Congruentie met coördinaties in het Nederlands

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Congruentie met coördinaties in het Nederlands"

Transcriptie

1 KU LEUVEN FACULTEIT LETTEREN BLIJDE INKOMSTSTRAAT 21 BUS LEUVEN, BELGIË Congruentie met coördinaties in het Nederlands Een corpusonderzoek naar getalsvariatie bij het werkwoord Laura-Ann Merckx Masterproef aangeboden binnen de opleiding master in de Taalkunde Promotor prof. dr. Jeroen Van Craenenbroeck Academiejaar tekens

2

3 KU LEUVEN FACULTEIT LETTEREN BLIJDE INKOMSTSTRAAT 21 BUS LEUVEN, BELGIË Congruentie met coördinaties in het Nederlands Een corpusonderzoek naar getalsvariatie bij het werkwoord Laura-Ann Merckx Masterproef aangeboden binnen de opleiding master in de Taalkunde Promotor prof. dr. Jeroen Van Craenenbroeck Academiejaar tekens

4 Dankwoord Ten eerste wil ik graag mijn promotor, professor Jeroen Van Craenenbroeck, bedanken voor zijn begeleiding bij deze thesis. Zonder zijn hulp en feedback zou deze thesis niet tot stand gekomen zijn. Daarnaast wil ik ook graag mijn ouders, Kris Merckx en Christel De Lange, bedanken. Ten eerste omdat ze mij de kans hebben gegeven om de studie taal- en letterkunde te kunnen beginnen en ten tweede voor de steun die ze me gegeven hebben tijdens mijn studies en bij het schrijven van deze thesis. Als laatste zou ik ook mijn vriend, Thomas Van Bever, willen bedanken voor zijn onvoorwaardelijke steun en geloof in mij.

5 Inhoudsopgave 1. Inleiding Theoretische achtergrond Inleiding Congruentie tussen werkwoord en subject Variatie bij congruentie met coördinaties Terminologie Factoren die de congruentie beïnvloeden Conclusie Onderzoeksvraag en hypotheses Methodologie Inleiding Lassy Corpus Gesproken Nederlands Catalogiseren van de data Conclusie Resultaten Resultaten uit de beide corpora Coördinaties met twee conjuncten Coördinaties met meer dan twee conjuncten Vergelijking Lassy en CGN Coördinaties met twee conjuncten Coördinaties met meer dan twee conjuncten Conclusie Analyse Inleiding Structuur van een coördinatie Structurele analyse van congruentie met coördinaties Congruentie tussen het werkwoord en de coördinatie Congruentie met coördinaties bij inversie en bij rechte volgorde Analyse van coördinaties met twee conjuncten Coördinaties met twee enkelvoudige conjuncten Coördinaties met een enkelvoudig eerste en een meervoudig tweede conjunct... 47

6 Coördinaties met een meervoudig eerste en een enkelvoudig tweede conjunct Coördinaties met twee meervoudige conjuncten Analyse van coördinaties met meer dan twee conjuncten Conclusie Conclusie Bibliografie Samenvatting... 70

7 1. Inleiding In het Nederlands, en in veel andere talen, bestaat er een congruentieproces tussen het werkwoord en het subject in een zin. Hierbij worden persoons- en getalskenmerken van het subject uitgedrukt op het werkwoord door middel van een flectie-uitgang. Dat zien we in zinnen (1) en (2). Het werkwoord in zin (1) wordt gekenmerkt door een en-uitgang, wat overeenkomt met de meervoudsuitgang. Het pronomen jullie draagt eveneens het kenmerk meervoud. In zin (2) zien we een t-uitgang op het werkwoord, die de kenmerken derde persoon en enkelvoud uitdrukt. Die kenmerken komen overeen met die van het pronomen hij. (1) Jullie spel-en in de tuin. (2) Hij speel-t in de tuin. In deze thesis bestuderen we het congruentieproces bij een specifieke syntactische constructie, namelijk bij zinnen met een coördinatie in subjectspositie. Het interessante aan congruentie tussen werkwoorden en coördinaties is dat we variatie aantreffen bij het getal van het werkwoord. Zinnen (3) en (4) tonen dit aan. (3) Een man en een vrouw bouwen een huis. (4) Koffie en thee staat op tafel. De twee bovenstaande zinnen hebben dezelfde syntactische structuur. Het onderwerp in beide zinnen is namelijk een coördinatie met twee conjuncten. Het verschil is dat zin (3) een meervoudig werkwoord bevat en zin (4) een enkelvoudig. Toch kunnen beide zinnen voorkomen in het Nederlands. Het is net die variatie die we onderzoeken in deze thesis. We kijken waarom we in sommige zinnen een enkelvoudig werkwoord te zien krijgen en in andere zinnen, met dezelfde syntactische structuur, een meervoudig werkwoord. Dat doen we aan de hand van een corpusonderzoek. We verzamelen daarbij alle zinnen met een coördinatie in subjectspositie en kijken dan per zin of de congruentie een enkelvoudig of een meervoudig werkwoord oplevert. De volgende stap is dan onderzoeken waarom het vervoegde werkwoord een bepaald getal heeft. Dit doen we door middel van een structurele analyse. Bovendien kijken we ook of er nog extra factoren zijn die een invloed kunnen uitoefenen op de congruentie tussen het werkwoord en de coördinatie in subjectspositie. De structuur van de thesis is als volgt. In hoofdstuk 2 geven we het theoretisch kader waarin het onderzoek gebeurt. Aansluitend bij het tweede hoofdstuk, stellen we in hoofdstuk 3 onze hypotheses op. Hoofdstuk 4 geeft vervolgens de methodologie van het corpusonderzoek weer. Daarna kijken we in hoofdstuk 5 naar de resultaten van dat corpusonderzoek. Hoofdstuk 6 behandelt de analyse van de resultaten. We analyseren daarin waarom we in bepaalde zinnen een enkelvoudig werkwoord krijgen en in andere zinnen een meervoudig. Ten slotte vat hoofdstuk 7 de thesis samen in een conclusie. 1

8 2. Theoretische achtergrond 2.1. Inleiding In dit hoofdstuk wordt het theoretisch kader gegeven waarin het onderzoek plaatsvindt. Om te beginnen maken we duidelijk hoe congruentie tussen een subject en een werkwoord structureel tot stand komt in het Nederlands (sectie 2.2). Daarna tonen we aan dat congruentie met coördinaties in subjectspositie niet enkel in het Nederlands variatie vertoont, maar ook in andere talen (sectie 2.3). Nadien bespreken we enkele belangrijke termen in verband met congruentie met coördinaties, die nodig zullen zijn voor de analyse (sectie 2.4). Ten slotte kijken we nog of er bepaalde factoren zijn die een invloed kunnen uitoefenen op de congruentie met coördinaties (sectie 2.5) Congruentie tussen werkwoord en subject Om congruentie met coördinaties in subjectspositie te kunnen onderzoeken, is het belangrijk om te kijken hoe congruentie werkt tussen de persoonsvorm en het subject in een Nederlandse zin. We werken in dit onderzoek met een inflectionele constituent die de congruentiekenmerken bevat. We benoemen die constituent als Tense Phrase, of kortweg TP (Adger, 2002, p ). Het hoofd van deze constituent wordt aangeduid als T. Het is deze T die zorgt voor de congruentierelatie tussen het werkwoord en het subject. Daarnaast gaan we in dit onderzoek uit van het X-bar schema. 1 Hoe de congruentierelatie tot stand komt, kunnen we uitleggen aan de hand van onderstaande boomstructuren. (5) In boomstructuur (5) staat het subject (DP) in de specificeerderpositie van de VP. In de literatuur (zie bijvoorbeeld Adger, 2002, p. 167) wordt dit geïdentificeerd als de basispositie van het subject. De T, het hoofd van de TP, c-commandeert 2 bovendien ook het subject. Dat is noodzakelijk om een congruentierelatie aan te gaan (Van Koppen, 2005, p. 30). De T bevat namelijk oninterpreteerbare kenmerken. Dat soort kenmerken moet gecombineerd worden met interpreteerbare kenmerken bij een congruentierelatie (Adger, 2006, p ). Het subject in een zin bevat interpreteerbare 1 Voor meer informatie over de X-bar theorie, zie hoofdstuk 5 in Carnie (2002). 2 Een knoop X c-commandeert een knoop Y als en slechts als: X domineert Y niet, Y domineert X niet en de eerste vertakkende knoop die X domineert, domineert ook Y (Carnie, 2002, p. 75). 2

9 kenmerken. Het is in een zin noodzakelijk dat de constituent met de interpreteerbare kenmerken in het c-commandeerdomein staat van de constituent met de oninterpreteerbare kenmerken. Het verschil tussen die soorten kenmerken kunnen we uitleggen aan de hand van een voorbeeldzin. (6) Vanavond spel-en de led-en van het orkest de volledige opera. De oninterpreteerbare kenmerken zijn degene die men niet kan koppelen aan een semantische betekenis. Hun doel is om een syntactische relatie van congruentie uit te drukken. De interpreteerbare kenmerken daarentegen hebben wel een link met de semantiek. In een congruentierelatie worden de twee types van kenmerken gecombineerd om zo een welgevormde zin te genereren (Adger, 2006, p. 508). Bij het voorbeeld in (6) heeft het subject de interpreteerbare kenmerken. Het meervoud bij leden impliceert namelijk de aanwezigheid van meer dan één lid. Het werkwoord daarentegen heeft ook een meervoudige uitgang, maar hier gaat het niet over meerdere speelactiviteiten. De opera wordt slechts één keer gespeeld. Het werkwoord heeft dus oninterpreteerbare kenmerken. Die kenmerken worden in de literatuur ook vaak benoemd als phi-features (Rezac, 2001, p. 18). Phifeatures verwijzen typisch naar de combinatie van getals-, persoons- en geslachtskenmerken. In dit onderzoek kijken we enkel naar het eerste type, dus naar de getalskenmerken. In boomstructuur (5) bevat T de oninterpreteerbare kenmerken en DP de interpreteerbare. DP staat ook in het c-commandeerdomein van T, wat een voorwaarde is om een congruentierelatie aan te gaan. T en DP gaan dus een congruentierelatie aan, die weerspiegeld wordt op het vervoegde werkwoord in de zin. Als het subject bijvoorbeeld een meervoudig getalskenmerk bevat, zoals in zin (6), zal de congruentierelatie zo tot stand komen dat het werkwoord ook meervoudig wordt (Adger, 2006, p. 509). Er bestaat echter een verschil tussen het proces van congruentie bij zinnen met inversie en bij zinnen met een rechte volgorde. Congruentie in geïnverteerde zinnen verloopt met het subject in zijn basispositie. De congruentierelatie komt in dat type van zinnen tot stand zoals hierboven uitgelegd, dus via de boomstructuur die we zien in (5). Bij zinnen met een rechte volgorde gebeurt er een nog een extra verplaatsing. Hierbij komt het subject in de specificeerderpositie van de TP te staan in plaats van in de VP. Dat gebeurt via een verplaatsing naar links, zoals we kunnen zien in boomstructuur (7). (7) 3

