wordt het project AMHK gekanteld richting uitvoeringspraktijk en wordt de GGD verantwoordelijk voor realisering van de uitvoering. De gemeentelijke inzet wijzigt vanaf dat moment van projectleider naar opdrachtgever. In de kaderstelling voor de realisering van het AMHK is een gefaseerde uitvoering voorzien. Deze valt in drie fasen uiteen: 1. Inrichten en ontwikkelen van 1 juli 2014 tot 1 januari Uitvoeren, monitoren en door ontwikkelen van 1 januari 2015 tot 1 januari Stabiliseren en borgen vanaf 2017 In de vergadering van het Algemeen Bestuur d.d. 24 juni 2014 staat de Begroting 2015 van de 3

150 GGD (5) geagendeerd. Over de financiën van het AMHK wordt in deze Begroting het volgende opgemerkt: Het AMHK is nog niet opgenomen in de begroting, omdat bij het opstellen ervan nog geen bestuurlijke duidelijkheid bestond over het al dan niet onderbrengen van het AMHK bij de GGD. Over de plaats van AMHK/Veilig Thuis binnen de organisatie van de GGD staat in de Begroting 2015 het volgende te lezen: De GGD geeft invulling aan de functie van Steunpunt Huiselijk Geweld, als één van de OGGZ- ketenpartners in regio Gelderland-Zuid. De GGD is vanuit deze functie nauw betrokken bij het ontwikkelen van het AMHK (Algemeen Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling) voor Gelderland-Zuid. Vanaf 1 januari 2015 zal de samenwerking tussen het Meldpunt Bijzondere Zorg, AMK en Moviera in het kader van het AMHK zijn gerealiseerd. In de vergadering van het Algemeen Bestuur van de GGD wordt op 11 december 2014 via een afzonderlijke notitie (6) gerapporteerd over de stand van zaken: De 19 gemeenten van de regio Gelderland-Zuid hebben GGD Gelderland-Zuid opdracht gegeven om Veilig Thuis (AMHK) te organiseren. Veilig Thuis moet per 1 januari 2015 operationeel zijn. Veilig Thuis in Gelderland-Zuid is samengesteld uit vier verschillende bloedgroepen : het Advies en Meldpunt Kindermishandeling, een deel van het zorgmeldingenteam van Bureau Jeugdzorg Regio Nijmegen en Rivierenland, het Meldpunt Bijzondere Zorg van GGD Gelderland-Zuid en Moviera als het gaat om de publiekstaken in het Steunpunt Huiselijk Geweld. Op basis van het landelijke handelingsprotocol is een Programma van Eisen ontwikkeld dat in de zomer van 2014 is vastgesteld door de colleges van de gemeenten in Gelderland-Zuid. Op basis hiervan is het Implementatieplan Veilig Thuis ontwikkeld. De eerste fase tot 1 januari 2015 zal er vooral op gericht zijn om te komen tot de minimale vereiste frontoffice bij de start van Veilig Thuis. Vervolgens zal Veilig Thuis gemonitord en verder ontwikkeld worden. Per 1 januari 2017 heeft Veilig Thuis dan zijn beoogde vorm gekregen en kan verder worden gewerkt aan de borging van de opbrengst, en kan Veilig Thuis worden opgenomen in de reguliere beleidscyclus van de GGD. Om Veilig Thuis te kunnen realiseren is een projectorganisatie ingericht, bestaande uit een aantal deelprojecten, zoals uitvoeringspraktijk, externe werkafspraken, juridische zaken, financiën, ICT, P&O, Communicatie en facilitair. Bovendien vindt wekelijks overleg plaats met de opdrachtgever om alles in goede banen te leiden en in goede afstemming te kunnen ontwikkelen en uitvoeren. Er hebben inmiddels vier leerbijeenkomsten met de toekomstige Veilig Thuis-medewerkers plaatsgevonden. Dit heeft heel veel praktische werkafspraken opgeleverd, maar ook een solide team dat wil gaan voor Veilig Thuis. Ook zijn er al veel afspraken gemaakt in het veld met alle ketenpartners. Op ICT-gebied wordt op dit moment uitgezocht welke systemen er draaien bij de verschillende bloedgroepen en hoe alles startklaar kan worden gemaakt per 1 januari Ook de communicatie komt steeds meer in beeld: in december worden twee informatiebijeenkomsten gehouden voor alle betrokken ketenpartners, en verder wordt volgende week de eerste nieuwsbrief voor de nieuwe Veilig Thuis medewerkers uitgestuurd. 4

151 Ten slotte worden in deze periode alle dienstverleningsovereenkomsten opgesteld en worden de laatste puntjes op de i gezet ten aanzien van de exploitatiebegroting 2015 van Veilig Thuis. GGD Gelderland-Zuid heeft met Bureau Jeugdzorg afspraken gemaakt over een passend samenwerkingsconstruct dat beantwoordt aan continuïteit van zorg, ontwikkelruimte en reductie van (toekomstige) frictiekosten. In het najaar van 2014 is de begroting Uitvoeringskosten voorbereiding AMHK/Veilig Thuis van de GGD goedgekeurd. Het totaal van deze subsidieaanvraag (7) bedraagt ,-. Doel van deze subsidieaanvraag is de start van Veilig Thuis per 1 januari 2015 voor te kunnen bereiden: Centraal staan de medewerkers van het toekomstig AMHK Gelderland Zuid: huidige medewerkers AMK, (deel van) huidige medewerkers MBZ, medewerkers Moviera. Een deel van het team van BJZ Nijmegen en Rivierenland dat nu de zorgmeldingen in ontvangst neemt en opvolgt, neemt ook deel aan de uitvoeringspraktijk, omdat de zorgmeldingen van de politie straks bij het AMHK binnenkomen. In de vergadering van het AB op 2 oktober 2014 staat de wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling GGD (8) geagendeerd in verband met de nieuwe taak Veilig Thuis (AMHK). Het voorstel luidt: Voorstel te beslissen: 1. Te besluiten dat de wijziging in artikel 5 van de GR GGD Gelderland-Zuid door toevoeging van artikel 5, lid m: het voorzien in een Advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling. een wijziging is van ondergeschikt belang. 2. De besluitvorming over de daadwerkelijke wijziging van artikel 5 van de GR GGD Gelderland-Zuid, door toevoeging van artikel 5, lid m: het voorzien in een Adviesen meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling., te agenderen voor de vergadering van het AB op 11 december 2014; uitgaande van de dan inmiddels ontvangen instemmingen van colleges en raden met het (vooralsnog tijdelijk) onderbrengen van het AMHK bij de GGD. Het eerder genoemde Plan van Aanpak (2) vermeldt over de Begroting 2015 van Veilig Thuis het volgende: In november 2014 is de begroting Veilig Thuis 2015 goedgekeurd. Hierin staan de opbrengsten enerzijds en de producten en diensten anderzijds weergegeven, onderverdeeld naar GGD, JBG en Moviera. De totale begroting Veilig Thuis 2015 bedraagt In haar vergadering van 11 december 2014 constateert het Algemeen Bestuur, zo valt in het Verslag (9) te lezen dat de gemeenten van de Regio Gelderland-Zuid de GGD Gelderland-Zuid opdracht hebben gegeven om Veilig Thuis (AMHK) te organiseren. Het Algemeen Bestuur besluit om aan de Gemeenschappelijke Regeling toe te voegen: Besloten wordt: 1. Aan artikel 5 van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland-Zuid toe te voegen artikel 5, lid m: het voorzien in een Advies- en meldpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling. 5

152 3. Het Jaar 2015 Vergadering Algemeen Bestuur 25 juni 2015 In haar vergadering van 25 juni 2015 bespreekt het Algemeen Bestuur een notitie Financiering Veilig Thuis (10). In deze notitie staat o.a. te lezen: In de financiering voor Veilig Thuis voor 2015 (en de voorbereiding in 2014) is voorzien door een eenmalige financiering door gemeenten (totale begroting Veilig Thuis ). In het najaar van 2014 werd benoemd dat de werkbelasting van Veilig Thuis moeilijk te voorspellen is, zeker omdat het sociale domein zo in beweging is. (...) Om een efficiencyslag en ontwikkeling te kunnen maken en om het hoofd te bieden aan de hoge werkdruk is in ieder geval uitbreiding van capaciteit nodig bij Veilig Thuis in het eerste jaar (2015) en zeer waarschijnlijk ook structureel voor de jaren erna. Hiermee is geen rekening gehouden in de begroting 2015, maar ook nog niet in de conceptbegroting 2016 van de GGD (..)Voor 2015 gaat het bij Veilig Thuis/GGD (op jaarbasis) om 9,05 fte extra (7,5 fte uitvoering/hulpverleners en 1,55 fte ondersteuning/niet-hulpverleners). Hiervan is op basis van huidige inschattingen vooralsnog 2,5 fte structureel en 6,55 fte incidenteel. Het Algemeen Bestuur besluit in deze vergadering, aldus het Verslag (11): In opdracht van de gemeenten in Gelderland-Zuid en gemeente Mook en Middelaar is vanuit GGD Gelderland-Zuid per 1 januari 2015 Veilig Thuis (AMHK) operationeel. Veilig Thuis bevindt zich in een ontwikkelingsfase. Nu blijkt dat Veilig Thuis, dat is samengesteld uit vier verschillende bloedgroepen niet doelmatig kan werken door het werken in verschillende registratiesystemen, verschillende werkwijzen, een krappe locatie en afstemmingsproblemen met de sociale wijkteams en het Veiligheidshuis. Door de hoge werkdruk is uitbreiding van capaciteit nodig, waarmee in de begroting 2015 en in de conceptbegroting 2016 geen rekening is gehouden. Nu ligt het verzoek van het DB aan het AB voor om tot een herbestemming van het positieve resultaat 2014 ten gunste van de financiering van Veilig Thuis over te gaan. 1. Kennis te nemen van de stand van zaken. 2. Akkoord te gaan met personele uitbreiding van Veilig Thuis in 2015: totaal In te stemmen dat een deel van de resultaatbestemming GGD Gelderland Zuid 2014 ad ,- ingezet wordt voor de dekking van de extra kosten Veilig Thuis In te stemmen met een verwacht negatief resultaat Veilig Thuis van minimaal In te stemmen met het ontwikkelen van een structureel plan voor Veilig Thuis met begroting en inventarisatie van risico s, waarbij Veilig Thuis in de context van de gehele keten wordt bezien en dit plan te agenderen voor de AB- vergadering van 1 oktober a.s. 6. Voor een structurele oplossing in de gehele keten naar mogelijkheden te zoeken (substitutiemogelijkheid). 7. Met spoed een verkorte memo aan te leveren, welke de portefeuillehouders aan de raad kunnen voorleggen. Hierin zal tevens worden vermeld, de toezegging van de voorzitter om de gehanteerde handelwijze (wijzigen van winst- bestemmingen om tekorten in een lopend boekjaar te dekken) voortaan niet meer toe te passen. 6

153 Als bijlage bij de Notitie Financiering Veilig Thuis (10) is een Probleemanalyse en Voorstel tot oplossing (12) toegevoegd. In deze Probleemanalyse valt o.a. het volgende te lezen: Veilig Thuis kampt met een hoge werkdruk door: Het hoge aantal meldingen.(zie paragraaf 2.1). Problemen met afschalen van zorg richting de sociale wijkteams.(zie paragraaf 2.6). Verandering van samenwerking met het Veiligheidshuis (zie paragraaf 2.5). De onderlinge samenwerking binnen Veilig Thuis is nog niet efficiënt en effectief ingericht(zie paragraaf 2.1). De registratieproblemen (zie paragraaf 2.3 ). Oplopend ziekteverzuim (7,5%) Veilig Thuis heeft te maken met een aantal problemen in de ontwikkelingsfase waar het zich in bevindt: de registratiesystemen, de cultuur- en werkprocessen en de samenwerking met het veiligheidshuis en de sociale wijkteams. En het aantal telefoontjes en meldingen is fors. Dit alles heeft tot gevolg dat er een verwerkingslijst is ontstaan die ruimschoots de norm overschrijdt, waardoor een maatschappelijke risico is ontstaan. Om de efficiencyslag en ontwikkeling wel te kunnen maken, en om het hoofd te kunnen bieden aan de hoge werkdruk, is uitbreiding van capaciteit nodig in het eerste jaar. Het gaat in totaal om 9,05 fte (voor het gehele jaar 2015). Vergadering Algemeen Bestuur 1 oktober 2015 Op de agenda staat de Notitie Stand van zaken en inzet extra capaciteit (13). Hierin valt o.a. het volgende te lezen: In de vastgestelde begroting van Veilig Thuis 2015 wordt uitgegaan van in totaal 16,84 fte. Vanwege de hoge werkdruk hebben GGD en JBG extra capaciteit ingezet. Eind juni 2015 is door het AB besloten om op jaarbasis extra fte toe te kennen, een toename op de oorspronkelijke begroting van 7,05 fte. Vandaar dat per 1 juli de begrote capaciteitsinzet is verhoogd; de volledige 7,05 fte extra is echter pas per 1 september 2015 operationeel (enkele nieuwe medewerkers zijn pas in september begonnen i.v.m. de zomervakantie). (...) Het komen tot eenduidige werkprocessen vergt ontwikkeltijd. Het handelingsprotocol geeft het kader voor het inrichten van de werkprocessen. Per januari 2016 zullen de nieuwe werkprocessen van Veilig Thuis worden geïmplementeerd. (...) De politie heeft aangegeven het huurcontract met het veiligheidshuis en de GGD op de Stieltjesstraat te willen beëindigen. Inmiddels zijn er onderhandelingen geweest tussen de gemeenten, MBZ, Veiligheidshuis en JBG om samen voor een nieuwe locatie te gaan. Halverwege juli is bekend geworden dat JBG vanwege financiële oorzaken heeft moeten besluiten om niet mee te verhuizen naar een gezamenlijke locatie. Dit betekent dat het Veiligheidshuis en MBZ op zoek gaan naar gezamenlijke huisvesting. Er wordt op pag. 7 een doorkijk naar 2016 en 2017 gemaakt: In de notitie van juni jl. is een inschatting gemaakt hoeveel extra fte nodig zou moeten zijn in 2016 en Op dit moment kunnen we concluderen dat het aantal meldingen en telefoontjes onverminderd hoog is en dat ook het aantal op te pakken meldingen hoog blijft 7

154 als gevolg van tijdelijke afwezigheid van een deel van het personeel tijdens de zomervakantie. We zien hierdoor nog onvoldoende effect van de extra ingezette capaciteit. Ook het effect van een versnelde afschaling naar wijkteams is nog niet aan de orde. We stellen daarom voor om het eerdere capaciteitsvoorstel voor 2016 (zie tabel 4) voorlopig aan te houden totdat we meer zicht hebben op de trend van het aantal aanmeldingen in relatie tot de werkvoorraad en de inzet van capaciteit. Uit het Verslag (14) van deze vergadering valt op te maken dat het Algemeen Bestuur besluit: 1. Kennis te nemen van de stand van zaken van Veilig Thuis. 2. Het eerdere capaciteitsvoorstel (6,94 fte, ) voor 2016 voorlopig als risico aan te houden totdat we meer zicht hebben op de trend van het aantal aanmeldingen in relatie tot de werkvoorraad en de inzet van capaciteit. Dit is conform de begrotingswijziging 2016, die op 22 september jl. is toegestuurd aan de raden van de deelnemende gemeenten. In diezelfde vergadering staat ook het al eerder genoemde Plan van Aanpak Veilig Thuis (2) op de agenda. Dit Plan van Aanpak geeft een beeld van de resultaten die per 1 januari 2016 moeten zijn gerealiseerd, o.a.: Werkvloer Gereed per 1 januari 2016: Kwaliteitsbeleid: Er is in kaart gebracht aan welke wettelijke kwaliteitseisen Veilig Thuis moet voldoen (1 nov- 31 dec 2015). Klachtenregeling (intern en extern): Er is in kaart gebracht waar Veilig Thuis gebruik kan maken van bestaande regelingen van de GGD (bv. Klachtenregeling) en waar er aanvullend nieuwe regelingen nodig zijn of aanpassing van bestaande regelingen (1 mei- 31 sept 2015). Monitoringsafspraken stand van zaken probleemgebieden, deelprojecten VT en doorlooptijden: Er zijn afspraken gemaakt welke indicatoren en casussen worden gemonitord en met welke frequentie deze worden gegevens worden gepresenteerd (1 mei-31 okt 2015). Beschrijving werkprocessen, schakelmomenten en berichtenverkeer: De werkprocessen zijn ondersteunend voor de uitvoering beschreven. De schakelmomenten en het berichtenverkeer (informatieoverdracht tussen de schakels in de keten) zijn vastgesteld (1 april-30 nov 2015) Financiën Gereed per 1 maart 2016: o Veilig Thuis wordt opgenomen in de P&C cyclus van de GGD (1 okt feb 2016) o Inzichtelijke financiering: De financiering van Veilig Thuis is thans versnipperd, omdat deze uit verschillende inkomstenstromen bestaat. Een gedeelte is opgebouwd uit een bijdrage per inwoner en de overige delen zijn opgebouwd uit de vroegere taken huiselijk geweld van MBZ en AMK van JBG. Iedere inkomstenstroom heeft zijn eigen berekening. De harmonisering van de financiering van Veilig Thuis via de inwonersbijdrage zorgt wel voor verschillen in 8

155 bijdrage per gemeente. Deze verschillen zullen eerst voorgelegd moeten worden aan de gemeenten (1 okt feb 2016). Ook geeft dit Plan van Aanpak aan wat per 1 januari 2017 moet zijn gerealiseerd onder de noemer van Informatiemanagement: Huisvesting en ICT voorzieningen zijn in orde: Veilig Thuis is, samen met het veiligheidshuis, gevestigd op een locatie die ruim genoeg is voor alle medewerkers, zowel de frontoffice als de backoffice. Alle ICT systemen zijn in orde, er kan intern en extern beveiligd worden g d, en er zijn goede afspraken gemaakt over beheer en ondersteuning. In het Verslag (14) van de vergadering van het Algemeen Bestuur valt te lezen: 1. Kennis te nemen van het plan van aanpak. 2. In te stemmen met dit plan van aanpak Veilig Thuis 2016/2017, om hiermee te bewerkstelligen dat Veilig Thuis per 1 januari 2017 wordt opgenomen in het reguliere proces van de GGD. In die vergadering staat ook de Managementrapportage GGD (15) over de eerste helft van 2015 op de agenda. In een voetnoot staat het volgende te lezen over de financiën Veilig Thuis: Conform besluit van het Algemeen Bestuur op 25 juni 2015 wordt er ,- extra ingezet op Veilig Thuis om de werkdruk te verlagen, een efficiencyslag en de doorontwikkeling te kunnen maken. Hiervan wordt ,- via Jeugdbescherming Gelderland ingezet en is niet zichtbaar in de begroting van GGD Gelderland-Zuid. De extra inzet wordt voor ,- gedekt uit de gevormde reserve Veilig Thuis. Voor ,- is geen dekking. Het Algemeen Bestuur besluit over de Managementrapportage (Verslag 14): 1. Kennis te nemen van de managementrapportage tot en met juni De managementrapportage vast te stellen en met bijgevoegde begeleidende brief te versturen naar de deelnemende gemeenten. 3. Het DB opdracht te geven zich in te spannen om het negatief resultaat van euro op de totale begroting terug te dringen naar 0. Dit komt in de decembervergadering terug. In de vergadering van het AB krijgt Veilig Thuis ook nog andere aandacht (Verslag 14): De voorzitter deelt mee dat VT Gelderland-Zuid een werkbezoek heeft gehad van twee ministeries en het blijkt dat onze problemen ook in andere regio s gelden. In de ranglijst vallen wij in de middenmoot, maar wat bestuurlijke actie betreft ten aanzien van het opplussen om de stuwmeer aan wachtlijstproblematiek weg te werken staan we boven in de lijst. Er wordt nu wekelijks gemonitord en hard gewerkt en gestreefd om eind november de wachtlijst op 0 te krijgen. AB-overleg op 23 november 2015 Formeel neemt het AB in dit overleg kennis van het Inspectierapport (16) en het Verbeterplan (17), aldus het Verslag (17a). 9

156 Eerste Voortgangsaudit Verbeterplan 16 december 2015 (18) In deze audit is de voortgang van het Verbeterplan vastgesteld op alle verbeterpunten van de Inspectie. Daarnaast worden enkele aandachtspunten genoemd rond o.a. de organisatiestructuur. Deze Auditrapportage is besproken in de DB-vergadering van 21 december De Besluitenlijst (19) meldt: Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van de rapportage van de eerste audit Veilig Thuis (dd. 16 december 2015), i.c. van de bevindingen en actiepunten n.a.v. de criteria van de inspectie. 2. De directie opdracht te geven om de rapportage tekstueel bij te stellen en na overleg met een aantal DB-leden over de gewijzigde tekst deze bijgestelde rapportage z.s.m. te versturen naar het Algemeen Bestuur. Vergadering van het Algemeen Bestuur 17 december 2015 Op de agenda van deze AB-vergadering staat wederom Veilig Thuis op de agenda. Onderlegger is de notitie Stand van zaken en inzet extra capaciteit (20). In de oplegnotitie (21) staat het volgende vermeld: Voorstel te beslissen: 1. Kennis nemen van de stand van zaken van Veilig Thuis. 2. In te stemmen met de extra middelen voor Veilig Thuis in 2016: ,-. 3. Versturen van de begrotingswijziging Veilig Thuis 2016 met bijgevoegde begeleidende brief en overzicht bijdrage per gemeenten naar de deelnemende gemeente voor zienswijze. 4. Het Dagelijks Bestuur een maximale inspanning te laten doen om een dekkingsbron van de meerkosten van 2016 via substitutie te vinden bij de partners. 5. Ter vaststelling inbrengen van de begrotingswijziging Veilig Thuis 2016 (met terugwerkende kracht naar 1 januari 2016) in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 7 april De gemeenten voor 2017 te vragen rekening te houden met extra structurele middelen voor Veilig Thuis. In deze vergadering ligt ook het Verbeterplan op tafel naar aanleiding van het rapport van de Inspectie Jeugdzorg. Uit het Verslag (22) valt op te maken dat het AB geïnformeerd wil worden over de Voortgangsaudits. Verder zijn de volgende besluiten in dit Verslag (22) te lezen: Op basis van de opmerkingen per gemeente ten aanzien van de gevraagde extra middelen voor Veilig Thuis in 2016 van ,- : 1. Kennis te nemen van de stand van zaken van Veilig Thuis. 2. In te stemmen met extra middelen voor Veilig Thuis voor het eerste halfjaar ad , zijnde de helft van de gevraagde middelen met in het voorjaar 2016 een meetpunt van inschatting van de inzet van additionele middelen voor de tweede helft 2016 te maken. Aan de raden zullen twee opties worden voorgelegd: - De volledige meerkosten voor Veilig Thuis 2016 op te nemen in de begroting en deze eventueel lopende 2016 bij te stellen. - 50% Van de meerkosten in de begroting op te nemen en de resterende 50% opnemen als risicomelding. 10

157 Ter vergelijking zal aan de brief naar de gemeenten een lijstje met jaarbudgetten van andere Veilig Thuis-regio s (gecorrigeerd naar het aantal inwoners) worden toegevoegd. 3. De begrotingswijziging Veilig Thuis 2016 met aangepaste begeleidende brief en overzicht bijdrage per gemeenten (voor het gehele jaar 2016 en het eerste halfjaar 2016) naar de deelnemende gemeente voor zienswijze te zenden. 4. Het Dagelijks Bestuur een maximale inspanning te laten doen om een dekkingsbron van de meerkosten van 2016 via substitutie te vinden bij de partners. 5. Ter vaststelling van de begrotingswijziging Veilig Thuis 2016 (met terugwerkende kracht naar 1 januari 2016) in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 7 april 2016 in te brengen. 6. De gemeenten voor 2017 te vragen rekening te houden met extra structurele middelen voor Veilig Thuis. Jaarstukken 2015 (de AB-vergadering van 14 april 2016) In het voorblad bij de Jaarstukken 2015 (23) wordt de volgende samenvatting gegeven: 4. Het jaar 2016 Tweede voortgangsaudit (24) Ook in deze audit is het Verbeterplan op alle onderdelen gecheckt. In het rapport wordt in de paragraaf algemene bevindingen aandacht besteed aan punten die verbeterd zijn: De huidige manager heeft draagvlak binnen het team. Veilig Thuis is verhuisd naar een nieuwe locatie voor alle medewerkers. Er is per 1 februari 2016 een teammanager aangesteld. Het jaarplan Veilig Thuis 2016 is vastgesteld op 28 januari Het scholingsplan is vastgesteld. Bij crisiszaken vertonen medewerkers VT een grote mate van flexibiliteit. Dit is een groot goed. Medewerkers geven aan, op diverse gebieden, verbeteringen te bemerken. Er is een tweede gedragsdeskundige met Veilig Thuis ervaring aangesteld. 11

158 Het Algemeen Bestuur neemt in haar vergadering van 22 februari 2016 kennis van deze Audit, zo valt in het Verslag (25) te lezen. Ook geeft het Algemeen Bestuur in deze vergadering de GGD voorlopig groen licht om Veilig Thuis binnen de GGD Gelderland-Zuid verder door te ontwikkelen en voorbereidingen te treffen voor de overdracht van taken van JBG naar GGD Gelderland-Zuid, zodat Veilig Thuis structureel onderdeel gaat uitmaken van de GGD op zo kort mogelijke termijn. Vergadering van het Algemeen Bestuur 14 april 2016 In deze vergadering beslist het AB definitief over de Begrotingswijziging 1 e helft 2016 voor Veilig Thuis (totaal , Verslag (26) In deze vergadering wordt het Algemeen Bestuur gevraagd de Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis (27) voor zienswijze aan te bieden aan de gemeenteraden (totaalbedrag ). Daarin valt o.a. het volgende te lezen: Bij de start van Veilig Thuis is uitgegaan van de productieaantallen 2014 en het budget dat voor het SHG en AMK beschikbaar was. Bij de decentralisering van het AMK is een budgetkorting toegepast. Meteen bij de start van Veilig Thuis bleek een forse stijging van het aantal meldingen. Begroot was een totaal aantal meldingen van 660 op jaarbasis (500 AMK, 160 SHG). Het aantal meldingen in 2015 bedroeg echter meldingen. Dit was een verdrievoudiging van wat origineel begroot was. Behalve een verdrievoudiging van het aantal meldingen, had Veilig Thuis Gelderland-Zuid vergeleken met andere Veilig Thuis-organisaties een laag jaarbudget. Het startbudget van 2 mln. op inwoners is het laagste van de vergeleken regio s. (...) Naast de landelijke problemen ondervond Veilig Thuis Gelderland-Zuid additionele problemen (o.a. huisvesting, privacy-discussies, discontinuïteit aansturing). Ook was in Gelderland-Zuid een addendum op het handelingsprotocol vastgesteld. De cumulatie van problemen en de ondercapaciteit bij Veilig Thuis, leidde tot een hoge werkdruk, uitval van personeel en het ontstaan van wachtlijsten. Hierdoor was Veilig Thuis niet in staat om de werkwijze volgens het handelingsprotocol vorm te geven. De medewerkers van Veilig Thuis vielen terug in de routines die bestonden voor het oprichten van Veilig Thuis. In oktober 2015 heeft de situatie bij Veilig Thuis geleid tot een slechte beoordeling door de inspecties. De invulling van een aantal randvoorwaarden (meer capaciteit, één registratiesysteem, oplossen van de privacy-discussie, sterkere aansturing, verhuizing naar één locatie), was van belang bij het inzetten van een verbetertraject. Uit de tweede voortgangsaudit van februari 2016, bleek dat verbeteringen zichtbaar zijn, maar dat Veilig Thuis Gelderland-Zuid nog een lange weg te gaan heeft. Momenteel bevindt Veilig Thuis zich nog in de fase van het beschrijven en operationaliseren van de werkprocessen en in het investeren in de samenwerking met de keten. Professionele borging en afspraken m.b.t. op- en afschalen moeten nog plaatsvinden. De Directeur GGD wijst in deze vergadering op het volgende, aldus het Verslag (26):... geeft aan dat momenteel werkvoorraden groot zijn en wettelijke termijnen niet worden gehaald. Er is ingezet op verbetering van processen, maar zonder extra geld/capaciteit zal VT zeker niet aan de normen van de inspectie gaan voldoen in juni. De voorzitter geeft i.v.m. de tijd, kort ruimte aan mw. Pieters. Hierdoor beperkt ze de presentatie tot 2 sheets (de volledige presentatie is nagezonden aan de leden van het AB). 12

