Inleiding tot het wetenschappelijk werk

Transcriptie

1 3de bach FBE Inleiding tot het wetenschappelijk werk WEW / notities Q uickprinter Koningstraat Antwerpen 178 3,20 1

2 2

3 Samenvatting Wetenschappelijk economisch werk (WEW) Research orientation & Design Research : We moeten de brug maken tussen variantie en relevantie ; tussen theorie en praktijk. Bekijk tijdig en heel aandachtig waarover je onderzoek zou willen doen. Ben je een vos of een egel? Een goede onderzoeker is een egel. De vos kan veel trucjes proberen, terwijl de egel maar 1 strategie heeft nl. zich oprollen en daar wint die altijd mee. Je moet je focussen op 1 ding. Research strategies The Field of Management Research Discipline base Psychology Sociology Anthropology Economics Organisational Behaviour/HR Information systemst Industrial Relations Sub Fields Strategy Accounting & Finance Operational Research Als we een onderzoek gaan doen zal deze gebaseerd zijn op 1 bepaalde disciplinaire basis. Je zal in een bepaald sub field je onderzoek uitvoeren. Marketing Influences on Social Research Theory Practical considerations Social Research Epistemology Sociaal onderzoek : onderzoek in de sociale werkelijkheid. (<-> laboratorium onderzoek) We bestuderen mensen, bedrijven, in de echte werkelijkheid. Values Ontology Houdt bij het sociaal onderzoek rekening met deze 5 elementen: - Theorie : methodologie bestaat niet zonder theorie. Je zal onderzoek altijd verbinden met een bepaalde theorie o Je kan theorie genereren en/of testen o 2 types theorie: Grand theories Theories of the middle range 3

4 2 manieren om theorie en methodologie te linken: Deductieve logica: de theorie komt eerst. Je gebruikt een theorie, haalt hier hypothesen uit, gaat op zoek naar data en kijkt of die ook van toepassing is op een bepaalde empirische setting. (= dominante logica) Bv. Hoe meer autonomie, hoe meer productiviteit (heb je in theorie gevonden) test dit in praktijk Proces : Theorie hypothese data verzameling bevindingen hypothese aanvaarden of verwerpen herziening vd theorie Inductieve logica: de praktijk komt eerst. Je kijkt hoe het er in praktijk aan toe gaat, je verzamelt data en kijkt wat er gebeurt. Langzaam aan zie je linken en kan je een theorie formuleren. Dit is dus het omgekeerde. Hier heb je eerst de observaties en op het einde formuleer je pas de theorie. (= kleinere broertje) Bv. Men zag dat men mensen gezonder kon laten eten door gezonde voeding op ooghoogte te leggen in de supermarkt. Er zat oorspronkelijk geen theorie achter. Proces : Verzamel informatie stel vragen vorm categorieën zoek naar patronen ontwikkel theorie vergelijk theorie Je zal bij je onderzoek dus moeten kiezen of je deductief of inductief onderzoek wil doen. - Waarden : Kunnen de overtuigingen en gevoelens ve onderzoeker reflecteren Kan voor bias zorgen over het hele proces vh sociaal onderzoek: o Keuze onderzoeksgebied en onderzoeksmethoden o Formulering vd onderzoeksvraag, design en technieken voor de data verzameling o Implementatie vd dataverzameling o Analyse en interpretatie vd data o Conclusies Kan sympathie of verwantschap creëren, vooral voor underdog groepen. Kan tegengesteld zijn aan de waarden van veel managers. We zijn wie we zijn, maar de waarden waarmee we groot gebracht zijn bepalen wel hoe we kijken naar de sociale werkelijkheid zou niet te veel gereflecteerd mogen worden in uw onderzoek. 4

5 Vermijd het gebruik van afkortingen zoals d.w.z., TEW, t.b.v. enz. Schrijf het voluit Vermijd het gebruik van men. Als je precies kan benoemen over wie het gaat, doe dit dan ook. Vermijd vage woorden zoals veel soms vroeger men Schrijf goede verbindings- en verwijswoorden Schrijf geen te lange zinnen. Als je een woord als dit deze e.d. gebruikt, zorg dan dat het duidelijk is over wie/wat het gaat. Formuleer levendig goede middenweg vinden tussen formeel en informele schrijfstijl. Schrijf niet te formeel en niet te informeel. Maak je zinnen niet te zwaar. Vermijd ouderwetse woorden en nodeloos moeilijke constructies. Schrijf vlot maar blijf neutraal. Schrijf ook niet te luchtig. Gebruik geen informele spreektaal. Vermijd beeldspraak. Opgelet met gaan, dan, dus Bv. In de derde fase gaan we dan onze hypothese toetsen Schrijf niet te veel passieve zinnen. In een academische paper zou je alles letterlijk moeten kunnen nemen. Gebruik dus geen metaforen Bv. We moeten dit in de verf zetten. Correcte taal: gebruik de juiste woordenschat, grammatica en spelling - Kies geen te moeilijke woorden, kies woorden die je anders ook gebruikt. - Gebruik een spellingcontrole!! - Zet er geen dt fouten in - Schrijf op de juiste plaatsen de juiste leestekens. Ook een moet correct geschreven worden. DENK AAN JE LEZER! Probeer te vermijden dat die zich ergert aan zaken die je schrijft, zoals bv dt fouten Feedback groepswerk dat je ook kan gebruiken voor examen: - Geen ja-nee vraag als onderzoeksvraag - Inductief werk en literatuur: als er literatuur is, kan je dan nog inductief onderzoek opzetten? Wat met hypothesen? - Relaties en causaliteit: alle key concepts, alle pijlen o Als je een pijl trekt in het conceptueel model, veronderstel je een relatie. - Operationalisering: indicatoren zo concreet mogelijk, gevalideerde schalen indien mogelijk. De indicator die gekozen wordt, is vaak een nieuw concept, maar dat mag niet - Analyse-eenheid versus observatie-eenheid 41

6 Examen Het zijn meerkeuzevragen en ook korte invulvragen. Er wordt een giscorrectie toegepast van -1/3 bij een fout antwoord. Er zijn altijd 4 mogelijke antwoorden, waarvan telkens maar 1 juist is. Er zitten geen strikvragen in. Leerstof Voor het examen is deze samenvatting te kennen, maar lees ook de course manual op Blackboard even door. 42