10 De congruentie tussen het werkwoord en het subject vindt echter plaats vóór deze verplaatsing. De congruentierelatie komt eerst tot stand en pas dan verplaatst het subject uit de VP naar de specificeerderpositie van de TP (Adger, 2002, p ). We zien dus dat er bij een rechte volgorde een verplaatsing gebeurt bij congruentie, terwijl die verplaatsing niet gebeurt in zinnen met inversie. In hoofdstuk 6, het hoofdstuk over de analyse, bespreken we de congruentierelatie bij zinnen met een coördinatie in subjectspositie Variatie bij congruentie met coördinaties In dit onderzoek bespreken we variatie bij de congruentie met coördinaties in subjectspositie. In het Nederlands kan er namelijk zowel een enkelvoudig als een meervoudig werkwoord optreden in een zin met een coördinatie in subjectspositie. Dat zien we in volgende voorbeelden: (8) Australië en Zuid-Afrika zijn de twee resterende locatieopties. 3 (9) Daar gebeurt de beleidsvoorbereiding en de beleidsevaluatie. In zin (8) zien we dat de coördinatie in subjectspositie ( Australië en Zuid-Afrika ) congrueert met een meervoudig werkwoord ( zijn ). Zin (9) toont opnieuw congruentie met een coördinatie als subject ( de beleidsvoorbereiding en de beleidsevaluatie ), maar in deze zin levert dat een enkelvoudig werkwoord ( gebeurt ) op. De twee voorbeelden tonen aan dat er variatie bestaat bij deze syntactische structuur. Ons doel is om die variatie te bestuderen en te kijken wanneer er precies een enkelvoudig en wanneer een meervoudig werkwoord verschijnt. Dat doen we aan de hand van een structurele analyse van congruentie met coördinaties in subjectspositie. Variatie met betrekking tot de congruentie met coördinaties is een fenomeen dat voorkomt in meerdere talen. Munn (1993, p ) vermeldt in zijn werk vier verschillende talen waarbij er variatie te vinden is bij dit syntactisch fenomeen. Hij vernoemt het Iers (zowel het Oud-Iers als het Modern Iers), het Arabisch, het Portugees en het Engels. Om de variatie in het Engels aan te tonen geeft hij volgende voorbeelden (Munn, 1993, p ): (10) A man and a woman are in the garden. (11) There is a man and a woman in the garden. Het werk van Harrison (2009, p ) toont ons dat er ook in het IJslands en in het Sloveens variatie bestaat bij de congruentie met coördinaties in subjectspositie. É. Kiss (2012, p. 1029) vermeldt dat ook het Hongaars variatie vertoont bij deze syntactische structuur. Daarnaast verwijst ze ook naar werken van Johannessen (1996), Doron (2000, 2005) en Citko (2004) waarin 3 In deze thesis wordt de coördinatie in de voorbeeldzinnen altijd vet gemaakt. Het werkwoord wordt steeds onderstreept. 4

11 respectievelijk het Tsjechisch en het Duits, het Hebreeuws en het Pools onderzocht werden met betrekking tot congruentie met coördinaties. We kunnen dus stellen dat het fenomeen niet enkel voorkomt in het Nederlands, maar dat het ook terug te vinden is in heel wat andere talen. Er is echter nog maar weinig onderzoek uitgevoerd naar congruentie met coördinaties in het Nederlands. Van Koppen (2005) vermeldt in haar onderzoek het congruentieproces tussen coördinaties in subjectspositie en vervoegde werkwoorden in het Nederlands, maar ze bestudeert voornamelijk de congruentie met voegwoorden. Ze onderzoekt de variatie in het getal van het werkwoord dus niet in detail. Daarnaast ligt haar focus voornamelijk op dialecten van het Nederlands. Ons onderzoek spitst zich toe op het Standaardnederlands Terminologie Wat congruentie met coördinaties interessant maakt, is het feit dat het werkwoord kan congrueren met verschillende elementen. De congruentie kan plaatsvinden met één van de twee conjuncten ofwel met de hele coördinatie. In de literatuur bestaan er termen voor elk type van congruentie. Ten eerste kunnen we een onderscheid maken tussen Single Conjunct Agreement en Resolved Agreement (Harrison, 2009, p. 181). De eerste term duidt congruentie aan tussen het werkwoord en slechts één van de conjuncten. Een andere term om dit te benoemen is Partial Agreement (Munn, 1999, p. 644). De tweede term, Resolved Agreement, wijst op congruentie tussen het werkwoord en de hele coördinatie. Van Koppen (2005) gebruikt voor het laatste type congruentie de term Full Agreement. In het vervolg van de thesis zal ook met die term gewerkt worden. Full Agreement leidt volgens vele onderzoekers (Corbett, 1983; Harrison, 2009; Van Koppen 2005 & 2007) steeds tot een meervoudig werkwoord. Ze gaan er dus vanuit dat de CoP, het geheel van de coördinatie, een meervoudige waarde bevat voor het getalskenmerk. In het verdere verloop van de thesis komen we hier nog op terug. Bij Single Conjunct Agreement kunnen we nog een onderverdeling maken. Het werkwoord kan namelijk met het eerste of het twee conjunct congrueren. Als de congruentie plaatsvindt met het eerste conjunct krijgt het de term First Conjunct Agreement. Munn (1999) stelt dat dit type voorkomt in het Arabisch, dus als de congruentie in die taal slechts met één conjunct verloopt, dan is dat met het eerste conjunct. Een voorbeeld hiervan zien we in (12). (12) darasat widaad wa-kariim al- arabiiya studied.f.sg widaad.f and-kariim.m the-arabic Widad and Karim studied Arabic (Harrison, 2009: 182) Dit voorbeeld komt uit het Arabisch en toont duidelijk dat het werkwoord ( darasat ) de kenmerken vrouwelijk en enkelvoud overneemt van het eerste conjunct ( widaad ). 5

12 Congruentie met het twee conjunct noemt men Second Conjunct Agreement (Harrison, 2009, p ). Het is ook mogelijk om een andere onderverdeling te maken bij Single Conjunct Agreement. In de literatuur wordt er namelijk ook gesproken over Closest Conjunct Agreement en Furthest Conjunct Agreement. Hierbij wordt gekeken naar de lineaire positie van de conjuncten ten opzichte van het werkwoord (Harrison, 2009, p ). Corbett (1983, p. 180) stelt dat dit laatste type van congruentie, waarbij het werkwoord congrueert met het verste conjunct, voorkomt in het Sloveens. Closest Conjunct Agreement vinden we terug in het Hindi en het Tsez 4 (Benmamoun, Bhatia & Polinsky, 2009). Zin (13) geeft een voorbeeld van Furthest Conjunct Agreement in het Sloveens. In zin (14) zien we een voorbeeld van Closest Conjunct Agreement in het Hindi. (13) Groza in strah je prevzela vso vas Horror.F.SG and fear.m.sg has seized.f.sg. the-whole village Horror and fear have seized the whole village. (Corbett, 1983, p.180) (14) Haath aur Taang niilii hai Hand.M.SG and leg.f.sg blue.f pres.sg The hand and the leg are blue. (Benmamoun, Bhatia & Polinsky, 2009, p.71) 2.5. Factoren die de congruentie beïnvloeden Naast het opstellen van een structurele analyse voor de congruentie tussen een werkwoord en een coördinatie in subjectspositie, is het ook belangrijk om te kijken of er bepaalde factoren zijn die de congruentie beïnvloeden. Een mogelijke factor, die ook vaak terug te vinden is in de literatuur, is de woordvolgorde van de zin waarin de coördinatie voorkomt (Munn, 1999; Van Koppen, 2005; Harrison, 2009; Aoun, Benmamoun & Sportiche, 1999; É. Kiss, 2012). Deze onderzoekers stellen dat er een verschil bestaat in congruentie in zinnen met een SV 5 -volgorde en zinnen met een VSvolgorde. Volgens hen is bij een SV-volgorde, waar de coördinatie dus voorafgaat aan het werkwoord, enkel Full Agreement mogelijk. In zinnen met een VS-volgorde, dus met inversie, is Single Conjunct Agreement wel mogelijk. Van Koppen (2005, p. 95) stelt dat dit het geval is bij het Nederlands. In sectie 2.2 zagen we ook dat na congruentie bij zinnen met een rechte volgorde een extra verplaatsing van het subject naar links gebeurt. Dat kan voor een effect zorgen bij de congruentie met coördinaties in subjectspositie. Een andere factor die een invloed kan uitoefenen op de congruentie is het getal van de conjuncten. Harrison (2009, p ) stelt in haar experimenten vast dat er een effect te merken is van het 4 Tsez is een taal die gesproken wordt in het zuidwesten van Rusland. (Glottolog, 2015) 5 S=subject, V=verb. 6

13 getal van de conjuncten op het getal van het werkwoord. Zeker als er sprake is van First Conjunct Agreement is het getal van het eerste conjunct belangrijk. Bij First Conjunct Agreement congrueert het werkwoord namelijk enkel met het eerste conjunct en zal het dus enkel het getalskenmerk van dat conjunct overnemen. Als het eerste conjunct bijvoorbeeld enkelvoudig is, zal het werkwoord bij First Conjunct Agreement ook enkelvoudig zijn. Het getal van de conjuncten kan bovendien ook informatie geven over welk type van congruentie plaatsvindt tussen het werkwoord en de coördinatie. Voorbeeld (15) kan dit verduidelijken. (15) Rechts staat de burgemeester en zijn schepenen in clownskostuum. We zien hier dat het eerste conjunct enkelvoudig is en het tweede meervoudig. Het werkwoord staat in het enkelvoud. Aangezien het werkwoord het getalskenmerk van het eerste conjunct overneemt, kunnen we met zekerheid stellen dat de congruentie verloopt met het eerste conjunct en dat er dus sprake is van First Conjunct Agreement. Harrison (2009, p. 203) bemerkt bovendien in haar experiment over congruentie met coördinaties in het Sloveens dat een meervoudig eerste conjunct significant vaker zorgt voor een meervoudig werkwoord dan een enkelvoudig eerste conjunct. Daarmee toont ze aan dat er in het Sloveens First Conjunct Agreement gebruikt wordt Conclusie In dit hoofdstuk werd het theoretisch kader van het onderzoek geschetst. We zullen onderzoeken welk type congruentie gebruikt wordt in het Nederlands. Hierbij moeten we bepalen met welk element het werkwoord congrueert, en dus welk getalskenmerk het overneemt. Na die structurele analyse moeten we ook onderzoeken of er nog extra factoren zijn die een invloed uitoefenen op de congruentie. Zo zou de woordvolgorde een rol kunnen spelen. Meerdere onderzoekers stellen dat een enkelvoudig werkwoord gemakkelijker kan voorkomen in een VS-volgorde dan in een SVvolgorde. Ten tweede moeten we ook rekening houden met het getal van beide conjuncten. Ook dit zou de congruentie kunnen beïnvloeden. 7