159 In het Verslag van deze vergadering (26) vallen de volgende besluiten van het Algemeen Bestuur te lezen: 1. Vooralsnog niet in te stemmen met de voortzetting van de extra middelen voor Veilig Thuis in de tweede helft van Dat er eerst een betere cijfermatige en verdiepende onderbouwing voor de begrotingswijziging 2 e helft 2016 VT wordt gegeven t.b.v. de zienswijzen van gemeenten. 3. Dat, op basis van de zienswijzen van gemeenten, op 30/06 besloten kan worden over de begrotingswijziging 2e elft 2016 VT. 4. Dat het onderzoek van Tiel naar alternatieven betreffende de onderbrenging van VT in de vergadering van het AB van 30/06 aan de orde komt. 5. Dat t.b.v. de AB-vergadering van 30/06 inzichtelijk gemaakt wordt, wat (financieel) nodig is als VT na 2017 taak bij GGD blijft. 6. Dat ter voorbereiding op de vergadering van het AB van 30/06 de deelnemende gemeenten zelf bepalen op welke wijze de raden nader zullen worden betrokken en geïnformeerd. 7. Dat terugkoppeling van het inspectiebezoek op 07/06 in de vergadering van 30/06 plaatsvindt. 8. Dat de directie opdracht krijgt bovengenoemde punten in voorbereiding te nemen. Over de definitieve overgang van Veilig Thuis en VT-medewerkers naar de GGD wordt het volgende besloten (aldus het Verslag, 26): In 2014 is door de gemeenten het principe-besluit genomen dat Veilig Thuis per 1 januari 2017 in zijn uiteindelijke vorm dient te staan en een plek dient te hebben in de reguliere werkwijze van beleidsontwikkeling en uitvoering van GGD Gelderland-Zuid. GGD en JBG gingen zich gezamenlijk inspannen om Veilig Thuis in zijn definitieve vorm per 1 januari 2017 gestalte te geven. Besloten wordt: Onderstaande beslispunten door te schuiven naar 30/06 en op 30/06 in behandeling te nemen: 1. Veilig Thuis structureel onderbrengen binnen GGD Gelderland-Zuid per uiterlijk 1 januari 2017, maar zo mogelijk eerder; 2. Vaststellen dat sprake zal zijn van overgang van onderneming ; 3. Aan de Directeur Publieke Gezondheid opdracht geven om alle nodige voorbereidingen te treffen die noodzakelijk zijn om deze overgang te realiseren en hierover te rapporteren in de AB-vergadering van 30 juni 2016; 4. In de AB-vergadering van 30 juni 2016 de formatie en het budget Veilig Thuis voor 2017 vaststellen en de datum van overgang van onderneming. Extra AB-vergadering naar aanleiding van bezoek Inspectie (28 april 2016) Het DB heeft deze extra vergadering uitgeschreven naar aanleiding van de brief van de Inspectie (28) ter zake van het Verscherpt Toezicht. In deze brief constateert de Inspectie o.a. Op woensdag 13 april 2016 ontvingen de inspecties een anoniem signaal waaruit naar voren kwam dat Veilig Thuis Gelderland Zuid de inspecties niet volledig geïnformeerd zou hebben over de wachtlijst. De inspecties hebben vervolgens een onaangekondigd bezoek gebracht aan Veilig Thuis Gelderland Zuid op vrijdag 15 april

160 Naar aanleiding van dit onaangekondigd toezicht concluderen de inspecties dat Veilig Thuis Gelderland Zuid de afgelopen maanden een vertekend beeld over de wachtlijst aan de inspecties heeft gegeven. De inspecties zijn niet geïnformeerd over een achterstand van ongeveer 160 zaken die nog beoordeeld moesten worden en niet over ongeveer 235 zaken die nog overgedragen moeten worden aan het lokale veld. In het Verslag van deze AB-vergadering (29) staat te lezen dat ; Het DB was behoorlijk geschrokken van de punten, waarmee ze in het gesprek met de Inspectie geconfronteerd werden, die later in de brief bevestigd werden: Het vertekende beeld dat ontstaan was doordat alleen de wachtlijsten voor onderzoek waren gerapporteerd. De zorg over de veiligheid van kinderen en kwetsbare volwassenen; Het geschonden vertrouwen in de werkwijze en de aanpak van directie GGD ten aanzien van VT. Over de werkvoorraden bij Veilig Thuis was in de DB-vergadering van 17 maart 2016 ook al gesproken. In de Besluitenlijst (30) van die vergadering staat het volgende te lezen: NRC-dagblad heeft een aantal cijfers opgenomen in een artikel over Veilig Thuis, om te illustreren dat bijna alle Veilig Thuis-organisaties wachtlijsten hebben. Het begrip wachtlijst vraagt om nadere omschrijving en eenduidigheid. Voor dit moment is de omschrijving: Werkvoorraad Start Onderzoek: alle zaken die na triage nog niet zijn opgepakt voor onderzoek ; Frontoffice-list: alle zaken die op peildatum langer dan 5 werkdagen in de triage fase zitten. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van de werkvoorraad start onderzoek en de frontoffice-list. 2. Op de agenda voor het AB te vermelden dat er ter vergadering een presentatie gegeven wordt van de cijfers, omdat er sprake is van een wisselende stand van zaken. In een latere vergadering van het DB (25 mei 2016) komt de voorzitter nog terug op de discussie over werkvoorraden. In de Besluitenlijst (31) staat o.a. het volgende: Dhr. Frings: Directie, management en personeel waren op de hoogte, vanaf 6 januari is het namelijk uit het systeem zichtbaar. In de discussie over wat werkvoorraad en wat wachtlijst is, werd geconcludeerd dat alleen over de onderzoeksfase gerapporteerd hoefde te worden. Pas bij de voorbereiding van het AB van 14/04 meldde mw. Pieters aan dhr. Frings op 11/04 dat de 80 zaken in de onderzoeksfase opliepen. In de vergadering van het Algemeen Bestuur op 28 april 2016 is ook het z.g. Aanvalsplan (32) aan de orde. Onderdeel van dit Aanvalsplan is de aanstelling van een Interim-manager, die tijdelijk verantwoordelijkheid krijgt voor de Directieportefeuille Veilig Thuis. In het Verslag (29) van deze vergadering staat te lezen dat het Algemeen Bestuur akkoord gaat met het Aanvalsplan. Extra DB-vergadering d.d. 10 mei 2016 In deze vergadering staat o.a. de Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis op de agenda. In de Besluitenlijst (33) valt o.a. het volgende te lezen: 14

161 Veilig Thuis heeft structureel extra middelen nodig. De onderbouwing hiervoor bestaat uit de volgende elementen: Structurele kosten toegevoegde uitgangspunten 2015 afkomstig uit het inspectierapport. Het aantal meldingen is verdrievoudigd. Veilig Thuis draait minder directe uren. Dit komt doordat het op peil houden van de deskundigheid meer indirecte uren vraagt, waardoor voor de directe uitvoering van de taken minder uren beschikbaar zijn. Dit is een constant proces. De begrotingswijziging voor de 2 e helft 2016 is een opmaat naar de begroting 2017, welke een taak is voor de aan te stellen interim-bestuurder. Besloten wordt: Om het voorliggende stuk op een aantal punten tekstueel aan te passen, het cijfer op uitvoeringscapaciteit uit splitsen en het oorspronkelijke bedrag nog verder toe te lichten. Om te benadrukken dat de interim-bestuurder extern geworven wordt. Het bijgestelde stuk deze week op te sturen naar de raden, met begeleidende brief, met het verzoek de besluitvorming mee te geven aan de AB-leden voor de vergadering van 30 juni a.s. 2 Avonden te organiseren voor raadsleden i.v.m. toelichting financiering 2 e helft 2016 Veilig Thuis; een avond voor regio Nijmegen en een avond voor Rivierenland. Voor de terminologie betreffende wachtlijst/werkvoorraad de terminologie van de inspectie te volgen. Van de bijlage aan de raden aan te geven dat deze reeds eerder ontvangen is. Als communicatiemiddel alleen de geactualiseerde lijst Werkvoorraad voortschrij- dend 2-wekelijks te verstrekken; dus niet de lijst Caseload per medewerker automatisch door te sturen, omdat deze cijfers zonder nadere toelichting geen duidelijkheid geven. Extra AB-vergadering d.d. 6 juni 2016 Doel van deze vergadering is, zo valt uit het beknopte verslag te lezen, om elkaar bij te praten over de actuele stand van zaken en de reacties in de verschillende gemeenteraden. Ook de Interimmanager Leo Euser stelt zich voor. De gemaakte afspraken in deze vergadering zijn, aldus het Verslag (34): a. Het AB formuleert een reactie op de hoofdlijnen van de verschillende aangenomen moties in de verschillende deelnemende gemeenten. b. VeiligThuis geeft aan de gemeente (wethouder) door als er problemen zijn met betrekking tot het afschalen naar de sociale wijkteams c.q. als de sociale wijkteams niet in staat zijn om afgeschaalde zaken goed op te pakken vanwege kwalitatieve of kwantitatieve redenen. c. De adviesfunctie van gemeente Nijmegen wordt ingeschakeld t.b.v. evaluatie DB. Zij zal hiervoor een feitenrelaas opstellen en een aantal mensen kort bevragen. Opdracht zal worden gegeven door de wethouder Financiën van Beuningen. De heer B. Frings zal hiervoor contact zoeken met de wethouder Financiën van Beuningen. d. Het onderzoeksrapport naar de positionering van Veilig Thuis Gelderland-Zuid wordt vrijdag 10 juni a.s. gezonden naar het AB met het verzoek van het DB om dit onderzoek voor 30 juni a.s. met de Raad van de deelnemende gemeenten te bespreken, zodat de 15

162 raad een zienswijze kan opstellen. Deze zienswijze van de Raad kan tijdens de ABvergadering van 30 juni a.s. mondeling worden ingebracht. e. Op 30 juni a.s. wordt tijdens de AB-vergadering het onderzoek naar de positionering van Veilig Thuis Gelderland-Zuid besproken en over de toekomstige positionering besloten. f. Bij de begroting 2017, die na 30 juni a.s. voor zienswijze wordt aangeboden aan de gemeente, komt een informatiebrief; waarin o.a. de structurele aanpak, het systeem, de werkwijze en de rapportage aan de orde komt. Vergadering AB 30 juni 2016 De vergadering van 30 juni is een reguliere vergadering van het Algemeen Bestuur. Op de agenda staan wat betreft Veilig Thuis: De wijziging van de Begroting e halfjaar; De concept-begroting 2017; Het Advies Van Montfoort over de toekomstige organisatorische positionering van Veilig Thuis. De besluiten van het Algemeen Bestuur in deze vergadering over deze agendapunten zijn achtereenvolgend, aldus het concept-verslag (1): Besloten wordt: 1. Met inachtneming van genoemde opmerkingen in te stemmen met de Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis: ,-. 2. Het aangepaste overzicht bijdrage per gemeente Veilig Thuis voor de 2 e helft 2016 vast te stellen. Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van de aangepaste begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis totaalbedrag 4,25 miljoen) inclusief de gemaakte opmerkingen 2. Dat in de definitieve GGD begroting 2017, het product VT als apart onderdeel wordt gepresenteerd. 3. Akkoord te gaan dat deze aangepaste begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis (totaalbedrag 4,25 miljoen) en voor zienswijze wordt voorgelegd aan de deelnemende gemeenten. 4. De begrotingswijziging 2017 Veilig Thuis vast te stellen in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 6 oktober Besloten wordt: 1. Kennis te nemen van het rapport De toekomst voor Veilig Thuis Gelderland-Zuid 2. Dat Veilig Thuis Gelderland-Zuid ondergebracht blijft bij GGD Gelderland-Zuid. 3. Aan de interimmanager opdracht te geven om mede op basis van het rapport De toekomst voor Veilig Thuis Gelderland-Zuid - een voorstel te ontwikkelen voor de structurele vormgeving van Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 4. Ter afsluiting Het concept van dit Feitenrelaas is besproken in de vergadering van het DB d.d. 15 september In die vergadering is nog een enkele aanvullende suggestie aangereikt aan de Interim-manager. Vervolgens heeft het DB een duiding opgesteld ten behoeve van de vergadering van het Algemeen 16

163 Bestuur op 6 oktober a.s. Deze duiding is in een afzonderlijk document naast dit Feitenrelaas aangeboden aan het Algemeen Bestuur. Leo Euser interim-manager Veilig Thuis 17

164 Bijlage 1 Geraadpleegde documenten 1. Concept-Verslag vergadering van het Algemeen Bestuur d.d. 30 juni Plan van aanpak Veilig Thuis 2016/ september Programma van Eisen Veilig Thuis juni Definitief Functioneel Programma van Eisen AMHK maart Programmabegroting 2015 GGD Gelderland-Zuid juni Stand van zaken Veilig Thuis 11 december Subsidieaanvraag voorbereiding AMHK juli Wijzigen Gemeenschappelijke Regeling GGD door nieuwe taak Veilig Thuis (AMHK) okt Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 11 december Notitie Financiering Veilig Thuis 25 juni Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 25 juni Veilig Thuis Gelderland-Zuid Probleemanalyse en voorstel tot oplossing juni Veilig Thuis Gelderland-Zuid Stand van zaken en inzet extra capaciteit 17 september Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 1 oktober Managementrapportage GGD t/m juni De kwaliteit van Veilig Thuis Gelderland Zuid Stap1 november Verbeterplan Veilig Thuis Gelderland Zuid 18 november a Verslag vergadering van het Algemeen Bestuur d.d. 23 november Auditrapport GGD Gelderland-Zuid, onderdeel Veilig Thuis, 16 december Besluitenlijst vergadering DB 21 december Veilig Thuis Gelderland-Zuid Stand van zaken en inzet extra capaciteit 1 december Stand van zaken Veilig Thuis en consequenties voor de begroting, 17 december Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 17 december Jaarrekening 2015 Voorblad, 14 april Tweede voortgangsaudit GGD Gelderland-Zuid, onderdeel Veilig Thuis, februari Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 22 februari Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 14 april Begrotingswijziging 2 e helft 2016 Veilig Thuis 14 april Brief Verscherpt Toezicht Veilig Thuis Gelderland-Zuid 28 april Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid 28 april Besluitenlijst DB GGD Gelderland-Zuid d.d. 17 maart Besluitenlijst DB-vergadering 25 mei Aanvalsplan Veilig Thuis, Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid, 28 april Besluitenlijst DB GGD Gelderland-Zuid d.d. 10 mei Verslag vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid d.d. 6 juni

165 EY Buildinq a better workin{ world Ernst & Young Accountônts LLP Meander MH Arnhem, Netherlands Postbus AC Arnhem, Nethe.lands Tel: o0 Fax: ey,com GGD Gelderland'Zuid T.a.v. de heer dr. L. Euser Postbus BC NIJMEGEN Arnhem, 20 september 2016 MLON-ADYCLT/Jb Feitenrelaas Veilig Thuis Gefderland-Zuid Geachte heer Euser, ln het kader van de door u aan ons verstrekte opdracht, namelijk het inbrengen van expertise voor het opstellen van een feitenverslag en het kritisch meelezen met het door u opgestelde feitenrelaas, vermelden wij in deze brief op uw verzoek het volgende: Wij hebben het feitenverslag doorgenomen op de in het feitenverslag vermelde bronnen en de weergave daarvan in het feitenverslag. Hierover hebben wij geen opmerkingen anders dan al in het feitenverslag genoemd. Wij hebben bij deze brief het Feltenrelaas Ontwikkeling Veilig Thuís Gefderland-Zuid t6 versie 4 als bijlage toegevoegd. Volledigheidshalve vermelden wij dat wij in het kader van deze opdracht geen controle- of beoordelingswerkzaamheden hebben uítgevoerd en verwijzen wij naar de bíj de opdracht van toepassing zijnde algemene voorwaarden. Deze Brief is uitsluitend bestemd voor de leden van het dagelijks - en algemeen bestuur van de GGD Gelderland-Zuid en mag niet aan anderen worden verstrekt zonder schriftelijke toestemming vooraf delíjke groet, & Young Accountants L drs. J RA ge Feítenrelaas Ontwikkeling Veílig Thuis Gelderlánd-Zuid 2OL4-2Ot6 (19 september 2Qt6 versie 4) Érnst & Young Accounlônt5 LLP s éen thlted l ðbllity pðrtnef!h p opgerl.ht ñrar het rrcht vðn E ge,ard Gn Wðle! e g.regl trærd b j Coñpanies Houle onder fcg stf tianummer 0C lñ relðtle tot Ern5t & Young Accountðnts LLP wordt de leìm pð.tner grbrulkt voor en (vertegenwoordlger vao een' vennool vãn Ernst & Yo!69 Àccountantr LLP. Ernst & Young Account nls LLp s stètutðir gev.sllgd le 6 Mo.e London Plrcr, London, 5El 204, Vereñ!d Koñlnkrljk, he.fl hr r hoofdve!tlglôg aðn Soomp;e5 25Ê, 30I1 XZ Rotterdam. Nederla d n i3 Eereg streerd bl de K mer lan Koophðndèl Rotteadðm onder nummer Op onze werkzaðmheden iln ðlgemene vooryðaídei van loep rling, wåårln een bepert(lnq van dë anrp.ak llj h id l5 rpqenomen,

166 Memo Datum : 21 september 2016 Bestemd voor : leden van het Algemeen Bestuur GGD Van : Dagelijks Bestuur GGD Betreft : Duiding Feitenrelaas Aanleiding en doel Het Algemeen Bestuur heeft 30 juni 2016 besloten dat: - De interimmanager Veilig Thuis gevraagd wordt het feitenrelaas op te stellen. - Er een onafhankelijke toets zal plaatsvinden op de gebruikte bronnen en of deze juist zijn geïnterpreteerd. - Daarna vanuit het DB de duiding, waaronder leerpunten, wordt geformuleerd. - Het geheel ter bespreking aangeboden wordt aan het AB om ervan te leren voor de toekomst. Het Dagelijks Bestuur heeft in haar vergadering van 15 september 2016 kennisgenomen van het Feitenrelaas en onderhavige duiding met leerpunten besproken. Vervolgens wordt deze duiding aangeboden aan het Algemeen Bestuur ter bespreking en vaststelling in de vergadering van 6 oktober Constateringen 1. Veilig Thuis Gelderland-Zuid heeft de afgelopen jaren de nodige problemen gehad, waaronder tekortschietende financiën. Dit laatste geldt nagenoeg alle Veilig Thuisorganisaties in Nederland: nagenoeg overal is het budget verhoogd. Randvoorwaardelijk was sprake van een valse start. 2. Het Algemeen Bestuur is sinds januari 2015 regelmatig geïnformeerd over de stand van zaken bij Veilig Thuis, o.a. via een probleemanalyse, stand van zaken notities en plannen om daarin verbetering te brengen. De praktijk bleek evenwel weerbarstiger, dan uit die informatie kon worden opgemaakt c.q. werd geconcludeerd. 3. De actualiteit, o.a. het Inspectierapport uit het najaar 2015 en de instelling van het Verscherpt Toezicht in het voorjaar 2016, heeft de structurele planmatige ontwikkeling van Veilig Thuis Gelderland-Zuid overvleugeld. Hierdoor domineerde het acteren op adhoc-basis.

167 Leerpunten 1. Bij het opzetten van een nieuwe taak met een maatschappelijke omvang en impact als Veilig Thuis, is goed oog hebben voor de randvoorwaarden en de haalbaarheid binnen die randvoorwaarden cruciaal voor het kunnen slagen daarvan. Bij de start moet meer aandacht worden besteed aan de haalbaarheid vanuit het oogpunt van het beschikbare budget. 2. Voor het dossier Veilig Thuis is het voor het bestuur van groot belang oog te houden voor structurele ontwikkeling van Veilig Thuis en de borging daarvan op langere termijn. Daarbij is goede informatievoorziening van groot belang. Het DB stelt voor dat in de periode tot 1 juli 2018 het AB elke vergadering wordt geïnformeerd via een voortgangsrapportage van de interim-manager. Daarnaast blijft het DB de ontwikkeling nauwgezet volgen en vergadert met enige regelmaat uitsluitend over Veilig Thuis en informeert daarover het AB. 2

168 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 5.5 Onderwerp Organisatieplan Veilig Thuis Gelderland-Zuid (tot medio 2018) Korte samenvatting onderwerp: Het Algemeen Bestuur heeft 30 juni 2016 de interim-manager de opdracht gegeven om tot een structureel Plan van Aanpak Veilig Thuis Gelderland-Zuid te komen, mede naar aanleiding van het onderzoeksrapport De toekomst voor Veilig Thuis Gelderland-Zuid van Van Montfoort. Dit Plan van Aanpak bestaat uit twee delen: Een Organisatieplan; Een Ontwikkelingsplan, tevens Jaarplan Op de agenda staat het Organisatieplan Veilig Thuis Gelderland-Zuid. Het Organisatieplan is bijgevoegd en bevat voorstellen tot (tijdelijke) aanpassing van de huidige organisatie, waarvan voor het Bestuur de belangrijkste is de wijziging van de managementstructuur naar één Directeur, die rechtstreeks verantwoording aflegt aan het Bestuur, met één Manager. Dit Organisatieplan is onderworpen aan het adviesrecht van de medezeggenschap in het kader van de WOR. Bijgaand Organisatieplan zal als adviesaanvraag naar de Ondernemingsraad worden gezonden. Daarmee kan het plan vooralsnog alleen de status van een voorgenomen besluit krijgen. Voorstel te beslissen: 1. Kennisnemen van het Organisatieplan Veilig Thuis Gelderland-Zuid. 2. Instemmen met het Organisatieplan (als voorgenomen besluit, gezien de OR hierover adviesrecht heeft).

169 Organisatieplan Veilig Thuis Gelderland-Zuid 21 september 2016, versie 2 1. Doel en opzet Veilig Thuis Gelderland-zuid is per 1 januari 2015 gestart als onderdeel van GGD Gelderland-Zuid. Veilig Thuis werd naast de Afdeling Bijzondere Zorg van de GGD ondergebracht bij de Manager Bijzondere Zorg en Veilig Thuis. Aan deze Manager BZ&VT rapporteerden de Teammanager Bijzondere Zorg en de Teammanager Veilig Thuis. De Manager BZ&VT rapporteert zelf aan de Directeur GGD. De GGD heeft haar diensten Facilitaire Zaken (incl. Huisvesting en ICT), Financiën en P&O uitbesteed aan de VRGZ. Ook Veilig Thuis maakt gebruik van deze diensten. De Inspectie Jeugdzorg heeft in het najaar 2015 geconstateerd dat Veilig Thuis Gelderland-Zuid op 20 van de 24 criteria uit het Toetsingskader een onvoldoende scoort. Ook waren de werkvoorraden te hoog, waardoor de wettelijke termijnen worden overschreden. Eén en ander heeft in april 2016 geleid tot het instellen van Verscherpt Toezicht door de Inspectie. Eén van de besluiten van het Algemeen Bestuur van de GGD op 28 april 2016 was het aanstellen van een interim-manager voor de Directie-portefeuille Veilig Thuis voor de looptijd van het Verscherpt Toezicht. Zijn opdracht is omschreven in het Aanvalsplan: De interimmanager krijgt de opdracht om ervoor te zorgen dat Veilig Thuis Gelderland- Zuid binnen 6 maanden structureel voldoet aan de wettelijke normen en afhandeltermijnen, doordat de werkorganisatie en capaciteit op orde is. Op 30 juni 2016 nam het Algemeen Bestuur het Advies Van Montfoort over de toekomstige organisatorische positie van Veilig Thuis Gelderland-Zuid over. Dit besluit van het Algemeen Bestuur impliceert: Veilig Thuis blijft onderdeel van GGD Gelderland-Zuid. Alle medewerkers komen in dienst van de GGD. Veilig Thuis blijft - vooralsnog voor de periode van 2 jaar - een afzonderlijk project binnen de GGD-organisatie met een afzonderlijke sturingsstructuur en begroting. Na deze periode van 2 jaar vindt evaluatie plaats. Het Advies bevat ook enige aanbevelingen voor de inrichting van het bestuur en de organisatie van Veilig Thuis, o.a. op het gebied van het inhoudelijk management, proces- en ketenregie. Tegen deze achtergrond heeft het Algemeen Bestuur aan de Interim-manager de opdracht gegeven een Plan van Aanpak te maken om Veilig Thuis Gelderland-Zuid structureel beter te laten functioneren. Bij de opzet van dit Plan van Aanpak is ervoor gekozen onderscheid te maken in: Een Organisatieplan voor Veilig Thuis als afzonderlijk project binnen de GGD, aansluitend bij de aanbevelingen uit het Advies Van Montfoort (deel I)

170 Een Ontwikkelingsplan voor Veilig Thuis, waarin noodzakelijke organisatie-ontwikkeling wordt vormgegeven (deel II). Dit Ontwikkelingsplan vormt tevens het Jaarplan 2017 Veilig Thuis Gelderland-Zuid en zal later dit najaar gestalte krijgen. Dit document is het beoogde Organisatieplan. 2. Wettelijke opdracht De Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) geeft Veilig Thuis de volgende taken: Het geven van advies en zo nodig het bieden van ondersteuning aan ieder die in verband met een vermoeden van huiselijk geweld of kindermishandeling om dit advies vraagt; Het fungeren als meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling; Het naar aanleiding van een melding onderzoeken of daadwerkelijk sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling; Het beoordelen van de vraag of en zo ja tot welke stappen de melding aanleiding geeft; Het in kennis stellen van een instantie die passende professionele hulp kan verlenen, van de melding, indien het belang van de betrokkene of de ernst van de situatie daartoe aanleiding geeft; Het in kennis stellen van de politie of de raad voor de kinderbescherming van een melding van (een vermoeden van) huiselijk geweld of kindermishandeling indien het belang van de betrokkene of de ernst van het feit daartoe aanleiding geeft; Indien Veilig Thuis een verzoek tot onderzoek doet bij de raad voor de kinderbescherming, het in kennis stellen van het College van B&W; Het op de hoogte stellen van de melder van de stappen die naar aanleiding van de melding zijn ondernomen. De WMO biedt Veilig Thuis een specifieke bevoegdheid: het zonder toestemming van betrokkenen verwerken van persoonsgegevens met een uitzondering voor de adviestaak van Veilig Thuis. Het Handelingsprotocol Veilig Thuis omschrijft de volgende uitgangspunten voor de uitvoering van de opdracht van Veilig Thuis: 1. Veilig Thuis geeft prioriteit aan de belangen van kinderen. 2. Veilig Thuis is een gespecialiseerd regionaal centrum van en voor gemeenten. 3. Veilig Thuis is gericht op samenwerking. 4. Veilig Thuis is een betrouwbare organisatie en werkt zorgvuldig en transparant. 5. Veilig Thuis werkt, ook in de samenwerking met het lokale veld met één gezin, één plan, één contactpersoon voor het gezin of huishouden. 6. Veilig Thuis is primair gericht op het herstellen van de veiligheid op de korte en op de langere termijn. 7. Veilig Thuis creëert samenhang in de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling. 8. Veilig Thuis werkt systeemgericht. 9. Veilig Thuis sluit aan bij de eigen kracht van direct betrokkenen en het sociale netwerk. 10. Veilig Thuis deelt informatie alleen indien dat voor het borgen van de veiligheid noodzakelijk is. 2