14 3. Onderzoeksvraag en hypotheses Aan de hand van het theoretisch kader en de literatuurstudie in het vorige hoofdstuk kunnen we nu een aantal hypotheses opstellen. Eerst moeten we bepalen wat de onderzoeksvraag juist inhoudt. Die kunnen we uitdrukken als volgt. Is er variatie aanwezig bij congruentie met coördinaties in het Nederlands? Zo ja, wanneer verschijnt er precies een enkelvoudig werkwoord en wanneer een meervoudig? De literatuur toont ons dat er in veel verschillende talen variatie te vinden is bij congruentie met coördinaties in subjectspositie. Ook in het Nederlands is dit fenomeen opgemerkt. Van Koppen (2005) bespreekt dit in haar werk voor twee Nederlandse dialecten. Voor het Standaardnederlands is er nog geen gedetailleerd onderzoek uitgevoerd. We verwachten echter, op basis van de onderzoeken naar dialecten en naar andere talen, dat we ook bij deze variëteit van het Nederlands variatie zullen vinden. De volgende hypotheses hebben te maken met de beïnvloedende factoren, die in het vorige hoofdstuk aan bod kwamen. Zo zagen we ten eerste dat de woordvolgorde vaak een belangrijke rol speelt bij de congruentie. Veel onderzoekers stellen dat Single Conjunct Agreement, waarbij het werkwoord dus maar met één conjunct congrueert, enkel kan voorkomen in een VS-volgorde. Volgens hen moet het werkwoord dus voorafgaan aan de coördinatie bij Single Conjunct Agreement. Daarnaast zagen we ook dat de literatuur zegt dat Full Agreement, dus congruentie met de hele coördinatie, steeds leidt tot een meervoudig werkwoord. Als we die twee stellingen combineren, verwachten we dat er alleen een meervoudig werkwoord kan optreden bij een preverbale coördinatie. Bij een postverbale coördinatie, dus bij een zin met inversie, verwachten we dat er zowel een meervoudig werkwoord (als resultaat van Full Agreement) als een enkelvoudig werkwoord (als resultaat van Single Conjunct Agreement) kan voorkomen. Aan de hand van het corpusonderzoek kunnen we nagaan of deze hypothese bevestigd kan worden. Daarnaast moeten we ook rekening houden met het getal van de conjuncten binnen de coördinaties. Als inderdaad enkel First Conjunct Agreement en Full Agreement mogelijk zijn in het Nederlands, zal het getal van de conjuncten een sterke invloed uitoefenen op de congruentie. Bij congruentie met het eerste conjunct zal het getal van het werkwoord afhangen van het getal van het eerste conjunct. Daaruit volgt ook dat de volgorde van de conjuncten een rol zal spelen. Bij coördinaties met zowel een enkelvoudig als een meervoudig conjunct is het belangrijk om te kijken welk getal het eerste conjunct heeft. We verwachten bijvoorbeeld dat bij een coördinatie met een meervoudig eerste en een enkelvoudig tweede conjunct er steeds een meervoudig werkwoord zal optreden. Dat komt omdat Full Agreement volgens de literatuur altijd leidt tot meervoudige congruentie en omdat hier First Conjunct Agreement ook leidt tot een meervoudig werkwoord. 8

15 We moeten in het onderzoek ook nagaan of inderdaad enkel Full Agreement en First Conjunct Agreement kunnen voorkomen in het Nederlands. Daarnaast zullen we ook kijken of congruentie met de hele coördinatie altijd leidt tot een meervoudig werkwoord. 9

16 4. Methodologie 4.1. Inleiding Zoals al vermeld in de vorige hoofdstukken, kijken we in dit onderzoek naar de variatie bij congruentie met coördinaties in het Nederlands. Om die variatie te onderzoeken, is er gekozen voor een uitgebreid corpusonderzoek. Op die manier is het mogelijk om attestaties die door moedertaalsprekers geproduceerd werden, te bekijken en te analyseren. In dit hoofdstuk van de thesis komt aan bod hoe de data voor het onderzoek verzameld en verwerkt werden. Daarbij maakten we gebruik van twee verschillende corpora, die elk focussen op een ander type van taalgebruik. Het eerste corpus, Lassy, bevat enkel geschreven materiaal, terwijl het andere corpus, het Corpus Gesproken Nederlands, uitsluitend bestaat uit gesproken uitingen. Hierdoor is het mogelijk om beide corpora te vergelijken en te kijken of er verschillen op te merken zijn. Een ander voordeel van het gebruik van meerdere corpora is dat we op die manier voldoende attestaties kunnen verkrijgen. Zo kunnen we een algemeen beeld te zien krijgen van congruentie met coördinaties in het Nederlands. In dit hoofdstuk komen in de secties 4.2 en 4.3 de twee verschillende corpora aan bod. Er wordt besproken hoe de corpora zijn opgebouwd en hoe we de data eruit hebben gehaald. Vervolgens lichten we in sectie 4.4 toe hoe de data werden samengezet. Daarbij komen ook de kenmerken aan bod die we aan elke uiting hebben toegekend. Op basis van die kenmerken kunnen we later kijken welke factoren een invloed uitoefenen op de werkwoordscongruentie. In sectie 4.5 volgt een conclusie van het methodologische deel Lassy Het eerste corpus dat we gebruikten, is Lassy. De naam staat voor Large Scale Syntactic Annotation of Written Dutch. Zoals al vermeld, bevat dit corpus enkel geschreven materiaal. De omvang ervan is ongeveer één miljoen woorden. Bovendien zijn de zinnen voorzien van syntactische annotaties, zoals de naam al doet vermoeden. Zo is er bij elke uiting een boomstructuur aanwezig die de hiërarchische relatie tussen de verschillende constituenten weergeeft. Elk individueel woord is bovendien voorzien van informatie over zijn woordsoort. Deze elementen zorgen ervoor dat het gemakkelijker wordt om te zoeken naar specifieke syntactische constructies binnen het corpus (Augustinus & Van Eynde, 2014). Voor dit onderzoek was het nodig om alle uitingen te zoeken die een coördinatie bevatten. Daarvoor is gebruik gemaakt van een tool die toelaat om binnen Lassy te zoeken naar specifieke syntactische structuren, namelijk de tool GrETEL (Augustinus & Van Eynde, 2014). Hierbij is het mogelijk om via een voorbeeldzin een zoekinstructie op te stellen die alle coördinaties uit het corpus haalt. We kozen voor dit onderzoek voor volgende voorbeeldzin: Een man en een vrouw staan. Deze zin bevat een 10

17 coördinatie met twee conjuncten en een werkwoord. Een volgende stap in GrETEL laat toe om aan te duiden welke elementen in de voorbeeldzin optioneel zijn en welke verplicht. Als eerste hebben we ervoor gezorgd dat de twee conjuncten optioneel waren. De twee conjuncten zijn allebei substantieven in de voorbeeldzin, maar we willen in dit onderzoek ook op zoek gaan naar coördinaties met bijvoorbeeld voornaamwoorden. De optionaliteit van de twee conjuncten in deze zoekopdracht zorgt ervoor dat GrETEL op zoek gaat naar conjuncten van verschillende woordklassen en zo zullen we ook coördinaties met voornaamwoorden uit het corpus kunnen halen. De en, het voegwoord dat de conjuncten verbindt, moest daarentegen een verplicht onderdeel worden in de constructie, aangezien elke coördinatie zo n voegwoord bevat. Het laatste element in de voorbeeldzin is het werkwoord. Bij deze knoop moesten we duidelijk maken dat dezelfde woordklasse, dus de werkwoorden, moet voorkomen bij de coördinatie. Het onderzoek kijkt namelijk naar de congruentie met coördinaties en daarbij moeten we bepalen of het werkwoord in het enkelvoud of in het meervoud voorkomt. De zoekopdracht zorgt er in dit geval voor dat er zowel naar enkelvoudige als meervoudige werkwoorden gezocht wordt. Als laatste stap was het ook nodig aan te geven dat de coördinaties in zowel hoofdzinnen als bijzinnen mochten voorkomen. Uiteindelijk leverde dit de volgende zoekopdracht op: Figuur 1: syntactische structuur van de zoekopdracht. We zien in deze structuur een Conjunction Phrase, die de conjuncten verbindt met het voegwoord en, en een werkwoord. Ze staan in een onderlinge relatie waarbij de coördinatie het onderwerp is van het werkwoord. Aangezien de moederknoop van de boomstructuur ongedefinieerd is, zal GrETEL naar deze structuur zoeken in zowel hoofdzinnen als bijzinnen. Daarnaast is er nog een groot voordeel verbonden aan GrETEL. Het is namelijk mogelijk om in te stellen dat de woordvolgorde van de voorbeeldzin niet dezelfde moet zijn in de zoekresultaten. Hierdoor zal de zoekinstructie zowel zoeken naar zinnen met een rechte volgorde als naar zinnen met inversie. De zoekinstructie leverde 2211 zoekresultaten op in het corpus. Het viel ook meteen op dat er voldoende variatie in werkwoordscongruentie te vinden is tussen de hits. Zinnen (16) en (17) geven hier al een voorbeeld van. (16) Voor duurzaamheid is creativiteit en samenspel nodig. [dpc-bal nl-sen.p.30.s.1] (17) De kreet en het logo moeten Europa ook de komende jaren nog gaan verkopen. [WS-U-E-A p.17.s.1] 11

18 In zin (16) zien we een enkelvoudig werkwoord, terwijl er in zin (17) gebruik gemaakt is van een meervoudig werkwoord. Tussen de 2211 hits zaten echter wel uitingen die niet bruikbaar waren voor het onderzoek. Er waren verschillende redenen die ervoor zorgden dat sommige zinnen buiten beschouwing werden gelaten. Een eerste type van uiting dat niet is opgenomen in het onderzoek is de coördinatie van twee bijzinnen. Een voorbeeld hiervan zien we in (18). (18) Voor Papua en Kalimantan geldt [dat daar zo nu en dan geweldsuitbarstingen plaatsvinden] en [dat in sommige gebieden in Papua sporadisch kidnapping voorkomt]. [WR-P-E-H p.64.s.1] Deze zin laat zien dat de coördinaties van zinnen zich anders gedragen met betrekking tot congruentie dan coördinaties van nominale constituenten. We kunnen dit vergelijken met de volgende voorbeeldzinnen: Jan en Piet lachen/*lacht versus Dat Jan slaapt en dat Piet niet slaapt is/*zijn normaal. Deze zinnen maken duidelijk dat we hier te maken hebben met twee verschillende soorten van congruentie. De resultaten tonen bovendien ook dat er telkens een enkelvoudig werkwoord optreedt als er een coördinatie van twee zinnen gebruikt wordt. Dat zou een argument kunnen zijn voor een ellipsisanalyse van de zinnen. Hierbij wordt het werkwoord weggelaten bij de tweede bijzin om zo herhaling ervan te vermijden. In voorbeeldzin (18) zijn het werkwoord ( geldt ) en de prepositionele constituent ( Voor Papua en Kalimantan ) links van de tweede bijzin weggelaten aangezien die overeenkomen met het werkwoord en de prepositionele constituent die links van de eerste bijzin staan. Dit fenomeen staat in het Nederlands bekend als een voorwaartse samentrekking. Smedts en Van Belle (2011, p ) omschrijven dit als volgt: Bij voorwaartse samentrekking blijven de gemeenschappelijke zinsdelen in het eerste lid van de nevenschikking behouden en worden ze in de daarop volgende leden geïmpliceerd. Aangezien er hier dus geen sprake is van een gecoördineerd subject, zijn dit soort constructies irrelevant voor het onderzoek. Een voorbeeld van een ander type coördinatie dat niet is opgenomen in de dataset, zien we in (19). (19) Na veertien jaar treedt pop-idool en mediafenomeen Madonna weer eens op in Nederland. [WS-U-E-A p.24.s.1] In deze uiting is het onderwerp pop-idool en mediafenomeen Madonna. Binnen dat onderwerp is Madonna het hoofd van de nominale constituent en is de coördinatie een voorbepaling daarvan. De congruentie met het werkwoord zal in dit geval dus niet gebeuren met de coördinatie, maar met het hoofd van de constituent, namelijk Madonna. Dit soort van coördinatie kwam regelmatig voor tussen de hits uit het corpus en werd steeds buiten beschouwing gelaten. 12