171 3. Missie en Visie Veilig Thuis is meldpunt en steunpunt voor huiselijk geweld en kindermishandeling in de Regio Gelderland-Zuid. Veilig Thuis Gelderland-Zuid is de combinatie van: Steunpunt Huiselijk Geweld Advies en Meldpunt Kindermishandeling Meldpunt Bijzondere Zorg (Tijdelijk Huisverbod) Adres Zorgmeldingen politie Veilig Thuis neemt meldingen aan, adviseert, onderzoekt, rapporteert en draagt over aan andere instellingen, met name sociale wijkteams. Veilig Thuis is bij uitstek een netwerkorganisatie. Dit impliceert dat Veilig Thuis met tal van instellingen afstemt en afstemmingsafspraken kent: met ziekenhuizen met de Raad voor de Kinderbescherming met het Veiligheidshuis met Politie en Justitie in het screeningsoverleg met hulpverleningsinstellingen en specialistische instellingen met Jeugdbescherming en Jeugdreclassering met het sociaal domein en lokale zorgstructuren (gebiedsteams) Door deze afstemming en afstemmingsafspraken maakt Veilig Thuis deel uit van een regionaal netwerk van instellingen, die gezamenlijk de verantwoordelijkheid hebben voor de veiligheid van gezinnen en kinderen in de regio. 4. Organisatorische positie binnen de GGD Het Advies Van Montfoort bevat de aanbeveling dat Veilig Thuis voor een periode van 2 jaar (i.c. tot 1 juli 2018) als zelfstandig project wordt ondergebracht binnen de organisatie van de GGD met een eigen directeur en begroting. Daarmee wordt de gekozen lijn in het Aanvalsplan gecontinueerd. Directeur Veilig Thuis De omvang van de aanstelling moet worden bezien in samenhang met de inrichting van het management (zie hieronder). Indien het Management beperkt blijft tot 1 fte, is het noodzakelijk dat de Directeur full-time voor Veilig Thuis aan de slag gaat. De Directeur zal worden aangetrokken voor de periode tot 1 juli 2018 met als resultaatgebieden: a. Positionering Veilig Thuis (lokaal en regionaal) 3

172 b. Budget en formatie c. Management bedrijfsvoering in samenwerking met Services VRGZ d. Samenwerking intern (binnen de GGD) e. Samenwerking extern (ketens en netwerken) Omvang van de functie: 1,0 fte. Relatie tot het Bestuur De Directeur Veilig Thuis rapporteert naast de DPG rechtstreeks aan het Bestuur. Waar nodig en mogelijk, vormt de rapportage van Veilig Thuis een zelfstandig onderdeel van de GGD-rapportages aan het Bestuur. De Directeur Veilig Thuis neemt deel aan de vergaderingen van het AB en aan die van het DB. In de vergaderingen van het Algemeen Bestuur komt Veilig Thuis als afzonderlijk agendapunt aan de orde. Ditzelfde geldt voor de vergaderingen van het Dagelijks Bestuur. Daarenboven zal het Dagelijks Bestuur enkele keren per jaar extra vergaderen over alleen Veilig Thuis met deelname van de Directeur Veilig Thuis. Ook zal het DB regelmatig advies inwinnen van externe experts, zoals momenteel van Jan-Dirk Sprokkereef, die landelijk actief is voor alle Veilig Thuis organisaties. Het Dagelijks Bestuur draagt collectief verantwoordelijkheid voor het functioneren van Veilig Thuis. 5. Interne organisatie Veilig Thuis Management De totale personeelsformatie van Veilig Thuis in het primaire proces bedraagt meer dan 30 fte. Voor het leidinggeven en managen binnen Veilig Thuis zijn twee invalshoeken van belang: De invalshoek van de inhoud: casuïstiek en kwaliteit van werken. De invalshoek van personeel en organisatie: het leidinggeven aan de medewerkers. De eerste invalshoek wordt belegd bij de gedragswetenschappers. Zij hebben het voortouw in de inhoud. Zij ondersteunen en begeleiden de medewerkers van Veilig Thuis bij het nemen van beslissingen in de casuïstiek. Binnenkort komt een 3 e gedragswetenschapper in dienst, waarmee de inhoudelijke kwaliteit extra is geborgd. De tweede invalshoek wordt belegd bij de beoogde Manager Veilig Thuis. Deze zal verantwoordelijk zijn voor de volgende resultaatgebieden: a. Kwaliteit personeel (o.a. scholing, registratie, professionele ontwikkeling) b. Kwantiteit personeel (o.a. personele bezetting, bezetting in vakantieperioden, bereikbaarheidsdiensten) c. Organisatie, kwaliteit en beheersing primair proces Veilig Thuis (procesmanagement) d. De ontwikkeling van de organisatiecultuur naar een professionele werkcultuur, waarin verantwoordelijkheid nemen en eigenaarschap vanzelfsprekendheden zijn. e. De borging van het Handelingsprotocol Veilig Thuis en andere Kwaliteitskaders. 4

173 De positionering van Veilig Thuis (zie 2 en 3) brengt met zich mee dat de samenwerking met de andere afdelingen van de GGD en met andere instellingen cruciaal is voor de positie en het werken van Veilig Thuis. Die samenwerking is zowel van belang aan de voorkant van Veilig Thuis als aan de achterkant. Een belangrijke partner aan de voorkant is het Veiligheidshuis, aan de achterkant de Sociale Wijkteams. De verantwoordelijkheid voor de organisatie van deze samenwerking ligt bij de beoogde Directeur, in de uitvoering van de samenwerking ligt deze bij de beoogde Manager. Het gaat daarbij om de verantwoordelijkheden voor: a. Het bijdragen aan goede samenwerkingsafspraken tussen Veilig Thuis en alle netwerkpartners op het gebied van veiligheid b. Het onderhouden van de relaties met het management van netwerkpartners c. Het faciliteren van de uitvoering van samenwerkingsafspraken met netwerkpartners in het kader van vervolgtrajecten Veilig Thuis. d. Het borgen van het kwaliteitskader Veilig Thuis: Zicht op veiligheid. Het Team De werkzaamheden van Veilig Thuis worden uitgevoerd door het Team dat bestaat uit: Medewerkers Veilig Thuis Gedragswetenschappers Vertrouwensartsen Secretariële en ondersteunende medewerkers De kern in het functioneren is dat de gedragswetenschappers de lead hebben op de inhoud door de uitvoerende medewerkers Front en Backoffice te ondersteunen en richting te geven bij het nemen van beslissingen over meldingen en onderzoekscasuïstiek. De vertrouwensartsen zijn beschikbaar voor medische adviezen en diagnostiek. Secretariaat en procesondersteuning (incl. REGAS) zijn beschikbaar voor ondersteuning op het gebied van informatieverzameling, registratie en correspondentie. 6. Ten slotte De concept-begroting 2017 vormt het financiële kader voor de vormgeving van de organisatie van Veilig Thuis. In die Begroting is rekening gehouden met een Directeur en een Manager. De verdere vormgeving van de organisatie is een verantwoordelijkheid van de interim-manager. Dit Organisatieplan is onderworpen aan het adviesrecht van de medezeggenschap. De besluitvorming van het Algemeen Bestuur over dit Organisatieplan heeft vanuit dit perspectief het karakter van een voorgenomen besluit. De evaluatie van de gekozen structuur is voorzien in het voorjaar Leo Euser interim-manager Veilig Thuis Gelderland-Zuid 5

174 Algemeen bestuur vergadering 6 oktober 2016 agendapunt 6.1 onderwerp Managementrapportage tot en met juni 2016 Korte samenvatting onderwerp: Voor u ligt de Managementrapportage tot en met juni In de rapportage wordt een prognose van het resultaat conform de GR gepresenteerd inclusief Veilig Thuis (VT) van negatief. Indien VT, dat nu ook afzonderlijk wordt gepresenteerd, niet wordt meegenomen in het resultaat is de prognose positief. Het resultaat van VT is negatief, waarbij de begrotingswijzigingen conform het AB besluit van 30 juni jl. zijn verwerkt. Over VT wordt u in een separaat voorstel geïnformeerd. In het DB van 17 maart jl. is een negatief saldo (inclusief VT) van negatief gerapporteerd. Dit werd in belangrijke mate veroorzaakt doordat de financiële gevolgen van loonontwikkelingen ( ) niet zijn gecompenseerd door een verhoging van de bijdrage van de deelnemende gemeenten. Daarnaast leverde de GGD een forse inspanning ten behoeve van VT. Op basis van de rapportage van maart is besloten nadrukkelijker te sturen op de beheersing van de personeelskosten, het realiseren van de acquisitiedoelstelling / extra opbrengsten en zijn concrete bezuinigingsmaatregelen getroffen. Deze inspanningen maken dat verwacht wordt dat de realisatie (nagenoeg) binnen de begroting gaat plaatsvinden. Het verwachte resultaat inclusief VT wordt verklaard door een samenstel van factoren. Zie hiervoor de bijlage. Op het moment van opstellen van de rapportage zijn er nog enkele aspecten die in positieve of negatieve zin van invloed kunnen zijn op het resultaat. Onderstaand worden deze beschouwd. 1. Bezuinigingen In enkele sessies is door het MT een voorstel uitgewerkt met een omvang van Een deel van de bezuinigingen is reeds gerealiseerd en is opgenomen in het resultaat. 2. Openstaande plus- en minuren en (boven)wettelijk verlof Binnen GGD Gelderland-Zuid is in de eerste helft van het jaar een groot aantal plusuren opgebouwd en relatief weinig verlofuren opgenomen. Op dit moment wordt een analyse gemaakt. Daarnaast zijn afspraken gemaakt voor het terugdringen van deze uren in de tweede helft van het jaar. In het slechtste geval bestaat een risico van ca , 25% door plusuren en 75% door (boven)wettelijk verlofuren. 3. Inzet opleidingsgelden en investeringen Op basis van de realisatie per 30 juni 2016 is sprake van een aanzienlijke onderuitputting op de opleidingsgelden en de kapitaallasten. Mogelijk dat deze worden veroorzaakt door belasting van de medewerkers in de eerste helft van het jaar. Voor de opleidingsgelden wordt op dit moment inzichtelijk gemaakt welke opleidingen nog worden gestart. De investeringen hebben vooral betrekking op slim werken. De diverse huisvestingsplannen worden in het najaar verder uitgewerkt, waardoor de realisatie van de investeringen deels na dit jaar plaatsvinden. De (incidentele) vrijval van kapitaallasten wordt benut voor de voorbereiding van de huisvestingsplannen. 4. BTW Veilig Thuis en Forensische geneeskunde In de afgelopen periode is door de fiscus duidelijkheid gegeven over een tweetal aspecten betreffende de BTW, te weten: a) Veilig Thuis en b) forensische geneeskunde. a) Veilig Thuis (VT) De inhuur van medewerkers van JBG voor VT zijn niet BTW belast. Dit geldt met terugwerkende kracht vanaf Voor 2017 is door het AB op 30 juni jl. besloten het bedrag dat gemoeid is met de BTW beschikbaar te houden voor VT.

175 Voor 2016 wordt voorgesteld (in lijn met de besluitvorming voor 2017) om voor 2016 de BTWgelden niet te restitueren aan de gemeenten, maar deze beschikbaar te houden ter dekking van het mogelijk tekort voor VT. Dit tekort wordt nu geprognosticeerd op Voor 2015 wordt voorgesteld de voorziening voor 2015 ( ) vrij te laten vallen bij jaarrekening 2016 ten gunste van het resultaat. b) Forensische geneeskunde De inhuur van de forensische artsen is wel BTW-plichtig. Dit is in de prognose verwerkt. Voor 2017 wordt dit bij wijziging van de begroting verwerkt. Zie ook agendapunt 6.3. Voorstel te beslissen: 1. Vaststellen van de managementrapportage tot en met juni Instemmen met de hierboven genoemde voorstellen m.b.t. het verwerken van de BTW Veilig Thuis voor de jaarschijven 2015 en 2016.

176 Samenvatting financiële stand van zaken 2016 tot en met juni (bedragen * 1.000,-) Verwachting Bijgest.begr. Verschil Som der bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfskosten (incl. incidentele baten en lasten) Totaal saldo van baten en lasten Reservemutaties DD-JGZ Uittreding Mook en Middelaar Toezicht WMO Resultaat -18 Het totale verschil in verwacht resultaat ten opzichte van de begroting is -18 Hieronder worden de verschillen toegelicht: Opbrengsten: * Extra bijdrage gemeenten: integrale psychische kwetbare burgers 19 * Meer opbrengsten subsidies rijk (extra voor subsidie opleiding arts Maatschappij en gezondheid, ondersteuningsaanbod 2015, bewegen bij depressie en dementie, integrale 318 aanpak valpreventie regio Nijmegen en JGZ vaccinaties) * Doorstorting GGD: lagere bijdrage bij afrekening 2014 door minder onderzoeken -90 * Extra subsidies gemeenten; o.a. BZ en VT ( ), GL ( ), AGZ ( ) en JGZ ( ) * Meer overige opbrengsten (o.a. declaraties TBC, Heumensoord, kwetsbare gezinnen en detacheringen) * Te acquireren volledig uitgevoerd door de extra opbrengsten bij subsidies rijk en gemeenten en overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten: * Mutaties personele kosten (3% loonstijging, acquireren extra opbrengsten en bezuinigingen op invulling vacatures) 593 * Hogere huisvestingskosten (dotatie voorziening onderhoud Groenewoudseweg en huur 213 poortgebouw) * Meer inhuur derden door acquireren extra opbrengsten 137 * Hogere inkoop ondersteunende diensten (tijdelijke inzet externen en ICT onderzoek) 221 * Overig (kantoormiddelen, communicatieapparatuur en vrijval onvoorzien) -58 * Doorstorting GGD (lagere kosten door minder onderzoeken voor regio Oost) -90 Totale kosten Totaal verschil in resultaat -18

177 1 Financiële ontwikkeling Ten opzichte van de begroting zijn begrotingswijzigingen doorgevoerd. Dit wordt apart toegelicht in paragraaf Toelichting op het overzicht van baten en lasten 2016 In dit hoofdstuk worden de belangrijkste verschillen toegelicht tussen de bijgestelde begroting en de verwachting voor de gehele GGD voor het hele kalenderjaar. Kosten en opbrengsten worden in tijd gezien zo goed mogelijk met elkaar gematched, ook als dit betekent dat deze doorschuiven naar een later kalenderjaar Opbrengsten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Bijdrage gemeenten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Er is een nieuw project: Integrale aanpak psychisch kwetsbare burgers voor Subsidies rijk Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Voor de subsidies rijk worden extra opbrengsten verwacht. Dit betreft voor subsidie opleiding arts Maatschappij en gezondheid. Verder worden op het gebied van Gezond Leven (GL) drie extra subsidies ontvangen, totaal (ondersteuningsaanbod 2015, bewegen bij depressie en dementie en integrale aanpak valpreventie regio Nijmegen). De JGZ vaccinaties leveren meer op. Het restant wordt veroorzaakt door een aantal kleine bijstellingen van totaal Doorstorting GGD'en Verwachting t.o.v. bijgestelde begr was het laatste jaar dat er op basis van onderzoeken werd afgerekend. De afrekening van 2014 was voor de overige GGD en (regio Oost) lager dan dat zij aan voorschotten hebben ontvangen, dus is er circa terug gevorderd. Subsidies gemeenten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Voor JGZ is extra subsidie geraamd; extra maatwerk ( ), een aframing van opbrengsten CJG ( ) en een aantal projecten welke extra geld opleveren ( ) zoals "Opvoed info" ( ). Op het gebied van GL wordt extra subsidie geraamd, voor een viertal grote projecten, te weten aanpak ouderenmishandeling ( ), gezond ouder worden ( ), Brede impuls ( ) en Beweeg tuin ( ). Aantal kleinere projecten zorgt ook nog voor extra opbrengsten van ( ). Een aantal posten worden afgeraamd voor totaal , waarvan de grootste gezond in de stad Nijmegen betreft van ( ). Binnen AGZ wordt er extra subsidie verkregen door de berekening gezondheidseffecten en de aanwijzingsbevoegheid handhaving kinderopvang. Bij BZ en VT wordt meer opbrengsten verwacht van , voor de taken toegang beschermd wonen ( ), plan uitstroom prostitutie ( ), begeleiding exgedetineerden ( ), verschuiving bijdrage Veilig Thuis ( ) en Housing First ( ). Overige opbrengsten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Op het gebied van JGZ wordt minder subsidie ontvangen van , dit heeft te maken met de volgende onderdelen CJG MUG, Jeugdzorg Mook en PGA JGZ. Voor AGZ wordt meer opbrengst verwacht van , voornamelijk veroorzaakt door reizigersvaccinaties , Noodopvang Heumen , Detachering , declaraties TBC , Gezondheidszorg vluchtelingen , toezicht WMO , abonnementen forensische diensten en MRSA Daarnaast worden een aantal minder opbrengsten verwacht, SMA rivierenland en kasontvangsten SOA/condoomautomaat Voor GL wordt meer opbrengsten verwacht, zijnde begeleiden scholen (voorheen jeugdimpuls), gezondheidsaanpak kwetsbare gezinnen Wijchen, aangepast sporten, integrale valpreventie en voor rookvrije schoolpleinen. Er zijn echter ook opbrengsten die niet doorgaan; bijdrage AMPHI en detacheringen

178 detacheringen Bij BZ en VT wordt minder opbrengsten verwacht; bijdrage woningcoöperaties lager, verschuiving opbrengsten Veilig Thuis naar subsidies gemeenten en op het onderdeel detacheringscontracten worden meer opbrengsten verwacht van Tot slot wordt er minder huuropbrengsten verwacht van JTV van Te acquireren Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Er is voor aan extra opbrengsten gerealiseerd. Zie de toelichtingen bij bijdrage gemeenten, subsidies rijk, subsidies gemeenten en overige opbrengsten. Hiermee is de resterende acquisitiedoelstelling van ruimschoots gerealiseerd Bedrijfskosten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Personeelskosten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Aan personele kosten wordt meer uitgegeven dan begroot. Deze stijging wordt veroorzaakt door de 3% loonstijging en het acquireren van extra opbrengsten waarvoor nieuw personeel is verworven. Daarnaast is bezuinigd op het invullen van vacatures ( ). Huisvestingskosten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr De dotatie voorziening grootonderhoud Groenewoudseweg is bijgesteld met op basis van het meerjaren onderhoudsplan. Doordat het poortgebouw (Lux), waar BZ en VT is gehuisvest, langer wordt gehuurd is de verwachting dat de kosten hoger uitvallen. Huisvestingskosten uit 2015, , kunnen niet worden afgerekend. Verder wordt veroorzaakt door de hogere servicelast en huur van de JGZ dependances. Kantoormiddelen Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Het ontwikkelen en opzetten van de volwassen- en ouderenmonitor voor dit jaar is duurder dan verwacht Medische zaken Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Door een verwachte hogere afname van reizigersvaccinaties meer inkoop van de vaccinaties, Hier tegenover staan extra opbrengsten. Communicatieapparatuur Verwachting t.o.v. bijgestelde begr De kosten voor het netwerkbeheer en adsl worden verhoogd met De licentiekosten vallen hoger uit met De werkelijke overige communicatiekosten vallen lager uit De telefoonkosten naar beneden bijgesteld met Afschrijvingen Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Het project Slim Werken Tiel en de verhuizing van de afdeling BZ en VT wordt verwacht in 2017 uit te voeren; lagere kosten. Het registratiesysteem voor reizigers is niet geïnvesteerd; lagere kosten. Daarnaast lagere investering koelkasten bij JGZ; lagere kosten. Algemene kosten Verwachting t.o.v. bijgestelde begr Bij inhuur derden wordt verwacht dat er meer ingezet gaat worden. Dit komt door niet begrote projecten, totaal ; ouderenmishandeling, bewegen en depressie, kwetsbare gezinnen Wijchen en integrale aanpak valpreventie. Tegenover deze inzet staan extra opbrengsten. De post onvoorzien wordt volledig ingezet. De lidmaatschappen overstijgen de begroting met , conform realisatie Er is nog een positieve bijstelling van een aantal kleine posten Inkoop onderst. diensten VRGZ Verwachting t.o.v. bijgestelde begr De extra kosten voor de inkoop van de ondersteunende diensten heeft twee belangrijke oorzaken; extra kosten voor tijdelijke inzet van externen op openstaande vacatures en een ICT onderzoek. Doorstorting GGD'en Verwachting t.o.v. bijgestelde begr was het laatste jaar dat er op basis van onderzoeken werd afgerekend. De afrekening van 2014 was voor de overige GGD en (regio Oost) lager dan dat zij aan voorschotten hebben ontvangen, dus is er circa terug gevorderd. Zie ook toelichting bij doorstorting GGD'en bij opbrengsten. 2

179 1.2 Overzicht baten en lasten GGD Gelderland-Zuid 2016 (bedragen * 1.000,-) Jaarrekening 2015 Bijgestelde begroting 2016 Begroting periode 1 t/m 6 Realisatie periode 1 t/m 6 Bijstelling Verwachting Bijdrage deelnemende gemeenten Uniforme taken o.b.v. facturen Subsidies rijk Doorstorting GGD'en Subsidies gemeenten Overige opbrengsten Te acquireren Som der bedrijfsopbrengsten Personeelskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Vervoersmiddelen Afschrijvingen Algemene kosten Inkoop ondersteunende diensten VRGZ Interne doorbelasting bedrijfsvoering Doorstorting GGD'en Voorlichting Rentebaten en -lasten Som der bedrijfskosten Totaal saldo van baten en lasten Incidentele baten 3 Incidentele lasten Geraamd resultaat voor bestemmen Digitaal Dossier JGZ Bezuinigingen Uittreding Mook & Middelaar -35 Afboeking vordering Mook & Middelaar EGB-samenwerking -117 Toezicht WMO Veilig Thuis -343 Nog te bestemmen resultaat Toelichting Ten opzichte van de begroting zijn begrotingswijzigingen doorgevoerd. Dit wordt uitgewerkt in bijlage

180 1.2.1 Overzicht baten en lasten Veilig Thuis 2016 (bedragen * 1.000,-) Jaarrekening 2015 Bijgestelde begroting 2016 Begroting periode 1 t/m 6 Realisatie periode 1 t/m 6 Bijstelling Verwachting Bijdrage deelnemende gemeenten Uniforme taken o.b.v. facturen Subsidies rijk Doorstorting GGD'en Subsidies gemeenten Overige opbrengsten Te acquireren Som der bedrijfsopbrengsten Personeelskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen 4 Medische zaken Communicatieapparatuur Vervoersmiddelen Afschrijvingen Algemene kosten Inkoop ondersteunende diensten VRGZ Interne doorbelasting bedrijfsvoering Doorstorting GGD'en Voorlichting Rentebaten en -lasten Som der bedrijfskosten Totaal saldo van baten en lasten Incidentele baten Incidentele lasten Geraamd resultaat voor bestemmen Digitaal Dossier JGZ Bezuinigingen Uittreding Mook & Middelaar Afboeking vordering Mook & Middelaar EGB-samenwerking Toezicht WMO Veilig Thuis -343 Nog te bestemmen resultaat Toelichting Ten opzichte van de begroting zijn begrotingswijzigingen doorgevoerd. Dit wordt uitgewerkt in bijlage

181 1.2.2 Overzicht baten en lasten GGD exclusief Veilig Thuis 2016 (bedragen * 1.000,-) Jaarrekening 2015 Bijgestelde begroting 2016 Begroting periode 1 t/m 6 Realisatie periode 1 t/m 6 Bijstelling Verwachting Bijdrage deelnemende gemeenten Uniforme taken o.b.v. facturen Subsidies rijk Doorstorting GGD'en Subsidies gemeenten Overige opbrengsten Te acquireren Som der bedrijfsopbrengsten Personeelskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Vervoersmiddelen Afschrijvingen Algemene kosten Inkoop ondersteunende diensten VRGZ Interne doorbelasting bedrijfsvoering Doorstorting GGD'en Voorlichting Rentebaten en -lasten Som der bedrijfskosten Totaal saldo van baten en lasten Incidentele baten 3 Incidentele lasten Geraamd resultaat voor bestemmen Digitaal Dossier JGZ Bezuinigingen Uittreding Mook & Middelaar Afboeking vordering Mook & Middelaar -111 EGB-samenwerking -117 Toezicht WMO Veilig Thuis Nog te bestemmen resultaat Toelichting Ten opzichte van de begroting zijn begrotingswijzigingen doorgevoerd. Dit wordt uitgewerkt in bijlage

182 1.3 Begrotingswijzigingen overzicht van baten en lasten in de begroting 2016 (bedragen * 1.000,-) Begroting 2016 Individueel Keuze Toezicht Budget Acquisitie Verschuivingen Veilig Veilig WMO (IKB) doelstelling Thuis Thuis 1) 2) 3) 4) 5) 6) Bijgestelde begroting 2016 Bijdrage gemeenten uniforme taken Bijdrage gemeenten uniforme taken o.b.v. facturen Subsidies gemeenten Subsidies rijk Doorstorting subsidies Overige opbrengsten Te acquireren Som der bedrijfsopbrengsten Personeelskosten Huisvestingskosten Kantoormiddelen Medische zaken Communicatieapparatuur Vervoersmiddelen Afschrijvingen Algemene kosten Onvoorzien Inkoop ondersteunende diensten VRGZ Doorstorting subsidies Voorlichting Bezuinigingsopdracht Rente -3-3 Som der bedrijfskosten Saldo van baten en lasten Incidentele baten - Incidentele lasten - Incidenteel resultaat Geraamd resultaat voor bestemming Voorstel voor resultaatsbestemming + is dotatie - is onttrekking Onttrekking/dotatie bestemde reserve DD-JGZ Onttrekking/dotatie bestemde reserve bezuinigingen Onttrekking/dotatie bestemde reserve frictiekosten Mook & Middelaar Onttrekking/dotatie bestemde reserve EGB-samenwerking Onttrekking/dotatie bestemde reserve Toezicht WMO Onttrekking/dotatie bestemde reserve vakantiegeld Onttrekking/dotatie reserve Zorgmonitor Onttrekking/dotatie bestemde reserve Veilig Thuis Geraamd resultaat na bestemming Toelichting bij de begrotingswijzigingen ) In AB-vergadering 1 oktober 2015 is besloten dat bij Toezicht WMO uitgegaan kan worden van plusscenario 1 ( ). De bijdrage van gemeente Mook & Middelaar bedraagt voor 2016, de gemeenten in Gelderland-Zuid dragen voor bij. Hiervan wordt gedekt uit de bestemde reserve Toezicht WMO (reeds in de programmabegroting 2016 opgenomen). 2) Het IKB wordt vooralsnog ingevoerd per 1 januari Vanwege de introductie van het IKB ontstaat er eenmalig een extra last van 7/12 van het vakantiegeld in Voor de GGD gaat het om extra lasten. 3) Van de aquisitiedoelstelling is ingevuld door extra opbrengsten en verlaging van personele kosten. Er resteert te aquireren. 4) In de kolom verschuivingen staan budgettair neutrale bijstellingen. De verschuivingen beogen de realisatie en begroting beter vergelijkbaar te maken. 5) Voor 2016 is er in totaal voor de uitvoering en doorontwikkeling van Veilig Thuis aangevraagd. Dit komt voort uit eerdere gemaakte becijferingen ten aanzien van personeel en aanvullende verbeteracties op basis van Inspecties Jeugdzorg (IJZ) en Gezondheidszorg (IGZ). Het eerste half jaar is toegekend. 6) In AB-vergadering van 30 juni 2016 is voor de verdere doorontwikkeling van Veilig Thuis voor het tweede halfjaar van toegekend. Daarnaast is voor het aanvalsplan vastgesteld. 6