19 Deze redenen zorgden ervoor dat er uiteindelijk 117 hits uit het corpus Lassy niet opgenomen werden in de dataset en dus ook niet meer onderzocht werden. Het aantal onderzochte zinnen kwam zo te liggen op een totaal van Corpus Gesproken Nederlands Zoals al vermeld, hebben we voor het onderzoek nog een ander corpus gebruikt, namelijk het Corpus Gesproken Nederlands 6. Dit corpus is complementair aan Lassy. Het bevat eveneens ongeveer een miljoen woorden, maar er is enkel gesproken materiaal in terug te vinden. Net zoals bij Lassy zijn ook hier alle zinnen voorzien van syntactische annotaties (Augustinus & Van Eynde, 2014). Daarnaast is het ook mogelijk om het corpus te doorzoeken met GrETEL, waardoor we op een eenvoudige manier kunnen zoeken naar alle uitingen die een coördinatie bevatten. Om ervoor te zorgen dat we ook hier alle coördinaties uit het corpus konden halen, gingen we op exact dezelfde manier te werk als bij Lassy. We gaven dezelfde voorbeeldzin in in GrETEL, namelijk De man en de vrouw staan. Hierdoor zocht de zoekmachine naar dezelfde boomstructuur als bij het vorige corpus. De syntactische structuur wordt nogmaals weergegeven in onderstaande figuur. Figuur 2: syntactische structuur van zoekopdracht. De zoekinstructie leverde in dit corpus 472 hits op. Ook hier is er duidelijk variatie in congruentie te merken bij de hits, zoals we kunnen zien bij voorbeelden (20) en (21). (20) dus daar komt dan spelling en spraakkunst zeker eigenlijk maar op de laatste plaats. [fvb ] (21) Zweden en Turkije hebben nul punten. [fvk ] Net als bij Lassy waren niet alle hits bruikbaar voor het onderzoek. We lieten hierbij 72 hits buiten beschouwing. Dit gebeurde deels om dezelfde redenen, maar er waren ook andere types van 6 Het Corpus Gesproken Nederlands zal in het vervolg van de thesis afgekort worden als CGN. 13

20 constructies met coördinaties te vinden die ervoor zorgden dat een bepaalde zin niet werd opgenomen in de dataset. In het CGN zagen we ten eerste een aantal zinnen waarbij twee bijzinnen gecoördineerd waren. In de vorige sectie maakten we al duidelijk dat de congruentie anders verloopt bij de coördinaties van twee zinnen dan bij coördinaties van nominale constituenten. In (22) zien we een hier een voorbeeld van uit het CGN. (22) van die kant is 't ook goed dat Jan intern is en dat hij niet de hele week hier is. [fva ] Een ander soort zin dat niet is opgenomen in het onderzoek zien we in (23). (23) 't is veel vegetatie en zo. [fva ] Het tweede conjunct zo kunnen we niet echt als een deel van een coördinatie beschouwen. Vermoedelijk is de en zo gecoördineerd met de hele zin en niet met het subject. Een argument hiervoor kunnen we zien in de volgende voorbeeldzin: Hij slaapt altijd en zo. De coördinatie gebeurt hier op zinsniveau, maar de en zo lijkt dezelfde functie in de zin te hebben als bij uiting (23). Daarnaast kunnen we ook nog een aantal extra voorbeelden 7 geven die aantonen dat het werkwoord systematisch zal congrueren met het eerste conjunct. (24) Hij legt uit wat een coördinatie en zo is. (25) Informatica en zo is moeilijk voor mij. (26) Sport en zo heeft veel voordelen. Een ander type constructie dat we buiten beschouwing hebben gelaten, is het uitdrukken van sommen. In Lassy kwam dit niet voor, maar in CGN waren er toch een aantal zinnen te vinden die een som uitdrukten. (27) één en drie is vier. [fna ] In voorbeeldzin (27) spreekt de spreker een eenvoudige optelsom uit. De en in deze constructie betekent eigenlijk plus. We kunnen hier dus niet spreken van echte coördinatie. De voorbeelden geven weer dat het nodig was om de data uit de corpora op te schonen voordat we aan het echte onderzoek konden beginnen. Uiteindelijk werden er in totaal, dus uit beide corpora, 189 zinnen buiten beschouwing gelaten. Met de overige 2494 uitingen konden we wel aan de slag. 7 Deze voorbeelden komen niet uit de resultaten, maar dienen hier ter verduidelijking. 14

21 4.4. Catalogiseren van de data Nu we alle bruikbare data uit de twee corpora hebben gehaald, kunnen we ze allemaal samenzetten. De data die overbleven uit de vorige ronde hebben we in een Excel-bestand gezet en gecatalogiseerd op basis van de verschillende criteria. Het eerste en ook belangrijkste kenmerk is het getal van het vervoegde werkwoord. Gebruikt de spreker of schrijver een enkelvoudig of meervoudig werkwoord? Dit is meteen ook de afhankelijke variabele van ons onderzoek. De bedoeling is om te kijken welke andere factoren een rol spelen bij het kiezen van het getal van de persoonsvorm. Een eerste factor die belangrijk kan zijn is het getal van de conjuncten binnen de coördinatie. De conjuncten kunnen ofwel enkelvoudig zijn ofwel meervoudig. Bij de coördinaties met twee conjuncten zijn er vier verschillende combinatiemogelijkheden. Er kan een combinatie van twee meervoudige conjuncten of van twee enkelvoudige conjuncten optreden. De twee andere combinaties bevatten zowel een enkelvoudig als een meervoudig conjunct. Het is dan mogelijk dat het eerste conjunct enkelvoudig is en het tweede meervoudig, maar ze kunnen ook in omgekeerde volgorde voorkomen. Die volgorde kan eventueel belangrijk zijn voor het onderzoek. Als het werkwoord immers in het enkelvoud staat en maar een van de twee conjuncten is enkelvoudig, dan is het mogelijk om te bepalen met welk conjunct (het eerste of het tweede) de congruentie gebeurt. Bij een coördinatie met twee enkelvoudige conjuncten is dit veel moeilijker te bepalen. Een paar voorbeelden kunnen dit verduidelijken. (28) Rechts staat de burgemeester en zijn schepenen in clownskostuum. [wiki-832.p.31.s.3] (29) Tegelijkertijd zorgde de ontwikkeling van de dienstensector en moderne lichte industrie en de investeringen van een aantal grote multinationals in Vlaanderen voor een economische bloei. [WR-P-E-H p.256.s.3] (30) In de ventilator kan vuil en vet zich ophopen. [WR-P-P-C p.16.s.3] (31) op een boerderij waar uh geen bus en geen trein in onmiddellijk bereik was. [fnb ] Zinnen (28) en (29) geven voorbeelden van coördinaties met eerst een enkelvoudig en daarna een meervoudig conjunct. Het vervoegde werkwoord staat bij beide uitingen in het enkelvoud. Hier heeft er dus congruentie plaatsgevonden tussen het werkwoord en het eerste conjunct. De volgende twee voorbeeldzinnen, (30) en (31), bevatten twee enkelvoudige conjuncten en een enkelvoudig werkwoord. Hier kunnen we dus niet met zekerheid zeggen met welk conjunct de congruentie verlopen is. In de dataset werd het getal van de conjuncten bij elke uiting apart bepaald en benoemd. Tussen de hits stonden ook uitingen die meer dan twee conjuncten bevatten. Ook voor deze zinnen is er gekeken naar het getal van de conjuncten. Hier waren theoretisch oneindig veel combinaties mogelijk. In de resultaten vonden we 41 verschillende combinaties. In zin (32) zien we een voorbeeld van een coördinatie met drie conjuncten, waarvan de eerste twee enkelvoudig zijn en het derde meervoudig. 15

22 (32) De chauffeur, zijn bijrijder en zes andere Nederlandse mariniers raakten gewond. [WR-P-P- H p.3.s.3] In totaal vonden we 412 coördinaties met meer dan twee conjuncten. Dat aantal vormt bijna een vijfde van het totaal aantal coördinaties. Het is dan ook nodig om deze mee te betrekken in het onderzoek. Een volgende factor die een invloed kan hebben op de werkwoordscongruentie, is het zinstype waarin de coördinatie voorkomt. Met zinstype bedoelen we hier of het om een hoofdzin of een bijzin gaat (Sybesma, 2002). Bij het doorzoeken van de corpora hadden we ervoor gekozen om coördinaties te zoeken in zowel hoofdzinnen als bijzinnen. In het onderzoek kunnen we vervolgens kijken of er een invloed van zinstype op de congruentie tussen het werkwoord en de coördinatie te vinden is. De bijzin in het Nederlands heeft een paar opmerkelijke eigenschappen. Zo is het enkel mogelijk om een rechte volgorde te hanteren in de bijzin, inversie is hier uitgesloten. Daarnaast zien we ook het object op een andere plaats verschijnen in de zin. Een paar voorbeelden kunnen dit duidelijk maken. (33) Jan slaapt. (34) Slaapt Jan? (35) Ik weet dat Jan slaapt. (36) Ik weet niet of Jan slaapt. / *slaapt Jan. (37) Ik lees een boek. (38) Jan ziet dat ik een boek lees. Zinnen (33) tot en met (36) geven aan dat inversie in de hoofdzin perfect mogelijk is, maar onmogelijk wordt in de bijzin. De volgende twee voorbeeldzinnen, (37) en (38), tonen aan dat het object in een hoofdzin na het vervoegde werkwoord komt en in de bijzin voor de persoonsvorm staat. Deze kenmerken van de bijzin kunnen eventueel een effect hebben op de werkwoordscongruentie bij coördinaties. De resultaten zullen dit later kunnen bevestigen of ontkennen. Een volgend kenmerk dat een invloed kan uitoefenen op de congruentie met coördinaties, is de plaats van het werkwoord ten opzichte van de coördinatie. We zagen net al dat er in de bijzin maar één mogelijke volgorde is en dat is de rechte volgorde. Bij de hoofdzinnen konden we echter nog per zin bepalen of er sprake was van inversie of van een rechte volgorde. Bij inversie volgt het onderwerp na het werkwoord. Bij een rechte volgorde is dat omgekeerd; het onderwerp staat voor het werkwoord. 16

23 De laatste factor die nog een invloed kan uitoefenen op de congruentie, is het corpus waaruit de uiting kwam. Zoals we al zagen, bevat Lassy enkel geschreven materiaal, terwijl er in het CGN enkel gesproken data terug te vinden zijn. Het is mogelijk dat een ander soort taalgebruik ervoor zorgt dat de congruentie ook op een andere manier gebeurt. Bij elke zin werd dus aangegeven uit welk corpus hij kwam. Zo kunnen we later kijken of er verschillen op te merken zijn Conclusie In dit hoofdstuk werd uitgelegd hoe het onderzoek methodologisch is opgebouwd. We zijn begonnen met het selecteren van twee verschillende corpora, Lassy en CGN. Het voordeel van deze corpora is dat er een tool bestaat, namelijk GrETEL, die toelaat om te zoeken naar specifieke syntactische constructies. Hierdoor konden we op een eenvoudige manier alle uitingen die een coördinatie als subject bevatten, terugvinden en uit de corpora halen. Daarnaast zijn beide corpora complementair aan elkaar. Ze hebben allebei een omvang van ongeveer een miljoen woorden, maar focussen op een verschillend taalgebruik. Op die manier kunnen we in Lassy het schriftelijk taalgebruik onder de loep nemen en in het CGN het mondeling taalgebruik. We stelden een zoekinstructie op die ervoor zorgde dat alle zinnen met een coördinatie als subject uit het corpus gehaald konden worden. Dit leverde ons 2683 resultaten op. Vervolgens werden de uitingen grondig nagelezen. Hierbij viel het op dat een aantal hits niet nuttig waren voor het onderzoek. Uiteindelijk lieten we 189 zinnen buiten beschouwing. In een volgende stap werden alle uitingen samengezet in een Excel-bestand en kenden we aan elke uiting verschillende kenmerken toe. Die kenmerken zijn de volgende: het getal van het werkwoord, het getal van de conjuncten, het type zin waarin de coördinatie voorkwam (hoofdzin of bijzin), de positie van het werkwoord ten opzichte van de coördinatie en het corpus waaruit de uiting voortkwam. In het vervolg van de thesis zullen we nagaan of die kenmerken een invloed uitoefenen op de congruentie. Als dat zo blijkt te zijn, zal er ook een verklaring voor gezocht worden. 17

24 5. Resultaten In dit hoofdstuk komen de resultaten van het onderzoek aan bod. In het methodologische deel werd al uitgelegd hoe de dataset met de verschillende kenmerken is opgebouwd. Aan de hand van die dataset kunnen we beginnen zoeken naar verschillende congruentiepatronen. Zijn er bepaalde kenmerken die zorgen voor een meervoudig of een enkelvoudig werkwoord? Dit hoofdstuk zal de objectieve resultaten van het onderzoek weergeven. Eerst zullen we kijken naar de dataverzameling in zijn geheel, dus met de attestaties van de beide corpora (sectie 5.1). Daarbij maken we een onderverdeling tussen de coördinaties met twee conjuncten en degene met meerdere conjuncten. Nadien zullen we de twee corpora met elkaar vergelijken (sectie 5.2). Ook hierbij hanteren we dezelfde onderverdeling tussen de coördinaties met twee of meerdere conjuncten Resultaten uit de beide corpora Coördinaties met twee conjuncten Voor de volgende resultaten kijken we eerst naar de globale resultaten, dus zonder een onderscheid te maken tussen de uitingen die uit Lassy komen en degene die uit CGN voortkomen. We beginnen hier met de coördinaties met twee conjuncten te bekijken. Het voordeel hierbij is dat er maar vier verschillende combinatiemogelijkheden zijn. We kunnen in deze sectie ook kijken of de hypotheses uit hoofdstuk 3 bevestigd kunnen worden. De coördinaties met meerdere conjuncten komen later aan bod Effect van het getal van de conjuncten Eerst kijken we naar het effect van het getal van de conjuncten op het getal van het werkwoord. We merken hierbij dat de aanwezigheid van een meervoudig conjunct een invloed heeft op de congruentie met het werkwoord. Hierbij kijken we dus enkel naar de combinaties PL & PL, PL & SG en SG & PL. 8 Dit zijn dus alle coördinaties met twee conjuncten, behalve degene die bestaan uit twee enkelvoudige conjuncten. Onderstaande tabel geeft de frequentie van de verschillende soorten coördinaties weer. 8 SG staat voor singular, PL staat voor plural. 18

25 INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN PL & PL PL & SG SG & PL Tabel 1: frequentietabel van coördinaties met minstens één meervoudig conjunct. TOTAAL De eerste rij toont het getal van de conjuncten binnen de coördinaties. en staan respectievelijk voor een enkelvoudig en een meervoudig werkwoord. We merken in deze tabel op dat de aanwezigheid van een meervoudig conjunct ook een meervoudig werkwoord lijkt te veroorzaken. Er zijn in totaal maar 22 zinnen met een meervoudig conjunct en een enkelvoudig werkwoord. Als we daarbij in gedachten houden dat er in totaal 874 zinnen met coördinaties met minstens één meervoudig conjunct zijn, is dat een zeer laag aantal. Vervolgens geeft tabel 2 de frequenties van de coördinaties met twee enkelvoudige conjuncten weer. INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN TOTAAL SG & SG Tabel 2: frequentietabel van coördinaties met twee enkelvoudige conjuncten. Hier zien we dat het voorkomen van een enkelvoudig werkwoord wel gebruikelijk is. In 80,9% van de gevallen is er wel nog congruentie met een meervoudig werkwoord, maar dat betekent dat er bij toch bijna 1/5 van de zinnen met twee enkelvoudige conjuncten gekozen wordt voor een enkelvoudig werkwoord. Aan de hand van deze twee frequentietabellen kunnen we dus stellen dat zodra een meervoudig conjunct verschijnt binnen de coördinatie, we ook een meervoudig werkwoord tegenkomen. Er zijn maar een beperkt aantal, namelijk 22, uitzonderingen hierop. Het hoofdstuk over de analyse zal een structurele verklaring voor dit resultaat proberen te geven. Bij coördinaties met twee enkelvoudige conjuncten komt een enkelvoudig werkwoord vaker voor. Het getal van de conjuncten heeft dus een effect op het getal van het werkwoord Effect van zinstype Een andere factor die een invloed kon hebben op de congruentie was het verschil tussen hoofd- en bijzinnen. In het hoofdstuk 4, over de methodologie, werd duidelijk gemaakt dat de bijzin twee specifieke kenmerken bevat. Ten eerste is inversie uitgesloten in bijzinnen, het gebruik van een 19

26 rechte volgorde is verplicht. Daarnaast verschijnt het object ook op een andere plaats in de bijzin dan in de hoofdzin. Die kenmerken kunnen een invloed uitoefenen op de werkwoordscongruentie. In een frequentietabel merken we dat er weinig verschillen zijn tussen de hoofd- en bijzinnen. INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN TOTAAL TOTAAL Tabel 3: frequentietabel van coördinaties met twee conjuncten. Via een chi-kwadraattest 9 is het mogelijk om te kijken of er al dan niet significante verschillen zijn. Al snel werd duidelijk dat dit niet het geval is. Er komen, relatief gezien, ongeveer evenveel enkelvoudige werkwoorden voor in bijzinnen als in hoofdzinnen. De chi-kwadraattest bevestigt deze bemerking en geeft een p-waarde die helemaal niet significant is ( ² (0.3745, N=2082), p=0.5406). We moeten echter voorzichtig omspringen met deze bevinding. We hebben bij deze test immers alle uitingen met twee conjuncten betrokken. Er werd geen verschil gemaakt tussen inversie en rechte volgorde. In de bijzin kan echter alleen maar een rechte volgorde voorkomen, inversie is hier niet mogelijk. Daarom is de test opnieuw uitgevoerd, maar nu met enkel de zinnen met een rechte volgorde. Nu is er een groter verschil te vinden tussen hoofd- en bijzin. In de bijzin komen we vaker een enkelvoudig werkwoord tegen. Ook voor deze uitingen voerden we een chi-kwadraattest uit. De p-waarde is nu wel significant ( ² (5.4365, N=1465), p= ). We zien dat er dus toch een effect van zinstype bij de werkwoordscongruentie optreedt. Dit is wel enkel het geval als de coördinatie voor het werkwoord staat, dus als er sprake is van een rechte volgorde Effect van zinsvolgorde In een volgende stap kijken we naar een eventueel effect van de positie van het werkwoord in de zin. Op basis van de literatuur (Van Koppen, 2005) verwachten we dat een enkelvoudig werkwoord gemakkelijker kan verschijnen wanneer er sprake is van inversie. Volgens haar zou er nooit een enkelvoudig werkwoord kunnen optreden bij een rechte volgorde. Onze resultaten geven een heel ander beeld. In onze dataset zien we immers dat er bij de coördinaties met twee conjuncten 139 zinnen te vinden zijn die een rechte volgorde en een enkelvoudig werkwoord bevatten. 9 De statistische testen in dit onderzoek werden uitgevoerd in het programma R (versie 3.1.3, 2015). 20

27 INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN TOTAAL SG & SG Tabel 4: frequentietabel van coördinaties met twee enkelvoudige conjuncten. In bovenstaande frequentietabel kunnen we wel kijken of er bij een bepaalde volgorde vaker een enkelvoudig werkwoord voorkomt. Om dit te testen gebruiken we enkel de uitingen met twee enkelvoudige conjuncten, aangezien er bij de andere coördinaties amper zinnen te vinden zijn met een enkelvoudig werkwoord. We zien hierbij dat bij uitingen met inversie 27,9% van de coördinaties congrueert met een werkwoord in het enkelvoud. Als er sprake is van een rechte volgorde ligt die frequentie beduidend lager. Bij 15,8% van die gevallen zien we een enkelvoudig werkwoord optreden. In een vorige paragraaf werd wel al duidelijk dat er verschillende resultaten optreden in de bijzin en de hoofdzin. Het is dus nuttig om bij de rechte volgorde nog een opdeling te maken op basis van het type van zin. Als we dit doen, merken we dat in de hoofdzin, met rechte volgorde, maar 13,9% van de uitingen een enkelvoudig werkwoord bevatten. Bij de bijzin krijgen we andere resultaten; daar zien we een frequentie van 20,5% optreden bij de enkelvoudige werkwoorden. Om te testen of deze verschillen ook significant zijn, voeren we drie nieuwe chi-kwadraattesten uit. Een eerste test of er een verschil te vinden valt tussen zinnen met een rechte volgorde en zinnen met inversie. Hierbij wordt geen rekening gehouden met het feit of de uiting in de bijzin of in de hoofdzin staat. De test geeft aan dat de verschillen hier zeer significant zijn ( ² ( , N=1208), p <0.001). Een tweede test houdt enkel rekening met de attestaties uit de hoofdzinnen en laat de bijzinnen buiten beschouwing. Aangezien de verschillen hier nog groter zijn (27,9% enkelvoudige werkwoorden bij inversie, tegenover 13,9% bij rechte volgorde), verwachten we hier ook een zeer significant resultaat. De p-waarde van de test is hier ook zeer laag ( ² ( , N= 969), p <0.001) en bevestigt dus deze verwachting. Bij de laatste chi-kwadraattest worden opnieuw alle attestaties betrokken, maar deze keer worden de hoofdzinnen opgesplitst naargelang ze een rechte volgorde of inversie bevatten. Ook hier gaf de test een significant effect weer ( ² (29.849, N=1208), p <0.001). Volgende figuur maakt duidelijk waar de verschillen zich bevinden. 21

28 Figuur 3: frequentie enkelvoudige en meervoudige werkwoorden in bijzinnen en hoofdzinnen met rechte volgorde en inversie. 10 De figuur geeft aan dat een enkelvoudig werkwoord het vaakst voorkomt in hoofdzinnen met inversie. In bijzinnen zien we ook regelmatig een werkwoord in het enkelvoud. Bij hoofdzinnen met een rechte volgorde ligt de frequentie van de enkelvoudige werkwoorden lager. De test toonde al aan dat de verschillen ook significant zijn Overige resultaten Een volgende bevinding bij de resultaten van coördinaties met twee conjuncten, is dat er een algemene voorkeur voor een meervoudig werkwoord lijkt te zijn. Onderstaande frequentietabel toont dit aan. INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN INVERSIE RECHTE VOLGORDE BIJZIN TOTAAL TOTAAL Tabel 5: frequentietabel van coördinaties met twee conjuncten. In 87,9% van de gevallen zien we een zin waarbij het getal van het werkwoord meervoudig is. We zagen al dat het voorkomen van het enkelvoudig werkwoord zich voornamelijk beperkt tot de coördinaties met twee conjuncten. In deze categorie zien we dat in 18,7% van de zinnen de persoonsvorm in het enkelvoud verschijnt. Dat betekent echter dat er toch ook bij deze categorie een vrij grote voorkeur voor het meervoud bestaat. Ten slotte merken we nog op dat er een groot verschil is tussen de frequentie van nietcorresponderende coördinaties en die van de corresponderende coördinaties. Met nietcorresponderende coördinaties bedoelen we de uitingen die zowel een enkelvoudig als een 10 De afkortingen BZ RV, HZ INV en HZ RV in figuur 3 betekenen respectievelijk: bijzin met rechte volgorde, hoofdzin met inversie en hoofdzin met rechte volgorde. 22

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting Nederlandse Samenvatting Agrammatische Broca-afasie wordt meestal veroorzaakt door een hersenbeschadiging in (de omgeving) van het gebied van Broca (Brodmann s areas 44 en 45). Hierdoor krijgt de patiënt

Nadere informatie

Inleiding. Syntaxis: de combinaties van woorden tot woordgroepen en zinnen.