183 1.4 Toelichting bij de personele kengetallen Het overzicht met het aantal vaste fte in loondienst en het aantal tijdelijke fte bij de GGD geeft het aantal fte per peildatum weer. Bij de begrotingscijfers gaat het om gemiddelde formatiegetallen over een jaar, hierbij wordt geen onderscheid gemaakt in de verdeling over het aantal vaste fte en tijdelijke fte. Omdat ten opzichte van de begroting er meer opdrachten zijn in 2016, is een hogere bezetting dan begroot normaal. Weliswaar gebaseerd op schattingen zal de gemiddelde bezetting over het hele jaar ongeveer 268 fte zijn. Het ziekteverzuim is in het eerste half jaar 1% hoger dan begroot. Deze stijging wordt o.a. veroorzaakt door een aantal langdurig zieken (langer dan 1,5 maand, korter dan een jaar). Ten opzichte van de eerste drie maanden is wel een daling zichtbaar van 2%. Het management stuurt gedurende het kalenderjaar op zowel het ziekteverzuim als het aantrekken van tijdelijk personeel om de kosten zo laag mogelijk te houden. Personele kengetallen Begroting Bijgestelde Begroting 2016* 2016* Periode gemiddelde Peildatum Peildatum Realisatie Peildatum Peildatum Peildatum Peildatum Aantal vaste fte AGZ 55,55 55,55 48,35 46,21 46,92 48,59 48,71 49,81 49,85 BZ&VT 24,23 42,05 21,87 21,85 21,85 21,96 21,85 22,35 21,36 Gezond Leven 26,68 26,68 27,76 28,01 28,45 27,74 27,74 27,74 26,85 JGZ 120,37 120,37 111,91 111,42 111,98 111,98 112,92 111,65 111,53 Directie 14,58 14,58 13,98 13,94 13,94 13,94 13,94 13,94 14,16 Totaal vaste fte 241,41 259,23 223,86 221,43 223,14 224,21 225,16 225,49 223,75 Aantal tijdelijke fte ** AGZ 0,00 0,00 8,42 7,86 8,58 8,53 8,72 8,86 7,97 BZ&VT 0,00 0,00 15,43 15,78 16,11 16,00 13,89 13,44 17,33 Gezond Leven 0,00 0,00 1,94 1,94 1,94 1,94 1,94 1,94 1,94 JGZ 0,00 0,00 12,61 11,89 13,31 13,31 12,17 12,39 12,56 Directie 0,00 0,00 3,29 2,61 3,17 3,39 3,89 3,33 3,33 Totaal tijdelijke fte 0,00 0,00 41,68 40,08 43,11 43,17 40,61 39,96 43,13 Percentage tijdelijke fte zonder ww-risico 64,00% 60,78% 63,53% 63,57% 64,44% 64,44% 67,05% Totaal fte (vast en tijdelijk) 241,41 259,23 265,54 261,51 266,25 267,38 265,77 265,45 266,88 * Het begrotingsbudget voor uitzendkrachten en inhuur is niet in fte vertaald. ** In het aantal tijdelijke fte zijn de freelancers niet meegenomen. De inzet van freelancers - uitgedrukt in fte - kan pas achteraf worden becijferd. Begroting Realisatie 2016 periode gemiddelde jan feb mrt apr mei jun Ziekteverzuim Inclusief zwangerschap 6,60% 6,97% 7,83% 7,86% 5,61% 5,44% 5,86% Exclusief zwangerschap 5,00% 6,00% 6,70% 7,36% 7,16% 4,93% 4,64% 5,22% 7

184 1.5 Overzicht van geplande en gerealiseerde investeringen Doorgeschoven vanuit 2015 Investeringsbegroting 2016 Totaal begroot Uitgegeven in 2016 Verschil begroot/ totaal uitgegeven Prognose 2016 Doorschuiven 2017 Verbouwing "slim werken" ) Meubilair "slim werken" ) Systeem "slim werken" ) Stelpost hard- en software Meubilair Registratiesysteem reizigers ) Vervanging werkplekken Telefonie JGZ Dependances Diverse inventaris Koelkasten JGZ ) Auto's Ipads Toelichting 1) Voor het project implementatie "Slim werken" Tiel wordt verwacht te investeren. Voor de huisvesting BZ en VT op de Groenewoudseweg is eveneens geprognostiseerd. Deze investeringen worden verwacht in 2017 te worden uitgevoerd. 2) Registratiesysteem van reizigers zal niet worden aangeschaft. Er wordt via een webportal gebruik gemaakt van een registratiesysteem, waarvoor maandelijks kosten worden gemaakt. 3) De koelkasten zijn geleverd. De factuur wordt nog verwacht. De investering valt lager uit dan verwacht. 8

185 1.6 Reserves en voorzieningen Verwachte Stand per resultaatbestemming Stand per Reserves (bedragen * 1.000,-) Algemene reserve Resultaat Bestemde reserves Bestemde reserve DD-JGZ Bestemde reserve uittreding Mook & Middelaar Bestemde reserve Toezicht WMO Totaal Eigen vermogen Toelichting Algemene reserve Het Algemeen Bestuur heeft op 14 april 2016 besloten dat het negatieve resultaat 2015 vanuit de algemene reserve geput mag worden. De norm van de algemene reserve is Bestemde reserves Bestemde reserve DD-JGZ Er waren voor 2015 projecten gepland maar die zijn nog niet (volledig) afgerond; dit komt enerzijds doordat eerst de databases (Rivierenland en Regio Nijmegen) samengevoegd moesten worden als voorwaarde voor andere projecten, die nu in 2016/2017 worden uitgevoerd. Anderzijds doordat oplevering koppeling en pilot met gebruikers vertraagd was waardoor Topicus nog niet gereed was voor koppeling LSP en Koppeling Entgegevens. Naar verwachting worden alle resterende werkzaamheden in 2016 gerealiseerd. Bestemde reserve uittreding Mook & Middelaar Deze reserve is in 2014 met 75% van de jaarlijkse frictiekosten afgebouwd, in 2015 met 50% en wordt in 2016 met 25% afgebouwd. Bestemde reserve Toezicht WMO Deze bestemde reserve is, conform besluit AB van 11 december 2014, gevormd vanuit overgebleven gelden extra contactmoment adolescenten 2013 en voor het vormgeven van de toezichttaak WMO in 2015; die vanaf 1 januari 2015 bij GGD Gelderland- Zuid is ondergebracht. De verwachte uitgaven voor 2016 zijn Voorzieningen (bedragen * 1.000,-) Stand per Stand per Dotatie Onttrekking Voorziening onderhoud kantoor Groenewoudseweg Voorziening niet actief personeel Toelichting De dotatie en onttrekkingen aan de voorziening periodiek onderhoud hoofdkantoor Groenewoudseweg worden ontleend aan het onderhoudsplan van gemeente Nijmegen. De huisvestingskosten zijn op basis van ROZ 2003 berekend. Dit heeft consequenties voor de kosten voor (ver)huurder bij nieuwe contracten op basis van ROZ De voorziening voor niet actief personeel is gevormd voor de verwachte uitgaven van FPU-, WW- en wachtgelduitkeringen. 9

186 1.7 Risico's Het Algemeen Bestuur keurde in het najaar 2014 de vernieuwde risicomanagement methodiek van de GGD voor de komende 4 jaar goed. In dit besluit werd vastgesteld dat het complete overzicht van de risico-inventarisatie en de voorgestelde beheersmaatregelen een keer per vier jaar besproken worden met het Algemeen Bestuur, dat in de tussenliggende periode een samenvatting van de risico-inventarisatie wordt opgenomen in de begroting en jaarrekening en dat bij het uitbrengen van de financiële rapportages (begroting, jaarrekening en tussentijdse cijfers) nieuwe of verdwenen risico's als mutatie vermeld zullen worden. Tot slot werd besloten dat de frequentie van rapporteren aangepast wordt als daartoe aanleiding is. Mutatie t.o.v. jaarrekening 2015 Er zijn geen nieuwe mutaties t.o.v. de jaarrekening Niet financieel vertaalde risico's Ten aanzien van de personele kosten is er nog sprake van risico s die samenhangen met de fusie. Het gaat hierbij om mogelijke kosten voor het treffen van voorzieningen van niet actieve medewerkers. 10

187 1.8 Indicatie huur/services JGZ locaties 2016 Gemeenten Begroting 2016 Verwachting 2016 Verschil Beuningen Druten Groesbeek Heumen Nijmegen West Maas en Waal Wijchen * Subtotaal Mook en Middelaar ** Neder-Betuwe Totaal De huisvestingskosten zijn inclusief huur, gebouwgebonden servicekosten, huur koelkasten en facilitaire meerkosten GGD. Kosten die in 2016 aan de GGD zijn gefactureerd en die betrekking hebben op 2015 zullen in 2016 met de gemeenten worden afgerekend. Het budget voor 2016 is inclusief index conform de BRN-richtlijnen. * Inclusief extra huisvestingkosten Kruisbergseweg Wijchen Dit is exclusief rente. ** De gemeente Mook & Middelaar is vanaf 1 januari 2013 uit de gemeenschappelijke regeling getreden, maar blijft Jeugdgezondheidszorg afnemen. 11

188 2 Productieontwikkeling 2016 De belangrijkste gegevens, betreffende de productieontwikkeling, in kwantitatieve zin van de GGD-producten zijn hieronder weergegeven over de periode tot en met juni 2016 en de verwachte productie over geheel In zijn algemeenheid komt de verwachte productie overeen met de begroting. Als daar aanleiding voor is, wordt een toelichting gegeven waarom de productiecijfers afwijken. Productiegegevens Bijgestelde begroting 2016 Bijgestelde begroting 2016 periode 1 t/m 6 Realisatie 2016 periode 1 t/m 6 Verwachting 2016 Productgroep: Jeugdgezondheidszorg (JGZ) Preventieve logopedie screening, vervolgcontacten en screening op indicatie berichtgeving ouders bij problemen doorverwijzing probleemgevallen JGZ algemeen 0-19 jarige 0-4 jarigen standaard consulten standaard huisbezoeken circa 14 dagen na geboorte vaccinaties Rijksvaccinatieprogramma 0-4 jarigen aantal gehoorscreeningen (incl 2e en 3e screening) extra zorg: spreekuurbezoek extra zorg: telefonische consulten en bereikbaarheid extra zorg: huisbezoek op indicatie extra zorg: consulten op indicatie jarigen standaard contactmoment vaccinaties Rijksvaccinatieprogramma 4-19 jarigen extra zorg: vervolgcontacten gesignaleerde kinderen Programmatisch onderzoek regulier onderwijs 4-18 jaar standaard screening PO standaard PGO PO standaard contacten VO consulten op indicatie PO/VO extra zorg: telefonische consulten PO/VO extra zorg: adviesgesprekken PO/VO extra zorg: huisbezoek op indicatie Productgroep: Algemene Gezondheidszorg (AGZ) TBC en infectieziekten aantal actieve TBC aantal latente TBC aantal longfoto's aantal Mantoux aantal meldingen meldingsplichtige infectieziekten (WPG excl. artikel 26) aantal meldingen niet-meldingsplichtige infectieziekten aantal meldingen instellingen (WPG artikel 26) aantal telefoontjes infectieziekten Seksuele Gezondheid aantal consulten seksuele gezondheid Vindpercentage 15,00% 15,00% 17,70% 18,00% Reizigersadvisering en -vaccinaties aantal consulten aantal vaccinaties Toezicht en handhaving kinderopvang aantal geïnspecteerde kinderdagverblijven en BSO aantal geïnspecteerde peuterspeelzalen aantal geïnspecteerde gastouderbureaus aantal geinspecteerde gastouders in steekproef aantal handhavingstrajecten gemeente Nijmegen en Druten WMO-Toezicht aantal toezichtonderzoeken calamiteiten aantal toezichtonderzoeken signalen aantal toezichtonderzoeken - nieuwe aanbieders aantal toezichtonderzoeken - aanbieders eerder onder (verscherpt) toezicht Hygiënebegeleiding en -inspectie inventarisatie van de risico-instellingen aantal adviezen aan gemeenten/risico-instellingen tattoo- en piercingshops evenementen seksinrichtingen overig (waaronder opvangvoorzieningen) GROP GROP-opgeschaalde situaties Forensische geneeskunde lijkschouwingen euthanasie schouwen consultatie medische beroepsbeoefenaren Medische milieukunde advisering t.a.v. burger advisering t.a.v. gemeente advisering t.a.v. instantie advisering eigen initiatief

189 Bijgestelde begroting 2016 periode Realisatie 2016 periode Productgroep: Bijzondere zorg & Veilig Thuis Bijgestelde begroting Verwachting PSHi en PSHOR t/m 6 1 t/m doorlopende beschikbaarheid voor consultatie en advies bij incidenten (aantal incidenten) PSHI-trajectregie (aantal incidenten) Begeleide herkansing aantal casussen (incl lopende zaken uit voorgaande jaren) begeleide herkansing Veilig Thuis aantal adviezen Nog onbekend aantal meldingen en zorgmeldingen Nog onbekend WTH casussen Bijzondere zorg consultatie trajectindicering (incl. veiligheidshuis Nijmegen, alleen BZ-meldingen) na indicering in behandeling genomen trajectregies nazorg adviezen veelplegers (TOP X, geen HG) 400 uur 200 uur 200 uur 400 uur (rivierenland geen onderscheid tussen indicering en regie) consulatie Geen aantallen afgesproken reguliere meldingen (toeleiding naar zorg na indicering) Geen aantallen afgesproken regie meldingen Geen aantallen afgesproken Beschermd wonen herindicatie/aanvulling/wijziging nieuwe aanvraag Productgroep: Gezond Leven (GL) Gezonde school deel A algemene ondersteuning vanuit GGD volgens principe van de gezonde school 100,00% 50,00% 50% 100% adviesgesprekken over gezonde school gericht op de 9 gezonde school thema's: 60,00% 30,00% 0,3 0,6 regio nijmegen PO scholen 60,00% 30,00% 15,00% 30,00% regio nijmegen VO scholen 60,00% 30,00% 100,00% 100,00% regio rivierenland PO scholen 60,00% 30,00% 15,00% 30,00% regio rivierenland VO scholen (1 roc 100%) 60,00% 30,00% 100,00% 100,00% overheerlijk overblijven 60,00% 30,00% 0 0 scoren voor gezondheid 60,00% 30,00% 0 1 lentekriebels 60,00% 30,00% 0 1 lang leve de liefde en meer 60,00% 30,00% 0 1 aantal scholen met een landelijk vignet gezonde school: PO VO MBO Gezonde school deel B organiseren en/of uitvoeren van gezondheidbevorderende activiteiten actieve deelname aan samenwerkingsverbanden en netwerken verzorgen van presentaties, lezingen, workshops, symposia algemene advisering en ondersteuning van gemeenten adviezen beleid/ouderenbeleid Gezonde kennis rapporten/factsheets monitoronderzoek: voorbereiding regionaal gezondheidsprofiel wijkprofielen/-analyses, schoolprofielen presentaties adviezen themabijeenkosmten GGD/gemeente/ veld met RU/radboudumc en HAN bijdragen aan het uitvoeren van onderzoeken samen met RU en HAN subsidieverzoeken (o.a. ZonMw) deelname aan commissies van ZonMw/HAN/CIAO stagiaires publicatie van artikelen managementrapportage LTP wijchen regiovoering uitvoeringspraktijk wijchen Toelichting Wanneer de prognose van de productie 2016 wordt vergeleken met de begroting 2015, kunnen een aantal afwijkingen worden geconstateerd. Hieronder wordt een aantal specifieke productiecijfers toegelicht. Jeugdgezondheidszorg Preventieve logopedie: De cijfers van de verwachting 2016 zijn gebaseerd op de werkwijze van voor Door de bezuinigingen op logopedie in Rivierenland zijn de cijfers aanzienlijk lager. JGZ algemeen 0-19 jarigen: 0-4 jarigen: Er zijn minder kinderen geboren dan voorzien en de toegenomen extra zorg is in werkelijkheid in de vorm van extra consulten en niet in de vorm van huisbezoeken (zoals begroot). Vaccinaties Rijksvaccinatieprogramma 0-4 jarigen: Deze gegevens zijn nog niet gevalideerd jarigen regio Nijmegen Er vinden meer standaardcontacten plaats door de invoering van het adolescentencontactmoment. Vaccinaties Rijksvaccinatieprogramma 4-19 jarigen: Het grootste deel van de groepsvaccinaties vindt in het eerste half jaar plaats. Programmatisch onderzoek regulier onderwijs 4-18 jaar regio Rivierenland Standaard PGO Po vindt niet meer plaats door flexibilisering van JGZ Standaard contacten VO toegevoegd, was per abuis niet weergegeven. Consulten op indicatie PO/VO zijn door flexibilisering JGZ toegenomen omdat de focus nu meer op extra zorg ligt en minder op standaardzorg Huisbezoeken op indicatie vinden relatief weinig plaats, hierdoor kunnen grote fluctuaties ontstaan 13

190 Algemene gezondheidszorg Tattoo en piercing: het aantal inspecties is veel hoger dan begroot, omdat we extreem veel nieuwe aanvragen hadden de eerste helft van het jaar, mn voor PMU. Forensische Geneeskunde: het aantal schouwen is meer dan verwacht; het aantal schouwen was in 2015 al flink gestegen (336) in vergelijking met 2014 (272) ; op basis van het aantal schouwen in 2015 zou je 168 schouwen verwachten voor de eerste helft van dit jaar (helft van 336); hier ligt het aantal ook boven (187), dus er lijkt een verdere stijging plaats te vinden. De stijging van het aantal schouwen in 2015 had te maken met een stijging in het aantal schouwen door een ongeval in huis of een ongeval in een ziekenhuis/zorginstelling. Waarschijnlijk komt dit (in ieder geval deels) omdat niet natuurlijk overlijdens beter herkend en gemeld worden (door specialisten ouderengeneeskunde) waar voorheen vaker een natuurlijk overlijden werd afgegeven. Voor de cijfers van MMK en TBC geldt dat deze in het eerste half jaar hoger zijn dan de verwachting. Vandaar dat de cijfers voor het hele jaar zijn bijgesteld naar boven. Voor IZB zijn de cijfers anders dan de begroting omdat er nu het Hpzone-systeem op een andere manier wordt ingevuld en dat er meer op wordt toegezien dat dit uniform gebeurd. WMO-Toezicht: in het plan uit 2015 is een aantal aannames gedaan die nog niet gestoeld waren op de praktijk. Het aantal onderzoeken van calamiteiten en van signalen is lager dan verwacht. Anderzijds zijn de onderzoeken van signalen veel tijdsintensiever dan vooraf verwacht. Het aantal nieuwe toetreders is lager dan vooraf ingeschat; het aantal aanbieders dat eerder onder (verscherpt) toezicht heeft gestaan, is groter dan vooraf verwacht. In het najaar zullen Het aantal vaccinaties t.m. juni betreft een indicatie; definitieve cijfers ontbreken i.v.m. de recente invoering van een nieuw clientregistratiesysteem. Een algemene trend is dat er minder vaccinaties per consult worden gegeven. Bijzondere zorg en Veilig Thuis Bijzondere zorg: Steeds meer vraag naar advies en consultatie, vanuit VT / verwarde personen, wijkteam, vandaar meer productie. Beschermd wonen: Verdubbeling van herindicaties, subsidie 2e kwartaal 2016 hierop aangepast. Gezond Leven Bij alle vo scholen en alle gemeentes zijn de EMOVO gegegevens gepresenteerd en besproken. Daarnaast is heel gericht ingezet op de scholen die meedoen met ondersteuningaanbod. Vandaar dat er veel gezonde scholen en themacertificaten zijn bijgekomen. Deze gericht inzet heeft als consequentie gehad dat er minder contact is geweest met de overige po scholen. 14

191 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 6.2 Onderwerp Reactie GGD op zienswijzen gemeenten op Jaarrekening 2015 en Programmabegroting 2017 Korte samenvatting onderwerp: De deelnemende gemeenten hebben ten behoeve van besluitvorming in het AB van 30 juni jl. hun zienswijzen gegeven op de Jaarrekening 2015 van de GGD en op de Programmabegroting GGD Een aantal opmerkingen in de aangeleverde zienswijzen kwam een aantal keer terug. In bijgevoegde conceptbrief wordt vanuit de GGD een antwoord gegeven op deze terugkerende opmerkingen van verschillende gemeenten. Voorstel te beslissen: 1. Instemmen met bijgevoegde brief als reactie op een aantal terugkerende opmerkingen van gemeenten in de aangeleverde zienswijzen op de Jaarrekening 2015 van de GGD en op de Programmabegroting GGD 2017.

192 Aan de raden van de gemeenten die participeren in de Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland-Zuid ons kenmerk: GGD/DIR/1430/16/JW/mr afdeling: Directiebureau uw kenmerk: contactpersoon: Jules van Wijngaarden datum: 7 oktober 2016 doorkiesnummer: (088) onderwerp: Opmerkingen zienswijzen jaarstukken GGD 2015 en begroting GGD jvanwijngaarden@ggdgelderlandzuid.nl Geachte Raad, Op ons verzoek heeft u in het voorjaar 2016 uw zienswijze geleverd op onder andere de jaarstukken GGD 2015 en op de programmabegroting GGD 2017, waarvoor hartelijk dank. Graag reageren wij hieronder op een aantal terugkerende opmerkingen van verschillende gemeenten. Ondertekende accountsverklaring wordt gemist Met ingang van de jaarrekening 2016 zal een ondertekende accountsverklaring onderdeel vormen van de jaarstukken, die voor zienswijze naar de gemeenten worden gezonden. Ontbreken van kengetallen in de jaarstukken De inhoudelijke verantwoording van de resultaten van de verschillende activiteiten en taken van de GGD is niet eenduidig. De GGD wil, in samenspraak met gemeenten, een set inhoudelijke indicatoren overeenkomen, waarover gerapporteerd zal gaan worden. Een procesvoorstel hiervoor zal worden uitgewerkt. Programmabegroting GGD voldoet niet aan de richtlijnen BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) De Programmabegroting GGD 2017 voldoet aan de huidige vastgestelde richtlijnen BBV. Er zijn wijzigingen op komst van de richtlijnen BBV. Voor de gemeenschappelijke regelingen, waaronder de GGD, gelden de nieuwe BBV regels pas vanaf de begroting Wij zijn reeds bezig met de inrichting van de administratie om de nieuwe regels van BBV in de begroting 2018 te kunnen doorvoeren. Acquisitie als stelpost is ongebruikelijk Als ondernemende GGD acquireren wij, in opdracht van het Algemeen Bestuur, in de loop van het jaar aanvullende opdrachten/projecten op het brede terrein van de publieke gezondheid. Deze worden gefinancierd door verschillende opdrachtgevers, waaronder de deelnemende gemeenten (o.a. maatwerk), het ministerie van VWS, ZonMw, Fonds NutsOhra etc. Op deze manier krijgen wij de begroting sluitend en wenden wij ons niet automatisch tot de gemeenten voor extra financiële middelen. Vanzelfsprekend monitoren wij de acquisitie-opbrengst goed en nemen, indien nodig, tijdig actie als de verwachting is dat de acquisitie-opdracht niet wordt gehaald. Centraal postadres Postbus BC Nijmegen Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Bezoekadres Regio Nijmegen Groenewoudseweg TV Nijmegen BIC /SWIFT: RABONL2U IBAN: NL56.RABO info@ggdgelderlandzuid.nl Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) T: (088) F: (024) BTW: NL B01 KvK:

193 datum: 7 oktober 2016 ons kenmerk: GGD/DIR/1430/16/JW/mr pagina 2 van 2 De afgelopen jaren laten zien dat het resultaat van de acquisitie hoger is dan het geprognotiseerde tekort op de begroting. In 2015 hebben wij voor circa aanvullende opdrachten binnengehaald, terwijl we voor 2015 geen acquisitiedoelstelling hadden. Voor dit jaar staat in de Programmabegroting GGD een acquisitiedoelstelling van Tot en met juni is er al voor circa aanvullende opdrachten geacquireerd. Wij vertrouwen erop u met deze informatie van dienst te zijn. Met vriendelijke groet, drs. L.C.M. Frings Voorzitter Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid dr. ir. M.N. Pieters Directeur Publieke Gezondheid

194 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 6.3 Onderwerp Financiering Forensische Geneeskunde Korte samenvatting onderwerp: GGD Gelderland-Zuid voert de taak forensische geneeskunde uit voor gemeenten en Politie. Voor gemeenten gaat het om de taken van gemeentelijk lijkschouwer, conform de Wet op de Lijkbezorging en de Wet toestemming levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding. Voor de Politie gaat het om de taak Forensisch Medisch Onderzoek (FMO). De Politie vergoedt de FMO-diensten op factuurbasis. De gemeenten in Gelderland-Zuid financieren de forensische geneeskunde op basis van inwonerbijdrage. Tot 2015 bestond een deel van de gemeentelijke bijdrage uit een vergoeding op factuurbasis en een deel uit inwonerbijdrage (in 2014 werd 56% van de gemeentelijke bijdrage op factuurbasis vergoed en het overige deel (44%) vanuit de inwonerbijdrage). Bovendien droeg de Politie in Gelderland-Zuid tot 2015 ook nog deels bij in de kosten van schouwen en ontving de GGD een vergoeding per schouw; vanaf 2015 is deze bijdrage door de landelijke Politie stopgezet omdat zij concludeerden dat gemeenten wettelijk gezien financieel verantwoordelijk voor zijn voor deze taak en niet de politie. In (de begroting van) 2015 is de grotendeels variabele financiering beëindigd en is overgegaan tot volledige vaste financiering; in dat jaar bedroeg de inwonerbijdrage voor forensische geneeskunde een vast bedrag van totaal in de begroting 2016 is dit bedrag verwerkt binnen het totaal van de AGZ-taken. Hiervan was opgenomen als compensatie voor het beëindigen van de financiering door de Politie. Bij het overgaan tot een vaste inwonerbijdrage was de aanname dat het aantal (lijk)schouwen redelijk stabiel is en derhalve dat de kosten ook redelijk stabiel zouden zijn, waardoor een vaste financiering passend zou zijn. Inmiddels is echter zichtbaar dat de kosten voor forensische geneeskunde sterk stijgen. Hiervoor zijn twee redenen. 1. Aantal schouwen In de afgelopen jaren heeft er een grote stijging plaats gevonden in het aantal schouwen bij een niet-natuurlijke dood door een ongeval in huis of een ongeval in een ziekenhuis/ zorginstelling. Dit komt omdat niet-natuurlijke overlijdens beter herkend en gemeld worden (door specialisten ouderengeneeskunde) waar voorheen vaker een natuurlijk overlijden werd afgegeven. In 2015 zijn er 20% meer lijkschouwen uitgevoerd dan begroot (280 lijkschouwen begroot; 336 uitgevoerd); het aantal euthanasieschouwen was 5% groter dan begroot (180 euthanasieschouwen begroot; 189 uitgevoerd). Als er meer schouwen zijn, zijn de personeelskosten voor de GGD ook hoger omdat de artsen hiervoor grotendeels per uur worden betaald. De kostenstijging betreft ongeveer De GGD probeert de totale kosten op dit product te beperken door efficiencymaatregelen en door te onderzoeken of het mogelijk is om de kosten die worden gemaakt voor schouwen bij mensen die afkomstig zijn van andere regio s dan Gelderland-Zuid elders kunnen worden verhaald. In de loop van 2016 zal moeten worden bezien of en in hoeverre deze maatregelen kunnen bijdragen aan een beperking van de kostenoverschrijding. Indien dit niet of onvoldoende succesvol is, zal dit probleem bestuurlijk c.q. in het kader van de begroting van 2018 worden geadresseerd. 2. BTW-verplichting forensisch geneeskundige zzp ers De schouwen worden uitgevoerd door forensisch geneeskundigen. Deels zijn dit artsen in dienst bij de GGD die dit werk doen naast hun hoofdtaak bij een van de GGD-afdelingen, merendeels zijn dit echter artsen die als zzp ers zijn verbonden aan de GGD. De (5) forensisch geneeskundigen die als zzp er voor deze taak worden ingezet, factureren hun inzet maandelijks. Onlangs is gebleken dat deze werkzaamheden BTW-plichtig zijn. De GGD moet daarom aan deze zzp ers adviseren om BTW in rekening te brengen.