Inleiding. Syntaxis: de combinaties van woorden tot woordgroepen en zinnen. Zinnen 2 Inleiding Syntaxis: de combinaties van woorden tot woordgroepen en zinnen. Wat voor rol spelen de kenmerken van de woorden hierbij? Wat voor soort woordvolgordes vinden we? Hoe kunnen die woordvolgordes

Nadere informatie

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen

Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Samenvatting Transfer en toegang tot Universele Grammatica in tweedetaalverwerving door volwassenen Negen casestudies naar de verwerving van het Engels, Duits en Zweeds door volwassen moedertaalsprekers

Nadere informatie

Semantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp

Semantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp Semantic Versus Lexical Gender M. Kraaikamp Samenvatting Semantisch versus lexicaal geslacht: synchrone en diachrone variatie in Germaanse geslachtscongruentie De meeste Germaanse talen, waaronder het

Nadere informatie

Zoeken in een Afrikaans corpus: baie maklik! Liesbeth Augustinus Ineke Schuurman Vincent Vandeghinste Peter Dirix Frank Van Eynde

Zoeken in een Afrikaans corpus: baie maklik! Liesbeth Augustinus Ineke Schuurman Vincent Vandeghinste Peter Dirix Frank Van Eynde Zoeken in een Afrikaans corpus: baie maklik! Liesbeth Augustinus Ineke Schuurman Vincent Vandeghinste Peter Dirix Frank Van Eynde Colloquium Afrikaans - 23 oktober 2015 AFRIBOOMS PROJECT Syntactisch geannoteerd

Nadere informatie

EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST

EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST EEN SEXTANT VOOR EEN TAALSPECIALIST Bijdragen tot Joost Buysschaert in profiel Onder redactie van Sonia Vandepitte Bart Defrancq Lieve Jooken 37 JOOST WAS HET GEWOON OM DERGELIJKE ZINNEN TE ANALYSEREN.

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands Congruentie is het verschijnsel in natuurlijke taal dat de vorm van het ene woord afhangt van de kenmerken van een ander woord. Zo hangt in het Nederlands de vorm van het

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20984 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Hosono, Mayumi Title: Object shift in the Scandinavian languages : syntax, information

Nadere informatie

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven.

* Mijn vader vindt dat je aan make-up niet te veel geld aan moet uitgeven. 1.8 Nederlands formuleren Als je zuiver Nederlands schrijft, moet je net als een verzorgde spelling een verzorgde zinsbouw gebruiken. Veel voorkomende fouten moet je daarbij vermijden. Deze fouten vind

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Module 9

Samenvatting Nederlands Module 9 Samenvatting Nederlands Module 9 Samenvatting door een scholier 1519 woorden 26 juni 2004 7,5 55 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Kiliaan Module 9: A3 Tekstsoorten A4 Structuur van de boodschap C4

Nadere informatie

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 7

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 7 LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 7 2/121 Vandaag: vierde college Regeer- en Bindtheorie (4/6) 3/121 Vorige colleges:! structuur van alle woordgroepen (X -theorie) XP YP X X ZP specifier

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het programma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden op het

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

Onderzoek naar het hulpwerkwoord OP

Onderzoek naar het hulpwerkwoord OP Onderzoek naar het hulpwerkwoord OP Inleiding In 2010 is het Nederlandse Gebarencentrum een onderzoek gestart naar hulpwerkwoorden (auxilaries) binnen de Nederlandse Gebarentaal (NGT). In de Nederlandse

Nadere informatie

Formuleren voor gevorderden

Formuleren voor gevorderden Formuleren voor gevorderden Het Muiswerkprogramma Formuleren voor Gevorderden is gemaakt voor leerlingen in de bovenbouw van het voortgezet onderwijs en voor leerlingen in mbo en hbo voor wie vaardigheden

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands formuleren

Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting Nederlands formuleren Samenvatting door een scholier 1199 woorden 3 maart 2016 7,5 2 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Samenvatting formuleren Par 1 dubbelop

Nadere informatie

R.A.N. (Romy) van Drie BA Nederlandse Taal en Cultuur, Universiteit Utrecht, Utrecht, Nederland.

R.A.N. (Romy) van Drie BA Nederlandse Taal en Cultuur, Universiteit Utrecht, Utrecht, Nederland. 26 LingUU 1.1 2017 Research Of dat en de gevolgen voor de C-projectie Een nadere analyse van of dat als complex voegwoord Of dat and its consequences for the CP: A further analysis of of dat as a complex

Nadere informatie

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren

Formuleren. Doelgroep Formuleren. Omschrijving Formuleren Formuleren Muiswerk Formuleren is een programma dat aandacht besteedt aan de belangrijkste stof die in de eerste klassen van het voortgezet onderwijs veelal aan de orde komt. Doelgroep Formuleren Formuleren

Nadere informatie

Transparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens

Transparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens Transparency in Language: A Typological Study S.C. Leufkens Transparency in language. A typological study Sterre Leufkens Een taal kun je zien als een verzameling vormen (woorden, zinnen, klanken, regels),

Nadere informatie

Eigen vaardigheid Taal

Eigen vaardigheid Taal Eigen vaardigheid Taal Door middel van het beantwoorden van de vragen in dit blok heeft u inzicht gekregen in uw kennis en vaardigheden van de grammatica en spelling van de Nederlandse taal. In het overzicht

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands In het Standaardnederlands wordt de congruentierelatie tussen het onderwerp en het werkwoord uitgedrukt door vervoeging op het werkwoord. Dit is geïllustreerd in het onderstaande

Nadere informatie

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8

1 WOORDSOORTEN 3 2 ZINSDELEN 8 Deel 1 Grammatica 1 1 WOORDSOORTEN 3 1.1 Tot welke woordsoort behoren de onderstreepte woorden in de volgende zinnen? 3 1.2 Multiple choice. Benoem de onderstreepte woorden 4 1.3 Benoem de onderstreepte

Nadere informatie

De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 47. Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991.

De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie / 15:06 Pag. 47. Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991. De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie 07-11-13 / 15:06 Pag. 47 47 Kaart 17. Ik heb de band lek, getekend door C. van Bree in 1991. De kaartenbank.indd Sander Pinkse Boekproductie 07-11-13 / 15:06

Nadere informatie

Inleiding: Combinaties

Inleiding: Combinaties Zinnen 1 Inleiding: Combinaties Combinaties op verschillende niveaus: Lettergrepen als combinaties van fonemen. Woorden als combinaties van morfemen. Zinnen als combinaties van woorden en woordgroepen.

Nadere informatie

College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren

College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren Semantiek CKI/CAI Utrecht, herfst 2008 College 4: Gegeneraliseerde Kwantoren Onderwerpen: NP denotaties als verzamelingen van verzamelingen, monotoniciteit bij kwantoren, determiner denotaties als relaties

Nadere informatie

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 12

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 12 LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 12 2/96 Vandaag: derde college Minimalisme (3/4) 3/96 Minimalisme! voortzetting van de generatieve syntaxis (1991-heden)! kernidee: de grammatica

Nadere informatie

Toets grammaticale termen met sleutel

Toets grammaticale termen met sleutel Schrijf Vaardig 1, 2 en 3 Methode met grammaticale opbouw voor anderstaligen Toets grammaticale termen met sleutel Marilene Gathier u i t g e v e r ij c o u t i n h o c bussum 2012 Deze toets hoort bij

Nadere informatie

DE SAMENGESTELDE ZIN ONDERWERPSZIN. ( Wie niet sterk is ),( moet ) [ slim ] { zijn }.

DE SAMENGESTELDE ZIN ONDERWERPSZIN. ( Wie niet sterk is ),( moet ) [ slim ] { zijn }. 1 DE SAMENGESTELDE ZIN Voordat een zin als samengestelde zin ontleed kan worden, moet hij eerst als enkelvoudige zin ontleed zijn, d.w.z. in een zin met maar één persoonsvorm ( en andere zinsdelen). Een

Nadere informatie

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 11

LTX016B05. Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis. College 11 LTX016B05 Nieuwe ontwikkelingen in de syntaxis College 11 2/68 Vandaag: tweede college Minimalisme (2/4) 3/68 Minimalisme! voortzetting van de generatieve syntaxis (1991-heden)! kernidee: de grammatica

Nadere informatie

A. Coördinatie / nevenschikking = HOOFDZIN + HOOFDZIN Een hoofdzin heeft dezelfde grammaticale constructie als de simpele zin!

A. Coördinatie / nevenschikking = HOOFDZIN + HOOFDZIN Een hoofdzin heeft dezelfde grammaticale constructie als de simpele zin! A. Coördinatie / nevenschikking = HOOFDZIN + HOOFDZIN Een hoofdzin heeft dezelfde grammaticale constructie als de simpele zin! 7 CONJUNCTIES * EN * MAAR *WANT *OF (betekenis: koffie of thee) * DUS * NOCH

Nadere informatie

1) Anakoloet. 2) Asymmetrie. = ontspoorde, niet goed lopende zin. = ongelijkheid in bouw en vorm van een zin (ruim begrip)

1) Anakoloet. 2) Asymmetrie. = ontspoorde, niet goed lopende zin. = ongelijkheid in bouw en vorm van een zin (ruim begrip) 1) Anakoloet = ontspoorde, niet goed lopende zin 2) Asymmetrie = ongelijkheid in bouw en vorm van een zin (ruim begrip) 3) Barbarisme = woord dat is overgenomen uit een vreemde taal (uit Engels = anglicisme;

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands Dit proefschrift gaat over de grammatica van het Makhuwa. Deze Bantoetaal wordt gesproken in het noorden van Mozambique en het zuiden van Tanzania. Naar schatting zijn er

Nadere informatie

Person Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen

Person Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen Person Markers in Spoken Spontaneous Israeli Hebrew. A Systematic Description and Analysis S. Cohen Persoonsmarkeerders in het Spontaan Gesproken Israelisch Hebreeuws (Samenvatting) Het corpus-gebaseerde

Nadere informatie

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen

Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Samenvatting Zoeken naar en leren begrijpen van speciale woorden Herkenning en de interpretatie van metaforen door schoolkinderen Onderzoek naar het gebruik van metaforen door kinderen werd populair in

Nadere informatie

Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad

Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad Niveauproef voor Nederlands in ASO 3 de graad Waarom? Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De vaardigheden

Nadere informatie

Samenvatting. subject I

Samenvatting. subject I 221 Samenvatting Recente ontwikkelingen in de generatieve taalkunde hebben niet geleid niet tot nieuwe inzichten omtrent de factoren die de positie van het finiete werkwoord in een bevestigende zin bepalen.

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Correct formuleren

Samenvatting Nederlands Correct formuleren Samenvatting Nederlands Correct formuleren Samenvatting door L. 781 woorden 11 december 2012 1 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling VZ wordt twee keer gebruikt.

Nadere informatie

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw.

Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Grammatica op maat Het Muiswerkprogramma Grammatica op maat bestrijkt de grammatica die nodig is voor het leren van de Nederlandse spelling en zinsbouw. Doelgroepen Grammatica op maat Dit programma is

Nadere informatie

FORMULEREN Vragen + antwoorden

FORMULEREN Vragen + antwoorden FORMULEREN Vragen + antwoorden Dubbelopfouten Welke dubbelopfouten zijn er? (bij elke soort een voorbeeld) A. onjuiste herhaling (daarin heb ik nu geen zin in) B. foutief pleonasme (de ouderloze wees)

Nadere informatie

Hoofdstuk 18. Verbanden tussen variabelen vaststellen en interpreteren

Hoofdstuk 18. Verbanden tussen variabelen vaststellen en interpreteren Hoofdstuk 18 Verbanden tussen variabelen vaststellen en interpreteren Analyse van verbanden Analyse van verbanden: bij de analyse van verbanden stel je vast of er een stabiel verband bestaat tussen twee

Nadere informatie

PRINCIPES VAN DE NEDERLANDSE WOORDVOLGORDE Magda Devos, Universiteit Gent

PRINCIPES VAN DE NEDERLANDSE WOORDVOLGORDE Magda Devos, Universiteit Gent PRINCIPES AN DE NEDERLANDSE WOORDOLGORDE Magda Devos, Universiteit Gent De Nederlandse woordvolgorde beantwoordt aan verschillende soorten principes: syntactische of structuurprincipes, semantisch-relationele

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/40632 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Meelen, M. Title: Why Jesus and Job spoke bad Welsh : the origin and distribution

Nadere informatie

2 Lesstof Formuleren

2 Lesstof Formuleren LESSTOF Formuleren 2 Lesstof Formuleren INHOUD INLEIDING... 4 STRUCTUUR... 4 INHOUD... 8 TOT SLOT... 18 Lesstof Formuleren 3 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn computerprogramma s voor het onderwijs. De

Nadere informatie

i n h o u d Inhoud Inleiding

i n h o u d Inhoud Inleiding V Inhoud Inleiding IX 1 Informatie structureren 1 1.1 Onderwerp in kaart brengen 1 1.1.1 Je doel vaststellen 1 1.1.2 De lezers inschatten 2 1.1.3 Het onderwerp afbakenen 3 1.1.4 Van ideeën naar mindmap

Nadere informatie

Hoe identificeer je constituenten?

Hoe identificeer je constituenten? 5 Hoe identificeer je constituenten? In hoofdstuk 1 hebben we het idee geïntroduceerd dat zinnen structuur hebben; nu komen we in meer detail op dat onderwerp terug. We hebben in hoofdstuk 4 gezien dat

Nadere informatie

Natuurlijke-Taalverwerking 1

Natuurlijke-Taalverwerking 1 Natuurlijke-Taalverwerking 1 Week 3 Definite Clause Grammar (vervolg) Overzicht 1 DCG Hoofdzinnen en bijzinnen Betekenis Generatie Automatisch Vertalen Meer dan context-vrije grammatica Een toepassing

Nadere informatie

Samenvatting De belangrijkste onderzoeksvraag waarop het werk in dit proefschrift een antwoord probeert te vinden, is welke typen taalkundige informatie het nuttigst zijn voor de lexicale desambiguatie

Nadere informatie

Ons bin zuunig. Het gebruik van de oblieke subjectconstructie in een Zeeuws dialect

Ons bin zuunig. Het gebruik van de oblieke subjectconstructie in een Zeeuws dialect Ons bin zuunig Het gebruik van de oblieke subjectconstructie in een Zeeuws dialect Heleen Capelle (3898830) Bachelorscriptie Nederlandse taal en cultuur Universiteit Utrecht Cursuscode: NE3VD11017 Studiepunten:

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Formuleren

Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door een scholier 781 woorden 9 maart 2018 9 2 keer beoordeeld Vak Nederlands Nederlands Formuleren Misleidende tweelingen: als/dan Dan: vergrotende trap

Nadere informatie

BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN. Handleidingen

BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN. Handleidingen BIBLIOTHEEK SOCIALE WETENSCHAPPEN Handleidingen ProQuest Zoeken in ProQuest-databanken: ProQuest Sociology; Political Science; Social Science Journals; Social Services Abstracts; Sociological Abstracts

Nadere informatie

Handleiding - 26 modules 'Inburgeringsexamen A2 - Studieboek'

Handleiding - 26 modules 'Inburgeringsexamen A2 - Studieboek' www.adappel.nl - 023 76 000 21 - www.adappel.nl/boeka2 Handleiding - 26 modules 'Inburgeringsexamen A2 - Studieboek' Deze uitgebreide handleiding is bedoeld voor docenten en begeleiders van cursisten inburgering

Nadere informatie

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8.

Naam: Mijn doelenboekje. Grammatica. Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8. Naam: Mijn doelenboekje Grammatica Werelden - Eilanden - Dorpen 5 / 6 / 7 / 8 www.gynzy.com Inhoud & Legenda In dit doelenboekje zijn de volgende Werelden te vinden: Taalkundige ontleding...3 Redekundige

Nadere informatie

HUSSELAAR HANDLEIDING

HUSSELAAR HANDLEIDING HUSSELAAR HANDLEIDING Nederlands is geen gemakkelijke taal. Een speciaal probleem is wel de volgorde van de woorden in een zin. HUSSELAAR is een programma waarmee de volgorde van zinnen geoefend kan worden

Nadere informatie

Samenvatting. wh-vraagzinnen genoemd, omdat in het Engels dergelijke vraagwoorden met de letters wh beginnen.

Samenvatting. wh-vraagzinnen genoemd, omdat in het Engels dergelijke vraagwoorden met de letters wh beginnen. Samenvatting Talen verschillen in de wijze waarop woorden en zinnen of delen daarvan gecombineerd worden om een betekenisvolle expressie te vormen. Bijvoorbeeld, in de Engelse wh-vraagzin Who does John

Nadere informatie

Inleiding tot het wetenschappelijk werk

Inleiding tot het wetenschappelijk werk 3de bach FBE Inleiding tot het wetenschappelijk werk WEW / notities Q www.quickprinter.be uickprinter Koningstraat 13 2000 Antwerpen 178 3,20 1 2 Samenvatting Wetenschappelijk economisch werk (WEW) Research

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Samenvatting in het Nederlands Constructies, beperkingen en voorstellingswijze: Adposities in het Nederlands De term adpositie wordt gebruikt voor partikels, preposities (voorzetsels) en postposities (achterzetsels).

Nadere informatie

Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs anno 2010

Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs anno 2010 VIERENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS Ronde 6 Bart Masquillier VVKBaO Contact: bart.masquillier@vsko.be Praktische taalbeschouwing op de basisschool en in de eerste graad secundair onderwijs

Nadere informatie

Tellen met Taal. Het meten van variatie in zinsbouw in Nederlandse dialecten. Marco René Spruit

Tellen met Taal. Het meten van variatie in zinsbouw in Nederlandse dialecten. Marco René Spruit Tellen met Taal Het meten van variatie in zinsbouw in Nederlandse dialecten Marco René Spruit Taalkundige afstand Iedereen weet dat de afstand tussen Amsterdam en Utrecht kleiner is dan de afstand tussen

Nadere informatie

Handleiding. CROW Kennisbank. Contentmangement

Handleiding. CROW Kennisbank. Contentmangement Handleiding CROW Kennisbank Contentmangement 4-7-2013 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Hoofdstuk 1 - Navigeren door de inhoudsopgaven... 3 1.1 Indeling inhoudsopgave wijzigen... 3 1.2 Selecteren van titels

Nadere informatie

Statistiek: Herhaling en aanvulling

Statistiek: Herhaling en aanvulling Statistiek: Herhaling en aanvulling 11 mei 2009 1 Algemeen Statistiek is de wetenschap die beschrijft hoe we gegevens kunnen verzamelen, verwerken en analyseren om een beter inzicht te krijgen in de aard,

Nadere informatie

LESSTOF. Formuleren 1F

LESSTOF. Formuleren 1F LESSTOF Formuleren 1F INHOUD INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 6 Lesstof Formuleren 1F 2 INLEIDING Muiswerk-programma s zijn web-based programma s voor het onderwijs. Dat betekent dat gebruikers

Nadere informatie

6.2. Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei keer beoordeeld. Nederlands. Paragraaf 1. Dubbel op. Onjuiste herhaling

6.2. Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei keer beoordeeld. Nederlands. Paragraaf 1. Dubbel op. Onjuiste herhaling Boekverslag door C. 727 woorden 17 mei 2016 6.2 3 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Nederlands Paragraaf 1 Dubbel op Onjuiste herhaling 2x een voorzetsel wordt gebruikt, maar 1 overbodig

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Module 2

Samenvatting Nederlands Module 2 Samenvatting Nederlands Module 2 Samenvatting door een scholier 885 woorden 29 januari 2004 6,3 23 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Taallijnen Het PR-model kun je op 3 manieren gebruiken: 1. Het

Nadere informatie

9. Schrijfopdrachten

9. Schrijfopdrachten 9.1 Poëzie doel Creatief schrijven activeren voorkennis toepassen kennis wanneer n.v.t. groepssamenstelling individueel duur 20 minuten De leerkracht geeft leerlingen een begrip, apparaat, mening, enzovoort.

Nadere informatie

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel

Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Rapport voor deelnemers M²P burgerpanel Weergaven van publieke opinie in het nieuws en hun invloed op het publiek Dit rapport beschrijft de resultaten van een onderzoek over weergaven van publieke opinie

Nadere informatie

A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali. geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt

A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali. geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt Summary 352 12. Samenvatting A Grammar of Tadaksahak, a Northern Songhay Language of Mali geeft een beschrijving van de taal Tadaksahak, die gesproken wordt door de Idaksahak, een groep van ongeveer 30.000

Nadere informatie

SAMENVATTING Het doel van dit proefschrift is drieledig. Ten eerste wordt inzicht verschaft in het gebruik van directe-rede-constructies (bijvoorbeeld Marie zei: Kom, we gaan! ) door sprekers met afasie.