195 Op jaarbasis betreft dit ongeveer Omdat de zzp ers over de eerste helft van 2016 nog geen BTW in rekening hebben gebracht, betreft dit in 2016 naar verwachting een lager bedrag. Als zodanig gaat het volgens de fiscalist, die de GGD in dezen heeft geadviseerd, echter om BTW die verlegbaar is. Voorstel te beslissen: 1. Kennis te nemen van de ontwikkelingen bij forensische geneeskunde zoals hierboven beschreven. 2. De DPG opdracht te geven om gemeenten tijdig en zorgvuldig te informeren over deze verlegbare BTW opdat zij per saldo in dezen geen extra kosten dragen. 3. De verlegbare BTW zichtbaar te maken in de GGD-jaarrekening en deze zodra mogelijk op te nemen in een aangepaste inwonerbijdrage in de GGD-begrotingen. 4. De DPG te vragen om maatregelen te nemen om de kosten voor de uitvoering van de forensische geneeskunde zoveel mogelijk te beperken.

196 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 agendapunt 6.4 onderwerp Tarief Toezicht Kinderopvang 2017 Korte samenvatting onderwerp: In de vergadering van het Algemeen Bestuur van 2 april 2015 is besloten om bij de financiering van het Toezicht Kinderopvang vanaf 2016 uit te gaan van volledige variabele financiering en de inwonerbijdrage voor dit product vanaf dit jaar te laten vervallen. Daarbij is besloten om voor het jaar 2016 het uurtarief vast te stellen op 86 per uur. Bij deze vaststelling is geen rekening gehouden met de later gebleken stijging van CAO-kosten in Bovendien is het gewenst om binnen het tarief een post op te nemen met betrekking tot de basisfinanciering van calamiteiten die extra inzet vragen van het Toezicht Kinderopvang, bijvoorbeeld bij een casus waarbij extra veiligheidsmaatregelen genomen moeten worden om het toezicht mogelijk te maken. Voor het jaar 2017 moet het tarief worden vastgesteld. Voorgesteld wordt om het tarief in 2017: 1. te indexeren conform de cao-stijging in 2016 en 2017: totaal 3,4%; 2. te verhogen met een post voor de basisfinanciering van calamiteiten: totaal 1,2%. 3. op basis hiervan in 2017 aan te passen tot 90 per uur. Het bijzondere bij het Toezicht Kinderopvang is dat financiering plaatsvindt onder de verantwoordelijkheid van de wethouders Onderwijs. Hierom zijn de ambtenaren en wethouders Onderwijs reeds geïnformeerd over het voorstel om tot een tariefsverhoging in 2017 te komen, met het verzoek om eventuele reacties door te geven aan de leden van uw bestuur. Voorstel te beslissen: 1. Het uurtarief Toezicht Kinderopvang 2017 te verhogen van 86 naar 90.

197 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 6.5 Onderwerp Benoeming accountant Korte samenvatting onderwerp: In 2016 loopt het contract af met de huidige accountantsdienst (Deloitte). Gezien de omvang van de opdracht is een Europese aanbestedingsprocedure doorlopen, welke op 22 januari 2016 is gestart, om op basis daarvan te komen tot een voordracht tot benoeming door het Algemeen Bestuur. De aanbestedingsprocedure is doorlopen middels de inkoopmethode Prestatie inkoop. In plaats van een technisch Programma van Eisen worden offertes opgesteld op basis van een functioneel opgestelde Opdrachtomschrijving, waarbij uiteindelijk de leverancier wordt geselecteerd die op basis van de aangeleverde meetbare informatie, de meeste waarde kan toevoegen binnen het gestelde budget. Er zijn 2 inschrijvingen ontvangen, waarvan 1 ongeldig. Met de geldige inschrijving is het vooraf vastgestelde beoordelingsproces doorlopen en op basis van onderstaande criteria beoordeeld. Prestatieonderbouwing 25% Risicodossier 20% Kansendossier 20% Interview 35% Vervolgens is met de overgebleven partij de concretiseringsfase doorlopen waarbij de inschrijving verder in detail is uitgewerkt. Op basis van voorgaande is Deloitte Accountants B.V. als voorkeursleverancier uit de procedure gekomen. Voorstel is dan ook om Deloitte Accountants te benoemen voor de periode van 4 jaar met een optionele verlenging van 2 jaar. Het Dagelijks Bestuur ondersteunt dit voorstel. Voorstel te beslissen: 1. Kennis te nemen dat Deloitte Accountants B.V. als voorkeursleverancier uit de aanbestedingsprocedure is gekomen. 2. In te stemmen om Deloitte Accountants B.V. te benoemen voor de periode van 4 jaar met een optionele verlenging van 2 jaar.

198 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 6.6 Onderwerp Normenkader accountantscontrole Korte samenvatting onderwerp: Bijgaand de inventarisatie van wet- en regelgeving voor de rechtmatigheidscontrole door de accountantsdienst voor het jaar 2016 en latere jaren. De accountant zal dit normenkader gebruiken als basis voor de rechtmatigheidscontrole. Toelichting Het normenkader bevat alle voor de accountantscontrole relevante wet- en regelgeving waarin handelingen zijn geregeld waaruit financiële gevolgen voortkomen die als baten, lasten en/of balansmutaties in de jaarrekening dienen te worden verantwoord. De accountant hoeft niet vast te stellen of álle handelingen binnen GGD conform de geldende wet- en regelgeving zijn verricht. De aandacht blijft beperkt tot die handelingen waaruit financiële gevolgen voortkomen die als baten, lasten en/of balansmutaties in de jaarrekening dienen te worden verantwoord. Met andere woorden: het gaat om de financiële beheershandelingen. Aan het normenkader werd in 2015 de Wet Modernisering VPB-plicht overheidsonderneming opgenomen. Deze wet is in 2015 van kracht geworden en geldt vanaf het boekjaar Voorstel te beslissen: 1. Vaststellen van de bijgaande inventarisatie van wet- en regelgeving ten behoeve van de accountantscontrole 2016.

199 Bijlage I: Normenkader GGD Gelderland-Zuid Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheidscontrole GGD Gelderland-Zuid In het kader van de rechtmatigheidscontrole Specifieke activiteit Wetgeving extern Regelgeving intern Toelichting wijziging Algemeen Gemeentewet Wet gemeenschappelijke regelingen Wet publieke gezondheid Wet veiligheidsregio's Wet Marktordening Gezondheidszorg Gemeenschappelijke regeling Gemeentelijke Gezondheidsdienst Gelderland-Zuid Mandaatbesluit en mandaatregeling Financiën/Treasury Inkoop / aanbesteden Personeel Besluit Begroting en Verantwoording Wet financiering decentrale overheden Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (ruddo) Besluit leningvoorwaarden decentrale overheden Wet Markt en Overheid Wet modernisering VPB-plicht overheidsonderneming (vanaf boekjaar 2016) Wet Houdbare Overheidsfinanciën Wet op het BTW-compensatiefonds De van toepassing zijnde wet- en regelgeving en subsidievereisten van lopende projecten Europese richtlijn 2004/17/EG & 2004/18/EG Aanbestedingswet en besluit 2012 Fiscale, sociale verzekerings- en pensioenwetgeving Wet Normering bezoldiging topfunctionarissen CAR/UWO Programmabegroting boekjaar Financiële verordening art. 212 GW Controleverordening art. 213 GW Treasurystatuut Arbeidsvoorwaardenregeling Gelderland-Zuid

200 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 7 Onderwerp Inzet GGD in het kader van het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom Korte samenvatting onderwerp: Op 28 april 2016 zijn door het Rijk en de VNG middels het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom nadere afspraken gemaakt over zorg, onderwijs, werk en integratie voor de grote aantallen statushouders die in de gemeenten komen wonen. De GGD voert in alle fasen van de opvang 1 en in de gemeenten 2 taken uit om de publieke gezondheid van vluchtelingen 3 en van de hele bevolking te beschermen, te bewaken en te bevorderen. Voor een succesvolle integratie en participatie is gezondheid een randvoorwaarde. Daarin is geleerd van de immigratiegolven in 1995 en In navolging van landelijk beleid zet de GGD daarom extra in op de uitvoering van de GGD-taken voor statushouders in de gemeenten. Het Uitwerkingsakkoord voorziet in aanvullende ondersteuning en financiën voor de lokale aanpak van gezondheidsachterstanden voor statushouders. Dit zijn tijdelijke extra vergoedingen voor de additionele kosten voor Publieke gezondheidszorg aan statushouders voor de eerstejaarsopvang van Dit is aanvullend op de inwonersbijdragen van gemeenten voor de WPG-taken en in januari 2016 reeds geaccordeerd door de BAC-PG. Het Rijk biedt de volgende concrete ondersteuning middels het Uitwerkingsakkoord: 1. Aan alle gemeenten worden extra financiële middelen verstrekt voor de lokale uitvoering van de publieke gezondheidzorg ten behoeve van een succesvolle integratie van statushouders. De totale landelijke bijdrage is 353 miljoen. Het betreft integrale financiële ondersteuning voor zorg, onderwijs, werk en integratie voor de periode , met als uitgangspunt geld volgt vluchteling. Per statushouder wordt, conform het landelijke rekenmodel, uitgegaan van de volgende bedragen: Jeugdgezondheidszorg: 775 per statushouder-kind, waarvan 255 voor professionele tolken. Overige WPG-taken: 276 per statushouder, waarvan 53 voor professionele tolken. Omdat deze financiering via gemeenten verloopt, wordt in deze notitie een verzoek gedaan tot toekenning van deze extra middelen aan de GGD Gelderland-Zuid. In 2016 betreft het voor deze regio , uitgaande van de geraamde instroom van statushouders in Voor 2017 wordt een zelfde bedrag verwacht, exclusief de jaarlijkse indexering. De factuur achteraf is op basis van de werkelijke aantallen van instroom en kan dus afwijken van bovengenoemd totaalbedrag. De GGD zal een deel van de financiering bestemmen voor het volgende jaar, omdat de financiering de extra kosten betreft voor minimaal het eerste jaar na vestiging van een statushouder. De middelen die over 2016 worden ontvangen, worden derhalve deels ingezet voor kosten in 2017; de middelen die over 2017 worden ontvangen worden deels ingezet voor kosten in Het OTAV ondersteunt de lokale gezondheidsbevordering middels de Impuls en toolkit lokale preventie. De landelijk bijdragen zijn 3 miljoen in 2016 en 4 miljoen in Hiervoor wordt: o Een regiocoördinator Publieke Gezondheid statushouders aangesteld, ondersteund en gefinancierd door het OTAV; te weten Karlijn Hoondert, werkzaam bij de GGD. 1 Hiermee wordt de COA-opvang bedoeld voor asielzoekers 2 Hiermee worden de statushouders bedoeld die in de gemeenten gehuisvest zijn. 3 Vluchteling wordt gedefinieerd als een persoon met gegronde vrees voor vervolging in eigen land en wordt gebruikt als overkoepelende term voor zowel asielzoeker als statushouder. Een asielzoeker is een vreemdeling (iemand die niet de Nederlandse nationaliteit heeft) die zijn land heeft verlaten en bij de Nederlandse overheid een asielaanvraag indient. Een statushouder of vergunninghouder is een vluchteling met een verblijfsvergunning ofwel een erkende asielzoeker.

201 o o Een landelijke toolkit gezondheidsbevordering statushouders ontwikkeld. De GGD in staat gesteld netwerkbijeenkomsten te organiseren voor zorg en welzijn- professionals werkzaam met statushouders. Omdat deze financiering via het OTAV verloopt, wordt het bestuur gevraagd kennis te nemen van deze ontwikkelingen. GGD Gelderland-Zuid geeft op de volgende wijze een extra impuls aan de preventie van gezondheidsachterstanden bij statushouders/vluchtelingen ten behoeve van een succesvolle integratie: Middels afspraken met gemeenten over het verstrekken van gegevens wordt het bereik van de nieuwe statushouders versneld: o De jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar kan hierdoor op korte termijn na vestiging in de gemeente de vaccinatiestatus en de gezondheidssituatie in kaart brengen. o Ook de tuberculose screeningen kunnen snel vervolg krijgen. Bij alle taken vinden de gesprekken plaats met behulp van tolken omdat gesprekken anders inhoudelijk niet goed begrepen worden; aan de inzet van tolken zijn extra kosten en tijd verbonden. Ten behoeve van signalering en ketensamenwerking initieert en ontwikkelt de GGD zorgnetwerken op het snijvalk van zorg en welzijn (sociaal domein) om een integrale aanpak voor gezondheidsbevordering van statushouders/vluchtelingen te waarborgen. Er wordt extra ingezet op lokale gezondheidsbevordering in samenwerking met de gemeenten en met Vluchtelingenwerk (en in Druten met Stichting Meer Voormekaar) in het kader van de participatieverklaring en op basis van vragen en signalen. Er wordt extra ingezet op deskundigheidsbevordering in cultuursensitief werken van de professionals. Er wordt contact gezocht met de doelgroep zelf (i.c. vluchtelingen) en zij worden betrokken bij de opzet en uitvoering van de WPG taken. In de gemeenten in Rivierenland waar GGD Gelderland-Zuid alleen de JGZ voor kinderen van 4-19 verzorgd, gaat de GGD logischerwijs alleen uit van het aantal 4+ kinderen dat zich vestigt in een gemeente. Omdat het om uniforme taken gaat en omdat Mook en Middelaar met de GGD een contract heeft voor de Jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar, zullen wij deze inzet dus ook voor Mook en Middelaar leveren. Vanaf de start van de verhoogde asielinstroom halverwege 2015 is uiteraard al extra ingezet op het bereik, uitvoering en de netwerkvorming rondom deze groep kwetsbare burgers. Bijgevoegd voorstel is besproken met de ambtenaren van de gemeenten in het RAO-GGD in Gelderland-Zuid en in de klankbordgroep Vluchtelingen en gezondheid. Onderstaande besluiten zijn nodig om deze extra inzet uit te blijven voeren. Voorstel te beslissen: 1. Kennisnemen van de notitie (incl. de bijlagen). 2. Instemmen met de uitvoering van de GGD-activiteiten voor statushouders in Gelderland- Zuid en Mook en Middelaar conform bijgevoegde notitie. 3. Instemmen met de toekenning van de extra financiën voor de wettelijke WPG-taken publieke gezondheid ten behoeve van integratie statushouders conform het rekenmodel (zie bijlage 3 van de notitie) voor 2016 en Deze zijn te beschouwen als een tijdelijke additionele financiering voor bestaande uniforme GGD-taken en zullen halfjaarlijks achteraf gefactureerd worden op basis van werkelijke instroom. 4. Instemmen dat de GGD een deel van de financiering zal bestemmen voor het volgende jaar, omdat de financiering de extra kosten betreft voor minimaal het eerste jaar na vestiging van een statushouder. 5. Kennisnemen van de ontwikkelingen m.b.t. de Impuls en toolkit lokale preventie, waaronder de benoeming van de regiocoördinator Publieke Gezondheid statushouders regio Gelderland-Zuid. 2

202 Notitie Inzet GGD in het kader van het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom 1. Inleiding Op 28 april 2016 zijn door het Rijk en de VNG middels het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom nadere afspraken gemaakt over zorg, onderwijs, werk en integratie voor de grote aantallen statushouders die in de gemeenten komen wonen. De GGD voert in alle fasen van de opvang 1 en in de gemeenten 2 taken uit om de publieke gezondheid van vluchtelingen 3 en van de hele bevolking te beschermen, te bewaken en te bevorderen (zie ook Bijlage 1 en Bijlage 2). In al deze fasen vraagt de verhoogde vluchtelingenstroom om extra inzet van de GGD. De uitvoering van de GGD-taken voor statushouders in de gemeenten vraagt meer inspanning van de GGD dan in de voorgaande jaren vanwege de sterk verhoogde aantallen. Om deze taken uit te kunnen voeren is tijdelijk ook extra financiering nodig. Het Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom biedt additionele ondersteuning en financiën voor de lokale aanpak van gezondheidsachterstanden voor statushouders.dit is aanvullend op de inwonersbijdragen van gemeenten voor de WPG-taken en in januari 2016 reeds geaccordeerd door de BAC-PG. 2. Extra inzet en additionele financiering Om een succesvolle integratie en participatie te bevorderen is het onvermijdelijk dat onder andere de GGD zich extra inzet voor de (publieke) gezondheid van vluchtelingen die in gemeenten komen wonen (zie voor het volledige product Bijlage 1) : Gezondheid is een randvoorwaarde voor inburgering en participatie; extra inzet is nodig omdat veel vluchtelingen kampen met gezondheidsachterstanden. Soms waren die er al in het land van herkomst (vaccinaties, mondzorg), soms zijn er pre-/post-migratie gerelateerde problemen (psychische belasting met uitstralende werking op gezondheid) en hebben vluchtelingen vaker een chronische ziekte (diabetes, overgewicht). Hierin is geleerd van de immigratiegolven in 1995 en Het gaat om een kwetsbare groep in een complexe (zorg)situatie. Dat wordt versterkt door de hoge instroom, de kortere verblijfsduur in de asielopvang (gezinshereniging), de taalbarrière, de afschaffing van de tolkenvergoeding en onbekendheid met het gezondheidszorgsysteem bij de vluchtelingen. Uitvoering van GGD-taken op het gebied van Gezondheidsbevordering, Jeugdgezondheidszorg, TBC-screening en -bestrijding en Infectieziektebestrijding voor vergunninghouders vraagt extra inspanningen. Voor de Jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar moet de vaccinatiestatus en de gezondheidssituatie in kaart gebracht worden. Gesprekken vinden plaats met behulp van tolken omdat gesprekken anders niet goed gevoerd kunnen worden; aan de inzet van tolken zijn extra kosten verbonden. Daarnaast kost de tolk extra tijd en geld. Zie Bijlage 2 voor een beschrijving van de taken van de GGD voor statushouders Netwerken rondom zorg en welzijn voor statushouders moeten in sommige gemeenten nog worden opgebouwd, en waar ze al bestaan moeten ze worden onderhouden. Dit kost extra tijd. Vanzelfsprekend is vanaf de start van de verhoogde instroom al extra ingezet op het bereik en de uitvoering van de zorg voor de statushouders. Mede door de inbreng van GGD Gelderland-Zuid in de landelijke onderbouwing (onder andere in de Kennissynthese van Pharos) en het landelijk overheidsbeleid, is het gelukt om er voor te zorgen dat de Publieke Gezondheidszorg is opgenomen in het genoemde uitwerkingsakkoord, inclusief de extra middelen daarvoor. 1 Hiermee wordt de COA-opvang bedoeld voor asielzoekers 2 Hiermee worden de statushouders die in de gemeenten gehuisvest zijn bedoeld. 3 Vluchteling wordt gedefinieerd als een persoon met gegronde vrees voor vervolging in eigen land en wordt gebruikt als overkoepelende term voor zowel asielzoeker als statushouder. Een asielzoeker is een vreemdeling (iemand die niet de Nederlandse nationaliteit heeft) die zijn land heeft verlaten en bij de Nederlandse overheid een asielaanvraag indient. Een statushouder of vergunninghouder is een vluchteling met een verblijfsvergunning ofwel een erkende asielzoeker.

203 pagina 2 van 3 3. Inhoud extra inzet GGD Gelderland-Zuid geeft op de volgende wijze een extra impuls aan de preventie van gezondheidsachterstanden bij statushouders/vluchtelingen ten behoeve van een succesvolle integratie: Middels afspraken met gemeenten over het verstrekken van gegevens wordt het bereik van de nieuwe statushouders versneld: o De jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar kan hierdoor op korte termijn na vestiging in de gemeente de vaccinatiestatus en de gezondheidssituatie in kaart brengen. o Ook de tuberculose screeningen kunnen snel vervolg krijgen. Bij alle taken vinden de gesprekken plaats met behulp van tolken omdat gesprekken anders inhoudelijk niet goed begrepen worden; aan de inzet van tolken zijn extra kosten en tijd verbonden. Ten behoeve van signalering en ketensamenwerking initieert en ontwikkelt de GGD zorgnetwerken op het snijvalk van zorg en welzijn (sociaal domein) om een integrale aanpak voor gezondheidsbevordering van statushouders/vluchtelingen te waarborgen. Er wordt extra ingezet op lokale gezondheidsbevordering in samenwerking met de gemeenten en met Vluchtelingenwerk (en in Druten met Stichting Meer Voormekaar) in het kader van de participatieverklaring en op basis van vragen en signalen. Er wordt extra ingezet op deskundigheidsbevordering in cultuursensitief werken van de professionals. Er wordt contact gezocht met de doelgroep zelf (i.c. vluchtelingen) en zij worden betrokken bij de opzet en uitvoering van de WPG taken. Daarnaast wordt waar mogelijk gebruik gemaakt van digitale applicaties en sociale netwerken zoals Refugees in the Netherlands en Syriers Gezond. Dit moet nog verder ontwikkeld worden Inzet van de regiocoördinator Publieke Gezondheidszorg ter ondersteuning van gemeenten, ketenparnters en medewerkers van de GGD 4. Financiën Vanuit het Rijk zijn middels het landelijk Uitwerkingsakkoord Verhoogde Asielinstroom extra middelen ter beschikking gesteld voor alle gemeenten voor de uitvoering van de wettelijk verplichte taken van de publieke gezondheidszorg voor statushouders. Dit zijn tijdelijke extra vergoedingen voor de additionele kosten voor Publieke gezondheidszorg aan statushouders voor de eerstejaarsopvang van Dit is aanvullend op de inwonersbijdragen van gemeenten voor de WPG-taken. Het Rijk biedt de volgende concrete ondersteuning middels het Uitwerkingsakkoord: 1. Aan alle gemeenten worden extra financiële middelen verstrekt voor de lokale uitvoering van de publieke gezondheidzorg ten behoeve van een succesvolle integratie van statushouders. De totale landelijke bijdrage is 353 miljoen. Het betreft integrale financiële ondersteuning voor zorg, onderwijs, werk en integratie voor de periode , met als uitgangspunt geld volgt vluchteling. Per statushouder wordt, conform het landelijke rekenmodel, uitgegaan van de volgende bedragen: Jeugdgezondheidszorg: 775 per statushouder-kind, waarvan 255 voor professionele tolken. Overige WPG-taken: 276 per statushouder, waarvan 53 voor professionele tolken. Omdat deze financiering via gemeenten verloopt, wordt in deze notitie een verzoek gedaan tot toekenning van deze extra middelen aan de GGD Gelderland-Zuid. In 2016 betreft het voor deze regio , uitgaande van de geraamde instroom van statushouders in Voor 2017 wordt een zelfde bedrag verwacht, exclusief de jaarlijkse indexering. De factuur is op basis van de werkelijke aantallen van instroom en kan dus afwijken van bovengenoemd bedrag. 2. Het OTAV ondersteunt de lokale gezondheidsbevordering middels de Impuls en toolkit lokale preventie. De landelijk bijdragen zijn 3 miljoen in 2016 en 4 miljoen in Hiervoor wordt: 2

204 pagina 3 van 3 o o o Een regiocoördinator Publieke Gezondheid statushouders aangesteld, ondersteund en gefinancierd door het OTAV; te weten Karlijn Hoondert, werkzaam bij de GGD. Een landelijke toolkit gezondheidsbevordering statushouders ontwikkeld. De GGD in staat gesteld netwerkbijeenkomsten te organiseren voor zorg en welzijn- professionals werkzaam met statushouders. Omdat deze financiering via het OTAV verloopt, wordt het bestuur gevraagd kennis te nemen van deze ontwikkelingen. Het uitgangspunt bij de Rijksfinanciering is Geld volgt vluchteling. Dit betekent dat de taakstelling van de gemeenten om statushouders op te nemen, leidend is in de toekenning. In Bijlage 3 is een raming gemaakt per gemeente (inclusief Mook en Middelaar) voor de kosten publieke gezondheidszorg voor statushouders. Deze berekening is gebaseerd op de kostenraming van de landelijke koepelorganisatie GGD GHOR Nederland en de Kennissynthese van Pharos. Uitgaande van de taakstellingen van gemeenten voor de huisvesting van statushouders en een aantal aannames (aandeel kinderen, etc.), gaat het in de raming voor 2016 voor Gelderland-Zuid om In de gemeenten in de regio Rivierenland waar GGD Gelderland-Zuid alleen de JGZ voor kinderen van 4-19 verzorgd, gaat de GGD logischerwijs alleen uit van het aantal 4+ kinderen dat zich vestigt in een gemeente. Echter, de GGD zal wel zorgdragen voor ene goede verbinding met de STMR en de COA- opvang. Omdat de GGD een contract heeft in Mook en Middelaar voor de uitvoering van de Jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar, zullen wij de inzet voor deze uniforme taken dus ook voor Mook en Middelaar leveren. Voor deze gemeente betreft het 5.422,- op basis van de ramingen. Aan het AB wordt gevraagd om de extra financiën voor de wettelijke WPG-taken publieke gezondheid ten behoeve van statushouders conform het rekenmodel in Bijlage 3 toe te kennen voor 2016 en 2017 en om deze te beschouwen als een tijdelijke additionele financiering voor bestaande uniforme GGD-taken. Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom. De financiering betreft de extra kosten voor minimaal het eerste jaar na vestiging van een statushouder; indien van toepassing zal de GGD een deel van de financiering bestemmen voor het volgende jaar. Voor 2017 zal indexering plaatsvinden conform de landelijke regels. Bij toekenning hebben de gemeenten het onderdeel publieke gezondheid van het genoemde Uitwerkingsakkoord voor de komende jaren voldoende geborgd en leveren zij voor dit onderdeel de noodzakelijke bijdrage aan een goede start van vluchtelingen in gemeenten. Indien de extra financiering niet of beperkt wordt toegekend, dan kan de GGD niet of beperkt voorzien in de extra behoefte van deze groep nieuwe inwoners. 5. Proces Om een regionaal gezondheidsbeleid voor statushouders te initiëren en ontwikkelen is een regionale klankbordgroep van ambtenaren ingesteld, met een gelijkelijke verdeling tussen de voormalige regio s Rivierenland en Nijmegen. In deze klankbordgroep worden de landelijke ontwikkelingen en de regionale en lokale consequenties voor de gemeenten besproken, evenals de wenselijke focus in het gezondheidsbeleid. Bijlagen 1. Product gezonde opvang en inburgering Vluchtelingen 2. Taken GGD bij statushouders 3. Indicatieve vergoeding statushouders GGD per gemeente 3

205 Bijlage 1 Product Gezonde opvang en inburgering van vluchtelingen 1 Visie Gezondheid en het aanspreken van de eigen kracht is een voorwaarde voor participatie en geluk voor iedereen, dus ook voor vluchtelingen. De toegang tot het Nederlandse zorgsysteem voor de vluchtelingen moet gewaarborgd zijn. De GGD neemt, samen met de gemeenten en de vele netwerkpartijen (vluchtelingenwerk, welzijns-en zorgpartijen) haar verantwoordelijkheid in de opvang en integratie van vluchtelingen en steekt in op de preventieve zorg. Doel We organiseren de integrale uitvoering van publieke gezondheidszorg (PG)voor asielzoekers 2 en vergunninghouders 3 met als meerwaarde: een gezonde opvang en inburgering voor vluchtelingen; vanaf het moment van binnenkomst tot en met de periode van huisvestiging in de gemeenten. zo snel mogelijk toegang tot (informatie en ondersteuning tbv) preventie voor vluchtelingen. Hiermee wordt zwaardere zorg c.q. escalatie van problemen voorkomen; coördinatie van de zorgketen in de opvang en in de gemeenten in iedere gemeente een sociale kaart tbv vluchtelingen voor de betrokken ketenpartners een rol voor de vluchtelingen zelf in (de ontwikkeling van) de publieke gezondheidszorg. Aansluiting bij de Meerjarenstrategie Door de gezondheidsvaardigheden (kennis en vaardigheden tbv de Nederlandse maatschappij en gezondheidszorg) van asielzoekers en vergunninghouders te versterken sluiten we aan bij de behoefte van deze kwetsbare inwoners. Er is in de asielopvang en in de gemeenten oog voor problemen van zowel de kinderen zelf als de ouders. Middels coördinatie van de zorgketen en de verbindende rol tussen de gemeenten en betrokken zorg- en welzijnsorganisaties pakken we onze rol als verbinder. Daarnaast zal de GGD, voor het organiseren van preventie, als kennismakelaar en stimulans voor peers binnen zelforganisaties werken middels het train - de trainer -principe. Het goed en geïntegreerd oppakken van specifieke vraagstukken op infectieziekten- en TBCgebied, soa-preventie en seksuele gezondheid en gezondheidsvoorlichting draagt bij aan een veilige en gezonde leefomgeving. Doelgroep Asielzoekers die verblijven in een COA- opvanglocatie in Gelderland-Zuid en vergunninghouders die (gaan) wonen binnen gemeenten in Gelderland-Zuid. Beoogd resultaat en maatschappelijk effect Er is een lokaal netwerk zorg en welzijn rondom vluchtelingen binnen iedere gemeente; integraal (ketenzorg, verbinding asielopvang met wijken). Er is een duidelijke verbetering van het uitwisselen van knelpunten en signalen rondom zorg en welzijn van vluchtelingen. De gemeenten zelf hebben de regie in de integrale keten van wonen, werken en integratie Er is een nauwe samenwerking met vluchtelingenwerk rondom gezondheidsbevordering voor statushouders in iedere gemeente. De inzet bij vergunninghouders is om in het inburgeringsprogramma ruimte te maken voor verstevigen van de gezondheidsvaardigheden. Hierbij wordt gebruik gemaakt van landelijk en in de regio ontwikkeld voorlichtingsmateriaal. Er is in alle gemeenten (kennis van) een sociale kaart op het gebied van zorg en welzijn voor vluchtelingen. Er is een werkwijze ontwikkeld waardoor de vluchteling zelf wegwijs wordt en gezondheidsvaardigheden opdoet vanaf de binnenkomst tot en met de integratie; o vluchtelingen zijn bekend in de wijk; o bekend is wat zij kunnen bijdragen (positieve gezondheid); o zelfredzaamheid is versterkt door uitleg te geven over het gezondheidssysteem in Nederland; o er is zo nodig verwezen naar de juiste instantie (signalering en verwijzing). 1 Vluchteling wordt gedefinieerd als een persoon met gegronde vrees voor vervolging in eigen land en wordt gebruikt als overkoepelende term van asielzoeker tot statushouder 2 Een asielzoeker is een vreemdeling (iemand die niet de Nederlandse nationaliteit heeft) die zijn land heeft verlaten en bij de Nederlandse overheid een asielaanvraag indient. 3 Een statushouder of vergunninghouder is een vluchteling met een verblijfsvergunning ofwel een erkende asielzoeker.

206 GGD- medewerkers hebben competenties in cultuursensitief werken (bij voorkeur wordt dit gezamenlijk met de betrokken ketenpartners verworven) Uitvoerende WPG-taken GGD worden op maat van de behoeften van de vluchtelingen efficiënt en doelmatig ingezet, ism de samenwerkingspartners (denk aan Vluchtelingenwerk). Werkwijze 1. Coördinatie van de publieke zorg door de regio coördinator 2. Integrale netwerkontwikkeling en onderhoud, op maat, in de gemeenten. 3. Beleidsvoorbereidend zijn voor de gemeenten, signaleren waar hiaten in de zorg zitten en deze agenderen; 4. Uitvoering van de onderstaande thema s, in samenwerking met netwerkpartners in zowel de opvanglocaties als in de gemeenten. Daarbij lossen we met ruimte voor professionals samen de hobbels op die we tegen komen (systemen en regels die niet passen, bureaucratische rompslomp): (zie bijlage 1 voor uitwerking) a. Jeugdgezondheidszorg b. Infectieziekte- en tuberculosebestrijding c. Seksuele gezondheid d. Leefomgeving e. OGGZ f. Gezondheidsbevordering 5. Vluchtelingen zelf een rol geven middels participatie in projecten als 4refugees.nl en middels zelforganisaties. (informatie mee ontwikkelen, onderhouden en verspreiden; bv uitleg door vluchtelingen zelf over het gezondheidszorgsysteem in NL; 6. Deskundigheidsbevordering tbv cultuursensitief werken, zoveel mogelijk samen met netwerkpartners; 7. Op agenda zetten van zingeving als bevorderende voorwaarde voor gezondheid en participatie. Bv door het genereren van werkervaringsplekken bij de GGD en bij de ketenpartners. Welke bestaande bouwstenen worden benut? Lokale bestaande netwerken van zorg en welzijn in de gemeenten; De GGD-teams van de jeugdgezondheidszorg, de gezondheidsmakelaars, Algemene gezondheidszorg en Bijzondere zorg & Veilig Thuis De zorgnetwerken betrokken bij Heumensoord, het AZC en de vergunninghouders; Publieke Gezondheidszorg Asielzoekers (PGA)-dienstverlening, zoals gecontracteerd door het COA (voor het AZC in Nijmegen); Ervaringen met de Eritrese jongeren in Lent en de samenwerking met Vluchtelingenwerk en de gemeente daarin. Ervaringen vanuit de interventies rondom laaggeletterdheid worden benut. Wat is nieuw aan het product? Integrale uitvoering en netwerkontwikkeling tbv asielzoekers en vergunninghouders Het in positie brengen van vluchtelingen zelf; Inzet digitale middelen in de gezondheidsbevordering middels project 4refugees; De inzet van vrijwilligers (studenten en vrijwilligers van dokters van de wereld). Financiën Er is optimale inzet van externe middelen (COA) voor de werkzaamheden van de Publieke Gezondheidszorg in de COA-opvang conform contract GGD GHOR NL met het COA; Voor de publieke gezondheidszorg aan vergunninghouders is aanvullende financiering nodig, welke mogelijk wordt gemaakt middels extra rijksbijdrage aan de gemeenten Wat is de geschatte tijdsplanning/ realisatietermijn? Er is al vanaf het moment van verhoogde instroom een start gemaakt; De verdere ontwikkeling vindt plaats in de loop van Welke interne afdelingen zijn betrokken? Alle afdelingen van de GGD, inclusief de ondersteunende afdelingen. Welke externe partners zijn betrokken? COA, GCA, GHOR GZ, gemeenten, Vluchtelingenwerk, ziekenhuizen, huisartsen, Het Interlokaal, verloskundigen, ISK, taalaanbieders, apothekers, Nidos, welzijnswerk.

207 Bijlage 2 Taken GGD Gelderland-Zuid voor statushouders Jeugdgezondheidszorg Aan kinderen worden de contactmomenten aangeboden zoals opgenomen in het basispakket JGZ 0-19 jaar. Die contacten kunnen plaats vinden op het consultatiebureau, thuis of op school. Daarbij wordt de groei en ontwikkeling van de kinderen gevolgd waardoor gezondheids- en ontwikkelproblemen vroeg kunnen worden gesignaleerd. Ook wordt het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) aangeboden. Bovendien kan de JGZ geraadpleegd worden bij opvoedingsvragen. Voor kinderen die maar heel kort in de asielopvang hebben gezeten en die daar nog niet gezien zijn door de JGZ, zal de GGD zorg opstarten door middel van een nieuwkomersonderzoek, inclusief start van het RVP. Contactpersoon Marjan van Vilsteren mvanvilsteren@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon: Infectieziekte- en tbc-bestrijding De GGD verzorgt de wettelijk verplichte binnenkomstscreening en halfjaarlijkse vervolg screeningen gedurende de eerste 2 jaar na aankomst in Nederland. De GGD begeleid TBC patiënten en voert bron en contact onderzoek uit bij besmettelijke tbc. Daarnaast verstrekt de GGD informatie over andere infectieziekten, verricht zo nodig bron- en contactopsporing en verzorgt preventieve interventies zoals vaccinaties. Contactpersoon Giovanna van IJzendoorn gvanijzendoorn@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon: Extra info voor tuberculose; Landelijk beleid bij screening van asielzoekers en immigranten is als volgt: - Bij wet verplichte screening op tuberculose bij binnenkomst in Nederland dmv een longfoto. - Halfjaarlijkse vervolgscreening voor asielzoekers en immigranten die afkomstig zijn uit landen waar tbc heel veel voorkomt (meer dan 200 tbc patiënten per inwoners per jaar). Dit geldt oa voor mensen afkomstig uit Eritrea. Deze screening is niet bij wet verplicht, het is wel belangrijk om mensen te informeren en te motiveren over het belang van deze screening. Belangrijk om te vermelden is dat momenteel Eritreeërs de grootste risicogroep voor tuberculose vormen in Nederland. Tuberculose heeft een levenslange incubatietijd en met name als mensen in een moeilijke periode zitten, met als gevolg een verminderde weerstand, kan de tuberkelbacterie actief worden en dus ziekte veroorzaken. Uit landelijke cijfers blijkt dat niet alleen veel tuberculose wordt vastgesteld bij Eritreeërs bij de 1 e screening, maar ook gedurende de eerste 2 jaar van hun verblijf in Nederland, of bij de vervolgscreening of nav klachten. Screening is een hulpmiddel om tijdig een actieve tuberculose te ontdekken. Daarom is het erg belangrijk dat deze groep wel gehoor geeft aan de oproep voor screening. Vluchtelingenwerk kan hierin mensen motiveren. Daarnaast is het sowieso van belang dat deze mensen bij klachten die kunnen wijzen op tuberculose contact opnemen met de huisarts (> 3 weken hoesten, moeheid, niet lekker voelen, afvallen en nachtzweet en soms koorts). Seksuele Gezondheid Binnen de zorgverlening rondom Seksuele Gezond behoort deze groep tot een specifieke risicogroep. Aan deze groep bieden wij anonieme zorg en extra voorlichtingsbijeenkomsten, zowel in de COA-opvang als in de gemeenten Contactpersoon Caroline van Ruitenbeek cvanruitenbeek@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon: Leefomgeving Een woning moet aan minimale eisen voldoen (bouwbesluit). Bij het in gebruik nemen van gebouwen die niet ingericht zijn als woning moeten er (mogelijk) aanpassingen plaatsvinden. De teams Medische milieukunde en Technische Hygiënezorg adviseren over legionellapreventie, voldoende sanitaire voorzieningen en Keukeninrichtingen, geluid overlast, voldoende ventilatie en goede drinkwatervoorziening. Als gemeenten leegstaande panden uit de bouwperiode gaat inzetten, zal de GGD adviseren in geval van aanwezigheid van asbest. Contactpersoon Giovanna van IJzendoorn gvanijzendoorn@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon:

208 pagina 2 van 2 Bijzondere zorg & Veilig Thuis Vanuit het aandachtsveld openbare geestelijke gezondheid is met name de vangnetfunctie en het zorgnetwerk van Veilig thuis van belang. Contactpersoon Anna van Lubeck avanlubeck@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon: Gezondheidsvoorlichting en bevordering De GGD werkt met Gezondheidsmakelaars, Gezonde school adviseurs en epidemiologen. Epidemiologen doen onderzoek naar de gezondheid van de inwoners van een gemeente. Gezondheidsmakelaars werken aan gezondere wijken en gemeenten, gezonde school adviseurs aan gezonde scholen. De doelgroep vluchtelingen is daarin een bekende doelgroep. De GGD richt zich met name op de kwetsbare groepen. De GGD levert een bijdrage aan het opzetten, uitvoeren en afstemmen van preventieprogramma s, waarbij een gezonde leefstijl wordt bevorderd. Altijd in samenwerking met andere ketenpartners en de doelgroep. Contactpersoon Gerard Molleman gmolleman@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon: Opzetten van en deelname aan preventienetwerken De GGD initieert waar nodig de opzet van zorg- preventienetwerk en sluit aan waar deze al bestaan. In diverse gemeenten zijn deze al opgestart met Vluchtelingenwerk, nulde en eerstelijns instellingen en de gemeente. Contactpersoon en regiocoördinator Publieke gezondheidszorg statushouders Karlijn Hoondert khoondert@ggdgelderlandzuid.nl Telefoon:

209 Bijlage 3 Indicatieve vergoeding statushouders GGD per gemeente Onderbouwing: Vooropgesteld is dat gemeenten en GGD de beleidscontext van het Bestuursakkoord Verhoogde Asielinstroom onderschrijven: blijven is meedoen. Hierbij is gesteld: Het is in ieders belang om alert te zijn op mogelijke gezondheidsrisico s en indien nodig snel en preventief te kunnen ingrijpen. Bij het maken van de raming zijn we uitgegaan van een aantal aannames. De berekening is gebaseerd op de verwachte taakstelling voor gemeenten om vergunninghouders te huisvesten. Wanneer dit aantal lager wordt, zullen de kosten voor de publieke gezondheid ook lager worden. Het proces met vluchtelingen zal te allen tijden minder doelmatig verlopen in vergelijking met een gemiddelde inwoner, o.a. door taal (tolk), cultuur (wel/niet op afspraak verschijnen), onbekendheid met procedures en cultuur. In sommige gevallen is de vergoeding die door COA in het PGA contract voor asielzoekers wordt betaald als referentiekader gebruikt. In veel gevallen is gebruik gemaakt van de ervaringen en inschattingen van diverse GGD-en die geraadpleegd zijn. De volgende kostenposten worden onderscheiden in de raming: 1. Jeugdgezondheidszorg 2. Gezondheidsbevordering 3. Infectieziektenbestrijding inclusief TBC 4. Preventiestructuur en netwerkontwikkeling/onderhoud 5. Monitoring, signalering, advisering en evaluatie 6. Scholing professionals 7. Tolken Ad 1 Jeugdgezondheidszorg De berekende uren zijn gemiddelden en zo ingeschat dat bij een deel van de gezinnen hiervoor een huisbezoek afgelegd kan worden. Een belangrijker onderscheid is of een kind al dan niet gezien is in COA opvang. Door de druk van de hoge instroom en de snelle toekenning van de vergunning zullen niet alle kinderen binnen een COA opvang gezien zijn. Op basis van ervaringen is de schatting dat 50% van de kinderen van 0-4 niet of slechts gedeeltelijk gezien zijn in een COA opvang. Voor de leeftijdsgroep 4-18 jaar is dat op 70% gesteld. Dit verschilt wordt verklaard omdat in het PGA contract voor de noopvang tot aan maart 2016 de JGZ 0-4 jaar is opgenomen, maar geen JGZ voor de oudere kinderen. Naast de uitvoeringskosten van de JGZ zijn er kosten opgenomen voor planning, ondersteuning, management en reiskosten voor de huisbezoeken. Ad 2 Gezondheidsbevordering Het is lastig om een reële raming van de kosten te maken. De taken gezondheidsbevordering zijn bij GGD-en op verschillende manieren georganiseerd. Het bedrag dat in het PGA contract staat is 44,19 per asielzoeker per jaar. Dat is veel te laag voor de groep vergunninghouders in de gemeente omdat er meer tijd geïnvesteerd moet worden om de vluchtelingen te bereiken, en vanwege de gezondheidsachterstanden zoals hierboven geschetst. Bovendien zal de voorlichting in kleinere groepen en meer op maat moeten worden uitgevoerd. Tenslotte moet er nog een inhaalslag gemaakt worden bij de groep vergunninghouders die in 2015 al in de gemeente is gaan wonen. Voor dit moment gaan we uit van één fte gezondheidsbevorderaar per GGD. Ad 3 Infectieziektenbestrijding inclusief TBC Als referentiekader nemen we de vergoeding in de COA opvang. Voor algemene werkzaamheden in de infectieziekten bestrijding in de PGA staat een vergoeding van 10,35 per AZC bewoner. Uit ervaring blijkt dit aan de lage kant. De aanname is dat de werkzaamheden voor vluchtelingen in gemeenten hoger is. Het gaat veelal hier om collectieve werkzaamheden. Met name voor de collectieve woonvoorzieningen is bijv. het risico op scabiës reëel, maar ook bij individuele huisvesting komt scabiës voor Er zal ook collectieve voorlichting en ondersteuning nodig zijn omdat de vergunninghouders ziekten doormaken waar ze niet eerder mee te maken hebben gehad (bijv. waterpokken). Hierbij is bijzondere aandacht voor SOA en HIV bij adolescenten en jong volwassenen. Ook bij TBC besmetting of gevallen van hepatitis A of B zijn er extra werkzaamheden van de GGD te verwachten. De maatschappelijke onrust bij infectieziekten is vaak groot. De GGD heeft hier een belangrijke ondersteunende en voorlichtende rol richting gemeenten, curatieve zorgverleners, onderwijs en media.

210 pagina 2 van 13 Ad 4 Preventiestructuur en netwerkontwikkeling/ onderhoud Op gemeentelijk niveau liggen veel mogelijkheden om directe verbanden te leggen tussen gezondheidsbeleid en andere domeinen. De preventiestructuur is de verbinding tussen lokale organisaties, (lokale) initiatieven en interventies met als doel het bereiken van samenhang en samenwerking gericht op het bevorderen van gezond gedrag en een gezonde werk- en leefomgeving. GGD en hebben hierin een (mede-) organiserende, adviserende en ondersteunende rol ten aanzien van beleid, praktijk en informatievoorziening. Bovenop de bestaande samenwerkingspartijen zal er, als het gaat om deze nieuwe groep vergunninghouders intensiever samengewerkt worden (organiseren netwerkbijeenkomsten, nieuwsbrieven, ondersteuning en coördinatie, afstemming met partijen zoals vluchtelingenwerk, diensten werk & inkomen, scholen, veilig thuis, sociale teams etc). Ad 5 Monitoring, signalering, advisering en evaluatie Om gemeenten inzicht te kunnen bieden in de gezondheidsrisico s en het welbevinden van de groep vluchtelingen die in gemeenten komen wonen is monitoring wenselijk op basis van bestaande systemen. Gedacht wordt aan een landelijk expertteam dat nagaat op welke wijze dit het meest efficiënt uitgevoerd kan worden om te voorkomen dat het allemaal op lokaal niveau wordt ontwikkeld. Zij gaan na waar mogelijkheden zijn om vluchtelingen data in reguliere systemen zichtbaar te maken en te gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan het DD JGZ waaruit waardevolle informatie gehaald kan worden. In de berekening zijn we uitgegaan van 10% van het budget voor uitvoerende taken. Ad 6 Scholing Professionals De verhoogde instroom van vluchtelingen met een verblijfsvergunning maakt dat met name de JGZ organisaties extra personeel nodig hebben. De ervaring leert dat het afgelopen periode lastig blijkt om personeel aan te stellen met ervaring in de JGZ, dan wel specifiek in het werken met vluchtelingen of statushouders. Ook bij het reguliere personeel is grote behoefte om bij te scholen op het werken met deze doelgroep: scholing in culturele competenties, vaardigheidstrainingen, achtergrondkennis over cultuur, gezondheidszorg in land van herkomst etc. Ad 7 Tolken Taal is een groot probleem en zorgen voor extra kosten. Niet alleen door de inhuur van tolken, maar ook omdat de consulttijd langer is, en omdat het percentage no show hoger is. In veel gevallen is bij de eerste gesprekken een tolk nodig. Ook al spreken mensen redelijk Engels is het voor een goede intake noodzakelijk om goed te kunnen communiceren. Tolken zouden voor iedereen toegankelijk moeten zijn en landelijk vergoed moeten worden. Er zijn nu voorbeelden dat huisartsen vluchtelingen voor uitleg over bijvoorbeeld scabiës naar de GGD doorsturen zodat de huisartsen de tolkenkosten niet hoeven te betalen. Er wordt landelijk gepleit voor een landelijke regeling voor de hulpverleners en de zorgpartijen, zodat er geen geschuif plaatsvindt.

211 pagina 3 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders GGD Totaal Indicatieve vergoeding PG Statushouders Beuningen Buren Culemborg Druten Geldermalsen Groesbeek Heumen Lingewaal Maasdriel Nederbetuwe Neerijnen Nijmegen Tiel West Maas en Waal Wijchen Zaltbommel Totaal Gelderland-Zuid Mook en Middelaar 5.422

212 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Berg en Dal (88 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,51 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,36 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,63 Preventiestructuur ,81 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,71 Scholing professionals ,20 Inzet professionele tolken JGZ ,80 Inzet professionele tolken GB, IZB ,87 Totaal per gemeente ,90 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Beuningen (65 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,89 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,00 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,16 Preventiestructuur ,95 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,43 Scholing professionals ,35 Inzet professionele tolken JGZ ,35 Inzet professionele tolken GB, IZB ,41 Totaal per gemeente ,54 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

213 pagina 5 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Buren (67 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,96 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,04 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,29 Preventiestructuur ,77 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,63 Scholing professionals ,94 Inzet professionele tolken JGZ ,46 Inzet professionele tolken GB, IZB ,40 Totaal per gemeente ,49 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Culemborg (69 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,11 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,07 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,42 Preventiestructuur ,58 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,83 Scholing professionals ,54 Inzet professionele tolken JGZ ,68 Inzet professionele tolken GB, IZB ,40 Totaal per gemeente ,63 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

214 pagina 6 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Druten (47 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,48 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,73 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,01 Preventiestructuur ,63 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,65 Scholing professionals ,99 Inzet professionele tolken JGZ ,23 Inzet professionele tolken GB, IZB ,43 Totaal per gemeente ,15 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Geldermalsen (67 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,89 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,05 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,29 Preventiestructuur ,77 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,63 Scholing professionals ,94 Inzet professionele tolken JGZ ,35 Inzet professionele tolken GB, IZB ,40 Totaal per gemeente ,31 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

215 pagina 7 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Heumen (43 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,11 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,67 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,75 Preventiestructuur ,00 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,25 Scholing professionals ,80 Inzet professionele tolken JGZ ,68 Inzet professionele tolken GB, IZB ,44 Totaal per gemeente ,71 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Lingewaal (29 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,22 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,44 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,86 Preventiestructuur ,30 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,87 Scholing professionals ,63 Inzet professionele tolken JGZ ,34 Inzet professionele tolken GB, IZB ,46 Totaal per gemeente ,12 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

216 pagina 8 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Maasdriel (62 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,66 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,95 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,97 Preventiestructuur ,23 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,13 Scholing professionals ,46 Inzet professionele tolken JGZ ,02 Inzet professionele tolken GB, IZB ,91 Totaal per gemeente ,33 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Neder- Betuwe (58 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,22 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,91 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,71 Preventiestructuur ,60 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,74 Scholing professionals ,27 Inzet professionele tolken JGZ ,35 Inzet professionele tolken GB, IZB ,92 Totaal per gemeente ,71 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

217 pagina 9 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Neerijnen (32 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,44 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,49 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,05 Preventiestructuur ,02 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,17 Scholing professionals ,53 Inzet professionele tolken JGZ ,67 Inzet professionele tolken GB, IZB ,95 Totaal per gemeente ,32 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Nijmegen (432 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,98 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,70 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,66 Preventiestructuur ,81 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,74 Scholing professionals ,60 Inzet professionele tolken JGZ ,11 Inzet professionele tolken GB, IZB ,37 Totaal per gemeente ,97 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

218 pagina 10 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Tiel (106 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,77 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,65 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,79 Preventiestructuur ,14 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,49 Scholing professionals ,55 Inzet professionele tolken JGZ ,69 Inzet professionele tolken GB, IZB ,85 Totaal per gemeente ,93 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 West Maas en Waal (48 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,55 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,74 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,07 Preventiestructuur ,53 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,75 Scholing professionals ,29 Inzet professionele tolken JGZ ,35 Inzet professionele tolken GB, IZB ,93 Totaal per gemeente ,22 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

219 pagina 11 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Wijchen (105 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,77 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,63 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,72 Preventiestructuur ,23 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,39 Scholing professionals ,26 Inzet professionele tolken JGZ ,69 Inzet professionele tolken GB, IZB ,35 Totaal per gemeente ,04 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Zaltbommel (70 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,11 Gezondheidsbevordering (2/3 is volwassen) ,09 Infectieziekte- en tbc-bestrijding ,48 Preventiestructuur ,49 Monitoring, onderzoek, evaluatie (combi lokaal + landelijk) ,93 Scholing professionals ,84 Inzet professionele tolken JGZ ,68 Inzet professionele tolken GB, IZB ,90 Totaal per gemeente ,52 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

220 pagina 12 van 13 Indicatieve vergoeding statushouders voor GGD per gemeente in 2016 Mook en Middelaar (21 statushouders) Aantal statushouders Vergoeding per statushouder Vergoeding totaal Jeugdgezondheidszorg (1/3 is kind) ,55 Inzet professionele tolken JGZ ,34 Totaal per gemeente 5.421,89 Verrekening vindt halfjaarlijks achteraf plaats op basis van de werkelijke instroom

221 pagina 13 van 13

222 Algemeen bestuur Vergadering 6 oktober 2016 Agendapunt 8 Onderwerp Stand van zaken project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers Gelderland-Zuid Korte samenvatting onderwerp: In april 2016 is naar het Algemeen Bestuur een terugkoppeling gegeven over de eerste fase van het project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers ook bekend onder de titel Sluitende aanpak Verwarde personen. Een actieplan is voorgesteld en door het AB geaccordeerd voor de 2 e fase van het project. Deze is samengevat in het document Nota Perspectief Gelderland Zuid Problematiek Verwarde personen In de perspectiefnota is een aantal ontwikkellijnen voor Gelderland-Zuid opgesteld dat hieronder staat benoemd. Deze lijnen dienen om de sluitende aanpak te realiseren. Dit is tevens conform de landelijke opdracht van het Aanjaagteam Verwarde personen dat heeft gevraagd te Bevorderen dat er een sluitende aanpak van ondersteuning en zorg wordt geleverd door alle gemeenten in de zomer van De GGD is gevraagd voor 2016 de projectleidersrol op zich te nemen. Vanuit die hoedanigheid geven wij u, middels dit schrijven, graag een korte terugkoppeling over de huidige stand van zaken van het project voor de regio Gelderland Zuid. De vier ontwikkellijnen op een rij: 1. Multidisciplinaire crisisbeoordelingskamer inclusief een follow-up (regionaal /subregionaal) Per 1 juli 2016 is in de regio Nijmegen op het terrein van Pro-Persona de CrisisBeoordelingsKamer (CBK) geopend. In de regio Rivierenland is men onlangs gestart met de voorbereidingen tot het openen van een CBK. Voortbordurend op de basis die in samenwerking tussen politie en Pro Persona is gelegd, is eind augustus een werkgroep doorontwikkeling CBK gestart die aan de slag gaat met een bredere uitwerking van de functie van de CBK. De opdracht is te komen tot een concreet voorstel waarbij in een CBK een multidisciplinaire beoordeling, een beschikbaarheidsfunctie (van korte veilige opvang) en een follow-upfunctie (warme overdracht naar passende zorg) staat uitgewerkt. Het wordt een regionaal voorstel dat subregionaal kan worden toegepast. Het resultaat wordt geformuleerd als advies en geagendeerd in de stuurgroep streefdatum gereed: eind november Tijdens deze voorbereidingen wordt de huidige CBK voorziening bij ProPersona Nijmegen gewoon gecontinueerd. (deelnemers werkgroep: Politie, Pro-Persona, SEH, Pluryn, Iriszorg, RAV, GGD-GZ (vz) en zorgverzekeraar) 2. Passend vervoer (landelijk) Er wordt momenteel landelijk een programma van eisen opgesteld. Zodra deze gereed is kan het, na bespreking in de stuurgroep, regionaal een vervolg krijgen. Verwacht: najaar Verbinden voorveld, vormgeven regie (regionaal/subregionaal/lokaal) Eind juni 2016 hebben twee sessies casus-analyse plaatsgevonden. In een multidisciplinaire setting van professionals is o.l.v. Piet-Hein Peeters aan de hand van een vijftal geanonimiseerde cases uit de werkpraktijk, gesproken over de kwaliteit van samenwerking rondom casuïstiek bij Verwarde Personen in de huidige praktijk. Knelpunten zijn geduid en de input is vertaald naar conclusies en verbetervoorstellen. Deze zijn opgenomen in de nota Advies- en verbeterplan netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers Gelderland-Zuid. Deze nota is bijgevoegd en maakt onderdeel uit van het komen tot een plan van aanpak Verwarde personen. Eind september vindt als vervolg hierop een werkbijeenkomst plaats met ambtenaren (gezondheids)zorg/veiligheid Gelderland-Zuid om de opbrengst van de sessies te delen en gezamenlijk verder uit te diepen. Bekendheid met het onderwerp, discussie over en draagvlak voor verbetervoorstellen in het sociaal domein staan dan centraal. Ook een verkenning van het gewenste niveau van uitwerking van evt. oplossingsrichtingen wordt besproken, lokaal/subregionaal/regionaal. Dit moet resulteren in definitief plan van aanpak Gelderland-Zuid. Het plan wordt geformuleerd als advies en geagendeerd in de stuurgroep. - streefdatum gereed: eind oktober (Deelname door ambtenaren zorg en veiligheid Gelderland-Zuid, leden projectteam, leden stuurgroep)