Nadere informatie

Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing:

Algemene informatie: Wat moet je kennen: Wat moet je kunnen: Toetsing: PIT IG3 2017-2018 Trimester 3 Vak: Nederlands Onderdeel: Grammatica -- RKW Week 25 t/m 36 Onderdeel: Grammatica Woordsoorten en Zinsdelen Nieuw Nederlands 3 havo 5 e editie H5 Klare Taal Extra Hoofdstuk

Nadere informatie

Lezen. Doelgroep Lezen. Omschrijving Lezen

Lezen. Doelgroep Lezen. Omschrijving Lezen Lezen Het programma is met name geschikt voor groepen waarin grote niveauverschillen bestaan en voor leerlingen die het gewone oefenen met teksten niet interessant meer vinden. Doelgroep Lezen Muiswerk

Nadere informatie

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die worden uitgevoerd om uit het gevonden bronnenmateriaal

Nadere informatie

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3

CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 CVO Tweedekansonderwijs Antwerpen NIVEAUBEPALING NEDERLANDS ASO 3 Voor Nederlands zijn er 3 modules van elk 4 uur per week. De uren worden aansluitend gegeven, het gaat dus om een volledige namiddag. De

Nadere informatie

Gegeneraliseerde Kwantoren

Gegeneraliseerde Kwantoren Semantiek CKI Utrecht, lente 2012 Gegeneraliseerde Kwantoren Onderwerpen: NP denotaties als verzamelingen van verzamelingen, monotoniciteit bij kwantoren, determiner denotaties als relaties tussen verzamelingen,

Nadere informatie

Lesplan Conflicten en natuurlijke rijkdommen in Afrika Werkbladen

Lesplan Conflicten en natuurlijke rijkdommen in Afrika Werkbladen Lesplan Conflicten en natuurlijke rijkdommen in Afrika Werkbladen Introductie: GIS zijn handige instrumenten om de verbanden te onderzoeken tussen verschillende ruimtelijke fenomenen. Deze les laat je

Nadere informatie

(werkwoordelijk gezegde)

(werkwoordelijk gezegde) Grammatica 1F Grammatica 1F bestrijkt de basisregels van de Nederlandse grammatica die op de basisschool worden aangeleerd en waarmee in het voortgezet onderwijs meestal nog wordt geoefend. Doelgroepen

Nadere informatie

Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis

Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis Inleveropdracht 1: Morfologie & Syntaxis Inleiding Taalkunde 2013 Lever de uitwerking van deze opgaves op papier in tijdens college of in het cursuspostvak op Trans 10, kamer 0.16b (dat is de kamer direct

Nadere informatie

Samenvatting Nederlands Formuleren

Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting Nederlands Formuleren Samenvatting door Luca 1052 woorden 28 maart 2016 8,2 1 keer beoordeeld Vak Methode Nederlands Nieuw Nederlands Dubbelop Onjuiste herhaling; Tautologie; Pleonasme; Contaminatie;

Nadere informatie

2 n 1. OPGAVEN 1 Hoeveel cijfers heeft het grootste bekende Mersenne-priemgetal? Met dit getal vult men 320 krantenpagina s.

2 n 1. OPGAVEN 1 Hoeveel cijfers heeft het grootste bekende Mersenne-priemgetal? Met dit getal vult men 320 krantenpagina s. Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal is een natuurlijk getal groter dan 1 dat slechts deelbaar is door 1 en door zichzelf. Om technische redenen wordt

Nadere informatie

Boek.be Adresgids. Beknopte handleiding Frank Salliau 12 mei 2009

Boek.be Adresgids. Beknopte handleiding Frank Salliau 12 mei 2009 Boek.be Adresgids Beknopte handleiding Frank Salliau 12 mei 2009 Wat is de adresgids? De adresgids is een website waarop je de adressen en contactgegevens van de leden van het Huis van het Boek kunt raadplegen.

Nadere informatie

Een hele eenvoudige benadering van de oplossing van dit probleem die men wel voorgesteld heeft, is de volgende regel:

Een hele eenvoudige benadering van de oplossing van dit probleem die men wel voorgesteld heeft, is de volgende regel: Accent op voorzetsels en partikels Het tweede probleem dat ik wil gebruiken ter illustratie is een probleem dat meer van belang is voor de spraaktechnologie. Een van de technologieën die spraaktechnologen

Nadere informatie

Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen

Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen Syntheseproef kerst 2013 Theoretische richtingen Vooraf De syntheseproef bestaat uit een aantal onderdelen. 1. Schriftelijke taalvaardigheid Het verslag dat je maakte van de aidsgetuigenis van Kristof

Nadere informatie

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT)

Programma van Inhoud en Toetsing (PIT) 2016-2017 Vak: Nederlands Klas: vmbo-tl 2 Onderdeel: Spelling 1 & 2 Digitale methode 1F Spelling: verdubbeling en verenkeling. 1F Spelling: vorming van het bijvoeglijk naamwoord. 1F Werkwoordspelling waarvan

Nadere informatie

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse Samenvatting 11 Nederlandse Samenvatting Bij beslissingen over het al dan niet vergoeden van behandelingen wordt vaak gebruikt gemaakt van kosteneffectiviteitsanalyses, waarin de kosten worden afgezet tegen de baten.

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20358 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Witsenburg, Tijn Title: Hybrid similarities : a method to insert relational information

Nadere informatie

Populaties beschrijven met kansmodellen

Populaties beschrijven met kansmodellen Populaties beschrijven met kansmodellen Prof. dr. Herman Callaert Deze tekst probeert, met voorbeelden, inzicht te geven in de manier waarop je in de statistiek populaties bestudeert. Dat doe je met kansmodellen.

Nadere informatie

Lesstof. Formuleren 4F

Lesstof. Formuleren 4F Lesstof Formuleren 4F INHOUD LESSTOF... 1 INLEIDING... 3 STRUCTUUR... 3 INHOUD... 5 Lesstof Formuleren 4F 2 INLEIDING Muiswerkprogramma s zijn programma s voor het onderwijs. De programma s zijn verkrijgbaar

Nadere informatie

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden.

Grammaticaboekje NL. Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. 9 789082 208306 van Om een beeld te krijgen van de inhoud: De inhoudsopgave, een paar onderwerpen en de eerste bladzijde van de trefwoorden. Opzoekboekje voor leerlingen in klas 1 tot en met 3 in de onderbouw

Nadere informatie

Jan Heerze. Kortom. Nederlandse grammatica. Walvaboek

Jan Heerze. Kortom. Nederlandse grammatica. Walvaboek Jan Heerze Kortom Nederlandse grammatica Walvaboek WOORD VOORAF Kennis van de Nederlandse grammatica is geen doel in zichzelf, maar een hulpmiddel om tekortkomingen in eigen taalgebruik te corrigeren.

Nadere informatie

Algemeen Oefenprogramma op het gebied van zinsbouw, in de eerste plaats bestemd voor anderstaligen.

Algemeen Oefenprogramma op het gebied van zinsbouw, in de eerste plaats bestemd voor anderstaligen. Husselaar VE Vak/onderwerk Nederlands, Nederlands als Tweede taal (NT2) Hardware-eisen MS-DOS, Hercules, CGA, EGA, VGA (muis) Algemeen Oefenprogramma op het gebied van zinsbouw, in de eerste plaats bestemd

Nadere informatie

The knight s tour. Het paard in schaken beweegt als volgt: Steeds 1 vakje in een richting en 2 in een andere richting, of omgekeerd.

The knight s tour. Het paard in schaken beweegt als volgt: Steeds 1 vakje in een richting en 2 in een andere richting, of omgekeerd. The knight s tour In het Engels heet een paard uit schaken een Knight (Ridder). In het begin zaten er namelijk ridders op de paarden. (link wiki) Stel, je bent een paard uit het schaakspel en je staat

Nadere informatie

Projectieve Vlakken en Codes

Projectieve Vlakken en Codes Projectieve Vlakken en Codes 1. De Fanocode Foutdetecterende en foutverbeterende codes. Anna en Bart doen mee aan een spelprogramma voor koppels. De ene helft van de deelnemers krijgt elk een kaart waarop

Nadere informatie

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20916 holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle http://hdl.handle.net/1887/20916 holds various files of this Leiden University dissertation. Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/20916 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Bobuafor, Mercy Title: A grammar of Tafi Issue Date: 2013-05-30 Samenvatting Dit

Nadere informatie

OPA-methode. Inhoud. 1. De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar 2. Zinnen bestaan uit zinsdelen 3

OPA-methode. Inhoud. 1. De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar 2. Zinnen bestaan uit zinsdelen 3 OPA-methode Inhoud 1. De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar 2 Zinnen bestaan uit zinsdelen 3 U kunt zinnen altijd in de vier OPA-volgordes schrijven 5 PP in taal 2001 versie april 2001 1 1. De OPA-methode

Nadere informatie

Coderen en analyseren van kwantitatieve data via Excel

Coderen en analyseren van kwantitatieve data via Excel Coderen en analyseren van kwantitatieve data via Excel 3de jaar Bedrijfsmanagement 3de jaar Office Management INHOUD 1. VRAGENLIJST (ONLINE INGEGEVEN IN GOOGLE DRIVE)... 3 2. ANALYSE ANTWOORDEN... 7 2.1

Nadere informatie

Getallenleer Inleiding op codeertheorie. Cursus voor de vrije ruimte

Getallenleer Inleiding op codeertheorie. Cursus voor de vrije ruimte Getallenleer Inleiding op codeertheorie Liliane Van Maldeghem Hendrik Van Maldeghem Cursus voor de vrije ruimte 2 Hoofdstuk 1 Getallenleer 1.1 Priemgetallen 1.1.1 Definitie en eigenschappen Een priemgetal

Nadere informatie

Modulehandleiding VivianCMS. Zoeken

Modulehandleiding VivianCMS. Zoeken Modulehandleiding VivianCMS Zoeken Versie: 1.0 Startdatum: 22-05-2006 Datum laatste wijziging: 19-06-2006 Opmerking: Gepubliceerd op http://www.viviancms.nl Inhoudsopgave 1. Inleiding...3 1.1. Algemene

Nadere informatie

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN Vakonderdeel: TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN Doelen Verdiepen van de beweeglijkheid van zinnen. Onderscheiden van nodige en bijkomende informatieve delen. Zinnen inkorten en langer maken. Materiaal Werkboek

Nadere informatie

DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen.

DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. DOELGROEP Grammatica 3F is bedoeld voor leerlingen van havo/vwo en mbo 4. Het programma is geschikt voor zowel allochtone als autochtone leerlingen. STRUCTUUR De lesstof is ingedeeld in rubrieken (onderwerpen)

Nadere informatie

De verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees

De verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees Samenvatting De verwerving van werkwoordssamenstellingen in het Mandarijn Chinees In dit proefschrift wordt onderzocht hoe kinderen werkwoordssamenstellingen verwerven in het Mandarijn Chinees. Het onderzoek

Nadere informatie

2. Werkwoordelijke zinnen

2. Werkwoordelijke zinnen 2. Werkwoordelijke zinnen Persoonsvorm op de eerste plaats in de werkwoordelijke zin In de gebruikelijke werkwoordelijke zin is de volgorde van de belangrijkste zinselementen: Persoonsvorm - [Onderwerp]

Nadere informatie

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde

Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Hardell: mobiel bellen en hersentumoren aan de belzijde Kennisbericht over een publicatie in een wetenschappelijk tijdschrift: Hardell L, Carlberg M, Söderqvist F, Hansson Mild K, Meta-analysis of long-term

Nadere informatie