223 4. Verbinden van wonen en zorg (regionaal/subregionaal) Onder regie van centrumgemeente Nijmegen vindt momenteel een gemeentelijk visietraject plaats op het thema beschermd wonen en maatschappelijke opvang. Zorgverzekeraar VGZ is hierbij betrokken. Streefdatum gereed: voorjaar Overige ontwikkelingen: Landelijk: Intussen is bekend dat door het Kabinet vanaf 2017 structureel 30 miljoen euro ter beschikking wordt gesteld voor de aanpak van personen met verward gedrag. Dat staat in de voorjaarsnota van het kabinet. Voor de rest van 2016 wordt 15 miljoen beschikbaar gesteld. miljoen-voor-aanpak-verwarde-personen Landelijk: Eind september 2016 zal het Landelijk Aanjaagteam ophouden te bestaan. Medio juli 16 is haar tweede tussenrapportage verschenen. Op 30 september 2016 wordt de eindrapportage van het aanjaagteam verwacht. Regionaal: Voor onverzekerde personen die niet in staat zijn zelf hun zorg te betalen, heeft het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) een regeling in voorbereiding voor de financiering van onverzekerdenzorg. Het aantal onverzekerden in Nederland ligt momenteel rond de Een groot deel daarvan is in staat om de zorg zelf te betalen. De regeling gaat per 1 oktober 2016 in en duurt in principe vijf jaar. Het is een tijdelijke regeling die door het CAK wordt uitgevoerd. De GGD zal een rol krijgen in de financieringsregeling verzekerbare zorg aan onverzekerden, namelijk: zorgverleners zijn verplicht de verleende zorg aan onverzekerden te melden bij de GGD in hun regio. Eenheid Oost-Nederland: In een brief (2016/aug.) van Mr. Drs. Welten - portefeuillehouder aanpak overlastgevende personen eenheid Oost Nl - aan alle colleges van B&W regio Oost Nederland bent u op de hoogte gebracht van de aansluiting van het regionale expertteam aanpak overlastgevende personen op het landelijk aanjaagteam aanpak verwarde personen. Resultaat hiervan is o.a. dat eenheid Oost Nl zich heeft aangemeld als één van de verdiepingsregio s waar het aanjaagteam samen met de regio de aanpak verwarde personen verdiepen. Als leidraad worden de bouwstenen gebruikt die het aanjaagteam heeft opgesteld. Daarnaast wordt bij de vormgeving van een sluitende en passende aanpak steeds gekeken naar de regionale context: Het aanjaagteam ondersteunt de verdiepingsregio s en wil graag leren van alle initiatieven en activiteiten die in deze regio s al plaatsvinden. Bekeken wordt ook hoe de bouwstenen, die als handvatten zijn opgesteld, in de praktijk werken en of ze nog aanscherping nodig hebben. Binnen het project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers is de verbinding met het regionale expertteam geborgd via deelname van het Openbaar Ministerie aan stuurgroep en het projectteam in de persoon van Mr. G.M. Dessing, beleidsadviseur van het OM (Oost- Nederland/deels Landelijk). Daarnaast is in de persoon van wethouder B. Frings, tevens stuurgroeplid van het project en lid van het landelijk aanjaagteam, de verbinding met de verdiepingsregio ook geborgd. Voorstel te beslissen: 1. Kennis te nemen van de stand van zaken Project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers (bijlage: Advies- en verbeterplan netwerkontwikkeling rondom psychisch kwetsbare burgers ).

224 Netwerkontwikkeling rondom psychisch kwetsbare burgers in Gelderland Zuid Advies en verbeterplan casusanalyse Fase 2 versie 26 juli 2016 Centraal postadres Postbus BC Nijmegen info@ggdgelderlandzuid.nl Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) Bezoekadres Groenewoudseweg TV Nijmegen T: (088) F: (024)

225 Inhoud Inleiding 3 1 Het landelijk Aanjaagteam Hoofddoelstellingen van het landelijk aanjaagteam Tweede tussenrapportage samen verder doorpakken 6 2 Het regionale project in Gelderland-Zuid Hoofddoelstelling in Gelderland-Zuid Casusanalyse in Gelderland-Zuid Verbetermaatregelen Gelderland Zuid De vervolgacties 15 Bijlage 1 Toelichting Project Gelderland Zuid 17 Centraal postadres Postbus BC Nijmegen info@ggdgelderlandzuid.nl Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) Bezoekadres Groenewoudseweg TV Nijmegen T: (088) F: (024)

226 Inleiding De nota die hier voor u ligt is een opbrengst van het project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers in Gelderland Zuid. Opdracht landelijke aanjaagteam De nota maakt onderdeel uit van het komen tot een plan van aanpak Verwarde personen. Alle gemeenten in Nederland zijn opgeroepen in de zomer van 2016 dit gereed te hebben. Die opdracht is gesteld door het landelijk Aanjaagteam Verwarde Personen 1. Ook in de regio Gelderland Zuid zijn, sinds de start van het project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare burgers medio, hiervoor voorbereidingen gaande. Casus-analyse Zo heeft er op 28 en 29 juni in Gelderland Zuid een tweedaagse casus-analyse plaatsgevonden. De sessies zijn enerzijds uitgevoerd om inzicht te krijgen in knelpunten in de samenwerking bij mensen met (risico op) verward gedrag. Ze zijn anderzijds bedoeld om te bepalen welke verbeteringen nodig zijn om een sluitende aanpak te realiseren voor psychische kwetsbare burgers en hun omgeving. De sessies zijn gehouden met een brede vertegenwoordiging van professionals uit het werkveld, afkomstig van organisaties uit het domein van wonen, zorg, welzijn en veiligheid. Er is gesproken aan de hand van een vijftal complexe cases uit de werkpraktijk van Gelderland Zuid. Dit gebeurde onder leiding van een externe gespreksleider Piet Hein Peeters2. Deze nota bevat een voorstel van adviezen gebaseerd op de geluiden van professionals die dagelijks met de voeten in de klei staan. Niet alle geluiden waren nieuw. Maar in de opzet van de ontmoeting was het bijzonder waardevol in gezamenlijkheid de reflectie te doen. Daardoor hebben we goed kunnen zien waar de samenhang in aanpak er al is en waar deze ontbreekt of kwetsbaar is. We pretenderen niet dat het plaatje compleet en exact is. Het werkveld is complex en dynamisch en zo ook de samenwerking. Toch durven we wel een aantal uitspraken te doen. Dit vanwege de terugkerende regelmaat waarmee knelpunten die aan het licht kwamen met praktijkvoorbeelden, door professionals werden herkend of beaamd. Men zou willen dat daar wat mee gebeurt. We hebben meer zicht gekregen op wat nu moeizaam gaat, maar dat het wél kan. Er is nogmaals bekrachtigd dat het sleutelbegrip samenwerken is. Daarop aanvullend zouden onderdelen van de aanpak nauwgezetter of anders geregeld moeten worden om te zorgen dat psychisch kwetsbare mensen en hun omgeving tijdig en adequate zorg krijgen. Het zijn twee zeer waardevolle bijeenkomsten geweest met een grote opkomst en een grote betrokkenheid. Uit de beide sessies en de gesprekken die daarna spontaan zijn ontstaan, blijken nog waardevolle nuances die voor de kwaliteit van het advies nog navraag verdienen. Als projectteam beogen we de belangrijkste conclusies in deze nota terug te koppelen die een weerslag hebben op de kwaliteit van de netwerksamenwerking rondom psychische kwetsbare burgers. 1 Op 3 september 2015 hebben de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Veiligheid en Justitie (VenJ) en Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) het Aanjaagteam Verwarde Personen geïnstalleerd. 2 Piet-Hein Peeters is hoofdredacteur van het blad Zorg en Welzijn, ook publiceerde hij het boek Verwarde personen zijn het probleem niet Centraal postadres Postbus BC Nijmegen info@ggdgelderlandzuid.nl Hoofdvestigingen GGD Gelderland-Zuid Regio Nijmegen (Nijmegen) Rivierenland (Tiel) Bezoekadres Groenewoudseweg TV Nijmegen T: (088) F: (024)

227 4 1 Het landelijk Aanjaagteam Naast dat we ingaan op de bevindingen uit de casus-analyse willen we in dit document ook de verbinding leggen naar de opdracht die het landelijk aanjaagteam uitvoert. Daarmee wordt de logische lijn naar onze regionale opdracht inzichtelijk. 1.1 Hoofddoelstellingen van het landelijk aanjaagteam Op 3 september 2015 hebben de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Veiligheid en Justitie (VenJ) en Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) het Aanjaagteam Verwarde Personen geïnstalleerd. Met het begrip Verwarde personen wordt bedoeld, mensen die hun grip op het leven (dreigen) te verliezen, waardoor het risico aanwezig is dat zij zichzelf of anderen schade berokkenen. Dit verlies kan eenmalig of chronisch zijn. Het gaat om mensen met vaak verschillende aandoeningen of beperkingen, veelal in combinatie met verschillende levensproblemen. Het aanjaagteam werkt aan drie hoofddoelstellingen: 1. Het ontwikkelen van bouwstenen voor een passend ondersteuningsaanbod voor de mensen die verward gedrag vertonen en hun familie/sociaal netwerk. 2. Het bevorderen dat er een sluitende aanpak van ondersteuning en zorg wordt geleverd door alle gemeenten in de zomer van Het inzicht geven in de belemmeringen die de verschillende betrokkenen ervaren die niet op lokaal/regionaal niveau opgelost kunnen worden, maar die om aanpassingen in de keten op systeemniveau vragen. En voor deze belemmeringen oplossingen aanreiken. Toelichting op de driedeling De driedeling in de opdracht, zo zegt het aanjaagteam, is erop gericht dat de mensen die verward gedrag vertonen en hun leefwereld centraal staan met oog voor het maatschappelijk belang. Het moet de gemeenten in staat stellen om de passende zorg en aandacht te organiseren of te bieden. En het vraagt erom dat alle partners in de keten hun bijdrage effectief en efficiënt kunnen leveren. Dit alles ter vermindering van persoonlijk leed en maatschappelijke overlast. Dit krijgt gestalte op gemeentelijk, regionaal en systeem/landelijk niveau. We zullen hierna op de hoofddoelstellingen 1 en 2 kort nader toelichten. Advies & Verbeterplan fase 2 n.a.v. sessies casus-analyse Gelderland Zuid 26/07/2016

228 5 Ad. 1 Negen bouwstenen voor een sluitende aanpak De eerste hoofddoelstelling heeft inmiddels concrete resultaten opgeleverd. Negen bouwstenen zijn gereed en breed gecommuniceerd. Het aanjaagteam stelt dat de handvatten die geboden worden via de bouwstenen (afbeelding 1) op verschillende manieren gebruikt kunnen worden. De bouwstenen hangen onderling nauw samen en vormen gezamenlijk de basis voor een sluitende aanpak. Ad. 2 Het bevorderen van een sluitende aanpak op gemeente-niveau Afbeelding 1 - Bouwstenen In de zomer van 2016 wordt verwacht dat de gemeenten in Nederland, in samenwerking met hun ketenpartners, beschikken over een sluitende, op de persoon gerichte aanpak. Om dit proces te bevorderen is het aanjaagteam Verwarde Personen aangesteld. In Gelderland Zuid is het project Netwerkontwikkeling Psychisch Kwetsbare Burgers gestart met eenzelfde bedoeling voor de 17 gemeenten in haar regio. Medio 2015 zijn we begonnen aan de hand van twee vraagstellingen. Na de eerste orientatie hierop hebben we globale conclusies getrokken die zijn teruggekoppeld aan de stuurgroep. Vervolgens zijn in een zgn. ontwikkelperspectief 4 ontwikkellijnen voor Gelderland Zuid benoemd, gecommuniceerd en vastgesteld in de beide AB s van wethouders en burgemeesters 3. Daarop is in april 2016 fase 2 gestart. De casus-sessies zijn één van de projectactiviteiten in fase 2 die bijdragen aan de uiteindelijke advisering. De adviezen zullen worden voorgelegd aan de stuurgroep van het project. In deze stuurgroep zijn Gemeenten, Politie, het Openbaar Ministerie, Pro Persona en de GGD vertegenwoordigd. Het projectleiderschap ligt bij de GGD. Het projectteam bestaat uit leden afkomstig van Politie, Pro Persona, Iriszorg, Gemeente Geldermalsen, Gemeente Nijmegen, de Acute zorgketen, het Openbaar Ministerie en de GGD Gelderland Zuid. In paragraaf 2.1 lichten we toe welke ontwikkellijnen we voor Gelderland Zuid hebben voorgesteld. In de laatste paragraaf van deze nota doen we een voorstel over het vervolg. 3 Voor een verdere toelichting zie bijlage 1 Advies & Verbeterplan fase 2 n.a.v. sessies casus-analyse Gelderland Zuid 26/07/2016

dhr. R. Engels (Wijchen) en dhr. N. Wiendels (Geldermalsen), met kennisgeving kopie aan Onderwerp / Besluit

dhr. R. Engels (Wijchen) en dhr. N. Wiendels (Geldermalsen), met kennisgeving kopie aan Onderwerp / Besluit Verslag - concept bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 6 oktober 2016 10.00-12.00 uur Locatie Het Toverbaltheater in Beneden-Leeuwen Aanwezig dhr. S. Buwalda (Zaltbommel),

Nadere informatie

Risem Verzonden vanaf mijn BlackBerry 10 smartphone.

Risem Verzonden vanaf mijn BlackBerry 10 smartphone. From: Ineke Alferink Sent: 22 Oct 2015 15:38:46 To: Postregistrator Cc: Subject: FW: Toezending vastgesteld verslag AB-vergadering 25 juni 2015... Attachments:2a - Vastgesteld verslag AB 2015 06 25.pdf

Nadere informatie

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit Verslag - concept bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 6 april 2017 van 10.00-12.00 uur Locatie Gemeentehuis in Beneden-Leeuwen Aanwezig dhr. S. Buwalda (Zaltbommel), dhr.

Nadere informatie

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit Verslag - concept bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking Donderdag 29 juni 2017 van 14.00 16.00 uur Locatie Gemeentehuis in Beneden-Leeuwen Aanwezig dhr. G. Bel (Lingewaal),

Nadere informatie

Memo. Dagelijks Bestuur GGD Gelderland-Zuid Gemeenteraden Gelderland-Zuid Datum: 27 maart 2018 Begrotingswijziging 2018 Veilig Thuis

Memo. Dagelijks Bestuur GGD Gelderland-Zuid Gemeenteraden Gelderland-Zuid Datum: 27 maart 2018 Begrotingswijziging 2018 Veilig Thuis Memo Van: Dagelijks Bestuur GGD Gelderland-Zuid Aan: Gemeenteraden Gelderland-Zuid Datum: 27 maart 2018 Onderwerp: Begrotingswijziging 2018 Veilig Thuis Veilig Thuis is er voor iedereen, jong en oud, die

Nadere informatie

33S Gelderland-Zuid. 1 S mi 7015. la. IN1S.01436 HHIIIIIMIII

33S Gelderland-Zuid. 1 S mi 7015. la. IN1S.01436 HHIIIIIMIII 33S Gelderland-Zuid IN1S.01436 HHIIIIIMIII la. 1 S mi 7015 Aan de gemeenteraden van de gemeenten die deelnemen in de GR GGD Gelderland-Zuid en gemeente Mook en Middelaar afdeling: Directie datum: 16 maart

Nadere informatie

Met kennisgeving: dhr. B. Frings (Nijmegen), dhr. K. Krook (Neerijnen), dhr. S. Thijssen (Berg en Dal), mw. K. Peters (Mook en Middelaar) Kopie aan

Met kennisgeving: dhr. B. Frings (Nijmegen), dhr. K. Krook (Neerijnen), dhr. S. Thijssen (Berg en Dal), mw. K. Peters (Mook en Middelaar) Kopie aan Verslag - concept Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd bespreking Woensdag 4 april 2018 van 14.30 16.30 uur Locatie Gemeentehuis in Beneden-Leeuwen Aanwezig mw. A. Benschop (Buren),

Nadere informatie

Algemeen bestuur. Vergadering 15 december 2016 Agendapunt 7 Onderwerp Evaluatie en doorontwikkeling Wmo-toezicht. Korte samenvatting onderwerp:

Algemeen bestuur. Vergadering 15 december 2016 Agendapunt 7 Onderwerp Evaluatie en doorontwikkeling Wmo-toezicht. Korte samenvatting onderwerp: Algemeen bestuur Vergadering 15 december 2016 Agendapunt 7 Onderwerp Evaluatie en doorontwikkeling Wmo-toezicht Korte samenvatting onderwerp: De gemeenten in Gelderland- en hebben de GGD als toezichthouder

Nadere informatie

Raadsvoorstel Besluit om: Inleiding

Raadsvoorstel Besluit om: Inleiding Raadsvoorstel Agendapunt Raadsvergadering 19 juni 2019 Portefeuillehouder C. Kreuk - Wildeman Begrotingsprogramma 2 Sociaal Domein Verbonden partijen Onderwerp Zienswijze op concept-begroting 2020 GGD

Nadere informatie

Wmo-toezicht Gelderland-Zuid

Wmo-toezicht Gelderland-Zuid Wmo-toezicht Gelderland-Zuid Jaaroverzicht 2017 Voorop met Wmo-toezicht In 2017 bouwden we verder aan het Wmo-toezicht voor de regio Gelderland-Zuid. Collega-GGD en, maar ook de Inspectie Gezondheidszorg

Nadere informatie

Wmo-toezicht Gelderland-Zuid

Wmo-toezicht Gelderland-Zuid Wmo-toezicht Gelderland-Zuid Jaaroverzicht 2018 Solide basis Wmo-toezicht In 2018 bouwden we verder aan het Wmo-toezicht voor de regio Gelderland-Zuid 1, in nauwe afstemming met gemeenten in ons werkgebied.

Nadere informatie

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten adviezen, meldingen, onderzoeken en doorlooptijden December Veilig Thuis Gelderland-Zuid maandelijkse rapportage 6 februari 2018 1 Tabel1.adviezen

Nadere informatie

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten adviezen, meldingen, onderzoeken en doorlooptijden November Veilig Thuis Gelderland-Zuid maandelijkse rapportage 20 december 1 Tabel1.adviezen

Nadere informatie

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit

Verslag - concept. Onderwerp / Besluit Verslag - concept bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 1 oktober 2015 10.00-12.00 uur Locatie Gemeentehuis Beneden-Leeuwen (eenmalig) Aanwezig dhr. T. van Balken (Zaltbommel),

Nadere informatie

O 6 JUNI gemeente Neder-Betuwe Z/18/055694/UIT/18/ t. a.v. het Algemeen Bestuur Groenewoudseweg TV NIJMEGEN

O 6 JUNI gemeente Neder-Betuwe Z/18/055694/UIT/18/ t. a.v. het Algemeen Bestuur Groenewoudseweg TV NIJMEGEN gemeente Neder-Betuwe Bezoekadres: GGD Gelderiand-Zuid t. a.v. het Algemeen Bestuur Groenewoudseweg 275 6524 TV NIJMEGEN Burgemeester Lodderstraat 20, Oplieusden Postadres: Postbus 20, 4043 ZG Opheusden

Nadere informatie

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Dienstenoverzicht: Begroting, realisatie en prognose Aantal adviezen, meldingen, onderzoeken en doorlooptijden December 2018 Veilig Thuis

Nadere informatie

Onderwerp / Besluit 1. Opening en vaststelling agenda De voorzitter opent de vergadering om uur en heet allen welkom.

Onderwerp / Besluit 1. Opening en vaststelling agenda De voorzitter opent de vergadering om uur en heet allen welkom. Verslag - concept Bespreking Datum / Tijd bespreking Locatie Aanwezig Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Donderdag 14 december van 14.00 16.00 uur Gemeentehuis in Beneden-Leeuwen mw. A. Benschop (Buren),

Nadere informatie

Verslag. Bijlage bij punt 6. Onderwerp / Besluit

Verslag. Bijlage bij punt 6. Onderwerp / Besluit Bijlage bij punt 6 Verslag bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 13 maart 2014 10.00-12.00 uur Locatie Gemeentehuis West Maas en Waal, Beneden Leeuwen Aanwezig dhr. L.C.M.

Nadere informatie

Attachments:Brief antwoorden nav vragen ambtenaren begroting GGD.pdf; Antwoorden nav vragen ambtenaren begrotingswijziging VT

Attachments:Brief antwoorden nav vragen ambtenaren begroting GGD.pdf; Antwoorden nav vragen ambtenaren begrotingswijziging VT Attachments:Brief 26.04.2018 - antwoorden nav vragen ambtenaren begroting GGD.pdf; Antwoorden nav vragen ambtenaren begrotingswijziging VT From: Griffie Beuningen Sent: Friday, May 4, 20189:31:19 AM To:

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.18.1567 *B.18.1567* Landgraaf, 2 september 2018 ONDERWERP: 1e begrotingswijziging 2019 GGD Zuid Limburg Raadsvoorstelnummer:

Nadere informatie

Advies. Begroting 201G Gemeenschappel üke Regel i ng GGD Gelderland- Zuid. mesen. Gemeente Nijmegen. Gt.ir8ßH. Peggy van Gemert RA/AA

Advies. Begroting 201G Gemeenschappel üke Regel i ng GGD Gelderland- Zuid. mesen. Gemeente Nijmegen. Gt.ir8ßH. Peggy van Gemert RA/AA Advies Begroting 201G Gemeenschappel üke Regel i ng GGD Gelderland- Zuid Gt.ir8ßH mesen Gemeente Nijmegen Peggy van Gemert RA/AA Marcel Meier AA Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen September 2015

Nadere informatie

RAADSVOORS *D14.003565* D14.003565

RAADSVOORS *D14.003565* D14.003565 RAADSVOORS *D14.003565* D14.003565 DATUM 30 juni 2014 AGENDAPUNT 6 ONDERWERP Jaarstukken 2013 en begroting 2015 GGD INLEIDING De Gemeentelijke Gezondheidsdienst Hollands Noorden (GGD) heeft onlangs de

Nadere informatie

Agendapunt 6 Raadsvergadering 19 november 2014 Portefeuillehouder H. Driessen Begrotingsprogramma Conceptbegroting 2015 GGD Gelderland-Zuid

Agendapunt 6 Raadsvergadering 19 november 2014 Portefeuillehouder H. Driessen Begrotingsprogramma Conceptbegroting 2015 GGD Gelderland-Zuid Raadsvoorstel Agendapunt 6 Raadsvergadering 19 november 2014 Portefeuillehouder H. Driessen Begrotingsprogramma Onderwerp Conceptbegroting 2015 GGD Gelderland-Zuid Besluit om: 1. Kennis te nemen van de

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Besluit om:

Raadsvoorstel. Besluit om: Raadsvoorstel Agendapunt Raadsvergadering 21 november 2018 Portefeuillehouder Mw. C. Kreuk-Wildeman Begrotingsprogramma Sociaal Domein (Programma 2) Onderwerp 2 e begrotingswijziging 2018 Veilig Thuis

Nadere informatie

24 oktober Burgemeester C.A.A. van Rhee-Oud Ammerveld;Gemeentesecretaris P.G. Arissen;Wethouder A.P.M.

24 oktober Burgemeester C.A.A. van Rhee-Oud Ammerveld;Gemeentesecretaris P.G. Arissen;Wethouder A.P.M. LIJST VAN BESLUITEN VASTGESTELD DOOR HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN WEST MAAS EN WAAL 24 oktober 2017 Status Openbaar Voorzitter Aanwezig Definitief Ja C.A.A. van Rhee-Oud Ammerveld Burgemeester

Nadere informatie

Risem en evt. afdeling

Risem en evt. afdeling From: Ineke Alferink Sent: maandag 4 januari 2016 13:56:51 To: Postregistrator Cc: Subject: FW: Toezending vastgestelde verslagen resp. AB-vergadering 1 oktober en 23 november 2015 Attachments: 2a - Vastgesteld

Nadere informatie

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden.

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden. Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden. Algemeen Op 18 april 2012 zijn de programmabegroting 2013 en de jaarstukken 2011 ontvangen van GGD Hollands Noorden (GGD).

Nadere informatie

Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd

Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Verslag - concept Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Donderdag 4 oktober 2018 van 10.00 12.00 uur bespreking Locatie GGD Gelderland-Zuid, locatie Tiel Aanwezig Dhr. P. van Teffelen

Nadere informatie

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 20 december 2016 RV/16/00724 Z16-44594 Voorstel ingebracht door Portefeuillehouder Begrotingsprogramma Beheerproduct Onderwerp E.A. Grudzinska A.K.

Nadere informatie

Presentaties -Brandweerzorgplan -Organisatieontwikkeling -Financiële bijdrage. Burgemeester Manager brandweer Financieel adviseur VRGZ

Presentaties -Brandweerzorgplan -Organisatieontwikkeling -Financiële bijdrage. Burgemeester Manager brandweer Financieel adviseur VRGZ Presentaties -Brandweerzorgplan -Organisatieontwikkeling -Financiële bijdrage Burgemeester Manager brandweer Financieel adviseur VRGZ Agenda Brandweerzorgplan Manager brandweer Organisatieontwikkeling

Nadere informatie

Advies. Begroting Gemeenschappelijke Regeling Milieusamenwerking Afvalverwerking Regio Nijmegen (MARN)

Advies. Begroting Gemeenschappelijke Regeling Milieusamenwerking Afvalverwerking Regio Nijmegen (MARN) Advies Begroting 2017 Gemeenschappelijke Regeling Milieusamenwerking Afvalverwerking Regio Nijmegen (MARN) Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Peggy van Gemert RA/AA Rob Jilisen

Nadere informatie

Verslag. Bijlage bij punt 2. Onderwerp / Besluit

Verslag. Bijlage bij punt 2. Onderwerp / Besluit Bijlage bij punt 2 Verslag bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum/tijd bespreking 12 december 2013 10.00-12.00 uur Locatie Gemeentehuis West Maas en Waal, Beneden Leeuwen Aanwezig dhr. L.C.M.

Nadere informatie

B&W-nota. gemeente Winterswijk : : 1 /5 datum nota : // ^, zaaknummer. : 10: Maatschappelijke Participatie & Zorg

B&W-nota. gemeente Winterswijk : : 1 /5 datum nota : // ^, zaaknummer. : 10: Maatschappelijke Participatie & Zorg B&W-nota zaaknummer programma werkdoel onderwerp :133467 : 1 /5 datum nota : 05-04-2017 : 10: Maatschappelijke Participatie & Zorg : 1092 / GG D NOG : Vergadering Algemeen Bestuur GGD Noord- en Oost-Gelderland

Nadere informatie

1. Argumenten De Kadernota 2018 formuleert, naast de financiële en bedrijfsvoering uitgangspunten, ook een meerjarige toekomstvisie.

1. Argumenten De Kadernota 2018 formuleert, naast de financiële en bedrijfsvoering uitgangspunten, ook een meerjarige toekomstvisie. Raadsvoorstel Gemeente IJsselstein agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 405982 Programma : Inkomen, jeugd en wmo Cluster : Samenleving Portefeuillehouder: mw. M.J.T.G. van Beurkering-Huijbregts

Nadere informatie

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Aantal meldingen per gemeente, leeftijdscategorie, informatieverrijking, gerouteerd naar, risicotaxatie en doorlooptijd vanaf melding

Nadere informatie

Voorstel raad en raadsbesluit

Voorstel raad en raadsbesluit Voorstel raad en raadsbesluit Gemeente Landgraaf Programma Documentnummer: B.16.0984 B.16.0984 Landgraaf, 23 mei 2016 ONDERWERP: Vaststellen zienswijze raad van begroting GGD Zuid Limburg 2017 Raadsvoorstelnummer:

Nadere informatie

Advies. Begroting 2016 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland- Zuid

Advies. Begroting 2016 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland- Zuid Advies Begroting 2016 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland- Zuid Gemeente Nijmegen Peggy van Gemert RA/AA Marcel Meier AA Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen September 2015 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

aan kopie van datum regioraad

aan kopie van datum regioraad Memo aan kopie van datum Gemeenteraad Vertegenwoordigers 5112014 regioraad betreft Regioraad 12 november 2014 Geachte raadsleden, Ten behoeve van de voorbereiding van de regioraadsvergadering op 12 november

Nadere informatie

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen Informatieprotocol Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen 22 januari 2019 1. Inleiding De directe aanleiding voor dit informatieprotocol is het amendement van de gemeenteraad van Heumen bij de besluitvorming

Nadere informatie

Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd

Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Verslag - concept Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Donderdag 13 december 2018 van 14.00-16.00 uur bespreking Locatie GGD Gelderland-Zuid, locatie Tiel Aanwezig Dhr. P. van Teffelen

Nadere informatie

Advies: Bijgaande Raadsinformatiebrief betreffende een aantal items op de Lange Termijn Agenda (LTA)vaststellen en verzenden aan de raad

Advies: Bijgaande Raadsinformatiebrief betreffende een aantal items op de Lange Termijn Agenda (LTA)vaststellen en verzenden aan de raad VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS & RAADSINFORMATIEBRIEF Van: G. Kraaijkamp Tel nr: 0620094919 Nummer: 17A.00840 Datum: 14 augustus 2017 Team: Beleid Sociaal Domein Tekenstukken: Ja Bijlagen: 1 Afschrift

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR. 21 juli 2015. Zorg en Welzijn. Informatie voor de raad (voor kennisgeving)

Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR. 21 juli 2015. Zorg en Welzijn. Informatie voor de raad (voor kennisgeving) Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR onderwerp Toezichthoudend ambtenaar Wmo team SLSTA RIB nummer 2015 105 collegevergadering d.d. programma portefeuillehouder 21 juli 2015 Zorg en Welzijn R. Testroote

Nadere informatie

mw. K. Peters (Mook en Middelaar) - met kennisgeving Kopie aan

mw. K. Peters (Mook en Middelaar) - met kennisgeving Kopie aan Verslag - concept Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum/tijd bespreking Donderdag 5 oktober 2017 van 14.30 15.55 uur Locatie Gemeentehuis in Beneden-Leeuwen Aanwezig dhr. G. Bel (Lingewaal),

Nadere informatie

Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid Lid Wethouder Accountant Financiën Hoofd Financiën Rekenkamercommissie

Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid Lid Wethouder Accountant Financiën Hoofd Financiën Rekenkamercommissie Raadsnummer 2014-432 Nieuwegein Auditcom missie Vergaderdatum Maandag 27 oktober 2014 Begin- en eindtijd 18.30-20.00 uur Aantal bijlagen verslag Voorzitter G. Bamberg Notulist Y. Mes Aanwezi Afwezig (m.k.)

Nadere informatie

Raadhuisplein 1 Bezoekadres: 2130 AG HOOFDDORP _ Mh.,., Advies plan van aanpak personen met verward gedrag Haarlemmermeer

Raadhuisplein 1 Bezoekadres: 2130 AG HOOFDDORP _ Mh.,., Advies plan van aanpak personen met verward gedrag Haarlemmermeer gemeente Cluster Contactpersoon Doorkiesnummer Uw brief Ons kenmerk Bijlage(n) Onderwerp Participatieraad Postbus250 2 1 3 0 A G H t.a.v. dhr. G. Hille fddor P Raadhuisplein 1 Bezoekadres: 2130 AG HOOFDDORP

Nadere informatie

Voorstellen waarover geen consensus bestaat (categorie 1) Onderwerp Standpunten Reactie dagelijks bestuur 1 Vorming frictiekostenreserve (voorstel 20) 1.1 De hoogte van de standpunten te zien als een geoormerkte

Nadere informatie

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg

Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Veiligheidshuis Gelderland-Zuid Managementrapportage Routeeroverleg Aantal meldingen per gemeente, leeftijdscategorie, informatieverrijking, gerouteerd naar, risicotaxatie en doorlooptijd vanaf melding

Nadere informatie

21 mei 2013 RV/13/ mei 2013 RV/13/

21 mei 2013 RV/13/ mei 2013 RV/13/ Datum vergadering Gemeenteraad 1 Voorstelnummer Agendapunt 21 mei 2013 RV/13/00298 Datum vergadering Voorbereidende Voorstelnummer Agendapunt gemeenteraad 7 mei 2013 RV/13/00298 7 Voorstel ingebracht door

Nadere informatie

Doetinchem, 23 mei 2018

Doetinchem, 23 mei 2018 Aan de raad AGENDAPUNT NR. 5.4 ALDUS VASTGESTELD 31 MEI 2018 Jaarstukken 2017 en concept- Programmabegroting GGD NOG 2019 Te besluiten om: 1. Kennis te nemen van de voorlopige jaarstukken 2017 van GGD

Nadere informatie

BESLUITENLIJST VOOR DE VERGADERING VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN LINGEWAAL

BESLUITENLIJST VOOR DE VERGADERING VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN LINGEWAAL Aanwezig: burgemeester Van Ruijven, wets Van Bezooijen, Van Sambeek en Bel secretaris Verweij Vastgesteld op: 13-09-2016 BESPREEKSTUKKEN 1. Secretaris B. en w.-besluitenlijst van 30 augustus 2016. Met

Nadere informatie

Gezond Leven Jaarverslag 2017

Gezond Leven Jaarverslag 2017 Gelderland-Zuid Gezond Leven Jaarverslag 017 GEZONDE SCHOOL GEZONDE WIJK/GEMEENTE GEZONDE KENNIS Gezonde School GEZONDE SCHOOL-AANPAK VIGNETTEN SCHOLEN MET EEN GEZONDE SCHOOL-VIGNET SCHOOL 57 scholen ondersteund

Nadere informatie

REGISTER GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN GEMEENTE TIEL

REGISTER GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN GEMEENTE TIEL REGISTER GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN GEMEENTE TIEL Register e regelingen gemeente Tiel Inhoud van het register Burgemeester en wethouders zijn verplicht een register bij te houden van de e regelingen

Nadere informatie

Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.:

Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.: Preadvies Portefeuillehouder : W.J.J. Ligtenberg Datum collegebesluit : 16 februari 2016 Corr. nr.: 2016.02807 Onderwerp : GGD: Kadernota 2017 'Gezondheid gaat verder' Programma : 2. Welzijn, zorg en onderwijs

Nadere informatie

Akkoord / Niet akkoord / Anders nl.

Akkoord / Niet akkoord / Anders nl. 6 Begrotingswijziging 2018 inzake CTER 1 180706 AB 6 V Financiering CTER.docx Vergadering algemeen Bestuur Datum 6 juli 2018 Agendapunt 6 Onderwerp Begrotingswijziging voor financiering CTER Bijlage nr

Nadere informatie

gemeente Leek Omgevingsdienst Groningen Postbus AB VEENDAM Geachte heer, mevrouw,

gemeente Leek Omgevingsdienst Groningen Postbus AB VEENDAM Geachte heer, mevrouw, 0117 gemeente Leek Omgevingsdienst Groningen Postbus 97 9640 AB VEENDAM Registratienummer: 2018003670 Onderwerp: Ontwerpbegroting 2019 Contactpersoon: mevrouw N. Abramjan Leek, 28 mei 2018 Geachte heer,

Nadere informatie

z s sep zn'3 provincie HOLLAND ZUID Gedeputeerde Staten 30 SEPTEMBER 2013 Gemeente Molenwaard

z s sep zn'3 provincie HOLLAND ZUID Gedeputeerde Staten 30 SEPTEMBER 2013 Gemeente Molenwaard De raad van de gemeente MOLENWAARD Postbus 5 2970 AA Bleskensgraaf 30 SEPTEMBER 2013 Gemeente Molenwaard Gedeputeerde Staten ~ Directie Leefomgeving en Bestuur ~ Afdeling Bestuur V Contact A. van den Berg

Nadere informatie

Gemeente Tiel. Besluitenlijst van de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. dinsdag 14 mei 2019 om 9.00 uur

Gemeente Tiel. Besluitenlijst van de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. dinsdag 14 mei 2019 om 9.00 uur Gemeente Tiel Besluitenlijst van de vergadering van burgemeester en wethouders d.d. dinsdag 14 mei 2019 om 9.00 uur Onderwerpen voorzien van een ster krijgen uitstel van publicatie met 1 week. nr. voorstel

Nadere informatie

*ZEA006D8E93* Raadsvergadering d.d. 30 juni 2015

*ZEA006D8E93* Raadsvergadering d.d. 30 juni 2015 *ZEA006D8E93* Raadsvergadering d.d. 30 juni 2015 Agendanr. 13. Aan de Raad No.ZA.15-33292/DV.15-498, afdeling Samenleving. Sellingen, 18 juni 2015 Onderwerp: Jaarverslag en jaarrekening 2014, Actualisatie

Nadere informatie

Werkafspraken samenwerkende gemeenten in de politieregio Gelderland-Zuid en Bureau BIBOB inzake de uitvoering van de wet BIBOB.

Werkafspraken samenwerkende gemeenten in de politieregio Gelderland-Zuid en Bureau BIBOB inzake de uitvoering van de wet BIBOB. REGIONAAL OVEREENGEKOMEN WERKAFSPRAKEN BIBOB Regelende de werkafspraken inzake de uitvoering van de wet BIBOB tussen de gemeenten in de politieregio Gelderland Zuid en het landelijk bureau BIBOB Beuningen

Nadere informatie

VEILIG THUIS GELDERLAND ZUID. Probleemanalyse en afspraken Verkorte memo t.b.v. portefeuillehouders. 2 juli 2015

VEILIG THUIS GELDERLAND ZUID. Probleemanalyse en afspraken Verkorte memo t.b.v. portefeuillehouders. 2 juli 2015 VEILIG THUIS GELDERLAND ZUID Probleemanalyse en afspraken Verkorte memo t.b.v. portefeuillehouders 2 juli 2015 Uitgave GGD Gelderland-Zuid Datum 2 juli 2015 1 2 Inleiding Vanaf 1 januari 2015 is Veilig

Nadere informatie

Besluitenlijst van de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Opmeer d.d. 24-05-2016 week 21 VASTGESTELD

Besluitenlijst van de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Opmeer d.d. 24-05-2016 week 21 VASTGESTELD Aanwezig: ) E. Deutekom-Muntjewerff (voorzitter), H. Stoker en R.A.H.P. Heijtink Secretaris: M.A.S. Winder Afwezig: G.J.A.M. Nijpels Volgnr: 001 Poststuk: 16.0005823 PZI Omschrijving: Besluitenlijst B&W

Nadere informatie

Bijlage bij punt 2. Algemeen Bestuur GR Gezondheidszorg Regio Nijmegen d.d. 7 maart 2013

Bijlage bij punt 2. Algemeen Bestuur GR Gezondheidszorg Regio Nijmegen d.d. 7 maart 2013 Bijlage bij punt 2 Algemeen Bestuur GR Gezondheidszorg Regio Nijmegen d.d. 7 maart 2013 Aanwezig: dhr. L.C.M. Frings (Nijmegen), dhr. G. Hendriks (Beuningen), dhr. W.J.J. Spaan (Groesbeek), dhr. R.W.M.

Nadere informatie

Register gemeenschappelijke regelingen gemeente 2017 ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ----------- Burgemeester

Nadere informatie

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 4 juli 2018 / 38/2018. Onderwerp Regionaal rekenkameronderzoek Grip krijgen op Veilig Thuis

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 4 juli 2018 / 38/2018. Onderwerp Regionaal rekenkameronderzoek Grip krijgen op Veilig Thuis Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 4 juli 2018 / 38/2018 Onderwerp Regionaal rekenkameronderzoek Grip krijgen op Veilig Thuis Programma Bestuur & Middelen, Zorg en Welzijn Portefeuillehouder

Nadere informatie

Toverbaltheater, Waterstraat 7, 6658 AA Beneden-Leeuwen aan. 1. Opening en vaststelling agenda Mondeling

Toverbaltheater, Waterstraat 7, 6658 AA Beneden-Leeuwen  aan. 1. Opening en vaststelling agenda Mondeling Agenda vergadering Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid datum 30 juni 2016 begin en eindtijd 14.00 16.00 uur locatie Toverbaltheater, Waterstraat 7, 6658 AA Beneden-Leeuwen http://www.toverbaltheater.nl

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag www.rijksoverheid.nl Datum

Nadere informatie

8 2009-078 Programmaverantwoording 2008, herzien programmabegroting 2009, begroting 2010 en meerjarenraming 2009-2013 van de GGD Hollands Noorden.

8 2009-078 Programmaverantwoording 2008, herzien programmabegroting 2009, begroting 2010 en meerjarenraming 2009-2013 van de GGD Hollands Noorden. r^aacte Cfy Agendanr. Voorstelnr Onderwerp *w* 'WvA^ My? 8 2009-078 Programmaverantwoording 2008, herzien programmabegroting 2009, begroting 2010 en meerjarenraming 2009-2013 van de GGD Hollands Noorden.

Nadere informatie

Denk aan het milieu - dit mailtje printen is niet altijd nodig. Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bijlagen:

Denk aan het milieu - dit mailtje printen is niet altijd nodig. Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bijlagen: Van: Verzonden: Aan: Onderwerp: Bijlagen: Griffie vrijdag 9 juni 2017 8:48 'Griffie Culemborg'; Griffie Berg en Dal; Griffie; Griffie Druten; Griffie Heumen; Griffier Mook en Middelaar;

Nadere informatie

Sterk en Toekomstbestendig bestuur Regio Gelderland

Sterk en Toekomstbestendig bestuur Regio Gelderland Sterk en Toekomstbestendig bestuur Regio Gelderland Inspelen op een veranderende omgeving Roel Wever 7 april 2014 Rivierenland Een samenwerkingsproject van Provincie Gelderland en VNG Gelderland 1 De essenties

Nadere informatie

College. Verhinderd. Onderwerp. Agendapunt. 1. Opening De voorzitter opent om uur de vergadering.

College. Verhinderd. Onderwerp. Agendapunt. 1. Opening De voorzitter opent om uur de vergadering. CONCEPT BESLUITENLIJST BEHORENDE BIJ DE OPENBARE VERGADE- RING VAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE GULPEN-WITTEM, GEHOUDEN IN DE RAADZAAL VAN HET GEMEENTEHUIS TE GULPEN DATUM 23 juni 2016 AANWEZIG wnd. Voorzitter

Nadere informatie

E.A. Grudzinska A.K. Benschop-van Eldik Jeugd Bescherming en veiligheid jeugd

E.A. Grudzinska A.K. Benschop-van Eldik Jeugd Bescherming en veiligheid jeugd .'^23 Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt 20 december 2016 RV/16/00724 20 Z16-44594 Voorstel ingebracht door Portefeuillehouder Begrotingsprogramma Beheerproduct Onderwerp E.A. Grudzinska

Nadere informatie

a a o~co zo1~ provincie HOLLAND ZUID Gedeputeerde Staten 11 DECEMBER 2014 Directie Leefomgeving en Bestuur Afdeling Bestuur Gemeente Molenwaard

a a o~co zo1~ provincie HOLLAND ZUID Gedeputeerde Staten 11 DECEMBER 2014 Directie Leefomgeving en Bestuur Afdeling Bestuur Gemeente Molenwaard 11 DECEMBER 2014 De raad van de gemeente MOLENWAARD Postbus 5 2970 AA BLESKENSGRAAF Gemeente Molenwaard N OW N Gedeputeerde Staten Directie Leefomgeving en Bestuur Afdeling Bestuur Contact A. van den Berg

Nadere informatie

Zienswijzen Jaarstukken 2016 Avri

Zienswijzen Jaarstukken 2016 Avri Zienswijzen Jaarstukken 2016 Avri Inleiding: De Jaarstukken 2016 van de Gemeenschappelijke Regeling Avri (Avri) is op 13 april 2017 aangeboden aan de raden van de deelnemende gemeenten. De gemeenten hebben

Nadere informatie

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019

Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019 Bundel van de Bestuurscommissie Veiligheid, reguliere vergadering. van 8 februari 2019 A Algemeen A.1 Opening en mededelingen A.2 Besluitenlijst (incl. presentielijst) gezamenlijke vergadering Bestuurscommissie

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Jaarrekening 2013 GGD Zaanstreek Waterland. Maatschappelijke participatie. Beleid en regie M. Boutsma T. Schaafsma

Raadsvoorstel. Jaarrekening 2013 GGD Zaanstreek Waterland. Maatschappelijke participatie. Beleid en regie M. Boutsma T. Schaafsma Titel Nummer 14/47 Jaarrekening 2013 GGD Zaanstreek Waterland Datum 22 mei 2014 Programma Fase Onderwerp Maatschappelijke participatie Zienswijze over de jaarrekening 2013 van de GGD Zaanstreek Waterland

Nadere informatie

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten

Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Veilig Thuis Gelderland-Zuid Maandelijkse rapportage gemeenten Dienstenoverzicht: adviezen, meldingen, overdracht, onderzoeken en voorwaarden&vervolg Maart en april Veilig Thuis Gelderland-Zuid maandelijkse

Nadere informatie

Gedeputeerde Staten. 1. de Gemeentewet; 2. de Algemene wet bestuursrecht; Gemeenteraad van Nissewaard Postbus 25 3200 AA SPIJKENISSE

Gedeputeerde Staten. 1. de Gemeentewet; 2. de Algemene wet bestuursrecht; Gemeenteraad van Nissewaard Postbus 25 3200 AA SPIJKENISSE Gedeputeerde Staten Directie Leefomgeving en Bestuur Afdeling Bestuur Contact J. van Kranenburg T 070-441 80 85 j.van.kranenburg@pzh.nl Postadres Provinciehuis Postbus 90602 2509 LP Den Haag T 070-441

Nadere informatie

O P L E G N O T I T I E

O P L E G N O T I T I E O P L E G N O T I T I E Voorstel ter behandeling in de vergadering van de Bestuurscommissie Gezondheid Datum 9 april 2014 Onderwerp Bijlage ten behoeve van agendapunt 4 Voorstel invulling nieuwe Basispakket

Nadere informatie

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen

Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen Bijlage 1: Concept Bestuurlijke Opdracht Samenwerkingsafspraken Veilig Thuis gemeenten Regio Rijk van Nijmegen Opdrachtgever: Portefeuillehouders Zorg en Welzijn Regio Rijk van Nijmegen Opdrachtnemers:

Nadere informatie

Registratienummer: Onderwerp: Voorstel Zienswijze Kadernota 2016 GGD Zaanstreek-Waterland

Registratienummer: Onderwerp: Voorstel Zienswijze Kadernota 2016 GGD Zaanstreek-Waterland Onderwerp: Voorstel Zienswijze kadernota 2016 GGD Zaanstreek-Waterland Samenvatting: Het dagelijks bestuur van de GGD ZW heeft haar kadernota 2016 ingediend en vraagt om een zienswijze van uw gemeenteraad.

Nadere informatie

Nr. Afdeling Zaak Poho Onderwerp Samenvatting Advies Besluit BP 0.1 Secretaris B&W besluitenlijst 9 mei 2017

Nr. Afdeling Zaak Poho Onderwerp Samenvatting Advies Besluit BP 0.1 Secretaris B&W besluitenlijst 9 mei 2017 Besluitenlijst van de vergadering van burgemeester en wethouders. Dinsdag 16 mei 2017 om 9.30 uur in de kamer van de burgemeester, gemeentehuis te Neerijnen. Aanwezig: Nr. Burgerparticipatie Burgemeester

Nadere informatie

Toetsingskaders Gemeenschappelijke Regelingen

Toetsingskaders Gemeenschappelijke Regelingen Toetsingskaders Gemeenschappelijke Regelingen JAARREKENING 2012 Tijdigheid Is de jaarrekening op tijd (voor 15 april) ontvangen? Accountantsverklaringen Is de verklaring aanwezig (ja /nee) en welke soort

Nadere informatie

Afwezig m.k.:gerard van Krevel (penningmeester), Françoise Vaartjes, Ashley Timmer- Gerdsen(secretaris).

Afwezig m.k.:gerard van Krevel (penningmeester), Françoise Vaartjes, Ashley Timmer- Gerdsen(secretaris). Verslag van de vergadering van de Participatieraad (PR) van de Gemeente Overbetuwe d.d. 3 augustus 2018 9.30 11.30 uur in de Commissiekamer te Elst Leden: Marja van Galen, Thea Hooijer, Roel Keuken (voorzitter),

Nadere informatie

"Aan de Gemeenteraad" Geachte leden van de Raad,

Aan de Gemeenteraad Geachte leden van de Raad, POSTADRES Postbus 20 7500 AA Enschede BEZOEKADRES Hengelosestraat 51 "Aan de Gemeenteraad" TELEFOON 14 0 53 DATUM ONS KENMERK BEHANDELD DOOR 2 mei 2017 T.J. Hijkoop UW BRIEF VAN UW KENMERK DOORKIESNUMMER

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 januari 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 januari 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Besluitenlijst B&W extern. 14 mei 2019 Gemeenschappelijke regelingen. Afd /Verseon. Zienswijze begroting 2020 Omgevingsdienst Middenen West Brabant

Besluitenlijst B&W extern. 14 mei 2019 Gemeenschappelijke regelingen. Afd /Verseon. Zienswijze begroting 2020 Omgevingsdienst Middenen West Brabant Besluitenlijst B&W extern 14 mei 2019 Gemeenschappelijke regelingen BESLUITENLIJST B&W D.D. 14 mei 2019 Nr Poho Afd /Verseon Onderwerp Besluit GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN 1 Hans Wierikx, 18481 2 Thomas

Nadere informatie

BESLUITENLIJST (22) OPENBAAR. Van de vergadering van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zaltbommel d.d. 20 juni 2017

BESLUITENLIJST (22) OPENBAAR. Van de vergadering van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zaltbommel d.d. 20 juni 2017 BESLUITENLIJST (22) Van de vergadering van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Zaltbommel d.d. 20 juni 2017 OPENBAAR AANWEZIG: Burgemeester : J.P. Rehwinkel Wethouder : C.A.H. Zondag Wethouder :

Nadere informatie

Vastgesteld op 21 maart 2016

Vastgesteld op 21 maart 2016 Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de Commissie van de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling Rijk van Nijmegen (MGR Rijk van Nijmegen) Vastgesteld op 21 maart 2016 Artikel

Nadere informatie

Derde voortgangsrapportage Programma Veilig Thuis de basis op orde

Derde voortgangsrapportage Programma Veilig Thuis de basis op orde Derde voortgangsrapportage Programma Veilig Thuis de basis op orde 9 januari 2017 Inleiding In dit document wordt gerapporteerd over de bevindingen en resultaten van het Programma Veilig Thuis de basis

Nadere informatie

21 november CVS Aanvullende subsidie TBW - versie 14nov17

21 november CVS Aanvullende subsidie TBW - versie 14nov17 X 21 november 2017 4.2 CVS Aanvullende subsidie TBW - versie 14nov17 Collegevoorstel 1 Vooruitlopend op deze subsidie heeft de GGD al extra personeel aangenomen omdat het probleem van de wachttijden acuut

Nadere informatie

Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Donderdag 4 april 2019 van uur

Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Donderdag 4 april 2019 van uur Verslag - concept Bespreking Algemeen Bestuur GGD Gelderland-Zuid Datum / Tijd Donderdag 4 april 2019 van 10.00-12.15 uur bespreking Locatie GGD Gelderland-Zuid, locatie Tiel Aanwezig Dhr. P. van Teffelen

Nadere informatie

Advies. Jaarrekening 2015 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland-Zuid

Advies. Jaarrekening 2015 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland-Zuid Advies Jaarrekening 2015 Gemeenschappelijke Regeling GGD Gelderland-Zuid Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Marcel Meier AA Peggy van Gemert RA/AA April 2016 Inhoudsopgave 1.

Nadere informatie

Raadsvoorstel agendapunt

Raadsvoorstel agendapunt Raadsvoorstel agendapunt Aan de raad van de gemeente IJsselstein Zaaknummer : 489473 Datum : 10 oktober 2017 Programma : Alle Blad : 1 van 6 Commissie : Bestuur Portefeuillehouder: mr. P.J.M. van Domburg

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Agendanummer: p.h.: Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: WIII. de raad van de gemeente Asten.

RAADSVOORSTEL. Agendanummer: p.h.: Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: WIII. de raad van de gemeente Asten. RAADSVOORSTEL Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: Besparing huisvestingskosten GGD en extra contactmoment JGZ Agendanummer: p.h.: 1 17-09-2013 13.09.07 WIII de raad van de gemeente Asten Samenvatting

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL (via commissie)

RAADSVOORSTEL (via commissie) RAADSVOORSTEL (via commissie) COMMISSIE BURGERS d.d. 26-8-2013 AGENDANUMMER:8 Onderwerp: Bijlage(n): Vergadering de dato: Besparing huisvestingskosten GGD en extra contactmoment JGZ Agendanummer: p.h.:

Nadere informatie

GEMEENTE HOOGEVEEN. Voorstel voor burgemeester en wethouders. Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013

GEMEENTE HOOGEVEEN. Voorstel voor burgemeester en wethouders. Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013 Onderwerp: Conceptbegroting GGD Drenthe 2010-2013 Voorgesteld besluit: 1. Kennis nemen van bijgaande concept Beleidsbegroting 2010-2013 van de GGD Drenthe van 27 maart 2009. 2. De Raad adviseren om de

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1126366 Datum: Behandeld door: 28 april 2014 MJ. Prins Afdeling / Team: SO/BMO Onderwerp: Raadsvoorstel Zienswijze jaarrekening 2013 GGD Zaanstreek-Waterland

Nadere informatie

11 Stiens, 21 oktober 2014

11 Stiens, 21 oktober 2014 11 Stiens, 21 oktober 2014 Raadsvergadering: 13 november 2014 Voorstelnummer: 2014/ 74 Portefeuillehouder: Cees Vos Behandelend ambtenaar: Jitske Bosch E-mail: j.bosch@leeuwarderadeel.nl Telefoonnr. :

Nadere informatie

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het

Oplegvel. 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Oplegvel 1. Onderwerp Preventie Geestelijke Gezondheidszorg en Verslavingszorg HR gemeenten 2. Rol van het Platformtaak volgens gemeente samenwerkingsorgaan Holland Rijnland 3. Regionaal belang Sinds 9

Nadere informatie